Communicatie rond asbest in bestaande voorraad
Henk Onderstal 16 jaar Arbo & Milieumanager AKZO NOBEL, o.a. belast met sloop/asbest/milieu, 8 jaar Manager Alg. zaken FHP BV, 12 jaar Hoofddocent, R & D Best Opleidingen. & Asbestconsulent bij ARGOS Onderzoek & Advies 2 jaar Lid CCVD.
Aanhanger GBVGBV- principe
Wie is BEST? Groep van bedrijven die persoonlijke en algemene beschermingsmiddelen en apparatuur leveren ter bescherming van arboarbo-& milieu gevaarlijke stoffen. Leverancier van flexibele en afwijkende verpakkingsmaterialen, FIBC, big bags en liners. Kennisoverdragers, trainingen en cursussen op het gebied van ARBO, Milieu en Veiligheid, met eigen onderzoekonderzoek- en adviesbureau.
BEST organisatie BEST BEHEER NEDERLAND B.V.
BESTATE B.V.
BEST BV Nederland
BEST Kft Hongarije
BEST Eurl Frankrijk
BEST Spa. Spanje
BEST Ltda Brazilie
BEST Ltd Engeland
BEST Bv Benelux
BEST GmbH Duitsland
SIXPACK Packaging BV
BEST Opleidingen BV ARGOS Onderzoek & Advies
Al vele “ asbestdeskundigen” hebben hun mening over het dilemma in Utrecht reeds gegeven.
Als asbestconsulent doe ik dat niet, men heeft daar een onafhankelijke onderzoekcommissie voor ingesteld.
Als je jenever nog nooit geproefd hebt, weet je ook niet hoe het smaakt.
Krantenbericht
Snapt U het nog…………………………..? Komt er een “asbest”“asbest”-tsunami?
Asbest en risico's
800 – 1100 doden per jaar: mesothelioom, longkanker
vooral historische blootstelling
Gebruik verboden, blootstelling bij sanering
Veel maatschappelijke opschudding
VerkeersVerkeersongevallen
661 doden per jaar
Hoge dagelijkse blootstelling
Grote politieke belangstelling
Maatschappelijke acceptatie
Hoe beoordelen we risico’s?
Dichtbij of ver weg? Aard van het risico? Kan je er iets aan doen? Heb je er nut aan? Kan je iemand anders de schuld geven? Hoe groot is het risico?
Deterministisch model (we houden geen rekening met onzekerheden)
Gevaar :
ja of nee
Maatregelen: allemaal Gevolg :
Borging van maatregelen, procedures Handboeken Certificering Bureaucratie?
Probabilistisch model Er is één zekerheid en dat is onzekerheid
Denken in kansen en risico’s Accepteren van onzekerheden Keuzes maken op basis van het risico
Risico = Kans x Effect
Risicoscenario Beschrijving van de gebeurtenis die uiteindelijk leidt tot de (on)gewenste situatie
RisicoRisico- inventarisatie en – evaluatiemethode van Fine & Kinney Doel: Het uitvoeren van een objectieve kwantitatieve risicoanalyse, waarmee de risico’s die de meeste aandacht vergen, snel gedetecteerd worden.
Fine and Kinney R=WxBxE Waarschijnlijkheid Waarschijnlijkheid Blootstelling Blootstelling Effect Effect
Schat uw risicorisico-scenario in volgens Fine and Kinney
Moeten we (opnieuw) het wiel uitvinden?
Gemeentelijke taken aangaande asbest
Incidenten met asbest De gemeente geeft verifieerbaar uitvoering aan haar coördinerende rol in de bescherming van de bevolking bij incidenten waarbij asbestverspreiding ontstaat.
Daarbij coördineert zij ook bij het opruimen van het vrijgekomen asbest.
Laat het dus niet aan de asbestbranche over !!!
Hoe doe je dat als gemeente? De VBWTN heeft het antwoord!
Doel van de Handreiking De handreiking “Handhaving bij illegale asbestsloop”, gaat in op de situaties, waarmee handhavende instanties te maken krijgen wanneer zich een geval voordoet van het zonder een schriftelijke sloopmelding slopen waarbij (mogelijk) asbest is vrijgekomen.
Doel van de Handreiking Deze handreiking beschrijft de verschillende taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden van elke actor bij constatering, optreden en handhaving, inventarisatie en verwijdering als zo’n geval zich voordoet.
Als daarbij asbesthoudend materiaal wordt verwijderd, kunnen de ruimten waar het asbest is vrijgekomen verontreinigd zijn geraakt door asbestvezels. Een potentieel blootstellinggevaar aan asbestvezels voor mens en milieu is dan niet uitgesloten.
Van groot belang is dat elke actor in de keten zijn rol en verantwoordelijkheid kent opdat hij adequaat en effectief kan handelen. Deze handreiking wijst de verschillende overheidsinstanties hierin de weg.
Communicatie bij constatering illegale sloop / calamiteit asbestasbest- bevattende materialen. Fase 1: Constatering Het is van belang dat de communicatiemedewerkers van de gemeente in een vroeg stadium op de hoogte zijn van een constatering van calamiteit met asbestasbest-bevattende materialen. Dit met het oog op te nemen acties zoals het bijwonen van overleg met deskundigen over mogelijke risico's, de voorbereiding van de informatieverstrekking aan belanghebbenden en media.
Communicatie bij constatering asbestcalamiteit Fase 1: Constatering Het in een vroeg stadium op de hoogte zijn is ook van belang i.v.m. beschikbaarheid communicatiemedewerker(s). In enkele gevallen is het in deze fase al nodig actie te ondernemen, bijvoorbeeld in geval van ontruiming pand en omgeving waar (veel) publiek aanwezig is, zoals een winkel. Overleg met Voorlichting / Politie vindt meestal plaats. Bij eerste melding ook informatie aan de perscoördinator van de gemeente.
Fase 2: Vaststelling asbestbesmetting De gemeentelijk communicatieafdeling verzorgt informatie (verkregen van onafhankelijke asbestdeskundige en/of BWT) aan belanghebbenden (bijvoorbeeld omwonenden en bedrijven), media en publieksvoorlichters. Er is overleg met de afdeling voorlichting van de Politie en perscoördinator gemeente. Berichtgeving vindt plaats via een persbericht en/of brief aan belanghebbenden. belanghebbenden
Van de gemeente of regionale uitvoeringsdiensten wordt verlangd dat zij, in het kader van de uitoefening van haar taken, voldoende deskundig zijn op het gebied van slopen en asbest (inventarisatie en verwijderen).
Inspecteurs van de gemeente of regionale uitvoeringsdiensten dienen voldoende deskundig opgeleid te zijn om deze taken uit te voeren. Door het beschikken over het diploma Asbestdeskundige SC 570 wordt hieraan beantwoord.
In de BWTBWT-handreiking is een stappenplan/ draaiboek opgenomen en wordt een beschrijving gegeven van de taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden van het bevoegd gezag, de politie, het asbestverwijderingsbedrijf, het asbestinventarisatiebureau / laboratorium en de certificatiecertificatie-instelling voor de procescertificatie van asbestinventarisatie en asbestverwijdering.
Het stappenplan / draaiboek heeft tot doel dat: 1.
2. 3.
bij constatering of ernstig vermoeden van een activiteit waarbij asbest is vrijgekomen, op een juiste en adequate wijze door iedere betrokken instantie wordt gehandeld; daarbij wordt gestreefd naar landelijke uniformiteit; verdere emissie van asbestvezels wordt vermeden; asbestvaststelling en inventarisatie naar de aardaard- en omvang van de verontreiniging op correcte wijze worden uitgevoerd;
Het stappenplan / draaiboek heeft tot doel dat: 4. 5.
6.
de asbestverontreiniging zo snel als mogelijk wordt opgeruimd; aan mensen (burgers, werknemers enz.) die werkzaam zijn (geweest) in de mogelijk met asbest verontreinigde ruimten en daardoor blootgesteld (kunnen) zijn geweest aan asbest, duidelijke informatie wordt verschaft over hoe in deze te handelen; betrokkenen, indien noodzakelijk, zo spoedig door de GGD mogelijk op de hoogte worden gebracht van de mogelijke blootstellingrisico’s aan asbest.
Constatering van het vrijkomen van asbest, waarbij (geen sloopmelding is gedaan).
1
Ook het plan van aanpak asbestbrand kan men gebruiken.
Waarom een Landelijk Protocol asbestbrand? gemeenten zijn slecht voorbereid op hun taak, gebrek aan communicatie dus: ongeruste burgers, er is geen duidelijke taakverdeling tussen de betrokken instanties, gemeenten lopen onnodige financiële risico’s. gemeenten met een plan van aanpak kunnen adequaat reageren zonder onrust.
Fase A (Preventie en voorbereiding) In het stappenplan wordt er steeds vanuit gegaan dat er inderdaad asbest is vrijgekomen. Zolang het vermoeden bestaat dat er asbest is vrijgekomen, maar er nog geen zekerheid is, is het aan te bevelen toch het stappenplan te volgen.
Gezien het belang van de beslissingen in de eerste fasen van categorie drie branden/calamiteiten is het raadzaam om z.s.m. de onafhankelijk (gecertificeerde) asbestdeskundige deel te laten nemen aan het Commando Plaats Incident (CoPI). Het verlenen van een opdracht aan de onafhankelijk deskundige geschiedt door de beleidsverantwoordelijke (burgemeester of de brandweercommandant in de functie van Officier van Dienst, HoofdHoofd- Officier van Dienst of Commandant van Dienst).
Visuele waarneming en informatie over aanwezige materialen zijn bij de vaststelling van de aanwezigheid van asbest van groot belang. De asbestdeskundige kan, zij het op eigen verantwoording, op basis van eigen waarneming of historische gegevens zonder analyse vaststellen dat asbest aanwezig is.
Indien niet met zekerheid wordt vastgesteld dat inderdaad asbesthoudend materiaal is verspreid dient onder verantwoordelijkheid van het Commando Plaats Incident (CoPI) z.s.m. materiaalanalyse door een gespecialiseerd laboratorium plaats te vinden m.b.v. polarisatiemicroscopie conform NEN 5896.
De grens van het af te zetten gebied wordt bepaald door het verspreidingspatroon van de asbestcementflinters. In de praktijk wordt de grens van het verspreidingsgebied tijdens en na de brand / calamiteit door middel van zogenaamde “mallen” bepaald, gebruikmakend het berekende verspreidingsgebied en verificatie daarvan middels visuele waarneming.
De bepaling van het verspreidingsgebied kan globaal plaatsvinden door ROGS/AGS en/of de deskundige c.q. meetplanleider van de waarschuwings en verkenningsdienst (WVDdeskundige/ MPL). Een meer gedetailleerde bepaling zal moeten plaatsvinden door de onafhankelijk
asbestdeskundige.
Het verspreidingsmodel (inclusief computer en computerprogramma) en/of mallen met stafkaart behoren tot de standaarduitrusting van de brandweer.
Het gebied waar asbestcementflinters op de bodem aanwezig zijn wordt in de volgende stap afgezet voor publiek. In het algemeen zal bij een verwachte concentratie boven de achtergrondblootstelling al een advies naar de bevolking uitgaan om onnodige blootstelling te voorkomen.
Openbaar terrein buiten het perceel van de brandhaard dient snel gereinigd te worden. Het streven is om in een woonwoon/werkgebied asbest binnen enkele dagen op te ruimen.
Eindcontrole na opruimen Deze controle vindt eveneens plaats volgens het Asbestverwijderingsbesluit 2005 conform artikel 9, eerste en tweede lid. De eindcontrole zal volgens de NEN 2990 behoren te geschieden.
Het heeft meestal geen zin buiten het directe brandgebied buitenluchtmetingen te verrichten, die de primaire of secundaire emissie zouden moeten bepalen. De piek in de vezelconcentraties is zo snel voorbij dat de gevonden waarden absoluut niet representatief zijn.
Buitenluchtmetingen met lichtmicroscopie zijn zelfs totaal ongeschikt om de asbestvezelconcentratie in de buitenlucht te bepalen, omdat alle vezelvormige bestanddelen worden meegeteld.
Stel als gemeente vooraf een draaiboek samen. Leg daarin vast wie wat doet, met in achtname van ieders verantwoordelijkheid en deskundigheid.
Stel van te voren publicatiebrieven samen in duidelijke “Jip en Janneke”Janneke”- taal.
Zorg dat u als gemeente niet afhankelijk bent van “deskundigen”. Elke gemeente moet deze deskundigheid in eigen beheer hebben.
Hou in ieder geval zelf als gemeente het heft in eigen hand.