College van burgemeester en schepenen van 8 september 2014 001 002 003 004 005 006 007 008 009 010 011 012 013 014 015 016 017 018 019 020 1
Secretariaat. Notulen cbs 1 september 2014. Goedkeuring. Financiën. Bestellingen. Aktename voorstellen en goedkeuring bestellingen. Financiën. Budgethouderschap. Goedkeuring te betalen bedragen. Financiën. Gemeentebelasting. Vaststellen en uitvoerbaar verklaren kohier banken financieringsinstellingen aanslagjaar 2014. Milieu. Niet-ingedeelde muziekactiviteit haringfeesten Landelijke Gilde Voortkapel op 13 september 2014. Toelating. Milieu. Niet-ingedeelde muziekactiviteit. After Work-party vzw Het Westels Achterwerk op 9 oktober 2014. Toelating. Milieu. Vlarem 2de klasse, Seal for Life Industries bvba, Nijverheidsstraat 11B: verandering door toevoeging en uitbreiding. Milieuvergunning. Basisonderwijs. Elke Huygens. Aanstelling tijdelijk onderwijzer als vervanger 1. Kunstonderwijs. Aanwerving directeur tekenschool. Samenstelling examencommissie. Ruimtelijke Ordening. Stedenbouwkundige Aanvraag. Vergunning: De Reid 30 (2014/067) 2 Ruimtelijke Ordening. Stedenbouwkundige Aanvraag. Werken van Geringe Omvang. Vergunning: Lindenstraat 21 (2014/528) 3. Ruimtelijke Ordening. Stedenbouwkundige Aanvraag. Werken van Geringe Omvang. Vergunning: Gooreinde 64 (2014/527) 4. Ruimtelijke Ordening. Stedenbouwkundige Aanvraag. Vergunning: Prelaat Verbraekenlaan 15 (2014/069) 5. Ruimtelijke Ordening. Stedenbouwkundige Aanvraag. Vergunning: Asberg 27 (2014/064) 6 Ruimtelijke Ordening. Stedenbouwkundige Aanvraag. Vergunning: Stippelberg 50 (2014/065) 7. Overheidsopdrachten. Reinigen en camerainspectie van riolen 2010. Volledige vrijgave borg. Overheidsopdrachten. Stookplaatsrenovatie Boswachtershuis, Papedreef 1. Goedkeuring voorontwerp. Overheidsopdrachten. Stookplaatsrenovatie Hovenierswoning, Hollandse dreef 1&3. Goedkeuring voorontwerp. Overheidsopdrachten. Stookplaatsrenovatie Sporthal De Beeltjens, Kasteelpark 6. Goedkeuring voorontwerp. Sport. SNS-pas voor leerlingen van het secundair onderwijs. Goedkeuring
persoonlijke gegevens verwijderd persoonlijke gegevens verwijderd 3 persoonlijke gegevens verwijderd 4 persoonlijke gegevens verwijderd 5 persoonlijke gegevens verwijderd 6 persoonlijke gegevens verwijderd 7 persoonlijke gegevens verwijderd 2
ondersteuning van het project en de daaraan verbonden kosten. Cultuur. Gebruik gemeentelokalen. Week 8 - Merodezaal Heultje.
021
Aanwezig:
Guy Van Hirtum - burgemeester-voorzitter Herman Wynants, Filip Verrezen, Kelly Verboven, Lowie Thys, Tinne Wuyts, Iris De Wever - schepenen Kristof Welters - OCMW-voorzitter - schepen Jo Vankrunkelsven - secretaris gemeente en ocmw
Verontschuldigd: --------------------------------------------------------------------------------------Om 13:00 uur opent, Guy Van Hirtum, voorzitter de vergadering. 001
Secretariaat. Notulen cbs 1 september 2014. Goedkeuring.
De notulen van de vorige zitting worden zonder opmerkingen goedgekeurd. 002
Financiën. Bestellingen. Aktename voorstellen en goedkeuring bestellingen.
Feiten en context Verschillende gemeentelijke diensten dienen aankoopvoorstellen in via de financiële dienst die belast is met de kredietbewaking. Het college stelt de noodzaak vast en neemt de beslissing om tot bestelling over te gaan. Impact op beleids- en beheerscyclus actieplan Verspreid over verschillende actieplannen actie Verspreid over verschillende acties actienummer Diverse omschrijving project Goedkeuring bestellingen raming kosten Totaal exploitatie: 9.581,89 EUR Totaal investeringen: 18.366,22EUR raming opbrengsten geen BESLUIT Artikel 1 Het college neemt akte van de voorstellen en besluit over te gaan tot de volgende bestelling: Technische diensten 1) divers materiaal schilders voor gebouwen: 368,05 EUR 2) ijzer voor aanvulling stock: 276,40 EUR 3) divers materiaal voor garage en lasserij: 238,68 EUR 4) betonboren voor algemeen gebruik: 233,89 EUR 5) spuitbussen voor algemeen gebruik: 814,14 EUR 6) herstellen banden voertuigen GID840 en JIT516: 73,57 EUR Cultuur 7) poetsproducten Merodezaal Heultje: 485,18 EUR 8) poetsproducten, toiletpapier en papieren handdoekjes Zoerla: 498,18 EUR Sport
9) vervangen onderdeel brander sporthal: 3.025 EUR Jeugd 10) materiaal voor herstellen speelpleinen: 551,81 EUR Onderwijs 11) bordboeken Tuin van Heden school Heultje: 447 EUR 12) bordboeken Taalsignaal Anders school Oevel: 381 EUR 13) bordboeken Tuin van Heden school Oevel: 447 EUR 14) bordboek Veilig leren lezen school Oevel: 169 EUR Kunstonderwijs 15) verf voor schilderen tunnel Merodedreef: 962,88 EUR Kinderopvang 16) poetsproducten voor opvang Tongerlo: 158,78 EUR Investering 17) studiekosten stookplaatsrenovatie sporthal De Beeltjens: 3.481,27 EUR via budgetsleutel 2210100/0740 actie 471 raming 762 18) studiekosten stookplaatsrenovatie hovenierswoning: 2.719,74 EUR via budgetsleutel 2210100/011902 actie 481 raming 778 19) studiekosten stookplaatsrenovatie boswachtershuis: 3.623,70 EUR via budgetsleutel 22210100/0750 actie 465 raming 748 20) beschermmat sporthal/polyvalente ruimte school Oevel: 3.380,86 EUR via budgetsleutel 240000/080002 actie 417 raming 694 Te hernemen aankoopvoorstellen, uitgesteld sc 25/8 Brandweer 21) herstellen defecte buitencamera: 310,97 EUR 22) afregelen lusdetectie poort doorgang brandweerwagens: 140,36 EUR Technische diensten (investering) 23) leveren en plaatsen van vloerbekleding burelen technisch centrum: 5.160,65 EUR via budgetsleutel 2210100/011902 actie 495 raming 1147 003
Financiën. Budgethouderschap. Goedkeuring te betalen bedragen.
Feiten en context Het college heeft zijn bevoegdheden inzake het budgethouderschap niet gedelegeerd en dient bijgevolg de te betalen bedragen goed te keuren. Impact op beleids- en beheerscyclus actieplan Verschillende actieplannen actie Verschillende acties actienummer Verschillende actienummers omschrijving project Goedkeuring betalingen raming kosten Totaal exploitatie: Totaal investeringen: raming opbrengsten Geen BESLUIT Artikel 1 Het college keurt de te betalen bedragen goed van lijst 22/14 van 8/9/14, voor een totaal bedrag van 38.776,84 euro en een te betalen saldo van 38.776,84 euro. 004
Financiën. Gemeentebelasting. Vaststellen en uitvoerbaar verklaren kohier bank- en financieringsinstellingen aanslagjaar 2014.
Voorgeschiedenis Op 16 december 2013 keurde de gemeenteraad het belastingreglement op de bank- en financieringsinstellingen voor de aanslagjaren 2014 tot en met 2019 goed. Juridische grond Het decreet van 30 mei 2008 regelt de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen. Dit decreet bepaalt dat de kohieren door het college van burgemeester en schepenen worden vastgesteld en uitvoerbaar verklaard ten laatste op 30 juni van het jaar dat volgt op het aanslagjaar. Impact op beleids- en beheerscyclus actieplan Financieel evenwicht actie Belastingen actienummer 2014000010 omschrijving project Kohier bank- en financieringsinstellingen 2014 raming kosten raming opbrengsten 9.275 euro BESLUIT Artikel 1 Het college stelt het totaal invorderbaar bedrag van het kohier van de gemeentebelasting op de bank- en financieringsinstellingen voor het aanslagjaar 2014 vast op 9.275 euro. Artikel 2 Het college verklaart dit kohier uitvoerbaar. 005
Milieu. Niet-ingedeelde muziekactiviteit haringfeesten Landelijke Gilde Voortkapel op 13 september 2014. Toelating.
Voorgeschiedenis Landelijke Gilde Voortkapel organiseert op 13 september2014 de jaarlijkse haringfeesten. De secretaris van deze vereniging, 8, vroeg op 28 augustus 2014 toelating tot het spelen van elektronisch versterkte muziek. Afwijking van het sluitingsuur tot 3 uur werd al verleend door de burgemeester. Feiten en context - evenement: haringfeesten met achtergrondmuziek, live-optredens en discobar in een feesttent; - organisatie: Landelijke Gilde Voortkapel, 9 - locatie: in een feesttent op een weide langs de Kloosterstraat in Voortkapel, naast de woning met huisnummer 81 (percelen 1ste afdeling, sec A, nummers 660B en 660D). De aanvrager moet toelating hebben voor het evenement van de eigenaar en de gebruiker van de betrokken percelen; - datum/begin- en einduur: zaterdag 13 september 2014 van 14 uur tot 3 uur (op zondag 14 september) - in de nabijheid van de plaats van de activiteiten zijn geen instellingen aanwezig die stilte vereisen.
8 9
persoonlijke gegevens verwijderd persoonlijke gegevens verwijderd
Argumentatie Het gaat om een niet ingedeelde muziekactiviteit volgens hoofdstuk 6.7 van Vlarem II. De aanvrager heeft als gewenste maximumnorm opgegeven: luider dan LAeq, 15 min 85dB(A), maar stiller dan 95 dBA LAeq, 15 min. De muziekactiviteit is gekoppeld aan een bijzondere gelegenheid: de jaarlijkse haringfeesten van de Landelijke Gilde. De activiteiten zijn gepland in een feesttent op een weiland langs de Kloosterstraat in Voortkapel, waar geen stiltebehoevende instellingen aanwezig zijn. De bepalingen van art. 6.7.3.§1 van Vlarem II (verbod tot overschrijden van LAeq, 15 min =85dB(A)) zijn niet van toepassing op niet-ingedeelde muziekactiviteiten op voorwaarde dat: - de muziekactiviteit vooraf is gemeld aan het college van burgemeester en schepenen van de gemeente waarin de muziekactiviteit plaatsvindt; - het college de muziekactiviteit heeft toegelaten. Bij de plaatsing van de geluidsboxen moeten de organisatoren er rekening mee houden zo weinig mogelijk overlast voor de omgeving te veroorzaken door: - eventuele bastonen in de mate van het mogelijke tot redelijke proporties aan te passen; - de luidsprekers te draaien in de richting waar ze de minste hinder kunnen veroorzaken. Voor deze locatie is de richting zuid de meest aangewezen richting. Juridische grond Vlarem 1 en II. Deze beslissing is enkel van toepassing op het aspect geluidshinder zoals dat gereglementeerd is in Vlarem II, hoofdstuk 4.5, 5.32 en hoofdstuk 6.7, art. 6.7.1 tot en met 6.7.3. Impact op beleids- en beheerscyclus actieplan Kwaliteitsvolle leefomgeving actie Naleven en toezicht op naleving van milieuwetgeving en gerelateerde wetgeving actienummer 2014000384 omschrijving project Toelating elektronisch versterkte muziek raming kosten / raming opbrengsten / BESLUIT Artikel 1 Het college van burgemeester en schepenen geeft toelating aan Landelijke Gilde Voortkapel tot het spelen van elektronisch versterkte muziek in een tent in de Kloosterstraat in Voortkapel/Westerlo tijdens de haringfeesten op zaterdag 13 september 2014 van 14 uur tot 3 uur (op zondag 14 september), op voorwaarde dat het geluidsniveau in de inrichting LAeq, 15 min kleiner is dan of gelijk is aan 95 dB(A). Deze toelating is enkel van toepassing op het aspect geluidshinder zoals gereglementeerd in Vlarem II. Het geluidsvolume dient tijdens de hele muziekactiviteit gemeten te worden. Het gemeten volume is zichtbaar voor de persoon die het volume bedient. De bepalingen vermeld in artikel 5.32.2.2bis,§1,1°,2°en 3° van Vlarem II zijn van toepassing. Schepen en ocmw-voorzitter Kristof Weslters verlaat overeenkomstig artikel 27 van het gemeentedecreet tijdelijk de vergadering. 006
Milieu. Niet-ingedeelde muziekactiviteit. After Work-party vzw Het
Westels Achterwerk op 9 oktober 2014. Toelating. Voorgeschiedenis vzw Het Westels Achterwerk organiseert op donderdag 9 oktober 2014 een afterworkparty met discobar in het themacafé van KVC Westerlo. Naar aanleiding hiervan vroeg Philip Carens op 21 augustus 2014 toelating tot het spelen van elektronisch versterkte muziek. Feiten en context • evenement: After Work-party voor jonge professionals uit Westerlo, met max. 300 deelnemers, en met DJ Dirk uit Laakdal; • organisatie: vzw Het Westels Achterwerk, 10 • locatie: in het themacafé van voetbalclub KVC Westerlo, de Merodedreef 189, 2260 Westerlo (1ste afd/Westerlo, sectie B, perceelnummer 338G); • datum/begin- en einduur: op donderdag 9 oktober 2014 van 19u tot 1u (op 10 oktober 2014); • de organisator moet toestemming hebben van de eigenaar en de gebruiker van het gebouw en het perceel waarop het evenement plaatsvindt; • in de nabijheid van de plaats van de activiteiten zijn geen instellingen aanwezig die stilte vereisen. Argumentatie Het gaat om een niet ingedeelde muziekactiviteit volgens hoofdstuk 6.7 van Vlarem II, die gekoppeld is aan een bijzondere gelegenheid. De aanvrager heeft als gewenste maximumnorm LAeq 15 min luider dan 85 dB(A) maar stiller dan 95 dB(A) gevraagd. De bepalingen van art 6.7.3.§1 van Vlarem II (verbod tot overschrijden van LAeq 15 min =85dB(A)) zijn niet van toepassing op niet-ingedeelde muziekactiviteiten op voorwaarde dat: - de muziekactiviteit vooraf is gemeld aan het college van burgemeester en schepenen van de gemeente waarin de muziekactiviteit plaatsvindt; - het college de muziekactiviteit heeft toegelaten. Voor muziekactiviteiten die doorgaan in feestzalen, lokalen of schouwspelzaal moet cumulatief aan de volgende criteria worden voldaan: - maximaal 12 gelegenheden per jaar; - maximaal 2 gelegenheden per maand; - de sommatie van deze gelegenheden mag maximaal over 24 kalenderdagen per jaar spreiden (in geval een muziekactiviteit avonduren alsook morgenuren van de daaropvolgende kalenderdag omvat, worden 2 kalenderdagen geteld). In 2014 werden volgende activiteiten al toegestaan die doorgaan in de gebouwen van KVC Westerlo: - de Chrysostomos-fuif op 31 januari 2014: 2 dagen; - de After Work-party van vzw Het Westels Achterwerk op 6 februari 2014: 2 dagen; - de fandag van KVC Westerlo op 28 juni 2014: 1 dag; - de kampioenenviering van KVC Westerlo op 2 mei 2014: 1 dag. Bij de plaatsing van de geluidsboxen moeten de organisatoren er rekening mee houden zo weinig mogelijk overlast voor de omgeving te veroorzaken door: - eventuele bastonen in de mate van het mogelijke tot redelijke proporties aan te passen;
10
persoonlijke gegevens verwijderd
-
de luidsprekers te draaien in de richting waar ze de minste hinder kunnen veroorzaken.
Juridische grond Vlarem 1 en II. Deze beslissing is enkel van toepassing op het aspect geluidshinder zoals dat gereglementeerd is in Vlarem II, hoofdstuk 4.5, 5.32 en hoofdstuk 6.7, art. 6.7.1 tot en met 6.7.3. Impact op beleids- en beheerscyclus actieplan Kwaliteitsvolle leefomgeving actie Naleven en toezicht op naleving van milieuwetgeving en gerelateerde wetgeving actienummer 2014000384 omschrijving project Toelating elektronisch versterkte muziek raming kosten / raming opbrengsten / BESLUIT Artikel 1
Het college geeft toelating aan vzw Het Westels Achterwerk tot het spelen van elektronisch versterkte muziek tijdens een afterwork-party op donderdag 9 oktober 2014 van 19u tot 1u (op 10 oktober 2014) in het themacafé van KVC Westerlo, de Merodedreef 189 in Westerlo, op voorwaarde dat het geluidsniveau in de inrichting LAeq 15 min kleiner is dan of gelijk aan 95 dB(A). Deze toelating is enkel van toepassing op het aspect geluidshinder zoals gereglementeerd in Vlarem II. Het geluidsvolume dient tijdens de hele muziekactiviteit gemeten te worden. Het gemeten volume is zichtbaar voor de persoon die het volume bedient. De bepalingen vermeld in artikel 5.32.2.2bis, §1, 1°, 2°en 3° van Vlarem II zijn van toepassing indien het geluidsvolume luider zou zijn dan LAeq 15 min 85dB(A).
Schepen en ocmw-voorzitter Kristof Weslters vervoegt opnieuw de zitting. 007
Milieu. Vlarem 2de klasse, Seal for Life Industries bvba, Nijverheidsstraat 11B: verandering door toevoeging en uitbreiding. Milieuvergunning.
Voorgeschiedenis en samenvatting Op 14 februari 2014 heeft Seal for Life Industries bvba, Nijverheidsstraat 13 in Westerlo, een milieuvergunningsaanvraag 2de klasse ingediend. Deze aanvraag werd op 2 juli 2014 weer ingetrokken omwille van enkele fouten die het verlenen van een vergunning zouden beletten. Op 14 juli 2014 werd een nieuwe aanvraag ingediend voor het veranderen door uitbreiding en toevoeging van perceel 4-B-203F5 aan een inrichting voor de opslag van goederen en het bewerken van voorwerpen uit kunststof, op perceel sectie B, 4de afdeling, nummer 138T en 203F5, gelegen Nijverheidsstraat 11B, 2260 Westerlo. De aanvraag werd op 15 juli 2014 ontvankelijk en volledig verklaard. Feiten en context - Het voorwerp van de aanvraag betreft een verandering door toevoeging van perceel 4-B203F5 en een verandering door uitbreiding, omvattend: - Rubriek 3.1.1° Deze rubriek wordt geschrapt. - Rubriek 3.3 Deze rubriek wordt geschrapt.
- Rubriek 3.4.1°a) nieuw: het lozen van 8,12 m³/jaar bedrijfsafvalwater in de openbare riolering afkomstig van de warmwaterbaden en de koudwaterbaden in het labo. (klasse 3) - Rubriek 11.1.1°a) Deze rubriek wordt geschrapt. - Rubriek 12.2.1° reeds vergund: transformatoren met een individueel nominaal vermogen van 400 kVA. (klasse 3) - Rubriek 12.3.2° reeds vergund: de exploitatie van een batterijlader van 40 kW. (klasse 3) - Rubriek 15.1.1° reeds vergund: het stallen van 5 elektrische heftrucks. (klasse 3) - Rubriek 16.3.1.1° reeds vergund: de exploitatie van een schroefcompressor met een vermogen van 11 kW, een compressor met een vermogen van 5 kW, een koelgroep met een vermogen van 15 kW en een koelunit met een vermogen van 2 kW - totaal 33 kW. (klasse 3) - Rubriek 16.7.2° uitbreiding: opslag van 1125 l propaan en 60 l stikstof (= uitbreiding met 60 l stikstof). (klasse 2) - Rubriek 17.3.3.2°a) vermindering: opslag van 45000 kg irriterende en corrosieve producten (lijmen, epoxy's, …) in diverse verpakkingen boven lekbakken waarvan 44500 kg bedoeld is voor op- en overslag en 500 kg wordt aangewend in het labo (= vermindering met 5000 kg). (klasse 2) - Rubriek 17.3.4.2°a)1° nieuw: opslag van 5050 l licht ontvlambare producten in diverse verpakkingen boven lekbakken waarvan 5000 l bedoeld voor op- of overslag en 50 l intern aangewend. (klasse 2) - Rubriek 17.3.6.1°b) reeds vergund: opslag voor vloeistoffen met een ontvlammingspunt hoger dan 55 °C maar dat 100 °C niet overtreft met een totaal inhoudsvermogen van 200 l. (klasse 3) - Rubriek 17.3.8.2° uitbreiding: opslag van 44,5 ton milieugevaarlijke producten (lijmen, epoxy's, …) in diverse verpakkingen boven lekbakken (= uitbreiding met 12,5 ton). (klasse 2) - Rubriek 23.2.2°a) uitbreiding: exploitatie van toestellen voor het herverpakken van goederen en van industriële naaimachines met totale drijfkracht van 20 kW en de exploitatie van diverse kleinere toestellen voor het bewerken van kunststoffen met een totale drijfkracht van 18,22 kW (= uitbreiding met 18,22 kW). (klasse 2) - Rubriek 23.3.2°a) reeds vergund: opslag van kunststoffen en van voorwerpen uit kunststoffen met een capaciteit van 2600 ton kunststoffen. (klasse 2) - Rubriek 24.4 reeds vergund: 1 labo. (klasse 3) - Rubriek 31.1°a) reeds vergund: vast opgestelde motoren met een totaal nominaal vermogen van 141 kW (stroomgroep). (klasse 3) - Rubriek 39.1.1° Deze rubriek wordt geschrapt. - Rubriek 43.1.1° reeds vergund: exploitatie van 2 stookinstallaties met een vermogen van elk 150 kW en bijbehorende extractoren met een vermogen van 1,1 kW, 0,5 kW en 9 x 0,2 kW - totaal vermogen 340 kW. (klasse 3) - Bestaande milieuvergunningen: - Op 26/02/2007 werd door het CBS een milieuvergunning verleend aan bvba Covalence Specialty Materials voor de exploitatie van een nieuwe inrichting. - Stedenbouwkundige bestemming: de inrichting is volgens het gewestplan gelegen in industriegebied. De inrichting is gelegen binnen de contouren van het BPA “MoleneindeKapel-Houdt”, goedgekeurd bij ministerieel besluit van 10 maart 1995.
-
Stedenbouwkundige vergunningen: op 09/10/2006 werd door het CBS een vergunning afgeleverd voor het bouwen van een nieuwbouw = opslagruimte met burelen, na slopen van bestaand gebouw. - Watertoets: gelet op de aard van de aanvraag en op het feit dat de inrichting gelegen is buiten de grenzen van een overstromingsgevoelig gebied lijkt men in alle redelijkheid te kunnen stellen dat er geen substantieel schadelijk effect wordt verwacht ten gevolge van de gevraagde inrichting op voorwaarde dat is voldaan aan de voorwaarden van de gewestelijk stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater. - Zoneringsplan: het bedrijf is volgens het zoneringsplan gelegen in niet-aansluitbaar gebied, maar in praktijk is het afvalwater reeds aangesloten op de gemengde riolering van de Nijverheidsstraat die afvoert naar het RWZI - Geel en is dus in feite centraal gebied. - MER- screening: de aanvraag heeft geen betrekking op een activiteit die voorkomt op de lijst van bijlage III bij het besluit van de Vlaamse regering van 1 maart 2013 inzake de nadere regels van de project-MER- screening. Dit werd vermeld in de ontvankelijk- en volledigverklaring van het dossier. - Openbaar onderzoek datum opening openbaar onderzoek 22 juli 2014 datum sluiting openbaar onderzoek bezwaren en opmerkingen
21 augustus 2014 om 12 uur geen
Adviezen Het advies van de intercommunale milieudienst IOK, via mail ontvangen op de milieudienst op 25 juni 2014, is voorwaardelijk gunstig en omvat volgende bemerkingen:
1.
Stedenbouwkundig
A. Stedenbouwkundige ligging De inrichting is volgens het gewestplan gelegen in industriegebied. De inrichting is gelegen binnen de contouren van het BPA “Moleneinde – Kapel – Houdt”, meer bepaald in de zone bestemd voor industrie. Er kan bijgevolg gesteld worden dat de exploitatie van de voorliggende inrichting verenigbaar lijkt te kunnen zijn, op voorwaarde dat aan de van toepassing zijnde voorschriften van het BPA wordt voldaan. B. Stedenbouwkundige vergunning Er dient te worden gewezen op de koppeling tussen de milieuvergunning & -melding en de stedenbouwkundige vergunning & melding, zoals geregeld in art. 5 van het Decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning en art. 4.5.1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. 2. Water De exploitant geeft in het voorliggende dossier aan dat bedrijfsafvalwater zonder gevaarlijke stoffen zal worden geloosd. De exploitant dient er op toe te zien dat de lozingsnormen te allen tijde gerespecteerd worden. 3. Afval De exploitant dient de bepalingen van het Materialendecreet, het Vlarema en Vlarem II strikt na te leven. 4.
Gassen
De exploitant dient er op te worden gewezen dat deze gasopslag dient te worden geëxploiteerd conform de voorheen vergunde modaliteiten. Met betrekking tot de gevraagde uitbreiding met 60 l stikstof dient de exploitant er op te worden gewezen dat de opslag van gassen moet worden uitgevoerd conform de bepalingen in hoofdstuk 5.16 van Vlarem II. Er dient te allen tijde aan de van toepassing zijnde afstandsregels te worden voldaan. 5. Gevaarlijke stoffen De exploitant geeft in voorliggend dossier aan dat gevaarlijke producten zullen worden opgeslagen op lekbakken. Het is aangewezen de exploitant er op te wijzen dat de bepalingen omtrent de plaatsing en de periodieke controles op de vaste houders zoals bepaald in hoofdstuk 5.17 en afdeling 5.17.3 van Vlarem II strikt nageleefd moeten worden. De exploitant dient er op te worden gewezen dat de voorschriften m.b.t. de te nemen veiligheidsmaatregelen (inkuipingen, veiligheidsafstanden, …) strikt nageleefd moeten worden. BESLUIT : Rekening houdende met bovenstaande bemerkingen dient deze vergunningsaanvraag voor de aangevraagde rubrieken op xde percelen kadastraal gekend als 4-B-138T en 4-B-203F5 te worden geadviseerd als GUNSTIG in overeenstemming met de gegevens opgenomen in het aanvraagdossier indien de exploitatievoorwaarden zoals vermeld in het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995, houdende de algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne, in acht worden genomen. Argumentatie De aanvraag vermeldt dat sinds het verlenen van de basisvergunning enkele naamswijzigingen hebben plaatsgevonden. Het vroegere bvba Covalence Specialty Materials werd in 2012 gewijzigd in Berry plastics. In 2013 werd Berry Plastics dan weer gewijzigd in de huidige naam Seal for life Industries bvba. Het perceel waarop de inrichting gevestigd is maakte voorheen deel uit van een groter perceel, waarvoor ook milieuvergunningen werden verleend aan nv UTI Belgium en Estée Lauder Northern Europe Center NV (voor het uitbaten van een distributiecentrum voor cosmeticaproducten). De percelen van de aanvraag zijn eigendom van Intervest en worden gehuurd door Seal for life. De huurovereenkomst inclusief addendum tonen het gebruiksrecht van de aanvrager aan. In het bedrijf worden lijmen en andere kunststoffen opgeslagen en is er bovendien een beperkt solventgebruik van max 500 kg per jaar. Bij calamiteiten zoals brand of beschadiging van verpakkingen kunnen schadelijke emissies vrijkomen en dient gepast te worden opgetreden. Bij de vorige milieuvergunning van 26 februari 2007 werd als bijzondere voorwaarde opgelegd dat: " Voor de eerste ingebruikname dient voor de hele inrichting en in het bijzonder voor de opslag van kunststoffen de organisatie van de brandbestrijding, de organisatie, de brandbestrijdingsmiddelen en de bluswateropvang vastgelegd te worden in overleg met de bevoegde brandweer. De aanvrager heeft daarover het advies van de brandweer gevraagd, maar heeft dit op heden nog niet ontvangen. Het bedrijf zal het nodige doen om aan eventuele opmerkingen van de brandweer te voldoen. Het bedrijf beschikt over een eigen noodplan waarin procedures zijn opgenomen ter voorkoming en beperking van milieuschade in geval van calamiteiten en er is interventiemateriaal aanwezig. Het eerder vergunde behandelen van kuststoffen, het vervaardigen van voorwerpen uit kunststoffen en het printen van labels worden stopgezet. De hoofdactiviteiten omvatten orderverwerking, distributie en technische ondersteuning van warmtekrimpende producten,
speciale lijmproducten en kleefbanden. In het labo worden testen uitgevoerd met warmtekrimpende producten met gebruik van 7 ovens en warm- en koudwaterbaden. Het water van deze baden wordt 2 keer per jaar ververst en geloosd als bedrijfsafvalwater op de riolering. In de hal worden diverse gevaarlijke producten opgeslagen. Er is een afzuiginstallatie voorzien voor dampen die vrijkomen bij het verwarmen van krimpkousen, voor lasdampen en bij de spuitwand (niet ingedeeld). De samenstelling van de geloosde afzuigdampen is niet vermeld en dient te voldoen aan de lozingsnormen. Alle opgeslagen producten bevinden zich boven een lekbak, sommigen in een brandvrije kast met lekbak. De reeds vergunde opslag van propaangas in flessen (op perceelnr. 138T) en tevens een gedeelte van de opslag van lijmen en epoxy’s (= o.m. voorwerp van de aanvraag) zijn ingetekend op het toe te voegen perceel 4-B-203F5, buiten, waar zich tevens de afvalcontainers bevinden. Door het opleggen en naleven van de algemene en de sectorale milieuvoorwaarden kunnen de risico's voor de externe veiligheid, de hinder, de effecten op het leefmilieu, op de wateren, op de natuur en de mens buiten de inrichting tot een aanvaardbaar niveau worden beperkt. Juridische grond - het decreet van 28 juni 1985 en de wijzigingen bij latere decreten; - het besluit van 6 februari 1991 van de Vlaamse Executieve, en de wijzigingen bij latere besluiten, waarin het Vlaams Reglement betreffende de milieuvergunning (Vlarem) vastgesteld is; - het besluit van 1 juni 1995 van de Vlaamse Regering en de wijzigingen bij latere besluiten, waarin de algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (Vlarem II) opgenomen zijn. Impact op beleids- en beheerscyclus actieplan Kwaliteitsvolle leefomgeving actie Naleven en toezicht op naleving van milieuwetgeving en gerelateerde wetgeving actienummer 2014000384 omschrijving project Milieuvergunning 2de klasse raming kosten / raming opbrengsten / BESLUIT Artikel 1
Aan Seal for Life Industries bvba, Nijverheidsstraat 13 in Westerlo, wordt vergunning verleend voor het veranderen door toevoeging van perceel 4-B203F5 en door uitbreiding van een inrichting voor opslag van goederen en het bewerken van kunststoffen, zodat ze voortaan omvat: - het lozen van 8,12 m3/jaar bedrijfsafvalwater in de openbare riolering, afkomstig van de warmwaterbaden en de koudwaterbaden in het labo; Vlarem klasse 3; rubriek 3.4.1°a - transformatoren met een individueel nominaal vermogen van 400 kVA; Vlarem klasse 3; rubriek 12.2.1° - een batterijlader van 40 kW; Vlarem klasse 3; rubriek 12.3.2° - het stallen van 5 heftrucks; Vlarem klasse 3; rubriek 15.1.1° - koelinstallaties, luchtcompressoren en airconditioninginstallaties met een totale geïnstalleerde drijfkracht van 33 kW; Vlarem klasse 3; rubriek 16.3.1.1° - opslag van 1.125 liter lege en volle gasflessen propaan en 60 liter stikstof;
Artikel 2
uitbreiding met 60 liter stikstof; Vlarem klasse 2; rubriek 16.7.2° - opslag van 45.000 kg irriterende en corrosieve producten zoals lijmen en epoxy's, waarvan 44.500 kg bedoeld is voor op- en overslag en 500 kg voor gebruik in het labo; vermindering van de totale hoeveelheid opgeslagen irriterende en corrosieve stoffen met 5.000 kg; Vlarem klasse 2; rubriek 17.3.3.2°a - de opslag van 5.050 liter licht ontvlambare producten in diverse verpakkingen boven lekbakken waarvan 5.000 liter bedoeld voor op- en overslag en circa 50 liter intern wordt aangewend; Vlarem klasse 2; rubriek 17.3.4.2°a.1° - opslag van 200 liter diesel; Vlarem klasse 3; rubriek 17.3.6.1°b - opslag van 44.5 ton milieugevaarlijke stoffen zoals lijmen en epoxy's in diverse verpakkingen boven lekbakken; uitbreiding opslag milieugevaarlijke stoffen met circa 12,5 ton; Vlarem klasse 2; rubriek 17.3.8.2° - toestellen voor het herverpakken van goederen en van industriële naaimachines met totale drijfkracht van 20 kW en diverse kleinere toestellen voor het bewerken van kunststoffen met een totale drijfkracht van 18,22 kW; uitbreiding toestellen voor het behandelen en vervaardigen van kunststoffen met 18,22 kW en herrubricering; Vlarem klasse 3; rubriek 23.2.1°a - opslag van kunststoffen en van voorwerpen uit kunststoffen met een capaciteit van 2.600 ton; Vlarem klasse 2; rubriek 23.3.2°a - een laboratorium; Vlarem klasse 3; rubriek 24.4 - een stroomgroep van 141 kW; Vlarem klasse 3; rubriek 31.1.1°a - verbrandingsinrichtingen zonder elektriciteitsproductie (stookinstallaties ed) met een totaal warmtevermogen van 340 kW; Vlarem klasse 3; rubriek 43.1.1°a, op perceel sectie B, 4de afdeling, nummer 138T en 203F5, gelegen Nijverheidsstraat 11B, 2260 Westerlo. Koppeling aan de stedenbouwkundige vergunning: §1. Deze milieuvergunning is geschorst indien voor de verandering die er het voorwerp van uitmaakt ook een stedenbouwkundige vergunning of melding als bedoeld in artikel 4.2.1 en 4.2.2 van de Vlaamse Codex RO, vereist is en deze stedenbouwkundige vergunning niet definitief werd verleend of de melding niet is gedaan. Deze schorsing duurt tot de stedenbouwkundige vergunning definitief is verleend of is geweigerd in laatste aanleg of zolang de handelingen waarvoor de stedenbouwkundige melding is verricht, niet mogen worden aangevat op grond van artikel 4.2.2,§4 van de Vlaamse Codex RO. De vergunninghouder dient het definitief verkrijgen van de stedenbouwkundige vergunning te melden bij ter post aangetekende zending. §2 De geschorste milieuvergunning vervalt van rechtswege op de dag waarop de stedenbouwkundige vergunning in laatste aanleg definitief zou geweigerd worden. §3 De stedenbouwkundige vergunning die verkregen is voor de verandering die het voorwerp is van de voormelde milieuvergunningsaanvraag wordt geschorst zolang de milieuvergunning niet definitief is verleend. Als het gaat om met toepassing van artikel 4.2.2 van de Vlaamse Codex RO meldingsplichtige handelingen wordt de uitvoerbaarheid van de stedenbouwkundige melding opgeschort.
Artikel 3
Artikel 4
§4 Deze geschorste stedenbouwkundige vergunning vervalt van rechtswege op de dag waarop de milieuvergunning in laatste aanleg definitief zou geweigerd worden. Vergunningstermijn en voorwaarden De in artikel 1 bedoelde milieuvergunning wordt verleend voor een termijn: 1. die aanvangt op 8 september 2014 behoudens wanneer: a) onderhavige milieuvergunning is geschorst omdat de bouwvergunning, vereist krachtens artikel 44 van de wet van 29 maart 1962, houdende organisatie van de ruimtelijke ordening en van de stedenbouw, op datum van onderhavige milieuvergunning niet definitief is verleend; de exploitant dient de datum waarop de bouwvergunning werd verleend, bij een ter post aangetekend schrijven mee te delen aan de overheid die de milieuvergunning heeft verleend; b) onderhavige milieuvergunning overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, §3 van rechtswege vervalt; in dat geval is geen enkele vergunningstermijn toegestaan; 2. en eindigt op 26 februari 2027, samenvallend met de einddatum van de lopende milieuvergunning. De volgende algemene en sectorale milieuvergunningsvoorwaarden uit Vlarem II dienen strikt te worden nageleefd: §1 Algemene milieuvoorwaarden voor ingedeelde inrichtingen, in het bijzonder: Hoofdstuk 4.1: Algemene voorschriften Afdelingen 4.1.1 – 4.1.11: Art. 4.1.0.1 - Art. 4.1.11.8; Hoofdstuk 4.2: Beheersing van oppervlaktewaterverontreiniging Afdelingen 4.2.1 - 4.2.8: Art.4.2.1.1. - Art. 4.2.8.4.1 Hoofdstuk 4.3: Beheersing van bodem- en grondwaterverontreiniging Afdelingen 4.3.1 – 4.3.3: Art. 4.3.1.1. - Art. 4.3.3.1. Hoofdstuk 4.4: Beheersing van de luchtverontreiniging Afdelingen 4.4.1 – 4.4.6: Art. 4.4.1.1. - Art. 4.4.6.2.5. Hoofdstuk 4.5: Beheersing van geluidshinder Afdelingen 4.5.1 – 4.5.6: Art. 4.5.1.1 - Art. 4.5.6.1 Hoofdstuk 4.6: Beheersing van hinder door licht: art. 4.6.0.1 – 4.6.0.4 Hoofdstuk 4.7: Beheersing van asbest: art. 4.7.0.1 – 4.7.0.3 Hoofdstuk 4.8: Verwijdering van PCB’s en PCT’s Hoofdstuk 4.9: Energieplanning: art. 4.9.1 – 4.9.3 Hoofdstuk 4.10: Emissies van broeikasgassen: Art. 4.10.1.1 - 4.10.1.5 §2 Sectorale milieuvoorwaarden voor ingedeelde inrichtingen: Hoofdstuk 5.3 Het lozen van afvalwater en koelwater Afdelingen 5.3.1 – 5.3.2 art. 5.3.0.1 – 5.3.2.4 Hoofdstuk 5.16 Gassen Afdelingen 5.16.1 – 5.16.7 art. 5.16.1.1 – 5.16.7.8 Hoofdstuk 5.17 Opslag van gevaarlijke producten Afdelingen: 5.17.1 – 5.17.5 art. 5.17.1.1 – 5.17.5.7 Hoofdstuk 5.23 Kunststoffen art. 5.23.0.1 – 5.23.1.2 De opgesomde algemene en sectorale milieuvoorwaarden kunnen teruggevonden worden in Vlarem II. Deze zijn evenwel louter indicatief; bij wijzigingen van Vlarem II wordt de exploitant immers steeds geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van Vlarem II is te raadplegen op de website
Artikel 5 Artikel 6
Artikel 7
008
www.lne.be. Onderhavige vergunning doet geen afbreuk aan de rechten van derden. §1 Voor elke verandering van de vergunde inrichting gelden de bepalingen van artikel 5, §1, 2e van titel I van het Vlarem. §2 Elke overname van de inrichting door een andere exploitant dient uiterlijk 10 kalenderdagen voor de datum van overname gemeld aan de vergunningverlenende overheid, overeenkomstig de bepalingen van artikel 42 van het Vlaams Reglement betreffende de milieuvergunning. Een hernieuwing van de vergunning moet worden aangevraagd overeenkomstig de bepalingen van het Vlaams Reglement betreffende de milieuvergunning uiterlijk tussen de 18de en de 12de maand voor het verstrijken van de vergunningstermijn van de lopende vergunning. Tegen onderhavige beslissing kan beroep aangetekend worden bij de Bestendige Deputatie van de provincie Antwerpen. Tot staving van de ontvankelijkheid dient bij het beroepschrift het hierbij gevoegde attest van betekening evenals het bewijs van betaling van de dossiertaks gevoegd te worden. Basisonderwijs. Elke Huygens. Aanstelling tijdelijk onderwijzer als vervanger 11.
Voorgeschiedenis12 Feiten en context13 Juridische grond • Artikel 4, paragraaf 5 van het decreet van 27 maart 1991 bepaalt dat het college beslist over het tijdelijk aanstellen van onderwijzend personeel. • Het decreet van 27 maart 1991 regelt de rechtspositie van het personeel van het gesubsidieerd basisonderwijs en legt door de artikelen 19 tot en met 29 de regels vast voor tijdelijke aanstellingen. Argumentatie14 Impact op beleids- en beheerscyclus15 BESLUIT Artikel 1 Het schepencollege stelt Elke Huygens, 16 aan als tijdelijk onderwijzer (TA) met een 24/24e opdracht aan de gemeentelijke basisschool van Voortkapel, Stijn Streuvelsstraat 11, 2260 Westerlo vanaf 1 september 2014 17 Artikel 2 Elke Huygens valt onder de toepassing van het decreet rechtspositie van 27 maart 1991 en ontvangt haar wedde rechtstreeks van het ministerie van onderwijs en vorming. Zij onderschrijft het pedagogisch project van de basisscholen van Westerlo. 11
persoonlijke gegevens verwijderd persoonlijke gegevens verwijderd 13 persoonlijke gegevens verwijderd 14 persoonlijke gegevens verwijderd 15 persoonlijke gegevens verwijderd 16 persoonlijke gegevens verwijderd 17 persoonlijke gegevens verwijderd 12
009
Kunstonderwijs. Aanwerving directeur tekenschool. Samenstelling examencommissie.
Voorgeschiedenis18 Feiten en context De selectie voor deze betrekking bestaat uit een mondelinge proef. Het is noodzakelijk om hiervoor een selectiecommissie samen te stellen. Juridische grond De artikelen 196 tot en met 198 van het arbeidsreglement-rechtspositieregeling bepalen de regels voor een selectiecommissie. Impact op beleids- en beheerscyclus actieplan Verbeteren interne organisatie actie Aanwervingen Examens actienummer 2014000114 2014000158 omschrijving project presentiegelden juryleden reiskosten juryleden raming kosten 500 euro 25 euro raming opbrengsten BESLUIT Artikel 1 Het college stelt de selectiecommissie als volgt samen: - Ariane Van der Veken, directeur kunstacademie Geel - Marc Bourgeois, voormalig directeur tekenschool Westerlo - Jo Vankrunkelsven, secretaris gemeente en OCMW. 010
Ruimtelijke Ordening. Stedenbouwkundige Aanvraag. Vergunning: -De Reid 30 (2014/067) 19
Inleiding - Volgens artikel 4.7.17. van de VCRO maakt in ontvoogde gemeenten de gemeentelijke stedenbouwkundige ambtenaar voor elke beslissing over een vergunningsaanvraag een verslag op, dat deel uitmaakt van het vergunningendossier. Het verslag kadert de aanvraag binnen de regelgeving, de stedenbouwkundige voorschriften, de eventuele verkavelingsvoorschriften en een goede ruimtelijke ordening, en omvat desgevallend een voorstel van antwoord op de bezwaarschriften in het kader van het gevoerde openbaar onderzoek. Voorgeschiedenis - De aanvrager20 hebben op 23 juni 2014 een stedenbouwkundige aanvraag ingediend voor het verbouwen van een vrijstaande eengezinswoning + het bouwen van een bijgebouw =
18 19
persoonlijke gegevens verwijderd persoonlijke gegevens verwijderd
vrijstaande garage, op de percelen sectie C(TLO), nr. 302K + 302L, gelegen De Reid 30 in 2260 Westerlo. - De gemeentelijke stedenbouwkundige ambtenaar bracht op 1 september 2014 het volgende advies uit: Feiten en context - Het voorgelegde dossier werd ontvankelijk en volledig verklaard op 16 juli 2014. - De aanvraag is gelegen in een woongebied met landelijk karakter langs de weg en achterliggend in een agrarisch gebied volgens het gewestplan Herentals-Mol (KB 28 juli 1978). Woongebieden met landelijk karakter zijn in hoofdzaak bestemd « voor woningbouw in het algemeen en tevens voor landbouwbedrijven ». Zowel bewoning als landbouw zijn bijgevolg de hoofdbestemmingen van het gebied, en beide bestemmingen staan er op gelijke voet. Daarnaast kunnen eveneens de andere inrichtingen, voorzieningen en activiteiten, bedoeld in artikel 5.1.0. worden toegelaten. Voor inrichtingen bestemd voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf - met inbegrip van de para-agrarische bedrijven - blijft de voorwaarde gelden dat zij slechts toelaatbaar zijn voorzover zij niet wegens de taken van bedrijf die zij uitvoeren moeten worden afgezonderd in een daartoe aangewezen gebied. Er dient dan ook steeds te worden onderzocht of zij bestaanbaar zijn met de bestemming van woongebied met landelijk karakter. Concreet betekent dit dat zij niet van aard mogen zijn de woon- of landbouwfunctie van het gebied te verstoren. - Het perceel van de aanvraag is niet gelegen binnen de contouren van een bijzonder plan van aanleg, noch binnen de grenzen van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan, noch binnen een niet-vervallen verkaveling. - De aanvraag is gelegen langs De Reid, een voldoende uitgeruste weg die voorzien is van een betonverharding. - De aanvraag is niet gelegen in een recent overstroomd gebied of overstromingsgebied. Openbaar onderzoek Er diende geen openbaar onderzoek te worden georganiseerd. Adviezen Er zijn geen externe adviezen vereist. Argumentatie - De voorliggende aanvraag voorziet in het verbouwen van een vrijstaande eengezinswoning en de oprichting van een vrijstaande garage. De bestaande woning staat op 7,20m uit de rooilijn ingeplant. Het bestaande hoofdvolume bestaande uit twee bouwlagen onder een hellend dak blijft behouden. De gevelsteen wordt verwijdert, isolatie en nieuwe gevelsteen wordt geplaatst. Het linkse bijvolume wordt gesloopt en maakt plaats voor een nieuw volume bestaande uit twee bouwlagen en een hellend dak. Dit volume integreert zich volledig in het bestaande gebouw zodat een nieuw geheel ontstaat. De maximum kroonlijshoogte en de nokhoogte bedragen respectievelijk 5,70m en 9,68m. Aan de achterzijde van dit nieuwe hoofdvolume zijn twee kleinere volumes geïntegreerd. Het ene aangebouwde volume bestaat uit anderhalve bouwlaag onder een afgeknot hellend dak, het andere neemt de vorm aan van erker met bureau in. De bestaande kelder wordt gedempt en onder het nieuw op te richten volume wordt een beperkte nieuwe kelder gegraven. De maximale bouwdiepte bedraagt zowel op het gelijkvloers als op de verdieping 12,42m. - De vrijstaande (dubbele) garage met tuinberging in de achtertuin bestaat uit een bouwlaag en een zadeldak en heeft een oppervlakte van 70m² (7m x 10m). De kroonlijsthoogte en nokhoogte bedragen respectievelijk 3m en 5,94m. Dit bijgebouw wordt ingeplant op 27m uit de voorgevel, op +/-15m uit de achtergevel en op 3m van de linker perceelsgrens. De uiterste 20
persoonlijke gegevens verwijderd
-
-
-
achtergevel van het bijgebouw bevindt zich op +/-48,50m uit de rand van de weg. Gelet op het feit dat de grens tussen de gewestplanbestemmingen woongebied met landelijk karakter en agrarisch gebied op 50m uit de rand van de weg ligt, mag de achtergevel van het bijgebouw op maximaal 47m uit de rand van de weg opgericht worden. Het voorliggende bouwproject heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat het schadelijk effect beperkt is. Enkel wordt door de toename van de verharde oppervlakte de infiltratie van het hemelwater in de bodem plaatselijk beperkt. Er wordt voorzien in een regenwaterput van 10.000 liter. Volgens de gewestelijke verordening hemelwater dient er een hemelwaterput met een totale minimale inhoud van 5000 liter geplaatst te worden. De aanvrager vraagt een afwijking hierop in functie van het herbruik via 2 toiletten, wasmachine en een buitenkraan. De totale horizontale dakoppervlakte van bestaande en nieuwe constructies bedraagt 213m². De aanvrager voorziet in een infiltratievoorziening van 6,12m². De aanvraag is in overeenstemming met de gewestelijke stedenbouwkundige verordening van 5 juli 2013 inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater. De voorliggende aanvraag is niet van die aard dat deze moet aangevuld worden met een mer-sreeningsnota. De volgende beoordeling – als uitvoering van art. 1.1.4 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening gericht op een duurzame ruimtelijke ontwikkeling en met oog voor de ruimtelijke draagkracht, de gevolgen voor het leefmilieu en de culturele, economische, esthetische en sociale gevolgen - houdt rekening met de criteria als uitvoering van art. 4.3.1. van de codex. o Functionele inpasbaarheid De omgeving bestaat uit eengezinswoningen in vrijstaande woontypologie. De aanvraag wordt functioneel inpasbaar en stedenbouwkundig vergunbaar geacht. o Mobiliteitsimpact De aanvraag heeft geen invloed op de mobiliteit. o Schaal De omgeving bestaat uit eengezinswoningen met een sterke verscheidenheid: vrijstaande bebouwing bestaande uit zowel een- als twee bouwlagen. Gelet op het voorgestelde bouwvolume van 2 bouwlagen en een hellend dak, kan in alle redelijkheid gesteld worden dat de aanvraag wat korrelgrootte betreft en gabarit niet storend is in de ruimtelijke context. o Ruimtegebruik en bouwdichtheid De verhouding bebouwde zone en open ruimte is in evenwicht en niet storend naar de onmiddellijke omgeving toe. De afstanden tot de perceelsgrenzen blijven voldoende groot. De verharding is beperkt tot de gebruikelijke oprit en terras. Buiten de bouwstrook en de verharding wordt het perceel ingericht als tuin. o Visueel-vormelijke elementen De woning wordt afgewerkt met een hellend dak. De gevels worden afgewerkt in roodbruine herbruiksteen. Het dak wordt bedekt met rode dakpannen. Op deze manier krijgt de woning een landelijk karakter. Gelet op de verscheidenheid in het straatbeeld kan deze dakvorm en gevelmaterialen aanvaard worden. o Cultuurhistorische aspecten De aanvraag is niet gelegen binnen contouren van een beschermd landschap of in het gezichtsveld van een monument. o Bodemreliëf
De aanvraag heeft geen noemenswaardige wijziging van het bestaande bodemreliëf tot gevolg. o Hinderaspecten Eventuele hinderaspecten ten gevolge van de aanvraag beperken zich tot een aanvaardbaar niveau in de omgeving. o Gezondheid De aanvraag omvat geen hinderlijke inrichtingen en heeft geen nadelige gevolgen voor de gezondheid van de omwonenden.
o Gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen De aanvraag heeft geen nadelige effecten op het gebruiksgenot van de omliggende percelen of de veiligheid in het algemeen. - Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is (of kan in overeenstemming gebracht worden mits het opleggen van de nodige voorwaarden) met de wettelijke bepalingen, alsook met de goede ruimtelijke ordening. Advies gemeentelijk stedenbouwkundig ambtenaar Gunstig Motivatie standpunt college - Het schepencollege neemt kennis van het advies van de gemeentelijk stedenbouwkundige ambtenaar van 1 september 2014 en sluit zich aan bij dit advies. Juridische grond - Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. (VCRO) - Het gewestplan Herentals-Mol (KB 28 juli 1978). - Omzendbrief van 8 juli 1997 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en gewestplannen, gewijzigd via omzendbrief van 25 januari 2002 en 25 oktober 2002. - Decreet integraal waterbeleid van 18 juli 2003. - Besluit van de Vlaamse Regering van 14 oktober 2011 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstantie en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid. - Besluit van de Vlaamse regering van de nieuwe gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater van 5 juli 2013. - Besluit van de Vlaamse regering inzake de nadere regels van de project-m.e.r.-screening van 1 maart 2013. - Advies van gemeentelijk stedenbouwkundig ambtenaar van 1 september 2014. Impact op beleids- en beheerscyclus actieplan Vergunningen actie Adviseren en afhandelen van vergunningsaanvragen en aanverwante attesten actienummer 2014000623 omschrijving project Stedenbouwkundige vergunning raming kosten geen extra kosten raming opbrengsten geen BESLUIT
Artikel 1
Artikel 2
011
Het college verleent vergunning 21, voor het verbouwen van een vrijstaande eengezinswoning + het bouwen van een bijgebouw = vrijstaande garage, op de percelen sectie C(TLO), nr. 302K + 302L, gelegen De Reid 30 in 2260 Westerlo. De volgende voorwaarden dienen nageleefd te worden: 1) alle ophogingen in de bouwvrije voor- en zijtuinstroken, hoger dan het hoogste punt van het wegdek, weglaten 2) verplicht de woning aansluiten op het rioleringsnet, dat zal uitmonden in het rioolwaterzuiveringsstation 3) verplicht een hemelwaterput en infiltratievoorziening plaatsen overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering d.d. 5 juli 2013 en voorzien in het hergebruik van dit hemelwater d.m.v. de nodige aftappunten; de overstortleiding dient te infiltreren op het eigen perceel 4) het niet-bebouwd en niet-verhard gedeelte dient een groen karakter te verkrijgen 5) de woning uitvoeren zoals voorzien op bouwplannen 1/4 t.e.m. 4/4 d.d. 23/06/2014 6) de achtergevel van de garage/tuinberging mag op maximaal 47m uit de rand van de weg ingeplant worden 7) de stedenbouwkundige vergunning blijft geschorst tot de milieuvergunning werd verkregen of tot aan de meldingsplicht is voldaan (indien van toepassing). Ruimtelijke Ordening. Stedenbouwkundige Aanvraag. Werken van Geringe Omvang. Vergunning: Lindenstraat 21 (2014/528) 22.
Inleiding - Volgens artikel 4.7.17. van de VCRO maakt in ontvoogde gemeenten de gemeentelijke stedenbouwkundige ambtenaar voor elke beslissing over een vergunningsaanvraag een verslag op, dat deel uitmaakt van het vergunningendossier. Het verslag kadert de aanvraag binnen de regelgeving, de stedenbouwkundige voorschriften, de eventuele verkavelingsvoorschriften en een goede ruimtelijke ordening, en omvat desgevallend een voorstel van antwoord op de bezwaarschriften in het kader van het gevoerde openbaar onderzoek. Voorgeschiedenis - De aanvrager23 heeft op 23 juni 2014 een stedenbouwkundige aanvraag ingediend voor het regulariseren van de voorgevel en de indeling van de woning, op het perceel sectie A, nr. 165W, gelegen Lindenstraat 21 in 2260 Westerlo. - Op 12 februari 1996 verleende het college van burgemeester en schepenen een stedenbouwkundige vergunning voor het ombouwen en uitbreiden van een autobergplaats tot inkom- berging - doorgang met woongelegenheid op de verdieping + nieuwbouw = dubbele autobergplaats + 3 parkeerplaatsen. - De gemeentelijke stedenbouwkundige ambtenaar bracht op 29 augustus 2014 het volgende advies uit: Feiten en context 21
persoonlijke gegevens verwijderd persoonlijke gegevens verwijderd 23 persoonlijke gegevens verwijderd 22
- Het voorgelegde dossier werd ontvankelijk en volledig verklaard op 16 juli 2014. - De aanvraag is gelegen in een woongebied volgens het gewestplan Herentals-Mol (KB 28 juli 1978). De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving - Het perceel van de aanvraag is gelegen binnen de contouren van het goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan 'Herziening BPA 1B Dorpskom Oevel'. Het perceel is gelegen binnen de bestemming 'plaatsen bestemd voor aaneengesloten bebouwing' (art. 1) met een overdruk voor meergezinswoningen (art. 14.3) en commerciële functies (art. 14.4). - De aanvraag is gelegen langs de Lindenstraat, een voldoende uitgeruste weg die voorzien is van een asfaltverharding. - De aanvraag is niet gelegen in een recent overstroomd gebied of overstromingsgebied. Openbaar onderzoek Er diende geen openbaar onderzoek te worden georganiseerd. Adviezen Er zijn geen externe adviezen vereist. Argumentatie - De voorliggende aanvraag voorziet in het regulariseren van de voorgevel en de indeling in de woning. De verkregen stedenbouwkundige vergunning uit 1996 werd in werkelijkheid in spiegelbeeld uitgevoerd. Zo staat momenteel de voordeur links en de garagepoort rechts (in plaats van omgekeerd), evenals de bijhorende binnenindeling van het betreffende woongebouw. - Conform de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan 'Herziening 1B Dorpskom Oevel' is het betrokken perceel bestemd voor de oprichting van aaneengesloten bebouwing. Bovendien laat het RUP verbouwingen aan bestaande hoofdzakelijk vergunde constructies toe. De voorliggende aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen uit het ruimtelijk uitvoeringsplan 'Herziening 1B Dorpskom Oevel'. - Het voorliggende bouwproject heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat het schadelijk effect beperkt is. Ten opzichte van de bestaande toestand neemt de verharde oppervlakte zelfs af. - Daar de voorliggende aanvraag een regularisatie van een aanpassing van een vergunde stedenbouwkundige situatie betreft, is de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater niet van toepassing op voorliggende aanvraag. - De voorliggende aanvraag is niet van die aard dat deze moet aangevuld worden met een mer-sreeningsnota. - De volgende beoordeling – als uitvoering van art. 1.1.4 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening gericht op een duurzame ruimtelijke ontwikkeling en met oog voor de ruimtelijke draagkracht, de gevolgen voor het leefmilieu en de culturele, economische, esthetische en sociale gevolgen - houdt rekening met de criteria als uitvoering van art. 4.3.1. van de codex. o Functionele inpasbaarheid De omgeving bestaat uit eengezinswoningen, in hoofdzaak gesloten. De aanvraag wordt in overeenstemming geacht met de stedenbouwkundige voorschriften van het goedgekeurde RUP. De aanvraag wordt functioneel inpasbaar en stedenbouwkundig vergunbaar geacht.
o Mobiliteitsimpact De aanvraag heeft geen invloed op de mobiliteit. o Schaal De omgeving bestaat uit eengezinswoningen bestaande uit een- en twee bouwlagen. De voorliggende aanvraag behoudt het hoofdvolume van twee bouwlagen en een hellend dak. Bijgevolg kan in alle redelijkheid gesteld worden dat de aanvraag wat korrelgrootte betreft en gabarit niet storend is in de ruimtelijke context. o Ruimtegebruik en bouwdichtheid De voorliggende aanvraag betreft regularisatie van een beperkte aanpassing van een vergunde stedenbouwkundige situatie. Ten opzichte van deze situatie verandert er niets op het vlak van ruimtegebruik en bouwdichtheid. o Visueel-vormelijke elementen De voorliggende aanvraag betreft een regularisatie van een beperkte aanpassing van een vergunde stedenbouwkundige situatie. De huidige situatie bestaat uit het spiegelbeeld van de vergunde situatie. Bijgevolg zijn er naar visueel-vormelijke elementen geen bezwaren. o Cultuurhistorische aspecten De aanvraag is niet gelegen binnen contouren van een beschermd landschap of in het gezichtsveld van een monument. o Bodemreliëf De aanvraag heeft geen noemenswaardige wijziging van het bestaande bodemreliëf tot gevolg. o Hinderaspecten Ten gevolge van de aanvraag beperken zijn er geen hinderaspecten te verwachten. o Gezondheid De aanvraag omvat geen hinderlijke inrichtingen en heeft geen nadelige gevolgen voor de gezondheid van de omwonenden. o Gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen De aanvraag heeft geen nadelige effecten op het gebruiksgenot van de omliggende percelen of de veiligheid in het algemeen. - Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is met de wettelijke bepalingen, alsook met de goede ruimtelijke ordening. Advies gemeentelijk stedenbouwkundig ambtenaar Gunstig Motivatie standpunt college - Het schepencollege neemt kennis van het advies van de gemeentelijk stedenbouwkundige ambtenaar van 29 augustus 2014 en sluit zich aan bij dit advies. Juridische grond - Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. (VCRO) - Het gewestplan Herentals-Mol (KB 28 juli 1978). - Omzendbrief van 8 juli 1997 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en gewestplannen, gewijzigd via omzendbrief van 25 januari 2002 en 25 oktober 2002. - Besluit van de bestendige deputatie van de provincie Antwerpen van 17 januari 2013 betreffende de goedkeuring van het ruimtelijk uitvoeringsplan 'Herziening 1B Dorpskom Oevel'. - Decreet integraal waterbeleid van 18 juli 2003.
- Besluit van de Vlaamse Regering van 14 oktober 2011 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstantie en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid. - Besluit van de Vlaamse regering van de nieuwe gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater van 5 juli 2013. - Besluit van de Vlaamse regering inzake de nadere regels van de project-m.e.r.-screening van 1 maart 2013. - Advies van gemeentelijk stedenbouwkundig ambtenaar van 29 augustus 2014. Impact op beleids- en beheerscyclus actieplan Vergunningen actie Adviseren en afhandelen van vergunningsaanvragen en aanverwante attesten actienummer 2014000623 omschrijving project Stedenbouwkundige vergunning raming kosten geen extra kosten raming opbrengsten geen
BESLUIT Artikel 1 Het college verleent vergunning24 voor het regulariseren van de voorgevel en de indeling van de woning, op het perceel sectie A, nr. 165W, gelegen Lindenstraat 21 in 2260 Westerlo. 012
Ruimtelijke Ordening. Stedenbouwkundige Aanvraag. Werken van Geringe Omvang. Vergunning: Jo Gryffroy: Gooreinde 64 (2014/527).
Inleiding - Volgens artikel 4.7.17. van de VCRO maakt in ontvoogde gemeenten de gemeentelijke stedenbouwkundige ambtenaar voor elke beslissing over een vergunningsaanvraag een verslag op, dat deel uitmaakt van het vergunningendossier. Het verslag kadert de aanvraag binnen de regelgeving, de stedenbouwkundige voorschriften, de eventuele verkavelingsvoorschriften en een goede ruimtelijke ordening, en omvat desgevallend een voorstel van antwoord op de bezwaarschriften in het kader van het gevoerde openbaar onderzoek. Voorgeschiedenis - De aanvrager25 heeft op 19 juni 2014 een stedenbouwkundige aanvraag ingediend voor het plaatsen van een reclamebord in de voortuin, op het perceel sectie C nr. 155D (= lot 2 in verkaveling nr. 61B/137/189), gelegen Gooreinde 64 in 2260 Westerlo. - De gemeentelijke stedenbouwkundige ambtenaar bracht op 1 september 2014 het volgende advies uit: Feiten en context - Het voorgelegde dossier werd ontvankelijk en volledig verklaard op 16 juli 2014.
24 25
persoonlijke gegevens verwijderd persoonlijke gegevens verwijderd
- De aanvraag is gelegen in een woongebied met landelijk karakter volgens het gewestplan Herentals-Mol (KB 28 juli 1978). Woongebieden met landelijk karakter zijn in hoofdzaak bestemd « voor woningbouw in het algemeen en tevens voor landbouwbedrijven ». Zowel bewoning als landbouw zijn bijgevolg de hoofdbestemmingen van het gebied, en beide bestemmingen staan er op gelijke voet. Daarnaast kunnen eveneens de andere inrichtingen, voorzieningen en activiteiten, bedoeld in artikel 5.1.0. worden toegelaten. Voor inrichtingen bestemd voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf - met inbegrip van de paraagrarische bedrijven - blijft de voorwaarde gelden dat zij slechts toelaatbaar zijn voorzover zij niet wegens de taken van bedrijf die zij uitvoeren moeten worden afgezonderd in een daartoe aangewezen gebied. Er dient dan ook steeds te worden onderzocht of zij bestaanbaar zijn met de bestemming van woongebied met landelijk karakter. Concreet betekent dit dat zij niet van aard mogen zijn de woon- of landbouwfunctie van het gebied te verstoren. - Het perceel van de aanvraag is gelegen binnen de contouren van een niet-vervallen verkaveling met nr. 61B/137/189 (goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen op 30 september 1969). - Voor het betreffende perceel werd op 27 januari 1976 een stedenbouwkundige vergunning verleend voor het bouwen van een woonhuis. Sinds 2008 werden er nog stedenbouwkundige vergunningen afgeleverd voor het ontbossen van een tuin (20 oktober 2008) en het bouwen van een tuinhuis (31 augustus 2009). - De aanvraag is gelegen langsheen Gooreinde, een goed uitgeruste weg voorzien van een betonveharding. Voor deze weg is een gemeentelijk rooilijnplan van toepassing (goedgekeurd op 7 februari 1997). - De aanvraag is niet gelegen binnen mogelijks overstrominggevoelig gebied. Openbaar onderzoek Er is geen openbaar onderzoek vereist. Adviezen Er zijn geen externe adviezen vereist. Argumentatie - De voorliggende aanvraag voorziet in het oprichten van een reclamebord in de voortuinstrook voor een eenmansbedrijf (in bijberoep) met interieurontwerp, kleur- en lichtadvies als bedrijfsactiviteit. Het reclamebord heeft een oppervlakte van +/-1m² (1,20m x 0,80m) en wordt in de voortuin nagenoeg op het maaiveld geplaatst (hoogte +/-5cm). Volgens het toegevoegde inplantingsplan wordt dit reclamebord ingeplant binnen de strook voor hoofdgebouwen zoals aangeduid in de verkaveling nr. 61B/137/189. Dit wil zeggen dat dit bord op minstens 12m uit de as van de weg en op 3m uit de zijdelingse perceelsgrenzen wordt geplaatst. - De voorliggende aanvraag is niet gelegen in een mogelijk overstromingsgevoelig gebied. - De voorliggende aanvraag valt niet onder het toepassingsgebied van de nieuwe gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater van 5 juli 2013 - De voorliggende aanvraag is niet van die aard dat deze dient aangevuld te worden met een mer-screeningsnota. - De volgende beoordeling – als uitvoering van art. 1.1.4 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening gericht op een duurzame ruimtelijke ontwikkeling en met oog voor de ruimtelijke draagkracht, de gevolgen voor het leefmilieu en de culturele, economische, esthetische en sociale gevolgen - houdt rekening met de criteria als uitvoering van art. 4.3.1. van de codex. o Functionele inpasbaarheid
De aanvraag behelst de plaatsing van een reclamebord in functie van een zelfstandige bedrijfsactiviteit in bijberoep met interieurvormgeving als activiteit. Deze bedrijfsactiviteit wordt uitgevoerd binnen de bestaande woning. Bijgevolg wordt de aanvraag functioneel inpasbaar en stedenbouwkundig vergunbaar geacht. o Mobiliteitsimpact De aanvraag heeft geen invloed op de mobiliteit. o Schaal Niet van toepassing op voorliggende aanvraag. o Ruimtegebruik en bouwdichtheid Niet van toepassing op voorliggende aanvraag. o Visueel-vormelijke elementen Gelet op beperkte omvang, hoogte, en de voldoende grote afstand tot de weg is het reclamebord niet storend in het straatbeeld. o Cultuurhistorische aspecten De aanvraag is niet gelegen binnen contouren van een beschermd landschap of in het gezichtsveld van een monument. o Bodemreliëf De aanvraag heeft geen noemenswaardige wijziging van het bestaande bodemreliëf tot gevolg. o Hinderaspecten Er zijn geen hinderaspecten te verwachten ingevolge voorliggende aanvraag. o Gezondheid De aanvraag omvat geen hinderlijke inrichtingen en heeft geen nadelige gevolgen voor de gezondheid van de omwonenden. o Gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen De aanvraag heeft geen nadelige effecten op het gebruiksgenot van de omliggende percelen of de veiligheid in het algemeen. - Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is met de wettelijke bepalingen, alsook met de goede ruimtelijke ordening. Advies gemeentelijk stedenbouwkundig ambtenaar Gunstig. Motivatie standpunt college - Het schepencollege neemt kennis van het advies van de gemeentelijk stedenbouwkundige ambtenaar van 1 september 2014 en sluit zich aan bij dit advies. Juridische grond - Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO). - Het gewestplan Herentals-Mol (KB 28 juli 1978). - Omzendbrief van 8 juli 1997 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en gewestplannen, gewijzigd via omzendbrief van 25 januari 2002 en 25 oktober 2002. - Beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 30 september 1969 ter goedkeuring van de verkaveling nr. 61B/137/189. - Decreet integraal waterbeleid van 18 juli 2003. - Besluit van de Vlaamse Regering van 14 oktober 2011 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstantie en tot
vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid. - Het besluit van de Vlaamse regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater. - Besluit van de Vlaamse regering inzake de nadere regels van de project-m.e.r.-screening van 1 maart 2013 - Advies van gemeentelijk stedenbouwkundig ambtenaar van 1 september 2014. Impact op beleids- en beheerscyclus actieplan Vergunningen actie Adviseren en afhandelen van vergunningsaanvragen en aanverwante attesten actienummer 2014000623 omschrijving project Stedenbouwkundige vergunning raming kosten geen extra kosten raming opbrengsten geen BESLUIT Artikel 1 Het college verleent vergunning 26 voor het plaatsen van een reclamebord in de voortuin, op het perceel sectie C nr. 155D (= lot 2 in verkaveling nr. 61B/137/189), gelegen Gooreinde 64 in 2260 Westerlo. 013
Ruimtelijke Ordening. Stedenbouwkundige Aanvraag. Vergunning: Prelaat Verbraekenlaan 15 (2014/069) 27.
Inleiding - Volgens artikel 4.7.17. van de VCRO maakt in ontvoogde gemeenten de gemeentelijke stedenbouwkundige ambtenaar voor elke beslissing over een vergunningsaanvraag een verslag op, dat deel uitmaakt van het vergunningendossier. Het verslag kadert de aanvraag binnen de regelgeving, de stedenbouwkundige voorschriften, de eventuele verkavelingsvoorschriften en een goede ruimtelijke ordening, en omvat desgevallend een voorstel van antwoord op de bezwaarschriften in het kader van het gevoerde openbaar onderzoek. Voorgeschiedenis - De aanvragers28 hebben op 27 juni 2014 een stedenbouwkundige aanvraag ingediend voor het uitbreiden van een eengezinswoning en het aanpassen van de woning in functie van de toegankelijkheid met een rolstoel, op het perceel sectie C(TLO), nr. 360F8, gelegen Prelaat Verbraekenlaan 15 in 2260 Westerlo. - Op 25 april 1988 heeft het college van burgemeester en schepenen voor het perceel alsook de omliggende percelen een stedenbouwkundige vergunning verleend voor het bouwen van 10 woonhuizen. - De gemeentelijke stedenbouwkundige ambtenaar bracht op 2 september 2014 het volgende advies uit: Feiten en context 26
persoonlijke gegevens verwijderd persoonlijke gegevens verwijderd 28 persoonlijke gegevens verwijderd 27
- Het voorgelegde dossier werd ontvankelijk en volledig verklaard op 16 juli 2014. - De aanvraag is gelegen in een woongebied volgens het gewestplan Herentals-Mol (KB 28 juli 1978). De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voorzover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving. - Het perceel van de aanvraag is niet gelegen binnen de contouren van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan, bijzonder plan van aanleg of een niet-vervallen verkaveling. - De aanvraag is gelegen langs de Prelaat Verbraekenlaan, een voldoende uitgeruste weg die voorzien is van een klinkerverharding. - De aanvraag is niet gelegen in een recent overstroomd gebied of overstromingsgebied. Openbaar onderzoek Gelet op het feit dat de voorliggende aanvraag vergezeld is van een ondertekend akkoord van de rechter aanpalende buur voor de aanbouw van een muur tegen en voorbij de scheidingsmuur op de perceelsgrens diende geen openbaar onderzoek georganiseerd te worden. Adviezen Er zijn geen externe adviezen vereist. Argumentatie - De voorliggende aanvraag voorziet enerzijds in het uitbreiden van een halfopen eengezinswoning met een keuken/eethoek, wasplaats en slaapkamer achteraan op de rechter perceelgrens in het verlengde van de rechter zijgevel. De uitbreiding bestaat uit een bouwlaag met een plat dak, heeft een maximale bouwdiepte van +/-4,70m en een schuine achtergevel als gevolg van de vooropgestelde 10m bouwvrije achtertuinstrook. De kroonlijsthoogte van deze aanbouw bedraagt 3,27m. De bestaande scheidingsmuur achter de woningen wordt hiertoe afgebroken en er wordt een nieuwe scheidingsmuur geplaatst die +/-15cm langer en +/-95cm hoger is. Anderzijds wordt de bestaande woning intern ook verbouwd en aangepast in functie van een betere toegankelijkheid met een rolstoel. Deze verbouwing gaat gepaard met een herindeling van de binnenruimten (garage wordt slaapkamer), alsook met het verwijderen van ramen in de bestaande achtergevel en het verbreden van bestaande deuropeningen. De bestaande garagepoort aan de voorzijde van de woning wordt vervangen door een raam. - De maximum bouwdiepte van de woning blijft beperkt tot +/-14m. Op +/-1,5m van de oorspronkelijke achtergevel van de woning staat een niet-vergund bijgebouw. Door de uitbreiding komt dit bijgebouw tot op 1,20m van de uitbreiding te liggen. Gelet op deze korte afstand tot de woning mag de totale oppervlakte aan vrijstaande bijgebouwen maximaal 40m² bedragen, en dit conform de bepalingen van artikel 2.1 uit het Besluit van de Vlaamse Regering tot bepaling van handelingen waarvoor geen stedenbouwkundige vergunning nodig is. - Het voorliggende bouwproject heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat het schadelijk effect beperkt is. - Daar de uitbreiding meer dan 40m² bedraagt, namelijk 45,93m², is de gewestelijke stedenbouwkundige verordening van 5 juli 2013 inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater van toepassing op voorliggende aanvraag. Door te voorzien in een infiltratievoorziening van 4m² is de aanvraag in overeenstemming met de gewestelijke stedenbouwkundige verordening.
De voorliggende aanvraag is niet van die aard dat deze moet aangevuld worden met een mer-sreeningsnota. - De volgende beoordeling – als uitvoering van art. 1.1.4 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening gericht op een duurzame ruimtelijke ontwikkeling en met oog voor de ruimtelijke draagkracht, de gevolgen voor het leefmilieu en de culturele, economische, esthetische en sociale gevolgen - houdt rekening met de criteria als uitvoering van art. 4.3.1. van de codex. o Functionele inpasbaarheid De omgeving bestaat uit eengezinswoningen. De aanvraag wordt functioneel inpasbaar en stedenbouwkundig vergunbaar geacht. o Mobiliteitsimpact De aanvraag heeft geen invloed op de mobiliteit. o Schaal De omgeving bestaat uit eengezinswoningen. De voorliggende aanvraag behoudt het hoofdvolume en voorziet in een lage aanbouw met plat dak achteraan. Bijgevolg kan in alle redelijkheid gesteld worden dat de aanvraag wat korrelgrootte betreft en gabarit niet storend is in de ruimtelijke context. o Ruimtegebruik en bouwdichtheid Gelet op het feit dat de uitbreiding zich bevindt op 10m van de achterste perceelsgrens en op 4,05m van de rechter perceelsgrens blijven de afstanden tot de perceelsgrenzen voldoende groot. Wel staat er op +/-1,5m van de oorspronkelijke achtergevel van de woning een niet-vergund bijgebouw. Door de uitbreiding komt dit bijgebouw tot op 1,20m van de uitbreiding te liggen. Gelet op deze korte afstand tot de woning mag de totale oppervlakte aan vrijstaande bijgebouwen maximaal 40m² bedragen, en dit conform de bepalingen van artikel 2.1 uit het Besluit van de Vlaamse Regering tot bepaling van handelingen waarvoor geen stedenbouwkundige vergunning nodig is. o Visueel-vormelijke elementen Het bestaande gabarit van de woning wordt behouden. De nieuwe aanbouw aan de woning wordt afgewerkt met donkergrijze/zwarte gevelsteen wat aanvaard kan worden. o Cultuurhistorische aspecten De aanvraag is niet gelegen binnen contouren van een beschermd landschap of in het gezichtsveld van een monument. o Bodemreliëf De aanvraag heeft geen noemenswaardige wijziging van het bestaande bodemreliëf tot gevolg. o Hinderaspecten Eventuele hinderaspecten ten gevolge van de aanvraag beperken zich tot een aanvaardbaar niveau in de omgeving. o Gezondheid De aanvraag omvat geen hinderlijke inrichtingen en heeft geen nadelige gevolgen voor de gezondheid van de omwonenden. o Gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen De aanvraag heeft geen nadelige effecten op het gebruiksgenot van de omliggende percelen of de veiligheid in het algemeen. - Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming met de goede ruimtelijke ordening kan gebracht worden mits het opleggen van de nodige voorwaarden. Advies gemeentelijk stedenbouwkundig ambtenaar -
Gunstig, mits de totale oppervlakte aan vrijstaande bijgebouwen in de achtertuin maximaal 40m² bedraagt, en dit conform de overige bepalingen van artikel 2.1 voor vrijstaande bijgebouwen uit het Besluit van de Vlaamse Regering tot bepaling van handelingen waarvoor geen stedenbouwkundige vergunning nodig is. Motivatie standpunt college - Het schepencollege neemt kennis van het advies van de gemeentelijk stedenbouwkundige ambtenaar van 2 september 2014 en sluit zich aan bij dit advies. Juridische grond - Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. (VCRO) - Het gewestplan Herentals-Mol (KB 28 juli 1978). - Omzendbrief van 8 juli 1997 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en gewestplannen, gewijzigd via omzendbrief van 25 januari 2002 en 25 oktober 2002. - Decreet integraal waterbeleid van 18 juli 2003. - Besluit van de Vlaamse Regering van 14 oktober 2011 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstantie en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid. - Besluit van de Vlaamse regering van de nieuwe gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater van 5 juli 2013. - Besluit van de Vlaamse regering inzake de nadere regels van de project-m.e.r.-screening van 1 maart 2013. - Advies van gemeentelijk stedenbouwkundig ambtenaar van 2 september 2014. Impact op beleids- en beheerscyclus actieplan Vergunningen actie Adviseren en afhandelen van vergunningsaanvragen en aanverwante attesten actienummer 2014000623 omschrijving project Stedenbouwkundige vergunning raming kosten geen extra kosten raming opbrengsten geen BESLUIT Artikel 1 Het college verleent vergunning 29 voor het uitbreiden van een eengezinswoning en het aanpassen van de woning in functie van de toegankelijkheid met een rolstoel, op het perceel sectie C(TLO), nr. 360F8, gelegen Prelaat Verbraekenlaan 15 in 2260 Westerlo. Artikel 2 De volgende voorwaarden dienen nageleefd te worden: 1) de woning uitvoeren zoals voorzien op het bouwplan V0414 d.d. 25/06/2014. 2) verplicht een infiltratievoorziening plaatsen overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering d.d. 5 juli 2013; de overstortleiding dient te infiltreren op het eigen perceel 3) Het bijgebouw in de achtertuin dient te voldoen aan de bepalingen van artikel 2.1 voor vrijstaande bijgebouwen uit het Besluit van de Vlaamse 29
persoonlijke gegevens verwijderd
Regering tot bepaling van handelingen waarvoor geen stedenbouwkundige vergunning nodig is (o.a. de totale oppervlakte aan bijgebouwen mag maximaal 40m² bedragen). 4) de stedenbouwkundige vergunning blijft geschorst tot de milieuvergunning werd verkregen of tot aan de meldingsplicht is voldaan (indien van toepassing). 014
Ruimtelijke Ordening. Stedenbouwkundige Aanvraag. Vergunning: Asberg 27 (2014/064) 30
Inleiding - Volgens artikel 4.7.17. van de VCRO maakt in ontvoogde gemeenten de gemeentelijke stedenbouwkundige ambtenaar voor elke beslissing over een vergunningsaanvraag een verslag op, dat deel uitmaakt van het vergunningendossier. Het verslag kadert de aanvraag binnen de regelgeving, de stedenbouwkundige voorschriften, de eventuele verkavelingsvoorschriften en een goede ruimtelijke ordening, en omvat desgevallend een voorstel van antwoord op de bezwaarschriften in het kader van het gevoerde openbaar onderzoek. Voorgeschiedenis - De aanvragers31 hebben op 18 juni 2014 een stedenbouwkundige aanvraag ingediend voor het verbouwen van een vrijstaande eengezinswoning, op de percelen sectie C nr. 283L en 283M, gelegen Asberg 27 in 2260 Westerlo. - De woning dateert van 1957, dus van vóór de stedenbouwwet, en wordt bijgevolg beschouwd als zijnde vergund geacht. - De gemeentelijke stedenbouwkundige ambtenaar bracht op 28 augustus 2014 het volgende advies uit: Feiten en context - Het voorgelegde dossier werd ontvankelijk en volledig verklaard op 16 juli 2014. - De aanvraag is gelegen in een woongebied met landelijk karakter langs de weg en achterliggend in een bosgebied volgens het gewestplan Herentals-Mol (KB 28 juli 1978). Woongebieden met landelijk karakter zijn in hoofdzaak bestemd « voor woningbouw in het algemeen en tevens voor landbouwbedrijven ». Zowel bewoning als landbouw zijn bijgevolg de hoofdbestemmingen van het gebied, en beide bestemmingen staan er op gelijke voet. Daarnaast kunnen eveneens de andere inrichtingen, voorzieningen en activiteiten, bedoeld in artikel 5.1.0. worden toegelaten. Voor inrichtingen bestemd voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf - met inbegrip van de para-agrarische bedrijven - blijft de voorwaarde gelden dat zij slechts toelaatbaar zijn voorzover zij niet wegens de taken van bedrijf die zij uitvoeren moeten worden afgezonderd in een daartoe aangewezen gebied. Er dient dan ook steeds te worden onderzocht of zij bestaanbaar zijn met de bestemming van woongebied met landelijk karakter. Concreet betekent dit dat zij niet van aard mogen zijn de woon- of landbouwfunctie van het gebied te verstoren. - Het perceel van de aanvraag is niet gelegen binnen de contouren van een bijzonder plan van aanleg, noch binnen de grenzen van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan, noch binnen een niet-vervallen verkaveling. - De aanvraag is gelegen langs Asberg, een voldoende uitgeruste weg die voorzien is van een betonverharding. Voor deze weg is een gemeentelijk rooilijnplan van toepassing. 30 31
persoonlijke gegevens verwijderd persoonlijke gegevens verwijderd
- De aanvraag is niet gelegen in een recent overstroomd gebied of overstromingsgebied. Openbaar onderzoek Er diende geen openbaar onderzoek te worden georganiseerd. Adviezen Er zijn geen externe adviezen vereist. Argumentatie - De voorliggende aanvraag voorziet in het verbouwen van een vrijstaande eengezinswoning bestaande uit anderhalve bouwlaag en een hellend dak. De kroonlijshoogte en de nokhoogte van het hoofdgebouw bedragen respectievelijk 4,62m en +/-8,5m. Het bestaande hoofdvolume blijft behouden. Het dak wordt met een halve meter opgetrokken tot een kroonlijsthoogte van 5,12m en een nokhoogte van 9,38m. Ook wordt de gevelsteen verwijdert, isolatie en nieuwe gevelsteen geplaatst. In de zijgevel wordt een raamopening verwijdert en elders een nieuwe gemaakt. De achterliggende bijgebouwen worden (deels) afgebroken. Het bijgebouw met een plat dak wordt vervangen door een groter volume met eveneens een plat dak. Het bestaand bijgebouw achteraan met hellend dak blijft behouden. De maximale bouwdiepte bedraagt op het gelijkvloers 20,22m en op de verdieping 9,55m. De beperkte bestaande kelder wordt gedempt. De bestaande garage en verharding blijven behouden. - Het voorliggende bouwproject heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat het schadelijk effect beperkt is. Ten opzichte van de bestaande toestand neemt de verharde oppervlakte zelfs af. - Daar de uitbreiding minder dan 40m² bedraagt, is de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater niet van toepassing op voorliggende aanvraag. Toch voorziet de bouwheer in een hemelwaterput met een inhoud van 5.000 liter. Ook wordt voorzien in een infiltratievoorziening van 3,24m². - De voorliggende aanvraag is niet van die aard dat deze moet aangevuld worden met een mer-sreeningsnota. - De volgende beoordeling – als uitvoering van art. 1.1.4 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening gericht op een duurzame ruimtelijke ontwikkeling en met oog voor de ruimtelijke draagkracht, de gevolgen voor het leefmilieu en de culturele, economische, esthetische en sociale gevolgen - houdt rekening met de criteria als uitvoering van art. 4.3.1. van de codex. o Functionele inpasbaarheid De omgeving bestaat uit vrijstaande eengezinswoningen. De aanvraag wordt in overeenstemming geacht met de bestemmingsvoorschriften van het vastgestelde gewestplan. De aanvraag wordt functioneel inpasbaar en stedenbouwkundig vergunbaar geacht. o Mobiliteitsimpact De aanvraag heeft geen invloed op de mobiliteit. o Schaal De omgeving bestaat uit vrijstaande eengezinswoningen bestaande uit een- en twee bouwlagen. De voorliggende aanvraag behoudt het hoofdvolume van anderhalve bouwlaag en een hellend dak en voorziet in een lage aanbouw. Het dak wordt met een halve meter opgetrokken tot een kroonlijsthoogte van 5,12m en een nokhoogte van 9,38m. Bijgevolg kan in alle redelijkheid gesteld worden dat de aanvraag wat korrelgrootte betreft en gabarit niet storend is in de ruimtelijke context. o Ruimtegebruik en bouwdichtheid
De verhouding bebouwde zone en open ruimte is in evenwicht en niet storend naar de onmiddellijke omgeving toe. De afstanden tot de perceelsgrenzen blijven voldoende groot. De bestaande verharding blijft beperkt tot de bestaande oprit. Er kan van uit gegaan worden dat buiten de bouwstrook en de verharding het perceel een groen karakter behoudt. o Visueel-vormelijke elementen De bestaande structuur van de woning wordt zoveel als mogelijk behouden. In het hoofdgedeelte onder het hellend dak gebeuren bijna geen structurele ingrepen. De nieuwe aanbouw aan de woning wordt afgewerkt met een plat dak. De gevels worden afgewerkt in roodbruine herbruiksteen. Het hellend dak wordt bedekt met zwarte dakpannen. De lage aanbouw wordt afgewerkt met ramen tot op het maaiveld en houten planchets bovenaan. Gelet op de verscheidenheid in het straatbeeld kan deze dakvorm en gevelmaterialen aanvaard worden. o Cultuurhistorische aspecten De aanvraag is niet gelegen binnen contouren van een beschermd landschap of in het gezichtsveld van een monument. o Bodemreliëf De aanvraag heeft geen noemenswaardige wijziging van het bestaande bodemreliëf tot gevolg. o Hinderaspecten Eventuele hinderaspecten ten gevolge van de aanvraag beperken zich tot een aanvaardbaar niveau in de omgeving. o Gezondheid De aanvraag omvat geen hinderlijke inrichtingen en heeft geen nadelige gevolgen voor de gezondheid van de omwonenden. o Gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen De aanvraag heeft geen nadelige effecten op het gebruiksgenot van de omliggende percelen of de veiligheid in het algemeen. - Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is met de wettelijke bepalingen, alsook met de goede ruimtelijke ordening. Advies gemeentelijk stedenbouwkundig ambtenaar Gunstig Motivatie standpunt college - Het schepencollege neemt kennis van het advies van de gemeentelijk stedenbouwkundige ambtenaar van 28 augustus 2014 en sluit zich aan bij dit advies. Juridische grond - Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. (VCRO) - Het gewestplan Herentals-Mol (KB 28 juli 1978). - Omzendbrief van 8 juli 1997 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en gewestplannen, gewijzigd via omzendbrief van 25 januari 2002 en 25 oktober 2002. - Decreet integraal waterbeleid van 18 juli 2003. - Besluit van de Vlaamse Regering van 14 oktober 2011 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstantie en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid.
- Besluit van de Vlaamse regering van de nieuwe gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater van 5 juli 2013. - Besluit van de Vlaamse regering inzake de nadere regels van de project-m.e.r.-screening van 1 maart 2013. - Advies van gemeentelijk stedenbouwkundig ambtenaar van 28 augustus 2014. Impact op beleids- en beheerscyclus actieplan Vergunningen actie Adviseren en afhandelen van vergunningsaanvragen en aanverwante attesten actienummer 2014000623 omschrijving project Stedenbouwkundige vergunning raming kosten geen extra kosten raming opbrengsten geen BESLUIT Artikel 1 Het college verleent vergunning 32 voor het verbouwen van een vrijstaande eengezinswoning, op de percelen sectie C nr. 283L en 283M, gelegen Asberg 27 in 2260 Westerlo. Artikel 2 De volgende voorwaarden dienen nageleefd te worden: 1) de woning uitvoeren zoals voorzien op bouwplannen 1/4 t.e.m. 4/4 d.d. 16.06.2014. 2) de stedenbouwkundige vergunning blijft geschorst tot de milieuvergunning werd verkregen of tot aan de meldingsplicht is voldaan (indien van toepassing). 015
Ruimtelijke Ordening. Stedenbouwkundige Aanvraag. Vergunning: Stippelberg 50 (2014/065) 33.
Inleiding - Volgens artikel 4.7.17. van de VCRO maakt in ontvoogde gemeenten de gemeentelijke stedenbouwkundige ambtenaar voor elke beslissing over een vergunningsaanvraag een verslag op, dat deel uitmaakt van het vergunningendossier. Het verslag kadert de aanvraag binnen de regelgeving, de stedenbouwkundige voorschriften, de eventuele verkavelingsvoorschriften en een goede ruimtelijke ordening, en omvat desgevallend een voorstel van antwoord op de bezwaarschriften in het kader van het gevoerde openbaar onderzoek. Voorgeschiedenis - De aanvragers34 hebben op 20 juni 2014 een stedenbouwkundige aanvraag ingediend voor het bouwen van een nieuwbouw = vrijstaande eengezinswoning met bijgebouw, op de percelen sectie D, nr. 285C en 284K/deel, gelegen Stippelberg 50 in 2260 Westerlo. - De gemeentelijke stedenbouwkundige ambtenaar bracht op 2 september 2014 het volgende advies uit: Feiten en context - Het voorgelegde dossier werd ontvankelijk en volledig verklaard op 16 juli 2014. 32
persoonlijke gegevens verwijderd persoonlijke gegevens verwijderd 34 persoonlijke gegevens verwijderd 33
- De aanvraag is gelegen in een woongebied met landelijk karakter langs de weg en achterliggend in een agrarisch gebied volgens het gewestplan Herentals-Mol (KB 28 juli 1978). Woongebieden met landelijk karakter zijn in hoofdzaak bestemd « voor woningbouw in het algemeen en tevens voor landbouwbedrijven ». Zowel bewoning als landbouw zijn bijgevolg de hoofdbestemmingen van het gebied, en beide bestemmingen staan er op gelijke voet. Daarnaast kunnen eveneens de andere inrichtingen, voorzieningen en activiteiten, bedoeld in artikel 5.1.0. worden toegelaten. Voor inrichtingen bestemd voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf - met inbegrip van de para-agrarische bedrijven - blijft de voorwaarde gelden dat zij slechts toelaatbaar zijn voorzover zij niet wegens de taken van bedrijf die zij uitvoeren moeten worden afgezonderd in een daartoe aangewezen gebied. Er dient dan ook steeds te worden onderzocht of zij bestaanbaar zijn met de bestemming van woongebied met landelijk karakter. Concreet betekent dit dat zij niet van aard mogen zijn de woon- of landbouwfunctie van het gebied te verstoren. - Het perceel van de aanvraag is niet gelegen binnen de contouren van een bijzonder plan van aanleg, noch binnen de grenzen van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan, noch binnen een niet-vervallen verkaveling. - De aanvraag is gelegen langs Stippelberg, een voldoende uitgeruste weg die voorzien is van een asfaltverharding. Voor Stippelberg is een gemeentelijk rooilijnplan (goedgekeurd op 27 februari 1997) van toepassing. - De aanvraag is niet gelegen in een recent overstroomd gebied of overstromingsgebied. Openbaar onderzoek Er diende geen openbaar onderzoek te worden georganiseerd. Adviezen Er zijn geen externe adviezen vereist. Argumentatie - De voorliggende aanvraag voorziet in het bouwen van een vrijstaande eengezinswoning met en de oprichting van een vrijstaande garage. Deze woning wordt opgericht op 13,80m uit de as van de weg en op 7,80m uit de rooilijn. Het hoofdvolume van de op te richten woning bestaat uit twee bouwlagen met een afgeknot piramidedak. Aan de linker voorzijde van dit hoofdvolume zit een inpandige garage en fietsberging geïntegreerd, bestaande uit een bouwlaag en een afgeknot piramidedak. Rechts achteraan wordt een kleinschalig aanbouw bestaande uit een bouwlaag en een hellend dak aangebouwd. De maximale bouwdiepte bedraagt 15,20m. De maximum kroonlijshoogte en de nokhoogte bedragen respectievelijk 6,15m en 9,15m. Er wordt ook een beperkte kelder voorzien. - Op 12,80m uit de achtergevel en 3m van de rechter perceelsgrens wordt in de achtertuin een vrijstaande garage/bergplaats opgetrokken. De uiterste achtergevel van het bijgebouw bevindt zich op 47m uit de rand van de weg. Dit bijgebouw bestaat uit een bouwlaag en een zadeldak en heeft een oppervlakte van 75m² (7,5m x 10m). De kroonlijsthoogte en nokhoogte bedragen respectievelijk 3m en 5,70m. Het bijgebouw wordt dwars in de tuin ingeplant met in de linker zijgevel een industriële sectionale poort van +/-3,50m hoog. - Het voorliggende bouwproject heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt niet in een recent overstroomd gebied of een risicozone voor overstromingen, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat het schadelijk effect beperkt is. Enkel wordt door de toename van de verharde oppervlakte de infiltratie van het hemelwater in de bodem plaatselijk beperkt. - De aanvrager voorziet in een regenwaterput van 10.000 liter. Volgens de gewestelijke verordening hemelwater dient er een hemelwaterput met een totale minimale inhoud van 5000 liter geplaatst te worden. De aanvrager vraagt een afwijking hierop in functie van het herbruik via 2 toiletten, een wasmachine en een buitenkraan. De totale afwaterende oppervlakte bedraagt 336,3m². De aanvrager voorziet in een infiltratievoorziening van 12m². De aanvraag is in overeenstemming met de gewestelijke stedenbouwkundige verordening
-
inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater. De voorliggende aanvraag is niet van die aard dat deze moet aangevuld worden met een mer-sreeningsnota. De volgende beoordeling – als uitvoering van art. 1.1.4 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening gericht op een duurzame ruimtelijke ontwikkeling en met oog voor de ruimtelijke draagkracht, de gevolgen voor het leefmilieu en de culturele, economische, esthetische en sociale gevolgen - houdt rekening met de criteria als uitvoering van art. 4.3.1. van de codex. o Functionele inpasbaarheid De omgeving bestaat uit eengezinswoningen in vrijstaande woontypologie. De aanvraag wordt functioneel inpasbaar en stedenbouwkundig vergunbaar geacht. o Mobiliteitsimpact De aanvraag heeft geen invloed op de mobiliteit. o Schaal De omgeving bestaat uit eengezinswoningen met een sterke verscheidenheid: vrijstaande bebouwing bestaande uit zowel een- als twee bouwlagen. Gelet op het voorgestelde bouwvolume van 2 bouwlagen en een piramidedak, kan in alle redelijkheid gesteld worden dat de aanvraag wat korrelgrootte betreft en gabarit niet storend is in de ruimtelijke context. o Ruimtegebruik en bouwdichtheid De verhouding bebouwde zone en open ruimte is in evenwicht en niet storend naar de onmiddellijke omgeving toe. De afstanden tot de perceelsgrenzen blijven voldoende groot. De verharding is beperkt tot de gebruikelijke oprit en terras. Buiten de bouwstrook en de verharding wordt het perceel ingericht als tuin. o Visueel-vormelijke elementen De woning wordt afgewerkt met een afgeknot piramidedak. De gevels van het hoofdvolume worden afgewerkt in een lichtgrijze gevelsteen. De aangebouwde volumes worden afgewerkt in donkergrijze gevelsteen. Het dak wordt bedekt met antracietgrijze vlakke dakpannen. De omgeving bestaat uit eengezinswoningen met een sterke verscheidenheid: vrijstaande bebouwing bestaande uit zowel een- als twee bouwlagen, met verschillende gevelmaterialen en verschillende dakvormen: hellend dak met nok dwars of evenwijdig met de straat, piramidedak. Gelet op de verscheidenheid in het straatbeeld kan het voorgestelde gabarit en gevel- en dakmaterialen aanvaard worden. o Cultuurhistorische aspecten De aanvraag is niet gelegen binnen contouren van een beschermd landschap of in het gezichtsveld van een monument. o Bodemreliëf De aanvraag heeft geen noemenswaardige wijziging van het bestaande bodemreliëf tot gevolg. o Hinderaspecten Eventuele hinderaspecten ten gevolge van de aanvraag beperken zich tot een aanvaardbaar niveau in de omgeving. o Gezondheid De aanvraag omvat geen hinderlijke inrichtingen en heeft geen nadelige gevolgen voor de gezondheid van de omwonenden. o Gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen
De aanvraag heeft geen nadelige effecten op het gebruiksgenot van de omliggende percelen of de veiligheid in het algemeen. - Uit bovenstaande motivering blijkt dat de aanvraag in overeenstemming is (of kan in overeenstemming gebracht worden mits het opleggen van de nodige voorwaarden) met de wettelijke bepalingen, alsook met de goede ruimtelijke ordening. Advies gemeentelijk stedenbouwkundig ambtenaar Gunstig Motivatie standpunt college - Het schepencollege neemt kennis van het advies van de gemeentelijk stedenbouwkundige ambtenaar van 2 september 2014 en sluit zich aan bij dit advies. Juridische grond - Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. (VCRO) - Het gewestplan Herentals-Mol (KB 28 juli 1978). - Omzendbrief van 8 juli 1997 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerpgewestplannen en gewestplannen, gewijzigd via omzendbrief van 25 januari 2002 en 25 oktober 2002. - Decreet integraal waterbeleid van 18 juli 2003. - Besluit van de Vlaamse Regering van 14 oktober 2011 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstantie en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid. - Besluit van de Vlaamse regering van de nieuwe gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater van 5 juli 2013. - Besluit van de Vlaamse regering inzake de nadere regels van de project-m.e.r.-screening van 1 maart 2013. - Advies van gemeentelijk stedenbouwkundig ambtenaar van 2 september 2014. Impact op beleids- en beheerscyclus actieplan Vergunningen actie Adviseren en afhandelen van vergunningsaanvragen en aanverwante attesten actienummer 2014000623 omschrijving project Stedenbouwkundige vergunning raming kosten geen extra kosten raming opbrengsten geen BESLUIT Artikel 1 Het college verleent vergunning 35 voor het bouwen van een nieuwbouw = vrijstaande eengezinswoning met bijgebouw, op de percelen sectie D, nr. 285C en 284K/deel, gelegen Stippelberg 50 in 2260 Westerlo. Artikel 2 De volgende voorwaarden dienen nageleefd te worden: 1) alle ophogingen in de bouwvrije voor- en zijtuinstroken, hoger dan het hoogste punt van het wegdek, weglaten 2) verplicht de woning aansluiten op het rioleringsnet, dat zal uitmonden in het rioolwaterzuiveringsstation 3) verplicht een hemelwaterput en infiltratievoorziening plaatsen 35
persoonlijke gegevens verwijderd
overeenkomstig het besluit van de Vlaamse Regering d.d. 5 juli 2013 en voorzien in het hergebruik van dit hemelwater d.m.v. de nodige aftappunten; de overstortleiding dient te infiltreren op het eigen perceel 4) het niet-bebouwd en niet-verhard gedeelte dient een groen karakter te verkrijgen 5) de woning uitvoeren zoals voorzien op het bouwplan 1/1 d.d. 17/06/2014 6) de stedenbouwkundige vergunning blijft geschorst tot de milieuvergunning werd verkregen of tot aan de meldingsplicht is voldaan (indien van toepassing). 016
Overheidsopdrachten. Reinigen en camerainspectie van riolen 2010. Volledige vrijgave borg.
Voorgeschiedenis Op 31 augustus 2009 keurde het schepencollege de lastvoorwaarden goed voor het reinigen en een camera onderzoek van riolen op o.m. volgende plaatsen: Koning Leopoldlaan, Boerenkrijglaan, Ernest Claesstraat en Oosterwijk. De opdracht wordt gesloten bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking. Op 21 december 2009 gunde het college de opdracht “Reinigen en camerainspectie van riolen” aan Ond. V. Peeters OIW, Zavelbosstraat 3 te 2200 Herentals tegen het nagerekende inschrijvingsbedrag van 66.720,00 EUR excl. btw of 80.731,20 EUR incl. 21% btw. NV Peeters OIW kreeg aanvangsbevel tegen 21 juni 2010. De uitvoering moest gebeuren overeenkomstig de lastvoorwaarden vastgelegd in het bestek met nr. 2009-027. Borgstelling gebeurde bij de Deposito- en Consignatiekas, Borgtochten in geld, te Brussel onder aktenummer 20100112014 d.d. 15 augustus 2010 voor een bedrag van 3.340,00 EUR. Argumentatie De werken werden beëindigd 28 juni 2011. De eindstaat werd afgerekend en de werken stilzwijgend opgeleverd. Bij een eenmalige oplevering mag de volledige borgtocht vrijgegeven worden. Juridische grond De wet van 24 december 1993 op de overheidsopdrachten is van toepassing samen met de koninklijke besluiten van 8 januari 1996, 26 september 1996, de algemene aannemingsvoorwaarden opgenomen in de bijlage bij voormeld besluit van 26 september 1996 en alle latere wijzigingen en aanvullingen. BESLUIT Artikel 1 Het college bevestigt dat de firma Peeters OIW, Zavelbosstraat 3 te 2200 Herentals voldaan heeft aan de verplichtingen m.b.t. de opdracht "Reinigen en camerainspectie van riolen”. Artikel 2 Borgtocht nr. 20100112014 ten bedrage van 3.340,00 EUR gedeponeerd bij de Deposito- en consignatiekas, Borgtochten in geld, Kunstlaan 30 te 1040 Brussel, mag volledig worden vrijgegeven. 017
Overheidsopdrachten. Stookplaatsrenovatie Boswachtershuis, Papedreef 1. Goedkeuring voorontwerp.
Voorgeschiedenis
De gemeenteraad keurde op 31 januari 2011 de kaderovereenkomst met Iveka goed voor het leveren van energiediensten voor lokale besturen. In het kader van deze overeenkomst kan de gemeente beroep doen op ondersteuningsactiviteiten betreffende energiebesparing, (hernieuwbare) energie en energie-efficiëntie binnen de modaliteiten van de specifieke overeenkomsten. Feiten en context In uitvoering van de kaderovereenkomst werd een studieovereenkomst gesloten tussen de gemeente en Iveka op 31 maart 2014 voor de studie voor de 'Stookplaatsrenovatie in het Boswachtershuis, Papedreef 1, 2260 Westerlo'. De prijs voor de studie bedraagt maximaal 3.623,69 incl. 21 % btw (dat is de maximale studieprijs van 5.562,07 EUR incl. btw - REG premie 2.298,38 EUR). In de studie zijn geen prestaties voor een milieudeskundige en een veiligheidscoördinator opgenomen. De opmaak van een asbestinventaris werd evenmin opgenomen. Het voorontwerpdossier werd voorgesteld door Luc Van Campfort van Eandis en besproken met de gemeentelijke technische dienst tijdens de laatste contactvergadering op 29 juli 2014. Argumentatie Het voorontwerp voorziet de vervanging van de bestaande verwarmingsketel tbv het voorste gebouw met eetzaal, café, keuken, slaapvertrekken en privéruimtes. De stookplaats bevindt zich in de kelder en voorziet dit gebouw van zowel verwarming als SWW. In het nieuwe ontwerp worden 2 gaswandketels met een kleiner vermogen (in cascade geschakeld) voorzien met een noilervat van 300 liter, ipv één ketel met een groter vermogen. Dit om de SWW-voorziening efficiënter aan te sturen. Voorts worden de collector en de regeling vernieuwd, de schouw aangepast, gas- en branddetectie voorzien en wordt de technische ruimte aangepast conform de regelgeving. Bij nazicht van het voorontwerp maakte de technische dienst volgende bemerkingen: - Volgende werken zullen in eigen beheer gebeuren en mogen bijgevolg uit het definitieve ontwerp geschrapt worden: o Het aanpassen van raam en rooster in functie van onder- en bovenverluchting o Huidige deur vervangen door brandwerende deur (Rf 60min) - Het organiseren van de aanbestedingsprocedure, de gunning van de aannemer en de opvolging van de werken zullen door de gemeentediensten zelf gebeuren. Mits inachtname van deze bemerkingen in de ontwerpfase, kan de technische dienst akkoord gaan met het voorontwerp. De kostprijs voor de stookplaatsrenovatie in het Boswachtershuis wordt geraamd op maximaal 57.945 EUR excl. btw of 70.113,45 EUR incl. 21% btw. De prestaties mbt het organiseren van de aanbestedingsprocedure, de gunning van de aannemer en de opvolging der werken tot aan de definitieve oplevering, zijn ten laste van de gemeente. De totale besparing op de (jaarlijkse) energiefactuur wordt geraamd op 1.850 EUR excl. btw, berekend op het huidige energieverbruik. Naast de technische noodzaak om de installatie te vernieuwen, kan men stellen dat de investeringskost na 20 jaar terugverdiend zal zijn, rekening houdend met een stijging van de energieprijzen van 4% per jaar. De levensduur van de installatie bedraagt minimaal 20 jaar. Na 20 jaar zal deze installatie 2.888 EUR opgebracht hebben, rekening houdend met een stijging van de energieprijzen van 4% per jaar. Juridische grond
De wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 26, § 1, 1° a (limiet van 85.000,00 EUR excl. btw niet bereikt). KB van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren. KB van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen. Wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten. Het besluit van 2 september 2013 van de gemeenteraad waarbij het begrip 'dagelijks bestuur' wordt gedefinieerd en waarin de gevallen worden opgesomd die van een voorafgaand visum door financieel beheerder worden vrijgesteld. Impact op beleids- en beheerscyclus actieplan Zinvolle vrijetijdsbesteding voor jongeren actie INV Boswachtershuis infrastructuur actienummer 2014000465 omschrijving project Stookplaatsrenovatie Boswachtershuis raming kosten De maximale kostprijs voor de stookplaatsrenovatie wordt geraamd op maximaal 57.945 EUR excl. btw of 70.113,45 EUR incl. 21% btw. De prijs voor de studie bedraagt maximaal 3.623,69 incl. 21 % btw (dat is de maximale studieprijs van 5.562,07 EUR incl. btw - REG premie 2.298,38 EUR). Het budget voor de studie werd vastgelegd onder bestelnummer 2014004591. raming opbrengsten REG premie wordt rechtstreeks in mindering gebracht op de factuur 'studie'. BESLUIT Artikel 1 Het college keurt het voorontwerp goed dat door Iveka werd opgemaakt in het kader van het EDLB-project 'Stookplaatsrenovatie Boswachtershuis, Papedreef 1 Westerlo', mits rekening wordt gehouden met volgende bemerkingen in de ontwerpfase: - Volgende werken zullen in eigen beheer gebeuren en mogen bijgevolg uit het definitieve ontwerp geschrapt worden: o Het aanpassen van raam en rooster in functie van onder- en bovenverluchting o Huidige deur vervangen door brandwerende deur (Rf 60min) - Het organiseren van de aanbestedingsprocedure, de gunning van de aannemer en de opvolging van de werken zullen door de gemeentediensten zelf gebeuren. De maximale kostprijs voor de stookplaatsrenovatie in het Boswachtershuis wordt geraamd op maximaal 57.945 EUR excl. btw of 70.113,45 EUR incl. 21% btw. De prijs voor de studie bedraagt maximaal 3.623,69 incl. 21 % btw (dat is de maximale studieprijs van 5.562,07 EUR incl. btw - REG premie 2.298,38 EUR). De opdracht werd vastgelegd onder bestelnummer 2014004591. Artikel 2 Het college verzoekt Iveka tot opmaak van het definitief ontwerp. Artikel 3 De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het investeringsbudget van 2014 op de actie 'INV Boswachtershuis infrastructuur' met actienummer 2014000465.
De meerjarenplanning voorziet een budget van 72.500 EUR incl. btw, waarvan 35.000 EUR in 2014 en 10.000 EUR in 2015. Er is een budgetwijziging of aanpassing van de raming nodig. 018
Overheidsopdrachten. Stookplaatsrenovatie Hovenierswoning, Hollandsedreef 1&3. Goedkeuring voorontwerp.
Voorgeschiedenis De gemeenteraad keurde op 31 januari 2011 de kaderovereenkomst met Iveka goed voor het leveren van energiediensten voor lokale besturen. In het kader van deze overeenkomst kan de gemeente beroep doen op ondersteuningsactiviteiten betreffende energiebesparing, (hernieuwbare) energie en energie-efficiëntie binnen de modaliteiten van de specifieke overeenkomsten. Feiten en context In uitvoering van de kaderovereenkomst werd een studieovereenkomst gesloten tussen de gemeente en Iveka op 31 maart 2014 voor de studie voor de 'Stookplaatsrenovatie in de Hovenierswoning, Hollandsedreef 1-3, 2260 Westerlo'. De prijs voor de studie bedraagt maximaal 2.719,74 incl. 21 % btw (dat is de maximale studieprijs van 4.635,06 EUR incl. btw - REG premie 1.915,31 EUR). In de studie zijn geen prestaties voor een milieudeskundige en een veiligheidscoördinator opgenomen. De opmaak van de asbestinventaris werd evenmin opgenomen. Het voorontwerpdossier werd voorgesteld door Luc Van Campfort van Eandis en besproken met de gemeentelijke technische dienst tijdens de laatste contactvergadering op 29 juli 2014. Argumentatie Het voorontwerp voorziet de vervanging van de bestaande verwarmingsketel met stookolie door verwarming op aardgas, dit om energie- en kostenbesparende redenen. Optioneel wordt ook voorzien in gas- en branddetectie tbv de brandveiligheid. Al het asbesthoudende materiaal in de ruimte (kelder) dient verwijderd te worden voordat er werken mogen uitgevoerd worden. De kosten voor het verwijderen van asbest zijn meegenomen in dit voorstel (voor 35 m leiding). Omdat de nieuwe verwarmingsinstallatie kleiner is dan 70kW, moet de ruimte voldoen aan de norm voor een technisch lokaal en niet aan de norm voor een stookplaats; d.w.z. dat er enkel verplicht een branddeur aanwezig moet zijn met een brandweerstaand van minimum 1/2 h en dat er een redelijke verluchting moet zijn. Door een deel van de stookplaats af te schermen kan een technische ruimte gerealiseerd worden die voldoet aan de norm. Bij nazicht van het voorontwerp maakte de technische dienst volgende bemerkingen: - Volgende werken zullen in eigen beheer gebeuren en mogen bijgevolg uit het definitieve ontwerp geschrapt worden: o Het bouwen van een technische ruimte in de kelder o Verwijderen van de stookolietank o Teststalen nemen van leidingisolatie voor asbest - Het organiseren van de aanbestedingsprocedure, de gunning van de aannemer en de opvolging van de werken zullen door de gemeentediensten zelf gebeuren. Mits inachtname van deze bemerkingen in de ontwerpfase, kan de technische dienst akkoord gaan met het voorontwerp, inclusief optie 1 'gasdetectie'.
De kostprijs voor de stookplaatsrenovatie (incl. optie gasdetectie) in de Hovenierswoning wordt geraamd op maximaal 36.585 EUR excl. btw of 44.267,85 EUR incl. 21% btw. De prestaties mbt het organiseren van de aanbestedingsprocedure, de gunning van de aannemer en de opvolging der werken tot aan de definitieve oplevering, zijn ten laste van de gemeente. De totale besparing op de (jaarlijkse) energiefactuur wordt geraamd op 3.917 EUR excl. btw, berekend op het huidige energieverbruik. Hoewel er geen dringende technische noodzaak is om de installatie te vervangen, is het vanuit brandveiligheid wel noodzakelijk maatregelen te treffen omtrent de stookruimte. Daarnaast kan men stellen dat de investeringskost na 8 jaar terugverdiend zal zijn, rekening houdend met een stijging van de energieprijzen van 4% per jaar. De levensduur van de installatie bedraagt minimaal 20 jaar. Na 20 jaar zal deze installatie dus 39.455 EUR opgebracht hebben. Juridische grond De wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 26, § 1, 1° a (limiet van 85.000,00 EUR excl. btw niet bereikt). KB van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren. KB van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen. Wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten. Het besluit van 2 september 2013 van de gemeenteraad waarbij het begrip 'dagelijks bestuur' wordt gedefinieerd en waarin de gevallen worden opgesomd die van een voorafgaand visum door financieel beheerder worden vrijgesteld. Impact op beleids- en beheerscyclus actieplan Technische dienst binnen organisatie ondersteuning actie INV Hovenierswoning infrastructuur actienummer 2014000481 omschrijving project Stookplaatsrenovatie Hovenierswoning raming kosten De maximale kostprijs voor de stookplaatsrenovatie (incl. optie gasdetectie) wordt geraamd op 36.585 EUR excl. btw of 44.267,85 EUR incl. 21% btw. De prijs voor de studie bedraagt maximaal 2.719,74 incl. 21 % btw (dat is de maximale studieprijs van 4.635,06 EUR incl. btw - REG premie 1.915,31 EUR). Het budget voor de studie werd vastgelegd onder bestelnummer 2014004588. raming opbrengsten REG premie wordt rechtstreeks in mindering gebracht op de factuur 'studie'. BESLUIT Artikel 1 Het college keurt het voorontwerp goed dat door Iveka werd opgemaakt in het kader van het EDLB-project 'Stookplaatsrenovatie Hovenierswoning, Hollandsedreef 1-3 Westerlo', mits rekening wordt gehouden met volgende bemerkingen in de ontwerpfase: - Volgende werken zullen in eigen beheer gebeuren en mogen bijgevolg uit het definitieve ontwerp geschrapt worden:
Artikel 2 Artikel 3
019
o Het bouwen van een technische ruimte in de kelder o Verwijderen van de stookolietank o Teststalen nemen van leidingisolatie voor asbest Het organiseren van de aanbestedingsprocedure, de gunning van de aannemer en de opvolging van de werken zullen door de gemeentediensten zelf gebeuren. De maximale kostprijs voor de stookplaatsrenovatie (incl. optie gasdetectie) in de Hovenierswoning wordt geraamd op 36.585 EUR excl. btw of 44.267,85 EUR incl. 21% btw. De prijs voor de studie bedraagt maximaal 2.719,74 incl. 21 % btw (dat is de maximale studieprijs van 4.635,06 EUR incl. btw - REG premie 1.915,31 EUR). De opdracht werd vastgelegd onder bestelnummer 2014004588. Het college verzoekt Iveka tot opmaak van het definitief ontwerp. De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het investeringsbudget van 2014 op de actie 'INV Hovenierswoning infrastructuur' met actienummer 2014000481. De meerjarenplanning voorziet een investeringsbudget van 120.000 EUR incl. btw, waarvan een transactiekrediet van 40.000 EUR in 2014 en 0 EUR in 2015. Er is een budgetwijziging of aanpassing van de raming nodig. Overheidsopdrachten. Stookplaatsrenovatie Sporthal De Beeltjens, Kasteelpark 6. Goedkeuring voorontwerp.
Voorgeschiedenis De gemeenteraad keurde op 31 januari 2011 de kaderovereenkomst met Iveka goed voor het leveren van energiediensten voor lokale besturen. In het kader van deze overeenkomst kan de gemeente beroep doen op ondersteuningsactiviteiten betreffende energiebesparing, (hernieuwbare) energie en energie-efficiëntie binnen de modaliteiten van de specifieke overeenkomsten. Feiten en context In uitvoering van de kaderovereenkomst werd een studieovereenkomst gesloten tussen de gemeente en Iveka op 31 maart 2014 voor de studie voor de 'Stookplaatsrenovatie in de Sporthal De Beeltjens, Kasteelpark 6, 2260 Westerlo'. De prijs voor de studie bedraagt maximaal 3.481,27 incl. 21 % btw (dat is de maximale studieprijs van 5.932,87 EUR incl. btw - REG premie 2.451,60 EUR). In de studie zijn geen prestaties voor een milieudeskundige en een veiligheidscoördinator opgenomen. De opmaak van een asbestinventaris werd evenmin opgenomen. Het voorontwerpdossier werd voorgesteld door Luc Van Campfort van Eandis en besproken met de gemeentelijke technische dienst tijdens de laatste contactvergadering op 29 juli 2014. Argumentatie Het voorontwerp voorziet het verwijderen van de bestaande ketel, collector, warmtewisselaar en buffervat enerzijds en het installeren van 2 condenserende staande ketels van 110kW elk voor CV, afzonderlijke ketel met warmtewisselaar en buffervat voor sanitair warm water (SWW) 65kW - 1500L anderzijds. De recentelijk vernieuwde SWW circulatieleiding wordt geïsoleerd, met het oog op energiebesparing en legionella preventie. Als optie 1 wordt aangeboden om in de luchtgroep een CO2 sensor te plaatsen voor sturing van de recirculatieklep en luchtvochtigheidsensoren voor de afzuiging van de kleedkamers
(3.393 EUR excl. btw). Hierdoor kan warme binnenlucht herbruikt worden en is een bijkomende (jaarlijkse) besparing van ca. 40.000kWh (ca. 2.002 EUR excl. BTW) mogelijk. Optie 2 voorziet een waterverzachter voor het SWW (4.575 EUR excl. btw). Bij nazicht van het voorontwerp maakte de technische dienst als bemerking dat het organiseren van de aanbestedingsprocedure, de gunning van de aannemer en de opvolging van de werken door de gemeentediensten zelf zullen gebeuren. Mits inachtname van deze bemerkingen in de ontwerpfase, kan de technische dienst akkoord gaan met het voorontwerp, inclusief optie 1 maar zonder optie 2. De kostprijs voor de stookplaatsrenovatie in de Sporthal De Beeltjens wordt geraamd op maximaal 75.504 EUR + optie 1 'CO2-sensor luchtgroep sporthal' voor 3.393 EUR excl. btw of 78.897 EUR excl. btw of 95.465,37 EUR incl. 21% btw. De prestaties mbt het organiseren van de aanbestedingsprocedure, de gunning van de aannemer en de opvolging der werken tot aan de definitieve oplevering, zijn ten laste van de gemeente. De totale besparing op de energiefactuur wordt (jaarlijks) geraamd op 2.930 EUR excl. btw voor de stookinstallatie en bijkomend 2.000 EUR excl. BTW bij toepassen optie 1, berekend op het huidige energieverbruik. Naast de technische noodzaak om de installatie te vernieuwen, kan men stellen dat de investeringskost na 17,5 jaar terugverdiend zal zijn, rekening houdend met een stijging van de energieprijzen van 4% per jaar. De levensduur van de installatie bedraagt minimaal 20 jaar. Na 20 jaar zal deze installatie 15.236 EUR opgebracht hebben. Juridische grond De wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 26, § 1, 1° a (limiet van 85.000,00 EUR excl. btw niet bereikt). KB van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren. KB van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen. Wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten. Het besluit van 2 september 2013 van de gemeenteraad waarbij het begrip 'dagelijks bestuur' wordt gedefinieerd en waarin de gevallen worden opgesomd die van een voorafgaand visum door financieel beheerder worden vrijgesteld. Impact op beleids- en beheerscyclus actieplan Sportinfrastructuur actie INV De Beeltjens sportcomplex infrastructuur actienummer 2014000471 omschrijving project Stookplaatsrenovatie Sporthal De Beeltjens, Kasteelpark 6 raming kosten De kostprijs voor de stookplaatsrenovatie wordt geraamd op maximaal 75.504 EUR + optie 1 'CO2-sensor luchtgroep sporthal' voor 3.393 EUR excl. btw of 78.897 EUR excl. btw of 95.465,37 EUR incl. 21% btw. De prijs voor de studie bedraagt maximaal 3.481,27 incl. 21 % btw (dat is de maximale studieprijs van 5.932,87 EUR incl. btw - REG premie 2.451,60 EUR). Het budget voor de studie werd vastgelegd onder bestelnummer 2014004593.
raming opbrengsten
REG premie wordt rechtstreeks in mindering gebracht op de factuur 'studie'.
BESLUIT Artikel 1 Het college keurt het voorontwerp goed dat door Iveka werd opgemaakt in het kader van het EDLB-project 'Stookplaatsrenovatie Sporthal De Beeltjens, Kasteelpark 6 Westerlo', mits rekening wordt gehouden in de ontwerpfase met het feit dat het organiseren van de aanbestedingsprocedure, de gunning van de aannemer en de opvolging van de werken door de gemeentediensten zelf zullen gebeuren. De kostprijs voor de stookplaatsrenovatie wordt geraamd op maximaal 75.504 EUR + optie 1 'CO2-sensor luchtgroep sporthal' voor 3.393 EUR excl. btw of 78.897 EUR excl. btw of 95.465,37 EUR incl. 21% btw. De prijs voor de studie bedraagt maximaal 3.481,27 incl. 21 % btw (dat is de maximale studieprijs van 5.932,87 EUR incl. btw - REG premie 2.451,60 EUR). De opdracht werd vastgelegd onder bestelnummer 2014004593. Artikel 2 Het college verzoekt Iveka tot opmaak van het definitief ontwerp. Artikel 3 De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het investeringsbudget van 2014 op de actie 'INV De Beeltjens sportcomplex infrastructuur' met actienummer 2014000471. De meerjarenplanning voorziet een investeringsbudget van 260.000 EUR incl. btw, waarvan een transactiekrediet van 25.000 EUR (legionella) in 2014 en 75.000 EUR (verwarming) in 2015. 020
Sport. SNS-pas voor leerlingen van het secundair onderwijs. Goedkeuring ondersteuning van het project en de daaraan verbonden kosten.
Voorgeschiedenis SNS-pas (Sport Na School-pas) is een initiatief dat tot stand kwam door een samenwerking tussen de sportdienst, de secundaire scholen, de stichting Vlaamse schoolsport, sportverenigingen, sportcentra en Bloso. In het verleden zorgde de sportdienst van Westerlo voor de bekendmaking van de SNS-pas via de gemeentelijke infokanalen en het ter beschikking stellen van sporthal de Beeltjens en het zwembad. Feiten en context De sportdienst wil opnieuw zorgen voor de bekendmaking van de SNS-pas via de gemeentelijke infokanalen en het ter beschikking stellen van sporthal de Beeltjens en het zwembad (tot de sluiting van het zwembad in de Meulemanslaan), maar ook bijdragen aan de werkingskosten van de deelnemende clubs en sportcentra en de drukkosten van de folders, flyers en SNS-passen. De raming van deze kosten voor de deelnemende gemeenten is 500 euro per gemeente. Enkele van de omliggende gemeenten die hieraan deelnemen zijn: Vorselaar, Hulshout, Herselt, Herentals, Olen, Herenthout, Heist op den Berg,..... . Leerlingen van de secundaire scholen in Westerlo kunnen deze SNS-pas aankopen. Deze leerlingen wonen in Westerlo maar ook een groot deel woont in de omliggende gemeenten en sporten na school in Westerlo. Een Follo-leerkracht organiseert de naschoolse sport en probeert de brug te slaan tussen de gemeentelijke sportdiensten, de scholen en de sportclubs in zijn regio. Momenteel zijn er in
heel Vlaanderen 32 Follo's (Flexibele Opdracht Leerkracht LO) werkzaam binnen het concept. Het Vlaams Bureau Schoolsport (een samenwerkingsverband tussen Bloso en SVS) zorgt voor de inhoudelijke sturing en de praktische opvolging van de Follo-werking. Op het terrein worden de Follo's bijgestaan door de provinciale SVS-secretariaten en de provinciale Bloso- promotiediensten. De Follo's zijn werkzaam in een zone binnen een bepaalde provincie, in Westerlo heeft de sportdienst contact met Benny Wijnants. De jongeren van het secundair onderwijs kunnen op de sportdienst of in hun school een SNS-pas aankopen waarmee ze op verschillende locaties kunnen gaan sporten. (vermeld in de folder) In de loop van september wordt er vanuit Bloso en SVS een overeenkomst opgesteld waarin de samenwerking beschreven wordt en de financiële ondersteuning vanuit de gemeenten wordt opgenomen. Argumentatie Het doel van dit project is de studenten van het secundair onderwijs aan te zetten om meer te sporten en vooral diegenen te motiveren die nog niet of weinig aan sport doen. Door hen een zeer gevarieerd programma aan te bieden maken we deze sportpas aantrekkelijk voor hen en wie weet vinden ze hierin hun favoriete sport en of sportclub. Er zijn verschillende sportclubs in onze gemeente die aan dit project deelnemen. Impact op beleids- en beheerscyclus actieplan sportparticipatie actie Ondersteuning van (overkoepelde) sportinstanties actienummer 2014000193 omschrijving project
raming kosten raming opbrengsten
SNS-pas = sport na school voor leerlingen van het secundair onderswijs. Leerlingen van het secundair onderwijs kopen een SNS-pas waarmee ze op verschillende locaties in Westerlo en omstreken aan democratische prijzen een aantal maanden kunnen gaan sporten en wie weet vinden ze hierin hun favoriete sport en of sportclub. 500 euro /
BESLUIT Artikel 1 Het college stemt in dat de sportdienst het SNS-pas-project ondersteunt Artikel 2 Het college stemt in met de onkosten verbonden aan Sport-na-school-project (SNS-pas) voor leerlingen van het secundair onderwijs. 021
Cultuur. Gebruik gemeentelokalen. Week 8 - Merodezaal Heultje.
Voorgeschiedenis E-mail van Rotaract Westerlo (36) met de vraag om het gebruik van de Merodezaal in Heultje op zaterdag 22 november 2014 (vanaf 12u30) voor de organisatie van een kwis. Telefonische annulering van deze datum en aanvraag nieuwe datum. Feiten en context
36
persoonlijke gegevens verwijderd
Rotaract Westerlo had de zaal oorspronkelijk gereserveerd voor de organisatie van een kwis op zaterdag 22 november 2014. De organisatoren willen nu deze kwis organiseren op zaterdag 21 februari 2015. Juridische grond Retributiereglement voor het gebruik van gemeentelokalen, de Zoerla en sportinfrastructuur. Dienstjaren 2014-2019. Impact op beleids- en beheerscyclus actieplan B1-12 Verhuur zalen en materialen actie Verhuur zalen en materialen actienummer 2014000085 omschrijving project Opbrengst verhuur zalen en materialen raming kosten raming opbrengsten 62 EUR voor de organisatie van een kwis in de Merodezaal BESLUIT Artikel 1 Het college stelt, mits betaling van de gebruikelijke tarieven, de Merodezaal in Heultje ter beschikking van Rotaract Westerlo voor de organisatie van een kwis op zaterdag 21 februari 2015.
De agenda uitgeput, wordt de zitting gesloten om 18.00 uur. Door het college:
Jo Vankrunkelsven secretaris gemeente en ocmw
Guy Van Hirtum burgemeester-voorzitter