Presentatie Ben van Lier / CIO Bijeenkomst Rijk 27 juni 2011 Dames en Heren, In de eerste plaats dank voor de uitnodiging om hier vanmiddag een korte inleiding te mogen geven over het onderwerp waarnaar ik - naast mijn dagelijks werk binnen Centric - veel wetenschappelijk onderzoek doe, namelijk interoperabiliteit en nog specifieker interoperabiliteit van informatie. Deze laatste toevoeging is niet geheel onbelangrijk, omdat interoperabiliteit op zich een vraagstuk is wat in veel meer sectoren voorkomt. Denkt u eens aan treinen die door Europa rijden en kampen met verschillende spoorbreedtes. Of het ongemak wat wereldwijd nog steeds bestaat met betrekking tot stekkers van elektrische apparaten. In dit verband echter heb ik het over een nog relatief nieuw fenomeen, namelijk ‘interoperabiliteit van informatie’. Ik zal gezien de beperkte tijd niet nader ingaan op het begrip informatie en beperk mij hier tot de constatering van de Engelse wetenschapper Gregory Bateson dat informatie is ‘a difference that makes a difference’. Wel is in dit kader het Engelse begrip inter-operability van belang. ‘Interoperability’ is een samenvoeging van twee afzonderlijke begrippen namelijk ‘inter’ en ‘operability’. ‘Operability’ staat voor het vermogen om te handelen of voort te brengen. ‘Inter’ staat voor het aangaan of aanbrengen van onderlinge betrekkingen. In dit verband ga ik er vanuit dat deze betrekkingen kunnen ontstaan tussen willekeurige mensen (denkt u eens aan menselijke communicatie), tussen willekeurige technologische toepassingen en tussen willekeurige combinaties van mensen en technologische toepassingen. Deze willekeurige combinaties komen tot stand op elke gewenst tijd en plaats. Mensen, technologische toepassingen of combinaties daarvan zullen door mij verder worden aangeduid met de in diverse wetenschappelijke disciplines gehanteerde term ‘systeem’. “Interoperabiliteit van informatie is voor mij het aanbrengen van onderlinge betrekkingen tussen twee of meer systemen en entiteiten om op basis van die verbindingen informatie te kunnen uitwisselen en delen om met die informatie verder te handelen, te functioneren, te produceren of voort te brengen.”
Met de uitleg van het begrip ‘interoperabiliteit’ kunnen we een definitie formuleren van dat wat onder ‘interoperabiliteit van informatie’ kan worden verstaan. Interoperabiliteit van informatie is voor mij het aanbrengen van onderlinge betrekkingen tussen twee of meer systemen en entiteiten om op basis van die verbindingen informatie te kunnen uitwisselen en delen om met die informatie verder te handelen, te functioneren, te produceren of voort te brengen. In zijn algemeenheid ga ik er daarbij vanuit dat een systeem een autonome eenheid is die op enigerlei wijze in staat is tot het aangaan van verbindingen met zichzelf of met de buitenwereld. Ik ga hier vanmiddag niet afzonderlijk in op de door mij vastgestelde principes voor interoperabiliteit van informatie te weten zelfreferentie en autopoiesis, double contingency, systeem en omgeving, communicatie en actie en inter-penetratie. Met behulp van deze principes probeer ik een wetenschappelijke onderbouwing te
©Dr. Ben van Lier MCM CMC – Account Director Government Centric
Pagina 1
Presentatie Ben van Lier / CIO Bijeenkomst Rijk 27 juni 2011 realiseren van interoperabiliteit van informatie tussen willekeurige systemen en entiteiten. Voor hen die daarin geïnteresseerd zijn verwijs ik graag door naar mijn proefschrift ‘Luhmann meets the Matrix’, wat is uitgegeven bij Eburon. Voor een samenvatting verwijs ik u graag door naar een artikel in de journal of Systemics, Cybernetics and Informatics wat u kunt vinden op het internet. “Het uitgangspunt van autonomie of autonomiteit is een belangrijke en bepalende factor bij de ontwikkeling van interoperabiliteit van informatie.”
Het uitgangspunt van autonomie of autonomiteit is een belangrijke en bepalende factor bij de ontwikkeling van interoperabiliteit van informatie. Dit zien we bijvoorbeeld sterk terug in een internationaal concept als Network Centric Warfare of, in goede Nederlandse beleidstermen, Netcentrisch opereren. In dat concept wordt er vanuit gegaan dat militaire eenheden voortkomend uit verschillende landen en krijgsmachtonderdelen op een willekeurige plaats en op een willekeurig tijdstip en voor een specifiek doel een coalitie vormen, waarbinnen zij in staat zijn informatie uit te wisselen en te delen om zo dit gezamenlijke doel zo effectief en efficiënt mogelijk te realiseren. Bedenkt u eens hoeveel informatie er wordt uitgewisseld en gedeeld om bijvoorbeeld een onbekende ‘drone’ of onbemand vliegtuig in Afghanistan op te laten, die met behulp van informatie vanaf de grond zijn route naar Pakistan te laten bepalen om daar aangekomen, op aangeven van een waarnemer, een specifiek doel te bombarderen. Uiteraard wordt dit onbemande vliegtuig ondertussen begeleid door operators gestationeerd in de VS. “Interessante nieuwe vragen ontstaan dan wanneer een dergelijke netcentrische benadering van met elkaar verbonden en onderling communicerende systemen en entiteiten zou worden toegepast binnen een groot maatschappelijk vraagstuk zoals vergrijzing.”
Mogelijkerwijs vindt u dit een ver van mijn bed voorbeeld, maar een soortgelijke ontwikkeling zien we bijvoorbeeld in de zorgsector, waar met behulp van robots kan worden geopereerd en assistentie wordt verleend door deskundigen buiten de operatiekamer. Interessante nieuwe vragen ontstaan dan wanneer een dergelijke netcentrische benadering van met elkaar verbonden en onderling communicerende systemen en entiteiten zou worden toegepast binnen een groot maatschappelijk vraagstuk zoals vergrijzing. Binnen nu en een aantal jaren zullen we door een gebrek aan zorgmedewerkers worden gedwongen om met behulp van willekeurige technologische toepassingen, een willekeurige oudere die drie hoog achter in de stad woont, te ondersteunen en te begeleiden in het zelfstandig wonen en leven. Ik kan u verzekeren dat op dit vlak nog de nodige uitdagingen liggen met betrekking tot interoperabiliteit van informatie. In dit gezelschap kan ik het met enig gemak aan uw eigen fantasie over laten wat netcentrisch werken bijvoorbeeld betekent in het kader van een begrip als ‘het nieuwe werken’, waarbij ambtenaren met hun laptop onder de arm op een willekeurige plaats en willekeurig tijdstip willen ©Dr. Ben van Lier MCM CMC – Account Director Government Centric
Pagina 2
Presentatie Ben van Lier / CIO Bijeenkomst Rijk 27 juni 2011 werken en communiceren en daarbij gebruik willen kunnen maken van een willekeurige samenstelling aan informatie afkomstig uit verschillende overheidssystemen. Ik beperk mijzelf tot een laatste voorbeeld, namelijk die van slachtofferregistratie bij ongevallen en rampen. Een overheidstaak die op een willekeurige tijd en plaats moet worden uitgevoerd tussen een op dat moment willekeurig samenstel van autonome systemen. Systemen die zowel afkomstig zijn uit de overheid als uit de private sector en die in een tijdelijke coalitie, bestaande uit mensen en technologische toepassingen, een specifieke en tijdelijke opdracht moeten uitvoeren, namelijk het registreren en opvangen van slachtoffers bij rampen en crises op basis van actueel beschikbare informatie. Mijn observatie is dat het maar niet wil lukken om alleen al een adequate aanpak en benadering van dit probleem van de grond te krijgen. Een aanpak die zich primair focust op het uitwisselen en delen van informatie tussen zowel mensen/instituties en beschikbare technologische toepassingen binnen de actueel aanwezige coalitie. Laat staan dat nu rekening gehouden wordt met nieuwe mogelijkheden of technologische toepassingen die er al zijn of op de markt beschikbaar komen. Dit maakt naar mijn mening ook dat er geen beweging is of voortgang wordt gemaakt naar een adequate en uitvoerbare oplossing voor dit probleem. De analogie tussen alle genoemde voorbeelden is dat mensen en technologische toepassingen in willekeurige coalities of netwerken door middel van informatie plaats- en tijdonafhankelijk met elkaar worden verbonden en zo plaats- en tijdonafhankelijk kunnen handelen, functioneren of voortbrengen. Informatie wordt daarmee als vanzelfsprekend tussen willekeurige systemen toegankelijk gemaakt, door de betrokken autonome systemen geselecteerd en de selectie aan informatie wordt op zijn beurt weer omgezet in nieuwe kennis. Het is volgens mij deze ontwikkeling die ook door Corien Prins wordt beschreven in het WRR rapport iOverheid. Ik vind dit in zijn algemeenheid een goed rapport waarbij ik wel de kanttekening plaats dat het onderwerp voor mij nog teveel vanuit een juridisch en te weinig vanuit een socio-technologisch perspectief wordt gepresenteerd en benaderd. De door Corien Prins voorgestelde oplossingen echter kwalificeer ik vanuit een organisatorisch perspectief als redelijk traditioneel. Traditioneel in die zin dat het oplossingen biedt die passen bij onze huidige opvattingen over organisaties en organiseren en te weinig rekening houden met de ontwikkeling waarin ook organisaties door de toenemende uitwisseling en deling van informatie zijn opgenomen. Ik zal dit laatste nader verklaren. Wij moeten er vanuit gaan dat in de komende jaren de invloed van technologie op ons dagelijks leven en werk nog verder zal toenemen. Nieuwe technologieën en technologische toepassingen - bijvoorbeeld nano-, bio- en cognitieve technologie gecombineerd met ICT - zullen in steeds meer vormen in ons dagelijks leven en werk binnendringen. De toepassing van de RFID-chip in bijvoorbeeld ons paspoort,
©Dr. Ben van Lier MCM CMC – Account Director Government Centric
Pagina 3
Presentatie Ben van Lier / CIO Bijeenkomst Rijk 27 juni 2011 de rijkspas of de ov-chipknip zijn slechts de eerste voorbeelden van wat ons in de komende jaren te wachten staat. Binnen deze ontwikkeling vormt het kunnen uitwisselen en delen van informatie tussen een steeds verder uitdijende diversiteit aan alomtegenwoordige en onzichtbare autonome systemen en entiteiten een gegeven. Het internet en mobiele toepassingen zullen de basis en stuwende krachten vormen voor nieuwe verbindingsmogelijkheden en toepassingen waarmee informatie plaats- en tijdonafhankelijk kan worden uitgewisseld en gedeeld. Ook huidige web 2.0 ontwikkelingen zoals bijvoorbeeld social media zijn in deze ontwikkeling slechts eerste stappen. Technologie en technologische toepassingen zullen in onze samenleving - of wij willen of niet - een steeds meer bepalende rol gaan spelen. “Wij moeten er vanuit gaan dat in de komende jaren de invloed van technologie op ons dagelijks leven en werk nog verder zal toenemen.”
De steeds verder toenemende rol van technologie en technologische toepassingen zal ook zorgen voor een exponentieel groeiende hoeveelheid informatie en toenemende mogelijkheden om deze informatie uit te wisselen en te delen tussen willekeurige systemen en entiteiten. Dit stelt de bestaande uitgangspunten van onze organisaties - en de wijze waarop wij deze beheren en besturen - ter discussie. Organisaties worden al meer dan 100 jaar in essentie gebaseerd en ingericht op verticale en functionele principes zoals deze uit de industriële revolutie naar voren zijn gekomen en waarbinnen informatie van boven naar beneden stroomt en wordt gewaakt dat deze informatiestromen functioneel passen binnen het doel van de organisatie of het organisatie onderdeel. Binnen deze verticaal en functioneel ingerichte organisaties is de volledige aansturing en beheersing gericht op het kunnen beheren en controleren van informatiestromen. De ontwikkeling van interoperabiliteit van informatie - en daarmee het kunnen werken in willekeurige coalities en netwerken - tast deze verticale en functionele principes steeds sneller en verder aan. Om gebruik te maken van de mogelijkheden die deze toenemende informatiestromen ons bieden, zullen we meer moeten leren werken vanuit gezamenlijke visies of doctrines, gezamenlijk ontwikkelde en goedgekeurde sets van principes en methodes die zorgen voor een gezamenlijke beleving van werkelijkheid en daarmee de basis vormen voor acties. Op basis van deze gezamenlijke visie en uitgangspunten kunnen op basis van interoperabiliteit van informatie nieuwe organisatievormen worden ontwikkeld en vormgegeven. Uitgangspunt van dergelijke nieuwe organisaties zal moeten zijn dat niet bij voorbaat bekend is met wie en wanneer deze organisaties moeten of kunnen samenwerken. Nieuwe organisaties zullen over capaciteiten moeten beschikken om zich snel en adequaat aan te passen aan nieuwe omstandigheden en aan nieuwe partners in coalities of netwerken. In dergelijke adaptieve organisaties zullen verantwoordelijkheden laag in de organisatie moeten worden belegd en zal er gebruik moeten worden gemaakt van het zelforganiserend ©Dr. Ben van Lier MCM CMC – Account Director Government Centric
Pagina 4
Presentatie Ben van Lier / CIO Bijeenkomst Rijk 27 juni 2011 vermogen van kleine eenheden. Zoals ik ook constateerde in een onlangs gepubliceerd artikel in Systems Practice and Action Research zal in deze nieuwe organisatievormen een verschuiving van verantwoordelijkheid of in het Engels ‘Agency’ gaan plaatsvinden van mens naar technologie. Langzaam maar zeker zullen we aan de idee moeten wennen dat technologie en technologische toepassingen een bepalende factor vormen in ons dagelijks leven en werk. Daarmee zijn wij beland bij een van de belangrijkste slaag- en faalfactoren van deze ontwikkeling en dat is volgens mij ‘trust’ of vertrouwen. Niet alleen moeten wij vertrouwen hebben in de technologie en technologische toepassingen die ons omringen en die wij in ons dagelijks leven en werken gebruiken. Bovenal zullen wij vertrouwen moeten hebben in de informatie die met behulp daarvan wordt uitgewisseld en gedeeld en daarmee onze beleving van werkelijkheid bepalen. “Om gebruik te maken van de mogelijkheden die deze toenemende informatiestromen ons bieden zullen we meer moeten leren werken vanuit gezamenlijke visies of doctrines.”
Dames en Heren, Als u mocht denken dat de hier geschetste ontwikkelingen nog ver weg liggen, dan moet ik u teleurstellen. Ik zal aan de hand van twee voorbeelden proberen duidelijk te maken dat ik misschien vergezichten schilder, maar dat de vormgeving van deze vergezichten al lang is begonnen. Een van deze voorbeelden is voor u misschien wel heel dichtbij, namelijk de ontwikkeling en implementatie van basisregistraties in het kader van de elektronische overheid. Ik laat het graag aan anderen over om van alles te vinden over de vormgeving van de elektronische overheid en ik beperk mij hier tot de basisregistraties. De ontwikkeling en vormgeving is nu bijna 10 jaar bezig en veel is al gerealiseerd maar veel ook nog niet. Menig ambtenaar kan er de nodige verzuchtingen over slaken. Interessant aan dit proces echter is dat het bedenken van het idee van basisregistraties relatief snel heeft plaatsgevonden. Het maken duurde al iets langer en liep soms anders dan dat van te voren was gedacht. Ik ben er echter van overtuigd dat ook dit uiteindelijk goed komt. Echter in elke overheidsorganisatie, van de kleinste gemeente tot de grootste uitvoeringsorganisatie, ontstaan pas echte vraagstukken bij het in gebruik nemen van de informatie afkomstig uit deze registraties. In bijna elke individuele en autonome organisatie ontstaan dan vragen met betrekking tot het vertrouwen in en gebruiken van informatie die niet uit ‘mijn’ verticale koker afkomstig is. Waar we nu in de volgende fase van dit evolutionaire proces tegen aan lopen, is het probleem van uitwisselen en delen van informatie tussen organisaties. Of we het willen of niet, er ontstaat langzaam maar zeker een systeem theoretisch vraagstuk over het zich ontwikkelende nieuwe geheel wat ontstaat uit de som der delen. Op basis van nieuwe verbindingen tussen mensen, organisaties en beschikbare technologische toepassingen zal informatie onderling worden uitgewisseld en gedeeld en op basis van deze informatie zal door anderen (ambtenaren –organisaties) worden gehandeld, geproduceerd ©Dr. Ben van Lier MCM CMC – Account Director Government Centric
Pagina 5
Presentatie Ben van Lier / CIO Bijeenkomst Rijk 27 juni 2011 of voortgebracht. Feitelijk ontstaat als vanzelfsprekend een nieuw ‘systeem’ van met elkaar verbonden informatie wat op willekeurige plaatsen en tijdstippen door anderen zal worden gebruikt. Dit nieuwe socio-technisch systeem - Amerikaanse wetenschappers prefereren dan de term ‘system of systems - heeft in zijn ontwikkeling onvermijdelijk gevolgen voor dat wat nu nog wordt verstaan onder de overheid of het overheidshandelen. “In bijna elke individuele en autonome organisatie ontstaan vragen met betrekking tot het vertrouwen in en gebruiken van informatie die niet uit ‘mijn’ verticale koker afkomstig is.”
Het laatste voorbeeld is er een die zich meer in een ontwikkelingsstadium bevindt, maar ons langzaam maar zeker begint te raken en die ook wel het ‘internet of things’ wordt genoemd. Het ‘internet of things’ is een internationale ontwikkeling waarbinnen Nederland meer gebruiker dan bepaler zal zijn. Het internet der dingen in goed Nederlands ontstaat op basis van het feit dat alle objecten in deze wereld zullen worden voorzien van mogelijkheden om informatie te verwerken, op te slaan en te communiceren. Naast mensen zullen daarmee ook objecten worden verbonden met het internet. Niet alleen mensen zullen elkaar dan vinden via het internet, maar ook objecten of willekeurige combinaties van beiden. Meest opvallende daarbij is dat we hier spreken over een ontwikkeling van technologie en technologische toepassingen die steeds minder tastbaar of zichtbaar zal zijn, maar wel steeds meer alomtegenwoordig ‘ubiquitous’ zoals Amerikanen dit noemen. Binnenkort zal ik op een conferentie in de VS proberen toe te lichten waar deze ontwikkeling bijvoorbeeld onze beleving van werkelijkheid langzaam maar zeker zal doen gaan veranderen. De ontwikkeling van het ‘internet of things’ roept op zijn beurt weer nieuwe vragen op over activiteiten binnen de overheid. Denk eens aan discussies over het gebruik van sensoren in de buitenruimte, de toepassing van camera’s, de ontwikkeling en het gebruik van Near Field Communication of bijvoorbeeld een recente discussie over RFID-chips in relatie tot Alzheimer patiënten. Een heel concreet voorbeeld in dit kader is de mogelijkheid om (zee)containers te voorzien van chips waarop informatie over hun lading kan worden aangebracht. Het biedt ineens een mogelijkheid een container te verbinden met zijn transportmodaliteit en de informatie van deze combinatie real time te communiceren met bijvoorbeeld de douane in verband met invoerrechten, en tegelijkertijd naar Rijkswaterstaat in verband met doorstroom van het transport, de politie, maar ook naar de transporteur of ontvanger van de goederen. Onderzoek toont aan dat hier meer mogelijk is dan vaak wordt gedacht en ook tegen lagere kosten dan verwacht. “ Meest opvallende daarbij is dat we hier spreken over een ontwikkeling van technologie en technologische toepassingen die steeds minder tastbaar of zichtbaar zal zijn, maar wel steeds meer alomtegenwoordig ‘ubiquitous’ zoals Amerikanen dit noemen.”
©Dr. Ben van Lier MCM CMC – Account Director Government Centric
Pagina 6
Presentatie Ben van Lier / CIO Bijeenkomst Rijk 27 juni 2011 Dames en Heren, “Informatie is het DNA van de samenleving van de toekomst.”
Ik rond af. Informatie is het DNA van de samenleving van de toekomst. Dit DNA maakt geen onderscheid tussen organische en niet organische levensvormen. Interoperabiliteit van informatie is de verbindende factor in deze ontwikkeling en het (be)sturen van de nieuwe samenleving gebaseerd op informatie vraagt om nieuwe organisatievormen en nieuwe verbindingen. Deze nieuwe organisatievormen en nieuwe verbindingen moeten zijn gebaseerd op interoperabiliteit van informatie. Ik dank u voor uw aandacht. Dr. Ben van Lier MCM CMC
Ben van Lier is als Account Directeur Overheid werkzaam bij Centric, een van oorsprong Nederlands bedrijf met vestigingen in Nederland, België, Duitsland, Roemenie, Noorwegen en Zwitserland. Hij houdt zich in die functie onder andere bezig met onderzoek en analyse van ontwikkelingen op het grensvlak van organisatie en technologie binnen de centrale en lokale overheid. In het verleden bekleedde hij directie- en managementfuncties binnen de overheid en non-profit organisaties. In maart 2009 is hij gepromoveerd aan de Erasmus Universiteit / Rotterdam School of Management op het proefschrift ‘ Luhman ontmoet the Matrix. Uitwisselen en delen van informatie in netcentrische omgevingen.’
©Dr. Ben van Lier MCM CMC – Account Director Government Centric
Pagina 7