*BW3*
Raadsinformatiebrief
Steller
:
Portefeuille
Sedee
Tel.
:
073 - 6155667
:
Pauli
e-mail.
:
l.sedee @s-hertogenbosch.nl
B&W
:
8 juni 2010
Agenda nr. :
Raad
:
13 juli 2010
Reg.nr.
:
10.554
Openbaar
:
Ja
Onderwerp
:
Voorstel
:
Stand van zaken kredietcrisis en economische recessie
Bijgaande raadsinformatiebrief vaststellen waarin de Raad wordt geïnformeerd over de stand van zaken van het Bossche Plan van Aanpak voor de gevolgen van de kredietcrisis en de economische recessie op de lokale economie.
Zienswijze portfeuillehouder :
Communicatie
:
Besluit B&W
:
Paraaf steller
:
Paraaf directeur
:
Paraaf gemeente secretaris:
Raadsinformatiebrief
Nr.
:
Reg.nr.
: :
B&W verg.
Mei 2010
Onderwerp:Stand van zaken kredietcrisis en economische recessie
1) Status In het licht van de actieve informatieplicht informeren wij U over de stand van zaken met betrekking tot de beleidsuitvoering.
2) Samenvatting Deze raadsinformatiebrief informeert u over de stand van zaken met betrekking tot de kredietcrisis, onze maatregelen uit het Plan van Aanpak (PvA) en geeft een doorkijk naar de nabije toekomst. Uit recente publicaties blijkt, dat het herstel van de Nederlandse economie sneller doorzet dan verwacht, maar dat het herstel nog wankel en broos is. De economie is nog lang niet terug op het oude niveau van voor de crisis. Alle partijen waarschuwen voor een te groot optimisme. De onzekerheidsmarges voor 2010 zijn namelijk groter dan in andere jaren. Nog onduidelijk is of de opleving fundamenteel. De forse overheidstekorten in Europa en de noodzakelijke maatregelen die nodig zijn om die tekorten sterk te reduceren komen het vertrouwen in de economie niet ten goede. Het vertrouwen in de euro wordt aangetast en zal op termijn leiden tot een stijging van de rente op de internationale markten; hetgeen niet ten goede komt aan het economisch herstel. We gaan nog een moeilijke en onzekere tijd tegemoet. De gevolgen van de economische crisis voor ’s-Hertogenbosch worden steeds duidelijker. Die duiden er op dat in onze stad en regio steeds meer mensen het moeilijk krijgen en de crisis dus nog een flinke staart heeft. De nieuwste cijfers laten dat zien. Tot op heden liepen we redelijk in de pas met het landelijke gemiddelde, maar in het 1e kwartaal 2010 is het werkloosheidspercentage in ’s-Hertogenbosch (6,9%) boven het landelijk gemiddelde (6,6%) uitgekomen. Ook de jeugdwerkloosheid en het aantal uitkeringsgerechtigden neemt nog steeds toe. Het verwachte na-ijleffect als gevolg van de prominente aanwezigheid van dienstverlening en bouw in onze regio dient zich dus hierbij aan. Ook de situatie op de woningmarkt duidt nog niet op een verbetering en blijft dus zorgelijk. Een toename van de werkloosheid in stad en regio heeft ook consequenties voor gemeentelijke inkomsten en uitgaven; lagere inkomsten uit onder meer gemeentefonds, verkoop gronden, bouwleges en parkeren en hogere uitgaven voor uikeringen. Dat betekent dat wij rekening moeten houden met minder financiële ruimte, terwijl onze ambities voor de gemeente ’s-Hertogenbosch onverminderd hoog zijn. Ook voor veel inwoners van onze gemeente heeft de crisis negatieve financiële gevolgen. In het coalitieakkoord hebben wij aangegeven, dat wij staan voor een ombuigingstaakstelling van € 15 tot € 20 miljoen. In dat kader hebben wij aangegeven, dat wij slim willen ombuigen, zodat de stad zijn kracht kan blijven gebruiken en ontwikkelen. En voorts dat wij ruimte zullen geven aan de economische 2
functie als motor voor de leefbaarheid en ontwikkeling van onze gemeente en de regio. Ook in moeilijke tijden gaan wij uit van het benutten van de ondernemende creatieve krachten in de gemeente. Een bezuinigingsoperatie van deze omvang is een ingrijpend proces. Dat vraagt een duidelijke positie van de raad. Maar het vergt ook een breed maatschappelijk draagvlak. Het realiseren van bezuinigingen in deze omvang vergt een inzet en betrokkenheid van raad, burgers, bedrijfsleven en instellingen. Hierover komen wij binnenkort met u te spreken. 3) Wij bieden u dit stuk ter informatie aan.
Steller Tel. E-mail
: Sedee : 073 - 6155667 :
[email protected]
3
4) Aanleiding Met u is afgesproken dat u periodiek wordt geïnformeerd over het Bossche Plan van Aanpak voor de gevolgen van de kredietcrisis en de economische recessie op de lokale economie. De laatste brief dateert van september 2009. In januari 2010 bent u separaat specifiek over de financiële gevolgen voor de gemeente geïnformeerd. Nadien bent u vanuit de afdeling Onderzoek & Statistiek (O&S) via de factsheet economische crisis geïnformeerd over de gevolgen van de economische recessie voor de gemeente ’s-Hertogenbosch. De laatste dateert van februari 2010. In deze brief schetsen wij u de huidige stand van zaken en kijken wij ook weer voorzichtig vooruit. We doen dat weer mede aan de hand van de kwartaalmonitor die wij uitbrengen (factsheet economische crisis, mei 2010, afd. O&S, bijlage 1). 5) Inhoud 5.1 Algemeen economische ontwikkelingen Uit recente publicaties van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), het Centraal Planbureau (CPB) en De Nederlandse Bank (DNB) blijkt, dat het herstel van de Nederlandse economie sneller doorzet dan verwacht. Nederland profiteert door zijn internationaal georiënteerde economie sterk van de aantrekkende wereldhandel. Ook de consumptieve bestedingen van gezinnen trekken weer voorzichtig aan en bovendien neemt de werkloosheid minder snel toe dan eerder werd gedacht. Zorgelijk is wel dat bedrijven veel minder investeren dan voor de crisis. Daarmee is de economie nog lang niet terug op het oude niveau van voor de crisis. Het herstel is ook nog wankel en broos, dus blijven het voorlopig nog onzekere tijden met grotere onzekerheden dan normaal. De klap is volgens genoemde instanties opgevangen door herstel van de wereldeconomie, groei van de export in Nederland en de toegenomen flexibiliteit op de arbeidsmarkt. Tijdelijke contracten niet zijn verlengd en het aantal gewerkte uren per persoon is sterk teruggelopen. Zzp-ers hebben echter veel minder te doen. Bij die groep zit heel veel verborgen leed. Alle partijen waarschuwen echter voor een te groot optimisme. De onzekerheidsmarges voor 2010 zijn namelijk groter dan in andere jaren. Nog onduidelijk is of de opleving fundamenteel is of met name is te danken aan de forse extra overheidsinvesteringen. Daarnaast zullen de consumptieve bestedingen de komende tijd onder druk komen te staan door de aanstaande bezuinigingen; het licht dalend consumentenvertrouwen is daarvoor een belangrijk signaal. Bedrijfsinvesteringen blijven ook nog achter mede omdat de kredietverlening nog onvoldoende opgang is gekomen. De kapitaalvereisten van banken zijn namelijk opgeschroefd en dat merken de bedrijven. De werkloosheid zal naar verwachting de komende periode nog verder oplopen, al blijft de stijging achter bij de verwachtingen en zal het niet een niveau halen dat bij een diepe recessie zou passen. Niet uitgesloten moet worden, dat de forse overheidstekorten in Europa en de noodzakelijke maatregelen - die nodig zijn om die tekorten sterk te reduceren - het vertrouwen in de economie en de euro zullen aantasten en zullen leiden tot een stijging van de rente op de internationale markten; hetgeen niet ten goede komt aan het economisch herstel. Ook de COEN-enquête van de Kamers van Koophandel laten een dergelijk beeld zien. Het ondernemersvertrouwen neemt weer toe, de omzetten laten weer een stijging zien, maar de ondernemers verwachten voor 2010 nog wel een afname van de personeelssterkte. Daarbij springen met name de bouwsector en de vastgoedsector er negatief uit door het laatcyclische karakter van deze sectoren. Voorwaarde voor het aanhouden van het herstel is dat de binnenlandse vraag toeneemt. Op dat punt zijn niet alle partijen even optimistisch. Dit wordt mede ingegeven door een vertraging 4
van de loongroei in combinatie met een oplopende werkloosheid en de sterk teruglopende overheidsinvesteringen als gevolg van aangekondigde grootschalige bezuinigingen bij de overheid. De groei heeft dus een uitermate smalle basis. Kortom, we zijn de crisis nog lang niet voorbij. 5.2. Feitelijke ontwikkelingen, extrapolaties en consequenties Economie, arbeidsmarkt en inkomen De gevolgen van de economische crisis voor ’s-Hertogenbosch worden steeds duidelijker. Die duiden er op dat in onze stad en regio steeds meer mensen het moeilijk krijgen en de crisis dus nog een flinke staart heeft. De nieuwste cijfers laten dat zien: zowel het aantal starters en bedrijfsoprichtingen als het aantal faillissementen is in het eerste kwartaal 2010 tamelijk hoog. Dit duidt op een hoge bedrijfsdynamiek. Het groeisaldo is wel positief, maar het aantal bedrijfsopheffingen in het eerste kwartaal (320) is wel zorgelijk. De opheffingen manifesteren zich voornamelijk in de dienstensector, de bouw en de detailhandel; het aantal niet werkende werkzoekenden blijft verder stijgen; aantal bedrijven dat zich in 2010 gemeld heeft bij het mobiliteitscentrum Noordoost Brabant (Regio Werkplein Entreon) voor werktijdverkorting, collectief ontslag of deeltijd WW is 26; in het eerste kwartaal van 2010 is naast het aantal aanvragen bijzondere bijstand (1.200) en het aantal aanvragen schuldhulpverlening (ca. 190) ook het aantal WWB en WJJ uitkeringen aanzienlijk toegenomen (+200); Tot op heden liepen we redelijk in de pas met het landelijke gemiddelde, maar in het 1e kwartaal 2010 is het werkloosheidspercentage in ’s-Hertogenbosch (6,9%) boven het landelijk gemiddelde (6,6%) uitgekomen. Hoewel dit cijfer nog wel lager ligt dan in Helmond, Breda en Eindhoven geeft dit aan dat de werkloosheidsontwikkeling zorgwekkende vormen begint aan te nemen. Het verwachte na-ijleffect als gevolg van de prominente aanwezigheid van dienstverlening en bouw in onze regio dient zich dus hierbij aan. Tot nu toe was de stijging vooral toe te schrijven aan het aantal niet werkende werkzoekende mannen. Sinds begin dit jaar neemt echter ook het aantal werkzoekende vrouwen in ’s-Hertogenbosch toe.Ook is ten opzichte van de laatste maanden van 2009 het aantal niet werkende werkzoekende jongeren weer behoorlijk toegenomen. Of de voorzichtige tekenen van herstel van de nationale en internationale economie de komende tijd ook een positief effect hebben op de regionale economie zal moeten blijken uit het volgende kwartaalbericht. In maart 2010 is het aantal openstaande vacatures bij het UWV Werkbedrijf sterk gegroeid en in april 2010 is de werkloosheid voor het eerst in bijna 1½ jaar weer gedaald. Dus de eerste tekenen zijn er. Niet uitgesloten moet worden dat deze opleving van tijdelijke aard is. De grote schulden van diverse Europese landen zorgen momenteel voor veel turbulentie op de valutamarkten. De opleving in de internationale economie zou daardoor wel eens in de kiem kunnen worden gesmoord met alle gevolgen van dien. Financiële gevolgen voor gemeentelijke inkomsten Een toename van de werkloosheid in stad en regio heeft consequenties voor gemeentelijke inkomsten en uitgaven. Reeds in de vorige raadsinformatiebrief over de effecten van de kredietcrisis en de economische recessie (augustus 2009) werd gemeld, dat de bestedingen in de stad zullen afnemen. Dat merkt niet alleen de middenstand (detailhandel, horeca), maar ook de gemeente in de vorm van bijvoorbeeld afnemende parkeerinkomsten en afnemende 5
inkomsten voor culturele voorzieningen. De lagere kosten zullen naar verwachting de afnemende opbrengsten vooralsnog niet compenseren. De bijstandsuitgaven WWB in onze gemeente bedragen ongeveer € 36,5 miljoen. Van het rijk krijgt de gemeente een vastgesteld budget om deze uitkeringen te betalen. Als wij meer mensen in de bijstand hebben of wanneer onze bijstandsuitkering hoger is dan het landelijk gemiddelde, dan komen we tekort aan het rijksbudget en lopen we financieel risico. Onze bijstandsaantallen lopen momenteel in de pas met de landelijke norm. Onze uitkering is echter iets hoger dan het landelijk gemiddelde. Een eventueel tekort hierdoor kunnen we nog dekken uit onze reserve inkomensdeel. In het verleden hebben we deze reserve kunnen voeden, omdat we overschotten hadden op het rijksbudget. Dat is nu waarschijnlijk niet meer het geval daarom houden we nu rekening met een onttrekking aan deze reserve. Interessant in dit kader is, dat de economische situatie in onze regio relatief slechter is dan landelijk gemiddeld. Hier zou het rijksbudget (via objectieve verdeelmaatstaven) voor gecorrigeerd moeten worden. Eind mei of begin juni worden de rijksbudgetten bekend. Onze inschatting is dat deze neerwaarts bijgesteld worden (ca. -10%) en dat correctie voor onze regionale economie hierin (nog) niet meegenomen is. Op het moment dat het rijksbudget bekend wordt, passen we de begroting aan en hebben we zicht op een eventueel gemeentelijk aandeel in de kosten voor bijstandsuitkering. Ook de Weener Groep wordt net als andere bedrijven weliswaar getroffen door de kredietcrisis, maar ondanks dat, is zij in staat om de werkgelegenheid voor de medewerkers tot op heden te handhaven. Zoals we vorig jaar verwachtten, prognosticeren we voor 2010 een tekort van circa € 1,1 miljoen. Voor 2011 verwachten we min of meer eenzelfde tekort. Deze tekorten kunnen we nog opvangen binnen onze reserves, maar die zijn dan nagenoeg tot een minimum gedaald. De huidige economische recessie werkt nog sterk door en we zien – ondanks andere geluiden – tot op heden nog geen tekenen van herstel. Weliswaar slagen we er nog in om het aantal individuele detacheringen op niveau te houden en zelfs te doen stijgen, maar wel tegen onder druk staande inleenvergoedingen. Vooral bij Industrie hebben we te maken met minder werkzaamheden tegen lagere marges. De onderlinge concurrentie is sterk toegenomen: tekenen van herstel zijn nog niet zichtbaar. Deze vermindering aan werkzaamheden wordt opgevangen door medewerkers over te plaatsen naar o.a. de Post, groenvoorziening en schoonmaak, die minder last hebben van de kredietcrisis. Hierdoor blijft de werkgelegenheid Weenerbreed gehandhaafd en kunnen we onze taakstelling ten aanzien van de door het Rijk vastgestelde WSW-formatie voor 2010 halen. Door de kredietcrisis stagneert de beweging van binnen naar buiten. Net als vorig jaar zijn al onze inspanningen er op gericht om meer groepsdetacheringen te acquireren, waarop medewerkers kunnen worden geplaatst. We zien een kleine toename: belangrijkste oorzaak is wellicht ook hier dat juist in de industriële bedrijven in ‘s-Hertogenbosch en omgeving er nog geen sprake is van een duidelijk herstel. Ook is het aandeel van industrie in de Bossche werkgelegenheid beperkt. Woningmarkt en vastgoed De situatie op de woningmarkt duidt nog niet op een verbetering en blijft dus zorgelijk: het aantal te koop staande woningen als het aantal verkochte woningen blijft al maanden gelijk (ca. 1.340, waarvan 40% appartementen); 6
de gemiddelde tijd dat woningen te koop staan blijft verder toenemen van 128 dagen naar gemiddeld 141 dagen; het aantal verkochte woningen lijkt zich ook te stabiliseren (ca. 230 per kwartaal). De gemiddelde transactieprijs begint ligt te stijgen; de sterk gedaalde verkoop van nieuwe woningen, teruglopende orderportefeuilles en beperkte kredietverlening hebben zich inmiddels vertaald in een lager aantal verstrekte bouwvergunningen: in 2009 slechts 420. In het 1e kwartaal 2010 zijn er voor nieuwbouwwoningen 130 bouwvergunningen afgegeven; hetgeen vergelijkbaar is met voorgaande jaren. De verwachtingen voor de rest van het jaar zijn echter pessimistisch het aanbod bedrijfs- en kantoorruimte blijft toenemen. Begin 2010 bedroeg het aanbod 175.000 m2 vvo aan bedrijfsruimte en 135.000 m2 vvo kantoorruimte. Dit is respectievelijk ruim 40.000 m2 bedrijfsruimte en ca. 25.000 m2 kantoorruimte meer dan een jaar eerder. Dit betekent echter niet dat al deze ruimte ook leeg staat.
In 2009 zijn relatief veel nieuwbouwwoningen opgeleverd: 1.370. Dit waren echter voor een belangrijk deel nieuwbouwwoningen die al in de pijplijn zaten. Door de lage afgifte van nieuwbouwvergunningen in 2009 is de verwachting, dat er in 2010 niet meer dan 700 à 800 woningen zullen worden opgeleverd. De oorzaken zijn bekend: gebrek aan vertrouwen bij de woonconsumenten, baanonzekerheid, strengere eisen aan hypotheekverstrekking, aanstaande bezuinigingen bij de overheid en de onzekerheid over de mate van aftrekbaarheid van de hypotheekrente. Voor de komende jaren ziet het er dus somber uit. De noodzakelijke uitbreiding van de woningvoorraad en doorstroming op de woningmarkt komen door de tegenvallende woningproductie in de knel. Het gevaar bestaat dat er over enige tijd een omvangrijk woningtekort ontstaat met mogelijk sterke prijsstijgingen tot gevolg, stagnatie op de woningmarkt en vooral starters die hier de dupe van worden. Ook de wijkaanpak en het grote Stedenbeleid komen onder druk te staan. Voorst zal het beperkt aantal nieuwbouwwoningen ook de komende tijd zijn effecten hebben op de bouw en op alle daaraan gerelateerde bedrijven, die zwaar gebukt gaan onder de crisis. Ter indicatie: elke woning die gebouwd wordt in deze regio levert twee voltijdbanen op, waarvan 1,2 in de bouw en 0,8 bij toeleveranciers. Het forse aanbod aan vastgoed heeft natuurlijk invloed op de nieuwbouwplannen, welk aantal de laatste jaren relatief laag is. Diverse nieuwbouwplannen worden uitgesteld en daarnaast wordt steeds meer het accent op vervangende nieuwbouw gelegd. De eerste tekenen van herstel dienen zich aan. In het eerste kwartaal is er namelijk meer m2 verhuurd of verkocht dan in het eerste kwartaal van 2008 en 2009. Maar het echte herstel wordt na 2011 of wellicht zelfs pas na 2012 verwacht. Wel is duidelijk, dat er geen eenvoudige maatregelen zijn die gegarandeerd en op korte termijn de gehele woningmarkt overeind krijgen. Belangrijke oorzaak voor de stabilisatie op de woningmarkt is de ontwikkeling van de Nederlandse economie. De recessie hebben we inmiddels ruim een half jaar achter ons gelaten en dat is gunstig, maar het herstel is aarzelend. Hoewel we ook voor de komende tijd nog meer positieve groeicijfers verwachten voor de Nederlandse economie, betekent deze ontwikkeling niet dat alle problemen voorbij zijn. De inflatie is momenteel laag en door de kredietcrisis stijgen de lonen nauwelijks. Kijken we naar het consumentenvertrouwen, dan is dat nog negatief, maar het laagste punt hebben we al weer bijna een jaar achter ons gelaten en sindsdien is deze indicator met een opmars bezig. Wel is het herstel fragiel. Dit betekent dat de woningbouw in de komende jaren rekening zal moeten houden met een traag herstelproces. De algemene verwachting is dat de woningmarkt weer over 2 jaar zal aantrekken wanneer we weer duidelijk uit het economisch dal klimmen. Op korte termijn is die daling van het nieuwbouwaanbod een logische reactie op de inzakkende vraag. Op de langere termijn is het echter wel verontrustend, wanneer we 7
uitgaan van de veronderstelling dat in ‘s-Hertogenbosch nog steeds sprake is van een kwalitatief en kwantitatief woningtekort, dat maar zeer langzaam wordt opgelost. Financiële gevolgen voor gemeentelijke inkomsten a. Bouwleges De aanvragen van bouwvergunningen, en daarmee de ontvangst van bouwleges, loopt vooruit op de daadwerkelijke woningbouw. Als er in 2010 voor ca. 750 woningen een bouwvergunning wordt aangevraagd, gaan wij uit van een opbrengst bouwleges van ca. € 2,3 miljoen. Dit bedrag is inclusief de legesopbrengst voor bijvoorbeeld de lichte bouwvergunningen en voor niet-woningbouwprojecten. De verwachting is dat dit haalbaar moet zijn mede omdat de opbrengsten van de bouwleges positief zullen worden beïnvloed door de omlegging van de Zuid Willemsvaart. b. Grondbedrijf De economische crisis heeft de afgelopen twee jaar geleid tot een sterke daling van de verkoop van bouwgrond, vooral de verkoop van grond voor duurdere woningen en commercieel vastgoed. In de gemeentelijke grondexploitaties is inmiddels goed rekening gehouden met de economische crisis; waar nodig zijn verliesvoorzieningen getroffen. Een herstel van de woningmarkt is ook nu nog niet zichtbaar. Als de crisis op de vastgoedmarkt veel langer voortduurt, bijvoorbeeld omdat de economische crisis een tweede ‘dip’ laat zien, dan zijn aanvullende verliesvoorzieningen mogelijk noodzakelijk. Vooralsnog achten wij verdere verliesvoorzieningen niet nodig. Met name door de getroffen verliesvoorzieningen in de afgelopen jaren is de omvang van de algemene reserve, gelet op het risicoprofiel van alle complexen tezamen, € 11,3 miljoen te laag. De algemene reserve moet de komende jaren vanuit nog te realiseren winsten op de lopende grondexploitaties op peil worden gebracht. De economische omstandigheden in het algemeen en de mogelijkheid om bouwgrond te verkopen in het bijzonder zijn bepalend of en wanneer dit gerealiseerd kan worden. Algemene uitkering Gemeentefonds In het coalitieprogramma hebben we aangegeven dat de gemeente ’s-Hertogenbosch door een goed financieel beleid in de voorgaande jaren, een gezonde financiële huishouding heeft die tegen een stootje kan. Het is duidelijk dat we vanaf 2012 te maken krijgen met aanmerkelijk minder middelen van het rijk. In de raadsinformatiebrief van december 2009 “scenario’s financiële gevolgen kredietcrisis/recessie” is een beeld geschetst van de gevolgen daarvan voor onze gemeente. Die gezonde huishouding maakt het ons nu mogelijk om ons in alle rust voor te bereiden op een ombuigingsoperatie. Waarbij wij er wel voorstander van zijn om nu al te anticiperen op toekomstige bezuinigingen zodat straks niet in één jaar de totale taakstelling gerealiseerd behoeft te worden. In het verlengde van de informatie uit de raadsinformatiebrief houden wij vooralsnog rekening met een ombuigingstaakstelling van € 15 tot € 20 miljoen die wij in drie jaarstappen, ingaande 2011, zouden willen realiseren. Waar het financieel beleid gericht is op de realisering van onze ambities stellen wij ook de benodigde ombuigingen in dat licht. Wij moeten oog houden voor de toekomst en dus zorgvuldig kijken wat ook op de langere termijn minder of niet meer kan. Onze inzet bij de ombuigingen is dan ook om intensief te onderzoeken waar wij meer maar tenminste hetzelfde met minder kunnen doen.
8
5.3. Doorkijk op lange termijn strategisch handelen In het Coalitieakkoord 2010 - 2014 “Uitdagende overheid in een uitdagende tijd: werken aan een veilig, economisch en sociaal sterk en duurzaam ’s-Hertogenbosch” (16 april 2010) hebben wij benadrukt, dat wij ruimte zullen geven aan de economische functie als motor voor de leefbaarheid en ontwikkeling van onze gemeente en de regio. Wij willen economische groei met behoud van evenwicht in de relatie mens, economie en omgeving (milieu): een groei gebaseerd op duurzaamheid. De economische crisis van dit moment heeft gevolgen voor de werkgelegenheid in onze gemeente en in de regio. Dit is een bedreiging maar het biedt nadrukkelijk ook kansen. Kansen op nieuwe economische bedrijvigheid en op slimme combinaties tussen bedrijfsleven en onderwijs. Wij verwachten ook dat de vraag van het bedrijfsleven aan arbeidskrachten na de economische crisis fors toeneemt. Economische ontwikkeling overstijgt de gemeentelijke grenzen. Daarom willen wij met de gemeenten in de regio Noordoost-Brabant, de ondernemers en het (beroeps)onderwijs in de regio die voorwaarden scheppen die er toe leiden dat het bedrijfsleven op sterkte is op het moment dat de economie aantrekt. Dat vraagt conjuncturele en structurele maatregelen. De in de afgelopen jaren opgezette structuren voor de bestrijding van de werkloosheid en vergroting van de arbeidsparticipatie blijken goed te werken. Binnen die infrastructuur kijken wij kritisch naar de doelmatigheid van de ingezette instrumenten en zoeken verder naar nieuwe verbindingen om de jeugdwerkloosheid op te lossen. Ter stimulering van de werkgelegenheid hebben wij in het coalitieakkoord onder meer de volgende maatregelen aangekondigd: • samenwerken met de regio aan een regionaal arbeidsmarktbeleid; • acquisitiebeleid ontwikkelen om nieuwe werkgelegenheid naar onze gemeente te halen; • de aansluiting tussen arbeidsmarkt en onderwijs verbeteren door het stimuleren en initiëren van nieuwe verbindingen; • passende bedrijventerreinen en kantoorlocaties voor de markt uit ontwikkelen om zo direct in te kunnen spelen op de vraag van nieuwe werkgelegenheid; herstructurering van bestaande bedrijventerreinen is hier een belangrijk onderdeel van; • de dienstverlening aan de ondernemers verbeteren vanuit een dienstbare opstelling die er op gericht is om samen te zoeken naar wat kan; • minder regels hebben en de uitvoering van noodzakelijke regelgeving, voorschriften en vergunningen vereenvoudigen; • voorzieningen stimuleren voor startende ondernemers; • de basisinfrastructuur voor vormen van onbetaalde of aangepaste arbeid in stand houden om zo de participatie aan het arbeidsproces voor zoveel mogelijk inwoners mogelijk te maken; • het centrumplan in Rosmalen voortvarend uitvoeren; • een gedifferentieerd productenaanbod in de binnenstad met oog voor (al aanwezige) specialistische kleinschalige detailhandel in stand houden. Bij Jeugd en Onderwijs staat het ontwikkelen van talenten centraal. Wij achten het van groot belang voor de ontwikkeling van de stad om de creatieve talenten binnen te halen en te houden. Het Middelbaar en Hoger Beroepsonderwijs is een belangrijke speler in de economische ontwikkeling en in de ontwikkeling van talent. Het beroepsonderwijs moet daarom met innovatieve onderwijsprogramma’s sterk verankerd zijn in het totale onderwijsaanbod in onze gemeente. Voorts hebben we onder meer aangegeven, dat we de samenhang tussen onderwijs, bedrijfsleven, culturele instellingen verder willen versterken: 9
stageplaatsen, leerwerkbanen, innovatieve kennisontwikkeling achten wij daarbij van groot belang. Voorts hebben wij een reeks van maatregelen en projecten aangekondigd op het gebied van bereikbaarheid en mobiliteit, sport en recreatie, milieu, volkshuisvesting en openbare ruimte. In het bijzonder wijzen wij in relatie tot onderhavig kader, dat wij in de komende vier jaar gemiddeld 750 woningen willen realiseren, ons fors zullen inspannen om de doorstroming op de woningmarkt te bevorderen en ons samen met o.m. de corporaties en projectontwikkelaars extra zullen inzetten op het beperken van woonlasten door extra aandacht voor de energiekwaliteit van woningen. Tot slot. De economische crisis trekt de komende tijd zijn sporen in de financiële mogelijkheden van onze gemeente. Die vertaalt zich onder andere in een lagere uitkering uit het gemeentefonds. Wij anticiperen nu al door een ombuigingstaakstelling op te nemen van € 15 tot € 20 miljoen, die wij in drie jaarstappen vanaf 2011 realiseren. Een bezuinigingsoperatie van deze omvang is een ingrijpend proces. Dat vraagt een duidelijke positie van uw raad. Maar het vergt ook een breed maatschappelijk draagvlak. Wij zullen hiertoe in september een procesvoorstel aan u doen. In dit voorstel zal een planning zijn opgenomen waaruit blijkt wie, wanneer aan zet is, zodat de aanhechting van raad en maatschappelijke stakeholders geborgd is. Transparantie van het proces is een van de noodzakelijke voorwaarden om tot een breed gedragen uitkomst te komen. Overigens zijn de voorbereidingen voor uitwerking van voorstellen al in volle gang. Tevens voeren wij, zolang er nog geen definitief zicht is op de consequenties van de rijksbezuinigingen, alleen eenmalig nieuw beleid op. De volledige resultaten van de bezuinigingsoperatie leggen wij tijdig aan u ter besluitvorming voor, zodat in 2011 al maximaal € 5 miljoen geëffectueerd kan worden. 5.4 Stand van zaken van korte termijn acties uit het PvA Hieronder treft u een overzicht van de in het kader van het Bossche Plan van Aanpak alleen of samen met partners uitgevoerde acties gericht op demping van de effecten van de kredietcrisis. Economie: In maart 2010 is na een periode van voorbereiding gestart met de gefaseerde herontwikkeling van De Gruyterfabriek tot centrum van creatieve bedrijvigheid De restauratie/transformatie van rijksmonumentale veemarkt tot een multifunctioneel vergader- en congrescentrum nadert haar voltooiing, officiële opening wordt voorzien eind 2010; Projecten uit het ontwikkelingsplan Versterkt Den Bosch, in casu realiseren van de openbare ruimte Westwal, de restauratie Vestingmuur Stadswalzone, de restauratie Bastion Baselaar, de herinrichting openbaar gebied Oliemolensingel en de restauratie Ravelijn in het gebied Hinthamerpoort; Aanleg fietsstraten Pettelaarseweg in 2010 gerealiseerd. Aanleg fietsstraten Gestelseweg, Graafseweg, Maastrichtseweg, Deken van Roestellaan worden in 2010 voorbereid en in 2011 uitgevoerd. Aanleg fietsstraten Rijnstraat, Pater van den Elsenstraat/Geulweg en fase 1 van de Vlijmenseweg worden in 2010 nog versneld uitgevoerd. Aanleg rotonde Maaspoortweg-Zwarbroekweg (start uitvoering juni 2010) en aanleg rotonde Zuiderparkweg-Pettelaarseweg (voorbereiding 2010, uitvoering 2011);
10
Aanleg VRI: Sluis 0- Van Veldekekade-Hekellaan: uitvoering 3e/4e kwartaal 2010 in combinatie met aanleg nieuw asfalt. Aanleg VRI Maaspoortweg-Larenweg: 2010 voorbereiding, 2011 uitvoering. Aanleg VRI Vlijmseweg-Helftheuvelweg versneld uitgevoerd in 2010; Reconstructie/herinrichting Oude Baan/Mazairaclaan uitvoering staat gepland in 2010. Herinrichting Raadhuisstraat uitvoering in 2010; Herontwikkeling middenterrein Rietvelden mag in 2010 concreet voortgang worden verwacht Promotie MKB Innovatiefonds Brabant. Dit fonds biedt een achtergestelde, rentedragende lening met een looptijd van maximaal 3 jaar mits ook de bank bereid is additioneel krediet te verstrekken. Doelgroep: innovatieve ondernemingen en groeibedrijven die op de langere termijn een gunstig toekomstperspectief hebben, maar die op de korte termijn gevoelig zijn voor de huidige crisis; Gemeentelijke website geeft een actueel overzicht van maatregelen en subsidiemogelijkheden voor bedrijven; Ca. € 2,5 miljoen is geïnvesteerd in energiebesparende maatregelen in gemeentelijke gebouwen + € 400.000 is uitgegeven aan energiebesparende maatregelen particuliere woningeigenaren; Actieplan Groei! In dit project hebben overheden, regionale ontwikkelingspartijen en ondernemersorganisaties hun krachten gebundeld om het aanbod voor starters en groeiende MKB-bedrijven transparanter te maken. Via de website www.hartvoorondernemen.nl wordt een actueel overzicht geboden van regionale projecten, diensten en regelingen met informatie over onder meer financiering, innovatie, huisvesting, juridisch advies en personeel; Instelling Werkgeversvertrouwensteam. Ondernemers die als gevolg van de huidige economische crisis geconfronteerd worden met teruglopende omzetten of andere knelpunten kunnen terecht bij het vertrouwensteam ’s-Hertogenbosch. Een team van zes ervaren (oud) ondernemers helpt collega ondernemers op vrijwillige basis met het vinden van oplossingen.
Arbeidsmarkt: Project 45+ medewerkers. Samenwerking tussen Werkplein Entreon, BZW en Manpower Senior om ervaren gemotiveerde werkzoekenden van 45 jaar en ouder een nieuwe carrière kans te bieden. Dit project is afgerond maar niet succesvol gebleken vanwege het tekort aan vacatures en plaatsingsmogelijkheden in het algemeen; Instelling werkgeversadviesteam. In dit team worden de krachten gebundeld van scholen, kenniscentra en UWV Werkbedrijf, overheid en mobiliteitscentrum. Ondernemers kunnen bij de accountmanagers van dit team terecht met vragen over personeel (krimp of uitbreiding), opleiding/scholing en ontwikkeling van werknemers, doorgroei of herplaatsen van medewerkers, kortom alle HRM-gerelateerde vraagstukken. Actieplan brede aanpak Jeugdwerkloosheid. Binnen het kader van het landelijke Actieplan Jeugdwerkloosheid heeft de regio Noordoost Brabant een regionaal actieplan brede aanpak jeugdwerkloosheid opgesteld. Hierin staan voor de subregio ‘s-Hertogenbosch 7 projecten voor het voorkomen en bestrijden van jeugdwerkloosheid, die allen ten uitvoer zijn of worden gebracht. Het gaat hier om acties om jongeren langer op school te houden, om ze een startkwalificatie te laten halen, om extra leerbanen te creëren. Ook is er een jongerenloket in Werkplein Entreon geopend. Het UWV en Colo zetten extra mensen in om extra banen, stages en leerbanen te verwerven. In 2010 wordt er een actie ingezet gericht op het stimuleren van werkgevers om kwetsbare jongeren te plaatsen. De Omgekeerde Leerroute. Vanwege het tekort aan leerwerkplekken in de bouw en de noodzaak om toch voldoende jongeren in de bouwopleidingen te houden, gelet op 11
toekomstige tekorten, is er een aangepast leerconcept ontwikkeld. De omgekeerde leerroute gaat uit van een verregaande integratie van leren en werken, waarbij een levensechte leerwerkomgeving ervoor zorgt dat leren uit het werk gehaald kan worden. Momenteel zitten er 35 jongeren uit de regio in het eerste opleidingsjaar. Versterking van het Werkplein. Op het Werkplein Entreon is 5 fte ( 3 voor ‘s-Hertogenbosch en 2 voor Boxtel en Vught) extra aangetrokken voor bemiddeling van werklozen en voor bemiddeling van werk naar werk. Dit om het groeiende aantal aanmeldingen tijdig te kunnen verwerken en mensen sneller weer aan het werk te kunnen helpen. Servicepunt Zorg & Welzijn. In maart 2010 is het servicepunt Zorg en Welzijn voor de regio Noordoost Brabant opgericht. Binnen de ‘kansrijke’ sector Zorg en Welzijn blijft vraag naar personeel, zowel op de korte als op de lange termijn en op verschillende opleidingsniveaus. Het servicepunt is het centrale punt voor werkgevers en werkzoekenden binnen de sector voor alle HRM-vraagstukken. Het mobiliteitscentrum. In het mobiliteitscentrum op het Werkplein Entreon, werken gemeenten, UWV, ondernemers en onderwijs samen om bedrijven op het gebied van werktijdverkorting (WTV), deeltijd-WW, scholing en detachering van personeel te adviseren en ondersteunen.
Woningbouw: Het onderdeel van de woningmarkt waarop de gemeenten nog sturingsmogelijkheden hebben, is de woningproductie. Wij trachten samen met markpartijen en woningcorporaties al het mogelijke te doen om deze terugval in de woningproductie zoveel als mogelijk tegen te gaan. In dit proces hebben alle partijen hun eigen verantwoordelijkheid. De gemeente bouwt zelf niet, maar faciliteert zoveel als mogelijk in het ontwikkelingsproces. Wij kiezen voor een aanpak waarbij wij vraaguitval proberen te temperen, consumenten en producentenvertrouwen proberen te herstellen en vooral uitvoeren wat we afgesproken hebben om investeringen op peil te houden. Het streven is om onze inzet zoveel mogelijk complementair te laten zijn aan maatregelen van derden. Met onze maatregelen zoeken wij aansluiting bij initiatieven van het rijk en provincie. M.b.t. de woningmarkt hebben wij de volgende maatregelen ingezet: (Tijdelijk) omzetten woningen van koop- naar huurwoningen. De Leegstandwet biedt de mogelijkheid om eigenaren van koopwoningen, in afwachting van verkoop, deze woning tijdelijk te verhuren. De gemeente geeft hiervoor een vergunning af. Deze vergunning kan worden afgegeven voor de duur van maximaal twee jaar, met mogelijk een verlenging tot (in totaal) maximaal vijf jaar. Verhuur van de woonruimte/ woning dient minimaal zes maanden te duren. Sinds het in werking treden van deze regeling in ’s-Hertogenbosch, medio 2009, hebben in 2009 23 mensen een vergunning aangevraagd. In 2010 is er duidelijk meer belangstelling: in de eerste 4 maanden hebben al 25 eigenaren van een koopwoning gebruik gemaakt van deze regeling. Ook bij complexgewijze woningbouw wordt van deze regeling gebruik gemaakt. In het afgelopen jaar is deze toegepast bij o.a. de volgende nieuwbouwcomplexen: Hinthamerpoort, De Groote Wielen – Broekland, De Groote Wielen – De Hoven. Door deze omzetting konden deze woningen in aanbouw worden genomen. Startersleningen Veel starters die op dit moment een woning willen kopen hebben daarvoor niet de financiële mogelijkheden. Een van de mogelijkheden om starters hiermee te kunnen helpen is de Starterslening koopwoningen. Een starterslening is een aanvullende lening bovenop een reguliere lening (hypotheek), zodat de aankoop van een eerste huis mogelijk kan worden gemaakt. Bij een starterslening wordt de woning dus gefinancierd met een combinatie van een eerste hypotheek en een aanvullende 2e hypotheek: de starterslening. 12
De Starterslening (maximaal € 35.000,-) overbrugt dus het verschil tussen de aankoopkosten van de woning en het bedrag dat de starter maximaal kan lenen bij de hypotheekverstrekker. De gemeente ’s-Hertogenbosch heeft voor 2010 een bedrag ad. € 400.000,- beschikbaar gesteld voor deze startersleningen. Dit bedrag wordt door de provincie verdubbeld tot € 800.000,- en het rijk verdubbelt dit bedrag dan weer tot € 1.6 miljoen. Hiermee kunnen ca. 45 starters een lening afsluiten. Deze regeling is succesvol te noemen: tot nu toe hebben in 2010 ca. 25 starters een lening aangevraagd bij de gemeente. Taskforce Woningbouw De afgelopen jaren is de woningproductie in ’s-Hertogenbosch succesvol geweest door de gezamenlijke inzet van marktpartijen en gemeente in het kader van de Taskforce Woningbouw en het Lokaal Akkoord Wonen met de woningcorporaties. Met deze marktpartijen is er periodiek overleg over de voortgang van de woningbouw en het zoeken naar maatwerkoplossingen. Stimuleringsmaatregelen woningbouw rijk en provincie Het Kabinet heeft op 15 juni 2009 besloten om een Tijdelijke Stimuleringsregeling Woningbouw in te zetten. Deze regeling vindt plaats in 3 tranches. Met deze regeling worden woningbouwprojecten vlotgetrokken die stilgevallen of vertraagd zijn door de kredietcrisis; in totaliteit is € 250 miljoen voor deze regeling beschikbaar gesteld. De gemeente ’s-Hertogenbosch heeft in deze tranches woningbouwprojecten ingediend en financiële bijdragen toegekend gekregen. De gemeente ontvangt de stimuleringsgelden en is ook vrij om te bepalen hoe de bijdrage wordt ingezet, tegen welke voorwaarden en volgens een door haar te bepalen fasering. De gemeente zet daarbij in op het stimuleren van de woningmarkt (en daarmee de bouw van nieuwe woningen) door de vraag van de consument te vergroten (te denken valt aan de verlaging van de vrij-op-naam-prijs, verlaging van de bouwrente, meerwerk etc.). De ontwikkelaars van de woningen ontvangen dan ook alleen financiële bijdrages, nadat zij zich verplichten dat deze gelden ten goede komen aan de woonconsumenten. De volgende woningbouwprojecten worden gerealiseerd met een bijdrage door de provincie en/of Rijk: 7 woningen Hinthamereinde, 76 woningen Hinthamerpoort, 67 woningen De Groote Wielen (Broekland-noord), 110 woningen De Groote Wielen (de Hoven); Omzetting kantoren naar woningen. De gemeente voert een actief beleid op het gebied van omzetting van incourante kantoren naar woningen. De afgelopen 2 jaar zijn ca. 170 woningen door omzetting gerealiseerd. De mogelijkheden voor omzetting zal afhankelijk zijn van de situatie, van de ruimtelijke mogelijkheden en onmogelijkheden. Er wordt niet gekozen voor ad-hocoplossingen; het kantorenbeleid en woonbeleid op langere termijn zijn bepalend. Tevens moet de omzetting passen in een integrale gebiedsontwikkeling. Voorts beraden we ons op dit moment welke projecten we zullen scharen onder de wet met betrekking tot versnelde ontwikkeling en verwezenlijking van ruimtelijke en infrastructurele projecten (de zgn. Crisis- en herstelwet). 6. Communicatie Het economisch herstel is ingezet ook al is dit herstel nog wankel en broos. Daarnaast staan we aan de vooravond van een forse ombuigingsoperatie. Beide ontwikkelingen houden nauw verband met elkaar. Om met betrekking tot de effecten van de crisis en de ombuigingen de vinger aan de pols te houden overweegt het college u 2x per jaar hierover te informeren.
13
Burgemeester en wethouders van ‘s-Hertogenbosch, De secretaris, De burgemeester,
mr. drs. I.A.M. Woestenberg
mr. dr. A.G.J.M. Rombouts
Bijlagen: 1. Factsheet economische crisis, mei 2010, afd. O&S Ter inzage:
14