Bundel 1 van veldoefeningen en cases De cases en veldoefeningen bestaan uit 3 delen:
Deel 1 de veldoefeningen waarvan de locaties voorkomen in het natuurgebied Den Battelaer te Mechelen. Deel 2 een case i.v.m. natuurbeleid. Deel 3 een case i.v.m. natuurinspectie.
De oplossingen van de oefeningen staan niet op punten. Het gaat erom dat je samen in groep over de cases nadenkt en probeert de juiste oplossing te vinden. Het is zeker niet erg als hierbij fouten worden gemaakt. Wel belangrijk is dat je de kennis opgedaan in de cursus toepast en een inspanning levert om zelf extra informatie op te zoeken. Deel 2 en 3 zijn cases die niet zijn gebonden aan het terrein den Battelaer. Deze kan je oplossen zonder het terrein te bezoeken. Tijdens de laatste les van de cursus verbeteren we allemaal samen op het veld de oefeningen. Jullie geven die dag ’s morgens ook een kopie van het werk af aan de lesgever.
Veldoefening en cases, bundel 1
1
Deel 1: Veldoefeningen Natuurbeheer natuurgebied Den Battelaer te Mechelen
in
het
Als informatie heb je volgende documenten (zie achteraan in cursusmap): 1) Topokaart met nummers (1,2,3,5,6 zijn punten met oefeningen) 2) Kaart met perceelnummers 3) Stijghoogte-grafiek van peilbuizen (kijk naar nr. 3)
Oefening voor iedereen, info opzoeken over het gebied Het gebied den Battelaer is een natuurgebied in beheer van Natuurpunt. Het ligt in ten noordwesten van Mechelen. De grenzen van het gebied zijn de Zenne, de Leuvense vaart en de N 16 (Gentse steenweg). Zoek voor dit gebied en de onmiddellijke omgeving informatie op die nuttig/ nodig is bij het opstellen van een beheerplan. Denk hiervoor zeker aan volgende zaken: VEN, SBZ, Beschermd landschap, gewestplan, BWK-kaart, andere kaarten, totale oppervlakte, Ferraris-kaart, andere oude kaarten, historisch bos en flora en fauna gegevens.
Veldoefening en cases, bundel 1
2
Oefening voor iedereen, Locatie 1 (perceel nr. 24) Op dit perceel staat een peilbuis. Het verloop van de waterstand in de peilbuis kan je aflezen op de stijghoogte-grafiek. Grafiek met nr. 3 (deze met de driehoeken) is de lijn van de peilbuis op dit perceel. Staat het waterpeil soms boven het maaiveld? M.a.w. staat er soms water op dit perceel? _______________________________________________________________________ _______________________________________________________________________ _______________________________________________________________________ Zo ja, hoe lang en wanneer staat er meestal water op het perceel? _______________________________________________________________________ Wanneer is de droogste periode? _______________________________________________________________________ Hoe groot is het grootste verschil in peilhoogte? _______________________________________________________________________ Staan er op dit perceel veel soorten van graslanden of van moerassen? _______________________________________________________________________ Wat is de reden dat één van beide soortengroepen (moeras of grasland) het hier niet zo goed doet? _______________________________________________________________________ _______________________________________________________________________ _______________________________________________________________________ Welke BWK-code zou je geven aan dit perceel? _______________________________________________________________________ Welke
soorten
herken
je
die
hier
aanwezig
zijn?
_______________________________________________________________________ _______________________________________________________________________
Veldoefening en cases, bundel 1
3
Locatie 2a (perceel nr. 21) Je staat hier in een aangeplant bos. Case: Het bos is eigendom van een private boseigenaar. Deze eigenaar is lid van de bosgroepen en wil graag zijn Populierenaanplant kappen en omzetten naar een meer natuurlijk bos. Welk advies kan jij hem geven? Volgende vragen kunnen je helpen bij het oplossen van deze case 1. Welke boomsoorten staan op dit perceel ? 2. Welke boomsoorten horen van nature thuis op vochtige vrij voedselrijke valleibodems? 3. Vind je deze soorten in de onderetage en de nevenetage? 4. Is er in het bos een goede nevenetage? 5. Is er in het bos een goede onderetage? 6. Welke soorten herken je in de kruidlaag? 7. Ken je typische kruidachtige bossoorten van vrij voedselrijke valleibossen? 8. Welke regelgeving is van toepassing? 9. Welke subsidies kan de eigenaar krijgen?
Locatie 6 (perceel nr. 8) (groep 1) Als je op de dijk staat van de uitgegraven Zenne-arm zie je in het zuiden een rietland liggen. Bekijk dit vanop een afstand, vanaf deze locatie kan je er niet bij. Doelstelling van het rietlandbeheer is
uitbreiding van het rietland een rietland met dens riet (veel rietstengels dicht bij elkaar).
Beantwoord volgende vragen 1. 2. 3. 4.
Welk beheer voer je om deze doelstelling te bereiken? Moet je, indien perceel 13 begraast wordt de grazers uit perceel 8 houden of niet? Heb je een gedacht voor welke fauna dit biotoop geschikt is? Welke BWK-code geef je aan een rietland?
Veldoefening en cases, bundel 1
4
Deel 2: Case beleid Welk advies zal de Cel-Beleidsuitvoering van ANB geven? Langsheen een rivier ligt een beukenbos. Het maakt deel uit van een speciale beschermingszone die is aangemeld als habitat type 9110 (beukenbossen van het type Luzulo-fagetum). In het raam van het integraal waterbeleid wordt op die plaats een overstromingsgebied voorzien, om de iets verderop stroomafwaarts gelegen woonkern te vrijwaren. Probleem is dat beukenbossen niet verdragen om onder water te komen te liggen; het is dus vrijwel zeker dat de beuken zullen afsterven. Er kan wel een interessant moerasgebied ontstaan. Het gebied zal onteigend worden wegens algemeen nut. De huidige gewestplanbestemming is die van ‘natuurgebied’. Als het werk wordt uitgevoerd, zal de bestaande dijk over een lengte van 300 m met drie meter verlaagd worden. Zo kan bij hoog water het overstromingsgebied vollopen. Rondom het overstromingsgebied komt een nieuwe dijk om dat water in het gebied te houden. Op de studiedienst van het Vlaams Gewest vragen ze zich af welke vergunningen er allemaal nodig zullen zijn vooraleer de werkzaamheden kunnen aanvatten. ‘Even vragen aan de Cel-Beleidsuitvoering van ANB’ is de conclusie.
Veldoefening en cases, bundel 1
5
Deel 3: Case natuurinspectie Je bent een natuurinspecteur en stuit tijdens een controleronde op een landbouwer die bezig is met het verwijderen van knotwilgen langs de rand van zijn erf. Goede wetende dat er veelal geen vergunning wordt aangevraagd voor dergelijke werkzaamheden besluit je om de landbouwer aan te spreken. Je bemerkt dat er ter plaatse reeds op een afstand van honderd meter knotwilgen zijn verwijderd. Welke acties onderneem je?
Veldoefening en cases, bundel 1
6