Buitenschoolse opvang Makker Adres Akkerpad 4 6533 BC Nijmegen Telefoon (024) 355 10 20 E‐mail
[email protected]
Inhoud 4 4
Welkom bij…
Bso Makker
5 5 5 5 5 6 6 7 7 7 8 8
Hoofdstuk 1
Wij stellen ons voor
Bijzonder aan onze locatie Gebouw en de tuin Basisgroepen Samenwerking tussen basisgroepen Pedagogisch medewerkers Scholing pedagogisch medewerkers Vierogenprincipe Achterwacht Voorschoolse opvang Oudercommissie
Hoofdstuk 2
Praktische informatie
Vervoer van en naar de bso Zelfstandig vervoer Wat doen we ’s middags Vriendjes en vriendinnetjes mee Postvakje Wennen Overgang tussen de verschillende leeftijdsgroepen Verzorging en voeding Ziekte en medicijnen Reservekleding Huisregels bij bso Makker Taal Aanbod tijdens schoolvakanties Samenvoegen tijdens vakanties Openingstijden, brengen en halen in vakanties
9 9 9 9 9 10 10 10 10 10 10 11 11 12 12 12 13
Hoofdstuk 3
15
Pedagogisch werkplan
15
Pedagogische doelen en pedagogisch beleid Pedagogische uitgangspunten Kijken en luisteren naar kinderen Emotionele veiligheid, betrokkenheid en warmte Ritme en structuur Positieve contacten tussen kinderen Respect voor anderen en de omgeving Brede uitdaging en plezier Respect voor autonomie Fysieke veiligheid van kinderen Samenwerking met ouders en anderen uit de leefomgeving van kinderen Kind‐volg‐systeem en signaleren Ontwikkeling pedagogische kwaliteit Samenwerking 2
15 16 16 17 17 18 19 19 20 20 21 21 21 22
Hoofdstuk 4
Algemene informatie
Plaatsing en interne wachtlijst Studiedagen basisschool Flexibele opvang Ruilen van dagen Incidentele opvang Nationale feestdagen Inventarisatie aanwezige kinderen tijdens vakantieperiodes Uitbreiding, wijziging en vermindering van dagdelen Einde opvang Klachten en klantsignalen Complimenten, wensen en kritiek Omgaan met privacygevoelige informatie Kwaliteit
3
23 23 23 23 23 23 24 24 24 24 25 25 25 25 25
Welkom bij…
Bso Makker Dit informatieboekje is voor jullie als ouder(s)/verzorger(s) die gebruik gaan maken van opvang bij bso Makker We hopen dat jullie je snel thuis zullen voelen bij ons. Om de start van de opvang zo soepel mogelijk te laten verlopen, vinden wij het belangrijk je te informeren over wie we zijn en wat we doen. Kortom, wat je van ons mag verwachten. We beschrijven de dagelijkse gang van zaken op onze locatie zoals het pedagogisch werkplan. Dit werkplan gaat over de groepen, de pedagogisch medewerkers en op welke manier we werken; volgens welke pedagogisch uitgangspunten. Het is het resultaat van discussies binnen het team. Ook de oudercommissie heeft hierover meegepraat en advies uitgebracht. Tot slot hebben we de algemene praktische informatie verzameld, bijvoorbeeld uitleg over uitbreiding van de overeenkomst of over klantsignalen. Het pedagogisch werkplan is één jaar geldig. Om te zorgen dat het werkplan actueel blijft, houden we het één keer per jaar kritisch tegen het licht. Dit doen we onder andere op basis van de informatie uit ons kind‐volg‐systeem. Als het nodig is vullen we het plan aan of verandert er iets. Veranderingen leggen we voor aan de oudercommissie en bespreken we met hen. Ouders informeren we hierover. Aanpassingen in beleid nemen we zoveel mogelijk mee maar omdat we het één keer per jaar aanpassen kan het gebeuren dat een (deel van de) tekst niet helemaal overeenkomt met de actuele situatie. Op onze website, op de locatiepagina van de bso, staat de meest actuele versie van dit werkplan. Via het digitale locatienieuws houden wij je op de hoogte van ontwikkelingen of gebeurtenissen bij bso Makker Voor algemene informatie of vragen over de overeenkomst kun je terecht bij Klantrelaties via 024 382 26 55 of
[email protected]. Voor andere vragen, opmerkingen, complimenten of tips kun je terecht bij de pedagogisch medewerkers of ondergetekende. Ik wens jullie een heel plezierige tijd toe bij onze bso. Marjon Best Clustermanager bso Makker Maart 2015
4
Hoofdstuk 1
Wij stellen ons voor
Bijzonder aan onze locatie Bso Makker is gehuisvest in een oud en sfeervol gebouw. Het bevindt zich aan de achterkant van de basisschool. Hierdoor zijn kinderen nooit lang onderweg naar de bso en bevinden zij zich in een voor hen bekende omgeving. Doordat wij bij school zitten kunnen de kinderen, onder toezicht, ook altijd spelen op het schooltterrein. Dit is af en toe een leuke afwisseling met onze ‘struintuin’. Gebouw en de tuin Bso Makker bevind zich aan de achterkant van de basisschool. Het gebouw bestaat uit drie verdiepingen. Op de begane grond is ruimte voor anderhalve stamgroep die gedeeld wordt met peutergroep Kleuterland. Ook is hier een keuken aanwezig waar we kookactiviteiten doen. Op de eerste verdieping bevinden zich twee stamgroepen. Hier is ook de opvang voor de voorschoolse opvang en op rustige dagen (woensdag en vrijdag) zijn we hier met alle kinderen. Op deze verdieping zijn ook een knutsel,‐ en theaterkamer. Op de tweede verdieping zitten de laatste twee groepen. De buitenruimte is ruimtelijk ingericht, welke wordt gebruikt door alle kinderen van onze bso, de peutergroep, de tso en school. De oudere kinderen (vanaf groep 5) mogen zelfstandig op de speelplaats van de school spelen, mits de ouders toestemming hebben gegeven. Als kinderen wel de leeftijd hebben om alleen op het schoolplein te spelen en wij twijfels hebben of het kind het aan kan, dan overleggen we met de ouders. De jongere kinderen gaan altijd met begeleiding naar het schoolplein. De buitenruimte hebben we omgedoopt tot “Struintuin”. Er is bewust voor gekozen om geen speeltoestellen te plaatsen omdat deze op het aanliggende schoolplein te gebruiken zijn. Thema van onze tuin is “ontdekken”. Spelen met zand, water, hutten bouwen, klimmen en fietsen zijn de mogelijkheden. Ook is er een moestuin die door de kinderen bijgehouden wordt. Basisgroepen Bij deze locatie komen maximaal honderd kinderen tegelijkertijd. Alle kinderen, behalve kinderen die gebruik maken van flexibele opvang, zitten in een basisgroep. In het kennismakingsgesprek wordt verteld in welke basisgroep het kind start. Tijdens de rondleiding wordt dan ook duidelijk aangegeven waar de basisgroep zich bevindt. Op die manier is voor kinderen, maar ook voor ouders duidelijk tot welke groep ze horen. Ook flexibele kinderen plaatsen we steeds zo veel mogelijk in dezelfde groep. Er is plaats voor 5,5 groep: Rakkers 1 en 2 samen dertig kinderen, Storm tien kinderen. Per groep komen maximaal twintig kinderen. Groepen De Rakkers 1 en De Rakkers 2 (vier tot zes jaar) gelegen op de benedenverdieping, Donder (zes tot acht jaar) en Bliksem (acht jaar en ouder) beiden op de eerste verdieping en Sterren en Storm (acht jaar en ouder) te vinden op de tweede/zolder verdieping. We hanteren zoveel mogelijk de leeftijdsgroepen maar kijken ook naar de ontwikkeling van de kinderen, vriendjes, vriendinnetjes en de groepsgrootte. Elke leeftijdsgroep kent zijn eigen ruimte(s). Op de rustige dagen (woensdag en vrijdag), verblijven de kinderen veelal gezamenlijk in de groepsruimtes op de eerste verdieping (Donder en Bliksem).
5
De verschillende basisgroepen beginnen de middag in afzonderlijke ruimtes. Na het fruitmoment mogen de kinderen, met name op de eerste verdieping, in alle ruimtes komen. Dit is de knutselkamer, de theaterkamer of de andere basisgroep. We bieden ook voorschoolse opvang aan kinderen in de basisschoolleeftijd. Hierover lees je verderop meer.
Samenwerking tussen basisgroepen Na een start met de eigen groep in de basisgroepsruimte verdelen de kinderen zich over de verschillende ruimtes van de bso. In elke ruimte is iets anders te beleven. Ruimtes zoals de hal en gang zijn waar mogelijk ook speelruimte. Kinderen kiezen in welke ruimte en met wie ze willen spelen. Groepjes kinderen met dezelfde interesse kunnen samenspelen, vriendjes, broertjes en zusjes kunnen elkaar gemakkelijk opzoeken. We organiseren activiteiten waar kinderen van verschillende basisgroepen aan kunnen meedoen. Bij activiteiten in groepen groter dan dertig kinderen, is het extra belangrijk dat kinderen goed weten bij welke basisgroep en welke pedagogisch medewerkers ze horen. De emotionele veiligheid van kinderen vraagt in grotere groepen soms extra aandacht. Een kind begint zijn/haar dag op zijn of haar eigen basisgroep. Hierdoor weten zij wie er op die bewuste dag de pedagogisch medewerker op die groep is. Hier kunnen ze te allen tijde bij terecht. Als zij/hij naar huis gaat meldt zij/hij zich ook af bij die pedagogisch medewerker en op de aanwezigheidslijst zet de pedagogisch medewerker de tijd dat het kind naar huis is gegaan. Het komt in vakanties voor dat er, samen met andere bso’s, activiteiten gedaan worden waarbij veel kinderen aanwezig zijn. Deze activiteiten vinden meestal buiten de bso plaats. In het rooster van personeel wordt er zo veel mogelijk voor gezorgd dat er van elke bso‐locatie vaste pedagogisch medewerkers aanwezig zijn. Er wordt door de medewerkers een lijst gemaakt van welke kinderen zullen deelnemen aan de activiteit. De kinderen krijgen, als deze beschikbaar zijn, een bso t‐shirt aan zodat deze herkenbaar zijn of zijn anders goed herkenbaar. Bij vertrek wordt er door middel van de lijsten gekeken of alle kinderen aanwezig zijn. Daarbij wordt verteld welke pedagogisch medewerkers er mee gaan, zodat de kinderen dit weten. Bij vertrek van de activiteit terug naar de bso, worden ook de kinderen weer geteld en gekeken of iedereen aanwezig is. Bij dergelijke activiteiten wordt altijd de beroepskracht‐kind‐ratio aangehouden en dus is er altijd tenminste 1 pedagogisch medewerker per tien kinderen beschikbaar.Als de bso een dergelijke uitstap maakt, of een kleinere, worden de ouders altijd van tevoren geïnformeerd. Tijdens zo’n uitstapje is groepsleiding bereikbaar via de ‘uitstapjes‐mobiel’. Het nummer hiervan krijgen de ouders dan mee. Pedagogisch medewerkers Bij bso Makker werken negen pedagogisch medewerkers. Zij zijn gekwalificeerd volgens de cao Kinderopvang. Het aantal pedagogisch medewerkers dat tegelijkertijd aanwezig is, hangt af van het aantal en de leeftijd van de kinderen die komen. We baseren ons hierbij op de beleidsregel bij de Wkkp. Er is één pedagogisch medewerker per tien kinderen. Het is mogelijk dat er aan het eind van de dag, gedurende een half uur, minder pedagogisch medewerkers zijn. In vakantieperiodes werken er tijdens het eerste en het laatste uur minder pedagogisch medewerkers. Elke basisgroep heeft in principe ‘eigen’ pedagogisch medewerkers die iedere week op dezelfde dagen werken. Beneden in de hal hangt een aanwezigheidsbord met foto’s van de medewerkers en het weekrooster van de bso. Op het krijtbord dat hangt op de deur bij elke basisgroep, wordt elke dag geschreven wie er werkt. Bij ziekte of verlof van de
6
vaste medewerkers wordt zo veel mogelijk een vaste, aan Makker gekoppelde invalkracht ingezet. Soms is er een stagiaire in de groep. De opleiding die een stagiaire volgt en het niveau dat hij of zij hierin bereikt heeft, bepaalt de mate waarin hij of zij ondersteuning mag bieden bij het activiteitenaanbod en de begeleiding van de kinderen. De stagiaires zijn in principe boventallig (extra). De stagiaire doet, onder begeleiding van een pedagogisch medewerker, mee aan bepaalde onderdelen van het programma. De opleiding die een stagiaire volgt, heeft hier invloed op. Sportstagiaires bereiden bijvoorbeeld sport‐en spelactiviteiten voor en organiseren groeps‐ en individuele activiteiten voor de kinderen. Stagiaires van een HBO‐opleiding Pedagogiek zijn naast het activiteitenaanbod bijvoorbeeld betrokken bij de ontwikkeling van een specifiek pedagogisch project, zoals de aanpak van pesten op de groep. Een stagiaire, die naar het oordeel van de clustermanager en de werkbegeleider in staat wordt geacht om onder toezicht zelfstandig verantwoordelijk te zijn voor de groep, kan incidenteel en onder in de Cao Kinderopvang vastgestelde voorwaarden worden ingezet naast een gediplomeerd pedagogisch medewerker in de groep. Scholing pedagogisch medewerkers Alle pedagogisch medewerkers zijn geschoold op het gebied van veiligheid en pedagogiek. Zij hebben allemaal een basistraining kinder‐EHBO gehad en daarnaast is een aantal van hen aangesteld als bedrijfshulpverlener. Bij alle locaties zijn actuele evacuatieplannen en doen ze, in samenwerking met de brandweer, brandoefeningen. Soms zijn ze hier vooraf van op de hoogte maar soms is een oefening onaangekondigd. Nieuwe pedagogisch medewerkers worden ingewerkt op de locatie. Er is een scholingsbudget dat we heel divers in kunnen zetten voor een specifieke scholingsbehoefte zoals bijvoorbeeld Video Interactie Begeleiding. Hierbij filmen we de interactie tussen pedagogisch medewerkers en kinderen en bespreken dit na. Een ander voorbeeld zijn workshops en werkochtenden die de afdeling Pedagogiek & Kwaliteit ontwikkelt en verschillende modules door middel van E‐learning. Vierogenprincipe Dit principe is wettelijk verplicht voor kinderen van nul tot vier jaar. Dit betekent dat op elk moment de reële kans bestaat dat er een volwassene meekijkt of meeluistert met de beroepskracht. Hoewel dit voor de bso leeftijd niet wettelijk verplicht is, hebben we ervoor gekozen hier toch bij alle bso teams invulling aan te geven. In onze bso realiseren we dit op de volgende manier: – Bij bso Makker hebben we kritisch gekeken naar het zicht in de groepsruimtes. Dit betekent dat er in verschillende groepsdeuren glazen ruiten geplaatst zijn zodat er te allen tijde in de groepen gekeken kan worden. – Pedagogisch medewerkers lopen regelmatig bij elkaar binnen op de groepen. – De deur is niet op slot op de momenten dat ouders hun kind(eren) komen halen. – Uitstapjes met kinderen worden altijd begeleid door minimaal twee volwassenen – Een onbekende invalkracht zal, als het mogelijk is, niet alleen op een groep staan. – Ook vinden wij het op bso Makker belangrijk elkaar als collega’s direct aan te spreken op gedrag en houding. We zijn hierin eind 2013 en begin 2014 getraind in een teamcursus ‘Ik maak het verschil’. De uitwerking van het vierogenprincipe hebben we besproken met de oudercommissie. Achterwacht In situaties dat er bij onze locatie heel weinig kinderen aanwezig zijn en één pedagogisch medewerker voldoet, is altijd een tweede volwassene bereikbaar. De persoon moet in noodgevallen liefst binnen vijf minuten, maar uiterlijk binnen vijftien minuten ter plaatse kunnen zijn. De achterwacht voor bso Makker is tijdens de vso (voorschoolse opvang) de
7
conciërge van basisschool De Akker. Hier zijn afspraken over gemaakt. Bij een eventuele calamiteit zoals door omstandigheden te laat komen van pedagogisch medewerkers of het niet hebben van elektriciteit of verwarming kunnen wij altijd terugvallen op de school. De conciërge is altijd om 7.30 uur aanwezig. Tijdens de verlengde opvang aan het eind van de dag, op dinsdag en donderdag van 18.00 tot 18.30 uur, is altijd een medewerker met een tweede volwassenene aanwezig tenzij bij kinderdagverblijf Mariken de pedagogisch medewerkers als achterwacht aanwezig zijn. Ook tijdens vakantieweken zijn de medewerkers van kinderdagverblijf Mariken achterwacht. Voorschoolse opvang Tijdens schoolweken vangen we basisschoolkinderen op tussen 7.30 uur en 8.30 uur. Hiervoor hanteren we dezelfde kwaliteitseisen als voor de bso. Er werken bij de vso een à twee pedagogisch medewerkers, afhankelijk van het aantal kinderen dat aanwezig is. De kinderen worden door hun ouders/verzorgers naar de voorschoolse opvang gebracht. Tijdens de voorschoolse opvang spelen we een spelletje met de kinderen of lezen een boek voor. Omdat de kinderen nog een beetje wakker moeten worden, passen we het tempo in activiteiten daarop aan. De kinderen kunnen als ze dat willen wat drinken en een zelf meegebrachte boterham eten. Om 8.15 uur brengt een pedagogisch medewerker de kinderen van groep 1 t/m 4 naar school. De kinderen vanaf groep 5, mits ouder hiervoor toestemming heeft gegeven, mogen zelf naar school lopen. We brengen de kleuters tot in de klas en zorgen dat zij hun fruit en drinken op de schapjes zetten. Als de leerkracht in de klas komt, vertrekt de pedagogisch medewerker. Oudercommissie Alle locaties hebben een oudercommissie. Zij zijn het klankbord van de ouders en nauw betrokken bij het opstellen en evalueren van bijvoorbeeld dit pedagogisch werkplan en de veiligheid‐ en gezondheidsplannen van de locatie. Daarnaast organiseert de oudercommissie in samenwerking met ons themabijeenkomsten voor alle ouders en helpen ze met de voorbereiding en uitvoering van allerlei activiteiten. Voor onderwerpen die je onder de aandacht van de oudercommissie wilt brengen kun je gebruik maken van het postvak of neem via de clustermanager contact met hen op. De oudercommissie heeft ook een mailadres:
[email protected]. We vinden het erg belangrijk dat ouders meedenken en ‐praten over de kwaliteit van de opvang. Je kunt hier een bijdrage aan leveren door zitting te nemen in de oudercommissie waardoor je direct betrokken bent bij beleid, kwaliteit en continuïteit van de opvang van je kind.
8
Hoofdstuk 2
Praktische informatie
Vervoer van en naar de bso Bso Makker is gevestigd naast basisschool De Akker. Daarnaast komen er op woensdag kinderen van basisschool Brakkenstein. De kinderen van basisschool De Akker worden lopend gehaald door de pedagogisch medewerkers. Om een goed overzicht te houden worden de groepen op verschillende plaatsen in de school opgewacht. De kinderen van de groep De Rakkers verzamelen zich in het kleine halletje, de Donder‐ en Bliksem‐kinderen in de hal bij de hoofdingang. De oudere kinderen van Storm en een groot gedeelte van Sterren komen zelfstandig naar de bso.. Als alle kinderen verzameld zijn, lopen we met z’n allen (van de basisgroep) naar de bso. Van basisschool Brakkenstein worden de kinderen gehaald met een taxi. Ook hier is een vaste verzamelplek , voor bij de poort (waar de kleuters naar buiten komen) waar alle kinderen naar toe komen. De kinderen worden door een leerkracht van school in de taxi gezet. Daarna rijdt de taxi naar de bso waar de kinderen door een medewerker van bso Makker weer uit de taxi worden gehaald. Op sommige dagen en in de vakanties worden er regelmatig uitstapjes gemaakt, bijvoorbeeld naar het museum, een speeltuin, De Lindenberg, het Goffertpark of de film. Waar mogelijk proberen we met openbaar vervoer of lopend naar deze uitstapjes te gaan. Als dit niet kan, of niet goed uitkomt, gaan we met de taxi. Er gaan altijd voldoende pedagogisch medewerkers mee op deze uitstapjes en ouders geven toestemming middels het toestemmingformulier voor hun kinderen om mee te mogen. Als de kinderen gebracht worden, wordt altijd mede gedeeld aan de ouders waar we naartoe gaan en hoe laat we terug zijn. Daarnaast hebben we altijd een ‘uitstapjesmobiel’ bij ons waarvan de ouders het nummer krijgen. Kinderen die in de auto met gordels zitten, zitten in de veiligheidsgordel. We werken samen met Sportservice Nijmegen. Onder leiding van een sportdocent wordt een keer per week een sportieve activiteit georganiseerd in de sporthal op de Heiweg. Deze docent is verbonden aan de school. Wordt er gesport op een anderen locatie dan gaat er een pedagogisch medewerker mee. Wij gaan hier te voet naartoe. De groep moet dan wel bestaan uit minstens tien kinderen. Daarnaast is er een pedagogisch medewerker die elke dag (maandag, dinsdag en donderdag) naar het schoolplein gaat om daar te sporten. Zelfstandig vervoer Als kinderen ouder worden hebben ze meer behoefte aan zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid. Oudere kinderen mogen met toestemming van de ouder(s) zelfstandig lopend of fietsend naar de bso komen. Als het kind aankomt op de bso, laat hij/zij dit weten aan de pedagogisch medewerker.
Wat doen we ’s middags Op maandag, dinsdag en donderdag zijn de kinderen vanaf 15.15 uur op de bso. We eten fruit en drinken wat limonade. Later op de middag krijgen de kinderen nog een koekje of cräcker. Daarna mogen de kinderen vrij spelen of doen mee aan een activiteit. Op woensdag en vrijdag begint de bso‐middag met een lunch. Hierna spelen de kinderen buiten of in de groepsruimtes. Ze kunnen vrij spelen of meedoen met een activiteit. De
9
kinderen worden voor 18.00 opgehaald van de bso. De kinderen met een verlengd contract kunnen op dinsdag en donderdag tot 18.30 opgehaald worden.
Vriendjes en vriendinnetjes mee In overleg met de pedagogisch medewerkers mogen vriendjes en vriendinnetjes mee komen naar de bso. De ouders vragen dit van te voren aan de pedagogisch medewerker. Als de pedagogisch medewerker akkoord is, maken ze afspraken hoe het kind naar de bso komt, wie het ophaalt en wie ze bellen als er iets met het kind aan de hand is. Postvakje Elk kind heeft een postvakje. Hierin leggen we ook de brieven/memo’s aan de ouders. Het is daarom erg belangrijk dat je bij het ophalen van je kind altijd het postvakje nakijkt zodat je geen belangrijke post mist. Wennen We besteden extra aandacht aan nieuwe kinderen en hun ouders. We vinden het belangrijk dat ze zich snel thuis voelen. Op de website vind je hierover meer informatie. Op BSO Makker vinden we het belangrijk dat een kind, voordat de ouders daadwerkelijk beginnen met opvang, kan wennen aan de bso. Dit is zowel fijn voor ouders, alsook voor het kind en medewerkers. Dit betekent in de praktijk dat een kind twee keer een paar uur tot een middag komt wennen op de groep waar het later terecht komt. Hierbij wordt het wederzijds vertrouwen versterkt tussen kind en pedagogisch medewerkers en kunnen zij vertrouwd raken met de bso en de andere kinderen. Ook kan – als een kind dat wil – het nieuwe kind gekoppeld worden aan een “maatje”. Dit gebeurt vaak als de nieuweling weinig andere kinderen kent in de basisgroep. Bij ruilen of incidentele opvang is de samenstelling van de groep anders dan op de dagen dat een kind gewoonlijk komt, andere kinderen en andere pedagogisch medewerkers. Zeker als de opvang met de toestemming van ouders plaats vindt in een andere groep. Wij letten er extra op dat je kind zich ook op zo’n dag prettig voelt. Als het nodig is krijgt het kind extra aandacht. We doen een spelletje met het kind en betrekken andere kinderen erbij. Overgang tussen de verschillende leeftijdsgroepen Omdat onze bso werkt met groepen van kinderen die ongeveer dezelfde leeftijd hebben, gaan kinderen soms over van de ene naar de volgende leeftijdsgroep. Als dit gebeurt is afhankelijk van de leeftijd van het kind, de ontwikkeling van het kind én de beschikbare plaatsen in de leeftijdsgroepen. Deze overgang gebeurt altijd in overleg met de ouders/verzorgers. Verzorging en voeding We hechten veel waarde aan de gezondheid van de kinderen die naar de bso komen. Onze uitganspunten zijn de richtlijnen van de GGD die gebaseerd zijn op de adviezen van het Voedingscentrum. Op onze website vind je meer informatie over de voeding die kinderen bij ons krijgen en over beleid met betrekking tot traktaties. Ziekte en medicijnen Als je kind ziek wordt, nemen we contact met je op en informeren we je hoe het met je kind gaat. Afhankelijk van diverse factoren (moment van de dag, hoogte van de koorts, gedrag van je kind, besmettingsgevaar voor andere kinderen) kijken we wat er op dat moment nodig is en spreken we af of en wanneer je je kind op komt halen. Een belangrijke leidraad daarbij zijn de richtlijnen over gezondheid en infecties van de Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu. Bij kinderen die extra medische zorg nodig hebben en bijvoorbeeld standaard medicijnen gebruiken, maken we concrete afspraken met de ouders. Wij volgen daarbij ons protocol 10
‘Medisch handelen en toedienen van medicijnen’. Meer informatie hierover vind je op onze website. Reservekleding Het kan wel eens voorkomen dat er een ongelukje gebeurt bij de jongere kinderen of dat we heerlijk buiten in de modder spelen. We vragen je daarvoor een setje reservekleding, passend bij het seizoen, in zijn of haar postvakje neer leggen (of in een tas aan de kapstok) zodat je kind, als dit nodig is, schone kleren aan kan trekken. Als je ‘oude’ kleding over hebt dan kunnen wij dat goed gebruiken als reservekleding. Aanvulling is altijd welkom. Huisregels bij bso Makker De bso heeft algemene afspraken voor pedagogisch medewerkers, ouders en kinderen. In principe houdt iedereen binnen de bso zich hieraan. Het is de taak van de pedagogisch medewerkers en ouders (als ze aanwezig zijn) om kinderen bij de handhaving van de afspraken te ondersteunen. Afspraken voor pedagogisch medewerkers, ouders en kinderen – Bij ongepast taalgebruik spreken we elkaar, de ouders en de kinderen daar op aan. Als kinderen veelvuldig ongepaste woorden gebruiken, bespreken we dit met de ouders. – We gaan met respect om met elkaar, met speelgoed, materialen, meubels en ander spullen in de ruimte. Ook buiten geldt deze regel. – Iedereen wordt bij binnenkomst begroet, als we weggaan nemen we afscheid. – Kinderen mogen vies worden van het spelen. Afspraken voor ouders – Als je kind, om welke reden dan ook, later of helemaal niet naar de bso komt, dan horen we dat graag ruim voordat de bso begint dus vóór 14.30 uur en op woensdag (en vrijdag) vóór 11.30 uur. In de vakanties horen wij het graag vóór 9.30 uur. Je kunt altijd het antwoordapparaat of de voicemail van de bso inspreken. – Als iemand anders dan jezelf of je partner het kind komt halen, dan willen wij dit van te voren weten. Wij geven je kind uiteraard niet aan onbekenden mee. – Als je door omstandigheden, bijvoorbeeld door drukte op de weg, je kind niet op tijd kan komen halen, dan zorg je ervoor dat iemand anders je kind op tijd kan ophalen en je geeft dit door aan de pedagogisch medewerker. – Als je aanwezig bent, heb je zelf de verantwoordelijkheid voor het gedrag van je kind. – Als je je kind ophaalt, meld je hem/haar af bij de basisgroep van je kind. Afspraken voor kinderen – Speelgoed van thuis meenemen mag, maar dan mogen ook andere kinderen hiermee spelen. Zo niet, dan leggen we speelgoed in het postvakje van het kind tot het naar huis gaat. Ook als het speelgoed gevaar oplevert voor andere kinderen leggen we het meegebrachte speelgoed weg. KION is niet verantwoordelijk als het eigen speelgoed kapot gaat of kwijt raakt. – Als een kind naar de wc is geweest, wast hij of zij de handen. – Voor én na het eten wassen de kinderen hun handen. – Kinderen mogen elkaar geen pijn doen. De pedagogisch medewerkers grijpen altijd in als kinderen elkaar pijn doen. Wel moeten kinderen de kans krijgen een conflict zelf op te lossen. Lukt dit niet dan benoemt de pedagogisch medewerker bij de kinderen het conflict en draagt oplossingen aan. – Kinderen luisteren zoveel mogelijk naar elkaar, met name tijdens spelactiviteiten. – Pesten wordt niet getolereerd. – Een kind dat van de bso wordt opgehaald moet altijd worden afgemeld. Dit geldt ook als hij/zij (zelfstandig) naar een vriendje/vriendinnetje, een sportclub of naar huis gaat. 11
Ook als het kind later komt, omdat het bijvoorbeeld eerst naar muziekles gaat, moet hij/zij zich aanmelden _ Op de bso ruimen kinderen eerst het speelgoed of de materialen op voordat zij verder gaan met iets anders. Afspraken voor pedagogisch medewerkers – Aan het einde van de dag nemen de pedagogisch medewerkers afscheid van het kind. – Kinderen spelen buiten onder toezicht van een pedagogisch medewerker, met uitzondering de kinderen waarvoor door de ouders via het toestemmingsformulier akkoord is gegeven dat ze zonder toezicht buiten mogen spelen. – Om als pedagogisch medewerker goed te kunnen functioneren is een veilige en vertrouwde werkomgeving belangrijk. Daarom geven we elkaar feedback op een constructieve manier. We hebben een open houding, genieten van een compliment en voelen ons niet te snel aangevallen als je kritiek heeft. Wij zijn erop gericht op positieve wijze met de gegeven feedback om te gaan. – Bij het aanspreken op regels wordt het waarom van de regel of het waarom van het ongewenst gedrag benoemd. – In de vakanties wordt er ’s ochtends aandacht besteed aan het afscheid nemen van de ouders, zodat de dag zo goed mogelijk kan beginnen en de kinderen zich geborgen kunnen voelen op de bso. – De pedagogisch medewerkers zijn attent op het zien en horen van alle kinderen. – Als een kind naar een nieuwe (basis)groep gaat, wordt relevante informatie van het kind overgedragen. – De pedagogisch medewerkers geven positieve aandacht en waardering.
Taal Bij de buitenschoolse opvang is de spreek‐ en schrijftaal Nederlands. Aanbod tijdens schoolvakanties Schoolvakanties zijn speciaal op de bso. De kinderen zijn de hele dag aanwezig waardoor er meer tijd is om (speciale) activiteiten te organiseren of uitstapjes te maken. In de vakantie werken we vaak met thema’s. Dit thema vormt de rode draad in de activiteiten die worden georganiseerd. De kinderen zijn de hele dag op de bso, tussen de middag eten we met z’n allen. Het eten wordt door de bso zelf verzorgd en hoeft niet van thuis te worden meegenomen. We houden dan ook rekening met eventuele allergieën en geloofsovertuigingen. Meestal is het een broodmaaltijd, soms met iets extra’s zoals knakworstjes, pannenkoeken of extra lekker broodbeleg. Ook koken of bakken we wel eens iets zelf, zoals koekjes, poffertjes, minipizza’s of broodjes. Bijna elke vakantieweek worden speciale activiteiten georganiseerd. In de zomervakantie worden er een aantal van deze activiteiten per week georganiseerd. Als we een uitstapje gaan maken, informeren we ouders altijd van te voren over waar we heen gaan en wat we daar gaan doen. Voor een vakantie is het vaak handig om kinderen reserve kleding en/of badpak/zwembroek en handdoek mee te geven, zodat ze lekker met water kunnen spelen. Tijdens vakantieweken werken we soms samen met andere bso’s, we organiseren bijvoorbeeld samen een grote sportdag. Ook kan het voorkomen dat we een professional (bijvoorbeeld een clown, sporter, beeldend kunstenaar, etc) uitnodigen om op onze bso een bijzondere activiteit met de kinderen te komen doen. Voor elke vakantieperiode informeren we ouders en kinderen over het vakantieprogramma op de bso. Samenvoegen tijdens vakanties Tijdens sommige vakanties zijn er veel minder kinderen op de bso. Dit kan tot problemen leiden, zeker op kleine bso’s. Om er voor te zorgen dat er ook dan een goed en uitdagend aanbod is voor de kinderen, werken we als dit nodig is samen met bso Bink 12
Tijdens de intake wordt dit medegedeeld mocht een kind op een woensdag en/of vrijdag komen. Dit zijn namelijk de dagen dat wij samenwerken met bso Bink. Op de activiteitenposter (die voor elke vakantie wordt gemaakt) wordt dit nogmaals vermeld. De woensdag verblijven we op bso Makker en komen de kinderen en een pedagogisch medewerker van bso Bink naar bso Makker. Op de vrijdag gaan wij met de kinderen naar bso Bink, Jagerspad 2. Er is altijd een pedagogisch medewerker aanwezig van bso Makker of een vaste invalkracht die alle kinderen goed kent.
Openingstijden, brengen en halen in vakanties In de vakantieweken zijn wij op maandag, dinsdag, woensdag en donderdag geopend van 08.00 tot 18.00 uur (of 18.30 uur op dinsdag en donderdag voor ouders die een contract voor verlengde opvang hebben afgesloten). Kinderen kunnen tussen 08.00 en 9.00 uur gebracht worden, in overleg kan daar van afgeweken worden. Zij kunnen weer opgehaald worden tussen 16.00 en 18.00/18.30 uur Bij speciale activiteiten, zoals sportactiviteiten of uitstapjes tijdens school‐ of vakantieweken, kan het zijn dat we later terug zijn in de groep, waardoor je jouw kind(eren) pas na 17.00 uur kunt komen ophalen. Ook kan het zijn dat we bij uitstapjes in de vakantieperiode op tijd willen vertrekken en aan je vragen je kind voor 9.30 uur te brengen en/of af te melden. We stellen je tijdig op de hoogte van dit soort activiteiten.
13
14
Hoofdstuk 3
Pedagogisch werkplan
Pedagogische doelen en pedagogisch beleid In ons pedagogisch werkplan zijn de pedagogische doelen uit de Wet kinderopvang en kwaliteit peuterspeelzalen herkenbaar. Bovendien valt dit plan binnen het pedagogisch beleidskader, dat bestaat uit het Kindbeeld en de pedagogische uitgangspunten, en binnen het pedagogisch beleid van de kinderdagverblijven. Pedagogische doelen uit de Wet kinderopvang en kwaliteit peuterspeelzalen – Bieden van emotionele veiligheid – Mogelijkheid tot het ontwikkelen van persoonlijke competentie – Mogelijkheid tot het ontwikkelen van sociale competentie – Overdracht waarden en normen Kindbeeld Ieder kind is uniek, heeft een eigen karakter en mogelijkheden. Elk kind heeft recht op respect voor dit eigene. De manier waarop een kind zich ontplooit, is mede afhankelijk van de mensen en de wereld om hem heen. Om zich te kunnen ontwikkelen, heeft een kind zowel veiligheid als uitdaging nodig. Een kind zoekt de veiligheid in relaties met opvoeders, broertjes en zusjes, vriendjes. De structuur die een kind ervaart, zorgt ervoor dat hij weet waar hij aan toe is. Vanuit deze veilige basis onderzoekt een kind zijn omgeving. Hij is een ontdekkingsreiziger die voortdurend nieuwe ervaringen opdoet. Soms alleen, vaak samen met anderen. Pedagogische uitgangspunten – Kijken en luisteren naar kinderen – Emotionele veiligheid, betrokkenheid en warmte – Ritme en structuur – Positieve contacten tussen kinderen – Respect voor anderen en de omgeving – Brede uitdaging en plezier – Respect voor autonomie van kinderen – Fysieke veiligheid van kinderen – Samenwerking met ouders en anderen uit de leefomgeving van kinderen Pedagogische uitgangspunten en de doelen uit de Wet kinderopvang en kwaliteit peuterspeelzalen Onze pedagogische uitgangspunten rangschikken we onder de pedagogische doelen uit de Wet kinderopvang en kwaliteit peuterspeelzalen (Wkkp). Het uitgangspunt ‘Kijken en luisteren naar kinderen’ is van toepassing is op alle Wkkp‐doelen. Doel Wkkp: – Emotionele veiligheid Onze uitgangspunten: – We bieden emotionele veiligheid, betrokkenheid en warmte – We bieden ritme en structuur – We werken samen met ouders en anderen uit de leefomgeving van de kinderen – Kijken en luisteren naar kinderen staan centraal 15
Doel Wkkp: Onze uitgangspunten:
Doelen Wkkp: Onze uitgangspunten:
– Mogelijkheid tot het ontwikkelen van persoonlijke competentie – We bieden brede uitdaging en plezier – We hebben respect voor autonomie van de kinderen – We bewaken de fysieke veiligheid van de kinderen – Kijken en luisteren naar kinderen staan centraal – – – –
Mogelijkheid tot het ontwikkelen van sociale competentie Overdracht waarden en normen We bevorderen positieve contacten tussen kinderen We stimuleren kinderen respect te hebben voor anderen en hun omgeving – Kijken en luisteren naar kinderen staan centraal
Pedagogische uitgangspunten Onze pedagogische uitgangspunten zijn uitgewerkt in het algemeen pedagogisch beleid van de buitenschoolse opvang. Dit staat op onze website. Dit beleid geldt ook voor ons. In dit werkplan gaan we het algemeen pedagogisch beleid niet herhalen. We beperken ons tot een korte toelichting op de pedagogische uitgangspunten en geven concrete voorbeelden hoe we deze bij onze locatie realiseren. Jaarlijks kijken we of deze voorbeelden nog passen bij onze werkwijze en passen we ze zo nodig aan. Kijken en luisteren naar kinderen Wil een kind zich bij ons prettig voelen en zich kunnen ontwikkelen, dan moeten we zijn behoeften kennen en hierop inspelen. Om dit maatwerk te kunnen realiseren, moeten we het kind goed begrijpen. We kijken en luisteren goed naar kinderen. We proberen te begrijpen wat kinderen ons niet alleen letterlijk, maar ook figuurlijk ‘vertellen’. Dit doen we eigenlijk de hele dag door. Het is de basis van ons pedagogisch aanbod: ons pedagogisch handelen, de inrichting van de ruimtes, de materialen, thema’s, de opzet van de activiteiten, structuur, ritme en verzorging. Dit geldt zowel voor individuele kinderen als voor de groep in zijn geheel. Voorbeelden uit onze praktijk Voorbeeld(en) uit onze praktijk – In de kleutergroep komt het voor dat de kleintjes wat moe en hangerig worden aan het eind van een drukke dag. Dan gaan we gezellig met een groepje op de bank zitten en lezen een verhaaltje voor. – We vinden het belangrijk dat er aandacht is voor het individuele kind en ook voor het groepsproces. – Tijdens het buiten spelen is het vaak een goed moment om de kinderen individueel te observeren. Hoe gedraagt het zich, wat doet hij/zij en wat is de interactie met andere kinderen bijvoorbeeld. – Het luisteren doen we door te herhalen wat het kind wil zeggen. Zodat het zowel voor het kind al voor ons duidelijk word wat hij/zij bedoeld. – We zijn gericht op de signalen van kinderen, verbaal en non‐verbaal. We bieden kinderen mogelijkheden aan die passen bij het gedrag dat ze vertonen. We vragen aan een kind dat er moe uitziet hoe het gaat en we geven bijvoorbeeld de mogelijkheid om lekker op de bank te liggen met een boekje. Een kind dat veel energie heeft vragen we om ons te helpen, bijvoorbeeld bij het stapelen van stoelen of bij het plantjes water geven in de moestuin. – Ook via taal houden we rekening met het ontwikkelingsniveau van de kinderen. We stellen open vragen, vullen zo min mogelijk in, en geven kinderen de tijd en ruimte om hun ideeën en meningen te verwoorden. Een kind dat zijn sandalen bij het 16
buitenspelen verkeerd om aan heeft en aangeeft dat hij het zo fijner vindt, krijgt daarvoor de ruimte. We kijken, de sandalen zitten zijn spel niet in de weg, en luisteren, zijn eigen mening en keuze wordt gehoord en gerespecteerd. Emotionele veiligheid, betrokkenheid en warmte We proberen een open, warme sfeer te creëren waarin kinderen zich prettig en op hun gemak voelen. We nemen kinderen serieus. We laten merken dat we het fijn vinden dat hij/zij er is. We zijn geïnteresseerd in wat een kind bezighoudt en stimuleren zijn of haar inbreng. Het geven van positieve aandacht, waardering en stimulans vinden we belangrijk. We zijn er op attent dat we alle kinderen zien en horen. Waar nodig bieden we hulp, bescherming en steun. Voorbeelden uit onze praktijk – We zorgen ervoor dat een kind weet dat hij gezien word Bij bso Makker wordt emotionele veiligheid, betrokkenheid en warmte geboden tijdens bijvoorbeeld het troosten van een kind, als hij zijn vader/moeder mist. Dit komen we tegen bij de Rakkers: de kleutergroep. Voor de kinderen is het vaak een lange dag. Regelmatig komt er een kind dan naar ons toe en zegt dat hij zijn moeder mist. Dan hurkt de pedagogisch medewerker op haar knieën naast het kind en slaat een arm om hem/haar heen. We laten het kind vertellen en bevestigen hem in zijn gevoel. Vervolgens benoemen we wat we gaan doen, dat we lekker wat gaan drinken en gaan knutselen en buiten spelen en dat daarna mama al snel weer komt. De knuffel die we bieden en het benoemen wat we gaan doen stelt het kind gerust en het speelt vervolgens weer verder. – Positieve emoties zoals blijdschap, vriendschap en trots, maar ook negatieve emoties zoals boosheid, verdriet en teleurstelling mogen er zijn en worden benoemd. Als een kind vol trots zijn zwemdiploma meeneemt en wil laten zien, dan besteden we daar aandacht aan en mag hij het tijdens de kring aan de andere kinderen tonen. Een kind dat even heel boos is en mopperend en stampvoetend wegloopt en met zijn gedrag een ander geen kwaad doet, krijgt hiervoor de ruimte: “Je mag best even boos zijn, hoor, ik kom over vijf minuten wel even bij je”. – Buiten zijn kinderen aan het spelen. Een kind wil meespelen met een groepje kinderen maar mag niet meedoen. Hij loopt doelloos rond en weet niet wat hij wil gaan doen. De pedagogisch medewerker ziet dit en gaat naar hem toe en vraagt wat er aan de hand is. Hij vertelt dat hij nooit mee mag doen met deze kinderen. De pedagogisch medewerker laat merken dat zij er voor hem is. De pedagogisch medewerker vraagt het kind of hij toch mee wil doen. Het kind zegt ja. Ze gaan samen naar de groep kinderen toe. De pedagogisch medewerker vraagt aan de kinderen waarom het kind niet mee mag doen. Vervolgens vraagt ze of het kind toch mee mag doen. Zij observeert vervolgens of dit goed gaat. Binnen op de groep maken we pestgedrag bespreekbaar tijdens een kringgesprek. We laten kinderen zelf vertellen als ze dat willen hoe ze over pesten denken en wat ze er van vinden. De pedagogisch medewerker stuurt dit gesprek aan. – We zorgen ervoor dat een kind weet dat hij gezien wordt. Dat hij bij ons kan komen om dingen te vragen. Bij een ruzie of onenigheid proberen we te helpen maar geven kinderen eerst de ruimte om het zelf op te lossen. Ritme en structuur Structuur biedt een kind houvast. Een belangrijk houvast voor de kinderen zijn de vertrouwde gezichten om zich heen, van pedagogisch medewerkers en kinderen. In een groep werken in principe vertrouwde pedagogisch medewerkers volgens een wekelijks terugkerend rooster. Zo leren de kinderen en de pedagogisch medewerker elkaar goed kennen. Ook de andere kinderen in de groep zijn na verloop van tijd bekend en vertrouwd. Elke groep heeft een eigen, vertrouwde groepsruimte. 17
Als een kind hieraan toe is, kan een kind de groep als uitvalsbasis gebruiken bij het ontdekken van de rest van het kindercentrum. Zo leert het kind ook andere pedagogisch medewerkers en andere kinderen op het kindercentrum kennen. Op een bso verspreiden de kinderen zich vaak over meerdere ruimtes, maar begint de middag bij de bso voor de meeste groepen met een tussendoortje en drinken in de stamgroepsruimte. Houvast komt ook terug in het ritme en programma van de ochtend, middag of dag, de regels en afspraken, rituelen en in de inrichting. De structuur die geboden wordt, hangt af van de situatie, het ontwikkelingsniveau van de kinderen en behoeften van de kinderen. Voorbeelden uit onze praktijk – Elke dag hebben wij een vaste structuur wat vooral voor de jongste kinderen belangrijk is. We komen uit school en gaan dan in de kring. De kinderen krijgen op een later tijdstip nog iets om te eten. Alle kinderen kennen dit ritueel naar verloop van tijd en vergeten dit ook niet. Als een dag anders verloopt anders bereiden we kinderen hier ook op voor zodat ze weten waar ze aan toe zijn. – Als kinderen nieuw op de bso komen besteden we aandacht aan het uitleggen van het ritme en de structuur van de dag: dwz: wat gaat er vandaag allemaal gebeuren?. Zodra we overgaan op de volgende activiteit, bijv fruit eten, gaan we naar het nieuwe kind toe om te vertellen wat en waarom we dat gaan doen. Zo kan een kind stapsgewijs wennen aan het ritme en steeds terugkerende activiteiten en bezigheden op de groep. – We starten de middag met het uitdelen van de luizenzakken waar de kinderen hun jas, tas, etc. in doen en vervolgens gaan de kinderen even vrij spelen. De begeleiders maken intussen het fruit schoon en zetten het drinken klaar. Als alles klaar staat gaan de kinderen opruimen waar ze mee gespeeld hebben en nemen plaats aan tafel. Als iedereen zit wordt het fruit en het drinken uitgedeeld. Positieve contacten tussen kinderen Samendoen en samenspelen is leuk en ondersteunt de ontwikkeling. Kinderen kijken naar elkaar, leren van‐ en met elkaar, stimuleren elkaar. Vanaf jonge leeftijd zoeken kinderen contact. We stimuleren onderling positief contact en samenspel We richten de aandacht van kinderen op elkaar, schaffen materialen aan die samenspel bevorderen, we richten de ruimte zo in dat kinderen ongestoord in groepjes kunnen spelen en doen activiteiten in kleine of grote groep. Waar nodig begeleiden we contacten tussen kinderen. Zo krijgen kinderen de kans van en met elkaar te leren. Voorbeelden uit onze praktijk – Als we met de kinderen op de groep binnen komen, krijgen ze allemaal een luizenzak op naam uitgedeeld. De afspraak is dat kinderen elkaar helpen om de spullen in de luizenzak te doen. Dit zijn de jassen, tassen en andere spullen die kinderen bij zich hebben. Ze houden dan om de beurt elkaars zakken open, zodat de spullen er makkelijk in gedaan kunnen worden. Als kinderen dit spontaan zelf regelen, dan geven wij als pedagogisch medewerkers de kinderen een compliment. We vertellen ook waarom ze het compliment krijgen. – Alle kinderen van de groepen Rakkers, Bliksem en Donder spelen buiten, het is mooi weer. De kinderen spelen met de waterbaan, veel oudere jongens zijn druk bezig met zand en water om dammen te bouwen, een jongere kleuter kijkt aandachtig toe, wil eigenlijk meedoen maar durft niet zo goed. De medewerker probeert hierbij te bemiddelen door te vragen of hij het leuk vindt om water te halen; samen of met een ouder kind, zo gaan ze samen aan de slag en uiteindelijk gaat de jongere kleuter meedoen met het zand en water.
18
Respect voor anderen en de omgeving We vinden het belangrijk dat een kind zich waarden, normen en gebruikelijke omgangsvormen eigen maakt, zodat het onderdeel is van de gemeenschap waarin het leeft. Voorbeelden uit onze praktijk – We leren de kinderen netjes om te gaan met de materialen. Als bijvoorbeeld een groepje kinderen met een spel gespeeld heeft, vragen we ze alles weer netjes in de doos te doen zodat ook het deksel er goed op kan en te controleren of alle onderdelen ook nog aanwezig zijn. We leggen dan uit dat als het spel onderdelen mist of kapot is, het spel niet meer gespeeld kan worden. – We laten iedereen in zijn waarde, verschillen mogen er zijn. We lachen elkaar niet uit, en laten kinderen leren van elkaar. Een voorbeeld: Een kind speelt keyboard, andere kinderen staan erbij en luisteren er naar. Een van de luisterende kinderen begint te lachen en zegt: “ Jij kan echt niet goed keyboard spelen.” Het spelende kind voelt zich beledigd en zegt dat hij dat niet leuk vindt om te horen. De pedagogisch medewerker bemiddelt door te zeggen dat dat inderdaad niet leuk is om te horen. Dat het helemaal niet erg is als je iets nog niet zo goed kunt, niet iedereen kan nou eenmaal alles even goed. Het is toch fijn als je hier op de bso nieuwe dingen kan leren?! Uiteindelijk heeft het luisterende kind die de vervelende opmerking maakte, zijn excuses aangeboden en het spelende (beledigde kind) zelfs een liedje geleerd. Brede uitdaging en plezier We vinden het belangrijk kinderen uit te dagen. We zorgen ervoor dat het aanbod aansluit bij de beleving, niveau, interesse, ideeën en leefwereld van kinderen. Zo’n aanbod vergroot hun betrokkenheid en plezier bij activiteiten. Betrokkenheid is voorwaarde voor leren en ontwikkeling. We zorgen ervoor dat in ons aanbod alle ontwikkelingsgebieden aan bod komen. We hebben de ruimte(s) ingericht met gezellige en uitdagende speelhoeken waar kinderen ongestoord met een groepje of in hun eentje kunnen spelen. Regelmatig kunnen kinderen ook buiten de ‘eigen’ groepsruimte terecht: in de speelhal, gang, in andere groepsruimtes, buiten. Natuurlijk doen we regelmatig allerlei activiteiten, met een klein groepje of juist met z’n allen. Vaak doen we dit aan de hand van een thema. We stimuleren kinderen om mee te doen. Sommigen hebben het nodig om hierbij even (letterlijk of figuurlijk) bij de hand genomen te worden. We vinden het belangrijk dat de kinderen bij ons de kans krijgen om allerlei verschillende ervaringen op te doen om zich zo te kunnen ontwikkelen. Bij de bso betrekken we waar mogelijk bij het bieden van uitdaging en plezier ook externe begeleiders, hobby‐ en sportclubs en school. Kinderen kunnen bijvoorbeeld spelen in de buitenruimte van school of de sporthal of gaan tijdens de bso naar gitaarles. Voorbeelden uit onze praktijk – Plezier en uitdaging op de Rakkers (en de rest van de bso) bieden we door in te spelen op de wensen van de kinderen. Zo kunnen knutselactiviteiten of buitenspelen zomaar spontaan ontstaan. – Bijvoorbeeld de moestuin. De tuin is helemaal ontstaan samen met de kinderen. Er is een interactie geweest tussen zowel de kleine als de grote kinderen met het aanleggen van de tuin. Er werd met elkaar mee gedacht. – We bieden kinderen een ontspannen sfeer. We maken samen plezier, er is veel humor en ruimte voor grapjes. We organiseren als dit mogelijk is (vooral in schoolvakanties) uitstapjes en feestjes. De kinderen worden betrokken bij de aankleding van de ruimte. Er wordt gebruik gemaakt van dingen die voor kinderen herkenbaar zijn (posters) of die kinderen hebben gemaakt. Techniek: De pedagogisch medewerkers maken een bouwhoek waar de kinderen kunnen zagen en timmeren. Er wordt voor materiaal gezorgd. Een kind geeft aan dat hij graag iets met een 19
schroevendraaier uit elkaar wil halen. Een van de pedagogisch medewerkers brengt een oude stereo‐installatie mee. Het kind gaat vol overgave aan het werk. Andere kinderen zien dit ook en willen dit ook graag doen. Uit veiligheidsoverweging maakt de pedagogisch medewerker een namenlijstje wie wanneer mee mag doen. De pedagogisch medewerker geeft aan dat er maximaal twee kinderen tegelijk aan kunnen werken. De kinderen reageren enthousiast. Respect voor autonomie Kinderen mogen eigen keuzes maken en ‘zelf doen’. We stimuleren ze actief om dingen zelf te proberen en respecteren de eigen ideeën en oplossingen van de kinderen. Dit draagt bij aan het zelfvertrouwen en het gevoel van eigenwaarde van kinderen. Bij de bso vinden we kinderparticipatie belangrijk. Door kinderen actief te betrekken bij de inrichting, aankleding, materialen en activiteiten bij de bso, kunnen we beter inspelen op hun behoeftes. Zo wordt het echt hun bso. Voorbeeld uit onze praktijk – We gaan in op ideeën van de kinderen zelf. Komen zij met een leuk plan, dan vragen we: “hoe ga je dat dan doen? Wat heb je daarvoor nodig?” En de pedagogisch medewerker zorgt ervoor dat de benodigde materialen aanwezig en beschikbaar zijn. Als materialen er niet zijn, dan worden ze besteld of wordt er samen met de kinderen een alternatief bedacht. Door de eigen creativiteit te benutten komen kinderen tot leuke ideeën. Ze worden uitgedaagd na te denken over wat ze precies willen en hoe ze dat kunnen bereiken. Omdat ze op dat moment bezig zijn hun eigen plan uit te voeren, is plezier gegarandeerd. Fysieke veiligheid van kinderen We doen zoveel mogelijk om ernstige ongelukken te voorkomen. De fysieke omgeving waar de kinderen verblijven is veilig en hygiënisch. Ook regels dragen bij aan deze fysieke veiligheid. Regels voor pedagogisch medewerkers zijn vastgelegd in werkinstructies. Meer informatie over fysieke veiligheid vind je op onze website. Veel inspanningen zijn gericht op een fysiek veilige omgeving. Maar we willen en kunnen kinderen niet overal tegen beschermen. Ontwikkelen betekent ook ruimte, de wereld mogen ontdekken, leren met vallen en opstaan. Kleine ongelukjes, zoals schrammen of builen, horen hierbij. We leren kinderen stap voor stap omgaan met situaties die zij spannend vinden zoals van een glijbaan glijden, ergens vanaf springen of in een boom klimmen. Zo leren ze ook hun eigen grenzen kennen en verleggen. Voorbeelden uit onze praktijk – Kinderen hebben behoefte aan fysiek contact. 4 jongens van de jongste groep gaan buiten stoeien. We hebben onderling afgesproken het goed in de gaten te houden en het stoeien alleen te onderbreken als het gevaarlijk wordt, bijv. als er stokken werden gebruikt. Dan stoppen we de stoeipartij en vertellen waarom het gevaarlijk is en niet mag. Daarna kunnen ze weer verder stoeien tot het voor hen genoeg is. Op deze manier kunnen kinderen die dat nodig hebben hun energie kwijt als ze uit school komen. Het geeft de andere kinderen die dat nodig hebben meer rust om met hun eigen spel bezig te zijn. – Onze bso zit in een pand en beslaat drie verdiepingen. De kinderen maken dus veel gebruik van de trap. Het risico is aanwezig dat kinderen van de trap vallen. Wij zijn erg alert op goed gedrag op de trap: de kinderen lopen in een rij achter elkaar de trap op of af en houden één of beide leuningen vast . Alle kinderen kennen de regels: niet duwen/trekken/spelen op de trap. Voor de jongste kinderen hebben we als beloning of stimulering de regel dat een kind als eerste in de rij (achter de pedagogisch medewerker) de trap af mag, of het hekje mag openen of sluiten. 20
Samenwerking met ouders en anderen uit de leefomgeving van kinderen Ouders zijn eindverantwoordelijk voor de opvoeding van hun kind(eren). Daarom informeren we jullie over hoe we werken en welke keuzes we maken. Ouders zijn informatiebron en gesprekspartner als het gaat om de ontwikkeling van hun kind. Waar mogelijk stemmen we met hen af. Elke locatie heeft een oudercommissie. Voor een uitgebreidere toelichting op contacten met ouders en oudercommissie kun je terecht op onze website. De leefomgeving van oudere kinderen betreft niet alleen thuis en bso, maar ook school, de voetbalclub, gitaarles, enzovoort. We streven er naar kinderen een aanbod te doen dat hierop is afgestemd. Voorbeelden uit onze praktijk – Wij hebben veel contacten met de ouders, als de kinderen gehaald worden, kunnen ouders altijd bij ons terecht voor informatie. Ook vertellen we de ouders (samen met hun kind )wat we die middag gedaan hebben, als zij hierom vragen. – De pedagogisch medewerker neemt ook altijd contact op met de ouders als hun kind gevallen is/verdrietig is of iets dergelijks. – Ook staan wij open voor vragen of leuke ideeën van ouders. – Bij de groep Storm, waar de oudste kinderen zitten, mogen veel kinderen al alleen naar huis. Hierdoor ziet de pedagogisch medewerker de ouders niet altijd voor een mondelinge overdracht. Mocht er echt iets belangrijks zijn wat ze met ouders willen bespreken dan doet de medewerker dat telefonisch. Eventueel maken ze een afspraak om de situatie van een kind persoonlijk te bespreken. Kind‐volg‐systeem en signaleren Natuurlijk houden we zorgvuldig in de gaten hoe het met de kinderen gaat. Als het nodig is, passen we daar onze manier van omgang met een kind of een groep kinderen op aan. Hiernaast volgen we hun welbevinden, hun ontwikkeling en het functioneren van de groep met behulp van de methode. Ook ouders zijn hierbij betrokken. Het komt soms voor dat we ons zorgen maken over de ontwikkeling of gedrag van een kind. In dit geval bespreken we onze zorgen zo snel mogelijk met ouders. We handelen dan op basis van een stappenplan. Relevante protocollen zijn het signaleringsprotocol en Meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld. Meer informatie is te vinden op de website. Ontwikkeling pedagogische kwaliteit Jaarlijks besteden we extra aandacht aan een van de pedagogische doelen uit de Wet kinderopvang en kwaliteit peuterspeelzalen. Dit doen we door het meten van twee of drie van onze pedagogische uitgangspunten. Welke uitgangspunten op dit moment aandacht hebben zijn op onze website te vinden. We hebben enkele pedagogisch medewerkers opgeleid om bij meerdere locaties als ‘aandachtsfunctionaris pedagogiek’ de teams en clustermanager daarbij te ondersteunen. Zij maken aan het begin van het jaar een nulmeting van de pedagogische kwaliteit bij elke groep van de locatie. Op basis van de resultaten voeren zij, samen met het team en de clustermanager, verbeteracties uit. Aan het eind van het jaar volgt een tweede meting om te zien of de gestelde doelen behaald zijn. De clustermanager informeert de oudercommissie over de resultaten van de eerste meting in het voorjaar, over de actiepunten die uitgevoerd worden en de resultaten van de tweede meting aan het eind van het jaar. Via Locatienieuws, de (digitale) nieuwsbrief van de locatie, brengen we ouders op de hoogte welke pedagogische uitganspunten we meten en wat de resultaten van de metingen zijn. Wil je hier meer over weten dan kun je terecht bij de clustermanager. 21
De afdeling Pedagogiek & Kwaliteit ontwikkelt voortdurend workshops en pedagogisch ondersteuning voor teams op maat, zoals bijvoorbeeld een teamavond over oudercontacten of kinderparticipatie of individuele ondersteuning met behulp van Video Interactie Begeleiding. Hiermee scholen we pedagogisch medewerkers op specifieke onderwerpen als blijkt uit de meting dat hier extra aandacht voor nodig is.
Samenwerking Samenwerking binnen cluster Het cluster bestaat naast de bso ook uit het kinderdagverblijf Mariken, peutergroep Kleuterland en de tussenschoolse opvang bij basisschool De Akker. Af en toe is er voor pedagogisch medewerkers of ouders een gezamenlijke activiteit of bijeenkomst. Personeel werkt soms bij twee locaties bijvoorbeeld als coördinator in de tussenschoolse opvang en als pedagogisch medewerker bij de bso. Ook werkt een van de medewerkers zowel bij de peutergroep als bij de bso. Samenwerking bso met basisscholen We hebben de afspraak gemaakt dat als een kind zich niet lekker voelt of als er op school belangrijke dingen zijn gebeurd, er altijd door de school geïnformeerd wordt. Ook met betrekking tot organisatorische zaken houdt basisschool De Akker ons op de hoogte: veranderende schooltijden, wanneer zijn de studiedagen of feesten? Na schooltijd kunnen de bso kinderen op het schooplein en in het kleutergymlokaal terecht. De jongste kinderen van De Akker spelen tijdens schooltijd en tussen de middag ook in de tuin van de bso. Na schooltijd is er op initiatief van de oudervereniging van school een terugkerende gymactiviteit onder professionele leiding van “de Sportservice Nijmegen” in een gymzaal in de wijk. Ook kinderen van bso Makker kunnen zich hiervoor op de bso inschrijven. Bij voldoende deelname brengen we de kinderen hier naar toe. Tijdens informatieavonden voor nieuwe ouders op school geeft de clustermanager informatie over alle mogelijkheden van de bso. We zijn een traject gestart waarin we ook inhoudelijk wat meer op elkaar af gaan stemmen: dezelfde thema’s voor peutergroep, bso en school bijvoorbeeld, afgestemd op de leeftijd van de kinderen. Daarnaast gaan we aan de slag met de overdracht: welke informatie van ouders moet ook bekend zijn op de bso en andersom? Als we ons zorgen maken om een kind hebben we ook contact met de intern begeleider van school over specifieke aanpak ten behoeve van een eenduidige aanpak, afstemming over overleg met ouders. Uiteraard in overleg met de ouders. Samenwerking met anderen Ieder jaar is er ook de mogelijkheid deel te nemen aan muzieklessen buiten de bso. Bij voldoende deelname brengen we de kinderen er naar toe.
22
Hoofdstuk 4
Algemene informatie
Plaatsing en interne wachtlijst De afdeling Klantrelaties regelt de plaatsing. Het kan voorkomen dat we je (tijdelijk) andere of minder dagdelen hebben geboden dan je aanvankelijk hebt aangevraagd. Via de interne wachtlijst zal de medewerker van de afdeling Klantrelaties de gewenste dagen of de uitbreiding van dag(del)en inplannen. Mocht je na verloop van tijd op andere dagen of meer opvang nodig hebben dan kun je deze afdeling vragen om je hiervoor in te plannen. Je vult dan via de website online een mutatieformulier in. Als je liever een papieren exemplaar gebruikt dan liggen deze bij de locatie of je download en print het formulier via onze website. Je vult de gewenste dag(del)en in en stuurt het naar het adres dat onderaan op het formulier staat. Studiedagen basisschool Elke basisschool heeft per jaar gemiddeld drie studiedagen die ze aan het begin van het schooljaar bekend maken. Als extra service bieden we ouders drie gratis opvangdagen per schooljaar aan. Ouders kunnen maximaal drie keer per jaar gebruik maken van de opvang tijdens studiedagen als deze studiedag valt op een reguliere opvangdag. Overige roostervrije dagen, margedagen en/of ADV‐dagen vallen niet onder deze regeling. Aan de opvang op studiedagen is een aantal voorwaarden verbonden. Een van de voorwaarden is dat de clustermanager aan de hand van het rooster van de basisschool bepaalt op welke studiedagen de bso opvang aanbiedt. Als de school later een extra studiedag bekendmaakt, kun je navragen of het mogelijk is om tegen betaling opvang voor deze hele dag af te nemen. Voor de overige voorwaarden raadpleeg onze website. Flexibele opvang We hebben op dit moment geen kinderen met een overeenkomst voor flexibele opvang plaatsen. Met een flexibele overeenkomst neem je op wisselende dag(del)en in de maand opvang af. Deze opvang is bedoeld voor ouders met een onregelmatig werkrooster. Je sluit een overeenkomst af met een minimum van gemiddeld één dagdeel per week. Drie weken voor het begin van elke maand lever je een ‘aanvraagformulier flexibele opvang’ in met daarop de dag(del)en van de gewenste opvang aan de hand van je rooster en vervolgens plannen wij bij de bso je kind in. Het aanvraagformulier is bij de locatie beschikbaar maar je kunt het ook downloaden en printen via onze website. Bij te laat inleveren van het formulier vervalt het automatisch recht. Beoordeling vindt dan plaats op basis van beschikbare ruimte/personeel, dezelfde criteria als bij incidentele opvang. Voor meer informatie over een overeenkomst voor flexibele opvang kun je terecht bij de afdeling Klantrelaties. Ruilen van dagen Als je een dag(deel) wilt ruilen dan vul je het formulier ‘ Aanvraag ruilen opvang’ in en geeft dit af bij de pedagogisch medewerker. Dit formulier is beschikbaar bij de locatie of je kunt het zelf downloaden en printen via onze website. De pedagogisch medewerkers en clustermanager zullen hun uiterste best doen om aan je wens tegemoet te komen. Het kan echter voorkomen dat we door een kort tijdsbestek of hoge bezetting in de groep je wens niet kunnen vervullen. De reden van afwijzing zullen we altijd toelichten. Het antwoord op de aanvraag krijg je van de pedagogisch medewerker.
23
De richtlijnen voor ruilen staan op de achterkant van het aanvraagformulier en op onze website. Aan ruilen zijn geen kosten verbonden. Wij zijn ons ervan bewust dat deze service niet altijd tot tevredenheid kan worden gehonoreerd. Zeker bij de locaties waar de stamgroepen het maximum toegestane aantal kinderen opvangen. We willen ten alle tijden kwaliteit leveren en vanzelfsprekend volgens de wettelijke eisen werken. Wij vragen daarom je begrip als de pedagogisch medewerker of clustermanager niet aan je verzoek kan voldoen.
Incidentele opvang Incidentele opvang kun je aanvragen als je een dag(deel) extra nodig hebt, dus méér uren dan vastgelegd in de overeenkomst. Het ‘Aanvraagformulier incidentele opvang’ is op de locatie aanwezig maar je kunt het ook downloaden en printen via onze website. Dit ingevulde formulier geef je af bij de pedagogisch medewerker en zij zal je laten weten of het mogelijk is. Als wij je kind extra kunnen opvangen krijg je achteraf een aparte factuur. De kosten hiervoor kun je nakijken op de website op het tariefoverzicht. Voorwaarden voor incidentele opvang staan op de achterkant van het aanvraagformulier en op onze website. Nationale feestdagen Op de website staan de feestdagen waarop de bso gesloten is. Inventarisatie aanwezige kinderen tijdens vakantieperiodes Voorafgaand aan een vakantieperiode inventariseert de bso of je kind aanwezig is of niet. De ervaring leert namelijk dat tijdens de zomer‐ en Kerstvakantie vaak minder kinderen aanwezig zijn. Voor deze inventarisatie krijg je ruim van tevoren van ons een brief met het verzoek om aan te geven wanneer je kind er wel en niet zal zijn en de brief weer aan ons retour te geven. Na deze opgave gaan we ervan uit dat je kind dan ook daadwerkelijk komt. Wijzigingen die pas bekend zijn na het invullen van de inventarisatie horen we graag zo snel mogelijk. Heb je buiten je vastgelegde overeenkomst extra opvang nodig tijdens een vakantieperiode, dan kun je incidentele opvang aanvragen. De informatie over welke kinderen wanneer aanwezig zijn hebben wij nodig om: – te zorgen voor een optimale personele bezetting volgens de wettelijke eisen, soms is het gewenst om groepen samen te voegen van een andere locatie en/of opvang te organiseren op een andere locatie; – een vakantierooster te maken voor de pedagogisch medewerkers, inclusief de inzet van (vaste) invalkrachten; – een op aantal, leeftijd en interesse van de aanwezige kinderen afgestemd activiteitenaanbod te kunnen bieden. Uitbreiding, wijziging en vermindering van dagdelen Mocht je de dag(del)en waarop je kind gebruik maakt van de opvang willen uitbreiden, wijzigen/verminderen of de plaats helemaal opzeggen dan kan je dit op verschillende manieren doen; – Door een ‘Aanvraag mutaties’ in te vullen en deze opsturen naar het adres dat onder aan het formulier staat. Dit formulier is beschikbaar bij alle locaties en je kunt het desgewenst zelf downloaden en printen via ‘downloads’ op de website. – Door op de website de button ‘geef een wijziging door’ aan te klikken en daar het formulier in te vullen en online te versturen.
24
Als je het aantal dag(del)en wilt verminderen of de hele plaats op wilt zeggen, houdt dan rekening met de opzegtermijn van één maand.
Einde opvang De opvang van je kind stopt niet automatisch. Je zegt in alle gevallen de plaats bij de bso via e‐mail op bij Klantrelaties. Houdt dan rekening met de opzegtermijn van één maand. Klachten en klantsignalen Als je klachten hebt of niet tevreden bent over bepaalde zaken, dan vinden wij het prettig als je dit aankaart bij één van de pedagogisch medewerkers of de pedagogisch medewerker met wie je een probleem hebt. Lost dit je klacht of probleem niet op dan kun je bij de clustermanager terecht. Kan ook de clustermanager niets voor je doen, dan kun je je klacht schriftelijk neerleggen bij het management. Ook bestaat de mogelijkheid een onafhankelijke externe klachtencommissie te raadplegen. Jouw klacht behandelen we volgens een vastgesteld reglement dat is beschreven in de folder ‘Een klacht is voor ons een kans’. Deze folder ligt bij elke locatie en is te lezen op onze website. Natuurlijk hopen wij dat we bij klachten of problemen via een gesprek er samen met je uit kunnen komen. Complimenten, wensen en kritiek We verzamelen actief alle signalen die ouders geven over verschillende onderwerpen. Deze signalen bespreken we zowel in het teamoverleg als in het managementoverleg. Daar waar nodig en mogelijk, op basis van deze klantsignalen, verbeteren we onze dienstverlening in de breedste zin van het woord. Signalen van ouders, zowel kritiek als complimenten, gaan zo niet verloren. Op onze website staat een formulier waar je je wens, compliment of kritiek kunt melden. Omgaan met privacygevoelige informatie De Wet bescherming persoonsgegevens schrijft voor hoe wij moeten omgaan met privacygevoelige informatie. Dat betekent onder andere dat we bij de bso informatie over kinderen en ouders in een afgesloten kast bewaren. Kwaliteit We zijn voortdurend bezig met de kwaliteit van onze dienstverlening. Onze visie op kwaliteit is het kennen van de verwachtingen van de klant, er naar handelen en nog wenselijker, deze verwachtingen overtreffen. Om te blijven zorgen voor een goede kwaliteit, hebben we een continusysteem van meten en verbeteren. Kwaliteit is onze basis: kwaliteit van de opvang, van ons personeel en de locaties. Al onze locaties hebben een vergunning; deze krijg je als je voldoet aan de landelijke en gemeentelijke kwaliteitseisen. Bovendien zijn alle locaties geregistreerd in het Landelijk Register Kinderopvang en Peuterspeelzalen (LRKP).
25