BRANDWEER NEDERLAND Vakvereniging Brandweer Vrijwilligers SAMEN BOUWEN AAN DE BRANDWEER
2013
Kerncijfers brandweer • 25 regionale brandweerorganisaties binnen 25 Veiligheidsregio’s • 402 gemeenten hebben een eigen gezamenlijke brandweer • Circa 27.000 brandweermensen • 22.000 vrijwilligers (=80%), waarvan 1200 vrouwen
• 5400 beroepskrachten (=20%), waarvan 300 vrouwen
Brandweer Nederland in cijfers • 410 leden • 5 programmaraden • 21 netwerken + vakgroepen
• • • •
460.000 bezoekers Brandweer Nederland site 3.000 abonnees Brandweer Nederland actueel 800 gebruikers MijnBrandweerNederland 300.000 bezoekers BrandweerKennisNet www.brandweerkennisnet.nl • 3.300 brandweeronderscheidingen • www.twitter.com/brandweernederland
Kosten voor de brandweer en rampenbestrijding • • • • • •
1.000.000.000 euro per jaar Per inwoner: 60 euro per jaar Aantal uitrukken: 155.000 Aantal branden: 50.000 Aantal keren hulpverlening: 40.000 Circa 45 jaarlijkse doden en 180 gewonden door woningbranden • Loze (terecht doch ongewenst) alarmeringen: 56.000 (= 153 per dag = 6 per uur)
ORGANISATIE www.brandweernederland.nl www.brandweervrijwilligers.nl
Netherlands Fire Service
d!ck arentsen Senior Fire-, Safety- and Hazmat Officer / Engineer
The Fire-brigades in the Netherlands •
There are 17 million people in 450 cities and each city has their own fire brigade
•
The fire brigades are working together in 25 Safety regions 1. Fire prevention 2. Radio center 3. Special equipment
Fire-fighters in The Netherlands 5.400 professional fire-fighters (300 women) 22.000 volunteer fire-fighters (1200 women)
The volunteer (part-time) and the professional (full-time) firefighters has the same education, the same training and the same tasks in fire fighting and rescues
Every city has at least one firestation (Amsterdam has 16 firestations)
Every fire station has at least one fire truck to respond to fires The Truck has: • 1 pump • 3 high pressure (45 bar) hosereals 60/90 meters • Min.1500 liters of water • 600 meters low pressure (8 bar) hoses • Ladders and rescue equipment also for hazmat
Some fire stations has also a rescue tender and / or a laddertruck
The fire brigades respond to the folowing incidents • Fires • Traffic accidents • Incidents with hazardous materials • Under water rescue • Disasters
Fire statistics in the Netherlands
• • • • • •
50.000 structural fires 40.000 rescues 155.000 alarms 100 fire death 1.000 injuries 1.2 miljard Euro damage
Most of the responding is to road traffic accidents • Every Brigade has their own rescue tender and every fire fighter is trained for handling traffic accidents
Special teams respond to incidents with hazardous materials • Every region has a special team with fire fighters for incidents with hazardous materials and hazmat officers
The fire brigades are also responsible for underwater rescue • Some of the fire brigades has special teams for underwater rescue
The system of responding to fires First responding small • One fire truck (1 sub-officer and 4 fire fighters and driver / pumper) First responding middle • Two fire trucks and one ladder truck (1 officer, 2 sub-officers and 12 firefighters)
Responding time 7-8 minutes
The system of fighting fires Indoor firefighting • With high pressure hoses, breating apparatus and positive pressure ventilation Outdoor firefighting • With low pressure hoses and monitors • One truck covers 50 m2
Overview of recent disasters in the Netherlands • • • • • • • • •
1992 – Hotel fire The Hague (11 death) 1992 - Plain crash in Amsterdam (43 death) 1992 - Explosion and fire chemical plant in Amsterdam (5 death) 1993 and 1995 - Floodings 1995 - Plain crash in Eindhoven (34 death) 2000 - Explosion fireworks factory in Enschede (21 death) 2001 - Pub fire in Volendam (14 death and 250 injured) > 2001 and further - see databank FACTS www.factsonline.nl
Plain crash freight boeing 747 Sunday 4 october 1992
Explosion fireworks factory Saturday 13 may 2000
The explosion destroyed 500 dwellings and several factories
Pub fire on new years day Monday 1 january 2001
The fire was caused by sparklers in the christmas decoration
Thank you for your attention
d!ck 2013
Identificatie gevaarlijke stoffen
“Informatiebronnen hulpverlenende diensten” Dick Arentsen, Brandweerofficier / AGS
•
2013
Identificatie van gevaarlijke stoffen 1
Science Scheikunde Conferentie Woudschoten Zeist, 01-11-2013
Wat doet de brandweer zoal…………. procedures , protocollen, actiekaarten, etcetera……..
Identificatie van gevaarlijke stoffen 2
Identificatie gevaarlijke stoffen
Identificatie van gevaarlijke stoffen 3
Identificatie gevaarlijke stoffen • Theorie inzet gevaarlijke stoffen • Procedures bij OGS = CBRNe (CBRNe = OGS met emotie)
• Risicobewustzijn en veiligheidsmaatregelen bij inzet gevaarlijke stoffen Identificatie van gevaarlijke stoffen 4
Identificatie gevaarlijke stoffen
Identificatie van gevaarlijke stoffen 5
Hoe gaan we ter plaatse (1) Hoe is de melding? Melding goed: voorbereid ter plaatse
- stof(fen) bekend? Alleen etiket of meer info? - inschatting risico (zelf / m.b.v. anderen) - aanrijroute (meteo algemeen / meteo ter plaatse) - soms maar 1 aanrijroute beschikbaar! - opstelplaats? Identificatie van gevaarlijke stoffen 6
Hoe gaan we ter plaatse (2) Melding niet goed: verrassing
-
wanneer wordt OGS herkend? (wel / geen borden)
-
brand, lekkage, stoffen komen niet vrij?
-
opstelplaats corrigeren
-
verkrijgen noodzakelijke informatie: hoe?
-
wat te doen indien te laat ontdekt / personeel besmet?
Identificatie van gevaarlijke stoffen 7
Informatiebronnen • chauffeur • identificatiebord • gevaarsetiketten
• vervoersdocumenten • uiterlijke kenmerken van diverse typen voertuigen • producent / leverancier • naslagwerken (ERIC kaarten, ERG, Chemiekaarten, BIG, Chemwatch, Hommel etc.)
• (symtomen / klachten) • LIOGS+ (DCMR) en 2e lijns BOT-mi
• RIVM-MOD / LSO Identificatie van gevaarlijke stoffen 8
Codering (1) Codering op identificatiebord: boven GEVI-nummer, onder UN/VN-nummer • eerste cijfer GEVI = primair gevaar
• tweede/derde cijfer GEVI = bijkomende gevaren • herhaling van cijfer = versterking van gevaar • X ervoor, géén water gebruiken ! Identificatie van gevaarlijke stoffen 9
Codering (2)
Identificatie van gevaarlijke stoffen 10
Codering (3)
Identificatie van gevaarlijke stoffen 11
Codering (4) Betekenis GEVI-nummers: 1. niet in gebruik
2. vrijkomen van gas 3. brandbare vloeistof(dampen) en gassen 4. brandbare vaste stof 5. oxyderend werkende stof of organische peroxide 6. giftigheid of infectiegevaar Identificatie van gevaarlijke stoffen 12
Codering (5) 7. radioactiviteit 8. bijtende stof
9. als 1e cijfer: milieugevaarlijke stof als 2e / 3e cijfer: gevaar voor heftige spontane reactie of ander gevaar 0. geen bijkomend gevaar X. gevaarlijke reactie met water Identificatie van gevaarlijke stoffen 13
GEVI-nummers
(voorbeelden)
23
brandbaar gas
33
zeer brandbare vloeistof
46
brandbare vaste stof, giftig
58
oxiderende stof, bijtend
606
infectueuze stof (bijv. vogelgriep)
723
radioactief gas, brandbaar
85
bijtende, oxiderende stof
90
milieugevaarlijke stof; diverse gevaarlijke stoffen
99
diverse gevaarlijke stoffen, vervoerd in verwarmde toestand
X338
zeer brandbare bijtende vloeistof, die op gevaarlijke wijze met
water reageert (water mag niet gebruikt worden) Identificatie van gevaarlijke stoffen 14
Vervoersdocumenten vervoersdocumenten in cabine: • vrachtbrief (vervoersdocument)
• gevarenkaart • vervoersvergunning • ontheffing
Identificatie van gevaarlijke stoffen 15
Procedure OGS vijf fasen: 1. uitruk 2. verkenning
3. inzet 4. ontsmetting 5. nazorg Identificatie van gevaarlijke stoffen 16
Gebiedsindeling • gevarenzone (hot, warm en cold) • opstelplaats • opstellijn
• ontsmettingsplaats of veld • brongebied • effectgebied
Identificatie van gevaarlijke stoffen 17
Taakverdeling (1) Taak OVD
Taak ROGS / AGS
leiding en coördinatie inclusief stralingsdeskundigheid min. 5* of 4*/3*
adviseert OVD over: - gevaren (hulpmiddelen o.a. Effects, Gasmal, Facts, FireFacts) - inzet en stabilisatie - persoonlijke bescherming
- meetapparatuur Identificatie van gevaarlijke stoffen 18
Taakverdeling (2) Taken WVD-deskundige / MPL
• bepaling effectgebied • adviseren commandant en/of burgemeester over maatregelen ter bescherming van bevolking en milieu • ondersteuning ROGS/AGS eventueel GAGS van de GHOR-organisatie Identificatie van gevaarlijke stoffen 19
Taakverdeling (3) Taken bevelvoerder (1) • samenstellen verkennings-, inzet- of ontsmettingsploegen • aanwijzen van helpers bij voorbereiden inzetten
Identificatie van gevaarlijke stoffen 20
Taakverdeling (4) Taken bevelvoerder (2) • leiding geven aan één of twee ploegen plus helpers • communiceren met ploegen • verzorgen van registratie van ploegen
Identificatie van gevaarlijke stoffen 21
10 basisveiligheidsregels (1) 1. inzetresultaat moet opwegen tegen risico’s 2. werk met ploegen van minimaal 2 personen 3. stel zo weinig mogelijk personeel zo kort mogelijk aan gevaar bloot 4. vermijd contact met gevaarlijke stoffen
Identificatie van gevaarlijke stoffen 22
10 basisveiligheidsregels (2) 5. stel vluchtroute vast 6. pas toereikende persoonlijke bescherming toe (uitrukkleding + adembescherming!; chemiepak; gaspak; crashpak) 7. blijf explosiegevaar meten, en event. nog andere meetapparatuur Identificatie van gevaarlijke stoffen 23
10 basisveiligheidsregels (3) 8. houd ploeg ‘stand-by’ 9. zorg voor (‘stand-by’) dekking van stralen (mits gebruik van water is toegestaan) 10. bevelvoerder is verantwoordelijk voor eigen ploeg
Identificatie van gevaarlijke stoffen 24
Uitrukfase Aandachtspunten • alarmering AGS / ROGS • beeldvorming over stoffen en slachtoffers • meteo (windrichting bepalen)
• bovenwinds aanrijden • opstelplaats bepalen (ten minste 25 m. of 100 m. ; 500 m. ; 1000 m.) Identificatie van gevaarlijke stoffen 25
Verkenningsfase Aandachtspunten • controle opstelplaats • eerste verkenning in uitrukkleding + ademlucht
• uitgebreide verkenning in chemiepak • explosiegevaar- en/of gas/dampmeting event. RA • bepaling definitieve opstellijn
Identificatie van gevaarlijke stoffen 26
Inzetfase Aandachtspunten • belang van inzet afwegen tegen risico’s • stabilisatie is eerste doel
• inzet gericht op redding vindt meestal al tijdens verkenning plaats • blijf meten (is weten) • bron- en effectbestrijding Identificatie van gevaarlijke stoffen 27
Ontsmettingsfase Ontsmettingsleider controleert op • gebruik reserve-ademlucht • nauwkeurig ontsmetten
• opvang ontsmettingsvloeistof • opbergen afvoeren kleding • aanwezigheid voldoende materieel en middelen
• verzorging ontsmet personeel • nazorg Identificatie van gevaarlijke stoffen 28
Nazorgfase (1) Personele nazorg • ontsmettingsformulieren • hulpverleningsrapport (bevelvoerder) • afzonderlijk rapport (OVD)
• afzonderlijk rapport AGS / ROGS c.q. MPL / WVD Identificatie van gevaarlijke stoffen 29
Nazorgfase (2) Materiële nazorg (tweede) ontsmetting en opruiming van uitrusting, middelen en meetapparatuur Identificatie van gevaarlijke stoffen 30
Ontplofbare stoffen (klasse 1) (1) Veiligheidsmaatregelen • achterhaal exacte gevarenklasse • houd juiste afstand aan • schakel deskundigen in:
• TEV • EODD Identificatie van gevaarlijke stoffen 31
Ontplofbare stoffen (klasse 1) (2) Klasse 1.1 : Massa explosie Klasse 1.2 : Scherfwerking, geen massa-explosie Klasse 1.3 : Brand met drukgolf of scherfwerking maar geen massa explosie Klasse 1.4 : Gering explosiegevaar bij ontsteking Klasse 1.5 : Zeer kleine kans op explosie
Klasse 1.6 : Extreem weinig gevoelige voorwerpen geen gevaar voor massa explosie Identificatie van gevaarlijke stoffen 32
Samengeperste, vloeibaar gemaakte/ onder druk opgeloste gassen (klasse 2) (brandbaar gas, niet-brandbaar niet-giftig gas, giftig gas)
Veiligheidsmaatregelen • pas op BLEVE (afstand houden of koelen)
• koel acetyleenflessen • verwijder ontstekingsbronnen • blijf explosiegevaar meten
• stop zo mogelijk lekkages Identificatie van gevaarlijke stoffen 33
Brandbare vloeistoffen (1) (klasse 3) Veiligheidsmaatregelen • explosiegevaar meten • kom niet dichter bij vloeistofbrand dan noodzakelijk (intense hitte!)
Identificatie van gevaarlijke stoffen 34
Brandbare vloeistoffen (2) (klasse 3) • koel omliggende objecten • houd sproeistralen gereed • laat bronbestrijding afhangen van chemische eigenschappen van stof
Identificatie van gevaarlijke stoffen 35
Brandbare vaste stoffen (klasse 4.1) Veiligheidsmaatregelen • veroorzaak geen stofnevels met gebonden straal • ruim stoffen alleen op in overleg met ROGS/AGS • sluit vaten na opruimen niet af; drukopbouw ! Identificatie van gevaarlijke stoffen 36
Voor zelfontbranding vatbare stoffen (klasse 4.2) Algemene veiligheidsmaatregel houd altijd voldoende eenheden/stralen gereed om direct op ontstaan van brand te kunnen reageren
Identificatie van gevaarlijke stoffen 37
Stoffen die bij aanraking met water brandbare gassen ontwikkelen (klasse 4.3) Veiligheidsmaatregelen • verwijder ontstekingsbronnen • ventileer (bij gasvorming in afgesloten ruimte) • verdun gaswolk met sproeistralen Identificatie van gevaarlijke stoffen 38
Stoffen die de verbranding bevorderen (klasse 5.1)
Veiligheidsmaatregelen • houd altijd rekening met explosies • raadpleeg AGS / ROGS en/of GAGS
Identificatie van gevaarlijke stoffen 39
Organische peroxiden (1) (klasse 5.2) Veiligheidsmaatregelen • stel direct controletemperatuur vast • voorkom temperatuurstijging
Identificatie van gevaarlijke stoffen 40
Organische peroxiden (2) (klasse 5.2) • koel alleen bij directe aanstraling (watertemperatuur kan hoger zijn dan controletemperatuur) • houd rekening met ontleden en explosie (als koeling niet mogelijk is) bijten
branden Identificatie van gevaarlijke stoffen 41
Giftige stoffen (1) (klasse 6.1) Veiligheidsmaatregelen • gebied met rook = gevarengebied • meet concentraties met gasmeetbuisjes /PID • stop lekkage
Identificatie van gevaarlijke stoffen 42
Giftige stoffen (2) (klasse 6.1) • vang vloeistof op, dam plas in en beperk verdamping (afdekken met schuim) • gas/dampverspreiding tegengaan met sproeistralen en waterkanonnen
Identificatie van gevaarlijke stoffen 43
Infectueuze stoffen (klasse 6.2) Veiligheidsmaatregelen pas bij infectueuze stoffen hetzelfde toe als bij giftige stoffen
Identificatie van gevaarlijke stoffen 44
Radioactieve stoffen (klasse 7) Veiligheidsmaatregelen
• bij stralingsgevaar: afstand houden • bij besmettingsgevaar: inwendig / uitwendig • bij uitwendig: ontsmetten • blijf dosis en dosistempo meten • drie basisprincipes:
tijd, afstand en afscherming Identificatie van gevaarlijke stoffen 45
Bijtende stoffen (klasse 8)
Veiligheidsmaatregelen pas bij bijtende stoffen dezelfde toe als bij giftige stoffen
Identificatie van gevaarlijke stoffen 46
Diverse gevaarlijke stoffen (1) (klasse 9) Veiligheidsmaatregelen bijvoorbeeld: asbest • uitrustingen reinigen • vervuilde apparatuur niet in cabine vervoeren Identificatie van gevaarlijke stoffen 47
Diverse gevaarlijke stoffen (2) (klasse 9)
Veiligheidsmaatregelen cryogene stoffen • gebruik speciale (thermische) kleding • gebruik dikke leren handschoenen • gebruik geen chemiepak / gaspak Identificatie van gevaarlijke stoffen 48
NOG VRAGEN ????????????? Identificatie van gevaarlijke stoffen 49
GEVAARLIJKE STOFFEN
Dick Arentsen, AGS brandweer 2013
Klasse 1 - explosieven
Gevaren klasse 1 Klasse 1.1 : Massa explosie
Klasse 1.2 : Scherfwerking, geen massa-explosie Klasse 1.3 : Brand met drukgolf of scherfwerking
maar geen massa explosie Klasse 1.4 : Gering explosiegevaar bij ontsteking Klasse 1.5 : Zeer kleine kans op explosie Klasse 1.6 : Extreem weinig gevoelige voorwerpen geen gevaar voor massa explosie
Klasse 2 - gassen
2
2
2
2.1 brandbaar
2.2 onbrandbaar
2.3 giftig
Gevaren klasse 2 Drukgolf Fragmentatie Koeling O2-verdrijvend Brand Hittestraling
Klasse 3 – brandbare vloeistoffen
Klasse 4 – brandbare vaste stoffen
4
4.1 Brandbare vaste stof
4
4
4.2
4.3
Voor zelfontbranding vatbare stof
Stof vormt brandbare gassen bij contact met water
Gevaren klasse 3 en 4 Brand
Vuurbol Hittestraling
Stofexplosie Rookgassen
Drukgolf Fragmentatie
Klasse 5 – oxiderende stoffen
5.1 Oxiderende stof
5.2 Organische peroxide
Gevaren klasse 5 Brand
Vuurbol Hittestraling
Explosie / ontleden Rookgassen Drukgolf Fragmentatie Chemische reacties (bijtend)
Klasse 6 – giftige stoffen
6
6.1
6.2
giftige stof
infectueuze stof
Gevaren klasse 6 Giftigheid Brand Bijtend Chemische reacties
Klasse 7 – radioactieve stoffen
Stralingsniveau aan de buitenzijde van de verpakking: I-WIT:
II-GEEL:
III-GEEL:
kleiner dan 5 µSv/h
tussen 5 en 500 µSv/h
tussen 500 en 2000 µSv/h
(= 0,005 mSv/h)
(0,005 – 0,5 mSv/h)
(0,5 – 2 mSv/h) Exclusief gebruik: tot 10 mSv/h
Gevaren klasse 7 Bestraling Besmetting (inwendig / uitwendig)
Zware metalen (schroot): metaalvergiftiging
Klasse 8 – bijtende stoffen
Gevaren klasse 8
Bijtend / Corrosief Giftig Brand
Klasse 9 – overige gevaarlijke stoffen
9
Overige gevaarsetiketten
Verhoogde temperatuur
GEVI-nummer GEVaarlijke stoffen Identificatie-NUMMER
(Kemmler-code) - begint met de hoofdgevaar van de stof (gevarenklasse) - gevolgd door secundaire of tertiaire gevaren voor die stof (gevarenklasse(n))
Toevoeging “X “: niet blussen met water
Voorbeelden GEVI-nummer 23
brandbaar gas
33
zeer brandbare vloeistof
X338
zeer brandbare bijtende vloeistof, die met water brandbare gassen vormt
55
sterk oxiderende stof
606
infectueuze stof
72
radioactief gas
99
diverse gevaarlijke stoffen in verwarmde toestand
CAS-nummer Chemical Abstracts Service Registry Number Nummer waarmee chemicaliën bijna uniek genummerd zijn.
Veel databases op het internet gebruiken het nummer dat door Chemical Abstract Service ( = CAS ) is ontwikkeld.
Transport verpakkingen
Diverse verpakkingen
Diverse verpakkingen
Flexitanks Voor bulk vloeistoffen / poeders
16.000 tot 24.00 liter
Provisoir afdichten, overpompen als enige remedie
IBC
(Intermediate Bulk Container; big bags en multiboxen)
Verpakking klasse 6.2
Vaten in zwart plastic ?!
Opslagtanks VOPAK ortho-cresol
Mg brand Ohio 29 dec 2003
Brand autobanden
20 jan 2002 KOH
(80 / 1813)
14 juli 2003 LPG Eindhoven
Spoorketelwagon
ammoniak
XTC
(synthetische drugs)
chloorlekkage
21 mei 2003 Urenco UF6
de kracht van netwerken en (virtueel) samenwerken
Infopunt Veiligheid
Per 1.10.2010(Wvr) – wettelijke taak Infopunt Veiligheid § 17 artikel 66 Het instituut heeft de volgende taken op het gebied van de brandweerzorg, rampenbestrijding, geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen, en crisisbeheersing: a. het ontwikkelen van lesstof, oefenstof en leerstof voor, en het verzorgen van officiersopleidingen alsmede het verzorgen van andere door Onze Minister aan te wijzen opleidingen die met een rijksexamen als bedoeld in artikel 18, vierde lid, worden afgesloten en het ontwikkelen van lesstof, oefenstof en leerstof hiervoor;
b. het ontwikkelen en in stand houden van expertise door middel van het verzamelen en beheren van relevante kennis en zo nodig door het verrichten van toegepast wetenschappelijk onderzoek;
c. het ter beschikking stellen van de verzamelde informatie en expertise aan organisaties die werkzaam zijn op het gebied van de brandweerzorg, rampenbestrijding, geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen, en crisisbeheersing.
Infopunt Veiligheid
Hulpmiddelen Infopunt Veiligheid • SharePoint 2010, publicaties, e-mail en telefoon. • Sociale Media, zoals youtube, twitter, facebook en Yammer • Maar vooral Mensen en netwerken!
Infopunt Veiligheid, in 5 stappen door informatie en kennis
1. 2. 3. 4. 5.
Verzamelen; Opslaan; kunnen doorzoeken; kunnen delen; kunnen analyseren en in kaart brengen van de nuttige relevante informatie.
Gedrag van professionals en bestuurders?
Infopunt & expertnetwerk
https://www.yammer.com/infopunt
Crowdsourcing
Wijsheid van de massa
Vragen ?
www.infopuntveiligheid.nl
Ongevallen met gevaarlijke stoffen FACTS databank Lessons learned Dick Arentsen, DIOGS Pieter C. van Beek VAB Luctor et Emergos
1 november 2013
Scheikunde docenten
1
Ethylene incident Mulhouse 1. Video 2. Explosion im Chemieinstitut der Universität Mulhouse 3. Meer bronnen: ARIA FACTS ZEMA
Scheikunde docenten
1 november 2013
2
Ethylen explosion Mulhouse Explosion im Chemieinstitut der Universität Mulhouse Die Explosion, die große Teile des Chemieinstituts der Universität Mulhouse (Mülhausen) im Elsass, Frankreich, zerstörte, ist nach Angaben der dortigen Staatsanwaltschaft durch das Gas Ethylen ausgelöst worden. Eine Stahlflasche mit der Substanz wurde im Explosionskrater gefunden, die die Katastrophe ausgelöst haben könnte. Wäre dies tatsächlich die Ursache, müssten jedoch meines Erachtens eine ganze Reihe sehr unglücklicher Umstände eingetreten sein, um eine so heftige Explosion auszulösen.
Scheikunde docenten
1 november 2013
3
Explosion Mulhouse Explosion un laboratoire de recherche d'une école de chimie Vers 12h25, une explosion suivie d'un incendie alimenté par les produits inflammables se produit dans un laboratoire de recherche d'une école de chimie, provoquant la mort d'un professeur. Une épaisse fumée noire est émise au-dessus du bâtiment. Selon un témoin, de nombreuses particules sont retombées sur le sol. Le quartier est bouclé, une école est évacuée. Le premier échelon du plan rouge est déclenché ; 157 pompiers, 64 gendarmes, 40 policiers, 2 compagnies de CRS, un hélicoptère et une équipe du SAMU sont mobilisés. Dédié aux risques industriels, ce laboratoire inauguré en 1977 est installé sur le campus universitaire de 25 ha, dans un bâtiment de 3 étages. L'explosion endommage le bâtiment ; de nombreuses vitres volent en éclat. Les pompiers maîtrisent l'incendie vers 15 h puis évacuent les gravats (planchers effondrés). Le bilan est lourd : un enseignant de 41 ans qui se trouvait au dessus du laboratoire est tué, probablement victime d'une chute d'objet. Grièvement blessée, une lycéenne de 18 ans en stage dans les locaux est placée en réanimation, son état étant jugé sérieux. Une douzaine de blessés légers est hospitalisée : 2 en état de choc, 10 victimes d'éclats de verre, les autres souffrant notamment de troubles auditifs consécutifs à l'explosion. Une cellule d'aide psychologique ouverte à 200 m accueille 250 étudiants à proximité du bâtiment lors des faits. Les substances chimiques et les sources radioactives stockées dans le bâtiment éventré sont évacuées, une société spécialisée sécurise l'édifice. Les enquêteurs découvrent une bouteille d'éthylène de 1,5 m de haut intacte à l'épicentre de l'explosion et la confie aux experts judiciaires. Une fuite sur la bouteille (non refermée ?) est à l'origine de l'accident. Un chercheur du laboratoire accidenté est mis en cause pour homicide et blessures involontaires ; il est condamné le 25/11/2010 par le tribunal correctionnel de Mulhouse à 18 mois de prison avec sursis et 8 000 euros d'amende.
Scheikunde docenten
1 november 2013
4
Explosion Mulhouse Foto
1 november 2013
Scheikunde docenten 5
Databank FACTS 1. Waarom is informatie belangrijk? 2. Waar vinden we deze informatie? Internet, kranten, TV, vakbladen, symposia, etc.
3. Databank FACTS opgezet door TNO en onderhouden door GB (Gezamenlijke Brandweer Rotterdam-Rijnmond) Bevat meer dan 25000 ongevallen met gevaarlijke stoffen Doel: lessons learned (collectief geheugen) 4. Te vinden op www.factsonline.nl 1 november 2013
Scheikunde docenten 6
MSDS en ongevallen Oorzaken van 114 ongevallen met MSDS – – – – – – –
Management failures Technical failures Natural cause Did not learn from previous accidents Did not read label Managers found guilty of work environment crime Relied on information in the MSDS
1 november 2013
Scheikunde docenten 7
Borging/beheer VBS/VMS Lessons learned – opleiding/training – bedrijfsvoering – bedrijfsnoodplan/bedrijfsbrandweer (EMERGOS) – ongevallen (onderzoek/registratie) (FACTS)
1 november 2013
Scheikunde docenten 8
Cursus gevaarlijke stoffen Cursus volgen om kennis op peil te brengen: ga naar: www.factsonline.nl of mail naar:
[email protected] 1 november 2013
Scheikunde docenten 9