BOVAG Jaarboek Zonder beweging geen vooruitgang

BOVAG Jaarboek 08-09 Zonder beweging geen vooruitgang

BOVAG Jaarboek 08-09 Zonder beweging geen vooruitgang

Bouwen aan een nieuwe BOVAG

Ontdekkingsreiziger in mobiliteit

BOVAG heeft een uniek jaar achter de rug. In 2008 zijn we een andere koers gaan varen. Daarbij horen nieuwe kernwaarden. Stond BOVAG vroeger voor betrouwbaarheid, garantie en kwaliteit, nu zijn die drie samengebald onder de noemer zekerheid. Daarnaast staat BOVAG nu ook heel duidelijk voor bewegingsvrijheid en duurzaamheid. Mobiliteitsproducten verkopen heeft immers alleen zin als de klant die ook kan gebruiken: we maken ons hard voor bewegingsruimte, voor voldoende infrastructuur tegen aanvaardbare kosten. Aan de andere kant is mobiliteit tegenwoordig onmogelijk zonder duurzaamheid. Daarom is dat een belangrijk thema voor BOVAG; zie onze inspanningen voor het sectorakkoord met branchepartijen en de overheid, en zie ook de oprichting van het Instituut voor Duurzame Mobiliteit met Innovam en RAI Vereniging. De branche kan alleen op duurzame wijze voortbestaan, en daarom staat het thema boven aan de agenda.

Volgend jaar bestaat BOVAG tachtig jaar. Een eerbiedwaardige leeftijd, maar tevens een leeftijd waarop verstarring op de loer ligt. BOVAG betekent van oudsher kwaliteit, betrouwbaarheid en garantie. Dat zijn waardevolle kernwaarden, maar ze zijn niet meer genoeg om de consument van nu en van de toekomst aan te spreken. En er dreigt nog een gevaar: BOVAG wordt gedreven voor en door leden, maar in de strijd om gehoord te worden als brancheorganisatie dreigt BOVAG steeds verder van zijn achterban af te staan. BOVAG is een autoriteit naar buiten, maar moet niet in de val lopen een consensuspartij te worden, die krampachtig verdedigt wat zij heeft.

Samenwerking Deze kernwaarden dienen een duidelijk doel. De nieuwe strategie van BOVAG is erop

gericht de klant sterker aan onze leden te binden. Het lidmaatschap moet daarom een duidelijke toegevoegde waarde bieden aan elk individueel lid. Elke medewerker op ons secretariaat is vanaf nu uitsluitend bezig voor de leden. Dat betekent dat de onderlinge samenwerking veel sterker zal moeten worden, en dat BOVAG-mensen moeten leren denken als de leden: ondernemend.

Reorganiseren In 2008 sloeg ook de financiële crisis toe. BOVAG heeft daar last van: we verliezen leden en daardoor inkomsten. Wij voelen wat de leden voelen. Dat doet pijn: net als veel leden hebben we flink moeten reorganiseren. Maar het is ook een goede zaak: BOVAG veert mee met de branche. En een flinke crisis heeft ook goede apecten voor elke branche. Reorganisatie geeft ook kansen. Er wordt doelgerichter gewerkt en wat lange tijd onbespreekbaar was, wordt ineens een oplossing. Of je nu denkt aan de overproductie van auto’s, een te groot retailnetwerk of zaken met een slechte bedrijfsvoering. In crisistijd maken we van de nood een deugd, en hoe zuur en verdrietig

| BOVAG Jaarboek 08-09 - Zonder beweging geen vooruitgang

dat ook is voor degenen die het niet redden. Vernieuwing en verjonging zijn noodzakelijk voor een gezonde branche.

Bewijzen Ook BOVAG moet bijdraaien, maar dat doen we met veel toewijding en enthousiasme. In 2009 bouwen we aan een nieuwe BOVAG, een BOVAG die de leden onmiskenbaar meerwaarde biedt. In dit Jaarboek willen wij u tonen hoe we daar nu al bijna een jaar mee bezig zijn. Dat doen we nu pas, want we willen het eerst bewijzen en dan pas vertellen. Ik wens u veel leesplezier. Koos Burgman Algemeen directeur

Pijlers Langzaam zijn we gaan beseffen dat de bond zonder ingrijpen een icoon uit een voorbije tijd zou kunnen worden. Met garantie alleen haal je 2020 niet: in 2009 spelen totaal andere problemen. Natuurlijk gooien we de erfenis uit het verleden niet weg. Natuurlijk blijft ‘zekerheid’ een pijler waar het merk BOVAG op rust. Maar er is meer. Alle BOVAG-leden verkopen een vorm van mobiliteit. Mobiliteit betekent

beweging. Maar mobiliteit is ook meer dan dat: het begrip staat voor avontuur, fun en vrijheid om te gaan en staan waar je wilt, zakelijk of privé. Daarom is vrijheid van mobiliteit een minstens even belangrijke pijler voor BOVAG. Wij laten van ons horen daar waar die vrijheid in het geding komt.

Mindset De derde pijler is duurzaamheid. De afgelopen jaren is wereldwijd het besef doorgedrongen dat het op de oude manier niet meer gaat. Ongebreidelde groei, verkwisting, overproductie, het is niet vol te houden. Duurzaamheid is daarom niet een kwestie van een uitstootgetal hier en een energielabel daar. Duurzaamheid is een mindset. Het begint bij een omkering van de distributieketen. Juist wij, de wederverkopers van mobiliteit, zijn de belangrijkste schakel daarin. Wij moeten de vraag doorspelen aan de fabrikanten en niet langer aanbodgestuurd te werk gaan. Weg met de verkokering, met top-down, we moeten luisteren naar de wensen van de klant. Waar is behoefte aan? Onze leden kunnen het leveren. Dat geldt ook voor BOVAG zelf. Daarom zijn

ook wij begonnen aan een ingrijpende herstructurering. Doel: weg met de hokjesgeest en de nadruk op regels en procedures; op naar het avontuur. Wij zijn ontdekkingsreizigers in mobiliteit en ondernemerschap.

Verbreden Het zijn onzekere tijden, maar het zijn ook mooie tijden. Er worden offers gebracht door iedereen, maar tegelijk ontstaat er momentum om dingen helemaal anders te doen. Juist nu moeten we praten over kansen, juist nu moeten we met elkaar in discussie. Alleen door je horizon te verbreden kom je tot innovatie. BOVAG heeft zich onvoorwaardelijk in deze ontdekkingsreis gestort. We kunnen alleen maar raden naar wat de komende jaren ons gaan brengen, maar het enthousiasme en de inzet op het secretariaat zijn bijna tastbaar. Ik vind het een grote eer om in deze roerige tijden te mogen tekenen: Jan Ploeg Bondsvoorzitter

Zonder beweging geen vooruitgang - BOVAG Jaarboek 08-09 |

Blij dat ik motorrij In september lanceerde BOVAG Motorbedrijven de campagne ‘Blij dat ik motorrij’, gericht op “slapende” motorrijders. Tom Huyskens van BOVAG spreekt met Arie Molenaar van Arie Molenaar Motors uit IJsselstein. ‘“Blij dat ik motorrij” is voortgekomen uit een analyse van marktcijfers’, zegt Tom Huyskens, (links op de foto) communicatieadviseur bij BOVAG. ‘Van de 1,3 miljoen mensen met een rijbewijs A bezit circa de helft geen motor. Dat is een enorm potentieel voor BOVAG-motorbedrijven. Deze mensen zijn bovendien relatief makkelijk aan te spreken: motorrijden is fun en heeft ook praktisch nut. Denk aan het omzeilen van files.’ Arie Molenaar: ‘BOVAG is proactiever geworden. Een paar jaar geleden zag je er niets van en vroegen veel collega’s zich af waarom ze lid waren. Nu wordt er meer gedaan om verkoop te genereren. Bovendien is de koppeling tussen BOVAG en RAI Vereniging er sterker

op geworden. Dat is een goede zaak: de motorbranche heeft al jaren te lijden onder de particuliere verkoop, dus is samenwerking geboden. Gelukkig heb ik een goede werkplaats, waardoor ik minder afhankelijk ben van de verkoop, maar elke verkochte motor is er één.’ Huyskens: ‘Het heeft lang geduurd voordat BOVAG en RAI Vereniging op één lijn zaten. De importeurs wilden vooral op nieuwverkoop focussen, terwijl onze leden ook gebaat zijn bij occasionverkoop en vulling van de werkplaats. Dat heeft dus heel wat overleg gekost, maar uiteindelijk hebben we een mooie campagne neer kunnen zetten die vooral gericht is op het motorrijden in het algemeen.’ Molenaar: ‘Het gaat erom dat je inloop in je zaak krijgt, of ze nou voor een nieuwe of gebruikte motor komen. Als je ze aan je weet te binden, komt er misschien een moment dat ze wél een nieuwe motor willen aanschaffen. Zonder mensen in je zaak verkoop je niets.’ Huyskens: ‘We werken aan een nieuwe afdeling, BOVAG Gemotoriseerde Tweewielers. Het is veel logischer om de retail van bromfietsen bij die van motoren onder te brengen.’

Molenaar: ‘Ook al verkopen de grote motorzaken geen bromfietsen? Ik zou er niet mee akkoord gaan als de nieuwe afdeling met mijn geld een nieuwe scootercampagne zou lanceren.’ Huyskens: ‘Dat gaat ook niet gebeuren. We zoeken efficiëntie in de lobby en op kantoor, publiekscampagnes voeren we alleen nog voor gemotoriseerde tweewielers. De grens tussen bromfiets en motor wordt steeds vager.’

Speerpunten Motorbedrijven Maurice Manders, manager: ‘In 2009 moet een nieuwe afdeling opgericht worden: BOVAG Gemotoriseerde Tweewielers. Daaronder vallen behalve motorbedrijven ook bromfietsbedrijven. We willen de samenwerking met de importeurs die is ingezet met de campagne “Blij dat ik motorrij” voortzetten. Ook de samenwerking met Rijscholen in “Try the Bike” blijft. Het uiteindelijke doel is om meer mensen op de motor te krijgen door latent geïnteresseerde doelgroepen aan te spreken. Verder streven we professionalisering van de branche na door opleidingen, trainingen en cijfermateriaal te verzorgen.’


Duimprint voor autohuur Paul de Waal, persvoorlichter van BOVAG, spreekt met Marten Koldewijn van MultiRent over criminaliteitspreventie in de verhuurbranche.

‘De pilot met de afdruk van de duim hebben we afgekeken van de Britten,’ zegt Koldewijn (rechts op de foto), wagenparkmanager op de hoofdvestiging van MultiRent in Alphen aan den Rijn. ‘Er gaat vooral een preventieve werking van uit, bleek op een vliegveld in GrootBrittannië. En dat tegen hele lage kosten. Dat rechtvaardigde een proef op Schiphol.’ ‘Zo’n pilot met vingerafdrukken is sexy nieuws,’ zegt De Waal, hoofd pers en interne media bij BOVAG. ‘Natuurlijk wordt meteen

de vraag opgeworpen of de privacy misschien in het geding is. Ik heb talloze keren moeten uitleggen dat BOVAG-bedrijven geen enkele behoefte hebben aan een database met duimdrukken. De duimprintkaarten worden gewoon vernietigd zodra de auto is teruggebracht. De start van de pilot was voor mij wel een uitdaging: enerzijds wil je zoveel mogelijk reuring vanwege de preventieve werking, anderzijds moet je allerlei indianenverhalen die dan de kop op steken weer ontkrachten.’ Koldewijn: ‘De verhuurbranche is gevoelig voor misbruik. We doen alles wat wettelijk mogelijk is om de criminaliteit in onze sector te bestrijden.’

BOVAG dit geïnitieerd heeft en ook doorzet.’ ‘Winst is er inmiddels geboekt in de afhandeling van aangiften van verduistering. Daar kan sinds kort een stuk sneller geschakeld worden door justitie en politie. Da’s belangrijk, want met de toename van georganiseerde misdaad gebeurt het steeds vaker dat één dief in korte tijd meermaals toeslaat. Als zijn gegevens niet onmiddellijk worden geregistreerd en verspreid, wordt hem geen strobreed in de weg gelegd. BOVAG heeft politie en justitie duidelijk kunnen maken hoe belangrijk snelle en efficiënte behandeling is.’

‘BOVAG werkt al geruime tijd aan de nieuwe Elena,’ zegt De Waal. ‘Dat is een database van malafide huurders. We werken er nu hard aan om dat nieuwe systeem aan alle eisen op het gebied van privacywetgeving te laten voldoen. In principe is het geen onfatsoenlijk systeem. Wie erin belandt is niet voor altijd gebrandmerkt.’ Koldewijn: ‘Dat zou eerder zo zijn als verhuurbedrijven op eigen houtje databases gingen aanleggen. Elena is noodzakelijk, als transparant en fair instrument tegen verduistering en andere criminaliteit. Het is goed dat

Robert van Almkerk, manager: ‘Van oudsher is criminaliteitspreventie de kerntaak van BOVAG Verhuurbedrijven. Dat verandert niet. Op dit moment is de afronding en introductie van het product Elena in dit kader het belangrijkst. Daarnaast willen we de promotie van autohuur breder opzetten. Huren moet in een positief licht komen te staan als volwaardig alternatief voor aanschaf en bezit. Tenslotte willen we de branche ondersteunen door goed cijfermateriaal te publiceren.’

Speerpunten Verhuurbedrijven


Bouwen aan een platform Manager Patricia de Wilde spreekt met Herman Schoehuijs van Schoehuijs Bedrijfswagens in Zaandam over de landkaart van BOVAG Truck- & Trailerbedrijven. Herman Schoehuijs vindt de kaart een goed idee. ‘Gelukkig hoef ik er niet vaak gebruik van te maken, want mijn wagens hebben maar weinig pech. In ieder geval is het goed om te zien dat BOVAG zich ook echt inspant voor de leden. In een ver verleden was ik geen lid omdat dat toch een hoop geld kost, terwijl ik dacht dat het niets zou opleveren. Maar dat doet het dus wel. Om te beginnen zijn er de opleidingen van Innovam. Die zijn essentieel. Maar ook heel belangrijk: de politieke lobby en de inspanningen voor de hervorming van de APK. Ik heb echt geen tijd om me daar tegenaan te bemoeien, maar het moet wel gebeuren.’

binnen BOVAG zelf zit een hoop kennis en ervaring. Zo spiegelde Boudewijn Hamel (hoofd techniek en duurzaamheid bij BOVAG – red.) ons onlangs voor dat we onszelf zouden moeten focussen. Wordt goed in wat je doet, investeer in je sterke punten en laat dingen die je niet perfect beheerst over aan een collega. Dat vond ik een heel verfrissende kijk waar ik wat aan heb.’

Speerpunten Truck- & Trailerbedrijven ‘De poster is typisch voor BOVAG Truck- & Trailerbedrijven,’ zegt Patricia de Wilde. ‘De landkaart met alle leden, inclusief adres, telefoonnummer en specialisaties was al online te raadplegen. Maar onze leden zijn praktische ondernemers. Die zitten niet achter de computer. Als ze gebeld worden voor een pechgeval ergens in het land, moeten ze eenvoudig het adres van een BOVAG-collega kunnen opzoeken. En hoe kan dat beter dan via een landkaart die je naast de telefoon kunt hangen?’

‘Het voornaamste doel van de afdeling is om een platform te vormen voor haar leden’, zegt De Wilde. ‘Wij willen het onderlinge contact versterken, want we kunnen veel van elkaar leren en elkaar onderling helpen. En daarnaast is het natuurlijk de taak van een branchevereniging om de gezamenlijke belangen te behartigen.’ Schoehuijs: ‘Het onderlinge contact is inderdaad erg nuttig. Op vergaderingen of meetings rond de APK steek ik vaak een hoop op. Ook

Patricia de Wilde, manager: ‘Heel belangrijk voor BOVAG Truck- & Trailerbedrijven blijft het uitwisselen van informatie, zowel technisch als niet-technisch. Daarnaast willen we de samenwerking onderling bevorderen. Leden moeten ons en elkaar weten te vinden met vragen, maar ook elkaar bedienen als hun klanten ergens in het land stranden. Tenslotte willen we ook veel aandacht besteden aan opleidingen.’


11

Weg met wachttijden BOVAG Rijscholen en het CBR werken samen in de strijd tegen wachttijden. Simone Diemel van BOVAG juridische zaken, bespreekt de volgende stap met Kees Eimers van Verkeersschool K. Eimers uit Utrecht. ‘De examenwachttijden in deze regio liepen tegen de twintig weken,’ zegt Kees Eimers. ‘Jarenlang beloofde het CBR beterschap, maar er gebeurde niets. Rijschoolhouders hadden geen enkel vertrouwen, en nog altijd geldt: eerst zien dan geloven.’ Simone Diemel: ‘Sinds eind 2007 hebben we met het CBR aan tafel gezeten om samen tot een oplossing te komen. Daaruit is het huidige reserveringssysteem gekomen, een oplossing waar alle partijen achter staan.’ In deze nieuwe aanpak wordt een examenreservering gekoppeld aan een concrete leerling en blijft er tien procent ruimte voor compactopleidingen. Eimers: ‘Het is heel goed dat er eindelijk structureel overleg is. Dat heeft ook te maken

met een cultuuromslag bij het CBR. BOVAG is daar goed op ingesprongen. Maar de examenwachttijden zijn niet het enige probleem binnen de branche. Zo stoort het mij mateloos dat er 4000 ongeorganiseerde rijscholen in Nederland zijn, tegenover de kleine 1000 leden van BOVAG Rijscholen. Dat is niets, daarmee kun je geen vuist maken.’ Diemel: ‘Aan de andere kant zijn het de echte professionals die lid zijn. De helft van de examenaanvragen komt van BOVAG-bedrijven. Dat maakt ons wel degelijk tot een belangrijke partij.’ Eimers: ‘Goed, maar tegelijk zie je dat een deel van die niet-leden zich wil gaan organiseren. Voor minder dan de helft van het lidmaatschapsgeld dat BOVAG vraagt, want BOVAG vinden ze te duur.’ Diemel: ‘Terwijl een pijler van het beleid van BOVAG is, dat je het lidmaatschapsgeld terugverdient met kortingen op opleidingen en producten.’ Eimers: ‘Precies. Echte ondernemers zijn lid van BOVAG, en ik denk dat een fors deel van de niet-leden niet eens lid kán worden omdat ze niet voldoen aan de kwaliteitseisen.’ ‘Dat neemt niet weg dat nog een branchevereniging voor rijscholen niet goed zou zijn:

de positie van BOVAG aan tafel bij het CBR of bij Veilig Verkeer Nederland zou er onder lijden. Het beste zou zijn als BOVAG een eigen uitvoeringsorgaan in het leven zou roepen. Er blijft nu veel te veel subsidiegeld hangen in molens als de VVN.’ Diemel: ‘Juridisch gezien is dat ingewikkeld, maar het is een interessant idee: het BOVAG-lidmaatschap als voorwaarde voor deelname aan gesubsidieerde projecten. We zouden per situatie moeten bekijken of zoiets mogelijk is.’

Speerpunten Rijscholen Frans Bastiaansen, manager: ‘Wij willen de leden van BOVAG Rijscholen helpen geld te verdienen door hen te ondersteunen bij hun marktbewerking. Ten tweede willen we het aantal leden verhogen. We organiseren daarom een congres voor alle rijscholen, ook niet-leden. De ondernemerskwaliteiten van de branche moeten verbeterd, want goede rij-instructeurs zijn niet automatisch goede rijschoolondernemers. Mede in dat kader zetten we ons in voor het ontwikkelen van cursussen, al dan niet met ESF subsidie.’


13

Opleiden is professionaliseren Wim Schaefers van BP Zwart volgde de MBO-opleiding Meewerkend Voorman. Samen met eigenaresse Clara Bijlsma spreekt hij met Hannie Tak, projectmedewerker van BOVAG Autowasbedrijven. ‘Het is nu twee jaar geleden dat ik de opleiding begon,’ zegt Wim Schaefer. ‘Het traject duurde anderhalf jaar, waarbij ik in totaal dertig dagen aanwezig moest zijn. Moest, want daar heb ik voor getekend: ik mocht maximaal twee keer verzuimen of de subsidie werd niet uitgekeerd.’ Hannie Tak (links op de foto): ‘We willen natuurlijk gemotiveerde mensen op de opleiding. Met een subsidie van het Europees Sociaal Fonds wordt vrijwel hun hele investering terugbetaald.’ Clara Bijlsma: ‘Dat scheelt een hoop, we hebben het over vierduizend euro. Plus de dertig dagen dat Wim niet in huis was.’ Schaefer: ‘Ik heb het geluk dat ik vanuit het bedrijf de mogelijkheid kreeg de opleiding te volgen. Het praktijkgedeelte kende ik wel zo’n beetje, maar op het gebied van branchekennis, administratie en verkooptechnieken heb ik een hoop opgestoken.’ Bijlsma: ‘De autowasbranche is duidelijk aan het veranderen. Vroeger was het bijna een familie: veel ondernemers waren bevriend. Nu is dat minder, want de concurrentie neemt toe. We treffen elkaar op beurzen en ledenbijeenkomsten.’ Tak: ‘De branche groeit naar volwassenheid, kun je zeggen. Daar hoort een

gedegen pakket aan opleidingen bij. Daar willen we als BOVAG voor zorgen, en blijkbaar is de eerste stap geslaagd.’ Schaefer knikt: ‘Het was erg leerzaam. Ik zou de administratieve, cijfermatige kant nog wel verder willen uitdiepen. Maar alles op zijn tijd.’ Tak: ‘Daar ligt een rol voor BOVAG. Een volwassen branche beschikt over cijfermateriaal.’ Bijlsma: ‘De markt is erg in beweging: autowassen bij een wasbedrijf wordt steeds normaler. Daar moeten we op een professionele manier bij zijn.’ Schaefer: ‘Donderdag, vrijdag en zaterdag loopt het storm hier. Mensen willen er in een schone auto op uit in het weekend. Naarmate mensen meer beseffen dat straatwassen slecht voor het milieu is, komen ze vaker hierheen.’ Tak: ‘Je kunt autowassen wel vergelijken met het apart weggooien van glas. Het duurt heel lang voordat het normaal wordt. Het moet tussen de oren zitten.’ Schaefer: ‘Wij hebben het geluk dat we in stedelijk gebied zitten: mensen gaan niet van driehoog een emmertje sop naar beneden sjouwen. Maar elders in het land speelt dat stukken minder.’ Tak: ‘Precies. Daarom lobbyen we veel, en met succes: gemeentes

tonen interesse in ons ontmoedigingsbeleid voor straatwassen en straatwasbedrijven. Autowassen groeit door, en dat moeten we gezamenlijk oppakken.’

Speerpunten Autowasbedrijven Jan Bessembinders, manager: ‘BOVAG Autowasbedrijven wil zich ontwikkelen tot volwaardige afdeling. Nu is onze officiële status namelijk “in oprichting”. We willen groeien en een nog uitgebreider pakket opleidingen bieden aan onze leden. Ook gaan we de normstelling aanscherpen en in de lobby gaan we ons inspannen om de aanpak van straatwassen te intensiveren.


15

Caravan-strategie BOVAG-medewerker Toine Crone spreekt met André de Jong, bedijfsopvolger bij De Jong Caravans in Hattem, over de strategische sessies van BOVAG Caravan- & Camperbedrijven. ‘Het belangrijkste punt dat ik in de strategische sessies heb opgepikt is: let op de kosten,’ zegt André de Jong (links op de foto). ‘Als je een caravan inkoopt voor tienduizend euro en weer verkoopt voor elfduizend, dan zeg je tegen je collega’s: goed gedaan. Maar die collega’s kosten je geld. Net als gas, water, licht, bedrijfsruimte en wat al niet. Dan blijft er weinig over van die duizend euro marge.’ Crone: ‘We hebben onze leden in tien regionale sessies onder andere de personeelskosten voorgerekend vanuit branchecijfers. Op die manier boden we direct inzicht in de loonkosten per verkochte nieuwe en gebruikte caravan.’ De Jong: ‘Ik ben geen cijferman, dus dit heb ik in mijn oren geknoopt. Als je je kosten in beeld hebt, zie je in dat het moeite kost om een gezonde winst te maken op nieuwverkoop. De marge die je nog denkt over te houden, nadat je de consument nog wat korting hebt gegeven, verdwijnt als sneeuw voor de zon.’ Crone: ‘In feite is het veel slimmer om je focus ook bewust te richten op de tweedehandsmarkt. Die is namelijk vier keer zo groot als de markt voor nieuwverkoop. De occasionverkoop is bovendien stabiel, terwijl nieuw al

jaren daalt.’ De Jong: ‘Ook dat heb ik gelijk opgepakt. Mijn geld zit immers in occasions; elke dag dat die hier staan, kost mij geld. Daarom heb ik een tip gevolgd van BOVAG: in plaats van adverteren met enkel nieuwe caravans heb ik mijn occasions landelijk in het zonnetje gezet. Het is moeilijk te zeggen of het door die advertentie komt, maar toevallig zijn alle geadverteerde caravans wel verkocht.’ Crone: ‘Een ander belangrijk advies dat wij geven is: overweeg goed welke merken je voert. Er zijn nu eenmaal merken die per jaar in heel Nederland zestig caravans verkopen, maar wel vertegenwoordigd worden door een stuk of dertig dealers. Die verkopen er dus elk twee gemiddeld per jaar, maar hebben wel vier of meer caravans op voorraad. Daar moet dus geld bij.’ De Jong: ‘In feite is dat dezelfde boodschap: kijk naar de centjes, niet naar het gevoel. Ook voor mij was dat een eye-opener: door minder te verkopen maak je meer winst.’ Crone: ‘Een andere oplossing is om met meerdere dealers een merk te delen. Maar daarvoor is de onderlinge concurrentie nog wat te sterk. We blijven zoeken, voor en met onze leden.’

Speerpunten Caravan& Camperbedrijven Hans Louwers, manager: ‘Voor BOVAG Caravan- & Camperbedrijven blijft onderhoud een belangrijk thema. We willen de digitale onderhoudsbeurt verder uitbouwen. Ook komt er een nieuwe handleiding voor de BOVAG Onderhoudsbeurt. Daarnaast zoeken we meer samenwerking met aanverwante brancheorganisaties zoals de ANWB, KCI en RECRON. Tenslotte willen we ons in Den Haag sterk maken voor het zogenoemde camper-rijbewijs en tegen de roettaks op campers.’


17

BOVAG 2.0 in een notendop BOVAG is op de schop gegaan met als doel de organisatie slagvaardiger te maken. Een sterk merk en een eigen lijn producten voor consumenten horen daarbij. Uiteindelijk zijn het de leden die profiteren. Operationeel directeur Sandra Molenaar zet de reikwijdte van de plannen uiteen. ‘Wat is BOVAG? “BOVAG is de brancheorganisatie voor elfduizend ondernemers die zich met mobiliteit bezighouden”, zeggen we op onze site. Dat klinkt mooi, maar het is niet helemaal waar. Nog niet. Na de reorganisatie staat er echt één mobiliteitsclub; tot voor kort was er toch nog te veel sprake van een vereniging van losse afdelingen.’ Sandra Molenaar trad op 1 januari aan als operationeel directeur van BOVAG. Als zodanig is ze verantwoordelijk voor de afdelingen, het marketingbeleid en de interne diensten, zoals pers, politiek en overheid, werkgeverszaken en juridische zaken. Ook zwaait ze de scepter over personeel en organisatie. ‘Mijn rol is die van verbindingsofficier. Ik ben niet “het” maar “de” genie van BOVAG: ik moet ervoor zorgen dat de samenwerking binnen het secretariaat sterker wordt dan ooit tevoren. De afgelopen periode werd er te veel vanuit de afdelingen gedacht. Enerzijds vraagt elke afdeling natuurlijk specifieke aandacht, maar anderzijds is het toch vooral zaak dat iedereen elkaar helpt, inspireert, op ideeën brengt. We zoeken de

18

kruisbestuiving, de synergie. Kort samengevat: identiteit is goed, maar contact moet.’

Clusters Het onderlinge contact tussen de afdelingen is veel meer dan een leus. Molenaar: ‘Er is nu een vaste structuur voor onderling overleg. We hebben de afdelingen ondergebracht in drie clusters. Binnen die clusters wordt intensief samengewerkt. Afdelingen hoeven niet meer dertien keer opnieuw het wiel uitvinden, maar kunnen samen gemeenschappelijke problemen aanpakken, campagnes voeren en beurzen doen. In het cluster Merkgebonden treffen Autodealers en Truckdealers elkaar. Het cluster Onafhankelijk is er voor Onafhankelijke Autobedrijven en Truck- & Trailerbedrijven. Dan is er het cluster Specialisten, waarin de overige afdelingen nauw met elkaar samenwerken.’

is absoluut niet zo dat alle afdelingen die geen auto’s verkopen op een hoop worden gegooid. De clusters zijn er nadrukkelijk voor de kruisbestuiving en de samenwerking. Denk bijvoorbeeld aan de organisatie van een jaarcongres. Het Dealercongres is elk jaar zeer professioneel opgezet, met grote namen als sprekers. Een afdeling als Autowasbedrijven of Revisiebedrijven kan dat niet, daarvoor zijn simpelweg de middelen ontoereikend. Maar als je het congres van enkele kleinere afdelingen slim samenvoegt zodat ze hun eigen programma kunnen samenstellen en het geheel afsluiten met een plenair gedeelte met een grote spreker, kunnen ook de kleinste afdelingen een professioneel, inspirerend jaarcongres organiseren. Het is maar een voorbeeld uit vele; de boodschap is dat het definitieve einde van de verkokering daar is. Er waait een frisse wind in Bunnik, die zowel de leden als de consument zal bereiken. ’

Congres ‘Dat derde cluster ligt misschien niet meteen voor de hand’, vervolgt Molenaar. ‘Het


Band Vanwaar die focus op de consument? Mole-

naar: ‘Daar zijn twee redenen voor. De eerste is dat we op die manier beter in staat zijn de belangen van de leden te verdedigen in de politiek. We willen zo vroeg mogelijk aan tafel zitten, en dat lukt beter naarmate je dieper in de samenleving verankerd bent. BOVAG als consumentenmerk vertegenwoordigt meer mensen dan alleen die elfduizend ondernemers, waardoor ons maatschappelijke draagvlak veel groter wordt, evenals de politieke impact van onze boodschappen. De tweede reden om ons meer te richten op de consument is dat wij de band tussen die consument en onze leden willen versterken. Want wat goed is voor de klant, is ook goed voor de leden. Consumenten moeten weten dat ze bij het BOVAG-bedrijf moeten zijn voor alles wat wielen heeft. ’

merk. Tel daarbij op de schadesturing naar BOVAG-autobedrijven: het mes snijdt aan twee kanten. We streven ernaar om de eerste BOVAG Autoverzekering nog voor de zomer af te sluiten.’

Hersenwerk Dat is een erg strakke planning, geeft Molenaar zelf ook toe. ‘Maar het is geen overmoed, het is beleid. We willen daadkracht tonen. Dat weerspiegelt zich in een nieuwe rol voor de afdelingsbesturen. Vanaf nu zetten die namelijk de grote lijn uit. De details zijn voor het secretariaat om uit te werken. Dat scheelt een hoop overleg en getouwtrek, en zo doet iedereen waar hij of zij goed in is. We vragen meer hersenwerk van bestuursleden en min-

der tijd. Je moet snel kunnen reageren op een veranderlijke markt, een roerige wereld. Alleen dan blijf je bij de tijd. En bij de tijd blijven, de toon zetten, dat is de bedoeling van de hele operatie. Ik noem ons project steevast BOVAG 2.0. De kern van BOVAG 2.0: wij helpen onze leden geld verdienen. Dat doen we door hun klanten aan te spreken en aan hen te binden en door hun belangen te behartigen in de politieke arena. En, heel belangrijk: we laten de leden weten wat we voor ze doen. Dus wat is BOVAG? Een slagvaardige brancheorganisatie met enorme toegevoegde waarde voor elfduizend ondernemers in mobiliteit. Daarnaast is BOVAG het synoniem voor mobiliteit voor zestien miljoen Nederlanders. Niets meer, en vooral ook niets minder.’

Verzekering Hoe pak je zoiets aan? ‘Nog voor de zomer starten we met een grote reclamecampagne rond het merk. Ons primaire doel is om BOVAG neer te zetten als mobiliteitsclub. Daarnaast werkt BOVAG hard aan het in de markt zetten van mobiliteitsproducten. We hadden al BOVAG Pechhulp en sinds kort de BOVAG Motorpolis. De volgende stap is de BOVAG Autoverzekering, die we samen met onze dochter Bovemij-Polis Direct gaan lanceren. De insteek: het BOVAG-autobedrijf kan een autoverzekering met goede prijs-kwaliteitverhouding en BOVAG-stempel bieden aan de consument, een product “uit eigen huis” dus. Dat is een krachtig instrument voor klantenbinding en het verankeren van het


19

Onderhoud voor paardentrailers BOVAG Aanhangwagenbedrijven wijst op het belang van goed en regelmatig onderhoud. Hans Louwers van BOVAG in gesprek met Gijs van Lit van Van Lit Aanhangwagen- en Paardentrailerservice in Gameren. ‘Ik ben een relatieve nieuwkomer in de branche’, zegt Gijs van Lit (links op de foto). ‘Sinds 2000 heb ik een caravanstalling; in 2008 ben ik ook aanhangwagens en paardentrailers gaan verkopen. Één ding werd me snel duidelijk: het onderhoud aan met name paardentrailers is schrikbarend.’ Hans Louwers: ‘Jan Steeghs, de voorzitter van de afdeling, staat al jaren op het Horse Event, een groot paardensportevenement in Deurne. Sinds 2006 heeft BOVAG zich bij hem gevoegd: een aantal inspecteurs nemen aan de hand van een checklist zo’n honderd trailers op het terrein onder de loep. Het beeld is al jaren hetzelfde: de staat van onderhoud is rampzalig. Wij wijzen de eigenaren erop dat

dat onverantwoord is.’ Van Lit: ‘Er zijn nogal wat paardentrailers die meer dan tienduizend kilometer per jaar afleggen. Maar die mensen komen pas bij ons als er rook uit de remmen komt. Werkelijk alles wat kapot kan, is kapot. Voor caravans weet iedereen: na zes jaar banden vervangen, anders wordt de caravan afgekeurd. Voor aanhangwagens geldt dat niet. Dat soort dingen zou aangepakt moeten worden.’ Louwers: ‘Vanuit BOVAG gaan we meer doen aan onderhoudspromotie. Dat begint met onze aanwezigheid op het Horse Event en de hengstenkeuring in Den Bosch. Daarnaast werken we aan een poster waarop te zien is wat een BOVAG onderhoudsbeurt allemaal inhoudt.’ Van Lit: ‘Dat is een goed idee. Op de flyers die tijdens de paardensportevenementen worden uitgedeeld staan maar zes punten, maar die kun je opsplitsen in een hoop kleinere aandachtsgebieden. Dat moet ook, anders krijgt de klant al gauw de indruk dat het allemaal niet zo belangrijk is. Die zes dingetjes komen wel. Een forse lijst betekent waar voor je geld. Zo ervaren mensen dat nu eenmaal.’ Van Lit vervolgt: ‘Ik vind dat BOVAG Aanhang-

wagenbedrijven er alles aan moet doen om het onderhoud aan trailers te promoten. De overheid doet namelijk niets aan preventie en een aanhangwagen-keuring komt voorlopig ook niet in de plannen voor. Daarom is de BOVAG Onderhoudsbeurt van absolute waarde. Daar ligt een mooie kans voor BOVAG.’ Louwers: ‘We gaan er harder aan werken. Het begint met de keuringen, folders en een poster. ’

Speerpunten Aanhangwagenbedrijven Hans Louwers, manager: ‘BOVAG Aanhangwagenbedijven wil onderhoud promoten. Er komt een nieuwe handleiding voor de BOVAG Onderhoudsbeurt en we gaan starten met de digitale onderhoudsbeurt. Daarnaast willen we de kennisuitwisseling binnen de branche bevorderen door een Jonge Managersclub (YMA) op te starten. Tenslotte werken we aan publicatie van kerncijfers op gebied van rendementen binnen de aanhangwagenbranche.’


21

Samen e-bikes verkopen BOVAG Tweewielerbedrijven voert campagne voor de e-bike. Jaap Wilting, projectmedewerker van de afdeling, spreekt met Rik de Bruin van Gek van Fietsen.nl in Alphen aan den Rijn. van de zaak omhoog moet, liefst naar 2000 euro, zodat ook de e-bike onder deze regeling valt en daarmee nog aantrekkelijker wordt voor forensen.’

‘De stijging in de afzet van elektrische fietsen was wel in de lijn der verwachting’, zegt Rik de Bruin (links op de foto). ‘BOVAG heeft veel gedaan tegen het “bejaarde” imago van de e-bike. Dat heeft goed geholpen, denk ik.’ Jaap Wilting: ‘We hebben TNO in kaart laten brengen wat de e-bike kan betekenen op allerlei gebied. Dat is heel wat: volksgezondheid, milieu en bereikbaarheid gaan er duidelijk op vooruit als gebruik van de e-bike wordt gestimuleerd. Met dit onderzoek in de hand proberen we de politiek ervan te overtuigen dat de belastingvrije vergoeding voor een fiets

‘Het is een goede zaak om de e-bike direct in verband te brengen met forensen’, zegt De Bruin. ‘Daardoor laat je al een aanzienlijk deel van het negatieve imago achter je. De rest is aan de ondernemers: wij moeten de mensen laten voelen wat het is om op een e-bike te zitten. En echt, hoe sceptisch ze ook binnenkomen, iedereen gaat om.’ Wilting: ‘De e-bike moet een normaal product worden, dat is het streven. . Belangrijk is nu te bezien hoe de politiek de voorstellen rond de bedrijfsfietsenregeling oppakt.’ De Bruin: ‘De manier waarop BOVAG de lobby ten gunste van de fiets voert, vind ik heel goed. Ze zijn al zes jaar zeer actief, met als hoogtepunten de Fietsnota van CDA-Kamerlid Joop Atsma en het lage BTW-tarief op fietsreparaties. Maar ik ben ook blij met heel andere dingen. Het proces van ketendigitalisering is een zegen. En opleidingen en technische trainingen niet te vergeten. Natuurlijk verzorgt

elke fabrikant technische trainingen voor zijn e-bikes, maar het is ook nuttig om alle merken naast elkaar te zien op de BOVAG e-biketraining. Zo krijgen wij een objectiever beeld van de kwaliteiten van elk merk.’ Wilting: ‘Wij danken veel aan scheidend voorzitter Wim van Vliet, dat mag niet onvermeld blijven.’ De Bruin: ‘Ik hoop van harte dat de nieuwe voorzitter de lijn doortrekt. BOVAG is op de goede weg.’

Speerpunten Tweewielerbedrijven Maurice Manders, manager: ‘In 2009 worden bromfietsbedrijven ondergebracht bij BOVAG Gemotoriseerde Tweewielers. Tweewielerbedrijven gaat verder als BOVAG Fietsbedrijven. Speerpunten voor de afdeling zijn het verder uitbreiden van het aanbod opleidingen en trainingen. Daarnaast willen we de digitale samenwerking in de branche bevorderen. De lobby en belangenbehartiging worden voortgezet; na successen als het lage BTW-tarief en de Fietsnota richten we ons op ophoging van de bedrijfsfietsenregeling.’


23

Revisie treedt naar buiten Nikki Klarenbeek, secretaresse van BOVAG Revisiebedrijven, spreekt met Ralf Steins van Motorenrevisie Steins in Valkenburg aan de Geul over de serie pictogrammen die de afdeling ontwikkelde. ‘Steeds meer partijen vinden hun weg naar het revisiebedrijf’, zegt Ralf Steins. ‘Van oudsher zijn het vooral garages en dealers die ons van werk voorzien. Langzamerhand beginnen ook particulieren belangstelling te tonen. Buiten de oldtimer-liefhebbers dienen zich meer bezitters van “gewone” personenauto’s aan. Dat heeft alles te maken met de economische omstandigheden: mensen houden hun geld liever in de zak en zijn bereid om duurdere reparaties uit te voeren als ze dat de aanschaf van een nieuwe auto scheelt.’ Nikki Klarenbeek: ‘De pictogrammen zijn een langgekoesterde wens van het afdelingsbestuur. Voor wie niet in het autovak zit is het vaak onduidelijk wat een revisiebedrijf doet. Maar een flinke groep van onze leden wil nieuwe markten opzoeken. Particulieren, bijvoorbeeld. Het is dan belangrijk dat je als bedrijf op begrijpelijke wijze kunt duidelijk maken wat je voor hen kan betekenen. De pictogrammen kun je op een bord plakken voor op de gevel, maar ze kunnen ook gebruikt worden in advertenties of op de eigen website.’ Steins: ‘Zelf adverteer ik niet zoveel, maar ik weet van anderen hier in de regio dat ze

zich wel direct tot particulieren richten. Ik doe wel aan sponsoring van trekkerwedstrijden: de agrarische sector is ook een interessante doelgroep. De pictogrammen kan ik daar natuurlijk ook inzetten.’ Klarenbeek: ‘Het is de bedoeling dat het revisiebedrijf duidelijker naar buiten kan treden. Er zijn zat mensen op zoek, en als revisiebedrijven zich duidelijk kunnen profileren zal dat in hun voordeel werken.’ Steins: ‘Dit is nou typisch iets wat je van een brancheorganisatie mag verwachten. Maar er is nog veel meer dat BOVAG doet. Met name de cursussen zijn zeer welkom, want in ons vak is het belangrijk om bij te blijven. Maar ook de bijeenkomsten, studiereizen en andere ontmoetingen zijn buitengewoon nuttig voor het uitwisselen van kennis en het bespreken van problemen.’ Klarenbeek: ‘Revisie is een specialistisch vak, dus je hebt de houvast en expertise van anderen nodig. Dat willen wij faciliteren.’ Steins: ‘Ook ben ik erg blij met de ondersteunende werkzaamheden van het secretariaat. De leveringsvoorwaarden voor zakelijk en particulier, bijvoorbeeld: dat is mooi werk. Daarmee hebben wij als BOVAG-bedrijf

een grote voorsprong op de concurrentie die geen lid is.’

Speerpunten Revisiebedrijven Aad Verkade, manager van BOVAG Revisiebedrijven: ‘Prioriteit blijft het organiseren van technische opleidingen en workshops. Ook staat er een workshop over bedrijfsovername in de steigers. Verder beginnen we met een bedrijfsvergelijking. Op die manier willen we onze leden voorzien van onmisbaar cijfermateriaal over de branche. Tenslotte voeren we gesprekken met Auto Recycling Nederland (ARN), met wie we willen samenwerken. Revisie is de ultieme vorm van recycling, dus van die samenwerking verwachten wij veel.’


25

Personeel maakt het verschil BOVAG Tankstations heeft een eigen opleidingsprogramma: Tankstation Academy. Afdelingsmanager Jan Bessembinders spreekt met Bouwe Hofstee van Tankstation Stam in Maarssen. ‘De tankstationbranche is afwisselender en uitdagender dan mensen vaak denken’, zegt Bouwe Hofstee (rechts op de foto). ‘Je hebt te maken met een shop en een ondergrondse voorraad brandstof. Je loopt aan tegen allerlei problemen, van hygiëne tot agressieve klanten. Daarmee omgaan vraagt specifieke kennis. Die doe je niet zomaar op in de praktijk. Er is een groot verloop in personeel. Er is dus behoefte aan een goedkope en efficiënte manier om die kennis over te brengen.’ Jan Bessembinders: ‘Tankstation Academy rust op drie pijlers. De eerste betreft de min of meer tijdelijke medewerkers, jongeren vanaf zestien jaar. Voor hen is een e-learningpogramma ontwikkeld waarin ze in twee uur de basis leren rond geld, klanten, veiligheid en milieu. Na een paar maanden is er een terugkomdag. De investering in tijd en geld is niet groot, maar de medewerkers beschikken over de nodige basiskennis en voelen zich serieus genomen. Op die manier behouden we meer mensen voor de branche.’ ‘De tweede pijler bestaat uit reguliere trainingen voor vaste medewerkers’, vervolgt

Bessembinders. ‘Er zijn nu trainingen bedrijfshulpverlening, verkooptechnieken, hygiëne en omgaan met agressie. Daar komen later nog voorraadbeheer, P&O en procedures en geldstromen bij.’ Hofstee: ‘Vooral de training omgaan met agressie vind ik sterk. Agressie neemt overduidelijk toe, en ook ervaren medewerkers worden er eenvoudig door uit het lood geslagen. Maar op de training leer je een aantal trucs waarmee je de situatie onder controle krijgt. Een dergelijke professionele aanpak is broodnodig.’ Bessembinders: ‘De derde pijler is de beroepsbegeleidende leerweg. Het resultaat van het geheel moet zijn dat elke medewerker professioneel en deskundig te werk gaat. Ze zijn tenslotte ook het visitekaartje van het tankstation.’ Hofstee: ‘Het wordt voor een bemand station steeds belangrijker om zich te onderscheiden, om meerwaarde te bieden. Goed en gekwalificeerd personeel is daarvoor een vereiste. Tankstation Academy is een goede zet van BOVAG. Sowieso vind ik dat ze hun faciliterende rol goed spelen: de lobby is stevig, bijvoorbeeld inzake het tabaksbeleid. Ook het juridische en milieuadvies waardeer

ik zeer. Anderzijds lijkt het me een goed idee als de BOVAG Ledenwinkel voor ons wordt uitgebreid. Wij moeten geld verdienen, en dat kan juist door middel van gezamenlijke inkoop van bijvoorbeeld antivries en automaterialen.’ Bessembinders: ‘Daar wordt aan gewerkt.’

Speerpunten Tankstations Jan Bessembinders, manager: ‘Ten eerste willen we de inkomstenderving als gevolg van voorraadverschillen door temperatuurswisselingen oplossen. Ook heel belangrijk is het blokkeren van locatieveilingen op het onderliggende wegennet. Verder zoeken we de samenwerking met Beta op dossiers, als opmaat naar een bundeling van de krachten in de toekomst. Daar hoort ook een gemeenschappelijke cao bij. Tenslotte willen we ook nog de kosten van het betalingsverkeer beteugelen. Genoeg te doen!’


27

Collega-brancheorganisatie

Visie van buiten BOVAG komt op voor zijn leden en laat daarom regelmatig zijn stem horen in het nieuws en in het politieke en maatschappelijke debat. Zo zit BOVAG regelmatig bij minister Eurlings aan tafel. Hoe kijken hij en andere buitenstaanders aan tegen BOVAG?

Politiek

Duurzaamheid

‘De Bovag staat voor mij, maar ook voor vele andere automobilisten voor kwaliteit, voor betrouwbaarheid, voor degelijkheid. Die eigenschappen maken deze brancheorganisatie voor mij tot een prima partner om het gesprek mee te voeren en afspraken mee te maken. We werken graag samen, bijvoorbeeld als het gaat om de veiligheid van de automobilist. Zo hebben we elkaar begin dit jaar nog gevonden in de campagne ‘Auto te Water? Meteen eruit door de ruit!’. We zijn het vanzelfsprekend niet altijd met elkaar eens. De Bovag is de brancheorganisatie van 11.000 ondernemers die zich met mobiliteit bezighouden. Het ministerie van Verkeer en Waterstaat werkt in dienst van zestien en een half miljoen Nederlanders. De belangen komen vaak overeen, maar niet altijd. Ik denk bijvoorbeeld aan modernisering van de APK. Dan leggen we de kaarten open op tafel en dat geeft veel duidelijkheid. Ik vind gesprekken met de Bovag altijd opvallend open en eerlijk, ook in een situatie waarin we niet direct op één lijn zitten. In deze moeilijke economische tijd zet de Bovag zich in om bedrijven in de mobiliteitsbranche te helpen met overleven. Dat hebben we hard nodig om tijdens de crisis het hoofd boven water te houden. We blijven in gesprek!’

‘Toen BOVAG-directeur Koos Burgman mij – een nieuwkomer in de autobranche – in oktober vorig jaar voor het eerst in ‘zijn’ huis ontving, was ik meteen onder de indruk. Die eerste goede indruk werd de maanden daarna alleen nog maar sterker, toen ik merkte dat de medewerkers waarmee ik te maken kreeg niet alleen open en coöperatief waren, maar ook zeer deskundig. Mensen die bij hun werk betrokken zijn en ‘op dossiers zitten’ alsof ze voor hun eigen zaak strijden. Mensen ook die hun professionaliteit niet alleen danken aan het feit dat ze soms al jaren aan bepaalde dossiers werken, maar die ook de moeite namen om zich te blijven (bij)scholen. Petje af. Maar het gaat natuurlijk verder. BOVAG wil al die kennis en kunde graag delen met de leden. In dat kader ben ik vorig najaar, in opdracht van BOVAG en RAI Vereniging, gestart met de opbouw van het Instituut voor Duurzame Mobiliteit, een organisatie die werkt aan het verzamelen van kennis op het gebied van mobiliteit en duurzaamheid. Met die kennis gaan we ondernemers actief helpen te ondernemen in een vergroenende omgeving zodat zij goed voorbereid in showroom en werklaats staan om zo de klant nog beter te kunnen adviseren en helpen. Want wij beseffen maar al te goed dat wat goed voor de klant is, ook goed is voor het BOVAG-lid.’

Camiel Eurlings Minister van Verkeer en Waterstaat

Tjeerd Hobma Manager Instituut voor Duurzame Mobiliteit

‘De samenwerking tussen UNETO-VNI en BOVAG is zonder meer goed te noemen. Zo trekken we gezamenlijk op in de CAO-onderhandelingen Metaal & Techniek. Daarnaast heb ik regelmatig contact met mijn collega Koos Burgman over zaken die beide verenigingen raken. Maar ook op medewerkersniveau zijn de wederzijdse contacten hartelijk en nuttig. BOVAG is een plezierige en professionele club, die steeds weer op een bijzonder creatieve wijze de publiciteit weet te bespelen. Ook de lobby in Den Haag en Brussel pakt BOVAG professioneel aan, waardoor hun politieke invloed niet gering is. BOVAG waakt over de belangen van de aangesloten mobiliteitsbedrijven. Bovendien profiteren de leden ook nog eens van de contacten met de relevante ministeries, lagere overheden en organisaties als RAI Vereniging en ANWB. Daarnaast hebben de leden profijt van het bijzonder krachtige, en sterk gepositioneerde consumentenmerk BOVAG. Een merk dat staat voor kwaliteit, betrouwbaarheid en garantie.’ Titia Siertsema Directeur UNETO-VNI

Ondernemers ‘Bovag ken ik als een organisatie die vierkant voor zijn leden staat en met veel kennis van zaken en degelijkheid voor hun belangen vecht. Een organisatie die zichtbaar en hoorbaar is. Ze laten als geen ander aan hun leden zien hoe ze voor hen in actie zijn en geven dat geluid ook meteen door aan politiek en samenleving. VNO-NCW stelt de zeer deskundige inbreng van Bovag zeer op prijs, waarmee we gezamenlijk ten strijde kunnen trekken voor het ondernemersbelang. Het gaat om de grote zaken als bestrijding van de crisis, om de overgang van BPM via MRB naar kilometerprijzen en alles wat daar bij komt kijken aan politieke wensen op milieugebied. Met Bovag ‘You’ll never drive alone’, zou ik willen samenvatten.’ Bernard Wientjes, Voorzitter VNO-NCW

Journalistiek ‘Een journalist moet zich in de nieuwsgaring baseren op betrouwbare bronnen. BOVAG is met name een goede bron als het over de autobranche gaat, maar ook op andere gebieden weten wij BOVAG te vinden. En andersom: zoals elke volwassen organisatie zoekt BOVAG zelf ook regelmatig de publiciteit. Dat pikken wij lang niet altijd op, want wij zijn toch vooral op zoek naar “hard” nieuws. Natuurlijk is de informatie die BOVAG verstrekt, gekleurd. Aan de andere kant is er bijna geen enkele bron die geen gekleurde informatie de wereld in stuurt. Maar het is beter dat een organisatie vijf keer met verkapte reclame komt en één keer met hard nieuws dan dat ze heel voorzichtig opereren en je bijna vergeet dat ze bestaan. Dat doet de persdienst van BOVAG heel goed, al jaren. Tenslotte is het ook erg prettig dat er altijd iemand bereikbaar is voor toelichting of commentaar. Dat past een organisatie die als serieuze bron gezien wil en kan worden.’ Olof van Joolen Redacteur NOS Journaal

Vakbond ‘FNV Bondgenoten werkt al zestig jaar samen met BOVAG. In 2008 hebben we nogal strijd gevoerd rond de nieuwe cao’s, maar uiteindelijk zijn we er toch weer uitgekomen, in de traditie die we in al die jaren hebben opgebouwd. BOVAG is een brancheorganisatie die naar buiten toe herkenbaar aan de weg timmert. Aan de andere kant is BOVAG ook een veelkleurig geheel, een verzameling clubs. Daardoor komt de slagvaardigheid wel eens in het geding. Ook zie ik BOVAG worstelen met een probleem dat FNV Bondgenoten net zo goed treft: hoe blijf je herkenbaar voor je leden? Niet iedereen heeft het gevoel dat je er als organisatie voor ze bent, hoe hard je ook voor hen knokt. Desondanks hoop ik dat BOVAG en FNV Bondgenoten nog vele jaren mogen samenwerken. In dat verband heb ik wel een suggestie: de positie van autobedrijven in de keten moet dringend verbeterd worden, in het belang van werkgevers én werknemers. Beide worden nu, om het in vakbondstaal te zeggen, gemangeld door leasemaatschappijen, fabrikanten en importeurs. Laten we gezamenlijk de schouders eronder zetten en daar wat aan doen.’ Jan Berghuis Landelijk Bestuurder Metaal FNV Bondgenoten

28



29

Boris stelt de norm Wijtze Terpstra, product marketing specialist bij BOVAG Onafhankelijke Autobedrijven, spreekt met Frank Beelen van Autocentrum Beelen in Lisserbroek over Boris, het technisch informatiesysteem. ‘Wat ik al die jaren heb gemist in het universele kanaal is transparantie’, zegt Frank Beelen (links op de foto). ‘Hoeveel uren mag een reparatie kosten, wat mag ik rekenen? Daarover is niets vastgelegd. Een ROB-aanvraag vermeldt alleen wat een reparatie mag kosten. Maar het moet niet zo zijn dat het ene bedrijf goedkopere onderdelen maar meer uren in rekening brengt dan het andere bedrijf. Dat leidt tot vragen van de leasemaatschappij. Dat moeten we ten koste van alles voorkomen. Discussie en onderhandelen doe je voor je afspraken maakt, nooit erna.’

Terpstra: ‘Boris schept kaders voor onafhankelijke autobedrijven. Vanuit de fabriek is er een bepaald aantal uren opgegeven voor de reparatie, dus daarin moet het gewoon gebeuren. Onze leden hebben zo eindelijk harde normen, zowel naar hun klanten als naar hun personeel. Een monteur die zes uur bezig is met een reparatie waar drie uur voor staat, kan daar voortaan op aangesproken worden.’ Frank Beelen: ‘Ik heb nu een solide basis voor mijn service level agreements. De prijsstelling: Boris plus een bepaald percentage korting. Het onafhankelijke kanaal moet groeien, maar dat kan alleen met de juiste tools. Eindelijk is het dan zo ver. Nu kunnen we het imago van autohandelaren echt helemaal ontgroeien. De volgende stap is dat Boris verplicht wordt voor de Lease Service Centers’ Terpstra: ‘Daar werken we aan. Leasemaatschappijen geven het signaal af dat het onafhankelijke autobedrijf hun meer werk kost, zoveel dat het prijsverschil er in sommige gevallen niet tegen opweegt.’ Beelen: ‘En we moeten voorkomen dat we allemaal in dezelfde val trappen als er specifieke problemen zijn met een bepaald model. Een

forum is noodzakelijk.’ Terpstra: ‘Ook dat komt eraan. Op het jaarcongres in oktober komen we ermee naar buiten.’ Beelen: ‘Kijk. Het onafhankelijke autobedrijf wordt écht professioneel.’ ‘Aanvankelijk was ik sceptisch over Boris’, zegt Beelen. ‘Dat gedoe met die pop sprak me niet aan. In de 22 jaar dat ik bezig ben, heb ik me meer en meer gericht op de zakelijke markt. Daar past zo’n pop absoluut niet bij.’ Terpstra: ‘Maar de actie was wel effectief: op één dag hadden 3400 bedrijven er een echte nieuwe, onmisbare medewerker bij. Daar zou de buitendienst niet tegenop kunnen telefoneren.’

Speerpunten Onafhankelijke Autobedrijven Manager Anton Pluim: ‘Dit jaar zijn we erg druk bezig met Boris. We willen het systeem optimaliseren en verspreiden onder onze leden. Ook willen wij hen wijzen op het nut van AutoLOG. Tenslotte spannen we ons in om BOVAG Pechhulp beter op het netvlies te krijgen van consument en ondernemer.’


31

Administratieve lastenverlichting Coen Vermeulen, beleidsmedewerker van BOVAG Autodealers, spreekt met Max van den Boogaard, assistent directieteam bij Autohaag Zeeuw Wateringen, over de nieuwe autodealerregeling. ‘Na een hoop vijven en zessen is de opvolger van de autodealerregeling op 1 januari 2009 ingegaan’, zegt Coen Vermeulen (rechts op de foto). ‘In eerste instantie leek het er op dat autodealers bij wijze van spreken elke dag aan het hek moesten gaan staan om te turven wie in welke auto reed. We hebben ruim een half jaar onderhandeld om die dreigende toename van administratieve lasten te beperken. We zijn daarbij tot aan het hoogste niveau bij het ministerie van Financiën gegaan. Het resultaat is een Convenant dat een hoop overbodig werk scheelt en dat inmiddels door vrijwel al onze leden is getekend.’ ‘Dat convenant is erg prettig’, zegt Max van den Boogaard. ‘Daardoor is immers duidelijk wat we precies bij moeten houden en waar de Belastingdienst op kan controleren.’ Vermeulen ‘Maar met het Convenant alleen zijn wij nog niet helemaal tevreden. Het blijft immers onrechtvaardig dat iemand binnen de autobranche evenveel moet bijtellen terwijl het privégenot een stuk lager is dan in andere branches. Daarom spannen we een proces aan tegen de Belastingdienst.’ Om de administratieve lasten verder te be-

perken heeft BOVAG Autodealers het BOVAG Auto Registratie Systeem, kortweg BARS, laten bouwen. Medewerkers kunnen daarin invoeren welk kenteken ze op welke datum hebben gereden. Het systeem berekent per maand hoeveel bijtelling er verschuldigd is. Van den Boogaard: ‘Autohaag Zeeuw is een grote holding. Wij hadden per 1 oktober al ons eigen systeem ontwikkeld. Dat was wel minder geavanceerd dan BARS: medewerkers moesten zelf de waarde van de gereden auto opzoeken en handmatig invoeren. Ook het bijtellingspercentage moesten ze zelf invoeren. BARS doet dat allemaal automatisch, waardoor de kans op fouten veel kleiner is. Ook het risico van “dubbele auto’s” is weg. Ik kan me voorstellen dat kleine dealers er nog veel meer profijt van hebben.’ ‘Met het Convenant en BARS is de nieuwe regeling beter uitvoerbaar’, concludeert Vermeulen. Van den Boogaard: ‘Het is de taak van BOVAG om dit soort dingen op te pakken. Dat doen ze dan ook erg goed, vind ik. Het zag er slecht uit toen de Belastingdienst eenzijdig de dealerregeling opzegde, maar het is op zijn pootjes terecht gekomen.’

Speerpunten Autodealers Hans Bresser, manager: ‘BOVAG Autodealers maakt werk van duurzaam ondernemen. Wij bieden onze leden een concrete scan aan en een certificaat en andere middelen ten behoeve van de externe communicatie. Verder willen we zorgen dat er voldoende deskundig en gemotiveerd personeel voorhanden blijft, zowel door (management-)opleidingen als door samenwerking met sociale partners, bijvoorbeeld in een goede cao. Tenslotte werken we aan een visie op een nieuwe vorm van samenwerking in de autobranche. We willen branchepartijen bewegen om niet langer het push-model te hanteren maar meer samen te werken richting de eindgebruiker. Dat is beter voor de gehele branche én voor de consument.’


33

Overleg en concurrentie Aad Verkade, manager van BOVAG Truckdealers, blaast het Regionaal Truckdealer Overleg (RTO) nieuw leven in. Jan Harbers van Harbers Trucks uit Barneveld juicht dat als voorzitter van een RTO van harte toe. Jan Harbers (links op de foto): ‘BOVAG heeft de RTO’s vroeger zelf in het leven geroepen, maar heeft later de organisatie aan de regio’s zelf overgelaten. Het is goed om te zien dat BOVAG nu de RTO’s weer meer aandacht en prioriteit geeft.’ Aad Verkade: ‘Als er onvoldoende contact is verlies je op den duur het gevoel voor wat er speelt in de branche. Daar moest iets aan gebeuren, vond ik. Door tijdens RTO’s meer te vertellen over waar we als BOVAG mee bezig zijn, bereiken we dat leden beter op de hoogte zijn en minder snel de meerwaarde van het lidmaatschap in twijfel trekken. Bovendien is het tijdens RTO’s heel

gemakkelijk om een beter gevoel te krijgen voor wat er speelt in de branche omdat je direct met de ondernemers in gesprek bent.’ Harbers: ‘De concurrentie onder truckdealers is moordend. We proberen elkaar voortdurend de tent uit te vechten. Maar buiten de business om hebben we wel gemeenschappelijke belangen. Voor de behartiging daarvan zijn we lid van BOVAG. Voorbeeld: laatst was er een ambtenaar die een vloeistofdichte vloer wilde keuren. Dat hoeft niet meer, dankzij de lobby van BOVAG trouwens, maar dat wist die ambtenaar kennelijk niet. De betreffende truckdealer heeft dit ingebracht in het RTO en daardoor weet nu iedereen hoe de vork in de steel zit.’ ‘Zo zijn er veel meer onderwerpen waar iedereen iets vanaf moet weten zonder dat de concurrentie in het geding komt’, zegt Verkade. ‘Nog een voorbeeld: een transporteur, klant van Harbers, vroeg Euro 5-subsidie aan, maar de aanvraag werd afgewezen. Wij pikten dat op in het RTO en toen bleek dat er meerdere gevallen waren zijn wij als BOVAG naar de hoorzitting geweest om in dit geval de transporteur,

maar indirect ook de hele truckbranche met raad en daad bij te staan.’ Harbers: ‘Ik zeg altijd: we moeten proberen om minder concurrent en meer collega te worden. We staan zoveel sterker wanneer we met regelmaat informeel overleg voeren over regels, subsidies, de stand van zaken rond de block exemption. Als je bovendien sprekers van buiten “zendtijd” geeft, bijvoorbeeld iemand van de RDW of van Shell, dan wordt iedereen er beter van. Iedereen kan zijn ei kwijt, ook naar BOVAG, en je steekt er wat van op.’

Speerpunten Truckdealers Aad Verkade, manager: ‘We willen de communicatie met de leden intensiveren door de elf RTO’s meer aandacht te geven. Verder willen we onderwijsinitiatieven rond trucktechniek en Enter the T-zone landelijk coördineren en uitbouwen. We willen een kenniscentrum opzetten en kijken of we Automotive Academy en Truckacademy kunnen koppelen. Tenslotte volgen we de ontwikkelingen rond de BER nauwgezet, in overleg met de dealerverenigingen.’


35

Aantal Bovag-leden vanaf 1999

11.500

11.000

10.500

10.000

9.500

Besparen om vooruit te kunnen Ook BOVAG wordt geraakt door de financiële crisis. Dat resulteerde in een reorganisatie bovenop de al geplande herstructurering. Financieel directeur Robert Clement licht de situatie toe. ‘In 2008 heeft BOVAG verlies geleden’, zegt Robert Clement. ‘Het exacte bedrag is op dit moment nog onbekend, maar zal rond de twee miljoen euro liggen. Dat verlies is het gevolg van het niet ontvangen van dividenden afkomstig van onze dochterbedrijven. Met name Bovemij Verzekeringen heeft veel last van dalende aandelen- en rentekoersen. Hoewel het bedrijf gezond is en operationeel uitstekend draait, kon er daardoor geen dividend worden uitgekeerd.’

Besparing ‘Toen we deze situatie zagen aankomen hebben we snel gereageerd’, vervolgt Clement. ‘In oktober zijn we gaan nadenken en overleggen over mogelijke kostenreducties. In elk geval wilden we de begroting 2009 zodanig aanpassen dat daarop geen rekening meer werd gehouden met dividenden. In december werd duidelijk dat we het niet alleen met algemene kostenbesparingen zouden redden, ook op personeelskosten moest bezuinigd worden. Uiteindelijk hebben we 18,5 fte van de 101 geschrapt; van twaalf medewerkers hebben we

36

gedwongen afscheid moeten nemen, de rest is opgelost door contracten niet te verlengen en vacatures niet in te vullen. Het is erg triest om op zo’n manier afscheid te moeten nemen van collega’s die altijd hard hebben gewerkt voor de leden.’

Quitte Clement benadrukt dat de reorganisatie helemaal los staat van de herstructurering. ‘Die was al in gang gezet met als doel de organisatie slagvaardig en toekomstbestendig te houden. De economische crisis heeft ons gedwongen om tegelijkertijd ook in te krimpen. Dat doet pijn, maar het resultaat is ernaar: we verwachten in 2009 ongeveer quitte te spelen. BOVAG beschikt over voldoende reserves, maar die hoeven we naar verwachting niet aan te spreken. De bond is goed in staat dit soort klappen op te vangen, mits we scherp blijven letten op de kosten.’

Contributie In de contributie doet de crisis zich overigens niet of nauwelijks voelen, zegt Clement: ‘Bij


9.000

1999

2000

2001

2002

2003

2004

2005

2006

2007

16

Baten en Lasten

20

x 1 miljoen

x 1 miljoen

14 18 12

10

16

8

Ingrijpen Clement ziet de financiële toekomst van BOVAG dan ook gematigd optimistisch in. ‘De begroting drijft voortaan niet meer op dividenden. Dat geeft zekerheid. Komen er toch dividenden, dan kunnen we daar extra initiatieven mee ontplooien. Uiteraard ten gunste van de leden. We hebben hard moeten ingrijpen, maar we kunnen tegen een stootje. Het is een kwestie van goed op de kosten blijven letten en de ontwikkeling in het ledenbestand op de voet volgen.’

2009* * prognose

Inkomsten BOVAG

Tankstations, Rijscholen en Verhuur groeit het aantal leden. Daar staat tegenover dat het zware tijden zijn voor Autodealers, maar ook daar zien we nog geen dramatische daling. Het ligt in de lijn der verwachting dat we daar wel een stuk contributie zullen gaan missen , maar de ervaring leert ook dat bedrijfsonderdelen die na een faillissement doorgaan of overgenomen worden toch weer lid worden van BOVAG.’

2008

14

6

4 12 2

10

0

2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008

Overige afdelingsbaten

Overige bondsbaten

Contributie

2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008

Totale lasten

Baten BOVAG (excl. dividenden)

Baten BOVAG (incl. dividenden)


37

Uitgever RAI Langfords Publications, Amsterdam

In opdracht van BOVAG, Bunnik

Teksten Sjoerd van der Linden

Eindredactie Dylan Weggeman Sjoerd van der Linden

Fotografie Ton Hurks Eric Bakker Arno Lingerak Sjoerd van der Linden

Vormgeving Picadia, Haarlem Michael Kolf

Advertenties Roel Koek

Druk Thieme, Amsterdam

38


Postadres: Postbus 1100, 3980 DC Bunnik Bezoekadres: Kosterijland 15, 3981 AJ Bunnik T (030) 659 53 00, F (030) 656 78 35, E [email protected], I www.bovag.nl

De 85.000 medewerkers van 11.000 BOVAG-bedrijven houden Nederland dagelijks in beweging. Hiermee realiseren zij een totale jaaromzet van ruim 50 miljard euro.

BOVAG Jaarboek Zonder beweging geen vooruitgang

Recommend Documents