Botverankerd hoorsysteem Bone Implant (BI)
In overleg met uw behandelend KNO-arts heeft u besloten om een titanium schroef achter het oor te laten implanteren om een Botverankerd hoorsysteem (Bone Implant, in het vervolg afgekort als BI) te kunnen gaan dragen. De operatie vindt plaats op de afdeling Keel, Neus en Oorheelkunde van het Radboudumc. Deze folder geeft informatie over de opname, operatie en nazorg. Voor informatie over meer praktische zaken als bezoektijden, verwijzen wij u naar het algemene informatieboekje voor patiënten ‘Wegwijzer bij opname’. Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen, stel deze dan gerust aan uw behandelend arts of de verpleegkundige.
Wanneer een Botverankerd hoosysteem (BI)?
Een KNO-arts kan een BI voorschrijven als een gewoon hoortoestel niet gedragen kan of mag worden. Dit is bijvoorbeeld het geval bij regelmatig terugkerende looporen en/of ontstekingen door afsluiting van de gehoorgang met het oorstukje van een gewoon hoortoestel. Sommige mensen zijn allergisch voor het materiaal van een oorstukje en krijgen daardoor eczeem in de gehoorgang, waardoor ze geen gewone hoortoestellen kunnen dragen. Ook voor patiënten met een aangeboren incomplete of soms geheel afwezige gehoorgang kan een BI een goede oplossing zijn. Voorwaarde voor het plaatsen van een BI is in alle gevallen dat het binnenoor redelijk goed functioneert. De enige uitzondering hierop is de toepassing bij patiënten met een eenzijdige binnenoordoofheid (single sided deafness, SSD). Een BI kan ook al bij baby’s worden toegepast. Het BI wordt dan door middel van een elastische softband om het hoofd gedragen. Doordat het BI op hele jonge leeftijd gedragen kan worden, loopt de taalontwikkeling van het kind zo min mogelijk achterstand op.
1
Voorwaarde
Indien er geen garantie bestaat voor een goede nazorg van de huid rondom het implantaat door u zelf, een verzorger of partner, kan deze niet worden geplaatst. De overgangsplaats tussen implantaat en huid moet zeer goed worden schoongehouden, omdat een slechte hygiëne de belangrijkste oorzaak van huidreacties is. Huidreacties kunnen ervoor zorgen dat het BI minder goed verdragen wordt en dat de hoorschroef kan worden afgestoten.
Beengeleiding
Overbrenging van het geluid gaat via beengeleiding (figuur 1). Het uitwendige Toestel (het BI) vangt geluid op en versterkt dit. De trillingen worden via een titaniumschroef dat in het bot van de schedel is verankerd, naar het binnenoor geleid. Dit heet beengeleiding. De gehoorgang, het trommelvlies en de gehoorbeentjes worden dus niet gebruikt voor de geleiding van het geluid. 1. BI (Bone Implant, Botverankerd hoorsysteem). 2. Abutment (koppelstuk). 3. Titaniumschroef in schedel. 4. Trommelvlies en de gehoorbeentjes (middenoor). 5 Binnenoor.
Figuur 1. Geluid wordt opgevangen door het BI (1). [2]
[3]
[1]
[4] [5]
Het geluid wordt versterkt en de trillingen worden overgebracht via het abutment (koppelstuk) (2) naar het implantaat (schroef) (3) in de schedel. Via beengeleiding (4) bereiken de trillingen het binnenoor (slakkenhuis (5)).
2
Operatietechniek
Het BI-systeem is opgebouwd uit drie onderdelen (figuur 2). Ten eerste het titanium implantaat dat in het bot van de schedel wordt geplaatst. Het tweede onderdeel, ook wel abutment genoemd, bestaat eveneens uit titanium en wordt op het implantaat bevestigd. Dit abutment steekt door de huid heen. Het derde onderdeel is het hoortoestel dat op het abutment wordt geklikt. Vanaf het tiende levensjaar worden meestal de onderschroef en het abutment in één operatie geplaatst. Het BI-hoortoestel kan na vier tot zes weken worden aangemeten en gedragen. Deze tijd is nodig om het titaniumimplantaat goed te laten vastgroeien in het bot. Bij kinderen wordt eerst alleen het titanium implantaat geplaatst. Drie tot zes maanden later wordt het abutment operatief geplaatst. Bij kinderen zijn dus meestal twee operaties nodig. Na de tweede operatie kan het botverankerde hoorsysteem vaak na een week gedragen worden. De operatie wordt zowel onder lokale verdoving, als onder algehele verdoving uitgevoerd. Dit hangt af van uw leeftijd, uw keuze of de medische indicatie van uw behandelend arts. De keuze is tijdens het polikliniekbezoek met u besproken.
Figuur 2. De drie onderdelen van het botverankerde hoorsysteem, van links naar rechts: het implantaat (titaniumschroef), het abutment (verbinding tussen implantaat en hoortoestel) en het BI-hoortoestel.
3
Voor de operatie
Als u heeft gekozen voor een algehele narcose kan het zijn dat u één dag voor de operatie opgenomen wordt. Als u heeft gekozen voor een locale verdoving gebeurt dat altijd in dagbehandeling. U hoeft in beide gevallen niet nuchter te komen. Soms wordt er echter gekozen om een ingreep te doen onder algehele narcose maar wel in dagbehandeling. Het is in dit geval wel van belang nuchter te komen. Dit betekent dat u vanaf 12 uur ’s nachts niets meer mag eten en drinken. De precieze tijd, locatie en andere informatie over opname leest u in de brief die u ontvangt van het opnamesecretariaat.
Operatie
Voordat de operatie kan beginnen, wordt eerst wat haar achter het oor weggeschoren en wordt de plaats waar het implantaat moet komen bepaald. Na het steriel afdekken van het gebied achter het oor wordt een kleine snede gemaakt in de huid. Vervolgens wordt het titanium implantaat geplaatst in het bot van de schedel. Hiervoor moet een klein gaatje worden geboord met een diepte van maximaal vier mm. Om de huid goed aan te laten sluiten rond het implantaat en haargroei ter plaatse zoveel mogelijk te beperken, wordt de huid rondom het titanium implantaat in veel gevallen dun gemaakt. Steeds vaker kan deze stap worden overgeslagen, afhankelijk van de dikte van uw huid. Tot slot wordt er een smal gaasje met antibioticazalf om het abutment gedraaid. Dit geheel wordt tijdelijk afgedekt door een kunststof beschermkapje en u krijgt een hoofdverband. De hele operatie duurt ongeveer vijfenveertig minuten.
Na de operatie
Het hoofdverband mag u zelf verwijderen. Dit kan na drie uur en in elk geval binnen 24 uur. Het plastic afschermkapje onder het verbandgaas moet blijven zitten tot de controleafspraak één week na de operatie, en wordt dan op de polikliniek door de arts of verpleegkundige verwijderd. U krijgt een oordriehoek mee met wat gaasjes, die u op of over de wond kunt aanbrengen. De verpleegkundige van de
4
afdeling waar u opgenomen bent, legt aan u uit hoe het oordriehoekje het best kunt aanbrengen en zorgt voor de eerste controleafspraak op de polikliniek KNO. De huid kan tijdelijk wat gevoelloos zijn. Dit komt doordat kleine huidzenuwen uitgeschakeld kunnen zijn. Het gewone gevoel komt meestal binnen enkele weken tot maanden terug. Daarnaast kan de huid rondom het implantaat gevoelig zijn, dit verdwijnt gewoonlijk binnen enkele dagen tot weken. De behandeld arts zorgt ervoor dat u enkele weken na de operatie een oproep krijgt voor het Audiologisch Centrum om het BI-hoortoestel aan te laten meten. Een aantal weken na de operatie krijgt u een oproep van het Audiologisch Centrum voor eerste aanpassing van het BI-hoortoesltel. Een van onze medewerkers kijkt samen met u welk type hoortoestel voor u het meest geschikt is. Er zijn toestellen van verschillende sterktes en fabrikanten. Het duurt meestal een aantal weken voordat wij uw toestel binnen krijgen. In de tussenliggende periode krijgt u wel een leentoestel mee, zodat u al aan het gebruik kunt wennen. U krijgt een week na de operatie een controle op het verpleegkundig spreekuur op de poli KNO. Daarna volgt nog een controle bij uw behandeld arts na drie maanden en een controle op het Audiologisch Centrum na vier tot zes weken. Vervolgens wordt u aangeraden minimaal één keer per jaar op poliklinische controle te komen op ons verpleegkundig ‘Bone implant’ spreekuur. Zie jaarlijkse controle.
Leefregels
• •
De huid rond het implantaat mag gedurende de periode dat het afdekkapje erop zit niet nat worden. Dit betekent dat u de eerste week na de operatie uw haren niet kunt wassen. Het is het belangrijk om de eerste vier weken grote druk- of trekkrachten op het hoofd te vermijden. Na deze periode is de schroef voldoende vastgegroeid om alle dagelijkse bezigheden weer uit te kunnen voeren. Door een direct trauma (bijvoorbeeld een klap) op de titanium schroef kan deze losraken en uitgestoten worden. Houd hiermee rekening bij het sporten (met name bal- en contactsporten) en het verrichten van lichamelijk arbeid.
5
•
Bij de eerste controle een week na de operatie krijgt u een recept mee voor antibioticazalf die u gedurende veertien dagen twee keer per dag rondom het implantaat aanbrengt.
Complicaties
Zoals bij iedere operatie kunnen er soms complicaties optreden. Er kan bijvoorbeeld een infectie optreden of een onverwachte bloeding. Ook op de langere termijn kunnen infecties rond het implantaat optreden en in een enkel geval kan dit resulteren in het uitvallen van het implantaat. Dit zal dan in een nieuwe operatie herplaatst moeten worden. Heel soms treedt pijn rond het implantaat op. Dit kan meestal goed worden behandeld. Bij het optreden van een complicatie kunt u contact opnemen met de polikliniek KNO (zie achterzijde folder voor het telefoonnummer). Een arts of gespecialiseerde BI-verpleegkundige kan dan beoordelen of het nodig is dat u naar het ziekenhuis komt.
Nazorg Dagelijkse verzorging Als het verband verwijderd is en het abutment zichtbaar is, dient u de huid rondom het abutment dagelijks schoon te maken. Gedurende de eerste week gebruikt u hiervoor vochtige doekjes (baby-lotion doekjes). Na deze tijd wordt aangeraden om de huidresten die zich rond de basis van het abutment ophopen, met behulp van een zachte douchestraal en wat shampoo schoon te maken. Ieder type zeep of shampoo is geschikt, maar antibacteriële zeep wordt aanbevolen. Twee á drie keer per week gebruikt u daarnaast een zacht borsteltje (babytandenborstel of een scheerkwast). Richt de haren van de borstel op de zijkant van het abutment en niet op de huid, omdat deze niet te hard geborsteld mag worden. Alle huidresten en korsten van het genezingsproces moeten de eerste tijd na de ingreep worden verwijderd.
6
Dep het gebied rond het abutment voorzichtig droog met een schone handdoek of tissue. Pas op dat uw haar niet om het abutment heen gewikkeld raakt. Als u een haardroger gebruikt, richt dan de hete lucht niet te lang op het abutment. Bij het eerste controlebezoek na de operatie, krijgt u van de verpleegkundige verdere instructie over de verzorging.
Figuur 3.Hygiëne rondom de overgang van het huidimplantaat is belangrijk.
Wekelijkse verzorging Ook binnenin het abutment kunnen zich huidresten ophopen. Daarom is het goed om wekelijks ook de binnenkant van het abutment schoon te maken. Gebruik de zachte borstel voor het schoonmaken van de binnenkant. Ook nu kunt u het abutment het best onder de douche schoonmaken, zodat de zeep en het warme water het vuil losweken en u het makkelijk kunt verwijderen. Denk eraan om ook uw zachte borstel goed schoon te houden en regelmatig te vervangen. De huid rondom het abutment laat zich ook goed verzorgen door huidolie, die u aan kunt brengen met een wattenstaafje. Laat een verzorger/partner regelmatig controleren of de huid rondom het abutment er goed uitziet en de opbouw schoon is. U kunt dat zelf immers niet goed zien. Laat deze persoon ook de haren rond het abutment kort houden. Deze haren kunnen om het abutment heen draaien en vergroten het risico op een ontsteking. Mocht u aanhoudende irritatie of tekenen van ontsteking rond het abutment voelen, neem dan altijd contact op met de polikliniek KNO.
7
Afdekkapje opbouw U krijgt bij uw BI een kunststof afdekkapje voor het abutment geleverd, dat u kunt gebruiken als u het BI-hoortoestel niet draagt. Dit helpt de binnenkant van het abutment schoon te houden. Als u uw haar verft is het ook raadzaam om dit afdekkapje te gebruiken om verfresten aan de binnenzijde te voorkomen. Het kapje kan zachtjes op zijn plaats gedrukt worden bovenop het abutment. Veiligheidskoord Het is aan te raden om het veiligheidskoord te gebruiken als u het BI-hoortoestel voor het eerst gaat gebruiken. Hierdoor kan het toestel niet kwijtraken als u het per ongeluk van het abutment stoot. Het veiligheidskoord wordt bevestigd door eenvoudigweg een stukje draad door de lus op het BI-hoortoestel te halen en dit stevig aan uw kraag of overhemd vast te maken. Het BI-hoortoestel moet altijd worden afgedaan bij contactsporten en bij contact met water (douchen, zwemmen). Het gebied kan indien nodig met een transpiratieband worden beschermd. Het is daarnaast verstandig uw BI-hoortoestel te laten verzekeren. (Zie onkosten/ verzekering).
Vastklikken en loskoppelen van het BI-hoortoestel
Het BI-hoortoestel is voorzien van een snap-koppeling voor het abutment. Deze sluiting is ontwikkeld om het toestel gemakkelijk op het abutment te klikken en het veilig op zijn plaats te houden. Tijdens de eerste aanpassing van BI-hoortoestel op het Audiologisch Centrum krijgt u uitleg hierover en kunt u het vastklikken en loskoppelen onder begeleiding een aantal keer oefenen. Vastklikken Houd het BI-hoortoestel zo vast dat de koppeling vrij blijft en zorg ervoor dat er rond het abutment geen haren in de weg zitten. Houdt het toestel onder een hoek en duw het voorzichtig naar binnen totdat het op het abutment vastzit. Duw het BI-hoortoestel nooit recht in de koppeling.
8
Loskoppelen Gebruik de juiste kanteltechniek om het BI-hoortoestel licht in een willekeurige richting te kantelen. Zo komt deze los van het abutment. Trek het BI-hoortoestel nooit recht uit de koppeling. Overige typen botimplantaten In een aantal specifieke gevallen kan de arts in overleg met u besluiten dat het bij uw type gehoorverlies passend is om een magneet onder de huid geplaatst te krijgen (Baha Attract/ BoneBridge). Vergoeding Na een medische indicatie van uw behandelend arts wordt de operatie en de eenmalige aanschaf van het BI-hoortoestel door uw zorgverzekeraar volledig vergoed. In deze aanschafprijs zit een garantie voor algemene reparatie door het bedrijf dat de hoortoestellen levert. Houd u wel rekening met het bedrag van uw eigen risico. Voor beschadiging / verlies / diefstal dient u het BI-hoorstoestel zelf te verzekeren. Dit kan voorbeeld bij De Haan & Buis Verzekeringen (www.dehaanenbuis.nl). De medewerkers van ons Audiologisch Centrum kunnen u hier meer over vertellen bij aanmeting van het BI-hoortoestel. U krijgt dan van hen de aanmeldingsformulieren en informatie mee. Batterijen Lees de handleiding om te weten welke batterijen u moet gebruiken. De batterijen kunnen eenvoudig worden vervangen. U merkt meestal aan de geluidskwaliteit wanneer u nieuwe batterijen nodig heeft. De werking kan worden gecontroleerd door het volume hard te zetten en in de microfoon te blazen. Nu moet u de trilling van het BI-hoortoestel kunnen voelen. Zorg altijd dat de batterijklep goed vastklikt als u hem sluit. De levensduur van batterijen neemt af zodra de plastic sticker wordt verwijderd en de batterij wordt blootgesteld aan lucht, zelfs als de batterij niet wordt gebruikt.
9
Zet voor een optimale levensduur van de batterij uw BI-hoortoestel steeds uit als deze niet wordt gebruikt. De levensduur van de batterij hangt af van het ingestelde volume, de geluidsomgevingen de instellingen. Bij normaal dagelijks gebruik gaat een batterij vijf tot zeven dagen mee. De levensduur van de batterij wordt veel korter wanneer u het botverankerde hoorsysteem gebruikt in combinatie met een FM-ontvanger die zijn elektriciteit onttrekt aan het BI-hoortoestel. Het gebruik van krachtige batterijen is met name van belang als het stroomverbruik vaak hoog is. Een niet goed werkende batterij kan verschillende problemen tot gevolg hebben, zoals: geen geluid, onderbrekingen en kraken of ruisen. Bij eventuele problemen kunt u het beste beginnen met het vervangen van de batterijen.
Jaarlijkse controle
Om te controleren of uw BI-hoortoestel goed blijft functioneren, de huid rondom de schroef in goede staat blijft en om uw vragen te kunnen beantwoorden, is het belangrijk dat jaarlijks ter controle komt op ons “Bone Implant”-spreekuur. U ontvangt hiervoor vanzelf een afspraak thuis. Mocht dat niet het geval zijn, dan verzoeken wij u zelf een afspraak hiervoor te maken via de polikliniek. Een gespecialiseerde BI-verpleegkundige voert hier de controle uit en kan zo nodig een van de BIartsen raadplegen.
Vragen
Antwoorden op de meeste vragen kunt u vinden op de website van de fabrikant. Hier kunt u met name terecht voor technische vragen rondom het BI-hoortoestel.
www.cochlear.com óf www.oticonmedical.com
10
Daarnaast kunt u alle informatie vanuit ons team, alsmede vragen van patiënten vinden op onze online community: Hereismydata. Wanneer u uw email adres achter laat, wordt u hiervoor uitgenodigd. Op deze wijze bent u altijd up to date, kunt alle informatie terugvinden en desgewenst vragen stellen aan het team en als patiënten onderling aan elkaar.
Defect beengeleidings hoortoestel Indien u constateert dat uw hoortoestel niet goed functioneert en het probleem geen gevolg is van een lege batterij of andere kleine problemen die in de gebruikershandleiding beschreven staan, dan kunt u contact opnemen met de klantendienst van Cochlear of Oticon. Cochlear BAHA Telefoon 070 - 770 36 68
[email protected] Het defecte toestel wordt bij u afgehaald voor reparatie. Na reparatie van uw BAHA toestel wordt de retourzending automatisch voor u geregeld. U moet rekening houden met een reparatietijd van twee werkdagen. Voor verdere vragen kunt u contact opnemen met Cochlear Benelux via bovenstaand telefoonnummer of E-mail adres. Voor dringend medisch advies buiten kantoortijden neemt u contact op met de dienstdoende KNO-arts via de afdeling spoedeisende hulp. Oticon Medical Ponto Telefoon 020 - 345 08 07
[email protected] Oticon Medical zorgt ervoor dat uw Ponto, afhankelijk van het tijdstip waarop u contact met ons opneemt, vaak dezelfde dag nog wordt opgehaald. Dit geldt alleen op werkdagen. De reparatie vindt binnen een of twee dagen plaats, zodat u uw Ponto binnen 2 tot 3 werkdagen weer in huis heeft. Mocht dit niet mogelijk zijn dan wordt u een leentoestel ter beschikking gesteld. Reparaties zijn kosteloos voor u, mits er geen sprake is van onzorgvuldig gebruik. Voor overige vragen kunt u terecht bij:
11
De BI-verpleegkundigen telefoonnummer: 024 - 361 49 40 Volwassen Audiologisch Centrum telefoonnummer: 024 - 361 35 06 optie 2 in het keuzemenu Voor dringend medisch advies buiten kantoortijden neemt u contact op met de dienstdoende KNO-arts via de afdeling spoedeisende hulp.
12
12-2014-6593
Adres Polikliniek Keel-, Neus- en Oorheelkunde Ingang west Philips van Leijdenlaan 15, route 383 6525 EX Nijmegen Contact 024 - 361 49 40 Postadres Radboudumc 383 Poli KNO Postbus 9101 6500 HB Nijmegen
Radboud universitair medisch centrum