BOERHAAVELAAN VMBO PROGRAMMA VAN TOETSING EN AFSLUITING PTA
DERDE & VIERDE LEERJAAR KADERBEROEPSGERICHTE LEERWEG COHORT 2014-2016
INHOUDSOPGAVE
Beknopte toelichting school- en centraal examen
Opbouw schoolexamen
De PTA’s per vak
Werkwijze examencommissie
Uitreksel uit het examenbesluit
Wat is het schoolexamen? (SE) Het schoolexamencijfer wordt opgebouwd in leerjaar drie en vier. De behaalde cijfers van de E-toetsen, praktische opdrachten (PO) en prestaties (PR) hebben een bepaalde weging die wordt doorberekend in het uiteindelijke schoolexamencijfer (zie ook PTA). Alle handelingsdelen (HD) moeten met een V of een G zijn beoordeeld. Leerlingen kunnen alleen worden aangemeld voor deelname aan het centrale examen indien aan deze voorwaarde is voldaan. Wat is het centrale examen? (CE) Het centrale examen is het examen dat landelijk op een vast moment wordt afgenomen. Hoe wordt het eindcijfer bepaald? Voor alle leerwegen geldt de volgende regeling:
SE-cijfer + CE-cijfer / 2 = eindcijfer
Wanneer is een leerling geslaagd? Een leerlingen moet gemiddeld minimaal een 5,5 voor de centrale examenvakken hebben behaald. Een leerling mag voor ten hoogste één van zijn examenvakken het eindcijfer 5 hebben behaald en voor zijn overige vakken een 6 of hoger. Een leerling mag voor twee van zijn examenvakken het eindcijfer 5 hebben behaald en voor zijn overige examenvakken een 6 of hoger, waarvan ten minste één 7 of hoger, met dien verstande dat het eindcijfer van het afdelingsvak in de basisberoepsgerichte en de kaderberoepsgerichte leerweg wordt meegerekend als twee eindcijfers. Een leerling mag voor ten hoogste één van zijn examenvakken het eindcijfer 4 hebben behaald en voor zijn overige examenvakken een 6 of hoger, waarvan ten minste één 7 of hoger. Een leerling moet voor het vak Nederlands minimaal een 5,0 of hoger als eindcijfer hebben behaald. De leerling heeft deelgenomen aan de rekentoets 2F Vanaf examenjaar 2015-2016: De rekentoets (niveau 2F) telt mee bij de zak- slaagregeling. (definitieve formulering volgt)
Opbouw schoolexamen Het schoolexamen is verdeeld over twee schooljaren (een cohort), waarbij ieder schooljaar is verdeeld in 4 periodes van 8 weken. Na iedere periode volgt er een toetsweek, waarin leerstof wordt getoetst uit de voorafgaande periode. Na de toetsweek is er vervolgens een moment voor herkansingen. In schema:
Periode 1 (klas 3) Periode 2 (klas 3) Periode 3 (klas 3) Periode 4 (klas 3)
Data 3 september t/m 4 november 2014 12 november 2014 t/m 16 januari 2015 26 januari t/m 20 maart 2015 30 maart t/m 19 juni 2015
toetsweek 5 november t/m 11 november 2014 19 januari t/m 23 januari 2015 23 maart t/m 27 maart 2015 22 juni t/m 26 juni 2015
herkansing 21 november 2014 9 februari 2015 16 april 2015 1 juli 2015
Niveau: kaderberoepsgerichte leerweg PTA Nederlands Cohort 2014-2016
Periode 1 Toetsvorm EX-1
E-toets ( TW + H)
EX-2
Tussentoetsen (E*)
Methode: Op niveau bovenbouw
Duur 50
Inhoud/ Kennis / Vaardigheden K: werkwoorden ott, ovt, vdw en hoofdletters V: toepassen spelling K: woordenschat, begrijpend lezen en spelling
Kerndoelen
Weging
K2
5%
K2 + K3 + K4 + K8
2,5%
# start mediadossier (zie periode 4) Periode 2 Toetsvorm EX-3
Leesvaardigheid blok 1 en 2 (TW)
EX-4 EX-5
Duur 50
Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
K: begrijpend lezen
K4+K8
5%
Tussentoetsen (E*)
K: woordenschat en grammatica
K2 + K3
2,5%
Prestatie (PR)
V: mondelinge en schriftelijke sollicitatievoering in projectweek Solliciteren
K1 +K7 + K10
5%
# voortgang mediadossier (zie periode 4)
Periode 3 Toetsvorm EX-6
E-toets grammatica (TW + H)
EX-7
Tussentoetsen (E*)
Duur 50
Inhoud/ Kennis / Vaardigheden K: het benoemen van zinsdelen (redekundig) en woordsoorten (taalkundig) K: woordenschat en grammatica
Kerndoelen
Weging
K2
5%
K2 + K3
2,5%
E-toets leesvaardigheid blok 3 en 4
EX-8
50
K: begrijpend lezen
K4 + K8
5%
# voortgang mediadossier Periode 4 Toetsvorm
Duur
Inhoud / Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
EX-9
E-toets luisteren (TW)
60
V: luistervaardigheid
EX-10
Leestoets blok 5 en 6
50
K: begrijpend lezen
EX-11
Tussentoetsen (E*)
K: twee woorddictees (blok 1 t/m 3 en blok 4 t/m 6)
mediadossier
K: diverse opdrachten, waaronder een boektoetsen, een filmverslag, bedankbrief stage en een email.
EX-12
Weging
K9
5%
K4 + K8
5%
K2
2,5%
K4 +K5 + K9
5%
V: schrijfvaardigheid Legenda: E E* PO PR HD
: examentoets : samengestelde examentoets (bestaat uit minimaal 2 cijfers) : praktische opdracht : prestatie : handelingsdeel
Periode 5 Toetsvorm EX-13
E-toets blok 1 en 2 ( TW + H)
EX-14
Tussentoetsen (E*)
EX-15
Leestoets blok 1 en
Duur 50
50
H K TW V
: herkansbaar : kennis : toetsweek : vaardigheden
Inhoud/ Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
K: toets blok 1 en 2
K2 + K3 + K4 + K8
10%
K: woordenschat en spelling
K2 + K3
2,5%
K: begrijpend lezen
K4 + K8
5%
2 # voortgang mediadossier met boektoets (zie periode 7) Periode 6 Toetsvorm EX-16
E-toets blok 3 en 4 (TW +H)
EX-17
Tussentoetsen (E*)
Duur 50
Inhoud / Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
K: blok 3 en 4 K: woordenschat en spelling
Weging
K2+ K3 + K4 + K8
10%
K2 + K3
2,5%
# voortgang mediadossier (zie periode 7) Periode 7 Toetsvorm
Duur
Inhoud/ Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen K1 + K5 + K7 + K9
5%
K2 + K3
5%
K4 + K8
10%
EX-18
Presenteren
V: mondelinge uitdrukkingsvaardigheid
EX-19
Mediadossier (E*)
I: boekverslagen, bedankbrief stage
EX-20
E-toets mondeling
I: Het complete mediadossier maakt onderdeel uit van het mondeling V: tekstbegrip en mondelinge uitdrukkingsvaardigheid
Weging
Periode 8 Toetsvorm
Duur
Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Examentraining
Legenda: E E*
: examentoets : samengestelde examentoets (bestaat uit minimaal 2 cijfers)
H K
: herkansbaar : kennis
Weging
PO PR HD
: praktische opdracht : prestatie : handelingsdeel
TW V
: toetsweek : vaardigheden
Niveau: kaderberoepsgerichte leerweg PTA Engels Cohort 2014-2016
Periode 1 Toetsvorm
Methode: New Interface 2nd Edition (Yellow Label) leerjaren 3 en 4
Duur
Inhoud / kennis / vaardigheden
Kerndoelen
Weging
EX1
E (H)
50
Unit 1: woorden en zinnen Ned-Eng + Helpdesks (K, V)
K1, K3
4%
EX2
E
50
Unit 2: woorden en zinnen Ned-Eng + Helpdesks (K, V)
K1, K3
4%
EX3
E (TW)
60
Leestoets (V)
K4
5%
Periode 2 Toetsvorm
Duur
Inhoud / kennis / vaardigheden
Kerndoelen
Weging
EX4
E
50
Unit 3: woorden en zinnen Ned-Eng + Helpdesks (K, V)
K1, K3
4%
EX5
E
50
Unit 4: woorden en zinnen Ned-Eng + Helpdesks (K, V)
K1, K3
4%
EX6
E (TW)
60
Kijk-/luistertoets (V)
K5
5%
Periode 3 Toetsvorm
Duur
Inhoud / kennis / vaardigheden
EX7
E
50
Unit 5: woorden en zinnen Ned-Eng + Helpdesks (K, V)
EX8
E (TW)
60
Leestoets (V) (In deze periode: start Unit 6 en start leesdossier)
Kerndoelen
Weging
K1, K3
4%
K4
5%
Periode 4 Toetsvorm
Duur
Inhoud / kennis / vaardigheden
Kerndoelen
Weging
EX9
E
50
Unit 6: woorden en zinnen Ned-Eng + Helpdesks (K, V)
K1, K3
4%
EX10
E
50
Unit 7: woorden en zinnen Ned-Eng + Helpdesks (K, V)
K1, K3
4%
EX11
E (TW)
60
Kijk-/luistertoets (V)
K5
5%
EX12
HD
n.v.t.
Afsluiten leesdossier deel 1 (V)
K3, K4
O/V/G
Duur
Inhoud / kennis / vaardigheden
Periode 5 Toetsvorm
Kerndoelen
Weging
EX13
E
50
Unit 1: woorden en zinnen Ned-Eng + Helpdesks (K, V)
K1, K3
5%
EX14
E (TW)
50
Unit 2: woorden en zinnen Ned-Eng + Helpdesks (K, V)
K1, K3
5%
(In deze periode: start leesdossier deel 2) Periode 6 Toetsvorm
Duur
Inhoud / kennis / vaardigheden
Kerndoelen
Weging
EX15
E
50
Unit 3: woorden en zinnen Ned-Eng + Helpdesks (K, V)
K1, K3
5%
EX16
E (TW, H)
60
Schrijfvaardigheid: de persoonlijke brief (K, V)
K3, K7
10%
Periode 7 Toetsvorm
Duur
Inhoud / kennis / vaardigheden
EX17
E
50
Unit 4: woorden en zinnen Ned-Eng + Helpdesks (K, V)
EX18
E (TW)
60
Cito kijk-/luistertoets (V)
EX19
E (TW)
15
Spreekvaardigheid (op afspraak in de toetsweek) (V)
Kerndoelen
Weging
K1, K3
5%
K5
11%
K2, K3, K6
11%
Periode 8 Toetsvorm
Duur
Inhoud / kennis / vaardigheden
Kerndoelen
Examentraining
K4, K7
Legenda: E E* PO PR HD
examentoets samengestelde examentoets (bestaat uit minimaal 2 cijfers) praktische opdracht prestatie handelingsdeel
H K TW V
herkansbaar kennis toetweek vaardigheden
Weging
Niveau: kaderberoepsgerichte leerweg PTA Duits Cohort 2014-2016
Periode 1 Toetsvorm Ex*-1
Ex-2
Schriftelijk in de les
TW
Periode 2 Toetsvorm
Methode: Neue Kontakte
Duur 20/30 minuten 50 min
Duur
Inhoud/ Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
K: Lernlisten Kapitel 1,2 V: luisteren Cito-toets
K7
3%
K7
5%
V: grammatica K: toets Kapitel 2, idioom V: grammatica
Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
K: Lernlisten Kapitel 3,4 Ex*-3
Schriftelijk in de les
20/30 minuten
V: luisteren Cito-toets
K7
3%
K7
5%
V : grammatica Ex-4
TW
50 min
K: toets Kapitel 4, idioom V: grammatica
Periode 3 Toetsvorm Ex*-5
Ex-6
Schriftelijk in de les
TW
Periode 4 Toetsvorm Ex*-7
Schriftelijk in de les
Duur 20/30 minuten 50 minuten
Duur 20/30/50 minuten
EX-8
Cito KijkLuistertoets
50 minuten
Ex-9
Mondeling
10 minuten
Ex-10
Portfolio Duits
-
Inhoud/ Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
K: Lernlisten Kapitel 5 V: luisteren Cito-toets
K7
5%
V: leestoets
K7
5%
Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
V : grammatica
Weging
K: Lernlisten Kapitel 6/7 V : grammatica
K7
10 %
K5
5%
V: spreken
K6
7%
V: lezen, kennis van land en volk, kijk/luister, grammatica
K 2,4,7
V: portfolio V: luisteren
O/V/G
Periode 5 Toetsvorm
Duur
Inhoud/ Kennis / Vaardigheden
Ex-11
Schriftelijk in de les
50 minuten
K: Lernlisten Kapitel 1
Ex-12
TW
50 minuten
K: Lernlisten Kapitel 2
Periode 6 Toetsvorm Ex 13
Duur
Schriftelijk in de les
50 minuten
TW
50 minuten
V: grammatica V: grammatica
Kennis / Vaardigheden K: Lernlisten Kapitel 3 V: grammatica
Kerndoelen
Weging
K7
5%
K7
5%
Kerndoelen
Weging
K7
5%
K7
10 %
K: Lernlisten Kapitel 4 Ex 14
V: grammatica V: Brief schrijven
Periode 7 Toetsvorm
Duur
Ex-15
Cito KijkLuistertoets
60 minuten
Ex-16
Mondeling
10 minuten
Ex-17
Portfolio Duits
-
Inhoud/ Kennis / Vaardigheden V: luisteren
Kerndoelen
Weging
K5
10 %
V: spreken
K6
10 %
V: lezen, kennis van land en volk, kijk/luister, grammatica
K 2,4,7
7%
Periode 8 examentraining
Legenda: E E* PO PR HD
: examentoets : samengestelde examentoets (bestaat uit minimaal 2 cijfers) : praktische opdracht : prestatie : handelingsdeel
H K TW V
: herkansbaar : kennis : toetsweek : vaardigheden
Niveau: kaderberoepsgericht PTA wiskunde Cohort 2014-2016
Periode 1 Toetsvorm
Methode: getal & ruimte 3KGT/4KGT
Duur
Inhoud
Kerndoelen
Weging
EX1
E
50
K/V: percentage gegeven, percentage gevraagd, ven deel naar geheel, promille (3KGT H1)
WI/K/5
3%
EX2
E (TW)
50
K/V: koers en kaart, hoogtelijnen, doorsneden, Pythagoras in de ruimte (3KGT H2)
WI/K/6
3%
Periode 2 Toetsvorm EX3
EX4
E
E (H, TW)
Periode 3 Toetsvorm
Duur
Inhoud
Kerndoelen
Weging
50
K/V: centrummaten, diagrammen lezen, informatie (telling/steekproef), boxplot en steelbladdiagram, kansberekenen, telproblemen, grafen (3KGT H4)
WI/K/7
3%
50
K/V: van formule naar grafiek, gelijkmatige toename of afname, van tabel naar formule, van grafiek naar formule, stapgrootte, assenstelsel en grafieken, bijzondere grafieken, som- en verschilgrafiek, som- en verschilformule, oplossen met grafieken/balansmethode/inklemmen (3KGT H3, H10)
WI/K/4
5%
Duur
Inhoud
Kerndoelen
Weging
EX5
E
50
K/V: kwadratische verbanden, wortelverbanden, machtsverbanden, periodieke verbanden (3KGT H6)
WI/K/4
3%
EX6
E (H, TW)
50
K/V: tangens/sinus/cosinus van een hoek, tangens/sinus/cosinus op de rekenmachine, hoeken berekenen met tangens/sinus/cosinus, zijden bereken met tangens/sinus/cosinus (3KGT H5, H9)
WI/K/6
5%
Periode 4 Toetsvorm EX7
E
Duur
Kerndoelen
Weging
50
K/V: eenheden van oppervlakte/lengte/inhoud, oppervlakte en omtrek met formules, oppervlakte van ruimtefiguren, inhoud van ruimtefiguren, oppervlakte en inhoud vergroten (3KGT H7)
WI/K/6
3%
K/V: eenheden van oppervlakte/lengte/inhoud, oppervlakte en omtrek met formules, oppervlakte van ruimtefiguren, inhoud van ruimtefiguren, oppervlakte en inhoud vergroten, grote/kleine getallen, eenheden van tijd/snelheid, verhoudingen (3KGT H7, H8)
WI/K/5/6
5%
EX8
E (H, TW)
50
EX9
PO
-
Periode 5 Toetsvorm
Inhoud
Duur
Geleerde wiskundige kennis en vaardigheden toepassen, samenwerken, plannen, computergebruik
WI/K/1/2/3/8
Inhoud
Kerndoelen
5%
Weging
EX10
E
50
K/V: machtsverbanden, wortelverbanden, exponentiële verbanden (4KGT H1)
WI/K/4
5%
EX11
E (H, TW)
50
K/V: machtsverbanden, wortelverbanden, exponentiële verbanden, evenredig en omgekeerd evenredig, formules en grafieken, gelijkwaardige formules, vergelijkingen oplossen (4KGT H1, H3)
WI/K/4
10%
Periode 6 Toetsvorm EX12
EX13
E
E (H, TW)
Duur
Inhoud
Kerndoelen
Weging
50
K/V: hoeken berekenen in vlakke figuren, hoeken en zijden berekenen met goniometrie, berekeningen en coördinaten in de ruimten (4KGT H2)
WI/K/6
5%
50
K/V: hoeken berekenen in vlakke figuren, hoeken en zijden berekenen met goniometrie, berekeningen en coördinaten in de ruimten, centrummaten, steelbladdiagram, boxplot, diagrammen lezen en tekenen (4KGT H2, H4)
WI/K/6/7
10%
Periode 7 Toetsvorm
EX14
E (H)
Duur
Inhoud
100
K/V: vuistregels, eenheden van lengte/oppervlakte/inhoud/tijd/gewicht/snelheid, grote/kleine getallen en wetenschappelijke notatie, machten, wortels, volgorde van bewerking, procenten en promille, verhoudingen, exponentiële toe- en afname, formules/tabellen/grafieken, minimum/maximum, som- en verschilformule, vergelijkingen oplossen met grafieken/balansmethode/inklemmen, gelijkwaardige formules, parabolen, wortelverbanden, machtsverbanden, exponentiële verbanden, evenredig en omgekeerd evenredig, periodiek verband (4KGT H5, H7)
WI/K/4/5
15%
K/V: lijnen, hoeken meten/tekenen, kijkhoek, driehoeken tekenen, koers, kaart en schaal, namen en eigenschappen van vlakke figuren, hoeken berekenen, symmetrie, hoeken en zijden berekenen met tangens/sinus/cosinus, hellingspercentage, stelling van Pythagoras, gelijkvormigheid, omtrek en oppervlakte berekenen van rechthoek/driehoek/parallellogram/cirkel/vlakke figuren, vergrotingsfactor, eigenschappen ruimtefiguren, snijdende/kruisende/evenwijdige lijnen, aanzichten, uitslagen, oppervlakte ruimtefiguur, doorsneden, Pythagoras en goniometrie in de ruimte, hoogtelijnen en verticale doorsnede, coördinaten in de ruimte, inhoud van ruimtefiguren (4KGT H6, H8)
WI/K/6
15%
EX15
E (H, TW)
100
EX16
PO
-
Kerndoelen
Geleerde wiskundige kennis en vaardigheden toepassen, samenwerken, plannen, computergebruik
Periode 8 Inhoud Examentraining
Legenda: E E* PO
: examentoets : samengestelde examentoets (bestaat uit minimaal 2 cijfers) : praktische opdracht
H K TW
: herkansbaar : kennis : toetsweek
WI/K/1/2/3/8
Weging
5%
PR HD
: prestatie : handelingsdeel
V
: vaardigheden
Niveau: kaderberoepsgerichte leerweg
PTA NASK 1 Cohort 2014-2016
Methode: Nova 3 KGT, NOVA 3-4 KGT, Nova 4 KGT
Periode 1 Toetsvorm
Duur
Ex-1
E-toets
50
Ex-2
E*
Inhoud/ Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
NOVA 3 KGT Hoofdstuk 1 Elektriciteit
Nask1 K5
3
Diverse so-tjes + practicumverslagen
Nask1 K5
2
Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Periode 2 Toetsvorm
Duur
Ex-3
E-toets
50
NOVA 3 KGT Hoofdstuk 2 Krachten
Nask1 K/9, 1-2
3
Ex-4
E-toets TW H
50
NOVA 3 KGT Hoofdstuk 4 Bewegen
Nask1 K3-4-56-7
5
Ex-5
E*
Diverse so-tjes + practicumverslagen
Nask1 K1-2-34-5-6-7-9
2
Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
NOVA 3 KGT Hoofdstuk 5 Schakelingen NOVA 3 KGT Hoofdstuk 3 Het Weer NOVA 3-4 KGT Hoofdstuk 7 Bouw materie
Nask1 K4-5-8
10
Diverse so-tjes + practicumverslagen
Nask1 K4-5-8
5
Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
NOVA 3-4 KGT; Hoofdstuk 1 Licht
Nask1 K7
Periode 3 Toetsvorm EX-6
E-toets TW H
Ex-7
E* Periode 4 Toetsvorm
Ex-8
E-toets TW H
Duur 50
Duur 50
Weging
10
NOVA 3 KGT Hoofdstuk 6 Straling
Ex-9
E* Periode 5 Toetsvorm
EX-10
E-toets TW H
Ex-11
E* Periode 6 Toetsvorm
EX-12
E-toets TW H
Ex-13
E*
Duur 50
Duur 50
Diverse so-tjes + practicumverslagen
Nask1 K7
5
Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
NOVA 4 KGT; Hoofdstuk 2 (Elektriciteit) Hoofdstuk 3 (Schakeling) NOVA 3-4 KGT Hoofdstuk 6 (Geluid)
Nask1 K5
15
Diverse so-tjes + practicumverslagen
Nask1 K5
5
Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
NOVA 3-4 KGT Hoofdstuk 2 (Warmte) Hoofdstuk 3 (Energie) Hoofdstuk 4 (Stoffen) Hoofdstuk 5 (Materialen)
Nask1 K4-6-8
15
Diverse so-tjes + practicumverslagen
Nask1 K4-5-8
5
Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
NOVA 4 KGT Hoofdstuk 1 (Krachten) Hoofdstuk 4 (Bewegingen) Hoofdstuk 5 (Kracht-Beweging)
Nask1 K/9-1-23-4-6-7
15
Diverse so-tjes + practicumverslagen
Nask1 K4-5-8
5
Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
Weging
Periode 7 Toetsvorm EX-14
E-toets TW H
Ex-15
E*
Duur 50
Periode 8 Toetsvorm
Duur
examentraining Legenda: E E* PO
: examentoets : samengestelde examentoets (bestaat uit minimaal 2 cijfers) : praktische opdracht
H K TW
: herkansbaar : kennis : toetweek
PR HD
: prestatie : handelingsdeel
V
: vaardigheden
Niveau: kaderberoepsgerichte leerweg PTA Economie Cohort 2014-2016
Periode 1 Toetsvorm
Ex-1
E
Methode: Periode 1 t/m 4: Pincode 5e editie, 3K Periode 5 t/m 8: Pincode 5e editie, 4K
Duur
50
Inhoud/ Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
K2, K3, K4a
2%
V: berekenen van rente, werken met procenten, benoemen van geldsoorten, vreemd geldberekeningen maken, aan de hand van voorbeelden het belang van geld voor de economie en de huidige vormen van het betalingsverkeer beschrijven, het maken van vreemd geldberekeningen,
K2, K3, K4a
2%
Inhoud/ Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
H1; Consumptie K: behoeften, inkomsten, uitgaven, budgetteren, begroten, prioriteiten stellen, koopkracht, welvaart, reserveren, Nibud V: het afstemmen van behoeften op inkomsten en uitgaven, bij verschillende vormen van consumptie de keuzeproblemen beschrijven, die zich daarbij kunnen voordoen door schaarste van middelen en tijd en door verschillen in urgentie van behoeften, eigen positie als consument vergelijken met die van anderen. H2: Consumptie K: geld- en bankwezen, sparen, lenen
EX-2
E
Periode 2 Toetsvorm
50
Duur
H1 t/m H4: Consumptie EX-3
E (TW)
50
K: zie EX-1 t/m EX3, Verzekeren, soorten verzekeringen, verzekeringskosten, over-/onder-/juist verzekerd, huren v.s. kopen van een woning V: het afstemmen van behoeften op inkomsten en uitgaven; bij verschillende vormen van consumptie de keuzeproblemen beschrijven, die zich daarbij kunnen voordoen door schaarste
K1, K2, K3, K4a, K4b
5%
van middelen en tijd en door verschillen in urgentie van behoeften; eigen positie als consument vergelijken met die van anderen; berekenen van rente; benoemen van geldsoorten; vreemdgeldberekeningen maken; aan de hand van voorbeelden het belang van geld voor de economie en de huidige vormen van het betalingsverkeer beschrijven; toepassen van het Consumentenrecht; het gebruiken van consumenteninformatie, verandering van (eigen) consumptiepatroon herkennen en analyseren, verzekeringsvoorwaarden kunnen bepalen, kiezen voor een verzekering aan de hand van diverse informatiebronnen, verzekeringskosten berekenen bij diverse verzekeringsvormen. H3: Consumptie EX-4
E
Periode 3 Toetsvorm
50
Duur
K: het recht van de consument, Consumentenorganisaties, bescherming van consumenten V: toepassen van het Consumentenrecht, het gebruiken van consumenteninformatie, verandering van (eigen) consumptiepatroon herkennen en analyseren
Inhoud/ Kennis / Vaardigheden
K2, K3, K4a, K4b
2%
Kerndoelen
Weging
H5 + H6: Arbeid, Productie en Bedrijfsleven
EX-5
E (TW)
50
K: soorten arbeid, beloning van arbeid, rechten van de werknemer, de rol van de overheid inzake arbeid, bedrijfsvoering, berekeningen voor de zelfstandige ondernemer, de 4 sectoren, soorten ondernemingen, inkomen van een ondernemer berekenen, productiefactoren, kostprijsberekening, BTW, consumentenprijs berekenen, invloed van de overheid op de ondernemingen, concurrentie, de 4P’s, beïnvloeding van de consument V: aan de hand van voorbeelden de samenhang verklaren tussen de begrippen arbeidsverdeling, arbeidsproductiviteit en welvaart en in dit verband arbeidsverdeling in en buiten het samenlevingsverband en tussen bedrijven onderscheiden; het verband leggen tussen de begrippen kosten, opbrengsten, winst en verlies en berekeningen in dit verband
K2, K3, K4a, 4b
5%
maken met behulp van verstrekte of verzamelde gegevens bij diverse handelsondernemingen; economische aspecten van betaalde en onbetaalde arbeid noemen/beschrijven; diverse soorten werkloosheid herkennen/uitleggen/analyseren; aan de hand van voorbeelden mogelijkheden tot bestrijding van werkloosheid noemen; in verschillende situaties van productie beschrijven dat zich keuzeproblemen voordoen in de afweging van kosten tegenover baten in engere zin en in de afweging van maatschappelijke kosten en baten H5: Arbeid, Productie en Bedrijfsleven K: soorten arbeid, beloning van arbeid, rechten van de werknemer, de rol van de overheid inzake arbeid, bedrijfsvoering, berekeningen voor de zelfstandige ondernemer, de 4 sectoren, soorten ondernemingen, inkomen van een ondernemer berekenen, productiefactoren, kostprijsberekening, BTW, consumentenprijs berekenen, invloed van de overheid op de ondernemingen, concurrentie, de 4P’s, beïnvloeding van de consument EX-6
E
50
V: aan de hand van voorbeelden de samenhang verklaren tussen de begrippen arbeidsverdeling,
K2, K3, K4a, K4b, K5a, K5b
2%
K1, K2, K3, K4a, K5a, K5b
2%
arbeidsproductiviteit en welvaart en in dit verband arbeidsverdeling in en buiten het samenlevingsverband en tussen bedrijven onderscheiden; het verband leggen tussen de begrippen kosten, opbrengsten, winst en verlies en berekeningen in dit verband maken met behulp van verstrekte of verzamelde gegevens bij diverse handelsondernemingen; economische aspecten van betaalde en onbetaalde arbeid noemen/beschrijven; H6: Arbeid, Productie en Bedrijfsleven K: de 4 sectoren, soorten ondernemingen, inkomen van een ondernemer berekenen, productiefactoren, kostprijsberekening, BTW, consumentenprijs berekenen, invloed van de overheid op de ondernemingen, concurrentie, de 4P’s, beïnvloeding van de consument EX7
E
50
V: het verband leggen tussen de begrippen kosten, opbrengsten, winst en verlies en berekeningen in dit verband maken; de samenhang verklaren tussen de begrippen arbeidsverdeling, arbeidsproductiviteit en welvaart; aan de hand van voorbeelden uit eigen omgeving economische aspecten van betaalde en onbetaalde arbeid noemen/beschrijven; diverse soorten werkloosheid herkennen/uitleggen/analyseren; aan de hand van voorbeelden mogelijkheden tot bestrijding van werkloosheid noemen; in verschillende situaties van productie
beschrijven dat zich keuzeproblemen voordoen in de afweging van kosten tegenover baten in engere zin en in de afweging van maatschappelijke kosten en baten
Periode 4 Toetsvorm
Duur
Inhoud/ Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
H7+8: Overheid, Internationale Handel
EX-8
E (TW)
50
K: de lagen van de overheid, taken van de overheid; inkomsten en uitgaven van de overheid; begrotingen van het Rijk en van de gemeente; Miljoenennota; Nederland in de de EU ; BTW; invloed van de overheid op de ondernemingen; Derde Wereld, hulp aan de Derde Wereld, Fair Trade, gevolgen van protectionisme voor de Derde Wereld, internationale arbeidsverdeling, mondiale welvaartsverschillen V: bij wie liggen diverse bevoegdheden c.q. verantwoordelijkheden, rijksbegrotingen kunnen aflezen en analyseren, werken met grote getallen, Nederland als onderdeel van de EU beredeneren; als burger aan de hand van voorbeelden uit het eigen dagelijks leven het belang van het buitenland voor de Nederlandse economie beschrijven; aan de hand van voorbeelden uit eigen dagelijks leven het belang van de Europese Unie beschrijven;
K1; K2; K3; K4a; K5a; K6; K8
5%
K2, , K3, K6
2%
K1; K2; K3; K6; K7
2%
H7: Overheid
EX-9
E
50
K: de lagen van de overheid, taken van de overheid, , inkomsten en uitgaven van de overheid, begrotingen van het Rijk en van de gemeente, de EU V: bij wie liggen diverse bevoegdheden c.q. verantwoordelijkheden, rijksbegrotingen kunnen aflezen en analyseren, werken met grote getallen, Nederland als onderdeel van de EU beredeneren H8: Internationale ontwikkelingen K: de Europese Unie, de EMU, de Eurozone, internationale handel, wisselkoers, diverse vormen van protectionisme, vrijhandel, open en gesloten economie, internationale arbeidsverdeling
EX-10
V: als burger aan de hand van voorbeelden uit het eigen dagelijks leven het belang van het buitenland voor de Nederlandse economie beschrijven; aan de hand van voorbeelden uit eigen dagelijks leven het belang van de Europese Unie beschrijven; oorzaken en gevolgen van onderontwikkeling in ontwikkelingslanden noemen en de invloed van internationale handel op de welvaartsverdeling in de wereld beschrijven; oorzaken en gevolgen van welvaartsverschillen tussen rijke en arme landen beschrijven; maatregelen en (eigen) activiteiten beoordelen op hun
bijdragen aan de verkleining van de mondiale welvaartsverschillen. EX-11
EX-12
PO
PO
Onderwerp: Consumptie
K1; K2; K3; K4a; K4b
4%
Onderwerp: Overheid; Arbeid en Productie; Internationale Handel
K1; K2; K3; K4a; K5a; K6; K7
4%
Periode 5 Toetsvorm
Duur
Inhoud/ Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
K1; K2; K3; K4a; K4b
16%
K1; K2; K3; K4a; K4b
5%
Kerndoelen
Weging
K1; K2; K3; K5a; K5b
16%
H1 – H2 – H3: Consumptie K: diverse vormen van inkomen; inkomensverschillen in Nederland; diverse vormen van uitgaven; behoeften; hoe in behoeften te voorzien; omgaan met consumenteninformatie; consumentenrecht; geldsoorten; betalingsmogelijkheden; vreemd geldberekeningen; sparen; lenen; renteberekeningen; berekenen van kredietkosten; budgetteren; begroten;
EX-11
E (H; TW)
100
V: aan de hand van voorbeelden factoren beschrijven; die van invloed zijn op veranderingen in het eigen consumentengedrag en dat van anderen in de loop van de tijd; aan de hand van voorbeelden het belang van geld voor de economie en de huidige vormen van het betalingsverkeer beschrijven; motieven voor en gevolgen van sparen en lenen noemen; diverse vormen van lenen benoemen; kredietkosten en spaarrente berekenen; aan de hand van verzamelde of verstrekte consumenteninformatie een voorgenomen koopbeslissing beoordelen; budgettaire mogelijkheden ten aanzien van kopen; sparen en lenen en de gevolgen daarvan; aan de hand van verzamelde of verstrekte consumenteninformatie; gegeven een aantal criteria een beargumenteerde koopbeslissing nemen; daarbij rekening houdend met de gevolgen van die koopbeslissing voor zichzelf; uit een gegeven huishoudbudgetplan conclusies trekken over de financiële situatie van het samenlevingsverband. Klassenwerk:
EX-12
E*
Periode 6 Toetsvorm
diverse opdrachten / toetsen die in de les worden gemaakt over de onderwerpen die aan bod komen.
Duur
Inhoud/ Kennis / Vaardigheden H4-5: Arbeid; Productie; Bedrijfsleven
EX-13
E (H; TW)
100
K: de 4 sectoren; soorten ondernemingen; inkomen van een ondernemer berekenen; productiefactoren; kostprijsberekening; BTW; consumentenprijs berekenen; invloed van de
overheid op de ondernemingen; concurrentie; de 4P’s; beïnvloeding van de consument; V: met het oog op zijn rol in relatie tot arbeid en productie aan de hand van voorbeelden uit het bedrijfsleven; (handelsondernemingen) het verband leggen tussen de begrippen kosten; opbrengsten; winst en verlies en berekeningen in dit verband maken met behulp van verstrekte of verzamelde gegevens; aan de hand van voorbeelden de samenhang verklaren tussen de begrippen arbeidsverdeling; arbeidsproductiviteit en welvaart; aan de hand van voorbeelden uit eigen omgeving economische aspecten van betaalde en onbetaalde arbeid noemen/ beschrijven; oorzaken en gevolgen van diverse vormen van werkloosheid aan de hand van voorbeelden noemen; bestrijdingsmogelijkheden van de diverse vormen van werkloosheid aan de hand van eigen voorbeelden noemen; in verschillende situaties van productie beschrijven dat zich keuzeproblemen voordoen in de afweging van kosten tegenover baten in engere zin en in de afweging van maatschappelijke kosten en baten. Klassenwerk: EX-14
E*
diverse opdrachten / toetsen die in de les worden gemaakt over de onderwerpen die aan bod komen.
K1; K2; K3; K5a; K5b
5%
Kerndoelen
Weging
Periode 7 Toetsvorm
Duur
Inhoud/ Kennis / Vaardigheden H6-H7: Milieu, Overheid, Internationale Handel
EX-15
E (H; TW)
100
K: aandacht voor milieuaspecten bij consumptie en productie; Consumer Power; milieubewust gedrag van zowel consument als producent als overheid; maatregelen van de overheid met betrekking tot milieu; de lagen van de overheid, taken van de overheid; inkomsten en uitgaven van de overheid; begrotingen van het Rijk en van de gemeente; Miljoenennota; Nederland in de de EU ; de Europese Unie, de EMU, de Eurozone, internationale handel, wisselkoers, diverse vormen van protectionisme, vrijhandel, open en gesloten economie, internationale arbeidsverdeling, Derde Wereld, hulp aan de Derde Wereld, Fair Trade, gevolgen van
K1; K2; K3; K6; K7 ; K8
16%
protectionisme voor de Derde Wereld, internationale arbeidsverdeling, mondiale welvaartsverschillen; V: milieubewust gedrag van consument, producent en overheid aangeven; manieren ter bevordering van milieubewust gedrag benoemen; milieuwetten toepassen; economisch maatschappelijke gevolgen voor milieu herleiden; link tussen consumptie-productie-milieu leggen; bij wie liggen diverse bevoegdheden c.q. verantwoordelijkheden; rijksbegrotingen kunnen aflezen en analyseren; werken met grote getallen; Nederland als onderdeel van de EU beredeneren; als burger aan de hand van voorbeelden uit het eigen dagelijks leven het belang van het buitenland voor de Nederlandse economie beschrijven; aan de hand van voorbeelden uit eigen dagelijks leven het belang van de Europese Unie beschrijven; oorzaken en gevolgen van onderontwikkeling in ontwikkelingslanden noemen en de invloed van internationale handel op de welvaartsverdeling in de wereld beschrijven; oorzaken en gevolgen van welvaartsverschillen tussen rijke en arme landen beschrijven; maatregelen en (eigen) activiteiten beoordelen op hun bijdragen aan de verkleining van de mondiale welvaartsverschillen. Klassenwerk: EX-14
E*
diverse opdrachten / toetsen die in de les worden gemaakt over de onderwerpen die aan bod komen.
K1; K2; K3; K6; K7 ; K8
5%
Periode 8 Toetsvorm
Duur
Inhoud/ Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Examentraining
K1 t/m K8
Legenda: E E* PO PR HD
: examentoets : samengestelde examentoets (bestaat uit minimaal 2 cijfers) : praktische opdracht : prestatie : handelingsdeel
H K TW V
: herkansbaar : kennis : toetweek : vaardigheden
Weging
Niveau: kaderberoepsgerichte leerweg PTA Biologie Cohort 2014-2016
Methode: Biologie interactief + katernen K4, K5, K6, K7, K8, K9
Periode 1 Toetsvorm
Duur
Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
K3, K4, K5
5%
K3, K4, K5,
1%
Kerndoelen
Weging
K3, K4, K6, K7, K12
7%
K: cellen, weefsels, organen, fotosynthese en verbranding, stofwisseling, ordening van de natuur in rijken en afdelingen, kenmerken van planten en dieren Ex1
E-toets (H)
50
Ex2
lesopdrachten
n.v.t.
Ex8
PO
V: determinatiehulpmiddelen gebruiken, ordenen op basis van kenmerken, informatie uit bronnen halen, toepassen van kennis, gegevens interpreteren, grafieken interpreteren, proefopstellingen begrijpen, tekenregels K: zoals hierboven V: zoals hierboven PO wordt in deze periode begonnen en in periode 3 afgerond
Periode 2 Toetsvorm
Ex3
E-toets (H, TW)
Duur
Kennis / Vaardigheden
50
K: bouw plant, voortplanting planten, ontkieming, fotosynthese en verbranding, voedselrelaties, stofkringlopen, energiestromen, abiotische en biotische factoren, milieuvervuiling, broeikaseffect; energiewinning, afvalproblematiek V: schema’s maken, informatie uit schema’s en bronnen halen, toepassen van kennis, gegevens interpreteren, grafieken en proefopstellingen begrijpen
Ex4
lesopdrachten
n.v.t.
K: zie hierboven V: zie hierboven
1%
K: voedselweb, abiotische en biotische factoren Ex5
PO (TW)
Ex8
PO Periode 3 Toetsvorm
100
V: schema’s interpreteren, schema’s maken, informatie uit bronnen halen, toepassen van kennis, gegevens interpreteren
K3, K6
5%
Kerndoelen
Weging
K3, K4, K8, K9
7%
K3, K4, K8, K9
1%
K3, K4, K5, K6
5%
PO wordt in deze periode voortgezet en in periode 3 afgerond
Duur
Kennis / Vaardigheden K: skelet van de mens, functies van skelet, botweefsel en kraakbeenweefsel, spieren, blessures, voedingsstoffen, etiketten, voedingswaarden, vertering, verteringsorganen, gebit
Ex6
Ex7
E-toets (H, TW)
lesopdrachten
50
50
V: etiketten lezen, voedingswaarden berekenen, voedingsstoffen aantonen, informatie uit schema’s en bronnen halen, toepassen van kennis, gegevens interpreteren, grafieken en proefopstellingen begrijpen K: skelet van de mens, functies van skelet, botweefsel en kraakbeenweefsel, spieren, blessures, voedingsstoffen, etiketten, voedingswaarden, vertering, verteringsorganen, gebit V: model maken van spierbewegingen, ontleden, etiketten lezen, dieetplan maken, voedingswaarden berekenen, voedingsstoffen aantonen, informatie uit bronnen halen K: cellen, weefsels, en organismen, determineren, bacteriën en schimmels
Ex8
PO (afronding in TW)
100
V: microscopiseren, preparaten maken, tekenen volgens regels, determinatiehulpmiddelen gebruiken, ordenen op basis van kenmerken, proefjes uitvoeren volgens voorschrift, onderzoek bedenken en uitvoeren, onderzoeksverslag maken, grafieken maken, samenwerken K: voedingswaarden; indicatoren; gezonde voeding
Ex9
PO (TW)
100
V: proef uitvoeren volgens voorschrift; gegevens verzamelen en analyseren, voedingsstoffen aantonen, tabellen en grafieken maken, onderzoeksverslag maken, dieetplan opstellen
K3, K4, K9
5%
Periode 4 Toetsvorm
Duur
Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
Ex10
E-toets (H, TW)
Ex11
lesopdrachten
50
n.v.t.
K: ademhaling, gaswisseling, verbranding, actieve leefstijl, bloedsomloop, lever, nieren, uitscheiding, aandoeningen van luchtwegen, bloedvaten en hart V: informatie uit bronnen halen, toepassen van kennis, gegevens interpreteren, grafieken interpreteren, proefopstellingen begrijpen K: ademhaling, gaswisseling, verbranding, actieve leefstijl, bloedsomloop, lever, nieren, uitscheiding, aandoeningen van luchtwegen, bloedvaten en hart V: informatie uit bronnen halen, toepassen van kennis, gegevens interpreteren, grafieken interpreteren, proefopstellingen begrijpen
K3, K4, K9
7%
K3, K4, K9
1%
K3, K4, K9
5%
K: bloeddruk, ademhaling, indicator voor CO2 Ex12
PO (TW)
100
V: proef uitvoeren volgens voorschrift, gegevens analyseren, samenwerken, rekenen, nadenken over onderzoek
Legenda: E E* PO PR
: examentoets : samengestelde examentoets (bestaat uit minimaal 2 cijfers) : praktische opdracht : prestatie
H K TW V
: herkansbaar : kennis : toetsweek : vaardigheden
HD
: handelingsdeel
Niveau: kaderberoepsgerichte leerweg PTA Aardrijkskunde Cohort 2014-2016
Periode 1 Toetsvorm
Methode: Buitenland
Duur
Inhoud/ Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
Arm en Rijk par 1 t/m 4
Ex-1
E-toets
25
K: welvaart, welzijn in de wereld, in Nederland, in de buurt; verschillen tussen arme en rijke wijken en voorstellen voor verbetering in de eigen regio beschrijven; gebieds- en bewonerskenmerken
K3, K7
1%
K3, K7
1%
K3, K7
1%
V: kaarten lezen; grafieken lezen, tabellen lezen, kaart-/atlasgebruik, informatie uit bronnen halen Arm en Rijk par 6 t/m 8 Ex-2
E-toets
25
K: regionale verschillen in welvaart in Nederland, positie van Nederland in Europa, beleid overheid om welvaart te vergroten en verschillen in welvaart te verminderen V: kaarten lezen; grafieken lezen, tabellen lezen en maken, kaart-/atlasgebruik, informatie uit bronnen halen
E-toets*
Ex- 3
K: bewonerskenmerken en woningkenmerken
(PO)
100
V: hoofd- en deelvragen, PowerPoint, informatie op het web zoeken, planning, samenwerken
E-toets*
50
K: Topotoets VS, Nigeria en Nederland
(TW)
V: atlas gebruik
Periode 2 Toetsvorm
Duur
Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
Arm en Rijk par 10 t/m 13 Ex-4
E-toets
25
K: welvaartverschillen tussen de VS en Nigeria: gezondheidszorg, voeding, voedselzekerheid in VS en Nigeria
K3, K7
1%
K3, K7
7%
K3, K7
1%
K3, K7
1%
V: kaarten lezen; grafieken lezen, tabellen lezen, kaart-/atlasgebruik, informatie uit bronnen halen Arm en Rijk par 2 t/m 13
Ex-5
E-toets (H)
50
K: Op regionaal, Nederlands, Europees en mondiaal niveau verschillen in arm en rijk kunnen benoemen mbv gebiedskenmerken en bewonerskenmerken. Verschillen in welvaart en welzijn op de 3 niveau’s. Aardrijkskundige begrippen. V: inzicht in aardrijkskundige begrippen, samenhang- tussen gebieds- en bewonerskenmerken, oorzaken van verschillen en toepassing aardrijkskundige begrippen in andere situaties Bronnen van energie par 2 t/m 4
Ex-6
E-toets
25
K: soorten van energie in Nederland en Frankrijk, fossiele brandstoffen, hernieuwbaar niet hernieuwbaar, transport van energiebronnen en elektriciteit, duurzame energiebronnen V: kaarten lezen; grafieken lezen, tabellen lezen en maken, kaart-/atlasgebruik, informatie uit bronnen halen Bronnen van energie par 6 t/m 9
Ex-7
E-toets
25
K: handel in energie in Nederland, mainport Rotterdam, de ligging van energiecentrales, -parken, de energieproductie in Nederland en Frankrijk; duurzame energie in Nederland en Frankrijk V: kaarten lezen; grafieken lezen, tabellen lezen, kaart-/atlasgebruik, informatie uit bronnen halen
Periode 3 Toetsvorm Ex-8
E-toets Topo (TW)
Duur
Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
K: Topotoets Frankrijk, Brazilië, europa 25
V: atlas gebruik
K3, K7
0,5%
K3, K7
1%
K3, K7
7%
K3, K7
1%
Bronnen van energie par 11 t/m 13 Ex-9
E-toets
25
Energiebronnen in Brazilië, exportproducten, energie in Zuidoost Brazilie, luchtvervuiling, bioethanol, duurzame maatregelen V: kaarten lezen, grafieken lezen, tabellen lezen, kaart-/atlasgebruik, informatie uit bronnen halen Bronnen van Energie par 2 t/m 13
Ex-10
E-toets (H)
50
K: verschillen mbt energiebronnen, duurzaam gebruik, hernieuwbaar en niet hernieuwbaar, productie en transport op Nederland, Europees (Frankrijk) en mondiaal (Brazilie) niveau. Kenmerken fossiele brandstoffen. Aardrijkskundige begrippen mbt energie. V: inzicht in aardrijkskundige begrippen, samenhang- tussen hernieuwbaar en niet hernieuwbaar, milieuconsequenties, doelen van de Nederlandse, Franse en Braziliaanse overheid mbt verduurzaming, handel in energiebronnen en elektriciteit in West- Europa, informatie halen uit tabellen, grafieken, kaarten en overige bronnen. Grenzen en Identiteit par 2 t/m 4
E-11
E-toets
25
K: landen en grenzen op nationaal Nederland niveau, open-gesloten grenzen, grenzen en identiteit, grenzen en cultuur V: kaarten lezen, grafieken lezen, tabellen lezen, kaart-/atlasgebruik, informatie uit bronnen halen
Periode 4 Toetsvorm Ex-12
E-toets Topo
Duur
Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
K: Topotoets Belgie, Rusland, Wereld 25
V: atlas gebruik
K3, K7
0,5%
K3, K7
1%
K3, K7
1%
K3, K7
7%
Grenzen en Identiteit par 6 t/m 9 Ex-13
E-toets
25
K: Nederlandse grenzen, enclaves, euregio, Schengenlanden, identiteite-cultuur, gemeenschappen, taalfaciliteiten, V: kaarten lezen, grafieken lezen, tabellen lezen, kaart-/atlasgebruik, informatie uit bronnen halen Grenzen en Identiteit par 11 t/m 13
Ex-14
E-toets
25
K: verschillen mbt energiebronnen, duurzaam gebruik, hernieuwbaar en niet hernieuwbaar, productie en transport op Nederland, Europees (Frankrijk) en mondiaal (Brazilie) niveau. Kenmerken fossiele brandstoffen. Aardrijkskundige begrippen mbt energie. V: inzicht in aardrijkskundige begrippen, samenhang- tussen hernieuwbaar en niet hernieuwbaar, milieuconsequenties, doelen van de Nederlandse, Franse en Braziliaanse overheid mbt verduurzaming, handel in energiebronnen en elektriciteit in West- europa, informatie halen uit tabellen, grafieken, kaarten en overige bronnen. Grenzen en Identiteit par 2 t/m 13
E-15
E-toets (H, TW)
50
K: Nederland: lands- provinciale, open- gesloten, natuurlijke en kunstmatige grenzen; territoriale wateren; bestemmingsplannen; regionalisme, euregio ’s, Schengen. België: afspraken tussen Nederland en België; taalfaciliteiten, territoriaal beginsel. Rusland: separatisme, russificatie, autonome republieken V: kaarten lezen, grafieken lezen, tabellen lezen en maken, kaart-atlasgebruik, informatie uit bronnen halen
Legenda: E E* PO PR HD
: examentoets : samengestelde examentoets (bestaat uit minimaal 2 cijfers) : praktische opdracht : prestatie : handelingsdeel
H K TW V
: herkansbaar : kennis : toetsweek : vaardigheden
Niveau: kaderberoepsgerichte leerweg PTA maatschappijleer Cohort 2014-2016
Periode 1 Toetsvorm EX-1 EX-2 EX-3 EX-4
HD PR E-toets E*-toets
Methode: Thema’s maatschappijleer (uitgeverij Essener)
Duur 50 -
Inhoud / Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
V: Startbekwaamheid “informatie zoeken” V: prestatie periode 1 K: Toets Jongeren (H, TW) K: Actualiteitentoetsen
zie preambule Zie preambule K 1,2,3,4 -
V/G 3 10 0
Periode 2 Toetsvorm EX-5 EX-6 EX-7 EX-8
E-toets PR E-toets E*-toets
Duur
Inhoud / Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
50 50 -
K: Multiculturele samenleving (H) V: Prestatie periode 2 K: Media (H, TW) K: Actualiteitentoetsen
K 1,2,3,4 zie preambule K 1,2,3,7
10 4 10 0
Duur 50 50 -
Inhoud / Kennis / Vaardigheden K: Toets Politiek (H) V: Prestatie periode 3 K: Toets Werk (H, TW) K: Actualiteitentoetsen
Kerndoelen K 1,2,3,6 zie preambule K 1,2,3,5
Weging 10 4 10 0
Duur
Inhoud / Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
Periode 3 EX-9 EX-10 EX-11 EX-12
Toetsvorm E-toets PR E-toets E*-toets
Periode 4 Toetsvorm
EX-13 EX-14 EX-15 EX-16 EX-17 EX-18
E-toets PR E-toets PR E*-toets E-toets
50 50 -
K: Toets Criminaliteit (H) V: Prestatie periode 4 K: Toets Relaties (H, TW) V: Eindopdracht maatschappijleeer (start periode 3) K: Actualiteitentoetsen K: GEM Actualiteitentoetsen (gemiddelde cijfer van EX-4, EX-8, EX-12 en EX-17)
K 1,2,3,6 zie preambule K 1,2,3,7
10 4 10 5 0 10
Legenda: E E* PO PR HD
: examentoets : samengestelde examentoets (bestaat uit minimaal 2 cijfers) : praktische opdracht : prestatie : handelingsdeel
H K TW V
: herkansbaar : kennis : toetsweek : vaardigheden
Niveau: kaderberoepsgerichte leerweg PTA CKV Cohort 2014-2016 Periode 1 Toetsvorm Ex-1
HD
Methode: syllabus, lesbrieven en informatie door de docent
Duur
Vaardigheden
8x50 min
kunstautobiografie schrijven (cultureel zelfportret): start van het kunstdossier culturele activiteit 1 + verslaglegging in kunstdossier
Kerndoelen 50, 51, 52
Weging V of G
Periode 2 Toetsvorm Ex-2
HD
Duur
Vaardigheden
8x50 min.
culturele activiteit 2 + verslaglegging in kunstdossier
Kerndoelen
Weging
50, 51, 52
V of G
Periode 3
Ex-3
Toetsvorm
Duur
Vaardigheden
Kerndoelen
HD
8x50 min.
culturele activiteit 3 + verslaglegging in kunstdossier
50, 51, 52
Duur 8x50 min.
Vaardigheden culturele activiteit 4 + verslaglegging in kunstdossier afronding van het kunstdossier
Kerndoelen 50, 51, 52
Weging V of G
Periode 4
Ex-4
Toetsvorm HD
Weging V of G
Na één der vier culturele activiteiten dient een presentatie gegeven te worden. Tijdens toetsweken gaan CKV-lessen in principe gewoon door.
Niveau: kaderberoepsgerichte leerweg PTA STAGE Cohort 2014-2016
Methode: -
Periode 3 Toetsvorm
Duur
Inhoud/ Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
Ex-1
STAGE-1
Periode 5 Toetsvorm Ex-2
STAGE-2
1 week
Leerlingen lopen een beroepsgerichte stage in maart 2015
Duur
Kennis / Vaardigheden
2 weken
Kerndoelen
Leerlingen lopen twee weken een beroepsgerichte stage in november/december 2015
Legenda: E E* PO PR HD
: examentoets : samengestelde examentoets (bestaat uit minimaal 2 cijfers) : praktische opdracht : prestatie : handelingsdeel
H K TW V GPO
: herkansbaar : kennis : toetweek : vaardigheden : grote praktische opdracht
Niveau: kaderberoepsgerichte leerweg PTA GPO Cohort 2014-2016
Periode 4
Methode: -
V/G
Weging V/G
Toetsvorm Ex-1
GPO-1
Duur 10
Inhoud/ Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Uitvoering in de werkweek (april/mei 2015)
Weging V/G
klokuren
Periode 6 Toetsvorm Ex-2
GPO-2
Duur 10
Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Uitvoering Skills Talents (december/januari 2015/2016)
klokuren
Legenda: E E* PO PR HD
: examentoets : samengestelde examentoets (bestaat uit minimaal 2 cijfers) : praktische opdracht : prestatie : handelingsdeel
H K TW V GPO
: herkansbaar : kennis : toetweek : vaardigheden : grote praktische opdracht
Niveau: kaderberoepsgerichte leerweg PTA: L.O. Cohort 2014-2016
Methode: -
Weging V/G
Periode 1 Toetsvorm
Ex-1
HD
Duur
100
Inhoud/ Kennis / Vaardigheden V: Zelfstandigheid: - samenwerken, zelfstandig leren en werken, verantwoordelijkheid dragen voor jezelf en anderen, K: - regelende/uitvoerende taken (scheidsrechter, teller, starter, tijdwaarnemer, meten), - onder leiding hulpverlenen. - Inzet.
V: ATLETIEK Ex-2
HD/H
+/- 3X
1.Lopen: 400m. 2.Lopen: 80 m. sprint. 2.Verspringen. 3.Speerwerpen.
Kerndoelen
Weging
LO/K/1/2/3
1 K2-1, K3-1, K3-3, 8 en K3 LO/K7 1 1 2 3
1
V: SPEL 1.Softbal LO/K/4
Ex-3
HD/H
+/- 3X
Onderwerpen: - Werpen,vangen, - pitchen, catchen, - veldspel, honk lopen,
1
1
K: -volledig spel.
Periode 2 Toetsvorm Ex-1
HD
Duur 100min
Kennis / Vaardigheden V: Zelfstandigheid: - samenwerken, zelfstandig leren en werken, verantwoordelijkheid dragen voor jezelf en anderen, K: - regelende/uitvoerende taken (scheidsrechter, teller, starter, tijdwaarnemer, meten),
Kerndoelen K2-1, K3-1, K3-3, 8 en K3
Weging 1
- onder leiding hulpverlenen. - Inzet.
V: SPEL 1.Basketbal Onderwerpen: - passes, dribbel, lay-up, pivot - verdediging: man-to-man, 1:2;2 zone, - aanval, K:- volledig spel.
Ex-2
HD/H
+/-3X
2. Volleybal Onderwerpen: - verdedigingsformaties, - samenspelen, - Bovenhandse -onderhandse techniek, -service, -spel op klein veld.
LO/K/4 3 4
1
5
2.Badminton Onderwerpen: - sparren (forehand, backhand), - opslag, - tactiek (spreiden), K: - spel. V: TURNEN
Ex-3
HD/H
+/-3X
1.Steunsprongen en vrije sprongen:plank/minitramp, kast/bok. 2.Vormen van springen gecombineerd met draaien: A. saltovorm verhoogd/schuin steunvlak B.(Lange mat) Handstanddoorrollen, koprol, radslag of arabier in een oefening. 3.Zwaaien met vormen van draaien (en afsprong achter) aan de ringen in een oefening.
LO/K/5 1 2
1
4 LO/K6
Ex-4
HD/H
3X
Ex-5
HD/H
+/-2X
1.Conditionele vormen in juiste tempo en ritme. (Aerobicvormen in klas 4)
K6-1 K6-2
1
V: ATLETIEK
LO/K/7
1
V: BEWEGEN OP MUZIEK
Hoogspringen: Fosburyflop V: CONDITIE
Ex-6
Ex-7
HD/D
HD/D
+/-2X
+/-3X
1. Coopertest. (Periode 1/4) 2. SRT K: conditie-aspecten meten en hun betekenis toelichten.
2 LO/K/7 5
V: KLIMMEN
LO/K/9
1. Zelfstandig leren en werken. 2. Adequaat omgaan met jezelf en anderen. 3.Verantwoordelijkheid dragen voor jezelf en anderen. 4. Regelende taken. 5. Overleggen en samenwerken.
K2-1 K2-4
6. De basis klimtechnieken.
K3-3
K3-1
1
1
K3-4
Periode 3 Toetsvorm
Ex-1
HD
Duur
100min
Kennis / Vaardigheden V: Zelfstandigheid: - samenwerken, zelfstandig leren en werken, verantwoordelijkheid dragen voor jezelf en anderen, K: - regelende/uitvoerende taken (scheidsrechter, teller, starter, tijdwaarnemer, meten), - onder leiding hulpverlenen. - Inzet.
Kerndoelen K2-1, K3-1, K3-3, 8 en K3
Weging
1
V: SPEL
Ex-2
HD/H
+/-3X
1.Basketbal Onderwerpen: - passes, dribbel, lay-up, pivot - verdediging: man-to-man, 1:2;2 zone, - aanval, K:- volledig spel. 2. Volleybal Onderwerpen: - verdedigingsformaties, - samenspelen,
LO/K/4 3 4 5
1
- Bovenhandse -onderhandse techniek, -service, -spel op klein veld. 2.Badminton Onderwerpen: - sparren (forehand, backhand), - opslag, - tactiek (spreiden), K: - spel. V: TURNEN
Ex-3
HD/H
+/-3X
1.Steunsprongen en vrije sprongen:plank/minitramp, kast/bok. 2.Vormen van springen gecombineerd met draaien: A. saltovorm verhoogd/schuin steunvlak B.(Lange mat) Handstanddoorrollen, koprol, radslag of arabier in een oefening. 3.Zwaaien met vormen van draaien (en afsprong achter) aan de ringen in een oefening.
LO/K/5 1 2
1
4 LO/K6
Ex-4
HD/H
+/-3X
Ex-5
HD/H
+/-2X
V: BEWEGEN OP MUZIEK 1.Conditionele vormen in juiste tempo en ritme. (Aerobicvormen in klas 4)
K6-1 K6-2
V: ATLETIEK
LO/K/7
Hoogspringen: Fosburyflop
2
V: CONDITIE
Ex-6
Ex-7
HD/D
HD/D
+/-2X
+/-3X
1. Coopertest. (Periode 1/4) 2. SRT K: conditie-aspecten meten en hun betekenis toelichten.
LO/K/7 5
V: KLIMMEN
LO/K/9
1. Zelfstandig leren en werken. 2. Adequaat omgaan met jezelf en anderen. 3.Verantwoordelijkheid dragen voor jezelf en anderen. 4. Regelende taken. 5. Overleggen en samenwerken.
K2-1 K2-4
6. De basis klimtechnieken.
K3-3
K3-1
1
1
1
1
K3-4
Periode 4 Toetsvorm
Ex-1
HD
Duur
100min
Inhoud/ Kennis / Vaardigheden V: Zelfstandigheid: - samenwerken, zelfstandig leren en werken, verantwoordelijkheid dragen voor jezelf en anderen, K: - regelende/uitvoerende taken (scheidsrechter, teller, starter, tijdwaarnemer, meten), - onder leiding hulpverlenen. - Inzet.
V: ATLETIEK Ex-2
HD
+/-3X
1.Lopen: 400m. 2.Lopen: 80 m. sprint. 2.Verspringen. 3.Speerwerpen.
Kerndoelen
Weging
LO/K/1/2/3
1 K2-1, K3-1, K3-3, 8 en K3 LO/K7 1 1 2 3
1
V: SPEL 1.Softbal LO/K/4
Ex-3
HD/H
+/-3X
Onderwerpen: - Werpen,vangen, - pitchen, catchen, - veldspel, honk lopen,
1
1
K: -volledig spel.
Periode 5/6/7/8 Toetsvorm
Duur
Inhoud/ Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
V: SPORTORIËNTATIE
Ex-1
HD
3X
Verplicht onderdeel: - Aerobic/Fitness - Zelfverdediging, - Boksen, - Squash,
K6-2
1
(-Tennis)
Legenda: E E* PO PR HD
: examentoets : samengestelde examentoets (bestaat uit minimaal 2 cijfers) : praktische opdracht : prestatie : handelingsdeel
H K TW V
: herkansbaar : kennis : toetweek : vaardigheden
Niveau: kaderberoepsgerichte leerweg
PTA Administratie Cohort 2014-2016
Methode: Tendens Edu-actief en software programma’s Ticken online, FVISEM
Algemene uitleg geldend voor iedere exameneenheid en periode.
Het E* cijfer is een samengestelde examentoets bestaande uit kennis- en (professionele)vaardigheidstoetsen (PO).
De kennis, (professionele)vaardigheidstoetsen en praktische opdrachten vinden veelal tijdens de lessen plaats.
Per exameneenheid is het mogelijk een (eind)toets te herkansen (cijfer lager dan 5,5).
Per leerjaar mag een leerling maximaal 2 toetsen herprofileren.
Specifieke uitleg bij de kerndoelen. Receptie. De leerling neemt eenmaal per leerjaar (een periode, die voor iedere leerling anders is), de rol van receptionist/administratief medewerker aan. Indien de leerling de rol van receptionist/administratief medewerker (voldoende) uitvoert ontvangt hij in periode 7 een certificaat.
Project. Indien de leerling het project met een voldoende afrond ontvangt hij een certificaat.
Kantoorsimulatie . De leerling neemt in een periode, die voor iedere leerling anders is, de rol van administratief medewerker op verschillende afdelingen van een handelsbedrijf aan.
De leerling is zelf verantwoordelijk voor zijn portfolio (loopbaandossier). Een belangrijk dossier voor de intake op het vervolgonderwijs.
Periode 1 Toetsvorm
Duur
Inhoud/ Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
Ex-1
E*
n.v.t.
K/V Oriëntatie op de administratie
K1
5%
Ex-2
HD
n.v.t.
K/V Kantoorpraktijk: professionele vaardigheden en automatisering in de administratie
K1,2,4,5,6,12
o/v/g
Toetsvorm
Duur
Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
Ex-3
E*
n.v.t.
K/V Personeelsadministratie
K11
5%
Ex-4
E*
n.v.t.
K/V Verkoop: Facturering
K4,9
5%
Ex-5
HD
n.v.t.
K/V Kantoorpraktijk: professionele vaardigheden en automatisering in de administratie
K1,2,4,5,6,12
o/v/g
Duur
Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
Periode 2
Periode 3 Toetsvorm Ex-6
E*
n.v.t.
K/V Subadministratie: debiteuren/crediteuren
K10
5%
Ex-7
E*
n.v.t.
K/V Administratieve processen: inkoop, verkoop, magazijn/expeditie en financieel
K4,7,8,9,10,12
10%
Duur
Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Periode 4 Toetsvorm
Weging
Ex-8
E*
n.v.t.
K/V Administratieve processen: inkoop, verkoop, magazijn/expeditie en financieel
K4,7,8,9,10,12
5%
Ex-9
E*
n.v.t.
K/V Receptie (taken 1 t/m 4)
K1,2,5,6,12
5%
Ex-10
E*
n.v.t.
K/V Kantoorpraktijk: professionele vaardigheden en automatisering in de administratie
K1,2,4,5,6,12
10%
Ex-11
E*
n.v.t.
K Boekhouden
K3
5%
Ex-12
PO
n.v.t.
K/V Project “Hoe ondernemend ben jij?”
K1,2,12
o/v/g
Periode 5 Toetsvorm
Duur
Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
Ex-13
HD
n.v.t.
K Loonadministratie
K15
o/v/g
Ex-14
HD
n.v.t.
K/V Kantoorsimulatie: professionele vaardigheden en automatisering in de administratie
K1,2 en 5 t/m 12
o/v/g
Periode 6 Toetsvorm
Duur
Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Ex-15
E*
n.v.t.
K Boekhouden
Ex-16
E*
n.v.t.
K/V Kantoorsimulatie: professionele vaardigheden en automatisering in de administratie
Ex-17
E*
n.v.t.
Calculatie: bedrijfsrekenen, financiële interpretatie en statistiek
K13 K1,2 en 5 t/m 12 K14,17,18
Weging 10% 10% 5%
Periode 7 7 Ex-18
Toetsvorm E*
Duur n.v.t.
Kennis / Vaardigheden K Boekhouden
Kerndoelen K13
Weging 5%
Ex-19 Ex-20
E E*
n.v.t. n.v.t.
K/V Oefenexamen K/V Receptie
K1t/m18 K1,2,5,6,12
10% 5%
Legenda: E E* PO PR HD
: examentoets : samengestelde examentoets (bestaat uit minimaal 2 cijfers) : praktische opdracht : prestatie : handelingsdeel
H K TW V
: herkansbaar : kennis : toetsweek : vaardigheden
Niveau: kaderberoepsgerichte leerweg PTA Bouwtechniek Cohort 2014-2016
Periode 1e Toetsvorm Diagnostische toets: E*
Ex-1
Bestaat uit diverse toetsen Afsluitende toets: E*
Ex-2
(H). Bestaat uit diverse toetsen
Methode: Bouwtechniek BOUWBREED: Bouwen op Niveau
Duur
Inhoud/ Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
50 min.
K: materialen, gereedschappen, veiligheid V: maatvoeren en bewerken van hout
BK 1 t/m 11
1%
50 min.
K: materialen, gereedschappen, veiligheid V: maatvoeren en bewerken van hout
BK 1 t/m 11
3%
Ex-3
Tekenwerk: PO (H)
-
K: schetsen en vaktekenen en cad-tekenen V: schaal en diepte tekenen
Ex-4
Praktijkopdrachten: PO
-
K: verbindingen en algemene theorie V: leren omgaan met gereedschap en maatvoering van verbindingen
Ex-5
Bouwproces: mod. 15
Periode 2 Toetsvorm Diagnostische toets: E*
Ex-5
Bestaat uit diverse toetsen
Ex-6
Afsluitende toets: E*
1% BK 1 t/m 11
6% 2%
Duur
Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
50 min.
K: materialen, gereedschappen, veiligheid en meubelmaken V: maatvoeren en bewerken van hout
BK 1 t/m 11
1%
50
K: materialen, gereedschappen, veiligheid en meubelmaken
BK 1 t/m 11
3%
(H). Bestaat uit diverse
min.
V: maatvoeren en bewerken van hout
toetsen
Ex-7
Tekenwerk: PO (H)
-
K: schetsen en vaktekenen en cad-tekenen V: schaal en diepte tekenen
Ex-8
Praktijkopdrachten: PO
-
K: verbindingen en algemene theorie V: leren omgaan met gereedschap en maatvoering van verbindingen
Ex-9
Projectweek( HD)
Ex-10
Bouwproces: mod 16
Periode 3 Toetsvorm Diagnostische toets: E*
Ex-11
Bestaat uit diverse toetsen Afsluitende toets: E*
Ex-12
(H). Bestaat uit diverse toetsen
1% BK 1 t/m 11
6%
Beroepenoriëntatie 2%
Duur
Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
50 min.
K: stellen en metselen en betonwerk V: maatvoeren vanaf een tekening
BK 1 t/m 11
1%
50 min.
K: materialen, gereedschappen, veiligheid V: maatvoeren en bewerken van hout
BK 1 t/m 11
3%
Ex-13
Tekenwerk: PO (H)
-
K: schetsen en vaktekenen en cad-tekenen V: constructies tekenen volgens de tekenregels
Ex-14
Praktijkopdrachten: PO
-
K: maatvoering vanaf de tekening V: stellen van diverse constructies en metselen
Ex-15
Bouwproces: mod. 17
1% BK 1 t/m 11
6% 2%
Periode 4 Toetsvorm Diagnostische toets: E*
Ex-16
Bestaat uit diverse toetsen Afsluitende toets: E*
Ex-17
(H). Bestaat uit diverse toetsen
Duur
Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
50 min.
K: schilderen en decoreren V: maatvoeren en bewerken van hout
BK 1 t/m 11
1%
50 min.
K: materialen, gereedschappen, veiligheid V: maatvoeren en bewerken van hout
BK 1 t/m 11
3%
Ex-18
Tekenwerk: PO (H)
-
K: schetsen en vaktekenen en cad-tekenen V: constructies tekenen volgens de tekenregels
Ex-19
Praktijkopdrachten: PO
-
K: maatvoering vanaf de tekening V: stellen van diverse constructies en metselen
Ex-20
Bouwproces:
Periode 5 Toetsvorm Diagnostische toets: E*
Ex-21
Bestaat uit diverse toetsen Afsluitende toets: E*
Ex-22
(H). Bestaat uit diverse toetsen
1% BK 1 t/m 11
6% 2%
Plannen en begroten
Duur
Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
50 min.
K: Ramen_kozijnen, daken en uitzetten van een gebouw V: maatvoeren en bewerken van hout
BK 1 t/m 11
1%
50 min.
K: materialen, gereedschappen, veiligheid V: maatvoeren en bewerken van hout
BK 1 t/m 11
4%
Ex-23
Tekenwerk: PO (H)
-
K: schetsen en vaktekenen en cad-tekenen V: schaal en diepte tekenen
Ex-24
Praktijkopdrachten: PO
-
K: verbindingen en algemene theorie V: leren omgaan met gereedschap en maatvoering van verbindingen
Ex-25
Bouwproces: W1-2-3
2% BK 1 t/m 11
7% 2%
Periode 6 Toetsvorm Diagnostische toets: E*
Ex-26
Bestaat uit diverse toetsen Afsluitende toets: E*
Ex-27
(H). Bestaat uit diverse toetsen
Duur
Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
50 min.
K: Ramen_kozijnen, daken en uitzetten van een gebouw V: maatvoeren en maken van raamverbinding, daken en gebouwen
BK 1 t/m 11
1%
50 min.
K: materialen, gereedschappen, veiligheid V: maatvoeren en bewerken van hout
BK 1 t/m 11
4%
Ex-28
Tekenwerk: PO (H)
-
K: schetsen en vaktekenen en cad-tekenen V: schaal en diepte tekenen
Ex-29
Praktijkopdrachten: PO
-
K: verbindingen en algemene theorie V: leren omgaan met gereedschap en maatvoering van verbindingen
Ex-30
Bouwproces: W4-5-6
2% BK 1 t/m 11
7% 2%
Periode 7 Toetsvorm Diagnostische toets: E*
Ex-31
Bestaat uit diverse toetsen Afsluitende toets: E*
Ex-32
(H). Bestaat uit diverse toetsen
Duur
Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
50 min.
K: Ramen_kozijnen, daken en uitzetten van een gebouw V: maatvoeren en bewerken van hout
BK 1 t/m 11
1%
50 min.
K: materialen, gereedschappen, veiligheid V: maatvoeren en bewerken van hout
BK 1 t/m 11
4%
Ex-33
Tekenwerk: PO (H)
-
K: schetsen en vaktekenen en cad-tekenen V: schaal en diepte tekenen
Ex-34
Praktijkopdrachten: PO
-
K: verbindingen en algemene theorie V: leren omgaan met gereedschap en maatvoering van verbindingen
2% BK 1 t/m 11
7%
Ex-35
Bouwproces:
Plannen en begroten
2%
Periode 8 Toetsvorm
Duur
Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
examentraining Legenda: E E* PO PR HD
: examentoets : samengestelde examentoets (bestaat uit minimaal 2 cijfers) : praktische opdracht : prestatie : handelingsdeel
H K TW V
: herkansbaar : kennis : toetweek : vaardigheden
Weging
]
Niveau: Kaderberoepsgerichte leerweg PTA Elektrotechniek Cohort 2014-2016
Periode 1 Toetsvorm
Methode: Techniek op maat
Duur
Inhoud/ Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
Ex-1
E-Toets (H)
Huisinstallaties 1
E0,E1,E2,E3,E4, E5
5%
Ex-2
PO
Huisinstallaties 1
E0,E1,E2,E3,E4, E5
10%
Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Periode 2 Toetsvorm
Duur
Weging
Ex-3
E-Toets (H)
Huisinstallaties 2
E6,E7,E8
5%
Ex-4
PO
Huisinstallaties 2
E6,E7,E8
10%
Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Periode 3 Toetsvorm
Duur
Weging
Ex-5
E-Toets (H)
Utiliteitsinstallaties 1
E9,E10,E11,E12 ,E13
5%
Ex-6
PO
Utiliteitsinstallaties 1
E9,E10,E11,E12
10%
,E13
Periode 4 Toetsvorm
Duur
Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
Ex-7
E-Toets (H)
Utiliteitsinstallaties 2
E14,E5,E16
5%
Ex-8
PO
Utiliteitsinstallaties 2
E14,E5,E16
10%
Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
Periode 5 Toetsvorm
Duur
Ex-9
E-Toets (H)
E - installaties in de industrie
Ex-10
PO
E - installaties in de industrie
Periode 6 Toetsvorm
Duur
Kennis / Vaardigheden
Ex-11
E-Toets (H)
Aanleggen communicatiesystemen
Ex-12
PO
Aanleggen communicatiesystemen
E17,E18,E19, E20 E17,E18,E19, E20
Kerndoelen E21,E22,E23, E24 E21,E22,E23, E24
5% 5%
Weging 5% 10%
Periode 7 Toetsvorm Ex-13
Duur
E-Toets (H)
Ex-14
PO
Periode 8 Toetsvorm
Duur
Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Aanleggen automatiseringssystemen
E26,E27,E28,E2 9,E30E31,E32,E 33,E34
5%
Aanleggen automatiseringssystemen
E26,E27,E28,E2 9,E30E31,E32,E 33,E34
10%
Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Examentraining
Legenda: E E* PO PR HD
: examentoets : samengestelde examentoets (bestaat uit minimaal 2 cijfers) : praktische opdracht : prestatie : handelingsdeel
H K TW V
: herkansbaar : kennis : toetsweek : vaardigheden
Weging
Weging
Niveau: kaderberoepsgerichte leerweg PTA Zorg & Welzijn Breed Cohort 2014-2016
Periode 1 Toetsvorm
Duur
Methode: D-talent
Inhoud/ Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
Module 0.1.1 Werken met D-talent Ex-1
E
Module 0.1.2 Samenwerken op de werkplek
01 Oriëntatie op de werkvelden
K: Een overzicht van functieniveaus, werken met een portfolio, economisch bewust handelen
02 Professionele vaardigheden
2%
02 Professionele vaardigheden 13 Voedingsverzorging 14 Zorg voor huishouding
3%
V: werken met het moduleboek, invullen van plan van aanpak, takenboek invullen en downloaden, samenwerken, leren leren. Module 1.1.1 Kennismaken met voedingsverzorging Module 1.1.2 Eenvoudige maaltijden verzorgen Ex-2
E*
K: Voeding algemeen (bv.: wat zijn vezels?), aandachtspunten verzorgen van lunch, voedselbereiding. V: thee zetten, opdienen, afruimen, afwassen, maaltijden voorbereiden en bereiden, tafel dekken, meten en wegen voedingsmiddelen.
Ex-3
E
Module 2.1.1 Kennismaken met het werken in een wozoco
01 Oriëntatie op de werkvelden
Module 2.1.2 Aan de slag in een wozoco
02 Professionele vaardigheden
K: Wat is gezond? Planmatig werken met elektronisch zorgdossier, de persoon achter de zorgvrager of cliënt, zorg in het verleden, zorg in de toekomst, ADL en zelfzorg, hulpmiddelen.
06 Informatie en communicatie technologie 07 Sociaal pedagogisch werk
3%
V: Jezelf voorstellen aan een oudere cliënt, zorgdossier openen en raadplegen.
09 Zorg en hulpverlening
01 Oriëntatie op de werkvelden
Ex-4
Module 9.1.1 Werken in een huisartsenpraktijk
02 Professionele vaardigheden
Module 9.1.2 Werken in een apotheek
03 Sociale communicatieve
Module 9.1.3 Werken in een tandartsenpraktijk
E*
K: Bloeddruk, Zakelijke brief, Professioneel telefoneren, meevoelen met anderen, zuigfles cariës. V: Wegen van personen, zakelijk telefoneren.
vaardigheden 04 Drama
4%
05 Grondhouding 06 Informatie en communicatie technologie 16 Receptiewerkzaamheden
Diverse praktijkopdrachten Ex-5
K: Sociale en communicatieve vaardigheden
PO
Periode 2 Toetsvorm
V: Oriëntatie op de werkvelden, professionele vaardigheden, sociale en communicatieve vaardigheden, drama, grondhouding
Duur
Kennis / Vaardigheden Module 4.1.1 Oriëntatie op het beroep van sportleider Module 4.2.1 Een sportactiviteit opzetten
Ex-6
E
Module 4.2.2 Een sportactiviteit begeleiden K: trainingsdoel en trainingsschema, een goede conditie, basiskennis Excel, blessures voorkomen.
K1, 2, 3, 4, 5
3%
Kerndoelen
Weging
01 Oriëntatie op de werkvelden 03 Sociale en communicatieve vaardigheden 04 Drama 06 Informatie en communicatie technologie
3%
V: Het maken van een PowerPointpresentatie, zakelijk telefoneren, wegen van personen. Ex-7
E
Module 5.1.1 Aan de slag met facilitaire dienstverlening Module 5.2.1 Aan de slag met facilitaire Zaken
01 Oriëntatie op de werkvelden 02 Professionele vaardigheden 15 Facilitaire dienstverlening
2%
K: hygiëneregels bediening, mastiek en mise en place maken, HACCP-voorschriften keuken V: het ontvangen van gasten, ontvangen van een bestelling, een lunch verzorgen, kleinere feestjes voorbereiden en bedienen. Module 1.2.1 Aan de slag met huishoudelijke zorg Module 1.2.2 Schoonmaakwerkzaamheden uitvoeren Ex-8
K: schoonmaakplan maken, wasmachine en wasprogramma
E
14 Zorg voor huishouding
2%
K1, 2, 3, 4, 5
3%
V: strijken, vouwen van platgoed, stof afnemen, stofzuigen, was sorteren, onderhouden kookplaat, koelkast periodieke beurt geven, ramen zemen, was drogen, schoonmaken toiletruimte, nat reinigen. Diverse praktijkopdrachten Ex-9
K: Sociale en communicatieve vaardigheden
PO
V: Oriëntatie op de werkvelden, professionele vaardigheden, sociale en communicatieve vaardigheden, drama, grondhouding Ex-10
Module 5.4.1 Gasten verzorgen & bedienen
Loopt door P3
Module 5.5.1 Bereiden van eten en drinken
E
K: Ergonomisch werken, serveermethode, bereidingswijze, convenience producten.
-
V: Bereiden van eten en drinken, gasten verzorgen en bedienen. Periode 3 Toetsvorm
Duur
Kennis / Vaardigheden Module 5.4.1 Gasten verzorgen & bedienen
Ex-10
01 Oriëntatie op de werkvelden 02 Professionele vaardigheden 05 Grondhouding 15 Facilitaire dienstverlening
E
Module 5.5.1 Bereiden van eten en drinken K: Ergonomisch werken, serveermethode, bereidingswijze, convenience producten.
Kerndoelen 01 Oriëntatie op de werkvelden 02 Professionele vaardigheden 05 Grondhouding 15 Facilitaire dienstverlening
Weging
3%
V: Bereiden van eten en drinken, gasten verzorgen en bedienen. Ex-11
E
Module 4.3.1 Een sportactiviteit voorbereiden
07 Sociaal pedagogisch werk 08 Begeleiding van activiteiten
3%
Module 4.4.1 Een sportactiviteit coachen K: activiteiten voorbereiden, brainstormen, opbouw van een programma, een activiteit begeleiden en uitleggen. V: Een draaiboek maken, een begroting maken. Module 1.1.3 Rekening houden met verschillende behoeften Module 1.1.4 Verantwoorde voedingskeuzes maken Ex-12
K: Voeding bij ziekte en herstel, overgewicht, voeding en bewegen, afvallen, de schijf van vijf, vegetarisch eten, gezond en duurzaam eten.
E*
02 Professionele vaardigheden 13 Voedingsverzorging 14 Zorg voor huishouding
3%
K1, 2, 3, 4, 5
5%
V: koffie zetten en serveren, maaltijden voorbereiden en bereiden, binden met roux, afwassen, cup cakes bakken, meten en wegen voedingsmiddelen, garneren van gerechten. Stage Ex-13
K: Sociale en communicatieve vaardigheden
PO
V: Oriëntatie op de werkvelden, professionele vaardigheden, sociale en communicatieve vaardigheden, drama, grondhouding Module 2.1.3 Inspelen op de wens van de cliënt Module 2.1.4 De zorgvragen van mw. Groen
Ex-14
K: Het zorgproces, een zorgkamer inrichten, hygiëne in de zorg, alles rondom zorgbedden, dementie, ondersteunen bij het lopen, cliënten ondersteunen betreft kleding.
E
V: assisteren en verzorgen algemeen, handen wassen, het reinigen van gebitsprothese, opmaken of verschonen van leeg bed, assisteren bij haren kammen, assisteren bij lopen. Periode 4 Toetsvorm Ex-15
E
Duur
02 Professionele vaardigheden 06 Informatie en communicatie technologie
3%
09 Zorg en hulpverlening 11 Assisteren en verzorgen
Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Module 2.5.1 Extramuraal werken in servicewoningen
02 professionele
Module 2.5.2 Vraaggericht zorg geven aan ouderen
vaardigheden
K: steunkousen, dementie.
11 Assisteren en verzorgen
Weging 3%
V: Handen wassen, assisteren en verzorgen,
17 Welzijn van ouderen
Module 4.5.1 Dagactiviteiten opzetten Ex-16
E*
Module 4.6.1 Dagactiviteiten begeleiden
08 Begeleiding van
K: dagbesteding voor ouderen, levensboek als activiteit voor ouderen, werken aan een levensboek.
activiteiten
3%
V: Een dagbesteding voor ouderen voorbereiden, kiezen, regelen en begeleiden. Module 5.3.1 Deskundig schoonmaken Module 5.3.2 Nog meer uit de facilitaire beroepspraktijk Ex-17
E
K: Vuil verwijderen, schoonmaakplan, HACCP. V: stofwissen, moppen, reinigen van vloeren, feedback geven en ontvangen, stof afnemen, stofzuigen. Module 7.1.1 Oriëntatie op het kappersvak Module 7.1.2 Klantvriendelijk zijn
Ex-18
E
K: Bouw en functie van het haar, belangrijke Arbo regels kappersvak, het stylen en verstevigen van haar, aandachtspunten voor afhandelen pinbetaling, waarom pinnen?
01 Oriëntatie op de werkvelden 02 Professionele vaardigheden 03 Sociale en communicatieve vaardigheden 04 Drama 05 Grondhouding 15 Facilitaire dienstverlening 01 Oriëntatie op de werkvelden 02 Professionele vaardigheden 12 Haarverzorging
3%
2%
V: Aandacht hebben voor klanten en jezelf, advies op maat, haarstyling. Module 7.2.1 Diverse werkzaamheden uitvoeren Module 7.2.2 Kennismaken met watergolfbehandeling Ex-19
E
K: Haarverzorgingsproducten, haar wassen en haardikte meten, afdelen en föhnen, een kappersbehandeling voorbereiden en afwerken.
12 Haarverzorging
2%
V: haren wassen van een klant, machinewas doen, wasdroger, kruisafdeling, eenvoudige diagnose stellen, föhnen, watergolfrollers indraaien en uithalen, haar afdelen, vlechten. Ex-20
Module 2.2.1 Eerste hulp verlenen (Projectweek) E
K: eerste hulp, stoornissen in vitale functies. V: EHBO, vitale functies controleren, pleister plakken.
09 Zorg en hulpverlening 11 Assisteren en verzorgen
4%
Diverse praktijkopdrachten Ex-21
PO
K: Sociale en communicatieve vaardigheden
K1, 2, 3, 4, 5
3%
V: Oriëntatie op de werkvelden, professionele vaardigheden, sociale en communicatieve vaardigheden, drama, grondhouding GPO (Grote praktische opdracht tijdens werkweek) Ex-22
HD
K: Effecten en werking van diverse soorten drugs
K4 drama
-
V: Drama Periode 5 Toetsvorm
Duur
Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
Module 1.2.3 was- en schoonmaakmiddelen gebruiken Module 1.2.4 helpen bij taken in het huishouden Ex-23
E
K: wasmachine en wasprogramma, wasmiddel kiezen en doseren, vuil verwijderen.
14 Zorg voor
V: was sorteren, machine was, drogen, schoonmaken, stofwissen, stofzuigen, ramen zemen, nat reinigen vloeren, schoenen poetsen, bed verschonen, vlekken verwijderen, strijken, vouwen platgoed, strijken en vouwen van kleding.
huishouding
Module 2.4.1 EHBO oefenen in de nagebootste praktijk Ex-24
E
2%
09 Zorg en
Module 2.4.2 Oefenen met EHBO bij huidverwondingen
hulpverlening
K: Verstuiking, kneuzing, botbreuk, ontwrichting, wondjes en verwondingen
11 Assisteren en
V: Drukverband aanleggen, stabiele zijligging, brede das, slachtoffer van buik op rug en mitella.
verzorgen
2%
01 Oriëntatie op de
Module 3.1.1 De praktijk van werken met baby’s Ex-25
E*
werkvelden
Module 3.1.2 De praktijk van werken met peuters
02 Professionele
K: Een baby in bad doen en verschonen, competenties bij opvoeden en verzorgen van baby’s.
vaardigheden
V: Een baby in bad doen en verschonen, voorlezen, veilig werken met kinderen.
07 Sociaal pedagogisch werk
3%
Module 1.4.1 Uitvoeren van dagelijkse werkzaamheden Module 1.4.2 Rondom voeding Module 1.5.1 Cliënten assisteren bij het huishouden Ex-26
E
K: Zorgen voor drinken, boterham en flesvoeding, lastige eters, voeding op maat, inspelen op internationale keuken.
13 Voedingsverzorging
3%
14 Zorg voor huishouding
V: flesvoeding bereiden, hoe geef je een fles? Schoonmaakschema speelgoed, nat reinigen vloeren, nat afnemen ledikantje, gerechten bereiden. Diverse praktijkopdrachten Ex-27
K: Sociale en communicatieve vaardigheden
PO
Periode 6 Toetsvorm
V: Oriëntatie op de werkvelden, professionele vaardigheden, sociale en communicatieve vaardigheden, drama, grondhouding
Duur
Kennis / Vaardigheden Module 6.1.1 Aan het werk als schoonheidsspecialist Module 6.1.2 Adviseren, verkopen en afrekenen
Ex-28
E
K: Klanten ontvangen, professioneel leren werken, aandachtspunten voor contante betaling, klanten adviseren.
K1, 2, 3, 4, 5
3%
Kerndoelen
Weging
01 Oriëntatie op de werkvelden 02 Professionele vaardigheden 10 Persoonlijke verzorging
3%
V: PowerPoint maken, algemene richtlijnen schoonheidsverzorging, eenvoudige handverzorging, basis handmassage, cadeautjes professioneel inpakken. Module 6.2.1 Nagels verzorgen Ex-29
E
Module 6.2.2 Handen en nagels verzorgen
10 Persoonlijke
K: Handmassage uitvoeren en schoonmaken met microvezels
verzorging
V: Machine was doen, wasdroger, nagels lakken, eenvoudige handverzorging.
2%
Module 3.2.1 De praktijk van werken met kleuters Ex-30
Module 3.2.2. De praktijk van werken met schoolkinderen
E
K: Spel en speelgoed, observeren van een kind, sociale kaart, zelfredzaamheid bij kinderen, opvoeden.
02 Professionele vaardigheden 07 Sociaal pedagogisch werk
3%
K1, 2, 3, 4, 5
5%
Stage Ex-31
Periode 7 Toetsvorm
Ex-32
K: Sociale en communicatieve vaardigheden
PO
E
V: Oriëntatie op de werkvelden, professionele vaardigheden, sociale en communicatieve vaardigheden, drama, grondhouding
Duur
Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Module 6.3.1 Een gezichtsbehandeling geven
01 Oriëntatie op de werkvelden
Module 6.3.2 Een dag make-up aanbrengen
02 Professionele vaardigheden
K: Het reinigen van het gezicht, gezichtsmaskers, camouflageproducten.
06 Informatie en communicatie technologie
V: Reinigen van ogen en mond, reinigen van gezicht en hals, gezichtsmasker aanbrengen, oogmake-up aanbrengen, lipmake-up aanbrengen. Module 1.3.1 Assisteren bij HDL Ex-33
E
Module 1.3.2 Rekening houden met voedingsadviezen K: Voeding en diëten V: Onderhouden van de kookplaat, vlekken verwijderen. Module 8.1.1. Cliënten met een beperking begeleiding
Ex-34
E
Module 8.2.1 Het huishouden runnen met cliënten K: Kerntaken van een persoonlijk begeleider, Wat houdt een verstandelijke beperking in?, Zelfredzaamheid bij mensen met ..., Communicatie met mensen met ..., V: Picto’s, assisteren bij aankleden bovenkleding, assisteren bij rijden met rolstoel, thee zetten en
Weging
3%
10 Persoonlijke verzorging 02 Professionele vaardigheden 13 Voedingsverzorging
3%
14 Zorg voor huishouding 03 Sociale en communicatieve vaardigheden 11 Assisteren en verzorgen 14 Zorg voor huishouding
3%
serveren. Ex-35
E*
K2, 3, 4, 5, 6, 7, 9, 10, 11, 13, 14, 15
Oude examenonderdelen
Periode 8 -
Examentraining Legenda: E E* PO PR HD
: examentoets : samengestelde examentoets (bestaat uit minimaal 2 cijfers) : praktische opdracht : prestatie : handelingsdeel
H K TW V
: herkansbaar : kennis : toetsweek : vaardigheden
3%
Niveau: kaderberoepsgerichte leerweg PTA Horeca, toerisme en voeding Cohort 2014-2016
Periode 1 Toetsvorm
Methode:
Duur
Inhoud/ Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
Ex-1
PO
150
Praktijk koken
2%
Ex-2
PO
150
Praktijk serveren
2%
Ex-3
PO
150
Praktijk brood & banket
2%
Periode 2 Toetsvorm
Duur
Kennis / Vaardigheden
Ex-4
E-toets
50
Theorie boek HO 1
1%
Ex-5
E-toets
50
Theorie boek BB 1
1%
Ex-6
PO
150
Praktijk koken
2%
Ex-7
PO
150
Praktijk serveren
2%
Ex-8
PO
150
Praktijk brood & banket
2%
Ex-9
PO
Evenement: “ Das Midwinter – Weihnachtsfest ”
4%
Kerndoelen
Weging
Periode 3 Toetsvorm
Duur
Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Weging
Ex-10
E-toets
50
Theorie boek HO 2
1%
Ex-11
E-toets
50
Theorie boek BB 2
1%
Ex-12
E-toets
50
Theorie boek TO 1
1%
Ex-13
PO
150
Praktijk koken
2%
Ex-14
PO
150
Praktijk serveren
2%
Ex-15
PO
150
Praktijk brood & banket
2%
Ex-16
PO
Stage:
4%
Periode 4 Toetsvorm
Duur
Ex-17
E-toets
50
Theorie boek HO 3
1%
Ex-18
E-toets
50
Theorie boek BB 3
1%
Ex-19
E-toets
50
Theorie TO 1
1%
Ex-20
PO
150
Praktijk koken
2%
Ex-21
PO
150
Praktijk serveren
2%
Ex-22
PO
150
Praktijk brood & banket
2%
Kennis / Vaardigheden
Kerndoelen
Legenda: E E* PO PR HD
: examentoets : samengestelde examentoets (bestaat uit minimaal 2 cijfers) : praktische opdracht : prestatie : handelingsdeel
H K TW V
: herkansbaar : kennis : toetsweek : vaardigheden
Weging
Werkwijze van de examencommisie Algemeen: - De examencommissie vergadert elke dinsdag, het 3e uur, over alle examenzaken van klas 3 en klas 4. - Meteen daarna wordt getracht het verslag rond te mailen. - Dinsdag, Flexuur, is er een inhaalmoment in lokaal 018 voor leerlingen die een e-toets mogen in halen. De docent kan het werk in het hiervoor bestemde postvak (zie docentenkamer) neerleggen en kan het na afloop aldaar ophalen. - De docent maakt zelf afspraken met leerlingen over het inhalen. - Leerlingen die verzuimd hebben een verslag oid in te leveren, worden op dinsdag bij de mediatheek verwacht om dit alsnog in orde te maken. Ook dit wordt door de docent afgesproken. - Elke onregelmatigheid wordt binnen 24 uur schriftelijk (via het formulier – bij de conciërge op te halen - of per mail aan
[email protected] ) aan de examencommissie gemeld: door de leerling en door de docent. - Ook het geoorloofd missen van een toets moet gemeld worden! - Pas na uitslag van de examencommissie mag een docent richting de leerling actie ondernemen. - Tot die tijd vult de docent een 0,0 in in Magister als cijfer. Na besluit van de excie wordt dit cijfer door de docent veranderd. - Wijk aub niet af van deze afspraken. - Probeer de inhalers zo veel mogelijk naar het inhaaluur bovenbouw, op de dinsdag het 6 e uur in lokaal 018 te sturen. Het inhaalwerk kun je in het hiervoor bestemde postvak leggen en na afloop weer ophalen.
Procedure missen van onderdelen van het examendossier a) Een leerling mist een toets: -
De docent vult een 0,0 in in Magister. De docent meldt dit per mail aan de examensecretaris. De leerling meldt, binnen 24 uur, dit aan de examencommissie via het hiervoor bestemde formulier. De examencommissie kan een leerling oproepen voor een gesprek. De examencommissie vergadert erover en besluit dat: de leerling de toets alsnog mag maken.
-
de leerling niet in aanmerking komt voor het alsnog mogen maken van de toets en het cijfer een 1,0 wordt. In dit geval worden ouders schriftelijk op de hoogte gesteld. De docent krijgt – via het verslag – feedback over de uitkomst. De leerling krijgt – via de mentor/docent/examencommissie - de uitkomst te horen. De examencommissie hoopt dat dit binnen twee weken na het moment van de toets, is afgerond. De docent houdt de examencommissie op de hoogte van de ontwikkeling. De examencommissie kan het IZT inschakelen. Indien de kwestie na twee weken nog niet in orde is, kan de examencommissie besluiten de directeur in te schakelen voor strengere maatregelen.
b) Een leerling heeft geen werkstuk (PR) ingeleverd of geen presentatie gehouden: -
De docent vult een 0,0 in in Magister. De docent meldt dit per mail aan de examensecretaris. De leerling meldt, binnen 24 uur, dit aan de examencommissie via het hiervoor bestemde formulier. De examencommissie kan een leerling oproepen voor een gesprek. Dit moet alsnog gebeuren. De docent maakt hier verdere afspraken over. De examencommissie bepaalt de maatregel t.a.v. het cijfer. De examencommissie hoop dat dit binnen twee weken na de eerste inleverdatum/presentatiedatum is afgerond. De docent houdt de examencommissie op de hoogte van de ontwikkeling. De examencommissie kan het IZT inschakelen. Indien de kwestie na twee weken nog niet in orde is, kan de examencommissie besluiten de directeur in te schakelen voor strengere maatregelen.
c) Een leerling heeft een handelingsdeel (HD) niet naar behoren afgerond: -
De docent meldt dit per mail aan de examensecretaris. De leerling meldt, binnen 24 uur, dit aan de examencommissie via het hiervoor bestemde formulier.
-
De examencommissie kan een leerling oproepen voor een gesprek. Dit moet alsnog gebeuren. De docent maakt de afspraak dat de leerling op school aan het handelingsdeel werkt (bv. Op de dinsdagmiddag). De docent stelt een nieuwe deadline. De docent maakt hier verdere afspraken over. De examencommissie hoopt dat dit binnen twee weken na de eerste deadline is afgerond. De docent houdt de examencommissie op de hoogte van de ontwikkeling. De examencommissie kan het IZT inschakelen. Indien de kwestie na twee weken nog niet in orde is, kan de examencommissie besluiten de directeur in te schakelen voor strengere maatregelen.
d) Een leerling wordt een toetssituatie verwijderd: -
-
De leerling wordt uit de les/toets gestuurd. De docent vult een 0,0 in in Magister. De docent meldt dit per mail aan de examensecretaris, met uitleg over de aanleiding tot uitstuur. Daarbij probeert de docent de situatie zo goed mogelijk te beschrijven. De leerling meldt zich meteen bij de examencommissie en levert een ingevuld formulier in. De examencommissie kan een leerling oproepen voor een gesprek. De examencommissie vergadert erover en besluit dat: de leerling de toets alsnog mag maken. de leerling niet in aanmerking komt voor het alsnog mogen maken van de toets en het cijfer een 1,0 wordt. Ouders krijgen een schriftelijk bericht over het voorval en het besluit van de examencommissie. De docent krijgt – via het verslag – feedback over de uitkomst. De leerling krijgt van de examencommissie de uitkomst te horen. De examencommissie hoopt dat dit binnen twee weken na het moment van de toets, is afgerond. De docent houdt de examencommissie op de hoogte van de ontwikkeling.
-
Indien de kwestie na twee weken nog niet in orde is, kan de examencommissie besluiten de directeur in te schakelen voor strengere maatregelen.
Uittreksel uit het EINDEXAMENBESLUIT v.w.o.-h.a.v.o.-m.a.v.o.-v.b.o Hoofdstuk I Algemene bepalingen Artikel 1. Begripsbepalingen In dit reglement wordt verstaan onder: 1.Eindexamenbesluit: het Eindexamenbesluit VWO, HAVO, MAVO, VBO van 10 juli 1989. 2. Kandidaat: ieder die door het bevoegd gezag wordt toegelaten tot het eindexamen. 3. Examinator: degene die is belast met het afnemen van het examen. 4. Vestigingsdirecteur: degene die is belast met de leiding over een vestiging van de school. 5. College van bestuur: degene die belast is met de leiding van de scholengemeenschap 6. Bevoegd gezag: het college van bestuur van de Stichting Confessioneel Onderwijs Leiden Artikel 2. Toelating tot het eindexamen 1. Het bevoegd gezag stelt de leerlingen van een school in de gelegenheid ter afsluiting van de opleiding een eindexamen af te leggen. 2. Het bevoegd gezag stelt de leerlingen van een instelling voor educatie en beroepsonderwijs in de gelegenheid in plaats van een eindexamen een of meer deeleindexamens af te leggen. 3. Het bevoegd gezag kan tot het eindexamen toelaten kandidaten die niet als leerling van de school zijn ingeschreven. 4. Het bevoegd gezag van een instelling voor educatie en beroepsonderwijs kan kandidaten als bedoeld in het derde lid eveneens in de gelegenheid stellen een of meer deeleindexamens aan de desbetreffende school af te leggen. 5. Kandidaten als bedoeld in het derde lid, die worden toegelaten tot het eindexamen van een school voor voortgezet onderwijs, zijn behoudens het bepaalde in het zesde lid aan het bevoegd gezag een door de minister bepaald bedrag verschuldigd voor een volledig eindexamen. 6. In afwijking van het bepaalde in het vijfde lid is een toelatingsbedrag niet verschuldigd door kandidaten die zijn ingeschreven bij een andere uit de openbare kas bekostigde school, - al dan niet in de zin van dit besluit -, afdeling of onderwijsinstelling en die aldaar geen eindexamen dan wel deeleindexamen afleggen. Artikel 3. Afnemen eindexamen 1. De vestigingsdirecteur en de examinatoren van een school voor voortgezet onderwijs nemen onder verantwoordelijkheid van het bevoegd gezag het eindexamen af. 2. De vestigingsdirecteur van een school voor voortgezet onderwijs wijst een van de personeelsleden van de school aan tot secretaris van het eindexamen.
Artikel 5. Onregelmatigheden 1. Indien een kandidaat zich ten aanzien van enig deel van het eindexamen dan wel ten aanzien van een aanspraak op ontheffing aan enige onregelmatigheid schuldig maakt of heeft gemaakt, dan wel zonder geldige reden afwezig is, kan de directeur maatregelen nemen. 2. De maatregelen, bedoeld in het eerste lid, die afhankelijk van de aard van de onregelmatigheid ook in combinatie met elkaar genomen kunnen worden, zijn: a. het toekennen van het cijfer 1 voor een toets van het schoolexamen, de rekentoets of het centraal examen, b. het ontzeggen van de deelname of de verdere deelname aan een of meer toetsen van het schoolexamen, de rekentoets of het centraal examen, c. het ongeldig verklaren van een of meer toetsen van het reeds afgelegde deel van het schoolexamen, de rekentoets of het centraal examen, d. het bepalen dat het diploma en de cijferlijst slechts kunnen worden uitgereikt na een hernieuwd examen in door de directeur aan te wijzen onderdelen. Indien het hernieuwd examen bedoeld in de vorige volzin betrekking heeft op een of meer onderdelen van het centraal examen legt de kandidaat dat examen af in een volgend tijdvak van het centraal examen. 3. Het besluit waarbij een in het eerste lid bedoelde maatregel wordt genomen, wordt tegelijkertijd in afschrift toegezonden aan de inspectie en, indien de kandidaat minderjarig is, aan de wettelijke vertegenwoordigers van de kandidaat. 4. De kandidaat kan tegen een beslissing van het college van bestuur in beroep gaan bij de door het bevoegd gezag van de school in te stellen commissie van beroep. De commissie bestaat uit drie leden: a) een lid aan te wijzen door het bevoegd gezag, tevens voorzitter van de commissie b) een lid aan te wijzen door het deel van de medezeggenschapsraad dat de ouders en leerlingen vertegenwoordigt c) een lid aan te wijzen door het deel van de medezeggenschapsraad dat het personeel vertegenwoordigt Van de commissie van beroep mag de directeur geen deel uitmaken. Adres van de commissie van beroep: Commissie van Beroep, p/a Mariënpoelstraat 4, 2334 CZ, Leiden 5. In overeenstemming met artikel 30a van de wet wordt het beroep binnen vijf dagen nadat de beslissing aan de kandidaat is bekendgemaakt, schriftelijk ingesteld bij de commissie van beroep. De commissie stelt een onderzoek in en beslist binnen twee weken na ontvangst van het beroepsschrift, tenzij zij deze termijn gemotiveerd heeft verlengd met ten hoogste twee weken. De commissie stelt bij haar beslissing zo nodig vast op welke wijze de kandidaat alsnog in de gelegenheid zal worden gesteld het eindexamen geheel of gedeeltelijk af te leggen onverminderd het bepaalde in de laatste volzin van het tweede lid. De commissie deelt haar beslissing schriftelijk mede aan de kandidaat, aan de ouders, voogden of verzorgers van de kandidaat indien deze minderjarig is, aan de directeur en aan de inspectie. Hoofdstuk II Inhoud van het eindexamen
Artikel 8. Begrenzing mogelijkheden vakkenkeuze kandidaten 1. De kandidaten kiezen, met inachtneming van dit hoofdstuk, in welke vakken zij examen willen afleggen. Voor leerlingen geldt deze keuze voor zover het bevoegd gezag, al dan niet in samenwerking met het bevoegd gezag van een of meer andere scholen, hen in de gelegenheid heeft gesteld zich op het examen in die vakken voor te bereiden. Indien sprake is van samenwerking tussen scholen, is artikel 2 van het Besluit samenwerking VO-BVE van toepassing. 2. De kandidaten kunnen, voor zover het bevoegd gezag hun dat toestaat, in meer vakken examen afleggen dan in de vakken die ten minste tezamen een eindexamen vormen. Een examen als bedoeld in de eerste volzin heeft geen betrekking op vakken die overeenkomen met vakken die onderdeel zijn van dat eindexamen. 3. Het bevoegd gezag beslist, welke in artikel 7, derde lid, bedoelde differentiaties worden aangeboden. Artikel 32. Schoolexamen 1. Het bevoegd gezag bepaalt het tijdstip waarop het schoolexamen aanvangt. 2. Het schoolexamen wordt afgesloten voor de aanvang van het eerste tijdvak van het Centraal Examen. 3. Het bevoegd gezag kan in afwijking van het tweede lid een kandidaat die ten gevolge van ziekte of een andere van zijn wil onafhankelijke omstandigheid het schoolexamen in één of meer vakken niet heeft kunnen afsluiten voor de aanvang van het eerste tijdvak, in de gelegenheid stellen het schoolexamen in dat vak of in die vakken af te sluiten vóór het centraal examen. Artikel 46. De rekentoets 4. De rekentoets wordt afgenomen in het laatste leerjaar. 5. In afwijking van het vierde lid kan het bevoegd gezag een leerling uit het voorlaatste leerjaar toelaten tot de rekentoets. Hoofdstuk VI. Overige bepalingen Artikel 55. Afwijking wijze van examineren 1. Het college van bestuur kan toestaan dat een gehandicapte kandidaat het examen geheel of gedeeltelijk aflegt op een wijze die is aangepast aan de mogelijkheden van die kandidaat. In dat geval bepaalt de directeur de wijze waarop het examen zal worden afgelegd, met dien verstande dat aan de overige bepalingen in dit besluit wordt voldaan. Hij doet hiervan zo spoedig mogelijk mededeling aan de inspectie. 2. Tenzij sprake is van een objectief waarneembare lichamelijke handicap, geldt ten aanzien van de in het eerste lid bedoelde aangepaste wijze van examineren dat: a. er een deskundigenverklaring is die door een ter zake deskundige psycholoog of orthopedagoog is opgesteld, b. de aanpassing voor zover betrekking hebbend op het centraal examen in ieder geval kan bestaan uit een verlenging van de duur van de desbetreffende toets van het centraal examen met ten hoogste 30 minuten, en
c. een andere aanpassing slechts kan worden toegestaan voor zover daartoe in de onder a genoemde deskundigenverklaring ten aanzien van betrokkene een voorstel wordt gedaan dan wel indien de aanpassing aantoonbaar aansluit bij de begeleidingsadviezen, vermeld in die deskundigenverklaring. Artikel 59. Spreiding voltooiing eindexamen 1. Het bevoegd gezag kan, de inspectie gehoord, toestaan dat een kandidaat die in het laatste leerjaar langdurig ziek is, en een kandidaat die lange tijd ten gevolge van een bijzondere, van de wil van de kandidaat onafhankelijke omstandigheid niet in staat is geweest het onderwijs in alle betrokken eindexamenvakken gedurende het laatste leerjaar te volgen, het centraal examen en in voorkomend geval het schoolexamen, voor een deel van de vakken in het ene schooljaar en voor het andere deel in het daarop volgende schooljaar aflegt. In dat geval wordt het eindexamen in een vak in het eerste of in het tweede van deze schooljaren afgesloten. 2. Het bevoegd gezag geeft zijn in het eerste lid bedoelde toestemming uiterlijk voor de aanvang van het eerste tijdvak van het centraal examen. In bijzondere gevallen kan het bevoegd gezag afwijken van de eerste volzin ten behoeve van een kandidaat die nog niet in alle betrokken eindexamenvakken centraal examen heeft afgelegd. 3. Artikel 51, lid 1 en 3, is ten aanzien van de kandidaat van toepassing in het eerste en in het tweede schooljaar van het gespreid centraal examen, met dien verstande dat het in dat artikel bedoelde recht in het eerste schooljaar ontstaat nadat de eindcijfers van de vakken waarvoor in het eerste schooljaar het centraal examen is afgesloten, voor de eerste maal zijn vastgesteld. Bron: http://wetten.overheid.nl/BWBR0004593/geldigheidsdatum_04-06-2012
De regeling van het eindexamen op Bonaventuracollege, in overeenstemming met de betrokken artikelen van het Eindexamenbesluit 1. Het schoolexamen (zie artikel 31, 32, 35 en 36) Het schoolexamen VMBO wordt afgenomen in het derde en het vierde leerjaar. 1.1 Het schoolexamen bestaat uit een examendossier. Het examendossier omvat vier resultatenoverzichten per jaar. De resultatenoverzichten van de leerjaren vormen tezamen een overzicht van de door de kandidaat behaalde resultaten, de met ‘voldoende’ of ‘goed’ afgesloten handelingsdelen, althans voor zover deze in het programma van het betreffende vak zijn opgenomen, de tenminste met voldoende beoordeelde grote praktische opdrachten (GPO’s) voor zover deze in het pta van een vestiging zijn opgenomen, de rekentoets en het tenminste met voldoende beoordeelde sectorwerkstuk. Voorafgaand aan het centraal examen ontvangt de kandidaat een overzicht van de eindcijfers voor de rekentoets, de vakken en deelvakken waarvoor geen centraal examen behoeft te worden afgelegd, als ook voor de vakken waarvoor een centraal examen moet worden afgelegd. 1.2 De school richt ten behoeve van de leerjaren drie en vier elk jaar minimaal drie en maximaal vier toetsweken in. Toetsen die onderdeel vormen van het schoolexamen worden aangemerkt als "E-toets". 1.3 Na afloop van de toetsweken, en na bekendmaking en bespreking van de door de kandidaat behaalde resultaten, mag de kandidaat maximaal twee toetsen herkansen, naar keuze. Dat wil zeggen na periode 2 mag een (1) E-toets herkanst worden uit de periodes 1 en 2. Na periode 3 mag een (1) E-toets herkanst worden uit deze periode en na periode 4 mogen twee (2) E-toetsen herkanst worden uit deze periode. Voor het vierde jaar geldt dat na periode 5 een (1) E-toets uit deze periode herkanst mag worden. Na periode 6 mogen twee (2) E-toetsen uit deze periode herkanst worden en na periode 7 mag een(1) E-toets uit deze periode herkanst worden. In alle gevallen geldt dat het niet is toegestaan om twee toetsen voor hetzelfde vak uit dezelfde periode te herkansen. Het hoogst behaalde resultaat van toets en herkansing wordt als het definitieve resultaat beschouwd. 1.4 Kandidaten die na de laatste toetsperiode nog niet aan de bevorderingsnorm voldoen, kunnen worden toegelaten tot een korte reparatieperiode.(zie artikel 2.2) Daarna kan de kandidaat alsnog maximaal twee toetsen herkansen (zie 1.3) Ook handelingsdelen kunnen in deze periode alsnog met de beoordeling ‘voldoende’ of ‘goed’ worden afgerond. 1.5 In de programma's van de vakken staat een overzicht van de E-toetsen en praktische opdrachten voor dat vak vermeld. In de programma's van de vakken staat een overzicht van de handelingsdelen die voor de verschillende vakken als onderdeel van het schoolexamen met de beoordeling ‘voldoende’ of ‘goed’ moeten worden afgerond, mits handelingsdelen voor het betreffende vak in het programma zijn opgenomen 1.6 De kandidaat heeft het wettelijk recht op een herexamen voor een vak waarin alleen een schoolexamen wordt afgelegd indien hij voor dat vak een eindcijfer heeft behaald lager dan 6 (artikel 35b van het Eindexamenbesluit) Binnen het Bonaventuracollege heeft dit betrekking op het vak maatschappijleer-1 en de rekentoets.
1.7 De inhoud van het herexamen wordt vastgesteld door het bevoegd gezag in overleg met de vakgroep maatschappijleer (toelichting vmbo op art. 35b) 1.8 Het hoogste van de cijfers behaald bij het herexamen in een vak en bij het eerder afgelegde schoolexamen in dat vak geldt als eindcijfer voor dat vak. 1.9 Het herexamen geldt tevens als vervangend schoolexamen in het vak maatschappijleer voor de leerlingen die van havo 3 overgestapt zijn naar vmbo-tl 4. 1.10 De artikelen 1.8 en 1.9 zijn overeenkomstig van toepassing ten aanzien van de kandidaat die een deeleindexamen aflegt.
2. De bevordering 2.1 De school kent naast de toetsen voor het schoolexamen, de "E-toets", ook toetsen die medebepalend zijn voor de overgang van het derde naar het vierde leerjaar VMBO, de "T-toets" 2.2 De bevordering geschiedt indien: 1. een leerling voor het gekozen vakkenpakket gemiddeld minstens een 6 heeft behaald (inclusief maatschappijleer-1) 2. een leerling in dat gekozen vakkenpakket maximaal 2x een 5 op het rapport heeft staan, mits daar minimaal een 7 tegenover staat in een ander vak. 3. de vakken Kunstvakken-1, LO-1, Muziek, Tekenen en Handvaardigheid zijn afgesloten met de beoordeling ‘voldoende’ of ‘goed’. 4. de handelingsdelen van de desbetreffende vakken met de beoordeling ‘voldoende’ of ‘goed’ zijn afgesloten 5. de leerling voor niet gekozen examenvakken van het derde leerjaar gemiddeld ten minste gemiddeld 5,5 heeft. 2.3 Om te bepalen wat het gemiddelde van een vak is gelden de volgende afspraken: Er gelden jaarcijfers. Alle tot dan toe behaalde cijfers van de T-toetsen, E-toetsen en PO’s van een vak worden aan het einde van een periode gemiddeld. Dat levert een rapportcijfer op (4 rapporten). De so’s worden per rapport gemiddeld tot 1 T-toetscijfer Het jaarcijfer (voor de overgang) wordt op de volgende wijze berekend: alle cijfers voor het vak (T, E en PO) worden gemiddeld en leveren aldus een eindcijfer op. De eindcijfers worden afgerond tot gehele cijfers. Dit afronden geschiedt door de decimalen weg te laten en indien de eerste decimaal 0, 1, 2, 3 of 4 bedroegg het cijfer voor de komma te handhaven, dan wel dit cijfer met 1 te verhogen indien de eerste decimaal 5 of meer bedroeg. 3. Toetsvormen en cijfergeving 3.1 De school kent bij bevordering en bij het schoolexamen twee te onderscheiden vormen van cijfergeving: E-toetsen en T-toetsen. Het resultaat van een E-toets draagt in een gewogen gemiddelde bij aan het eindcijfer voor een vak in het schoolexamen. Het resultaat van
een T-toets draagt met een gemiddelde bij aan het eindcijfer voor een vak in het betrokken leerjaar en is medebepalend voor de bevordering. De resultaten van E-toetsen hebben naast het gewicht voor het schoolexamen, ook gewicht voor de bevordering. In de programma's van de vakken staat aangegeven welke toetsen worden afgenomen en welke leerstof wordt getoetst. 3.2 Iedere examinator bespreekt het gemaakte schriftelijke werk met de kandidaten en maakt daarbij de normering bekend. Tevens wordt per onderdeel bekend gemaakt het aantal punten dat maximaal te behalen was en het aantal punten dat door de kandidaat daadwerkelijk is behaald. 3.3 De beoordeling van een toets van het schoolexamen wordt uitgedrukt in een cijfer van 1 t/m 10 met 1 decimaal. 3.4 Het eindcijfer voor het schoolexamen is het gewogen gemiddelde van de voor de verschillende toetsen behaalde cijfers. De wegingsfactoren staan vermeld in het programma van toetsing en afsluiting. 3.5 Bij het bepalen van het eindcijfer van het schoolexamen voor een vak waarin tevens centraal examen wordt afgelegd, wordt het cijfer afgerond op één decimaal. Dit afronden geschiedt door decimalen na de eerste weg te laten. Bij het bepalen van het eindcijfer van het schoolexamen voor een vak waarin geen centraal examen wordt afgelegd, wordt het cijfer afgerond op een geheel getal. Dit afronden geschiedt door de decimalen weg te laten en indien de eerste decimaal 0, 1, 2, 3 of 4 bedroeg het cijfer voor de komma te handhaven, dan wel dit cijfer met 1 te verhogen indien de eerste decimaal 5 of meer bedroeg. 3.6 De resultaten van de afzonderlijke toetsen van het schoolexamen worden door de examinator vermeld op een resultatenoverzicht. De kandidaat ontvangt na afloop van iedere toetsperiode een resultatenoverzicht. Na periode 4 en 7 wordt dit overzicht ondertekend door de kandidaat en zijn ouders en geretourneerd aan de school. De door de kandidaat en zijn ouders ondertekende resultatenoverzichten vormen tezamen het wettelijk vereiste examendossier (artikel 35c van het Eindexamenbesluit) 3.7 Wanneer een kandidaat door ziekte niet kan deelnemen aan een E- of T-toets wordt een zoveel mogelijk gelijke toets afgelegd in de herkansingsperiode na afloop van de betrokken toetsperiode. Als gevolg daarvan heeft de kandidaat in deze herkansingsperiode één in plaats van twee herkansingskeuzes. Bij langdurige ziekte gedurende meer dan twee toetsen van de toetsperiode kan de kandidaat in de gelegenheid worden gesteld in een volgende toetsperiode een zoveel mogelijk gelijke toets af te leggen, ter beoordeling van de vestigingsdirecteur. 3.8 Een kandidaat die bij een E- of T-toets of te laat komt, mag tot uiterlijk een half uur na het begin van een toets tot die toets worden toegelaten. De verloren tijd mag niet worden ingehaald. De kandidaat dient derhalve gelijk met de andere kandidaten te stoppen. In geval een kandidaat meer dan een half uur te laat komt voor een schriftelijke E- of T-toets wordt de kandidaat niet meer tot het lokaal waarin de toets wordt afgenomen, toegelaten. De kandidaat moet de gemiste toets alsnog afleggen in de herkansingsperiode direct volgend op de betrokken toetsperiode. Als gevolg daarvan heeft de kandidaat, afhankelijk van welke periode het betreft, slechts maximaal één herkansingsmogelijkheid ter keuze. 3.9 Indien een kandidaat meer dan vijf minuten te laat komt bij een mondeling E- toets wordt de toets niet afgenomen op dat tijdstip. De kandidaat moet de gemiste toets alsnog afleggen in de herkansingsperiode direct volgend op de betrokken toetsperiode. Als gevolg daarvan heeft de kandidaat in deze herkansingsperiode, afhankelijk van welke periode het betreft, slechts ten hoogste één herkansingsmogelijkheid ter keuze.
3.10 Indien een kandidaat het handelingsdeel dat voorafgaand aan een bepaalde toetsperiode met de beoordeling ‘voldoende’ of ‘goed’ afgerond dient te zijn, niet op de vastgesteld datum heeft ingeleverd, wordt de kandidaat niet tot de toets voor het vak waarvan het handelingdeel niet is ingeleverd, toegelaten. Indien het werk tijdens de betrokken toetsperiode alsnog wordt ingeleverd ,wordt de kandidaat tijdens de herkansingsperiode direct volgend op de betrokken toetsperiode alsnog toegelaten tot de gemiste toets. Als gevolg daarvan heeft de kandidaat in deze herkansingsperiode, afhankelijk van welke periode het betreft, slechts maximaal één herkansingsmogelijkheid ter keuze. Dit wordt bepaald in overleg met de examencommissie. 3.11 De mogelijkheid van een herexamen wordt toegekend aan een kandidaat die een cijfer lager dan 6 heeft behaald als eindcijfer van het schoolexamen in een bepaald vak. Een herexamen neemt in enige herkansingperiode de plaats in van een herkansing. Als gevolg daarvan heeft de kandidaat in deze herkansingsperiode slechts één herkansingsmogelijkheid ter keuze. 3.12 Indien een kandidaat het schoolexamen om welke reden dan ook niet tijdig heeft afgerond, kan hij niet aan het centraal examen deelnemen. In dat geval wordt hij voor het centraal examen verwezen naar het 2e of 3e tijdvak, dan wel moet hij het volgend jaar opnieuw examen doen (zie ook artikel 59, lid 1, 2 en 3) 4. Geschillen inzake het schoolexamen 4.1 Indien een kandidaat zich ten aanzien van (een onderdeel van) het schoolexamen in zijn belangen geschaad acht, kan hij dit binnen twee werkdagen na het bekend worden van de beoordeling melden bij de vestigingsdirecteur. De vestigingsdirecteur hoort de betrokkenen en doet een uitspraak binnen 3 werkdagen. Indien de vestigingsdirecteur partij is in het geschil, wordt zijn plaats ingenomen door een ander lid van de vestigingsdirectie. De uitspraak wordt zo spoedig mogelijk aan de kandidaat medegedeeld en bij minderjarigheid van de kandidaat tevens aan de ouders/verzorgers. Indien deze mededeling mondeling geschiedt, dient een schriftelijke bevestiging te volgen. 4.2 De kandidaat kan binnen 2 werkdagen tegen de uitspraak van de vestigingsdirecteur in beroep gaan bij het college van bestuur. 4.3 Bij een ingesteld beroep worden in ieder geval de vestigingsdirecteur en de betrokkenen gehoord. De examinator, de kandidaat en bij minderjarigheid van de kandidaat, diens ouders/verzorgers worden geacht tot de betrokkenen te behoren. 4.4 Het college van bestuur deelt de beslissing zo spoedig mogelijk aan betrokkenen en aan de kandidaat en bij minderjarigheid van de kandidaat aan zijn ouders/verzorgers mede. Indien deze mededeling mondeling geschiedt, dient een schriftelijke bevestiging te volgen. 4.5 De beslissing van het college van bestuur is bindend. 5. Het Centraal Examen. (artikel 337 e.v.) 5.1 Het centraal examen wordt afgenomen op de door de minister vastgestelde dagen en tijden conform het bepaalde in het Eindexamenbesluit 5.2 Een kandidaat die te laat komt, mag tot uiterlijk een half uur na het begin van een toets tot die toets worden toegelaten. De verloren tijd mag niet worden ingehaald. De kandidaat dient derhalve gelijk met de andere kandidaten te stoppen. 5.3 Op grond van zeer bijzondere omstandigheden of ziekteverschijnselen van een kandidaat kan in overleg met de vestigingsdirecteur voor de aanvang van een zitting door de vestigingsdirecteur vastgesteld worden of deelname aan deze en eventueel volgende zittingen
mogelijk is. Is deelname niet mogelijk, dan wordt de kandidaat naar het tweede tijdvak verwezen. In geval van ziekte dient de school onmiddellijk telefonisch ingelicht te worden. Zo spoedig mogelijk dient een, bij minderjarigheid van de kandidaat door een ouder, voogd of verzorger, ondertekende verklaring te worden afgegeven, waarin vermeld wordt de aard van de ziekte en de naam en het adres van de geraadpleegde arts. 5.4 Indien een kandidaat in het tweede tijdvak evenzeer verhinderd is, of wanneer hij het centraal examen in het tweede tijdvak niet kan voltooien, wordt hij in de gelegenheid gesteld in het derde tijdvak ten overstaan van het College voor examens zijn eindexamen te voltooien. 5.5 Deelname aan een zitting betekent dat het eenmaal gemaakte werk zijn geldigheid behoudt. 5.6 Een kandidaat die tijdens een zitting onwel wordt, kan onder begeleiding de examenzaal verlaten. In overleg met de kandidaat beoordeelt de vestigingsdirecteur of de kandidaat na enige tijd het werk kan hervatten. a. Indien de kandidaat na enige tijd het werk hervat, kan de gemiste tijd aan het einde van de zitting worden ingehaald. Hiervan wordt melding gemaakt op het proces-verbaal. b. Indien de kandidaat het werk niet kan hervatten, wordt de algemeen directeur hiervan in kennis gesteld. Deze verklaart, gehoord de vestigingsdirecteur, het gemaakte werk ongeldig. De kandidaat mag in het tweede tijdvak opnieuw aan de desbetreffende zitting deelnemen. 5.7 Indien een kandidaat door enigerlei omstandigheid niet bij een zitting in het examenlokaal aanwezig kan zijn, maar wel in staat is aan het examen deel te nemen, kan op een andere plaats het examen worden afgelegd. 5.8 Kandidaten mogen uitsluitend toegestane hulpmiddelen en schrijfgerei meenemen in de examenzaal. 5.9 Er mag uitsluitend gebruik gemaakt worden van door de school te verstrekken examen- en kladpapier. Al het door de kandidaat gebruikte papier dient voorzien te zijn van naam en het examennummer. 5.10 Het gebruik van potlood is voor schrijfwerk niet toegestaan. 6. Het toezicht, het proces-verbaal. 6.1 Tijdens de examenzittingen wordt toezicht gehouden door daartoe aangewezen leden van het personeel. 6.2 In het examenlokaal zijn ten minste twee toezichthouders aanwezig. 6.3 Het is toezichthouders tijdens de zittingen niet toegestaan andere werkzaamheden te verrichten. 6.4 Zij die bij het examen toezicht houden, maken over het verloop van de zitting een proces-verbaal. Het proces-verbaal bevat de namen van alle kandidaten die voor het desbetreffende vak in het lokaal aanwezig dienen te zijn. Per schooltype wordt een apart proces-verbaal gemaakt. 6.5 Indien gebruik wordt gemaakt van het bepaalde in 2.4 en 2.6 van dit reglement wordt dit op het proces-verbaal vermeld. 6.6 Afwezigheid van kandidaten wordt op het proces-verbaal vermeld. 6.7 Van de kandidaten die op grond van het gestelde in artikel 12.5 tweede lid voor het einde van de zitting vertrekken, wordt het tijdstip van vertrek vermeld op het proces-verbaal. 6.8 Alle toezichthouders dienen het proces-verbaal te tekenen.
6.9 Het proces-verbaal wordt met het gemaakte werk en de overblijvende opgaven door een van de toezichthouders aan de vestigingsdirecteur of aan een door de vestigingsdirecteur aangewezen lid van het personeel ter hand gesteld. 7. De zitting 7.1 De kandidaten gaan zitten op de hun aangewezen plaats. Zij worden voor de aanvang van de zitting gewezen op de bepalingen omtrent onregelmatigheden, op procedures tijdens de zitting en op de tijdstippen waarop zij de examenzaal mogen verlaten. 7.2 Nadat de kandidaten hebben plaatsgenomen controleert degene die de zitting opent of een daartoe aangewezen toezichthouder of de op de enveloppe vermelde gegevens omtrent schooltype, vak, datum en tijdstip. Deze gegevens worden daarna aan de kandidaten voorgelezen. Eerst als alle gegevens in orde zijn bevonden, wordt de enveloppe geopend en worden de opgaven uitgedeeld. De aan de kandidaten voorgelegde opgaven voor een toets van het centraal examen blijven in het examenlokaal tot het einde van die toets. 7.3 Na het openen van de enveloppe mag er niet meer worden gesproken en mogen er geen mededelingen aan de kandidaten worden gedaan. 7.4 Een kandidaat die voor het einde van de zitting vertrekt, overhandigt het gemaakte werk aan een daartoe aangewezen toezichthouder. Ook de opgaven worden ingeleverd. De toezichthouder controleert het werk op naam en nummer. De toezichthouder gaat tevens na of de kandidaat niets vergeet in te leveren alvorens toestemming tot vertrek te geven. Werk dat buiten het examenlokaal is geweest, mag in geen geval alsnog worden ingeleverd. 7.5 Na het verlaten van het examenlokaal mag de kandidaat onder geen beding worden toegestaan nog aan het desbetreffende examen te werken. 7.6 Bij het einde van de zitting wordt het werk van de nog aanwezige kandidaten door de toezichthouders opgehaald en gecontroleerd op naam en nummer. Eerst nadat alles is opgehaald wordt de kandidaten toestemming gegeven tot vertrek. De opgaven mogen bij het einde van de zitting worden meegenomen. 8. De correctie en cijfervaststelling. 8.1 De eerste en tweede correctie en de vaststelling van het resultaat (de score) voor het centraal examen geschieden conform het Eindexamenbesluit en nader door het College van Bestuur vast te stellen voorschriften. 8.2 De secretaris bepaalt aan de hand van de score en de daartoe dienende voorschriften het cijfer voor het centraal examen. 9. Uitslag, herkansing, eindcijfer eindexamen. 9.1 Het eindcijfer voor alle vakken van het eindexamen wordt uitgedrukt in een geheel getal uit de reeks 1 tot en met 10. 9.2 De vestigingsdirecteur bepaalt het eindcijfer op het rekenkundig gemiddelde van het cijfer voor het schoolexamen en het cijfer voor het centraal examen. Indien de uitkomst van de berekening niet een geheel getal is, wordt dat getal indien het eerste cijfer achter de komma een 4 of lager is, naar beneden afgerond en indien dat cijfer een 5 of hoger is, naar boven afgerond. 9.3 Indien in een vak alleen een schoolexamen is gehouden is het cijfer voor het schoolexamen tevens het eindcijfer.
10. Vaststelling uitslag (zie artikel 49) 10.1 De kandidaat die eindexamen VMBO heeft afgelegd en het centraal examen voor alle vakken heeft is geslaagd indien het rekenkundig gemiddelde van zijn bij het centraal examen behaalde cijfers ten minste 5,5 is, en hij tevens: 1) Voor ten hoogste één van zijn examenvakken het eindcijfer 5 heeft behaald en voor zijn overige vakken een 6 of hoger, of 2) Voor ten hoogste één van zijn examenvakken het eindcijfer 4 heeft behaald en voor zijn overige examenvakken een 6 of hoger, waarvan ten minste één 7 of hoger, of 3) Voor twee van zijn examenvakken het eindcijfer 5 heeft behaald en voor zijn overige examenvakken een 6 of hoger, waarvan ten minste één 7 of hoger, met dien verstande dat het eindcijfer van het afdelingsvak in de basisberoepsgerichte en de kaderberoepsgerichte leerweg wordt meegerekend als twee eindcijfers. 4) Het gemiddelde van alle centrale examencijfers moet minimaal een 5,5 of hoger zijn. 5) Het eindcijfer voor het vak Nederlands moet minimaal een 5,0 of hoger zijn 6) De leerling dient te hebben deelgenomen aan de Rekentoets (2F) 10.2 In aanvulling op het tweede lid geldt tevens dat voor de vakken lichamelijke opvoeding en het kunstvak uit het gemeenschappelijk deel en in de gemengde en theoretische leerweg voor het sectorwerkstuk de kwalificatie ‘voldoende’ of ‘goed’ is behaald. 10.3 Het vak maatschappijleer-1 valt onder het eerste lid, onder die vakken die met een cijfer worden afgesloten. Een onvoldoende voor maatschappijleer-1 betekent vanzelfsprekend een onvoldoende op de eindlijst. Wel hebben de leerlingen die het vak met een 5 of lager afsluiten recht op een herexamen (artikel 35b1 van het examenbesluit) 10.4 De kandidaat die eindexamen heeft afgelegd en die niet voldoet aan de voorwaarden genoemd in het eerste tot en met derde lid, respectievelijk genoemd in het vierde lid, is afgewezen, behoudens de mogelijkheid tot herkansing bedoeld in artikel 51 van het Eindexamenbesluit.Het hoogste van de cijfers behaald bij de herkansing en bij het eerder afgelegde centraal examen geldt als definitief cijfer voor het centraal examen. 10.5 Zodra de uitslag ingevolge het eerste tot en met derde lid is vastgesteld, maakt de vestigingsdirecteur deze tezamen met de eindcijfers schriftelijk aan iedere kandidaat bekend, onder mededeling van het in artikel 51 bepaalde. De in de eerste volzin bedoelde uitslag is de definitieve uitslag indien artikel 51 geen toepassing vindt. 10.6 Leerlingen die zakken en de school verlaten, kunnen een certificaat ontvangen. Zij ontvangen één certificaat met daarop alle voldoende afgesloten vakken, tenminste het eindcijfer 6 behaald hebbende (artikel 53, lid 3). Ook het eventuele sectorwerkstuk, kunstvakken 1 en lichamelijke opvoeding worden daarop vermeld als ze met een ‘voldoende’ of ‘goed’ zijn afgesloten. 10.7 Voor de leerlingen in de basisberoepsgerichte leerweg en het praktijkonderwijs bestaat er een getuigschrift. Leerlingen die zakken voor het eindexamen basisberoepsgerichte leerweg of basisberoepsgerichte leerweg/leer-werktraject ontvangen een getuigschrift (artikel 29, lid 3). Het getuigschrift vermeldt de vakken waarvoor de leerling succesvol een gedeelte van het examenprogramma heeft afgelegd. 11. Diploma en cijferlijst (zie artikel 52).
11.1 De vestigingsdirecteur reikt op grond van de definitieve uitslag aan elke kandidaat die eindexamen heeft afgelegd een lijst uit waarop zijn vermeld de cijfers voor het schoolexamen, indien zich dat voordoet volgens welk programma elk vak is geëxamineerd en de cijfers voor het centraal examen, de vakken en het onderwerp of de titel van het sectorwerkstuk, de vakken die als handelingsdeel naar behoren zijn afgesloten, de beoordeling van de vakken culturele en kunstzinnige vorming 1, maatschappijleer 1 en lichamelijke opvoeding 1, de eindcijfers voor de examenvakken, alsmede de uitslag van het eindexamen. 11.2 De vestigingsdirecteur reikt op grond van de definitieve uitslag aan elke voor het examen geslaagde kandidaat een diploma uit waarop alle vakken zijn vermeld die bij de bepaling van de uitslag zijn betrokken. Duplicaten van diploma's worden niet verstrekt. 11.3 Indien een kandidaat in meer vakken examen heeft afgelegd dan in de vakken die tenminste tezamen een eindexamen vormen, worden de eindcijfers van de vakken die niet bij de bepaling van de uitslag zijn betrokken, op de cijferlijst vermeld, tenzij de kandidaat daartegen bezwaar heeft. Versie d.d. juni 2014, HJ