Volwassen boom
Jonge boom
Dode boom
Hoge struik
Lage struik
Varen
Mos
Klimmende plant
Bloeiend plantje
Spoor van een dier
Paddenstoel (op de grond)
Bodemdiertje
Paddenstoel (op een boom)
Activiteit 3 : Kwis over bomen en bos – Vragenlijst voor de kwis
Juist/fout en meer/minder Vragen in functie van bos als ecosysteem : 1. WAAR/NIET WAAR: in een bos groeien enkel bomen (NIET WAAR: er groeien ook struiken, kruidachtige planten, paddestoelen …) 2. WAAR/NIET WAAR: de kleine diertjes op de bodem van het bos helpen om het bos ‘op te ruimen’. (WAAR: pissenbedden, wormen enz. helpen de strooisellaag te verwerken). 3. WAAR/NIET WAAR: in een bos zal je nooit bloemen vinden. Daarvoor is het daar te donker. (NIET WAAR: sommige bloemen zijn hier aan aangeapst) 4. WAAR/NIET WAAR: In sommige bossen kan je ook heel mooie bloemen vinden. De meeste bloemen van het bos bloeien in de zomer. (NIET WAAR: vooral in de lente licht) 5. WAAR/NIET WAAR: in de herfst heb je het meeste kans om paddenstoelen te vinden in het bos. (WAAR: de paddenstoelen houden van vocht + nog voldoende warmte). 6. MEER/MINDER Er groeien bij ons ongeveer 20 verschillende soorten inheemse bomen en struiken. MEER: in Vlaanderen ongeveer 60 soorten bomen en struiken 7. JUIST/FOUT: In de winter zijn alle bomen kaal. (FOUT: naaldbomen niet, ook sommige loofbomen behouden hun blad in de winter) 8. JUIST/FOUT: een bos moet regelmatig eens opgeruimd worden. Anders ligt het na een tijd vol met afgevallen bladeren, afgewaaide takken en omgewaaide bomen. 9. JUIST/FOUT: In de winter zijn alle bomen kaal. (FOUT: naaldbomen niet, ook sommige loofbomen behouden hun blad in de winter) 10. JUIST/FOUT: In de winter zien alle bomen er hetzelfde uit. Je kan ze dan niet herkennen. (FOUT: In de winter kan je kijken naar de schors en naar de knoppen aan de bomen. Zo kan je bomen ook herkennen).
LAATSTE RONDE: ELKE GROEP KRIJGT AFZONDERLIJK EEN VRAAG 11. Noem de naam van 1 boom die we zagen in het bos. 12. Noem de naam van 1 andere plant die we zagen in het bos. 13. Noem de naam van 1 klimplant die groeit in het bos. 14. Waarom zijn vogels belangrijk in een bos? 15. Welk zoogdier zou je kunnen vinden in een bos?
Activiteit 3 Kwis over bomen en bos - vragenlijst
Algemene vragen over bomen : 1. MEER/MINDER: Men schat dat er 1 miljard bomen op de wereld zijn. (MEER: 400 miljard!) 2. MEER/MINDER: Er bestaan op de wereld ongeveer 100 verschillende soorten bomen (MEER: ongeveer 10 000) 3. MEER/MINDER Er groeien bij ons ongeveer 20 verschillende soorten inheemse bomen en struiken. MEER: in Vlaanderen ongeveer 60 soorten bomen en struiken 4. JUIST/FOUT: Het hout dat wij in België gebruiken, komt bijna allemaal uit de bossen van Brazilië. (FOUT: maar 6%) 5. De hoogste boom ter wereld is hoger dan het Atomium. (JUIST: het Atomium is 102,.. meter en de hoogste boom is 115 meter) 6. MEER/MINDER: De dikste boom ter wereld heeft een omtrek van 20 meter. (MEER: 36,2 m = meer dan 20 mensen met gespreide armen) 7. JUIST/FOUT: In de zomer kan een grote boom meer dan 250 liter water per dag opzuigen en verdampen (JUIST: Eik 300 tot 400 liter water per dag, Populier 1500 liter water per dag, Wilg 1200 liter water per dag, Berk 350 liter water per dag, Appel 200 liter water per dag, Notenboom 200 tot 300 liter water per dag 8. JUIST/FOUT: De kleinste boom ter wereld is een soort wilg (Salix herbacea) die in Mexico groeit. (FOUT: het is inderdaad een wilg, maar hij groeit enkel in het hoge noorden. Hij wordt maar 5 à 10 cm hoog). 9. JUIST/FOUT: Bomen zijn zeer belangrijk voor het zuiveren van de lucht. (JUIST: bomen nemen koolstofdioxide op en geven zuurstof af) 10. JUIST/FOUT: In de winter zijn alle bomen kaal. (FOUT: naaldbomen niet, ook sommige loofbomen behouden hun blad in de winter) 11. JUIST/FOUT: In de tijd van de dino’s bestonden er ook al bomen. (JUIST) 12. JUIST/FOUT: De hoogste boom in de Plantentuin heet ‘mammoetboom’. (JUIST: de mammoetboom of Sequoiadendron giganteum in onze Plantentuin is 42,60m hoog.) 13. JUIST/FOUT: In de winter zien alle bomen er hetzelfde uit. Je kan ze dan niet herkennen. (FOUT: In de winter kan je kijken naar de schors en naar de knoppen aan de bomen. Zo kan je bomen ook herkennen). 14. JUIST/FOUT: De meeste bomen krijgen bloemen. (JUIST) 15. JUIST/FOUT: Bomen uit Afrika kunnen in onze Plantentuin niet groeien: daar is het te koud voor bij ons. (FOUT: we kunnen die bomen hier wel laten groeien, omdat we serres hebben die verwarmd worden). 16. JUIST/FOUT: Aan de dikte van een boomstam kan je zien hoe oud de boom (ongeveer) is. (JUIST: een boom van honderd jaar heeft bijvoorbeeld een stamomtrek van ongeveer 250 cm). 17. JUIST/FOUT: In een bos komen er vanzelf altijd nieuwe bomen bij. Ze moeten niet geplant worden. (JUIST: uit zaden, noten, vruchten die op de grond vallen groeien er vanzelf nieuwe bomen) In woestijnachtige gebieden groeien ook bomen)
Activiteit 3 Kwis over bomen en bos - vragenlijst
²
De kastanjeboom staat in bloei.
.
De bij bestuift de bloemen. Er groeien kastanjes aan de boom. Er De kastanjes vallen op de grond.
Er komt een worteltje uit de kastanje. Er groeit een plantje uit de kastanje. Het plantje begint heel snel te groeien. De kastanjeboom is groot! De