BIJLAGE 3: ZANG EN GELUIDEN
Vogels zingen en maken talrijke andere geluiden zoals b.v. contactroepen of alarmkreten. Ze beschikken over een uitgebreid repertoire aan geluiden, want die spelen een belangrijke rol in de onderlinge communicatie. Het geluidsorgaan bij vogels, de syrinx, ligt aan het ondereinde van de luchtpijp waar deze zich deelt naar de longen (bronchiën). De werking ervan komt overeen met die van een door lucht aangeblazen muziekinstrument waarbij de membranen van de syrinx in trilling komen en de luchtpijp als klankbord fungeert. De aard van het geluid kan gewijzigd worden door druk uit te oefenen op de syrinxmembranen met spieren in en aan de syrinx. Vogelgeluiden bestaan uit zang en roeptonen. Niet-zangvogelachtigen kennen alleen roeptonen. De zang van de zangvogelachtigen (Passeriformes) is afwisselender en gecompliceerder door gebruik van syrinxspieren, die alleen bij de zangvogelachtigen aanwezig zijn. Vogelzang. Het hoogtepunt van de zang valt in het voorjaar aan het begin van de broedtijd, vooral vroeg in de ochtend. De rest van het jaar kunnen vogels wel zingen, maar minder welluidend dan in de broedtijd. De zang bestaat uit een melodie, welke voor elke vogelsoort zijn eigen karakteristieke onderdelen heeft. Vogels zingen om vooral door soortgenoten gehoord te worden. De zang heeft daarbij o.a. als functie: - afbakenen en verdedigen van het territorium, - lokken van het vrouwtje, - contact tussen mannetje en vrouwtje tijdens balts en broeden. Een zingend mannetje vertegenwoordigt een territorium. Om de melodie zo ver mogelijk te laten doorklinken wordt meestal een hoge zangpost gezocht. Ook wordt een zangvlucht gemaakt zoals b.v. de veldleeuwerik en de grasmus. Bij soorten die zingen in laag struikgewas (b.v. winterkoning, nachtegaal) of in het riet (b.v. karekiet, rietzanger) heeft de zang een hoog en schel geluid met een doordringend vermogen. Vogelroep Roeptonen vormen een veelvuldigheid van geluiden en hangen samen met een bepaald gedrag. Hieronder een overzicht: - tussen partners onderling, - balts - stemcontact (partner in de buurt)
- ouders t.o.v. jongen - voederen - leiden - waken - jongen onder elkaar en t.o.v. ouders - jongen in ei - bedelen om voedsel - contact met ouders (bij nestvlieders) - gedrag in grote groep - bij wegvliegen - tijdens de vlucht (trek) - voedselbron ontdekt - rovers in de buurt - soortgenoot wordt aangevallen (angstkreten) - vijand in de buurt (vliegend of op de bodem) - gezamenlijk verjagen van een roofvogel door een groep kieviten of kraaien - vijand bedreigt nest of jongen - agressie t.o.v. andere vogels, ook soortgenoten - dreigen, aanvallen of afweren - conflict om territorium Omschrijving van het geluid van de volgende vogels: Ooievaar: Klepperen Spechten: Roffelen Eenden: Kwaken/snateren
Mussen: Kraaien: Hanen:
Tsjilpen Krassen Kraaien
Kippen: Vinken: Duiven:
Voorbeelden van vogels die (bij benadering) hun eigen naam roepen Koekoek Grutto (Meer-)koet Kraai
Kauw Wielewaal Oehoe Tjiftjaf
Waarom zingen/roepen vogels? - Territorium afbakening - Lokken van een vrouwtje - Contact houden met soortgenoten - Alarm geven - Zo maar Vogels die andere soorten imiteren: Spotvogel Bosrietzanger
Gaai Spreeuw
Vink Rot-(gans) (Grote) Karekiet Hop
Kakelen Slaan Koeren
Soorten geluid van vogels: - Lokroep - Bedelroep - Contactroep - Territoriumafbakening - Waarschuwing Waarom kunnen wij vogelgeluiden niet goed nadoen? Bij vogels wordt het geluid geproduceerd in de syrinx; een orgaan bij de splitsing van de luchtpijp in de bronchiën.
Omdat wij de vogelzang niet goed kunnen imiteren, maken we soms gebruik van ezelsbruggetjes. Fietspompje Ketsende kiezelsteentjes Rammelende sleutelbos Haastige Merel Mamamama mag ik een ijssssssssss Begin van de 5e van Beethoven Aanlopend kinderwagenwieltje Stuiterend pingpongballetje Drilboortje Elastiekje oprekken en vieren Derailleurtje Zilveren tafelbelletje Hiep, hiep, hiep.... hoera Een vallend, dwarrelend blaadje Het is mooi weer, maar het blijft niet zo Doe de deur toe-opoe Frederiek, Frederiek, kiss me, kiss me kiss me, do it quick, do it quick Ik..ik..ik weet het niet meer Hoe gáát het, hoe gáát het
Koolmees Zwarte Roodstaart, Roodborsttapuit Zwarte Roodstaart Tuinfluiter, soms Zwartkop. Geelgors Geelgors Goudhaantje, Vuurgoudhaantje Fluiter Braamsluiper Spotvogel Europese Kanarie Pimpelmees Vink Fitis Fitis Houtduif Zanglijster Rietgors Turkse tortel
ZANGKLOK
ZANGTIJDEN