EDUCATIEVE BIJLAGE
Beste leerkracht, begeleider, Deze educatieve bijlage kan je in de klas gebruiken naar aanleiding zo veel mogelijk te kaderen en aanknopingspunten aan te bieden met muziektheater
theater Froefroe
liefdesverhaal
vanaf 4 jaar
van de voorstelling Meneer Grijs. De bedoeling is om de voorstelling
Ze bevat informatie, linken en opdrachten waarmee u aan de slag kan afrika
en reg ijd alt
juf
de lespraktijk. ter voorbereiding en verwerking van de voorstelling. Bij verschillende thema’s uit de voorstelling werden muzikale opdrachten uitgewerkt. Wij hopen je daarmee ideeën aan te reiken om muziek in uw klas te brengen en uw muzikale horizonten te verruimen. Achteraan vind je een link naar de eindtermen muzische vorming.
1. INLEIDING ‘Wat is het grijs,’ denkt meneer Grijs. Hij kijkt in de spiegel, dan uit het raam: eerst zijn vale gezicht, dan wolken en regen. Altijd die regen. ’Wat zal ik doen vandaag?’, vraagt hij zich af. ‘Ach. Ik doe gewoon als elke dag.’ De voorstelling Meneer Grijs is gebaseerd op het gelijknamige prentenboek van Paul Verrept en Riske Lemmens over de grijsheid van het alledaags bestaan, verliefdheid en de zoektocht naar een plek waar je thuishoort. Paul Verrept bewerkte het voor deze gelegenheid zelf voor muziektheater. Zijn poëtische tekst is uiterst eenvoudig en gestileerd maar bevat een diepe gelaagdheid aan rijke thematieken. Artistiek leider Bo Spaenc componeerde intieme én spetterende muziek bij dit prachtige verhaal. Samen met geluidstovenaar Geert Waegeman en actrice / zangeres Nele Bauwens neemt hij je mee in een verrassend avontuur vol muziek, kleuren en gekke dansjes.
3 4 5
8
25
32
45 47
1. Inleiding 2. Inhoud 3. Over de voorstelling 4. Aan de slag met Meneer Grijs in de klas 4.1 Voorbereidende opdrachten 4.2 Verwerkende opdracht 5. Over de makers 5.1 Paul Verrept 5.2 “de kolonie MT” 5.3 Bo Spaenc 6. Bijlagen 6.1 Olifanten 6.2 Maak zelf een cajón 6.3 Bollywood 6.4 Blues 7. Linken naar de eindtermen 8. Bronnen
3. OVER DE VOORSTELLING Het leven van de onhandige meneer Grijs is kleurloos. Al zijn dagen lijken op elkaar. Olifant ‘meester Grijs’ is volgens de kinderen van zijn klas niet goed wijs en mist een vijs… Maar als hij de juf van de derde klas ziet lopen, gaat ineens de zon schijnen. Meneer Grijs zijn saaie leven krijgt kleur en neemt een verrassende wending ... Vertrekkend vanuit dit ontroerend mooi verhaal, ging artistiek leider Bo Spaenc op zoek naar de juiste mensen om het aan jullie te vertellen. Hij zocht een goede actrice met zangtalent en vond de jonge maar ervaren Nele Bauwens die onder andere al bij El Tatoo del Tigre, Juke box 2000 en Jasper Steverlinck zong. Zij vertelt, zingt en danst het verhaal met een sterke présence en naturel, geholpen door een echte meneer Grijs-pop waar je bijna letterlijk bij op schoot kan kruipen. Bo Spaenc schreef zelf de speelse en gelaagde muziek waarin hij vloeiende organische melodielijnen met weerhaakjes en verrassende klankwendingen combineert en ritmische pulsen laat verdringen door hemelse klanken of duivelse gekke walsjes. Hij haalde Geert Waegeman erbij om samen het verhaal te verklanken. In deze voorstelling bespelen ze een heel divers instrumentarium waaronder een kettle drum, een elektrische banjo en mandoline, een orgeltje en heel veel percussie. Het boek ‘Meneer Grijs’ werd door Riske Lemmens geïllustreerd met fascinerende tekeningen waarvan de kleurkeuzes direct op je gevoel inspelen en onlosmakelijk met de tekst verbonden zijn. Daarom werd Harry De Neve gevraagd om de kleuren uit de tekeningen een
plaats te geven in de voorstelling. Hij ging ermee aan de slag en tovert de prachtigste kleuren uit het boek tevoorschijn die hij letterlijk tot leven wekt en je gedurende 45 minuten bij de hand nemen. De prachtige kleurprojecties zijn soms bijna onmerkbaar, maar wel onmisbaar, aanwezig en ondersteunen de emoties feilloos. Deze mensen gingen samen aan het werk en lieten de grenzen tussen de verschillende disciplines (tekst, muziek, beweging, decor en beeld) vervagen. Ze gingen met een gedeelde passie aan de slag: elkaar artistiek aanvuren om samen dát te vertellen wat je met woorden, beelden, beweging, klank alleen niet gezegd krijgt. Het resultaat is een onvergetelijke voorstelling waarin je als toeschouwer gevoed wordt door de kleuren, de tekst, het beeld en de muziek die elkaar voortdurend ondersteunen.
4. Aan de slag met Meneer Grijs in de klas Beste leerkracht, begeleider, Om Meneer Grijs helemaal tot in je klas te brengen, hebben we een aantal voorbereidende en verwerkende lesideeën op een rijtje gezet. Door met uw kinderen reeds vooraf muzisch aan de slag te gaan en achteraf samen de voorstelling te verwerken, kan u de impact van de voorstelling versterken en langer doen voortleven! Je geeft de kinderen ook aanknopingspunten waardoor ze nog meer bij de voorstelling betrokken zullen zijn. De volgende opdrachten willen een stimulans en inspiratiebron zijn om muziek in een breder kader te zien en horizonten te verruimen. Wij hopen dat Meneer Grijs een inspirerende impuls mag zijn om zelf - samen met de kinderen - een kleurrijk muzisch-muzikaal pad in te slaan. 4.1 Voorbereidende opdrachten Vertel een verhaal of bekijk illustraties van Paul Verrept.
Laat je betoveren door zijn sobere verhalen en tekeningen en verbaas je over de dieper liggende boodschappen die hij zo compact kan verpakken. Suggesties vind je bij ‘Over de makers - Paul Verrept’. Fantaseer met de kinderen over de figuur ‘meneer Grijs’
Hoe ziet meneer Grijs eruit? Groot, klein, dik, dun, in maatpak, in lompen, streng, met een bril, lang haar, rijdt hij in een Ferrari, heeft hij een vrouw, …? Meneer Grijs is eigenlijk een dier. Welk dier zou het kunnen zijn? Meneer Grijs is een olifant. Wat weten de kinderen over olifanten? Voor extra informatie over olifanten: zie bijlage 1. In het leven van meneer Grijs zijn alle dagen hetzelfde: grijs en saai. Wat zou meneer Grijs kunnen doen om hier iets aan te veranderen?
Ritme
‘Ritme is de basis van de muziek’ en deze voorstelling vertrekt letterlijk vanuit ritme, gespeeld op cajóns. Dit zijn houten percussie-instrumenten die eruit zien als dozen. Dit is een heel leuk gegeven om met de kinderen uit te werken. Zorg voor stevige kartonnen dozen en eventueel voor stokken of houten lepels voor de kinderen. Plezier verzekerd!! Speel zelf op de doos en laat de voeten van de kinderen dansen zoals jij speelt. Soms heel traag en soms heel snel.
cajón
Geef de kinderen ook dozen en stimuleer hen om te spelen zoals een olifant, een muisje, een slang,… en maak een verhaaltje met de gevonden speelwijzen. Bouw een regenverhaal op: het begint met 1 druppeltje, geleidelijk meer druppels tot het giet van de regen, het begint te donderen, vervolgens neemt de regen weer af, tot het weer helemaal stil is. Vertrek en eindig in complete stilte. Het regenverhaal kan je ook zonder materiaal uitvoeren. Het is ideaal om een luisterhouding te creëren. Begin traag met 1 vinger in je handpalm te tikken, voeg telkens een vinger bij tot je in de handen klapt en weer afbouwt. De kleuters volgen jouw voorbeeld. Luister samen naar de stilte en geniet van het magisch moment!
10
Enkele tips
Hoe steviger de doos, hoe beter de klank. Speel op een vlak uit 1 stuk (dus niet een vlak dat toegeplakt is of waar een gat in zit). Snijd een gat uit het vlak dat tegenovergesteld aan het speelvlak ligt. Klem de doos tussen je benen of ga erop zitten als ze sterk genoeg is. Experimenteer hoe het klinkt als je met je handpalm speelt of met je vingers, in het midden of op de rand slaat, met de holle kant van de lepel of met de stok slaat, met je vingers of met je nagels wrijft, het klankverschil tussen een grote en een kleine doos,… Voor de handige leraar: zie bijlage 2 met tips om zelf een echte cajón te bouwen met snaren (die toch wel een groot deel van de klank bepalen!)
11
12
4.2 Voorbereidende opdrachten Zingen met je klas is puur plezier Stem opwarmen
Vooraleer een echte zanger(es) het podium opstapt, zal hij steeds zijn stem opwarmen. Want stembanden zijn ook spieren en die moeten dus ook opgewarmd worden zoals een atleet ook zijn spieren opwarmt voor hij een inspanning levert. Hiervoor kan je de gekste spelletjes verzinnen. Enkele voorbeelden: Gekke bekken trekken, gezicht wassen, zoemen van laag naar hoog, laag praten zoals oude meneren of heel hoog zoals smurfen, indianenroep nabootsen, dierengeluiden nabootsen,…
Zing liederen uit het klasrepertoire of grasduin in het aanbod van Jeugd en Muziek
Liedboekjes + cd Attakatamoeva Een liedboek per graad basisonderwijs, Productie Koor & Stem en Jeugd en Muziek cd Ik hoor je wel, ik zie je niet Kleuter- en kinderliedjes, Stichting Lezen i.s.m. Jeugd en Muziek Verzamelboek + cd Toejeweetwel Auteur Joke van Leeuwen, Muziek Caroline Deutman en Joke van Leeuwen, Productie Querido i.s.m. Jeugd en Muziek Boek + cd Geen spijt Auteur Paul Verrept, Muziek Bo Spaenc, Productie Uitgeverij De Eenhoorn i.s.m. Jeugd en Muziek
Meer info kan je vinden op www.jeugdenmuziek.be 13
Reizen
Meneer Grijs is een olifant die leeft tussen de mensen. Soms voelt hij zich hier niet helemaal thuis. De kinderen zeggen: ‘Meester Grijs, die is niet wijs’. Daarom beslist hij om niet meer te doen als elke dag en gaat op reis. Hij gaat naar de jungle in Afrika, Sri Lanka en India. Stuur een postkaart naar je kinderen in een vreemde taal
(bijvoorbeeld Zuid-Afrikaans) waarin je de kinderen uitnodigt in jouw land. Laat hen een koffer maken en spullen pakken die ze mee willen nemen op reis. Bezorg de kinderen een vliegticket en laat hen het vliegen in het vliegtuig dramatiseren. Je kan het vliegen in het vliegtuig muzikaal uitbeelden en het stijgen en dalen van het vliegtuig muzikaal vertalen door stijgend of dalend te spelen op een klokkenspel of ander melodisch instrument (varieer in de snelheden). Bespreek met de kinderen hoe het klinkt als het vliegtuig boven de wolken vliegt. Welke instrumenten heb je hiervoor nodig? Hoe moeten die spelen? Snel, traag, hoog, laag, lange klanken, korte klanken, …? Je kan ook de geluiden van het vliegtuig verklanken: de motor, het snurken van een passagier, klinkende glazen op een dienblad, een wiegeliedje van een mama voor haar baby’tje, een vogel die voorbij vliegt, … Ook een crash kan je op deze manier muzikaal uitbeelden.
14
Beluister met de kinderen muziek uit andere delen van de wereld
Laat hen bewust luisteren door gerichte vragen te stellen over wat ze horen en voelen. Laat hen bewegen op deze muziek. Of laat hen hun impressies tekenen, schilderen, vertalen in louter kleur.
Enkele luistertips:
India Dr. L. Subramaniam: Indische vioolvirtuoos, die wel eens Paganini in de improvisatie wordt genoemd. Hier vind je een filmpje: http://www.youtube.com/watch?v=6EfQ5_6Z70E Hariprasad Chaurasi: Grootmeester van de bansuri en één van de weinige hindimuzikanten die erin geslaagd zijn de klassieke Indiase muziek populair te maken bij de jongere generaties. Dit is een filmpje met hem: http://www.youtube.com/watch?v=R5w7ToxsrUw Afrika Miriam Makeba: Miriam Makeba is een Zuid-Afrikaanse zangeres en bekend van ‘Pata pata’. Khadja-nin uit Burundi: http://www.youtube.com/watch?v=ks3I6t72d1I Djeli Moussa uit Burkina Fasso: http://www.youtube.com/watch?v=DEpMhfnojk8 Mory Kanté uit Guinea: http://www.youtube.com/watch?v=K1s_QEnTgw8
15
Bollywooddans
Meneer Grijs gaat op reis naar India en daar danst men op een eigen manier. Bij Indisch dansen wordt er traditioneel veel verteld met de ogen, de vingers, de handen en de voeten. Laat de kinderen zelf exploreren wat ze met hun oogjes kunnen bijvoorbeeld knipperen, open en toe doen, wegdraaien van de ogen boven of onder en opzij. Ze kunnen ook met hun hoofd meedraaien of juist niet, ze kunnen heel boos kijken of verbaasd... Probeer dit uit op Bollywoodmuziek. Doe hetzelfde met de vingers en handen. Eén hand vertelt een verhaal en later komt een tweede hand erbij en kunnen ze samen communiceren, soms lief en vriendelijk, dan wild of agressief, verliefd of verlegen... De vingers kunnen een kleur krijgen zodat bijvoorbeeld alleen de rode vingertjes bewegen of alleen de twee dikke gele duimen. Aan de enkels kan je belletjes hangen die de aandacht extra naar de voeten zullen trekken. Laat de leerlingen verkennen wat ze met die tenen en voeten kunnen doen en breng daarna eventueel wat meer structuur aan zoals: “laat je tenen je voeten kietelen of strelen, of krul je tenen om, of we springen samen op een voet , stampen, stappen op de hakken, we schudden de voeten uit...” Overgangen tussen verschillende oog-, handen- of voetenverhalen kan je maken door samen met de kinderen sierlijke slangachtige, glamourachtige armbewegingen te dansen. Dit alles kan je al zittend, rechtstaand of door de ruimte dansen. Voor meer informatie surf je naar: www.bollywooddance.nl
Bollywoodmuziek vind je in de bibliotheek onder ‘wereldmuziek’ of op YouTube onder ‘bollywood music hits’
16
17
Kleuren en emoties
“Zoals klanken en tonen via het gehoor op ons inwerken en ons in een bepaalde stemming brengen, zo doen kleuren dat ook.” (Ulrich Beer) Kleuren en emoties zijn heel nauw met elkaar verbonden en in dit verhaal nemen ze een speciale plaats in. In de muziektaal spreekt men vaak over ‘klankkleur’. Dit is de eigenschap van een klank waarmee verschillende muziekinstrumenten en stemmen zich onderscheiden. Hierdoor kan je het verschil horen tussen een saxofoon en een trompet of tussen de stem van je moeder en die van je oma. Algemeen
Bespreek met de kinderen hun lievelingskleur. “Als je mocht kiezen om een kleur te zijn, welke kleur zou je dan zijn?” Bespreek waarom de ene rood verkiest en de ander rood afstotelijk vindt. Maak een foto van de kleuters in een bepaald gevoel. Laat kleuters bewegen op blije en droevige muziek. Van muziek naar kleur
Laat muziek aan de kinderen horen en vraag hen om een kleur te kiezen die erbij past. Vraag de kinderen hun gekozen kleur op een blad te laten dansen, op de klanken van de muziek. Bespreek met de kinderen het gevoel van de muziek. Vinden ze het droevige, blije, … muziek? 18
Van klankkleur naar kleur en emotie
Zorg voor een uitgebreid gamma aan instrumenten (zowel ritmische als melodische, dwz zoveel mogelijk verschillende ‘klankkleuren’). Maak kaartjes met pictogrammen van emoties (blij, bang, boos, bedroefd) en gekleurde kaartjes. Maak kaartjes met pictogrammen van emoties (blij, bang, boos, bedroefd) en gekleurde kaartjes. Laat de kinderen instrumenten aan kleuren en emoties koppelen. Bepaal voor elke emotie een manier van spelen op het instrument. Van kleur naar muziek
Als je instrumenten aan kleuren gekoppeld hebt (zie hierboven), kan je proberen om een schilderij te verklanken. Je duidt een kleur op het schilderij aan, waarop de juiste groep kinderen met een bepaalde instrumentengroep, muziek maakt. Nu spelen jullie eigenlijk al aan de hand van een ‘partituur’! Tip: de schilderijen van Mondriaan zijn hiervoor heel geschikt. Van emotie naar muziek
Lees een verhaal voor en bespreek de gevoelens die erin voorkomen. Vertel het verhaal opnieuw en laat de juiste instrumentengroep je verhaal begeleiden aan de hands van de emoties en de afspraken die je eerder maakte (zie: van klankkleur naar kleur en emotie). Let op: de kinderen moeten ‘begeleiden’, dus je moet het verhaal kunnen blijven horen! Voor meer informatie omtrent kleuren of extra werkvormen: www.rasa.be (kleurenkriebels)
19
Verzin zelf een liedje
Heb jij wel eens een muziekje in je hoofd? Een nieuw melodietje dat je zomaar bent gaan zingen? Dan was je eigenlijk aan het componeren. Bo Spaenc componeerde alle liedjes uit de voorstelling zelf. Probeer het zelf ook eens uit, een willekeurig kort versje is een ideaal uitgangspunt. Het volstaat de kinderen te vragen: Hoe zou jij dat zingen? Luister naar hun voorstellen en verzin samen met hen een eigen melodie. Je kan het uitproberen in de volgende oefeningen (verliefd zijn en verdrietig zijn). Je zou als uitgangspunt ook een gedicht van Paul Van Ostaijen kunnen nemen dat Paul Verrept in een prentenboek verwerkte. Marc, Slaap of Sjimpansee.
Marc groet ’s morgens de dingen Dag ventje met de fiets op de vaas met de bloem ploem ploem dag stoel naast de tafel dag brood op de tafel dag visserke-vis met de pijp en dag visserke-vis met de pet pet en pijp van het visserke-vis goeiendag Daa-ag vis dag lieve vis dag klein visselijn mijn.
Berceuse Nr. 2 Slaap als een reus slaap als een roos slaap als een reus van een roos reuzeke rozeke zoetekoeksdozeke doe de deur dicht van de doos Ik slaap Berceuse presque nègre De sjimpansee doet niet mee Waarom doet de sjimpansee niet mee De sjimpansee is ziek van de zee Er gaat zoveel water in de zee Meent de sjimpansee
20
Verliefd zijn
In het verhaal wordt meneer Grijs verliefd op de juf van de derde klas. Je kan met de kinderen dit gevoel en de bijkomende fysieke verschijnselen (blozen, krop in de keel,…) bespreken en eventueel uitbeelden in een toneeltje. Schrijf een liefdeslied. Maak een kort liefdesgedichtje en verzin er een melodietje bij. Laat de kinderen begeleiden op de instrumenten met bijpassende ‘klankkleuren’ (zie: kleuren en emoties). Verdrietig zijn
“Zoals geel steeds een licht met zich meevoert, zo kan men zeggen dat blauw steeds iets donkers met zich meevoert.” (Goethe) To feel blue Maak met de kinderen een kort gedicht waarin de sfeer van de kleur blauw weergegeven wordt. Als je dit gedicht nu gaat zingen krijg je een eigen ‘bluesliedje’. Voor kleuters is een echte bluesmelodie nog te moeilijk, maar het kan wel heel verrijkend zijn om jou hun gedicht te horen zingen op een bluesmelodie. Voor tips: zie bijlage 4. Scatten
Scatten is het zingen van woorden zonder betekenis. In de voorstelling is er tweemaal een rijmliedje waarin woorden zonder betekenis gezongen worden. Je kan zelf ook eens proberen om zo’n liedje te maken. Probeer zoveel mogelijk (bestaande of onbestaande) woorden te vinden die rijmen op ‘rokje’, ’schoen’ of ‘brief’. Selecteer er een aantal uit en verzin er een ritme (en melodietje) bij. Begeleid eventueel door een ritmische pulse te geven op een percussie-instrument. In dit filmpje zie je Ella Fitzgerald al scattend: http://www.youtube.com/watch?v=PbL9vr4Q2LU Dit is een filmpje met Scatman John: http://www.youtube.com/watch?v=mpHLEm9-0bg
21
22
4.3 Verwerkende opdracht Bespreek de voorstelling die je gezien hebt. Stel gerichte vragen over wat er te zien was op de scène, het verhaal en de muziek. Maak nu zelf een voorstelling. Als basis kan je het verhaal van meneer Grijs, een ander verhaal van Paul Verrept of een gedicht van van Ostaijen nemen dat je ter voorbereiding al uitwerkte (zie: ‘verzin zelf een liedje’), nemen. Verdeel je verhaal in verschillende delen (niet te veel!). Dit worden de scènes. Maak per scène een grote tekening of schilderij zodat je een soort ‘story‐board’ krijgt als je de tekeningen achter elkaar legt, zoals in een strip. Denk bij het tekenen of schilderen goed na over de kleuren! Je kan bijvoorbeeld als achtergrond telkens één kleur kiezen. Deze basiskleur laat je corresponderen met een instrument(engroep) (zie: ‘van klankkleur naar kleur en emotie’). Dit is een makkelijke leidraad om de muziek uit te werken. Per tekening is er dus een instrumentengroep die zal spelen. Bepaal ook samen met de kinderen de speelwijze. Per tekening zorg je ook voor een groep die het verhaal zal uitbeelden of dansen (cfr. Bollywooddans). Vertel zelf het verhaal en duid de juiste tekeningen aan zodat je de kleuters op die manier kan leiden. Nodig een klas uit bij jou in de klas of ga zelf naar een andere klas. Veel succes! 23
24
5. OVER DE MAKERS 5.1 Paul Verrept “Een illustratie moet meer zijn dan een voor de hand liggende prent. Zo’n beeld kunnen mensen echt wel zelf bedenken.”(Paul Verrept) Paul Verrept werd geboren in Deurne in 1963. Hij is grafisch ontwerper, tekenaar en maker van prentenboeken. Paul Verrept profileerde zich voor het eerst als boekillustrator met de prentenboeken rond de poëzie van Paul van Ostaijen. Gaandeweg is hij zelf gaan schrijven. Zijn verhalen zijn vaak sober en filosofisch getint met schijnbaar eenvoudige, gevoelige illustraties die een heel eigen verhaal vertellen. Er gebeurt misschien, letterlijk dan, niet zoveel in de tekst, maar de ruimte in het verhaal zet de lezer/luisteraar wel aan het denken. Zijn werk verscheen in acht talen. Paul Verrept is ook bekend vanwege zijn theateraffiches die vaak blijk geven van een eigenzinnige visie op de combinatie van woord en beeld. In dit filmpje spelen Paul Verrept en Bart Meuleman zelf hun verhaal “Meneertje Kokhals krijgt bezoek”: http://www.youtube.com/watch?v=P4fcy31d7As Via deze link kan je beelden zien en een lied van Eva De Roovere en Gerry De Mol ter ere van de gouden uil, prijs van de jonge lezer, voor het boek ‘het meisje de jongen de rivier’ in 2005: http://www.klara.be/cm/klara/1.104-searcharticle?directarticle=1.30356&arti cle=1.30356
Momenteel loopt er ook een muziektheatervoorstelling voor kinderen vanaf 8 jaar met tekst van Paul Verrept: ‘Porselein’. Meer informatie vind je op www.jeugdenmuziek.be 25
Kinderboeken van Paul Verrept: Mag ik bij je slapen? (Clavis, 1994) Een kleine kangoeroe verdwaalt in een wonderlijk dierenhotel… Een tekening op reis (Clavis, 1995) Op een avond in een grote stad… Een verhaal zonder woorden over een tekening die wegwaait, over verlangen, alleen zijn en vriendschap. Marc, Sjimpansee en slaap (Clavis, 1996) Drie plezierige prentenboekjes die kleine kinderen kunnen meevoeren in een wereld van fantasie en gedempte gevoelens, gebaseerd op gedichten van Paul van Ostaijen. Ik mis je (Clavis, 1998) Een ontroerend mooi boekje voor kinderen vanaf vijf jaar dat op een sobere en poëtische wijze uitlegt hoe je met gemis kan leven. GOD (Clavis, 1999) God blijkt een konijn te zijn met een vrouw en drie kinderen… Een prachtig verhaal over Gods goedheid en grootheid. Klein Verhaal van de Nacht (Clavis, 2000) ‘Er was eens een meisje alleen in een donker bos. Zo donker was het dat het meisje de bomen niet zag. De dieren hielden hun adem in want dit was het donkerste donker van de nacht.’ Het verhaal van een mysterieuze nachtelijke reis… De kleine soldaat (Clavis, 2002) Een aandoenlijk verhaal voor kinderen vanaf 5 jaar over de oorlogsgekte van vandaag met prachtig gekleurde prenten. De dag dat mama even tijd had voor een kopje koffie (Afijn, 2003) Over mama die een mannetje in haar koffie vindt en de dag van haar leven beleeft… Het meisje de jongen de rivier (Afijn, 2004) Een betoverend mooi prentenboek over leven, liefhebben en loslaten, vanaf 7 jaar. Dit boek werd bekroond met de Gouden Uil, Prijs van de Jonge Lezer 2005 en de Prijs voor Letterkunde van de Provincie Antwerpen 2005. Het boek werd door Theater Transparant ook bewerkt als theatervoorstelling. Mist (De Eenhoorn, 2006) Een poëtisch prentenboek over een oneindige zoektocht naar een verloren vader, vanaf 10 jaar. ‘Mist’ veroverde een plaatsje op de longlist van de Gouden Uil 2007. Geen spijt (De Eenhoorn, 2007) leven en liedjes van kleine Edith. Het verhaal van een klein meisje met een grootse stem. Geïnspireerd door het leven van Edith Piaf. Genomineerd voor de Kinder- en Jeugdjury 2008-2009. De muzikale en beeldende theatervoorstelling ‘Geen spijt’ werd van 6 januari tem 22 maart 2008 opgevoerd door De Vikingen, voor kinderen vanaf 4 jaar. De voorstelling werd ook op cd uitgebracht. Meer Meer informatie vind je op www.jeugdenmuziek.be - www.bospaenc.be
26
5.2 de kolonie MT “de kolonie MT” maakt muziektheater over de grenzen van disciplines, doelgroepen en genres heen. Centraal staat het maken en uitdragen van live muziektheater dat artistiek hoogstaand, origineel, geëngageerd en innemend is. Het auditieve, visuele, muzikale en narratieve wordt bedacht met - en heruitgevonden door - de spelers die het uitvoeren. Mede door de veelheid van vormen die gehanteerd worden, krijgt het verhaal steeds een diepere gelaagdheid. Op die manier wordt er bij elke voorstelling een eigen universum gecreëerd, waarin het publiek telkens opnieuw uitgenodigd wordt. “de kolonie MT” is een vervolg op “de vikingen” (onder aanvrager “vzw Ademnood”) waar-
mee artistiek leider, Bo Spaenc, ook al heel integere podiumkunstenprojecten creëerde waarin het sterke live-uitvoeringsaspect doorslaggevend was om het publiek écht te raken. De meeste producties werden sinds 2000 betoelaagd op projectbasis door de Vlaamse Gemeenschap en door de Stad Antwerpen: het muziekproject Mô-Pàh (2000, startnaam Voxz, een uniek concertconcept), ‘de duikbadvisballerinaprinses’, (2000/01, een muzikale kleuterproductie), ‘Cinema Volum’ (2006/07, verrassende muziektheaterdansfilmversmelting), ‘Geen Spijt’ (2008, eigenzinnige muziektheatercreatie van Paul Verrept en Bo Spaenc).
Daarnaast werden ‘Dikke Taarten’ (2002/03) en ‘Djoefkenboenk’ (2003/04) in samenwerking met o.a. HetPaleis en Theater Froe Froe als vrije producties gerealiseerd. Met ‘Cinema Retro’, een remake van ‘Cinema Volum’ voor volwassenen en senioren werd in 2009 de opstap naar een volwassen publiek gemaakt.
27
Luistertip:
Boek en cd: ‘Geen spijt’, leven en liedjes van kleine Edith (zie ook ‘Over de makers - Paul Verrept’) obv de muziektheatervoorstelling van “de vikingen”, die nu doorgroeien in “de kolonie MT”. Nele Bauwens is vooral bekend als verpleegster Anne-Sophie De Maeyer in de VTM-serie Spoed.
Ze werkte ook al veel voor kinderen( Laika-Paleis/ Bronks/Luxemburg/...). Voor muziek van Geert Waegeman ga je op zoek naar zijn cd: ‘Vegetal Digitables’ (Lowlands, low013, 2000) Voor extra werk van Harry De Neve ga je naar: www.quidam-quidam.be
Nele Bauwens
Geert Waegeman
28
5.3 Bo Spaenc Bo Spaenc is nog klein als de Beatles en de Stones groot worden. De oren gespitst, groeit hij op met Lou Reed, David Bowie en Roxy Music: de gedroomde voedingsbodem voor zijn aangeboren muzikaliteit. “Al van jongsaf kon ik het niet laten om muziek te maken. Vorken en messen, salontafels en glazen flessen,... Als het geluid maakte, kreeg ik er muziek uit.” Hij wordt professioneel drummer-percussionist en verdient zijn eerste centen en sporen in jazzclubs en concertzalen, bij balorkesten en punkgroepen. En passant ruilt hij de pauken en de drums voor de pitteleer en gaat dirigeren. Maar niet lang daarna slaat hij zelf aan het componeren. Zijn instrumentarium breidt zich uit: naast de gekste rammel- en tokkelinstrumenten, wordt hij virtuoos op alle mogelijke orgeltjes, blaas- en trekmuzieken. Als muzikant-componist rolt hij binnen in de theaterwereld. Van daaruit komt hij terecht bij televisie en radio om tenslotte muziek te schrijven voor films. “Doordat ik zoveel verschillende muzikale waters heb bevaren, is mijn inspiratiebron heel breed. Ik zal instinctief altijd op zoek gaan naar ongehoorde horizonten in de muziek.” Bij peuters en kleuters staat hij bekend als de man achter de Bumba- muziekjes/geluidjes én natuurlijk door vorige producties als ‘De Duikbadvisballerinaprinses’, ‘Dikke Taarten’ en ‘Geen Spijt’. Voor meer informatie: www.bospaenc.be
29
30
31
6. BijlageN 6.1 bIJLAGE 1: Olifanten De olifant heeft een heel bijzonder karakter. Hij is sterk, maar ook rustig en zacht, verstandig en gevoelig. Door zijn grote oren en slagtanden heeft de olifant een heel eigen uiterlijk. Het is het grootste dier dat op het land leeft en het enigste dier met zo’n slurf. Er zijn wel enkele dieren met een kortere slurf (of een lange neus), zoals de tapir en de olifantspitsmuis, maar een echte slurf heeft alleen een olifant. De slurf is een heel bijzonder lichaamsdeel, hij bestaat uit tienduizenden spiertjes, waardoor hij erg beweeglijk en krachtig is. Een olifant kan er een boomstam mee oprapen, maar ook een muntstuk. Hij grijpt voedsel beet met zijn slurf en steekt het zo in zijn mond. Zo hoeft hij niet te bukken om te eten. Ook het drinken gebeurt met de slurf. Een olifant zuigt zijn slurf vol water (de hoeveelheid van een emmer) en daarna tilt hij z’n hoofd op en laat het water in z’n mond lopen. Hij zuigt het water met de slurf dus niet direct binnen (als wij eens water in onze neus krijgen, dan begrijpen we waarom). Het uiteinde van de slurf is eigenlijk de hand van de olifant. De Aziatische heeft één en de Afrikaanse twee vingerachtige uitsteeksels. Het oude Indische woord voor olifant, hastin, betekent eigenlijk het dier met een hand. Voor een olifant is de slurf ook een douche. De olifant moet zijn huid geregeld met water en daarna met stof of zand besproeien en daarvoor is de slurf erg handig.
32
De slurf wordt ook gebruikt om geluid te maken. Een olifant kan vele geluiden maken, de meeste ervan kunnen wij zelfs niet horen, maar het echte trompetteren doet een olifant met zijn slurf. De olifant is een goede zwemmer en dan gebruikt hij zijn slurf als een snorkel. Dat lijkt een detail, maar ook dit maakt de olifant tot een uniek dier. De slurf is ook gewoon een neus, een olifant kan erg goed ruiken. Soms steken de olifanten hun slurf in de lucht en draaien ze hem naar alle kanten om alle geuren op te snuiven. Het hangt af van welke kant de wind komt, maar normaal kunnen ze andere olifanten ruiken ook als die tot vijf kilometer ver weg staan. Per dag eet een Afrikaanse olifant ongeveer 200 kilo voedsel. Ze eten voornamelijk gras of bladeren, maar ook wortels, boomschors (ze zijn de enige dieren die hout eten), vruchten of ander groen. De olifant heeft het grootste stel hersenen van alle landdieren, en dat is normaal als je weet hoe groot de olifant is. Normaal gezien worden de olifanten bij de slimste dieren gerekend, samen met de dolfijnen en de mensapen. Vroeger dachten vele mensen dat dieren geen gevoelens hadden en dat alleen mensen emoties konden hebben. Nu weten we dat dat niet waar is: ervaren onderzoekers beweren dat olifanten elke emotie hebben die mensen ook kunnen hebben. Olifanten kunnen spelen, gek doen, boos zijn of zelfs verliefd worden. Ze helpen elkaar en trachten een lid van een groep te redden, ook al brengen ze zichzelf daarbij in gevaar. Olifanten zijn werkelijk blij als ze bevriende dieren tegenkomen en echt bedroefd als er een olifant sterft. 33
34
6.2 Bijlage 2: Maak zelf een Cajón De cajón (spaans voor kist), spreek uit als ‘kagon’. De cajón komt oorspronkelijk uit het Peru van de 19de eeuw. Het is een houten percussieinstrument en wordt in Peru al lange tijd gebruikt in de volksmuziek. De cajón is geheel van hout gemaakt, oorspronkelijk meestal van mahonie of ceder, maar de meest moderne uitvoeringen bestaan er in allerlei soorten hout, bijvoorbeeld berken. Het voorblad van de cajón bestaat uit dun (3 mm) triplex en fungeert als trommelvel. De cajón wordt geheel gelijmd, alleen het voorblad wordt geschroefd. De bovenste hoeken van het voorblad zijn niet vastgeschroefd zodat deze los kunnen resoneren. Aan de achterkant of aan de zijkant van de cajón zit een rond klankgat.
35
Wat heb je nodig?
2 planken van 30 x 45 cm Berkenmultiplex dikte 9mm (voor de zijkanten) 2 planken van 30 x 30 cm Berkenmultiplex dikte 9mm (voor de onder- en bovenzijde) 1 plank van 28,2 x 45 cm Berkenmultiplex dikte 9mm (voor de achterzijde) 1 plank van 46,8 x 30 cm Berkenmultiplex dikte 3mm (voorblad) 1 lat van 200 x 1,5 x 1 cm geschaafd vuren 2 balkjes van 25 x 3 x 2 cm 1 balkje van 9 x 3 x 1,5 cm (spanblokje voor de snaar, zie foto 4) één bas-snaar (een dikke metalen basgitaar snaar) een kunststof kroonsteentje 2 meubelspan bouten (type inbus) en bijbehorende moeren 20 (mag ook minder) spaanplaatschroeven van 3 x 20 mm een paar kleine spijkers van max. lengte 15 mm (voor het vastzetten van de steunlatten. Ook verlijmen!) 4 bouten met ringetjes en vleugelmoeren houtlijm (professionele kwaliteit) kleurbeits blanke lak (Glitsa) kwasten houtklemmen schuurpapier decoupeerzaag schuurmachine workmate
36
37
Foto 1
Foto 2
Foto 3 - binnenzijde boven
Foto 4 - binnenzijde onder
38
Tips bij het bouwen:
• laat de planken op maat zagen bij de doe-het-zelver. • voor het gat aan de achterzijde neem je een diameter van 13 centimeter. Gebruik de lat van 200 cm geschaafd vuren voor steunlatjes (in de schets o.a. aangegeven met de letters A,B, en C en nummers 1 en 2) aan de binnenzijde van de cajón. Deze latten zijn handig bij het verlijmen en het geeft extra stabiliteit aan het geheel (zie bv. foto 2). De snaar wordt aan de voorzijde (tegen het voorblad) opgespannen. Het aanspannen of losser zetten van de snaar geschiedt d.m.v. het in hoogte verstellen van een spanblokje middels het aandraaien van de meubelbouten met een inbus-sleutel (zie foto’s 3 en 4 en details op de schets). Gebruik een basgitaar snaar. Zo één met een stalen ring aan één van de uiteinden. Boor twee gaatjes (tussenruimte ongeveer 20 cm) door de bovenste steunbalk en voer de snaar vanaf de achterzijde in. Dan de snaar door het spanblokje en weer naar boven door het tweede gat. Tip, demonteer (voorzichtig met een mesje) een kunststof kroonsteentje en gebruik hieruit een van de metalen buisjes met schroef om de snaar klem te zetten (zie foto 3 en detail op tekening) aan de achterzijde van dat tweede gat. Foto 5 - spanblokje
(inclusief meubelspan bouten -type inbus) De 2 balkjes van 25 x 3 x 2 cm worden met de bouten aan de onderzijde gemonteerd en dienen als (vervangbare, wanneer ze versleten zijn) voetjes (zie foto 4 en detail op de schets). 39
Bouwtekening
40
41
6.3 Bijlage 3: Bollywood
Het woord Bollywood is afgeleid van de term Hollywood, waarbij de B staat voor Bombay (het huidige Mumbai). Het is in India én wereldwijd het grootste filmcentrum. De term ‘Bollywood’ werd gecreëerd door een Britse journalist in de jaren ‘80, toen er in het toenmalige Bombay veel remakes van de Hollywoodfilms gemaakt werden. De overgrote meerderheid van de Bollywoodfilms zijn doordrongen van muziek en dans. De dans verschilt naargelang het thema en is meestal een vloeiende, swingende, energieke dans met veel kleuren en vrolijkheid. Er wordt gebruik gemaakt van heel simpele gebaren om de tekst uit te drukken. De liedjes worden vaak vertellend uitgebeeld en geven meestal een bepaalde emotie weer van de hoofdrolspelers. Vroeger lag de nadruk op het uitbeelden middels sterke mimiek en weinig dansbewegingen. Met de jaren en de invloeden van het westen heeft er een verschuiving plaatsgevonden, maar het vertellende karakter is nooit verloren gegaan. De liedjes werden steeds meer dynamischer gechoreografeerd met veel dansbewegingen waardoor het een showelement kreeg, wat wij nu de Bollywooddans noemen.
42
6.4 Bijlage 4: Blues Als je zelf een bluesliedje wil maken, maak je gebruik van de volgende tonen: Centrale noot do: do, mib, fa, solb (=fa#), sol en sib Je kan dit akkoordenschema gebruiken om jezelf te begeleiden: C | C of F | C | C | F |F |C|C| G|F |C|G| Eindig op C Centrale noot re: re, fa, sol, lab (=sol#), la en do Akkoordenschema met centrale noot re : D | D of G | D | D | G|G |D|D| A|G |D|A| Eindig op D
Hier zie je Ray Charles in ‘The slow blues’: http://www.youtube.com/watch?v=UIGoqv8zlRE
43
44
LINKEN NAAR DE EINDTERMEN
LINKEN NAAR DE EINDTERMEN: MUZISCHE VORMING
MUZISCHE VORMING Voorbereidende opdrachten
Bijwonen voorstelling Meneer Grijs Verwerkende opdracht Gedurende het muzisch werken
Voorbereidende opdrachten Vertel een verhaal
3.3
1.2
Ritme
2.2
2.4
Zingen
2.2
2.4
Reizen
3.3
2.2
2.3
Bollywooddans Kleuren en emoties
4.2
4.4
4.5
2.1
1.6
2.2
Verzin zelf eens een liedje Liefdeslied maken
2.2
6.4
2.2
2.4
Verdrietig zijn
2.3
Scatten
2.2
2.3
2.4
2.1
3.1
6.2
2.4
3.3
4.5
6.2
6.3
6.5
Eigen voorstelling maken
45
46
BRONNEN Rasa vzw. (2005). Kleurenkriebels, Werkmap voor leerkrachten, Sint-Niklaas. www.rasa.be www.riske.be www.bospaenc.be www.paulverrept.be www.olifanten.org http://home.kpn.nl/e.van.munster4/cajon_schets.htm http://home.kpn.nl/e.van.munster4/cajon.htm
47
Deze educatieve bijlage is een uitgave van Jeugd en Muziek Vlaanderen Redactie en samenstelling: Marijke Verbeeck Coördinatie en eindredactie: Jan De Moor Illustraties: Riske Lemmens Vormgeving: Marleen De Maeseneer Verantwoordelijke uitgever: Roel Vanhoeck Baron Hortastraat 13 - 1000 Brussel Tel. 02/507 84 53 - Fax 02/507 84 37
[email protected] www.jeugdenmuziek.be
48