BESPEELBAAR MET AANVAARDBAAR RISICO IS VEILIG

Verantwoordelijke uitgever: Speelom, vzw, Marc Ipermans, Vijverlaan 53, 2610 Wilrijk Onafhankelijk jaarblad voor de speelterreinuitbater en onderhoudspersoneel Jaargang 1, nummer 1 Redactie Koen Depreitere Marc Ipermans Frans Everaerts Koen De Maertelaere Peter Dekeyser Foto’s Koen Depreitere Frans Everaerts Contact 03 740 76 41 T 03 821 06 09 F 0496 21 39 35 M [email protected] E www.vvj.be/speelom W

EDITO Speelom, vzw heeft er voor gekozen om al het nieuws VOOR 2009 te bundelen in één grote folder. U vindt in deze folder onder andere alles over de bijscholing 2009 en de gewijzigde normen. We wensen u alvast veel leesplezier.

BESPEELBAAR MET AANVAARDBAAR RISICO IS VEILIG Wanneer we het hebben over veilige speelterreinen, wordt dit vaak geassocieerd met ongevalvrije speelterreinen. Niets is minder waar. Integendeel, in de gewijzigde norm wordt er nog eens expliciet op gewezen dat blauwe plekken mogen en kunnen op een speelterrein. Kinderen en speeltoestellen hebben net dat beetje risico nodig. Hoe hoog kan ik schommelen, hoe snel kan ik van de glijbaan af, kan ik met de kabelbaan helemaal tot op het einde geraken, kan ik tot boven klimmen in het ruimtenet? Zo kunnen we nog heel wat uitdagingen, risico’s bedenken. Daarom lijkt het ons zinvoller om het niet meer te hebben over ‘veilige speelterreinen’ maar over speelterreinen die bespeelbaar zijn met een aanvaardbaar risico.

UPDATE CONTACTGEGEVENS ATTESTHOUDERS Sedert Speelom, vzw in 2001 startte met de basisopleiding ‘Veiligheid van speelterreinen’, hebben een kleine 600 mensen hun attest ‘Veiligheid van speelterreinen’ behaald. Teneinde iedereen op de hoogte te kunnen houden, vinden we het hoog tijd om de contactgegevens te actualiseren. We vragen dan ook met aandrang om ons het ‘Antwoordformulier contactgegevens attesthouders’ terug te bezorgen per post op Vijverlaan 53, 2610 Wilrijk of per fax op 03|820 06 09 of per mail op [email protected]. We maken er u attent op dat deze contactgegevens enkel worden gebruikt voor Speelom, vzw en niet aan derden worden doorgegeven.

BASISOPLEIDING VEILIGHEID VAN SPEELTERREINEN In 2009 werd de basisopleiding naar aanleiding van de gewijzigde normen niet alleen geactualiseerd maar werd er ook een extra lesdag toegevoegd. De basisopleiding beslaat nu 4 volledige dagen waarvan op de eerste 2 lesdagen de focus op de theorie ligt. Op lesdag 3 en 4 wordt de theorie toegepast op de praktijk. Het volledige programma van de basisopleiding vindt u op www.vvj.be/speelom. Dit voorjaar volgden 25 personen de basisopleiding ‘Veiligheid van speelterreinen’. Hiervan slaagden 19 personen in de eindproef en behaalden hun attest. In november 2009 start er terug een basisopleiding maar deze is helaas al volzet. Inschrijven voor 2010 kan nu al via www.vvj.be/speelom.

1

MELD JE INCIDENTEN EN ONGEVALLEN OOK AAN SPEELOM Iedere speelterreinuitbater weet dat hij of zijn bij een ernstig incident op zijn of haar speelterrein, hiervan melding moet maken bij het Ministerie van Economische Zaken. Deze meldingplicht heeft echter al bij een aantal speelterreinuitbaters kwaad bloed gezet omdat door het melden van een incident het daaropvolgende bezoek van de inspectie van het Ministerie van Economische Zaken niet echt aangenaam te noemen was. Om uitbaters te blijven sensibiliseren ernstige ongevallen en incidenten te melden dringen we er bij het Ministerie van Economische Zaken op aan om inspecties naar aanleiding van een spontane melding door een uitbater op een dusdanige wijze te organiseren dat ze niet beschuldigend overkomen en niet meer werk met zich meebrengen voor de uitbater. In die zin pleiten we ervoor dat de inspecteurs van het ministerie ook zelf regelmatig bijscholing volgen om de recente ontwikkelingen in de sector op te volgen en er regelmatig overleg is over interpretaties die het voorwerp uitmaken van discussie. Tenslotte dringen we aan op het openbaar maken van de geregistreerde ongevalcijfers. Vooralsnog blijven we er vanuit Speelom, vzw op aandringen om incidenten te melden bij het Ministerie van Economische Zaken en deze ook aan ons te melden. Op die manier willen we een zicht krijgen op het aantal incidenten en de aard van de incidenten. Mailen kan op [email protected] en faxen op 03 821 06 09.

NIEUW HANDBOEK OP KOMST

Naar aanleiding van de wijziging van de normen wordt de 2de editie van het handboek grondig geüpdatet. Voor deze update gaf het Ministerie van Economische Zaken groen licht en is een redactieploeg bezig aan de 3de editie van het handboek ‘Veiligheid van Speelterreinen’. We hopen dat dit handboek begin 2010 ter beschikking zal zijn.

SPEELOM HELPDESK Zonder enige vorm van financiële ondersteuning van overheidswege fungeert Speelom al sedert 2001 als helpdesk voor iedereen die vragen heeft over het ontwerpen, de aanleg en de veiligheid van speel- en skateterreinen. Ook in de toekomst blijven deze taak op ons nemen. U kan de helpdesk telefonisch bereiken op 03 740 76 41 tijdens de kantooruren maar we ontvangen uw vra(a)g(en) het liefst per email op [email protected] zodat we uw vragen kunnen registreren.

WIE IS SPEELOM, VZW Speelom, vzw is een ledenorganisatie met als opdracht het organiseren van vormings-en informatieactiviteiten betreffende de veiligheid van speelterreinen en speeltoestellen. Speelom, vzw kan vanwege de overheid op veel erkenning rekenen, zonder evenwel een subsidie te mogen ontvangen. Speelom, vzw is een belangrijke speler is en blijft als het gaat over de veiligheid van speelterreinen. De kernactiviteiten kunnen we in volgende 3 zinnen samenvatten: Speelom vzw organiseert zowel basisopleidingen als bijscholingen voor zowel attesthouders als technisch personeel. Speelom vzw geef voor Vlaanderen de facto vorm aan de noodzakelijke helpdesk in verband met veiligheid van speelterreinen. Van visie tot technische knowhow, iedereen kan bij Speelom vzw – kosteloos - terecht voor informatie en advies. Speelom vzw levert zijn bijdrage aan het beleidsvoorbereidende en -adviserende werk via zijn participatie aan de commissie die de veiligheid van speeltoestellen opvolgt binnen de schoot van de commissie voor de Veiligheid van de Consument. In 2008 waren volgende organisaties lid van vzw Speelom • • • • • • • • •

Instituut voor.Sportbeheer en Recreatiebeleid vzw – Vlaanderen Is Recreatie (ISB – VIR vzw) Onderzoeksinstituut Kind & Samenleving vzw NVCS (Nationale Vereniging van de Controleorganismen van Speeltoestellen en Speelterreinen) Recreabel vzw Recread (Campingfederatie) Toeristische Attracties vzw TÜV-Rheinland Belgium Vereniging Vlaamse Jeugddiensten en –Consulenten vzw (VVJ vzw) Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten vzw (VVSG vzw)

2

WIPKIP MET UITSTERVEN BEDREIGD? Reeds bij in het voege treden van de KB’s betreffende de veiligheid van speelterreinen en speeltoestellen in 2001 wisten we dat de toepassing ervan in de praktijk op korte of lange termijn zou leiden tot aanpassingen. Bovendien zit men ook niet stil in speeltoestellenland en hebben ondertussen nieuwe speeltoestellen, nieuwe materialen of variaties op de sterkhouders het levenslicht gezien. Bovendien zet de tendens naar avontuurlijke(r) speelterreinen zich verder en zien we naast speeltoestellen ook meer speelaanleidingen opduiken op speelterreinen. Daarnaast wordt er ook binnen hard gespeeld waarbij vooral de volledig omsloten speeltoestellen een echte kaskraker zijn, maar tot op heden waren hier nog geen veiligheidsnormen voor. Om te vermijden dat jullie eerstdaags met de hakbijl en cirkelzaag ziedend jullie speelterreinen te lijf gaan, zetten we voor jullie de belangrijkste wijzigingen op een rij. Voor wie meer informatie wenst, die kan terecht bij Speelom, vzw of surft naar www.vvj.be/speelom.

D-Day = 1 juni 2009 Op 1 juni 2009 traden de aangepaste en de nieuwe normen in voege. Jawel, naast aanpassingen aan de bestaande normen, komen er ook nog eens nieuwe normen bij voor de ruimtenetten en de volledig omsloten speeltoestellen. Hier komen we verder nog op terug. Wat moet er nu precies vanaf 1 juni 2009 gebeuren en wat betekent dat voor jou als uitbater en/of verantwoordelijke voor het onderhoud van speelterreinen? Alle speeltoestellen, geplaatst voor 1 juni 2009, moeten voldoen aan de veiligheidsnorm EN 1176 van 1997. Alle speeltoestellen, geplaatst na 1 juni 2009, moeten voldoen aan de nieuwe veiligheidsnorm EN 1176 van 2008. Dit betekent dat je in je logboek zeer duidelijk zal moeten aangeven wanneer het speeltoestel in gebruik is genomen en je bij je controles noteert of de controle met de oude norm of de nieuwe norm is gebeurd. Het spreekt voor zich dat men bij herstellingen, afhankelijk van het toestel en de aard van de herstelling, zal moeten nagaan of het opportuun is om de oude norm nog te volgen dan wel de nieuwe norm toe te passen en dit ook in het logboek noteert. Belangrijk om te onthouden is dat de toepassing van de gewijzigde normen niet retroactief is.

Blauwe plekken mogen

Net zoals al in 2001 het breken van een been of een arm ten gevolge van spel als een aanvaardbaar letsel werd gezien, is dit aanvaardbaar risico nu expliciet opgenomen in de introductie bij de EN 1176 deel 1. Het hoeft geen betoog dat dergelijke of andere letsels ten gevolge van slecht onderhoud natuurlijk niet kunnen en dat risico’s die kunnen leiden tot een fataal of blijvend letsel, uiteraard onaanvaardbaar zijn en blijven.

Toegankelijkheid opnieuw gedefinieerd

In de norm werden de termen gemakkelijk en niet gemakkelijk toegankelijk gedefinieerd op basis van leeftijd waarbij de leeftijd van 36 maanden of 3 jaar bepaalde welke speeltoestellen geschikt waren voor kleuters en welke niet. Daarnaast bepaalde de norm dat wanneer de eerste sport van een ladder of een eerste opstap of touwstreng zich hoger dan 400 mm bevond, dit als moeilijk toegankelijk werd gedefinieerd. Zo ook betekende de aanwezigheid van een trap of een niveauverschil tussen aan elkaar geschakelde platformen kleiner dan 600 mm, dat het speeltoestel gemakkelijk toegankelijk was. Zelfs bij het invoeren van deze norm wist men al dat deze definities niet werkbaar waren. De fysieke en motorische vaardigheden van kinderen verschillen van kind tot kind en zijn niet leeftijdsgebonden. Al wie zelf kinderen heeft zal dit volmondig kunnen beamen. Daarom heeft men deze norm ook gewijzigd en wordt het gegeven gemakkelijk toegankelijk gedefinieerd op basis van de fysieke en motorische mogelijkheden van een kind. Een speeltoestel is volgens de gewijzigde norm gemakkelijk toegankelijk als het kind enkel basisvaardigheden nodig heeft om vrijelijk in, met, op en rond het speeltoestel kan bewegen. De eerder gehanteerde maatvoering blijft evenwel van kracht.

Meer en beter Zoals al eerder aangehaald staat ook de speeltoestellenwereld niet stil en zijn nieuwe speeltoestellen of uitbreidingen van bestaande speeltoestellen niet altijd te vatten in de huidige normenterminologie. De gewijzigde norm speelt hier op in en voorziet definities voor klimtoestellen, steile speelelementen, obstakels, gemakkelijke toegankelijkheid, in hoogte geschakelde platformen, aangrenzende platformen op verschillende niveaus en voor de vrije valhoogte. Door deze nieuwe definities worden de normen beter begrijpelijk en toepasbaar. Daarnaast heeft de norm ook aandacht voor nieuwe materialen zoals synthetische stoffen waar bijvoorbeeld de ‘hufterproof’-speeltoestellen meestal uit worden vervaardigd, en de relatie ervan tot inspectie en onderhoud.

3

Vingertje knel

Vingerbeknelling is één van die risico’s die meestal op het eerste zicht over het hoofd wordt gezien maar voor heel wat ongewenst leed kan zorgen. Reden te meer om er de nodige aandacht aan te besteden. Ook hier wijzigt de norm. Vingerbeknelling zal in de toekomst gemeten moeten worden vanaf een hoogte van 100 cm in plaats de nu nog geldende 120 cm.

Vallen en (hopelijk) weer opstaan

Valdemping en valondergronden zijn waarschijnlijk sedert het invoeren van de normen het meest besproken en meest bediscussieerde gegeven. Los van het soort valdemping waar we verder nog op terugkomen, zijn vanaf 1 juni valdempende ondergronden verplicht bij alle speeltoestellen met een gedwongen beweging. Dit betekent dat alle speeltoestellen die aan de gebruikers een gedwongen beweging geven zoals schommels, glijbanen, veertoestellen, wippen, draaitoestellen, kabelbanen een valdempende ondergrond dienen te hebben. Vooral bij veertoestellen en draaitoestellen is dit een belangrijke wijziging met een behoorlijke impact omdat hier tot op heden veelal geen extra valdempende ondergrond werd voorzien. Al lang verwacht en ook al veelvuldig in de praktijk toegepast is het gebruik van gras als valdempende ondergrond bij valhoogtes tot 1,5 meter op nationaal niveau bepaald mag worden. In de adviestabel van de vorige en huidige norm mag gras enkel tot 1 meter valhoogte. We merken hier evenwel op dat men wel nog steeds rekening dient te houden met de ondergrond zelf, kleigrond heeft bijvoorbeeld een andere HIC-waarde dan leemgrond. De gewijzigde norm omschrijft het begrip vrije valhoogte, vrije ruimte en vrije valruimte beter waardoor foute interpretatie tot een minimum wordt beperkt. Belangrijk hierbij is dat toestelspecifieke normen altijd voorrang hebben op de algemene norm. Door een nieuwe, betere definitie van ‘klimmen’ (altijd minimaal 3 gecombineerde hand/voet ondersteuningen) mag de maximale handondersteuning op 400 cm liggen bij klimmen.

Nieuwe testlichamen en nieuwe maatvoering Om een risico-analyse correct te kunnen uitvoeren, zijn er een aantal hulpmiddelen voor handen. Eén hulpmiddel is de testlichamen. Met deze testlichamen A, B, C en D kon men het risico op hoofd- en nekbeklemming nagaan bij geheel begrensde openingen, voor gedeeltelijk begrensde opening gebruikt men het testlichaam V. De koordjestest wijst uit of er een gevaar bestaat voor beknelling van kledij. Het testlichaam vinger (klein en groot) moet uitwijzen of er gevaar bestaat voor vingerbeknelling. Daarnaast zorgt maatvoering ervoor dat handen, voeten en/of haren geen gevaar lopen bij het bespelen van en speeltoestel. Vanaf 1 juni 2009 wijzigen hier een aantal zaken. De testlichamen A en B worden vervangen door testlichaam E. Dit testlichaam moet gebruikt worden bij volledig begrensde openingen met de onderkant hoger dan 60 cm. De testlichamen C en D blijven behouden. Dit heeft ingrijpende gevolgen voor de maatvoering bij balustrades met spijlen hier mag de afstand niet groter zijn dan 89mm, dit waar vroeger een afstand van 110mm toegelaten was. Mazen van bijvoorbeeld netten zullen door de toepassing van het nieuwe testlichaam C, D en E ofwel kleiner moeten zijn dan 130 x 130mm of groter moeten zijn dan 230 x 230mm. Ook bij flexibele hangbruggen moeten de gevarenzones voor hoofd- en nekbeklemming met het testlichaam D worden nagezien op de plekken volgens onderstaande schets. Voor de niet-volledige begrensde openingen en V-openingen wordt in de gewijzigde norm uitvoerig beschreven hoe de risico-analyse moet worden uitgevoerd met de testlichamen V en D (large head). Bij het testlichaam voor de koordjestest wijzigt de lengte van de kogelketting van 600 mm naar 400 mm.

4

Eén van de meest hekele wijzigingen in de normen is de maatvoering voor handgrepen en voetsteunen bij wiptoestellen. Aan de basis van deze wijziging ligt een ongeval met een kind dat door een ongelukkige val op een veerdier jammer genoeg een oog verloor. Dit incident heeft er toe geleid dat de diameter van een handgreep of voetsteun vanaf 1 juni 2009 groter moet zijn dan 44mm en eventueel uitstekende delen niet langer mogen zijn dan 22mm. Onderstaande tekening maakt duidelijk wat de aandachtpunten zijn bij het gebruik van dit nieuwe testlichaam.

In realiteit zal het in voege treden van deze normering voor een wat vreemde situatie zorgen op speelterreinen waar ‘oude’ en nieuwe veerdieren broederlijk naast elkaar staan. Desondanks heeft Speelom, vzw ook hier gepleit om de invoering van deze norm niet retro-actief in te voeren. Waarom, daar hoeven we geen tekening bij te maken. Voor leuningen en borstweringen zijn de maximale openingen vastgesteld. Een platform met een uitgang uitgevend op een ladder zonder borstwering moet 500mm of smaller zijn. Beschikt de uitgang uitgevend op een ladder over een borstwering dan moet deze uitgang breder zijn dan 500mm. Geeft de uitgang uit op een klimnet of ladderstructuur, dan mag deze uitgang maximaal 1200mm breed zijn.

Steile speelelementen Niet alleen voorziet de gewijzigde norm in een aangepaste definitie van klimtoestellen, in de gewijzigde norm wordt de maximale hoogte voor steile speelelementen beperkt tot 3 meter met een maximale handsupport van 4 meter, voor gemakkelijk toegankelijke steile speelelementen wordt de hoogte beperkt tot 2 meter.

Zware bewegende balken Zware bewegende balken zien we meer en meer opduiken in speellandschappen. Hiervoor zijn aan de reeds bestaande veiligheidsnormen nog een aantal nieuwe veiligheidsvereisten toegevoegd. Let wel, het gaat hier om bewegende balken die meer dan 25 kilogram wegen. De afstand van de balk tot de grond mag in de meest ongunstige stand niet kleiner zijn dan 400mm, de afstand tot de ondersteunende palen bedraagt in diezelfde stand minimum 230mm. De maximale uitslag bedraagt 100mm en mag niet voorbij de ondersteunende palen komen.

Schommels en waagcontructies

Naast de nieuwe definitie van de contactschommel, een groep van schommelzitjes aan individuele draagconstructies, schommelend naar een centraal punt, wordt de ruimte onder het zitje tot aan het speeloppervlak in het algemeen bepaald op 350mm. Zitten er verticale banden over het zitje, dan moet de afstand tussen de band en de grond minstens 100mm bedragen. De vrije valruimte mag bij de combinatieschommels overlappen en tussen de onderkant van het zitje of de band, bij een horizontale uitzwaai van 90° en het centrale middelpunt moet de afstand minstens 400mm bedragen. Bij schommels met een éénpuntsophanging moet een extra bevestiging aangebracht worden. De testmethoden voor schommelzitjes worden in de gewijzigde norm accurater omschreven. Voor draaiende en niet draaiende waagconstructies waarbij het veren of wippen niet de hoofdfunctie is, voorziet de norm een nieuwe definitie.

Nieuwe normdelen

De EN 1176 serie wordt vanaf 1 juni 2009 uitgebreid met de EN 1176 deel 10, volledig omsloten speeltoestellen en de EN 1176 deel 1, ruimtelijke netstructuren. EN 1176 deel 10 - volledig omsloten speeltoestellen De norm voor de volledig omsloten speeltoestellen geldt zowel voor binnen als buiten en omschrijft naast de definities van de verschillende onderdelen duidelijk de veiligheidsvereisten betreffende materialen en ontvlambaarheid, de toegankelijkheid voor volwassenen, lichaamsbeknelling, ontsnappingsroutes en evacuatieglijbanen, toegangen, doorgangen en uitgangen. Op basis hiervan wordt tot slot de maximum

5

capaciteit van het volledig omsloten speeltoestel bepaald. De norm verplicht de uitbater om bij elk volledig omsloten speeltoestel een duidelijk, zichtbaar informatiebord te plaatsen waarop de leeftijdsdoelgroep, de maximum lengte van de toegelaten kinderen, de capaciteit van het speeltoestel, de hulpsignalen en de spelregels moeten worden vermeld. EN 1176 deel 1 - ruimtelijke netstructuren Deze nieuwe norm bevestigd de reeds gehanteerde technische richtlijnen bij ruimtelijke netstructuren waarbij de valbeveiliging en de maasgrootte duidelijk worden omschreven. Belangrijk hierbij is dat de vrije valhoogte gemeten wordt vanaf de hoogste voetondersteuning tot aan de opvangzone en houdt hierbij geen rekening met de tussenliggende constructieonderdelen.

De EN 1177 herzien

Alle veiligheidseisen die vermeld werden in de EN 1177 zijn nu in de EN 1176 deel 1 verwerkt. De EN 1177 voorziet nu ook in een verantwoording van de HIC waarde, een betere definitie van de kritische valhoogte en geeft verder de eisen voor de testprocedures, testapparatuur en verslaggeving weer.

SAMENGEVAT

Nieuwe en gewijzigde normen zijn niet retroactief GEWIJZIGD (o.a.) • Toegankelijkheid niet langer leeftijdsgebonden • Vingerbeknelling vanaf 100cm in plaats van 120cm • Valdempende ondergrond verplicht bij speeltoestellen met gedwongen beweging • Gras als valdemping tot 1,5 meter • Maximale openingen voor borstweringen • Gewijzigde normen voor steile speelelementen, zware bewegende balken, combinatie schommels en waagconstructies NIEUW (o.a.) • Definities voor klimtoestellen, steile speelelementen, obstakels, gemakkelijke toegankelijkheid, in hoogte geschakelde platformen, aangrenzende platformen op verschillende niveaus en voor de vrije valhoogte. • Nieuw testlichaam voor hoofd- en nekbeklemming • Diameter handgrepen en voetsteunen van veerdier moeten getest worden met nieuw testlichaam “ring” • Norm voor volledig omsloten speeltoestellen • Norm voor ruimtelijke netstructuren

TWEEDEHANDSSPEELTOESTELLEN Onlangs viel ons oog op een toch wel bedenkelijke praktijk. Een overheid die een ‘onveilig product’ aan een particulier verkoopt. Dit lijkt ons toch in het kader van verantwoordelijkheid en aansprakelijkheid niet echt een strak plan. Wat als er achteraf, zelfs in de privésfeer, een ernstig ongeval gebeurt dat te wijten is aan de defecten waar het toestel mee verkocht is. Die particulier zou ook wel een een kinderopvang of een speelpleinwerking kunnen zijn. Kortom, er zijn voldoende redenen om aan te geven dat dit geen goede manier van werken is.

6

BIJSCHOLING ATTESTHOUDERS VEILIGHEID VAN SPEELTERREINEN 2009 Op de bijscholing voor attesthouders focussen we dit jaar op de wijzigingen in de bestaande normen die sedert 1 juni 2009 van kracht zijn en wat dit betekent in de praktijk naar onderhoud van speelterreinen en speeltoestellen. Daarnaast besteden we ook aandacht aan het logboek en wat hier van belang is voor zowel de uitbater als het onderhoudspersoneel. De bijscholing vindt plaats op dinsdag 10 november in CC De Muze, Dekenstraat 40 te Heusden-Zolder en op dinsdag 17 november in Jeugdcentrum De Kadans, Stationsstraat 71 te Aalter. Het programma is op beide dagen hetzelfde.

Programma bijscholing Speelom 2009 Hieronder vindt u het programma voor de bijscholing 2009. 9u30 – 10u00 | Onthaal – koffie en thee 10u00 – 10u45 | Plenum De wereld staat niet stil, ook onze kennis over veiligheid niet. Nieuwe inzichten op basis van onderzoek, praktijkervaringen en evoluerende technische kennis leidden dit jaar tot een grondige actualisering van de EN 1176, de Europese norm voor speeltoestellen. Jan Deconinck licht toe waarom actualisering noodzakelijk was. 11u00 tot 12u30 | Sessies Sessie 1

De gewijzigde normen per toestelsoort in de praktijk – deel 1 (enkel attesthouders) Maximum 75 deelnemers - Docent: Frans Everaerts Reeds op de bijscholing in 2008 lichtte Frans Everaerts de gewijzigde normen toe. Nu doet hij dat opnieuw en beschikt hij over dubbel zoveel tijd om grondig stil te staan bij de gevolgen van deze wijzigingen. Een absolute aanrader voor alle attesthouders. Let op, deze sessie duurt de ganse dag en moet in zijn geheel gevolgd worden.

Sessie 2

Wat met je risico-analyse en je logboek na 1 juni 2009? Maximum 50 deelnemers - Docent: Koen De Maertelaere Wie speelterrein zegt, zegt logboek. Hoe moet dat nu met die gewijzigde normen en welke gevolgen heeft dit voor zowel uitbater als onderhoudspersoneel? Koen De Maertelaere gaat in deze sessie dieper in op de praktische gevolgen voor het logboek, de onderhoudsschema’s en de inspectieschema’s.

12u30-13u30 | Broodjesmaaltijd 13u30 tot 15u30 | Sessies Sessie 1

De gewijzigde normen per toestelsoort in de praktijk – deel 2 (enkel attesthouders)

Sessie 3

Normering voor opblaasbare speeltoestellen, laag- en hoogparcours Maximum 50 deelnemers - Docent: Koen De Maertelaere Ook voor springkastelen, lage en hoge parcours zijn er normen. Koen De Maertelaere licht de van toepassing zijnd e normen toe.

15u30 – 16u30 | Afhalen attesten en persoonlijk vragenuurtje Tijdens het persoonlijk vragenuurtje kunnen de deelnemers bij onze docenten terecht met specifieke vragen uit hun dagdagelijks werk aangaande de veiligheid van speelterreinen. Deelnemers die een aanwezigheids- en/of vormingsattest wensen kunnen dat tijdens het vragenuurtje komen afhalen.

Inschrijven

Inschrijven kan voor een ganse dag of een halve dag, behalve sessie 1die de ganse dag beslaat. Een halve dag kost 50 Euro, een volledige dag 100 Euro. Gelieve ook duidelijk op te geven of u een broodjesmaaltijd wenst of niet. Indien gewenst kan er een aanwezigheidsattest verkregen worden voor de gevolgde vormingsuren na afloop van de vormingsdag. Inschrijven kan vanaf 15 oktober tot en met 6 november 2008 aan de hand van het inschrijvingsformulier in bijlage. Wie een systeem van bestelbonnen hanteert, stuurt hiervoor de nodige documenten mee met de inschrijving. U stuurt alles per post op naar Speelom, Vijverlaan 53 te 2610 Wilrijk, mailt het naar [email protected] of faxt het naar 03 821 06 09.

7

VELDWERK In ons dagdagelijks werk stoten we regelmatig op fijne staaltjes van hoe het eigenlijk niet moet. We hebben een selectie uit onze vangst in onderstaande collage bij elkaar gezet. Wie zelf fijne voorbeelden van zowel goede zaken als foute zaken op foto vastlegt, mag ons dit altijd bezorgen.

8

STUUR MIJ NAAR SPEELOM, VZW VIJVERLAAN 53 2610 WILRIJK MAIL MIJ NAAR [email protected] FAX MIJ NAAR 03 821 06 09

ANTWOORDFORMULIER CONTACTGEGEVENS ATTESTHOUDERS Gelieve het formulier in duidelijke DRUKLETTERS in te vullen.

IDENTIFICATIEGEGEVENS NAAM

……………………………………………………………………………………………………

VOORNAAM

……………………………………………………………………………………………………

ORGANISATIE of BEDRIJF

……………………………………………………………………………………………………

FUNCTIE

……………………………………………………………………………………………………

STRAAT

……………………………………………………………………………………………………

HUISNUMMER

……………………………………………………………………………………………………

BUS

……………………………………………………………………………………………………

POSTNUMMER

……………………………………………………………………………………………………

GEMEENTE

……………………………………………………………………………………………………

TELEFOON

……………………………………………………………………………………………………

EMAIL

……………………………………………………………………………………………………

VORMINGEN SPEELOM Jaarlijks organiseert Speelom, vzw, bijscholingen voor attesthouders. Wenst u hiervan op de hoogte te worden gehouden? O O

ja nee

9

10

STUUR MIJ NAAR SPEELOM, VZW VIJVERLAAN 53 2610 WILRIJK MAIL MIJ NAAR [email protected] FAX MIJ NAAR 03 821 06 09

INSCHRIJFFORMULIER BIJSCHOLING SPEELOM 2009 Gelieve het formulier in duidelijke DRUKLETTERS in te vullen. IDENTIFICATIEGEGEVENS Naam en voornaam Dienst of organisatie Functie Straat, huisnummer, bus Postnummer en gemeente Telefoon Email

FACTURATIEGEGEVENS 0

Het facturatieadres is hetzelfde adres als hetgeen ik hierboven heb opgegeven.

0

De factuur mag naar volgend adres worden gestuurd: Dienst Straat, huisnummer, bus Postnummer en gemeente

VORMINGSGEGEVENS Inschrijven kan een ganse dag (100 Euro) of een halve dag (50 Euro). Let op, wie inschrijft voor sessie 1, schrijft automatisch voor een ganse dag in. Ik neem deel aan de bijscholing ‘Veiligheid van Speelterreinen’ 2009 op 0 Dinsdag 10 november 2009 te Heusden-Zolder 0 Dinsdag 17 november 2009 te Aalter Ik wens volgende sessies te volgen O Sessie 1 : 11u00-12u30 en 13u30-15u30 O Sessie 2 : 11u00-12u30 O Sessie 3 : 13u30-15u30 CATERING Ik wens over de middag een broodjesmaaltijd (vegetarisch | niet vegetarisch) 0 ja 0 neen

11

12