Besparing 100%. Meer info: pagina 4, punt 01.
April 2011
Krista’s Column
Wellermagazine ECO
Bubentraum) Zürich; de broodtekst uit lettertype Vera Sans van Ecofont.
De tekstkoppen zijn gezet uit het Motion lettertype van Anton Studer (Atelier ze dan naar Wellermagazine, t.a.v. de redactie, Postbus 2, 6400 AA Heerlen.
Illustratie
tips, vragen, opmerkingen of interessante berichten voor dit magazine, stuur
Drukwerk Drukkerij Walters. Zuiderlicht Vormgeving en productie Zuiderlicht
van 10.000 exemplaren verspreid onder Wellerklanten en -relaties. Heeft u
Fotografie Arjen Schmitz, Marcel van Hoof, Zuiderlicht
Hoofdredactie Krista Poulissen
Zuiderlicht
Colofon Wellermagazine is een uitgave van Weller. Het wordt in een oplage
Redactie Karin Theunissen, Krista Poulissen,
2/3
Duurzaamheid, milieubewust, ecologische voetafdruk, duurzame oplossingen, consuminderen, groene energie… Zelf heb ik de reputatie redelijk milieubewust te zijn. De koelkast staat vol verantwoorde biologische producten, het afval wordt netjes gescheiden, ik rijd in een zuinige auto, ik gooi nooit rommel op straat en maak (bijna) altijd het licht uit. En toch verlang ik naar dingen die helemaal niet verantwoord zijn…. Verre reizen maken bijvoorbeeld, het liefst de hele wereld rond. Alle vlieguren en CO2-uitstoot opgeteld kom ik tot een schrikbarende conclusie: ik moet nog heel wat bomen terugplanten en knuffelen om dat goed te maken. Dus hoe eco-minded ben ik nu echt? Het is lastig om daar een antwoord op te geven. Vind ik de aarde belangrijk? Maak ik me zorgen om onze consumptiemaatschappij? Over de hoeveelheid afval die geproduceerd wordt? Geef ik om toekomstige generaties? Het antwoord is volmondig ja! Handel ik daar altijd naar? Die eeuwige spagaat bezorgt me vaker flinke spierpijn. Maar één ding is me wel duidelijk: bewustwording is al een hele stap vooruit. Er over nadenken, alternatieven zoeken, kleine veranderingen toepassen: wat minder vlees eten, weinig verkwisten, streekproducten kopen, afval beperken…. Het hoeft niet altijd om de grote dingen te gaan. Elke verandering is een bijdrage, elke actie stimuleert en inspireert misschien weer anderen. Samen kunnen we een verschil maken, omdat we geven om onze medemens, onze leefomgeving en moeder natuur! Weller denkt er ook zo over. Weller is betrokken en gaat al jaren veel verder in milieuaspecten dan wettelijk wordt verwacht. Een koploper als het gaat om duurzame ontwikkelingen. Tien jaar geleden werden er al zuinige Atriumwoningen in Brunssum ontwikkeld (zie pagina 18) en Weller is initiatiefnemer van het Mijnwater. We hebben ook milieubeleid waarin we ons
Besparing 25%. Meer info: pagina 5, punt 04.
allerlei doelen stellen op het gebied van duurzaamheid, ecologisch verantwoord opereren in buurten en wijken, maar ook intern zijn er nieuwe regels. Lukt het ons altijd om de meest energiezuinige oplossingen te creëren? Of als medewerkers te werken volgens milieuvriendelijke principes? Kunnen we dat altijd toepassen bij onze klanten? Zijn we duurzaam op alle fronten? Nee, zover zijn we nog lang niet. Buiten dat het financieel onmogelijk zou zijn, is dat ook niet onze ambitie. Onze uitdaging is om samen met klanten en partners stil te staan bij het belang van onze omgeving. Onszelf, elkaar en ú uit te dagen om grenzen op te zoeken, met steeds nieuwe oplossingen en verbeteringen als resultaat. En om dat te bereiken hebben we Wellereco ontwikkeld. Een soort keurmerk dat op alle producten en uitingen van Weller komt te staan die op milieuvriendelijkere manieren worden geproduceerd. Zo wordt
het Wellermagazine ook eco. Niet alleen nu, maar ook in de toekomst gaan we het magazine in een eco-jasje stoppen (geen bontvelletje natuurlijk…..!). Dit magazine heeft het thema eco; het volgend magazine krijgt een ander thema maar wordt op dezelfde wijze geproduceerd. Er is rekening gehouden met kleurgebruik, drukformaat, verpakkingsmateriaal, inktgebruik etc. Maar zo dat het er nog steeds heel leuk uit ziet. Eco betekent niet grauw papier of oude kranten hergebruiken, er zijn tegenwoordig zoveel verschillende mooie papiersoorten. Het magazine is verantwoord, maar blijft ook fun. Wat we allemaal gedaan hebben kunt u lezen in het artikel op pagina 4 en 5. Wij hopen dat onze stap in de groene richting zorgt voor actie en reactie. Heeft u leuke suggesties laat het ons vooral weten! De aarde heeft de mens niet nodig om te overleven, maar de mens de aarde wel…. Mag Weller op u rekenen?
Krista
Visie
Wellermagazine ECO
aanpassingen met grote effecten.
onze communicatiemiddelen. Enkele simpele
In de toekomst gaan wij dit doorvoeren in al
helemaal in ecostijl. En dit is niet eenmalig.
vormgeving en productie van het blad is
staat in het teken van duurzaamheid, ook de
Niet alleen de inhoud van het magazine
Het zal u niet ontgaan zijn: Weller goes eco!
4/5
01 Verpakking De verpakking die u zojuist open maakte is bio-folie. Dit is gemaakt van 100 procent composteerbaar materiaal. U gooit het gewoon bij het GFT-afval. De productie van deze folie is CO2-neutraal en leidt tot een vermindering van fossiele energie met 68 procent ten opzichte van traditionele kunststoffen. Ook bij het restafval is dit materiaal milieuvriendelijker dan traditionele plastic verpakkingen. 02 Papiersoort Het Weller-magazine is gedrukt op Cocoon Gloss, een 100 procent gerecycled papier. Gebleekt zonder chloor, dus vriendelijk voor de natuur. Het produceren van gerecycled papier kost gemiddeld vijf keer minder energie en drie keer minder water dan de productie van ‘nieuw’ papier. De papiervezels worden gezuiverd met water, groene zeep en waterstofperoxide. En dit
ecoletter Vera Sans. Kleine witte puntjes in dit lettertype zorgen voor een drukinktbesparing van meer dan 25 procent! Dit geldt natuurlijk ook voor de online versie van dit magazine als u het print.
is geen giftig procedé. Maar dat is nog niet alles: gerecycled papier beperkt ook de hoeveelheid papierafval, want het kan vier tot vijf keer hergebruikt worden. Voor de productie van gewoon papier is 40.000 liter water nodig om een ton papier te produceren. Terwijl voor het maken van gerecycled papier slechts 24.000 liter nodig is; een besparing van 47 procent! Bovendien dringt dit papier de uitstoot van CO2 terug met 45 procent. Het papier is bovendien FSC (Forest Stewardship Council) gecertificeerd. 10% van de vezels komt uit goed georganiseerde bosbouw. 03 Drukinkt Normale inkt wordt geproduceerd op basis van aardolie, een fossiele brandstof. De gassen die bij de verbranding van fossiele brandstoffen in de lucht komen zijn erg schadelijk. Bovendien zijn de aardoliebronnen niet onuitputtelijk. De inkt die wij gebruiken is gemaakt van plantaardige olie, bevat geen oplosmiddelen en stoot dus geen stoffen uit die bijdragen aan de opwarming van de aarde. 04 Lettertypes Milieuvriendelijke inkt is een begin, maar wij gaan nog een stapje verder door de hoeveelheid inkt te beperken met een aantal grafische trucjes. Zoals speciale lettertypes. Voor de koppen gebruikten we het lettertype Motion. Dit is volledig opgebouwd uit cirkels en geeft een duidelijke letter met kleurbeleving, terwijl in feite een klein oppervlak wordt bedrukt. En ja, mooi is het ook nog! Voor de overige teksten vervangen we in dit blad onze vaste huisstijlletter door de
05 Kleurvlakken Een kleurvlak vrolijkt een pagina op, maar kost wel veel inkt. Door in de vormgeving gebruik te maken van een lijnenpatroon creëren we met veel minder inkt toch het effect van een kleurvlak. 06 Papierformaat Het formaat van dit magazine is gebaseerd op een zo efficiënt mogelijk papiergebruik. Een gunstig papierformaat zorgt ervoor dat we het papierafval tot een minimum beperken. In het kader van optimaal papiergebruik gebruiken we daarom ook geen aparte stansvormen meer.
natuurlijke materialen.
zijn gevoelens weer, in felle kleuren, grillige vormen en met
kunstenaar Ton Hasenaar pure emotie. Zijn schilderijen geven
Kunst is volgens de in Brunssum wonende en werkende beeldend
Kunst & cultuur
“Juist vanwege mijn respect voor de natuur ga ik in mijn atelier bewust om met afval”
Wellermagazine ECO 6/7
Maatschappij
Wellermagazine ECO
weer goed is, trek ik ook wel eens met een clubje de natuur in, om te kijken naar de variatie aan vormen, structuren en kleuren die in onze omgeving te vinden zijn. En zo nu en dan reis ik af naar de Provence in Zuid-Frankrijk om natuurlijke grondstoffen te verzamelen die ik hier dan weer in mijn schilderijen verwerk. De natuur is de rijkste bron. Die moeten we koesteren.” Bewust “Juist vanwege mijn respect voor de natuur ga ik in mijn atelier bewust om met afval”, vervolgt Ton. “De terpentine die nodig is voor het reinigen van kwasten laat ik bijvoorbeeld met de verfresten bezinken. Het chemisch afval breng ik naar het milieupark, de terpentine die overblijft gebruik ik opnieuw. Papier wordt gescheiden en er gaat vanuit mijn atelier niets door het riool dat er niet in thuishoort. Mijn cursisten krijgen deze boodschap automatisch mee. Ik ben gek op de natuur en wil de schoonheid ervan graag bewaren voor onze kinderen en de daaropvolgende generaties.”
meteen mensen in ontwikkelingslanden aan een beter bestaan.
Op gevoel Het is de prachtige natuur die Ton aantrok en naar Brunssum bracht, waar hij een atelier heeft in een voormalige basisschool aan de Prins Hendriklaan. Hier schildert hij en verzorgt hij cursussen kunstschilderen en workshops action painting voor volwassenen en kinderen. Ton: “De meeste lessen vinden in het atelier plaats, maar soms schilder ik ook op locatie. Zo ga ik dit voorjaar met een aantal bewoners van de Europalaan een grote muurschildering maken in de centrale hal van de flat waar in 2010 de brand plaatsvond. De mensen komen tijdens het maken van zo’n action painting helemaal los: vormen en gedachten verdwijnen, wat overblijft is gevoel en een plek waar iedereen trots op is. Als het
“Ik probeer de wereld op te vrolijken met mijn kunst”
Gered Gereedschap geeft oud materiaal een tweede leven en helpt daarbij
De in Weesp bij Amsterdam geboren Wellerklant Ton Hasenaar komt uit een kunstenaarsnest. Op jeugdige leeftijd schilderde hij voornamelijk figuratieve landschappen en portretten, in de loop der jaren raakt hij steeds meer geïnspireerd door de expressieve schilderijen van Vincent van Gogh en het abstract expressionisme van Karel Appel. Zijn werken worden feller, kleurrijker en abstracter. “Ik probeer de wereld op te vrolijken met mijn kunst”, zegt Ton. “Mensen zijn soms zo somber. Mijn schilderijen geven kleur aan de omgeving en inspireren mensen hopelijk ook om zelf in actie te komen, iets te creëren of, meer in het algemeen, iets te maken van hun leven.”
oude gereedschap hebben we een mooie bestemming gevonden: Stichting
De natuur is zijn inspiratiebron. Je ziet het misschien niet direct terug in zijn kleurrijke doeken, wel in zijn atelier waar boomstronken, roofvogels en knaagdieren toezien op de opgestelde werken. Pas in een tweede, meer nauwkeurige oogopslag zie je de natuur ook in de schilderijen. Het zand dat voor een extra ruwe structuur zorgt, eigengemaakte rode wijn die op het doek verkleurt in roestachtige tinten. En zo blijkt een serie abstracte foto’s een weergave te zijn van een wandeling over de Brunssummerheide.
Weller kiest bewust voor reparatie boven vernieuwing. En ook voor ons
8/9
Wellermagazine ECO 10 / 11
Naaimachines voor Ghana. Zagen, hamers, beitels en tangen voor Uganda. Boren voor Kongo. Het is maar een kleine greep uit de enorme hoeveelheid apparatuur en gereedschap die opgeslagen ligt in het vroegere Sporthotel aan de Spoorsingel in Heerlen. De Stichting Gered Gereedschap heeft het gebouw tijdelijk in gebruik totdat het gesloopt wordt voor het Maankwartier, en de redders laten duidelijk geen plek onbenut. Overal ligt gereedschap te wachten op een verre reis. Het is een prachtig concept gebaseerd op recycling. De vrijwilligers van de stichting verzamelen afgedankt gereedschap, knappen het als het nodig is op en sturen het in kisten naar ontwikkelingsprojecten in Afrika, Latijns-Amerika en Azië. Dat zijn vervolgens niet zo maar projecten, maar in de 25 jaar van haar bestaan heeft de stichting een netwerk opgebouwd van technische scholen en projecten voor startende ondernemers. “Alle spullen die wij inpakken, hebben een concrete bestemming”, legt Jan Debie, de coördinator van de stichting in Parkstad Limburg uit. “Deze maand gaan bijvoorbeeld 16 kisten vol gereedschap naar een school in Uganda waar jongens opgeleid worden voor werk in de bouw, metaalbewerker of elektromonteur. En er gaan 40 naaimachines naar jonge vrouwen die met onze antieke trapnaaimachines een bestaan kunnen opbouwen als kleermaakster. Dankzij onze afgedankte spullen kunnen deze mensen een belangrijke stap zetten, geld verdienen en zo zelfstandig een toekomst opbouwen.” Passie voor techniek Landelijk steunt de Stichting Gered Gereedschap op de schouders van honderden vrijwilligers. In Parkstad werken maar liefst 45 actieve mannen en vrouwen mee om zo veel mogelijk gereedschap in te zamelen, te selecteren en te repareren. Een deel van het team struint heel Limburg af op zoek naar goed materiaal, terwijl andere vrijwilligers, noem ze gerust de techneuten,
zich in de werkplaats buigen over het soms ingewikkelde reparatiewerk. Met een grote passie voor gereedschap krijgen zij elk apparaat weer aan de praat. Jan Debie: “Het team bestaat uit gepensioneerden en vutters, maar ook mensen met een bijstandsuitkering die bij ons een zinvolle dagbesteding hebben en werkervaring opdoen. In de elf jaar dat de stichting in Parkstad bestaat, zijn zo zeker al vijf man doorgestroomd naar vast werk. Daar zijn we trots op. Iedereen doet binnen de stichting wat hij het beste kan. Voor de een is dat inzamelen of opruimen, terwijl de ander technisch onderlegd is en een hobby heeft aan het werken met hout, metaal of elektra. Ik ben zelf mijn hele leven al bezig met klussen. Tegenwoordig hebben de jongeren spelcomputers en een kast vol cd’s en dvd’s. Ik had als jongen een gereedschapskist en kan er nog steeds van genieten als ik iets kan maken en mensen kan helpen met mijn handen.”
Heeft u nog oud gereedschap in de schuur liggen waar u niets mee doet? Of u wilt graag als begeleider meewerken met de Stichting Gered Gereedschap? Kijk dan op www.geredgereedschapparkstadlimburg.nl. Of bel Jan Debie: (045) 571 16 56.
Culinair
Wellermagazine ECO
Vandaag is het bakdag.
brood en andere lekkernijen.
gemaakt is: het bakken van
voor hij honderden jaren geleden
steenoven op, om te doen waar-
van de hoeve de eeuwenoude
in de maand stoken de bewoners
op de binnenplaats al aan. Eens
geur van vers brood kondigt zich
beek, heb ik geluk. De warme
het brongebied van de Caumer-
hoeve bovenop een heuvel in
Schiffelerhof, een eeuwenoude
Bij mijn bezoek aan de
12 / 13
De groente is uit de eigen tuin, de eitjes van de eigen kippen en soms staat ook de kip zelf op het menu. Het fruit, de honing, het brood, de kaas: alles wat op de Schiffelerhof in Heerlen gemaakt wordt is in balans met de natuur gemaakt. Marco Kuipers verhuisde ruim drie jaar geleden met zijn vrouw en twee kinderen naar de Schiffelerhof op de Molenberg. Nu blijkt één van de mooiste voordelen van de ligging midden in een natuurgebied meteen ook een nadeel: als je niet weet dat de hoeve er is, vind je ‘m niet zo gauw, zo verscholen ligt hij achter woningen en sportvelden, aan de rand van het Caumerdal. Een oud herenhuis met bijgebouwen waarvan de historie terugvoert tot vroeg in de veertiende eeuw. De tijd waarin Heerlen een klein boerengehucht was met enkele herenhuizen. “Eeuwenlang heeft de hoeve dienst gedaan als boerenbedrijf, totdat hij halverwege de 20ste eeuw zijn functie verloor, leeg kwam te staan en in verval raakte”, vertelt Marco. “De hoeve is toen door een aantal initiatiefnemers opgekocht en grondig gerenoveerd. Daarbij zijn in
zowel het vroegere herenhuis, de bijgebouwen, als de oude stallen appartementen gemaakt. Eén van de uitgangspunten hierbij was dat iedereen met elke beurs in de Schiffelerhof moet kunnen wonen. Zodoende liggen er zowel kleinere appartementen voor bijvoorbeeld studenten, mensen met een beperking of senioren als ruime gezinswoningen kriskras door elkaar.” Samen is het idee! Naast de historie en de bijzondere ligging zorgt met name het ‘leefconcept’ van de Schiffelerhof ervoor dat het wonen hier anders is dan waar dan ook. De bewoners zorgen samen voor het onderhoud van de woningen, de binnenplaatsen, de gezamenlijke werkplaats, stallen en tuinen, de beestenboel, de fruitboomgaard en de bakkerij. Marco: “De keuze om te wonen in de Schiffelerhof is een bewuste keuze voor een milieubewuste, duurzame en sociale omgeving. We zijn geen commune, zeker niet. Wij noemen het zelf ‘centraal wonen’ en doen veel projecten samen. Elke bewoner doet op basis van interesses en beschikbare tijd mee, ook de kinderen. Zo wordt op een ecologische wijze een moestuin bedreven, iemand maakt kaas, weer een ander verzorgt de dieren en we hebben het geluk dat in de hoeve een hovenier woont die meehelpt de hoogstamfruitbomen te onderhouden. Ik heb bijvoorbeeld geen groene vingers, maar met enorm veel plezier run ik het dierenproject, de imkerij en de bakkerij. Daarbij is de maandelijkse bakdag altijd een hoogtepunt. Alle bewoners en ook veel vrienden komen dan naar de hof om te helpen en te proeven van het warme brood, met het krenten-notenbrood als troef. Een klontje roomboter erop en je eet je vingers erbij op!”
Dit jaar is het precies 25 jaar geleden dat de Schiffelerhof in zijn huidige vorm opgeleverd is. De hoeve viert dit jubileum in de komende zomer. Informatie over de Schiffelerhof vindt u op www.schiffelerhof.nl.
Wellermagazine ECO 14 / 15
“Samen werken en voorzieningen delen is ook eco”
“De keuze om te wonen in de Schiffelerhof is een bewuste keuze voor een milieubewuste, duurzame en sociale omgeving”
door bewust te worden van wat we elke dag op tafel zetten.
De ambachtelijke Limburgse keuken is gastronomisch absolute top!
cateraar Danny Roufs een groots resultaat bereiken. Bijvoorbeeld
en doen. Al met heel kleine stapjes kunnen we volgens kok en
Ecologisch verantwoord leven vraagt geen grote omslag in denken
Wellermagazine ECO
16 / 17
Culinair
“Terug naar de bron”
Wellermagazine ECO
het fruit, het vlees, de Limburgse kazen, zelfs de Limburgse wijn, is meer dan uitstekend. Gewoonweg top. Waarom dan moeilijk doen en ver kijken, terwijl de lekkerste producten voor onze neus liggen en we de lokale producenten bovendien kunnen helpen om hun bedrijven én producten verder te ontwikkelen.”
de Middellandse zee werden gebouwd.
100% ambachtelijk Danny besloot terug te gaan naar de bron en koos voor zijn keuken alleen nog maar verantwoord geproduceerde producten, zoals de fairtrade koffie en bananen van Max Havelaar. Danny: “Als volgende stap wilde ik alleen nog werken met diervriendelijk geproduceerd vlees en onbehandelde groente en fruit. Alsof het uit de eigen achtertuin komt. Op zich zijn deze stappen makkelijk te zetten. Elke groothandel en zelfs supermarkt verkoopt producten die aan deze eisen voldoen. De volgende stap is echter een stuk moeilijker, want in mijn gerechten wil ik geen extra toevoegingen meer doen om bijvoorbeeld de kleur te verfraaien, de smaak te versterken of de
Dit vinden wij lekker!
en zonnig atrium op de begane grond. Net zoals in de oudheid de huizen in landen rond
Danny Roufs – wonende bij Weller in Heerlen – is niet alleen fervent kok, samen met zijn team experimenteert hij ook graag met nieuwe recepten, ingrediënten en producten. In zijn cateringservice kan hij zich helemaal uitleven. Op een gegeven moment ging er bij hem echter een knop om. “Ik kon mij niet meer vinden de manier waarop eten gemaakt en in de markt gezet wordt. Zoals parmaham een gewoon merk is en helemaal niet uit Parma komt. Dat scampi’s en gamba’s allebei gewoon garnalen zijn, terwijl gamba’s zo veel duurder worden verkocht. En dat onze kinderen een gewoon appeltje vers van de boom niet meer lusten, maar wel gesneden partjes van appels uit Australië of Zuid-Afrika eten die hier vrolijk als fruitsnack verpakt worden in plastic zakjes.”
Uit eigen streek De meest recente stap op weg naar het eco-keurmerk voor zijn bedrijf, want dat is het uiteindelijke streefdoel, heeft Danny dit jaar gezet met de introductie van ‘food miles’. “Het irriteert mij,” legt hij uit, “dat veel producten weliswaar verantwoord geproduceerd worden maar vervolgens de wereld over moeten reizen om in Nederland te worden geconsumeerd. Waar mogelijk kies ik daarom voor producten uit de eigen streek. En waarom ook niet? Limburg heeft op gastronomisch vlak enorm veel te bieden. De kwaliteit van onze groenten,
of misschien juist oeroud energieconcept! Alle belangrijke ruimtes liggen rond een open
“Ik houd van lekker eten, dat is duidelijk. Maar ik maak mij ook zorgen. Bijvoorbeeld over de kinderen die door de hormonen in ons eten alsmaar groter en dikker worden en eerder in de pubertijd komen. Het toenemend aantal kinderen met voedingsallergieën. En over eten dat zogenaamd zonder conserveringsmiddelen maanden houdbaar is in de koelkast. Het kan gewoon niet. In mijn keuken ga ik terug naar de bron en kook ik zoals onze ouders kookten. Ambachtelijk en écht lekker!”
houdbaarheid te verlengen. Dat betekent dat ook de ingrediënten die ik in de gerechten verwerk, zoals paneermeel en kruiden, duurzaam geproduceerd moeten zijn.”
In 2000 bouwde Weller in Brunssum ‘atriumwoningen’ op basis van een vooruitstrevend
18 / 19
Wellerklanten Margriet Jente en Resie Klasens
Wonen
Wellermagazine ECO 20 / 21
“Elk najaar komt het voor dat een vriendin vertelt dat zij thuis de centrale verwarming heeft aangezet. En dat ik denk, nu al? In mijn huis is het dan nog steeds aangenaam warm.” Margriet Jente woont vanaf de oplevering van het nieuwbouwproject, nu ruim 10 jaar geleden, in één van de atriumwoningen. Haar oudere zus Resie Klasens woont gezellig twee huizen verderop. “De advertentie in de krant waarin de atriumwoningen werden aangeboden sprak mij meteen aan”, vertelt Margriet. “Aan alle belangrijke voorwaarden was voldaan. Ik wilde indertijd graag kleiner wonen. Ik houd van veel licht in huis. Het is belangrijk om bewust met energie om te gaan. En het leek mij een groot voordeel dat alle belangrijke ruimtes op de begane grond liggen. Hier kan je oud worden, dacht ik. En dat is ook zo.” Ook Margriets oudere zus Resie zag een verhuizing naar het
Goed voor het milieu De atriumwoningen zijn gebouwd op basis van een energiezuinige visie op wonen. Zonnepanelen op het dak verwarmen het water in de boiler. Het atrium, een glazen serre in het hart van het huis, zorgt daarnaast voor daglicht én natuurlijke warmte. Margriet: “Dankzij het glazen dak is het altijd snel warm in het atrium. Een ingenieus systeem en goede isolatie zorgen er vervolgens voor dat de warmte zo lang mogelijk binnen blijft of dat er, als het te warm wordt, geventileerd wordt. Screens houden in de zomer de hitte tegen. Daardoor is het in het hele huis vrijwel altijd licht en aangenaam.” Maar, er is meer. In het hele Amstenraderveld wordt het regenwater opgevangen in zogenaamde wadi’s van waaruit het water weer rustig kan infiltreren in de aarde. Dit, om de uitdroging tegen te gaan. En alle woningen zijn voorzien van hang- en sluitwerk dat voldoet aan het politiekeurmerk Veilig Wonen. Gezellig bij elkaar Resie: “Door het energiezuinige karakter van de woningen besparen wij aanzienlijk op de gasrekening. Dat is goed voor het milieu en voor onze beurs, want zo blijft er iets over om leuke dingen mee te doen. Eens in het jaar gaan we bijvoorbeeld samen op vakantie. Daarnaast vind ik de ligging van de woningen erg mooi. In de zomer is het genieten op het grote dakterras en als actieve wandelaars zitten we zó in de mooiste wandelgebieden richting Merkelbeek en Amstenrade.”
Amstenraderveld meteen zitten. “Het enige nadeel was dat er 300 inschrijvingen waren op 32 beschikbare woningen”, vertelt zij. “Hoe kom je daar nu tussen? Bovendien hadden wij een duidelijke voorkeur voor de huizen waarin wij nu wonen. Het toeval wilde echter dat wij allebei ingeloot werden en dat de huizen van onze voorkeur allebei nog beschikbaar waren: aan de rand van de wijk en aan de zonkant van de straat. Zodra de zon schijnt, profiteren wij van haar warmte. Hoe uniek is dat!”
Een ingenieus systeem en goede isolatie zorgen er voor dat de warmte zo lang mogelijk binnen blijft of dat er, als het te warm wordt, geventileerd wordt
Atriumwoningen
Besparing 65-75%. Meer info: pagina 5, punt 05.
· Voorbeeldproject energiezuinig en duurzaam bouwen · Groot dakterras · Atrium fungeert als ruimte- en energiespil · Gebruik passieve zonne-energie · Opslag zonne-energie in trombe-wand · Ventilatie-installatie met warmteterug winning · Geïntegreerde zonneboiler
De taal van de mam
Wellermagazine ECO 22 / 23
Ecologie economie klankgeliek groeët versjil
De taal van de mam wordt geschreven in onze moedertaal: het dialect. We spreken over ’taal’ omdat het Limburgs een echte en erkende taal is, die in niets onder doet voor het Nederlands. Ten opzichte van onze standaardtaal – het Nederlands – is het Limburgs een dialect, zoals het Nederlands een dialect is in relatie tot het handels- en diplomatiek Engels.
In d’r Gemeenteroad koame vroage uëver ’t milieu an de orde. Ieësj woeëd nogal aafsjtandelik gedoa durch sommige roadslede, mè d’r Haarie van de partei UG (UltraGreun) hool voot bei sjtuk. ’Wat dinke de dames en here volksvertegenwoordigers wal? As dier wirkelig ’t volk wilt vertegenwoordige, dan zal dier mich mótte sjteune in dees zaak’. Ing meesterlike ópmerking van d’r Haarie…. As dich weëd gevroagd of ste hei wal ’t volk vertegenwoordigs, dan kan toch gee zinnig miensj van welke partei dan óch, d’r mónk haote. Dan zals te toch mótte reagere. Dees te ’t neet en de gezet sjrief ’s-angerdaags dat dieng partei ’t volk kennelik neet vertegenwoordigde, da kans te ’t wal sjudde! De ing noa de anger partei reurde zich danóch, vroog en kreeg ’t woad. D’r Sjarel van ’De Vertwiefelde’ góng zoeë wied dat heë d’r Haarie populisme verweet. D’r fractievuurzitter van MR (MiddeRechs) begint oetveurig te vertelle dat heë lang en deep had noagedach uëver de milieuproblematiek, mè an de verwónderde blikke van d’r burgemeester is aaf te leëze dat dat ’deep dinke’ neet vöäl hat ópgelieëverd…….. Elly van ’Rech durch Zieë’ hool ee verhoal uëver wat jieëkerinne wis mè neet doog: de versjpilling mós weëde aagepak en
waal zoeë vlot wie meugelik! ’Ginne kreet mè kónkreet estebleef’ reupt inne van de publieke tribune. ’Eh…Eh…. (ee bietje aagesjlage) zeët ’t Elly: ’Al die pakke papier hei óp ’t gemeentehoes kinne vuur de helf besjpaard weëde durch an twieë kante te printe’. Doa loat ich ’t bei, ich wil neet zoeë wied goa um óch ’t toiletpapier an twieë kante te goa gebroeke’. Daverend gelach en applaus van jieëkerinne inclusief d’r burgemeester zelf. D’r woadveurder van D&D (Dinke en Doeë) mint dat ’t allenui weëd uëverdrieëve en doa zint wal anger dinger die óp kótte termijn mótte gebure… Wat dach de vergadering van de los ligkende sjtoeptegels bei hem in de sjtroat, doadurch kinne de lüj d’r hals breëke ’en nog vöäl mieë’ reupt inne angere van zieng partei d’r tusje durch. ’En dan vuurzitter, wie zuut ’t oet mit die lekkende fietsesjtalling bei ’t gemeentehoes, doa huur ich nieks mieë van. En woarum de parkeertarieve al wer umhoeëg zowe mótte goa, is óch neet te begriepe, de lüj betale noe al mieë as genog en dan….’ Noe kan d’r Haarie ’t neet mieë volhoate en reupt mit sjtumverheffing: ’Is ’t d’r geachte aafgevaardigde bekind woeë-uëver vier ’t hei hant? (en sarcasties): Hat uch partei gesjloape wie ’t milieu an de orde koam?’
toevallig of neet, zint ’t alle veer dames. Noa applaus zint ze dus benumd en d’r Haarie reupt sjtande pede ing vergadering beiee vuur kómmende vriedigoavend in’t gemeentehoes. De kommissie weëd – wie gebroekelik – genumd noa d’r vuurzitter: GH (Greune Haarie) Oetgangspunt van de kommissie is dat d’r burger dudelike vuurlichting mót kriege via inne flitsende hoes-an-hoesfolder. As belangrieke ieësjte punte kómme noa vure: • zuinig mit water • ging produkte in plestiek en ging plestiek tuute • kees natuurprodukte: doch logisch eët biologisch • loat ging lamp ónnuëdig brenne • gef zelf altied ’t gowe vuurbild Tevreie mit zoeëvöäl konkreets al noa de 1e beieenkoms, sjluut d’r Haarie de vergadering. Verbaas woare de lüj in de sjtad dat vanaaf vriedigoavend bis moandigmörge ’t leeg brank in ’t gemeentehoes. (How de kommissie vergeëte….. oet te doeë!) Ger Prickaerts Heëlesj
D’r burgemeester veult aa dat dit oet de hank geet lope en…sjorst de vergadering. In d’r wandelgank zitte (joawaal zitte) burgemeester en wethouders mit ee te uëverlegke. Dan weëd noa d’r gebroekelike uëverheedstruuk gegrieëpe: probleem vuur dich oetsjuve en ing kommissie benumme. In d’r roadszaal weëd dat an de parteie vuurgesjteld. Me wilt ing kling kommissie die sjnel en effektief kan handele en d’r burgemeester sjtelt d’r Haarie vuur as vuurzitter. Noa get hin en weer gemoel, blieke veer lede belangsjtelling te han vuur de kommissie,
Besparing 10-25%. Meer info: pagina 5, punt 06
Vroeger
Wellermagazine ECO 24 / 25
Door Roelof Braad, stadshistoricus van Heerlen. Bereikbaar bij Historisch Goud - Rijckheyt, centrum voor regionale geschiedenis te Heerlen Foto’s: collectie Rijckheyt, Heerlen en van de auteur
Sinds mensenheugenis bouwen mensen huizen. Modern is dat zo mogelijk op ecologische en duurzame wijze te doen. Je zou ook kunnen zeggen: milieubewust. Maar hoe was dat in vroeger jaren? Vanaf het begin van de 20ste eeuw zijn in verband met de explosief groeiende bevolking door de komst van de steenkolenmijnbouw duizenden huizen gebouwd, die het predicaat duurzaamheid beslist niet konden dragen. Hele woonbuurten zijn inmiddels al weer gesloopt. Toch zien we in de dorpen en hier en daar ook in de steden nog vele huizen die al meer dan 100 jaar bestaan, sommige zelfs meerdere eeuwen. In ons Zuid-Limburgse land zijn ze overal – vooral in het Heuvelland – te zien: onze streekeigen karakteristieke zwart-witte vakwerkhuizen! Nu zal niet iedereen het direct met me eens zijn dat vakwerkhuizen oerdegelijke bouwwerken zijn. Als je zo rondkijkt in het Heuvelland dan zie je ook vakwerkhuizen die schots en scheef staan en in verval zijn. Maar dan heb je het over de vakwerkhuizen uit vooral de 19de en 20ste eeuw. De huizen met een voorgeschiedenis tot in de Middeleeuwen zijn meestal veel degelijker, duurzamer gebouwd. Hoe dat komt? Het bouwen van een vakwerkhuis is vakwerk! Maar het is niet zo dat de naam van het huis van deze vaardigheid is afgeleid, maar van de indeling van de gevels in ‘vakken’!
Een vakwerkhuis bouwen is eigenlijk ook bio bouwen. Al het materiaal komt uit de directe natuurlijke omgeving, hout, steen, stro en leem. Geen wonder dat de eerste bewoners van het toen nog vooral bosrijke
Linksonder – Vakwerkhuizen bij De Erk, Heerlerbaan. Pentekening door Pierre Delnoy. Hierboven – Vakwerkhuisje aan de Rennemigerveldweg in Heerlen. Enige jaren geleden verwoest door brand..., maar gelukkig wel herbouwd.
Zuid-Limburg er in de rivier- en beekdalen hun huizen mee bouwden. De Romeinse geschiedschrijvers maken al melding van de vakwerkbouw door de Germaanse stammen in onze streken. In de loop van de eeuwen was dit bouwen een echt vak geworden. Men bouwde eerst houtskeletten op van dikke balken, stijlen en regels die onderling werden verbonden met houten pennen en toognagels. Dat moest heel secuur gebeuren. De timmerlieden hadden een heel slim systeem van nummering van de onderdelen ontwikkeld, zodat het houtskelet op de bouwplaats snel en efficiënt in elkaar gezet kon worden. In de meeste vakwerkhuizen is die nummering op de balken nog makkelijk terug te vinden. Deze houtskeletten kwamen te staan bovenop een goed fundament van in het veld gevonden veldkeien, breuksteen (mergel en ook vuursteen) en later ook wel baksteen, zodat het huis geen ‘natte voeten’ kreeg en daar het eerst weg zou rotten. De vakken werden gevuld met een vlechtwerk van buigzame twijgen van wilgen, hazelaar of els. Deze werden dan gevuld met onze stevige Limburgse klei (löss) en met water gladgestreken. Op het
Wellermagazine ECO 26 / 27
werkhuis werden aangebracht, werkten mee aan het comfortabele wonen. De deuren waren meestal van massief dik hout en de ramen waren meestal wel voorzien van luiken. Ideaal om de warmte binnen te houden of om de woning in de zomer koel te houden!
* Bij dit artikel heb ik mij gebaseerd op de volgende bronnen: Coen Eggen, Vakwerkbouw in Limburg [Weert 1989]; H.W.A. Lemmerling, Oet vreuger jaore [Oirsbeek 1978-1984], deel 1, 3-15 en deel 9, 24-39 en P.A. Schols, Het vakwerkhuis in Limburg, in: Het Land van Herle 8 [1958], 21-56 en enkele websites van aannemers en restaurateurs van vakwerkhuizen en leembouw.
houten skelet van de woning – of een ander bouwwerk als een bakhuisje of een schuur – kwam dan een dakspant met kepers en latten en het dekmateriaal. In de begintijd werden de daken bedekt met vooral roggestro, dat gebundeld werd in
Al met al verkreeg men een huis dat de tand des tijds ruimschoots kon doorstaan. De oudste huizen in het mergelland dateren zelfs van rond 1500. De meeste zijn echter uit de 17de tot 19de eeuw. Maar dan nog… Bovendien: de lemen wanden isoleren beter dan een 27 cm bakstenen muur met spouw (zonder isolatie). En onder het pannendak met daaronder de strodekking of een dik stro- (soms ook riet)dak is het ’s winters en ’s zomers comfortabeler wonen dan onder het pannendak van de huurhuizen uit de 20ste eeuw. Ook de manier waarop deuren en ramen in vooral het woongedeelte van het vak-
stropoppen. Meestal werd alleen de nok afgedicht met gebogen dakpannen. Maar vanaf ongeveer de 15de eeuw werden bij de beter gesitueerden al hele daken met dakpannen gedekt, met vaak onder de dakpannen voor het woonhuis nog een eerste dekking met stropoppen. De daken steken over de gevels heen, vaak zover dat men ‘droog’ naar binnen kon. Uiteraard was dat natuurlijk ook om de houten balken van de gevels en lemen wanden tegen vocht te beschermen. Oorspronkelijk had het huis de lemen en naturel houten kleur. Het witten van de vakken en zwarten van de balken is nog vrij jong en overgewaaid uit de Eifel door de opkomst van het toerisme vanaf eind 19de eeuw.
Hieronder – De binnenkant van een 18deeeuws dak gedekt met stropoppen. Links – Het boerenhuis te Puth uit 1628 naar een ets van P.A. Schols. Hierboven – Uit een inmiddels afgebroken vakwerkhuis aan de Geerstraat te Heerlen stamt deze deurbalk met huiszegen: ‘Anno 1741 den 13 Mey is opgereicht dit huys dor Wilhelmus Starmans, seine huysfrau Ida Roos. Dit huys stade in Godts handt. Godt bewaer es vor vier en brandt’. Collectie: Thermenmuseum
Het enige nadeel voor de duurzaamheid van dit soort woningen blijkt uit de teksten die tijdens of na het voltooien van het huis in de balk boven de toegangsdeur werden gegraveerd. Niet alleen staan in die teksten het bouwjaar en de ‘trotse’ opdrachtgevers of bouwers genoemd, maar ook de wens dat het huis in Gods hand mag staan en God het moge beschermen tegen ‘vuyr ende brandt’. En over duurzaamheid gesproken: de bouwer van een huis in Puth uit 1628 vraagt dat ‘tot in der ewigheit’. Het vakwerkhuis met de Limburgse benaming van de onderdelen. Tekening: P.A. Schols 1958. Hieronder – De 18de eeuwse Eikendermolen in Heerlen. De leem in de vakken is inmiddels zoals bij vele vakwerkhuizen vervangen door baksteen. Meestal is dat jammer-genoeg ten nadele van de isolerende werking van de muur. Rechts –
Besparing 40-50%. Meer info: pagina 4, punt 02.
Visie
Wellermagazine ECO
af. En terecht. Verbeter de wereld, begin bij jezelf: dat is óók ons motto.
Hoe ECO is Weller, vraagt u zich na al die mooie verhalen in dit magazine misschien
28 / 29
Weller wil een schonere wereld. Wij voelen ons verantwoordelijk voor Moeder Aarde en dragen graag een steentje bij aan een mooie toekomst voor haar. In ons Milieujaarplan staat hoe we dat doen. Bijvoorbeeld door de CO2-emissie van onze woningen vóór 2015 met tenminste 20% te verminderen en te investeren in innovatieve (woon)concepten. Door niet anders meer te willen werken dan volgens de regels van Duurzaam Bouwen. En door met onze leveranciers af te spreken dat ook zij duurzaam werken. Nu is de werkelijkheid een stuk weerbarstiger dan papier en is het ene doel makkelijker te realiseren dan het andere. Ook omdat goed zijn voor het milieu niet vanzelf gebeurt. Daarvoor moet je je manier van leven en werken veranderen. Bij ons begint dat op kantoor. Daar gebruiken we alleen nog duurzame suiker, en scheiden we ons afval. We zijn zuinig met verpakkingsmaterialen, inkt en papier. En de auto gaat steeds meer in de ban: fiets en openbaar vervoer hebben de voorkeur en wie niet anders kan dan met de auto te reizen, maakt zo weinig mogelijk kilometers. DuBo Voor de bouw, renovatie en het onderhoud van woningen gelden de regels van Duurzaam Bouwen, die de overheid heeft vastgelegd in een checklist. Daarin staan de minimumeisen maar ook de wensen op het gebied van bijvoorbeeld isolatie. Dat bijvoorbeeld de afvoer van regenwater bij nieuwbouw gescheiden moet worden van het afvalwater, en – om uitdroging tegen te gaan – nog liever de kans krijgt om in de grond te infiltreren. Dat nieuw gebruikt hardhout FSC-hout moet zijn, waarbij voor elke gekapte boom minstens één nieuwe boom teruggeplant wordt. En dat in huis alleen nog watergedragen (acrylaat) verfsoorten gebruikt mogen worden om schadelijke gassen te weren.
Eigen regels Weller respecteert de DuBo-regels maar gaat in het belang van het milieu graag nóg een stap verder. Zo plaatsen wij als een cv-ketel vervangen moet worden, alleen nog energiezuinige HR-combiketels met een rendement van 107%. We gebruiken recyclebare wandtegels, die we trouwens in de specie zetten en niet in milieubelastende lijm. We plaatsen alleen nog keukens met een milieukeurmerk. In plaats van gif te spuiten, schoffelen we wat vaker in onze plantsoenen. Alle gebouwen met een collectieve installatie hebben groene stroom. Als iets kapot is, kiezen we bewust voor reparatie boven vernieuwing. Een goede vakman maakt een kozijn zo goed als nieuw, zonder dat daarvoor een boom hoeft te wijken en kostbaar hout wordt weggegooid. En dan is dit nog maar een greep uit alle activiteiten die wij voor het milieu doen. Wilt u meer weten over ons Ecobeleid? Lees ons Milieuplan op www.wellernet.nl. • Om 20% minder CO2-uitstoot te realiseren gebruiken we o.a. steeds vaker zonne panelen. • Met een individuele warmtemeter kunt u 30% op uw energiekosten besparen. • Samen met onze energieleveranciers gaan we onderzoeken hoe we onze huizen energiezuiniger kunnen maken. Ons streven voor de toekomst: energielabel B of minimaal 2 labels stijgen! • Ook van onze leveranciers verwachten we dat men duurzame en zuivere producten gebruikt. • Van een braakliggend terrein een geza menlijke moestuin maken: dat is ook ECO! • WellerECO staat voor producten die zonder milieubelastende maatregelen en kinderarbeid gemaakt zijn. • Heeft energiebesparende ideeën voor uw huis? Laat het ons weten. Samen kunnen we meer bereiken voor een beter milieu.
Goodwill
Wellermagazine ECO 30 / 31
Besparing 100%.
gaan eerlijke handel en een duurzame aarde hand in hand.
Houten op www.wereldwinkel.nl. En gelijk heeft ze. In de Wereldwinkel
zijn gemaakt, waarom zou je dat dan niet doen?”, zegt actrice Carice van
“Als je de keuze hebt om producten te kopen die op een eerlijke manier
Meer info: pagina 5, punt 03.
Je koopt er de zoetste honing en, zo weet ik uit ervaring, de lekkerste chocolade. Koffie en thee met het Max Havelaar keurmerk wat voor fairtrade of eerlijke handel staat. Decoratieve schalen en beelden, sieraden en heerlijke geuren voor in huis. De wereldwinkel aan de Akerstraat in Heerlen brengt de meest kleurrijke wereldcadeaus binnen handbereik. Zó geproduceerd en verhandeld dat iedereen er beter van wordt. Dus ook de maker in de derde wereld. De bakermat van de Wereldwinkel ligt in 1968 in India, zo wordt mij verteld door één van de oudste medewerkers van de winkel in Heerlen, de 70-jarige Fenna Schoen. Op de agenda van een vergadering van de UNCTAD in New Delhi stond een voorstel om producten uit ontwikkelingslanden voor eerlijke prijzen in te kopen en de handel te laten verlopen via Fair Trade Original, de grondlegger van de ontwikkelingshandel. Via deze organisatie vinden producten uit de derde wereld hun weg naar de westerse markt met een goed sociaal beleid, zodat de opbrengst ten goede komt aan de mensen, dorpen en soms zelfs een hele regio in de ontwikkelingslanden. “Het idealistische voorstel werd echter tegengehouden”, vertelt Fenna. “Voor de westerse wereld was en is het helaas nog steeds belangrijk om winst te maken op producten uit de derde wereld.” Maar, gelukkig leiden er meerdere wegen naar Rome. In 1969 opende in Breukelen de eerste Wereldwinkel zijn deuren met producten van en voor wereldburgers. En al gauw volgden er meer, tot het huidige aantal van 400 wereldwinkels in Nederland en liefst 6000 verspreid over heel Europa. Een succesverhaal dus! Wereldfans In de Heerlense vestiging werken 28 vrijwilligers. Fenna is fan van het eerste uur. “Het is mijn manier om iets voor de mensen in de derde wereld te doen”, zegt zij. “Ik geloof in gelijke kansen voor iedereen op deze wereld en het fairtrade-principe zet
Wellermagazine ECO 32 / 33
één van Roy Soons.”
duurzame gebouwen en ze herkennen als
straks stilstaan bij mijn opvallende en
steden over de hele wereld. Dat mensen
ECOshoppen
“Ik wil mijn handtekening achterlaten in
De Wereldwinkel ligt in Heerlen aan de Akerstraat 9.
Hij is 18 jaar en loopt over van ambities.
absoluut zoden aan de dijk. Het mooiste vind ik nog dat de producenten in de derdewereldlanden ook advies krijgen bij het maken van producten op het vlak van bijvoorbeeld kleuren en dessins, zodat hun assortiment aansluit op de trends in de westerse wereld. Daardoor verkopen ze meer, kan er meer geïnvesteerd worden in bijvoorbeeld onderwijs, gaan meer kinderen naar school in plaats van te werken en zijn er ook meer gelijke kansen voor vrouwen.” Diana van Landeghem werkte eerst in een natuurvoedingswinkel in Groningen voordat zij twee jaar geleden naar Heerlen verhuisde. “Toen ik mij in Heerlen bij de vrijwilligerscentrale meldde om enkele uren in de week vrijwilligerswerk te doen, kwam ik al snel bij de Wereldwinkel terecht. Ik ben hier helemaal op mijn plek met al mijn idealen voor een betere wereld met gelijke rechten en kansen voor alle mensen. Bovendien doe ik in de winkel elke keer weer inspiratie op voor in mijn eigen huis. Wij verkopen echt prachtige spullen.”
Toekomst
Wellermagazine ECO 34 / 35
In februari waren alle spots in de bouwwereld even gericht op de 18-jarige Roy Soons, derdejaars student mbo bouwkunde in Maastricht. Zonder al te veel illusies had hij meegedaan aan de BouwTalent Award 2011. Puur om te kijken of hij iets van de prijsvraag kon leren. Het liep anders! Met zijn visie op een duurzaam, levensloopbestendig en energiezuinig appartementencomplex won Roy de publieksprijs voor mbo-studenten in Zuid-Nederland. De BouwTalent Award is een initiatief van de stichting Bouwend Nederland. In het leven geroepen om de samenwerking tussen het bedrijfsleven en het onderwijs te stimuleren én om jonge talentvolle bouwers en architecten een podium te bieden. Roy deed in alle stilte mee aan de wedstrijd. Thuis in Limbricht wist niemand er van, totdat hij aan zijn maquette begon te bouwen. Vanaf dat moment was er geen ontkomen meer aan. Roy: “Ik had een idee om een gebouw te maken met woningen voor alle mensen, en wilde eigenlijk alleen maar kijken hoe zo’n concept ontvangen wordt. In veel wijken worden momenteel namelijk aparte woningen gebouwd voor senioren, gezinnen, studenten, noem maar op; in mijn gebouw wonen al deze doelgroepen bij elkaar, zodat er levendigheid ontstaat en mensen uit verschillende generaties elkaar beter leren kennen en respecteren.” Visie op wonen De woningen van het ontwerp van Roy zijn flexibel in te delen en kunnen daardoor gemakkelijk aangepast worden aan de wensen van de bewoner in welke leeftijd dan ook. Roy: “Daarbij vind ik het een uitdaging om verschillende functies in een ruimte te stoppen: de indeling moet compact maar toch ook ruimtelijk zijn. Met name in steden als Rotterdam waar weinig ruimte is en veel in de hoogte wordt gebouwd, kan dat interessant zijn. De jury was daarnaast ook erg enthousiast over het materiaalgebruik. Want ik heb de
gevels bekleed met gerecyclede kunststof die haast niet te onderscheiden is van hout, maar het voordeel heeft dat het onderhoudsarm, kleurvast en weerbestendig is. En er hoeft geen bos voor te worden gekapt. Alle gemeenschappelijke functies liggen daarnaast bij elkaar in een centrale, open ruimte die van buitenaf en van binnenuit voor een open sfeer zorgt en door het vele glas goed door de zon verwarmd kan worden. Het dak heb ik ten slotte bekleed met een mengsel van mos en gras. Dat ziet niet alleen mooier uit dan een bitumen dak maar heeft ook een goede isolerende werking.”
Jonge bouwers vinden duurzaam bouwen geen keuze meer, maar een basisvoorwaarde! Top Roy is met recht trots op zijn prijs. “Het bewijst dat ik op de goede weg ben. Als kind al tekende ik alleen gebouwen. Op de middelbare school was de focus even weg, vandaar dat ik nu eerst de mbo-opleiding bouwkunde doe. Door tegelijk al een extra programma te volgen aan de Hogeschool Zuyd in Heerlen hoop ik snel door te kunnen stromen naar de hbo-opleiding. Ik wil een toparchitect worden. Iemand die gebouwen neerzet waar mensen bij stilstaan.”
Wellermagazine ECO
In 2000 klopte een groepje ouders van kinderen met een ontwikkelingsstoornis bij boer Langoor van de Hoeve Corisberg aan. Of hun kinderen op de boerderij konden werken? Om hen een zinvolle dagbesteding én via het werk een volwaardige plek in de samenleving te bieden. Boer Langoor vond het een fantastisch plan. Sindsdien is de biologisch-dynamische zorgboerderij Corisberg een feit. Een woonwerkgemeenschap waar onder begeleiding van zorgorganisatie Zonnehuizen 32 jongvolwassenen met een beperking werken. Zij verzorgen de geiten, kippen, konijnen en koeien. Anderen rapen elke dag verse eitjes. Of ze werken in de tuinderij of in de boerderijwinkel waarin de eigen verbouwde Corisberg-producten samen met andere biologische producten verkocht worden. Met als extraatjes kaarten, kaarsen en heerlijke koeken die ook op de Hoeve gemaakt worden.
vers van eigen Limburgse bodem.
verstandelijke beperking. In de boerderijwinkel verkopen zij producten die ze zelf verbouwen:
Op de Corisberg, aan de rand van de Heerlerbaan, werken én wonen mensen met een
36 / 37
Één met de omgeving In het afgelopen jaar is de Corisberg gerestaureerd; de steigers zijn nog nét niet verdwenen. De ruim 600 jaar oude carréboerderij is bij dit grote project in ere hersteld en op het buitenterrein zijn vier nieuwe groepswoningen gebouwd. Een van de grootste dromen van de ouders, die 11 jaar geleden met het idee gestart zijn, komt hiermee uit: de mensen die op de Corisberg werken kunnen er eindelijk ook wonen en leven. Een eigen plek verwerven in de maatschappij. Bij de renovatie en de uitbreiding van de boerderij speelde ecologie een belangrijke rol. “De Hoeve is een prachtig monument”, legt Hester Buijs, de locatiemanager van de Corisberg, uit. “Bij de restauratie hebben we de gebouwen zo veel mogelijk met behoud van het oorspronkelijke karakter naar de moderne tijd getild. Bij de nieuwbouw van de woningen vonden we het daarnaast belangrijk dat de huizen in het landschap passen. De Corisberg ligt in een natuurgebied dat deel uitmaakt van de
ecologische hoofdstructuur van Heerlen. Daar kun je niet zo maar alles bouwen. We hebben daarom bewust voor natuurlijke materialen zoals hout gekozen en de woningen zijn letterlijk in de helling gebouwd. De grasdaken lopen over in de wei op het plateau boven het Caumerdal. Ze vallen daardoor nauwelijks op. En natuurlijk maken we in onze nieuwbouw ook gebruik van duurzame energie: de zonnepanelen doen hun werk!” Antroposofie Ecologie loopt als een rode draad door het leven op de Corisberg heen. Hester Buijs: “In de zorg voor onze cliënten kijken we niet naar wat iemand niet kan, maar richten wij ons juist op iemands kwaliteiten, talenten en wensen. De inspiratie voor onze levensstijl halen wij uit de antroposofie. Daarbij leven en werken wij zo veel mogelijk in harmonie met de natuur: de seizoenen geven aan welke activiteiten er op het programma staan, zowel binnen het dagelijks werk van de cliënten als in hun privéleven in de woonhuizen. De natuur zorgt voor regelmaat en ritme. Voor onze cliënten werkt dat wel zo helder.”
Wellermagazine ECO
Maatschappij
Wellermagazine ECO
2 / 38
38 14 / 39 15
Tip: De bewoners van de vernieuwde Hoeve Corisberg gaan ook aan een cultureel programma werken, met bijvoorbeeld muziek- en toneelvoorstellingen. Iedereen is welkom om een kijkje te komen nemen.
Ga eens langs!
Wellerhebbes
Wellermagazine ECO 40 / –
1
2
3
1 250 onmisbare ecotips, De Tuinen € 9,95 2 Biologisch assortiment, AH vanaf € 1,19 3 Eco poetsmiddelen, Erica natuurwinkel vanaf € 2,15 4 Kledinglijn gemaakt van biologisch katoen, C&A vanaf € 5,5 Biologische wijn, Erica natuurwinkel € 5,79 5 6 Geluksbrengers uit Brazilië, Wereldwinkel vanaf € 1,69 7 Eco producten voor baby’s, Etos vanaf € 2,59
4 7
6