BESLUIT INSTEMMING DEELSANERINGSPLAN VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Datum besluit : 10 juli 2012 Nummer besluit : 2012-009682 Geval van verontreiniging : voormalige stortplaats De Mansberg Plaats : Groesbeek Gemeente : Groesbeek Nummer van verontreiniging : GE024100051 Melder : Gemeente Groesbeek, afd. VROM
zaaknummer «Act_Kenmerk»
1
BESLUIT Onderwerp Op 08 juni 2012 ontvingen wij een melding van een voornemen tot verminderen, verplaatsen of saneren van een bodemverontreiniging. Het gaat om de bodemverontreiniging, gelegen op locatie voormalige stortplaats De Mansberg aan de Herwensdaalseweg in Groesbeek, gemeente Groesbeek. Op basis van de melding nemen wij een Besluit instemming saneringsplan. Bij dit besluit hoort het "Besluit vaststelling ernst en spoedeisendheid bodemverontreiniging".Dat besluit is gelijktijdig vastgesteld. In dat besluit staat dat het gaat om een geval van ernstige bodemverontreiniging, waarvan de sanering niet spoedeisend is. Besluit Wij stemmen in met het saneringsplan. Er is sprake van een functiegerichte en kosteneffectieve sanering. Dit betekent dat de grond onder de leeflaag na de sanering nog verontreiniging bevat, maar de bodemkwaliteit van de leeflaag geschikt is voor de gebruiksfunctie(s): bebouwing en verharding (Wijncentrum) en omliggend groen. Bij het omliggende groen voldoet de leeflaag tot 1 meter beneden maaiveld aan de landelijke Maximale Waarden die past bij de functieklassekaart zoals door de gemeente is vastgesteld. Naar verwachting wordt medio 2012 de bodemfunctieklassekaart vastgesteld, waarna op onderhavige locatie een leeflaag met kwaliteitsklasse Industrie mag worden gerealiseerd. Na de sanering blijven in de grond onder de leeflaag concentraties achter boven de interventiewaarde. Besluitvormingsprocedure Voor het vaststellen van dit besluit volgen wij de zogenaamde "verkorte procedure". Dit betekent dat het besluit op grond van de melding niet gedurende zes weken in ontwerp ter inzage is gelegd. Wel hebben belanghebbenden de gelegenheid gehad om hun mening over de melding te geven. Zienswijzen De melding is gepubliceerd. Naar aanleiding hiervan zijn geen inspraakreacties binnengekomen. Deelsanering De sanering heeft betrekking op een deel van het geval van bodemverontreiniging. Wij kunnen met een deelsanering instemmen omdat het belang van de bescherming van de bodem zich daartegen niet verzet.
zaaknummer «Act_Kenmerk»
2
Voorwaarden Bij de uitvoering van het saneringsplan gelden de volgende voorwaarden: Melden startdatum sanering en bereiken einddiepte De melder moet via het Meldingsformulier start bodemsanering ten minste twee weken voor de feitelijke aanvang van de sanering de startdatum melden aan de afdeling Handhaving, team Bodem Water Ontgrondingen en Natuur (BWON) van de provincie Gelderland. Dit moet gebeuren om controle door de provincie mogelijk te maken. Dit Meldingsformulier is te vinden op de site www.gelderland.nl/bodem onder Melding Sanering bij de producten. Als de melder verontreinigde grond ontgraaft, moet hij van tevoren aan het team BWON melden wanneer hij de einddiepte zal bereiken. Ook moet de beëindiging van de sanering direct worden gemeld. Deze meldingen moeten per mail worden toegezonden aan
[email protected] of per fax aan (026) 359 87 90. Evaluatierapport (Artikel 39c Wet bodembescherming) De melder moet zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen drie maanden na afronding van (een fase van) de sanering het evaluatieverslag zoals genoemd in artikel 39c van de Wet bodembescherming (Wbb) indienen bij de afdeling Handhaving, team BWON. Het verslag moet worden ingediend met het Meldingsformulier evaluatie (PDF, 0,57 Mb), dit is te vinden op de site www.gelderland.nl/bodem onder Melding - Evaluatie en nazorg bij de producten. Melding afwijking saneringsplan (artikel 39, lid 4 Wet bodembescherming) De melder moet, indien hij wil afwijken van het saneringsplan, uiterlijk twee weken voorafgaand aan de uitvoering van de afwijking, deze afwijking schriftelijk melden aan het team Bodem en Nazorg (B&N) van de provinciale afdeling Vergunningverlening. Bij de melding moet worden aangegeven wat wijzigt ten opzichte van het saneringsplan waarmee door ons is ingestemd en wat de reden is voor deze afwijking. Naar aanleiding van deze melding kunnen wij aanwijzingen geven omtrent de verdere uitvoering van de sanering. Om meldingen afwijking saneringsplan snel en accuraat af te kunnen handelen moet op de linkerbovenhoek van de enveloppe dan wel duidelijk op uw fax, "afwijking saneringsplan" worden vermeld. Bouwen op de voormalige stortplaats De melder dient rekening te houden met de beperkingen die de voormalige stortplaats in zich heeft ten aanzien de fundatie van bebouwing. Het creëren van lekstromen waarmee eventueel verontreinigd grondwater zich in verticale richting kan verspreiden moet zo veel mogelijk voorkomen worden. Het toepassen van heipalen is hierdoor niet zondermeer toegestaan. In het saneringsplan is bij het te bouwen wijncentrum een volledige verwijdering van de verontreinigde bodemlaag beschreven. Mocht volledige verwijdering niet te realiseren zijn en/of een wijziging van de funderingstechniek wordt voorzien, wordt dit gezien als een afwijking op het saneringsplan en dient voorafgaande aan de uitvoering te worden gemeld conform artikel 39, lid 4 Wbb. Controle grondwaterkwaliteit Om aan te tonen dat de voorziene ontwikkeling en het bijbehorende grondverzet geen nadelige gevolgen heeft op de kwaliteit van het grondwater, dient de melder een grondwatermonitoring uit te voeren. De kwaliteit van het grondwater wordt vastgesteld is 3 monitoringsronden na afronding van de saneringswerkzaamheden/bouwplan.
zaaknummer «Act_Kenmerk»
3
Gebruiksbeperkingen en/of zorg Na saneren zullen naar verwachting de volgende gebruiksbeperkingen gelden voor de locatie. Deze gebruiksbeperkingen zullen in het "Besluit instemming nazorgplan" worden vastgelegd. Omgaan met de leeflaag Op de locatie is beplanting toegestaan met een maximale worteldiepte gelijk aan de dikte van de leeflaag. Beplanting met een worteldiepte dieper dan de leeflaag is niet toegestaan. Graven tot een diepte van 1 meter is toegestaan. Dieper graven is niet toegestaan zonder instemming van het bevoegd gezag, vanwege de kans op vermenging met de daaronder gelegen grond. Beschadigingen waarbij de leeflaag wordt doorbroken moeten zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk binnen vier weken, worden hersteld. In stand houden verhardingslaag op verontreinigde grond Op de locatie is na saneren een verhardingslaag aanwezig waardoor geen direct contact met de onderliggende verontreinigde bodem mogelijk is. Deze verhardingslaag moet in stand worden gehouden en mag niet worden verwijderd en/of doorbroken zonder schriftelijke instemming van het bevoegd gezag Wet bodembescherming. Beschadigingen waarbij de verharding wordt doorbroken moeten zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk binnen vier weken, worden hersteld. Volgens het saneringsplan gelden gedurende enkele jaren na saneren de volgende controle-, beheer- en/of andere zorgmaatregelen. Deze maatregelen moeten in het nazorgplan verder worden uitgewerkt. Controle van de leeflaag Direct onder de leeflaag zijn gehalten boven de interventiewaarde aanwezig. Omdat de leeflaag deels met een helling van 1 op 3,5 wordt aangelegd zal gedurende enkele jaren periodieke controle van de leeflaag plaatsvinden. Controle van de verhardingslaag Direct onder de verharding zijn gehalten boven de interventiewaarde aanwezig. In samenhang met de controle op de leeflaag zal periodieke controle van de verharding plaatsvinden. Monitoring van het grondwater Er is sprake van grootschalig grondverzet binnen het geval van bodemveorntreiniging, hetgeen vraagt om controle van de grondwaterkwaliteit. Derhalve moet kortdurend monitoring van de kwaliteit van het grondwater plaatsvinden. Startdatum Dit besluit treedt onmiddellijk in werking na toezending van het "definitieve" Besluit instemming saneringsplan. Wel kunnen belanghebbenden bezwaar maken tegen de sanering en vragen de sanering te stoppen of de sanering op een andere manier uit te voeren. Als dit het geval is, krijgt de melder hierover van ons onmiddellijk bericht. De start van de sanering moet plaatsvinden in de periode die in het saneringsplan staat vermeld. De sanering vindt plaats in samenloop met de bouw van het wijncentrum en start in het najaar van 2012. Als blijkt dat de start van de sanering anders uitvalt dan gepland en buiten de in het saneringplan gestelde termijn valt, dan moet degene die de bodem saneert dit schriftelijk melden bij het team Bodem en Nazorg (B&N) van de provinciale afdeling Vergunningverlening als wijziging van het saneringsplan (artikel 39, lid 4, Wet bodembescherming).
zaaknummer «Act_Kenmerk»
4
Motivering Bij de melding hebben wij de volgende rapporten ontvangen: Deelsaneringsplan vml. stortplaats Mansberg Herwendaalseweg te Groesbeek: Buro Antares, 6 juni 2012, MTE/ADV/BAZ/181046/06-06-2012. Beschrijving situatie Het bouwplan betreft een groot gedeelte van een voormalige stortplaats. De dikte van de verontreinigde laag met stortmateriaal varieert sterk, maar bedraagt maximaal 4 meter. Deze laag is plaatselijk sterk verontreinigd met enkele zware metalen. Ook zijn stukjes asbest aangetoond. Het stortmateriaal is op de meeste plaats afgedekt. Deze deklaag is licht tot matig verontreinigd en varieert in dikte van 0,3 tot 0,9 meter. Het saneringsplan heeft betrekking op het beoogde wijncentrum/bouwplan, een gedeelte van de voormalige stortplaats en betreft derhalve een deelsanering. De voorgestelde sanering bestaat uit de volgende maatregelen: Ontgraven van de aanwezige deklaag en in depot zetten voor hergebruik; Ontgraven verontreinigde bodemlaag met stortmateriaal (volledige verwijdering) voor het realiseren van een bouwkuip. Hier wordt vervolgens het wijncentrum met kelder gebouwd; Herschikken van de vrijgekomen verontreinigde grond en stortmateriaal binnen de gevalsgrenzen; Aanbrengen van geotextiel als signaallaag waarop een leeflaag wordt gerealiseerd die voldoet aan klasse Industrie (als bodemfunctieklassekaart is vastgesteld); Binnen de nieuwe inrichting wordt het terrein deels verhard. Om hoogteverschillen in de nieuwe inrichting van het terrein te overbruggen worden grondkerende constructies (keermuren) toegepast. Kabels en leidingen mogen niet in de verontreinigde bodem gelegd worden, maar moeten gelegd worden in een sleuf met grond die voldoet aan klasse industrie. Om aan te tonen dat de voorziene ontwikkeling en het bijbehorende grondverzet geen nadelige gevolgen heeft op de kwaliteit van het grondwater, dient een grondwatermonitoring worden uitgevoerd na afronding van de saneringswerkzaamheden/bouwplan. Mogelijke herziening Dit besluit is genomen op basis van de door de melder overgelegde gegevens. Bij de voorbereiding van het besluit is bij ons geen twijfel gerezen over de juistheid en/of volledigheid van de overgelegde gegevens. Mocht in een later stadium blijken dat deze gegevens niet juist en/of volledig zijn of dat de feitelijke situatie is veranderd, dan behouden wij ons het recht voor een nieuw besluit te nemen. Wij achten ons niet aansprakelijk voor de schade die hieruit kan voortvloeien.
zaaknummer «Act_Kenmerk»
5
Grondslag Dit besluit is gebaseerd op de Wet bodembescherming (zie met name de artikelen 1, 28, 29, 37, 38, 39 en 39a t/m 39f en bij deelsanering tevens artikel 40) inclusief de daarbij behorende regelgeving en de volgende beleidsdocumenten: Circulaire bodemsanering 2009 Staatscourant 3 april 2012; Provinciale milieuverordening Gelderland; De Gelderse "Beleidsnota Bodem 2008". Namens Gedeputeerde Staten van Gelderland,
ir. E.N. Boere teammanager Bodem & Nazorg
Belanghebbenden kunnen binnen zes weken na dagtekening van het besluit hiertegen een bezwaarschrift indienen. Het bezwaarschrift dient te worden gericht aan Gedeputeerde Staten, secretariaat Commissie van Advies voor Bezwaarschriften en Klachten, Postbus 9090, 6800 GX Arnhem. Op envelop en brief duidelijk "bezwaarschrift" vermelden. Degene die een bezwaarschrift heeft ingediend, kan bij de voorzitter van de Afdeling EHVWXXUVUHFKWVSUDDN YDQ GH 5DDG YDQ 6WDWH 3RVWEXV ($ µV-Gravenhage) een verzoek indienen om een voorlopige voorziening te treffen. Voor het behandelen van een verzoek om een voorlopige voorziening wordt griffierecht geheven. Over de hoogte en de wijze van betaling van het griffierecht kunt u informatie verkrijgen bij de Raad van State, telefoonnummer (070) 426 44 26. Informatie over de bezwarenprocedure en de mogelijkheid van mediation is te vinden op de website van de provincie Gelderland (www.gelderland.nl/digitaalloket). U kunt die informatie, vervat in de brochure "Niet eens met een besluit van de provincie Gelderland? Bezwaarschrift of mediation" ook opvragen bij het Provincieloket via telefoonnummer (026) 359 99 99.
zaaknummer «Act_Kenmerk»
6