Beroepstypering Vliegtuigonderhoudsmonteur lijnonderhoud beperkte licentie – CAT A ALGEMENE INFORMATIE Datum: januari 2005
versie: 1
Onder regie van KBB
Kenteq
Ontwikkeld door:
DIJK12 Beleidsonderzoek
Brondocument(en)
Beroepsprofiel Vliegtuigonderhoudsmonteur Lijnonderhoud Beperkte Licentie - Cat A
Legitimering BCP door:
Legitimering van de beroepscompetentieprofielen door Stichting College van Belanghebbende Luchtvaartonderwijs. Op advies van de Studierichtingcommissie Vliegtuigonderhoud.
- op formatvereisten - op de inhoud
• •
format vereisten op 28 januari 2005 inhoud op 26 september 2005
Mogelijke functiebenamingen Line Maintenance Certifying Mechanic Monteur limited licence Monteur Categorie A BEROEPSBESCHRIJVING beroepscontext/ De beroepsbeoefenaar is werkzaam bij met name grote bedrijven werkzaamheden waar onderhoud aan luchtvaartuigen aan de orde is, zoals vliegtuigmaatschappijen. De beroepsbeoefenaar is werkzaam op de onderhoudsafdelingen en werkt in de lijndienst. Dat wil zeggen dat de beroepsbeoefenaar werkt aan vliegtuigen die na aankomst binnen een korte tijdspanne weer vertrekken. Zijn werkzaamheden vinden plaats op locatie. De beroepsbeoefenaar verricht zelfstandig lijninspecties en lijnonderhoud aan hoofdzakelijk mechanische onderdelen van vliegtuigen. Tevens kan de beroepsbeoefenaar onder toezicht ondersteunende taken verrichten in het grootonderhoud. • • •
De beroepsbeoefenaar verricht de werkzaamheden binnen vastliggende (wettelijke) procedures en voorschriften. Het uitvoeren van de werkzaamheden en het takenpakket is gebonden aan licenties. Er bestaan licenties voor certificerende bevoegdheden en bedrijfslicenties, waarin onder meer de afbakening van de bevoegdheden van de beroepsbeoefenaar zijn opgenomen, evenals de typen vliegtuigen waaraan de beroepsbeoefenaar werkzaamheden mag verrichten. De werkzaamheden van de beroepsbeoefenaar bestaan uit het verrichten van standaard lijninspecties (bijv. prefight- of een transitinspectie) en lijnonderhoud aan vliegtuigen. Het betreft standaard handelingen en werkzaamheden met name op mechanisch gebied en enkele eenvoudige standaard handelingen op elektrisch gebied.
De beroepsbeoefenaar verricht uitsluitend handelingen die binnen zijn bevoegdheden liggen. De werkzaamheden starten bij het aannemen van de werkopdracht van de direct leidinggevende. Vervolgens verzamelt de beroepsbeoefenaar het benodigde materiaal, onderdelen en gereedschappen om het vliegtuig te inspecteren. Vervolgens inspecteert de beroepsbeoefenaar aan de hand van standaardchecklists en handleidingen (aircraftmanuals) het vliegtuig op afwijkingen. Hierbij inspecteert de beroepsbeoefenaar visueel het toestel van neus tot staart op onder andere beschadigingen, afwijkingen en lekkages. Daarnaast inspecteert de beroepsbeoefenaar het functioneren van onderdelen en componenten van het toestel die vallen binnen zijn bevoegdheden. Nadat de beroepsbeoefenaar zijn inspectie heeft verricht, verhelpt hij de eventueel aangetroffen afwijkingen, mits deze werkzaamheden binnen zijn bevoegdheden liggen. Wanneer de beroepsbeoefenaar afwijkingen aantreft die buiten zijn bevoegdheden liggen, moet hij een daarvoor bevoegd persoon informeren. De beroepsbeoefenaar registreert klachten, eventueel aangetroffen afwijkingen en bijbehorende onderhoudswerkzaamheden in de daartoe voorgeschreven administratiesystemen. De beroepsbeoefenaar verzorgt ook eenvoudige onderhoudswerkzaamheden. Dit behelst voornamelijk het vervangen van onderdelen en componenten die volgens vast omschreven normen dienen te worden vernieuwd/vervangen. Ten behoeve van de werkzaamheden verricht de beroepsbeoefenaar (de)montagewerkzaamheden aan vliegtuigonderdelen en -componenten. Na het afronden van zijn werkzaamheden geeft de beroepsbeoefenaar een ‘certificate of release to service’ of een ‘no go’ af van de werkzaamheden die hij zelf heeft verricht. Met een ‘certificate of release to service’ verklaart de beroepsbeoefenaar een vliegtuig ‘gereed voor gebruik’ voor de door hem verrichte werkzaamheden. Een ‘no go’ betekent dat het vliegtuig aan de grond moet blijven voor verdere inspectie of reparatie. Tevens tekent de beroepsbeoefenaar zijn eigen taakkaarten af en draagt hij zorg voor de administratie van gebruikte materialen, onderdelen en gereedschappen. De beroepsbeoefenaar voert verpakkings- en restmaterialen op een milieuverantwoorde wijze af.
rol en verantwoordelijkheden
De beroepsbeoefenaar maakt bij de uitvoering van zijn werkzaamheden gebruik van alle gangbare relevante gereedschappen en hulpmiddelen, zoals onder meer (hand)gereedschap en meetapparatuur. De beroepsbeoefenaar werkt zelfstandig. Hij is verantwoordelijk voor de door hem zelf verrichte werkzaamheden.
complexiteit
typerende beroepshouding
De complexiteit in de werkzaamheden van de beroepsbeoefenaar wordt met name bepaald door de volgende factoren. • Werken onder tijdsdruk. De beroepsbeoefenaar heeft te maken met tijdsdruk bij zijn werkzaamheden teneinde het vliegtuig zonder vertraging te laten vertrekken. Het is van belang dat hij - ondanks de tijdsdruk – ten alle tijden nauwkeurig en zorgvuldig blijft werken en kwaliteit levert. • Procesmatig inzicht. De beroepsbeoefenaar verricht de werkzaamheden aan verschillende typen vliegtuigen, onderdelen en componenten. Het is van belang dat de beroepsbeoefenaar doorziet hoe het proces in elkaar zit en wat de samenhang is tussen de verschillende functies van onderdelen en componenten. Tevens dient hij rekening te houden met de specifieke veiligheidsomstandigheden van elke situatie. Ook moet de beroepsbeoefenaar bekend zijn met hoe er wordt gewerkt, wie wat uitvoert, welke taken binnen zijn eigen bevoegdheden valt en welke niet. • Besluitvaardigheid. De beroepsbeoefenaar moet binnen de voorgeschreven richtlijnen een inschatting kunnen maken wanneer bepaalde onderdelen vervangen dienen te worden. Te vroeg vervangen is kostbaar en te laat vervangen kan desastreuze gevolgen hebben. De beroepsbeoefenaar dient tijdig aan te geven dat een vliegtuig aan de grond moet blijven. Zodra de beroepsbeoefenaar stuit op afwijkingen of storingen die buiten zijn bevoegdheden liggen, dient hij dit tijdig aan zijn leidinggevende kenbaar te maken. Afbreukrisico’s liggen met name in onnauwkeurig en onzorgvuldig werken, onderschatting van problemen en zelfoverschatting (buiten de bevoegdheden treden). Een kleine fout kan fatale gevolgen hebben. • Zelfstandigheid. De beroepsbeoefenaar werkt zowel alleen, als in teamverband. Daarnaast moet de beroepsbeoefenaar over genoeg zelfstandigheid beschikken om te beslissen dat bepaalde werkzaamheden buiten zijn bevoegdheden liggen en dat hij een daarvoor bevoegd persoon dient te informeren. • Signalerend en oplossend vermogen. Dit is inherent aan de werkzaamheden van de beroepsbeoefenaar. Tijdens zijn inspectie kan hij afwijkingen signaleren die hij dan dient op te lossen. Daarnaast dient de beroepsbeoefenaar tijdig te kunnen signaleren wanneer vereiste werkzaamheden buiten zijn bevoegdheden liggen en dat hij zijn een daarvoor bevoegd persoon dient te waarschuwen. • Nauwkeurigheid en zorgvuldigheid. Dit is essentieel bij alle werkzaamheden van de beroepsbeoefenaar. De werkzaamheden verlopen volgens vastgestelde procedures en richtlijnen, waaraan te allen tijde dient te worden voldaan en waarvan niet mag worden afgeweken. Tevens dient de beroepsbeoefenaar er op gericht te zijn om onveilige situaties te voorkomen. Eventuele fouten kunnen leiden kunnen tot levensbedreigende situaties voor collega’s, passagiers of tot grote materiële schade.
•
•
•
•
•
•
Leerbereidheid. In het beroep van de beroepsbeoefenaar is sprake van diverse ontwikkelingen (bijv. technologie en weten regelgeving). De beroepsbeoefenaar dient derhalve bereid te zijn om vakkennis bij te houden en nieuwe ontwikkelingen in het beroep te volgen en toe te passen om voldoende deskundig te zijn en optimaal te presteren. Hij dient zicht op de hoogte te houden van veranderingen en wijzigingen in procedures, richtlijnen, technische voorschriften, e.d. en is op de hoogte van de actuele stand van zaken. Besluitvaardigheid. De beroepsbeoefenaar moet binnen de voorgeschreven richtlijnen een inschatting kunnen maken wanneer bepaalde onderdelen vervangen dienen te worden. Te vroeg vervangen is kostbaar en te laat vervangen kan desastreuze gevolgen hebben. De beroepsbeoefenaar dient tijdig aan te geven dat een vliegtuig aan de grond moet blijven. Zodra de beroepsbeoefenaar stuit op afwijkingen of storingen die buiten zijn bevoegdheden liggen, dient hij dit tijdig aan een daarvoor bevoegd persoon kenbaar te maken. Sociale en communicatieve vaardigheden. Onder meer ten behoeve van het contact met collega’s, direct leidinggevende en flightcrews ten behoeve van toelichting over het functioneren van het vliegtuig. Kwaliteitsbewustzijn. De beroepsbeoefenaar verricht lijninspecties en lijnonderhoud aan vliegtuigen zodanig dat dit voldoet aan de gestelde kwaliteitseisen en normen. Alle geïnspecteerde onderdelen en componenten van het vliegtuig dienen optimaal te functioneren. De beroepsbeoefenaar dient zich hier te allen tijde van bewust te zijn. Hij dient verantwoord om te gaan met kostbare materialen en onderdelen. Flexibiliteit. Dit is van belang, omdat de beroepsbeoefenaar te maken heeft met steeds wisselende situaties en verschillende onderdelen en componenten. Ook is flexibiliteit van belang in het geval hij wisselende werktijden heeft (bijvoorbeeld ook ’s avonds en/of ’s nachts werken). Klantgerichtheid. De beroepsbeoefenaar moet zijn diensten zien in het licht van het bedrijf, de flightcrew en de passagiers. Hij moet proberen deze drie partijen optimaal te bedienen en tevreden te stellen.
Daarnaast zijn met name de volgende vaktechnische aspecten van belang. • Verzamelen van informatie. Ten behoeve van de werkzaamheden moet de beroepsbeoefenaar efficiënt de noodzakelijke informatie verzamelen, zoals taakkaarten, inspectiedocumenten, maintenance manuals, onderhoudsdocumenten, logboeken, etc. • Interpreteren en analyseren van informatie. De beroepsbeoefenaar dient informatie te analyseren en te vertalen naar zijn werkzaamheden. De beroepsbeoefenaar dient alle informatie en voorschriften zorgvuldig en nauwgezet door te lezen alvorens met zijn werkzaamheden te beginnen.
•
•
•
•
•
•
Trends/innovaties marktontwikkelingen
wetgeving/ overheidsregulering
technologische ontwikkelingen
Registreren en administreren. Registreren en administreren. De beroepsbeoefenaar dient de verrichte werkzaamheden, klachten en eventueel aangetroffen afwijkingen en storingen te registreren in de daartoe voorgeschreven administratiesystemen. Daarnaast dient de beroepsbeoefenaar de onderdelen en materialen te administreren die hij voor zijn werkzaamheden heeft gebruikt. Overdracht van informatie. Tijdens en na afronding van de uitvoering van de werkzaamheden moet de beroepsbeoefenaar richting alle betrokkenen noodzakelijke informatie overdragen en dit op een heldere wijze verwoorden. Samenwerken met andere disciplines. De beroepsbeoefenaar heeft bij zijn werkzaamheden te maken met collega’s en met monteurs in andere disciplines en ondersteunende afdelingen. Om het totale werkproces optimaal te laten verlopen, is het van belang dat hij goed met hen kan samenwerken. Analyse risico’s. De beroepsbeoefenaar dient mogelijke risico’s die tijdens zijn werkzaamheden kunnen optreden te inventariseren en analyseren. Hierbij dient hij rekening te houden met diverse factoren. Op basis van de risicoanalyse neemt hij de nodige (veiligheids)maatregelen en/of verricht zijn werk op dusdanige wijze, dat deze risico’s worden voorkomen. Kennistoepassingsmogelijkheden en gebruiken ICT. De beroepsbeoefenaar maakt bij zijn werkzaamheden gebruik van computers (bijv. opzoeken van handleidingen, documenten en registratie). Om zijn werkzaamheden optimaal te kunnen verrichten, dient hij kennis van dit vakgebied te hebben. Rapporteren. De beroepsbeoefenaar moet zowel mondeling als schriftelijk op heldere wijze kunnen rapporteren over de uitgevoerde werkzaamheden, zowel binnen het bedrijf als buiten het bedrijf richting opdrachtgevers en collega’s.
De luchtvaartsector is een sterk conjunctuurgevoelig sector (o.a. sterke concurrentie), waardoor de vraag naar beroepsbeoefenaars sterk kan fluctueren. Luchtvaartmaatschappijen hebben in toenemende mate te maken met concurrentie van onderhoudsorganisaties uit lagelonenlanden. Grote bedrijven stellen hier het zogenaamde ‘total aircraft care concept’ tegenover. Dit houdt in dat het bedrijf het gehele onderhoudsproces verricht. Hierdoor kan worden ingespeeld op grote flexibiliteit van de organisatie, de mogelijkheid om een totaalpakket aan te bieden, waarin de inzet van hoogwaardige kennis een grote rol speelt (o.a. op het gebied van onderhoud). De voorschriften en wet- en regelgeving neemt in de luchtvaartsector steeds meer toe en is voortdurend aan verandering onderhevig. De beroepsbeoefenaar moet zijn werk volgens de meest recente normen en voorschriften uitvoeren en door middel van bijscholing op de hoogte blijven van de laatste en actuele procedures en richtlijnen. Door toenemende voorschiften en regelgeving nemen de administratieve taken steeds meer toe. Door allerlei technologische ontwikkelingen worden vliegtuigen steeds betrouwbaarder en veiliger. Hierdoor is relatief minder onderhoud (frequentie en omvang) noodzakelijk en treden relatief minder storingen en afwijkingen op.
bedrijfsorganisatorische In de luchtvaartsector speelt concurrentie een grote rol, waardoor ontwikkelingen onder meer kostenreductie aan de orde is. Vanwege verdere opsplitsing en afbakening van werkzaamheden worden steeds meer werkzaamheden verricht door monteurs op lagere niveaus (bijv. met een A-licentie) die voorheen door monteurs met een B-licentie werden uitgevoerd. De omvang van de groep beroepsbeoefenaren kan dus gaan toenemen. internationale In de luchtvaartsector is sprake van verdere en toenemende interontwikkelingen nationalisering en liberalisering. Dit heeft onder meer invloed op concurrentie. Steeds meer luchtvaartmaatschappijen en ondernemingen herstructureren of zijn geherstructureerd, waardoor onderhoudswerkzaamheden met minder werknemers worden uitgevoerd. loopbaanmogelijkheden De beroepsbeoefenaar kan op basis van ervaring, bij- en opscholing doorstromen naar de functie van: • Vliegtuigonderhoudstechnicus mechanisch, elektrisch (Categorie B1) • Vliegtuigonderhoudstechnicus avionisch, elektrisch (Categorie B2)
KERNTAKEN VAN HET BEROEP 1. Verricht lijninspecties 2. Verricht lijnonderhoud 3. Autoriseert door hem zelf verrichte werkzaamheden
KERNTAAK 1 Verricht lijninspecties proces
De beroepsbeoefenaar verricht lijninspecties aan vliegtuigen, zoals voorgeschreven in goedgekeurde onderhoudsprogramma’s of maintenance manuals, voor de typen vliegtuigen die vallen binnen zijn bevoegdheden en licenties. Hij inspecteert met name een beperkt aantal standaard mechanische en elektrische onderdelen en componenten van vliegtuigen. Tevens verricht de beroepsbeoefenaar onder toezicht ondersteunende werkzaamheden ten behoeve van inspecties voor grootonderhoud in de hangar. Ten behoeve van inspecties leest hij de voorgeschreven documenten zoals maintenance manuals, taakkaarten, standaardchecklists en handleidingen. Hij volgt deze nauwkeurig op, zodat niets over het hoofd wordt gezien. De inspectietaken van de beroepsbeoefenaar richten zich op die onderdelen waarvoor de beroepsbeoefenaar geautoriseerd is werkzaamheden te verrichten. Hierbij let hij op onder andere beschadigingen, lekkages en afwijkingen. Stuit de beroepsbeoefenaar op afwijkingen of onregelmatigheden die werkzaamheden vereisen die buiten zijn eigen bevoegdheden liggen, informeert hij tijdig de daarvoor bevoegde persoon in de organisatie. De beroepsbeoefenaar registreert alle klachten en afwijkingen in het logboek van het vliegtuig. De lijninspectie vindt plaats op locatie. rol/verantwoordelijkhed De beroepsbeoefenaar werkt zelfstandig. Hij vervult zowel een conen trolerende als uitvoerende rol. Hij is verantwoordelijk voor zijn eigen werkzaamheden. complexiteit De complexiteit van het verrichten van lijninspecties aan vliegtuigen wordt met name bepaald door de volgende factoren: • de benodigde besluitvaardigheid; • het benodigde procesmatig inzicht; • de diversiteit aan documenten, inspectiekaarten, taakkaarten, e.d.; • de diversiteit aan onderdelen en componenten die worden geïnspecteerd. De beroepsbeoefenaar werkt zowel alleen als in een team. De bebetrokkenen roepsbeoefenaar heeft contact met de voor de werkzaamheden verantwoordelijke personen in de organisatie, leidinggevende, collega’s van de eigen en diverse andere afdelingen en flightcrews. (hulp-) middelen Alle gangbare relevante gereedschappen en hulpmiddelen. kwaliteit De beroepsbeoefenaar verricht lijninspecties op de juiste (voorgeschreven) manier. Hij dient hierbij rekening te houden met alle relevante documenten en instructievoorschriften. Dit vereist een goed inzicht in alle geldende procedures, richtlijnen en bevoegdheden. De werkzaamheden moeten zorgvuldig, nauwkeurig, systematisch en binnen een relatief korte tijdsperiode worden uitgevoerd. keuzes en dilemma’s Alle werkzaamheden worden verricht volgens vastgelegde (wettelijke) procedures en voorschriften. Gezien deze strakke context is er geen ruimte voor keuzes en dilemma’s.
KERNTAAK 2 proces
Verricht lijnonderhoud
Op basis van voorgeschreven richtlijnen verricht de beroepsbeoefenaar lijnonderhoud aan vliegtuigen. Hierbij verricht de beroepsbeoefenaar uitsluitend die onderhoudstaken die binnen zijn licentie vallen, zoals vastgelegd in wetgeving. Het lijnonderhoud bestaat enerzijds uit het verhelpen van bij de lijninspectie aangetroffen afwijkingen, anderzijds uit het vervangen van vliegtuigonderdelen en componenten, die volgens vast omschreven normen dienen te worden vernieuwd, evenals het smeren en schoonmaken van onderdelen en componenten. Het betreft standaard handelingen en werkzaamheden met name op mechanisch gebied en enkele eenvoudige standaard handelingen op elektrisch gebied. Tevens verricht de beroepsbeoefenaar onder toezicht ondersteunende werkzaamheden ten behoeve van grootonderhoud in de hangar. Ten behoeve van de werkzaamheden verricht de beroepsbeoefenaar (de)montagewerkzaamheden aan vliegtuigonderdelen en componenten. De beroepsbeoefenaar is hierbij (wettelijk) geautoriseerd om een beperkt aantal werkzaamheden uit te voeren, hij moet zich hier nauwgezet aan houden. De beroepsbeoefenaar registreert al zijn onderhoudswerkzaamheden in het logboek van het vliegtuig. Daarnaast houdt de beroepsbeoefenaar de gebruikte materialen en onderdelen bij en scheidt de restmaterialen en afvalstoffen volgens voorschriften. Het verrichten van lijnonderhoud vindt op plaats locatie. rol/verantwoordelijkhed De beroepsbeoefenaar werkt zelfstandig. Hij vervult zowel een conen trolerende als uitvoerende rol. Hij is verantwoordelijk voor zijn eigen werkzaamheden. complexiteit De complexiteit van het verrichten van lijnonderhoud wordt met name bepaald door de volgende factoren: • de benodigde besluitvaardigheid; • het benodigde procesmatig inzicht; • de diversiteit aan documenten, inspectiekaarten, taakkaarten, e.d.; • de diversiteit aan onderdelen, componenten en systemen waaraan wordt gewerkt. betrokkenen De beroepsbeoefenaar werkt zowel alleen als in een team. De beroepsbeoefenaar heeft contact met de voor de werkzaamheden verantwoordelijke personen in de organisatie, leidinggevende, collega’s van de eigen en diverse andere afdelingen en flightcrews. (hulp-) middelen Alle gangbare relevante gereedschappen en hulpmiddelen. kwaliteit De beroepsbeoefenaar verricht het lijnonderhoud op de juiste (voorgeschreven) manier. Hij dient hierbij rekening en overzicht te houden op alle relevante documenten en instructievoorschriften. Dit vereist een goed inzicht in alle geldende procedures, richtlijnen en bevoegdheden. De werkzaamheden moeten zorgvuldig, nauwkeurig, systematisch en binnen een relatief korte tijdsperiode worden uitgevoerd. keuzes en dilemma’s Alle werkzaamheden worden verricht volgens vastgelegde (wettelijke) procedures en voorschriften. Gezien deze strakke context is er geen ruimte voor keuzes en dilemma’s.
KERNTAAK 3
Autoriseert door hem zelf verrichte werkzaamheden
proces
In het geval van lijninspectie en lijnonderhoud verklaart de beroepsbeoefenaar nadat hij zijn eigen werkzaamheden heeft uitgevoerd de vliegtuigonderdelen, componenten en systemen ‘gereed voor gebruik’ door het afgeven van een ‘certificate of release to service’ voor de werkzaamheden die hij zelf heeft verricht. Hij verklaart hiermee dat de eigen werkzaamheden naar behoren en volgens de juiste procedures zijn uitgevoerd, al zijn werkzaamheden zijn afgesloten en de administratie volgens de procedures is afgewerkt. De beroepsbeoefenaar parafeert alle gecontroleerde en juist bevonden activiteiten en handelingen en registreert dit in daartoe voorgeschreven administratieve systemen. Eventuele onvolkomenheden registreert hij en communiceert hij met zijn direct leidinggevende. Het autoriseren van verrichte werkzaamheden vindt op locatie plaats. rol/verantwoordelijkhed De beroepsbeoefenaar werkt zelfstandig. Hij is bevoegd tot het auen toriseren van zijn eigen werkzaamheden. complexiteit
betrokkenen
(hulp-) middelen kwaliteit
keuzes en dilemma’s
De complexiteit van het autoriseren van verrichte werkzaamheden wordt met name bepaald door de volgende factoren: • de benodigde besluitvaardigheid; • het benodigde procesmatig inzicht; • de diversiteit aan documenten, inspectiekaarten, taakkaarten, e.d.; • de diversiteit aan onderdelen, componenten en systemen waaraan wordt gewerkt. De beroepsbeoefenaar werkt zowel alleen als in een team. De beroepsbeoefenaar heeft contact met de voor de werkzaamheden verantwoordelijke personen in de organisatie, leidinggevende, collega’s van de eigen en diverse andere afdelingen en flightcrews. Alle gangbare relevante gereedschappen en hulpmiddelen. De beroepsbeoefenaar autoriseert verrichte werkzaamheden voorzover het werkzaamheden betreft die binnen zijn autorisatiebevoegdheden liggen. Hij dient hierbij rekening en overzicht te houden op alle relevante documenten, instructievoorschriften, richtlijnen en procedures. Dit vereist een goed inzicht in alle geldende procedures, richtlijnen en bevoegdheden. De werkzaamheden moeten zorgvuldig, nauwkeurig, systematisch en binnen een relatief korte tijdsperiode worden uitgevoerd. Alle werkzaamheden worden verricht volgens vastgelegde (wettelijke) procedures en voorschriften. Gezien deze strakke context is er geen ruimte voor keuzes en dilemma’s.