Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat Resultaten eindmeting gemeente Breda Stadsrapportage
Opdrachtgever: Ministerie van Economische Zaken
ECORYS Nederland BV Kirsten Guijaux Damo Holt Arjan Koopman
Rotterdam, 12 mei 2005
SvdM/TS ii12347
ECORYS Nederland BV Postbus 4175 3006 AD Rotterdam Watermanweg 44 3067 GG Rotterdam T 010 453 88 00 F 010 453 07 68 E
[email protected] W www.ecorys.nl K.v.K. nr. 24316726
Inhoudsopgave
1 Inleiding 1.1 Achtergrond 1.2 Stadsrapportage 1.3 Beknopte onderzoeksverantwoording 1.4 Leeswijzer
7 7 7 8 8
2 Beschouwing ondernemingsklimaat gemeente Breda 2.1 Ondernemingsklimaat in vogelvlucht 2.2 Doelstellingen 2.3 Algemene tendensen 2.4 Uitwerking naar thema 2.4.1 Ondernemerschap 2.4.2 Kansrijke sectoren en clusters 2.4.3 Overig
11 11 14 15 15 15 16 16
3 Organisatie economisch beleid
19
4 Gemeentelijke dienstverlening 4.1 Dienstverlening 4.2 Communicatie 4.3 Vergunningen 4.4 Lokale lasten 4.5 Aanpak strijdige regelgeving
21 21 22 22 23 24
5 Ondernemerschap 5.1 Startersbeleid 5.2 Arbeidsmarktbeleid 5.3 Etnisch ondernemerschap
25 25 25 26
6 Acquisitie- en promotiebeleid
27
7 Ruimte, infrastructuur en veiligheid 7.1 Ruimtelijk beleid 7.2 Bereikbaarheid en parkeren 7.3 Veiligheid
29 29 30 31
8 Voorzieningen
33
Bijlage 1
35
Achtergrondkenmerken
Omvang steekproef eindmeting Achtergronddata bij figuren Bijlage 2
Statistische verantwoording
35 37 41
1 Inleiding
1.1
Achtergrond Het Ministerie van Economische Zaken (EZ) heeft als belangrijkste taak het zorgen voor een goed functionerende Nederlandse economie met een krachtige en dynamische marktsector, die kan concurreren met het buitenland. Een goed ondernemingsklimaat is daarbij van groot belang, zodat bedrijven optimaal kunnen worden gefaciliteerd en gestimuleerd in hun bedrijfsvoering. In het kader van het Grotestedenbeleid (GSB) streeft het Rijk sinds het midden van de jaren ‘90 via een interdepartementale inspanning naar verbetering van het woon-, leef- en ondernemingsklimaat in specifiek de grote steden. Deze vormen een belangrijke motor van de (inter)nationale economie. Maar hoe ontwikkelt zich de situatie in de steden? Het Ministerie van EZ verzorgt in dit kader een tweejaarlijkse monitor van de kwaliteit van het ondernemingsklimaat in deze grote steden: de Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat (BGO). In 1999/2000 heeft de nulmeting plaatsgevonden en in 2001/2002 een tussenmeting. Het Ministerie van EZ heeft ECORYS Nederland BV gevraagd een eindmeting 2004/2005 uit te voeren. Kern van het benchmarkonderzoek is een telefonische enquête onder ondernemers naar hun waardering en wensen met betrekking tot het ondernemingsklimaat. Om de resultaten van deze enquête beter te kunnen interpreteren, het verhaal achter de cijfers, is een aantal interviews gehouden met stakeholders. Voorbeelden van stakeholders zijn onder andere grote ondernemers en vertegenwoordigers van de Kamer van Koophandel, MKB, VNONCW etc. Daarnaast is de gemeente zelf een belangrijke informatiebron. Iedere gemeente heeft informatie verstrekt door het invullen van een vragenlijst en deelname aan een interview.
1.2
Stadsrapportage Het rapport Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat. Thematische rapportage eindmeting (2005) doet uitgebreid verslag van de uitkomsten van de eindmeting. De eindmeting is uitgevoerd in de periode november 2004 tot en met april 2005 en vergelijkt deze met de resultaten van de nul- en tussenmeting. De invalshoek van de thematische rapportage is generiek: het in de 30 GSB-gemeenten in beeld brengen van het ondernemingsklimaat, de relatieve onderlinge sterktes en zwaktes en de ontwikkelingen daarin. Deze invalshoek heeft tot gevolg dat niet al het per
Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat
7
individuele gemeente beschikbare onderzoeksmateriaal in de rapportage is verwerkt. Om deze reden is de voorliggende stadsrapportage uitgebracht. Dit stadsrapport bevat een korte beschouwing van het gemeentelijk ondernemingsklimaat dat is gebaseerd op de uitkomsten van de telefonische enquête onder ondernemers in de gemeente, de interviews met stakeholders en de door de gemeente verstrekte informatie.
1.3
Beknopte onderzoeksverantwoording Voor de telefonische enquête onder ondernemers is binnen elke gemeente een aselecte steekproef van bedrijven getrokken1. Omdat elke steekproef gevoelig is voor toevallige fluctuaties is er sprake van een betrouwbaarheidsmarge rond de gegeven rapportcijfers. Deze marge verschilt per item, maar bedraagt in het algemeen maximaal 0,2 rapportpunt, bij een nagestreefde betrouwbaarheid van 90%. Een uitzondering vormen de items waarbij slechts een beperkt aantal respondenten een beoordeling heeft gegeven (m.n. over vergunningverlening en etnisch ondernemerschap). Daarom zijn deze onderzoeksresultaten indicatief (n-waarden zijn toegevoegd). De onderzoeksresultaten zijn gewogen naar de brancheverdeling van de totale gemeentelijke bedrijvenpopulatie. Statistisch significante verbeteringen en verslechteringen van een rapportcijfer ten opzichte van de nulmeting worden in de tabellen aangegeven door een opwaartse (↑) respectievelijk een neerwaartse pijl (↓).
1.4
Leeswijzer •
•
•
1
8
Hoofdstuk 2 geeft een beschouwing van het ondernemingsklimaat in de gemeente weer. Hierin wordt ingegaan op het algemeen oordeel van ondernemers over het ondernemingsklimaat en geeft inzicht in een selectie van belangrijke onderdelen van het ondernemingsklimaat. Ook wordt een beeld geschetst van de mate waarin de door de gemeente geformuleerde doelstellingen wel of niet worden gehaald. Tot slot wordt ingegaan op de algemene tendensen uit de gesprekken met de gemeente en stakeholders ten aanzien van een aantal thema’s. De volgende zes hoofdstukken geven de rapportcijfers op de verschillende onderdelen van het ondernemingsklimaat weer. De volgorde van de hoofdstukken sluit aan bij die van de thematische rapportage van de eindmeting: • Organisatie economisch beleid (hoofdstuk 3); • Gemeentelijke dienstverlening (hoofdstuk 4); • Ondernemerschap (hoofdstuk 5); • Acquisitie- en promotiebeleid (hoofdstuk 6); • Ruimte, infrastructuur en veiligheid (hoofdstuk 7); • Voorzieningen (hoofdstuk 8). Bijlage 1 geeft de verdeling van de gemeentelijke ondernemersstreekproef over een aantal achtergrondkenmerken weer en laat de achterliggende data zien die horen bij de figuren in de rapportage. Voor een uitgebreidere statistische verantwoording wordt verwezen naar het Bijlagerapport thematische rapportage, hoofdstuk 2.
Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat
•
In Bijlage 2 is de statistische verantwoording opgenomen. Hierin staat ook de populatie, de steekproef en de weegfactor van de gemeente.
Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat
9
10
Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat
2 Beschouwing ondernemingsklimaat gemeente Breda
2.1
Ondernemingsklimaat in vogelvlucht Onderstaande tabel geeft inzicht in het oordeel van ondernemers in de gemeente Breda over het ondernemingsklimaat tijdens de nul-, tussen- en eindmeting. De gemeente Breda wordt vergeleken met het gemiddelde van de G30.
Tabel 2.1
Algemeen oordeel ondernemingsklimaat Nulmeting
Tussenmeting
Eindmeting
Breda
6,7
6,9 ↑
6,7
G30
6,4
6,6
6,5
Uit de tabel blijkt dat ondernemers het ondernemingsklimaat in de gemeente Breda even hoog waarderen als tijdens de nulmeting. De eerdere stijging is niet doorgezet. De gemeente Breda scoort standaard wel hoger dan het G30-gemiddelde. Om in één oogopslag een beeld te krijgen van de ontwikkeling van de gemeente Breda op het totale ondernemingsklimaat, is in onderstaande tabel een overzicht gegeven van de ondernemersoordelen op een selectie van de belangrijkste indicatoren. De nul-, tussen- en eindmeting zijn naast elkaar gezet en in de laatste kolom is de ontwikkeling weergegeven. Tabel 2.2
Oordeel selectie belangrijkste indicatoren ondernemingsklimaat Breda Nulmeting Algemeen oordeel ondernemingsklimaat Beschikbare ruimte
6,7 5,9
Tussenmeting 6,9 ↑ 6,5 ↑
Eindmeting
Ontwikkeling
6,7
=
6,7 ↑
+
Bereikbaarheid per auto
7,3
7,4
7,3
=
Parkeermogelijkheden
6,7
6,7
6,6
=
Bereikbaarheid per openbaar vervoer
6,7
6,7
6,4 ↓
-
-
6,1
6,3 ↑
+
6,6
6,5
6,9 ↑
+
Kwaliteit woonomgeving
-
7,4
7,1 ↓
-
Kwaliteit aanbod recreatieve voorzieningen
-
7,3
6,7 ↓
-
Kwaliteit aanbod publieke diensten
-
7,1
6,9 ↓
-
Veiligheid omgeving bedrijfspand Staat van openbare ruimte
Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat
11
Nulmeting
Tussenmeting
Startersbeleid
6,3
6,3
6,3
=
Promotie- en acquisitiebeleid
6,4
6,5
6,1 ↓
-
Arbeidsmarktbeleid
6,5
6,7
6,1 ↓
-
Duidelijkheid gemeentelijke organisatie
5,9
6,3
5,9
=
Kwaliteit gemeentelijke dienstverlening
6,1
Eindmeting
6,4 ↑
Ontwikkeling
6,1
=
Duidelijkheid gemeentelijk beleid/regelgeving
5,7
5,9
5,7
=
Lokale lasten
5,6
5,9
5,6
=
Legenda: Verschil nul- en eindmeting kleiner of gelijk aan -0,2 en/of statistisch significante daling
:-
Verschil nul- en eindmeting tussen -0,1 en +0,1 mits geen statistisch significante stijging of daling
:=
Verschil nul- en eindmeting groter of gelijk aan +0,2 en/of statistisch significante stijging
:+
Uit bovenstaande tabel blijkt dat de gemeente Breda relatief goed scoort op de fysiekruimtelijke aspecten van het ondernemingsklimaat (met name bereikbaarheid per auto, staat openbare ruimte, beschikbare ruimte en parkeren), het woonklimaat en de aanwezige voorzieningen. De waardering voor de meer ‘zachte’ economische beleids- en dienstverleningsfactoren blijft hierbij achter. Deze scores laten veelal een belangrijke teruggang zien ten opzichte van de tussenmeting, maar komen rond hetzelfde niveau uit als tijdens de nulmeting. De waardering van het promotie- en acquisitiebeleid en het arbeidsmarktbeleid scoort in de eindmeting echter duidelijk lager dan in de nulmeting. Ook de waardering voor de toch goed scorende voorzieningen gaat per saldo achteruit. Het oordeel van ondernemers over de beschikbare ruimte voor bedrijventerreinen, de veiligheid van de omgeving van het bedrijfspand en de staat van de openbare ruimte heeft zich wel positief ontwikkeld. Opvallend is de sterk positieve ontwikkeling van de waardering voor de beschikbare ruimte. De waardering van ondernemers is gelijk gebleven voor zaken als het startersbeleid, de kwaliteit en duidelijkeheid van de gemeentelijke dienstverlening en de organisatie van het gemeentelijk beleid. Ondernemers is gevraagd welke twee elementen voor hen het zwaarste wegen bij het beoordelen van het ondernemingsklimaat (zie figuur 2.1). Uit figuur 2.1 blijkt dat ondernemers in Breda de dienst- en vergunningverlening en de bestuurlijke organisatie van het economisch beleid relatief het belangrijkste vinden. In vergelijking met de G30 als geheel wegen ondernemers in de gemeente Breda verkeer & parkeren en de communicatie door de gemeente relatief minder vaak mee.
12
Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat
Figuur 2.1
2
Belangrijkste elementen bij beoordelen ondernemingsklimaat
Dienstverlening en vergunningverlening Bestuurlijke organisatie economisch beleid Ruimtelijk beleid Verkeersbeleid en parkeren Communicatie door de gemeente Lokale lasten Woonklimaat Bedrijven-acquisitiebeleid Arbeidsmarktbeleid Startersbeleid Anders Aanbod recreatieve voorzieningen Aanbod publieke diensten Weet niet/geen antw oord 0%
4%
8% Breda
12%
16%
20%
24%
G30
Uit figuur 2.2 blijkt dat het merendeel van de Bredase ondernemers vindt dat de aandacht voor het ondernemingsklimaat de afgelopen twee jaar gelijk is gebleven. In vergelijking met de G30 als geheel geven ondernemers in Breda wat vaker aan dat de aandacht van de gemeente voor het ondernemingsklimaat is toegenomen.
2
De ondernemers zijn gevraagd de twee voor hen belangrijkste elementen te noemen
Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat
13
Figuur 2.2
Toe- of afname aandacht ondernemingsklimaat gedurende laatste 2 jaar
Toegenomen
Niet veranderd
Afgenomen Weet niet/geen antw oord 0%
10%
20%
30% Breda
2.2
40%
50%
60%
G30
Doelstellingen Na de nulmeting van de Benchmark hebben alle G30-gemeenten aangrijpingspunten benoemd om het ondernemingsklimaat te verbeteren. Voor deze aangrijpingspunten zijn in 2004 te behalen doelstellingen geformuleerd. Voor de doelstellingen die zijn uitgedrukt in te behalen rapportcijfers, zijn in onderstaande tabel voor de gemeente Breda de scores van de nul-, tussen- en eindmeting alsmede de in 2004 te behalen score opgenomen.
Tabel 2.3
Doelstellingen naar aanleiding van vorige benchmark Doelstelling
Nulmeting
Tussen-
Eindmeting
Doel 2004
meting Informatie over beleid en regelgeving
6,0
6,4
5,8 ↓
6,3
Duidelijkheid gemeentelijk beleid en regelgeving
5,7
5,9
5,7
6,3
Externe communicatie bij vergunningaanvragen
6,0
6,1
5,7 ↓
6,4
Startersbeleid
6,3
6,3
6,3
6,5
Beschikbaarheid geschikte bedrijfslocaties
5,9
6,5
6,7 ↑
6,4
Ontwikkeling en herstructurering bedrijfslocaties
6,3
6,6
6,0 ↓
6,5
Bewegwijzering
6,4
6,8
6,6 ↑
7,0
Ontsluiting
6,3
6,9
7,0 ↑
6,6
Staat van openbare ruimte
6,6
6,5
6,9 ↑
6,8
Toeristisch beleid
6,7
6,8
6,4 ↓
7,1
Geconcludeerd kan worden dat de gemeente Breda op drie onderdelen haar doelstellingen heeft behaald, namelijk beschikbaarheid van geschikte bedrijfslocaties, ontsluiting en staat van de openbare ruimte. Op vier onderdelen waarop doelstellingen zijn geformuleerd, heeft Breda een achteruitgang zien. In het geval van de bewegwijzering is de stijging ten opzichte van de nulmeting niet voldoende geweest om de doelstelling te behalen. De waardering voor de duidelijkheid van het gemeentelijk beleid en de regelgeving ligt de score op hetzelfde niveau als tijdens de nulmeting.
14
Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat
2.3
Algemene tendensen In de eindmeting is de gemeenten gevraagd op welke economische thema’s uit het Meerjarenontwikkelingsprogramma (MOP) tot dan toe de meeste dan wel minste vooruitgang is geboekt. De resultaten zijn opgenomen in tabel 2.4.
Tabel 2.4
MOP-thema’s met meeste en minste vooruitgang (volgens de gemeente zelf) Meeste vooruitgang geboekt
Minste vooruitgang geboekt
Profiel dienstverlening
Werkgelegenheid
Verbeteren toeristische functie
De stakeholders hebben aangegeven wat naar hun mening de beste prestaties van de gemeente Breda zijn ten aanzien van het gemeentelijk economisch beleid van de afgelopen 2 jaar en over welke prestaties zij minder tevreden zijn. Als beste prestaties werden genoemd de ontwikkeling van een toekomstvisie, het aantrekkelijker maken van de binnenstad, de acquisitie van bedrijven, het Spoorzone project, de reorganisatie van de gemeente en de communicatie tussen de gemeente en het bedrijfsleven. De stakeholders zijn minder tevreden over het parkmanagement, de beveiliging van bedrijventerreinen, de afgenomen regionale samenwerking en verkokering en trage besluitvorming binnen de gemeente. De stakeholders zijn redelijk positief over de gemeentelijke dienstverlening. De stakeholders beoordelen de prestaties van de gemeente Breda op het gebied van toeristisch beleid minder positief dan de gemeente, mede door het volgens de stakeholders tegenvallende nieuwe evenementenbeleid van de gemeente. De werkgelegenheid is geen aandachtspunt van de stakeholders. De stakeholders zijn zeer tevreden over de binnenstad van Breda en de woonomgeving. Bereikbaarheid en ontsluiting worden ook hoog gewaardeerd door de stakeholders.
2.4 2.4.1
Uitwerking naar thema Ondernemerschap Startersbeleid De waardering van ondernemers voor het startersbeleid in Breda is hoger dan het gemiddelde van de G30. Het Bredase rapportcijfer is gelijk gebleven ten opzichte van de nulmeting. Volgens de stakeholders is het startersbeleid niet zozeer een taak van de gemeente, maar meer van de Kamer van Koophandel. Wel schept de gemeente Breda de juiste randvoorwaarden en heeft geparticipeerd in een project voor allochtone starters. Dit wordt positief gewaardeerd door de stakeholders. Het beperken van het startersbeleid tot specifieke in plaats van alle starters vinden de stakeholders ook goed. Het startersbeleid wordt in belangrijke mate samen met de REWIN vormgegeven. Er is ook een apart pand geopend voor starters in de creatieve industrie (Triple-O project). Behalve het bieden van
Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat
15
ruimte, zorgt dit project ook voor contact met en coaching van ondernemers. Dit vinden de stakeholders een goed initiatief. Arbeidsmarkt- en kennisbeleid Het rapportcijfer van de Bredase ondernemers over het arbeidsmarktbeleid is de afgelopen jaren gedaald. Het cijfer is meer achteruitgegaan dan het gemiddelde van de G30. De stakeholders vinden dat de gemeente in hogere mate sturend zou moeten optreden om het aanbod van onderwijs beter af te stemmen op de behoefte van bedrijven aan geschikt personeel. De gemeente geeft aan dat de initiatieven op dit punt versterkt worden. Etnisch ondernemerschap De ondernemers in Breda beoordelen het beleid voor stimulering van etnisch ondernemerschap lager dan het G30-gemiddelde. De gemeente Breda geeft echter aan geparticipeerd te hebben in een project voor allochtone starters. Dit wordt door de stakeholders positief gewaardeerd. Het beleid is er nu op gericht deze doelgroep te bedienen via het reguliere starters- en bredere economische beleid (in samenwerking met de Kamer van Koophandel). 2.4.2
Kansrijke sectoren en clusters Acquisitie- en promotiebeleid Het acquisitie- en promotiebeleid wordt door ondernemers in de gemeente Breda hoger gewaardeerd dan het gemiddelde van de G30 steden. Het rapportcijfer is sinds de nulmeting wel achteruitgegaan en relatief meer gedaald dan het cijfer voor de G30 gemiddeld. Ter compensatie voor het vertrek van een aantal vooral industriële bedrijven uit Breda, heeft de gemeente zich ingezet om nieuwe, toonaangevende bedrijven aan te trekken. De gemeente richt zich hiervoor met name op kennisgerichte bedrijven. Dit initiatief van de gemeente wordt door de stakeholders als één van de beste prestaties van de gemeente Breda van de afgelopen jaren gezien.
2.4.3
Overig Gemeentelijke organisatie en dienstverlening Het algemeen oordeel van Bredase ondernemers over de gemeentelijke dienstverlening is gelijk aan het rapportcijfer ten tijde van de nulmeting en hoger dan het gemiddelde van de G30. De gemeente heeft gewerkt aan de inrichting van een bedrijvenloket en beziet nog de verdere mogelijkheden hiervoor. De waardering van de stakeholders voor de dienstverlening van de gemeente Breda is niet zo goed. Deze matige dienstverlening is volgens de stakeholders te wijten aan de verkokering binnen de gemeente en het gebrek aan efficiëntie en klantvriendelijkheid. Ook de besluitvorming is in de ogen van de stakeholders langzaam.Om deze redenen vinden de stakeholders de afgekondigde reorganisatie een positieve ontwikkeling.
16
Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat
De stakeholders beoordelen de communicatie van de gemeente richting het bedrijfsleven positief. Een suggestie van de stakeholders is dat de gemeente meer gebruik zou kunnen maken van het internet. Op dit moment staat er nog te weinig informatie voor ondernemers op de website van de gemeente Breda. Volgens de stakeholders is er een goede overlegstructuur tussen de gemeente en het bedrijfsleven. Ruimte, infrastructuur en veiligheid Het rapportcijfer van de Bredase ondernemers voor beschikbare ruimte is hoger dan het gemiddelde voor de G30 en is sterk gestegen ten opzichte van de nulmeting. De waardering van ondernemers voor het beleid ten aanzien van de ontwikkeling en herstructurering van bedrijfslocaties is afgenomen ten opzichte van de nulmeting en gelijk aan het rapportcijfer voor de G30 gemiddeld. De stakeholders vinden dat er voldoende aandacht is voor de ontwikkeling van bedrijfslocaties. Eigenlijk vindt men dat hierdoor te weinig aandacht wordt besteed aan leegstand. Volgens de stakeholders is er een slechte opvang van leegstand van oude bedrijfspercelen. De gemeente zou hier het beleid beter op moeten afstemmen. Ook vinden de stakeholders dat de gemeente meer druk zou moeten leggen op het verbeteren van de beveiliging van met name bedrijventerreinen.Het oordeel over veiligheid van de bedrijfsomgeving is lager dan het G30 gemiddelde maar wel toegenomen sinds de tussenmeting. De gemeente heeft hierin volgens de stakeholders een te afwachtende houding. De gemeente heeft inmiddels echter wel diverse KVO-trajecten ingezet. Over het parkmanagement zijn de stakeholders ook niet zo tevreden omdat de gemeente in hun ogen het niet aandurft om de verantwoordelijkheid over te dragen aan de ondernemers. Op bedrijventerrein Steenakker is de gemeente bezig met een pilot voor de invoering van parkmanagement. Voor andere terreinen zijn wel plannen, maar nog geen acties in uitvoering, omdat eerst de resultaten van de pilot wordt afgewacht. De gemeente draagt in de pilot de taken over aan de Stichting Parkmanagement, welke het verder oppakt. De stakeholders zijn wel positief over de bereikbaarheid van bedrijfspanden en de ontsluiting, met name door de goede ligging ten opzichte van grote ontsluitingswegen en de nabijheid van andere grote steden als Antwerpen en Rotterdam. De ondernemers in Breda waarderen de bereikbaarheid per auto net zo hoog als tijdens de nulmeting en dit onderdeel scoort beter dan in de G30 gemiddeld. Het Spoorzone project is volgens de stakeholders ook één van de beste prestaties van de gemeente. De invulling van oude bedrijfspercelen is volgens de stakeholders echter slecht. Zij vinden dat er iets aan deze leegstand moet worden gedaan. Zij voeren echter als reden hiervoor aan dat de gemeente geen belang heeft bij het vullen van de lege panden, aangezien dat minder geld opbrengt dan de ontwikkeling van nieuwe terreinen. Voorzieningen De binnenstad van Breda wordt door de ondernemers goed gewaardeerd. Ook de gemeente geeft aan dat op dit punt belangrijke vooruitgang is geboekt. Een van de meest in het oog springende initiatieven is het Chassé Park. Ook het gerealiseerde dwaalmilieu/’t Sas wordt genoemd. Momenteel wordt verder gewerkt aan het terugbrengen van het water in de stad.
Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat
17
Het toeristische beleid van Breda krijgt een iets hoger rapportcijfer van de ondernemers dan het gemiddelde in de G30. Deze waardering is echter lager dan het cijfer dat de Bredase ondernemers aan dit onderdeel toekenden ten tijde van de nulmeting. De stakeholders vinden dat het toeristische beleid van Breda te wensen over laat. Het is volgens hen geen prioriteit voor de gemeente. De gemeente geeft aan onder meer te werken aan de ontwikkeling van een toeristisch-recreatieve voorziening op de Bavelse Berg. De stakeholders zijn wel positief gestemd over het feit dat het Retailplatform nieuw leven is ingeblazen door de gemeente en de Kamer van Koophandel. Dit platform is een overlegorgaan tussen de gemeente, de Kamer en de ondernemers in Breda. Het evenementenbeleid van de gemeente Breda heeft volgens de stakeholders nog te weinig resultaat gehad, mede door het gebrek aan financiële middelen dat de gemeente er aan uit kan geven. De stakeholders vinden dit niet goed voor het imago van de stad.
18
Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat
3 Organisatie economisch beleid
Tabel 3.1
Rapportcijfers ondernemers over gemeentelijke organisatie Nulmeting
Tussenmeting
Eindmeting
Duidelijkheid organisatie
5,9
6,3
Aandacht verbeteren ondernemingsklimaat
6,0
6,4 ↑
5,7 ↓
Inlevingsvermogen bestuurders
5,4
5,9
5,6 ↑
Regionale samenwerking
6,0
6,1
6,0
Duidelijkheid organisatie
5,7
5,9
5,8
Aandacht verbeteren ondernemingsklimaat
5,7
5,8
5,6
Inlevingsvermogen bestuurders
5,2
5,4
5,3
Regionale samenwerking
5,9
6,1
5,9
Breda 5,9
G30
Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat
19
20
Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat
4 Gemeentelijke dienstverlening
4.1 Tabel 4.1
Dienstverlening Rapportcijfers ondernemers over kwaliteit van de gemeentelijke dienstverlening Nulmeting
Tussenmeting
Eindmeting
Breda Algemeen oordeel dienstverlening
6,1
6,4 ↑
6,1
Nakomen afspraken
6,3
6,6
6,1 ↓
Snelheid beantwoorden verzoeken
5,5
5,8
5,2 ↓
Kennisniveau ambtenaren
6,4
6,3
6,0 ↓
Klachtenmogelijkheden
5,8
6,2
6,0 ↑
G30
Tabel 4.2
Algemeen oordeel dienstverlening
5,8
5,9
5,8
Nakomen afspraken
6,1
6,2
6,1
Snelheid beantwoorden verzoeken
5,2
5,3
5,3
Kennisniveau ambtenaren
6,1
6,1
5,9
Klachtenmogelijkheden
5,6
5,8
5,7
Nulmeting
Tussenmeting
Eindmeting
Rapportcijfers ondernemers over loketorganisatie
Breda Openingstijden loket Vindbaarheid loket
7,0 6,9
6,7 ↓
6,5 ↓
6,5 ↓
6,4 ↓
G30 Openingstijden loket
6,2
6,4
6,4
Vindbaarheid loket
6,5
6,3
6,2
Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat
21
4.2 Tabel 4.3
Communicatie Rapportcijfers ondernemers over gemeentelijke informatie en communicatie Nulmeting
Tussenmeting
Eindmeting
Breda Contactmogelijkheden ambtenaren
6,1
6,4
5,9
Telefonische bereikbaarheid
5,6
6,3
6,0 ↑
Contactmogelijkheden bestuurders
5,2
6,0
5,7 ↑
Informatie over beleid/regelgeving
6,0
6,4
5,8 ↓
Duidelijkheid beleid/regelgeving
5,7
5,9
5,7
G30
4.3 Tabel 4.4
Contactmogelijkheden ambtenaren
6,0
6,1
5,9
Telefonische bereikbaarheid
5,6
5,9
5,8
Contactmogelijkheden bestuurders
5,4
5,5
5,5
Informatie over beleid/regelgeving
5,7
5,8
5,8
Duidelijkheid beleid/regelgeving
5,6
5,7
5,6
Nulmeting
Tussenmeting
Eindmeting
-
-
Vergunningen Rapportcijfers bouwv- en milieuvergunning
Rapportcijfer afhandelingsduur
Tabel 4.5
22
6,0 (n=8)
Afhandelingsduur in weken
-
-
15 (n=8)
Rapportcijfer tijdsinzet
-
-
4,3 (n=7)
Tijdsinzet in uren
-
-
90 (n=4)
Percentage lege te hoog
-
-
89,7% (n=8)
Rapportcijfers bouwvergunning Nulmeting
Tussenmeting
Rapportcijfer afhandelingsduur
-
-
Afhandelingsduur in weken
-
-
10 (n=10)
Rapportcijfer tijdsinzet
-
-
5,6 (n=11)
Tijdsinzet in uren
-
-
63 (n=8)
Percentage lege te hoog
-
-
40,9% (n=13)
Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat
Eindmeting 6,3 (n=13)
Tabel 4.6
Rapportcijfer milieuvergunning Nulmeting
Tabel 4.7
Tussenmeting
Eindmeting
Rapportcijfer afhandelingsduur
-
-
4,8 (n=8)
Afhandelingsduur in weken
-
-
22 (n=7)
Rapportcijfer tijdsinzet
-
-
5,1 (n=8)
Tijdsinzet in uren
-
-
105 (n=7)
Nulmeting
Tussenmeting
6,3 (n=11)
7,7 (n=7)
Rapportcijfers parkeervergunning
Rapportcijfer afhandelingsduur
Eindmeting 6,6 (n=5)
Afhandelingsduur in werkdagen
20 (n=11)
5 (n=7)
2 (n=4)
Rapportcijfer tijdsinzet
6,8 (n=10)
7,5 (n=7)
7,7 (n=3)
Tijdsinzet in uren Percentage lege te hoog
1
8 (n=9)
2 (n=7)
1 (n=3)
28,4 % (n=9)
27,1 % (n=6)
13,4% (n=8)
In de nulmeting is gevraagd naar de afhandelingsduur in weken. Op grond van de evaluatie van de nulmeting is dit in de tussenmeting gewijzigd in werkdagen. Voor de vergelijkbaarheid zijn de resultaten van de nulmeting omgerekend in dagen.
2
In de nulmeting is gevraagd naar de tijdsinzet in dagen. In de tussenmeting is dit gewijzigd in uren. De resultaten van de nulmeting zijn voor de vergelijkbaarheid omgerekend in uren.
Tabel 4.8
Rapportcijfers ondernemers over afstemming vergunningverlening Nulmeting
Tussenmeting
Eindmeting
Breda Onderlinge afstemming
5,7 (n=42)
5,7 (n=13)
5,0 (n=27) ↓
Externe communicatie bij vergunningaanvragen
6,0 (n=51)
6,1 (n=13)
5,7 (n=29) ↓
Onderlinge afstemming
5,3
5,3
5,3
Externe communicatie bij vergunningaanvragen
5,6
5,8
5,7
Nulmeting
Tussenmeting
Eindmeting
G30
4.4 Tabel 4.9
Lokale lasten Rapportcijfers ondernemers over lokale lasten
Breda G30
Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat
5,6 5,4
5,9 5,6
5,6 5,3
23
Figuur 4.1
Bekendheid met hoogte OZB
Ja
Nee Weet niet/ geen antw oord 0%
4.5 Tabel 4.10
10%
20%
30% Breda G30
40%
50%
60%
Aanpak strijdige regelgeving Oordeel ondernemers over de mate waarin vooraf helderheid bestond over bouwvoorschriften, milieuvereisten, brandveiligheid, ARBO en voedselveiligheid
24
Bouwvoor-
Milieu-
Brandveilig-
schriften
vereisten
heid
ARBO
Voedselveiligheid
Breda
5,4
5,8
6,0
6,1
5,9
Gemiddelde G30
5,7
5,8
6,1
6,1
6,2
Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat
5 Ondernemerschap
5.1 Tabel 5.1
Tabel 5.2
5.2 Tabel 5.3
Startersbeleid Rapportcijfers ondernemers over startersbeleid Nulmeting
Tussenmeting
Breda
6,3
6,3
Eindmeting
G30
6,0
6,2
6,1
Nulmeting
Tussenmeting
Eindmeting
6,3
Rapportcijfer startersbeleid naar startjaar
1949 of eerder
-
6,5 (n=4)
6,3 (n=7)
1950 tot en met 1979
-
6,7 (n=11)
5,7 (n=13)
1980 tot en met 1989
-
6,3 (n=18)
5,7 (n=15)
1990 tot en met 1994
-
5,8 (n=12)
6,5 (n=11)
1995 tot en met 1999
-
6,7 (n=23)
6,0 (n=13)
2000 tot en met 2004
-
5,6 (n=14)
6,8 (n=27)
Nulmeting
Tussenmeting
Eindmeting
Breda
6,5
6,7
6,1 ↓
G30
6,3
6,4
6,1
Arbeidsmarktbeleid Rapportcijfer ondernemers over arbeidsmarkt
Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat
25
Figuur 5.1
Percentage bedrijven met problemen bij het vervullen van vacatures
Ja
Nee Weet niet/ geen antw oord 0%
10%
20%
30%
40%
50%
Breda
Figuur 5.2
60%
70%
80%
90%
100%
G30
Problemen bij het vervullen van vacatures per soort functie en functieniveau (meerdere antwoorden mogelijk)
Laag functieniveau Uitvoerend/Technisch Financieel/administratief
Midden functieniveau
Verkoop IT/automatisering Leidinggeven/Management
Hoog functieniveau
0%
5.3 Tabel 5.4
26
20%
40%
60%
80%
100%
Etnisch ondernemerschap Rapportcijfers ondernemers over etnisch ondernemerschap Nulmeting
Tussenmeting
Eindmeting
Breda
-
-
4,7 (n=5)
G30
-
-
6,1
Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat
6 Acquisitie- en promotiebeleid
Tabel 6.1
Tabel 6.2
Rapportcijfers ondernemers over acquisitie- en promotiebeleid Nulmeting
Tussenmeting
Eindmeting
Breda
6,4
6,5
6,1 ↓
G30
6,1
6,2
5,9
Nulmeting
Tussenmeting
Eindmeting
-
6,4 (n=77)
6,1 (n=106)
Rapportcijfer acquisitie- en promotiebeleid naar nationaliteit bedrijf
Volledig nationaal bedrijf (alleen actief in Nederland) Nationaal bedrijf met buitenlandse nevenvestigingen
-
6,9 (n=6)
5,1 (n=5)
Internationaal bedrijf met hoofdkantoor in het buitenland
-
6,6 (n=10)
6,4 (n=3)
Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat
27
28
Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat
7 Ruimte, infrastructuur en veiligheid
7.1 Tabel 7.1
Ruimtelijk beleid Rapportcijfers ondernemers over ruimtelijk beleid Nulmeting
Tussenmeting
Eindmeting
Breda Beschikbaarheid bedrijfslocaties
5,9
6,5 ↑
6,7 ↑
Beleid ontwikkeling/herstructurering bedrijfslocaties
6,3
6,6 ↑
6,0 ↓
Bewegwijzering
6,4
6,8 ↑
6,6 ↑
Ontsluiting
6,3
6,9 ↑
7,0 ↑
Staat openbare ruimte
6,6
6,5
6,9 ↑
-
6,1
6,3 ↑
Veiligheid G30 Beschikbaarheid bedrijfslocaties
6,1
6,2
6,4
Beleid ontwikkeling/herstructurering bedrijfslocaties
6,1
6,3
6,0
Bewegwijzering
6,7
6,7
6,5
Ontsluiting
6,3
6,6
6,8
Staat openbare ruimte
6,5
6,6
6,7
-
6,2
6,4
Veiligheid
Figuur 7.1
Percentage ondernemers dat op dit moment voldoende ruimte heeft voor bedrijf
Ja
Nee Weet niet/ geen antw oord 0%
10%
20%
30%
Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat
40%
50%
Breda
Totaal G30
60%
70%
80%
90%
100%
29
Tabel 7.2
Oordeel beschikbaarheid bedrijfslocaties naar vestigingslocatie Nulmeting
Tussenmeting
Eindmeting
-
6,7 (n=35)
6,5 (n=36)
Op een centrumlocatie
7.2 Tabel 7.3
In een woonwijk
-
6,4 (n=53)
6,9 (n=60)
Op een bedrijventerreinlocatie
-
6,5 (n=29)
6,7 (n=23)
Buitengebied/buiten de bebouwde kom
-
5,7 (n=3)
5,9 (n=6)
Elders
-
7,4 (n=4)
- (n=0)
Bereikbaarheid en parkeren Rapportcijfers ondernemers over bereikbaarheid en parkeren Nulmeting
Tussenmeting
Eindmeting
Breda
Bereikbaarheid per auto
7,3
7,4
7,3
Bereikbaarheid per OV
6,7
6,7
6,4 ↓
Parkeermogelijkheden
6,7
6,7
6,6
G30
Tabel 7.4
Bereikbaarheid per auto
6,8
6,9
6,9
Bereikbaarheid per OV
6,3
6,5
6,7
Parkeermogelijkheden
6,1
6,1
6,2
Oordeel parkeermogelijkheid naar vestigingslocatie Nulmeting
Tabel 7.5
Eindmeting
Op een centrumlocatie
-
5,8 (n=37)
6,2 (n=41)
In een woonwijk
-
6,8 (n=66)
6,7 (n=72)
Op een bedrijventerreinlocatie
-
7,2 (n=37)
7,0 (n=45)
Buitengebied/buiten de bebouwde kom
-
4,8 (n=6)
8,0 (n=5)
Elders
-
8,4 (n=4)
6,0 (n=1)
Nulmeting
Tussenmeting
Eindmeting
-
6,6 (n=40)
6,9 (n=41)
Oordeel bereikbaarheid per auto naar vestigingslocatie
Op een centrumlocatie
30
Tussenmeting
In een woonwijk
-
7,6 (n=66)
7,5 (n=72)
Op een bedrijventerreinlocatie
-
7,6 (n=37)
7,6 (n=45)
Buitengebied/buiten de bebouwde kom
-
6,4 (n=6)
7,4 (n=5)
Elders
-
7,5 (n=4)
10 (n=1)
Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat
Tabel 7.6
Oordeel bereikbaarheid per o.v. naar vestigingslocatie Nulmeting
Tussenmeting
Eindmeting
-
7,3 (n=37)
6,6 (n=41)
Op een centrumlocatie
7.3 Figuur 7.2
In een woonwijk
-
7,0 (n=65)
6,7 (n=72)
Op een bedrijventerreinlocatie
-
6,1 (n=35)
6,7 (n=45)
Buitengebied/buiten de bebouwde kom
-
4,5 (n=6)
5,0 (n=5)
Elders
-
7,0 (n=4)
- (n=1)
Veiligheid Aangiftebereidheid ondernemers
Ja, altijd
Ja, soms
Nee Weet niet/ geen antw oord 0%
20%
40% Breda
Figuur 7.3
60%
80%
100%
G30
Redenen waarom ondernemers geen aangifte doen
Het kost me teveel tijd Het levert niets op Ik kan geen moment w eg uit mijn bedrijf Hangt van de situatie af (ernst delict, schade, etc) Lost het zelf op Bang voor represailles Anders 0%
20%
40% Breda
Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat
60%
80%
G30
31
32
Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat
8 Voorzieningen
Tabel 8.1
Rapportcijfers ondernemers gemeentelijk voorzieningen Nulmeting
Tussenmeting
Eindmeting
Breda
Koopzondagen
6,7
6,7
6,4 ↓
Sluitingstijden horeca
6,8
7,0
6,3 ↓
Toeristisch beleid
6,7
6,8
6,4 ↓
Woonomgeving
-
7,4
7,1 ↓
Recreatieve voorzieningen
-
7,3
6,7 ↓
Publieke diensten
-
7,1
6,9 ↓
G30
Figuur 8.1
Koopzondagen
6,2
6,4
6,6
Sluitingstijden horeca
6,7
6,8
6,6
Toeristisch beleid
6,5
6,5
6,3
Woonomgeving
-
7,0
6,9
Recreatieve voorzieningen
-
6,9
6,6
Publieke diensten
-
6,9
6,9
Oordeel aanbod woningen in duurdere segmenten
Zeer goed Goed Niet goed/niet slecht Slecht Zeer slecht Weet niet/ geen antw oord 0%
10%
20%
30% Breda
Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat
40%
50%
60%
G30
33
Figuur 8.2
Oordeel aanbod reguliere eengezinswoningen
Zeer goed Goed Niet goed/niet slecht Slecht Zeer slecht Weet niet/ geen antw oord 0%
10%
20%
30% Breda
34
Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat
G30
40%
50%
60%
Bijlage 1
Achtergrondkenmerken
Omvang steekproef eindmeting Tabel b.1
Verdeling respons naar sector Aantal
Tabel b.2
7
5%
Industrie (inclusief grafische industrie)
7
5%
Bouwnijverheid (inclusief installatiebedrijven)
5
3%
Groothandel
10
6%
Detailhandel en reparatie van consumentenartikelen
52
34%
Horeca
9
6%
Vervoer, opslag en communicatie (inclusief reisbureaus)
3
2%
Financiële dienstverlening
1
1%
Zakelijke dienstverlening, verhuur/handel onroerend goed, verhuur roerende zaken
52
34%
Openbaar bestuur (overheid)
0
0%
Onderwijs, gezondheids- en welzijnszorg (inclusief rijscholen)
1
1%
Cultuur, sport en recreatie
2
1%
Overige dienstverlening (kappers, schoonheidsspecialist, etc)
6
4%
Totaal
155
100
Verdeling respons naar vestigingslocatie Aantal
Op een centrumlocatie
Tabel b.3
%
Land- en tuinbouw, visserij (inclusief hoveniers)
44
%
28%
In een woonwijk
75
48%
Op een bedrijventerreinlocatie
28
18%
Buitengebied/buiten bebouwde kom
7
5%
Elders
1
1%
Totaal
155
100
Aantal
%
Internationaal of nationaal bedrijf
Volledig nationaal bedrijf (alleen actief in Nederland)
143
92%
Nationaal bedrijf met buitenlandse nevenvestigingen
7
5%
Internationaal bedrijf met hoofdkantoor in het buitenland
5
3%
155
100%
Totaal
Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat
35
Tabel b.4
Nationaliteit ondernemer Aantal
Autochtone ondernemer (Nederlands)
91%
Allochtone ondernemer
9
6%
Weet niet/geen antwoord
5
3%
155
100%
Totaal Tabel b.5
Startjaar bedrijf Aantal
16
10%
1950 tot en met 1979
32
21%
1980 tot en met 1989
31
20%
1990 tot en met 1994
20
13%
1995 tot en met 1999
23
15%
2000 tot en met 2004
33
21%
Weet niet/geen mening
0
0%
155
100%
Verdeling respons naar aantal arbeidsplaatsen Aantal
%
1 of minder
57
37%
2 tot en met 5
64
41%
6 tot en met 10
10
6%
11 tot en met 50
15
10%
51 of meer
7
5%
Weet niet/geen mening
2
1%
155
100%
Totaal
36
%
1949 of eerder
Totaal Tabel b.6
%
141
Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat
Achtergronddata bij figuren Tabel b.7
Belangrijkste elementen bij beoordelen ondernemingsklimaat
3
Element
Tabel b.9
12%
12%
Bestuurlijke organisatie economisch beleid
11%
12%
Ruimtelijk beleid
9%
8%
Verkeersbeleid en parkeren (inclusief bereikbaarheid)
9%
13%
Communicatie door de gemeente
8%
11%
Lokale lasten
8%
8%
Woonklimaat
6%
7%
Bedrijven-acquisitiebeleid
5%
3%
Arbeidsmarktbeleid
4%
3%
Startersbeleid
3%
4%
Anders
3%
1%
Aanbod recreatieve voorzieningen
2%
1%
Aanbod publieke diensten (zorg, welzijn, onderwijs etc.)
1%
2%
Weet niet/geen antwoord
18%
17%
100%
100%
Toe- of afname aandacht ondernemingsklimaat gedurende laatste 2 jaar Breda
G30
Toegenomen
23%
21 %
Gelijk gebleven
53%
52 %
Afgenomen
9%
10 %
Weet niet/geen mening
15%
16 %
Bekendheid met hoogte OZB
Ja
Tabel b.10
G30
Dienstverlening en vergunningverlening
Totaal Tabel b.8
Breda
Breda
G30
28%
32 %
Nee
55%
51 %
Weet niet
17%
17 %
Percentage bedrijven met problemen bij het vervullen van vacatures
3
Breda
G30
Ja
10 %
7%
Nee
88 %
91 %
Weet niet
2%
2%
De ondernemers is gevraagd de twee voor hen belangrijkste elementen te noemen
Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat
37
Tabel b.11
Problemen bij het vervullen van vacatures per soort functie en functieniveau (meerdere antwoorden mogelijk) Uitvoerend/
Financieel/
Technisch
admins-
Verkoop
IT/automa-
Leiding-
tisering
geven/
tratief
Overig
management
Tabel b.12
Laag functieniveau
60%
0%
40%
0%
0%
0%
Midden functieniveau
18%
4%
45%
4%
29%
0%
Hoog functieniveau
28%
0%
28%
19%
25%
0%
Aangiftebereidheid ondernemers Ja, altijd
Ja, soms
Nee
Weet niet/ geen antwoord
Tabel b.13
Breda
97%
2%
1%
1%
Gemiddelde G30
92 %
4%
3%
1%
Redenen waarom ondernemers geen aangifte doen Het kost me
Tabel b.14
Tabel b.15
Ik kan geen
Hangt van de
moment
situatie af
Het
teveel
levert
weg uit
(ernst delict,
Lost het
Bang voor
tijd
niets op
mijn bedrijf
schade, etc)
zelf op
represailles
Anders
Breda
31%
61%
0%
8%
0%
0%
0%
Gemiddelde G30
30%
56%
2%
5%
1%
2%
3%
Percentage ondernemers dat op dit moment voldoende ruimte heeft voor bedrijf Breda
G30
Ja
88%
85 %
Nee
12%
14 %
Weet niet
1%
1%
Oordeel aanbod woningen in duurdere segmenten Breda
38
G30
Zeer goed
5%
5%
Goed
61%
58 %
Niet goed/niet slecht
9%
9%
Slecht
8%
14 %
Zeer slecht
1%
2%
Weet niet/geen antwoord
15%
13 %
Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat
Tabel b.16
Oordeel aanbod reguliere eengezinswoningen Breda
Zeer goed
2%
G30
2%
Goed
49%
44 %
Niet goed/niet slecht
13%
13 %
Slecht
13%
21 %
Zeer slecht
1%
3%
Weet niet/geen antwoord
21%
17 %
Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat
39
40
Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat
Bijlage 2 Statistische verantwoording
Voor de telefonische enquête onder ondernemers is binnen elke gemeente een aselecte steekproef van bedrijven getrokken. Omdat elke steekproef gevoelig is voor toevallige fluctuaties bestaat het gevaar voor vertekening van de resultaten. Dit geldt met name voor onder- of oververtegenwoordiging van bepaalde branches per gemeente in de steekproef. Deze kan ook optreden als gevolg van selectieve non-respons. Om die reden is besloten om per gemeente, zoals reeds eerder is gebeurd bij de nul- en de tussenmeting, de steekproeven te herwegen naar brancheverdeling in de betreffende gemeente. Hierbij is gebruik gemaakt van de populatiegegevens van de Kamer van Koophandel per gemeente over 6 branches (zie tabel). Elke ondernemer krijgt dan een weegfactor behorend bij een branche. Deze weegfactor voor ondernemer i is (per gemeente) gelijk aan:
wih =
Nh nh
waarbij Nh staat voor de populatieomvang in branche h en nh voor de netto steekproefomvang. In de volgende tabel is de berekening van de weegfactor voor de gemeente Breda opgenomen. Tabel 0.1
Populatie en steekproef in Breda Populatie-
Percentage
omvang
Steekproef-
Percentage
Weegfactor
omvang
Branche
netto
Landbouw
139
2%
7
5%
19,9
Industrie
437
5%
7
5%
62,4
Handel, bouw en vervoer
2.204
25%
18
12%
122,4
Horeca en detailhandel
2.342
27%
61
39%
38,4
(Zakelijke) dienstverlening
2.842
33%
53
34%
53,6
Overige
684
8%
9
6%
76,0
Totaal
8.648
100%
155
100%
Uit de tabel blijkt dat de verdeling van de ondernemers over de branches in de steekproef afwijkt van die in de populatie. Met name horeca en detailhandel is in de steekproef oververtegenwoordigd, terwijl handel, bouw en vervoer en zakelijke dienstverlening zijn ondervertegenwoordigd. Door weging wordt hiervoor gecorrigeerd.
Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat
41
Deze weegfactor is onder andere gebruikt om per gemeente de gemiddelde rapportcijfers te bepalen4. Het gemiddelde rapportcijfer voor een gemeente is dan het gewogen gemiddelde van het gemiddelde rapportcijfer per branche: 6
r=∑ h =1
Nh rh N
Omdat we te maken hebben met een steekproef heeft dit gemiddelde een bepaalde betrouwbaarheid. Deze wordt uitgedrukt in de steekproefvariantie. In het geval van een gestratificeerde steekproef (of bij benadering voor een herwogen steekproef) is deze variantie5:
v(r ) =
1 N2
6
∑ N h ( N h − nh ) h =1
s h2 nh
waarbij sh staat voor de standaarddeviatie in het rapportcijfer in branche h. Voor de 90%marge geldt dan:
m(r ) = 1,64 * v( r ) De werkelijke waarde ligt dan met 90% zekerheid tussen r − m(r ) en r + m(r ) . In het onderzoek wordt een vergelijking gemaakt tussen het gemiddelde in de nul- en de eindmeting6. Het verschil tussen twee gemiddelden is statistisch significant als de marge op het verschil kleiner is dan het verschil zelf:
m(r1 − r0 ) ≤ r1 − r0 Omdat het twee onafhankelijke steekproeven betreft geldt voor de marge op het verschil:
m(r1 − r0 ) = 1,64 * v(r1 ) + v(r0 ) Voor elke combinatie van rapportcijfers van nul- en eindmeting is deze marge bepaald en vervolgens is bekeken welke marges kleiner zijn dan de verschillen zelf. Waar dit het geval is, is sprake van een significante verandering tussen nul- en eindmeting. Dat wil zeggen dat de hypothese verworpen wordt dat er in de populatie geen verandering heeft plaatsgevonden. Statistisch significante verbeteringen en verslechteringen van een rapportcijfer ten opzichte van de nulmeting worden in de navolgende tabellen aangegeven door een opwaartse respectievelijk neerwaartse pijl. Voor de duidelijkheid zij opgemerkt dat het mogelijk is dat wanneer twee gemeenten op een zelfde element van het 4 5 6
42
Voor deze berekening is gebruik gemaakt van de analysetechniek SPSS Explore. Zie Cochran, Sampling Techniques, John Wiley & Sons, 1977, p.95. De vergelijking tussen nul- en eindmeting is gemaakt met behulp van de analysetechniek SPSS Compare Means, Independent-Samples T Test.
Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat
ondernemingsklimaat in beide metingen exact dezelfde rapportcijfers scoren, in de ene gemeente wel en in de andere geen sprake is van een significante verandering. Zoals hierboven is aangegeven gaat het om gemiddelde rapportcijfers. Het al dan niet statistisch significant zijn van een verschil tussen twee gemiddelde cijfers wordt niet alleen bepaald door de grootte van dit verschil, maar ook door de variatie in de aan het gemiddelde ten grondslag liggende individuele rapportcijfers.
Benchmark Gemeentelijk Ondernemingsklimaat
43