Beleidsregels jaarwisseling 2011-2015
Gemeente Oldebroek
September 2011
1
Samenvatting De jaarwisseling is het grootste evenement van het jaar. Een duidelijk beleid is gewenst om de voorbereiding goed te structureren en de overlast tijdens de jaarwisseling te beperken. Het stoken van vreugdevuren is één van de tradities tijdens de jaarwisseling. Hier gaat echter relatief veel overlast en vernielingen mee gepaard. Met behulp van deze beleidsregels wordt het aantal vuren in vier jaar terug gedrongen naar één per kern, waarbij een ontheffing aangevraagd moet worden om te mogen stoken. De plekken worden door het college aangewezen. Met betrekking tot carbidschieten, een andere traditie tijdens de jaarwisseling, voldoet de huidige regelgeving en werkwijze. Hiervoor wordt dan ook geadviseerd de werkwijze niet te veranderen. Ook vuurwerk is een vast onderdeel van de jaarwisseling. De politie controleert actief op illegaal vuurwerk, om zo de veiligheid van het afsteken van vuurwerk te verbeteren. voor de gemeente wordt geadviseerd om de landelijke ontwikkelingen te volgen. Tot nu toe wordt een lokaal initiatief voor een nieuwjaarsfeest aangemoedigd met een subsidie. Geadviseerd wordt hier niet helemaal van af te stappen, maar hiervoor een tegemoetkoming in de plaats te zetten van maximaal €500,-. Het is belangrijk dat de bewoners zich tijdens de jaarwisseling kunnen vermaken, zeker als het aantal vreugdevuren terug gedrongen wordt. De kans is groot dat er anders juist meer overlast ontstaat. Tot slot is het belangrijk dat de bewoners zelf een grotere rol krijgen in de beperking van de overlast. Zelfredzaamheid is hierin een centraal begrip. Er wordt gestreefd naar een sterk verminderde inzet van jongerenwerk, de gemeente en de politie over tien jaar voor wat betreft preventiemaatregelen. In die tien jaar wordt gewerkt naar een verbeterde invloed van onder andere buurthuizen, kerken en belangenverenigingen.
Aanleiding De jaarwisseling is een jaarlijks feest van veel plezier en veel overlast. In eerdere jaren werd deze overlast gekenmerkt door het stoken van vuren, al ver voor de jaarwisseling, waarbij ook voorwerpen als autobanden, bankstellen en ander afval werden verbrand. De overlast rond de jaarwisseling lijkt de afgelopen jaren te zijn afgenomen door preventief optreden van jongerenwerk/straathoekwerk, de politie en de brandweer. Ook was de schade vorig jaar minder dan het jaar daarvoor. Dit neemt echter niet weg dat zo´n feestelijke gebeurtenis schade en overlast met zich mee brengt. Zo worden nog steeds vreugdevuren gestookt en met carbid geschoten binnen de bebouwde kom, terwijl dit verboden is volgens de APV. De vraag is echter of en in hoeverre handhavend optreden hierin zinvol en gewenst is. Voorliggend beleid moet, onder andere hieraan, een richting geven voor de komende 4 jaar.
2
Hoofdstuk 1
Stoken van vuren
Het stoken van vuren is verboden volgens artikel 4:22 van de APV, ook tijdens de jaarwisseling. Wel kan er een ontheffing verleend worden. Daarnaast is het verbranden van afvalstoffen verboden volgens de wet milieubeheer (artikel 10.2). Ook hier is een ontheffingsmogelijkheid in opgenomen. Hier is echter nauwelijks tegen opgetreden door de gemeente en de politie. De laatste jaren is de lijn ingezet om het door overleg en communicatie meer te reguleren en onder controle te houden. In eerdere jaren vormden vreugdevuren een grote oorzaak van vernielingen en overlast. Daarnaast kwam de verkeersveiligheid en de doorgang voor hulpdiensten op de openbare weg in het gedrang, omdat op enkele plekken de vuren midden op de weg gestookt werden. Op andere plekken werd al ver voor de jaarwisseling begonnen met stoken. De laatste jaren is vooral het stoken voorafgaand aan de jaarwisseling en op de openbare weg al verminderd. In 2009 is begonnen met het geven van toestemming voor het stoken van vuren. Deze werkwijze loopt nog niet helemaal, aanvragen komen niet of heel laat binnen. Toch wil de gemeente streven naar het inperken en het onder controle houden van de vreugdevuren door middel van de volgende werkwijze Over 4 jaar is er per kern één plek aangewezen als stookplek. De afgelopen jaren is de overlast rond de jaarwisseling flink afgenomen. Ook het aantal grote vuren is terug gedrongen. Om beter controle te kunnen houden op stookplekken, moet er niet meer dan één stookplek per kern zijn. Daarom stelt de gemeente zich als doel over 4 jaar per kern één stookplek aangewezen te hebben. Hierbij wordt het alsnog verplicht gesteld om een ontheffing aan te vragen bij het college van burgemeester en wethouders op grond van Wet milieubeheer en de APV. Dit om inzicht te hebben in wie er stoken en om zo ook duidelijk te hebben wie verantwoordelijk zijn voor het vuur. In die ontheffing worden de voorwaarden zoals genoemd in bijlage 1 meegenomen. Er wordt per kern een stookplek aangewezen door het college en dat is de enige plek waar bewoners een vuur mogen stoken. De bewoners zorgen dan ook zelf voor hout en zijn zelf verantwoordelijk. De aanvrager is dan ook aansprakelijk voor het verloop van het vuur. Het voordeel van deze optie is dat bewoners zelf de verantwoordelijkheid hebben voor hun handelen. Daarentegen is de controle iets minder, maar nog steeds goed mogelijk. De gemeente heeft bij deze optie de taak om te controleren wat er op de vuurstapel gaat. Na 20.00uur is het niet meer toegestaan om de vuurstapel aan te vullen, handhaving vanuit de gemeente wordt dan ook tot die tijd ingezet. Het toezicht op wat er op de vuurstapel gaat, ligt niet bij de politie, hoewel zij hier wel op zullen handhaven indien nodig. Omdat de politie weggeroepen kan worden, is toezicht door hen minder effectief. Het is wel belangrijk dat het contact met de bewoners in de voorbereiding op de jaarwisseling behouden blijft, om op die manier de voorwaarden voor het stoken van vuren bij iedereen duidelijk te hebben. Buiten deze plaatsen of zonder ontheffing is het dus wel verboden om een vuur te stoken. De gemeente kan, ter bescherming van het stuk grond waarop wordt gestookt, een container neerzetten. Dit betekent wel dat de gemeente dit de volgende dag weer op moet ruimen, samen met de overblijfselen van het vuur. Toch zal dit minder kosten dan het jaarlijks herstellen van de ondergrond. Stappenplan: • 2011-2012: De locaties worden door het college aangewezen. Er wordt intensief contact gelegd door sociaal cultureel werk, de straathoekwerker en de wijkagenten met de mensen van wie bekend is dat zij vaker een vreugdevuur stoken om deze nieuwe werkwijze uit te leggen. Indien tijdens de jaarwisseling vreugdevuren zonder ontheffing of op andere plekken worden gesignaleerd, zal de politie handhaven en gegevens van deze mensen noteren. Indien nodig wordt de brandweer erbij geroepen om het vuur te blussen. • 2012-2013: De mensen van wie in de vorige jaarwisseling de gegevens zijn opgeschreven, worden benaderd door de politie, de jongerenwerkers en de straathoekwerker. Hen wordt duidelijk gemaakt dat er bij stoken op andere plekken gehandhaafd wordt. Indien tijdens de jaarwisseling vreugdevuren zonder ontheffing of op andere plekken worden gesignaleerd, zal de politie handhaven en gegevens van deze mensen noteren. Indien nodig wordt de brandweer erbij geroepen om het vuur te blussen. • 2013-2014: Contact met de bewoners in de dorpskernen blijft belangrijk. Vuren op andere plaatsen dan door het college aangewezen of zonder ontheffing worden niet getolereerd.
3
•
Wanneer het wel voorkomt, zal de politie over gaan op handhaven. Daarbij wordt ook de brand geblust. 2014-2015: De werkwijze van de vorige jaarwisseling wordt voortgezet. Als het goed is, is er een vermindering te zien van het aantal vuren dat buiten de aangewezen plekken wordt gestookt.
Voordelen a. De bewoners kunnen gewoon een vreugdevuur stoken als zij dat willen, mits ze dit op een door het college aangewezen gebied doen. b. De overlast zal naar verwachting dalen. c. Het is voor iedereen duidelijk waar wel en waar niet gestookt wordt en daardoor is controle beter mogelijk. d. De brandweer hoeft minder op te treden voor "onnodige" meldingen. Nadelen a. Bij vreugdevuren blijft altijd overlast bestaan. b. Omwonenden van de aangewezen plekken zullen naar verwachting hier niet blij mee zijn en wellicht bezwaar aantekenen. c. Het is mogelijk dat er heel veel mensen op een vreugdevuur afkomen, waardoor er veel mensen tegelijkertijd op een stookplek aanwezig zijn.
Hoofdstuk 2
Carbidschieten
Carbidschieten is verboden, behalve op 31 december tussen 10.00 en 02.00 (1 januari) buiten de bebouwde kom. Bij meer dan vier carbidbussen moet een ontheffing aangevraagd worden. In eerdere jaren is toch regelmatig met carbid geschoten binnen de bebouwde kom, buiten de aangewezen tijden of zonder ontheffing met meer dan 4 bussen. Hierdoor ontstaat overlast voor de omgeving. De overlast is de laatste jaren al erg verminderd, er wordt weinig gemeld bij de politie. Het probleem is daarom niet meer zo groot als een aantal jaar geleden. Verder is er in de jaarwisseling 2010-2011 niemand bereid gevonden om een stuk grond te leveren voor gezamenlijk carbidschieten. De vraag is of dit nog om concrete maatregelen, zoals het zelf beschikbaar stellen van een terrein, vraagt. Daarentegen is al een en ander geregeld in de APV. Carbidschieten in strijd met dit artikel moet gehandhaafd worden. Hier zal dan ook in de komende vier jaar op ingezet worden. In de jaarwisseling 2014-2015 moet het carbidschieten buiten de bepalingen uit de APV om gereguleerd en verminderd zijn. De politie moet hier handhavend tegen optreden.
Hoofdstuk 3
Vuurwerk
Hierbij wordt rekening gehouden met de landelijke ontwikkelingen. Er wordt geen concreet beleid opgezet voor wat betreft het gebruik van vuurwerk. De verkooppunten van consumentenvuurwerk moeten voldoen aan de eisen zoals gesteld in het vuurwerkbesluit. Aan de verkooppunten zijn in de APV geen nadere eisen gesteld. De politie controleert vanaf september - oktober actief op illegaal vuurwerk. Hiervoor wordt jaarlijks een regionaal vuurwerkteam ingericht.
Hoofdstuk 4
Financiële bijdrage
De gemeente heeft elk jaar een gering bedrag beschikbaar om lokale initiatieven voor een nieuwjaarsfeest te kunnen ondersteunen. De afgelopen jaren heeft de gemeente subsidie verstrekt aan locale initiatieven. Aan deze subsidie waren echter geen criteria verbonden, waardoor de regels onduidelijk waren en waardoor de gemeentelijke organisatie op het laatste moment nog tegen veel werk aan liep. Het ondersteunen van lokale initiatieven is belangrijk, om de bewoners zo zelf te laten participeren in het terugdringen van overlast tijdens de jaarwisseling. Doordat (voornamelijk) jongeren een invulling kunnen geven aan de jaarwisseling zullen zij, naar verwachting, minder overlast veroorzaken. Daarnaast wordt hierdoor een alternatief geboden voor het stoken van vuren. Het is niet de bedoeling om als gemeente zelf feesten of activiteiten te organiseren, dit moet zoveel mogelijk bij de buurt gelaten worden. Buurtbewoners moeten weer zelf creatief worden.
4
In eerdere jaren kon een organisator van een feest, bijvoorbeeld een dorpshuis, een subsidie aanvragen. Afhankelijk van de hoogte van de winst en de kosten, werd een subsidie tussen de 500 en 3000 euro verleend. Hier moest dan door de organisator wel een verantwoording bij gemaakt worden De algemene subsidieverordening van de gemeente Oldebroek(ASV) geeft de kaders aan waarbinnen subsidie kan worden verstrekt. Echter zijn hierin ook beperkingen opgenomen. Zo is het minimale bedrag wat verstrekt kan worden € 500,-. Voor ondersteuning van activiteiten van de jaarwisseling is de ASV niet werkbaar. Kleine initiatieven kunnen niet ondersteund worden en daarnaast worden de aanvragers met indienings- en verantwoordingseisen geconfronteerd. Dit kan een drempel opwerpen om een activiteit te organiseren. De komende jaren wordt dit beleid voortgezet, maar is het geen een subsidie, maar een tegemoetkoming. De algemene subsidieverordening gemeente Oldebroek is op deze tegemoetkomingen dan ook niet van toepassing. Er wordt een maximum van €500,- aangehouden. Het bedrag hoeft niet in geld uitgekeerd te worden, maar kan ook doormiddel van het beschikbaar stellen van capaciteit of materiaal uitgekeerd worden. Hierbij kan gedacht worden aan het verrekenen van de leges. Ook de horeca moet betrokken worden bij de jaarwisseling. Hierdoor kan ook de overlast beperkt worden, omdat mensen dan een alternatief hebben. De gemeente zal erop inzetten om de horeca te motiveren om tijdens de jaarwisseling iets te organiseren. Alle nieuwjaarsfeesten moeten voldoen aan de regels gesteld in het evenementenvergunningenbeleid van de gemeente Oldebroek. Daarnaast wordt voor deze feesten de regel gesteld dat er geen sprake mag zijn van onbeperkt drinken voor de toegangsprijs, drankjes moeten apart afgerekend worden. Indien niet aan de regels en voorwaarden wordt voldaan, kan de burgemeester alsnog besluiten de tegemoetkoming niet te verlenen, of om een tegemoetkoming voor een komend jaar te weigeren. Deze werkwijze gaat in vanaf het moment dat het beleid is vastgesteld.
Hoofdstuk 5
Preventieve maatregelen
Om de jaarwisseling voorspoedig te laten verlopen, is goede voorbereiding noodzakelijk. Vooral het maken van contact en afspraken met jongeren is van groot belang. Het moet voor iedereen duidelijk zijn wat wel en wat niet mag, waardoor het voor de gemeente en de politie ook gemakkelijker wordt om handhavend op te treden. Het ideaalbeeld is dat de buurt zelf voor voldoende sociale controle en preventie zorgt, dat de overlast rond de jaarwisseling tot een minimum beperkt wordt. Dit is dan ook het streven van de gemeente. Dit lukt niet in een korte periode, dus is het doel om over 10 jaar de preventie rond je jaarwisseling zo veel mogelijk uit de handen van de gemeente en zijn jongerenwerkers en de politie te halen en bij de buurt te hebben liggen. Op dit moment zijn vooral de jongerenwerkers, de straathoekwerkers en de politie erg druk met het leggen van contacten met de bewoners om afstemming te bereiken over punten rond de jaarwisseling, zoals vreugdevuren. De eerste jaren zal steeds meer een beroep worden gedaan aan de buurthuizen, kerken, belangenverenigingen en dergelijke. Zij zullen ondersteund worden door de jongerenwerkers. In de laatste 5 jaar zal getracht worden zoveel mogelijk ook de buurten en haar individuele bewoners zelf verantwoordelijk te laten worden voor de preventie. Hierbij ligt ook een grote taak voor de buurthuizen, kerken, belangenverenigingen enz. Wat de fysieke preventiemaatregelen betreft, wordt per jaar bekeken wat er nodig is om de doelen te bereiken die uit dit beleid naar voren komen.
5
Hoofdstuk 6
Communicatie
Algemene communicatie Er wordt actief gecommuniceerd over de regels die gelden tijdens de jaarwisseling. Daarnaast wordt standaard gecommuniceerd over onder andere de gevaren van de kerst en oud en nieuw vieringen. In de bijlage staan de algemene persberichten opgenomen, die jaarlijks worden gepubliceerd. Communicatie naar aanleiding van beleid Specifieke communicatie per jaar is afhankelijk van de gekozen beleidsrichting. Ten eerste wordt de vaststelling van dit beleidsplan actief gecommuniceerd. Daarnaast wordt elk jaar over uitvoering van het beleid gecommuniceerd: -
-
De regels omtrent vreugdevuren: ontheffing nodig. Indien stookplekken zijn aangewezen, deze ook communiceren. Indien stookplekken niet zijn aangewezen wordt er maximaal één ontheffing per kern afgegeven. De mogelijkheid tot het verkrijgen van een tegemoetkoming voor nieuwjaarsfeesten.
Hoofdstuk 7
Werkgroep
Deelnemers - 1 jongerenwerker - 1 straathoekwerker - 2 wijkagenten - Brandweercommandant - 1 handhaver - Beleidsmedewerker veiligheid (voorzitter) Agendaleden zijn: - Beleidsmedewerker jeugd - Coördinator buitendienst - Toezichthouder openbare ruimte - Andere jongerenwerker(s) - BOA De werkgroep komt vanaf september minimaal 1 keer in de 6 weken bij elkaar. Naarmate de jaarwisseling nadert, kan een extra overleg ingepland worden. Onderwerpen die per maand besproken worden zijn: - September: Contact met de buurt, Korte vooruitblik naar aanleiding van beleidspunten - Oktober: Contact met de buurt, Communicatie, Concept draaiboek - November: Contact met de buurt, Communicatie, Fysieke maatregelen, Stand van zaken ontheffingsaanvragen, Stand van zaken feesten/evenenementen, Draaiboek - December: Contact met de buurt, Stand van zaken ontheffingsaanvragen, Stand van zaken feesten/evenementen, Definitief draaiboek De werkgroep houdt tevens de voortgang van deze beleidsregels in de gaten. Tijdschema per jaar/planning - Termijn van indienen ontheffingsaanvragen (vuren, evenementen/feesten, aanvraag tegemoetkoming feesten): Minimaal 8 weken voor de jaarwisseling. - Termijn van afhandelen bovenstaande soorten aanvragen: binnen 8 weken, maar uiterlijk vier weken voor de jaarwisseling. - Elk jaar komt de werkgroep ter voorbereiding van de jaarwisseling vanaf eind september bij elkaar. - Elk jaar beginnen de straathoekwerker, de jongerenwerkers en de wijkagenten begin september met het maken van contact met de jongeren/groepen en met het in kaart brengen van risicolocaties. - Het draaiboek moet ieder jaar uiterlijk 1 november van elk jaar in concept gereed zijn. - De evaluatie vindt in januari plaats en wordt uiterlijk februari aan het college voorgelegd.
6
Bijlage 1 Voorwaarden vreugdevuur 1. Het vreugdevuur mag uitsluitend gestookt worden op 31 december tussen 14.00uur en 1 januari 04.00uur. 2. Aanwijzingen van een toezichthoudend- of opsporingsambtenaar van de gemeente, politie en/of brandweer dienen terstond en stipt te worden opgevolgd. 3. er mag uitsluitend worden gestookt onder voortdurend toezicht van een meerderjarig persoon. De contactpersoon dient gedurende de aanleg, het branden en het opruimen van het vreugdevuur telefonisch bereikbaar te zijn. De contactpersoon geeft zijn/haar telefoonnummer door aan de politie, de brandweer en de gemeente, sectie milieu. 4. De windrichting moet tijdens het branden zodanig zijn dat er geen hinder of overlast wordt veroorzaakt voor omwonenden en voor het wegverkeer. Bij windkracht 5 en hoger mag niet worden gestookt. 5. Het vreugdevuur mag alleen gestookt worden in de daarvoor aangewezen locatie zoals aangegeven in de ontheffing. 6. De ondergrond van het vreugdevuur dient onbrandbaar te zijn. 7. Het vreugdevuur mag uitsluitend bestaan uit kerstbomen, snoeihout, fruitsnoeihout en overig schoon hout. Het gebruiken van geverfd hout, huisraad, huisvuil- en bedrijfsafval, kunststoffen, plaatmateriaal, autobanden, vloeibare- en chemische stoffen en dergelijke is niet toegestaan. 8. Het opbouwen van het vreugdevuur mag alleen plaatsvinden tussen 10.00 en 20.00 uur. 9. Om het risico van opstijgende vuurdeeltjes te beperken, mag het vuur niet met bladeren, houtwol, hooi, stro of dergelijke gemakkelijke opstijgende materialen aangestoken of in stand worden gehouden. 10. Om te voorkomen dat een bodemverontreiniging ontstaat mag voor het aanmaken van het vuur geen gebruik worden gemaakt van vloeibare brandstoffen. 11. Tijdens het vuur moet de houder van de ontheffing zorg dragen voor een goed brandend vuur zodat een volledige verbranding plaats kan vinden en zo min mogelijk rookontwikkeling plaatsvindt. 12. De houder van de ontheffing moet de restanten en de achtergebleven niet verbrande resten uiterlijk binnen een week op een milieuhygiënische verantwoorde wijze hebben afgevoerd. Voldoet de houder van de ontheffing niet aan deze verplichting dan zullen de restanten van het vreugdevuur door de gemeente worden opgeruimd op kosten van de houder van de ontheffing. 13. Afhankelijk van de locatie mag de oppervlakte van het vreugdevuur maximaal 5 meter lang, 5 meter breed en 3 meter hoog zijn. 14. De volgende veiligheidsafstanden dienen in acht te worden genomen: a. tussen bebouwing en vreugdevuur moet een afstand van minimaal 50 meter worden aangehouden; b. tussen rietgedekte bouwwerken en vreugdevuur moet een afstand van minimaal 100 meter worden aangehouden; c. tussen bos, heide, veen en andere natuurgebieden en/of risico objecten en vreugdevuur moet een afstand van minimaal 50 meter worden aangehouden; d. tussen bovengrondse hoogspanningskabels en vreugdevuur moet een afstand van minimaal 100 meter worden aangehouden; e. tussen de openbare weg en vreugdevuur moet een afstand van minimaal 10 meter worden aangehouden; f. het publiek dient op veilige afstand (tenminste 10 meter) te worden gehouden. 15. Er dienen ten behoeve van de veiligheid van het aanwezige publiek twee stuks brandblussers aanwezig te zijn voor direct gebruik. 16. De doorstroming van het verkeer mag niet belemmerd worden. Niet naleven van deze voorwaarden zal leiden tot intrekking van de ontheffing en zal door de politie gehandhaafd worden. Voorwaarden die verbonden worden aan de ontheffingsaanvraag zijn: 1. Het te organiseren vreugdevuur vindt tijdens de jaarwisseling plaats. 2. De aanvraag wordt door een meerderjarig persoon ingevuld en ondertekend. 3. De aanvraag wordt mede ondertekend door de eigenaar van het perceel waarop het vreugdevuur wordt gehouden, al dan niet de gemeente.
7
4. Alleen aanvragen die zijn gedaan via het standaard formulier “Verzoek tot ontheffing voor het verbod op het houden van een vreugdevuur tijdens de jaarwisseling” worden in behandeling genomen. 5. De aanvraag dient tenminste 8 weken voor het ontbranden van het vreugdevuur d.m.v. een volledig ingevuld aanvraagformulier te worden toegezonden aan het college van Burgemeester en Wethouders, postbus 2, 8096 ZG Oldebroek. 6. De aanvraag dient vergezeld te gaan met een plattegrond van het aan te leggen vreugdevuur met de afstanden tot de dichtstbijzijnde woning en openbare weg. 7. Door ondertekening van het aanvraagformulier verklaart de eigenaar van de grond waarop het vreugdevuur wordt aangelegd toestemming te geven van het houden van een vreugdevuur. 8. De aanvrager en eigenaar van de grond waarop het vreugdevuur wordt aangelegd zijn van de voorwaarden en voorschriften behorende bij de ontheffing op de hoogte. 9. Door het indienen van een aanvraag voor ontheffing van het verbod op het houden van een vreugdevuur verklaart de aanvrager zich te houden aan de voorwaarden en voorschriften zoals die op het aanvraagformulier zijn vermeld. 10. De aan te geven locatie voor een vreugdevuur mag niet binnen een inrichting vallen die welke op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht vergunningplichtig is. Daarnaast mag de locatie niet binnen een inrichting vallen welke valt onder een Algemene Maatregel van Bestuur op grond van de wet milieubeheer.
8
Bijlage 2 Communicatieplan algemeen Veilige feestdagen December, de maand van Sinterklaas, kerst en oud en nieuw. Een maand vol feestelijke gebeurtenissen. Maar als u onvoorzichtig bent met kerstbomen, kaarsen en vuurwerk kan een gezellig avondje heel anders lopen dan u had gehoopt. Helaas vinden er jaarlijks talloze kleine en grote ongevallen plaats rondom de feestdagen. Om u te helpen deze dagen veilig te vieren zetten we de belangrijkste aandachtspunten op een rijtje. Deze week enkele tips rondom het veilig branden van kaarsen: • Zet kaarsen in een stevige houder op een vlakke ondergrond; • gebruik geen kandelaar die gemaakt is van brandbaar materiaal, zoals plastic, hout e.d; • decoratieringen voor kaarsen zijn sfeervol, maar ook zeer brandbaar; • steek de kaarsen in kerststukjes liever niet aan, of laat ze in ieder geval niet te ver op branden; • zet de kaarsen en kerststukjes op plaatsen waar u ze altijd kunt zien, en niet in de buurt van gordijnen of andere brandbare voorwerpen; • laat kinderen nooit alleen met brandende kaarsen, ook niet voor een paar minuten; • zet kaarsen nooit in een kast of onder een meubelstuk. Publiceren in week 48
Veilige feestdagen December, de maand van Sinterklaas, kerst en oud en nieuw. Een maand vol feestelijke gebeurtenissen. Maar als u onvoorzichtig bent met kerstbomen, kaarsen en vuurwerk kan een gezellig avondje heel anders lopen dan u had gehoopt. Helaas vinden er jaarlijks talloze kleine en grote ongevallen plaats rondom de feestdagen. Om u te helpen deze dagen veilig te vieren zetten we de belangrijkste aandachtspunten op een rijtje. Deze week enkele tips rondom het veilig gebruik van een kerstboom: • Koop een kerstboom die niet te groot is voor uw kamer; • zet hem niet te dicht bij de gordijnen of andere makkelijk brandbare spullen; • zorg ervoor dat de boom goed stevig staat, zodat hij niet omver gelopen kan worden; • plaats de boom bij voorkeur in een speciaal met water gevulde kerstboomstandaard. Hierdoor droogt de boom niet zo snel uit, waardoor het brandgevaar minder wordt; • gebruik geen echte kaarsen in de boom. Eén moment van onoplettendheid kan uw boom in een fakkel doen veranderen; • controleer de bedrading van de elektrische kerstboomverlichting op beschadigingen en probeer de installatie eerst uit door de lampjes voor het ophangen korte tijd te laten branden; • gebruik een gaaf en goed passend verlengsnoer en leg dat zo neer dat niemand er over kan struikelen; • doe de verlichting uit als u gaat slapen of het huis verlaat; • doe de verlichting uit door de stekker uit het stopcontact te halen en niet door een lampje los draaien. Publiceren in week 50
9
Veilige feestdagen December, de maand van Sinterklaas, kerst en oud en nieuw. Een maand vol feestelijke gebeurtenissen. Maar als u onvoorzichtig bent met kerstbomen, kaarsen en vuurwerk kan een gezellig avondje heel anders lopen dan u had gehoopt. Helaas vinden er jaarlijks talloze kleine en grote ongevallen plaats rondom de feestdagen. Om u te helpen deze dagen veilig te vieren zetten we de belangrijkste aandachtspunten op een rijtje. Deze week enkele tips rondom veilig frituren: • Gebruik alleen oliën en vetten die speciaal voor het frituren bestemd zijn; dus geen margarine, boter of braadvet; • laat de frituurpan nooit alleen als hij aan staat; • zet de pan zo neer dat hij niet wiebelt; • doe geen grote hoeveelheden tegelijk in de pan. Hierdoor kan de olie over de rand gaan waardoor er brand ontstaat; • slaat de vlam in de pan, handel dan als volgt: - schuif het klaargelegde deksel van u af over de pan; - zet gas of elektra uit; - nooit met water blussen; - laat het deksel op de pan liggen; - ga niet met de pan lopen. Publiceren in week 51
Veilige feestdagen December, de maand van Sinterklaas, kerst en oud en nieuw. Een maand vol feestelijke gebeurtenissen. Maar als u onvoorzichtig bent met kerstbomen, kaarsen en vuurwerk kan een gezellig avondje heel anders lopen dan u had gehoopt. Helaas vinden er jaarlijks talloze kleine en grote ongevallen plaats rondom de feestdagen. Om u te helpen deze dagen veilig te vieren zetten we de belangrijkste aandachtspunten op een rijtje. Deze week enkele tips rondom het veilig afsteken van vuurwerk: • Koop veilig vuurwerk; • koop bij voorkeur vuurwerk met een Nederlandse gebruiksaanwijzing; • volg de gebruiksaanwijzing bij het afsteken; • gebruik geen lucifers of een aansteker, maar een aansteeklont; • zet vuurpijlen in flessen gevuld met zand; • steek vuurwerk af op een veilige plaats, dus niet vlakbij huizen, auto’s, containers e.d.; • doe op oudejaarsnacht ramen, deuren en brievenbus dicht. Vuurwerk afsteken Tot 31 december 10.00 uur is het verboden om vuurwerk af te steken in de gemeente Oldebroek. De politie controleert of dit verbod wordt nageleefd. Diegenen die worden betrapt moeten het vuurwerk dat zij bij zich hebben inleveren. Daarnaast lopen zij het risico doorgestuurd te worden naar het bureau HALT waar ze een taakstraf opgelegd krijgen. Een gewaarschuwd mens telt voor twee... Wees voorzichtig met het opruimen van afgestoken vuurwerk Vuurwerk dat tijdens oud en nieuw wordt afgestoken wordt niet door de gemeente opgeruimd. U bent zelf verantwoordelijk voor het verwijderen van de resten van uw vuurwerk. Wees voorzichtig met nog nasmeulend vuurwerk. Als u denkt dat het papier echt niet meer brandt is het goed mogelijk dat het toch nog ergens smeult. U kunt het beste het papier overgieten met een emmer water voordat u het in uw container gooit. Publiceren in week 52
In samenwerking met de RNV wordt tevens een stuk geplaatst met als onderwerp: 'verantwoord alcoholgebruik tijdens de jaarwisseling'.
10