Beleidsnotitie ‘beginnende leraar’
Beleidsnotitie beginnende leraar 20140703.docx
1
3-7-2014
Inleiding Onderwijsstichting KempenKind hecht groot belang aan het welzijn en het professioneel functioneren van personeelsleden. De visie van KempenKind die in 2013- 2014 is ontwikkeld zet de leraar centraal. Beginnende leerkrachten hebben behoefte aan informatie en begeleiding bij de start in een nieuwe organisatie. Deze behoefte is bij iedereen anders. De eindverantwoordelijkheid voor het functioneren van leerkrachten ligt bij de directeur van de organisatie en de directeur is daarom gehouden aan het organiseren en faciliteren van begeleiding en uiteindelijk ook het beoordelen van de startende collega. In de volgende hoofdstukken zal nader worden ingegaan worden op de verschillende rollen, verwachtingen en uitkomsten. In de bijlage worden hulpmiddelen aangeboden.
Beleidsnotitie beginnende leraar 20140703.docx
2
3-7-2014
1. De beginnende leerkracht De beginnende leerkracht is een leerkracht die een officieel bewijs van bekwaamheid heeft gehaald en dus startbekwaam is. Hij/zij heeft geen ervaring binnen de nieuwe organisatie waarin hij/zij gaat werken. Startbekwaam betekent dat de competenties volgens de wet bio (beroepen in het onderwijs)1 in voldoende mate zijn ontwikkeld. Binnen de organisatie krijgt deze leerkracht te maken met kinderen (leerlingen), collega’s, ouders, directie en externen. Daarnaast is ook het gebouw en de materiele inrichting nieuw. Dit heeft tot gevolg dat een beginnende leerkracht iemand nodig heeft die ‘vraagbaak’ en ‘steunpunt’ kan zijn. In deze notitie zal de collega die deze taak op zich neemt ‘mentor’ worden genoemd. Naast een professionele houding verwachten we van leerkrachten eigen initiatief als het gaat om uitspreken van behoefte aan begeleiding. Onderwijsstichting KempenKind heeft het ‘omgaan met verschillen’ als belangrijk uitgangspunt. Daarom gaan we ervan uit dat iedere beginnende leerkracht een andere begeleidingsbehoefte zal hebben en dus ook verschillende verwachtingen zal hebben bij de taken van een mentor. 2. Onderwijsstichting KempenKind De stafmedewerker HR organiseert in het eerste jaar van de aanstelling, drie maal een bijeenkomst met als doel: ontmoeting, scholing en intervisie. Het college van bestuur van Onderwijsstichting KempenKind maakt kennis met en informeert nieuwe leerkrachten aan het begin van een schooljaar over de actuele thema’s en beleidsvoornemens van de stichting.
1.
1
Interpersoonlijke competentie: Leiding geven en zorgen voor een goede sfeer van omgaan met en samenwerking tussen
leerlingen. 2.
Pedagogische competentie: Zorgen voor een veilige leeromgeving en bevorderen van persoonlijke, sociale en morele ontwikkeling of: bevorderen van de ontwikkeling tot een zelfstandig en verantwoordelijk persoon.
3.
Vakinhoudelijke en didactische competentie: Zorgen voor een krachtige leeromgeving en bevorderen van het leren.
4.
Organisatorische competentie: Zorgen voor een overzichtelijke, ordelijke en taak-gerichte sfeer en structuur in de leeromgeving.
5.
Competent in samenwerken in een team: Zorgen dat het werk afgestemd is op dat van collega’s; bijdragen aan het goed functioneren van de schoolorganisatie.
6.
Competent in samenwerken met de omgeving: In het belang van de leerlingen een relatie onderhouden met ouders, buurt, bedrijven en instellingen.
7.
Competent in reflectie en ontwikkeling: Zorgen voor de eigen professionele ontwikkeling en de professionele kwaliteit van de beroepsuitoefening
Beleidsnotitie beginnende leraar 20140703.docx
3
3-7-2014
3. De schooldirecteur De directeur, als eindverantwoordelijke van de schoolorganisatie, heeft als taak de begeleiding van een beginnende leerkracht te organiseren, te faciliteren en te monitoren. Aan het einde van het eerste jaar houdt de directeur een beoordelingsgesprek. Op basis van een behoefte inventarisatie, d.m.v. van een eerste gesprek voor aanvang van de werkzaamheden, zoekt de directeur een collega die bekwaam is in het begeleiden van een nieuwe leerkracht en de bereidheid hiertoe heeft. Deze ‘mentor’ maakt kennis met de beginnende leerkracht en stelt zich open en benaderbaar op. 4. De mentor De mentor is een personeelslid binnen de schoolorganisatie dat in staat is en de bereidheid heeft, een beginnende leerkracht, c.q. een nieuwe collega, wegwijs te maken, informatie te geven, hulp te bieden, vragen te beantwoorden en contact te houden. De mentor kan gevraagd en ongevraagd hulp aanbieden. De mentor draagt zorg voor voldoende contactmomenten. Deze worden in overleg met de beginnende leerkracht vastgesteld. 5. Het begeleidingsmodel
beginnende leerkracht mentor: directeur: begeleidt, helpt bij organiseert, faciliteert, monitort praktisch vragen, is vraagbaak en en beoordeelt steunpunt
Beleidsnotitie beginnende leraar 20140703.docx
4
CvB.: informeert, faciliteert HRM.
3-7-2014
6. Stappenplan 1. Gesprek: Wanneer: Doel: Wie: Borging:
voor aanvang werkzaamheden nadere kennismaking en behoefte inventarisatie directeur – beginnende leerkracht verslag directeur
2. De directeur zorgt voor een mentor Borging: afspraak voor mentorschap is onderdeel van de normjaartaak 3. De mentor gaat in gesprek met beginnende leerkracht Doel: kennismaking en afspraken maken op basis van behoeften Borging:: legt afspraken en gespreksdata vast (achteraf) 4. De directeur stelt zich regelmatig op de hoogte van het functioneren van de nieuwe leerkracht 5. Tussenevaluatie Wie: directeur/mentor/beginnende leerkracht: Wanneer: iedere 3 maanden tenzij anders afgesproken Borging: verslag beginnende leerkracht/check mentor en directeur 6. Beoordelingsgesprek Wie: directeur Wanneer: 6-8 weken voor het einde van het schooljaar Borging: schriftelijke beoordeling
Deze notitie is door het bestuur vastgesteld op 3 juli 2014 en gaat in bij aanvang van het schooljaar 2014 -2015.
Beleidsnotitie beginnende leraar 20140703.docx
5
3-7-2014
Bijlage 1: Checklist Mentor: Begeleidingsproces Behoeftepeiling en afspreken contactmomenten Informatie over klassenbezoeken en besprekingen Organisatie; regels en afspraken Rondleiding door het gebouw Plaats en gebruik materialen Inhoud en gebruik voorraadruimten Afspraken voor het gebruik van handvaardigheidmaterialen Afspraken voor het gebruik van digitale media Afspraken voor het gebruik van de speelplaatsen, gangen, toiletten Regelingen m.b.t. roosters, koffie/thee, abonnementen en verjaardagen Planning De groepsmap De ondersteuningsmap Website van de school Website van de Onderwijsstichting Website Bio-competenties Leerlingniveau Groepsplannen Groepsoverzichten ontwikkelingsperspectieven Leerlingbegeleiding Individuele instructie of grote groep / kleine groep Omgaan met verschillen Groepsniveau Plaats en gebruik methoden Principes en organisatie van zelfstandig werken Klassenorganisatie Handelingsgericht werken Groepsplannen Groepsoverzichten Interactief, gedifferentieerd directe instructie model (IGDI) Omgaan met CITO Beheersen van de leerstof Planning van de leerstof Sfeer Contact met de leerlingen Motiveren van leerlingen Beoordelen van prestaties Omgaan met digitale media Omgaan met parnassys en lovs Omgaan met verantwoordelijkheid Correctie/ registratie
Beleidsnotitie beginnende leraar 20140703.docx
6
3-7-2014
Schoolniveau Zorg advies teams Groei en geschiedenis van de school Informatie over het bevoegd gezag Wijk en milieu Teamfunctioneren en organisatie (samenwerking, overleg, informatie-uitwisseling enz.) Verwachtingen t.a.v. de individuele leerkracht (o.a. tijdsinvestering, scholing, sfeer) Taken en verantwoordelijkheden van de schoolleiding Normjaartaak Schoolplanontwikkeling (doelen, productie, vorm en taken van teamleden) Relatie ouders - school Omgang met collega's Omgang met ouders Omgaan met individuele zorgleerlingen Ouderavonden/ huisbezoek Persoonlijke ontwikkeling
Beleidsnotitie beginnende leraar 20140703.docx
7
3-7-2014