Belastingscan 2015 en bedragen kindgebonden budget (pagina 3) Algemeen en arbeid jonger dan AOW leeftijd: NAAM VTB & BEDRAGEN Algemene Heffingskorting (AHK) €2.203 per jaar €183,58 per maand AHK minstverdienende partner. De hieronder vermelde bedragen zijn maximaal : *Een lager inkomen van de meestverdienende partner = lagere teruggave * Hoger inkomen van de minstverdienende partner = lagere teruggave
€2203 pj €183,58 pm €1175 pj €97,92 pm Arbeidskorting (AK) Max €2.020 per jaar Max €183,53 per maand Werkbonus Max €1.123 pj €93,58 pm
RELEVANTE CRITERIA VOOR TOEKENNING & WIJZE VAN AANVRAGEN * geldt voor alle belastingbetalers via de werkgever/uitkeringsinstantie: * 2 inkomens? = toepassing op het hoogste inkomen. Niet volledige toepassing = T-verzoek * uitzondering WWB en een laag ander inkomen: De AHK wordt toegepast op het andere (eventueel lagere) inkomen. De restant AHK wordt toegepast bij de brutering van de bijstand. * in het kalenderjaar meer dan 6 maanden gehuwd of geregistreerd of samenwonend zijn. * samenwonend= ingeschreven op hetzelfde adres en voldoen aan een van de volgende voorwaarden: gezamenlijk kind, erkend kind, een kind van een van hen beiden, als pensioenpartner aangemeld, eigen woning als hoofdverblijf, of een notariële samenlevingovereenkomst hebben afgesloten. *let op: Het alleen maar 6 maanden samenwonen is onvoldoende! Zie uitleg pag. 4 * ouder en kind (extra voorwaarde 27 jaar of ouder) kunnen fiscaal ook partner zijn * de minstverdienende partner heeft minder belastbaar inkomen dan € 6.300 = € 525 p. mnd * en de meestverdienende partner heeft meer belastbaar inkomen dan €6.300= €525 p. mnd ( n.b. direct vanaf de datum dat er niet meer samengewoond wordt of einde huwelijk = einde ahk-minstverdienende = doorgeven aan de fiscus! De eigen AHK loopt dan via de uitkering: hiervoor is geen loonbelastingverklaring bij de gemeente nodig) Minstverdienende geboren voor 1-1-1963 Minstverdienende geboren vanaf 1-1-1963 * alleen toepassing op inkomen, waarvoor gewerkt moet worden: loon, winst, freelancewerk * dus niet voor inkomsten uit WW, pensioenen enz. * tot €9.010 = 1,810 % boven de €9.010= €163 + 19,679 % van de meerinkomsten Gering belang voor de bijstandverlening. Criteria: geboren in 1951/52/53 Tussen de €17.327 en €33.694 van WML verdienen. Zie criteria volgende pagina.
Bij alleenstaande ouders All. Ouder Korting (AOK) Afgeschaft vanaf 1-1-2015. Zie informatie over het kindgebonden budget Bij kinderen (bij echtparen en alleenstaande ouders en ook alleenstaande ouders die medebewoner kostendeler zijn) * werkende ouder zijn. Uitzondering: de meestverdienende partner komt niet in aanmerking! Inkomensafhankelijke * uit werk meer dan €4.857 (indicatie: 12 x €404,75 per maand) aan belastbaar inkomen in het Combinatiekorting (ICK) Basisbedrag €1033 p. jaar kalenderjaar verdienen of het recht op zelfstandigenaftrek hebben; = 86,08 p. mnd bij €4.857 * bij een echtpaar moeten beide partners inkomen uit “arbeid” hebben van meer dan Meer dan €4.857 = 4% van € 4.857 . De minstverdiende daarvan heeft dan recht op ICK. het hogere inkomen * en in het kalenderjaar behoort meer dan 6 maanden een kind tot de huishouding dat op 1-1van het kalenderjaar jonger is dan 12 jaar Max. €2.152 per jaar * en dat kind staat ingeschreven op het woonadres van de ouder. (Bij co-ouders mag het kind 179,33 per maand ook ingeschreven staan bij de andere co-ouder) Jonggehandicapten: Jonggehandicaptenkorting * geldt voor personen die recht op een Wajong uitkering hebben. Het UWV past deze heffingkorting toe op de Wajong. Indien het recht op Wajong door ander inkomen niet €715 per jaar € 59,58 per maand geëffectueerd wordt, kan er via de belastingdienst een beroep op de korting worden gedaan. (Wajongkorting) * In de Wajonguitkering zit dus de al toepaste jonggehandicaptenkorting
Aanvraag heffingskorting: Via loon of uitkering Via de belastingdienst
AHK, AK, Werkbonus (loonbelastingverklaring) en Jonggehandicaptenkorting AHK-minstverdienende, ICK (voorlopige teruggave belastingen)
Korting op bijstandsuitkering? Hoofdregel Uitzondering: Jonggehandicaptenkorting vrijlaten
De heffingskortingen zijn inkomen en worden gekort *de jonggehandicaptenkorting wordt vrijgelaten voor personen van 27 of ouder. Bij de korting inkomsten uit Wajong moet de Wajong uitkering worden verminderd met de Jonggehandicaptenkorting! * Voor personen jonger dan 27 jaar geldt de vrijlating van deze heffingskorting niet!
1
Belastingscan 2015: Alle bedragen Heffingskorting Volledige algemene heffingskorting (AHK) Minstverdienende partner geboren voor 1-1-63 Afbouw AHK minstverdienende partner geboren op of na 1-1-1963 (60% van het volledige bedrag) Arbeidskorting voor lagere inkomsten(maximaal) Werkbonus Alleenstaande ouderkorting Inkomensafhankelijke combinatiekorting: Jonger dan AOW leeftijd: Vanaf een inkomen €4857 per jaar plus 4% van het inkomen meer dan € 4.857 Ouder dan AOW leeftijd: Vanaf een inkomen van €4857 per jaar plus 4% van het inkomen meer dan €4.857 Jonggehandicaptenkorting Ouderenkorting* Alleenstaande ouderenkorting*
Jonger dan AOW leeftijd: AOW leeftijd= 65 plus 3 mnd: Per jaar Per maand Per jaar Per maand 2.203
183,58
1.123
93,58
1175
97,92
n.v.t.
n.v.t.
2.220 1.119 n.v.t.
185,00 93,25 n.v.t.
1.062 n.v.t. n.v.t.
88,50 n.v.t. n.v.t.
Basis 1.033 Max. 2.152
Basis 86,08 Max 179,33 Basis Max.
715 n.v.t. n.v.t.
59,58 n.v.t. n.v.t.
528 1.098 n.v.t. 1042 433
Basis Max.
44,00 91.50 n.v.t. 86,83 36,08
Criteria: Voor de criteria van de heffingskortingen wordt verwezen naar het vorige blad. Voor de drie heffingskortingen voor “ouderen” ontbreken de criteria: * De werkbonus: a geboren in 1951, 1952 of 1953 b een inkomen uit werkzaamheden hebben van meer dan €17.327 per jaar. c De bonus is maximaal bij een inkomen van 100% tot 120% wml. Daarboven wordt deze bonus gradueel afgebouwd. De werkgever brengt de werkbonus in mindering op de af te dragen loonbelasting (effect is een hoger netto inkomen). * De ouderenkorting: Een belastingplichtige heeft recht op de ouderenkorting als hij: a op 31 december 2015 65 plus 3 maanden is (de AOW leeftijd in 2015) b en een verzamelinkomen heeft van niet meer dan €35.770 per jaar. Boven de €35.770 is de ouderenkorting €152 per jaar. Deze korting wordt verwerkt in de loonheffing van de AOW. Bijstandsklanten die in de loop van het jaar 65 plus 3 maanden worden, kunnen met een T-biljet de (nog niet toegepaste) korting over de voorgaande maanden aanvragen. * De alleenstaande ouderenkorting: Een belastingplichtige heeft recht op de alleenstaande ouderenkorting als hij recht heeft op een AOW uitkering voor een alleenstaande. Voor deze korting geldt geen maximum inkomensgrens. Ook deze korting wordt verwerkt in de loonheffing van de AOW. Bijstandsklanten die in de loop van het jaar 65 plus 3 maanden worden, kunnen met een T-biljet de (nog niet toegepaste) korting over de voorgaande maanden aanvragen. Algemene aandachtspunten: • VTB machtiging = informatie doorgeven! Het toepassen van een machtiging betekent niet dat de VTB groep voortaan alles gaat doen m.b.t. heffingskortingen!! Nadat de dienst Inwonerszaken op grond van een machtiging de VTB ontvangt, is het zaak dat de inkomensconsulent alle wijzigingen bij de klant die fiscale gevolgen hebben, doorneemt met de klant en doorgeeft aan het VTB team. De informatie komt daar niet automatisch!! Het belang: Bij het niet aanvragen van de heffingskorting een inkomstenverlies aan de kant van de klant en gemeente. En bij het ten onrechte doorlopen van een heffingskorting een te hoge korting en een terugvordering aan de kant van de belastingdienst. In de beide gevallen kan veel herstelwerk worden voorkomen. • Niet steeds uitgaan van de genoemde maximale heffingskorting! Dit betreft o.m. de AHK minstverdienende partner (hoogte inkomsten partner en eigen inkomsten van belang) en de ICK (hoogte arbeidsinkomsten is relevant) • Algemeen: Er is alleen recht op teruggave & heffingskorting voor zover er belasting wordt betaald. • Invulhulp voor uitkeringsgerechtigden: Formulierenbrigade Rijnstad. (voor heffingskortingen, toeslagen en andere minimavoorzieningen)
Productie: Jos Houtriet
2
Kindgebonden budget 2015: Stap 1: bepalen maximaal toeslagbedrag: (jaarbedragen) Aantal kinderen Ouder met toeslagpartner Alleenstaande ouder €1.032 €4.082 1 kind 2 kinderen €1.823 €4.873 3 kinderen €2.006 €5.056 € 106 € 106 Verhoging vanaf 4e kind: per kind Verschil alleenstaande ouder en ouder met toeslagpartner = € 3050 per jaar en €254,17 per maand. (onafhankelijjk van aantal kinderen)
Stap 2 verhoog het maximale toeslag bedrag Is een kind 12 jaar of ouder? Verhoog dan het maximale toeslagbedrag met: €231 voor elk kind van 12 ta.m. 15 jaar €296 voor elk kind van 16 en 17 jaar (vanaf 1 augustus 2015 is deze verhoging* €412) * De verhoging is een tegemoetkoming in de onderwijsbijdrage en schoolkosten (voorheen WTOS 16/17 voor ouders) Stap 3 Berekenen het (gezamenlijke) toetsingsinkomen in het lopende* kalenderjaar Belastbaar inkomen van de aanvrager €…………. Belastbaar inkomen van de (eventuele toeslagpartner € _______ Gezamenlijke inkomen € ………… Het gaat om een zo correct mogelijke schatting! Te laag inschatten kan leiden tot terugvordering. Wijzigingen in inkomen moeten derhalve direct worden doorgegeven aan de belastingdienst Stap 4: Meer dan € 19463? Bereken de vermindering: Meer dan € 19463 - ? Het meerdere is €…………… x 6,75% = de vermindering van het kindgebonden budget Stap 5: bereken het kindgebonden budget: Maximaal toeslag bedrag (stap 1) + verhoging (stap 2) - vermindering (stap 4 = het kindgebonden budget van uw klant Geen alleenstaande ouder voor de belastingdienst? Een alleenstaande ouder bij de gemeente kan bij de belastingdienst een toeslagpartner hebben. Op dat moment is geen recht op het kindgebonden budget als alleenstaande ouder Op dat moment kan er zich een dringende reden voordoen voor bijstandsverlening. M.b.t. het recht op het kindbonden budget geldt het maandrecht: de situatie op de eerste van de maand is bepalend voor de vraag of er recht is. Voor meer informatie over de vraag of iemand toeslagpartner is: zie het cursusmateriaal Wet hervorming kindregelingen of http://www.belastingdienst.nlrekenhulpen/toeslagpartner/ Welke ouder heeft recht op kindgebondenbudget? De ouder die recht heeft op kinderbijslag. Bij een gelijke verdeling van de zorg voor kinderen (co-ouders, die elk 3,5 dagen zorgen voor het kind is de moeder rechthebbend voor de kinderbijslag van het kind en daarmee ook rechthebbend voor het kindgebonden budget. Vermogen: Het vermogen mag niet te hoog zijn. Er geldt een vermogensvrijlating van €21.330 per persoon die de AOW gerechtigde leeftijd nog niet heeft bereikt. Voor AOW'ers met een laag inkomen geldt een hogere vermogensvrijlating per persoon. Belang kindgebondenbudget * Belangrijke bron van inkomen voor alleenstaande ouders (voorlichting!) * Bezien van aanvulling (AB of BB) als er sprake is van het niet ontvangen van KGB inclusief alleenstaande ouder kop en dringende redenen. * Bij een lager recht op kindgebonden budget moet de beslagvrijevoet worden opgehoogd. Berekening: maximum kindgebonden budget - ontvangen kindgebonden budget = verhoging beslagvrije voet (en daarmee een verlaging van het beslag) * Kan een rol spelen bij de draagkrachtberekening BB van de gemeente
3
Wijzigingen in de heffingskortingen 2015 die van belang zijn bij de bijstandsverlening • • • •
Verder verlaging van de algemene heffingskorting minstverdienenden voor personen geboren vanaf 1-11963 naar €97,92 per maand Afschaffing van de alleenstaande ouderkortingen Invoering ALO kop in het kindgebondenbudget AOW leeftijd omhoog naar 65 plus 3 maanden (dus later AOW en heffingskortingen voor ouderen)
Wijzigingen in de heffingskortingen in 2014 die van belang zijn bij de bijstandverlening: Algemene heffingskorting minstverdienende partner: • Voor de minstverdienende partner, geboren voor 1-1-1963, is er geen afbouw van de AHK minstverdienende partner. Zij hebben recht op een AHK van €175,25 per maand (maximaal voor zover zij geen eigen inkomen hebben) • Voor alle minstverdienende partners die zijn geboren op of na 1-1-1963 is vanaf 1-1-2014 nog maar één afbouwbedrag van €105,16 per maand. (maximaal voor zover zij geen eigen inkomen hebben) •
Het komt het voor dat het totale inkomen uit een voorliggende voorziening (bijvoorbeeld WAO of WW) in combinatie met een beroep op de Toeslagenwet en de verlaagde AHK minstverdienende partner leidt tot een totaal inkomen dat lager is dan de bijstandsnorm. Er kan dan een beroep worden gedaan op een aanvulling vanuit de WWB.
Tarief 1e schijf inkomstenbelasting omlaag: • De hoogte van de belastingheffing & premies volksverzekeringen op het laagste niveau is iets gedaald. Daardoor is er bij parttimewerk of lage uitkeringsinkomensten pas bij een hoger bedrag aan inkomen bij de meestverdienende bijstandsklant de mogelijkheid om een beroep te doen op de AHK minstverdienende €500 (2013: €470)
AOW leeftijd omhoog: • Vanaf 1-1-2014 wordt de AOW leeftijd 65 plus 2 maanden. Aandachtspunten bij heffingskortingen 2013 en daarvoor: Fiscaal partnerschap: (vanaf 2012) • AHK minstverdienende kan (vanaf 2012) ook verstrekt worden aan samenwonenden, indien er zorg is voor een kind (18) van een van hen beiden. • De AHK minstverdienende partner wordt (vanaf 2012) ook afgebouwd voor: a de minstverdienende partner geboren van 1-1-1963 tot 1-1-1972 en b de minstverdienende partner met een kind van dat jonger dan 6 jaar is bij het begin van het kalenderjaar en dat in de huishouding verblijft. In 2011 hadden deze twee groepen nog een volledige AHK minstverdienende partner. Er ontstaan daardoor vier groepen met een qua hoogte verschillend recht op AHK. Voor de 2013: A Minstverdienende partners geboren voor 1-1-1963 € 2001 per jaar B Minstverdienende partners geboren tussen 1-1-1963 en 1-1-1972 €1468 per jaar C Minstverdienende die zorgt voor een kind dat per 1-1- van het jaar jonger is dan 6 jaar €1468 per jaar D Minstverdienende partners geboren na 1-1-1972 (zonder kind -6 jaar) €1335 per jaar •
I.t.t. de WWB kan fiscaal partnerschap ook bestaan tussen een ouder en een kind van 27 jaar of ouder, indien er aan de gebruikelijke voorwaarden voor samenwonenden wordt voldaan. (bijvoorbeeld omdat er een notarieel samenlevingscontract is opgesteld tussen dochter en vader)
Alleenstaande ouders: (vanaf 2012 en volgende jaren) • De alleenstaande ouder die na huwelijk of geregistreerd partnerschap duurzaam gescheiden leeft, blijft fiscaal partner. Dat blijft zo totdat zij/hij aan de volgende twee voorwaarden voldoet: A zij staat niet meer samen op hetzelfde adres ingeschreven in het GBA en B zij heeft een verzoek tot scheiding of scheiding van tafel en bed ingediend bij de rechter
4
• •
•
Pas nadat er voldaan is aan beide voorwaarden kan er recht zijn op de alleenstaande ouderkorting De alleenstaande ouderkorting (AOK) kent (vanaf 2012) een andere leeftijdgrens: er kan een beroep op worden gedaan, zolang het jongste kind op 1 januari van het kalenderjaar jonger dan 18 jaar is (Dit was 27 jaar). (2013: geboren na 31 december 1984) Voorwaarde voor de alleenstaande ouderkorting in 2012 is het voeren van een huishouding met geen ander dan kinderen, waarvan de jongste bij de aanvang van het kalenderjaar de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt. Dat betekent dat er ook meerderjarige kinderen (ongeacht de leeftijd, dit was voorheen beperkt tot kinderen met een leeftijd tot 27 jaar) in het gezin kunnen verblijven waarmee ook de huishouding wordt gevoerd. Dit betekent dat er recht kan zijn op een AOK bij de fiscus terwijl de moeder met een kind onder de 18 en een kind boven de 18, vanuit de WWB wordt aangemerkt als een gezin. Voorwaarde voor de AOK is dat je een (zelfstandige) huishouding voert. (de huurder of eigenaar kan wel voor de AOK en AAOK in aanmerking komen, de onderhuurder niet)
5
Aandachtspunt fiscaal partnerschap (vanaf 2011 en volgende jaren) Inleiding Het begrip fiscaal partner is vanaf 1-1-2011 gewijzigd en wijkt nog meer af van het begrip gezamenlijke huishouding binnen de WWB. In de volgende pagina wordt u geïnformeerd over de hoofdzaken. De wijziging treft vooral samenwonenden en een beperktere mogelijkheid om voor de AHK minstverdienende in aanmerking te komen. De nieuwe regels over fiscaal partnerschap: Burgers zijn vanaf 2011 fiscaal partner als zij aan een van de volgende voorwaarden voldoen: 1 Gehuwd 2 Geregistreerd partner 3 Samenwonenden worden aangemerkt als fiscale partners, als zij ingeschreven zijn op hetzelfde adres bij het GBA en voldoen aan een van de volgende voorwaarden: a Samen een kind hebben b Een van hen heeft het kind van de ander erkend c Een van de partners heeft een kind onder de 18 jaar d Bij het pensioenfonds is de partner aangemeld als pensioenpartner e De partners zijn gezamenlijk eigenaar van de woning die het hoofdverblijf is f Een notariële samenlevingsovereenkomst afgesloten hebben (alleen voor meerderjarigen) Dit betekent dat iemand die “alleen maar” samenwonend is met een partner vanaf 1-1-2011 niet meer aangemerkt kan worden als een fiscale partner en daardoor ook niet meer in aanmerking kan komen voor de AHK minstverdienende (of het (vrijelijk) verdelen van fiscale aftrekposten over beide partners) AHK minstverdienende voor fiscale partners: Om voor de uitbetaling van de AHK in aanmerking te komen, moet iemand in een kalenderjaar langer dan 6 maanden fiscaal partner zijn. Wanneer begint het fiscale partnerschap? Huwelijk/geregistreerd partnerschap. Vanaf datum huwelijk/registratie . (enkel criterium) Eerdere inschrijving op hetzelfde adres (GBA) in het lopende jaar vervroegt het fiscale partnerschap Persoonlijke situatie Periode fiscale partner Heel 2011 De klant is heel 2011 gehuwd of geregistreerd partner De klant trouwt per 1 december 2011 of gaat een geregistreerd partnerschap aan. Het stel staat daarvoor vanaf 1 augustus 2011 al samen op hetzelfde adres ingeschreven
Vanaf de datum inschrijving bij de gemeente op het gezamenlijke adres. In dit geval dus per 1 augustus 2011
De klant trouwt per 10 oktober 2011 en stond daarvoor nog niet ingeschreven op hetzelfde adres
Vanaf de datum van het huwelijk: 10 oktober 2011
De klant trouwt / registreert per 1 december 2011. Het stel Vanaf de datum huwelijk/ geregistreerd partnerschap 1 staat in 2011 nog niet op hetzelfde adres ingeschreven december 2011 Samenwonen. Vanaf de datum dat de partners op hetzelfde adres staan ingeschreven en zij voldoen aan voorwaarden van het fiscaal partnerschap (dubbele criterium). Eerdere inschrijving op hetzelfde adres(GBA) in het lopende jaar vervroegt het fiscale partnerschap Heel 2011 De klant woont samen en is volgende regels een fiscaal partner (er is bijvoorbeeld een gezamenlijk kind (zie 3 ). Zij staan heel 2011 samen op hetzelfde adres ingeschreven. De klant wordt in de loop van 2011 fiscaal partner door te voldoen aan een van de voorwaarden (zie 3) Zij staan heel 2011 op hetzelfde adres ingeschreven
Heel 2011
De klant wordt voldoet aan een van de criteria onder 3. Er is bijvoorbeeld een melding geweest bij het pensioenfonds per 1 oktober. Zij staan vanaf 1 mei in het lopende jaar op hetzelfde adres ingeschreven in het GBA
Vanaf de datum inschrijving gemeente: 1 mei (misschien kan deze klant nog net voldoen aan het AHKminstverdienende criterium: 6 maanden)
De klant bevalt per 1 mei. Haar vriend woont dan op zichzelf. Per 1 augustus trekt hij bij haar in.
Zij worden vanaf 1 augustus aangemerkt als fiscale partners. (deze klant zal dit jaar niet voldoen aan het AHK minstverdienende criterium)
6
Einde fiscaal partnerschap: Huwelijk/geregistreerd partnerschap. Bij gehuwden eindigt het fiscale partnerschap vanaf het moment dat de advocaat het verzoek tot echtscheiding heeft ingediend bij de rechtbank en de gehuwden niet meer op hetzelfde adres staan ingeschreven. Bij geregistreerde partners eindigt het fiscale partnerschap vanaf het moment dat de beëindiging van het geregistreerde partnerschap is ingeschreven bij de burgerlijke stand en niet meer op hetzelfde adres staan ingeschreven* Persoonlijke situatie Periode fiscale partner De klant verzoek om een scheiding of een scheiding van Vanaf datum opsturen echtscheidingsverzoek door de advocaat tafel en bed. De klant staat al niet meer op hetzelfde adres ingeschreven De klant beëindigt zijn geregistreerd partnerschap. Hij staat daarvoor al niet meer op hetzelfde adres ingeschreven
Vanaf de datum beëindiging geregistreerd partnerschap adres bij de burgerlijke stand*
De klant vraagt om een scheiding of beëindigt zijn Vanaf datum uitschrijving uit het (gezamenlijke) adres van geregistreerd partnerschap. Hij staat daarna nog enige de gemeente tijd ingeschreven op hetzelfde adres. Samenwonen. Bij ongehuwde samenwonenden eindigt het fiscale partnerschap vanaf het moment dat zij niet meer ingeschreven staan op hetzelfde adres van de gemeente of als er niet meer aan de aanvullende eisen wordt voldaan De klant staat in de loop van 2011 niet meer op hetzelfde Vanaf datum uitschrijving adres bij de gemeente adres ingeschreven Klant woont samen in de gezamenlijke eigen woning met haar vriend. De woning wordt verkocht per 1 oktober 2011. Het stel gaat in een gezamenlijke huurwoning woning
Vanaf de datum dat de woning verkocht is voldoen zij niet meer aan objectieve eisen voor het fiscale partnerschap Het fiscaal partnerschap eindigt per 1 oktober Mogelijk kan er dit jaar nog gebruik worden gemaakt van de AHK minstverdienende (6 maanden of langer fiscale partners) in 2012 is dat niet meer het geval
* T.a.v. het geregistreerd partnerschap is nog een vraag in onderzoek wanneer het geregistreerd partnerschap eindigt. A Op basis van de AWR ben je geen fiscaal partner meer als de ontbinding van het geregistreerd partnerschap in de burgerlijke stand is ingeschreven B Tweede mogelijkheid is dat het fiscaal partnerschap eindigt als er een verzoek aan de rechter is gedaan (conform het einde van het fiscaal partnerschap bij een huwelijk.)
7
Begin en einde fiscaal partnerschap Jaargang(en): 2012. Themas: Fiscaal partnerschap. Als u in de loop van 2012 fiscale partner wordt van iemand, doordat u bijv. samen een kind krijgt, dan begint uw fiscaal partnerschap in 2012 op het moment dat u allebei op hetzelfde adres staat ingeschreven bij de GBA. Voor 2012 en latere jaren blijft u dan wel fiscale partner van elkaar, tenzij u niet langer ingeschreven staat op hetzelfde woonadres in de GBA. Het fiscaal partnerschap eindigt: • • • •
Als u getrouwd bent: vanaf het moment dat de advocaat het verzoek tot echtscheiding of tot scheiding van tafel en bed heeft ingediend bij de rechtbank en u niet meer allebei op hetzelfde adres staat ingeschreven bij de GBA. Als u geregistreerd partner bent: vanaf het moment dat de beëindiging van het geregistreerd partnerschap is ingeschreven bij de burgerlijke stand en u niet meer allebei op hetzelfde adres staat ingeschreven bij de GBA. Als u ongehuwd samenwoont: vanaf de datum van uitschrijving van het adres bij de GBA. Bij overlijden.
Overlijden In het jaar van overlijden, bent u slechts een deel van het jaar fiscale partners, nl. tot de dag van overlijden. U kunt kiezen voor vollejaarspartnerschap, om de gemeenschappelijke inkomensbestanddelen en de gezamenlijke grondslag sparen en beleggen te kunnen verdelen.
Duurzaam gescheiden Bij de regeling van het fiscaal partnerschap 2011 was het aanvankelijk de bedoeling om aan de situatie van duurzaam gescheiden leven geen betekenis meer toe te kennen voor de inkomstenbelasting. Van duurzaam gescheiden leven is sprake als u niet meer in gezinsverband met uw echtgenoot samenwoont, ieder een afzonderlijk leven leidt, en die situatie is niet tijdelijk bedoeld. Dat bleek in de praktijk tot ongewenste gevolgen te leiden, waardoor in een aantal gevallen de toestand van duurzaam gescheiden leven nog wel een rol speelt. Niet genoeg kan worden benadrukt, dat duurzaam gescheiden geen rol meer speelt in de regeling van fiscaal partnerschap. Daarnaast zijn er andere regelingen, waarin de ongewenste gevolgen van het vervallen van het begrip duurzaam gescheiden, zijn gerepareerd. Duurzaam gescheiden speelt wel een rol in de volgende specifieke gevallen: • •
•
Het recht op aftrek eigenwoningrente voor de vertrekkende partner in het kader van de echtscheidingsregeling geldt niet alleen voor de ex-partner, maar ook voor de duurzaam gescheiden partner. De termijn van 2 jaar gaat lopen op het moment van de duurzame scheiding. Als de vertrekkende partner een eigen woning koopt als hij duurzaam gescheiden is, maar nog wel fiscale partner is volgens de regels, zou er slechts voor één woning aftrek eigenwoningrente zijn voor de fiscale partners. Ook voor deze situatie is een uitzondering gemaakt: ook bij duurzaam gescheiden leven is voor beide woningen aftrek eigenwoningrente mogelijk. Betaalde alimentatie en andere onderhoudsverplichtingen zijn niet alleen aftrekbaar als u gescheiden bent, maar ook als u duurzaam gescheiden leeft.
Bedenk ook dat duurzaam gescheiden leven bij Toeslagen als criterium is blijven bestaan. 8