1-10-2015
Begrijpend lezen van (digitale) teksten: over tekststructuur en tekstontwerp Jacqueline Evers-Vermeul
[email protected]
Complexe teksten lezen: noodzaak
Nodig: een doorgaande leeslijn
• Noodzaak om ‘academische taal’ te leren, voor – schoolcarrière – werk – sociale contacten
Belang van • goede materialen, met geleidelijk toenemende complexiteit • effectieve didactieken •
• 21ste-eeuwse vaardigheid: ‘deep comprehension’ geletterdheid is nodig om teksten • te analyseren • te bekritiseren • samen te vatten en ervan te leren (Snow 2014)
Deel 1: Tekststructuur • Resultaten uit projecten met Stichting Lezen en Ted Sanders • Jentine Land (Land 2009; Land, Sanders & Van den Bergh 2008) • Gerdineke van Silfhout (Van Silfhout 2014a,b; Van Silfhout, Evers-Vermeul & Sanders 2012-2014) zie publicaties in: Stichting Lezen Reeks, Pedagogische Studiën, Didactief, De Cascade Van 12 tot 18, Levende Talen Tijdschrift
• met José van der Hoeven (CED Groep), zie Levende Talen Magazine (mei 2015)
Vandaag 1. tekststructuur in teksten 2. onderwijs over tekststructuur 3. tekststructuur in toetsvragen
Makkelijke tekst? (Sanders 2004) Zwarte Dino, jij wou Nina, die met Rocco was verloofd. En toen Rocco werd gevonden, werd jouw onschuld niet geloofd. (Brandend Zand, J. Hoes, 1962) Zelden hoorde men een proeve van economischer taalgebruik. In één couplet van amper twintig woorden wordt hier een drama ontvouwd waar een pulpschrijver toch algauw 200 pagina’s voor nodig heeft. (Van de Reijt, 2001)
1
1-10-2015
Makkelijke tekst? (2)
De onderwijspraktijk
Bouterse bleek een dictator. Hij regeerde in zijn eentje. Hij liet zelfs mensen vermoorden. Wanneer gaat het echt goed met Suriname? In Suriname telt elk volk graag mee. Elkaar vertrouwen blijft moeilijk. (Uit een niet nader genoemd vmbo-geschiedenisboek)
Waarom doen uitgevers dit?
Werkt dit?
Land (2009): - Goede bedoelingen - Gebaseerd op intuïties - o.a. ingegeven door leesbaarheidsformules - Korte zinnen = makkelijker
Onderzoek door Land (2009) en Van Silfhout (2014) naar effecten van • lay-out: elke zin op een nieuwe regel of niet • verbindingswoorden: met / zonder verbindingswoorden in • geschiedenisteksten • zaakvakteksten (economie en biologie) • verhalen Vraag: wat begrijpen vmbo- en vwo-leerlingen beter?
Effecten: verbindingswoorden
Effecten: lay-out
• betere scores op vragen die lokaal tekstbegrip meten • regio net na verbindingswoord wordt sneller gelezen…
• Geen effect op tekstbegrip Elke zin staat op een nieuwe regel. Dat lijkt ons makkelijk voor zwakke lezers. Daarom presenteren we teksten zo. Zo houden we het overzichtelijk. Toch helpt het leerlingen niet. Dat blijkt uit onderzoek.
• vaker terugkijken, maar wel korter… • ongeacht schoolniveau, leesvaardigheid, tekstgenre
• Sterke vertraging aan begin nieuwe regel + langer terugkijken • Duidelijke correlatie: langzamer lezen lagere score • Combinatie fragmentatie + verbindingswoorden = grote problemen tijdens het lezen
2
1-10-2015
Samengevat • Maak verbanden expliciet; dat leidt tot – betere scores op inferentievragen – vaker + korter terugkijken – snellere verwerking van de informatie erna • Zorg voor een doorlopende lay-out; dat leidt tot - een vloeiender leesproces - vergelijkbare begripsscores als een gefragmenteerde layout
Meer markeerders van tekststructuur • • • • • • •
Titel en tussenkopjes Advance organizer (= schematische samenvatting) Lead (bv. introtekst in een krantenartikel) Verbindingswoorden die verbanden tussen alinea’s markeren Samenvatting Witregels/Expliciete markering van alineagrenzen ...
uit onderzoek blijkt dat deze tekstkenmerken • het tekstbegrip verhogen • het leesproces versnellen en/of • voor betere onthoudbaarheid zorgen
Deel 2: Onderwijs over tekststructuur Wat betekent dit voor een doorgaande leeslijn? • Curriculum ontwikkelen waarin teksten een oplopende moeilijkheidsgraad vertonen • Niet alleen teksten met expliciete verbanden • Expliciet onderwijs over kenmerken die te maken hebben met tekststructuur • Kansen voor vakgericht taalonderwijs
Voorbeeld: profiteren van de ‘kapstokfunctie’ van afbeeldingen Stap 1: Begin met het lezen van de titel Stap 2: Bestudeer de afbeelding goed Stap 3: Lees de tekst aandachtig door en schakel hierbij naar de afbeelding Stap 4: Herhaal stap 3 totdat je denkt het materiaal goed te hebben bestudeerd
3
1-10-2015
Onderwijs over tekststructuur • Leerlingen bekend maken met genres is effectief, al vanaf groep 4: – voor hun tekstbegrip – voor de kwaliteit van de teksten die ze zelf schrijven • Veel effectstudies over onderwijs in de structuur van informatieve teksten gaan verder dan de drieslag inleiding – kern – slot • Zie bv. het literatuuroverzicht in Ray & Meyer (2011)
Voordelen van kennis over tekststructuur (Ray & Meyer 2011) • Readers with structural awareness possess the ability to not only recognize an author’s organization, but also to engage in similar organizational processes in establishing their own mental representation of a text. • readers without this strategic knowledge approach text with a ‘default/list strategy’ in which the text is viewed as a collection of loosely related ideas
Uit: Comprehension handbook. http://www.cer.education.nsw.gov.au/documents/ 249903/250184/Comprehension%20Handbook%20.pdf
Tekstopbouw-soorten (Meyer 1975, 1985) • • • • •
verzameling beschrijving vergelijking oorzaak-gevolg probleem-oplossing
Uit: Comprehension handbook. http://www.cer.education.nsw.gov.au/documents/ 249903/250184/Comprehension%20Handbook%20.pdf
4
1-10-2015
Gecombineerde insteek: genredidactiek (Van der Hoeven & Evers-Vermeul 2015) • • • •
Genrefamilies en genres, met hun communicatieve functies Soorten tekstopbouw (bv. oorzaak-gevolg, vergelijking...) Structuurkenmerken (bv. signaalwoorden, tussenkopjes...) Stijlkenmerken (bv. hoe hanteer je een objectieve stijl, of juist een persoonlijke stijl)
Genres: wat zijn dat eigenlijk? • Weinig overeenstemming in de literatuur • “As can be seen, there is a superficial terminological difference in the way genre is used by some theorists…” (Lee 2002) • Twee componenten: 1. sociaal 2. linguïstisch • a kind of text that derives its form from the structure of a (frequently repeated) social occasion, with its characteristic participants and their purposes (Kress 1988) • a term used in literacy pedagogy to connect the different forms text take with variations in social purpose (Cope & Kalantzis, 1997)
Genrefamilies (meta-genres) Teksten met • hetzelfde tekstdoel • een gemeenschappelijke structuur (Gardner & Nesi, 2012)
Voorbeeld van stijlkenmerken (Land 2009) 1. Aanwezigheid personage (betrokkenheid personen) 2. Perspectief 3. Concreetheid van de tekst (taalgebruik) 4. Emoties 5. Fictief karakter van het personage
6. 7. 8. 9.
Het gebruik van directe rede Het aanspreken van de lezer Evaluaties van de verteller De tijd waarin de tekst is geschreven
Voorbeelden van genrefamilies en genres (Expertisegroep Doorlopende Leerlijnen 2009) • Informatief: schoolboeken, internetteksten, krantenberichten, rapporten, reportage, boekbespreking • Instructief: handleidingen, spelregels, recepten • Betogend: ingezonden brieven, sollicitatiebrief, opiniërende artikelen, reclame • Fictief/narratief: romans, (strip)verhalen, sprookjes • Poëtisch: gedichten, liederen
Voorbeeld van complex genre: recensie 1. Informatief context 2. Informatief samenvatting 3. Betogend beoordeling (Martin & Rose 2008: complex genre = macro-genre)
5
1-10-2015
Nodig: effectieve didactieken • Explicietheid over de functie van tekstkenmerken • Niet altijd voorschrijven dat je een tekstkenmerk moet bestuderen hoe leren leerlingen anders wanneer ze zelf ervoor kunnen kiezen om gebruik te maken van dit tekstkenmerk? • Niet alleen ‘teksten met vragen’ • Kansen voor observerend leren
Transfer lezenschrijven en verder • Koppel lees- en schrijfopdrachten: – leesopdrachten om zicht te krijgen op criteria die gesteld worden/hoe teksten in elkaar zitten – kijkopdrachten om te leren hoe ‘t moet – schrijfopdrachten om ‘t geleerde toe te passen in eigen teksten • Zoek naar mogelijkheden om leerlingen de opgedane kennis toe te laten passen bij andere vakken = functioneel en vakgericht taalonderwijs
Deel 3: tekststructuur in toetsen Met name relevant voor contextgebonden opgaven met een • afbeelding • tabel • diagram • krantenbericht • filmpje • ...
Focus: het totaal vertelt een verhaal Kress & Van Leeuwen (2006): plaats, grootte en kleur van elementen vertellen een verhaal de compositie van het geheel doet ertoe 1. informatiewaarde = wat is nieuw/oud? bepaald door plaats 2. attentiewaarde = wat is belangrijk? bepaald door compositie, relatieve grootte en kleur 3. framing = hebben elementen met elkaar te maken? bepaald door witruimtes en kaders Slechte focus leidt tot • herhaald lezen • onnodige aandacht voor onbelangrijke zaken
6
1-10-2015
Een waterschorpioen
Een waterschorpioen
Kijk en luister naar de informatie in het filmpje.
In het filmpje krijg je informatie over levenskenmerken van de waterschorpioen.
Over welke twee levenskenmerken gaat het in het filmpje?
Welke twee levenskenmerken noemt het filmpje?
o o o
o o o
bewegen en reageren op de omgeving bewegen en voortplanten reageren op de omgeving en voortplanten
bewegen en reageren op de omgeving bewegen en voortplanten reageren op de omgeving en voortplanten
7
1-10-2015
Originele versie: geen duidelijkheid vooraf
Gereviseerde versie: duidelijkheid vooraf
Conclusies
Meer lezen?
• Tekststructuur is belangrijk voor – een makkelijk leesproces – goed begrip
*Evers-Vermeul, J. (2015). Toetsing in context vraagt doordenking van de rol van taal. De Cascade, Tijdschrift voor onderwijs, onderzoek & ontwikkeling 12(4), 1719. *Evers-Vermeul, J. & Hoeven, J. van der (2015). Tekstcomplexiteit en tekststructuur in een doorgaande leeslijn. In: D. Schram (Ed.), Hoe maakbaar is de lezer? De doorgaande leeslijn in wetenschappelijk perspectief (pp.79-95). Delft: Eburon. *Evers-Vermeul, J. & Land, J. (2012). Slecht gelezen of slecht geleerd? – 2: Situatieschetsen en informatieopbouw in vmbo-examens. Examens – tijdschrift voor de toetspraktijk, 9(2), 25-29. *Hoeven, J. van der & Evers-Vermeul, J. (2015). Tekstgenres in het voortgezet onderwijs: Kansen voor vakgericht taalonderwijs. Levende Talen Magazine 102(5), 22-17.
• Onderzoek naar effecten van tekstkenmerken en de manier die onderwezen moeten worden is noodzakelijk; afgaan op intuïties kan averechtse effecten hebben • In onderwijs: teksten nodig met een toenemende complexiteit om toe te werken naar ‘deep comprehension’ • Effectief onderwijs over tekststructuur / genredidactiek is hierbij cruciaal, al vanaf jonge leeftijd
Meer lezen?
(* = op te vragen via
[email protected])
(* = op te vragen via
[email protected])
Land, J.F.H. (2009). Zwakke lezers, sterke teksten? Effecten van tekst- en lezerskenmerken op het tekstbegrip en de tekstwaardering van vmbo-leerlingen. Stichting Lezen Reeks 13. Delft: Eburon. Land, J., Sanders, T.J.M., & Bergh, H. van den (2008). Effectieve tekststructuur voor het vmbo. Een corpus-analytisch en experimenteel onderzoek naar tekstbegrip en tekstwaardering van vmbo-leerlingen voor studieteksten. Pedagogische Studiën, 85, 76–94. Silfhout, G. van (2014). Leuk om te lezen of makkelijk te begrijpen? Optimaal begrijpelijke teksten voor het voortgezet onderwijs. Stichting Lezen Reeks 23. Delft: Eburon. *Silfhout, G. van, Evers-Vermeul, J. & Sanders, T.J.M. (2013). Omdat het schrijven van studieteksten en toetsvragen niet eenvoudig is. Effectieve opbouw en presentatie van studiematerialen. De Cascade, Tijdschrift voor onderwijs, onderzoek & ontwikkeling, 10(1), 17-20.
8