Bedrijfsplan Stal Nieuw Puurveen Puurveenseweg 22 Kootwijkerbroek

Bedrijfsplan Stal Nieuw Puurveen Puurveenseweg 22 Kootwijkerbroek

Rombou bezoekadres Zwartewaterallee 14, 8031 DX Zwolle postadres : Postbus 240, 8000 AE Zwolle

Datum Status Auteur Telefoon Fax Mobiel E-mail

: 13 juni 2012 : definitief : ing. G.J. Festen, specialist ruimtelijke ordening en milieu, Rombou ing. B.L. Borghuis, adviseur paardenhouderij, LTO Noord Advies : (088) 888 66 61 : (088) 888 66 62 : (06) 20 36 00 66 : [email protected] [email protected]

Inhoudsopgave

1.

Inleiding ............................................................................................................................. 1 1.1 Aanleiding ............................................................................................................................1 1.2 Vraagstelling ........................................................................................................................1 1.3 Leeswijzer ............................................................................................................................2

2.

Toelichting bedrijfssituatie .................................................................................................. 3 2.1 Huidige situatie ....................................................................................................................3 2.2 Gewenste bedrijfssituatie over drie jaar .............................................................................4 2.3 Bedrijfsomvang en uitstraling ..............................................................................................5 2.4 Bedrijfsomvang bepaling op basis van NGE/SO ..................................................................6

3.

Activiteiten en voorzieningen.............................................................................................. 7 3.1 Activiteiten en werkzaamheden ..........................................................................................7 3.2 Bouwwerken en voorzieningen ...........................................................................................8 3.3 Bedrijfsopzet en ruimtebeslag.............................................................................................9

4.

Relevante regelgeving milieu .............................................................................................10 4.1 bedrijven en milieuzonering ............................................................................................. 10 4.2 Besluit landbouw milieubeheer ........................................................................................ 10 4.3 Water ................................................................................................................................ 11 4.4 Geluid ................................................................................................................................ 11 4.5 Natura 2000 ...................................................................................................................... 11

5.

Marktanalyse.....................................................................................................................13 5.1 Vigerende bestemming .................................................................................................... 13 5.2 Voorontwerpbestemmingsplan........................................................................................ 13 5.3 Gewenste Bestemming..................................................................................................... 14

6.

Financiële onderbouwing ...................................................................................................16 6.1 Marktanalyse .................................................................................................................... 16 6.2 Investering en Financieringsbehoefte .............................................................................. 16 6.3 Rentabiliteitsberekening .................................................................................................. 17

7.

Samenvatting ....................................................................................................................18

Bijlage 1: Bijlage 2: Bijlage 3:

tekeningen bestaande situatie tekening gewenste situatie rentabiliteitsberekening

Bedrijfsplan Stal Nieuw Puurveen, Puurveenseweg 22 te Kootwijkerbroek 8-6-2012, gjf/lh/840/B-53.200

1.

Inleiding

1.1

Aanleiding

Op 19 januari 2012 heeft Prinsen Advies bij de gemeente Barneveld, namens de heer Van Ee, een verzoek ingediend om een bestemmingswijziging voor het perceel Puurveenseweg 22 te Kootwijkerbroek, ten behoeve van het oprichten van een manege annex paardenfokkerij. In de brief wordt verzocht om de bestemmingswijziging mee te nemen in het in voorbereiding zijnde herziening van het bestemmingsplan Buitengebied 2012. Het nieuwe bestemmingsplan betreft een conserverend bestemmingsplan, dat gebaseerd is op bestaand recht en het bestaande beleid. Nieuwe initiatieven worden afzonderlijk beoordeeld en kunnen derhalve niet meegenomen worden bij de actualisatie van het bestemmingsplan. Om medewerking te verkrijgen voor het vestigen van een nieuwe “paardenhouderij” moet er sprake zijn van een bedrijfsmatige paardenhouderij. In hoeverre een paardenhouderij daadwerkelijk bedrijfsmatig is wordt mede beoordeeld aan de hand van een bedrijfsplan. In haar brief van 5 maart 2012 heeft de gemeente Barneveld aangegeven waarover het bedrijfsplan informatie moet verschaffen.

1.2

Vraagstelling

Het bedrijfsplan moet informatie geven over de volgende onderwerpen:  bedrijfsactiviteiten  achtergrond/kwaliteit van de ondernemers  arbeidsbehoefte en intensiteit  accommodatie en ruimtebehoefte ( nu en in de toekomst)  relevante wet en regelgeving  marktanalyse  investerings- en financieringsbehoefte  rentabiliteitsberekening Aan de hand van dit bedrijfsplan kan de gemeente een indruk verkrijgen van de aard en omvang en bedrijfsmatigheid van het beoogde bedrijf.

-1Bedrijfsplan Stal Nieuw Puurveen, Puurveenseweg 22 te Kootwijkerbroek 8-6-2012, gjf/lh/840/B-53.200

1.3

Leeswijzer

In hoofdstuk 1 worden de aanleiding en de vraagstelling aan de orde gesteld. Hoofdstuk 2 gaat in op de huidige en gewenste bedrijfssituatie, waarbij specifiek aandacht is voor de bedrijfsopzet en uitstraling naar de omgeving. De activiteiten en voorzieningen worden in hoofdstuk 3 nader toegelicht. Hierbij wordt gerefereerd aan de Herziene handreiking paardenhouderij en RO (uitgave VNG en Sectorraad Paarden). In hoofdstuk 5 wordt de relevante wet- en regelgeving besproken. In hoofdstuk 6 wordt een toelichting gegeven van de financiële haalbaarheid van het bedrijf. Tot slot wordt in hoofdstuk 7 afgesloten met een korte samenvatting.


2.

Toelichting bedrijfssituatie

2.1

Huidige situatie

De heer en mevrouw Van Ee wonen sinds 1991 in aan de Puurveenseweg 22 te Kootwijkerbroek. De bij de boerderij behorende woning is in 1995 gesloopt en vervangen door een nieuwe woning. De voormalige varkensschuur is in gebruik voor opslag en paardenstalling. De heer Van Ee is nu nog actief in de betonbranche. De komende jaren zal hij de leiding van zijn bedrijfsactiviteiten gaan afbouwen. De vrijkomende tijd wil de heer Van Ee gebruiken voor het fokken en opfokken van paarden. De heer Van Ee is al jaren een fervent liefhebber van paarden maar voor zijn grote passie, het fokken van paarden, heeft hij door zijn drukke werkzaamheden onvoldoende tijd gehad. Wel leest hij relevante vakliteratuur en bezoekt hij regelmatig keuringen en wedstrijden. Daarnaast houdt hij hobbymatig enkele (fok)paarden aan de Puurveenseweg 22. Op grond van zijn opgedane ervaringen en kennis wil de heer Van Ee “Stal Nieuw Puurveen” opzetten voor het fokken/opfokken en africhten van paarden. Stal Nieuw Puurveen wil haar bedrijf richten op het fokken en opfokken van paarden met een topafstamming, een bovengemiddelde score, een aantrekkelijk exterieur en een goed bewegingsmechanisme. De veulens en opfokpaarden wil Stal Nieuw Puurveen afgericht verkopen. Daarnaast is men voornemens een beperkt aantal paarden pensionstaling aan te bieden. Naast de bedrijfswoning staat op het perceel een kleine schuur (12 x 22 meter). Er is sprake van 2,3 ha aan eigen grond. Deze grond wordt gebruikt voor de beweiding van de paarden en de ruwvoederwinning. Hieronder is een luchtfoto van de huidige bedrijfssituatie opgenomen.

Afbeelding: luchtfoto huidige bedrijfssituatie (bron: Google Maps)


2.2

Gewenste bedrijfssituatie over drie jaar

Op dit moment heeft de heer Van Ee enkele fokpaarden op zijn bedrijf. In enkele jaren wil hij het bedrijf laten doorgroeien naar 8 fokmerries en de bijbehorende opfokpaarden. Stal Nieuw Puurveen wil beginnen met het aankopen van een viertal fokmerries. Door het houden van veulens en het aankopen van kwalitatief goede fokmerries zal in de loop der jaren een eigen fokkerij worden opgebouwd. De overige fok- en opfokproducten worden verkocht. Door het africhten van de paarden kan een extra meerwaarde worden gecreëerd voor zowel de paarden die in sport als in de fokkerij worden gebruikt. Afhankelijk van de ingeschatte verwachtingswaarde worden fokmerries of africhtingspaarden doorverkocht. Daarnaast wil Stal Nieuw Puurveen een gedeelte van haar bedrijf gebruiken voor het stallen van pension paarden. Door het relatief hoogwaardige (aanbod)kwaliteit van de aangeboden pensionpaardenstalling is een goede huuropbrengst te verwachten. Ten behoeve van het houden van de paarden moet een nieuwe schuur worden gerealiseerd (38 x 56 meter). De bestaande schuur (12 x 22 meter) wordt hiervoor gesloopt. Inpandig worden er 22 paardenboxen, 4 groepsboxen voor paarden, een onderzoekbox, een behandelbox, zadelkamer, opslagruimte, kantoor, en een paardenshow- en rijbak gerealiseerd. Achter de hal wordt een opslagvoorziening voor vaste mest gerealiseerd. Aan de westzijde van het bedrijf wordt een veldschuur (12 * 25) meter gerealiseerd voor de opslag van materialen en stalling van machines. Ten behoeve van de bereikbaarheid en de professionele uitstraling zal de ruimte tussen en aansluitend aan de gebouwen van bestrating worden voorzien. Aan de noordzijde van de stal wil de heer Van Ee een buitenbak realiseren. Stal Nieuw Puurveen beschikt over 2,3 hectare weidegrond in eigendom. Deze grond ligt direct aan de bedrijfsgebouwen en is aaneengesloten. De fokmerries en opfokpaarden kunnen gedurende de zomerperiode (mei-november) op de weilanden grazen. Ruwvoer zal hoofdzakelijk van omliggende bedrijven worden aangekocht. Gelet op het beperkte aantal beschikbare hectares in eigendom van het bedrijf worden de paarden ook op percelen van derden geweid. In de directe omgeving van het bedrijf is hiervoor voldoende huurland voorhanden. Op basis van de mestwetgeving is de 2,3 ha eigen grond onvoldoende om de mest afkomstig van de eigen paarden te plaatsen. Door gebruik te maken van de derogatieregeling in de mestwet zal de mest van circa 10 volwassen paarden op het eigenbedrijf geplaatst kunnen worden. De overige vaste mest zal in de directe omgeving van het bedrijf worden afgezet. Eventueel ruwvoer in de vorm van folie balen (gras) zullen weer worden afgenomen.


2.3

Bedrijfsomvang en uitstraling

Stal Nieuw Puurveen wil in de toekomst het fokken met en het opfokken van jonge paarden verder professionaliseren en uitbreiden. Op het bedrijf zullen paarden van diverse leeftijden aanwezig zijn. Fokpaarden (3jaar en ouder), veulens en opfokpaarden ( 1-3 jaar). Daarnaast zal voor een selecte doelgroep pensionstalling worden aangeboden. De activiteiten van het bedrijf passen binnen de werkingssfeer van het Besluit landbouw milieubeheer. De activiteiten van het beoogde bedrijf zijn op 30 maart 2012 gemeld bij de gemeente Barneveld. Deze melding heeft betrekking op het houden van maximaal 20 volwassen paarden en 14 opfokpaarden. Op grond van het aantal pensionpaarden, het aantal fokmerries en de daarbij behorende opfok- en africhtingspaarden zijn er in het derde jaar 31 paarden aanwezig binnen de inrichting. Gelet op het aantal paarden kan er niet worden gesproken van een hobbymatige activiteit. Derhalve is een melding in het kader van het Besluit landbouw milieubeheer gedaan. De fokmerries zijn geselecteerd op hun afstamming. Het streven is er op gericht om jonge paarden met een bovengemiddelde score, een aantrekkelijk exterieur en een goed bewegingsmechanisme op te fokken. Na een korte (0-1 jaar) of langere (2-3 jaar) periode zullen deze opfokproducten worden verkocht. Een goed merrieveulen kan worden ingezet voor het vervangen van een fokmerrie. Indien gewenst zullen er andere merries worden aangekocht om de bloedlijn te versterken. Dit alles is gericht op toekomstig bovengemiddelde sportieve prestaties van de fokproducten. Paarden worden gefokt op afstamming. Vooral wanneer de hengst en de merrie zijn/haar prestaties op sportief gebied heeft bewezen ontstaat er een extra meerwaarde voor de fokkerij. Het africhten van de paarden en het geven van instructie is indirect van groot belang voor de fokkerij. Voor het aanrijden van de paarden zal een instructeur worden ingehuurd. De bedrijfsopzet, de aanwezige voorzieningen en uitstraling, moeten aansluiten bij de kwaliteit van de paarden. Het moet in een oogopslag duidelijk zijn dat het gaat om een professioneel opgezette paardenfokkerij. Alle aanwezige middelen zijn er op gericht om een goed (op)fokproduct te creëren. Het is moeilijk om in te schatten welke inkomsten c.q. uitgaven het bedrijf zal genereren. Dit is afhankelijk van de kwaliteit van de fokmerries en opfokproducten, alsmede de vraag naar jonge paarden en het vakmanschap van de ondernemer. In de herziene Handreiking Paardenhouderij en RO (SRP en VNG – februari 2009) is aangegeven dat van een bedrijfsmatige paardenhouderij sprake is, wanneer het houden van houden van paarden gericht is op het genereren van bedrijfsresultaat.


Gelet op het aantal paarden en de gewenste gebouwen en voorzieningen en de houderij gericht is op het generen van bedrijfsresultaat is er sprake van een professionele of bedrijfsmatige paardenhouderij. Ook de aanwezigheid van kwalitatief goede fokmerries met topafstamming onderstreept dit.

2.4

Bedrijfsomvang bepaling op basis van NGE/SO

Om de omvang van een bedrijf te kunnen bepalen kan aansluiting gezocht worden bij de definities van het landbouwkundig Economisch instituut (LEI) hanteert: Nederlandse groot eenheden en volwaardige arbeidskracht (Vak). Nge is een maat waarmee de economische omvang van een agrarische activiteit wordt weergegeven. Vaak is een normering met als uitgangspunt een mensjaar van 1700 volwaardige uren. Voor het berekenen van de bedrijfsomvang kan gebruik worden gemaakt van de rekenmodule die het LEI aanbiedt op hun website. Voor paarden en pony’s wordt in de rekenmodule een onderscheid gemaakt naar jonger en ouder dan 3 jaar. De paardenhouderij is echter een tak die zich kenmerkt door een grote diversiteit aan bedrijven. De toegevoegde waarde verschilt sterk per soort bedrijf. Een andere methode om de omvang van een bedrijf in beeld te brengen is typering volgens Standaard opbrengst (SO). Binnen deze methodiek wordt toegerekende kosten verrekend met de opbrengsten. Door de cijfers uit de begroting van Stal Nieuw Puurveen te gebruiken ontstaat er een bedrijfsspecifieke bepaling van de SO aan de hand van werkelijke gegevens. De normen worden door het LEI regelmatig herzien en aangepast. In het referentiejaar 2010 komt de deelfactor overeen met 1.420 euro. Op grond van de begroting in het derde jaar bedraagt de bedrijfsopbrengst 107.520 euro en de toegerekende kosten 36.790 euro, dit komt overeen met een toegerekende opbrengst van 70.730 euro. Op basis van de deelfactor uit 2010 komt de bedrijfsomvang van dit bedrijf overeen met 49,8 NGE.


3.

Activiteiten en voorzieningen

3.1

Activiteiten en werkzaamheden

Binnen Stal Nieuw Puurveen zullen de volgende activiteiten plaats gaan vinden met betrekking tot het houden, fokken en opfokken en africhten van de aanwezige paarden:  verzorging  beweiding  vruchtbaarheidsmanagement (schouwen, hengstselectie en insemineren)  drachtigheidsbegeleiding  begeleiding van het geboorteproces  aanrijden en africhten (beperkt)van fokproducten  selectie paarden ten behoeve deelname aan keuringen  wedstrijden keuringsklaar maken van opfokproducten  uitbrengen op wedstrijden  voorbrengen opfokproducten op keuringen  verkoop paarden;  onderhoud stallen, voorzieningen, terrein en grasland  boekhouding en administratieve werkzaamheden  relatiebeheer en onderhouden netwerk  het houden van toezicht De activiteiten zijn in hoofdzaak gericht op het fokken en opfokken van kwalitatief goede paarden en het stallen van pensionpaarden. De werkzaamheden op het bedrijf zullen in hoofdzaak door de ondernemer zelf worden uitgevoerd. Daarnaast is er ruimte voor parttime medewerk(st)ers en/of stagiaires die helpen bij de dagelijkse verzorging van de paarden. De pensionpaarden worden verzorgd door de eigenaren van de pensionpaarden. De meeste werkzaamheden ten aanzien van de africhtingspaarden zullen worden uitgevoerd door een professionele ruiter die op freelance basis de africhtingspaarden op het bedrijf komt trainen. Indien nodig zal het bedrijf ondersteund worden door specialisten. Het onderhoud van het terrein en de gebouwen is in eigen handen. Ruwvoer zal in hoofdzaak worden aangekocht.


3.2

Bouwwerken en voorzieningen

Zoals hiervoor al is aangegeven, wordt er een nieuwe schuur gerealiseerd (paardenboxen, groepsboxen, onderzoekbox, machinestalling, opslagruimte, kantoor, binnen-/ paardenshow, rijbak), een veldschuur en een vaste mestvoorziening. Daarnaast is er op het erf voldoende ruimte aanwezig ten behoeve van het parkeren van voertuigen van bezoekers. Het bedrijf kan op basis van de Handreiking Paardenhouderij en RO (uitgave Sectorraad Paarden en VNG) worden aangemerkt als een combinatie van een merriehouderij voor het houden van fokmerries, opfokbedrijf en pensionstalling. De omzet wordt gehaald uit de inzet van merries ten behoeve van de fokkerij en de huisvesting van jonge paarden (4 tot 36 maanden). De overige inkomsten worden gegenereerd uit de pensionstalling. In de handreiking wordt ook aangegeven welke voorzieningen relevant zijn voor een merriehouderij en een opfokbedrijf. Een weide, schuilstal en buitenbak zijn gewenst ten behoeve van het bevorderen van het natuurlijk gedrag van het paard. Daarnaast is er een groot aantal voorzieningen ‘dat men zoal aantreft op een bedrijf’. Concreet worden in de handreiking genoemd:  buitenrijbaan  binnenrijbaan  stap-/en trainingsmolen*  longeercirkel*  materieel-, voer-, mest en strooiselopslag  kantoor en ontvangstruimte  hulpkrachtenruimte  bedrijfswoning  was- en poetsplaats  parkeerplaats * Deze voorzieningen kunnen voor ieder bedrijf gewenst zijn voor afwisseling in de beweging van het paard.

Met uitzondering van de longeercirkel, stap-/ en trainingsmolen, hulpkrachtenruimte en de schuilstal is het voornemen om op termijn alle hierboven genoemde voorzieningen te realiseren. Naast dat Stal Nieuw Puurveen deze bedrijfsopzet wenselijk acht, is hiermee ook aangetoond dat de voorzieningen noodzakelijk zijn.


3.3

Bedrijfsopzet en ruimtebeslag

Hieronder worden de maatvoering van de verschillende bouwwerken aangegeven:  bestaande bedrijfswoning  nieuwe paardenschuur 56 x 38 meter (2128 m2)  veldschuur 25 x12 meter (300 m2)  opslagvoorziening vaste mest (60 m2)  buitenbak 20 x 60 meter ( 1200 m2) Het bouwvlak voor deze grotendeels productiegerichte paardenhouderij bedraagt circa 1,0 hectare, maar is niet groter dan noodzakelijk. In de handreiking is aangegeven welke voorzieningen bij voorkeur binnen het bouwvlak moeten worden gerealiseerd, maar in sommige gevallen ook daarbuiten zouden kunnen worden opgericht. Dit is van belang om de grootte van het toekomstige bouwvlak vast te kunnen stellen. Samengevat geeft de handreiking aan dat alle bouwwerken binnen het bouwvlak moeten worden gerealiseerd. Hieronder wordt ook een buitenrijbaan gerekend, zodra er sprake is van een constructie. De weidegang en uitloop kunnen buiten het bouwvlak worden aangelegd. Stal Nieuw Puurveen heeft een situatie- en plattegrondtekening van de gewenste bedrijfsopzet opgesteld. Deze tekening is opgenomen in bijlage 2 behorende bij dit bedrijfsplan. Uit de situatietekening blijkt het volgende: De totale oppervlakte van de nieuwbouw bedraagt 2428 m2, waarbij de mestopslag en buitenrijbaan niet zijn meegerekend. Het totaal benodigde bouwvlak heeft een omvang van circa 1,0 ha.


4.

Relevante regelgeving milieu

4.1

Bedrijven en milieuzonering

Ten behoeve van een passende afstand rond bedrijven en instellingen ten opzichte van gevoelige functies, is door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) het systeem ‘Bedrijven en milieuzonering’ (2009) ontwikkeld in de vorm van een bedrijvenlijst, waarin de bedrijven en instellingen zijn gecategoriseerd op hun milieueffecten. In het door VNG uitgegeven Bedrijven en milieuzonering valt een paardenhouderij onder de categorie ‘Fokken en houden van overige graasdieren’. In de bedrijvenlijst voor rundveebedrijven wordt als norm een minimale afstand van 50 meter aangehouden. Deze afstand is gebaseerd op het aspect geur. Voor geluid en stof is de afstand 30 meter en voor gevaar is geen zone aanwezig. In de brochure wordt aangegeven dat voor agrarische bedrijven aparte toetsingskaders bestaan die voor milieuzonering van belang kunnen zijn. Genoemd wordt o.a. het Besluit landbouw milieubeheer, de Wet ammoniak en veehouderij en de Wet geurhinder en veehouderij. Voor de toelaatbaarheid van agrarische bedrijven en objecten in de omgeving daarvan, is daarom altijd een specifieke toets aan de relevante regelgeving aan de orde. Deze wordt later in deze toelichting beschreven. Voor geurgevoelige objecten moet ten opzichte van voor geurgevoelige objecten een minimale afstand van 50 meter in acht worden genomen. Het dichtstbijzijnde object is Puurveenseweg 24 en ligt op een afstand van circa 60 meter. Aan de minimale afstand van 50 meter wordt voldaan.

4.2

Besluit landbouw milieubeheer

Het Besluit landbouw milieubeheer is op 6 december 2006 in werking getreden. Het besluit is in hoofdzaak van toepassing op melkrundveehouderijen, akkerbouw- of tuinbouwbedrijven, gemechaniseerde loonbedrijven, paardenhouderijen, kinderboerderijen en kleinschalige veehouderijen. Zolang er wordt voldaan aan de toetredingseisen van het besluit, is het Besluit landbouw milieubeheer van toepassing op een paardenhouderij. Voor de voorgestane activiteit is op 23 maart 2012 een melding gedaan bij de gemeente Barneveld. De voorgestane activiteiten passen binnen de werkingssfeer van het Besluit landbouw milieubeheer. De inrichting voldoet aan de eisen die op grond van geur, ammoniak en fijnstof aan de inrichting worden gesteld.

- 10 Bedrijfsplan Stal Nieuw Puurveen, Puurveenseweg 22 te Kootwijkerbroek 8-6-2012, gjf/lh/840/B-53.200

4.3

Water

Als er sprake is van nieuwvestiging of uitbreiding van een agrarisch bedrijf (c.q. paardenhouderij), dan wordt aan de hand van een zogenaamde waterparagraaf duidelijk gemaakt hoe het vigerend waterbeleid is vertaald naar waterhuishoudkundige inrichtingsmaatregelen in het plan. Concreet: hoe wordt met (afval)water in dit plan omgegaan en op welke wijze dragen de inrichtingsmaatregelen bij aan "Veiligheid, Voldoende en Schoon Water". De watertoets is verplicht bij alle ruimtelijke plannen en besluiten van rijk, provincies en gemeenten. Als een particulier een vrijstelling van het bestemmingsplan nodig heeft, is een watertoets ook verplicht. De gemeente vraagt de watertoets dan aan namens de particulier. De watertoets is in ieder geval verplicht bij:  bestemmingsplannen en projectbesluiten  streekplannen en streekplanuitwerkingen  (inter)gemeentelijke en regionale structuurplannen  landinrichtingsplannen;  besluiten op basis van de ontgrondingen Het uitvoeren van een watertoets is een aandachtspunt bij wijziging van het bestemmingsplan.

4.4

Geluid

Geluidsemissie vanuit agrarische bedrijven wordt veroorzaakt door transportbewegingen, door activiteiten op het buitenterrein, binnen de gebouwen en door installaties aanwezig op het bedrijf. Voor een paardenfok-/opfokbedrijf zal de geluidsemissie voornamelijk afkomstig zijn van de aan- en afvoer van paarden, ruwvoer, mest en bezoekers. De toename van het aantal transsportbewegingen is minimaal en zal niet leiden tot een overlast of een verstoring van het verkeersbeeld op de openbare weg.

4.5

Natura 2000

Natura 2000 is een Europees netwerk van natuurgebieden met als doel instandhouding en verbetering van flora en fauna. Met name ammoniak wordt al schadelijk gezien voor deze Natuurgebieden. Uitbreiden in de nabijheid van een Natura 2000-gebied is gebonden aan een vergunning in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998. Een dergelijke vergunning kan alleen worden verleend als er geen sprake is van een significant effect op een Natura 2000-gebied.


De middels het Besluit landbouw milieubeheer gemelde aantal paarden mag alleen worden gehouden als voor de toename van de stikstofdepositie een vergunning in het kader van de Natuurbeschermingswet is verleend. De provincie Gelderland heeft voor het beoordelen van het effect van de stikstofdepositie een eigen toetsingskader ontwikkeld. Indien de totale stikstofdepositie van een bedrijf onder de drempelwaarde blijft van de voor stikstof gevoelige habitattypen in de nabijgelegen Natura 2000-gebieden kan een vergunning in het kader van de Natuurbeschermingswet worden verleend. De afstand tot het dichtstbijzijnde Natura 2000-gebied, de “Veluwe” bedraagt circa 4100 meter. Gelet op de geringe aantal dieren en de daarbij behorende ammoniakemissie is het niet aannemelijk dat de stikstofdepositie de drempelwaarde voor de betreffende habitattypen zal overschrijden. De beoogde situatie is op grond van de Natuurbeschermingswet 1998 vergunbaar.


5.

Planologische situatie

5.1

Vigerende bestemming

De locatie Puurveenseweg 22 is in het vigerende bestemmingsplan “Bestemmingsplan Buitengebied 2000” van de gemeente Barneveld aangeduid met de bestemming “wonen”. De op de plankaart aangeduide gronden met “wonen” zijn bestemd voor het woningen met bijbehorende bebouwing, tuinen en voorzieningen.

Eigendom Van Ee

Kaartje uitsnede vigerend bestemmingsplan locatie Puurveenseweg 22 Kootwijkerbroek

Het op de bestemmingsplankaart aangeduide bouwperceel Puurveenseweg 22 bestaat kadastraal uit twee percelen. Het zuidelijke gedeelte, met daarop aangegeven de ligging van de woning, is eigendom van de heer Van Ee.

5.2

Voorontwerpbestemmingsplan

In de gemeente Barneveld is een nieuw bestemmingsplan voor het buitengebied in procedure. Het voorontwerp van het plan is op 14 maart 2012 ter inzage gelegd. Aan dit plan kan geen juridische status worden ontleend, wel geeft dit plan een beeld van de toekomstige ontwikkelingen in de omgeving. In het voorontwerp bestemmingsplan “buitengebied gemeente Barneveld 2012” is de locatie Puurveenseweg 22 aangeduid met de bestemming wonen. Daarnaast heeft de locatie de dubbelbestemming “Archeologie 1” en de gebiedsaanduiding reconstructiewetzone “landbouwontwikkelingsgebied”.


Bron: ruimtelijke plannen Kaartuitsnede voorontwerpbestemmingsplan Buitengebied 2012

5.3

Gewenste Bestemming

De beoogde activiteiten van Stal Nieuw Puurveen passen niet binnen de regels van de bestemming “wonen” in het vigerende bestemmingsplan of voorontwerpbestemmingsplan “Buitengebied 2012”. Derhalve is een bestemmingswijziging noodzakelijk om de plannen van de heer Van Ee aan de Puurveenseweg 22 te kunnen realiseren. De beoogde bedrijfssituatie is in hoofdzaak gericht op het fokken en opfokken van paarden. Een bedrijf dat gericht is op het voortbrengen van producten door middel van het houden van dieren, met inbegrip van de daarmee samenhangende activiteiten, zoals de ontvangst van bezoekers, wordt beschouwd als zijnde een agrarisch bedrijf. Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming “wonen” wijzigen in de bestemming “Agrarisch” en daarbij een bouwvlak opnemen ten behoeve van de vestiging van een agrarisch bedrijf mits:, a. de bestemming de bestemming 'Wonen' ligt ter plaatse van de aanduiding 'reconstructiewetzone – landbouwontwikkelingsgebied', de aanduiding 'reconstructiewetzone verwevingsgebied GV' of de aanduiding 'reconstructiewetzone – verwevingsgebied V', met uitzonderingen van bestemmingen met de aanduiding 'Kernrandzone'; b. aannemelijk is gemaakt dat na omschakeling een toekomstbestendig en volwaardig agrarisch bedrijf ontstaat; c. landschappelijke inpassing plaatsvindt op basis van een overgelegd landschapsplan; d. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de aanwezige landschapswaarden, tenzij hieraan door het nemen van maatregelen voldoende tegemoet kan worden gekomen; e. de belangen van gebruikers en/of eigenaren van nabijgelegen gronden niet onevenredig worden geschaad; f. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de milieusituatie; g. de oppervlakte van het bouwvlak niet meer bedraagt dan 1 hectare, met dien verstande dat de oppervlakte 1,5 hectare mag bedragen, indien de oppervlakte noodzakelijk is in het kader van een doelmatige bedrijfsvoering en er wordt gestreefd naar een compacte bouwvlakvorm.


Het nieuw te realiseren bedrijf aan de Puurveenseweg 22 voldoet in hoofdzaak aan de bovenstaande regels voor het wijzigen van de bestemming “wonen” in de bestemming “Agrarisch”. Een plattegrondtekening van de beoogde situatie is bijgevoegd als bijlage. Stal Nieuw Puurveen legt het accent van de bedrijfsvoering op het fokken en opfokken van (sport)paarden. Het africhten van de paarden is gericht op het versterken van de fokkerij activiteiten. Veruit het grootste gedeelte van de werkzaamheden is gericht op het paard zelf in plaats van de ruiters of amazones. De verhuur van pensionstallen is van ondergeschikte aard binnen deze bedrijfsvoering. Hiermee wordt in hoofdzaak voldaan aan de definitie zoals opgenomen in het voorontwerpbestemmingsplan “Buitengebied 2012” met betrekking tot de agrarische bestemming.


6.

Financiële onderbouwing

6.1

Marktanalyse

Het fokken van kwalitatief goede fok- en sportpaarden is niet gebonden aan een regionale afzet of geografische ligging van het bedrijf. De paarden worden in principe aan- en verkocht binnen Nederland maar ook internationale wereldwijde afzet is zeker niet uit te sluiten. De internationale markt en handel is niet afgeschermd voor nieuwkomers op de markt. Wel zullen nieuwkomers zich moeten bewijzen. Maar de markt staat open voor alle vragers en aanbieders. Zeker ook gezien de opkomende markten als o.a. China en Rusland. Gelet op de omvang van de markt is er voldoende vraag naar kwalitatief zeer goede fok- en sportpaarden. De ligging van het bedrijf ten ten opzichte van de afnemers is derhalve niet van belang. Voor de andere activiteit van het bedrijf, het verhuren van pensionstalling, is het bedrijf wel afhankelijk van de vraag uit de directe omgeving van het bedrijf. Gelet op het bijzondere karakter van de aangeboden pensionstallen en de geringe uitbreiding van het extra stallingsplaatsen, zal de oprichting van het bedrijf niet leiden tot het verstoren van het marktevenwicht. Stal Nieuw Puurveen wil met haar pensionstalling draagkrachtige mensen aanspreken die duidelijk op zoek zijn naar een kwalitatief zeer goede stalling.

6.2

Investering en financieringsbehoefte

Stal Nieuw Puurveen is voornemens de investering van het gehele bedrijf te financieren uit eigen middelen. Derhalve is voor de financiering van het bedrijf aantrekken van vreemd vermogen niet noodzakelijk. Doordat het bedrijf gefinancierd wordt uit eigen middelen is het de totale hoogte van de investering voor de begroting niet relevant. Derhalve is geen overzicht van de investering van de verschillende bedrijfsonderdelen uitgewerkt.


6.3

Rentabiliteitsberekening

Op grond van de te verwachten investering en de verstrekte informatie is een rentabiliteitsberekening gemaakt van de te verwachten bedrijfssituatie. Deze berekening is toegevoegd als bijlage 3 van dit bedrijfsplan. De begroting is gemaakt voor de aanloopperiode van het bedrijf. De verwachting is dat het bedrijfsresultaat na het derde jaar stabiel zal blijven. Momenteel zijn er een drietal fokpaarden op het bedrijf aanwezig. Geleidelijk zullen er enkele fokmerries worden aangekocht. Hierdoor komt de het aantal fokmerries in het derde jaar op 8 stuks. In het eerste, tweede, en derde jaar zullen enkele paarden worden aangekocht. Tevens is er in de begroting vanuit gegaan van een geleidelijk stijging van het aantal pensionpaarden. Op grond van de begroting zullen er het derde jaar 31 paarden op het bedrijf aanwezig zijn. Vanwege geringere bezetting is het bedrijfsresultaat het eerste jaar negatief (€). Het derde jaar bedraagt het bedrijfsresultaat positief 17.080 euro.


7.

Samenvatting

De heer Van Ee is voornemens om op zijn huidige woonadres Puurveenseweg 22 te Kootwijkerbroek de bestaande bedrijfsgebouwen te slopen. Tevens wil hij op deze locatie een nieuwe professionele agrarische paardenhouderij, Stal Nieuw Puurveen oprichten. De hoofdzaak van de activiteiten is gericht op het fokken en africhten van paarden. Daarnaast wordt voor een beperkt aantal plaatsen pensionstalling verhuurd. Gelet op de productiegerichte bedrijfsvoering is er in de voorgestane situatie sprake van een agrarisch bedrijf. Voor het realiseren van een nieuw paardenbedrijf is een wijziging van het bestemmingsplan noodzakelijk. De activiteiten van de beoogde bedrijfsvoering passen binnen de werkingssfeer van het Besluit landbouw milieubeheer. Gelet op de regels in het voorontwerp bestemmingsplan buitengebied 2012 voldoet het beoogde bedrijf in hoofdzaak aan de in het plan opgenomen regels. Op basis van “de herziene Handreiking Paardenhouderij en RO” is in de voorliggende situatie sprake van een paardenhouderij. Op basis van de verwachte bedrijfsexploitatie is een begroting gemaakt. Uit deze begroting blijkt dat er op de middellange termijn sprake is van een positieve bedrijfsexploitatie (derde jaar). Uit de toelichting in het bedrijfsrapport blijkt dat Stal Nieuw Puurveen een professionele bedrijfsmatige paardenhouderij wil exploiteren aan de Puurveenseweg 22 te Kootwijkerbroek. Het verzoek voor een bestemmingsplanwijziging is derhalve legitiem.


Bijlage 1

Tekeningen bestaande situatie

Bedrijfsplan Stal van Ee, Puurveenseweg 22 te Kootwijkerbroek 8-6-2012, gjf/lh/840/B-53.200

Bijlage 2

Tekeningen beoogde situatie


Bijlage 3

Rentabiliteitsberekening


Bedrijfsbegroting "Stal Nieuw Puurveen" Jaren

Opbrengsten

1

2

Opbr. / eenheid

3

jaar 1

jaar 2

jaar 3

% Inzet

Aantal

% Inzet

Aantal

% Inzet

Aantal

Pensionpaarden

100%

4

100%

6

100%

8

4.740

18.960

28.440

37.920

Africhtingspaarden

100%

4

100%

5

100%

6

5.000

20.000

25.000

30.000

20.520

27.360

Fokmerries

100%

4

100%

6

100%

8

3.420

13.680

Jaarlingen

100%

2

100%

2

100%

3

1.320

2.640

2.640

3.960

Tweejarigen

100%

2

100%

2

100%

3

1.350

2.700

2.700

4.050

Driejarige fokmerries

100%

2

100%

2

100%

3

1.410

2.820

2.820

4.230

Totale opbrengsten

60.800

82.120 107.520

Bedrijfsbegroting "Stal Nieuw Puurveen" Kosten Toegerekende kosten Dekgelden

3.592

5.388

7.184

Krachtvoer

4.308

5.692

7.550

Ruwvoer Strooisel

3.578 3.766

4.676 4.985

6.191 6.555

Veearts & medicijnen

2.470

3.155

4.225

Hoefsmid

2.210

2.750

3.515

Stamboek

481

684

925

Diversen paarden

350

480

645

20.754

27.810

36.790

Onderhoud

3.000

3.000

3.000

Verlichting/verwarming/water

3.000

3.300

3.600

Verzekering onroerend goed

1.200

1.200

1.200

Grond & waterschapslasten

1.000

1.000

1.000

8.200

8.500

8.800

Vervoerskosten

1.500

1.500

1.750

Onderhoud

1.500

1.500

2.000

verzekering

800

800

800

3.800

3.800

4.550

8.000

10.000

12.000

Gebouwen

25.000

25.000

25.000

Inventaris

2.500

2.500

2.500

Machines,werktuigen en vervoersmiddelen

1.000

900

800

28.500

28.400

28.300

5.500

6.000

6.000

0

0

0

Totaal rentelasten

0

0

0

Totaal vaste lasten

54.000

56.700

59.658

Totaal kosten

69.254

78.510

90.440

Bedrijfsresultaat

-8.454

3.610

17.080

Totaal toegerekende kosten Vast lasten Huisvestingskosten

Totaal huisvestingskosten Inventariskosten

Totaal inventariskosten Arbeidskosten ruiter Afschrijvingen

Totaal afschrijvingen Algemene kosten & kantoorkosten Rentelasten Rente

Bedrijfsplan Stal Nieuw Puurveen Puurveenseweg 22 Kootwijkerbroek

Recommend Documents