Jaarverslag 2014
ter Wende - Espero vzw
Beste lezer, Wie de jeugdhulp volgt, weet het: 2014 was een bewogen jaar. De start van de intersectorale toegangspoort bracht heel wat teweeg. Ook in ter Wende-Espero voelen we de impact van deze ingrijpende verandering. In een eerste jaar zijn er natuurlijk heel wat groeipijnen, overgangsmaatregelen en onduidelijkheden. Eindeloos veel telefoons over wie wanneer op welke knop moet duwen in de nieuwe applicatie INSISTO. Daar hadden we ons aan verwacht. We worstelden vooral met een meer fundamentele verandering, waar zorg niet langer vorm krijgt in een dialoog tussen gezinnen en een voorziening. Nu is er steeds ook een derde partij, de poort, die enkel op grond van een dossier, een traject wel of niet aanvaardt. Meer administratie, minder autonomie. Het verbaast ons dat ingrijpende beslissingen (wel of geen jeugdhulp) genomen worden door mensen die gezin en jongere in kwestie niet kennen, enkel op grond van papieren informatie. Nieuwe, ingewikkelde instroomprocedures zorgen ook voor minder aanmeldingen. Een tendens die zich ook in 2015 lijkt voor te zetten. Kortere wachtlijsten, daar zouden we toch blij mee moeten zijn? We denken echter vooral dat zorgvragers de weg niet vinden. En dat is geen gunstige evolutie. We merken gelukkig ook positieve effecten: de combinatie pleegzorg-jeugdhulp is eindelijk mogelijk. Heel wat pleeggezinnen vinden de weg naar onze werking. De toegangspoort waakt er sterker dan vroeger over dat jongeren met de meest complexe zorgvragen niet uit de boot vallen. Op het terrein konden we een goede samenwerking uitbouwen met de collega’s van de toegangspoort. We vonden oplossingen in concrete dossiers. We hopen echter dat we in dezelfde sfeer van overleg en samenwerking ook structurele bijsturingen kunnen realiseren in 2015. Niet alleen integrale jeugdhulp hield ons bezig. Ook de verdere ombouw naar een multifunctioneel centrum was een thema. Ook hier is de sterkere nood aan verantwoording voelbaar en krijgt vorm in het registreren en meten van de ‘output‘, ‘de zorgproductie’. Terecht wordt er verantwoording van gemeenschapsmiddelen verwacht. We denken echter dat het niet wenselijk is om door te schieten in een prestatie-financiering. “Hoeveel brengt het op?” dreigt dan belangrijker te worden dan de vraag “wat is hier passende zorg?”.
De eerste voorstellen van de overheid in die richting baren ons zorgen. Ze zouden voor vreemde kronkels kunnen zorgen: ‘Laat ons maar geen steungezin zoeken, het brengt meer op om jongeren in het weekend hier te houden’. ‘Hoera, weer iemand van school geschorst. Extra dagbesteding die we kunnen factureren’. ‘Het gaat beter thuis, nog maar twee dagen per week in de leefgroep? Dat gaan we niet doen, daar verliezen we teveel aan’. Of - deze hebben we helaas al echt gehoord - ‘kan die vergadering niet bij jullie doorgaan, dan kunnen we dat inbrengen als outreaching, dat brengt meer op dan een vergadering bij ons op dienst’. Dit is niet het soort discours dat we op teamvergaderingen in de toekomst willen horen. In 2015 wordt de discussie rond outputindicatoren afgerond. We denken constructief mee vanuit ter Wende en Espero! Ook hier merken we echter ook heel wat positieve effecten. De filosofie achter multifunctionele centra is er een van meer vrijheid, meer zorg-op-maat. Daar maken we dankbaar gebruik van. Een tevredenheidsbevraging leert dat ouders dit ook waarderen. Binnen het onderwijslandschap komt er in 2015 het M-decreet bij. We vermoeden dat ook dit een impact zal hebben op onze werking. Niet voor niets is de uitbouw van een sterk aanbod van dagbesteding een van onze prioriteiten. Kortom er gebeurt veel rondom ons. Wat gebeurde er in ter Wende en Espero? Ook veel! Dat ontdekt u in dit jaarverslag: de bouwwerken in ter Wende, therapeutische apps, tevredenheidsbevraging van medewerkers, ouders, projecten rond dagbesteding, een verdiepingstraject rond trauma-behandeling, … zijn maar enkele voorbeelden. Net als vorig jaar is onze missie de kapstok van dit jaarverslag. Tot slot ook een woord van dank aan allen die onze werking mogelijk maken. Op de eerste plaats: de zes miljoen Vlamingen die ons elk ongeveer 66 cent belastinggeld schenken, via het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap! We konden in 2014 ook rekenen op de onmisbare steun van stichting Kindergeluk, Kiwanis Vilvoorde, Ariadne, giften van sympathisanten en twee prachtige acties van Music For Life! Bedankt voor uw interesse in onze werking. Hopelijk bent u nu al nieuwsgierig naar ons jaarverslag 2015 ! Mattias Bouckaert – directeur ter Wende – Espero
1. Creatieve zorg-op-maat ter Wende – Espero biedt creatieve zorg-op-maat aan jongeren en gezinnen met ernstige psychosociale en relationele moeilijkheden. We bieden op twee campussen intensieve ondersteuning, met een brede waaier van werkvormen: leefgroep, schoolbegeleiding, gezinsgesprekken, oudergroepen, ambulante zorg-aan-huis, zelfstandiger wonen, verschillende vormen van individuele therapie, ... We konden het voorbije jaar 76 gezinnen ondersteunen. Sterker nog dan voorgaande jaren verloopt deze instroom vooral via jeugdrechtbank (van 42% naar 51 %) of ondersteuningscentrum jeugdzorg (van 24% naar 30 %). 89 % van onze gezinnen komt uit Vlaams-Brabant, slechts 5 % uit Brussel. 6 % zijn gezinnen uit aanpalende provincies. Een klassiek bezettingscijfer kunnen we als multifunctioneel centrum niet echt berekenen. We denken immers niet meer in termen van 51 bedden. Het is duidelijk dat we met wat-vroeger-bekend-was-als-51-bedden heel wat meer gezinnen bereiken. Het aantal gezinnen in begeleiding ligt op hetzelfde niveau als vorig jaar (78). In 2015 verwachten we een daling aangezien de kortere termijnen binnen integrale jeugdhulp het minder makkelijk maken om verdere ambulante nazorg te bieden. We proberen dit te ondervangen door de uitbouw van een aanbod Rechtstreeks Toegankelijke Hulp, als alternatief. We maken ons ook zorgen om onze instroom uit Brussel. Eerste trends in onze aanmeldingen tonen dat hier, in de multiculturele grootstad, het afschrikkingseffect van ingewikkelde instroomprocedures het grootst is. Al enkele jaren maken we werk van trajecten op maat. De tijd van 'one size fits all', iedereen op zondagavond binnen en vrijdagavond naar huis, is al een tijd voorbij. 33% van onze trajecten zijn 'flex-trajecten' , waarbij jongeren minder dan 4 dagen in de voorziening blijven. 22% van onze trajecten zijn zelfs louter ambulant. Dankzij de meer gedetailleerde registratie sinds 2014 kunnen we een preciezer beeld geven van ons zorgaanbod. Residentieel werken blijft daarin belangrijk, maar ook outreachen/mobiel begeleiden is duidelijk aanwezig. De verhouding gesprekken op dienst of gesprekken buitenshuis is ongeveer 50/50. De intensiteit van onze begeleidingen ligt gemiddeld op ongeveer 3 contextbegeleidingen (gezin, school, extern overleg) per maand, en 3 individuele therapiemomenten per maand. Het aantal dagen in de leefgroep varieert van 0 tot 7, met gemiddeld 3 à 4 dagen.
Overzicht van ons zorgaanbod ● verblijf = overnachting ● dagopvang = begeleiding naschools (meestal in combinatie met overnachting, maar soms zetten we dagcentrumformule in, en overnachten kinderen thuis) ● Ambulante begeleiding = gesprekken en overlegmomenten met ouders of externen op het centrum ● Mobiele begeleiding = gesprekken en overlegmomenten buitenshuis, huisbezoeken, …. ● Dagbesteding = schoolvervangende begeleiding overdag
We bouwen ook verder aan een breed arsenaal van methodieken
•
Het denken rond Geweldloos verzet blijft een belangrijke inspiratiebron. We krijgen steeds vaker de vraag van collega-voorzieningen om onze ervaringen te delen. Onze oudergroep rond geweldloos verzet is een gemengde groep geworden met zowel deelnemers uit ter Wende als Espero. En voor het eerst werd ze opengesteld voor externe ouders, van buiten onze voorziening.
•
Heel wat jongeren dragen kwetsuren uit het verleden mee. Hoe kunnen we die slapende honden voorzichtig wakker maken en therapeutisch aan de slag gaan met deze vroegkinderlijke trauma’s ? We vonden inspiratie in het werk van Arianne Struyk. In 2015 bouwen we hierop verder met
een interne studiedag. Daarnaast investeerden we in een opleiding EMDR, zodat we dit aanbod nu zelf in huis hebben. Eerste ervaringen waren veelbelovend. ● Klassiekers als de moedergroep (ter Wende) en de oudergroep (Espero) liepen door. De vadergroep in ter Wende evolueerde naar gezinsactiviteiten, telkens gekoppeld aan een schoolvakantie: een gesmaakte halloweentocht en een leuke maskerade in de krokusvakantie! ● Ook ervaringsgericht leren in de natuur blijft een klassieker. 12 jongeren uit ter Wende namen deel aan de Challenge, een initiatief van de collega’s van Terbank. Beide leefgroepen van Espero trokken naar de Ardennen, voor een drie-daagse ‘natuur-talent’. Ook hier was er met rotsklimmen, raften, dropping, … heel wat ‘challenge’. ● Teams experimenteerden met nieuwe werkvormen om besprekingen interactiever te maken. We willen ook onze verslaggeving beknopter en efficienter maken. Het model van de veerkrachtcirkel is daarbij inspirerend. ● Tablets, smartphones, Apps, … zijn niet meer weg te denken; zeker niet uit de leefwereld van jongeren. Al deze schermen zijn soms een reden tot zorg. Anderzijds raakten we geboeid door de vele mogelijkheden om ze als bondgenoot te gebruiken. Hoe kunnen we nieuwe media integreren in ons begeleidingsaanbod ? Welke kansen bieden de vele emotiemeters, mindfulness, relaxatie en andere applicaties? Dankzij de steun van de stichting Kindergeluk kan elk team vanaf 2015 beschikken over het nodige materiaal om aan de slag te gaan. ● Steeds vaker merken we dat school lopen onder druk staat. Om voldoende preventief te kunnen handelen, versterkten we het aanbod inzake dagbesteding . 4/5de school lopen, gecombineerd met 1 dag dagbesteding; is vaak een meer realistisch verhaal. ○ In ter Wende versterkten we ons eigen aanbod, o.a. door extra uren te investeren (van 1 VTE naar 1,5 VTE). Inhoudelijk trekken we onze visie sterker door: krachtgericht werken, context betrekken. We laten ons inspireren door de talentenarchipel, een methodiek die ook in lagere scholen vaak gebruikt wordt. Dit dagbestedingsaanbod willen we vanaf 2015 ook openstellen voor jongeren van buiten ter Wende (tot max. 14 jaar), in eerste instantie voor een beperkt aantal partners uit de buurt (scholen). Om kleinschalig, individueel te kunnen werken betrekken we
vrijwilligers om activiteiten te begeleiden. Het project kreeg de naam Atlas, Alternatieve Time-out Lagere School. We richten ons bewust op lagere school-leeftijd en eerste graad secundair, omdat er voor deze leeftijden binnen onderwijs weinig alternatieven voorhanden zijn. ○ Vanuit Espero stapten we mee in een samenwerkingsverband met Alba en Tonuso. Onder de vlag ‘try-out’ willen we jongeren zinvolle dagbesteding aanbieden op de terreinen van Toestand vzw, Atteljee du Kaai in hartje Brussel. In februari 2015 werd de effectieve opstart gerealiseerd.
2. Tijdelijke schakel We willen jongeren en hun netwerk begeleiden bij het (her) ontdekken van ieders eigen krachten, en samen met hen op zoek gaan naar hoe dit-uniekekind-in-deze-unieke-context zo veel mogelijk kansen kan krijgen om zich te ontplooien. We zien onszelf daarbij als een tijdelijke schakel, een plek om terug duidelijk te krijgen hoe het verder moet. Openheid tonen naar het netwerk van kinderen en jongeren, zit in vele rituelen in onze werking ingebouwd: de organisatie van een familiedag, een broer-zussen activiteit, een gezinspicknick, een gezamenlijke Kick-off bij de start van het werkjaar, een Halloween-activiteit, ouderavonden, .... . Tijdens het hele begeleidingstraject zoeken we naar manieren om de context te betrekken: gezinsgesprekken, huisbezoeken, ronde tafels, oudergroepen, .... We zien dat de gemiddelde verblijfsduur toeneemt, van 17 naar 20
maanden . Hier spelen verschillende factoren een rol:
● Jongeren laten doorstromen naar residentiële vervolghulp is steeds moeilijker. Wachtlijsten bij MPI’s en begeleidingstehuizen lopen op. Het systeem van priors maakt de instroom voor onze gasten moeilijker; ze worden namelijk vaak voorbijgestoken door een ‘prior’dossier. Op die manier ontstaat er een poort-na-poort: wil je ergens binnen geraken moet je eerst de gewone aanvraag in orde brengen (een lijvig A-doc), om vervolgens nog een prior-aanvraag te doen. Meer dan vroeger moeten we zelfs over onze termijn van 36 maanden gaan. ● Er zijn meer mogelijkheden om ambulant door te werken, daar waar we vroeger na zes maanden ‘begeleide uitgroei’ moesten doorverwijzen. Ook dit verklaart deels de langere verblijfsduur. Qua uitstroom merken we dat de daling van het aantal jongeren dat naar huis terugkeert zich verder doorzet. In 2014 werden 40% van de jongeren terug naar huis georiënteerd. Enkele jaren geleden was dit nog 60 tot 70%. We deden een aanvraag bij de wetenschapswinkel om beide trends te onderzoeken: speelt hier vooral een verzwaring van de doelgroep? Een veranderde instroom? Of zijn het vooral eigen keuzes van teams en gezinnen, en is de zorg-op-maat ook zo lang als nodig? Gaat het vooral om langere nazorg? Boeiende vragen.
3. Toegankelijke zorg - diversiteit Samenwerken, participatie, respect voor eigen keuzes en voor ieders tempo, vertrouwen in de groeikracht en de competentie en de kracht van het eigen netwerk zijn sleutelwoorden in onze werking. We houden steeds rekening met ieders normen en waarden en we handelen met zo groot mogelijk respect voor ieders filosofische, morele en religieuze overtuiging. We vinden het belangrijk ons centrum zo toegankelijk mogelijk te maken voor alle groepen in de samenleving. Participatie is een bijzonder belangrijke peiler in onze werking. ● Om het jongerenperspectief in te brengen is Cachet vzw nog steeds een bijzonder belangrijke partner. We konden op hen rekenen voor vormingsmomenten voor teams maar ook voor workshops voor onze gasten rond hun rechten in de jeugdhulp. Vanaf 2015 zal er ook een ervaringsdeskundige (jongvolwassene met jeugdhulpervaring) vanuit Cachet deelnemen aan onze raad van bestuur. ● Het ouderperspectief binnenbrengen op organisatie-niveau is geen makkelijke uitdaging. In het verleden mislukten verschillende pogingen tot opstart van een ouderraad. Als alternatief investeren we sterker dan vroeger in onze tevredenheidsbevraging van ouders. Na een telefonische bevraging in 2012, gingen we nu een stapje verder. Een externe vrijwilliger deed 15 huisbezoeken bij gezinnen na het verblijf in ter Wende/Espero. We ontwikkelden een nieuwe vragenlijst, die vertrekt vanuit onze missie: maken we die ambities waar? Vragen en uitspraken die we ouders voorschotelden zijn: “Er was een goede samenwerking met mij als ouder, waarbij ik mee beslissingen kon nemen”, “Er werd beroep gedaan op de krachten van de mensen in het netwerk rond ons”, “Alle medewerkers werkten samen en communiceerden goed onderling”, “Ter Wende/Espero werkte op een vlotte manier samen met externen die betrokken waren bij mijn kind en gezin, zoals school, jeugdrechtbank, comité, huisdokter, andere hulpverleners,....”. De tevredenheid van ouders over onze werking was groot. Belangrijkste aandachtspunt lag rond de overdracht vanuit ter Wende-Espero naar vervolghulp: hoe kunnen we zorgen dat wat opgebouwd werd, niet terug verloren gaat? Hier hebben ouders duidelijk nog een vraag.
● Voor het eerst deden we ook een bevraging rond tevredenheid over onze eigen doorverwijzing. Zijn de diensten na ons tevreden over onze overdracht? We verwachten resultaat van deze bevraging in 2015.
4. Multidisciplinair samenwerken Samenwerken is ook binnen onze eigen organisatie een kernwoord. De diverse krachten van de vele personeelsleden en verschillende disciplines benutten we als bron van informatie en inspiratie. Een intensieve uitwisseling en dagdagelijkse samenwerking tussen de verschillende disciplines is cruciaal in onze werking. Samenwerken betekent op de eerste plaats dat je elkaar moet tegenkomen. Naast wekelijkse teamvergaderingen organiseren we heel wat andere ontmoetingsmomenten: – werkgroep NVR (ter Wende), werkgroep zorgvernieuwing (fusie), werkgroep nevelland (ter Wende) – naast intervisie gezinsbegeleiding (fusie) en intervisie psychologen (fusie) organiseerden we ook intervisie-momenten voor teambegeleiders (4 x per jaar) en voor hoofdbegeleiders (2 x per jaar) – extra teamdagen/startdagen als teambuildingsmomenten (alle teams) – het Sociaal Economisch inspraakorgaan (SEI, fusie) is het forum voor alles om en rond arbeidsvoorwaarden. Hier werkten we aan een nieuw arbeidsreglement, verlofafspraken en de impact van de ombouw van de werking naar multifunctioneel centrum. – personeelsvergaderingen – daarnaast zijn er ook nog volgende vaste vergaderingen: beleidsteam (TW), stuurgroep (ESP), groepsleidingsvergadering (TW), hoofdbegeleidersoverleg, SPT-vergadering (TW).
In 2014 deden we in samenwerking met IDEWE een uitgebreide tevredenheidsbevraging van onze medewerkers . De resultaten zijn bemoedigend en leerrijk. 96% van onze medewerkers is eerder ‘tevreden tot zeer tevreden’ (Vlaanderen: 77%). Vooral de grote betrokkenheid valt op (85% versus 47% voor Vlaanderen) en een vrij grote tevredenheid over de inspraak die men ervaart (85% versus 24% in Vlaanderen). Verder is het duidelijk dat emotionele eisen van werken in de jeugdhulp hoog zijn: 39% versus 13% in Vlaanderen. Steun van collega’s en leidinggevende is dan ook erg belangrijk, en wordt gewaardeerd (tevredenheid 77 tot 87%). Rond elke groep zien we ook enkele aandachtspunten: ● hoge score rond jobonzekerheid bij begeleiders verraste ons. Het doet ons nadenken over hoe we omgaan met tijdelijke contracten, interne sollicitaties, … . Begeleiders scoren het hoogst op emotionele belasting
waardoor goede nazorg na incidenten cruciaal blijft. Begeleiders vragen ook meer eigen beslissingsruimte. ● bij therapeuten is er vooral de zorg rond toegenomen werkdruk. 10 gezinnen zijn al lang geen 10 gezinnen meer. Complexe systemen met gescheiden ouders, pleeggezinnen en natuurlijke ouders verhogen de werkdruk voor therapeuten. Presenteïsme, niet ziek durven zijn, is een ander aandachtspunt (want het werk blijft toch liggen). ● voor de logistieke medewerkers waren fysieke belasting, betrokkenheid op de bredere werking en voldoende ontplooiingskansen belangrijke aandachtspunten.
Visuele weergave resultaten IDEWE-bevraging: Groen wil zeggen ‘hoger scoren dan Vlaams gemiddelde’, hoe groter het woord, hoe groter het verschil met het Vlaamse gemiddelde.
Intensief samenwerken vraagt ook heel wat planning, overzicht houden. In augustus 2014 introduceerden we in Espero de functie coördinator (70%), verantwoordelijk voor het dagelijks reilen en zeilen van deze campus. Dit vast, duidelijk aanspreekpunt voor alle medewerkers en ouders wordt duidelijk gewaardeerd. Deze nieuwe functie was een belangrijke, laatste sluitsteen van het fusieproces. We maakten op beide campussen extra uren vrij voor de opvolging van integrale jeugdhulp. Verder was er een beperkte uitbreiding van uren gezinstherapeut (Espero, +5u). In ter Wende investeerden we vooral in uitbouw van dagbegeleiding (+19u). Er werden uren ingezet voor een tijdelijke beleidsmedewerker om, naast IJH, ook een aantal andere thema’s uit te werken (verslaggeving, tevredenheidsbevraging, …). In 2015 staat er tijdelijk versterking gepland binnen gezinsbegeleiding (+4u) en psychologen (+6u).
In december 2014 organiseerden we de twee-jaarlijkse planningsdag in Espero, om samen met alle medewerkers te reflecteren over heden en toekomst. Vooral de terugkoppeling van een visietekst rond ‘leiding geven’ en het zoeken naar een goede balans binnen de organisatie tussen eigenaarschap/autonomie enerzijds en verbondenheid anderzijds; zijn aan bod gekomen. Fundamentele thema’s die de komende jaren verder aandacht verdienen.
5. Vermaatschappelijking van de zorg Als voorziening zijn we een onderdeel van een groter geheel. We willen dan ook investeren in samenwerkingsverbanden binnen de jeugdhulp en met andere belangrijke actoren in de samenleving als onderwijs, justitie, welzijnswerk en gezondheidszorg. We hechten belang aan deelname aan verschillende overlegfora om de dialoog met beleidsmakers en de brede samenleving aan te gaan. Als OBC geloven we rotsvast dat een deeltje van onze opdracht ook is ‘observatie en behandeling van de samenleving’. Hoe kunnen we ervoor zorgen dat onze jongeren en ouders zich welkom weten in scholen, welzijnsvoorzieningen, vrije tijdsinitiatieven, …. . •
Heel wat jongeren volgen een externe hobby. We hebben vele talenten in huis! Dans, voetbal, acro-gym, … . Waar nodig geven we een financieel duwtje in de rug vanuit ons eigen sociaal fonds, gespijsd door giften van sympathisanten. Tijdens de zomer is ‘kunnen op kamp gaan’ een belangrijk aandachtspunt in onze werking. We willen dat onze jongeren op 1 september, in het bijzonder de veelblijvers, ook mooie verhalen hebben op de speelplaats! Dankzij de samenwerking met vakantie-participatie konden we 25 jongeren één of meerdere keren op kamp laten gaan, buiten de leefgroepkampen.
•
We investeren in de samenwerking met collega's uit andere welzijnssectoren: • deelname werkgroep kinderpsychiatrie • deelname Link (samenwerking GGZ, bijzondere jeugdzorg, VAPH) • deelname verwijzersforum • deelname netwerkstuurgroep crisis IJH • deelname IROJ Brussel (plaatsvervanger) • deelname aan werkgroep minderjarigen (VAPH) en Brussels Regionaal Overleg gehandicaptenzorg. • deelname aan Intersectorale Regionale Prioriteitencommissie (vertegenwoordiger namens de verwijzers) • deelname OBC-comité (overleg tussen de zes Vlaamse OBC’s). • lid van TOOL, uitwisselingstime-outs tussen voorzieningen. • Werkbezoek aan LUC. In 2015 willen we vooral de samenwerking met pleegzorg verder uitbouwen.
•
We investeren in de samenwerking met onderwijs: • deelname aan de werkgroep 'schooluitval' • deelname projectgroep ‘try-out’ rond dagbesteding • mee betrokken bij initiatieven in regio Leuven rond onderwijsaanbod voor kinderen met autisme en/of gedragsproblemen. • organisatie schoolontmoetingsdag, kennismakingdagen voor scholen
•
We zetten verdere stappen in het inschakelen van vrijwilligers. Een vaste vrijwilliger engageert zich voor onderhoud van tuin en gebouw in Espero. In ons project rond dagbegeleiding in ter Wende gaan we actief op zoek naar vrijwilligers.
We zijn ons als organisatie ook bewust van onze eigen maatschappelijke verantwoordelijkheid. •
We nemen een sterk engagement rond sociale tewerkstelling. • We zijn een werkplek waar deeltijds leren/deeltijds werken mogelijk is, om jongeren met risico op schooluitval een motiverend leertraject te bieden (Espero). • We doen beroep op de Vlaamse ondersteuningspremie om mensen met minder jobkansen aan het werk te houden (5 medewerkers). • Via de functie 'begeleider-in-opleiding' proberen we allochtone kandidaten warm te maken voor de sociale sector, door hen de kans te bieden een studie binnen volwassenenonderwijs te combineren met een deels betaalde stage (Espero). • We zijn sinds 2014 ook een federale instapstage-plaats voor kortgeschoolde werkzoekenden. Na een bijzonder succesvolle stage, vond de eerste medewerker alvast vast werk.
•
We zijn ons steeds sterker bewust van onze ecologische impact. Op verschillende manieren proberen we onze voetafdruk te beperken. •
We schreven ons mee in in de dynamiek rond Leuven Klimaatneutraal. We merken dat de renovatie van onze campus in Leuven een positieve impact heeft op ons energieverbruik: een daling van 30% gasverbruik (zonneboiler, isolatie, nieuwe gasketel)! Tegelijk zagen we echter een sterke stijging van het elektriciteitsverbruik, mogelijk deels door de bouwwerken
(+25%). In 2015 zetten we verdere stappen door de installatie van zonnepanelen en spouwmuurisolatie. Regenwaterrecupatie zal ons waterverbruik verminderen. •
In Espero zijn we op goede weg om die 20% reductie nu al te realiseren. Vergeleken met de periode nov 2011 - nov 2012 realiseerden we een daling van 20% gasverbruik, 15% electriciteitsverbruik en 25% waterverbruik. Naast zachte winters is dit vooral een effect van nauwkeuriger inregelen van verbruiksregimes.
Op beide plekken is de volgende uitdaging, na de aanpak van het energieverbruik, het thema mobiliteit.
Tot slot: in 2014 zetten we een belangrijke stap in de realisatie van masterplan voor ter Wende (looptijd 2012-2015). We namen de nieuwe leefgroep Rene, de nieuwe keuken, nieuwe lokalen dagbegeleiding en de nieuwe therapielokalen in gebruik. De oude leefgroep Rene werd afgebroken om plaats te maken voor een binnenplein. Enkele voor & na sfeerbeelden!