?$& BE OPKOMST NEDERLANDSCH GEZAG IN
OOST-INDIE. VERZAMELING VAN ONUITGEaEVEN STUKKEN UIT HET OUD-KOLONIAAL AECHIEP. UITGEGEVEN EN BEWEEKT DOOR
J
H R.
M R .
M.
L.
J.
K. J.
VAN
DE
J O N
G E
DEVENTER.
ALPHABETISCH REGISTER, BEWERKT DOOR J. W. G. VAN HAARST.
^
% 'SGßAVENHAGE,
MAßTINÜS NIJHOFF. MDCCCLXXXVIIl.
«
^
voo»
x
£}
Bij de plaatsnamen is de spelling gevolgd van het »Aardrijkskundigstatistisch woordenboek van Nederlandsch-Indië» ; wanneer een naam echter tegenwoordig altijd op andere wijze wordt geschreven, is hiervan afgeweken, bijv. Atjch niet Acliin. Namen van Javanen enz. zijn gespeld zooals zij in de stukken gevonden worden. Wanneer de spelling invloed uitoefent op de alphabetische volgende, is echter de ie vervangen door i, de dubbele a e, o door de enkele, terwijl in die namen die bij afwisseling met « of o gespeld aangetroffen worden, de o is gebezigd. De aspiratie voor de a is steeds weggelaten. Hier en daar zal men ne, 1; en j geschreven vinden waar men misschien u, c of y verwacht, en omgekeerd. Namen van Europeanen met het voorvoegsel L', Le, La, Du, Saint, Fitz zoeke men steeds op dit voorvoegsel. Tussclien ij en y wordt, wat alphabetische volgorde betreft, geen onderscheid gemaakt. Enkele woorden zijn meestal afgekort, zooals: N. = Nederland, Nederlanders; H. - Holland, Hollanders; I. = Indië; gouv.-gen. = gouverneur-generaal enz.
A. ABBEMA ( S I J B R . ) verovert Run, VI. 103.
ABBING, vaart naar Indië, II. 212. ABDOEL K A D I B partijgenoot van Said Mochamad, XII. xx volg., 128 n. ABDOEL K A H A E , zie Aboel Natzar en Banlam. ABDOEL BACHMAN, zie hoef.
ABDULLA, kommandant der Sumbaweezen te Batavia, verlost de krijgsgevangenen op het eiland Purmerend, XIII. x v i , 16. Strijdt tegen de Engelschen aan de Maronde, XIII. x v i , 20. ABOE BAKAB (Pangeran) naar Rozengain verbannen, XI. 20. ABOEL F A H A A E , zie ABOEL F A T A H , zie
Bantam. Bantam.
ABOEL MOOHALI, zie
ABOEL
NATZAE
Bantam.
ABDOEL
KHAHAB
H A D J I , zoon van Aboel Fatah
sultan van Bantam, doet een tocht naar Mekka, VI. 208—219, VII. cxiii. Tweedracht met zijn vader, VII. c x i v , cxxxni. Sultan VII. CXLIV. Brieven van — V I I . 4 1 , 4 3 , 170. Zie verder Bantam. ABOEL N A Z A E , vroeger G O E S T I , zie Banlam.
ABRAHAMS (J. H.) Kapitein-commandant te Soerakarta, X. 192, 295, 315. ACHMED (Pangeran) hoofd der opstandelingen in Bantam, XIII. oiv. ACHTEB-INDIE. Geschiedenis van — , II. 83 volgg. ACTJNHA (JOEIS D') afgezant der Portug. naar Mataram, V. 228. ADAMS (WILLIAM) in Japan, II. 85 volg., 219 volgg., III. 398. ADEPATI ANOEM (Pangeran), zoon van Mankoerat, zie Amangkoeral. ADEPATI ANOEM, zoon van Amangkoerat I , feitelijk meester van Mataram reeds voor zijns vaders dood, VIII. Lxinvolg., 97 volgg. Treedt als Soesoehoenan op, VIII. LXVI, 101. Tracht Pangeran Poeger en diens aanhang te onderwerpen, VIII. LXVIII volg., 103 volgg. Onderhandelt met de Wilde, VIII.LXXIV volg., 243 volgg. 247 volgg. Vlucht uit Kartasoera naar Soerapati, VIII. LXXVI,
ADEPATI—ALIT 119 volg. Te vergeefs tot onderwerping uitgenoodigd, VIII. LXXXIV volgg., 124. Mislukte onderneming tegen — te Kediri, VIII. LXXXVII, x c , 125, 300. In verbond met Soerapati's zonen, VIII. xci. Vlucht uit Kediri, zwerft rond in het gebergte van Malang, VIII. xoiv volg., x c v i i i , 133 volg., 145 volgg., 307. Gevangen genomen, VIII. ei volg., 147, 328 volgg. Naar Ceylon verbannen, VIII. c m volg., 148, 330—341. ADIAESA. Guitard over — , XII. 201 volg. A D I K A E A , zie Dikara. ADIEOGO, zie Djembei:
A D I W I D J A J A (Aria) vorst van Cheribon, VIII. LXXX volg. Goeverneur van de Preangerlanden, VIII. LXXXII volgg., 127, 272 volgg., IX. 69. Rapport over de Preangerlanden van — , VIII. 281 volgg. ADEIAENSZ. (COBN.), stuurman, vaart naar I., 11. 188. Kapitein, vaart naar I . , I I . 253, 494. Voor de derde maal naar 1., 111. 74. ADBIAENSZ ( L A U B E N S ) in J a p a n , III. 8 6 , 3 0 0 , 398. AELMEEING ( P I E T E B ) op Hitoe, III. 397.
AEEDEN (MAUB. VAN) raad van I. hoofd der expeditie tegen de Chineezen, IX. LVI volg. L I X , LXXVI, 298 volgg., 3 7 1 , 397. ABESSEN (FEANÇ.) , gezant te Parijs, verijdelt de pogingen van Lemaire c. s. tegen de O. I. C , III. 127 volgg. AEETBEUGae (DiEK VAN DEB) opperkoopman op Amboina, l i l . 396. AEBTBBUGGB (JAN VAN DEN) vaart naar I., II. 188 n. Voor de tweede maal, II. 212. AEETS (PIETEB) doet een tocht naar het Noorden, I. 28 volg. T e Soekkadana en Sambas, III. 8 8 , 253, 398 volg. AFEIKA. Tochten naar de westkust van — , I. 32 volgg., 114. AGENG. Brief van — , VUL 209. Zie verder Bantam. AGGIES hoofd der marine onder Saint-Martin, VIL 386. AGOBNG (Soesoehoenan), zie Mataram. AGONG, vorst van Mangoei, beschermheer van Balamboeang, X. 303, 332. XL m volg., 2 4 , 9 1 , 1 0 1 , 142 volg., 457. Brief aan — XI. 83. Sterft, XII. 320. AKBAE de Groote, I I . 32 volgg., 496. ALABADHIN
( Z E Ï N ) , zie
Bantam.
ALBEBSZ. ( D I B C K ) , schipper, vaart naar I . , III. 63. A L B E E T I , chef van den generalen staf, sneuvelt, XIII. cxxxin, 549. ALBOQUEEQUE (AEEONSO D') in L , II. 72 volg. 9 0 , 120 volg., 174.
ALEPHELT ( G E E . HENDE.) luitenant naar Batavia opontboden. IX. 378 A L E E E I U S , zie Brunei. A L I O E D D I N , zie Bantam. A L I T ( M A S ) , zie Wiro Gocno.
ALMEYDA—AMANGKOERAT
r-
ALMEYDA ( D ' ) in I . , IL 71 volg.
ALPHEN (D. F . VAN) lid van den Politieken raad van Soerabaya, XIII. x v m n. Onderhandelt met Pellew, XIII. xxix volg. Tracht Java voor het huis van Oranje te behouden, XIII. cxxiv volgg. A L P H E N (SIM. VAN) raad van L , V. 270, 279, 284, 290. Brieven van — V. 272 volgg. , 275 volgg. ALTING (W. A.) raad van L, X. 398 n., XI. 5 3 , 76. Advies omtrent een nieuwe instructie voor de Hooge Regering, X. 399 volgg. Dir. gen., XL 305 n. Gouv.-gen., XI. 496 volg. Gebeurtenissen aan den noord-oostkust en in de vorstenlanden onder zijn bestuur, XII. i x volgg. 1 volgg., 46 volgg., 81 volgg., 133 — 1 5 1 , 176 volgg., 187 volg., 191 volgg., 209 volgg., 242 volgg., 286 volgg, 311 volgg., Misbruiken onder zijn regeering XII. XLI volgg. Weet Nederburgh aan zich te verbinden, XII. XLIX volgg. Houding tegenover het adres der Bataviasche burgers, toestand van het defensiewezen , XII L U volgg., 365 volgg. Treedt af XII. LXIII. Brieven van — XI. 492, XII. 1 n., 8, 1 5 , 2 3 , 2 4 , 3 4 , 3 8 , 6 3 , 7 1 , 124, 130, 1 5 1 , 160, 165, 182, 189, 232, 303, 318, 327, 330. ALTMEIJEB (CASP. LOUE.) luitenant verslaat een leger van Troeno
Djojo, VIL 216. Bemachtigt een vijandelijken pagger, VIL LXXII, 229. Bevorderd tot kapitein, VIL 234. Bij het overtrekken van de Brantas en de verovering van Kediri, VIL LXXIX volg., 242 volgg. Bij de belegering van Kappar, VIL 277. Naar Antang. VIL x c v i , 3 5 , 279. Voert Troeno Djojo tot den Soesoehoenan, VII. 295. Naar Soerabaja, VII. 296. Sneuvelt bij Giri, VII. o n , 300 volg. AMANGKOEBOEWANA zie Matigkocboemi en Vorstenlanden. 'AMANGKOBEAT I. zoon van Mangkoerat, VI. x c i x , 8 1 , 166, VIL 190. Verhouding tot zijn vader en broeders , VI. 1 7 5 , 179 volg., 185, 192 volg., VIL 95 volgg. Verslagen door Troeno Djojo en de Makassaren, VI. c v , 151 volg., 154 volgg., 169 volg., 204 volg. Vlucht met zijn vader uit Mataram, treedt als Soesoehoenan op, VIL xv, xxvi volg, 126, 132 volg., 147 volgg., 151 volg. Pogingen om hem tot een bondgenootschap met Bantam over te halen, VIL xxi volg., 136. Ontmoet Speelman, VII. x x n i volgg., 145 volgg., 156 volgg. Zijne verliefdheid op Ratoe Blitar, VII xxix volgg., LXXX v i volg., 158 volgg., 209. Sluit met Speelman een overeenkomst, VIL x x x m volgg., 163 volgg. Vindt weinig aanhang, VIL XLVII volgg., LVIII volg., 52, 215. Zijn gezag over Cheribon door Bantam betwist, VII. 170 volg. Trekt met Ilurdt op tegen Troeno Djojo, VIL LXVI volgg., 218 volgg. Ontvangt de Mataramsche rijkssieraden, VII. LXXXI volg., 247 volgg.
6
AMANGKOERAT—AMFIOEN
Regelt het bestuur te Kediri, komt te Soerabaja a a n , VII. LXXXV, 250 volgg. Door Hurdt om zijn zorgeloosheid berispt, VIL LXXXVI volgg., 262 volg. Laat het oorlog voeren aan anderen over, VII. x c i i , x c v , 35, 265, 268. Trekt ten slotte uit, VIL x c v n , 269. Vóór Kappar, VIL 276, 278. Laat Troeno Djojo vermoorden, VIL x o v i i i , 293 volgg. Onderneming tegen Mas Giri, VIL c volgg., 296 volgg. Onderhandelingen met Poeger, bezitneming van de Hofplaats, VIL cv volgg., 38 volgg., 51 volg., 57 volgg., 307volgg. Neemt Kartasoera als residentie, VIL c v i n , 311. Strijd en verzoening met Poeger, VIL c v m volg., 62 volg., 310 volgg. Door Wana Koesoemoe bestookt, door Grevinck geholpen, VIL ex. Laat door een gezantschap te Batavia zijn dank betuigen, VII o x i , 61. Soerapati onder bescherming — van VIII. x x i i i , x x x n volgg., 3 , 130 volg. Tracht zijn onschuld te bewijzen aan den dood van Tack c. s. VIII xxxvi volgg., XLiii, 18, 35 volgg. In verstandhouding met Djang di Pertoewan, VIII. X L I I , 23 volgg., 3 8 , 40 n. De aanhangers van Jonker bij — VIII. XLV, 66. Zeer gewantrouwd door de Ilooge Regeering, VIII LVI volgg., LIX volg., 43 volgg., 53, 58 volg, 62, 67 volgg., 74 volg. Eenige toenadering, VIII. Lxi volg., 84 volgg., 88, 90 volgg. Sterft, VIII. L X V I , 100. AMANGKOEEAT IL, vroeger Mankoenegara, zie Mataram,. AMBOINA. Oudste geschiedenis van — , II. 169 volgg. Voor het eerst door IL bezocht, II. 207, 3 7 7 , 3 8 1 , 419 volgg. Door S. van deiHagen, II. 227 volg. Door C. van Heemskerck, II. 237. De Portugeezen op —, II. 264 volg., 270, 534 volg., III. 35. Het kasteel gaat aan de II. over, III. 36, 185 volgg. Fred, de Houtman gouv. op —, III. 36, 5 3 , 187. Door Bandaneezen opgeruid. III. 251 volg. S. Jz. Hoen op — , III. 102, 317 volg. Advies van L'Hermite omtrent — , III. 387. Volkplanting op — , IV. v. Gisting op — , IV. L V I . Samenzwering en terechtstelling der Engelschen op — , V. v volgg., 23 volg. Gevolgen daarvan, V. xxx volgg., L volgg. Opstand tijdens gouv. gen. C. Reiniersz, VI. XLV, 47 volgg. Met de bezetting van Ternate en Makassar versterkt, XII. 399. In de macht der Engelschen (1796), XII. 414. Wiese over -, XIII. 101 volgg., 297. Daendels over —, XIII. 407 volg. In de macht der Engelsche« (1810), XIII. LXXXVI volg., 463 volgg., 531 volgg. AMERIKA. Tochten naar —, I. 32 volgg., 125, 244. AMEEONGEN (BAEBAEA VAK).
Attestatie van
—,
IX.
325.
AMEIOEN. Invoer van — in Bantam verboden. VI. 210. Monopolie van de O. I. C. in Mataram, VIL x x x v , L I I , 168, 350, 361 volg. Monopolie der O. I. C. in Cheribon, VIL OLV, 365, 374. Regeling der Amfioensocieteit door van Imhoff, X. xvi volgg. Voordeelen
AMFIOEN—ANTHEÜNISZ
7
die het octrooi aan de Amfioensocieteit oplevert, XI. LXIX, 106 volgg. Particuliere handel in — oogluikend toegelaten. XI. LXXII volg.* De Amfioensocieteit vraagt verlenging van het octrooi, XI. 116 volgg. De Heeren XVII over den - , XI. 280. Verhandelde - bij de sociëteit 1 7 8 3 - 9 2 , XII. 316. De Amfioensocieteit opgeheven, XII. 334. Wiese over - , XIII. 69 volg. Daendels' maatregelen, XIII. 333 volg. AMPEL (Mas Toe), schoonzoon en mederegent van Mas G i n , VIL x x , 134, 139 volg. Behaalt eenige voordeelen op Troeno Djojo, VIL xLiv, 180. Bij de verovering van Kediri, VIL 244 volg. Terug naar Soerabaja, VIL 250. Door Madoera als regent begeerd, VIL 260. Groot-gouverneur, VIL 307. ANAM. Geschiedenis van — , II. 97 volg. ANDBEAS ( P E T E U S ) , afgezant naar Mataram, VI. X L V I , 31 volgg.
ANDEIESSE (W. J.) kommandeur, dient een adres in bij de Hooge regeering, XII. L I I , 364 n., 377. Gevangengenomen, XII. 385 volg. ANDEIESZ. (CASPAE) sneuvelt bij Giri, VIL 301. ANDBIESZ. ( G E E E I T ) op N e i r a , II.
444.
ANDEIESZ. (PASQUAL) geeft het eerste bericht van de samenzwering der Chineezen, IX. L U I , 323. Met Valkenier ter verantwoording opgeroepen, IX. x c n n. ANDSCHUAN, zie
KOMOEEEN.
ANOEM (Pangeran) of KABTA W Y A J A in Bantam met den titel van
Sultan begiftigd VIL c x i x , 317. In Cheribon terug, VIL c x x v n volgg., 328. Sluit een contract met de O. L C. VIL 364 volgg., 372 volgg. Met Tack naar Kartasoera, VIII. xxxivvolg., 1 5 , 16. Komt behouden terug, VIII. xxxix. Tot ontrouw aan de O. I. C. aangezet, VIII. XL , 37 volg. Valschelijk van ontrouw beschuldigd, VIII. xLvii volg., 20 volg., 47 volg., 55 volg. Sterft, VIII. LXXXI, 102. ANOEM ( K I A I M A S ) , aanzienlijke in Balamboeang, XL v u , xiv volg., 73, 78 volg., 88 n. ANTANG veroverd, XI. x volg., x v m , 70 n., 7 1 , 88. Niet aan den Keizer afgestaan, XI. 100. J. Vos over — , XI. 146 volgg. Van der Burgh over — , XI. 448 volg. Van der Niepoort over — , XII. 57. Siberg over — , XII. 118. Van IJsseldijk over — , XII. 495 volg. Door den Soesoehoenan afgestaan, XIII. 536. ANTIIEUNISZ. (AEIAEN) raad van justitie, V. 85. Gekwetst tijdens de tweede belegering van Batavia door Mataran, V. 153. Neemt deel aan de verkiezing van den opvolger van Coen, V 155 volg. ANTHEUNISZ. ( N I C ) , kapitein, vaart naar L , II. 253. ANTUEUNISZ. ( L U C ) , Zeeuwsen resident in Atjeh, II. 496.
H
ANTHONISZ—AVENHORN
ANTHONISZ. (ANTHONIS), gezegd Zwarten Teun, schipper, vaart naar L , III. 48. ANTI-BATAVIA, zie Lagoendi.
ANTSEN (W. VAN) raad van L, IV. 249, 259, 262, 268.
A P I U S (MAEBTEN), fiskaal, vaart naar L , II. 239. Opperkoopman, komt uit Djohor te Batavia a a n , III. 260. AEABIEBEN. Handel der — , in L , I I . 61 volgg. AEAK. Wiese over — , XIII. 76 volg. ABAEIN (Sultan), zie Bantam. ABDY (Pangeran), rijksbestierder van Bantam, VU. 3 4 3 , 353. Kiest partij voor Sultan Ageng., VIL 379. ABENDS ( J A N ) , luitenant, sneuvelt, IX. 305. A B I E ( F E E D . P . ) , kommandant te Bankallang, XII. 49. AEISSABAJA, zie Madoera. ABMENAULT (ROBB. H E N D B . ) ,
resident van Cheribon, XI. 4 0 , 8 5 ,
92. Memorie voor zijn opvolger, XI. 179 volgg. ABOE-EILANDBN. Handel met Banda, III. 163. AEEAKAN. Geschiedenis van — , IL 86 volg. Voor de N. opengesteld, III. 7 7 , 287 volgg., 291 volg. L'Hermite over — , III. 342 volg. ABBEWIJNE ( J O S . VAN), teekent een contract met Cheribon, VIII. 327. Resident te Japara, IX. 1. Te Kartasoera, IX. 3 8 , 5 5 . Gouverneur van Makassar, IX. 116. Te Bantam. IX. 125. Raad van L , IX. x x x i i i , 171. A E T S S (JAN VAN), ambassadeur naar China, III. 149. ASSENDELET ( J A N V A N ) , opperhoofd van Indragiri, vermoord, VIL 396. AsTEA DJAJA (Ngabehi), Bantamsch gezant te Batavia, VIL OXLV volgg., 41 volgg., 339, 342 volgg. Onderhandelt met Ockersse en Zeeman, VIL 353 volgg. A T J E H . Oudste geschiedenis van — , IL 125 volgg. Beschrijving van — , III. 152 volg. Eerste aanraking der IL met — , II. 213 volg. P. van Caerden in — , II. 231 volgg. Jac. Wilkens in — , II. 236, 468. G. Seneschal gevangen in - , II. 250 volg. Door de vloot van C. Bastiaensz. bezocht; zendt gezanten naar N . ; kantoor gesticht in — , II.254volgg., 485 volgg. J. Spilberghin—,11. 277 volg. S. de Weert in — , III. 9, 10. De gezanten terug uit N . , III. 3 5 , 177 volg. Contract met - , III. 5 1 , 223 volgg. Verliest zijn beteekenis voor den handel, III. 52. Gezanten van P . Wz. Verhoeff in — , III. 78. AUSTEALIE. Ontdekking van — , III. 42 volgg. AVA. Geschiedenis van — , II. 86. AVENHOEN (JAN COENELISZ.), schipper, vaart naar L , III. 28.
AWIJN- BALJE
9
A W I J N ( A B B . ) , opperkoopman, vaart naar I . , III. 27. AY (POELO-). Mislukte aanslag van G. Reynst o p — , IV. x x i . Bijna geheel onder de Engelschen, IV. xxv. Veroverd door J. Dircksz. L a m , IV. x x x , 47. Dedel bedwingt een nieuwen opstand, IV. x x x i . Door de Engelschen genomen in 1810, XIII. 466.
B. BACHEBUS ( J O H . ) toegevoegd aan den commissaris-generaal H. A. van
Rheede, VIII. x i n . BACKEE (AEON), Engelsch president te Bantam, V. 254. Vertrekt naar Koromandel, VI. 36. BAOKEB (GEUET), koopman, vaart naar I. in 1602, III. 4. In 1606, III. 63. BAECK ( P I E T E B ) , schipper, bij de verovering van Malakka, V. 246. BABBLE (HENDE. VAN) , raad van I. Rapport van — over verhooging der koffieprijzen, IX. 158 volgg. Ontslagen, IX. x x x n , 168. BAGOES BOEANG (Ratoe), sluit zich bij Kiai Tappa a a n , X. L I volg., LVII volg., 163, 174 volg., 183, 187. Sterft, X. 193. BAJOE veroverd, X L , x x v volgg., 177, 217, 223 volgg., 228 volgg., 231 volg. BAKE (DAN. JOH.) gezant naar Bantam, IX. 176, 186. BALAMBOEANG, zie
Blanbangan.
BALI. Beschrijving van — , II. 3 6 3 , III. 159 volg. De eerste Holl. vloot — , II. 2 0 1 , 354 volgg. C. van Heemskerk op — , II. 238. Brief van den Koning van — , II. 475. Vriendelijke ontvangst van H. Meldert op — , IV. 207. Vergeefs tot oorlog tegen Mataram opgewekt, V. cix volg., 201 volgg. Inval van Mataram op — , V. c x x i , 241. C. Reiniersz. zendt gezanten naar — , VI. XEV , 22 volgg. Vraagt hulp van de O.-I. C. tegen Soerapati, VIII. 246. Baliërs helpen Poespita c. s., IX. 4 , 8 , 1 3 , 2 2 , 2 8 , 4 0 , 52 volg., Baliërs in Balamboeang, XI. v u , xi volgg., 18. Blijft op Balamboeang aanspraak maken, voedt den opstand aldaar, XI. x i x , xxi volgg., x x v i i i volg. Soembawa door — bedreigd, XI. 91. J. Vos over — , XI. 142 volg. Van der Burgh over — , XI. 456 volgg. Toenadering tot de O. I. C , XI. 494. Berichten over — tijdens gouv. gen. Alting, XII. 2 8 , 1 6 3 , 305 , 320. Van derNiepoort over — , XII. 52 volg. Siberg over — , XII. 118 volgg. Van IJsseldijk over — , XII. 536. BAL JE ( J A C MABT.) dient een adres in bij de Hooge regeering, XII. E I I , 364 n. Raad van I. en kolonel der burgerij van Batavia, XIII. 245,
BALJUW—BANJOE-ALIT
10
BALJUW. Instelling van het ambt van —, IV. 221 volg. Instructie voor den baljuw, V. 66 volgg. Mag geen dienaar der O. I. C. zijn, VI. 15. BALL (GEOEGE) Engelsch koopman, op Banda, IV. xxiv. Zoekt door hooge handgelden Holl. in dienst te krijgen, IV. XLVII. BALL (H. L.) commandant der Batavia blokkeerende schepen, XIII. x i v , 26. BANDA. Oudste geschiedenis van — , II. 172 volg., 182 volg.Handel der eilanders, III. 163. Kantoor op Lonthor en Neira gesticht, II. 208 volg., 377, 425 volgg., 453. De vloot van S. van der Hagen, (1600) in —, II. 228, 463 volgg., 466. Verbond van W. Harmensz. met de bewoners van Labetakke, II. 264, 536 volg. Contract van 1605, III. 38, 210 volgg. Engelschen in — , onlusten aldaar, III. 94 volg., 100, 248, 251. Verhoeff bouwt een fort op Neira, wordt vermoord, III. 96 volg. Verrichtingen van S. Jz. Hoen in — , III. 98 volgg. Contract van 1609, III. 315. In opstand, III. 108. Advies van LTIermite omtrent — , III. 387 volgg. P. Both in — , IV. v volg. Overtreding der monopolie-contracten, IV. v u . Strijd met de Engelschen, IV. x x i , x x n i volgg., xxix volgg., 43 volgg., 47, 65. Nieuwe onlusten, IV. i v n volg. Coen tuchtigt IV. cxLii, 253 volg. Samenzwering van naar Batavia overgebrachte Bandaneezen, IV. 260 volg. De bezetting van Ternate en Makassar naar Banda overgebracht, XII. 399. In de macht der Engelschen, XII. 414. Wiese over — , XIII. 101 volgg. Daendels over — , XIII. 407 volg., 415. In de macht der Engelschen, XIII. 496 volg., 505. Zie ook Ay, Run. BANDJEEMASIN. Beschrijving van — , III. 158 volg. Wiese over —, XIII. 100. De residentie door Daendels opgeheven, XIII. 408, 449. BANDONG. Regeling van het bestuur in — , VIII. 168 volg., 275 volg. Mossel over , X. 260 volgg. Guitard over —, XII. 202 volg. BANGEMAN (P.
J.),
IX.
447.
BANGEE. Hartingh over — , X. 3 0 3 , 333. Klein garnizoen in — , gelegd, XI. v , v i n . J. Vos over — XI. 150. Van der Burgh over — , XI. 449. Van der Niepoort over — , XII. 57. Siberg over — , XII. 118. Van IJsseldijk over — , XII. 498 volgg. Engelhard over —, XIII. 181 volg. BANGIL. Hartingh over — , X. 303, 333. J. Vos over — , XI. 151. Van der Burgh over — , XI. 445. Van der Niepoort over — , XII. 58. Siberg over — , XII. 116 volg. Van IJssseldijk over — , XII. 491 volgg., 544 volg. Enhelhard over —, XIII. 180. BANJOE-ALIT door Willis ingesloten. XL x n volg. Een bezetting gelegd te — , XL 243.
BANJOEWANGI—BANTAM
tl
hoofdpost der O.-I. C., in Balamboeang, XI xxxi, 271, 347, 456. Van der Niepoort over —, XII. 56. VanlJsseldijk over —, XII. 474 volgg., 511 volgg. Engelhard over —, XIII. 185 volgg. Zie verder Blanbangam. BANK VAN IEENING, te Batavia opgericht, X. xxvi, 68, 101, 109, 140. De inrichting door Daendels veranderd, XIII. 391 volg. BANKA in 1617 voor generaal rendez-vous aanbevolen, IV. i x v , V. 217. De Engelschen trachten — van Mataram te verwerven, V. cxxni, 254 volgg. Onder bescherming der O.-I. C , VI. 110 volg., 113 volg. BANTAM. Beschrijving van —, III. 181 volg., In oorlog met Palembang, II. 125 volg., III. 245. De eerste vloot de H. te —, II. 195 volgg., 325 volgg. Eerste overeenkomst met —, II. 372 volgg. J. van Neck te —, II. 203, 205, 376, 377. De eerste expeditie van Ten Haeffte —, II. 217, 379 volg. Schepelingen van O. van Noortte — , 11. 223, 534. S. van der Hagen te —, II. 226, 229, 461,465, 470. P. Both te — ; faktorij aldaar gesticht, II. 230, 468. J. Wilkens te — ; faktorij aldaar gesticht. II. 237, 238, 468, 470. J. van Neck op zijn tweede tocht te —, faktorij aldaar gesticht, II. 241, 245, 476, 482. W. Seneschal te —, II. 252, 482. Door de Portug. geblokkeerd, door W Harmensz ontzet, II. 255, 258 volg., 262 volg., 492. Heemskerk en Schuurmans te —, II. 267 volg., 508. Loge der O.-I. C. gesticht door van Warwijck, III. 21. Instructie van de kooplieden enz..te —, III. 35, 206 volgg. Het bestuur der loge opnieuw geregeld door Matelief, LU. 62. Matelief over —, III. 244. Toestand van — tijdens de komst van Verhoeif, III. 92, 250 volg. Verbond met ---, III. 93, 313 volg. De handel te — belemmerd, ook door de schuld der H., III. 138, 384, IV. ix, 6 volg., 8 volg., 12, 18, 20. J. Pz. Coen directeur van het kantoor te —, IV. i x , 11. De verhouding tusschen de O.-I. C. en — blijft gespannen, IV. xvi volgg., xx-vin, xxxvn volgg., XLIV, 26, 28, 33 volg., 49 volgg., 63, 67, 75 volgg., 81 volgg., 134. Vijandelijke houding tusschen N. en Engelschen te — , IV. xxxv volgg., 67 volgg. Fransche schepen onder H. de Decker te —, IV. XLiii volgg., 74 volgg. Spant met den vorst van Mataram samen om de H. te Jakatra te vermoorden, IV. XLIX volgg., 98 volgg. Tracht het bouwen van een fort te Jakatra te verhinderen, IV. L vi, 109 volg., 114, 135. Helpt heimelijk de Engelschen tegen de H. IV. xcv, 123, 135. Houding van — tijdens het beleg van Jakatra, IV. e n , ovii volgg., 146 volgg., 170 volgg. Na het beleg van Jakatra; — geblokkeerd, IV. oxiv volgg., 180 volgg.; 188, 191 volgg., 196, 211, 215, 255 volg., 267. Houding van —
BANJOEWANGI,
12
BANTAM
tegenover de Engelschen, IV. o x x v n i , 205, 249, 256. Spoedig afgebroken vredesonderhandelingen tusschen de O.-I. C. en — , IV. C L , 270 volgg. Nieuwe vestiging der Engelschen te — , V. XLVii volgg. Verhouding der O.-I. O tot — tijdens gouv. gen. de Carpentier. V. LXIV volgg., 93 volg., 100, 102 volg., 106, 117. Aanleg op Batavia, V. LXXIII volg., 118 volgg., 144. Weder voor de II. geopend, V. LXXXI, XOIII, 166 volgg. Oorlog met — (1633), V. cvii volg., 1 9 1 , 2 0 7 , 211 volg., 214 volg. Onderhandelingen en wapenstilstand, V. c x n volgg., 226 volg., 230 volgg., 235 volgg., 239 volg. Vrede met — (1645), V. o x x v i n volg. 2 7 8 , 279 volgg. Dood van ABOEL MOFAOHIE; ABOEL FATAH ABDOEL
FATACHI
AGENG
TIETAJASSA
volgt
hem op, VI. X L V ,
23n. Afwisselende gezindheid van dezen, VI. LV volg., LVIII volgg., L X V I I Ï , 41 volg., 4 5 , 55 volgg., 61 volgg., 65 volg., 69 volgg., 73 volgg., 78 volgg., 8 7 , 91 volg., 94 volgg., 100, 107, 111 volg. 115 volg. 120. Contract met — (1659), XI. 83 volgg. Uitbreiding van den handel in — , VI. LXXVI volgg., 124, 129 volg., 153, 156. Makassaren te —, VI. xci volg., 124, 127 volg., 209 volgg. Houding van — in den oorlog der O.-I. C. tegen Troeno Djojo, VIL x x n , xxxi volg., XLV volgg., LXXVI, LXXXVI volg., cxv volgg., oxxv volg., 6, 135, 209 volgg., 314 volgg., 324, 330, 350. Meer en meer verbitterd tegen de O.-I. 0 . , VIL c x i n volgg., 5 volgg. Maakt aanspraak op Cheribon, VIL L , CXVII volgg., 7, 2 5 , 170 volg., 173, 317 volg., 321 volgg., 328 volg., 329 volgg. Tracht ook Soemadang, Indramajoe e. a. te bemachtigen, VII. cxx volgg., c x x v n , cxxxvi, 20 volg., 24 volgg., 29 volg., 172 volg., 318, 319 volgg., 331. Ontslaat de Cheribonsche prinsen uit de gijzeling, VIL c x x v n , 325 volg. Verklaart bedektelijk aan de O.-I. C. den oorlog, VII. cxxixvolg., 328 volg. Onderhandelingen worden afgebroken, VIL oxxxi volgg., 329 volgg. Voortdurende invallen in de bovenlanden van Batavia enz., VII. cxxxiv volg., c x x x v i i , cxxxix volgg. Omwenteling in — , AGENG doet afstand ten voordeele van ABOEL NAZAE ABDOEL K A H A E H A D J I , VIL CXLIII volg., 40 volgg., 338, 340 volgg.
Vredesonderhandelingen, VIL CXLIV volgg., CLVI volg., 42 volgg., 54 volg., 339 volg., 342 volgg., 353 volgg. AGENG in opstand tegen Abdoel Kahar, VII CLVII volgg., 65 volgg., 379—393. AGENG geeft zich over, sterft, VIL CLXVIII, VIII. 82. Verbond met — (1684), VII. CLXIX volgg., 394 volgg. Onderneming tegen de overgebleven aanhangers van Ageng, VIII. x v n i volgg. Bijtijds ontdekte samenzwering; onderneming van en tegen Djang di Pertoe wan, VIII. XLi volgg., 23 volgg., 29 volg., 34, 39 volgg., 56 volg.
13
BANTAM
Gespannen verhouding met de Engelschen op Sumatra, VIII. L volg., 8, 2 9 , 56 volg. Nadere overeenkomst met — (1686), VIII. Li volg., 18 volg., 27 volg., 206 volgg. Dood van ABDOEL K A H A E ; regeering van Sultan ABOEL FAHAäL MoHAMMeTU D J A J A , VIII. L U I volg., 49 volgg., 69 volg. ABOEL FAHAÏÏL sterft, wordt opgevolgd door ZEÏN ALABADIHN, VIII. LIV volg., 70 volgg., 77 volg., 8 2 , 93 volg., 100, 102, 1 1 1 , 122 volg., 128, 156. De erfopvolging geregeld, VIII. civ volgg., 152 volgg., 341 volgg., 348 volgg., 350 volgg. In verstandhouding met Tjakraningrat, IX. n , 9 , 13 volg., 17, 32 volg. De kroonprins vermoord, IX. x x x v , 84 n. Verdere berichten over — onder Zein Alabadihn, IX. 43 volg., 60 volgg., 6 9 , 8 3 , 87 volg., 153. Contract met — kort voor diens dood, IX. xxxv volg., 175 volgg., 182 volgg. ABOEL FATACH MOHAMMET SAEEI DJAINOEL A E I E I N volgt hem op,
IX. xxxvi volgg., 229 volgg. Contract met dezen, IX. 241 volgg. Pangeran Poetra vlucht naar Batavia, IX. 247 volgg. Onlusten in de Lampongs, IX. 249, 275 volgg., 282 volgg., 291 volg., X. 5 6 , 125. Verdere berichten over — onder Arilin, IX. 393, X. 38 volg., 54 volgg. Als troonsopvolger van Arilin wordt diens schoonzoon Ratoe SAEIJ? aangewezen, X. XLVIII volg-, 67 volg., 108, 115 volgg., 136 volgg. Staat een stuk lands bewesten Tangerang en de helft der goudgraving van Toelang Bawang aan de O. I. C. af, X. xLix, 126. A E I Ï I N krankzinnig, sterft in ballingschap, X. XLix volg. 138 volgg., 148 volgg., 322. Opstand tegen SAEIE. X. Li volg., LV volg., 163, 166 volgg., 187 volg., 193. SAEIF van den troon vervallen verklaard, voorloopig opgevolgd door Adi Santika, onder den naam ABOEL MOCHALI MOHAMMED W A S I ZEÏ-
NOEL HALAMIM, X. Lvii, 169 volgg., 178 volg., 181 volg., 183. Bantam als leen aan de O. I. C. afgestaan, XI. 1 volgg. Optreden van den wettigen troonsopvolger Goesti onder den naam ABOEL NAZAE MOHAMMED
SAEIF
ZEÏNOEL
ASSAKHIN,
X.
LVIII,
197
volg. Toestand van Bantam tijdens gouv.-gen. J. Mossel, X, 206 volg., 235, 318, 325. Memorie van Th. Schippers over — , XL 5 volgg. Verdere berichten over — tijdens gouv.-gen. van der Parra, X. 381 volg., 396, XI. 19 volg., 49 volgg., 6 0 , 94volg., 104 volg., 135 volg., 238, 248 volg. Tijdens gouv.-gen. van Riemsdijk, XI. 289 volg. ABOEL NAZAE opgevolgd door A L I O E D D I N ,
XI. 295 volgg., 311. Namen zijner kinderen, XI. 301 volgg. Zijn inkomsten, XI. 303 volg. Overzicht der uit Bantam geleverde peper 1767—77, XI. 314. De Sultan draagt zijn aanspraken op Landak en Soekadana over aan de O. L C , XI. X L , 320 volgg. Pangeran Mangalla tracht hem van de troon te stooten, XI. xxxix
u
BANTAM—BATAVIA
volg., 354 volg. De grensscheiding van - geregeld, XI. 356. Memorie van J. Reynouts over — , XI. 373 volgg. Invloed van Said-Mochamat, XII. x x volgg. Berichten omtrent — tijdens gouv.-gen. Alting, XII. 1 2 , 29 volg., 4 6 , 66 volg., 72 volg., 126 volgg., 182 volgg., 237 volgg., 306 volgg., 322, 333 volg. 395 volg. Tijdens gouv.-gen. van Overstraten, XII. 440, 460 volg. Peperopbrengst 1797—1803, XIII. xxxv volg., 240. De Sultan vermoord, opgevolgd door Bagoes Isaak, XIII. x x x i v , 256 volg. De Lampongs staan tegen — op, XIII. x x x v , 265. Wiese over — , XIII. x x x v i volg., 296, 298. De Sultan doet eenige Hollanders vermoorden, wordt afgezet; zijn rijk tot domein van de kroon van Holland verklaard; gevolgen daarvan, XIII. xcv volgg., 336 volg., 338 volgg., 342 volg., 541. BAPPA M I D A , gezant naar Agong, vorst van Mangoei, XI. iv. BAEBIEE ( M I C H . ) , directeur der fortifikatiewerken, XIII. 244. BAEENDSZ. ( W I L L E M ) , doet tochten naar het Noorden, I. 1 9 , 2 1 , 22 volgg. Vervaardigt zeekaarten, I. 70, 170. BAEENTSEN ( P I E T E E ) , raad van justitie, IV. 226.
BAEKET ( A S T H . ) , gezaghebber over den Oosthoek, XII. 4 6 , 108. BAENEWALL (J. P . ) , X. 61.
BAEONG, zie Noessa-Rarong. BASSEN (PATJWELS), raad van justite, IV. 226. B ABTELS, zie Marchier.
BAETLO (G.), schepen van Batavia, XI. 313 n. BAETLO, kolonel, door de troepen van den sultan vermoord, XIII. cxxxix, 548 volg. BAEVELT ( J A N ) , bevelhebber van Soerabaya, VIII. 60. Gezant naar Balamboeang, VIII. 76, 79. BASEL (H. V A N ) , raad van L , X. 398 n.
BASÏIAENSZ. ( C O E N . ) , kapitein, vaart naar I. (1601), 11.253, 484 volg. In Atjeh, II. 253 volgg., 485 volgg. Terug naar N . , II. 256' volgg., 488 volgg. Vice-admiraal, vaart naar I. (1603), III. 27. Op Tidore en Ternate, III. 36, 188 volgg. Op Makian, III. 37, 193 volgg. Te Patani, III. 3 7 , 190. Te Djohor, III. 2 5 , 37. BASTINCQ ( W I L L E M ) , onderhandelt met Kraeng Galesoeng, VU. L X V I I ,
LXXVI volg. 218, 228, 237. Komt behouden te Zinkei aan, Vil. L x x v n , 238. Bevelhebber van Soerabaya, Vil. 266. BATANG (Preanger), zoekt bescherming bij de O. I. C. en Bantam, V. x c n i volgg., 186 volgg. BATANG (bij Pekalongan). Hartingh over — , X. 305, 349. Van den Burgh over — , XI. 258, 423 volg. Siberg over — XII. 96 volgg. BATAVIA. Stichting van — , IV. c x x x n volgg., 179, 183 volg., 190
BATAVIA
15
volg., 207 volg., 214 volg., 218, 258 volg. Eerste statuteu van —, IV. 221 volgg. Bij het aftreden van Coen, IV. 273 volgg. Toestand onder gouv. gen. de Carpentier ; diens verordeningen, V. i volg., LXI volgg., 27 volgg., 54- 87, 90 volgg., 99 volg,, 112 volg. Toestand bij Coen's terugkomst, V. 114 volgg. Aanslag der Bantammers tegen —, V. LXXIV volg., 118 volgg., 144. Belegerd door Mataram, V. Lxxv volgg.,; 127—145. Tweede belegering door Mataram, V. Lxxxv volgg., xci volg., 146—162. Toestand van — na de belegering, V. 162 volgg., 179 volgg. Vooruitgang van —, onder Brouwer, van Diemen en van der Lijn, V. cxv volg., cxxxr, 193 volgg., 218 n., 234, 253 volg., 261 volg., 263 volg., VI. i volg., 8 volg., 12. Klachten der burgerij in 1650, VI. n volgg., 13 volgg., 19 volg. Toestand onder Reiniersz, VI. 24 volg. Toestand van het onderwijs te — 1658—1667, VI. LXX volg. Achteruitgang van den handel, VI. LXXV volg., LXXXV volg., 38 volg., 44, 54 volg., 88 volg., 148 volg., 157 volgg. Maatregelen tegen een mogelijken aanval van Bantam (1679), VIL cxxxvi volg., 18 volg., 23 volg. Berichten van 1685 en 1686 over —, VIII. 9 volgg., 31 volgg. Toestand van den handel in 1705, VIII. 112 volgg. Herstel van den handel der Chineezen te —, IX, xvi volg., 79, 81, 85, 91 volg., 126 volg. Inkomsten in 1738, IX. 277 volg. Retourlading van 1739. IX. 285 volgg. Opstand der Chineezen. IX. LUI volgg., 295 volgg. Van Imhoffs plannen en maatregelen omtrent —, X. vi volg., ix volg., xv volg., xxvi, xxvni, 14, 16 volg., 68 volg., 101 volg., 109, 140 volg. Toestand van - en middelen ter ontwikkeling van — voorgesteld door Mossel. X. 207 volgg. Inkomsten 1764, XI. 21. Aantal inwoners 1766, XI 69. Verbetering van het schoolwezen enz. omstreeks 1777, XI. Lxxxiv volgg., 312 volgg, 356 volgg. Maatregelen tot versterking 1782. XII. 35. Inkoop en verkoop 1784, XII. 67 volg. Inkomsten 1782—1785, XII 75. Aantal inwoners 1788, XII. 164. Verval van den vaart der Chineezen naar —, XII, 240 volgg. Adres van de Bat. Burgers aan Commissarissen generaal (1795), 'XII. LU volg., 359 volgg. Uitwerking daarvan, XII. 365 volgg. Volgens van Overstraten en Nederburgh onverdedigbaar tegen de Engelschen, XII. 400 volgg. Verkochte goederen 1797, XII. 461 volg. Staat deicultures 1797—1803, XIII. 234 volg. Plannen der Engelschen tegen — , XIII. ii volgg. Door de Engelschen geblokkeerd, XIII. xi—xvn, 13 volgg. De zetel der Regeering naar de voorsteden verplaatst, XIII. 354 volgg. Uitbreiding van den werkkring der schepenen, XIII. 387 volgg. Door Daendels aangebrachte verbeteringen, XIII. 391 volgg. Door de Engelschen veroverd, XIII. cxxxn volgg., 542 volgg.
K;
BATAVIASCHE—BAIJEN
BATAVIASCHE
OMMELANDEN,
JAKATEASCHE BOVENLANDEN. Grenzen
van — (1620), IV. c x x x n , 221. Coen's bepalingen, IV. 243 volgg. Stand der indigo- en begin der koffiekultuur in 1708, VIII. 154. Rapport van C. v. Swoll en H. Zwaardekroon over de suikerkultuur in de — , VIII. 157 volgg. Zorg voor de suikerkultuur onder g. g. Zwaardekroon, IX. 34, 61 volg., 73 volg., 80 volg. Koffiekultuur onder g. g. Zwaardekroon en de Haan, IX. 8 5 , 92 volgg., 99 volgg. Koffieproduktie 1 7 2 4 - 3 1 , IX. 160*. Rapport van Coyetten van Imhoff over de koffiekultuur en andere kuituren, IX. 253 volgg. Van Imhoff's zorgen voor de —, X. xxix volgg., 4 0 , 69 volg., 109 volg., 141 volgg., 155 volg. Mossel's zorgen voor de — , X. LXI volg., 182, 1 8 8 , 194, 236 volgg., 260 volgg., 274 volgg., 318. Toestand in 1761, X. 384. In 1766, XI. 62 volgg., 66. Koffiekultuur, 1744—66, XI. 68. Aantal bewoners, 1766—1778, XI. Lxxviii, 6 9 , 363 volgg., 368. Oogst 1769—73, XI. 222, 250, 252. Regeeringsmaatregelen 1778, XI. L X I I I , 337 volg., 358 volgg. Oogst 1778, XI. 370. Lijst der schulden der Jacatrasche regenten 1779, XI. 500. Berichten over de producten in de — tijdens gouv. gen. Alting, XII. 32 volgg., 8 0 , 1 6 3 , 329 volg., 390*. Aantal bewoners 1788, XII. 165. Verslag van H. J. Guitard over de — , XII. 195 volgg. Verordeningen van de Commissarissen generaal, 1798, XII. 462. Oogst 1797, XII. 562. Onlusten tusschen Chineezen en inlanders in 1800, XIII. 24 volg. Nieuwe politie verordeningen, XIII. 2 6 , 36 volg. Daendels maatregelen, XIII. LXII volg., c v n , 308 volgg., 315 volg., 386 volgg., 445 volg., 458 volgg., 470, 5 0 3 , 504. BATJAN. Het kasteel der Sp. op — veroverd, verbond met — , III. 104, 270, 328 volgg,, 331 volgg. Forten aangelegd door P. Both, IV. v i . BATOELAJANG zoekt bescherming bij de O. I. C. en Bantam, V. x c i i i volgg., 186 volgg. BATOE OELOE. Kleine wachtpost geplaatst te — , XI. xxxv n. BATOESAWEE, zie Djolior. BAH'DENS (JACQUES) vaart naar L , II. 212. BAÜEB ( J A C ) , opperkoopman, IX. 249.
BAWEAN of LOBOK. De eerste Holl. vloot op — , II. 200, 343 volg. Hartingh over — , X. 339. J. Vos over — , XI. 159. Van der Burgh over — , XI. 436 volgg. Onderworpen aan de O. I . C . , X I I . i v , 17 volgg., 2 7 , 65 volg. Siberg over — , XII. 107 volg. Van IJsseldijk over — , XII. 534 volg. Engelhard over — , XIII. 158 volgg. BAUEN
(HEEMAN
IX. 200, 246.
V A N ) , sergeant-majoor,
IX. 195. Raad van L ,
il
BEAUMONT—BESÜIJEN
BEAUMONT ( J O H N ) , betrokken in de samenzwering op Ambon, V. xv volgg. BECKEE (H.), raad van L , VIII. 281. BECOM ( A D E . VAN), burgerkoopman, benoemd tot gezant naar Bant a m , VII. CXXIV.
BEDOELOE (Goesti), vindt grooten aanhang in het Soerabayasche, VIII. Lxxxvii. Zijn verbanning door de O. I. C. gewenscht, doch door den Depati Soerabaya tegengehouden, VIII. c v i u volgg., 297 volgg., 354. BEECKMAN ( W I L L E M ) , administrateur te Soerabaja, XII. 467.
BEEKE (VAN D E E ) , resident van Cheribon, XII. 3 1 . Raad van L, XII. 131. BEETS ( A B E . VAN D E E ) , predikant te Bantam, I I I . 148. BENGALEN. Beschrijving van — , III. 151 volg. Regeling van de vaart naar — , X. 25 volg. Wiese over — , XIII. 99. BENGALEN (Golf van), zie Arrakan, enz. BENNING ( G E E E I T ) , vaart naar L , I I I . 4.
BENOOT (MICH.), vaandrig onder H. de Wilde, VIII. 238. BENT (F. L . ) , benoemd tot commissaris-generaal, VIII. x i n . BEECHEM (WEMMEE VAN), brengt in I. de tijding van het twaalfjarig bestand, III. 109, 114. BEECKEL (Pieter Clementsz), koopman, vaart naar L , III. 4. BEEENDEEGT
(Nie. V A N ) , raad
van L , IX. L I X , L X I I I . 3 0 3 , 330,
332, 367, 397. BEEG ( J O H . GEN. VAN DEN) , resident te Djokjokarta, XII. 560, XIII. 135 volgg. Te Solo, XIII. 271. Tracht Java voor het huis van Oranje te behouden, XIII. cxxiv volgg. BEEGBL (HENDE. VAN) opperkoopman en gouverneur van Banda, III. 3 8 , 1 0 1 , 210, 252, 397. BEEGEN ( F E . C H E . VAN), kapitein onder G. CnoU, VIII. 125. Sterft, VIII. 128, 290. BERGMAN (HANS F E E D . ) , soms BRINKMAN genoemd, opperbevelhebber
der expeditie tegen Poespita c. s., IX. v , 55 volgg., 65 volgg. BEEGMAN (PAUL) , sergeant, belast met het opzicht van de koffiekultuur in Cheribon, XI. 327. BEENAEDS (S. C H E . ) , raad van I . , IX. 246 n. BEENAETS ( J A N ) , raad van L , IX. XXXII. 171.
B E S S I , door de 0 . I. C. in bezit genomen, V. XLIV. BESSI (Kraëng), onttroond vorst van Goa, VIL L X I I I , 1 9 , 27. Uitgezonden ter ondersteuning der bezetting van Indramayoe enz., VII. CXLI, e n volg., 5 0 , 363, 372. BESUIJEN (COEN.) boekhouder-generaal, VIII. 338.
2
JS
BEUGEL—BITTER
BEUGEL (DIECK JACOBSZ.), onderkoopman,
vaart naar L , II. 236.
Voor de tweede maal, III. 4. BEUMAN (JAN CHEISTOEEEL) , kapit. luit. overwint Mas Sahid, X. Lxxviii. Resident te Soerakarta, X. 368, XI. 33 volg. BEVEBE (W. H. D E ) , kapitein onder G. Knol, VIII. LXXXVIII volg.,
293 volgg. BEVEEEN ( JAN HENDE. D E ) , kapitein-luitenant onder II. de Wilde, VIII. 239. BEWINDHEBBEES (Heeren XVII). Brieven van — , V. 18, 2 0 , VI. 1, 2 , 4 , 13, 157, IX. 161, 167, XI. 9 5 , 275. BETLWITZ (GEORGE F E E D . ) , kapitein der lijfwacht van Poeger, VIII.
120, 233, 239, 258, 285. In Pasoeroewan, VIII. 134. B E Ï N O N , kommandeur van Bantam, XII. 238 volg., 307, 333 volg., XIII. 2 1 , 243. Brief van — , XII. 309. BEZOEKI. J. Vos over — , XI. 149 volg. Van der Burgh over — , XI. 449 volg. Van der Niepoort over — , XII. 56 volg. Van IJsseldijk over — , XII. 501 volgg., 542 volg. Engelhard o v e r - - , XIII. 182 volgg. Verkocht aan den oud kapitein der Chineezen te Soerabaya, XIII. 502, 521. BICKEE ( G E E R I T ) , zendt schepen naar W. I . , I. 47 volg. Bewindhebber van verschillende Compagniën, I. 102, 107. BICKEE (LAUE.) reist naar Guinea en Amerika, I. 48 volg. Vaart naar I. (1598), II. 216 volg. Vaart naar I. (1601), II. 253. BIELEVELDT (VON) , kapitein, strijdt met Mangkoeboemi in Pekalongan, X. LXVIII volg. BIESHEUVEL (C. VAN D E N ) , resident van Balamboeang, XI. x v i n , 138, 200 volg., 215. Sterft, XI. x x v . Brieven van — , XI. 274 volgg. BIESMAN (LAMB.), vaart naar I., II. 188 n.
BIEZUM (VAN) resident te Cheribon, XI. 179. BIKKES benoemd tot inspecteur der landmilitie te paard, XIII. 504. BILLITON, onder protectie der O. L C , VI. 110, 113. B I M A , zie Soembawa. BINANA , zie Ceram.
BINGAM, Chinees te Batavia, onrechtmatig door de regeering bevoordeeld, VI. 17, Ontving brieven van den Sultan van Bantam, VI. 69. BINKHORST, onderkoopman, resident te Joana, X. 342. BINTANG (ZACU.) , kapitein onder IL de Wilde, VIII. 239. Onder G. Cnoll, VIII. 292. BISSCHOP ( P H I L I P S D E ) , opperkoopman, vaart naar L , III. 63. B I T T E E (JAC. D E ) , onderkoopman, vaart naar I. (1601), II. 261.
BITTER—BLOCK
19
Als opperkoopman naar I. (1607), III. 73. Aan de kust van Koromandel III. 76 volgg., 280 volg. T e Bantam III. 78. In de Molukken, III. 93 volg. Gouverneur van Banda, III. 9 9 , 397. Sterft, III. 101. Memorie van — , III. 280 volgg. BLAAUWHULK ( R U C K J A N S Z . ) , onderkoopman, vaart naar I., 11.240.
s
BLANBANGAN door Pasoeroewan verwoest, II. 157. De eerste Holl. vloot in — , II. 2 0 1 , 351 volgg. Toestand van — in 1 6 3 1 , V. 169 volg. Door Mataram bemachtigd, V. c x i v , cxxi, 202 volg., 233, 241. Helpt de Makassaren, VI. 201. Blijft onafhankelijk, VIII. x x v i i volg., 1. Korten tijd in onderhandeling met de O.-I. C. VIII. LVIII volg., 68 volg., 75 volg., 79 volg. Helpt Poespita c. s. IX. 4 , 13. Harting over — , X. 3 0 3 , 332. Bemachtigt een gestrand schip der O.-I. C , X. 32L. Inval van Baliërs in — , XI. 18. Van Ossenberch over — , XI. 23 volgg. Engelschen in — , XI. n , 56. Verkeerde voorstelling van de verovering van — , XI. i n. Verhaal van de verovering, XI. n volgg., 70 volg. Eerste opstand, XI. x i volgg., x v n , 72 volgg., 77 volgg,, 87 volg. Opstand onder Pseudo-Willis XL x x i volgg., 174 volgg., 199 volgg., 214 volgg., 223 volgg., 228 volgg., 230 volgg. Het bestuur in — geregeld, XI. xxix volgg., 89 volg., 98, 239 volgg., 271 volgg., 281 volg., 493. J. Vos over — , XI. 138 volgg. Van der Burgh over — , XI. 450 volgg. Door zeeroovers geteisterd, XII. x x i i i , 10 volg., 25 volg. Van der Niepoort over — , XII. 53 volgg. Kapitein Boeton verdrijft de zeeroovers en zet zich in — neer, XII. x x i n volg., 176 volgg., 189 volg. Expeditie tegen Boeton, XII. x x i v , 436. Vooruitgang van —, XII. x x v volg. Onlusten in 1797, XII. LXXII. Zie ook Banjoewangi. BLANKE, kommandant van Samarang, verovert Blanbangan, XI. v , Aii. Sterft, XI. xii. BLANKEET (HENDB.), luit. der bezetting van Kartasoera, VIII. 120. In Pasoeroewan, VIII. 134. Met Knol tegen de zonen van Soerapati; geleidt een leger naar Kartasoera terug, VIII. c v i i , 151. BLITAB (Ratoe) geliefde van Amangkoerat, VIL x x i x volgg., LXXXVH volgg., c x x v , 158 volgg., 2 5 3 , 324 volgg. B L I T A B , zoon van Pakoeboewana I. Zijn kans om troonsopvolger te worden, IX. v u , 38. Wijkt uit het hof, IX. v m , 44 volgg. Treedt tegenover zijn broeder als Soesoehoenen op, IX. i x , 48 volg. In oorlog met zijn broeder, IX. x , 5 7 , 65 volgg. Sterft, IX. x i , 72. B L I T A B door Mataram veroverd, V. 2 0 3 , 233. BLOCK MAETENSZ. (ADE.) , in Noord-Amerika, I. 33. Vaart naar I.
in 1 6 0 1 , I I . 260. Vice-admiraal, vaart naar I. in 1606, III. 6 3 .
20
BLOCK—BONSEL
In Banda, III. 6 5 , 6 8 , 251. Komt als kommandeur in I. en helpt Both in de Molakken, IV. v i , 8. Gezant naar Bantam, V. LXXXI. Vernielt een voorraad rijst bestemd voor een Mataramsch leger, V. LXXXV, 149 volg. Bevelhebber van Batavia tijdens het tweede beleg door Mataram, V. LXXXVI. BLOCK (DAN. VAN DEB) opperkoopman, VIII. 13. BLOCKE, gecomitteerde tot de zaken van den inlander, IX. 21. BLOEMAERT (SAM.), te Sukkadana, III. 253 volg., 399. Sluit een verbond met den Koning van Sambas., III. 302 volgg. BLOEMHEET ( E G B . ) , lid van het College van Curatoren en Scholarchen, XI. 313 n. BLOK ( A N T H . ) , vaandrig onder H. de Wilde, VIII. 238. BLOM ( W I J B E . ) , raad van I . , IX. 110, 200. Als Commissaris naar Bantam, IX. x x x v n , 207, 230, 2 4 5 , 285. B L U S , vaandrig, om de zeerovers gedwongen Toelang Bawang te verlaten, XII. 310. BOCK (DE) , raad van I . , als directeur van de bank van leening ontslagen., XII. X L I I I , 335. Twisten met Nederburgh, XII. 365 volgg. BODJO LOEMPANG. Regeling van het bestuur in — , VIII. 171 volg., 278 volg. BOECKHOLT ( T A N ) , gezaghebber van Banda, XII. 396.
BOEKHOLD ( F E . VAN), 2e resident te Soerakarta, XII. 157, 171 BOEEEKSA. (Toemenggoeng), regent van Kendal en admiraal van Mataram, IV. 250 volg., 261. Zendt een groote voorraad levensmiddelen naar Batavia, V. LXXV, 127 volg. Belegert Batavia, V. Lxxvi volgg., 132. Sneuvelt, V. LXXVIII, 135, 139. Brief van — , V. 140. BOEEO. Beschrijving van — , III. 162 volg., 185. BOETON. Beschrijving van — , III. 159.
BOETON (Kapitein), verdrijft de zeeroovers uit West-Balamboeang, XII. x x i i i volg., 176 volgg. Zet zich aldaar neer, XII. 189, 2 3 5 , 305, 320. Zijn roofzucht; sneuvelt in een gevecht met vaandrig Phaff, X I I . xxiv, 436. BOETSELAAB resident te Samarang, VIII. 92. BOGAAET (VAN DEN) resident te Cheribon, XIII. 145. BOISOT (ADE.) , onderkoopman, vaart naar I., II. 2 6 1 , gevangen in Demak, II, 513 volg. BONE (GUILL.) kapitien van een j a c h t , IX. 379.
BONGAJA, Het traktaat van — hersteld, VI. xci. BONI (Radja), Zie Palakha. BONS EL ( W I L L E M ) te Sukkadana, III.
398.
»BONTIUS—BOUVAERT
21
BONTIIJS, geneesheer, bij Coen's sterfbed, V. LXXXVII, 154. BOOGAAET (GODFE.) gezant naar Bantam, IX. 176, 186. BOOGAAET (VAN DEN), administrateur in Bantam, XII. 182. Resident van Palembang, XII. 322. BOOKESTEIJN ( P I E T E B ) , koopman, gezant naar Bantam, IX. 230n., 245. Baljuw van Batavia, schuldig aan het vermoorden van Ghineezen, IX. 337, 340. Ter verantwoording opgeroepen, IX. x c n n. BOOT (HUYGH), tolk in Bantam, VII. 44, 336, 340, 342. Sneuvelt, VII. CLxn, 385 volg. BOECHEES ( J O H . ) , van oproerige gezindheid beschuldigd, XII. 386n. BOEDTJYEWEBCKEB ( P H I L . ) onrechtvaardig van zijn land beroofd, VI. 16. BOEEF.L ( J A C ) . Brief van — , I I .
491.
BOEEEL ( P I E T E E ) , gezant naar de Portugeezen op Ceylon, V. 260 volg. BOEEEL ( W I L L E M ) , vaandrig onder H. de Wilde, VIII. 238. Kapitein, hoofd eener expeditie naar Panaroekan, IX. 25 n. BOEN (MICH.) kapitein sterft, IX. 54.
BosnEO, zie Broenei, Soekadana, enz. BOENEZEE ( E M . ) , raad van L, VIII. 112, 242.
BOET (BALTH.), directeur-generaal, sterft, VIII. n . BOSCH (J. VAN D E N ) , raad van L , X. 2 9 , 114. Vergezelt van Imhoff. naar de Oostkust, X. XXXTIII, 6 1 . BOSCH (J. VAN DEN), luit. kolonel, door Daendels verbannen, XIII. xci. BoscHCULTimE. Engelhard's zorg voor de — aan de Oostkust van Java, X I I I , Lii volgg., 210 volgg. Daendels maatregelen ten opzichte van de —, XIII. L X X I , 322 volgg., 345. BOSSETIEL, equipagemeester te Samarang, XII. 306. BOTH ( P I F T E E ) , admiraal, vaart naar I . , sticht te Bantam een faktorij, keert naar N. terug, II. 230. Vaart als gouv-gen. naar I . , III. 135. Zijn instructie, III. 131 volgg. Stelt den raad van I. samen, IV. n volg. Onderhandelt met Jakatra, IV. i v . Sticht een volksplanting op Amboina, sluit een verbond met Banda, bezoekt Ternate, IV. v. Op Batjan, Makjan, Tidore e. a., IV. v i . T e Grissee, sticht een kantoor te Japara, IV. T U I , 8 volg., 1 5 , 22. Te Bantam, IV. i x , 9 , 1 1 , 18. Te Jakatra, IV. x volg., 9 volg., 19. Zendt een gezantschap naar Mataram, IV. x i volg., 16. Treedt af, IV. xii. Brieven van — IV. 7 volgg., 16 volgg. BOTJCKHOLT (HENDE. T A N ) , onderkoopman, Taart naar I . , II. 261. Koopman, TOOI- de tweede maal naar I . , III. 135. BOUBGOING ( P I E T E E GEEEITSZ.) , opperkoopman, Taart naar I., III. 73.
Te Teganapatnam, III. 76, 399.TeTirepoplir, III. 345 volgg., 399. BOTJTAEET (JACOB), opperkoopman, vaart naar 1., I I I . 73.
22 BOUWEE
BOUWER—BROECK (HANS HENDEICKSZ.)
vaart naar I . ,
II. 188n. Voor de
tweede maal, II. 204n. Op Neira, II. 429 Tolg. Als vice-admiraal naar I . , II. 261. BEAAM (VAN) komt met een scheepmacht in I , , XII. x. BEAAM (JAO. ANDE. VAN) sabandar te Batavia, XIII. 2 4 5 , 252. Resident te Soerakarta, XIII. 336. President der Hooge Regering, XIII. Lxxxi, 433 volgg. Als Commissaris naar Djokjokarta, XIII. 501. Sluit een kontrakt met den Soesoehoenan, XIII. 534. BEAAM (F. TAN). Staat der cultures 1797—1803, XIII. 234 Tolgg. BBABANTSCHE COMPAGNIE ( N I E U W E ) ,
I. 104 Tolg., 217 Tolg. De
tochten Toor haar ondernomen, II. 229 Tolgg., 249 volgg. BEAHIM (Mas) hoofd van het overschot van Soerapati's aanhang, XI. x x v i , 119 volgg. 1 3 1 , 139, 4 1 1 , 413. :BBASSES ( J A N DE) schepen van Batavia, IV. 223 volg. BEA ZILIE. Vaart op —, I. 35 volgg. BEEBES. Hartingh over—, X. 306, 352. Acte van verband voor den regent van — , X I . 253 volgg. Van der Burgh over — , XI. 419. Siberg over — , XII. 92. BEEDIUS (JAN P I E T E E ) resident te Djawana, XI. 28.
BEEEM (JOOS VAN), onderkommies, Taart naar I., II. 272. BEETON (HENDE.) , koopman, gezant naar Mangkoeboemi, X. 231. Bij de onderhandeling tusschen Harting en Mangkoeboemi, X. 289 Tolgg. Gezaghebber aan Java's oosthoek, X LXXX, 3 9 3 , XI. 26 Commissaris in Bantam, XI. 300, 3 0 1 , 312, 375. Dir.-gen., XI 496 n. Door Alting aansprakelijk gesteld voor een tekort in de kas der O.-I. C., XII. X L I I volg.
BEEUCKELEN (HANS VAN), opperkoopman, vaart naar I . , IL 261. BEEUGEL (DE ROVBEE TAN) OTer de peperkultuur in Bantam, XI. 315 n. B E I E L ( J O H . JUEGEN) secr. Tan de expeditie tegen Troeno Djojo, VIL X C T I I , 294, 305. Rapporten van — , VIL 2 8 5 , 289. BBINCKHOIT ( P I E T E E ) , assistent te Japara, VI. 100. BEINKMAN, zie Bergman.
B E I O N , Pransch luitenant, komt met een schip te BataTia, X I I . 328 volg. BEOECK ( A B B . VAN D E N ) , koopman te Pahang, III. 5 9 , 235. Te Batoesawer, III. 8 1 , 398. In Japan, III. 85 volgg., 2 9 6 , 299 volgg. Gezant naar Mataram, IV. xxvi volg., 30 volg. BEOECK (HUYB. VAN DEN) sluit vrede met Bantam, V. 278 volg. BEOECK ( P I E T E E VAN DEN) leert in 1616 in Mocha de koffie kennen, VUL cxxxiv. Bevelhebber van het fort Jakatra, IV. LXXXVI, XCIT volgg., 125, 136, 138 volgg., 164 volgg. Brieven uit zijn gevangenschap, IV. 156 volgg. Sterft voor Malakka, V. 246 n.
BROENEI—BURGH.
23
BEOENEI. Handel met de Portugeezen, II. 137. Eerste aanraking der IL met — , IL 223. Handelsbetrekking met — , III. 24. BEONCKHOBST resident van Soemanap, XII. 518. BBOUOKUM (JAN T A N ) , gezant naar Tegal (Mataram), V. c x i , 216. BEOUWEE ( D A T . ) , kommandant te Bantam, X. 1 1 5 , 123, 136.
BEOUWEE ( H E N D E . ) , Taart als secr. van den scheepsraad naar L , III. 63. Kommandeur, III. 321. Te Grissee en Japara, IV. v u , 2 volgg. Te Jakatra, IV. x , 1. Gezant naar Mataram, IV. x x v i volg. Gouv.-gen. V. x c i , x c v n . Zijn instructie, V. x c v n volgg. Zijn bestuur, V. c v n volgg. Treedt af, V. c x n . Brieven van — , IV. 1, V. 190—225. BROWN (ROBB.), betrokken in de samenzwering op Ambon, V. xv. BEOYEL (A. T A N ) , raad van I . , X. 114, 134.
BEUGGEN (TAN D E E ) , opperhoofd te Soerabaya, X. 186. BEUNEL ( O L I V I E B ) of A L E E E I U S , reist naar de Witte zee en Moskow,
I. 10, 14 Tolgg. BEUSTENS, kapitein, Tervolgt de Jakatranen, IV. 178. BEUYN (JAN CLAESZ.), schipper, vaart naar L , II. 204. Voor de tweede maal, II. 261. BEUYN ( D E ) , rechter in het proces tegen de Engelschen op Ambon, V. v u , xix. BEUYN (P. G. D E ) , secr. van de Hooge Regeering, X. 2 1 3 , XI. 213, 270. BEUYNINGS ( A N T H . ) , onderkoopman, vaart naar I . , II. 261. Gevangen te Demak, vlucht naar Bantam, I I , 514. BEUYNINCK
(WILL.
MAUE.),
secr. van de Hooge Regeering, IX.
272. Naar Bantam, IX. 284. Gouv. Tan Ceylon, IX. 315. BUCQUOY (DAN. DE) , raad Tan justitie, V. 85. BUENNINGEN ( G E E E I T TAN) , kommies, vaart naar L , II. 188. Zijn Terhouding tot de overige schepelingen, II. 190 volgg. Sterft op een tocht naar I. bij zuid-westen om, II. 219. BUITENZOEG , door van Imhoff aangelegd, X. x x x i , 141 volgg. Gaat over in de handen van Mossel, X. 189 n. Van Alting, XI. 497. Guitard over — , XII. 207 volg. BUECII (JAN TAN. D E H ) , raad Tan justitie, V. 85. Neemt deel aan de Terkiezing Tan een opvolger Tan Coen, V. 155 volg. BUBGEMEESTEE, kapitein der dragonders, XII. 220, 226. BUEGEMEESTEE, luit-kolonel, gedetacheerd aan de Meeuwenbaai, XIII. 347. BUHGH (JOH. ROBB, VAN D E E ) , gouv. van Java's noord-oostkust, XI. 137, 201. Begeeft zich naar den oosthoek, bemoeiingen in
24
BURMANEN—CAEFF.
Balamboeang enz., XL X X T I , 230 Tolgg., 239 volgg., 281 volg., 305 volgg., 344 volgg. Zorgt voor de rust der Vorstenlanden enz., XL xxxvi volgg., u i volg., 307 volgg., 348 volgg., 392. Regelt de verdeeling daarvan, XL L U I volgg., 259 volg. Acte van verband voor den regent van Brebes, XL 253. Treedt af als gouv. ; raad van L , XL 394. Memorie voor zijn opvolger, XL 395. Sterft, XII. xLii. Brieven van — , XI. 2 2 3 , 257. BUBMANEN, Het rijk d e r — , I I . 87. B u s , vaart naar L , II. 212. BUYCK (HENDB.), zendt een schip naar Brazilië. I. 54. Reeder van de eerste vloot naar I . , I. 9 7 , 201 volgg. BUYK (EMOND), gezaghebber te Bantam, IX. 32 volg, 60. BUYN ( J A N ) , opperkoopman en schipper, vaart naar L , I I I . 63. BUYS ( P I E T E E W I L L E M S Z . ) , op Ceylon, I I I . 400.
BUYS ( G E B E I T GEEBITSZ. VAN DEB) gouverneur op Ternate, III. 5 7 ,
236, 396. Brieven van — , I I I . 228 volg. BUTSEN ( J A K O B ) , te Djohor, I I I . 2 3 , 398.
BUYSEEO, opperkoopman te Bantam, IV. 68. BUYSKES (A.), schout-bij-nacht, door Daendels benoemd tot luit. gouv.-gen. en kommandant van Batavia, XIII. 314. Verbetert de verdedigingswerken in den Oosthoek, XIII. 345 volg. Op verzoek ontslagen, XIII. X C I I , 4 1 9 , 421. Brengt een lading naar Amerika, wordt door de Engelschen gevangen genomen, XIII. 494, 500. BUYTEGHEM (HENDB. VAN), opperkoopman vertrekt naar Bantam, VIII. 19. BUYTENGEM (WILLEM TAN) , assistent, met Piero naar Troem Djojo, VIL 8 3 , 90 \olg. Luitenant onder C. Poolman, VIL 267 SneuTelt, VIL 268. BUZALVAL ( D E ) , gezant Tan Hendrik I V , III. 115 Tolgg. B I J L A N D (W. H. V A N ) , XI. 300.
BIJLEVELD (VAN), ridmeester. Lafhartig gedrag van'—, X. 279.
c, CABEMAU (A.) reist naar Guyana, I. 49 volgg. Zijn verslag van deze reis, I. 153 volgg. CAEFF ( W I L L . ) , resident in Bantam, VI. 124, 128, V I I , cxxix, CLVi, 328, 381, 399. Zijne latere bemoeiingen in Bantam, VIII. 19, 7 3 , 122, 128. Brieven van — , VI. 207—219, 314 volgg., 325, 326, 336—340, 379.
25
CAERDEN—CAMPS
CAEEDEN (PAULUS VAN) Taart naar I. (1595), IL 188 n. Op Bali, IL 2 0 1 , 358 volgg. Als vice-admiraal naar I. (1600), IL 230. In Atjeh, IL 231 volgg. Terug naar N . , IL 235. Naar I. in 1602, III. 4. Als admiraal naar I. (1606), III. 6 3 , 255 volgg. Voor Mozambique, III. 64, 256. Aan de kust van Malabar, I I I , 6 5 , 257. Te Bantam, beproeft naar Djohor te zeilen, III. 60 volg., 65, 247 volg., 259. Op Ambon, III. 6 5 , 250, 261. Op Ternate en Tidore, III. 6 5 , 262 volg., 267 volg. Verovert Makian, I I I . 66, 252, 264, 268. Op Tjau, wordt gevangen genomen, III. 6 7 , 265 volg., 334. Komt vrij, benoemd tot algemeen landvoogd over de Molukken, wordt weder gevangen genomen, III. 106, 270 volg. Brieven van — , III. 2 5 5 - 2 6 5 . CALCKBUYS
(ABENDT
CLAESZ.), schipper, vaart naar
L,
I I I . 27.
Sterft, I I I . 201. CALICUT. Beschrijving van — , III. 172 volgg. De Weert zendt , III. 9. Verbond met den Samorijn van — , kooplieden naar III. 32 volgg., 175 n., 204 volg. Het verbond vernieuwd, I I I . 6 5 , 75 volg., 258, 2 7 6 - 2 7 9 . CALLEB (CLAES T U S S E N ) , schipper vaart naar L , III. 27.
CAMBAYA. Geschiedenis van — , I I . 76. Handel der N. op — , IL 256, 4 8 7 , 494, 495 volg. CAMBODJA. Geschiedenis van — , II. 93 volgg. Bezocht door G. Groesbergen c. s., II. 245 volgg. CAMPEN (GOMMÉE VAN) vertrekt met de ammunitie voor de veldtocht tegen Troeno Djojo, VIL 217. Sterft, VIL x c n , 269. CAMPHUJS (JOH.) , raad van I., onderhandelt met Bantamsche gezanten, VIL cxLT volg., 42, 343 volgg. Gouv.-gen. VIII. ix. Herstelt de orde in het bestuur, VIII. x v i volgg. Sluit een contract met Bantam, VIL CLXIX, 394, VIII. x v i n . Aanvang van den opstand onder Soerapati, VIII. x v i n volgg., 165 volg. Regelt het bestuur in de Preanger, VIII. x x n i , 166 volgg. Zendt Cops, Tack en van Vliet naar de Oostkust, Madoera en Mataram, VIII. xxiv Tolgg., 172 Tolgg. Onderneming tegen Djang di Pertoewan en Jonker, VIII. XLI Tolgg. Regelt het bestuur der landen tusschen Krawang en Pamanoekan, VIII. XLT volgg., 217 volgg. Moeielijkheden in Cheribon en op Madoera, VIII. X L T I I Tolgg. Gebeurtenissen in Bantam enz., VIII. XLIX—LT. Nader contract met Bantam, VIII. L I Tolg., 206. Verhouding der O.-I. C. tot Matai-am, VIII. L T I volgg. Treedt af, VIII. x n., LX, 76. Brieven van — , VIII. 1—74. CAMPIE ( J E A N ) , onderkoopman, gezant naar Bantam, X. 115. CAMPS ( L E N E E T ) , raad van L , IV.
274.
26
CARELSZ—CEYLON
CAEELSZ. (JAC.,\ boekhouder, verkrijgt vergunning om handel te drijven naar het westen van L , X. 19 CAELETON (DUDLEY), Engelsch gezant te ' s H a g e , V. x x x n i volgg., LIT Tolg. CAEOLUS ( J O B . ) , Tervaardiger van kaarten, I. 31 n.
GABON ( F E . ) , verovert een gedeelte van Ceylon, V. 266. In Tayoewan, V. 274. Dir.-gen., VI. i n n. Geschorscht, VI. v i . In Bantam, VI. 209. CAEON (NOËL D E ) , Nederl. gezant te Londen, IV. LXXIII.
CAEPENTIBB ( P I E T E E D E ) , verijdelt met Coen een aanslag tegen de loge te Jakatra, IV. XLIX volgg. Bestrijdt met Coen de Engelschen, IV. Lxxxvii volgg. Komt tot ontzet te Jakatra aan, IV. 156, 162. Teekent als raad van I. Coen's brieven, IV. 108—268. Lid van den raad van defensie, IV. c x x v n i . Gouv.-gen., IV. CLII, 283. Verordeningen omtrent onderwijs, justitie, weeskamer, enz., V. i volg., Lxi volgg., 54—87. Zijn zorgen voor de uitbreiding en versterking van Batavia, V. i , LXIV. Schenkt gratie aan Beaumont en Collins, V. x x i volg. Zijn oordeel over het proces op Ambon, V. xxviii. Houding tegenover de Engelschen, V. X L I volgg. Tegenover Bantam, V. LXIV volg. Zendt gezanten naar Mataram, V. n , LXVI volgg., 30 volgg., 40 volgg. Treedt af, V. Lxxii. Bedankt voor een tweede benoeming, V. x c v n . Brieven van — , IV. 86. V. 2 2 , 2 5 , 88, 9 6 , 9 7 , 102, 106, 110. CAETWEICH ( R A L F ) , Engelsch gezant naar Mataram, V. 254 volgg. CASTEELE (VAN D E ) , luitenant in den strijd tegen Mas Giri, VIL 300. CASTELEYN ( F B . ) , raad van L , VIII. c m , c x x x v n i , 281. CASTLETON, Engelsch kapitein, op Banda, Amboina, Ternate enz., IV. xxix volgg., LX, LXXIX. CASTEO (MAETIN ALFONSO D E ) , Portugeesch generaal, III. 234.
CAT (SIM. WILLEMSZ.) reist naar het Noorden, I. 29. CAU (ROEL.) , 2e secr. van den Raad van I., sluit contract met afgezanten van Pakoeboewana, IX. 269 volgg. CAULIEE ( J E E . OTTO) , secr. van den raad van justitie te Batavia, XIII. 166. CELEBES. Oudste geschiedenis van — , II. 137 volgg. Zie verder Makassar, enz. CBEAM. Geschiedenis van — , II. 171. Beschrijving van —, III. 162 volg. CEULEN (COEN. JANSZ.), stuurman, vaart naar L , II. 188. Voor de
tweede maal, II. 203. CEYLON. Oudste geschiedenis van —, II. 23 volgg. J. Spilbergh op - , II. 275 volgg. S. de Weert op — , III. 5—9, 10—14. Contract van 1610, III, 136 volg., 350 volg. Strijd tusschen II. en Portu-
CEYLON—CHERIBON
27
geezen op — , V. cxx volg., 249, 260 volg., 266 volg., VI. L I . Uitbreiding van het Nederl. gezag, volkplanting op — , VI. LXXII. Treurige toestand van deze volkplanting, VI. LXXXV. Misbruiken op — ontdekt, IX. x x i x volg., 156. Regeling van de vaart op — , X. LXin, 2 7 , 223. Opstand der Singaleezen op — , X. 329. Door de Engelschen in bezit genomen, XII. 400. CHAMBON (FEED.) stelt een onderzoek in naar den toestand der peperplantages in een gedeelte van Bantam, XII. 238. CHASSÉ gouverneur van Makassar, XIII. 297. Raad van L , XIII. 427. Zijn rapport omtrent de suikercultuur, XIII. 484 volgg. CHATEAUVIEUX ( P I E B E E G U I L L . J O S . D E ) , vaandrig, naar Balam-
boeang ontboden, XI. 226. Kommandant te Soerabaja, XII. 467. CHAVONNES (DOM. MAE. PASQUES DE) sterft in de straat Madoera, IX. n . volgg., 10 volg. CHAVONNES ( P I E T E E
ROCHUS PASQUES D E ) , raad van L , sluit een
contract met de afgezanten van Pakoeboewana, IX. 266 volg., 269 volgg. Houding tijdens het oproer der Chineezen en tegenover Valckenier, IX. L V , L I X , L X X I I , 3 0 3 , 367, 397.
CHEBIBON. Oudste geschiedenis van — , II. 155, 159, VIL c x v n volgg. Genealogie van het vorstenhuis, XI. 180 volgg. Verzoekt een kantoor der O.-I. C , IV. 52. Waarschuwt Coen tegen Mataram, V. Lxxx volg., 146 Door Speelman tot trouw aan den Soesoehoenan aangemaand, VIL i v , 74 volg. De Pangerans van — , in ~ Mataram tijdens de inneming der hofplaats, door Troeno Djojoaan Bantam overgeleverd, VIL c x i x , 138 volg., 158 volg., 160 volg., 317. Strijd der O.-I. C. met Bantam over — ; dubbelzinnige houding der Pangerans, VIL C X V I - C L I I , 5 volgg., 7 , 19 volgg., - ' 25 volg., 1 7 0 - 1 7 3 , 317—338. Contract met — (1681), VIL CLIII volgg., 50 volg., 5 3 , 363 volgg., 372 volgg. Gespannen verhouding tusschen -— en Mataram, VIII. x x v , xxxi volg. Oneerlijk gedrag van de beambten der O.-I. C , twisten der prinsen, Tack in — , VIII. v u , x x x i v volg., 6 volg., 15 volg., 19 volgg. Tegen de O.-I. C. opgezet, VIII. X L , 23 volg., 37 volg. De Hartog brengt — tot rust, VIII. XLVII volg., 47 volgg., 55 volg. In rust, VIII. 6 3 , 6 9 , 77. De opvolging geregeld, VIII. LXXIX volgg., 87 volg., 9 3 , 102, 1 2 1 , 127, 135. Ontheven van de suzereiniteit van Mataram, onder protectie der O.-I. C., VIII. „Lxxvii, 1 2 2 , 1 5 6 , 262. Contracten van 1708, VIII. 1 5 1 , 320 . volgg., 324 volgg. Berichten over — (1717—1743), IX. 6 volg., 3 1 , 58 volgg., 68 volg., 72 volg., 87, 114 volg., 124 volg., 132 volg., 141 Tolg., 151 volg., 263 volgg., 281 volg. Berichten over -
(1744—1751), X. 3 9 , 66 volg., 154, 178, 1 8 1 , 187. Contract
28
CHERIBON—OLAESZ.
van 1751, X. 189. Berichten over — (1752—1763), X. 193, 197, 205 volg., 234, 317 volg., 322, 324 volg., 390 volgg., 395 volg. Memorie van P. O Hasselaar over —, XI. 40 volgg., 44. Sultan — afgezet, XI. L I I , 85 volgg., 92 volg. Memorie van Armenault over —, XI. 179 volgg. Memorie van A. C. Mom over —, XI. 325 volgg. Onlusten verwekt door Mirsa, XI. LXVIII, 353. Verdere berichten over — (1764—1780), XI. 19, 221 volg., 237, 246 volgg., 284, 287 volg. Invloed van dweepzieke priesters, XII. xx, 391 volgg. Door zeeroovers geteisterd, XII. x x n , 237. Memorie van G. C. Gockinga over —, XII. 276 volgg. Oproerig gedrag van Marta Widjaja, XII 323 volgg., 332, 439. Verdere berichten over — (1781-1799), XII. 11 volg., 29, 44 volgg., 126, 163, 236 volg., 306, 457 volgg., 562. Staat der cultares 1797—1803, XIII. 236. Onlusten omstreeks 1806, XIII. XLI volgg., 266 volg., 268 volgg., 278. Wiese over —, XIII. 297, 298. Daendels maatregelen, XIII. XLvii n., cv volgg., 304 volg., 316 volgg., 343 volg. CHEEIBON (Aria), zie Adi Widjaja. **—CHINA. Handel tusschen — en L , II. 57 volgg., 98 volgg. J. van Neck in —, II. 243, 479 Volg. W. van Warwijck in — , III. 24. C. Matelief in —, III. 57 volg., 222, 246. Advies van C. Matelief omtrent —, III. 238 volg., 244. Tocht van C. Reijersz. naar —, IV. CLI. Directe vaart van N. op — , XI. Lxxi. Vereenvoudiging van het bestuur der Chineesche faktorij, XIII. 408 volg. CHINBEZEN, Verordeningen van Coen omtrent de —, IV. 235 volgg. Vermeerdering van het aantal — te Batavia, VI. 8 volgg., 12. De handel der — op Java door van Riebeeck en van Swoll belemmerd, door Zwaardekroon hersteld, IX. xvi volg., 126 volg. Oorzaken van den opstand der —, IX. XLVIII volgg. Verhaal van dien opstand, IX. L U I volgg., LXXVII volgg., 295 volgg., 316 volg., 320, 323 volgg., 328 volgg., 335 volgg., 372 volgg., 396 volgg., 411 volgg., 426 volg. De — op Java tijdens Van der Parra, XI. LXIV volgg. Onlusten tusschen — en inlanders in de Bataviasche ommelanden, XIII. 24 volg. Wiese over de — op Java, XIII. 62 volgg. Hun handelwijze in Cheribon medeoorzaak van de onlusten aldaar in 1806, XIII. XLIII. Aan — verhuurde dessa's ingelost, XIII. XLix, 173 volg. CHEISTIAENSZ. (HENDE.) aan de Hudsons-rivier, I. 33. CLAESZ. (ADE.) op Neira II. 444.
CL ABS z. (ABES) op Lonthor, II. 444. CLAESZ. (CLAES), gevangen naar Samarang gevoerd, CLAESZ. (COBN.) drukt zeekaarten, I. 92, 168 volg.
II. 514.
CLAESZ.—COEN
29
CLAESZ. (COEN.), schipper, vaart naar L , I I . 240. CLAESZ. (JAC.) doet met O. van Noort een reis om de wereld, I. 124 volg., 242. CLAESZ. (JAC.) blijft op Bali, II. 238, 362, III. 396.
CLAESZ. ( J A C ) , hoofd eener expepitie naar Sukkadana, VIII. 94. CLAESZ. ( P I E T E E ) , schipper, vaart naar L , II. 261. Sneuvelt, II. 265, 505. CLANDT. Zie Elandt. CLANT (JACOB JACOBSZ.), schipper, vaart naar I . , I I I . 27.
CLAEKE (JOHN.) betrokken x i i volgg.
in de samenzwering op Ambon, V.
CLEEBHAGE ( J U L . ) op del Principe, I. 114.
CLEMENT (JAN), schuldig aan het vermoorden van Chineezen, IX. 338. CLEECQ (DE) majoor verdrijft de opstandelingen uit Kadoe, X. LXVI Tolg., 1 8 1 , 185. SneuTelt, X. LXVII. CLICKGES (TEUNIS J A N ) , schipper, vaart naar L , IL 260. CLOON (DIHK TAN) gouT.-gen., IX. x x x n , 171. Sluit een contract met Bantam, IX. xxxv volgg., 241 volgg. Met Mataram, IX. x x x v i i i volgg., 235 volgg. Sterft, IX. X L , 251. Brieven van — , IX. 187—234, 247. C L U N T , zie Clanl.
CLUYSENAEE ( G E E . ) , 2e secr. der Hooge Regeering, commissaris ter bemiddeling van geschillen tusschen Bantam en Palembang, IX. 283. Ie secr., IX. 3 3 1 , 369, 396. Commissaris naar Bantam, X. 115. CLUYSENAEE (J. S. M.) raad van L , X. 2 9 , 114, 134.
COCHIN-CHINA. Geschiedenis van — , II. 97 volg. Bezocht door J. Wonderaer en A. Cz. Ruyll, II. 245 volgg. Portugeezen iu — , I I I . 25. COCKAYNE (GEOEGE), Engelsch kapitein, op Banda, IV. XXII, xxiv. COCQ ( F E . DE) onderkoopman, IX. 249. COECKEBACKEE (CLAES JACOBSZ. en J A N BANNINCK) reeders van de
vloot van O. van Noort, I. 1 2 5 , 244. — (J. B.) deelhebber in de Fransche O.-I. C. te St. Malo, IV. XLIII. COEN (JAN PIETBESZ.) boekhouder-generaal en directeur der kantoren Bantam en Jakatra, IV. i x volg., 11 volg. Dir.-gen., IV. x i n . Zijn oordeel over de inrichting van het bestuur in L , IV. x n i volgg. Zijn staatkunde tegenover Bantam, TV. xvi volgg., x x v i n , xxxvi volgg., XLiT volgg., 33 volg., 3 8 , 4 0 , 49 volgg., 76 volg., 81 volgg., 87. Zijn optreden tegen de Engelschen, IV. x x x v i , L U , 71 Tolg. Zijn denkbeelden oTer het kiezen Tan een algemeen middelpunt voor den handel in 1., IV. XL volgg., 2 1 , 3 8 , 53 volg., 7 2 , 80. Verijdelt een aanslag tegen de loge te Jakatra, IV.
30
COEN-COLSON
XLix volgg., 97 volgg. Bouwt een fort aldaar, IV. LV volg. Gouv.gen. IV. Lvi, Lix, 85. Zijn instructie, IV. LXIII volgg. Tuchtigt Japara, IV. CXLIV, 163 volg. Ontzet het fort Jakatra en verwoest de stad, IV. c x n , 177 volgg. Houding tegenover Bantam na den val van Jakatra, IV. cxiv volgg., 180 volgg., 188 volg., 196,211. Tegenover de Engelschen, IV. cxvi volgg., 187, 193 volgg. Na het sluiten van het traktaat tusschen de Nederl. en Engelsehe O.-I. C , IV. cxxix volgg., 205, 208 volgg., 216. Sticht Batavia, IV. c x x x n volgg., 183, 207, 218, 221 volgg., 258. Zijn denkbeelden over volkplantingen, IV. o x x x v n volgg., 213 volg, Zijn werkzaamheid op Amboina en Banda, IV. CXLII, 253 volg. Zijn houding tegenover Mataram, IV. CXLV volgg., 217. Zijn zorgen voor den handel in geheel L , IV, CL volg. Treedt af als gouv.-gen. en vertrekt naar N., IV. CLI volg. Zijn adviezen in de vergadering der bewindhebbers, V. L volgg., 1 volgg., 8 volgg. Wederom tot gouv.-gen. benoemd, V. L U I volg., 18 volg. Zijn vertrek door de Engelschen tegengehouden, V. L I T Tolgg., 19. Oppositie tegen Coen in N., V. LTi volgg., 22. Zijn vertrek naar en aankomst in I. V. LIX , Lxxi volg. Aanslag der Bantammers op Batavia, V. LXXIII volg., 118 volgg. Belegering van Batavia door Mataram, V. LXXV volgg., 127— 145. Hervatting van den handel met Bantam, V. LXXXI , 166 volgg. Het proces Cortenhoeff, V. LXXXII volgg. Tweede beleging van Batavia door Mataram, V. LXXXT Tolgg., 146 Tolgg. Sterft, V. LXXXTII Tolg., 153 TOlgg. COEN (J. Pz.). Brieven van — , IV. 12, 20, 24, 2 7 , 3 2 , 3 6 , 3 7 , 3 9 , 4 1 , 62, 6 5 , 67, 72, 74, 8 1 , 9 7 , 108, 112, 136, 1 6 1 , 1 8 5 , 1 9 1 , 202, 207, 213, 249, 253, 260, 262 , 269, V. 1 1 4 , 1 1 8 , 126,138,141. COBET (JOH), kommandant te Bankallang, XII. 114. Kommandant van Pasoeroe wan, X ü . 496, 540. COEETSZ (ABE. CHBISTOFFEL) gezaghebber in Java's oosthoek, XI. 26. COIN ( J A N ) , constabel-major bevelhebber te Cheribon, VIII. 121 volg. Sterft, VIII. 128. COINGB (PEDEO D E ) , Spaansch generaal, in de Molukken, III. 267 volg. 274. COLIUS (Nie), dokter, vaart naar L , IL 235. COLLINS (ED W.) betrokken in de samenzwering op Ambon, V. xvi volgg. CoLMOND ( C H . L O U . ) , majoor, in Balamboeang, XI. x v n , 79, 89, 129, 138. Hoofd der krijgsmacht op Java, XI. 317. Belast met de bewaking van Said Mochamad, XII. XXX. Ontslagen als hoofd der militie op Java, XU. LXVI. Zijn rapport over de reorganisatie der krijgsmacht in I. zeer onvoldoende, XII. 297n. COLSON (SAM.) betrokken in de samenzwering op Ambon, V. xv,
COMANS- CORNELISZ.
31
COMANS (D.) raad van 1., VUL 281.
COMMIS S AEIS-GENERAAL. Instelling van het ambt van — , VIII. x volgg. Zie Nederburgh. COMPAGNIE tot den handel om het Noorden of der Mexovietvaarders, I. 12. Noordsche of Spitsbergsche — , I. 30. — van Nieuw-Nederland, 1. 34. Verschillende compagniën voor de vaart naar 1., I. 91—129, 200 volgg. De tochten voor haar ondernomen, II. 185 volgg. Oprichting der Algemeene geoctrooieerde Oost-Indische — , I. 131 volgg., 245 volg., 253 volgg. Fransche — te St. Malo, IV. X L I I I volgg., 73 volgg. Engelsche - , strijd en onderhandelingen met de Nederlandsche, IV. LXVIII—LXXVIII. Verbond tusschen beide, IV. cxix—cxxvii. Nieuwe strijd, V. II—XLIX. COMPOSTEL ( J A C ) , opperkoopman te Bantam, V. 231. COMPOSTEL (HENDEIC JACOBSZ.), opperkoopman, vaart naar I., III. 28.
CONGIE ( P E D E O ) , Japanner, betrokken in de samenzwering der Engelschen op Ambon, V. x i i . CONINCK & Co. (DE) te Kopenhagen belasten zich als neutrale firma met het vervoeren van goederen van I. naar N . , XII. 447. CONSTANT (CAEEL) gevolmachtigde van de Bataviasche burgerij om een adres van beklag in te dienen, VI. 20. CONSTANTS (JOS. MAX.) luit., naar Kaliwongoe tegen deChineezen, IX. 376. Kapt., naar Pasoeroewan, IX. LXXXIII, 405. CONVEET (JAN COEN.) tijdelijk hoofd te Bantam, X. 188, 193. COOK ( J A M E S ) , I I I . 45.
COOLHAAS ( J O H . ) , kapitein sterft, IX. 54.
COOP à GEOEN ( J O H . E V . ) , resident te Japara, X. 343. Gezaghebber aan Java's oosthoek, XI. 104, 129 n . , 138. COOP à GROEN (ROELOF), landdrost van Banda, XIII. 506.
COOETS, opperkoopman, hoofd te Soerabaja, X. 334. COPS (JAC.) president te Makassar, VII. 208. Raad van I . , VIII. 112. COPS. ( J O H . ) , opperkoopman, naar de oostkust en Kartasoera, VIII. x x v i (xxiv). Naar Bantam, VIII. 50. COBDES ( S I M . DE) vaart naar I. en sneuvelt, I. 123, II. 218 volg. COENELISZ. (ADEIAEN), schipper, vaart naar I . , I I I . 63. COENELISZ. ( C H E . ) , gevangen naar Samarang gevoerd, II. 514. CORNELISZ. (CLAES), schipper, vaart naar I . , I I . 240. COENELISZ. (COEN.) van Enkhuizen reist naar het Noorden, I. 18 volg., 2 1 . COENELISZ. ( C O E N . ) , zie Hert, COENELISZ. ( C E I J N ) in J a p a n , 111. 300.
COENELISZ. ( J A N ) , schipper, vaart naar I. in 1 6 0 1 , II. 261. In 1610, III. 135.
COMANS- CORNELISZ.
31
COMANS (D.) raad van 1., VUL 281.
COMMIS S AEIS-GENERAAL. Instelling van het ambt van — , VIII. x volgg. Zie Nederburgh. COMPAGNIE tot den handel om het Noorden of der Mexovietvaarders, I. 12. Noordsche of Spitsbergsche — , I. 30. — van Nieuw-Nederland, 1. 34. Verschillende compagniën voor de vaart naar 1., I. 91—129, 200 volgg. De tochten voor haar ondernomen, II. 185 volgg. Oprichting der Algemeene geoctrooieerde Oost-Indische — , I. 131 volgg., 245 volg., 253 volgg. Fransche — te St. Malo, IV. X L I I I volgg., 73 volgg. Engelsche - , strijd en onderhandelingen met de Nederlandsche, IV. LXVIII—LXXVIII. Verbond tusschen beide, IV. cxix—cxxvii. Nieuwe strijd, V. II—XLIX. COMPOSTEL ( J A C ) , opperkoopman te Bantam, V. 231. COMPOSTEL (HENDEIC JACOBSZ.), opperkoopman, vaart naar I., III. 28.
CONGIE ( P E D E O ) , Japanner, betrokken in de samenzwering der Engelschen op Ambon, V. x i i . CONINCK & Co. (DE) te Kopenhagen belasten zich als neutrale firma met het vervoeren van goederen van I. naar N . , XII. 447. CONSTANT (CAEEL) gevolmachtigde van de Bataviasche burgerij om een adres van beklag in te dienen, VI. 20. CONSTANTS (JOS. MAX.) luit., naar Kaliwongoe tegen deChineezen, IX. 376. Kapt., naar Pasoeroewan, IX. LXXXIII, 405. CONVEET (JAN COEN.) tijdelijk hoofd te Bantam, X. 188, 193. COOK ( J A M E S ) , I I I . 45.
COOLHAAS ( J O H . ) , kapitein sterft, IX. 54.
COOP à GEOEN ( J O H . E V . ) , resident te Japara, X. 343. Gezaghebber aan Java's oosthoek, XI. 104, 129 n . , 138. COOP à GROEN (ROELOF), landdrost van Banda, XIII. 506.
COOETS, opperkoopman, hoofd te Soerabaja, X. 334. COPS (JAC.) president te Makassar, VII. 208. Raad van I . , VIII. 112. COPS. ( J O H . ) , opperkoopman, naar de oostkust en Kartasoera, VIII. x x v i (xxiv). Naar Bantam, VIII. 50. COBDES ( S I M . DE) vaart naar I. en sneuvelt, I. 123, II. 218 volg. COENELISZ. (ADEIAEN), schipper, vaart naar I . , I I I . 63. COENELISZ. ( C H E . ) , gevangen naar Samarang gevoerd, II. 514. CORNELISZ. (CLAES), schipper, vaart naar I . , I I . 240. COENELISZ. (COEN.) van Enkhuizen reist naar het Noorden, I. 18 volg., 2 1 . COENELISZ. ( C O E N . ) , zie Hert, COENELISZ. ( C E I J N ) in J a p a n , 111. 300.
COENELISZ. ( J A N ) , schipper, vaart naar I. in 1 6 0 1 , II. 261. In 1610, III. 135.
COMANS- CORNELISZ.
31
COMANS (D.) raad van 1., VUL 281.
COMMIS S AEIS-GENERAAL. Instelling van het ambt van — , VIII. x volgg. Zie Nederburgh. COMPAGNIE tot den handel om het Noorden of der Mexovietvaarders, I. 12. Noordsche of Spitsbergsche — , I. 30. — van Nieuw-Nederland, 1. 34. Verschillende compagniën voor de vaart naar 1., I. 91—129, 200 volgg. De tochten voor haar ondernomen, II. 185 volgg. Oprichting der Algemeene geoctrooieerde Oost-Indische — , I. 131 volgg., 245 volg., 253 volgg. Fransche — te St. Malo, IV. X L I I I volgg., 73 volgg. Engelsche - , strijd en onderhandelingen met de Nederlandsche, IV. LXVIII—LXXVIII. Verbond tusschen beide, IV. cxix—cxxvii. Nieuwe strijd, V. II—XLIX. COMPOSTEL ( J A C ) , opperkoopman te Bantam, V. 231. COMPOSTEL (HENDEIC JACOBSZ.), opperkoopman, vaart naar I., III. 28.
CONGIE ( P E D E O ) , Japanner, betrokken in de samenzwering der Engelschen op Ambon, V. x i i . CONINCK & Co. (DE) te Kopenhagen belasten zich als neutrale firma met het vervoeren van goederen van I. naar N . , XII. 447. CONSTANT (CAEEL) gevolmachtigde van de Bataviasche burgerij om een adres van beklag in te dienen, VI. 20. CONSTANTS (JOS. MAX.) luit., naar Kaliwongoe tegen deChineezen, IX. 376. Kapt., naar Pasoeroewan, IX. LXXXIII, 405. CONVEET (JAN COEN.) tijdelijk hoofd te Bantam, X. 188, 193. COOK ( J A M E S ) , I I I . 45.
COOLHAAS ( J O H . ) , kapitein sterft, IX. 54.
COOP à GEOEN ( J O H . E V . ) , resident te Japara, X. 343. Gezaghebber aan Java's oosthoek, XI. 104, 129 n . , 138. COOP à GROEN (ROELOF), landdrost van Banda, XIII. 506.
COOETS, opperkoopman, hoofd te Soerabaja, X. 334. COPS (JAC.) president te Makassar, VII. 208. Raad van I . , VIII. 112. COPS. ( J O H . ) , opperkoopman, naar de oostkust en Kartasoera, VIII. x x v i (xxiv). Naar Bantam, VIII. 50. COBDES ( S I M . DE) vaart naar I. en sneuvelt, I. 123, II. 218 volg. COENELISZ. (ADEIAEN), schipper, vaart naar I . , I I I . 63. COENELISZ. ( C H E . ) , gevangen naar Samarang gevoerd, II. 514. CORNELISZ. (CLAES), schipper, vaart naar I . , I I . 240. COENELISZ. (COEN.) van Enkhuizen reist naar het Noorden, I. 18 volg., 2 1 . COENELISZ. ( C O E N . ) , zie Hert, COENELISZ. ( C E I J N ) in J a p a n , 111. 300.
COENELISZ. ( J A N ) , schipper, vaart naar I. in 1 6 0 1 , II. 261. In 1610, III. 135.
34
CUNAEUS—DANCKAERT
CuNAEus (JOAN), raad van I. Advies over vrijhandel, VI. x i volg. Ontvangt brieven van den Sultan van Bantam, VI. 69. CUNST (B.) raad van justitie, V. 85.
D. DABOUL. Beschrijving van — , III. 149 volg. DAENDELS ( W I L L . H E E M . ) , gouv-gen., XIII. L V I I I , 294 n. Toestand
van Indië bij zijn komst, XIII. 294 volgg. Reeds vóór hem hervorming noodzakelijk geacht, XIII. L I X volgg., 276 volg. Regeling van de Bataviasche Boven- en Preangerlanden, XIII. LXII volg. 308 volgg., 315 volgg., 386 volgg., 445 volg., 458 volgg., 470, 503, 504. Regeling van het bestuur aan de Noord-Oostkust, XIII. Lxiii—Lxx, 302 volg., 320 volgg. Centralisatie van het bestuur, XIII. Lxxi, 349. Tegenstrijdigheid tusschen D's //Staat der overzeesche bezittingen// en zijn ambtelijke briefwisseling, XIII. LXXII volgg. Zijn zorg voor de defensie, XIII. LXXV volgg., 345 volgg., 413, 419 volg. 452, 4 9 3 , 495. Aanleg van wegen en groote gebouwen, XIII. L x x v i i i , 396, 4 4 8 , 492, 496. Zijn geldelijk beheer, XIII. Lxxix volgg. Zijn handelspolitiek, XIII. LXXXII volgg., 430 volg., 472 volgg., 513 volgg., 531 volgg. Hervorming van het rechtswezen, XIII. LXXXVIII volgg. 354, 418 volg., 425 volgg. Willekeurige behandeling der ambtenaren, XIII. xc volgg. Oorlog met Bantam, XIII. xcv volgg., 336 volg., 338 volgg., 342 volg., 494, 541. Regeling der zaken in Cheribon, XIII. cv volgg., 304 volg., 316 volgg., 343 volg. Zijn politiek tegenover de Vorstenlanden; gevolgen daarvan, XIII. cix volgg., 336, 5 0 1 , 528 volgg., 534 volgg., 537 volg., 541 volg., 547. Oorzaken van zijn ontslag, XIII. cxx volgg. Oordeel van R. G. van Polanen over — , XIII. 472 volgg., 531 volgg. Oordeel van M. J. Jaussaud over —, XIII. 513 volgg. Geldheffingen onder — , XIII. 550. Brieven van — , XIII. 304, 314, 3 4 1 , 386, 419, 4 2 1 , 4 3 3 , 4 4 0 , 449, 4 5 3 , 4 5 8 , 4 6 2 , 489, 497, 500, 519, 5 2 1 , 537. DALE (THOM.) , Engelsch bevelhebber in I., IV. LXXX volgg. Belegert
het fort Jakatra, IV. xcv volgg., 138 volgg., 168. DAM (JAC. VAN) , secr. van den Raad van I . , VII. 403. Raad van I. sterft, VIII. 112. DAM ( P I E T E E VAN). Uittreksels uit zijne Beschrijving der O. L C. VIII. v i n — x v i . Staat der O. I. C , opgemaakt door — , V. 292, VI. 220, VIII. 364. DANCKAEET, predikant te Batavia, IV. 185, V. 139. Ontwerpt eene kerkordening, VI. xxx.
DANOEREDJO—DIEMEN
35
DANOEEEDJO of Tjakradjaja, rijksbestuurder van Mataram, IX. v u , x i , x x v i , x x v i i i volg., 5 , 12, 14, 20, 3 7 , 4 5 , 50 volgg., 5 7 , 65, 68, 119 volgg., 139 volg., 146 volgg., 188. Afgezet, IX. x x x v i i i , 196 volgg., 208 volgg. DAT ( J A N ) , schepen van Batavia, XI. 313 n. Oud-schepen, XII. 364. DAVIS ( J O H N ) , stuurman, vaart naar I. als verspieder van den Graaf van Essex, I. 133, II. 211 volg., 216. Op de vloot van Middleton, II. 277. DECKER (HANS D E ) , aanvoerder eener Fransche expeditie naar I . , IV. XLiv volgg., 74 volgg., 79 volg., 83 volg. DECKER (JAN DE) vaart naar L , III. 3. In Atjeh, III. 10, 398. DEDEL (CORN.), lid van den Raad van I . , IV.
xni.
DEDEL (JAC.) , lid van den raad van defensie, IV. c x x v m . Admiraal, doet een tocht naar Malabar, IV. CLI. Raad van L , IV. 2 0 1 , 207, 213, 223, 234, 2 5 3 , V. 24, 29. DEFENSIE (RAAD V A N ) , zie Raad van defensie.
DEKHAN. Geschiedenis van — , II. 22 volg., 28 volg. D E K K E R , schout-bij-nacht, XIII. xx volg., 241 volgg., 251 volg. DELFTSCHE COMPAGNIE voor de vaart op L , I. 129 volg. DELGENS (FRANS HENDRIKSZ.) zendt schepen naar Amerika, I. 49.
D E L H I . Geschiedenis van - , II. 2 3 , 28 volgg. Eerste betrekkingen met — II. 496. DEMAK. Het rijk van —, II. 160 volgg. Schepelingen van J. van Heemskerck te — gevangen, II. 268 volg., 510 volgg. Hartingh over — , X. 3 0 5 , 344. Van der Burgh over — , XI. 429 volg. Siberg over - , XII. 101 volgg. DEMMEE (GEE.), raad van I. Advies over vrijhandel enz. VI. v i n volgg. DEMONS ( J A N ) zie Mons.
DENIS
(SAM.)
te
Samboppo, III. 397. Brief van — , III. 102 n.,
319. DESQUINEL (JOAN), Spaansch gouverneur der Molukken. III. 266. DEUTEOOM (JOCHEM ROELEFSEN VAN), afgezant naar Bali, V. 203.
DETMAN (COEN.), opperkoopman, vaart naar L, II. 236. DETNSEN (DAVID V A N ) , directeur der faktorij te Soeratte. III. 34 volg., 222, 400. DIEMEN (ANT. V A N ) , raad van L , V. 87. Weigert het vonnis over P. Jz. Oortenhoeflf te bekrachtigen. V. LXXXIII. Trekt uit tegen het Mataramsche leger voor Batavia. V. LXXXVII, 153. Bij Coen's sterfbed. V. LXXXVIII, 154. Dir.-gen., naar N. terug. V. 169 n. Gouv.-gen. V. c x n , 225. Onderhandelingen en wapenstilstand met Bantam. V. c x n volgg., 226 volg., 230 volgg., 235 volg., 239 volg. Advies omtrent Malakka. V. oxvi volgg. Staatkunde tegen-
36
DIGNUMSZ—DJATINAGARA
over Mataram. V. c x x i volgg., 228 volg., 236 volgg., 240, 2 5 3 , 255 volgg., 262, 264. Sterft. V. c x x v , 267 volg., 269 volg. Brieven van — , V. 169, 225—267. DIGNUMSZ (JAN), schipper, vaart naar L , II. 188. Sterft. II. 190, 305. DIKARA of ADIKARA (Mas Aria), regent van Pamakasan. VIII. x x i x , x c v i , 270 volg. D I N T E E ( A B E . VAN) notaris. IX. 337.
D I P A NINGEAT rijksbestierder van Bantam. VIII. L U I volg., 7 , 49 volgg., 69 volgg. DIPO NEGOEO, zoon van Poeger, kiest de partij van Poespita c. s. IX. v , v i n , 20, 3 8 , 4 6 , 5 2 , 57. Geeft zich over. IX. x n , 82 n. DIECKSZ ( C L A E S ) , koopman te Grissee, III. 22.
DIRCKSZ (COEN.), schipper, vaart naar I . , III. 135. DIECKSZ ( J A C ) , schipper, vaart naar L , II. 230. DIECKSZ ( J A N ) , stuurman, vaart naar I. in 1599, II. 226. Opperkoopman, vaart naar I. in 1606, III. 63. Op Batjan. III. 332 volg. In Atjeh. III. 398. Zie ook Lam. DIRCKSZ ( P I E T E E ) , wellicht dezelfde als P. Dz. Keyser, reist naar het Noorden. I. 19. DIRCKSZ (Pieter), opperkoopman, vaart naar I. in 1601. II. 261. Naar I. in 1603, III. 27. Bestrijdt met Coen de Engelschen, IV. LXXXVII. Raad van I., IV. 1 0 8 , 1 1 1 , 1 3 6 , 223, 234. Raad van justitie, IV. 226. DIRCKSZ ( W I L L E M ) , schipper, vaart naar L , III. 63. DJAJALALANA (Toemenggoeng), aanvoerder der Balineezen onder Hurdt, VIL Lxxvn volg., 238 volgg. Verdrijft een leger Balamboeangers, VIL 297. Sneuvelt, VIL x c n , 267 volg. DJAMBI. Handel op - , IV. X L , 3 3 , 45. Strijd met de Engelschen in —, IV. 126. De Pangeran van — bemiddelaar tusschen de O.-I. C. en Bantam. VI. LXIV volg., 83. D J AMPANG. Mossel over — , X. 245. Guitard over — , XII. 206 volg. DJANG D I PEETOEWAN, zie Ibn
Ishander.
DJANGPATI (Mas Aria) te vergeefs tegen Troeno DJOJO opgezet. VIL x i v , 122. DJANGEANA (Ngabehi), veldheer van Amangkoerat tegen Mas Giri. VIL o n , 300. DJANGEANA, zie Poespita.
DJAEATAN, stapelplaats van den specerijhandel. II. 164. Voor het eerst door H. bezocht. II. 206, 408, 451. Door O. van Noort. II. 224. J. Heemskerk te — , II. 269, 512, 515. Verwoest door den vorst van Mataram. IV. v u , 8. Op nieuw verwoest. IV. 270 n. Door Makassaren verwoest. VI. x o i n , 193. DJATINAGAEA. Mossel over — , X. 247.
DJAWANA—DORESLAAR
37
DJAWANA, door Troeno Djojo bezel. VII. X L I , 176. Door Martapoero hernomen. VIL X L I I I , 178. Door Chineezen afgeloopen. IX. LXXVIII, 374 volg. Van ImhorT over — , X. 92. Harting over — , X. 3 0 5 , 342. Onlusten te — in 1769, XL 1 0 3 , 133. Van der Burgh over , XL 432 volgg. Siberg over — , XII. 104 volg. Opbrengsten van indigo enz. 1791—1796. XII. 417 volgg. Engelhard over — , XIII. 151. DJEMBEE. Bezetting op — gelegd. XL x x n , x x i v , 226. De post op — , ingetrokken. XL 346 volg. Van der Niepoort o^er —-, XII. 56. DJOEEIT (Raden), latere naam van Tjakraningrat IV. DJOERO ANTOKO (Ngabehi), eerste staatsdienaar van Mataram. V. cxxiv, 237. Brief van — , V. 258 n. DJOHOR. Stichting van —., II. 122. Beschrijving van — , I I I . 153. Strijd tusschen H. en Portugeezen. HI. 17 volg., 2 3 , 2 5 , 249. Verbond met — , III. 48 volgg., 214—218. Advies van C. Matelief omtrent , III. 233 volgg., 243. Geraakt hoe langer hoe meer in de macht der Portugeezen. III. 79 volgg., 84 volg., 90 volg., 304 volgg. DJOKJOKAETA. Een fort voor de O.-I. C. te — gebouwd. XL I T U , 36 volg., 4 5 , 55. Zie verder Vorslenlanden. DOENSSEN (STEVEN),
onderkoopman te Bantam. III. 2 1 , 395. T e
Grissee. III. 252, 395. Terug naar N., III. 252. Vaart naar I. in 1610, III. 135. Raad van L, IV. i n , x i n . Gezant naar Mataram. IV. xxv volgg., 26. DOES (FEANK VAN DER) vaart naar I. in 1595, I I . 188 n. Zijn reisverhaal, II. 287 volgg. Naar I. in 1598, II. 204 n. Hoofd van het kantoor op Ternate, II. 208, 2 4 1 , 378, III. 396. DOES ( P J E T E E TAN D E E ) , admiraal, doet een reis naar de westkust van Afrika, I. 51 volgg. DOETMENUYT, koopman, doet onderzoek naar Mataram's plannen, V. 148. DOLLEN (VAN), onderkoopman, resident te Soemanap, X. 336. DOMBOUECH (MAETEN VAN), gevangen te Cotchin, III. 222.
DOMIS (Iz. C O E N . ) , resident van Tagal, XI. 420. Als visitateur generaal der Indische negotieboeken ontslagen, XII. 186. DOMONG, hoofdkwartier der Makassaren, VI. x c n i . DONKEL ( C ) , adjudant, gezant naar Mangkoeboemi, X. 231. Kapitein, X. 286 volgg. Teekeni het traktaat met Hamangkoeboewana, X. 303. Majoor, sterft, X. 369. DONKEE ( P I E T E E ) , kornet, IX. 363.
DOOEN (VAN), koopman, resident te Damak, X. 341. DOOENICK ( G E E E I T VAN) te Grissee, II. 5 1 5 , 5 1 8 , III. 395.
DOEBSLAAE, secr. van den Raad van L , V. 5 9 , 87.
38
DORRE—DÜURVELT
D O E E E (JAN VAN), lid van den Raad van de expeditie ter ondersteuning van Amangkoerat, VIL 166. DOEST ( C H E . ADEIAENSZ TAN D E N ) , koopman op Ternate, II. 2 4 3 ,
479, III. 396. Boekhouder op Makian, III. 396. Onderhandelt over het losgeld voor P . van Caerden, III. 271. DOUGLAS, raad van L , VIII. o m , 2 4 1 , 2 8 1 , 3 4 1 , 353. DOWNING, Engelsch gezant, klaagt over de blokkade van Bantam, VI. LXV volg. DEAECK ( A D E . WOUTEESZ.), waagmeester en oud-schepen van Batavia, V. 57. ' DEIEL (ADE. CLAESZ. VAN), opperkoopman, vaart naar L , III. 73. Naar Kalikoet, III. 75. Te Grissee, III. 395. DEOST ( W I L L E M ) , bevelhebber te Samarang, VIII. 147. D E U T F F (GERRIT F E E D E E I K S Z . ) , gezant naar den vorst van Mata-
ram, IV. xxxiv. Zijn instructie, IV. 54 volgg. DUBBELDEKOP (J. W . ) , resident te Rembang, IX. 3 8 , 54. Als commissaris naar Oost-Java, IX. x i volg., 82 n. Raad van L , IX. 89 n., 110. DUBOIS (Jos. SAMS.), kapitein-luitenant sterft, IX. 55. DUCEECEAUX ( D A N . ) , kapitein-luitenant, IX. 55.
DUEHEN (COEN. VAN), onderkoopman, vaart naar I , II. 261. Du FLOO ( A N T H . ) , op Batjan, I I I . 333.
DUIZEND EILANDEN, door Bantam aan de O.I.C. afgestaan, XI. 290. De jaarlijksche vergoeding daarvoor bepaald, XII. 442. DULEZ ( G I D . ) , majoor der artillerie, XI. 243.
Du P E É E (DAN.), schipper ontmoet Piero teSoerabaya, VIL 85 volgg. Du P U T , kommandeur te Bantam vermoord, XIII. xcvi votesr. 336, 342. DUQUESNE ( P I E T E E ) , commissaris ter bemiddeling der geschillen tusschen Bantam en Palembang, IX. 283. D U E A N D , opperkoopman te Japara, VIII. 89. D U E I N G , kolonel, sneuvelt bij de verovering van Banda door de Engelschen, XIII. 496 volg. DUEVEN ( D I D . ) , gouv.-gen., IX. x x i , 142. Groote misbruiken onder zijne regeering, IX. xxix volgg., 161 volgg., 178 volgg. Sluit een contract met Bantam, IX. 1 7 8 , 182 volgg. Ontslagen, IX. x x x i i volg., 168. Brieven van — , IX, 142, 146, 148, 154, 172. DUSSE (JOHAN VAN D E E ) , onderkoopman te Jakatra, IV. 145.
DUSSEN ( A D E . VAN D E E ) , bevelhebber op Batjan, III. 104, 270, 396. Raad van L , IV. 274. Brief van — , III. 335. DUTTON (JOHN) Engelsch agent te Bantam, VI. 94. DUURVELT (HENDE.), bij het sluiten van een contract met Mataram, IX. 240. Sergeant-majoor tijdens den opstand der Chineezen en
DUUR VELT—ENGELHARD
39
de twist tusschen Valckenier en van Imhoff, IX. LXXII, L X X T I , 356, 360, 3 6 8 , 371..Ter verantwoording opgeroepen, I X , XCII n. DUUEVELT, opperkoopman te Soerakarta, X. 362. DUTNEN (P. VAN) , raad van I . , V. 87.
DUTVENS ( R I J K L . ) , koopman te Soerabaya, IX. 129, 154. Gezaghebber aan Java's oostkust, IX. 187, 240. D U C K (CLAES JANSZ. V A N ) , schipper, vaart naar I . , III. 4.
D I J K (JAC. T A N ) , naar Bantam, VIL cxxiv volgg., 8 , 318 volgg. Gezant naar Cheribon, VIL c x x v n i volg., 326 volgg. Andermaal naar Bantam, VIL cxxxi volgg., 329 volgg. Andermaal naar Cheribon, VIL CLIV volgg., 50, 5 3 , 363 volgg. Sluit een contract aldaar, VIL 372 volgg. DIJKMAN, vaandrig, in Balamboeang, XI. 2 1 8 , 228.
E. ECK (L. J. VAN), raad van L , X. 398 n. EDWARDS (JOHN) , agent te Bantam, bemiddelaar tusschen de 0 . 1 . C. en Bantam, VI. LXIV, 76 volgg. EEDEN (HENDE. VAN D E E ) , luitenant, belast met de opmeting van den weg tusschen Batavia en Tandjong Poera, VIL 30 volg. Trekt tegen Poeger op, VIL 63. EEUWIJCK (TIELEMAN VAN), kapitein, gestationneerd op de grenzen van Blitar, VIL 282, 296. Biedt namens de O. I C. een geschenk aan Amangkoerat aan, VIL 304 volg. EGBEETSZ ( H E E M . ) , kapitein in het leger tegen Troeno Djojo, VI. cviii. Naar Cheribon, VIL 160. EHEHANDT ( C ) , luitenant te Batavia, XII. 364. ELANDT of CLANDT (JAN) brengt de tijding van het gesloten verbond tusschen de Eng. en Holl. O. I. C. in I . , IV. 203. E L S T (P. VAN D E R ) , afgezant naar Mataram, IV. CXLVIII, 285 volgg. E L U I (JEAN S I M . ) , onderkoopman, gezant naar Bantam, X. 115. EMAUS ( P I E T E R DIECKSZ.) , koopman, vaart naar I . , II. 236 , 470 volg.
ENDEH (op Flores). Beschrijving van — , III. 161. ENDO (Beppo), hoofd der opstandelingen in Balamboeang, XI. x x v n , 230, 233. ENGANO. Beschrijving van, — III. 178.
ENGEL (JAN A L B . ) , kommandant ENGEL (JAN BAPTIST) sluit een 324 volgg. ENGELHAED ( N I C ) . Statistische Preangerlanden door — , XII.
op Edam, vermoord. XI. 238. suikercontract met Cheribon, VIII. opgaven over de Jakatrasche en 329 volg. 390. Commissaris tot de
10
ENGELHARD-ERPERFELD
zaken van den inlander, XII. 395. Raad extraordinaar, XII. 562 XIII. 1 5 , 2 2 , 2 4 , 2 5 , 2 6 , 36. Gouv. van. Java, XIII. 255 volgg., 293. Reist naar de Vorstenlanden, den Oosthoek enz., XIII. xxxix volg. Verslag daarvan, XIII. 118. Brengt Cheribon tot rust, XIII. xLiv volgg. Zorg voor de koffiecultuur, XIII. L I volg. President van den Raad van L , XIII. 302, 313. Daendels oordeel over — , XIII. 318 volgg., 434 volgg. ENGELHAED ( P I E T E E ) , gecommitteerde tot de zaken van den inlander afgezonden naar de Maronde, XIII. 17 volgg., 24.Minister te Djokjokarta, XIII. 501. Sluit een kontrakt met den Soesoehoenan, XIII. 534. ENGELSCHEN in Atjeh, II. 277 volg. Dubbelzinnige houding der in Banda, III. 59, 94, 108. Te Jakatra, IV. x x , 3 5 , 4 5 , 111. In Makassar en Banda, IV. x x n i , xxix volgg., 43 volgg., 65. Te Bantam, IV. xxxv volg., X L V I I , 2 7 , 67 volgg., 79. De vloot van Th. Dale voor Bantam, IV. LXXXI volg., x c v , 118 volgg. Versterken hun loge te Jakatra, IV. LXXXIII, 1 2 1 , 142. Openlijke strijd tegen de H., belegering van het fort Jakatra, IV. LXXXIV volgg., xcv volgg., 122 volgg., 138 volgg., 167 volgg. De — na den val van Jakatra, IV. cxvi volgg., 187, 193 volgg. Na het tot stand komen van het verbond met de O. I. C , IV. c x x v n i volgg., 2 0 5 , 208 volgg., 260, 263 volg., 267, V. m volgg. Hun verhouding tot Bantam, IV. c x x v i n , 205, 249, 256. Samenzwering en terechtstelling der — op Ambon, V. v volgg., 23 volgg. Gevolgen daarvan, V. xxx volgg. Hun verdere houding in L , V. XL volgg., 95, 96 volg., 117 volg. Verlaten voor goed Batavia, V. Lxxiii, 126. Mislukte poging om zich op Banda te vestigen, V. c x x m volg., 254 volgg. Kuiperijen der — in Bantam, VI. Lxii volgg., 72, 78, 94. — op Run, VI, 9 4 , 1 0 1 , 103. Op Sumatra, VIII. L volg., 8 , 29, 3 9 , 129, IX. 249, X. 3 9 , 5 6 , 7 3 , 1 2 1 , 125. Trachten zich in te dringen op Madoera en in Balamboeang, XI. n volg., v volg., 56 volg. Oorlog met de — ( 1 7 8 0 - 8 4 ) , XII. n volg., 1 volgg., 9 , 23 volg., 3 0 , 36 volg., 38 volgg. Vrije vaart toegestaan aan de — , XII. i n , 69. Maatregelen om de — op Java te weeren, XII. i v , 66. Oorlog met de — (1795—1811), XII en XIII passim. ENGELSCHE OOST-INDISCHE COMPAGNIE.
Memorie der — (Redenen
voor onzen trafiek in Indien), I. 283 volgg. Zie verder: Compagnie. ENGELSZ. ( J A N ) , fiskaal, vaart naar L , II. 260. E N G E E T , kommandeur in Bantam, XII. 182 volg. ERATH ( C H E . HENDE. VON), gezaghebber over Sumatra's westkust, XII. 72. ' EEBEEFELD ( P I E T E E ) , hoofd eener samenzwering, IX. x i n volg.
ERICKSZ—FLEYSHELD
11
EEICKSZ. (BAREND) reist naar Brazilië, Guinea enz., I. 36 volg. EVERSOON (PAUL F E E D . ) , gezworen klerk, IX. 3 2 5 , 337. E Y E R T S Z (DAN.) op Neira, II.
444.
EYCHELBEEG , zie Hoof nian. ETCK (SIM VAN DEE) over het vinden van de lengte en breedte op zee, I. 8 4 , 175 volg. EYGEL (A.), luitenant onder J. Ruys, VIII. xix. Naar Soerakarta, VIII. x x x v , 198 volgg. Brieven van — VIII. 1 6 5 , 198, 202. ETLOOF ( L O D . ISAACSZ.)
op Lonthor, II. 444, 464. Discours be-
treffende Koromandel, III. 4 0 , 282 volgg. Brief van — , III. 218. EYLOOF
(PIETEB
ISAACSZ.)
op Neira, II. 444. Vaart
als onder-
koopman naar I. in 1603, LH. 27. Te Mazulipatna, III. 4 0 , 283, 285 volgg., 399. Sterft, 111. 340. EYNDHOVEN (BALTH. V A N ) , afgezant naar den vorst van Mataram, IV. XII n. Zijn mededeelingen over het rijk van Mataram, IV. 57 volgg. Brief van — IV. 96 volg.
F. FALCK (GEORGE TAMMO), resident te Japara, X. 91. Resident te Ban-
tam , X. XLIX volg., L V I , 138 volg., 166 volgg. Neemt ontslag, X. 188. FAMABS (JAC. D E ) , fiskaal der expeditie onder H. de Wilde, VIII. 238 volg. FAEDEN ( J O H N ) , betrokken in de samenzwering op Ambon, V. xv volgg. FATJEE (HÜGO P I E T E R ) , majoor, gezant naar Bantam, X. 115. Door Mangkoeboemi verslagen, X. LXV. F E B E R , kapitein-luitenant, X. LXVII. Majoor, X. 230, 280. FETMENGER (GODER. C U R . ) , commissaris over de militie en voor-
zitter van den Raad van justitie, XII. 378. Raad van L, XII. 380 n. F E Ï Ï H , luitenant onder J. Couper, VII. xciv. F I L Z , kolonel, geeft Ambon aan de Engelschen over, XIII. LXXXVI volg., 463 volgg. Wordt gefusileerd, XIII. 532. FIRATO. Faktorij te — , LIL 8 6 , 297, 300.
FISCHER (FRED.) in West- Balamboeang, XI. x x n i volg., 217, 223, 226. Kommandant te Adirogo, XI. 2 4 1 , 245. FITZ-HEEBEET ( H U M P H E E Y ) , vice-admiraal, doet een tocht naar Malabar, IV. OLI. FISKAALS (Independente), VIII. xiv. FLAMIN (ADAM), koopman, vaart naar L , II. 230. FLETSHELD (COENE.), luitenant, militair kommandant te Bantam, X. 188. i
42
F L O R E S - FURSTLAND
F L O E E S . Zie Ende h. FOCKENS ( B A E . W I L L . ) , resident van Grissee, XL 438.
FOOKENS ( W I L L E M ) , secretaris van het gouvernement aan Java's oostkust, X. 192, 289 volgg., 298, 303. F O L K E E S , administrateur van het ijzermagazijn, XII. 443. FONTAINE ( A B E . ) , te Paleacatta, III. 399.
FOBÇENBURGH (LAUE.), kapitein, bij de verovering van Malakka, V. 246. FoBEEST (CoEN. VAN), vice-admiraal, vaart naar L , IL 240. T e Bantam, terug naar N . , II. 245, 482. FOEMOSA, door Nederl. bezet, V. cxxx. Verloren, VI. LXXV, 93. FOETUYN (COEN.-JANSZ.), schipper, vaart naar L , II. 203. Terug naar N . , II. 398. FEANCKS ( H A N S ) , opperkoopman, vaart naar L , II. 261. FEANCX (COEN.) in Djohor, III. 398.
F E A N K E N ( A E Y SYMONSEN), posthouder te Gabang, XI. 331.
FEANKEIJK. Koloniale plannen van Hendrik den Vierde, III. 115 volgg. Schepen der O.I.C. van St. Malo in L, IV. X L I I I volgg., 73 volgg.,79 volg., 83 volg. Voorstel tot het aangaan van eenFransch-Nederl. koloniaal verbond. XII. v volg., 76 volgg. Sluit een handelsverdrag met Egypte. XII. v i . Oorlog met — XII. v i n , 3 2 1 , 327 volgg., 330 volg., 397 volg. FEANQUEMONT ( D E ) , kapitein, van het regement van Wurtenberg, XII. 470. Kommandant van Soerabaya, XIII. x x i x , 163, 3 0 1 , 313. Adjudant-generaal. XIII. xxx. FBANSOHEN. Antipathie der Indische Regeering tegen de — , zich openbarend in het wegzenden van de Gosson met zijn troepen. XIII. v volgg., 246—251. Gevolgen daarvan, XIII. v i n volg., 252 volg. Andere voorbeelden van anti-fransche gezindheid, XIII. i x volgg., 276 volgg., 279 volgg., 417 volg. FEANSSEN ( J A N ) , zie
llolsloyn.
FRANSSEN ( P I E T E B ) in fort Jakatra tijdens het beleg. IV. 155. Assistent te Bantam, V. 1 6 8 , 187. Gezant naar Samarang, V. x c i i i , 172 volg. Te Bantam gevangen genomen, V. c v n . FRANSZ. ( J A N ) , schipper, III. 246.
FBANSZ. (Pieter) reist naar het Noorden, I. 29. FEANSZ. (LAUEENS) van Vlissingen, schipper, vaart naar I . , III. 3. FBEDEBIKB ( H E N D E . ) , boekhouder op Bawean, XII. .107, XIII. 158. F E E Y N (J. D E ) , kapitein ter zee. Expeditie van — , naar Africa, XIII. 10 volgg. FRIJKENIHS (S. I L ) , commissaris generaal, XII. XLIX volgg. Sterft, XII. i x i i i , 426. Brieven van — , XII. 3 3 5 , 367 n. Zijn verhouding tot Nederburgh, XII. 365 volgg. Fr/ESTLAND ( R I C H . ) , president der Engelschen te Batavia, V. x x i .
43
GAASWIJK- GERRITSEN
G. GAASWLJK
(MART.
LEON,
VAN),
resident
van
Djawana,
XII.
XLVi, 1 0 4 .
GABANG. Hasselaar over — , XL 42. Armenault over - - , XL 192. A. C. Mom over — , XL 330 volg. Cockinga ovei — , XII. 280. GABANG (Pangeran). Zijn aandeel in den aanslag tegen de faktorij te Jakatra, IV. L volgg., 99 volgg. GABBY (P.), raad van L , IX. 110. GAEEF (CLAES), opperkoopman te Bantam, II. 2 6 5 , III. 395.
GALESOENG of GLISSON (Kraëng), hoofd der zwervende Makassaren, VI. x c i i , 127 volg. Huwt een dochter van Troeno Djojo, VI. xciv volg., 167. Voegt zich bij hem op Madoera, VI. e i n , 202. Verslaat een leger van den Soesoehoenan, VI. cv. In onmin met Troeno Djojo, VIL v u , 8 7 , 89 volg. Vergeefs door Speelman tot onderwerping aan de O. L C. uitgenoodigd, VIL x v m , 129, 135. Verzoening en vernieuwde twist met Troeno Djojo, VIL XLiv, 169, 181. Onderhandelingen met Hurdt, VIL LXVII, LXXVI volg., 2 0 8 , 2 1 8 , 237, 2 4 1 , 2 5 2 , 255 volgg. Verzoent zich met Troeno Djojo, VIL LXXVII, 243. Versterkt zich binnen Kappar, nieuwe onderhandelingen leiden tot niets, VIL LXXXVI , x c i v , 268—271. Ontvlucht bij do inneming van Kappar, VIL xcvi, 32, 3 5 , 278. Sterft, VIL x c v i , 279. GALOE. Regeling van het bestuur in — , VIII. 1 7 1 , 277 volg. Armenault over — , XI. 190 volg. A. C. Mom over — XI. 332. Gockinga over — , XII. 282. GANES (CLAES J A N S Z . ) , schipper, vaart naar I., II. 261. GABDENIJS ( A E E N T ) , opperkoopman te Batavia, V. 183.
GABSIN ( I S . ) , seer. der Hooge Regeering, VIII. 273, 3 4 1 , 353. GEELSKEEKEN (Joh.), kapitein-luitenant, IX, 55. GENDT
(HENDE.
V A N ) , afgezant
naar
Mataram,
VI. XLIX, L U I
volg., 3 0 , 40. GENT ( W I L L E M F E E D , VAN) als commissaris naar Borneo's westkust,
XL XLI volgg. GEBBRANDS ( J A N ) , resident te Djawana, IX. 374.
GEELACH (TON), kolonel, door Daendels benoemd tot prefect van Cheribon, XIII. 317. GEENITS of G E R E I T S (BABT.), luit., kommandant van de forten Anke
en Noordwijk, IX. 298. Kapt., commissaris naar Tjakraningrat, IX. 4 1 5 , 426. GEEEITSEN (CLAES), schipper, vaart naar I. in 1599, II. 230. Naar I. in 1606, III. 48.
44
GERRITSZ—GOBIUS
GEEEITSZ (DIEOK). Mislukte tocht van — naar I. bij zuid-westen om, II. 219, 220 n. GEEEITSZ ( D I E C K ) , schipper, vaart naar L , [II. 135. GERRITSZ (DIRCK) van Hoorn, schipper, vaart naar L , III. 4. GERRITS (HESSEL) geeft een beschrijving uit van het Noorden van Rusland, I. 28. GERRITS (JAN) ontvlucht uit Demak naar Bantam, II. 514. Naar Arrakan gezonden, III. 285. GERRITSZ ( P I E T E B ) , schipper, vaart naar L , III. 73. Op Ternate, III. 327. GEEEITSZ ( W E S S E L ) , schipper, door P. W. Verhoeff naar Bantam gezonden, III. 277. GBSSEL (LAMB, VAN), koopman, gezant naar Bantam, IX. 230 n., 245. G E U S ( F B . R I J K L . D E ) , kapitein, IX.
363.
GEVEBS (P.) onderteekent een contract met Bantam, XI. 300. GHEYN (COEN. D E ) , koopman, vaart naar L , II. 204 n. Voor de tweede maal, II. 261. GICQUEL DES TOUCHES, kolonel der marine, XIII. 510. GILLESZ
VAN RAVESTEVN
( P I E T E E ) aan de kust van Koromandel,
III. 399. GILS (A. VAN) onderteekent een contract met Mataram, IX. 240. GINGIB. Verbond met den Koning van — , III. 281. G I E I (Pangeran Mas). Zijn invloed, VI. xcv. Zaait in Mataram wantrouwen tegen de H., VI. e i , 206 volg. Veinst vriendschap, VIL x i n , 116, 140. Door Speelman tot algemeen opperhoofd van Soerabaja aangesteld, VIL x x , 134, 139. Weigert zich aan Amangkoerat te onderwerpen, V I I , o volg.,\298 voig. Sneuvelt in den strijd tegen Couper, VIL e n , 300 volgg. G I E I L A Y A , vorst van Cheribon, Vil. c m , 304.
GISBEECHTS (MEEUWIS), schipper, vaart naar L , III. 74. GLAAN ( J U R E . V A N ) , kapitein, sterft, IX. 54.
GLAN (RUD. C A E . VON), kapt., commissaris naar Soemanap, IX. 275. Uit Samarang naar Batavia ontboden, IX. 378. Kommandant van Cheribon, XI. 179. GLASEMAKER (LOD.), vaandrig, vertrekt naar Bantam, X. 166. Sneuvelt, X. 169. GLISSON (Kraëng), zie Galesocng. GOA, zie Makassar. GOA (Vóór-Indië). Beschrijving van — , II. 77 volg., III. 164 volgg. P. Wz. Verhoeff voor — , III. 75. Middelpunt van Spanje's handel, III. 137. GOBIUS ( J O H , F E E D . ) , kommandeur, commissaris naar Kartasoera
GOBIUS—GORKUM
45
en de oostkust, IX. i — x i , 1 — 9 , 1 9 - 2 6 , 37 volgg., 4 6 , 5 1 . Brieven van — , IX. 9—18. Verslag van de suikermolens aan Java's noord-oostkust, IX. 35. GoBius , kapitein, XII. 209. GOCKINGA
(GODFE.
CAE.),
resident
van Cheribon,
XII. x x v n .
Memorie voor zijn opvolger, XII. 276 volgg. GODONG, D E P A T I of WANGS A K A B T A (Pangeran) in Bantam met den
titel van Sultan begiftigd, VIL c x i x , 317. In Cheribon terug, VII. cxxvii volgg., 325 volg., 328. Sluit een contract met de 0 . I. C , VIL 364 volgg., 372 volgg. Krijgt den titel van Panembahan, V I I I , XEVIII. Tot eersten prins verheven, VIII, LXXXI, 121. Sluit een contract met de O. I. C., VIII. 320 volgg. GODSCHALK ( P I E T E E ) , opperkoopman te Japara, VIII. 8 3 , 88. GOBDONG BADAK. Mossel over — , X. 245 volg. GOENS ( R I J K L . V A N ) , verscheidene malen gezant naar Mataram, VI. XLV volgg., LIV volgg., 1 1 , 2 2 , 2 8 , 30 volgg., 4 0 , 44 volg., 46 volgg., 59. Met verlof naar N . , VI. L I I . GOUV. gen., VIL LIV. Gebeurtenissen in Mataram, VII. L I T — c x n , 185—313. Gebeurtenissen in Cheribon en Bantam, VIL c x i n — C L V I I , 318—372. Sluit een contract met Cheribon, VTI. 372. Treedt af, VIL 64. Brieven van, VI. 46 volgg., VIL L I I volg., 1—61. GOENS ( R U D . ) , hoofd eener expeditie naar Sukkadana, VIII. 94. GOENS (R. VAN) , raad van I . , VIII. 198. GOENS ( V A N ) , resident te Djawana, X. 92.
GOENTEB (Raden). Woelingen onder — , XL 23. GOBZEEATTE, zie Cambaya en Soeratte. GOLDBACH, landdrost van den Oosthoek. Oordeel van — over Daendels, XIII. x c n n., 524. GOLKONDA. Privilege van den Koning van — aan de O. I. C. I I I . 4 1 , 213. Min gunstige toestand van den handel aldaar, I I I . 7 7 ,
284 volgg. GOLLONBSSE
( J U L . V A L . STEIN
VAN) teekent
een verdrag met
Bantam, IX. 245. Dir.-gen., X. 163. GOMBONG door Makassaren verwoest, VI. x c i n . GOMPOL (Kiai Ronggo), regent van Soemadang, VIL c x x v n , CXL. GONDELAG verovert Malang en Antang, XL x volg., x v , 81. Kommandant van het leger in Balamboeang, XI. 218. GOECOM (JAN VAN) sticht een fort op Sebessi, V. XLIV volgg. Raad van L , V. 29. GOEDIJN (J.), translateur, X. 298.
GOEKUM
( J A N JANSZ. V A N ) , kapitein
L x x x v i i , CXIII n., 125, 138, 149.
in het fort Jakatra, IV.
46
GORONGAN— GREVINCK
GORONÖAN door Makassaren verwoest, VI. x c i n . GOSSON, adjudant-generaal der Franschen, komt op Java, wordt verplicht onverrichter zake te vertrekken, XIII. v i volg., 246—251. Gevolgen daarvan, X I I I , v u volg., 252 volg. GOUD op Java en elders, XIII. 81 volg. GOUTUM (ILLES VAN) op Neira, II. 444.
GOUVERNEUR-GENEEAAL (Aanstelling van den eersten), III. 129 volg. GRAAF (MAUR. D E ) , resident te Bantam, IX. 178.
GRAAFE (CORN, DE) van oproerige gezindheid beschuldigd, XII. 386 n. GBAAFF (W. J. VAN DEB) , gouv. van Ceylon, XII. 76 volg., 129 n. De infunctietreding van — als dir.-gen. telkens verschoven; twisten met Nederburgh, XII. L I V , L V I I , 365 volgg. Verbannen,
XII.
LIX.
GEAAF-REINET. De Hollanders te — tegenover de Engelschen, XIII. 10 n. G B A E F F (BARTOL. DE) op Amboina, I I I . 186.
GEANTHAM, Engelsen kommandant, met een oorlogschip voor Batavia, VIII. xxiii. GRASHUIS, kolonel, gedetacheerd aan de Meeuwenbaai, XIII. 347. GEASSICA, dorp op Borneo, III. 23. GRAVESTEIN (J. P . L . ) , lid der Militaire commissie. Brief van — , van — , XII. 297. GEEEVE ( J A N ) , gouv. van Java's noord-oostkust, XII. 8 1 . Maatregelen bij de ziekte en den dood van Pakoeboewana I I I . , traktaat met Pakoeboewana IV., XII. x i , 133 volgg., 145 volgg., 151 volgg., 161. Maatregelen tegen de dweepzieke raadslieden van dezen vorst en tegen het verstoren der rust in de Vorstenlanden, XII. x i i volgg., 166 volgg., 191 volgg., 209 volgg., 233. Zijn rijkdom, XII. XLVI. Brieven van — , XII. 176, 191. Dagverhaal XII. 209 volgg. GEEEVING herovert Timor op de Engelschen, XIII. 107. GEEGS (JOHN) betrokken in de samenzwering op Ambon, V. x v . GEENDI (MAS) werpt zich als keizer van Mataram o p , IX. LXXXV, 413 volgg., 426. Geeft zich over, IX. LXXXVII, 427, 432. Naar Ceylon verbannen, X. 178. GEENIEE (JACQUES), opperkoopman, vaart naar L , II. 260. GEENIEB ( J E A N ) , vice-admiraal, vaart naar I . , II. 260. In Atjeh, II. 266. G B E S I K , zie G E I S S E E .
GEEVENEAADT (JOH.) afgezant naar Mataram, VI. X L I X , 40.
GEEVINCK ( A B N . ) , luit., overwint Wana Koesoemo, VIL ex. Bevelhebber van de lijfwacht van Amangkoerat, VIII. xxxiv volgg., 194 volg., 198 volgg. Gedood, VIII. xxxiv volgg., 1 7 , 203.
GREVING-GIJSELS GBEVING (H.) IX.
,17
240.
GBEYN (IS.) brengt mededeelingen uit den Oosthoek van Java te Batavia, VIL 32. GBIMEL ( T H O M . ) , assisteut te Japara, VI. 196.
G E I S S E E , stapelplaats van den specerij handel, II. 163 volg. Voor het eerst door H. bezocht, II. 206, 409 volg., 452. Kantoor gesticht te — , II. 269, 5 1 5 , 5 2 3 , III. 22. IL Brouwer t e — , IV. v u , 2 volg. Het kantoor te — verwoest door Mataram, IV. v i n , 8, 14. Het kantoor te — gelicht door S. Doenssen e n H . Brouwer, IV. 3 0 , 35. Op nieuw verwoest, IV. 270 n. Door Makassaren verwoest, VI. x c i n , 148. Door Verijssel op Tjakraningrat heroverd, X. x x x v n . De bloei van — door van Imhoff bevorderd, X. X L I I I , 90. Harting over — , X. 304, 339 volg. Van der Burgh over — , XI. 438 volg. Van der Niepoort over — , XII. 47. Siberg over — , XII. 109 volg. Van IJsseldijk over — , XII. 472 volg., 4 7 9 , 534. Engelhard over — , XIII. 179 volg. Engelschen te — , XIII. x x v n volgg., 290 volgg. GBOBNEWEGEN, opperkoopman, wordt vermoord op Neira, III. 98. GEOENEWODT ( N J C ) , predikant bij de expeditie ter assistentie van Poeger, VIII. 238. GEOESBEEGEN ( G A S P . ) , kommies, vaart naar I . , II. 240. Vice-admiraal, aan de kust van Kambodja II. 245 volgg. Naar Patani, Bantam en N . , II. 248 volg. G BOOT (CLAUDE DE) , leider der oppositie tegen Coen, V. L V I . GEOTENHUYS (REYNIEE VAN), koopman, vaart naar L , III. 4. GEOTHE ( L A U E . ) , resident te Tagal, IX. 377, 381 volg., 388. GEOTIUS (HUGO) gezant naar Engeland, IV. LXX volgg. Mare liberum van — , III. 112, IV. LXXVI (verg. de errata in VI.) GEUEL ( N I C ) , reeder van een vloot naar de westkust van Afrika, I. 52. GUILLEBANT (JoACH.) opperkoopman te Batavia ontslagen, IX. x x x i i , 168. GUILLAUME, kapt. luit. te Batavia, XII. 363. GUILLOT ( E L . ) raad van L , IX. L I X , L X I I I , 303, 330, 332, 367, 397.
GUINEA. Reizen naar —, I. 37 volgg. GUITAED (IL J.), commissaris voor de zaken van den inlander. Verslag van — over de cultures in de Bataviasche bovenlanden, XII. 195. GUTTENBBEGEE, vaandrig, in Balanboeang, XI. 218, 226, 228. GIJSELS (AETUS) keert naar N. terug, V. 235. GUYANA. Tochten naar — , I. 40 volgg. GIJSELS (SALOMON), opperkoopman, vaart naar L , II. 260.
48
HAAK—HAKKENBERG
H, HAAK ( F B . ) , ingenieur, XI. 37.
HAAN (MATH, d e ) , raad van L , VIII. L X V I I I , 112, 2 4 2 , 2 8 1 , 3 3 8 .
Gouv. gen., IX. x i x . Maatregelen omtrent de koffiekultuur, IX. xix volgg. Gebeurtenissen onder zijn regeering, IX. xxvi volgg. Sterft, IX. x x i , x x i x , 142. Brieven van - , IX. 1 1 2 , 1 1 8 , 127,139. HAAS ( D E ) , commissaris op Madoera, X. 335. HAAS ( D I B K D E ) , opperkoopman, benoemd tot gezant naar Bantam, VIL cxxiv, 319 n. HAOKLUYT (RICH.) onderricht van Meteren over den noordelijken doortocht naar China, I. 20. H A D J I , zie ABOEL NATZAR en BANTAM.
HAECK ( H E N D R I K ) , schipper, vaart naar I . , III. 4. H A E F F ( A D E . HENDEIKSZ. TEN) handelt op Guinea, I. 38. Op W. L ,
I. 34,53. Zendt schepen naar L, I. 117 volgg., II. 216 volgg., 252 volgg. HAEN ( D E . DE) onderhandelt met den regent van Jakatra; gevangen, IV. x c v i volgg., 139 volgg. Gezant naar Mataram, IV. CXLVIII volg., 267, 269. Zijn verhaal van dezen tocht, IV. 284 volgg. Voor de tweede maal naar Mataram, IV. 273, V. n , LXVI, 25 volg. Zijn verhaal van dezen tocht, V. 30 volgg. HAEY ( A D E . COBNBLISZ), schipper, vaart naar L , III. 4. HAGA
(LAMB. D I E C K S Z . ) ,
opperkoopman te Japara, IV. i x , 9 , 15
HAGEN (JOH. VAN der), opperkoopman, gezant naar Bantam, V. 236. HAGEN (PIETEB VAN D E E ) rust een vloot uit naar W. L , I. 47. Naar de Westkust van Afrika, I. 5 2 , 122. Laat een reis ondernemen rondom de wereld, I. 122 volg., 239 volgg. Verhaal dier reis, I I . 218 volgg. HAGEN (STEVEN VAN DER) , admiraal, vaart naar I. in 1599, I I . '226. Zijn instructie, I I . 22.5. T e Bantam I I , 461. Op Ambon, II. 227, 465. Terug naar N . , " II. 229. Vaart naar I. in 1603, I I I . 27. Zijn instructie, I I I . 2 , 28 volgg., 146 volgg. Voor Mozambique, III. 30 volgg. Voor Goa, Kananor, Kalikoet, I I I . 3 2 , 1 6 4 volgg. Sluit een verbond met den Keizer van Malabar, III. 3 3 , 172, 204. T e Bantam, I I I . 3 5 , 179 volgg. Op Ambon, I I I . 3 6 , 185 volgg. In Banda, I I I , 36—38, 188. Naar Bantam, I I I . 38. Terug naar N . , I I I . 39. Ontmoet C. Matelief bij Mauritius, HI. 46. Lid van den raad van L , IV. x i n . Verijdelt een aanslag deiSpanjaarden op Bantam, IV. xxv, x x v i n , 4 2 , 44. Brief van — , II. 456 volgg. HAGHUIS ( T E N ) , majoor, neemt Lassem in, X. x x x v n , 50 volg, HAKKENBERG ( G E B B I T ) , opperkoopman, IX, x c n n.
49
l-I AKSTEEN—HARTOG.
HAKSTEEN ( P I E T E E ) , baljuw te Batavia, verzamelt Chineesche wetten. X. 385. Raad van L, X. 398 n. Advies over een nieuwe instructie voor de Hooge regeering, X. 399 volgg. HALL ( A D R . VAN) neemt deel aan het uitrusten van een expeditie naar Java, XIII. xix. HAM (JOH. HENDE.), kapitein-luit. te Soerakarta. XI. 416. HANDEL (Vrije), zie Vrijhandel. HANIE vaandrig sneuvelt, X 169. HANS (JACOB JANSZ.), opperkoopman op Tidore, III. 19.7, 396.
HAPPEL ( J O H . M AUR.), luitenant onder J. Ruijs, VIII. xix volg. Kapitein, tijdelijk bevelhebber van Japara, VIII. 54. Brief van — , VIII. 165. HAEDE (JAN DE) naar Banka en Billiton, VI. 110, 114. Koopman en bevelhebber te Soerabaja, VIL 166, 1 8 3 , 196, 228, 238,252. HAEDENBEOEK ( G I J S B E . VAN) vaart naar L, II. 188 n.
IIABMENSZ. (JAN), gezant naar Mataram, V. 285. Zijn instructie, V. 288 volgg. HARMENSZ. ( W O L P I I . ) , admiraal, vaart naarL, II. 261. Zijn instructie, II. 527 volgg. Overwint de Spanj. bij Bantam, II. 262 volg., 531 Volgg. Op Ternate en Banda, II. 263 volg., 533 volg. Naaï Bantam en N . , IL 265, 535 volg. HAEEINGTON ( T I I O M . ) , Engelsch bevelhebber op Run, VI. 103. HAERITZ (CLEM. D B ) , kommandant te Banjoewangi, XII. 457, 475
volg., 516. HAETING (NIC.) teekent een contract met Soefadiningrat, X. 6 L Beloften door — aan Tjakraningrat gedaan. X. 73. Gouv. van Java's noord-oostkust, X. LXXI, 3 2 1 , 379 volgg. Onderhandelt met Mangkoeboemi, X. LXXIII volgg., 230 volgg., 298 volgg. Zijn dagregister hierover, X. 286. Onderhandelt met Mas Sahid, X. LXXVII volgg., 227, 2 3 1 , 307 volg., 315 volg. Verslag over Java's noordoostkust, X. 303. Memorie voor zijn opvolger, X. 330 volgg. Raad van I . , X. Lxxx. Advies over een nieuwe instructie voor de Hooge Regeering, X. 399 volgg. HAETINGH, onderkoopman, resident te Pekalongan, X. 350. HAETMAN, kapitein ter zee, bevelhebber van het fort te Soerakarta, XII. x v i i , 209, 215 volgg. HAETMAN (J. G.), raad van justitie , dient een adres in bij de Hooge Regeering, XII. L I I , 364 n. Gevangen genomen, verzoent zich met de partij van Alting, XII. L I X , 384 volgg. HAETOG ( J O H . D E ) , opperkoopman te Japara, VIII. 3 volg., 23. Als commissaris naar Cheribon, VIII. XLVII volg., 4 8 , 5 5 , 6 4 . T e Batavia, VIII. 36. 6
50
HARTSINCK—HEEMSKERCK
HABTSINCK, vice-admiraal, XIII. T U I , XXII volgg., 252 volg., 261. Zijn invloed op de zaken in Bantam (1804). XIII. xxxiv, 256 volg. Toestand van zijn vloot in 1805. XIII. xxiv, 264. Op verzoek ontslagen. XIII. 281. HABTSINCK (ANDE.) , resident te Rembang, XII. 105. Resident te Soerakarta, XII. 147, 152 volgg., 161 n., 166 volgg. Ontslagen. XII. 175. Drossaard te Batavia, XII. 363. HAETSINOK ( W I L L . ) , kapitein onder Speelman, VI. c v n i . Op weg naar Soemadang, VIL cxxxvi, 30. Bevelhebber van een leger ter ondersteuning van Abdoel Kahar, VIL CLXIV, CLXVII, 69. HABTSINGH ( P I E T E E ) , opperkoopman, vaart naar L , III. 73. Naar Atjeh. III. 78. In Japan, III. 300 volg. HASSELAAR (COEN.), Raad van L, IX. 110. Dir.gen., ontslagen, I X . x x x i i , 168. HASSBLAAE ( P I E T E B C O E N . ) , resident te Cheribon. Memorie van —
voor zijn opvolger, XI. 40 volgg. HASSBLABR ( P I E T E E D E ) , handelt op Guinea, I. 38. Op Brazilië. I. 54. Bewindhebber van verschillende Compagniën. I. 9 7 , 1 0 2 , 107, 201. HASTINGS ( W A E E B N ) , gouv. gen. der Engelschen, XI. 277, 362.
HAULTAIN, admiraal, aan de kust van Spanje en Portugal, III. 69. HAUNODJ kapitein, bij de verovering van Malang en Antang, XI. X. HAVAET ( I S . ) , raad van justitie, V. 85.
HAVEELANT ( T H O M . ) , gezant naar Mataram, V. 285. Zijn instructie, V, 288 volgg. HAZE (HANS D E ) , visitateür generaal, IV. v u , 10,
HAZE ( E L . D E ) , commissaris ter bemiddeling der geschillen tusschen Bantam en Palembang, IX. 283. Raad van L ; adviezen en handelingen tijdens den opstand der Chineezen, IX. LV volgg., 3 3 4 , 338, 340j 341 volgg., 360 volgg. Gevangen naar N. gezonden, IX. Lxxv volg. HAZBL (JAN VAN), afgezant naar Bantam, V. 120. HEEMBADEN. Instelling van het collegie der — VI. EXIX. Nieuwe instructie voor de — , VIII. xvi volgg., 10 volg. HBEMSKBECK (COEN. T A N ) reist naar Guinea en Amerika. I. 48. Vaart naar I. in 1595. II. 188n. In 1598. II. 204n. Als opperkoopman naar I. in 1599. II. 235. Vice-admiraal, op Ambon. II. 237. Op Bali, terug naar N . , II. 238. Brieven van — II. 467 volgg. HEEMSKBBCK (JAC. VAN) reist naar het Noorden. I. 22 volgg. Kommies, vaart naar I. in 1598, II. 204. Vice-admiraal, naar Amboina en Banda, II. 206 volgg. Naar N . , II. 208. Zijn journaal
HEEMSKERCK-HEREDA
51
deze reis, II. 385 volgg. Memorie over den handel op Java en de Molukken., II. 448 volgg. Admiraal vaart naar I. in 1601, II. 260. Zijn instructie, II. 498 volgg. Strijdt met een Spaansche vloot, IL 265 volg., 505. Te Bantam, IL 267, 508 volg. Aan Java's noord-oostkust, IL 268 volgg., 510 volg., 515 volgg. Te Patani, II. 270, 523. Naar Bantam en N . , II. 2 7 1 , HL 10. Brieven van — , II. 5 0 2 - 5 2 6 . H E E E E ( R E Y K E E T ) , commissaris tot de zaken van den inlander, IX. xiii. Resident te Bantam, IX. 116. HEEEEN XVII, zie Bewindhebbers. HEIDENEEICH, assistent van de Militaire Commissie, XII. 297 n. H E I N ( P I E T PIETEBSZ.) vaart naar L , III. 73.
H E I N ( P I E T ) , onderkoopman, komt uit Djambi te Batavia, IV. 155. H E I N I N G E N ( V A N ) , raad van I., IX.
163.
HEINBICH (J. G. W . ) , kapitein, in Balamboeang, XI. x x m , x x v i volg., 226, 228 volgg., 232. Rapport wegens de verovering van Bajoe, XL 228 volgg. H E K ( J O H . V A N ) , gezworen scriba in Clieribon, XI. 198. H E K (Z. VAN). Lijst der in 1801 zich op Java bevindende schepen, XIII. 3 1 . HELDEBMAN (THEUNIS) uitgezonden tegen Perwata, VIII. 110. Bevelhebber te Pamotan, VIII. 111. HELM (AEENT VAN D E E ) , opperkoopman keert naar N. terug., VI. 6. Afgezant naar Bantam, VI. 56. H E I S D I N G E N (A. V A N ) , XL 2 5 1 ,
252.
HELVETIT/S ( W I I D E M VINO.), lid van den raad van justitie,IX. 325.
Met Valckenier ter verantwoording opgeroepen, IX. XCII n., xcv volgg. HEMEET ( A B E . VAN), resident van Soemanap, XL 444, XII. 5 1 . Sterft, XII. 116. HEMMINGSON ( U L E . ) , luitenant te Batavia, IX. 360.
HENDBIK IV. Zijn plannen omtrent L , III. 115 volgg. HENDEICX (COEN.) van Monnikendam in Noord-Amerika, I. 34.
HENDBIKSZ. (COBN.), vaandrig, regelt de grensscheiding tusschen het gebied van Mataram en der O. L C , VIII. 284. HENDEICKSZ. ( G E B E . ) , schipper, vaart naar I. in 1601, II. 261. In 1605, III. 48. HENDEICXZ (JAO.) reist naar Guinea en W. I . , I . 47. HENDBICKSEN ( P H L O E I S ) , schepen van Batavia, IV. 223 volg. HENDEIKS ( W O U T . ) , raad van I. ontslagen, IX. x x x n , 168. HEEHTS (JAN H E N D E . C H E . ) , posthouder te Indramajoe, XI. 193.
HEEEDA (PEDBO D E ) , Spaansch generaal, overwint P. van Caerden, III. 67, 266.
52
HERFST—HITOE-
H E R Ï S T ( L O U E . ) , vendrig, te Kartasoera, VIII. 201, HEBKIOTS (J. G.), raad van justitie, XII. 363. HEBMANSZ (E.). Gedrag van — te' Jakatra, IV. c x u i n . , 138, 149, 155. HEET
(COEN. COBNEHSZ.
' t ) , schipper, vaart naar L , III. 74. In
Japan, HL 300 volg. Te Jakatra, I I I . 344, 352 volgg. Moedig gedrag tegen de Engelschen, IV. c x v n , 186. HEETOGH (CASP. D E ) , ontslagen als gezaghebber op Java's oostkust, IX. n n . , 1. HESSELSZ (JAN), koopman, vaart naar L , III. 73. HEUKEEVLUCHT, prefekt van Ambon, XIII. 466. HEUENIUS (JUSTUS). Coen wijst aan — zijn opvolger a a n , V. LXXXVII
volgg., 154 volg. HEUTEN ( W O U T E E ) , afgezant naar den Koning van Soerabaja, IV. CXLV, 205.
HEYDEN (VAN D E E ) onderkoopman; IX. 275. Resident te Cheribon, IX. 173. HEYEEMANS, zie lleyrmans.
HEYN (JAC. JACOBSZ.), onderkoopman, vaart naar L , II. 261. HEYN (LAMBE. JACOBSZ) reist naar Siam, vestigt' zich te Adioedhia, III. 8 8 , 398. HEYNCK (BAEENT), kommies, vaart naar L , II. 188. HEYNEN (JAN). Brief van den onderkoopman — , VIII. 198. HEYNINQEN (ROG. TIIOM. VAN) raad van L , IX. x x x n , 171. HEYNMANS, zie lleyrmans. HEYNSZ. (AERNOUT), koopman te Grissee, I I I . 22.
HEYNTSZE (LOD.) vaai;t naar I. voor de Fransche O. E. C. te St. Malo, IV. XLiii. HEYBMANS , HEYEEMANS of HEYNMANS (JAC.) , vaandrig onder H. de
Wilde, VIII. 238. Resident te Cheribon, VIII, 100, 109, 273 volgg. Brengt Adepati Anoem te Batavia en doet dienst bij de onderhandelingen, VIII. 3 3 1 , 338 volg. HILGEES (M. J . ) , raad van I. Advies over een nieuwe instructie voor de Ilooge Regeeriug, X. 399 volgg. Tegen het tjappen der lijnwaden, XI. 53. HIETSHOEN (JOCHEM), vaandrig, gezant naar Balamboeang, VIII. 1. HITOE , zie Amboina.
H I T O E (Kapitein) knoopt betrekkingen aan met J. van Heemskerck, II. 207, 419 volgg. Met S. van der Hagen, II. 227 volg. Met C. van Heemskerck, II. 237 volg., 473 volg. Nogmaals met S. van der Hagen, III. 3 6 , 186 volgg.. 208 volgg. Met S. Jz. Hoen, III. 102, 317 volg.
HOEN—HOLSTEYN
53
HOEN (SIM. JANSZ.), schipper, vaart naar I. in 1598, II. 204. In 1603, 'III. 27. In 1607, IEL 73. Vice-admiraal, in Banda, III. 98—101, 315 volg. Op Ambon, op Ternate, III. 102 volgg., 317 volg., 328 volgg. Verovert Batjan, III. 104 volg., 331 volgg. Belegert Tidore, sterft, III. 105, 270. HOEPOSONTO (Kiai Adepati), bevelhebber van het Mataramsche leger voor Batavia, V. LXXIX volg., 139, 142 volg. HOE SEN (VAN DEE) , raad van justitie, XII. LIX n. Raad van L, XIII. 427. HOEVEN (COBN. VAN D E B ) , koopman, IX.
249.
H O E F , majoor, strijdt tegen Mangkoeboemi, X. LXVII, 185. HOPE (DONKEB VAN D E E ) , resident te Cheribon, XI. 179.
HOPMAN ( P I E T E E ) , vaandrig onder IL de Wilde, VIII. 238. HOFSTEDE (PETE.) trekt zich de belangen van den godsdienst en de Ncderl. taal aan, XI. LXXXIV, 312. HOOENDOBP
( D I E K VAN), gezaghebber in den Oosthoek, XII. LXX,.
343, 437, 456, 464 volgg. Beoordeelingen van het «Bericht'/ van — door Siberg, Wiese en van Ysseldijk, XIII. 39—112. Zijn salpeterfabriek te Soerabaya, XIEI. 166 volgg. HOGENDOEP ( G I J S B .
KAEEL
VAN). Annotatien van — op de Con-
sideration van Wiese, XIII. 43—108 passim. HOGENHOUCK, resident van Grissee, XII. 47. HOGEELINDEN, bevelhebber van Soerabaja, VIII. 96. Kapt. onder H. de Wilde, VIII. 238 volg. 256. Sterft, VIII. LXXVI, 1 2 1 , 258 volg. HOGEWITZ
(FEED.
CAB.),
vaandrig, gezant naar Kartasoera, IX.
LXXXIV volg., 412. Kommandant van Pasoeroewan, X. 333. HOHENDOEPP (Jou. ANDE. VAN), kapt., gezant naar Kartasoera, IX. LXXXIV volg., 412—420. Strijdt tegen den aanhang van Mas Grendi, IX. 426 volg., 429. Bij het sluiten van een contract met Pakoeboewana I I , IX. 433 n., 447. Neemt eenige ongehoorzame Mataramsche regenten gevangen, X. x x x m , 44 n. Kommandant van het garnizoen te Soerakarta, X. x i , XLI n . , 46. Gouv. van Java's noordoostkust, X. XLVI volg., 1 5 3 , 159 volgg. Zijn maatregelen tegen Mangkoeboemi enz., X. LXVII volgg., 177, 1 8 1 , 186, 192, 195 volg. Ziek, neemt ontslag, X. LXXI, 196, 234. Sterft, X. 327 n. Brief van — , X. 156. HOHENSOHILT ( A N T H . ) , korten tijd bevelhebber der bezetting te Bantam, VIII. 128. HOLLE (H.), groot-cassier te Batavia, XII. 363. Raad van I . , XIII. 271. HOLSCHEE resident te Soerabaya ontslagen, VIII. x x v n , 2. HOLSTEYN (JAN FEANSSEN), uitgezonden tegen de Makassaren, VI. ei volgg., 150, 1 5 1 , 1 5 4 , 1 9 4 . Zijn rapport daarover, VI. 195 volgg. Te Batavia, VIL 34. Met een leger Boegineezen naar Soerabaja,
54
HOLSTE YN— HORST
VIL Lxxxv, 251 volgg. Gekwetst in den strijd met Mas Giri, VIL o n , 300 volgg. Biedt aan Amangkoerat namens de O. I. C. een geschenk aan, VIL 304 volg. Zijn wreed gedrag tegen een inlander, VEIL iv. Gezant naar Balamboeang, VIII. 76, 79. HoLijsEE ( C H E . ) , korten tijd bevelhebber der bezetting te Bantam, VIII. 128. HOLZHAUSSEN ( E E H . ) , aanbevolen voor ingenieur bij het bouwen van een fort te Marbon, XIII. 121. HONDIUS (JOD.) vervaardigt kaarten, I. 9 , 2 3 , 74. Maakt globes,!. 77 volgg., 179 volg. HOOPMAN (GILLES VAN EYCHELBEBG, gezegd) handelt op Rusland,
I. 10, 12. HOOGEVEEN (ADE.) , opperkoopman, vaart naar I . , II. 261. HOOP (COEN. VAN D E B ) , resident te Cheribon, X. 39. HOOEEMAN (L.), dir.-gen., X. 398 n. HOOBN ( G E E E I T ) , adjudant te Soerakarta, XII. 227.
HOOBN ( J O H . VAN), sccr. van den raad van L , VIL 64. Raad van L , VEL 4 0 3 , VUE. 198. Voorzitter van het collegie van heemraden, VUE. x v i i , 10, 32. Stelt een onderzoek in naar de rechten van Soederma op Soemanap, VIII. 27. Gecommitteerd tot het sluiten van een contract met Bantam, VIII. 206. Dir.-gen., VIII. , VIII. LXVII volg., 112. Gebeurtenissen onder zijn regeering, contracten door — gesloten, VIII. L X V I I I — c x v , 222— 363. Klaagt over den achteruitgang van den handel, VIII. c x v n i volgg., 112 volgg., 142 volgg. Zijn zorg voor de koffiecultuur, VIII. cxxxv volg. Treedt af, VIII. cxv volg. Brieven van — , VIII. 1 0 3 - 1 5 4 . HOOEN ( P I E T E E VAN) , raad van I. „Praeparatoire consideration wegens de Nederl. colonie in deze Indische gewesten," VI. LXXIX volgg., 130 volgg. Belast met het onderzoek der menage, VI. 149. Eervol ontslagen, VI. LXXXIII. Stelt wegens ziekte zijn vertrek naar N. uit, Vil. 19. HOOBN ( P I E T E E VAN D E N ) , opperkoopman te Japara, VIII. 2 3 , 36. HOOENAAE ( H E N D E . ) , kommandant van de veldschans Tangerang, IX. 300, 307. Vertrekt naar de oostkust, IX. 378. HOOYMAN, predikant, richt een kostschool te Batavia op, XI. LXXXVI. HOPPESACK ( G I J S B . MIECHELSZ.), onderkoopman, vaart naar L , II.
236, 470 volg. HOEST (HENDEIK VAN D E E ) , luit., onderhandelt met Poeger, VIEL Lxx, 239. Kapt. onder G. Knoll, VIII. LXXXIX, 124 volgg., 285 volgg., 295. Tijdelijk bevelhebber te Samarang, VIII. 133. Op Madoera, VUL LXXVIII, XCVI, 134, 270 volgg., 303. Brengt Adepati
HORST—HUWEL
55
Anoem te Batavia en doet dienst als tolk bij het verhoor, VIII. 331, 338 volg. HOUSOHILD ( F E E D . ) , kapitein, vertrekt naar Bantam, X. 166. HOUTCOOPEE (Nie. JANSEN), opperkoopman, bij de verovering van
Malakka, V. 246. HOUTEN (HANS VAN), koopman, vaart naar L , I I I . 74. HOUTMAN (COEN.). Aandeel van — in het vinden van den weg naar L, I. 91 volgg. Kommies, vaart naar I. in 1595, II. 188. Zijn instructie, I. 212. Twist met vanBuenningen enz., I I . 190 volgg., 345 volg. Korten tijd te Bantam gevangen, II. 197. Vaart in 1598 naar I . , IL 211 volgg. Zijn instructie, I. 222 volgg. In Atjeh, II. 213. Vermoord, II. 214. HOUTMAN ( F E E D . ) , onderkommies, vaart in 1595 naar I , II. 188. In 1598 naar I , II. 212. In Atjeh gevangen, maakt een Maleisch woordenboek, doet sterrekundige waarnemingen, II. |214. Moedig gedrag aldaar, IL 232 volg. In vrijheid gesteld, IL 255. Vaart als opperkoopman in 1603 naar L , III. 27. Benoemd tot hoofd van het kantoor te Patani, III. 147 volg. Gouv. van Amboina, III. 36, 6 3 , 103, 148 n., 317 volg., 330, 396. Klaagt over de Engelschen in de Molukken, IV. 267. Raad van L , IV. 2 0 1 , 2 2 1 , 253, V. 24, 29. HOYSEN (COENELIS), schipper, vaart naar L , III. 28. HUDSON (HENBI) zoekt den noord-oostelijken doortocht naar L , I. 27, I I I . 125. HULPT (GEE.) vertrekt naar I , VI. L. Dir. gen., VI. 45.
HULSEBOS (A. J . ) , predikant te Jakatra, IV. x c v n , 139, 149. HUNNING ( H A E M . ) , kapitein-luitenant sterft, IX. 55.
HUNTEE (JOHN.) Engelsch agent te Bantam, VI. 9 4 , 100 volg. HUEDT ( A N T . ) , opperkoopman bij de verovering van Malakka, V. 246. Raad van L , benoemd tot voorloopig bevelhebber aan Java's oostkust, VIL Lix. Komt over Japara te Batavia aan, VIL LX volg., 214. Superintendent en admiraal aan Java's oostkust, VIL Lxrv, 17, 216. Zendt Tack op den vijand af, VIL LXV, 216. Zijn plan voor den veldtocht, VIL LXVI, 217. Onderhandelt met Galesoeng, VEE. LXVII, 2 1 8 , 237. Op marsch naar de binnenlanden, VIL LXVII volgg., 219 volgg. Neemt Kediri in, VIL Lxxix volgg., 244 volgg. Keert terug en komt ziek te Soerabaja aan, VIL LXXXV, 250 volgg. Keert naar Batavia terug, VIL Lxxxvi, 262, 265. Dir.-gen., VIII. ix. Ontslagen, VIII. i x volg. Brieven van — , VIL 2 1 6 , 2 1 7 , 219. Dagregister van — , VIL 219. HUWEL, luitenant op Ambon, V. vi.
HUYAERT-INDIGO
56
HuYAEBT ( J A N ) , opperkoopman, vaart naar L , II. 239. HUYDECOPEE (JAC. JANSZ.) vaart naar I. in 1595, I I . 188 n. Vaart naar I. bij zuid-westen om, I I . 219. HUYSMAN (A.), raad van L , IX. 110. Dir.-gen., sterft, IX. 163. HUYSSEN, luitenant, valt met A. Westdorp den vijand aan, VIL LXXIV, 233.
H Y T J E S O , Japansch soldaat, betrokken bij de samenzwering der Engelschen op Ambon, V. v i volgg.
L IBN
ISKANDEE , DJANG D I PEETOEWAN of S A K T I (Raden). Strijd met
— , VIII. XLi volg., L i , 23 volgg., 29 volg., 3 4 , 39 volg. IMBANEGAEA, zie GALOE.
IMHOPP (G. W. VAN), secr. van de Hooge Regeering, IX. 157,170. Raad van I , IX. 246. Zijn houding tijdens het oproer der Chineezen, zijn twist met Valckenier, IX. XLVI volg., JJ.^ I,Y volgg., 2 9 4 , 298 volgg., 312 volgg., 327 volgg. Gevangen genomen en naar N. gezonden, IX. LXXV volg., 341 volgg., 360 volgg. Gouv.-gen., IX. Lxxxii. Komt te Batavia a a n , IX. LXXXVII, 428. Sluit een contract met Pakoeboewana I I , IX. LXXXVIII, 431 volgg., 434 volgg. Proces tegen Valckenier, IX. x c i volgg. Consideration over den tegenwoordigen staat van de O. I. C., X. i — x , 1—18. Zijn plannen grootendeels goedgekeurd, X. x i volg. Zijn hervormingen, X. x n i volgg., 18—33, 4 0 , 98 volgg., 105 volgg., 127 volgg. Oorlog met Tjakraningrat, X. xxxiv volgg. Vertrekt naar de Oostkust en Soerakarta, X. x x x v n i volgg., XLII volg., 61 volgg., 84 volgg. Regeling van de troonsopvolging in Bantam en gevolgen daarvan, X. XLVIII volgg., 108, 115—126, 1 3 5 - 1 5 2 . Sterft, X. L u , 162. Brieven en andere geschriften van — , IX. 2 5 3 , 4 2 8 , X. 3 3 , 4 8 , 6 1 , 84, 104, 135, 152. IMHOPF (RUD. CHE. VAN) , onderkoopman, gezant naar Bantam, X. 115. IMHOFP , vraandrig, neemt Praboedjoko gevangen, XI. 81 n. Luitenant, gekwetst bij Bajoe, XI. 177, 218. Zijn gedrag bij Sen tong, XI. 217. INDEPENDENTE PISKAALS, VIII. x i v .
I N D I E , zie Voor-Indië, enz.
INDIGO. Planters van — uit Goezeratte ontboden, V. 239. De zorg der regeering voor de indigoteelt, VIII. c x x x n i volg., 138 volg. Zwaardekroon over de indigoteelt, IX. 117. Wiese over — , XIII. 75 volg. Engelhard over —, XIII. 208 volg. Opbrengst 1795— 1803, XIII. 234 volgg. De gedwongen leveringen van — opgeheven, XIII. LXIII, i x v i .
-
INDRAGIRI—JAKATRA
57
INDEAGIEI. De faktorij der 0 . I. C. te — geplunderd door Bantam, VIL 19 volg., 348, 396. INDEAMAJOE. Een sterkte door de O. I. C. opgericht te — , VIII. cxxxiv volg. P. C. Hasselaar over — , XI. 43. Armenault over — , XI. 193. A. C. Mom over — , XI. 331. Gockinga over — , XII. 280 volg. INGEN (VAN), luitenant bij de inneming van Kediri, VIL 246. INGEN (JAN OTTO V A N ) , tweede resident te Djokjokarta, XL 413. INGEESSEN (SENEOA), resident te Cheribon, X. 193.
INTANG (Raden), hoofd der opstandelingen in de Lampongs, XIII. x x x v i , 265. ISAACZ. ( L O D . en P I E T E E ) , zie
Eyloof.
ISACQS (ABE.) , luitenant onder C. Poolman, VIL 267. ISHAK (Bagoes) wordt Sultan van Bantam onder den naam van Mohammed Ishak Zeinoel-Mottakin, XIII. xxxiv, 256 volg. ISOEP (Sjerief), later Abdoel Rachman, als Sultan van Pontianak uitgeroepen, stelt zich onder het gezag van de O. I. C. XI. X L I volgg. Contract met — , XI. XLIV volgg. ITALIANO (JUAN P E D E O ) , IV.
8.
J. JACOBSZ. ( F E A N S ) , schipper en fiskaal, vaart naar L , III. 73. JACOBSZ. ( J A C ) , opperkoopman, vaart naar L , II. 240. Terug naar N . , II. 476 volg. JACOBSZ. (JAC. LODISIO), onderkoopman en kassier te Batavia, X. 383. JACOBSZ. ( J O H . ) , opperkoopman, vaart naar I. in 1601, II. 253. In 1606, III. 63. JACOBSZ. (LAMB.), hoofd der Mardijkers in den strijd tegen Mas Giri, VIL 300. JACOBSZ. ( W I L L E M ) , schipper, vaart naar L , III. 73. JACOBSZ. (WOUTEE) , schipper, vaart naar I., III. 48. JAKATEA. De eerste vloot voor —, II. 199, 337. De tweede vloot aldaar, II. 400 volgg. S. van der Hagen t e — , III. 182. L'Hermite sluit een contract met —, III. 138,352 volgg. Advies van L'Hermite omtrent — , III. 384 volg. Zorg van P. Both voor — , IV. i v , x volg., 1, 9 volg., 13 volg. 19. G. Reynst te — ; de Engelsehen stichten aldaar een faktorij, IV. xix volg., 3 5 , 45. De faktorij der O. I. C. uitgebreid, IV. XLÏI volg., XLVII volg., 86. Aanslag tegen de faktorij, IV. XLIX volgg., 98 volgg. Een fort gebouwd te — , IV. Lv volg., 109, 112 volgg. Strijd met de Engelschen te —, de regent van —wordt meer en meer vijandig, IV. LXXXI volgg., 6
JAKATRA—JAPAN
58
113—138. Beleg van fort — , IV. xciv volgg., 138 volgg., 156 volgg., 164 volgg. De stad door Coen ingenomen, IV. c x i i i , 177. Een nieuw fort en een nieuwe stad gebouwd, IV. cxxxvi volg., 179, 183 volg., 190 volg., 207 volg., 214. Verhouding tot de Engelschen, IV. cxxvin volgg., 208—212, 216 volg. Zie verder Batavia. JAKATEASCHE BOVENLANDEN, zie Balaviasclie JANSEN (J. E. B.), XI.
Ommelanden.
503.
JANSEN (LUC.) te Mazulipatna. Brieven van — , III. 2 1 8 , 282. JANSSEN ( J A N ) , vaandrig, sneuvelt, VIL L X X I V , 233. JANSSEN ( S I M . ) teelt indigo, V. 239.
JANSSENS gouv. gen., XIII, c x v n . Toestand van Java bij zijn komst, XIII. cxxvii volgg., 539 volgg., 548. Java in de macht der Engelschen, XIII. cxxxn volgg., 542—549. Brieven van — , XIII. 539, 540, 542, 545. JANSZ. (CLAES) , kommies, vaart naar I . , II. 188. JANSZ. (COEN.), tolk vaart naar L, II. I88n. Op Neira, II. 444. JANSZ. (EYEEAED) naar Soemadang afgevaardigd, VIL cxxi volg. JANSZ. ( G E E B I T ) op Lonthor, II.
444.
JANSZ. (GOV.) , schipper, vaart naar I. in 1598, II. 203. In 1599, II. 235. In 1602, III. 3. JANSZ. ( H E N D E . ) , schipper, vaart naar L , II. 240. Onderkoopman te Patani, III. 8 8 , 397. Door de Engelschen gevangen genomen, IV. 118 volg. Komt te Jakatra met brieven van Bantam, IV. 147 volg., 151 volg., 174. JANSZ. (JAC.) , stuurman, vaart naar L, II. 188. JANSZ. (JASPEE)
op Amboina, III. 397, IV. 17. Raad van L , IV.
x i n . Terug naar N . , IV. 74. JANSZ. (MAEETBN), schipper, vaart naar L , III. 73. JANSZ. P I E T E E ) , dokter, vaart naar L , II. 240. JANSZ. (SIM.), stuurman, vaart naar L , II. 240. JANSZ. (*) ( W I L L E M ) , stuurman vaart naar I. in 1598, II. 204n. Vaart als opperstuurman naar I. in 1599, II. 235. JANSZ. (WILLEM) , schipper, vaart naar I. in 1601, II. 272. JANSZ. ( W I L L E M ) , schipper, vaart naar I. in 1603, III. 28. Doet een tocht naar Nieuw Guinea en Australië, III. 42volgg. Afgevaardigd naar Banda, III. 59. In Atjeh, I I I , 51. Te Paleacatte, III. 399. Raad van L , IV. 108, 2 0 1 , 207, 274. Vermeestert 4 Engeische schepen bij Tikoe, IV. o x v n i volg., 194 volg. JAPAN. Handel tusschen — en I . , II. 104 volgg. Eerste betrekkingen met — , I. 124, II. 220 volgg. Oprichting van eene faktorij te Firato, (') De eerste en de derde W. Jansz. dezelfde persoon?
JAP ARA—JOLIJT
59
III. 85 volg., 293—301. De handel op — werpt groote voordeden af, V. cxxx. Toestand van de vaart op — in 1805, XIII. 260. JAPAEA. H. Brouwer te —, IV. v u , 4. Kantoor gesticht te —, IV. vin, 15,22 volg., 25 volg. Voldoet in het begin niet aan de verwachting. IV. xxvi volg., xxxni volgg., 30 volg., 52. Goede ligging van dit kantoor. IV. 60 volg. Het kantoor geplunderd. IV. xLViii, LU , 96 volg., 106,202. Getuchtigd door Arend Maertsen. IV. 115 volg. Door Coen, IV. CXLIV volg.. 163 volg. Gezanten der O. I. C. te — gevangen genomen. V. cvin volg., 192. Het kantoor hersteld. VI. XLV, 22, 65, 68, 73. Weder afgebroken en herbouwd. VI. Lviii, 87, 90, 93, 100, 105. Een scheepstimmerwerf te — opgericht. X. 91. Harting over —, X. 305, 343 volg. Van der Burgh over —, XI. 430. Sibergover —, XII. 103. Opbrengsten van indigo enz. te —, XII. 418 volgg. Engelhard over —, XIII. 149 volg. JABDIJN (JEAN) , Engelsch kapitein , sneuvelt bij Pantani, IV. 193. JAUSSAUD (M. J.), Memoire sur Ie commerce de l'isle de Java, XIII. 513 volgg. JAVA. Oudste geschiedenis van —, II. 101 volgg., 113 volgg., 117, 135 volg., 141 volgg. Beschrijving van —, III. 180 volgg. Plannen der Engelschen tegen —, XIII. n volgg. Poging om — voor het Huis van Oranje te behouden, XIII. cxxiv volgg. Door de Engelschen veroverd, XIII, oxxxn volgg., 542—549. Zie verder op de verschillende districten en plaatsen. JEANNIN, gezant van Hendrik den Vierde, III. 123 volgg. JEETZE (VON), majoor der artillerie, hoofd eener expeditie tegen Tayo, XIII. x v n , 21. Naar Bantam, XIII. en. 'JELLESZ. (Is.) op Lonthor, II. 444. JEMMING (DIBCK), gevangen te Jakatra, IV. civ, 141 volg. Komt met brieven uit Bantam te Jakatra, IV. 147 volg., 151 volg. Sabandar te Batavia, IV. 240. JIEESMA, kommandant van Pasoeroewan, X. 362. JOANA, Zie D JA W ANA. JOAOD'AUSTEIA (DON),
Maha-radja van Kandy,II. 26.Onderhandelt met de Hollanders, III. 6 - 8 , 11—13. JOEDO NEGOEO, regent van Soemanap en Pamakasan, VIL 39 volg., 53, VIII. xxvin. Bij de verovering van Giri. VIL e n , 300 volgg. Sterft VIII. xxix, 1, 26. JOHNSON (TIM.), betrokken in de samenzwering op Ambon, V. ix volgg. JOLIJT (COEN.), koopman, vaart naar L, IL 253. In Atjeh, IL 496, UI. 398.
60
JONAS-KAERTEKOE.
JONAS (LOD.) dempt den opstand op Edam, XL 238. JoNSBLOET (COEN.), administrateur te[Samarang, VIII. 239. Resident te Cheribon, VIII. 128. Sluit aldaar twee contracten, VIII. 323, 327. JoNGEEHELDT vaart naar I., II. 272. JONGH (MAX. DE), gezant naar Mataram, VI. LXVIII, 117. JONGH (W. DE). Generale lijst van alle huisgezinnen binnen de stad Batavia 1788 door —, XII. 164. JONGSMA, als advocaat-fiscaal in het proces Valkenier vervangen door C. Roseboom, IX. xovi volg. JONGSMA (N.), secretaris der Hooge Regeering, X. 152. JONKEE (kapitein), aanvoerder der Amboneezen onder Couper, VIL xciv. Bij de belegering van Kapper, VIL xov, 276 volg. Afgezonden tegen Troeno Djojo, VIL xcvn volg., 280, 285—295. Verdelgt de overgebleven Makassaren, VIL 297. Bij de onderneming tegen Sultan Ageng, VIL CLXVI volg., 68, 390 volgg. Betrokken in eene zamenzwering, gedood, VIII. XLIII volgg., 58 volg., 65 volg. JOOST (SYM.) vlucht uit Demak naar Bantam, II. 514. JOEDENS (JAN EEDMAN), gezworen klerk ter generale secretarie, X. 71. Geeft een dagblad uit, XI. LXXXIV. JOEIS (COENELIS), schipper, vaart naar L, III. 48. JOSEPH (HENDE. DE), vaandrig onder H. de Wilde, VIII. 238. JOUEDAIN (JOHN), president der Engelsche factorij te Bantam, IV. xxiv. Sneuvelt voor Patani, IV. c x v n i , 193. JOUVENOY, ingenieur, doet opnemingen in Straat Bali, XII. 432. JUMEL, generaal. Gedrag van —, XIII. cxxxm volgg., 543, 546. JUSTITIE en politie. Regeling der — ,VI. xxvn volgg., LXVIII volg. Wiese over —, XIII. 53 volgg. Daendels hervorming van den Raad van - , XIII. xo volgg., 354, 425 volgg.
K. In het algemeen, I. 64 volg. Zeekaarten, I. 66 volgg.met wassende graden, I. 71 volgg. Gebulte — I. 79 volgg. Octrooien voor het drukken van kaarten, enz. I. 161-182. KADJOHOEAN (Radhen), schoonvader van Troeno Djojo, met dezen in verstandhouding, VIL v i n , xxiv, 148, 198 volg. Overwonnen en gedood, VIL oiv volg., 22, 33, 271 volgg., 275 volg. KADOE. Een gedeelte van — door den Soesoehoenan afgestaan, XIII. 535. KAEETEKOE (MINNE WILLEMSZ.) maakt zich van Malakka meester, V. oxvi n. 246.
KAABTEN.
KAFFER - K E R C K H O VB
61
KAEEEB (J. A . ) , secr. van den raad te Samarang, VIII. 285, 3 1 3 , 316, 317. KALANGEBS. VI. 193, VIII. 264, XI. 103, 132, 308 n. KALAPPA NOENGAL. Mossel over — , X. 246.
KALIWOENGOE. Harting over — , X. 305. Van der Burgh over — , XI. 425. Siberg over — , XII. 98 volg. KAMBANGAN. Zie
NOESSA-KAMBANGAN.
KAMPONG BABOE. Mossel over — , X. 245.
KANDOEE ( I N T J E ) , hoofd van Madoereesche opstandelingen, VII. cv. K A N D Y . Zie
CEYLON.
KANGEAN-EILANDEN. Van der Niepoort over de — , XII. 51 volg. Van IJsseldijk over de — , XII. 519 volgg. KANOMAN (Radja) tot derden Sultan van Cheribon aangesteld, XIII. 304, 318, vgl. XLII volgg. Ontslagen, XIII. c v n . KAPPAE, zetel der Makassaren onder Galesoeng, VII. xoiv, 265, 268, 271. Ingenomen door Couper, VIL xcv volg., 2 2 , 2 7 , 3 2 , 276—279. KABEL (JAN JANSZ.), onderkommies, vaart naar I . , II. 188. Voor de tweede maal, II. 204 n. Vice-admiraal, I I . 398. KAEIMATA. Van Warwijck te — , III. 23.
KAEIMON-DJAWA EILANDEN door zeeroovers geteisterd, XII. x x i n , 321. KAETA. Beschrijving van — , IV. 311 volgg., V. 35 volgg. KAETASOEBA, hofplaats van Mataram, VII. Ovin. Door den Soesoehoenan als residentie verlaten, X , x x x m , 34. K A E T A W I D J A J A , opstandeling op Madoera, VII. 38. K A E T A W Y A J A , zie Anoem (Pangeran).
KASIM (Sjerief), zoon van Sjerief Isoef, XI. XLII. Als diens opvolger aangewezen, XI. XLVI.
K A T S E L , luit., kommandant te Banjoewangi, XII. 56. KEDAH zie Queda.
K E D I B I ingenomen door A. Hurdt, VII. LXXIX volgg., 244 volgg. KEELING, Engelsch kapitein, op de Banda-eilanden, III. 94 volgg., 100. K E E E (AMBE, VAN D E ) , baljuw te Batavia, keert naar N. terug, VI. 3 , 5 , 12. KEESJONG (SIM.) kapitein te Kartasoera,
IX. 3 9 , 5 5 , 112, 119.
KENDAL. Hartingh over — , X. 3 0 5 , 349. Van der Burgh over — , XI. 258, 424 volg. Siberg over — , XII. 98. K E P P E E . Zijn schip verbeurd verklaard, VIL 2. KEECHEM (MELCH.), secr. van het college schepenen van Batavia, benoemd tot notaris, IV. 234. KEBCKHOVE (MELCH. VAN DEN) vaart naar W. I . , I. 4 7 , 121. Naar de westkust van Afrika, I. 52,122. Zoekt den noordelijken doortocht naar L , I. 2 8 , III. 125.
62
KERK—KLOEK
K E E K . Eerste — te Batavia gebouwd, IV. 274. Een voorloopige kerkordening opgesteld, V. 93. Strijd tusschen kerkeraad en rechterlijke macht, V. LXXXIV. Toestand der — in de 17e eenw, VI. x x i x volgg. Aan het eind der 18e eeuw, XI. LXXXIV volgg. Toe* stand der — in 1810, XIII. 447 volg. KEEVEL ( G E E . VAN), administrateur te Samarang, IX. i l n. Kommandant van een leger tegen de opstandelingen onder Poespita c. s. IX. 11. K E T E L (BABEND) majoor, VIII. 338 volg. KEUCHENIUS (W. H . ) , lid van den Raad van Justitie, XIII. 429. KETJBBEEK, vendrig te Kartasoera, VIII. 201 volg. KEY-EILANDEN. Handel met Banda, I I I . 163. KEYTS boekhouder te Japara, VI. 172. KEYZER ( G I L L E S ) onderkoopman, IX. 284.
KEYZEE (JAN JTJST.) , secretaris der Commissarissen-generaal, XII. 464.
KEYZEB (LOUIS DE) opperkoopman te Bantam, VIII. 5 0 , 73. K E T Z E E ( P I B T E E D I E C K S Z ) , opperstuurman, vaart naar L , II. 188.
Bedankt voor de betrekking van schipper, II. 90 volg. Doet sterrekundige waarnemingen, I. 95 volg., II. 191. Sterft IL 197, 328. KEYZEB (RTJTG. R E I N . ) resident van Djawana, XI. 432.
KIDOEL (Pangeran) broeder van Sultan Ageng, hoofd der oorlogspartij in Bantam, VIL c x x x n , c x x x v i n , CXLIII volg., C L I I , OLVIII, 20, 3 4 3 , 397.
K I E F T ( W I N E I C K ) gezant naar Mataram. VIL L V I I , 60 volg.
K I B O H N E E , kapitein, vervolgt Mas Sahid. X. 233. KLAEEBOUT (STEVEN) tegen Ibn Iskander afgezonden. VIII. XLII , 30.
Naar Bantam, VIII. 50. KLAESZ. ( R E Y N I E E ) , vice-admiiaal. Zelfopoffering K L A P P A NOENGAL, zie Kalappa Noenr/al.
van — , III. 69.
KLEEDENHANDEL. Monopolie der O. I. C. in Mataram, VIL x x x v , L U , 1 6 8 , 350, 361 volg. In Cheribon, VIL CLV, 3 6 5 , 374. In Bantam, VIL CLXX, 4 0 1 . KLEYNHEYSEN (JAC.) wachtmeester. XI. 128.
K L E E K ( R E I N . DE) In de Lampongs, IX. 277, 284. Opperhoofd te
Soerabaya. IX. 421 volgg., 427 volg. Directeur der Amfioen-societeit. X. 3 8 3 , XI. 61. Verzamelt Chineesche wetten. X. 385. Raad van L , X. 398. Gouv. gen. XI. LXXIV, 305n. Maatregelen omtrent de westkust van Borneo. XL XL volgg., 320 volgg. Beperkt den particulieren handel, XI. 322 volgg. Zorgen voor den landbouw, XI. 337 volgg. Staat der opbrengsten en bevolking op Java onder — , XI. Lxxvii volgg., 3 6 3 - 7 1 . Sterft, XI. 49 6n. Brieven v a n — , XI. 305, 315, 343, 391. KLOEK (NIC.) als commissaris naar Borneo's westkust. XI. XLI volg.
KNAAP-KOFFIE
63
Resident te Pontianak. XI. X L H I , XLV. Ontslagen, XI. XLVI. K N A A P , boekhouder te Samarang, X. 345. KNIBBE (T.) lid van den Raad van justitie. XIII. 429. KNOL
of CNOL ( G O T . ) , kapitein te Samarang, beschermt Poeger en
onderhandelt met hem, VIII. L X T I I I volgg., 104. Kapitein onder de Wilde, VIII. LXXT, 239, 242 volgg. Kommandeur en gezaghebber van Java's oostkust, VIII. 121. Onderhandelt met Adepati Anoem, VIII. LXXXV, 124. Hoofd der expeditie tegen Adepati Anoem en Soerapati, gaat vooraf naar Kartasoera, VIII. LXXXVI volgg., 124 volg. 285—301. Regelt eenige zaken te Kartasoera, VIII. xci volgg. Onder de Wilde tegen Adepati Anoem, VIII. x c i v , 303 volgg. Onderhandelt te Samarang met Poeger, VIII. 132, 308 volgg. Naar Batavia ontboden, VIII. x c v n i volgg., 132 volg. Legt een twist tusschen de prinsen van Cheribon bij, VIII. c , 1 5 1 , 320 volgg. Begeeft zich naar Kartasoera; neemt Adepati Anoem gevangen, VIII. c volgg., 145>olgg., 327 volgg. Onderneemt een tocht tegen de zonen van Soerapati, VIII. o v n , 149, 150. Haalt Pakoeboewana over om den Depati Soerabaja te dooden, VIII. cix volgg., 354 volg. Deelt koffieplanten uit te Samarang en Kartasoera, VIII. c x x x v i , c x x x v n i , IX. 5. Dagboek en brieven v a n - , VIII. 285, 290, 293, 296, 3 0 3 , 327, 329, 354. KNOPS , lid van den raad van justitie, XIII. 443. KNOPS ( J O H . ) , resident van Japara, XIII. 150, 152. KOCK ( D E ) , kommandant van den Oosthoek, XIII. 314. Strijdt tegen de Engelschen, XIII. 546 volgg. KOEDOES. Hurdt over — , VIL 220. Hartingh over — , X. 305, 343. Van der Burgh over — , XI. 430 volg. Siberg over — , XII. 103. KOEGEL, vaandrig, geposteerd te Soetong, XI. 228. KOEHL assistent in Bantam, XI. 12. KOESOEMOE (Anga), benoemd tot priester van Giri, VIL c m . KOESOEMO (Aria), schoonvader van Troeno Djojo, VIL x c v m , 2 9 5 . KOESOEMO (Amirang), rijksbestierder van Amangkoerat, V I I I . x x x n , xxxv, xxxix, 3 , 18, 98 n . , 198. Ontslagen, VIII. LVI. KOESOEMOE (Mas Wana) bedreigt Amangkoerat, VIL ex. KOESOEMO DiNiNGBAT'(Pangerang) rijksbestierder van Bantam, XI. 1 1 , 5 0 , 377. KOEEIE. Aanvang der koffiekultuur op Java, VIII. cxxxiv volgg., 139 volg. Staat der koffiekultuur 1720—1740, IX. x v i i — x x v , 4 volg., 7 5 , 8 5 , 8 7 , 92 volgg., 9 9 - 1 1 2 , 115, 132, 136 volg., 140 volgg., 142 volg., 158 volgg., 162, 223. Rapport van F . JCoyett en G. W. van Imhoff over de — , IX. 253 volgg. Van Imhoff's maatregel omtrent de koffiekultuur, X. 128 volg. Opbrengst
64
KOFFIE—KRAWANG
in de Bataviasche bovenlanden 1744—1766, XI. 68. Ordonnantie omtrent de levering van — uttsluitend aan de O. I. C , XII. 229. Toestand der koffiekultuur tijdens gouv.-gen. Alting, XII. xxvn volgg. Toestand van de koffiekultuur in 't begin der 19e eeuw, XIII. L volgg., Liv volgg., 275 volg. Wiese over —, XIII. 67 volg., 296. Koffieoogst op Java 1795—1803, XIII. 114, 234 volg. Engelhard over —, XIII. 202 volgg. Daendels maatregelen, XIII. Lxii, Lxiii volg., 302 volg., 311, 322. KOL, luit., te Bantam vermoord, XIII. 336. KOLOMBO-EILANDEN. Van der Niepoort over de —, XII. 51 volg. Siberg over de —, XII. 115 volg. KOLONISATIE. L'Hermite over —, III. 390 volgg. Kolonisten uit N. naar I. gezonden, IV. LXVI volgg., VI. LXXII volg. — door Coen voorgestaan, IV. cxxxvn volgg., 280 volg., V. 115.Coen'splannen omtrent —, V. L volgg., 2—18. Specx over —, V. 164 volgg. Brouwer tegenstander van —, V. 197, 219, 222 volg. Van Diemen over —, V. 242 volgg., 262 volg. Geneigdheid der bewindhebbers tot — ; adviezen der Hooge regeering, VI. v—xxm. Vijandige stemming der bewindhebbers tegen —, VI. xxm volgg. Pieter van Hoorn over —, VI. LXXIX volgg., 130 volgg. Uitbreiding van den landbouw door Europeesche kolonisten door van Imlaoff bevorderd, X. xxTiii volgg., 32, 40. KOMOEEEN. Vriendschapsbetrekkingen aangeknoopt op Andschuan. II. 253, 484 volg. KOOL (JAC.) luitenant, IX. xcii. KOOLMAN, zie Colius. KOPEB (JAC.) als commissaris naar Borneo's westkust, XI. XLI volgg. KOEENAEE, kapitein, behaalt een overwinning te Demak e. a. IX. Lxxxv, 419. KOEFE (JOHAN CoENELisz.) handelt op W. L, I. 46. KOEOMANDEL. Geschiedenis van —, II. 22. De H. aan de kust van — III. 40 volg., 76 volg., 280 volgg., 394. Beschrijving van —,' III. 150 volg., 165 volgg. Het Nederl. gezag uitgebreid langs de kust van —, VI. LXXII. Regeling van de vaart naar —, X. 26 volg. KOSTEE (GEEEIT) bevelhebber van een vloot bij Soerabaya, VIL 196. KOTTA, hoofdplaats van Balamboeang ingenomen, XI. TII. De Balineezen uit — verdreven, XI. xni volg. KOTTA BEDDA, stadhouder van Balamboeang, XI. v u volg. KEADJAGAN bezet. XI. XXT, 242 volg. KEAWANG onder de O. I. C., VI. XLTIII , 31 volg. Het land tusschen —, en Pamanoekan aan de O. I. C. afgestaan. VIL xxxv, 167. Onlusten
KREEFT—LAMOTIÜS
65
door Bantam verwekt. VIL cxxi volgg., 5 volgg., 2 0 , 26. Guitard over — , XII. 195. volgg. K R E E F T (OTTO) luitenant onder C. Poolman. VIL 267. Afgezant naar Kraeng Galesoeng. VIL 270. KBEEGEL (FEED.), vaandrig, bij de verovering van Noessa Barong, XI. 292. Naar Poeloe Sempoe, XI. 293. KEUMMEL (JAN GEOEGE) kapt. verdrijft de Chineezen uit de omstreken van Batavia, IX. L X I X , 309. KEUYTHOE, vaandrig, hoofd der bezetting op Madoera, X. 338. K E I J G E E (CHE.) resident te Cheribon. VIII. 93. K E I J T ( A D E . ) , schipper, te Archangel. I. 11.
KUFFELER ( W I L L E M ) vendrig. Zijn onhandig gedrag tegenover Pangeran Poerbaya, VIII. x x volg., 194. KUVEL (A.), Verslag van zijn reis naar den Keizer en Sultan. XII. 145 volgg. Een schip afgestaan aan — , XII. 3 7 1 , 374 volgg.
L LABISTBATE (DAN. DE) leider der oppositie tegen Coen. V. L V I . LACCO (Kapitein) naar Bantam gezonden. V. 235. L A DALE (FEANC. DE) reist naar het Noorden. I. 1 1 , 19. L A F A I L L E (ANDBÉ DE) handelt op Guinea, L 38.
LAFER koopman in Goezeratte, IL 256, III. 400. Te Calicut; te Goa opgehangen, III. 3 2 , I70n. Brief van — , IL 495 volg. LAFONTAINE (JAC. DE) opperkoopman te Batavia, IX. 144. Ontslagen, IX. x x x i i , 168. LAGÖENDI. Vestiging der Engelschen op — , V. XLV volg., 9 5 , 96 volg., 101. L A HAYE (ROBB, DE) als kapitein naar Soerabaya, IX. 55. LAKEMAN (JAC.) raad van justitie, IX. 200. President van dien raad, IX. x c v n , 339. Raad van L , IX. L I X , 3 0 3 , 332, 367. LAM (JAN DIECKSZ.) verovert Ay, IV. x x x , 4 7 . Door de Spanjaarden bij Manila geslagen, IV. x x x n i . Raad van I . , IV. 259. LAMADJANG veroverd. XI. v i n volgg., x v i u , 70n, 7 1 , 88. J. Vos over — , XI. 144. Van der Burgh over — , XI. 452 volg. Van der Niepoort over — , XII. 57. Van IJsseldijk over — , XII. 501. LAMBEETSZ. (REYEE), stuurman , vaart naar I . , II. 226. Voor de tweede maal. III. 48. LAMONGAN. Hartingh over — , X. 304, 340. Van der Niepoort over — , XII. 47 volg. Siberg over — , XII. 109. Van IJsseldijk over — , XII. 532 volgg., 551. LAMOTIUS ( J O H . ) , sergeant-majoor, bij de verovering van Malakka, V. 246. 7
66
LAMPONGS—LEE
De goudgraving van Toelang Bawang aan de O. I. C. afgestaan, X. XLIX, L V I I I , 126, 135, 188. De post in de —verlegd naar Siam en later naar Poelo Gondi, X. 193, 198. Gedrag van resident Schoester, XI. 51 volg., 76. Door zeeroovers geteisterd, XI. 94, 104 volg., 135, 249, 290, XII. x x m , 306 volgg., 309 volgg., 322, 333 volg., 440. De Engelschen in d e — , XII. 23,30. Gevaar voor een inval der Engelschen, XII. 460. Th. Schippers over de — , XI. 17. J. Reynouts over de — , XI. 386 volgg. Staan tegen Bantam op in 1805. XIII. xxxv, 265. Onder onmiddehjk bestuur van het gouvernement gebracht. XIII. 337, 339. LANCASTER (JAMES) Engelsch kapitein, II. 277 volg. LANDAK. Handel der O. L C. op — , III. 63, 254 volg. Onderworpen aan Bantam, X. 121. Door Bantam aan de O. I. C. afgestaan XI. XL Volg., XLIII, LXVII, 320 volgg. LANDDROST. Instelling van het ambt van — , VI. xxix. LAMPONGS.
LANDSHEER resident te Cheribon. XI. 179. LANGERAAE commissaris op Madoera, X. 335. LANGEBEN (JAC. F L O E I S Z TAN) maakt globes. 1.36, 77 volg., 1 6 7 , 1 7 8 .
LANNOY (CAE. DE) afgevaardigd naar den vorst van Kandi, III. 350 volg., 400. LA
PEYROUSE .(DE).
Expeditie
tot het opzoeken van — , XII. 321)
327 volgg, LAPHO ( J A N ) resident te Djokjokarta, XL 36. LARAT ( B E P P O ) , hoofd der opstandelingen in Balamboeang, gevangen
genomen, XI. x x v i i , 239. L A R O S E , luitenant f in de staat Madoera gewond. IX. m volg. 10. LA
ROSERIE ( M A E T . DE) , gezant naar Cheribon. VIL 160. Trekt'met
Martapoero en Martalaya tegen de opstandelingen u i t VIL X L I I I volgg. EASSEM. Harting over —, X. 304, 341, Van der Bürgh over — XI. 435. Siberg over — , XII. 106. LASSO ( B A E T . D E ) , ontwerper van zeekaarten, I. 92 volgi LAUEENSZ. ( P I B T E E ) , onderkoopman, vaart naar L , II. 240.
LAVE op Borneo. Beschrijving van — , I I I . 158 volg. L A V E N ( K E I J N ) resident te Poelo Gondi, X. 198. LAWICK VAN PABST (P. H. T A N ) , adjunct-commissaris
tot de zaken
van den inlander. Polanen's oordeel over— , XIII. 268 volg. Wiese's oordeel over — , XIII. 279. Door Daendels aangesteld tot prefect over de zuidelijke regentschappen van Cheribon, XIII. 317. LAWOE. Uitbarsting van den — , VI. 187.
LEBEETELD (LUC.) vervolgt en doodt Raden Rongo, XIII. 528. LECQ ( D A N I E L VAN D E E ) , koopman te Patane, III. 19, 8 7 , 397.
L E E (Nie. TAN D E E ) , opperkoopman, vaart naar L , II. 253.
67
LEEDE--LEWE
LEEDE (GEORGE VAN DEE) van oproerige gezindheid beschuldgd. XII. 386n. LEEMAN (JAN JACOBSZ.) kapitein, door Tak vooruit naar Kartasoera gezonden, VIII. x x x v , 198 volg. Neemt na den dood van T a k het bevel op zich, VIII. x x x v m . Komt behouden te Japara aan, VIII. xxxix. Brief van — , VIII. 198. LEEUWEN
(DIRK
V A N ) , koopman
te Grissee,
III. 2 2 , 395. T e
Petapoely, III. 4 1 , 2 8 3 , 399. T e Muzulipatnam, I I I . 5 1 , 283 volgg. Brief van —, III. 218 volgg., 282 volgg. LEEUWEN (JAN VAN), opperkoopman, rechter in het proces tegen de Engelschen op Ambon, V. vi volgg. LEEUWENDAAL (VAN), pakhuismcester in Cheribon, XII. 325.
LEEUWENSON, koopman, afgezant naar Troeno Djojo, VIL x volg., 118. Opperkoopman te Bantam, VIII. 49 volg. LEFÈBVRE (JACQUES), opperkoopman, gaat met Coen scheep, IV. LXXXVII. Kruist in straat Soenda, IV. xcr. Veldoverste tijdens het eerste beleg van Batavia door Mataram, V. 134. L E F I E F ( G I L L E S ) , opperkoopman, vaart naar L , III. 73. Gezant naar Atjeh, III. 78. LEEORT (GUYON) vaart als thesaurier naar I. in 1598, II. 212. Zijn instructie, I. 226 volg. Kapitein, II. 215. Terug naar N . , II. 216. Vaart als vice-admiraal naar I. in 1601, II. 272. LELIVELD (Nie. ALEX.) resident te Pekalongan, XII. 95. LELY (STEPH. VAN D E R ) , kapitein-luitenant, IX. 10 volgg., 1 6 , 20.
LEMAIRE (ISAAC) handelt op Amerika, I. 54. Bewindhebber van verschillende compagniën, I. 103, 107, 217 volg., II. 229. Tegenstander der O . I . C . , I. 27 volg., III. 119 volgg., 124 volgg., IV. x L i i i , e x i x , 198 volgg. Sterft V. L V I . Zijn memorie over den handel in O. L , III. 148. Brief van — , III. 364. LE
MERCIER ( J E A N ) in Atjeh, III. 398.
L E MODESTE, Fransch kaper, XII. 331. LEMOYNE ( P I E R R E ) , handelt op Guinea, I. 38. Compagnon van B. de Moucheron, I. I l l volg. L E P A P E (JAN). Brief van — , IV. 96 volg.
LEROY (GEE.) vaart naar I. tweede maal, II. 253. T e III. 127, IV. XLiii. LESAGE (SAL.) kommandeur. LESUEUR (T.) teekent een vangen, X. 43.
voor ten Haeff, II. 216 volg. Voor de Patani, II. 525. Tegenstander der O.I.C., Brief van — , VIII. 107. contract met Mataram, IX. 447. Ge-
LEURS (CLAES) te Samboppo, I I I , 102, 3 2 1 , 397.
LEWE ( E V . J O O S T ) , administrateur van het ijzermagazijn, XII. 443.
68
LEY—LOBOK
L E Y (JAN HENDRIOX JAEICHS TAN DER) verdedigt de platte kaarten, I. 7 7 , 182. LEYCESTEE verbiedt den uitvoer uit N. naar Spanje en Portugal, I. 5. LEYEN (JAN COENELISZ VAN) in W. L , I. 156 volgg. LEYNSB (JAC.) op Ceylon, III. 400.
L ' H E E M I T E ( F E E D . ) , reeder van een vloot naar de westkust van Afrika, I. 52. L ' H E E M I T E (JACQUES), opperkoopman en president der loge te Bantam, III. 5 4 , 6 2 , 395. Sluit een nieuw verbond met Bantam, onderhandelt met Jakatra, I I I . 9 3 , 138, 3 4 4 , 352 volgg. Raad van I . , IV. i n . Oordeel over zijn bestuur, IV. ix. Brieven van — , III. 2 4 5 , 339. Zijn Corte remonstrantie van den tegenw. stant eenigher plaetsen in L , III. 380. LICHNOUWSKY, vaandrig, bevelhebber in Pasoeroewan, XI. 218. LIEBE , vaandrig, door de opstandelingen in Bantam verslagen, X. 166. L I E B E U E E E . XIII. 269. Resident te Solo, XIII. 271. LIEBOUT (GUILL.) , luit., gekwetst bij het overtrekken van de Brantas, VIL L x x v i i i , 242. Kapt. bij de expeditie ter ondersteuning van Abdoel Kahar, VIL CLXII, 3 8 3 , 384 volgg. L I E F T I N C K predikant te Batavia, XI. LXXXIV.
L I É E (VAN) assistent van de Militaire commissie, XII. 297n. L I E T E N S (DIECK CLAESSEN MOY) , schipper vaart naar L , I I I . 28. LIEVENSEN ( H E N D E . ) , kapt. te Batavia, V. 139.
LIGOE. C. Specx knoopt betrekkingen aan met — , I I I . 88. LIGTEN (HENDE. VAN), resident op Madoera, XII. 526 volg., 545. L I L I E N F E L D ( V A N ) , luitenant, sneuvelt, X. 169.
LIMBANGAN. Regeling van het bestuur in — , VIII. 279. Armenault over — , XI. 191. A, C. Mom over — , XI. 333. Gockingaover — , XII. 281. L I N O I S , schout-bij-nacht der Franschen, brengt de Gosson met zijn troepen op Java, XIII. v i v o l g . , 246—251. Ontmoet de Engelschen in de straat van Malakka, XIII, 251 volg. Weigert metHartsinck mede te werken, XIII. v u volg., x x m , 252 volg. LINSCHOTEN (JAN HUYGEN VAN) reist naar het Noorden, I. 19. Geeft advies bij het uitrusten van een vloot naar het Noorden, I. 28. Zijn reisgeschrift, I. 9 4 , 177, I I . 184. L I N T ( P I E T E E ESSIAS D E ) , vice-admiraal van O. van Noort, 11.482.
LINTGENS (AEEN.), vaart naar L , II. 188n. Op Bali, II. 202, 360. L I P P I U S (JOAN CASPAE), luitenant, assistent van Aria Cheribon in
het bestuur der Preanger. VIII. 273 volgg., 282. Sterft, VIII. 281, Lis (VAN) koopman te Soerabaya sterft. IX. 54, LOBOK, zie Bawean,
LOCK—LIJN
69
LOCK ( W I L L E M ) , schipper vaart naar L, I I I . 27. LODEWIJCKS (JAN) op Lonthor, II. 444. Onderkoopman te Bantam. II. 265. LODEWIJCKSZ (JAN) , opperkoopman vaart in 1599 naar I . , II. 235, 469. LODEWIJCX ( W I L L . ) . Naar de westkust van Afrika, I. 144. Zijn instrnctie, I. 235 volgg. Naar Brazilië, I. 115, 231 volgg. Als ondercommies naar I. in 1595, II. 188. Als opperkoopman naar I. in 1603, I I I . 27. LOEBO van Mandhar (Radja) komt te Bantam, VI. x c i , 209. LOEBOK zie Bawean.
LOMBOK. Beschrijving van — , I I I . 160 volg. LONCKEN (FEANS) , schipper, doet onderzoek naar Mataram's plannen. V. 148. LONCQ (HENDE. COENELISZ.) , schipper, vaart naar I . , II. 261. LONS (CASP.) onderkoopman, IX. 249.
LONTHOR, zie
Banda-eilandcn.
LOOY (AD RIA E N ) , schipper, vaart naar L , III. 63. LOSAEI. P . O Hasselaar over — , XI. 4 3 . LOTEN ( J A N G I D . ) , raad van L, X. 162.
LOTEEEN ( G E E E I T TAN) assistent te Bantam. VIL 44 Brief van — , VIL 340. LUBERTZ. (GEE.) handelt op Guinea. I. 38.
LUCAS (ENGELB.) te Soerakarta bij het optreden van Pakoeboewana den Vierde, XII. 145 volgg., 156. Op een tocht van N. naar I. gevangen genomen, XII. LX volg. LUCASZ. ( P H I L I P ) raad van L , V. c v n , 220n., 221.
LUDWICH, kommandant te Salatiga, XII. 166. LUDWIG, hoofd der militie op Java, XIII. 130 volg. LUTON (DAVID), boekhouder te Japara, VI. 90, 9 3 , 1 0 0 . Ontslagen, VI. 105. LUTTE (CLAAS), indigomaker door Chineezen vermoord, IX. 372. LUTZOW (VON), luit. kolonel, gedetacheerd naar Tandjong Poera, XIII. x v i , 20. Strijdt tegen de Engelschen in 1811, XIII. c x x x i n volgg., 5 4 4 , 546 volg. LUYMES (AEN.) beschrijft de misbruiken in I. gepleegd, X. LXXXI volgg.
LUZAC ( P I E T E R ) , tweede resident te Soerakarta, XI. 3 4 , 104. Gezaghebber aan Java's oosthoek, XI. x x v n , 104, 129 n., 200, 218, 225. Regelt het bestuur in Banjoewangi, XI. x x x , 233 volgg., 240 volg. , L I J N (CORN, VAN DER). Wantrouwen tusschen — aan den eenen en Maetsuycker en van Alphen aan den anderen kant, V. 269— 277. Gouv. gen., V. cxxv, 281. Sluit vrede met Mataram, V.
70
LIJN-MADOERA
cxxTi volgg., 281—291. Met Bantam, V. cxxvm volg., 278— . 281. De bewindhebbers ontevreden op —, VI. i-v, 13 volgg. Treedt af, VI. vi, 17 volg. Brieven van - , V. 267, 269, 278, 281, 283, 284, 285, 290, VI. 8, 11. LIJNTGENS (PIETER) werkt de 0. I. C. tegen, III. 116 volgg. Brief en Remonstrantie van — aan Oldenbarneveld, III. 364 volgg.
M. zoon van Praboejoko, XI. xi, xv volgg., 81 88 n., 146 volg. MACAO. Van Neck bij —, II. 243. MACARÉ raad van L, IX. LIX, 303. MACQUELIN, luitenant, afgezant naar Kraëng Galesoeng, VIL 269,270. MADAGASKAR. Corn. Houtman c. s. op —, IL 189 volgg., 302 volgg. MADIOEN (Kiai Adepati), kommandant van een Mataramsch leger, V. 151. MADJAPAHIT. Het rijk van —, II. 111, 150 volgg. MADJIEA , hoofd der opstandelingen op Ternate en Ambon, VI. XLV , MAAS (RADEN),
Lil.
De eerste vloot der N. aan de kust van —, II. 199 volg., 341 volgg. De tweede vloot voor Arissabaja, II. 206 volg., 377, 412 volgg. Het grootste gedeelte van — door Mataram veroverd, V. LXTii, 88, 94. Het Madoeieesche vorstenhuis; Troeno Djojo's aanspraken, VI. xcni volg. Speelman tracht vruchteloos — van Troeno Djojo afvallig te maken, VIL xiv, 121 volg. Grootendeels mislukte tocht van Speelman naar —, VIL xv volg., 123— 126. Tjakraningrat regent van —, VIL LXXV, 28 volg., 251, 252, 260, 261, 283. — tot rust gebracht, VIL cv volg., 37 volgg., 53. Moeielijkheden over de opvolging te Soemenap en Pamakassan na den dood van Joeda Negara en diens schoonzoons, VIII. xxvin Volg., XLVIII VOlg., LXXIII, LXXVIII volg., xcvi, 1, 26 volg., 46, 60 volg., 95 volg., 134, 137 n., 268 volgg., 302 volgg. Soemanap en Pamakasan ontheven van de suzereiniteit van Mataram, VIII. Lxxvii, 126 volg., 259, 262. Onlusten verwekt door Tjakraningrat (1714), VIII. CXL volg., IX. i—iv, 2—4, 7—18, 22 volg. Door Baliers grootendeels verwoest, IX. 28 volg. Geheel afgestaan aan de O. I. C., IX. LXXXIX, 437. Oorlog tusschen Tjakraningrat en de O. L C. (1745), X. xxxiv volgg., 48 volgg., Het bestuur op — geregeld, X. 51 volg., 57 volg. Opstand op — door Setjadiningrat bedwongen, X. LXVII, 177, 184. Har-
MADOERA.
MADOERA—MAGELLAANSCIIE
71
ting over — , X. 3 0 4 , 335 volgg. Van Ossenberch over — , XL 26 volgg. Berichten over — tijdens gouv.-gen. van der Parra, XI. 4 8 , 5 6 , 7 4 , 9 2 , 102, 2 2 1 , 237 volg. De erfopvolging geregeld bij den dood van Setja Diningrat, XI. L I , 118 volgg., 125, 133 volg. J . Vos over — , XI. 156 volgg. Berichten over — tijdens gouv.gen. van Riemsdijk en de Klerek, XI. 283, 287, 307, 3 4 8 , 393, 493. Van der Burgh over — , XI. 440 volgg. Berichten over — tijdens gouv.-gen. Alting en van Overstraten, XII. 1 1 , 65, 2 3 5 , 3 2 0 , 4 5 6 , 561 volg. De Panembahan van — onder den invloed van Mamoed, XII. x x , 15 volgg., 26 volg. Van der Niepoort over — , X I I . 47 volgg. Siberg over — , XII. 111 volgg. Van IJsseldijk over — , XII. 516 volgg., 536 volgg., 552 volg. Engelhard over — , XIII. 153 volgg. Hulp door — aan de Regeering verleend tijdens de Cheribonsche onlusten, XIII. XLIX. Kiest de zijde der Engelschen, XIII. CXL, 547 volg. MADOEEATNA (Panembahan), titel van Troeno Djojo, VI. cvi. MAEN (GIJSB. VAN D E E ) , gezant naar Mataram, VI. 4 9 , 5 1 , 53. MAEBTENSZ. (COENELIS) , schipper, vaart naar I . , III. 63. MAEBTSEN (AEENT) aan de kust van Koromandel, III. 339 volgg., 345 volgg., 348 volg. Sluit een verbond met Jakatra, I I I . 3 4 4 , 352 volgg. In Atjeh, I I I . 6 1 . Raad Van I . , in onderhandeling met Bantam, IV. XLVIII , 99. Als Kommandeur naar Japara en Makassar, IV. CXLIII volg., 115 volg. Sterft, IV. 162. MAETSUYCKEB (JOAN) , raad van I . , sluit een voorloopigen wapenstilstand met de Portugeezen op Ceylon, V. c x x , 266 volgg. Verzamelt de keuren Van Batavia, V. 257. Wantrouwen tusschen — en van der Lijn, V. 270—277. Advies over vrijhandel enz., VI. x i v volgg. Gouv.-gen., VI. L , 43. Toestand van I. bij zijn optreden, VI. H volgg. Verhouding tot Mataram tijdens zijn regeering, VI. L U I volgg., LVI volgg., LXVI volgg., 46 volgg., 172 volgg. Verhouding tot Bantam, VI. L V , L V I I I volgg., Lxviti, 83 volgg., 207 volgg. Maatregelen van inwendig bestuur, VI. Lxviii volgg., 157 volgg., 160 volgg. Oorlog met de Makassaren, Troeno Djojo, enz., VI. xc volgg., 190 volgg., 209 volgg., VII. i— Bïir, c x i i i — c x x i i i , 1—184, 314—318. Tegen het uitzenden commissarissen-generaal, VIII. x n volg. Sterft, VI. LXXXV, VII. Liv, cxxiv. Brieven van —, VI. 3 6 , 3 8 , 4 3 , 53—83, 86—130, 1 4 7 - 1 5 7 , 166. MAETSÜTKEB ( W I L I I E M ) , gezant naar Mataram, VI. 4 9 , 5 1 , 53. MAFFE ( G I D . D E ) , vaandrig, IX. 308. MAFFON (JOAN F B . ) , luit.-ingenieur, IX. 284. MAGELLAANSOHE COMPAGNIE, L 126 volgg.
72
MAHIEÜ—MALANG
MAHIEU, kolonel. Zijn anti-Fransche gezindheid, XIII. i x , 277n. MAHTJ (JACQUES) vaart naar L , II. 218. Sterft, II. 219. MAIBOS
(COENELIS
JACOBSZ.),
onder-koopman
te Bantam,
III.
344, 352 volgg. MAKASSAE. Geschiedenis van — , II. 119, 138 volgg. Beschrijving van —, I I I , 156 volgg. Betrekkingen der O. I. C met —, III. 102, 319 volgg. Ondersteunt de opstandelingen in de Molukken, VI. XLv, L U . Mataram te vergeefs tegen — opgezet, VI. L I V , 47—53. Onder het gezag der O. I. C , VI. LXXIV, XCI, 182. Regeling der vaart naar — , X. 24. Onverdedigbaar geacht tegen de Engelschen, XII. 399. Wiese over — , XIII. 1 0 1 , 297. Het gouvernement van — opgeheven, XIII. 401 volgg. MAKASSAEEN (Zwervende) komen in Bantam, VI. x c i volg., 209 volgg., 214, 216 volgg., 124 volg. Verwoesten vele plaatsen aan de Oostkust van Java, VI. x c n volg., 124 volg., 127 volg., 147 volgg., 150 volgg., 167 volgg., 186, 190 volgg. Troeno Djojo hun hoofd, VI. x c n i volg., e n volgg. Verslagen door Poolman, VI. c i v , 1 5 1 , 154. Jagen een Mataramsch leger op de vlucht, VI. cv volg., 154. Speelman tegen de — uitgezonden, VI. c v n , 169. In onmin met Troeno Djojo, verwoesten Madoera, VIL v u , 7 5 , 7 8 , 87 volgg., 143 volg. Verzoening met Troeno Djojo,. VIL L x x v i i , 243. Versterken zich binnen Kappar, VIL Lxxxvi, 268. Verdrijving der — , VIL x c — x c i x , 2 7 , 2 8 , 3 2 , 3 5 , 266—271, 276—284, 296 volg. Zie ook Galesoeng. MAKELAAES. Instructie voor de geswore —, X. 101 volgg. MAKJAN, voor het eerst door IL bezocht, III. 3 7 , 193 volgg. Door P. van Caerden veroverd, III. 6 6 , 268. Forten aangelegd op — door P . Both, IV. vi. MALABAE. Geschiedenis van —, II. 22 volg., 3 3 , 77 volgg. Beschrijving van de kust van —, III. 172 volgg. Tocht van Dedel naar —, IV. CLI. Het Nederl. gezag uitgebreid langs de kust van — , VI. LXXII. Zie verder Calicut enz. MALAJA (Radhen Demang) vader van Troeno Djojo, VI. x c n i volg. MALAKKA. Geschiedenis van —, II. 107 volgg. Beschrijving v a n — , I I I , 153 volgg. Verrichtingen van Matelief in de straat van —, III. 48 volgg., 214—223. Advies van Matelief omtrent —, I I I . 243. S. van der Hagen in de straat van —, IV. xxv. Verovering van —, V. oxvi volgg., 245, 246 volg., 252. Door Maleiers belegerd, VIL xvi. Regeling van de vaart naar —, X. 25. Door de Engelschen veroverd, XII. v i n , 368 n., 399. Zie ook Djohor. MALANG. Harting over —, X. 3 0 3 , 332. Door de O. I. C. veroverd, XI. ix volgg., x v i i i , 70 n . , 7 1 , 8 1 , 88. Niet aan den Keizer
MALANG-MANGKOENEGARA
73
afgestaan, XI. 100. J. Vos over —, XL 145 volg. Van der Burgh over —, XL 447 volg. Van der Niepoort over —, XII. 57. Siberg over —, XII. 117 volg. Van Usseldijk over —, XII. 493 volg. Aan den Soesoehoenan afgestaan, XIII. 536. MALAYOE KOESOEMA, regent van Malang, partijgenoot van Proboedjoko, X. Lxxx, XL xv volgg., 2 5 , 72 n., 8 4 , 8 8 , 145 volg. MALEDIVEN. Bezoek aan de —, IL 495.
MALEIEES. Geschiedenis der —-, IL 107 volgg. MAMOED, dweepziek Mohamedaan, oefent verderfelijken invloed op den Panembahan van Madoera, XII. x x , 15 volgg., 26 volg. MAMPAWA. De Panembahan \ a n — vijand van Bantam, XL XL volg. MAN ( D E ) , koopman, resident te Tagal, X. 352. MANDOERO-EEDJO (Kiai Adipati), bevelhebber van het Mataramsche leger voor Batavia, V. LXXIX volg., 139, 142 volg. MANGALLA (Daëng) belooft Kraëng Galesoeng over te halen tot aansluiting bij de O. I. C , VIL LX v u , 208, 212. Geraakt echter onder Bantams invloed, VIL LXXVII, 237. Gevangen, VIL 3 2 , 34. MANGALLA (Pangeran). Verijdelde aanslag tegen den Sultan van Bantam, XI. xxxix volg., 354 volgg. MANGASPA (Daeng), hoofd der Makassaren, VI. x c i , 127 volg., 167, 216 volg. Gedood, VII. 75. MANGKABOEMI regent van Landak, XI. XLVII.
MANGKOEBOEMI. Oorzaak van den oorlog met — , X. XL volg., 278. Aanvang van den oorlog, X. XLVI, 63 volg. Werpt zich als Soesoe^ hoenan op, X. XLVII, 153, 158. Vervolg van den oorlog, X. XLV volgg., 177, 181, 185 volg., 192, 195. Onderhandelingen, X. Lxxii volgg., 227 volgg., 286 volgg. Sultan van Djokjokarta onder den naam van HAMANGKOEBOEWANA, X. LXXIV volg., 298 volgg., 308, 373 volgg. Zie verder Vorsten lau den. MANGKOEDININGEAT regent van Madoera, XI. 118 volgg., 1 2 5 , 133 volg., 221. MANGKOE JOEDO (Toemenggoeng), Javaansch aanvoerder onder T a k , VII. Lxix, 236, 244. MANGKOE JOEDO, hoofd der Madoereezen verovert Mataram, VIL xxiv volgg., 137 volgg., 149 volgg. Houdt zich staande na den dood van Troeno Djojo, VIL 282. MANGKOENEGAEA , zie Amanglwerat II.
MANOKOENEGAEA, zoon van Amangkoerat I I , ontwijkt het hof, IX. v i n , 4 6 , 70. Aan zijn vader teruggegeven, IX. X I I , 82n. Zijn haat tegen Danoeredjo, IX. 119, 123. Uit Java gebannen, IX. x x v m , 128, 140, 227 volg. MANGKOENEGAEA, MAS SAUID of SOEEIA KOESOEMO verzet zich tegen
8
74
MANGKOENEGARA—MARTALAYA.
het afleggen van den eed aan de 0. L C., X. x x x i v , 35. Verbindt zich met Mangkoeboemi, X. XLI volg., 278. Oorlog tegen — , X. XL vi volg., Lxv volgg., 177, 181, 185 volg., 192, 196. In onmin met Mangkoeboemi, X. LXX volgg., 227 volgg. Onderhandelingen, X. 231 volgg., 283 volgg., 307 volgg. Einde van den oorlog, X. Lxxvi volgg. 314 volgg. Nieuwe twist met den Sultan, X. 394 volg., XI. xxxvi volg., 17 volg., 32 volgg. 46 volg., 5 5 , 82. Houdt zich rustig, XI. 1 6 9 , 235. Nieuwe verbittering, XI. 307 volg., 348 volg., 406 volgg. Benoemd tot hoofd van het leger van den Keizer bij een mogelijken inval van de Engelschen, XII. 2 volg. Betuigt zijn welgezindheid jegens de O. I. C., XII. 10. Betuigt bij beëedigde acte zijn onderwerping aan Keizer en O. I. C , XII. 87 volg., 125. Zijn houding bij den dood van Pakoeboewana I I I , XII. 148 volgg., 155 volgg., 162. Blijft aanspraak maken op den troon van Mataran, XII. x n volg., 189 volg., 191 volgg. Nauw verbonden met den Keizer tegen de O. I. C , XII. x i v , 209 volgg. Voor de O. I. C. gewonnen, XII. xvii volg., 213 volgg. Zijn houding bij den dood van Sultan Hamangkoeboewana, XII. xxxiv, 244 volgg. De erfopvolging in zijn geslacht geregeld, XII. xxxv volg., 271 volgg., 286 volgg., 304, 413 volgg. Sterft, XII. x x x v i , 413, 435. MANGKOEBAT. Karakter van —, VI. xcvi volgg. Zie verder Mataram. MANGOEN
SADANA,
rijksbestierder van Bantam, VIL CXLIV volgg.,
41 volgg., 4 7 , 337 volgg., 340 volgg., 342 volgg., 353 volgg. MANGOE SASTEO, dweepziek raadsman van den Panembahan van Madoera, XII. LXXI, 456, 526.
MANTEAU, veldprediker in het leger tegen Troeno Djojo, VIL Lxxiv, 2 2 3 , 244. MABBON. Oprichting van een fort te — , XIII. 120 volg. MAECELIS ( H A N S ) , koopman te Teganapatnam, III. 76, 399.
MAECHIEE (C. B.), opperkoopman te Japara, VIL cv. Brief van—, VII. 274. MAEIEN ( D A V . ) , afgezant van Coen naar den rijksbestierder van Bantam, IV. 77. MAEONDB. De Engelschen aan de —, XIII. x v i volg., 17 volgg., 26 volgg. MAEQUIS (GT/IL.) op Lonthor, II. 444. Sterft, II. 464. MAES (ANTH. MATHIJSEN), kapitein bij [de expeditie tegen Sultan Ageng, VIL CLXVI, 390. MAETALAYA, vroeger W I B A SOETA, regent van Tagal, VII. 7 5 ,
119,
136. Tracht Amangkoerat aan Bantam te verbinden, VII.
MARTALAYA—MASÜLIPATNAM
xxi volgg., 136. Bereid om tegen de opstandelingen uit te trekken, doch in zijn hart met deze heulende, VIL XLIII volgg. 177 volg., 182, 185 volgg. Doodt Martapoero en wordt zelf ter dood gebracht, VIL XL vi volg., 188 volg. MABTANATA (Ngabehi), strandgouverneur van Mataram, VI. L V I I , 93 volg. Vermoord, VI. 99. MABTAPOBEA onder het gezag van Mataram, V. c x x n , 248. MABTAPOEEO, vroeger WONG so Depo, regent van Japara, VI. cvii, 152, 156, 1 8 1 , 195 volgg. Onderhandelt met Speelman, VIL iv volgg., 77 volgg. Bericht den dood van Mangkoerat aan Speelman, VIL 132 volgg. Ontvangt den naam Martapoero, VIL 145. Trekt tegen de opstandelingen u i t , blijft aan den Soesoehoenan en de O. L C. getrouw, VIL XLIII volgg., 177 volg., 182, 185 volgg. Vermoord, VIL XLVII, 189. MABTASANA (Pangeran), zoon van Mangkoerat, VI. x c i x , 166, VIL 190. Couper in onderhandeling met —, VIL 95 volgg. Vlucht bij den opstand in Mataram naar Bagelen, VIL x x v , 139, 148 volgg. Neemt den titel van Soesoehoenan a a n , VIL x x v u , 154. Sterft, VIL L X , 227. MABTA W I D J A J A (Pangeran Aria) tracht zich van het gezag van Cheribon meester te maken, XII. 323 volgg., 332. MABTA W Y A J A , zie Seppoe. MABTENSZ. ( A D E . ) , zie Block. MAETENSZ.
1601,
(JAN),
schipper,
vaart
naar
I. in 1598, II.
204. In
II. 261.
MAETENSZ.
(JAN),
koopman,
vaart
naar
I.
in 1 6 0 1 , II. 253. In
Atjeh, II. 496, III. 398. MAETINS, vaandrig, bij de verovering van Noessa Barong. XL x x x n i , 292. MAETSZ ( A B E N T ) , zie Maertsen. MABIJBN (JEB.) vaart naar L , II. 188 n.
MAS (Raden), zoon van Praboedjoko, XI. x i , xv volgg., 81 n., 88 n., 146 volg. MASBYCK
(COEN. V A N ) , assistent
in Pasoeroewan, IV. 3. Gezant
naar Mataram, IV. XLIX, 106. Zijn verhaal van dien tocht, IV. 88 volgg. Gevangen naar Samarang gevoerd, IV. 96 volg. Ontvanger te Batavia, V. 148, 174. Neemt deel aan de verkiezing van een opvolger van Coen, V. 155. Gezant naar Japara, V. o v i n , 192. Naar Bantam, V. 226. Zijn weduwe, V. 239. MASSATJ (G. VAN), XII. 145.
MASTJLIPATNAM. Faktorij te - , III. 4 0 , 76 volgg., 340. Beschrijving van — III. 151.
76
MATARAM
MATAEAM. Oudste geschiedenis van —, II. 162 volg. Tracht zijn gebied naar alle kanten uit te breiden, vrees van Bantam voor —, IV. v i n , x i i , cxLV volgg.. 2, 8, 14 volg., 22 volg., 2 8 , 34 volg., 39 volg., 50, 5 1 , 6 5 , 70, 7 3 , 8 5 , 255, 261, 266, 269 volg., 272, V. 26, 232, 236. Eerste aanraking der H. met Hagoeng, vorst van — ; kantoor te Japara gesticht; gezantschap van G. van Zurck, IV. v u volg., x i volg., 8, 16, 19, 22 volgg. S. Doenssen gezant naar — , IV. xxvi volg., 25 volg., 30 volg. G. F . Druyff gezant naar — , IV. xxxiv. Zijn instructie, IV. 54 volgg. B. van Eyndhoven over —, IV. 57 volgg. C. Maseyck, gezant naar — , IV. XLIX, 88 volgg., 106. Het kantoor té Japara door — geplunderd, IV. XLVIII volg., L I volgg., 96, 106 volg. Japara door Arend Maertsen en J. Pz. Coen getuchtigd ' IV. cxLiii volg., 115 volg., 163 volg. Afwisselende verhouding tusschen de O. I. C. en —, IV. CXL'IV volgg., 184 volg., 189,192 volg. 202 volg., 217 volg., 250 volg., 255, 261. Dr. de Haen gezant naar —, IV. CXLVIII volg., 267, 269, 284 volgg. Voor den tweeden keer, IV. 273, V. n , LXVI, 25 volg., 30 volgg. J. Vos gezant naar —, V. LXVI volgg., 40 volgg., 89 volg. Soerabaja, Madoera enz., door - - veroverd; wordt gevaarlijk voor Batavia V. Lxvii volgg., 40, 8 8 , 97 volgg., 104 volg., 107 volgg., H L Belegert Batavia, V. LXXV volgg., 1 2 7 - 1 4 5 . Voor de tweede maal, V. LXXXV volgg., xci volg., 146 volgg. Mislukte onderhandelingen, V. x c i i i , 170 volgg. Tuchtigt de opstandelingen in de Preanger, V. x c m volgg., 186—190. Vijfentwintig N. door — verraderlijk gevangen genomen, V. c v m , 191 volg. Afwisselende houding tegenover de O. L C ; de uitvoer van rijst naar Batavia oogluikend toegelaten, V. ex volg., exiv volg., 204 volgg., 208 volgg., 215 volgg., 223 volg., 227 volgg., 236 volgg., 240 volg. Verovert Balamboeang enz., doet een inval op Bali, V. e x i v , c x x i , 202 volg., 233, 2 4 1 , XI. i n n. Invloed van de verovering van Malakka op de verhouding tot —, V. cxxi volgg., 247,253 Een schip met Mataramsche gezanten naar Mekka genomen, V. cxxiii volg., 255 volg. De invloed van — in Palembang en Djambi gefnuikt, V. c x x n , 256 volg. Verhouding tot — tot aan den dood van HAGOENG, V. cxxiv volg., 258, 262, 264 volg., 278. MANGKOEEAT sluit vrede, V. cxxv volgg., 281—291. R. van Goens gezant naar — (1649), VI. 11 volg. Verhouding tot — onder gonv.-gen. C. Reiniersz.; R. van Goens in 1651 en 1652 gezant naar —, VI. XLV volgg., 22, 27 volgg. H. van Gendt (1653) en R. van Goens (1654) gezanten naar - , VI. L U I volgg., 39 volgg., 44 volg., 46 volgg. Afwisselende houding van — ;
MATARAM
77
W. Kieft (1655), J. Truytman (1657), Z. Wagenaer (1667), A. Verspreet (1668) gezanten naar—, VI. LVI volgg., LXVI volgg., 59 volgg., 6 5 , 67 volg., 72 volg., 80 volgg., 8 7 , 89 volgg., 93 volg., 98 volgg., 102, 105 volg., 107 volgg., 112 volg., 116 volgg., 119 volg., 129. Inwendige toestand van — onder Mangkoerat, VI. x c v i , 8 1 , 90, 125, 166 volg., 172 volgg., VIL vu. volg., 95 volgg. Aanvang van den oorlog met de Makassaren, Troeno Djojo, e. a., VI. x c n volgg., c volgg., 124, 127, 149—156, 166 volgg., 189 volgg. Vervolg van dien oorlog, dood van MANGKOEEAT, oorlog tusschen zijne zonen, AMANGKOEEAT I door de hulp der O. I. C. geplaatst op den troon van —, VIL i—cxii, 1 7 , 22 volg., 27—40, 51 volgg., 57—64, 73—313. Soerapati in —, Tack c. s. vermoord, VIII. x x i n , xxx volgg., 3 , 5 volg., 17 volg., 198—205, verg. 130 volg. Zeer gespannen verhouding tot de O. I. C ; verstandhouding met Djang di Pertoewan, Jonker e. a., VIII. XLIII volg., XLV, LVI volgg., 22 volgg., 3 3 , 34 volgg., 40 n., 43 volgg., 53 volgg., 57 volgg., 62, 67 volgg., 74 volgg., 80 volgg., 84 volgg., 8 8 , 89 volgg. De kroonprins feitelijk meester in —, dood van AMANGKOEEAT I , VIII. Lxiii volgg., 97 volgg., 100. Optreden van zijn zoon Amangkoerat, wordt door POEGEE (PAKOEBOEWANA I) met behulp der O. I. C. verdreven, VIII. LXVI—LXXVIII, 1 0 1 , 103 volgg., 119 volgg., 222—268. Amangkoerat vlucht naar Soerapati; oorlog tegen hen, VIII. LXXVI, LXXXIV—xcvi, x c v i n — c i v , c v n , 124 volgg., 129 volgg., 132 volgg., 145 volgg., 2 8 5 — 3 0 2 , 3 0 4 - 3 0 7 , 327—341. Acte van limietscheiding tusschen — en de landen der O. L C. (1706), VIII. 284. Conferenties van de Wilde met Pakoeboewana over Madoera, enz., VIII. xcvi volgg., 308 volgg. Nieuw contract met Pakoebawana (1707), VIII. 317 volgg. De Depati Soerabaja vermoord, VIII. c v i u volgg., 354 volgg. Mataram in rust, VIII. 154 volgg. Oorlog met Tjakraningrat en de broeders van den Depati Soerabaja; kuiperijen aan het hof, VIII. cxi volg., IX. i volgg., 1 volgg., 7 — 1 8 , 1 9 - 2 8 , 37 volgg., 47, 53 volgg. Dood van PAKOEBOEWANA I , optreden van AMANGKOEEAT I I , IX. v u volg., 42 volg., 44 volgg. Oorlog met zijn broeders en oom en de zonen van Soerapati, IX. v i n volgg., 48 volgg., 65 volgg., 67 volg., 69 volgg., 82 n., 86 n., 89 n. Dood van AMANGKOEEAT
II,
optreden
van PAKOEBOEWANA I I , IX. x x v i
volg., 90 n., 112 volg. Oorlog tegen Djajoeda en Mas Brahim, twist met Tjakraningrat, IX. 113, 118 volgg., 128 volgg., 139 volgg., 146 volg., 148 volgg., 154 volgg., 172 volgg., 187volgg. Val van den rijksbestuurder, IX. x x v n i volg., 196 volgg.,
78
M AT AR AM—M AURITI US
207 volgg. Contract van 1733, IX. xxxix volg., 206, 235 volgg. Verdrag van 1737, IX. X L I , 266 volg., 269 volgg. Oerawan of Poerbaja gevaarlijk voor de rust des rijks, IX. X L I I I , 263, 265 volg., 273, 279 volg. Vervolg der twisten met Tjakraningrat,IX. 274 volg., 278 volgg., 287volgg. Invloed van den opstand der Chineezen op —, IX. LXXVII volgg., 372 volgg., 398 volgg., 406 volgg., 410 volgg., 420 volgg., 422 volgg. Vrede met Pakoeboewana II (1743), IX. Lxxxix volg., 432 volgg., 434 volgg, X. xxxii volg., 33 volg., 41 volgg. Traktaat van 1746, X. x x x i x , 62 volg. PAKOEBOEWANA II staat zijn rijk af aan de O. I. C , sterft; optreden van PAKOEBOEWANA I I I , X. XLVI, 152 volg., 156—162. Oorlog met Mangkoenegara (Mas Sahid) en Mangkoeboemi, eindigende met de splitsing van het rijk, X. xxxiv, XL volgg., XLVI volgg., Lxv volgg., 3 5 , 54, 6 3 , 104 volg., 153, 177, 180 volg., 185 volg., 192, 195 volgg., 227volg., 278—303, 374 volg. Zie verder: Vorstenlanden. MATABAM (Aria), broeder van Amangkoerat I , wil diens zoon niet erkennen, VIII. LXIV, 97n. Zijn gedrag bij de troonsbeklimming van Amangkoerat I L , IX. v u volg., 4 6 , 48 volgg., 52. Gedood, IX. i x , 57 volg., 66. MATELIEF (COBN.) , reeder van een vloot naar de westkust van Afrika, 1.52. Admiraal, vaart naarl., III. 46 volgg. In Malakka, III. 48 volgg., 69, 214—223. Te Bantam, III. 51. Op Ambon, III. 53 volg., 221. Op Ternate, III. 55 volgg., 221, 226 volgg. In China, III. 57 volg., 222,246. InTsiampa, III. 58. Te Pahang en Bantam, III. 59 volg. Verstandhouding tusschen — en Makassar, III. 102, 322 volg. Advies van — aan P. van Caerden, I I I . 332. Brief van — aan den volgenden uit N. aankomenden admiraal, III. 240. Naar N. III. 62. MATENES (JAN CLAESSEN V A N ) , assistent te Bantam, V. 240.
MATJANAGAEA, vorst van Balamboeang, VIII. L I X , 79 volg. MATJANAPOEEA, vorst van Balamboeang, VIII. L I X , 79 volg. MATTHIJSSBN ( A B E . ) , schipper, vaart naar I. in 1602, III. 4. In 1605, III. 48.-Op Ambon, III. 250. Ontvangt een partij edelgesteenten, III. 250. Naar Makassar afgevaardigd, III. 322. MAD (SIMON LAMBEETSZ.), schipper, vaart naar I. in 1595,11.188. In 1598, II. 203. In 1600, II. 239. In 1605, III. 48. MAUEEGNAÜLT (JAN D E ) , advocaat-fiskaal op Ceylon, IX. 169, 200. MAUEISSE, pres. van den Raad van justitie, verbannen, XIII. xon. MAUEITITJS. De vloot van Van Neck op — , II. 205, 390 volgg. Gemeenschap tusschen Java en — omstreeks 1798, XII. LXVI, 436. Verkoeling der betrekking tusschen — en Java, XIII. v i volgg., 246 volgg. Veroverd door de Engelschen, XIII. u — i v .
MAY—MEÜRS.
79
MAT (JAN COBNELISZ.) doet reizen naar het Noorden, I. 29 volg., 32. Vaart naar L , II. 204. MECHELEN (JOHAN VAN) , bevelhebber van Soerabaya, VIL c v i , 38
volgg. Overhandigt aan Amangkoerat een geschenk, VIL 304 volg. M E D E E , gezaghebber te Bantam, X. 136. MEEBAL (CLAES SIMONSZ.), onderkoopman, vaart naar L , I I . 236.
Hoofd der faktorij te Bantam, II. 237, 476, III. 395. Te Patani, III. 2 5 , 246. MEEB (BENJ. VAN D E E ) , gezant naar Pangeran Poeger, VIL 2 2 , 28, 33. Oneerlijk gedrag in Cheribon, VIII. 2 1 . Sneuvelt in Kartasoera, VIII. x x x v n i , 17. M E E B (COEN. PIETEESZ. VAN DEB) te Grissee, I I I . 395. M E E B (FEANCO VAN D E B ) , raad van L , IV. 111.
MEEEMAN (JAN G E E E I T Z ) , schipper, vaart naar L , III. 4. MEEUWENBAAI. Werken aan de — , XIII. xcv volg., 346 volg., 414. MEHL (J. O.), luit.-ingenieur, doet onderzoek naar den staat der defensie in Bantam, XII. 440. MELCKNAP (CLAES J A N S Z . ) , schipper, vaart naar L , II. 204. Voor
de tweede maal, II. 260. Voor de derde maal, III. 48. MELCKNAP (JAN COBNELISZ.), schipper, vaart naar L , III. 4. MELCKNAP (JAN JACOBS) handelt op Guinea, I. 38.
MELCKNAP (JAN JANSZ.), schipper, vaart naar I . , II. 226. MELDEET (HANS VAN), koopman op Bali, IV. 207. MENDOÇA (ANDEEAS FDETADO D E ) , Spaansch generaal in L , I I . 2 5 4
volg., 262, 264, U I . 1 9 , 3 5 , 47. MEBAK. Werken aan de baai van — , XIII. LXXVI , 414, 4 1 9 , 4 5 2 , 495. MEECATOB (GEB.). Invloed van — op de tochten naar het Noorden, I. 14 volgg. Atlas van — , I. 65 volg. Kaart met wassende graden, I. 71 volgg. MES (JAN COBNELISZ.) reist naar het Noorden, I. 29. METEEEN ( E M . VAN) ontvangt van Rich.-Hackluyt berichten omtrent den noordelijken doortocht naar China, I. 20. METSUE ( P I E T E E ) brengt de Mataramsche rijkssieraden aan Poeger, VIII. 155. Administrateur te Japara, VIII. 239. MEUNICX (COBN.) rust een schip 'uit ter vischvangst in Terra nova, I. 31. Handelt op Guinea, I. 38. MEUNNICX (P. C ) , compagnon van de Moucheron, L 112, 230. MEDE ( L u c ) , resident te Cheribon, VIII. 93. M E U B E B , kapitein, met eenige schepen te Samarang, XII. 151. MBUBES ( J A C W I L L I N K ) , pakhuismeester te Batavia, naar N. ontboden, IX. XXXII, 168.
MEUBS (MABT.) tweede resident te Djokjokarta, XII. 90.
80
MEYBAUM- M O H A M E D A N E N
MEYBAUM (L. N . ) , teekent een contract met Bantam, XL 300. Kommandeur aldaar, XII. 23n. MEYEE (JAN CASP.), luit., vervolgt Praboedjoko, XI. x v i , 81n. Kapt.-Iuit. te Soerakarta, XL 416. MEYEE (LIEVE W I L L E M ) , tweede secretaris-generaal, XIII. 508.
MEYEE (WOLFG.) , vaandrig onder H. de Wilde, VIII. 238. MEYEE (COEN. DE) reist naar Rusland, I. 10. M E I J E E H O F F , vaandrig tegen de Chineezen, IX. 373, 376. MICHEL (SYDNEY), Japansch soldaat, betrokken bij de samenzwering der Engelschen op Ambon, V. ix volgg. MIOHIELS ( P E E D I N A N D ) , opperkoopman te Patani, III. 2 5 , 8 8 , 397.
Sterft, HL 247. MIOHIELSZ (JOCHBM) hoofd der expeditie ter beveiliging van Indramajoe, Cheribon enz. tegen de Bantammers, VIL CXLI, CLI volg., 60, 327, 3 6 3 , 3 7 1 , 378. Kapitein in het leger ter ondersteuning van Abdoel Kahar, VIL CLX volgg., 385 volgg. MICHIELS ( T I J M E N ) , onderkoopman t e Bantam, tegenover de Engelschen, IV. 68 volg. Ontvanger te Batavia, IV. 241. MIDDELGEEST (SIM. A ) , leider der oppositie tegen Coen, V. L V I . MIDDELLANDSOHE ZEE. Handel der N. op de — , I. 7 volg. MIDDEBHOFF ( J A C ) , landmeter, XII. 203.
MIDDLETON neemt met Spilbergh een Portug. schip, II. 277. Op de Banda-eilanden, III. 108, 389. Op Amboina I I I , 185. Te Bantam, IV. 27. MIEBOP ( P I B T E B ) , vaandrig, bij de verovering van Bajoe, XI. 228. Luit.-kommandant te Banjoewangi, XI. 4 5 6 , 495. MIEUSS (JAC.) op Neira, I I . 444.
M I E S A , hoofd van een bende roovers in Cheribon, XI. L X V I I I , 353. MISSIEB (Sultan), zie Namroed. MOCHAMET (Pangerang), broeder van den Sultan van Bantam, XI. 6 volgg., 5 1 . MOCHJIDDIN wordt sultan van Bantam, doch spoedig daarna vermoord, XIII. x x x i v , 256. MODAFAE, Koning van Ternate, III. 107. MOELENAEE (JAN JANSZ.), schipper, vaart naar L , II. 188. Sterft, II. 194, 200, 345. MOELEE (JOHAN D E ) , opperkoopman, vaart naar I . , III. 73. Wordt vermoord op Neira, III. 98. MOENS (A.), raad van I . , XII. 1 3 1 . '
MOEEA. (Goesti), Balisch hoofd in Boelamboeang, XI. v u . MOHAMEDANEN. Indië door — beheerscht, II. 26 volgg. Op Java, II. 154 volgg.
MOL—MOSSEL.
81
MOL (CHRISTOF!-.), ritmeester, IX. 309, 363.
MOL ( D I R K CLAESZ.), schipper, vaart naar I. in 1600, II. 240. In 1605, III. 48. MOL (JAN JANSZ.), schipper, vaart naar L , III. 27. Op Tidore, III. 36, 191. Te Bantam, III. 247. Te Kalikoet enz., III. 257 volg. Naar de Molukken, III. 259. Vaart voor de O. I. C. te St. Malo naar I . , IV. X L I I I .
MOLINAEUS (LTJC.), assistent in Cheribon, VIII. 327. MOLTJKKEN. Geschiedenis van de — , II. 165 volgg. Beschrijving van de — , III. 198 volgg. Eerste vloot der II. in de — , II. 208 volg. P . van Caerden in de — , III. 65 volgg. Brief van Adr. Corssen over de — , III. 267 volgg. De Spanjaarden houden zich niet aan het twaalfjarig bestand, III. 380 volg. Advies van L'Hermite omtrent de — , III. 383. Zie verder op de verschillende eilanden. MOM ( A R N . CONST.) , resident van Cheribon. Memorie van — voor zijn opvolger', XI. 325 volgg. Raad van I. Advies omtrent de particuliere vaart, XII. XLVI n. Twisten met Nederburgh, XII. 365 volgg. MOM ( G E R R I T ) , kapitein, behaalt een overwinning te Demak e. a., IX. Lxxxv, 4 0 1 , 419. MONTA JA (Kiai Aria), rijksbestuurder van Bantam, VII. c x i v , cxxiv volg., c x x x i i , 319 volgg., 3 3 1 , 343 volgg. Hoofd van Bantamsche troepen in Cheribon, VIL 25. Verbannen, VIL 5 0 , 314 n. Door Ageng teruggeroepen, door Abdoel Kahar gedood, VIL 55. MONKENBERG, kapitein-luitenant, vermoord, XIII. 275. MONOPOLIEOEEST der O. I. C., zie
Vrijhandel.
MONS ( J A N DE) secretaris der expeditie onder H. da Wilde, VIII. 238 volg. Klerk te Samarang. VIII. 269. MONTEKARANO (Kraëng) hoofd der Makassaren. VI. xci volg., 124, 128, 167, 188, 1 9 1 , 209, 214. MONTEZ (Loris) vaart naar I . , II. 226. MOOK (VINC. VAN) graaft een kanaal. VIII. 32. MOORREES (J. W.) secr. der Hooge llegeering. Wiese's oordeel over — XIII. 277 volg. Prefect van Bantam. XIII. 351. Minister te Djokiokarta XIII. 443. Ontslagen. XIII. OXII, 501. MORERO (JUAN LOPEZ D E ) , Portugeesch ambassadeur, sluit vrede
met Djohor. III. 90, 305. MORGENSTER (HENDR. LOD.) kommandant der bezetting op Madoera. XI. 442, XII. 1 5 , 16n. MOSSEL (JAC.) raad van L , X. 2 9 , 114, 134. Vergezelt van ImhotT 9
82
MOSSEL- MIJLENDONK.
naar de oostkust. X. x x x v u i , 61. Gezant naar Bantam. X. 6 8 , 108, 125 volg. Zijn rapport hierover. X. 115 volgg. Dir. gen., benoemd tot gouv. gen. X. L I V , 162, 164 volg. Regeeringsmaatregelen ten opzichte van Bantam. X. LV volgg., 166—176, 178 volgg., 181 volg., 183, 187 volg., 197 volg. Legt op last van de StatenGeneraal aan de N. in I. een belasting op. X. LVIII volgg. Verbiedt de vrije vaart naar Ceylon e. a. p. X. 223 volgg. Regelt den handel en het bestuur in de Jakatrasche en Preangerlanden. X. LXi volgg. Oorlog met Mangkoeboemi e. a. X. LXV volgg. Reist naar Samarang. X. L X X I I , 229, 276 volgg. Splitsing van Mataram. X. LXXII volgg., 286— 303. Sterft. X. LXXIX , 328. Brieven en andere geschriften van - , X. 1 1 5 , 162, 176, 178, 180, 183, 185, 191, 195, 199, 227, 236, 260, 314, 320, 322. MOTIR door F . Wittert versterkt. III. 103, 269. MOUCHERON. Afkomst der familie — , I. 109. MOUCHERON
(BALTH. D E ) . Invloed van — op het zoeken van een
noordelijken doortocht naar L , I. 15 volgg. Rust een schip uit naar Terra Nova, I. 31. Handelt op Guinea, I. 3 8 , 52. Op W. L , I. 46. Richt te Veere een handelshuis op voor den handel op 0 . L , I. 109, 110 volgg. Zijn ondernemingen, I. 112 volgg., 221 volgg., II. 210 volgg., 272 volgg. Toetreding tot de O. L C , I. 143, 267, 282 volgg- Werkt de O. I. C. tegen, III. 115 volgg., 127. MOUCHERON (MELCHIOR DE) aan de monding der Dwina. I. 11 volg. MOUCHERON ( P I E R R E DE) broeder van Balthasar. I. 16, 110 volg. MOZAMBIQUE. S. van der Hagen voor — , III. 30 volgg. P. van Caerden voor — , III. 64. P. Wz. Verhoeff voor — , I I I . 74. MULDER ( F R E D . ) , luitenant. VI.
179.
MULDER (JAN COENR.) kapitein van het kasteel Batavia. IX. 360. Ter verantwoording opgeroepen. IX. xcii. MULLER ingenieur maakt een kaart van Grissee. X. 88. MULLER predt. te Soerabaja. XII. 467. MULLER ( F R E D . HENDB.) onderdrukt onlusten in Krawang. VIL cxxi.
Kapt. onder A. Hurdt tegen Troeno Djojo. VIL LXV volg., LXXII, 217, 219—233. Sterft. VIL LXXV, 235. MULLER (WESSEL), vaandrig, laat Lassem verloren gaan. X. 50. MUNNIK (A. C ) . XII.
451.
MUNTINGUE (H. W.) part. secr. van Daendels. Brief van — , XIII. 300. Secr. der Hooge Regeering. XIII. 427. President van den Raad van justitie. XIII. 429. MIJLENDONK president van schepenen te Batavia. X. 383.
NACKE—NEUN.
83
N. NACKE. (GABR.) Brief van
— , VI.
187.
NAERSSEN (C. VAN) dient een adres in bij de Hooge regeering. XII. L U , 364n. Resident te Grissee. XIII. x v i n volg., 1 6 1 , 301. Verbannen. XIII. x c , 418. NAMBO. Mossel over —, X. 247. NAMROED of Sultan MISSIER veldheer van Pangeran Poeger. VIL CVIII, 60 volg., 311. Houdt na Poeger's onderwerping stand en sneuvelt. VIL cix volg., 313n. NASO of NASSEN (CORN.), kommies, vaart naar L , II. 188.
NATA BANGALA. Ongeregeldheden onder — bij de rivier van Krawang. VIL cxx. NATTELAER (JOS. JANSZ. DE) onderhandelt met den vorst van Jakatra. IV. xcvi. NECK ( P I E T E R CLAESZ.) , schipper, vaart naar I . , II. 2 3 5 , 470 volg.
NECK (VAN) vaandrig onder F . Tak. VIL 391. NECK (JAC. CORNELISZ. VAN), admiraal, vaart in 1598 naar I., II. 203. Te Bantam, keert terug. II. 205 volg., 396 volgg. In 1600 naar L , II. 239. Op Ternate. II. 241 volg., 478 volg. In China. II. 2 4 3 , 479 volg. Te Patani. II. 244, 480, 524 volgg. Terug naar N. II. 245. Brief van - , II. 476 volgg. NEDERBURGH (CORN. SEB.) commissaris generaal. XII. XLIX. Zijn zorg
voor de suikerteelt. XII. xxxix volg. Houding bij het aanbieden van het adres door de Bataviasche burgers, strijd met van der Graaff c. s. XII. L U I volgg., 365 volgg. President van de Gecombineerde vergadering. XII. L V I I I , 382. Zeer gewantrouwd in N . , XII. Lix volgg. Sluit zich bij van Overstaten's verdedigingsplannen aan. XII. LXIX, 405. Beveelt Siberg als opvolger van Alting aan, XII. Lxiii. Heft de Amfioen-sociëteit op. XII. 334. Benoemt van IJsseldijk tot raad van L , XII. 556. Vraagt ontslag. XII. LXIII. Brieven van — , XII. XLV n., 335, 365, 425, 447. NEDERBURGH (IL A. en J. J.) stellen een adres van vertrouwen in de Hooge regeering op. XII. 383n. NBDERLANDSCRE TAAL. Weinige bekendheid der bevolking in I. met de —, VI. 125, 157, VIL 5 , XI. LXXXIV volgg., 356 volg. NEGAPATNAM. Beschrijving van - - III. 151. Door de Engelschen veroverd. XII. 37. N E I R A , zie
Banda-eilanden.
N E U N , raad van I., beschuldigt Nederburgh van het verwaarloozen van het werk der defensie. XII. 365n. Stelt een onderzoek in naar het gedrag der pennisten. XII. 386.
84
NGANTANG—NIJVENHEIM.
NGANTANG, zie An tang. NIEPOORT (RUD. FLOR. TAN D E R ) , administrateur in den oosthoek
Van Java, XL 171. Gezaghebber aldaar, XL 344, 347, 438, XII. 17. Memorie voor zijn opvolger, XII. 46. Brief van — , XII. 16n. NIEUW-GUINEA. Ontdekking van — , I I I . 42 volgg. NIEUWKERKEN, zie Nijvenheim.
NIEUWLANDT ( A D E . TAN) brengt Tluchtelingen Batavia, VI. 97n.
uit Makassar naar
NIMWEGEN (JAN LOUIS T A N ) , resident te Rembang, XI. 28.
NIVELLE (BENJ.) neemt deel aan de expeditie ter ondersteuning van Abdoel Kahar, VIL 383. NOESA BARONO. Garnizoen gelegd op — , XI. x i n , 145. Het garnizoen vermoord, XI. x x n i , 217. Gevaarlijk voor de rust van Balamboeang, XI. 2 2 3 , 239 volg., 270, 2 8 1 , 285, 333 volg. Door de 0. L C veroverd en onbewoonbaar gemaakt, XI. xxxi volgg., 291 volgg., 305 volg., 493. Van der Niepoort over — , XII. 57. NOESA KAMBANGAN. Baliërs op — , XI. 288 volg. Een post geplaatst op — , XI. x x x i v , 294, 306, 332 volg. NOLTUENIUS ( D A N . ) , raad van I. Zijn aandeel in het dempen van den opstand der Chineezen, IX. 3 0 3 , 310. Werkt mede aan van Irnhoff's hervormingen, X. 2 9 , 114, 134. NOOEDEN. Tochten naar het — , I. 9 volgg. NOOEDSCHE COMPAGNIE (Stichting der). I. 30.
NOOET (OLIVIEE TAN) doet een reis om de wereld, I. 124 volgg., 242 volg., II. 222 volgg. Onder van Obdam naar Spanje. I. 128, 244 volg. NOOETMAN ( P I E T E E ) , VIL 166.
NOOT ( P I E T E E G I J S B . ) , commissaris aan Java's Oosthoek, IX. 89n..
112 volg., 140. NOEDEN (HENDR. T A N ) , Taandrig, IX. 301.
NOTO KOESOEMO, rijksbestierder van Mataram, IX. xxxix, 219. Gevaaarlijk voor de rust des rijks, IX. X L I I I , 279 volg. Haalt den Soesoehoenan over om de partij van de Chineezen te kiezen, IX. Lxxx, Lxxxiv, 410. Uit de verbanning terug op Java, X. 321. N U T T S (DAv.), leider der oppositie tegen Coen. V. L T I . N Y E T E L T (ANTHON) op Ternate, III. 3 9 6 , verg. 186. N I J V E N H E I M (BAR. J A N TAN NIEUWKERKEN genaamd), 1ste resident
te Soerakarta, XIII. 119 volgg. N I J V E N H E I M ( E T . J A N VAN NIEUWKERKBN genaamd), resident van Cheribon, XL L X T I I , 179, 222.
OBELAER—OOSTWALT.
85
0. OBELAER (JACQUES) , opperkoopman, vaart naar I . , III. 73. Te Batoesawer, III. 8 2 , 84, 90, 398. Brief van — over Djohor, III. 304 volg. OCKERSSE (OCKER), sjahbandar te Batavia, gezant naar Bantam, VIL cxLVii volgg., 46 volgg., 352. Rapport zijner verrichtingen aldaar, VIL 353 volgg. OEKOER. De bevolking van — gedwongen den vorst van Mataram te helpen, V. LXXTI volgg. Valt van Mataram af, wordt gestraft, V. x c i i i volgg., 175, 186—190. Weder bevolkt, V. 253. OELAMPAMPANG ingenomen, XI. v u . De Balmeezen uit — verdreven, XI. x i i volg., 77. Oproer onder de bezetting te —, XI. x x i , 200 volg. OELIASEE-EILANDEN,
II.
170.
OELOEDJAMI. Hartingh over — , X. 306,351. Van der Burgh o v e r - - , XI. 421 volg. Siberg over — , XII. 94. OEEAWAN (Aria) of S I N D I , regent van Soerabaja, VIL 156, 165, 183, 254, 262. Trekt op tegen Troeno Djojo, VIL 290, 295. Tegen Poeger e. a., VIL 5 9 , 6 2 , 307, 311. Geleidt Tak naar Kartasoera, VOL x x x v , 17. Misleidt T a k , VIII. XXXTI, 202, 203. OEEAWAN, zie Poerbaya.
OEST ( P I E T E E ) vaart naar Brazilië, I. 54. OETAMA, zie Galop.
OMMEN (VAN) zendt koffieplantjes naar Batavia, VIII. cxxxv, 139. OMMEREN (DIRK VAN), resident te Cheribon, VIII. 56. OMMBEBN (EENST TAN) vaart naar I . , II. 230.
ONDEEWIJS. Resolutie van 1624 omtrent het — te Batavia, V. 54 volg., 92. Latijnsche school gesticht, ,V. 264. Toestand van de Latijnsche school in 1654, VI. 42. De Latijnsche school opgeheven, doch op aandrang der bewindhebbers weder hersteld, VI. Lxx volg., 106. Weder opgeheven, VI. 121. Eene nieuwe Latijnsche school door van Imhoff gesticht, X. x i v . Verbetering van het — aan het eind der 18de eeuw, XI. LXXXIT volgg., 313n., 314, 356 volgg. OOM (JAC. CORN.) reist naar W. I . , I. 153 volgg. OOETHOOEN (JOCH.), kapitein onder H. de Wilde, VIII. 239. OOSTEN (JAN T A N ) , kapitein tijdens het oproer der Chineezen, IX. Lix, 300, 308. OOSTEEWIJCK ( J A N ) , opperkoopman, naar Bali gezonden, V. 202 volg. OOST-INDISCHE COMPAGNIE (Oprichting der). I. 131 volgg. OOST WALT ( A D R . ) , raad van L , IX. x x x n , 1 7 , 200, 246.
86
OPIUM—PADJARAKAN
O P I U M , zie Am f oen.
OETELIUS. Theatrum orbis van — , I. 65 volg. ORTEN ( W I L L E M T A N ) , tegelbakker te Batavia. VI. 17.
Os ( D I E K VAN) C. S. handelen op Archangel. I. 12. Bewindhebber van verschillende Compagnieën. I. 9 7 , 102, 107, 201 Tolgg. OSSENBBRCU ( W I L L . HENDH. TAN) resident in Bantam. XI. 5. Luit.
kolonel, Terdrijft de opstandelingen uit Bagelen. X. LXTI Tolg. Opperbevelhebber van de onderneming tegen Mangkoeboemi c. s. X. Lxx, 196. Gouv. van Java's oostkust. X. LXXX, 330, 376, 381. Bewaart den vrede tusschen Keizer en Sultan. X. 382, 386 volgg., XI. 18. Memorie voor zijn opvolger. XI. 22 volgg. Raad van L , XI. 53. Directeur van den bank van leenmg. XL 76. Als commissaris naar Bantam. XI. 94 volg. OUTEEMAN (ROBBERT), opperkoopman, Taart naar L , III. 27. OUTHOOEN ( W I L L , TAN) ontvanger-generaal, bencemd tot gezant naar Bantam. VIL cxxiv, 319 n. Hoofd der gewapende burgerij van Batavia. VIL cxxxvn, 18 Raad van I . , V I 1 . 198, 403. Sluit een contract met Bantam. VIII. 206. Gouv. gen. VIII. LX volgg., 78. Eervol ontslagen. VIII. LXTII Tolg., 112. Brieven van — , VIII. 74—103. OVEEBEEK (D.) raad van I , X. 29. OVEEBEKE (PAULUS T A N ) , onderkoopman, te Bantam. III. 277.
OTEESTEATEN (P. G. TAN) secretaris der Hooge regeering. XII. 187. GOUT. Tan Java's Noord-Oostkust. XII. xxv Tolgg., x x x i volgg., 232 volgg. Regelt de betrekkingen met de inlandsche vorsten. XII. x x x i i i volgg., 242 volgg., 286 volgg., 409 volgg., 4 3 3 , 440, 454 volgg., XIII. xiii volg., 29. Zijn zorg voor den inlander. XII. XXXVIII Tolgg. Zijn denkbeelden over de verdediging van Java. XII. Lxviii volg., 400 volgg. Gouv. gen. XII. LXIV volgg., XIII. xi volgg. Sterft XIII. 36. Brieven van — , XII. 242, 286, 3 1 1 , 393, 400, 406, 4 2 5 , 4 3 1 , 4 4 7 , 452, 557, XIII. 5 , 13. OTEETWATEE (P. A.) eervol ontslagen als raad van L , VI. LXXXIII. OXEN ( W I L L E M VAN) kapitein. IX.
121.
P. PACKAWAT (SAM.), luit. onder Jonker. VIL 288, 290. PADANG door de Engelschen veroverd. XII. 400. PADDENBUEG ( E M . VAN) sterft IX. 55.
PADJADJAEAN. Het rijk van —, II. 149 volg., 158 volg. PADJANG. Het rijk van — , II. 162 volg. PADJAEAKAN door Makassaren verwoest. VI. x c i n , 193.
PAE—PALM
87
PAE (JAN) schepen van Batavia. IV. 223 volg. PAGADEN. Mossel over — , X. 260 volgg. PAHANG. Beschrijving van — , III. 151 volg. C. Mateliefte — , 111.59. PAKEM. Fort aangelegd te — , XI. 2 4 3 , 272. PAKOEBOEWANA L , zie Poeger.
PAKOEBOBWANA I I volgt Amangkoerat II op. IX. xxvi volgg., 91 n., 113. Zendt een gezantschap naar Batavia. IX. x x v i n volg. Verwijdert den rijksbestuurder Danoeredjo. IX. x x x v u i , 196 volgg. 208 volgg. Sluit nieuwe contracten met de O. I. C. (1733 en 1737), IX. xxxix volg., 220 volgg., 235 volgg., 266 volgg., 269 volgg. Kiest partij voor de Chineezen. IX. LXXX volgg., 382 volgg., 392. Verontschuldigt ziehen onderhandelt met de O. I. C , IX. LXXXIT, 406 volg., 410 volgg. Door Mas Grendi verdreven, door de O. I. C. weder op den troon geplaatst. IX. LXXXT volg., 414 volgg., 422 volgg. Sluit een contract met de 0 . I. C. (1743). IX. LXXXTÏII Tolgg., 431 volgg., 434 volgg. Verplaatst zijn residentie naar Soerakarta. X. x x x n i , 3 4 , 4 2 , 54. Van Imhoff bij — , ampliatiecontract. X. xxxix volgg., 94 volg. Staat voor zijn dood zijn rijk af aan de O. I. C , X. XLVI, 153, 156 volgg., 159 volgg. PAKOEBOEWANA III verklaart zijn rijk van de O. I. C. ontvangen te hebben. X. 160 volgg. Staat een deel aan Mangkoeboemi af, X. 298, 373 volgg. Harting over — , X. 360 volgg. PALAKKA of BONI (Radja), vorst van Soping, vlucht uit Makassar. VI. 98. De op zijn troon herstelde — door de O. I. C. te hulp geroepen tegen Troeno Djojo. VIL L X I I I volg. Komt te Japara aan, gaat naar Batavia. VIL LXXXV , 10, 1 8 , 251 volg. Trekt tegen de Makassaren op. VIL x e n volgg., 22, 2 7 , 270 volg. 276 volgg. Keert naar Celebes terug. VIL c , 3 6 , 293. PALEACATTE. Beschrijving van — , III. 150. Kantoor der O. I. C. gevestigd te — , III. 136, 339, 348 volgg. Door de Engelschen veroverd. XII. 37. PALEMBANG. In verbinding met Mataram, V. 102. Bedreigt het gebied van Bantam op Sumatra, V. e x i v , 236. Verlaat de partij van Mataram, V. c x x n , 257. Een gezantschap van — naar Mataram in 1668 niet tot den Soesoehoenan toegelaten, VI. 110, 113, 174 volg. Geschillen tusschen Banka en —, VI. 1 1 1 , 210. Vrije vaart naar — verboden, VII. 13. Invallen van Palembangers in de Lampongs, XII. 306 volgg., 309 volgg., 322. Daendels over — , XIII. 408. PALM (AART Q U I E . ) , gezworen scriba te Soerabaja, XII. 467.
PALM ( J A C ) , vaandrig, naar Madoera gezonden, VIII. 95. Uitgezonden tegen Perwata; bevelhebber te Cheribon, VIII. 110.
88 PALM ( W I L L . A D R . ) ,
PALM—PARRA resident van Rembang, XL 434. Als commis-
saris naar Pontianak, XL XLTI. Naar Landak, XL XLTII. Resident te Soerakarta, XII. 9 0 , 124 volg. Sterft; zijn gedrag aldaar, XII. 161 volg. PALUDANUS beschrijft de kust van Guinea, enz., I. 38. PAMAKASAN, zie Madoera.
PAMALANG. Dr. de Haen over — , IV. 291 volg. Harting over — , X. 306, 351. Van der Burgh over — , XI. 257, 421. Siberg over — , XII. 93 volg. PAMANOEKAN. Het land tusschen Krawang en — aan de O. I. C. afgestaan, VIL x x x v , 167. Het bestuur aldaar geregeld, V I L c x i . Mossel over — , X. 260 volgg. PANAGARA (Kraëng) of PANARAGA, zoon des Konings van Bima, onderwerpt zich aan de O. I. C. en vervolgt de Makassaren, VIL 32, 34. Naar Indramajoe, VIL CXLI. PANAROEKAN door Mataram veroverd, V. 203. In de macht der Makassaren, VI. 201. Veroverd door de O. I. C , XI. v. Door Soemanappers bevolkt, XI. x v , 90 Tolg. J. Vos over — , XI. 148 volg. Van der Burgh over — , XI. 449 volg. Van derNiepoort over — , XII. 56. Engelhard over — , XIII. 182 volgg. Verkocht aan den oud-kapitein der Chineezen te Soerabaya, XIII. 512, 521. PANDJANG (Poelo) aan de O. I. C. afgestaan, IX. x x x v i , 1 7 8 , 182 volgg. PANDJI (Kiai), Mataramsch veldoverste, door de Makassaren teruggedreven, VI. e n volg., 201. P A N H U I S ( J O H . MICH, T A N ) , resident Tan Japara, XI. 430.
P A N H U Ï S (W. E. T A N ) , vice-pres. van den raad van justitie, XIII. 429. PARAKAN MOENTJANG. Regeling van het bestuur in — , VIII. 170, 277. Mossel over —, X. 260 volgg. Ingedeeld onder Batavia, XL 52, 202. Guitard over — , XII. 202. PARCKBR, Engelsch agent te Bantam, VIL 9. PARKER ( W I L L I A M ) , Engelsch bevelhebber in I . , IV. LXXX volgg.
PARRA ( P E T R . A L B . TAN D E R ) , secr. der Hooge Regeering, X. 2 9 , 101, 114, 134. Gezant naar Bantam, X. 198. Gouv.-gen., X. Lxxix, 329. Verovering Tan Balamboeang, enz., XL i —XXXT. Moeielijkheden in de Vorstenlanden. XI. XXXTI volgg., L I I volg. Regeling der opvolging op Madoera. XI. L I , 118 volgg. Zet Sultan Cheribon af. XI. L I I , 85 volgg., 92 volg. Nadere verdeeling der Vorstenlanden. XI. L U I volgg. Zijn zorg voor handel, landbouw, belangen van den inlander. XI. LVIII volgg. Maatregelen tegen te grooten toevloed van Chineezen. XI. LXV volgg. Uitbreiding van den vrijhandel. XI. LXX volgg., 205 volgg., 261 volgg.
P A R R A - PEGADENG
89
Verandering in het muntwezen XI. LXXIX volgg. Sterft. XI. 284. Brieven van — , X. 328, 3 7 6 - 3 9 9 , XL 17, 44—65, 7 0 , 8 5 — 9 5 , 98, 128, 199, 214, 230, 239, 270. PARTE (JAN) ontvanger generaal. VIII. 13. PASKARA (Mas Aria) regent van Soemanap. VIII. xxix. Twisten na zijn dood. VIII. XLVIII. PASOBROEWAN in oorlog met Balamboeang. II. 157. Door Makassaren verwoest. VI. x c i n , 193. Soerapati in — , VIII. L T I , LXXXIT. De Wilde regelt het bestuur in -—, VIII. XCT. Van Imhoff over —, X. 88 volg. Harting over — , X. 3 0 3 , 333. J. Vos over — , XI. 150 volg. Van der Burgh over — , XI. 445 volgg. Van der Niepoort over - -, XII. 57 volg. Siberg over — , XII. 117. Van IJsseldijk over — , XII. 496 volgg., 539 volgg., 545. Engelhaid over — , XIII. 180 volg. PATANI. Beschrijving van — , III. 154 volgg. Cijnsbaar aan Siam. II. 91 volg. Faktorij te — , IL 245, 2 7 1 , 526, III. 9 , 1 9 , 147. Groote beteekenis van dit kantoor. III. 87 volg. P A T I door Mataram bemachtigd. V. 114. In de macht van Troeno Djojo. VIL x x i , 139. Heroverd. VIL x x i i i , 145. Weder onder Troeno Djojo. VIL x L i , 176. Weder heroverd. VIL X L I I I , 178. Harting over — , X. 305, 342. Van der Burgh over — , XI. 431 volg. Siberg over — , XII. 104. PATI. (Toemenggoeng) strandgouverneur van Mataram. VI. L V I I , 4 0 , 49, 51 volg., 6 8 , 7 3 , 8 0 , 9 0 , 175 volg., 179 volg. Vermoord. VI. xcvii, 90. P A T I (Pangeran), zie Godong. PATOEDJOE (Radja) uit Makassar gevlucht. VI. 97 volg. PATRAS (ABR.), raad Tan I . , IX. x x x n , 1 7 1 , 200, 246. Gezant naar Bantam. IX. 176, 186. GOUT. gen. IX. X L , 252. Sterft. IX. X L I . BrieTen Tan — , IX. 250, 262, 265. PATEY (GABR.) door Bantamsche prauwen overvallen. V. 215. PAULO (ANT.), onderkoopman, op bevel van den vorst van Mataram gedood. V. C T I I I , CXXIT , 257.
PAUW (HEYN.) zendt een schip naar Brazilië. I. 54. Bewindhebber Tan verschillende Compagniën. I. 97 , 102, 107, 201 volgg. P A U W , koopman, resident te Rembang. X. 341. PAUW (PIETER), waterfiskaal te Batavia. VIII. 10. PAUWELS (JAN), opperkoopman en vice-admiraal, vaart naar I., I I . 260. Brief van — , II. 506n. P A Y N E , Engelsch agent te Bantam. VII. cxxxiv, 332 volgg. PEDRO (DON), Portugeesch generaal, III. 168, 170. PEGADENG. Zie Pagaden. 10
90'
PEGU—PHOONSEN
PEGU. Geschiedenis van — , II. 86 volgg. Beschrijving van — , III. 152 volg. Voor N. opengesteld, III. 7 7 , 287 volgg., 291 volg. PEKALONGAN. Dr. de Haen over — , IV. 292. DoorBantammers verwoest, VII. cLi. Harting over — , X. 3 0 5 , 349. Van der Burgh over — , XL 422 volg. Siberg over — , XII. 95 volg. P E L L E W , Engelsch schout-bij-nacht, komt met een scheepsmacht te Grissee, XIII. xvi volgg., 290 volgg. PENANG (POELO-). Vestiging der Engelschen op — , XII. 349.
PENEN (JAN TAN) zendt een schip naar Guyana, I. 54. PENNEMAN, schipper, bij Troeno Djojo, VIL 85 volg., 90. P E P E R . Hoeveelheid — uit den Maleischen archipel naar Europa uitgevoerd in 1603, III. 21. Monopolie der O. I. C. in Cheribon, VIL C L T , 366 volg., 375. Monopolie der O. I. C. in Bantam, VIL CLxx, 4 0 1 , 402. Joan van Hoorn over — , VIII. 141 volg. Overzicht der levering van — uit Bantam ( 1 7 6 7 - 1 7 7 7 ) , XI. 314. De cultuur van peper in de Vorstenlanden beTorderd, XII. 290 Tolgg. OTerzicht der levering van — uit de Vorstenlanden en de noordoostkust, XII. 421 volg. Wiese over — , XIII. 6 8 , 80. Engelhard over — in de Vorstenlanden, XIII. 123 volgg. Aan de Oostkust, XIII. 202 volgg. Opbrengst 1795—1803, XIII. 234 volgg. De teelt overgebracht naar de verschillende deelen van J a v a , XIII. L. PERES (AUG.), hoofdman der slaven der O. I. C. op Ambon, V. xv volgg. P E E R E (JACQ. TAN DE) drijft handel in Siam, III. 8 8 , 397. Op Tidore, III. 191. PERSIJN
(ARENT
HERMANSZ.),
kommies,
Taart naar I . , II. 204.
Sterft, IL 396. PEEWATA S I R I (Radhen), Mohammedaansch priester, verwekt onlusten in de Preanger, VIII. LXXXI, 110, 128. Gedood, VIII. 133. P E R Z I Ë . Regeling van de vaart naar — , X. 26. PBTAPOELY. Faktorij te — , III. 4 1 , 77 volg., 340. PETTENKOEEER , onderkoopman, hoofd der dragonders op Java, X. 178. PETZOLT (BENJ.), luitenant, bevelhebber te Meester-Cornelis, IX. 298. PEYSEN (MELCH. E E N S T ) , bevelhebber te Soerabaya, IX. 1 9 , 4 0 , 5 3 .
Sterft, IX. 56. P H A Ï E , Taandrig, strijdt tegen Kapitein Boeton, XII. x x r v , 436. P H I L I P P E , Taandrig sneuvelt in Bantam, X. 166. P H I L I P P I J N E N . O. van Noort in den archipel der — , II. 223. F . Wittert aldaar, III. 106 volg. Evenals Java van de gemeenschap met Europa afgesloten, XII. LXVI, 463. P H I L I P S (COEN.), fiskaal, schuldig aan het vermoorden der Chineezen, IX. Lxiv, x o n n , XCIII, 338, 339 volg. PHOONSEN (B.), raad van L , VIII. 281.
PIETERSZ—POEGER
91
PIETERSZ. (CORN.), opperkoopman, vaart naar I . , II. 249. Te Grissee, III. 252. PIETEESZ. (COEN.) stuurman, vaart naar I. in 1600, II. 240. Schipper, vaart naar I. in 1602, III. 4. Vice-admiraal, III. 15. In Atjeh, III. 16. T e Djohor, III. 17 volg. T e Patani en Bantam, III. 1 9 , 87. Sterft, III. 20. PIETEESZ. (COEN.) neemt deel aan de expeditie ter ondersteuning van Abdoel Kahar, VII. 383. PIETEESZ. (CEIJN), schipper, vaart naar I . , III. 27. PIETEESZ. (DIECK) , schipper, vaart naar I . , I I I . 135. PIETEESZ. ( J A C ) , schipper, vaart naar I , II. 236. PIETEESZ. ( J A C ) , koopman, vaart naar I . , Lil. 4. PIETEESZ. (JAN}, schipper, vaart naar 1., II. 261. PIETEESZ.
(NIC.)
in Atjeh, II. 496, III. 398. In Japan, III. 8 6 ,
300, 398. P I E T E E S Z . VAN TWISOH (RETN.) bezigt de afwijking der kompasnaald
tot het vinden der lengte op z e e , 1. 84 volg., 176. PIETEESZ (ROCHTTS), opperkoopman, vaart naar I . , I I . 240. Naaiden Vorst van Jakatra, II. 447. Te Bantam, III. 395. Brief van - - , II. 481 volgg. PIETEESZ.
VAN WESTZANEN
(WIILEM),
schipper, vaart naar I . ,
II. 261. P I E O , afgezant van Speelman naar Troeno Djojo, VII. v i , 77. Zijn rapport, VII. 83 volgg. P I T (MAAETEN) , raad van I . , VII. 403. VIII. i n . Admiraal van een vloot tegen de Engelschen, VIII. x x n i . P I T H (L.) eervol ontslagen als raad van I . , VI. LXXXIII. P I T S (JAC. JOEISSEN), raad van L., als commissaris naar Bantam, VIII. L U I , 50 volgg. PITTAVIN (ABE.) krijgt verlof een suikermolen te Batavia te houden, VI. 96. PLANCIUS
(PETE.).
Invloed van — op de zeevaart der N . , 1. 18.
Op de zeevaart naar O. I., I. 92 volgg. Maakt kaarten met wassende graden, I. 7 5 , 167 volgg., 171. Bezigt de afwijking der kompasnaald tot het vinden der lengte op zee, I. 84 volgg., 174 volgg. Deelgenoot in de Oude Compagnie, 1.102. Onderwijst stuurlieden, I. 183. Zijn geschrift: Van de Oost-Indische zeevaart, I. 184 volgg. PLOOS VAN AMSTEL ( A D R . ) , onderkoopman, IX. 10.
POEOEE veroverd, XI. x x i n volg. De post opgebroken, XI. 4 9 3 , XII. 10. Engelhard over — , XIII. 185. POKGEE (Pangeran) zoon van Mangkoerat, VI. xcix, 166, Vil. 190.
92
POEGER—POERBAYA
Couper in onderhandeling met — , VII. 100 volgg. Vlucht bij den val van Mataram, VII. xxv volg., 138 volg., 148 volgg. Neemt den titel van Soesoehoenan aan, VII. x x n , x x v n , 153. Gesteund door Bantam, VII. 263, 324. Terug in Mataram, als Soesoehoenan gehuldigd, VIT. XL volg., 161. Yergeefsche onderhandelingen, VII. XLi, 146, 161 volg., 175 volg., 178 volg. Maakt zich meester van Djepan, V I I . - X L V , 189 volg. Nieuwe onderhandelingen leiden tot niets, VIL LXX, 2 2 1 , 223, 225, 227. Weigert in strijd met zijn belofte zijn broeder te erkennen, VIL cv volg., 22, 28, 3 3 , 306 volg. Uit Mataram verjaagd, VIL c v n volg., 5 9 , 6 3 , 309 volgg. Herovert Mataram, VII. o v i n , 311. Weder verdreven,verzoent zich met Amangkoerat, VIL cix, 311 volg. Tegenstander van Amangkoerat's oudsten zoon, VIII. LXIV volg., 97n., 101. Vlucht naar Samarang, VIII. LXVIII, 103, 222. Treedt op als Soesoehoenan onder den naam Pakoeboewana ; de O. I. C. in overleg met — tot verovering van zijn rijk, VIII. LXX volg., LXXIV, 104, 245 volg. Te Soerakarta gehuldigd, VIII. LXXVI, 119, 257. Contract met — , VIII. LXXVI volgg., 120, 129 , 259 volg., 261 volgg. Levert een contingent aan de expeditie tegen Soerapati en Adepati Anoem, VIII. LXXXVI, XCIII, 125, 285 volgg. In conferentie met II. de Wilde en G. Cnol, VIII. xov volg., x c v n volg., 134, 145, 308 volgg., 317 volgg. Laat den Depati Soerabaja vermoorden, VIII. cxi volgg., 354 volg. Oorlog met diens broeders en Tjakraningrat, VIII. CXL volg., IX. i volgg., 1 volgg., 7—18, 20—31, 39 volgg. Zijn besluiteloosheid in het kiezen van een opvolger, IX. v volgg., 20, 27 volg., 38. Sterft, IX. v u , 42. POELANDJIEUWA (Mas Aria), regent van Soemanap, VIII. x x i x , XLix, 26 volg, 46, 54, 60 volg. Twisten na zijn dood, VIII. Lxxviii volg., 95 volg., 268 volgg. POELO—. De namen beginnende met — zoeke men op het tweede gedeelte van het woord. POERBAYA (Pangeran), broeder van Mangkoerat, verdacht van te heulen met Troeno Djojo, VI. 167, 179 volg. Sneuvelt echter in een gevecht met Troeno Djojo, VI. c v , 168 volg., 204. POERBAYA (Pangeran), neef en partijgenoot van Kadjohoran, VIL xxiv volg., 132. POERBAYA (Pangeran), jongere broeder van Abdoel Kahar, boven dezen door zijn vader en den rijksbestierder voorgetrokken, VI. 216, 218, VIL e x i v , c x x x i n volg., 315 volg., 333. Onderwerpt zich aan de O. I. C., VIII. x v i n volgg. Tn verstandhouding met Jonker, VIII. XLIII. POERBAYA (Pangeran), zoon van Pakoeboewana I., door zijn moeder
POERBAYA—PRABOEDJOKO
93
tot troonopvolger bestemd, IX. v volg., 2 0 , 27 volg. Wijkt na de troonsbeklimming van Amangkoerat II uit het hof, IX. 44 volgg. Neemt den titel van Panembahan a a n , I X , i x , 49. In oorlog met zijn broeder, I X , x , 5 7 , 65 volgg. Geeft zich over, I X . x i i , 8 2 n . Sterft, IX. i x , 123. POEEBAYA
(Pangeran),
vroeger
OERAWAN,
2e rijksbestierder
van
van Mataram, gevaarlijk voor de rust des rijks, IX. 263, 2 6 5 , 273, 279. Verbannen (1739), IX. n a n , 280. POERBAYA (Pangeran), in 1750 verbannen, teruggeroepen, X. 3 8 2 , XI. 10. Sterft, XI. 356. POESPITA (Aria Djaja), vroeger DJANGEANA , broeder van den Depati Soerabaja, VIII. oxiv, 356. In oorlog met den Soesoehoenan, VIII. CXL volg., IX. i volgg., 2 , 8 volg., 11 volgg., 20 volgg., 24 volgg., 39 volgg., 52 volg., 57 volg. Sterft, VIII. 68. POLANEN (R. G. VAN), lid van den politieken raad der Kaapkolonie, X I I I . 262n. Lid van den raad van Justitie te Batavia, XIII. 266. Als commissaris naar Amerika, X I I I , x x x m , 288, 290n. Raad van I , XIII. 436. Daendels oordeel over — , XIII. 436 volg.,490 volg. Brieven van - , XIII. 265, 268, 356, 4 7 1 , 531. P O L I T I E EN J U S T I T I E (Regeling der), VI. x x v n volgg.
POLL (VAN D E ) , majoor, herovert Madoera, X. x x x v n , 5 1 . V e r t r e k t naar Soemanap, X. 87. Sneuvelt, X. LXXVII. PONTIANAK. Sultan Isoef stelt zich onder het gezag der O. L C., XL XLII VOlg., XL1V volgg.
POOLMAN ( C H E . ) , bevelhebber tegen de Makassaren, VI. c m volgg., 151, 154, 202 volgg. Vertrekt tot ondersteuning van Hurdt naar de oostkust, VIL LXXXIII volgg., 1 8 , 235n. Neemt van Hurdt het opperbevel over, VIL LXXXVI , 262, 265. Trekt op tegen de Makassaren, VIL xc volgg., 266 volgg. Sterft, VIL x c n , 2 3 , 269. Brieven van — , VI. 202, 204, VIL 265, 266. POEONG komt onder de O. I. C , XI. x v i n volg. Aan den Keizer afgestaan, XI. 100. Weder onder de O. L. C., XI. 147 volg. Van der Niepoort over —, XII. 57 volg. Siberg over — , XII. 117. PORTUGAL. Traktaat van wapenstilstand tusschen N . en — , V. exix, 259 volgg. De oorlog weder hervat, VI. i a , 26 volg. POETUGEEZEN. Handel der — in L , II. 70 volgg., 136 volgg. Op Java, I I . 163. In deMolukken, II. 174 volgg. POSTKANTOOE te Batavia opgericht, X. x x v i , 101. P O T T E E (COEN DE) , procurenr, opsteller van een adres van beklag der Batavïasche burgerij, VI. 19 volg. PEABOEDJOKO of SINGOSARI, partijgenoot van Mas Sahid, X . X L V I I ,
35,
177. Houdt zich in Malang schuil, X. 320, 3 3 3 , XI. 2 3 ,
94
PRABOEDJOKO—PROPHEET
25, 4 6 , 5 6 , 71. Hoofd der oproerige Lamadjangers enMalangers, XI. ix volgg., x v volg., 81. Gevangen, sterft, XL xvi volg., 81n., 88n. PEADJEKAN. Van der Niepoort over — , XII. 56. PRAKAMOENTJANG, zie
Paraka-Moenljang.
PRANG WEDONO , kleinzoon van Mankoenegara, XII. x x x v volg., 271 volgg., 286 volgg., 413 volg., 4 3 5 , 454, 561. Strijdt tegen de Engelschen, XIII. c x x x v n i volg., 546 volg. P E A S E N A , zie Tjahraningrat
I.
PRASSER (DAN.), burgerhoutzager te Japara, maakt een rapport op omtrent den verwarden toestand van Mataram, VIII. 9 8 , 105. PEEANGER-LANDEN. Opstand der — tegen Mataram onderdrukt, V. x c i n volgg., 175, 186—190. Opnieuw bevolkt, VI. 216 volg. Onder de O. I. C , VIL x x x v i , OLVI, 167, 370. Pogingen van Bantam om de — te onderwerpen, VIL cxx volgg., cxxv volgg., cxxxiv volgg., cxxxix volg., 7 , 26, 5 0 , 318—336. Regeling van het bestuur der — , VIII. x x i n volg., x x x v , XEVII, LXXXI volgg., 127, 166 volgg., 272 volgg. Rapport van AriaCheribonover d e — , VIII. 281 volgg. Mossel over de , X. 236 volgg., 260 volgg. Berichten over de — tijdens gouv. gen. van der Parra, XI. 5 2 , 222. R. IL Armenault over de — , XI. 189 volgg. Aantal bewoners der — in 1778, XI. 363, 366. Opbrengst der — in 1778, XI. 370. Berichten over de — tijdens gouv. gen. Alting. XII. 32 volgg., 1 6 3 , 329 volgg., 390, 396. Nieuwe indeeling der — door Daendels, XIII. c v n . P E E D I G E B , geheim commissaris van het O. 1. Comité in L , XII. LX, 428n. Lid van den Raad van justitie, verbannen, XIII. xcn. PEIAMAN. Hollanders te — , III. 203.
P E I C E ( A B E L ) , betrokken in de samenzwering op Ambon,V. ix volgg. PEING (MAETIN), Engelsch admiraal in I . , IV. c x x v i n . P E I N S ( N i e ) , koopman, vaart naar I., III. 135. PEINSENEILAND door zeeroovers geteisterd, XII. x x n i , 334.Inbezitneming van het — , XII. i v , 183. PROBOLINGO Engelhard over — , XIII. 181 volg. Verkocht aan den Kapitein der Chineezen te Pasoeroewan, XIII. LXXXI, 522 volgg. PEOOLE ( G E E U . ) , resident van Japara, XII. 103. PEONOKEET (COEN. HEYNTZE) , schipper en kommies, vaart naar I.,
II. 226. PROOST (MELCHIOR) naar de westkust van Afrika, 1. 114. Naar Brazilië enz., I. 231 volgg. PROPHEET (JUMAEN DE) , resident te Japara, VI. 105. Sterft, VI. 112. Brieven van — , VI. 174 volgg.
PROWIRO DININGRAT—RAM
95
PROWIRO DININGRAT, regent van West-Balamboeang, XL xxxi. PUTE-ANUS (BERN.) maakt een kaart met wassende graden, I. 72. PUTMANS wil een colonie stichten op Tayouan, V. 222. PUYCK ( N i e ) , koopman, vaart naar L , III. 74. In J a p a n , I I I . 85 volgg., 296, 299. P I J L , resident op Ceylon, VIII. 63. Raad van I . , VIII. 242.
Q. QUAALBERO (CORN, VAN) , raad van I . , VIII. 198. QUAECKEENAECK (JAC.) in Japan, II. 219 volgg., III. 8 3 , 398.
Sneuvelt voor Malakka, III. 83. QUAST
(HILLEBEANT GERBEANTSZ.) reist naar het Noorden, I. 30.
QUEDA. Portugeezen te — , III. 25. Beschrijving van — III. 152.
R. RAAD VAN DEFENSIE, IV. cxxv volg., c x x v n i . RAAD VAN INDIË. Instelling van den — , III. 1 3 1 , IV. n volg. Hervorming van den — in 1618, IV. LXIV. In 1626, IV. l l l n . Instructie voor den — van 1650, IV. x x n i volgg., xxxix volgg. Adviezen van J. Schreuder, N. Harting c. s., omtrent een nieuwe instructie voor den — , X. 399 volgg. RABINEL (J. H . ) , hoofd der Chineesche factorij, XIII. 409. RADDER (JAN LAMBERTS) , VIII, 13.
RADERINGH ( D I R C K ) , koopman, vaart naar I , II. 236. RADERMACHER (JAC. CORN. MATTH.), president van het college van
curatoren en scholarchen, XI. 313n. Raad van I . , sterft, XII. X L I I . RAEMBUEOH, raad van L , bij Coen's sterfbed, V. LXXXVIII, 154. RAEY (HENDR. VAN). Brief van — over Japan, III. 87n, 294 volgg. RAEY (PIETER V A N ) , opperkoopman te Jakatra tijdens het beleg, IV. LXXXVII, XCVII volgg., 142 volgg., 167 volgg. RAINIER , vice-admiraal der Engelschen. Verschil van gevoelen tusschen Wellesley en — omtrent een expeditie tegen Mauritius en Batavia, XIII. i n volg. R A I N I E R , Engelsch kapt., bemachtigt de //Maria Reigersbergen// liggende ter reede van Batavia, XIII. xxv volg., 272. RAKSA NEGARA, bevelhebber van een Cheribonsch leger tegen Soemadang, VIL c x x v n i , 327. Raadsman van Sultan Seppoe, VIL 364 volgg., VIII. x x x i v , xLvii volg., 48. Sterft, VIII. 77. RAM (MICH.), kapitein te Soerabaja, VIII. 83. Oud-landdrost van Batavia, als commissaris naar de Oostkust,VIII.LXXI, 1 0 5 , 1 1 9 n , 222,230 volg., 239, 242 volgg., 268 volg. Weder landdrost, VIII. 121.
96
RAMA—RENESSE
RAMA (Panembahan), zie Kacljohoran. RANA DININGEAT, broeder van Sitja Diningrat, XL 102, 121. RANDE ( K E I J N DE) verjaagt Ibn Iskander, VIII. X L I I , 3 4 , 40.
RANGIN (Bagoes), opstandeling in Chcribon, XIII. c v n r , 278. RANST (CONST.), belast met het onderzoek der menage, VI. 149. Raad van L , terug naar N . , VIL 17. RANST (CONST) de jonge, opperkoopman, vertrekt naar Bantam, VIII. 19. RANZOW (VON) , luit.-kolonel, onderwerpt de opstandelingen in Bantam X. L v i i , 179. RAS ( P I E T E E ) , resident te Grissee, XI. 28. Teekent een contract met Bantam, XI. 300. RAVE (WILLEM D E ) , resident te Tagal, VIII. 59. RAVENSBEEG, postmeester te Batavia, XII. 386n. RAVENSTUYN ( N I C ) , vaandrig onder H. de Wilde, VUL 238. RAVESTEYN ( P I E T E E GILLESZ. VAN) , zie
Gilless.
RAVESTEYN ( W I L L E M JACOBSZ.), opperkoopman, vaart naar L, III. 63.
REAEE ( L A U E . ) , vice-gouv. over de Molukken, IV. v u . Onderneemt een aanslag tegen Ay, IV. x x v , XXIX volgg. Gouv.-gen. IV. x x i x , 49. Zijn weifelende houding tegenover Banda en de Engelschen, IV, xxx volgg. Te Japara, IV. x x x m volgg. Te Bantam, IV. xxxv volg. Laat de IL op de vloot der Fransehe O. I. C. lichten, IV. 73 volg. Weder naar de Molukken, IV. xxxvi, LVII volg. Treedt af, IV. i v i n volgg. RECHTSWEZEN, zie
Justitie.
REEDE (VAN), resident te Soerakarta, X I I , x v i , 209 volgg. 243 volgg., 411 volgg. Gouv. van Java's noord-oostkust, XII.436 455 volg., 557, 561. REINIEESZ (CAR.), raad van L , V. 277, 284, 290. Gouv.-gen. VI.
v i , 18. Advies over vrijhandel enz., VI. vi volgg. Zijn regeering VI. xLiv volgg. Sterft, VI. L , 43. Brieven v a n — , VI. 18, 2 1 , 25'. REINKING ( G E E . ) , predt. te Batavia, XI. 313n.
REMBANG. Scheepstimmerwerf te — opgericht, VI. 1 2 0 , 1 2 1 . Verwoest door Troeno Djojo, VIL i x , 115, 122. Onder souvereiniteit van de O. I. C , IX. x c , 439. Regeeringsmaatregelen van van Imhoff, X. 91. Harting over — , X. 305, 341. In opschudding gebracht door een Mohammedaansch priester, XII. 27. Van der Burgh over — XI. 434 volg. Siberg over — , XII. 105 volg. Engelhard over — , XIII. 151 volg. RENESSE ( A B E . DANIELSZ. VAN), kapt., gezant naar Troeno Djojo, VIL x , 118. Trekt met Martapoera en Martalaya tegen de opstandelingen uit, VIL xLiii volgg., 177, 185 volgg. Hoofd te
RENESSE—RHUN
97
Rembang, VIL 196. Kapitein onder A. Hurdt, VIL L X V , 2 1 7 , 219 volgg. Vereenigt zich met de hoofdmacht, VIL LXXII, LXXV, 233 volgg. Maakt zich van Toekong meester, VIL LXXVI , 238. Gekwetst, VIL Lxxviii, 242. Naar Grissee, VIL 253. Eerste officier onder J. Couper, VIL x c i v , 23. Naar Pasoeroewan, VIL 3 5 , 278 volg. Terug te Soerabaja, VIL 283, 296. RENGERS ( A L E X . ) , kapitein te Kartasoera, IX. 55.
RENGERS ( E D S . L A M . ) , vaandrig, sneuvelt in een gevecht met de Chineezen, IX. L V I I I , 301.
RENHAED (C. C ) , drukker der O. I. C. te Batavia, X. 327. REVERHORST ( T H E O D . V A N ) , lid van den raad van justitie, IX. 336.
R E I J E R S ( C O E N . ) , schipper, vaart naar L , I I I . 135. Als commandeur naar China, IV. OLI. REYEETSEN ( G B E H . ) , gevangen naar Samarang gevoerd, I I . 514. Assistent in Bantam, III. 2 1 . REYGEES, luit. te Samarang, XI. 128. Kapt., naar Balamboeang, XI. x x i i i , x x v , 223 volg., 226. R E Y K E ( A B R . ) , zie
Rijd;.
REYKE (B.), XI. 6 7 , 68. REYNDEETSZ. ( A D E . ) in W. L , I. 156 volgg.
REYNOUTS
(JOH.),
kommandeur
in Bantam,
XI. 5 , 5 1 , 315 n.
Neemt Pangeran Mangalla gevangen, XI. xxxix volg., 354. Memorie voor zijn opvolger, XI. 373 volgg. REYNST ( G E R . ) , deelgenoot in verschillende eompagniën voor de vaart op L , I. 1 0 3 , 107, 217 volg. Gouv.-gen., komt in L ; zijn instructie; stelt den Raad van I. op nieuw samen, IV. x n volg., 17, 24. T e Bantam, IV. x v i . T e Jakatra en Japara, IV. x i x volg. Op Banda, Amboina, Ternate. IV. x x i volg. Zendt S. Doenssen naar Mataram, IV. x x v i volg. Sterft, IV. x x v n , 37. REYSIG (H.). Statistische opgave omtrent den verkoop van amfioen, XI. 106 volgg. RHEEDE (BITTER VAN), voorloopige gezaghebber over Java's oostkust, VIII. LXX volg., 105. Hoofd te Bantam, VIII. 122. RHEEDB
(HENDE.
A D R . V A N ) , commissaris-generaal,
VIIL x i n
volg., 13. R H E N E R , kapitein, herovert Madoera, X. x x x v n , 5 1 . RHENERT ( C H R . B E N J . ) , kapitein, IX. 421.
R H U N , zie Run (Poeh-).
R H I J N (J. M. V A N ) , tweede resident te Soerakarta, XI. 104, 171 261, 308 n., 349. Resident te Djokjakarta, XI. 413. R H I J N (VAN), kapt.-luit., stelt een onderzoek in naar den toestand der peperplantages in een gedeelte van Bantam, XII. 238. 11
98
RIEBEEK-ROOS.
RiEBEEK (ABR. VAN) , benoemd tot gezant naar Bantam, VIL c x x i v . Dir.-gen.,VIII. o m , 242, 2 8 1 , 341 , 348,353. Advies van — omtrent het al of niet verbannen van Adepati Anoem, VIII. 332 volgg. Gouv.-gen., VIIL c x v , 154. Bevordert de koffiecultuur, VIIL cxxxvii volg. Sterft, IX. In. Brief van —, VIIL 154. R I E L (CORN, V A N ) , lid van den raad van justitie, IX. 336. R I E M E ( F E E D . ) , kommandant te Panaroekan, XII. 56.
RIEMELANET (COEN.), schipper, vaart naar L , III. 135. RIEMLANDT (HANS) , schipper, vaart naar L , III. 27. RIEMSDIJK ( J E E . VAN) gouv.-gen., XI. LVIT, 285. Sterft. XI. 305n. Brieven van —, XI. 2 8 1 , 285. RIEMSDIJK (VAN), raad van I. Twisten met Nederburgh, XII. 365 volgg. RIEMSDIJK (VAN). Beschrijving van Daendels' tocht naar Bantam, ontleend aan het verhaal van —, XIII. xcix volg. Riouw. De regent van — vijandig aan de O. I. C , XII. 36. ROBBE (FRANS), schepen van Batavia, naar N. ontboden, IX. x x x n , 168, 190. ROCHEFORT komt met Fransche hulptroepen te Batavia, XII. 449 n. ROCHUS ( P I E T E E CLAESZ.), schipper, vaart naar L , III. 4.
RODENEOOE ( J A N ) , boekhouder te Cheribon, VIIL 6. R O E F (HANS) te Grissee I I , 5 1 5 , 518, III. 395. Te Patani, II. 526.
Te Soekkadana, III. 8 8 , 398. ROELEFSEN (JOCH.), kapt., naar Bali gezonden, V. 203. ROGGEVEEN (JAC.) doet een reis om de aarde, IX. x i n . R O M P , directeur van den Bank van leening, X. 383. Raad van L , XI. 5 3 , 77. RONGGO (Kiai), verspieder van den Vorst van Mataram, V. LXXV, 127. RONGO (Pangeran). Woelingen onder — , XI. 2 3 , 349 volgg. RONGO PEAWIEO D I R E D J O . Onlusten verwekt door — , XIII. c x n
volgg., 528 volgg., 537 volg. Roo ( W I L L E M D E ) , raad van I . , VIII. i x v i n , 112, 242. ROODE (JAN D E ) , vendumeester, IX. x c n . ROODE (JURG. CHRISTOFE, D E ) . Mislukte onderneming van kapt. — .
tegen Kediri, VIIL LXXXVI volg., x c , 125, 292, 300. ROODENBURGH ( E M . ) vaart naar I . , II. 188n. Blijft op Bali, II 202, 2 3 8 , 358 volgg., 396. ROOMAN (JOANNES), predikant te Batavia, VI. 42. ROOMSCHKERK (DiEK JANSZ.) in Guyana, I. 50, 156.
Roos ( A B E . ) , administrateur op Onrust, IX. 301. Gezaghebber aan Java's oostkust, IX. LXXIX, 3 7 8 , 380. Roos (HECTOR), onderkoopman te Batoesawer, III. 82.
99
ROOSEBOOM—RUYTER
ROOSEBOOM (ANDR.), kapitein over een leger tegen de opstandelingen onder Poespita c. s., IX. 1 1 , 1 5 , 20. ROSE (S. H.), resident in Cheribon, XIII. X L I I I , 236, 268. ROSEBOOM (CORN.), advocaat fiskaal in het proces Valkenier, IX. xcvi volg. Ross (J. T H . ) , predikant te Batavia, XII. 3 6 3 , XIII. 145. ROSSENGAIN, zie Rancla-cilanden.
ROSSANGIJN (JAN) voert IL de Decker naar Bantam, IV. 74. ROSSINGEYN ( J A N ) , kapit. ter zee, III. 57. Brief v a n — , HL 229 volgg. ROSSUM (J. G. VAN) , lid van het Collegie van Curatoren en Scholarchen, XI. 313n. Ontslagen, XI. 356. ROTHENRUHLER, gezaghebber van Java's Oosthoek, laat door Cowcll gevangen genomen Engelschen vrij, XIII. x x i x , 291. Zijn zorg voor de salpeterfabrieken, XIII. 168 volgg. ROUKENS (PIETER) dempt een opstand op Edam, XI. 238. ROY (FERD. D E ) , commissaris tot de zaken van den inlander, IX. 363. ROY ( J A N JANSZ. DE) op Bali, III. 396.
ROY ( J A K . DE) helpt Sultan Abdoel Kahar, VIL CLIX , 385. Kapitein, VIL CLXVi, 390 volg. ROY (DE SANDOL), zie Sandol Roy, ROZENGAIN. Zie Banda-eilanden.
RUBENKONING, gezaghebber van Banda, in arrest naar Batavia ontboden, XIII. 407. RUN (POELO-) door de Engelschen bezet, IV. x x x i , 6 5 , 7 1 . Door Coen onderworpen, V. i n . Aan de Engelschen teruggegeven, V. xxxi. Deze weigeren het te aanvaarden, V. XL volg., 24. De Engelschen beproeven te vergeefs — te bezetten, VI. 94. Bij tractaat den Engelschen toegewezen, VI. 101. Door de IL hernomen, VI. 103. RÜY DE COUTO (JoÂo), Portug. bevelhebber te Macao, I I . 243 volg. RUYLL ( A L B . COENELISZ.), onderkoopman, vaart naar L , II. 240. Aan de kust van Kambodja en Cochin China, II. 246 volgg. R U Y L L ( P I E T E E G E E E I T S ) te Arrakan, III.
399.
RUYS ( J ) , kapitein, neemt Baliers onder aanvoering van Soerapati in dienst, VIIL xix volg. Tracht Jonker tot onderwerping te bewegen, VIIL XLIV n. Brief van —, VIIL 165. RUYTENBUECH ( P I E T E E GEREITSZ.) zendt schepen naar Amerika, 1.48.
RUYTEE (HAEMEN),
hoofd van een vloot tegen de Bantamsche
zeeroovers, VIL CXLII.
RUYTEE (JAN D E ) , luitenant onder C. Poolman, VIL 267. RUYTEE ( W I L L E M DE) , kapitein, naar Cheribon gezonden, VIIL 47.
100 RUCK
RUCK—SAINT-MARTIN ( A B E . WILLEMSZ.
D E ) , onderkoopman
te
Batoesawer
en
Djohor, III. 8 2 , 398. R U C K of REYKE ( A D R . V A N ) , kommandant te Banjoe-Alit, XL x n .
Kommandant van Pasoeroewan, XL 2 4 1 , 4 4 5 , 4 9 3 , XII. 5 8 , 117, 189. Verovert Noossa Barong, XL x x x n volgg. Zijn rapporten daarover, XL 291 volgg. Kommandant vae het legerkamp te Salatiga, XII. x v n i , 209, 218. Rijcx (JACOB). Dagboek van — , III. 13. R U N (A. VAN), raad van L , VIIL c m , 2 8 1 , 341. R U N S T (Is.), resident van Tagal, XL 30. R I J P (JAN COENELISZ.) reist naar het Noorden, I. 22 volgg. R U S É E in Noord-Amerika, I. 33.
R I J S T . Verplichte leverantie van — , VIIL 360 volgg. Regeling van de rijstleverantie door van Imhoff, X. XLIV volg. Wiese over —, XIII. 65 volg. Engelhard over —, XIII. 200 volg. Daendels maatregelen ten opzichte van de —, XIII. 331 volg.
S. SABBAK, hoofd der Noessa-Barongers, XI. x x x n i . SABEANG, Van der Niepoort over — , XII. 56. SADAR (Raden) in militair arrest, XI. 20. SADRASPATNAM door de Engelschen veroverd, XII. 37. SAEL (P. JANSZ.), koopman, vaart naar I . , . I I . 204 n. SAHID (Mas), zie Mangkoenegara. SAÏD BARKAT, Koning van Ternate, III. 53.
SAÏDI, XLV,
hoofd
der opstandelingen
op Ternate
en Ambon, VI.
Lil.
SAÏD MOCHAMAD. De invloed van —, XII. x x volg. Verbannen, XII. x x i , 128 n. SAINT MALO. Fransche O. I. C. te — , IV. X L I I I volgg., 73 volgg.
SAINT-MARTIN ( I S . D E ) , kapitein onder Speelman tegen Troeno D J°Jo, VI. C V I I I , 171. Bij het sluiten van een contract met Amangkoerat, VIL 166. Benoemd tot bevelhebber van het leger ter ondersteuning van Amangkoerat, VIL L I V . Zijn instructie, VIL Lv volg., 185 volgg. Weigert het bevelhebberschap te aanvaarden, VIL L v u volgg. Kommandeur onder Hurdt, VIL LXV, LXXVII volgg., 238 volgg. Komt terug te Soerabaja, VIL LXXXV, 252 volgg. Majoor vau het garnizoen te Batavia, VIL 29. Bevelhebber der expeditie ter ondersteuning van Abdoel Kahar, VIL CLx volgg., 66, 381 volgg. Gezant naar Bantam, VHL 9 , 206.
SAINT-MARTIN—SANDOL-ROY
101
Volgens Valentijn de oorzaak van Jonkers afval, VIII. XLIV. Stelt een onderzoek in naar de rechten van Soederma op Soemanap, VIII. 27. Heemraad, VIII. 32. Gezant naar Bantam, VIII. 72 volg., 77 volg. Brieven van — , VII. 2 0 8 , 2 1 1 , 2 1 3 , 215, 384. SAKTI (Radja), zie Ibn lskander. SALIM, Koning van Arrakan, in betrekking met de H . , III. 77. SALVEMENT (W. J.) te Sukkedana, I I I . 399.
SAMAEANG in de macht van Troeno Djojo, VI. c v i , 170. Verspreet over — , VI. 176 volg. Door Speelman voor den Soesoehoenan veroverd, VII. x x m , 137. Aan de O. I. C. afgestaan, VII. xxxvi. Beschrijving van — door Speelman, VII. 199 volgg. Tot vesting gemaakt, VIII. 87, 92. Hoofdplaats der O. I. C. op Java's oostkust, VIII. c v i n , 150. Door Chineezen bedreigd, IX. LXXVIII, 375 volgg. De Sabandharijen te — aan de O. I. C. afgestaan, IX. x o , 439. Regeling van het bestuur te — door van Imhoff, X. 93 volg., 105. Harting over —, X. 3 0 5 , 344 volgg. Van Ossenberch over —, XI. 29 volg. J. Vos over —, XI. 160 volgg. Vooruitgang van — onder gouv.-gen. van der Parra, XI. xxxv. Van der Burgh over —, XI. 425 volgg. Siberg over —, XII. 99 volgg. Plan van van Overstraten om te — en Soerabaja de geheele macht der O. I. C. samen te trekken tegen de Engelschen, XII. i i x v i n , 400 volgg. Opbrengsten van indigo enz. te — , XII. 419 volgg. Verkoop van landerijen rondom — , XIII. 502. Strijd met de Engelschen bij —, XIII. cxxxvi volgg., 546 volg. SAMBAS. Verbond met —, III. 8 9 , 302 volgg. SAMBOEPO. Kantoor gevestigd te —, III. 102, 319 volgg. Ingenomen door C. Speelman, VI. x c i , 182. SAMPANG (Pangeran)j, zie Tjakraningrat. SAMPOEEA, regent van Banka en Blitong, VI. 110. SAMSON, resident te Cheribon, sterft, VIII. 6. SANDE (TAN DE) , kapt. ter zee. Gedrag van — bij een oproer zijner manschappen, XIII. 279 volgg. SANDEBS (JACQUES) vaart naar I . , II. 212.
SANDOI ROY ( D E ) , majoor, te Kaapstad in arrest genomen, te Batavia in eere hersteld, XII. 323. Vraagt ontslag, XII. 378. Stelt een adres van vertrouwen in de Hooge Regeering op, XII. 383 n. Neemt J. G. Hartman gevangen, XII. 386. Benoodigd aantal rekruten in 1802 volgens — , XIII. 117. Belast met het inspecteeren der fortificatie-werken, XIII. 244 volgg. Generaal-majoor, neemt ontslag, XIII. 436. Daendels oordeel over — XH.I. xoi, 491.
102
SANEN—SCHELKES
SANEN (COEN. T A N ) , opperkoopman te Bantam en op Ternate, V. 240. SANTEN (J. D. T A N ) , XI. 390,
491.
SANTEN (PIETEE TAN). Verklaring van — omtrent de verstandhouding der Holl. en Engelschen op Ambon, V. Tin. Rechter in het proces tegen de Engelschen op Ambon, V. X I I I volgg. SANTIKA (Aria Adi) tijdelijk sultan van Bantam, X. D T I volgg., 174, 178 volgg. SANTEI (Raden) tracht den keizer afvallig te maken van de O. I. C , XII. x i i , x v i , 166 volgg., 209 volgg. Uitgeleverd aan de O. I. C , XII. x v i i i , 227. SANTTOOET (MELCHIOE TAN) in Japan, II. 219, 111. 83 volg., 296,
299, 398. SAEACK (GEOEGE) betrokken in de samenzwering op Ambon, V. XT volgg. SAEAPADA, zie
Warga.
SAEIF (Pangeran), zie Bantam. SAEIPA (Ratoe), vrouw van Sultan Arilin, X. XLTIII volgg., LTi volg,, 116 volgg., 140, 148 volgg., 178. Sterft, X. 181. SABIS ( J O H N ) , Engelsch scheepsbevelhebber, III. 3 8 , 4 2 , 44.
SAS ( J A N ) , opperkoopman, vaart naar I. in 1599, II. 226. In 1602, III. 3. SATING (PDOE.), opperkoopman, gezant naar Bantam, IX. 230n., 245. SAÜTIJN ( J A N ) , gezaghebber te Bantam, IX. 153, 178.
SAZ (ANTH. G E E E I T S Z . ) , bevelhebber van Japara, VIII. 89. Heeft eene geheime samenkomst met Sindho Redjo, VIII. i x i v volgg. Sterft, VIII. i x x , 105. Brieven van — , VIII. 97n, lOln. SCHAAE, vendrig, voert het kommando bij Bajoe, XI. 224. SCHAECK
( A D E . G I J S B E E T S Z . ) , koopman te Grissee, I I . 2 6 9 , 5 1 5 ,
523, III. 395. Zijn instructie, II. 518 volgg. SCHAEEEEE, overste, neemt W. J. Andriesse gevangen, XII. 386. SCHAGEN (JOH. PADX), raad van I . , IX. 200, 246. Sluit een contract met Pakoeboewana, IX. 266 volg., 269 volgg. Dir. gen. tijdens het oproer der Chineezen en de twisten tusschen Valckenier en van Imhoff, IX. L T , L X X I I , LXXVI, 332,
339,
397.
SCHAGEN ( N I C ) , raad van I., VII. 4 0 3 , VIII. II.
SCHEEPSMACHT. Staat der — in 1779, XI. 372. Toestand na 1802, XIII. xTiii volgg., 272 volgg., 283 volgg. Geheel te niet, XIII. xxTii volgg., 290 volgg. SCHELDE
(ANDE.
JANSZ. TAN D E E ) , kapitein onder H. de Wilde,
VIII. 239. SCHELKES, resident van Djawana, XIII. 152.
SCHELLINGER—SCHRAM SoHELiiiNGEE (JAN JAOOBSZ.), schipper, vaart naar I . , Vermoord, II. 340. SCHENCK (VAN), assistent van de Militaire commissie, XII. SCHEPENEN van Batavia. Instelling van het college van 222 volgg. Instructie voor — , V. 59 volgg. SCHEPPELEE ( J O H . D A N . ) , opzichter over de houtwerken ribon, XI. 330. SCHEPPEEIUS ( E E I C U S ) , botanicus, IX. S C H I K (P.),
X. 160,
103 II. 188. 297n. — , IV. in Che-
153.
162.
SCHILHOOEN, resident, van oneerlijkheid beschuldigd, VII. 2. S C H U L , Luth, predt. te Batavia, XIII. 448. SCHINNE (Is. T A N ) , advocaat-fiskaal, IX. 156, 192, 200. Raad van L , handelingen tijdens den opstand der Chineezen, tegenstander van Valckenier, IX. L V , L I X , L X X I I , 294 volg., 3 0 3 , 330, 332. Gevangen genomen en naarN. gezonden, IX. LXXT volg., 341 volgg., 360 volgg. SCHIPIO ( P I E T E E ) , luitenant, uitgezonden tegen Perwata, VIII. 110. SOHIPPEES (THOM.), kommandeur in Bantam. Memorie van — voor zijn opvolger, XI. 5 volgg. SCHOESTEE ( W I L L E M ) , resident in de Lampongs, XI. 14, 5 1 . Onthoofd, XI. 76. SCHOOLWEZEN, zie Onderwijs. SCHOOTEN (DE W I T T E T A N ) , zie Witte van Schooien. SCHOPHOIT ( H E N D B . ) , resident te Oeloepampang, XI. X X T I , 138,
227, 229, 240, 244, 271. Wil alle gevangenen naar Soerabaja opzenden, XI. x x i x , 232. Brieven van — , XI. 174 volgg. SCHONEE (ANT.) aan de kust van Koromandel, III. 399.
SCHOTTE (APOLL.), bevelhebber van het kasteel op Makian, III. 66, 104, 396. Reist van Solor naar Japara, IV. 8. Brieven van — , III. 271n., 331 volgg. SCHOUT (W. C O E N E L I S Z . ) , III.
321.
SCHOUTEN (CLAAS), luitenant der marine, IX. 30. SCHOUTEN (COBN. J A N S Z . ) , schipper, vaart naar I . , II. 226. Nog-
maals naar I . , III. 4. SCHOUTEN (DIEK) , afgezant naar Mataram, opperkoopman te Japara, VI. XLT, 2 2 , 28. SCHOUTEN ( R E T N . ) , kapitein bij de expeditie tegen Sultan Ageng, VII. CLXTI, 3 8 5 , 390. SCHOUTEN ( W I L L E M COENELISZ.), schipper, vaart naar I. in 1 6 0 1 ,
II. 261. In 1603, III. 27. SCHEAM ( J A C ) , raad van justitie, V. 85.
104
SCIIRETJDER-SËPPOE
SCHBEUDEB (J.), raad van I. Advies over een nieuwe instructie voor de Hooge Regeering, X. 399 volgg. S C H E I J T E E , schout-bij-nacht, kruist in straat Soenda, XII. ix ScHUEB fEvEBii. TAN D E B ) , resident te Japara, VI. c v n , 156, v u . 93. Afgezonden naar de broeders van Amangkoerat, VII XXTIII 146, 157 volg., 161 volg., 196. Bij het sluiten van een Araan koerat S > VII. 166. Resident in Bantam, VIL iT'^mT* ÓW, V1H. 7. Vervangen, VIII. 19. Brieven van —, VI 188 volgg., VIL 119. SCHUEE (Is. P. TAN D E E ) , raad van I., IX. 110. SCHUEE (J. A. TAN D E B ) , raad van L , IX. 200.
lX*m'vf{
VAN DEE)
*
RaPPOrt
°Ver
Verh00ging
der koffieprijzen,
SCHUUBMANS (JOH. of I I A N S ) , koopman, vaart naar I. in 1598, II 204 n. In 1601 naar L , II. 261. Te Bantam, terug naar N., II. 268 SCHUUBMANS (SAM.), koopman, vaart naar L , II. 204 n SCHUTLENBUEG ( P . ) , raad van L , X. 29.
SCHUTT (A.), secretaris van de Amfioen-societeit, XI 118 SCHWENCKE ( A N T H . ) , tweede resident te Soerakarta, XI. 413 Resident te Grissee, XII. 109. SEBESSI. Vestiging der Holl. op - , V. XLIT volgg., 9 5 , 102 SEGEETSZ (COENELIS), opperkoopman, Taart naar L , III. 28 SEGEETSZ ( P I E T E E ) , koopman, Taart naar L , III. 74. Gezant naar Atjeh, III. 78. Te Patani, III. 397. Brief van - , IV. 5 volgg SEKAE (Mas), hoofd van oproerlingen in Balamboeang, XII Lxxn bEMANGKA, zie Lampongs. SEMPOE
(POELOE-).
De Noessa-Barongsche
vluchteliingen
uit
-
verdreven, XI. x x x m volg., 293 volg. Van der Niepoort over - , All. 57. ' SENESCHAL ( G U L J A M ) , admiraal, vaart naar I , TL 249. Op Sumatra gevangen, II. 251 volg. Naar N . , II. 482. SENGEBUSCH (JAN GEOEGE), indigomaker, verdrijft de Baliërs uit Noessa Kambangan, XI. 289n., 332. SENOPATI, vorst van Balamboeang, VIII. L I X , 79. SENTONG veroverd, XI. x x i n volg., 217, 223. Van der Niepoort over — , XII. 56. SEPPOE (Pangeran) of MAETA WYAJA in Bantam met den titel van
Sultan begiftigd, VIL c x i x , 317. In Cheribon terug, VIL c x x v n Tolgg., 326 volgg. Sluit een contract met de O. I. C , VIL 364 volgg., 372 volgg. Beschuldigt valschelijk zijn broeder Anoem van ontrouw aan de O. I. O , VIII. X L T I I , 20 volg., 4 7 , 55. Sterft VIII. Lxxx, 87. '
SERANG-SILARONG
105
SEEANG (Pangeran). Woelingen onder — , XL 23. SEEGEANT, posthouder te Meester-Cornelis, IX. 298. SEEGEANT ( W I L L . ) , kapt. onder G. Knol tegen Soerapati en Adepati Anoem, VIII. LXXXT, X C , 105, 124 volgg., 292, 295. Verdrijft een leger van de zonen van Soerapati, VIII. x c i v , 133. Brieven van — , VIII. 296, 301. SEECET ( D E ) , schout-bij-nacht van de Fransche O. I. C , XII. T , L X T I I , XIII. 9.
SEEOIJEN ( M I C H . ) , regent van de school te Batavia, V. 57. SBTJADININGEAT , vroeger MANKOEDININGBAT , later ook T J A K E A -
NINGEAT , kleinzoon van Tjakradiningrat L , wordt regent van Madoera, XL L I , 119 volgg., 125 volgg., 113Tolgg., 158. Sterft, XI. 393. Zie Terder Madoera. SETJADININGEAT, zoon van Tjakraningrat I V , zie Tjakradiningrat 1. S E T E E I J N , vendrig, te Kartasoera, VIII. 201. SIAK (De Radja van) bewerkt den vrede tusschen Djohor en de Portugeezen, III. 90. SIAM. Geschiedenis van — , IL 89 volgg., 112. C. Specx gezant naar— } III. 24. Zendt gezanten naar Prins Maurits, III. 62. SIBEEG (JOH.) gouv. van Java's Noord-oostkust, XI. 395, 492 volg.j XII. XLT, 9 Tolg., 125. Maatregelen van — ten opzichte van Mamoed en den Prins van Madoera, XII. 15 volgg., 2 6 , 65. Sluit een contract met Poerbo Negoro regent van Bawean, XII. 17 volgg., 2 7 , 65. Sticht de marineschool te Samarang, XII. 64, 71. Memorie voor zijn opvolger, XII. 81. Aan Commissarissen generaal toegevoegd, XII. XLix, L T . President van schepenen te Batavia, XII. L. Dir. gen., XII. L I T , 317n., 443. Sterk gewantrouwd in N . , X I I . L X I I I volg. Houding bij het aanbieden van een adres door de Bataviasche burgerij, XII. M i l , 374 volgg. Gouv. gen., XIII. 36n. Weigert de Gosson op Java te ontvangen, XIII. vr-volgg., 246—251. Gevolgen daarvan, XIII. v n volgg., 252 volg. Ontslagen, XIII. 258n. Brieven van — , XII. 1, 15n., XIII. 3 1 , 115, 2 4 1 , 2 4 9 , 251. Rapport over den financieelen toestand (1799), XIII. 1. Kort vertoog omtrent het //Bericht» van D. van Hogendorp, XIII. 39. Advies omtrent den Franschen bijstand van Mauritius, XIII. 246. SIDAJOE. De eerste Holl. vloot te — , II. 199, 338 volgg. Harting over—, X. 304, 340. Van der Burgh over — , XI. 438. Van der Niepoort over — , XII. 47 volg. Siberg over —, XII. 109. Van IJsseldijk over —, XII. 529 volgg. Engelhard over —, XIII. 161 volgg. SIGISMUNDUS (ANDE.) ter dood veroordeeld, VI. x x v i n n. SILAEONG (Pangeran) zet Poeger tegen Amangkoerat op, VIL cviii. Gevangen genomen, VIL ex. 12
106
SILVA T E L L O - S L O O T
S I L T A T E L L O (JUAN DA), Spaansch gouv. der Philippijnen, IV. i n ,
x x v , x x T i i i , 4 2 , 50. Onderkoning vau L , V. oxxm., 250. SIMONG ( J O H . ) , koopman en translateur, afgevaardigd naar Tjakraningrat, IX. 4 1 5 , 426. Met hem in vriendschap, X. 7 3 , 75. SIMONSZ. (HANS) handelt op Guinea, I. 38. Op Guyana, I. 49. SIMSUAN, Chinees, door Coen naar Djambi gezonden, door Bantam gevangen genomen, IV. 33. Spoort Coen aan om een gezantschap naar Bantam te zenden, V. 119, 126. SINDHOEEDJO, veldheer van Amangkoerat, VIL 152, 1 5 5 , 1 9 7 , 2 0 0 . Bij den tocht naar Kediri, VIL LXIX, LXXI, 224, 227, 229, 232, 236, 244, 255. Tegen Kadjohoran, VIL 271. Geeft bericht van de plaats waar Troeno Djojo zich bevindt, VIL x o v n , 280. Tegen Troeno Djojo, VIL 290. Tegen Mas Giri, VIL e n , 303. Bij de inneming van Mataram, VIL 308 volg. Tegen Poeger, VIL 59, 311. Geleidt Tak naar Kartasoera, VIII. x x x v , 17. Rijksbestierder, verslagen door Soerapati, VIII. LVII. Tracht de Hooge Regeering gunstig voor Amangkoerat te stemmen, VIII. LXIII volgg., 44. Sterft, VIII. LXTI , 105. SINDO BEOMMA, hoofd der Noessa-Barongers, XI. x x x n i . SINGA (Radja) van Kandi, V. oxx, 2 6 1 , VI. L I . SINGAPOEE. Geschiedenis van — , II. 110 volgg. SINGOSAEI, zoon van Mangkoerat, VI. XCIX, 166, VIL 190 volg. Zijn plaats aan het hof, VI. 185, 191 volgg. Met Amangkoerat door de Makassaren verslagen, VI. cv, 204, VIL 137. In onderhandeling met Couper, VIL 102 volgg. Vlucht na den val van Mataram, VIL XXTI, 139, 148 volgg. Sterft, VII. L X , 213, 227. SINGOSAEI (Aria), opperbevelh. v. Troeno Djojo, sneuvelt,VII.LXXTI, 237. SINGOSAEI. Zie Praboedjoko.
SISEEO. Mossel over — , X. 247. S I T JA N A T A , regent van Landak, XL XEII volg., LXVII. SITJANEGAEA, regent van Soerabaja, X. LXIX, 321.
SITTEE (Nie. D E ) , opperkoopman, vaart naar L , II. 240. SKINNEE ( F E E D . ) , Engelsch agent te Bantam, VI. 7 2 , 74, 76. S L I E E , luitenant, gewond, VIL 391. SLINGEELAND ( J O H . ) , luitenant, te Bantam, IX. 126. SLOOT ( B E E T H . ) , luitenant, verovert Run, VI. 103.
SLOOT (JAN ALBEETSZ.), kapitein onder Speelman tegen Troeno Djojo, VI. cviii. Bij het sluiten van een contract met Amangkoerat, VIL 166. Hoofd van de bezetting van Samarang, VIL 196. Bezet Wattas, VIL 197. Te Tjelimbi, VIL 209, 213. Onder Tak naar Kediri etc., VIL L X T I , 220. Neemt Kadjohoran gevangen en laat hem dooden, VIL c i v , 2 2 , 3 3 , 271 volgg., 275. Tracht
SLOOT—SOEMADANG
107
Poeger met den Soesoehoenan te verzoenen, VIL O T I , 3 3 , 52. Verstrooit de bergvolken bij Mataram, VIL 307. Bij de inneming van Mataram, VIL 310. Naar Kadoe en Wates, VIL 311. Kommandeur , komt te Batavia terug, VIL 6 1 . Neemt deel aan de expeditie ter ondersteuning van Abdoel Kahar, VIL CLX volg., 66 volg., 381. Bevelhebber te Japara, VIII. L T I I , 2 3 . 36, 6 7 , 74. Overwint de opstandelingen onder Jonker, VIL X L T , 57 volg., 65 volg. Sterft, VIII. 83n. SLUYS (JAC. COEN. TAN D E E ) , opperkoopman, gezant naar Bantam, IX. 230n., 245. Resident te Djokjokarta, X. 369. SLUTTEE (L.) lid v. h. College v. Curatoren en Scholarchen, XL 313n. SMETSEE ' ) , resident te Samarang, VIII. 92. SMISSAERT (A. H.), lid van den Raad van justitie, XIII. 429. Pres. van het college van administratie der houtbosschen, XIII. 443. SMIT (AEN.) verkrijgt vergunning om handel te drijven naar het westen van L , X. 19. SMIT (OLAES RUTGEESSEN), schipper, vaart naar I . , III. 135.
SMIT (MATH.) , opperstuurman, vaart naar I . , II. 272. SMIT ( P I E T E E ) , partijgenoot van Praboedjoko, XI. 81.
SMITH (DAV. JOAN) , commissaris tot de zaken van den inlander. XI. 202. Raad van I . , XII. 131. Herziet het reglement op de vrije vaart. XII. 6 volgg. SMOUT ( H E N D E . A D E . ) , kapitein. IX.
249.
SNIETSEN >) ( A B U . ) , opperkoopman te Soerabaya. VIII. 60. SNOECK (DIECK) sluit vrede met Bantam. V. 278 volg. SOEDEBMA (Radhen) maakt aanspraak op het regentschap van Soemanap en Pamakasan. VIII. x x v n i volg., X L I X , LXXVIII volg., 27, 4 6 , 5 4 , 60 volg., 95 volg., 134, 270, 302. Vermoord. VIII. XCTI, 3 0 3 , 304n. Brief van — , VIII. 302. SOEKADANA voor het eerst door H. bezocht. III. 23. Door S. Bloemaert. III. 253 volgg. Door Mataram veroverd. IV. CXLTII, 2 6 6 , 289, 306 volg., 315. Door Bantam veroverd. VIII. 93 volg. Door Bantam aan de O. I. C. afgestaan, weigert haar gezag te erkennen. XI. XL, XLiii, x L v i n n . , 320. SOEKAPOEEA. Regeling van het bestuur in — , VIII. 169 volg., 276 volg. Armenault over —, XI. 189. A. C. Mom over — , XI. 331 volg. Gockinga over — , XII. 281 volg. SOEMADANG gedwongen Mataram te helpen. V. LXXVI volgg. Valt van Mataram af, wordt gestraft. V. x c i n volgg., 175, 186—190. Weder bevolkt. V. 253. Bantam tracht — te bemachtigen. VIL 1) SMETSEU en SNIETSEN waarschijnlijk wel dezelfde persoon. "Welke lezing
echter de juiste is, is mij onbekend.
108
SOEMADANG—SOERAPATI
oxx volgg., CXXTI volg., cxxxTi, 5 0 , 318, 319 volgg., 3 2 6 , 3 2 7 , 330, 334. Bantam ziet van zijne aanspraken af. VII. 341. Regeling van het bestuur in — , VIII. 166 volgg., 274 volg. Mossel over — , X. 260 volgg. Ingedeeld onder Batavia. XI. 5 2 , 202. Guitard over — , XII. 202. SOEMANAP. Zie Madoera.
SOEMANAPPBES zetten zich neer in het Panaroekansche. XI. xv, 90 volg. Tweede nederzetting van — aldaar. XII. XXT. SOEMBAWA. Beschrijving van — , III. 161. H. Jansz. Craen op - - . III. 183 volg. Door Bali bedreigd. XI. 91. SOENDA. Inbezitneming van de eilanden in Straat — , XIL i v , 1 8 3 volg., 441 volg. SOEEABAJA handelt heimelijk met Banda. IV. v u , 2 volg. W. Heuten gezant naar—, IV. CXLT, 205. Door Mataram veroverd. V. L X I X , 8 8 , 97 volg. Door Makassaren verwoest. VI. x c i u , c , 149, 194. Door Speelman veroverd. VIL x u , 117, 119, 120. Regeeringsmaatregelen van Speelman. VIL 127 volgg. Weder onder Troeno Djojo. VIL XLi, 169, 180. Door Couper heroverd. VIL X L T , 183In de macht van Poespita c. s. IX. n , 8. Afgestaan aan de O. I. C. IX. x c , 439. Regeling van het bestuur te — door van Imhoff. X. XLii volg., 89. Harting over — , X. 304, 333 volg. J. Vos over — , XI. 151 volgg. Van der Burgh over — , XI. 439 volg. Van der Niepoort over — , XII. 58 volgg. Siberg over — , XII. 110 volg. Plan van van Overstraten om te — en Samarang degeheele macht der 0. I. O samen te trekken. XII. 400 volgg. Opbrengsten 1791—1795. XII. 417 volgg. Van IJsseldijk over — , XII. 465 volgg., 480 volgg. Engelhard over — , XIII. 163--179. Verkoop van landen rondom — , XIII. 502. Toestand rondom - - bij de verovering van Java door de Engelschen. XIII. o x i , 547 volg. SOBEA DI LAOA (Aria), hoofd der peperplantages in Bantam. XI. 11. Rijksbestierder. XI. 50, 60, 377. SOEBADININGEAT , oom en opvolger van Tjakraningrat (Setjadiningrat). Zie Tjakradiningrat. SOBEA JOEDA, aanvoerder van een bende Baliërs en slaven. VIII. x i x , 193. SOEEAKABTA wordt residentie van den Soesoehoenan. X. x x x i u , 3 4 , 42, 54. Het rijk van — , zie Vorstenlanden. SOEEANGALOGO, bevelhebber van het Mataramsche leger vóór Batavia. V. LXXIX volg., 139, 141 volgg. Sneuvelt. V. 237. SOEEAPATI te Tjikalong door J. Ruys in dienst genomen. VIII. x i x , 166, 194. Afgezonden naar Pangeran Poerbaya. VIII. x x , 194. Vermoort eenige soldaten van den vaandrig van Kuffcler. VIII.
SOERAPATI—SOURY
109
xxi, 194. Houdt zich schuil. VIII. x x u . Vlucht naar Kartasoera. VIII. x x i i i , xxxiT volg., 3 , 194, 198 volgg. Zijn aanslag tegen Tak c. s. VIII. xxxTi volgg., 203 volgg. Trekt naar Pasoeroewan. VIII. x x x v i i i , LTi volg., 6 0 , 8 0 , 8 4 , 89 volgg. Verslaat een leger onder Sindhoredjo. VIII. L T I I . Onderneming van G. Knol tegen —, VIII. LxxxTi volgg., 125 volg., 290 volgg. Sterft. VIII. x c i , 125n., 301 volg. SOEBAPATI (Zonen van) krijgen van Adepati Anoem titel en grond. VIII. x c i . Trachten te vergeefs Soerabaja te bemachtigen. VIII. xciii volg. Uit Pasoeroewan verdreven. VIII. x c i v , 130. Overwonnen door Knol. VIII. c v n , 149. Nogmaals in opstand. VIII. cxL, IX. 82n., 87n., 91n., 114. Zie verder Bra/dm (Mas) en Praboedjoko. SOEEIADININGBAT , broeder en opvolger van Tjakraningrat I I I , zie Tjakraningrat IV. SOEEIA KOESOEMO, zie Mankocnegara.
SOEKONOTO (Toemenggoeng) regent van Demak. VIL 175. Naar Grobogan. VIL XLIV , 182. Onder Hurdt naar Kediri enz. VIL LXXI , LXxiT, 2 2 7 , 2 2 9 , 233, 236, 244. Terug te Soerabaja. VIL 254 volg., 262. Tegen Giri. VIL e n , 300, 303. Geleidt Tak naar Kartasoera. VIII. x x x v , 17. Trekt op tegen Soerapati. VIII. 53. SOESDIJK (VAN), resident te Cheribon. XI. 179.
SOBTA. Zie Tjakra Djassa. SOHIEES ( P I E T E E ) , kommandant te Tandjong-poera. IX. 392.
SOLDT (PAULUS T A N ) , opperkoopman, vaart naar I . , III. 27. Te Mazulipatnam. I I I . 40, 283 volgg. T e Bantam, Atjeh, aan de kust van Koromandel. I I I . 4 1 , 399. T e Bantam, op Amboina, Banda. III. 42. SOLLING ( G E E . L O D . ) , vaandrig, sneuvelt. IX. 30.
SON (JAN TAN) , koopman, belast met het bijhouden der treinboeken van de expeditie onder H. de Wilde. VIII. 238 volg. SONCK (MAET.), lid van den Raad van defensie. IV. c x x v i n . Raad van L , IV. 2 1 3 , 2 2 1 , 2 2 3 , 234, 2 5 3 , V. 24, 29. SONNENBEEGH (JAN DIECKSZ.) , ondei'stuurman, vaart naar I . , IL 226. Naar Amboina. II. 463. Gouverneur van het fort aldaar. II. 227, 237, III. 396. SOOLEMANS (Is.), toegevoegd aan den commissaris-generaal H . A . van Rheede. VIII. x u i , x v i . SOUET ( A N D E . ) ,
opperkoopman te Grissee. III. 395. IV. T U , 3n.,
14. Te Djambi. IV. XLH., 45. Komt tot ontzet te Jakatra aan. IV. 162. SOUET ( P I E T E E ) , koopman naar Bantam gezonden. V. 226, 240.
110
SPANHEMS—SPREE
SPANUBMS ( H E N B . SIVEETSEN) bij de verovering van Malakka. V. 246.
SPANIS (COEN.) vlucht uit Demak naar Bantam. II. 514. SPANJAEET (MABTEN J E L I S ) , schipper, vaart naar L , III. 3. SPECHT (DIDLOE) raad van justitie. V. 85.
SPECX (COEN.), kommies, vaart naar I . , II. 272. In Atjeh. II. 277, 278, III. 398. Gezant naar Siam. III. 24 volg., 8 8 , 397. SPECX (JACQUES) hoofd der faktorij in Japan. III. 86, 294, 297, 299 volgg., 398. Raad van L , IV. 249, 268, 274, V. 24, 2 9 , 8 7 . Komt uit N. weder in L , V. 155. Weigert met de rechters van zijn dochter aan het avondmaal te zitten. V. LXXXIV. Door den Raad van I. tot gou?, gen. verkozen. V. LXXXVIII volgg., 156. Zijne benoeming door bewindhebbers niet bekrachtigd. V. x c i , XCTI volg. Verdedigt intusschen Batavia. V. xci volgg. Terug naar N. V. 212. Brieven van — , V. 145, 187. SPECX (SAEA) door P. Jz. Cortenhoeff onteerd. V. LXXXII volgg.
SPEELMAN (COEN.) in Makassar. VI. x c i , 125,128. Opperbevelhebber der expeditie tegen Troeno Djojo. VI. c v u volgg., 166 volgg. Zijn instructie. VIL n volg. Zijn verrichtingen aan de oostkust. VIL iv—LTi, 73—207. Dir. gen., naar Batavia teruggeroepen. VIL Liv, 184. Zijn gevoelen om krachtig op te treden in de Mataramsche onlusten zegeviert. VIL L I X volgg. Hoofd der Boegineezen te Batavia. VII. cxxxvu. Onderhandelt met Bantamsche gezanten. VII. cxLT volg., 4 2 , 343 volgg. Gouv. gen. VIL CLVII, 64. Gebeurtenissen tijdens zijn regeering. VII. CLTII volgg., 3 7 9 - 3 9 3 . Sterft. VIL CLXix. Klachten over zijn slordig bestuur. VIII. u volgg., 13 volg. Brieven en andere geschriften van — , VIL 6 1 , 6 5 , 7 3 - - 7 9 , 93, 115—119, 120—130, 134—163, 169, 171—207. Contracten door - , gesloten. VIL 79, 163, 166. SPEULT (HEEM. VAN) gouv. van de Molukken. V. u . Handelingen tegenover de Engelschen op Ambon. V. T I — x x i x . Naar N. ontboden. V. xxxvi. Sterft. V. x x x v i u . SPIEGEL (JAC.) resident van Pekalongan. XI. 30.
SPILBEEGH (JOB.) Tocht van — naar Brazilië enz. I. 115. Zijn instructie. I. 230. Admiraal, vaart naar L , II. 272. Langs de westkust van Afrika. II. 273 volg. Op Ceylon. II. 275 volgg. In Atjeh. II. 277 volg., 111. 10. Naar Bantam en N. II. 278 volg., III. 20. Werkt de O. I. C. tegen. III. 127. Komt als kommandeur in I. in 1616. IV. 49. SPINDELEE (CHEISTOEPEL) reist naar het Noorden. I. 19. SPITSBEBGEN door W. Barendtz c. s. ontdekt. I. 23 volgg. SPEEE (VAN) majoor, hoofd van een leger van Amangkoerat IItegen Blitar. IX. x , 68.
L
SPRINCKEL—STOLLENBECKËR
H i
SPBINCKEL (VICTOE), opperkoopman te Patane. I I I . 8 4 , 88 volg., 247, 397. STALPAEET ( A B E . ) , koopman, vaart naar I . , II. 204n. STALPAEET ( A r a . ) , hoofd van het kantoor op Neira. II. 209, 2 2 8 , 397, 444. STALPAEET VAN DEE W I E L E (COBN.), fiskaal, vaart naar I . , I I . 261. STALPAEET VAN B E B W I E L E . Memorie van — , I I I . 148 volgg.
STAPPE (GUTLL. VAN BEE) , vaandrig, tot luitenant bevorderd. VII. 234. STAEINGH komt met een scheepsmaclit in I . , XII. x. Stelt zijne schepen ter beschikking van den gouv. van Java. XII. x n i , 209 volgg. STATEN-GENEEAAL. Invloed van de — op de oprichting der O. I. C , I. 131 volgg., 245 volgg. STEENBEEGEN, posthouder te Djember. XI. x x i n , 217. Naar NieuwGuinea. XII. 396. STEENHUYZEN ( J O H . CIIBISTOEEEL) , resident te Toelang Bawang. XI. 9 4 , 104. STEENMÜLDEE (JAN J A C ) , majoor, vervolgt Mas Sahid. X. LXXVIII, 232. Bij het sluiten van een contract met Hamangkoeboewana. X. 303. STEENSITA (ALB.) , drossaart der Bataviasche ommelanden. IX. 338. STELL (A. v. D.) raad van I. VIII. 242. STEPIIANI , assistent van de Militaire commissie. XII. 297 n. STEE (VAN B E E ) , resident in de Lampongs. XII. 2 3 . STEEOE ( A B B . ) , naar Djambi gezonden. IV. 33. STEEEENBEBG ( E L Z O ) , gezaghebber van Java's noord-oostkust, gezant naar Kartasoera. X. x x x n i , 34. Zijn dagboek van die reis. X. 41 volgg. Beoorloogt Tjakraningrat op Madoera. X. xxxvi volg., 49 volg. STEVIN (SIMON) geeft verslag van de bemoeiingen van R. Pietersz. en Plancius voor de lengtebepaling op zee. I. 85. S T E T L (JAC. SYMONSZ.) te Tegenapatnam. III. 399.
STEYNMETZ (NATH.) vertrekt met een leger naar de Oostkust tegen de Chineezen. IX. LXXIX, 379. Naar Kartasoera. IX. LXXXVI, 424. STEYNS (JEAN), baljuw te Batavia. IV. 222. Ontslagen. IV. 223. STIEL (CIIEISTOFPEL), vaandrig, sneuvelt. VIL LXXIV, 233.
STIEB (DAV. ANBE.) , commissaris tot de zaken van den inlander. IX. xLviii, L, 159. Ontslagen. IX. x x x n , 168. Sterft. IX. 190. STIEBMAN (JAC. ABEIAENSZ.) reist in Guyana. I. 54.
STOCKMAN (PIETEB) vaart naar I. in 1595. II. 188 n. In 1599 naar I., I I . 212. STOCKTJM (HENBB. VAN), raad van L , herziet het reglement op de vrije vaart. XII. 6 volgg. STOLCK ( A D E . CLEMENSZ.) , bevelhebber van Motir. I I I . 1 0 3 , 269, 396. STOLLHNBECKEB (JOANNES), predikant te Patani. I I I . 148,
STOPKEERB—SUIKER
112
STOPKEEBB, gezworen scriba in Cheribon. XII. 325. STEAALEN (VAN), luitenant bij de verovering van Giri. VIL 301. , STBAETEN (DANCKEBT VAN DEE) resident te Japara. VI. 105. Brieven van — , VI. 172 volgg. STEALENBOBEE ( F . C ) , resident te Soerakarta. XI. 170, 2 6 1 , 283, 308 n . , 400, 4 1 3 , XII. 1 , 3. STEOBANUS, advocaat-fiskaal te Batavia. V. x x n . STEOEBEL ( L ) , vaandrig te Batavia. XII. 364. STEBYCK ( W A E N E E JANSZ.) bevelhebber der bezetting te Samarang.
VIL 144, 196. Sneuvelt. VIL L I X , 214 volg. STETTYS ( J A N ) , luit. onder Cooper. VII. xciv. Kapt. bij de expeditie ter ondersteuning van Abdoel Kahar. VIL CLX volgg., 385 volgg. Voorloopig resident te Soerabaja. VIII. 2. Geleidt Poelandjieuwa en Soederma naar Batavia. VIII. 27. STEIJBOS ( G E E . ) op del Principe. I. 114.
STEIJCKEE ( A B B . ) , luitenant in het fort Jakatra. IV. 125. STEIJEN
(IIABMEN CLAESZ.),
gevolmachtigde
van
de
Bataviasche
burgerij om een adres van beklag in te dienen. VI. 20. STTTABT (W. M.) met Palm naar Pontianak. XI. XLVI. Naar Landak. X I . LXVII. STJCUTELEN ( H E E M . VAN), raad van L , IX. L I X , L X X V I , 3 0 3 , 3 6 7 ,
371, 397. SUCHTELEN (H. J. VAN), advocaat-fiskaal
in het proces Valkenier.
IX. xcix. SUCHTELEN (JAN VAN) secr. IX. 447. Resident te Bantam. X. 193. SUOHTELEN (VAN) resident te Grissee. X. 340. Resident te Cheribon. XI. 179. StiEEEEN ( B E ) , Bchout-bij-nacht van een Fransche vloot. XII. 3 6 , 38. SUIKEE. Aanvang van de kuituur van — te Batavia. V. 2 3 3 , 242. Vooruitgang daarvan. VI. i , 9 , 1 2 , 2 1 , 27. W. Versteghen over het benoodigde voor het ondernemen van een suikermolen. VI. x i n . De O. I. C. verkrijgt het monopolie van verkoop en uitvoer van — te Japara en omstreken. VIL xxxvi. Overzicht der suikerteelt en suikerindustrie 1637—1710. VIII. c x x v m volgg. J. van Hoorn o v e r __ VUL 136 volg. Rapport van Zwaardekroon en van Swoll 0 V e r _ , VIII. cxxx volg., 157 volgg. Suikercontract met Cheribon 1708. VIII. 324. Toestand der suikermolens aan Java's noordoostkust, 1719. IX. 35 volgg. Zwaardekroon's maatregelen omtrent den — , IX. x v i , 61 volgg., 73 volg., 80 volg. Van Imhoff over—, X. 129. Besluiten van 1766 omtrent den — , XI. 63 volgg. Ontwikkeling der suikercultuur onder den invloed van Nederburgh e. a. XII. xxix volgg., 344 volgg., 452 volg., 538 volgg. Wiese over—,
113
SUIKER—TAK
XIII. 73 volgg. Bloei der —cultuur in 1806. XIII. L , 113. Rapport van Chassé. XIII. 484 volgg. Besluit naar aanleiding van dit rapport genomen. XIII. 510 volg. SUMATBA. Oudste geschiedenis van — , II. 122 volgg. Wiese over — , XIII. 100. Zie verder Atjeh, Djambi enz. SUEATTE. Nederlandsche factorij gesticht te — , III. 34 volg. SUYEE (J. P I E T E E S Z . ) , koopman op Ternate. II. 2 4 3 , 479, I I I . 396. SWALISKEN (U.). IX.
240.
SWAET (COEN.), vice-admiraal van een vloot tegen de Engelschen. VIII. xxiii. Executeur van Speelman's nalatenschap. VIII. 13. SWEEES (SAL.) maakt zich meester van een schip met Mataramsche gezanten naar Mekka. V.*255. Raad van L , V. 270. Twist met van der Lijn. V. 2 7 1 , 273. SWELLENGBEBEL , gouverneur van de Kaap de Goede Hoop. IX. xciv, SWEEG ( S I G . ) , vaandrig onder H. de Wilde. VIII. 238. SWOLL (CHBISTOEFEL VAN) , raad van I . , VIII. c m , 242, 2 8 1 , 3 4 1 ,
353. Zijn rapport over de suikerkultuuf. VIII. 157' volgg. Advies omtrent Adepati Anoem. VIII. 235 volgg. Gouv. gen. IX. In, Zijn regeering. VIII. cxxxix volgg., IX. i volgg., 9—18, Sterft. IX. v i , 18. Brief van — , IX. 1. SYLVEEE (ANT.) bewijst hulp aan de gevangen Nederlanders te Bantam. IL 330 volgg. SYVEETS (MATHIJS) over het vinden van de lengte en breedte op zee. I. 8 4 , 169 volg. SYVEETS ( W O U T . ) in Guyana. I. 5 0 ,
156.
T. TAALBEECQ ( W I L L . ) , luit., gezailt naar de broeders van Amangkoerat. VIL 161. Onder Couper. VIL xciv. Overwint Kadjohoran. VII. 275. Brief van — , VII. 271. TABAK. Geschiktheid van den Oosthoek voor de teelt van — , XII. 552. Wiese over — , XIII. 84. TABJOEDIN (Pangeran), opperpriester van Bantam. VIII. 123. TAEY (SIM.) aan de Kust van Guinea. I. 37.
TAGAL onder bescherming der O. I. C. tegen Troeno Djojo. VI. 170, VIL i v , 75 volg. Harting over — , X. 3 0 6 , 351 volg. Van der Burgh over —, XI. 257, 420. Siberg over — , XII. 92 volg. Hoeveelheid der producten van — , 1791—1796. XII. 318 volgg. T A I L L E F E B T , raad van L , XI. 53.
T A K (FBANÇ.) verslaat een leger van Troeno Djojo bij Grobogan. VII. LXv, 216. Trekt uit Samarang op naar Oelogondeer. VIL 13
114
TAK—TERNATE
Lxvi, 217, 220 volgg. Vereenigt zich met Hurdt bij Grompol. VIL Lxviii volg., 224. Scheidt zich voor korten tijd van de hoofdmacht. VIL Lxx volg., 225 volgg. Aanvoerder van den linkervleugel. VII. L x x i i , 231. Redt het overschot van de brigade Westdorp, VIL LXXIV, 232 volg. Ontzet W. Bastincq. VIL LXXVII, 238. Bij het overtrekken van de Brantas. VIL LXXVIII, 242 volg. Bij de inneming van Kediri. VIL LXXIX volgg., 243 volgg. Naar Grissee. VII. 253. Terug naar Batavia. VIL 258. Neemt deel aan de expeditie ter ondersteuning van Abdoel Kahar. VIL CLXII volg., CLXvi, 67 volg., 383—393. Teekent een contract met Bantam. VII. 399. Als commissaris naar Cheribon en Kartasoera. VIII. v u , xxxiv volgg., 5 , 15 volgg., 201 volg. Zijn instructie. VIII. xxx volgg., 172 volgg. Gedood. VIII. x x x v i n , 16, 202 volgg. Brieven van — , VIL 384, 389, 392, TAKOMI of WILLEMSTAB op Ternate versterkt. III. 104, 331.
TAMBOEE (JAC.) , onrechtvaardig van zijn land beroofd. VI. 16. T A N B S C H O B , zie Gingir.
TANGBEANG, De rivier — grensscheiding tusschen Bantam en Batavia. VIL CLXix, 395. Een strook lands bewesten — aan de O. L C. afgestaan. X. XLIX, 126. Mossel over — , X. 243 volg. TAPPA (Kiai), hoofd der opstandelingen tegen de regentes van Bantam. X. L i , L V I I volg., 1 6 3 , 187, 193. TASMAN (ABEL JANSZ.) Instructie voor — , III. 42 volg.
TAYBA ( E S T . B E ) , Portug. bevelhebber op Mozambique. III. 74. T AYO loopt tot de Engelschen over. XIII. 21 volgg. TEEKMAN (J. C ) .
X. 6 1 .
TEGENAPATNAM. Faktorij te — , III. 76 volgg., 339 volg., 345 volgg. TELAGA. Gockinga over — , XII. 281. TENGA (Radhen), broeder van Mas Giri. VIL c m . TEENATE. Oudste geschiedenis van — , IL 167 volgg., 175 volgg. Kantoor gesticht op — , II. 208, 378, 381 volgg. J. van Neck op — , II. 241 volg., 478 volg. Door de Spanjaarden bezet. III. 37, 6 5 , 67. Strijd met de Spanjaarden op — , III. 55 volgg., 228 volgg. Verbond met — , III. 57, 226 volg. Advies van Matelief omtrent — , III. 236 volgg., 240 volgg. Verrichtingen van F . Wittert en S J z . Hoen op — , I I I . 103 volg., 317 volg., 324 volgg., 328 volgg. De koning van —vermoordt zijn vrouw, gevolgen daarvan. III. 107. Samenzwering op — , IV. LVII. Opstand tijdens gouv.-gen. C. Reiniersz. VI. XLIV. Regeling van de vaart naar — , X. 2 3 , 224Onverdedigbaar geacht tegen de Engelschen. XII. 399. Wiese over — , XIII.' 101 volgg., 297. Maatregelen van Daendels omtrent — > XIII. 406 volgg.
TERSMITTEN—TIN
115
TEESMITTBN ( W I L L . ) , resident te Cheribon. IX. 85. Gezaghebber aan Java's oostkust. IX. 119 volgg., 129 volgg., 139volg., 146volgg., 154 volg. Naar N. terug. IX. 172n. T E S S E I B B ( A N D B . ) , heemraad, dient een adres in bij de flooge regeering. XII. L I I , 364n. T E S S I E (D.), translateur. X. 285.
T E T S ( A B N . VAN), resident van Cheribon. IX. u n . Gezaghebber te Bantam. IX. 84n. T E T S (A. A. V A N ) , commissaris in de Jakatrasche bovenlanden. XI. 62, 6 7 , 68. TEUNIS ( E V E E T ) , stuurman, vaart naar L , II. 204. T B X E I E A DE MATTOS ( E S T . ) , Portugeesch admiraal overwonnen bij
Djohor. III. 17 volg. TEYLINGEN (J. VAN), raad van I . , VI. 18.
THBDENS (JOH.), raad van L , IX. xxx*ti, 1 7 1 , 200, 246. Houding tijdens den opstand der Chineezen en de twisten tusschen Valckenier en van Imhoff. IX. LV volgg., 294, 303, 376volgg. Tijdelijk gouv.-gen. IX. 396 volg. Brieven van — , IX. 393, 406, 410, 420, 422. , T H E E . Voor het eerst gewag gemaakt van — als uitvoerartikel. VI. 107. Herleving van den theehandel. IX. x v i volg., 74 volg., 7 8 ^ volg., 138. THEELEN (JAN PIETEESZ.), korten tijd bevelhebber der bezetting te Bantam. VIII. 128. THELING (JAN H E E M . ) , oud-opperkoopman, met Verijssel naar de Oostkust. IX. Lxxxii, 3 9 1 , 399, 4 3 3 , 447. Raad van L , X. 134. THEOBOBUS ( P E T B U S ) . Zie
THEUNEMANS ( A B B . ) ,
Keyser.
lid van den Raad van I. en
fiskaal-generaal.
IV. i n . Directeur der faktorij te Jakatra. IV. x volg., 10, 13. THEUNISZ. (RUTGEB), schipper, vaart naar L , III. 73. T H I M (J. IL), voorloopig bevelhebber te Japara. VIII. X L , 1 8 , 23. THOMASSEN vaart naar I . , I I , 212. THOMSON (EM.), betrokken in de samenzwering op Ambon.V. x n volgg. THONISSEN ( P E T E B ) , bootmansmaat, sterft. III. 203.
THOBNTON (AUG.) , oud-schepen, bevestigt de tijdingen omtrent het samenspannen der Chineezen. IX. L I V , 296 volg. T I D O E E door de H. bezet. III. 36, 188 volgg. Weder in het bezit der Spanjaarden. III. 3 7 , 5 3 , 5 5 , 65. Korten tijd door S. Jz. Hoen geblokkeerd. III. 105. Door P. Both veroverd. IV. v i . TIMMEELINGS, luitenant onder Tak in Bantam. VIL 391. T I M O B . Beschrijving van — , III. 161 volg. Door Greeving op de Engelschen heroverd. XIII. 107. Wiese over — , XIII. 298. T I N . Voor 't eerst van tin als uitvoerartikel gewag gemaakt. VI. 106,107n.
116
TINGALL- T J A K R A N I N G R A T
TINGALL (Nockhoda) over de ontdekking van Nieuw-Guinea. III. 44. T I B E P O P L I B . Kantoor te — , III. 136, 340, 345 volgg. TiBTAJASA (AGENG), zie Bantam. TIETANAGAEA gevangen genomen en verbannen. XL xvi volg., 81n. TISNA NAGAEA rijksbestierder van Bantam. XL 6 volgg. TISSON , boekhouder, doet onderzoek naar den toestand der koffieen peperplantages in de Jakatrasche bovenlanden. XI. 62. T I T S I N G H , volgens Nederburgh de eenige eerlijke raad van L XII. xLvni n. TJAKEABININGEAT I , vroeger SOEEABININGBAT en SETJABININGEAT
oudste zoon van Tjakraningrat IV. IX. 274 volg. Regent van Sidajoe. IX. xLiii, 280, 287 volgg., 387, 3 9 1 , X. x x x v n , 5 1 . Regent van West-Madoera. X. x x x v m , 52 volg., 57 volgg., 8 5 , 336 volgg. Bedwingt een opstand op Madoera. X. L X V I I , 177, 184. Trekt mede op tegen Mangkoeboemi c. s. X. LXX , 196. Wedono over de landen tusschen Grissee en Lasem, over Japara, Koedoes enz. X. Lxxix, 317, 376 volgg. Van Ossenberch over — , XI. 26 volgg. Sterft. XI. Li, 118, 125, 133. TJAKEABININGEAT , vroeger SOEEABININGEAT , bij den dood zijns vaders voorbijgegaan. XI. 119 volgg. Panembahan van Madoera na den dood zijns neefs. XI. 3 9 3 , 440 volgg. T J A K E A B J A J A , zie Danocredjo. T J A K E A D J ASSA (Toemenggoeng) hoofd v. opstandelingen. VIII. X L I I I , 4 1 .
T J A K E A NEGABA schoonzoon en opvolger van Poelandjieuwa. VIII. L x x v m volg., 95,268 volg. Opgevolgd door zijn zoon. VIII. LXXIX , x c v i , 155, 269 volgg. TJAKEANBGABA , zoon van Tjakraningrat I I , zie Tjakraningrat UI. TJAKBANINGEAT I of PEASBNA (Pangeran) regent van Sampang. VI. x o n i volg. TJAKBANINGEAT II of SAMPANG (Pangeran) zoon van den vorige. VI. xciv. Kiest de zijde van Troeno Djojo. VIL x x v , 138 volg. Eerste rijksraad en regent van Madoera. VIL LXXXV volg., c v , 29, 3 9 , 5 3 , 249 volgg., 254, 258 volgg., 262, 2 7 1 , 283. Poogt zijn gebied op Madoera uit te breiden. VIII. x x v m volg., XLIX, LXXIII, 1 , 26 volg., 96. Door Soerapati te Kartasoera teruggedreven. VIII. xxxv volg., 198 volgg. Neemt deel aan de expeditie tegen Soerapati. VIII. Lxxxvii volgg., 292 volgg. Sterft. VIII. x c v n , 309. TJAKBANINGEAT I I I , vroeger TJAKEANAGAEA , ontvangt slechts een deel van het gebied zijns vaders. VIII. x c v n , 155, 310. Verzet zich tegen den Soesoehoenan. VIII. CXL volg., IX. i volg., 2 , 8. Stelt zich onder bescherming der 0 . L C. IX. n volg., 9 volg. Zijn dood. IX. i v , 10,
TJAKRANINGRAT—TORRES.
117
TJAKBANINGEAT I V , vroeger SOEEIADININGEAT, broeder en opvolger van den vorige. IX. m volg., 10, 1 3 , 1 7 , 2 8 , 4 1 . Huwt met een zuster van Pakoeboewana I I . IX. x x v i , 87 n , 9 0 n , 113. Zijn verhouding tot Mataram en de O. I. C., IX. x x v n volgg., 129 volg., 139, 146 volgg., 154 volg., 173 volgg., 187 volg., 226 volg., 274 volg., 287 volgg. Helpt de 0 . I. C. tegen de Chineezen en den Soesoehoenan. IX. LXXXI volgg., 388 volgg., 4 0 5 , 407. Neemt Kartasoera in. IX. LXXXVI , 420 volgg. Geeft op verlangen der O. I. C. deze plaats weer aan den Soesoehoenan terug. IX. 422 volgg. Wegens zijn heerschzucht door de O. I. C. gewantrouwd. IX. LXXXVI , 410, 427, X. 36 volgg. Oorlog met — , X. xxxiv volgg., 48 volgg. Zijn verhoor. X. 71 volgg. Verbannen. X. x x x v m , 61 n. TJAKBANINGEAT, kleinzoon van Tjakradiningrat I , zie Setjadiningral. TJENGKALSEWOE. Hartingh over — , X. 305, 343. Van der Burgh over — , XI. 432. Siberg over — , XII. 104. T J E E I B O N , zie Cheribon. T J I A M I E S , zie Gaine.
TJIANDJOE. Mossel over — , X. 245. Guitard over — , XII. 203 volgg. T J I A S E K . Mossel over — , X. 260 volgg. Door zeeroovers geteisterd. XII. x x i i i , 444. TJIBLAGOENG. Mossel over — , X. 246. TJIKALOÜG. Mossel over — , X. 246. TJILEBOET. Mossel over —, X. 246. T J I L I N G S I . Mossel over — , X. 246. TJIMAPAE. Mossel over — , X. 246. TJIPAMINGKIS. Mossel over — , X. 247. T J I T E A P . Mossel over —, X. 246. TJOTTEK. Engelhard over — , XIII. 191 volgg. T O B A M P E L , zie Ampel.
TOBBAN voor het eerst door H. bezocht. II. 206, 404 volgg., 450. In oorlog met Bandjermasin. IV. 29. Van Imhoff over - , X. 90 volg. Hartingh over — , X. 304, 340 volg. Van der Burgh over — , XI. 435. Siberg over —, XII. 106 volg. TOELANG BAWANG, zie Lampongs. TOMAS ( A B . ) , raad van L , IV. 223.
TONKIN. Geschiedenis van — , II. 97 volg. TONNEMAN (HANS H U B E . ) , kapitein, vaart naar I . , II. 2 5 3 , 484,
496. Sterft, II. 525. TONNEMAN ( W I L L E M PIETBESZ.) in Siam. III. 8 8 , 397.
ToERES (Luis VAEZ BE) vindt den doortocht tusschen NieuwGuinea en Nieuw-Holland. III. 45,
118
TOUTLEMONDE—TWISCH
TOUTLEMONBE resident te Djawana (?), X. 92. TOUTLEMONDE (J. B.) teekent een contract met Pakoeboewana. IX. 447. TOUTLEMONDE (BALTH.), opperhoofd van Soerakarta, tegenwoordig bij den afstand van Mataram aan de O. I. C., X. 160, 162. Door een leger van Mas Sahid ingesloten. X. LXVI, 181. Vertrekt naar naar N ; X. 192. TOWBESON (GABB.), hoofd der Engelschen op Ambon. V. vi volgg. T E E M P E B (LOD.) , vaandrig, naar Pekalongan. VIII. 253. Te Kartasoera. VIII. 120, 257 volg. TEIGLANB ontwerpt een kerkordening voor I . , VI. x x x . TEINCONOMALE door de Engelschen veroverd. XII. 37. Door de Franschen heroverd. XII. 36. TEOENO DJOJO of MADOEEATNA (Panembahan). Zijn afkomst. VI.
xciii volg., VII. 92 volg. Verbonden met Galesoeng. VI. x c m volgg., 167. Brengt talrijke troepen uit Madoera naar Java. V I . e n , 199. Galesoeng voegt zich bij — op Madoera. VI. c m . Verslaat Amangkoerat. VI. c v , 169, 204. Meester van de oostkust. VI. cvi volgg., 168 volgg., 205 volgg. Zendt gezanten naar Cheribon. VII. i v , 74. Speelman in onderhandeling met — , VIL v i , 83 volgg. In onmin met Galesoeng. VIL v u , 8 7 , 89 volg., 135. Couper e. a. naar —, VII. i x volgg., 115—118. Vlucht na den val van Soerabaja naar Kediri. VIL x n , 117, 121. Nieuwe onderhandeling met — , VIL XVIII volg., 135 volg. Ontvangt de Mataramsche rijkssieraden. VIL x x v i n , 138. Weder meester van Soerabaja enz. VIL X L I , 169, 176 volgg. 2 1 5 , volgg. Verzoening en vernieuwde twist met Galesoeng. VIL XLIV , 169, 181. Trekt naar Kediri terug. VIL XLIV volg., 316. In verstandhouding met Bantam. VII.xLviii volg., 316. Verzoend met Galesoeng. VIL LXXVII, 243. Hurdt trekt op tegen — te Kediri. VIL LXXIX volg., 244 volg. Ontvlucht. VIL LXXXI, 246. Houdt stand in het zuid-oosten van Java. VIL LXXXVI , 28, 2 5 0 , 2 5 5 , 2 7 8 , 280. Laatste tochten tegen —, VIL xcvi volgg., 285—295. Door Amangkoerat vermoord. VII. xcviii volg., 282, 295 volg. TBOMPEET (JOAN), afgezant naar Bantam, VI. 56. TEOPONEGEO,kommandant van Pasoeroewan. XI. v. VerovertLamadjang, Malang en Antang. XI. ix volgg. TBUTTMAN ( J O H . ) , gezant naar Mataram. VI. L V I I I , 68.
TSI-AMPA. Geschiedenis van —, II. 95 volg. Matelief in - , III. 58 volgg. TSJ zie Tj TULLEKEN VAN HOOGENHOUCK (AMBE. P I E T E B ) , resident van Peka-
longan. XI. 422. T W I S C H ( R E Y N . PIETEBSZ. VAN) zie
Pietersz.
UFFELEN—VEER
119
U. UEFELEN ( A B B . VAN) deelt aan Coen de plannen der Engelschen mede. IV. 123. Komt met een brief uit Bantam te Jakatra. IV. 151 volg., 174. Schepen van Batavia. IV. 223 volg. Raad van justitie. IV. 226. UEEELET ( N I C ) , hoofd der Engelsche loge te Jakatra, aanlegger eener samenzwering tegen de N . , IV. XLVII. ULIASEB-BILANDBN. II.
170.
UMBGEOVE ( J O H . L U B B . ) , resident te Tagal. XII. 9 2 , 239. Resident van Cheribon. Brieven van — , XII. 3 2 3 , 391. UNO (Kiai Mas), aanzienlijke in Balamboeang. XL v u , xiv volg., 7 3 , 78 volg.,. 88n. UssELiNcx ( W I L L . ) . Zijn levensloop en invloed op de vaart naar W. I . , I. 41 volgg. Ter wille van de vaart op I. tegen het bestand met Spanje. III. 111 volg. UTTBNENDE ( J A C ) , koopman, vaart naar L , II. 204n. Sterft.II.398. UYT DEN D I J C K ( J A C ) , kommies, vaart naar L , II. 203.
V. VAILLANT (J. O.), lid der militaire commissie. Brief v a n — , XII. 297. VALCKENIEB (ADB.) , raad van I . , IX. 200, 246. Gouv.-gen. IX. XLI.
Begin zijner twisten met van Imhoff. IX. XLV.I volg., 312 volgg. Veroordeeld tot schadevergoeding aan de O. I. C. IX. Î41 volg., 293 volgg. Maatregelen tegen de Chineezen. IX. n u volgg., LXXVII volgg., 295 volgg., 372 volgg. Vervolg der twisten met, gevangenneming van van Imhoff c. s. IX. LX'XV volg., 341 volgg., 360 volgg. Treedt af. IX. LXXXII, 393 volgg. Proces en dood. IX. xci volgg. Brieven van — , IX. 272, 278, 2 8 7 , 2 9 3 , 2 9 5 , 3 1 2 , 3 2 8 , 3 4 1 , 3 7 2 . VALE (AEENOUT D E ) , koopman, vaart naar L , III. 4. V A L E (AMELIS D E ) , zie
Vallé.
VALENTIJN, veldprediker bij het leger van Cnoll tegen Soerapati. VIII. xom., 126. VALLÉ (AMELIS D E ) , resident te Japara. VI. 112. Sterft. VI. 185. Brieven van — , VI. 181 volgg. VASLIN, handelsagent te Alexandrie. XII. v i n , v u . VEEN (ADB.) maakt gebulte kaarten. I. 79 volgg., 171 volgg. Vaart als onderkommies naar L , II. 204. Op Lonthor. II. 209, 2 2 8 , 2 6 4 , 377, 435 volgg., 453 volg., 463 volg., III. 397. Brief van — , II. 465. V E E E (GEEBIT D E ) . Journaal van — , I. 23 volgg.
120
VEKEN—VERIJSSEL
VEKEN (HANS VAN D E E ) zendt schepen naar W. L , I. 4 7 , 53. Naar de westkust van Afrika. I. 52. Laat een reis ondernemen rondom de wereld. I. 122 volg.. 239 volgg. Verhaal van die reis. II. 218 volgg. VELAEE (JACQUES BE) handelt op Guinea. I. 38. Bewindhebber van verschillende Compagniën. I. 103, 1 0 7 , 218. VELDE ( P I E T E B VAN D E E ) , commissaris tot de zaken van den inlander. X. 109, 155. Gezant naar Bantam. X. 115. VELDEMUIS ( D I B C K ) , reist naar de kust van Guinea. I. 37. VELSE (JAN VAN), opperkoopman te Bantam. VIII. 1 1 1 , 122. VELSEN (JOH. VAN), kapitein, vertrekt naar Bantam. IX. 284. Kommandant te Kartasoera. IX. 374, 383 volgg. Vermoord. IX. LXXX volg., 387. Oordeel over zijn gedrag. X. 362. VENANT (GILLES), koopman .en oud-schepen te Batavia. V. 57. VENDEBE (COBN. VAN D E ) , koopman, vaart naar L , II. 230. VENNE (COBNELIS VAN D E ) , schipper, vaart naar L , III. 4. VBEBUECH ( N I C ) , raad van I . , V I . 18. Vertrekt n a a r N . , VI. 147. VEEDOEL (JAN) op Neira. II. 444.
VEEHAGBN ( A L B . ) , kommies, vaart naar I., II. 204. VEEHAGEN ( W I L L E M ) , koopman, vaart naar L , II. 261. V E E H O E I T ( P I E T E E WILLBMSZ.) , admiraal, vaart naar I . , III. 73 volg.
Zijn instructies. III. 71 volg., 95. Voor Mozambique. III. 74. Aan de kust van Malabar. III. 34n., 75 volg., 7 8 , 276, 278 volg. In de straat van Malakka. III. 78 volgg. Ontvangt nieuwe instructies. III. 82 volg., 91 volg., 307 volgg. Te Bantam. III. 8 2 , 91 volg. Op de Banda-eilanden. III. 94 volgg. Wordt vermoord. III. 98. Brief van — , III. 276. VEEHUÊLL (0. A.), belast met het onderzoek naar de strijdkrachten der O. I. C. XII. XLIX. Brief van — , XII. 297.
VEEHULST ( A B B . ) , gevangene te Mataram, ontvlucht. V. 228. VEEMEEB ( T H . ) , pred. te Batavia. XI. 313n.
VEESCHOOE (JAN WILLEMSZ.), opperkoopman, vaart naar L , III. 27. Hoofd der loge te Bantam. III. 3 5 , 42 volg., 4 5 , 148, 206, 2 4 5 , 395. Wordt vervangen. III. 54. Gezant naar Bantam. V. 106. VEESCHUUE, raad van L , IX. 163. VEESLUYS ( S T E P H . ) , gouverneur van Ceylon. IX. x x x , 169, 200. VEESPBEBT ( A B E . ) , gezant naar Mataram. VI. L X V I I , 113 volgg.,
176 volgg. VEESTEGHEN ( W I L L E M ) . Advies over vrijhandel enz. VI. x i i volgg. VEBSTEEEPEN ( H A N S ) in Japan. III.
86,
300,
398.
V E E W E B , vaandrig, sneuvelt. VII. 391. V E E U S S E L (HUGO), ontvanger-generaal, als expres-commissaris naar
121
VERTJSSEL—VLIET.
de oostkust. IX. LXXXII volgg., 3 9 1 , 399 volgg., 406 volgg., 410 volgg., 433 volgg. Vruchtelooze onderhandeling met Tjakraningrat IV. X. xxxv volg., 37 volg. Beoorloogt hem. X. x x x v n , 50 volgg. Stelt Soeradiningrat als regent van Madoera aan. X. 57 volgg. Raad van I . , X. 114, 134. VIANEN ( G I J S B E . VAN) op Amboina. III. 396.
VICQ (DAV. D E ) , secretaris van een gezantschap naar Bantam. VIL 353. VIËKA (FBANCISCO) , door de Holl. gevangen genomen, ontvlucht. VI. 47. VIEEAVOND ( F E E D . JUECJ.), vaandrig. IX. 298.
VILLEEOY ( D E ) , Fransch minister. Brieven van — III. 123 volg. VINK ( J U S T . ) , drossaart, geeft aan den gouv.-gen. bericht van het samenspannen der Chineezen. IX. L I V , 2 9 7 , 302. VISSCHEE (BAETII.), kommandeur. Maatregelen v a n — tegen de Chineezen. IX. LXXVII, 372 volgg. Teruggeroepen naar Batavia. IX. Lxxix, 377 volg. VISSCHEE (COEN. D E ) , kapitein onder H. de Wilde. VIII. 238. VISSCHEE (FEANS JACOBSZ.). Instructie , I I I . 42 volg. VISSCHEE (MAETEN JANSSEN VOGEL, alias). Het schip van — door
Bantam geplunderd. V. 2 3 1 , 235. VISSCHEE (Nie. DE) wordt vermoord op Neira. III. 98. VISSCHEE, bevelhebber te Soerabaya. IX. 275, 289 volg. VIVEEE ( O I I V I R E DE), vice-admiraal, vaart n a a r l . , III. 48. In Atjeh. III. 50 volg., 223 volgg. T e Bantam; sterft op de terugtocht naar Nederland. I I I . 52. VLACQ ( P I E T E E ) , raad van L , V. 8 4 , 87. Bekrachtigt het vonnis over P. Jz. Cortenhoeff. V. LXXXIII. Aan het sterfbed van Coen. V. LXXXVII volg., 154. Terug naar N. V. 214. ViiAMiN&H ( A E N . D E ) , raad van L , VI. 18. VLEK (HAEM.) , kapitein over een leger tegen de opstandelingen onder Poespito. IX. 1 1 , 16. VLBTSHOUWEE ( T H I J S C Z . ) , secr. van den raad van I . , IV. 222 volgg. V L I E T ( J E E . VAN) , treinmeester van het leger naar Kediri. VIL 222 volgg. Bij het overtrekken van de Brantas. VII. LXXVIII, 241 volg. Aanvoerder van de achterhoede. VIL 244. Trekt op tegen de Makassaren. VII. xc volg., 266—269. Tijdelijk opperbevelhebber na Poolmans's- dood. VIL x c n , xciv, 2 3 , 269. Met Couper tegen Galesoeng en Troeno Djojo. VIL xcvi, 3 5 , 279 volg. Verdelgt de overgebleven Makassaieu. VIL 296 volg. Biedt namens de 0 . I. C. aan Amangkoerat een geschenk aan. VIL 304 volg. Naar Soerabaja Balamboeang en Madoera. VIII. x x v n volg., 1 volg. Naar Kartasoera. VIII. xxix volgg., 5 , 201. Sneuvelt aldaar. VIII. x x x v m , 17, 204. Brief van - , VII. 269. 14
122
VLIET—VORSTENLANDEN
VLIET (VAN), treinmeester van de onderneming tegen Poespita c. s. IX. 11. VLIETH (JEEBM. VAN) verslaat de Mataramsche vloot. V. 257. VLISSINGEN ( L A U E . FBANSZ. V A N ) , zie
Fransz.
VLOOTS, hoofd eener faktorij te Bantam. II. 2 3 8 , III. 395. VOOEL ( P H I L . ) als kapitein naar Soerabaya. IX. 55. VOGEL , zie Visscher.
VOGELAEE (MELCH. D E ) , koopman, vaart naar I., II. 230. VOGELNESTJES. Van der Burgh over—, XI. 474 volgg. Wiese over — , XIII. 84 volg. VOLSCH ( B A E . ) , resident te Japara. VI. 3 1 .
VONK ( D I E K ) , luitenant, vertrekt naar Kartasoera. VIII. xxxv, 198 volgg. Sneuvelt aldaar. VIII. x x x v i n , 17. VOOE-INDIË. Geschiedenis v a n — , IL 1 volgg. VOOET ( W I L L E M
VAN DISE), gouverneur van Banda. III. 339, 397.
VoESTENLANDEN (Voor de geschiedenis van de — vóór 1755 zie men Mataram.) Contract met AMANGKOEBOEWANA. X. LXXIII volgg., 286 volgg., 298 volgg., 374 volg. Hartingh over de —, X. 307 volgg. Einde van den oorlog met Mankoenegara. X. LXXVI volgg., 314 volgg. In rust. X. 320. Harting over — , X. 360 volgg. Onlusten verwekt door Wira Midja, veeleischendheid van den Sultan. X. 385 volgg. Nieuwe twisten van den Sultan met Mangkoenegara en den Soesoehoenan. X. 394 volg., XI. xxxvi volg., 17 volg., 46 volg., 5 5 , 82. Van Ossenberch over — , XI. 31 volgg. Invallen der zonen van Abdoel Kadir. XI. 45. De vorsten steunen de O. I. C. bij de verovering van Malang enz. XI. x volg., x i n , 7 1 , 82. Nadere grensregeling tusschen de — , XI. 8 3 , 123, 130 volg. J. Vos over de — , XI. 167 volgg. Geheim besluit tot regeling van de opvolging in de — , XI. x x x v i volg., 236, 308n. Eindverdeeling der — , XI. L U I volgg., 259 volgg. Verdere berichten over de — tijdens gouv. gen. van der Parra. XI. 44 volgg., 74, 9 2 , 234 volgg., 246, 272 volg. De — tijdens gouv.-gen. van Riemsdijk en de Klerk. XI. 283 volg., 286 volg., 307 volg., 348 volg., 391 volg. Groote vermeerdering der bevolking in de — , XI. LXXVIII. Van der Burgh over de — , XI. 396 volgg. De vorsten bereid een leger uit te rusten tegen de Engelschen. XII. 1 volgg. Siberg over d e — , XII. 82 volgg. PAKOEBOEWANA III sterft, de Sultan tracht diens gebied te bemachtigen, PAKOEBOEWANA IV wordt Keizer. XII. x volg., 133 volgg., 145' volgg., 151 volgg., 161 volgg. Diens slechte gezindheid jegens de O. I. C. XII. x i volgg., 165 volgg., 209 volgg. Zeer gespannen verhouding tusschen den Sultan en Mankoenegara. XII. X I I volgg., 189 volg., 191 volgg., 209 volgg.
V O R S T E N L A N D E N — VRIJHANDEL
123
Moeielijkheden bij den dood van AMANGKOEBOEWANA I., AMANKOE-
BOEWANA II wordt Sultan. XII. x x x i v , 242 volgg., 304. Van een nieuwe verdeeling der — komt niets. XII. xxxvi volg., 259 volg., 274 volg. Verdere berichten over de — tijdens gouv.-gen. Alting. XI. 492 volgg., XII. 9 volg., 24 volg., 4 4 , 64 volg., 124 volg., 160 volgg., 180 volg., 232 volgg., 311 volgg., 318 volgg. Dood van Mankoenegara. XII. x x x v i , 4 1 3 , 435. Verdere berichten over de — tijdens gouv.-gen. van Overstraten. XII. 409 volgg., 433 volgg., 454 volg., 560 volg. Van Overstraten's maatregelen. XIII. x i i i volg. Gereed om de Regeering te hulp te komen. XIII. x i v volg., x x x v i i , 259 volg. Engelhard over de — ; gebeurtenissen 1801—1803. XIII. x x x v i i volgg., 118 volgg., 257. Onlusten in Djokjokarta verwekt door Raden Rongo Prawiro Dirdjo. XIII. c x n volgg., 528 volgg., 537 volgg. Contract met den Soesoehoenan van 1811. XIII. 534 volgg. Janssens over de — , XIII. 541 volg. Verraad van den Sultan. XIII. c x x x i x , 548. Vos ( J A N ) , gezant naar Mataram. V. LXVII volg., 40 volgg. Vos (JOH.) , secretaris van schepenen van Batavia. X. 383. Gouv. van Java's noord-oostkust. XI. i v volgg., x i n , 2 2 , 46 volg., 55 volgg., 71 volgg., 8 8 , 90, 99 volgg., 119 volgg., 129 volgg., 199, 201. Memorie voor zijn opvolger. XI. 137 volgg. Gerepatrieerd. XI. 219. Brieven van — , XI. 7 7 , 8 3 , 122. Vos (P. D E ) , raad van L , VIII. o m , 153, 2 8 1 , 3 4 1 , 353. Doet verslag aan de bewindhebbers aangaande de koffiekultuur. VIII. cxxxvii. VOSBEEG, directeur te Soeratte. VIII. 63. V E I E S ( G E E E I T DIUCKSZ. DE) zendt een schip naar Guyana. I. 54. VEIJHANDEL EN VEIJE VAAET. Coen's denkbeelden omtrent — ,
V. L volgg., 1 - 1 8 . Zijn denkbeelden verworpen. V. LVI volgg., 22. De bewindhebbers gunstiger gestemd voor — , VI. iv volgg., 1 volg. Adviezen van C. Reiniersz., J. Maetsuycker e. a. aangaande — , VI. v i volgg. Door de bewindhebbers niet goedgekeurd. VI. xxiv volgg. De bewindhebbers weder gunstiger gestemd voor — , VI. Lxxi volgg. Komen echter weder daarvan terug. VI. LXXIII. Maetsuycker en P. van Hoorn over — , VI. LXXVIII volgg., 130 volgg. De bewindhebbers stellen een reglement op tot wering van — , VI. LXXXIII volgg., 160 volgg. Rijkl. van Goens tegen — , VIL 12 volgg. Betrekkelijke — door van Imhoff voorgestaan en ingevoerd. X. iv volg., v i , x n , xix volgg., 18 volgg., 40 volg., 70, 98 volgg., 111 volgg., 146 volg. Door Mossel grootendeels weder verboden. X. LXIII volg., 211 volg., 223—227, 235 volg. Ordonnantie van 1771 en 1776. XI. 205 volgg., 261 volgg. Her-
VUYST—WARGA DI RADJA
124
ziening van het reglement op — onder gouv.-gen. Alting. XII. 6 volgg., 13 volg. VUTST ( P E T E E ) , raad van I . , IX. 110. Gouverneur van Ceylon. IX. x x x , 156, 192, 200n. VÜXSTMAN ( H E N D E . ) , kapitein, sterft. IX. 54.
w. W A A L S , advocaat-fiskaal in het proces Valkenier. IX. xcix. WAELEN ( J A N ) , assistent te Bantam. III. 2 1 . W A E E T ( J A C P I E T E E S Z . D E ) , mede-oprichter van de Zeeuwschecom-
pagnie. I. 117, 119. Brief van — , II. 491. WAGENAEE (ZACH.), gezant naar Mataram. VI. L X V I I , 108 volg.
WAGENSVELD vernielt een voorraad rijst bestemd voor het Mataramsche leger. V. LXXXVI, 150. Gezant naar Japara. V. c v n i , 192. WAGEOE-MISOOL-AECHIPEL. Vroegste betrekkingen met — , III. 105, 335 volgg. WAGHENAAE (LUC. JANSZ.) vervaardigt zeekaarten. 1.70, 162—165. WAHHABITEN. XII. xxii.
WALDECK stelt een adres van vertrouwen in de Hooge regeering op. XII. 383n. Secretaris der Hooge commissie. XII. 386. WALBEEK (P.), resident in Cheribon. XIII. 236. Als commissaris aldaar. XIII. XLIII. WALICHSZ. ( J A N ) , schipper, vaart naar L , I I I . 73. WALicnsz. ( P I E T E E ) , onderkoopman, vaart naar I . , II. 240. Hoofd der faktorij te Patani. II. 245, 397. Naar Siam. III. 19. Brief van — , II. 477 volgg. W A L L E (EENST VAN DE) doet een tocht naar het Noorden. I. 28 volg. W A L L E (JAN VAN DE) reist naar Moskow en de Witte zee. 1.10 volg. WALLING ( C H E . ) , vaandrig, regelt de grensscheiding tusschen het gebied van Mataram en de O. I. C. VIII. 284. WALEAVEN ( K A K E L ) , koopman, vaart naar I . , II. 230. WANAJASSA. Guitard over — , XII. 196 volg. WANDEEPOEL
(HAEM.
DIEKSZ.),
kapitein
bij de expeditie
tegen
Sultan Ageng. VIL CLXVI, 390—393, 398 volg. Bevelhebber te Japara. VIII. X L , 2 3 , 33. In Batavia terug. VIII. 36. Overwint de opstandelingen onder Jonker. VIII. XLV. WANG s A K A E T A . Zie Godong.
W A E G A , later SAEAPADA, in dienst van den vorst van Mataram. V. Lxxxi, Lxxxv, x c i n , 146 volgg., 1 7 1 , 229, 2 3 3 , 237 volg. WAEGA D I RADJA, rijksbestierder van Bantam. XIII. x c v i n . Door Daendels gefusilleerd. XIII. c, 337, 342. ,
WARKIJN—WESTDORP
125
W A E K I J N ( P I E T E E ) , koopman te Petapoely. III. 4 1 , 399.
WAEWIJCK ( W I J B E . VAN), vice-admiraal, vaart naar I. in 1598. II. 203. Naar de Molukken. II. 205 volgg. Naar Bantam en N. II. 208. Zijn brieven over dezen tocht. II. 375—380. Vaart als admiraal naar I. in 1602. III. 3 volgg. Te Bantam. III. 5, 20 volg. T e Grissee. III. 22. Op Karimata, te Djohor, te Patani. III. 23 volg. Naar China. III. 24. Terug te Patani. III. 25. T e Bantam, naar N. III. 26. WATEELOO, ingenieur. XII. 314, 321.
WATEELOO (MATTH.) , tweede resident te Djokjokarta. XII. 560. WATEEMAN ( J A C ) , barbier, op Lonthor. II. 444.
W A U T I E E , kapitein, door Mangkoeboemi verslagen. X. 185. WAXAN KOETANG spant met Pangeran Willis samen. XI. xi volg., 80. Gedood. XI. XVII.
WEBBEESZ. ( W I L L I A M ) , betrokken in de samenzwering op Ambon. V. xv volgg. W E E E T (SEBALD DE) keert onverrichter zake terug van een tocht naar I. bij zuid-westen om. II. 218. Vaart als vice-admiraal naar I. in 1602. III. 3 volg. Op Ceylon. III. 5—9. In Atjeh. III. 9 volg Terug op Ceylon. III. 10 volgg. Vermoord. III, 13. W E E E T (VAN DE) , commissaris over de militie. XII, 378. Secretaris der Hooge regeeiïng. XII. 394. W E E S ( D I E K V A N ) , gouverneur op Corisco. II. 274.
WEESICK (AEENT VAN) , gevangen in Demak. II. 513 volg. WEESICK (JAN VAN) aan de kust van Koromandel. III. 340, 399. WEESKAMEE te Batavia opgericht. V. L X I I , 56 volg. W E G E N E E , lid van den raad van justitie, naar N. opgezonden. XII. Lixn. Met toestemming van het O. I. Comité terug in I. XII. LXII. Raad extraordinair. XIII. 31 volg. W E I S , sergeant, doet onderzoek naar den toestand der koffie- en peperplantages in de Jakatrasche bovenlanden. XI. 62. WELDTNGE ( R I C H . ) , Engelsch kapitein, op Banda. IV. x x n i . WELGEVABE, raad van I . , XII. 309.
W E L L E S L E T , gouv.-gen. van Britsch-Indië. XII. LXXIV. Beraamt een onderneming naar Mauritius en Batavia. XIII. n volgg. W E L S (CHHISTOEFEL), majoor onder H. de Wilde tegen Soerapati. VIII. Lxxv, 119n., 237, 239, 242 volgg. Sterft. VIII. LXXVI, 121, 258, 260. W E B E E ( P H . ADEIAENSSEN VAN DEE) , schepen van Batavia. IV. 223 volg. W E E P (VAN D E E ) , naar de Lampongs gezonden. X. 188. WESSELAEE ( P I E T E E DIEKSZ.) zendt schepen naar Amerika. I. 49.
WESTDOEP ( A E E N . ) , kapitein onder A. Hurdt. VIL LXV , LXX volgg., 225 volgg. Sneuvelt. VIL LXXIV, 2 2 , 232 volg.
126
WES T ENBERG— WILDE
WESTENBEEG ( H E E M . CONINCK), van oproerige gezindheid beschul-
digd. XII. 386n. WESTEEBBEK ( W I L L E M CAEPENTEE VAN) , gezaghebber van Bantam.
XL 373. WESTEEWOLT ( A D A M ) , naar de Philippijnen gezonden. IV. LVTII.
WEST-INDIE. Tochten naar —, I. 40 volgg. W E S T - I N D I S O H E COMPAGNIE. I. 3 4 , 42 volgg.
WESTPALM ( M I C H . ) , dir. gen. IX. x x x n , 1 7 1 , 200, 246. Gezant
naar Bantam. IX. x x x v , 176 volgg., 182 volgg. WESTZANEN (W. P I E T E E S Z . VAN) zie
Pietcrsz.
W E I J E E M A N , gen. seer. XL 3 6 8 , XII. 165.
W E T T M A N , kapitein, neemt Sultan Arilin gevangen. X. L , WiCHEETS (JOACH.), lid van het College van Curatoren en Scholarchen. XL 313n. Resident van Cheribon. XL 3 2 5 , 353. W I D T (JAN COENELISZ. D E ) , schipper, vaart naar L , I I I . 73. WiEGEMAN, raad van L , XII. 309. Beschuldigt Nederburgh van het verwaarloozen van het werk der defensie. XII. 365n. Stelt een onderzoek in naar het gedrag der pennisten. XII. 386. W I E L I N G (C. L.) prefekt van Ambon. XIII. 407. WIEEANG ( N i e ) , luitenant te Kartasoera vermoord. IX. 387. W I E S E (A. IL) raad van L , XII. 380n. Commissaris voor de marine. XII. 441. Dir. gen. XIII. 43. Gouv.-gen. XIII. i x , x x n i volgg. Polanens oordeel over — , XIII. 269. Brieven van — , XIII. 258, 262, 272, 276, 279, 2 8 3 , 290. Consideration van - over de geschriften van D. van Hogendorp. XLU. 43. Memorie aan zijn opvolger. XI IL 294. W I E S E (G. W.), inspecteur-generaal over de houtbosschen. XIII. 443,534. W I E S E , resident van Rembang. XIII. 151 volg. WiGiiBBiNCic handelt op Archangel. I. l l n . WIKKBEMAN (Jon. CES. VAN), kommandant van Banjoewangi. XIII. 186. W I L D E (EGB. EBEBH. A E . DE) tweede resident te Soerakarta. XII. 90. W I L D E (HEHM. D E ) , raad van L , hoofd der expeditie ter ondersteuning van Poeger (Pakoeboewana I). VIII. LXXI, 119n. Zijn instructie. VIII. LXXII volgg., 222 volgg. Onderhandelt met Adepati Anoem en Poeger. VIII. LXXIV volg., 243 volgg., 247 volgg. Op marsch naar Kartasoera. VIII. LXXV volg., 119, 254 volgg. Sluit met Poeger eon contract. VIII. LXXVI volgg., 120, 129, 259 volg., 261 volgg. Hoofd der expeditie tegen Adepati Anoem (zoon van Amangkoerat I.) VIII. x c n volgg., 130, 133, 134, 304. Regelt het bestuur in Pasoeroewan. VIII. x c v , 134, 304 volgg. Houdt te Samarang een conferentie met Poeger. VIII. xcv volg., x c v n v o l g . , 134, 145, 308 volgg., 317 volgg. Sterft. VIII. xcix, 132.
W I L K E N S - W I R A DIKA
127
W I L K E N S ( J A C ) , vice-admiraal, vaart naar I . , I I . 235. In Atjeh, te Bantam. I I . 236, 468 volg. Terug naar N . , II. 237. WILLEKENS
(WOUTEE) vaart naar
I. in 1595. II. 188n. In 1598
naar L , IL 204. Terug naar N . , II. 398. W I L L E M S T A D , zie Takomi.
WILLEMSZ. (ADE.) van Tagal naar Cheribon verplaatst. VIII. xxxiv, xLViii, 1 6 , 3 3 , 48. WILLEMSZ. (ALB.) in Atjeh. III. 3 3 9 , 398.
WILLEMSZ. (COEN.), opperstuurman, vaart naar I . , I I . 236. WILLEMSZ. (MAETEN) reist naar W. I . , I. 153 volgg. WILLEMZ.
(PIETEE),
koopman te Mazulipatnam.
III. 2 8 3 , 399.
Naar Arrakan gezonden. I I I . 7 7 , 285 volg., 287 volgg., 291 volg., 399. Brief van — , I I I . 287 volgg. WILLEMSZ. ( P I E T E E ) , opperkommies van de Engelsche O. I. C. IV. 27.
WILLEMSZ. (VECHTEE), stuurman, vaart naar I , II. 188. WILLEMSZ. (W. A.), lid van het College van Curatoren en Scholarchen. XI. 313n. W I L L I S (Pangeran), hoofd der opstandelingen in Balamboeang. XI. xii volgg., 72, 77 volgg. Verbannen XI. x v , x v n , 88n. W I L L I S (Pseudo-), hoofd der opstandelingen in Balamboeang. XI. x x i i volgg., 174 volgg., 200. Sterft. XI. x x v n , 226n, 231. WILTSCHUT (M.), afgezant naar Mataram. IV. CXLVIII, 285 volgg. Sterft. IV. 302. WILTVANCK ( P I E T E E ) bevelhebber van eenige schepen ter verdediging van Batavia. VIL c x x x v u . WlLTVANG (N.) IX. 240. WINCKELMAN (VON) , inspecteur-generaal over de koffiekultuur. XIII. 345. WINCKELMANN, brigadier en militair kommandant van Samarang. XIII. 443. Strijdt tegen de Engelschen. XIII. 546 volg. WINGAAEDEN (VAN), opperhoofd te Soerabaya. IX. 405. W I N G E E D E N (VINC. V A N ) , koopman. IX. 284.
W I N K E L A A E , kapitein te Bantam. VIII. 73. WINTEEKONING ( P H I L . ) zendt O. Brunei naar Lapland. I. 10. WIEABATA of W I B A SABA door de O. I. C. aangesteld tot regent
van Tandjong Poera. VIL cxxi. Verlaat de zijde der 0 . I. C , VIL C X L , 30. WIEADESSA. Hartingh over — , X. 351. Van Ossenberch over — , XL 30. Van der Burgh over — , XI. 422. Siberg over —, XII.
94 volg. W I E A DIKA of W I E A D I K A E A , regent van Japara. VI. 105 volgg., 173.
In ongenade bij den Soesoohoenan. VI. 109. Weder in eere. VI. 116
128
WIRA DI KARA
WOGNÜM
118, 181. Weder in ongenade en weder in eere hersteld. VI. 183. Gedood. VI. x c v n i , 186 WIEADIKTA. Woelingen onder — , XL 23. W I B A DININGEAT, broeder van Sitja Diningrat. XL 118, 121, 126,135. W I E A D I E B D J O , regent van Soerabaya. VIII. cxiv. In verzet tegen den Soesoehoenan. VIII. CXL volg. WIBADMADJA DJAM. Woelingen onder — , XL 23.
WIEA-GOENA (Toemenggoeng), eerste raad van den Vorst van Mataram. V. 283 volgg. Gedood. VI. x c v i i . WIEA-GOENA of Mas A L I T , regent van Oost-ßalamboeang. XL xxx
volg., 241 volg., 2 7 1 , 2 8 1 , 455. W I E A JOEDA, aanvoerder van een bende Baliërs en slaven. VIII. x i x , 165. W I E A MID JA. Onlusten verwekt door — , X. 364, 386. WIEANAGAEA, kleinzoon van Soerapati, hoofd der opstandelingen in Lamadjang en Malang. X. 36, 332. W I E A N A T A , Bantamsch bevelhebber te Cheribon. VIL 21. WIEASAEI (Mas Aria), regent van Pamakassan. VUL x x i x , 95. W I E A SOETA. Zie
Marlalaya.
W I E A TANOE (Toemenggoeng). Brief van — , V. 186.
W I E A T B O E N O , Mataramsch zeevoogd, sneuvelt. VI. e n , 200. W I E A T MAKKA, gouverneur van Japara. VI. 181 volgg. W I S S E L (HENDE. ANTHONISZ.) rust een vloot uit naar W.-I., I. 4 7 ,
121 volg. W I T ( D E ) , opperkoopman, keert naar N. terug. VI. 6. W I T (COEN. DE) , tijdelijk bevelhebber te Japara. VIII. 54. W I T H E E H A L ( J O H N ) , betrokken in de samenzwering op Ambon. V. xv volgg. W I T S E N (JONAS) handelt op Guinea. I. 38. Op Guyana. I. 49. W I T T (G. H. DE) , lid van den raad van justitie. XIII. 429. W I T T E VAN SCHOOTEN (JAN F E . D E ) , raad van L , IX. x x x i i , 1 6 5 ,
171, 200, 246. Voorzitter van het college heemraden. IX. 192. W I T T E B T ( F E A N Ç . ) , president van de loge te Bantam. I l l , 2 1 , 3 9 5 . Vaart als vice-admiraal naar I. in 1607. III. 73. Naar Makassar en de Molukken. III. 93 volg., 102, 322 volg. Op Ternate, op Motir. III. 103, 269, 324 volgg. Naai-de Philippijnen. III. 106, 269. Sneuvelt. III. 107, 298. W I T T E Z E E . Tochten naar de — , I. 9 volgg. WOENSEL (VAN), opperkoopman, bevelhebber van Soerabaya. VIL 124. WOENSEL (VAN), commissaris op Madoera. X. 335. WOGMA ( J O H . ) , onderwijzer op Amboina. III. 5 3 .
WOGNUM (JAC. V A N ) , koopman, gezant naar Bantam. IX. 230n., 245.
WOGT—IJSSELD IJK
129
WOGT ( T H E O D . POL.) , lid van den raad van justitie. IX. 325.
W O L F F , kapitein, gezant naar Bantam. V. 236. W O L F F (HANS D E ) , koopman in Goezeratte. II. 256, III. 400. Te
Calicut; te Goa opgehangen. I I I . 3 2 , 170n. Brief van — , I I .
495 volg. WOLGEAVEN ( M A T H . ) , vaandrig, sneuvelt. IX. 30.
WOLZOGEN (VON), majoor der artillerie. XIII. 121. WONDEEAEE ( J E E . ) , vaart naar I . , II. 240. Aan de kust van Kambodja en Cochin-China. II. 246 volgg. WONDEEAEE (SEBALD) , afgezant naar Samarang (Mataram). V. cxxvi 283, 284. Naar Bantam. V. 240. WONGSO ( A E I O ) , regent van Samarang, bemiddelaar tusschen Mataram en de O. I. C. V. x o i i i , 171 volgg. WONGSODIPO. Zie Martapoero. WONGSO R E D J O , Strandgouverneur van Mataram. VI. L V I I , 40
49
51 volg., 8 1 . .' - ' WOUTEESZ. ( A D E . ) , opperkoopman, vaart naar I. III. 63. Op Ternate IK. 327, 396. WOUTEESSEN, kommandeur, sterft. IV. 36. W E I G H T (EDW.) over de theorie der wassende graden. I. 73 volgg. WLTCK (HENDE. VAN) zendt suiker uit Batavia naar Perzië. VI. 96. WIJNCOOP (JAN JACOBSZ.), opperkoopman, rechter in het proces tegen de Engelschen op Ambon. V. v i volgg. WIJNGAEEDEN (Gov. VAN) , tijdens de afwezigheid van Cnollmethet bevelhebberschap te Japara belast, VIII. 125 237. WTNZYNSKT (MAET.),
kapt.-luitenant te Batavia. XII. 363.
IJ. U G E L . Zie Eygel.
YOBSSOEF (Sjeikh), Makassaarsch opperpriester, in Bantam. Vil cxv, cxLiii volg., 314, 379. Zwerft rond in de Preangerlanden. VIII. x i x . Gevangen genomen. VIII. xx. IJSBEANTSZ. (BEANT) reist naar het Noorden. I. 19 21. IJSBEANTSZ. (JACOB), schipper, vaart naar L , III. 135. IJSSELDIJK (J. H. VAN), lid van den raad van justitie.' XIII. 429. UssELDijK (WOUT. HIONDE. VAN), resident te Djokjakarta. XII. 9 0 , 152, 1 8 1 , w i n . , 209 volgg., 242 volgg., 412 volg., 4 3 5 , 455. Eervol ontslagen. XII. 560. Raad van I . , XII. 556. Zijn hervormingsbegrippen. XIII. L X , 110 volg. Als commissaris naar Bantam. Aliï. x x x i v , 257. Daendels oordeel over — , XIII. 434. Verslag 15
130
IJSSELDIJK—ZWAARDEKROON
van - over de gesteldheid van Java's Oosthoek XIT AT* n sideratiën van _ 0 p het Bflrinl,*» „ ^ o s t n o e J J H; * " 464. Con109. Brief van X n | S t ? ™ ° ^ o r p . XIII. ^ ° d - Propositie v a n —
'
TT
IJZEEMIJNEN op Java. XIII. 81.
XTTT 33» -
'
z. ZAS
(A. G Z . ) , zie Saz.
ZEEKAAETEN, zie Kaarten.
Z E E T ™ f ' T i T i N ) 8 t e r f t a l S g e z a n t n a a r « i t « » . VI. L v n 60 Z E E L T S (VAN), luitenant onder C. Poolman. VII 267 ' ZEEMACHT, zie Scheepsmac/it.
z .
ZZ,(GiZt 353 volgg.
ad gff
~p8kaal;gezant naar Banta- ™- — n RaPPOrt
"'
Z Ö n e r ver
" c h t i n g e n aldaar. VIL
ZEEUWSCHE COMPAGNIEN voor de vaart op I., I.
ZEÏN ALABADHIN, zie
yow
2 2 0
Bantam.
ZEINOEL A S S A K H I N , zie ZEINOEL HALAMIM, zie
m
Bantam. Bantam.
ZINKAL. Verrichtingen van A. Hurdt bij - , VIL LXXII V O W
ZXTTEB (VAN), seeretaris van politie'op'ceylon ZOUTE-EILANDEN. Vaart op de —
039 „ ,
XIII f 6 9
°lgg'
I 40
X ^ » S ; T ; den'vorst van M— IV- -
ZiJLL T Zr"
InV
7 i n g , V a n , d e - ' IX - 9 7 V °fe d00r Valentijn
116
> " S , 143 volg.
^^ra^I^r^ ZWAABDEKEOON ( H E N D E . ) ,
raad
van L , VIII. L X V I H , 112
2 4 2
281. Brengt koffieplanten te Batavia. VIII. cxxxv 139 Zfin ™ port over de suikerkultuu, VIII. 157 volgg. Gouv gen i X v " S " Legt beslag op de schepen der W I C o n Z T»? « ' ondei Jac IX YTTT f i n H j * - Koggeveen. v o l 77 ?n! T T ' S a ? e n Z W e r i n e t e S e n d e gering. DL x m IX x v 7- g ' f r e e r l i j k e k w a r t i ™ t e r s ter dood brengen, vni' ' T Z , J " , m a a t r e S e l e n ™or de suiker- en koffiekultuur. IX. x v i vogg. Treedtaf en wijdt zich verder aan den landbouw. IX. x v n
86n' S T 9S5 ,T115 , "volgg. ' , IX- 1 8 ' «bn, 89n,
23
'
37
'
44
> 64> 67,/69, 82n
'