schoolgids schooljaar 2014-2015
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
Basisschool De Wegwijzer Kriekenstraat 43 4847 HE TETERINGEN Telefoon : 076 – 5713495 E-mail :
[email protected] Website: www.bs-wegwijzer.nl
1
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
1. Een woord vooraf ......................................................................................... 4 1.1 Waarom een schoolgids voor ouders? ................................................................ 4 1.2 Wat staat er in deze schoolgids? ....................................................................... 4 2. 2.1 2.2 2.3
De school ..................................................................................................... 4 Richting ......................................................................................................... 4 Situering van de school ................................................................................... 4 Schoolgrootte ................................................................................................. 4
3. 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5
Waar staat de school voor? .......................................................................... 4 Uitgangspunten en visie ................................................................................... 4 Het klimaat van de school ................................................................................ 5 Kwaliteitszorg ................................................................................................ 5 Levensbeschouwing ........................................................................................ 5 Schoolondersteuningsprofiel ............................................................................. 6
4. De organisatie van het onderwijs................................................................. 8 4.1 Het schoolbestuur ........................................................................................... 8 4.2 De samenstelling van het team ......................................................................... 9 4.3 Matchpoint: Personele vervangingen op de scholen van INOS ............................... 9 4.4 Werken in jaargroepen .................................................................................. 10 4.5 Onderwijstijd ................................................................................................ 10 4.6 De organisatie van zelfstandig werken ............................................................. 10 4.7 SchoolVision ................................................................................................. 11 4.8 Organisatie van de zorg ................................................................................. 11 4.9 Activiteiten van de kinderen ........................................................................... 11 4.10 Sponsoring .................................................................................................. 15 5. De zorg voor de kinderen ........................................................................... 16 5.1 De opvang van nieuwe leerlingen in de school .................................................. 16 5.2 Het volgen van de ontwikkeling van de kinderen in de school ............................. 16 5.3 Anti-pest beleid ............................................................................................ 17 5.4 Rapport ....................................................................................................... 19 5.5 Zorg ........................................................................................................... 20 5.5.1Passend Onderwijs ....................................................................................... 20 5.5.2Passende zorg op onze school ........................................................................ 22 5.6 Regeling diagnose en behandeling dyslexie ...................................................... 24 5.7 Overgang groep 2 naar groep 3 ...................................................................... 25 5.8 Leerlingen die tussentijds naar een andere basisschool gaan .............................. 27 5.9 De overgang van kinderen naar het voortgezet onderwijs .................................. 27 5.10 Eureka! ....................................................................................................... 27 5.11 Externe hulpverlening onder schooltijd ............................................................ 28 5.12 Gezondheid, welzijn en veiligheid ................................................................... 28 5.13 CJG Breda ................................................................................................... 30 5.14 Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling ............................................ 31 6. 6.1 6.2 6.3 6.4 6.5
De ouders .................................................................................................. 32 Betrokkenheid van de ouders ......................................................................... 32 De oudervereniging ....................................................................................... 32 De medezeggenschapsraad ............................................................................ 32 Informatievoorziening.................................................................................... 32 Klachtenregeling .......................................................................................... .33
7. Praktische zaken ........................................................................................ 34 7.1 De schooltijden ............................................................................................. 34 7.2 Verlof vragen ............................................................................................... 34 2
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
7.3 Disciplinaire maatregelen ............................................................................... 35 7.4 Overblijfmogelijkheid en kinderopvang ............................................................ 36 7.5 Mobieltjes .................................................................................................... 37 8. De Wegwijzer in ontwikkeling.................................................................... 38 8.1 Recente ontwikkelingen ................................................................................. 38 8.2 Nieuwe ontwikkelingen .................................................................................. 38 9.
Slotwoord ................................................................................................... 38
10. Belangrijke instanties en personen ............................................................. 39 Bijlage 1 - uitleg gebruikte afkortingen ............................................................ 41 Bijlage 2 - verdeling van de tijd per week over leer- en vormingsgebieden ...... 42 Bijlage 3 - opbrengsten van ons onderwijs ....................................................... 43 Ondertekening .................................................................................................. 47
3
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
1.
Een woord vooraf
1.1
Waarom een schoolgids voor ouders?
De basisschool: een stukje van je leven. Voor de kinderen en voor u. In de loop van de jaren vertrouwt u uw kind bijna 8.000 uur toe aan de zorg van de leerkrachten van De Wegwijzer. Dat is een heel belangrijk deel van een kinderleven. Scholen verschillen steeds meer in werkwijze. Dat maakt het kiezen steeds moeilijker. Daarom geeft iedere school een schoolgids uit. Deze gids helpt u bij het bewust kiezen van een basisschool en geeft uitgebreide informatie over onze school.
1.2
Wat staat er in deze schoolgids?
In deze gids beschrijven we op welke wijze we onze doelstellingen uitwerken, welke uitgangspunten we hebben en hoe die binnen onze school gerealiseerd worden. U kunt lezen wat de leerlingen aangeboden krijgen op leergebied en op sociaal-emotioneel gebied in de jaren dat ze bij ons op school zitten. Vervolgens wordt beschreven hoe wij de leerlingen begeleiden die op de een of andere manier extra zorg nodig hebben. In de gids kunt u ook lezen hoe wij via het leerlingvolgsysteem de resultaten van de leerlingen door de hele schoolperiode volgen. Wij streven ernaar dat leerlingen zich binnen onze school zo optimaal mogelijk kunnen ontplooien en te zijner tijd doorstromen naar een school voor voortgezet onderwijs die bij hen past.
2.
De school
2.1
Richting
Katholieke basisschool De Wegwijzer wil de kinderen wegwijs maken in deze maatschappij en voldoende bagage meegeven om daarin zichzelf te kunnen zijn. Iedereen is bij ons welkom, ongeacht geloof of overtuiging.
2.2
Situering van de school
Wij hebben sinds augustus 2012 een nieuw gebouw, dat gesitueerd is in De Waterdonken. In onze nieuwe mfa De Mandt (Multifunctionele Accommodatie Nieuwe Dorpsrand Teteringen) zijn naast De Wegwijzer de Openbare Jenaplanschool De Springplank, de bibliotheek, de kinderopvang en de sporthal gevestigd.
2.3
Schoolgrootte
Op onze school zitten ongeveer 300 leerlingen. Zij worden begeleid door een team van 24 leerkrachten, die deels fulltime en deels parttime in de groepen werken, of een speciale taak hebben binnen het onderwijs. Daarnaast zijn er op school ook nog mensen werkzaam in het kader van onderwijsondersteuning: een fulltime conciërge, een administratief medewerkster voor 3 dagen in de week. De verwachting is dat het aantal leerlingen in de toekomst zal toenemen.
3.
Waar staat de school voor?
3.1
Uitgangspunten en visie
Brede vorming is ons uitgangspunt. Het gaat niet alleen om het overdragen van kennis, zoals de basisvaardigheden lezen, taal en rekenen. Ook de sociale, emotionele en creatieve ontwikkeling vinden wij van groot belang. De kinderen moeten zich op onze school geborgen voelen en er met plezier leren. Kinderen zijn individuen: elk kind is uniek. Maar het zijn ook groepsleden; ze worden door de groep gevormd en zijn van de groep afhankelijk. Het is belangrijk dat kinderen elkaar respecteren, leren samenwerken en elkaar helpen. Onze algemene visie: wij willen voor het kind een school zijn waar het kan leren en spelen, waar het op allerlei manieren de mogelijkheid krijgt de wereld te verkennen en waar het kan uitgroeien tot een persoon met zelfvertrouwen en een positieve kijk op de samenleving. Het is belangrijk dat het kind zichzelf leert kennen en met een tolerante houding en respect voor anderen een plaats vindt in de maatschappij. 4
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
Onze onderwijskundige visie is gebaseerd op de hedendaagse onderwijsvernieuwingen. Wij richten ons daarbij vooral op gedifferentieerd werken – binnen het leerstofjaarklassensysteem – in de vorm van zelfstandig werken. De doorgaande lijn op het gebied van zelfstandig werken is in de hele school zichtbaar. Er zijn vaste school- en groepsafspraken. In de groepen is een instructietafel aanwezig. De leerkracht krijgt hierdoor extra ruimte om leerlingen met specifieke hulpvragen te begeleiden. Als verdere verdieping op het zelfstandig werken en om tegemoet te komen aan de verschillende talenten van de leerlingen (meervoudige intelligentie), is coöperatief leren geïmplementeerd in ons onderwijs. Dit houdt in dat kinderen in kleine groepjes samenwerken. Heel belangrijk hierbij is dat dit gebeurt op een gestructureerde manier, en dat er een gezamenlijk doel wordt vastgesteld.
3.2
Het klimaat van de school
Veel mensen beseffen dat de sfeer waarin een kind moet opgroeien, van groot belang is om een volwaardig mens te worden. Wij vinden het heel belangrijk dat er een prettige sfeer voelbaar is, wanneer u onze school binnenkomt. Wij willen daarom zorgen voor een vriendelijk en veilig klimaat met orde en regelmaat. Pas als het kind zich veilig voelt, kan het zich ontwikkelen. We kunnen met recht zeggen dat we een Leefstijlschool zijn: een school met veel aandacht voor normen, waarden en sociale omgangsregels. We zijn er ten volle van overtuigd dat wij het als school niet redden zonder de betrokkenheid en de hulp van ouders. U vertrouwt ons een belangrijk deel van de opvoeding en vorming van uw kind toe. Wij willen dat vertrouwen waard zijn en bieden daarom kwalitatief goed onderwijs aan, gebruikmakend van eigentijdse materialen en methodieken. Om hierover terugkoppeling te krijgen, vragen we u met ons in gesprek te blijven en uw stem te laten horen. Door INOS wordt er regelmatig een tevredenheidsonderzoek gehouden. De uitkomsten daarvan gebruiken wij bij onze sterkte- zwakteanalyse.
3.3 Kwaliteitszorg Bij kwaliteitszorg draait het om doen wat je zegt; de dingen goed doen; de goede dingen zeggen en doen; over het bovenstaande verantwoording afleggen. Wij gebruiken het kwaliteitsinstrument KwaliteitWijzer van INOS. Bij de KwaliteitWijzer komen de volgende indicatoren aan de orde: pedagogisch handelen, effectief benutten van de onderwijstijd, klassenmanagement, activerende directe instructie, strategieën voor leren en denken, systematisch monitoren en analyseren van vorderingen, afstemming op leerbehoeften van leerlingen, actieve betrokkenheid van leerlingen, zelfstandig werken en samenwerken. Van elk onderdeel staat een aantal kwaliteiten op schrift. Wij gaan na of we daaraan voldoen. Indien dat niet het geval is, nemen we het betreffende onderdeel op in onze verbeterplannen voor de komende jaren.
3.4 Levensbeschouwing Wij zijn een katholieke basisschool. Kinderen van andere gezindten zijn op onze school van harte welkom omdat we pluriformiteit en openheid op religieus gebied erg belangrijk vinden. Opvattingen en waarden veranderen steeds in onze multiculturele samenleving. Onze school zal deze ontwikkelingen kritisch volgen. Regelmatig zullen we moeten vaststellen welke waarden en normen wij de kinderen dienen mee te geven. Door met de kinderen te praten over verschillende opvattingen hopen we begrip voor elkaars overtuiging te ontwikkelen. Tijdens de catecheselessen leren de kinderen op hun eigen niveau omgaan met levensvragen. Wij gaan daarbij uit van de christelijke levensvisie, maar brengen ook andere godsdiensten en levensvisies onder de aandacht. Praktische vormgeving van de katholieke identiteit krijgt gestalte in vieringen op school. We onderhouden contacten met de parochie. Ook bezoek van groepen aan de kerk (bijvoorbeeld rond Kerstmis of Pasen) staat op ons programma. De voorbereiding op eerste communie en vormsel geschiedt buiten schooltijd door werkgroepen die door de parochie zijn ingesteld. Zij nodigen de betrokken ouders uit voor een informatieavond. In de klas zal aan beide gebeurtenissen aandacht geschonken worden, zodat ook de kinderen die niet deelnemen aan eerste communie en vormsel, weten waarmee hun klasgenoten bezig zijn. 5
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
3.5 Schoolondersteuningsprofiel Onze school heeft een school ondersteuningsprofiel opgesteld. Dit is een wettelijk voorschrift bij de invoering van passend onderwijs. Een schoolondersteuningsprofiel biedt informatie over de kwaliteit van de basisondersteuning en over wat onze school verder aan ondersteuning biedt. Het legt vast waar onze school voor staat. De schoolondersteuningsprofielen van alle scholen van ons samenwerkingsverband tezamen bieden een dekkend geheel van ondersteuningsvoorzieningen in de regio. Op die manier is er voor alle kinderen een plek om onderwijs en ondersteuning te krijgen dat zij nodig hebben. Ons ondersteuningsprofiel bestaat uit de volgende onderdelen: een korte typering van onze school; de kwaliteit van onze basisondersteuning. Dat is de ondersteuning waarop alle kinderen kunnen rekenen. de deskundigheid voor extra ondersteuning waarover onze school beschikt (binnen het eigen personeelsbestand en van buiten de school); de voorzieningen die wij als school hebben om leerlingen extra ondersteuning te bieden. Afgelopen schooljaar heeft onze school het schoolondersteuningsprofiel opgesteld, welke is vastgesteld door het bestuur. Via de medezeggenschapsraad van onze school hebben leraren en ouders adviesrecht op het schoolondersteuningsprofiel. Een korte typering van onze school Brede vorming is ons uitgangspunt. We richten ons op gedifferentieerd werken binnen het leerstofjaarklassensysteem. Daarbij is coöperatief leren geïmplementeerd in ons onderwijs. We zorgen voor een vriendelijk en veilig klimaat met orde en regelmaat. We kunnen met recht zeggen dat we een Leefstijlschool zijn met veel aandacht voor normen en waarden en sociale omgangsregels. De kwaliteit van onze basisondersteuning De basisondersteuning bestaat uit de volgende vier domeinen: onderwijs, beleid, organisatie en ondersteuning. Onderwijs Wij zijn tevreden over het domein ‘onderwijs’. We hebben in de afgelopen jaren veel aandacht besteed aan het bereiken van een goed pedagogisch klimaat. Nu is het belangrijk om dit pedagogisch klimaat op peil te houden samen met de andere partners in ons gebouw. We werken steeds meer handelingsgericht. Dat wil zeggen dat we rekening houden met de onderwijsbehoeften van de kinderen. Als het nodig is, bieden we extra ondersteuning. We zijn in staat om rekening te houden met verschillen tussen kinderen op het gebied van aanbod, tijd en instructie. Wij analyseren de resultaten van onze leerlingen regelmatig en bespreken deze teambreed. Het gaat daarbij niet alleen om de leerresultaten, maar ook over het welbevinden van de leerling. Op basis van de analyses worden schoolbreed verbetertrajecten opgesteld en uitgevoerd, en de groepsplannen aangepast. Wij gebruiken een samenhangend leerlingvolgsysteem. Er is de afgelopen jaren veel geïnvesteerd in het verbeteren van de kwaliteit van onze basisondersteuning. Als team hebben wij ons geschoold in handelingsgericht en opbrengstgericht werken. Schooljaar 2014-2015 gaan wij ons verder bekwamen in het opbrengstgericht werken en het werken met groepsplannen. Beleid Wij zijn tevreden over het domein ‘beleid’. Onze procedures zijn vastgelegd en wij beschikken over een heldere visie op leerlingenzorg. Jaarlijks evalueren wij onze ondersteuning aan de kinderen en stellen indien nodig verbeterpunten op. Organisatie Ook over het domein ‘organisatie’ van onze ondersteuning zijn wij tevreden. Wij beschikken over een goed functionerend zorgteam. Het zorgteam – bestaande uit een orthopedagoog/ psycholoog, intern begeleider, cc-er vanuit het sbo en de schoolCJG-er – houdt zich bezig met leerlingbesprekingen en het voorbereiden van en advisering inzake beleid t.a.v. leerlingenzorg. Het zorgteam is een belangrijke schakel in onze ondersteuningsstructuur. Onze 6
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
intern begeleider is verantwoordelijk voor de organisatie van de bijeenkomsten en is tevens voorzitter van het zorgteam. Ondersteuning Onze school werkt voor een kleine groep leerlingen met een ontwikkelingsperspectief. Het verbeteren van het ontwikkelingsperspectief is voor in 2014-2015 een aandachtspunt. De overdracht binnen onze school tussen de leerjaren is goed op orde, net als de overdracht naar het vervolgonderwijs. Hierover zijn duidelijke procedures vastgelegd. De overdracht van de voorschool naar onze school kan beter. Wij vinden goede contacten met ouders erg belangrijk en zien ouders als partner. Beschikbare deskundigheid Voor leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben, beschikt onze school over specifieke deskundigheid (interne deskundigheid). Daarnaast kunnen wij een beroep doen op deskundigen van buiten (externe deskundigheid). Wij hebben specifieke deskundigheid in huis (intern) op het gebied van RT, dyslexie, rekenen/wiskunde, autisme, ADHD, hoogbegaafdheid, faalangstreductietraining en sova-training. We hebben twee vaste leerkrachten met een afgeronde RT-opleiding, een gedragsspecialist, een geschoolde reken- en geschoolde taalcoördinator en een intern begeleider. We willen de rol van de taal- en rekencoördinator uitdiepen en deze personen meer structureel inzetten. Extern maken wij vooral gebruik van de expertise van het speciaal basisonderwijs. De cc’er van het sbo heeft zitting in het zorgteam en observeert in de groepen, waarna handelingsadviezen worden gegeven. Ambulante begeleiders worden ingezet bij leerlingen met een rugzak. Wij maken gebruik van de diensten van ambulante begeleiders van cluster 2, 3 en 4 en maken ons sterk om de expertise die de ambulant begeleiders de school inbrengen zelf eigen te maken. De orthopedagoog van buiten vervult een belangrijke rol in het zorgteam en doet indien nodig extra onderzoek. Ook de CJG’er is van grote waarde in het zorgteam. Met de logopediste en de kinderfysiotherapeute hebben we contact als dit nodig is. Ondersteuningsvoorzieningen Onze school start dit schooljaar, samen met de andere school van de Organisatorische Eenheid Teteringen (basisschool Helder Camara), een schakelklas op woensdagmiddag in De Mandt. De organisatie en uitvoering van deze schakelklas ligt in handen van de taalcoördinator van onze school. De bibliotheek en andere leerkrachten met specifieke expertise zullen hierbij betrokken worden. Halverwege schooljaar 2014-2015 zijn we voornemens een Plusklas te starten voor de beide scholen van de Organisatorische Eenheid Teteringen. Deze Plusklas zal gesitueerd worden in De Stee. Kengetallen Onze school groeit. In 2012 telde de school 280 leerlingen, van wie 7,9 % met een leerlinggewicht. Op 1 oktober 2013 telde de school 285 leerlingen, van wie 5,9 % met een leerlinggewicht. In augustus 2014 starten we met 306 leerlingen. Van hen heeft 4,9 % een leerlinggewicht. Wij hebben de afgelopen jaren enkele leerlingen verwezen naar het speciaal basisonderwijs en speciaal onderwijs. Op dit moment hebben drie leerlingen een rugzak sbo, 1 leerling een rugzak vanuit cluster 2 (is bestemd voor dove en slechthorende leerlingen en kinderen/jongeren met ernstige spraak- en/of taalmoeilijkheden. Ook mogelijk in combinatie met een andere beperking.), 3 leerlingen een rugzak vanuit cluster 3 (is bedoeld voor leerlingen met een verstandelijke (ZML) en/of lichamelijke beperking (LG/MG). En leerlingen die langdurig ziek zijn (LZ) en leerlingen met epilepsie. LG staat voor Lichamelijk- en MG voor Meervoudig Gehandicapt) en 1 leerling een rugzak vanuit cluster 4 (scholen die zich richten op leerlingen met ernstige psychiatrische- en/of gedragsproblemen). Voor 21 leerlingen is een dyslexieverklaring afgegeven. Ontwikkelagenda Samengevat zijn wij als school tevreden over de basisondersteuning en extra ondersteuning die wij bieden aan onze leerlingen. Vanzelfsprekend kan het altijd beter en zien wij nog voldoende verbeterpunten. Voor het verbeteren van onze kwaliteit van de basisondersteuning gaan wij ons verder bekwamen in het meer opbrengstgericht werken en het werken 7
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
met groepsplannen. Ook de overdracht van de voorschool naar onze school verdient aandacht. Wij zijn tevreden over de expertises binnen ons eigen team en we willen deze expertise meer structureel inzetten.
4.
De organisatie van het onderwijs
4.1
Het schoolbestuur
INOS geeft je ontwikkeling kleur Onze school is onderdeel van INOS Stichting Katholiek Onderwijs Breda. Wie wij zijn INOS is een vernieuwende, ambitieuze stichting voor Katholiek Onderwijs in de gemeente Breda(Breda, Effen, Prinsenbeek, Teteringen en Ulvenhout). INOS kent 25 basisscholen, 1 school voor speciaal basisonderwijs en 3 scholen voor speciaal onderwijs (REC-3 scholen). Ongeveer 1200 medewerkers verzorgen onderwijs aan ruim 10.000 leerlingen. De organisatie wordt aangestuurd door een College van Bestuur en ondersteund door een eigen bestuursbureau. INOS vindt het van belang de leerlingen een uitdagende leeromgeving te bieden op scholen met een sterke maatschappelijke verankering. Het is de kernopdracht van de gezamenlijke scholen van INOS om talenten van leerlingen te ontdekken en hen te begeleiden in hun groei tot zelfbewuste en verantwoordelijke mensen die in een steeds veranderende wereld willen blijven leren. Hier staan wij voor Als katholieke organisatie met een maatschappelijke opdracht beseffen we hoe belangrijk het is om woorden betekenis te geven. Daarom zijn de volgende kernwaarden voor INOS van bijzondere betekenis: INOS is Verbindend INOS wil verbindingen mogelijk maken op meerdere terreinen. Binnen en buiten de klas, binnen en buiten de school. De tijd waarin we leven vraagt om een voortdurende check of we elkaar goed zien, begrijpen en elkaar betrekken. Alles is in beweging en veel gebeurtenissen en processen hangen met elkaar samen. Zeker als je spreekt over leren en talent. Vaardigheden en inzichten die leerlingen opdoen in het ene gebied zijn vaak overdraagbaar op een ander gebied. Een verbindende school neemt verantwoordelijkheid voor leren en ontwikkelen binnen en buiten de school en zoekt actief samenwerking met organisaties rondom de school. INOS is Verantwoordelijk Verantwoordelijkheid kent meerdere facetten. Het gaat over regie nemen en eigen initiatief tonen. Het gaat over ruimte en vertrouwen geven. En het gaat over aanspreekbaar zijn en verantwoording willen afleggen. We stimuleren leerlingen om in toenemende mate zelf verantwoordelijkheid te nemen voor hun leerproces. We stimuleren respectvolle omgangsvormen, verantwoordelijkheid voelen voor elkaar en voor de natuur en het tonen van zorgzaamheid en medemenselijkheid. Ook het bevorderen van initiatief en leiderschap hoort bij verantwoordelijkheid nemen. Zelfverantwoordelijkheid vormt voor INOS de kern van de besturingsfilosofie. INOS is Authentiek Als we zeggen dat INOS authentiek is, dan bedoelen we dat we allemaal anders zijn en dat we dat toejuichen. Verschillen mogen er zijn. Je eigen persoonlijkheid voegt iets toe aan het geheel, versterkt wat een ander tekort komt. Als je in staat bent om verder te kijken dan de plichten en normen, kun je kiezen voor wat echt belangrijk voor je is, kun je je verwonderen over het onverwachte en je laten beïnvloeden om er sterker van te worden. Dan haal je het beste in elkaar naar boven en bereik je waar je samen voor wil gaan. 8
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
We willen leerlingen in ontwikkeling brengen tot zelfdenkende burgers met voldoende zelfreflectie. We willen graag dat de puurheid van het kind ook in de volwassenheid door blijft stralen, zodat je jezelf niet serieuzer neemt dan nodig is. Dat je relativeringsvermogen hebt en kunt spelen met de talenten die je gegeven zijn. Kbs De Wegwijzer vormt samen met Kbs Helder Camera een organisatorische eenheid. Dit wil zeggen dat één directeur verantwoordelijk is voor beide scholen.
4.2
De samenstelling van het team
Ons team bestaat uit enthousiaste en betrokken leerkrachten. We vormen een mix van mannelijke en vrouwelijke leerkrachten, leerkrachten met zeer veel ervaring en leerkrachten die kortere tijd in het onderwijs werkzaam zijn. Door deze diversiteit kunnen we veel van elkaar leren. Samen pakken we enthousiast vernieuwingstrajecten op en zorgen we ervoor dat ons onderwijs sprankelend is en blijft. Het is niet altijd meer zoals vroeger dat een leerkracht vijf dagen per week werkt, en daarmee de enige leerkracht van een groep is. Verschillende leerkrachten werken thans drie of vier dagen. Bovendien kunnen leerkrachten ook compensatie-uren en bapo opnemen. De namen van de leerkrachten en de groepsindeling treft u aan op de schoolkalender die aan het begin van het schooljaar uitgereikt wordt, en ook op onze website. De directeur streeft ernaar om de groepsleerkrachten om de vier à vijf jaar te laten wisselen van groep. Dit vindt altijd in overleg met de betrokken personen plaats. Uitzonderingen op dit streven zijn altijd mogelijk. De directeur is verantwoordelijk voor de dagelijkse gang van zaken en voor de beleidsontwikkelingen, en hij stelt de groepsleerkrachten in staat hun taken uit te voeren. Hij is voorzitter van het managementteam. Hierin zitten ook de twee teamcoördinatoren. In dit overleg worden beleidszaken en onderwijskundige ontwikkelingen voorbereid. De uitkomsten hiervan worden teruggekoppeld naar het team. De directeur is twee dagen per week aanwezig op school, doorgaans op donderdag en vrijdag. De overige dagen is een teamcoordinator aanspreekpunt voor ouders en leerkrachten (dit schooljaar Juffrouw Marja). De groepsleerkracht is de eerstverantwoordelijke voor de groep. Het kan voorkomen dat een kind van verschillende leerkrachten les krijgt, omdat deze in deeltijd werken. We hebben een leerkracht die een speciale taak heeft bij de zorg voor kinderen (de IB’er). Een teamlid (de ICT’er) zorgt ervoor dat de soft- en hardware bij de tijd blijven. Binnen het team zijn er gespecialiseerde mensen op bepaalde vakgebieden: 1 cultuurcoördinator, een taal- en een rekencoördinator. Naast zijn of haar activiteiten in de groep heeft elke leerkracht aparte taken in de school, zoals het voorbereiden en uitvoeren van bepaalde festiviteiten en activiteiten. Hiervoor zijn diverse commissies ingesteld waarin ouders en leerkrachten samen participeren. Omdat we als team op de hoogte willen blijven van de ontwikkelingen op het vlak van onderwijs en zorg voor kinderen, wordt er van elk teamlid gevraagd deel te nemen aan nascholing en verdere professionalisering.
4.3 Matchpoint: Personele vervangingen op de scholen van INOS Op onze school wordt vervanging van de groepsleerkrachten, en waar mogelijk ook de vervanging van medewerkers met een andere functie, geregeld door Matchpoint. Daar wordt een ‘match’ gemaakt tussen een tijdelijke (vervangings)vacature en een competente en enthousiaste waarnemer. Als een medewerker ziek wordt of verlof heeft, kan de school digitaal een aanvraag voor vervanging melden bij Matchpoint. De planners zoeken daar dan een passende waarnemer bij, die ervoor kan zorgen dat het onderwijsproces van uw kind zo ononderbroken mogelijk doorgang vindt. Matchpoint is ook ‘de poort tot het werken bij INOS’. Goede vervangers kunnen bij gebleken geschiktheid doorstromen naar een passende functie op één van de INOS-scholen. Mocht u mensen kennen die de juiste opleiding hebben, en die belangstelling hebben om bij INOS aan het werk te gaan, dan kunt u altijd contact (laten) opnemen met Matchpoint via
[email protected] of 076 5611688. Matchpoint wordt georganiseerd vanuit het bestuursbureau van INOS, Haagweg 1 in Breda. Als een afwezigheid langere tijd gaat duren, krijgen de ouders daarover schriftelijk bericht. 9
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
Onze school stuurt als het enigszins kan geen groep naar huis als de leerkracht ziek is. Indien geen vervanger te vinden is, zal geprobeerd worden intern een oplossing te vinden. Slechts in uitzonderlijke gevallen zullen wij de ouders vragen hun kind thuis te laten. Veel leerkrachten hebben recht op compensatieverlof (tot voor kort ‘ADV’ genoemd) en/of bapo (een regeling voor personeelsleden vanaf 52 jaar). Bij afwezigheid in het kader van deze regelingen is er zoveel mogelijk een vaste vervanger per groep.
4.4
Werken in jaargroepen
U weet uit eigen ervaring dat kinderen van elkaar leren en samen nieuwe dingen ontdekken. Wij vinden het belangrijk dat ze van elkaar leren, en elkaar vertellen hoe ze een taak hebben gemaakt of een probleem hebben opgelost. Het is ook belangrijk dat ze leren samenwerken in de klas en in kleine groepjes. De leerlingen zitten op onze school in jaargroepen, met uitzondering van de groepen 1 en 2. Soms is het leerlingenaantal van een bepaalde jaargroep zo groot dat wij combinatiegroepen moeten vormen.
4.5
Onderwijstijd
De groepen 1 en 2 krijgen in de loop van het schooljaar 2014-2015 in totaal 828 uur les; de groepen 3 tot en met 8 krijgen 987 uur les. De gemiddelde verdeling van de tijd per week over de leer- en vormingsgebieden vindt u achter in de schoolgids in bijlage 2.
4.6
De organisatie van zelfstandig werken
In deze paragraaf geven wij u een globaal beeld hoe leerlingen worden gestimuleerd in het zelfstandig bezig zijn. Het werken met het planbord in de kleutergroep. De kinderen krijgen per week 2 à 3 opdrachten. Zij plannen zelf in wanneer zij aan een opdracht werken, maar deze opdrachten moeten op vrijdagmiddag wel af zijn. Op het planbord maken de kinderen ook hun keuze kenbaar als ze een werkje mogen kiezen. Door middel van een rood stoplicht wordt aangegeven wanneer er zelfstandig moet worden gewerkt. De leerkracht mag dan niet gestoord worden om zo, indien nodig, individuele hulp te kunnen bieden. Ook is voor kinderen zichtbaar gemaakt hoeveel werktijden er die week nog zijn, zodat ze daar bij het plannen van hun opdracht rekening mee kunnen houden. In de groepen 3 tot en met 8 krijgen de kinderen een weektakenkaart. Hierop staat een aantal taken aangegeven. Deze zijn onderverdeeld in verplicht werk en keuzewerk. Het verplichte werk is onderverdeeld in werk dat alléén gemaakt dient te worden, en in werk dat met iemand samen gemaakt moet worden. In groep 3 wordt vóór Pasen gewerkt met een takenkaart met symbolen. Als de kinderen een taak af hebben, mogen zij op hun takenkaart een smiley inkleuren met de kleur van de dag. Na Pasen krijgen de kinderen een takenkaart met tekst in plaats van met pictogrammen. De takenkaart wordt op drie niveaus (A, B en C) uitgereikt aan de leerlingen. In de taken wordt een differentiatie aangebracht als dat voor de leerling nodig is. In iedere groep is afgesproken op welke momenten de leerlingen een beroep mogen doen op de leerkracht en wanneer dit niet mag. Dit wordt zichtbaar gemaakt met het ‘stoplicht’. Wanneer het stoplicht op rood staat, mag de leerkracht niet gestoord worden. We spreken dan van ‘uitgestelde aandacht’. De kinderen leren om even geduld te hebben, alvorens hun vraag kan worden beantwoord. Wordt het signaal veranderd, dan kunnen er weer vragen aan de leerkracht gesteld worden. Terwijl de groep zelfstandig aan het werk is, kan de leerkracht extra aandacht geven aan individuele leerlingen. Er kan gebruik gemaakt worden van een hulpmiddel om taken te plannen voor kinderen die hiermee problemen hebben. Op de weektakenkaart komen zoveel mogelijk verschillende vakken te staan. Niet alleen rekenen, taal, spelling en schrijven, maar ook wereldoriëntatie, creatieve vakken en Leefstijl vinden we erop terug. Daarnaast komt er voor de kinderen vanaf groep 7 ‘eigen invulling’ op de takenkaart te staan. In groep 7 en 8 staat eigen invulling vier maal een maand lang op de takenkaart. Kinderen moeten een plan maken waarin ze aangeven wat ze willen gaan leren, met wie ze dit willen uitvoeren, wat ze ervoor nodig hebben en wat het eindresultaat is (te denken valt aan een PowerPointpresentatie, een collage, een werkstuk, een toneelstuk, een lied etc.). 10
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
In elke groep is naast een stoplicht (zoals hierboven beschreven) ook een timetimer aanwezig. Hierop kunnen de kinderen zien hoeveel tijd ze nog hebben om aan een taak te werken. Tijdsbesteding zelfstandig werken: o groep 1-2 : 45 minuten per week o groep 3 : 150 minuten per week o groep 4 en 5 : 225 minuten per week o groep 6 : 240 minuten per week o groep 7 en 8 : 330 minuten per week Bij de keuze van nieuwe methodes wordt zoveel mogelijk gekeken naar bruikbaarheid bij het zelfstandig werken. De methode Leefwereld voor natuur en techniek , is bijvoorbeeld uitermate geschikt om te gebruiken bij de weektakenkaart. Binnen de methodes is er ruimte en mogelijkheid om op verschillend niveau te werken.
4.7
SchoolVision
Onze school maakt gebruik van een nieuw lichtconcept, SchoolVision genaamd. Goede verlichting draagt bij aan het gevoel van welbevinden en bevordert de aandacht en concentratie. Het concept kent 4 instellingen: ‘standaard’, ‘energie’, ‘concentratie’ en ‘rust’. Door gericht gebruik van het juiste licht is ook rusteloos gedrag bij kinderen positief te beïnvloeden. Leerlingen voelen zich opgewekter bij de instellingen ‘rust’ en ’energie’. Tevens is gebleken dat het vermogen tot coöperatief leren en de communicatie van kinderen positief beïnvloed worden. Bij de ‘rust-instelling’ zijn de kinderen sneller in het oplossen van een gezamenlijke puzzeltaak dan bij de ‘standaard-instelling’, en bij de ‘energie-instelling’ praten kinderen 95% meer met elkaar tijdens het oplossen van de puzzels dan bij de ‘standaard-instelling’. Afhankelijk van de taak hebben de specifieke lichtinstellingen dus een voordelig effect.
4.8
Organisatie van de zorg
Binnen onze school is een zorgteam actief. Dit team bestaat uit de interne begeleider (IB’er), een onderwijsadviseur leerlingenzorg van Edux en een collegiale consultant uit het speciaal basis onderwijs. Wanneer er met kinderen problemen zijn, gaat daar extra aandacht naar uit. De IB’er overlegt in dat geval met het zorgteam. Dan kan blijken dat nader onderzoek gewenst is. Dat onderzoek kan bestaan uit het afnemen van toetsen en/of het observeren in de groep. Natuurlijk gaat dit altijd in overleg met de ouders of verzorgers. Voor de meer inhoudelijk aspecten van de zorg verwijzen we naar hoofdstuk 5.
4.9
Activiteiten van de kinderen
Lezen o In de groepen 1/2 wordt veel aandacht geschonken aan het voorbereidend lezen. Spelenderwijs komen de kinderen in aanraking met klanken en symbolen. We gebruiken de methodes Schatkist Taal (nieuwe versie) en Wat zeg je? o In groep 3 hebben we Veilig leren lezen (nieuwste versie) en voor begrijpend lezen Humpie Dumpie. o In de groepen 4 t/m 8 worden voor begrijpend lezen Nieuwsbegrip en Nieuwsbegrip XL gebruikt. o In groep 4 t/m 8 gebruiken we voor voortgezet technisch lezen Tekst verwerken. o Tutorlezen vindt in groep 4 in de eerste helft en groep 3 in de tweede helft van het schooljaar plaats. o Stilleesbeleid: elke dag. o De bibliotheek is in ons gebouw gevestigd en we participeren in het project ‘Bibliotheek Op School’. Taal o
Kleuters zijn dagelijks bezig met taal: gesprekjes, prentenboeken, verhalen, versjes en taalspelletjes. We gebruiken hiervoor Schatkist Taal en Wat zeg je? In de groepen 3 zit het taalonderwijs in de methode Veilig Leren Lezen. In de groepen 4 t/m 8 wordt Taal in Beeld gebruikt.
o o 11
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
Schrijven o Novoskript wordt gebruikt in alle groepen. Wereldverkenning Hiervoor gebruiken we: o in groep 1/2 Schatkist (nieuwe versie) en het Vier Seizoenenboek ; o in groep 3 Veilig de wereld rond; o in de groepen 5 t/m 8 voor aardrijkskunde Geobas; o in de groepen 5 t/m 8 voor geschiedenis Wijzer door de tijd; o in de groepen 4 t/m 8 voor natuur en techniek de nieuwe versie van Leefwereld; o in de groepen 5 t/m 8 voor verkeer de Jeugdverkeerskrant van Veilig Verkeer Nederland; o NOT Teleac- uitzendingen : - Koekeloere, in groep 1-2; - Huisje boompje beestje, in groep 3/4; - Nieuws uit de natuur, in groep 5/6; - Tv-weekjournaal, in groep 7/8. Rekenen o In groep 1/2 wordt gebruik gemaakt van Schatkist Rekenen. (nieuwe versie). o In de groepen 3 t/m 8 hebben we De wereld in getallen. Computeronderwijs De computer neemt een belangrijke plaats in binnen ons onderwijs. In de onderwijswerkruimtes (op de gang) staan de up-to-date computers die weggewerkt zijn in prachtige werkplekken en door alle leerlingen gebruikt kunnen worden. Om deze apparatuur zinvol en zo optimaal mogelijk in te zetten, is een zogenaamde ‘rode draad ict’ opgesteld. Op het gebied van ICT werken wij samen met Deklas.nu van Heutink. In groep 3 t/m 8 is een digibord aanwezig. De kleutergroepen zijn voorzien van grote beeldschermen. Wat gebruiken wij op school? In genoemde ‘rode draad’ staat precies vermeld welke computerprogramma’s in welke leerjaar aan bod komen. Het betreft de volgende programma’s: o Taal/Spelling: Schatkist lezen (groep 1-2) Veilig leren lezen (groep 3) Spelling in beeld (groep 4-5-6-7-8) Woordenschat (groep 1 tot en met 8) Remediërend: Flits ( 4t/m8) o Rekenen: Schatkist rekenen (groep 1-2) Wereld in getallen (groep 3-4-5-6-7-8) Ambrasoft (extra oefenstof) Tafels (groep 4-5) Remediërend: Maatwerk (3 t/m 8) o Vaardigheid: lessen met tekstverwerker Word (groep 5-6-7-8) lessen Powerpoint (groep 8) o Mediawijsheid: Diploma Veilig internet : groep 7-8 In de groepen 1 en 2 is het computergebruik vooral gericht op de ondersteuning van functieontwikkelingen zoals oog-handcoördinatie, geheugentraining, het herkennen van vormen en kleuren en begripsvorming. De methode Schatkist besteedt aandacht aan voorbereidende oefeningen voor taal/lezen en rekenen. In de groepen 3 t/m 8 is het computergebruik vooral gericht op oefenen, verrijking en remediëring. Internet op school De kinderen vanaf groep 4 kunnen gebruikmaken van internet. Zij werken dan via Kennisnet. Kennisnet heeft een eigen zoekmachine die kinderen in principe leidt naar Nederlandstalige, veilige sites, waardoor zaken als racistische uitingen en pornografie niet zomaar benaderd kunnen worden. Kinderen kunnen echter ook andere zoekmachines gebruiken.
12
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
Waarom internet? Kinderen maken gebruik van internet ter verrijking van het onderwijs: om informatie te zoeken, contacten te leggen met leerlingen van andere scholen en deskundigen te kunnen raadplegen. De software die in ontwikkeling is, verwijst meer en meer naar internetsites voor aanvullend, actueel of alternatief materiaal. Internetactiviteiten worden zo steeds meer onderdeel van methodes en leergangen. De software bij methodes kan in de toekomst door kinderen ook via internet benaderd worden. Afspraken Samen met de kinderen en de leerkrachten hebben wij een aantal afspraken gemaakt: Gedragsafspraken met de kinderen o Geef nooit persoonlijke informatie door op internet, zoals namen, adressen en telefoonnummers, zonder toestemming van de leerkracht. o Vertel het je leraar meteen als je informatie tegenkomt waardoor je je niet prettig voelt, of waarvan je weet dat dit niet hoort. Houd je aan de afspraken; dan is het niet jouw schuld datje zulke informatie tegenkomt. o Leg nooit verdere contacten met iemand zonder toestemming van je leerkracht. o Verstuur bij e-mailberichten nooit foto’s van jezelf of van anderen zonder toestemming van je leerkracht. o Beantwoord nooit e-mail waarbij je je niet prettig voelt, of waar iets in staat waarvan je weet dat dit niet hoort. Het is niet jouw schuld dat je zulke berichten krijgt. Verstuur ook zelf dergelijke mailtjes niet. o Spreek van tevoren met je leerkracht af wat je op internet wilt gaan doen. Afspraken met de leerkrachten o Internet wordt gebruikt voor educatieve doeleinden. o Sites die wij kinderen willen laten gebruiken, worden eerst door de leerkracht bekeken. o Er worden geen sites bekeken die niet aan onze fatsoensnormen voldoen. o Er wordt aan de kinderen uitgelegd waarom zij bepaalde sites wel of niet mogen bekijken. o De leerkracht draagt zorg voor een omgeving waarin kinderen open kunnen vertellen wanneer zij op een ongewenste, onbedoelde site komen. Het is meestal immers niet hun schuld. o Regels en wetten met betrekking tot copyright worden in acht genomen. o Informatie die terug te voeren is op leerlingen, mag niet op het openbare deel van het net terecht komen. o Namen in combinatie met foto’s van kinderen worden niet op het net gepubliceerd. In uitzonderingsgevallen alleen met toestemming van de ouders. Ook voor het publiceren van individuele foto’s wordt eerst toestemming gevraagd. o Voor e-mail geldt ook het briefgeheim, maar op grond van hun pedagogische verantwoordelijkheid mogen de leerkrachten e-mail van leerlingen bekijken. Levensbeschouwing, catechese en geestelijke stromingen o We werken met projecten van Trefwoord en Hemel en Aarde. We hanteren een bijbelvertelrooster dat aansluit bij Leefstijl . Daarnaast wordt er aandacht besteed aan kerkelijke feesten zoals Pasen en Kerstmis. Vanaf groep 5 worden grote wereldgodsdiensten behandeld met behulp van het project Heilige Huisjes. In diverse wereldoriënterende materialen komen deze ook aan bod. Actief burgerschap en integratie De vorming van goede burgers is een kerntaak van onze school. Ons programma heeft in het aanbod voldoende aanknopingspunten en voldoende tijd en aandacht voor dit thema. Vooral in ons programma sociaal-emotionele vorming besteden wij expliciet aandacht aan vaardigheden als samen regels afspreken en handhaven, elkaar respectvol aanspreken, goed kunnen omgaan met kritiek en conflicten oplossen. Binnen taal en wereldoriëntatie, vooral bij geschiedenis en aardrijkskunde in de bovenbouw, leren de kinderen over onze staatsvorm, de grondrechten van alle burgers en wat dat betekent voor ons gedrag. Binnen ons aanbod levensbeschouwelijke vorming hebben wij gekozen voor filosoferen met kinderen. Uiteraard komen hier ook facetten van actief burgerschap en integratie aan bod. In de bovenbouw besteden wij aandacht aan aspecten van een pluriforme samenleving en 13
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
brengen wij onze leerlingen in aanraking met andere religieuze opvattingen. Dat kan ook niet anders, omdat maar een beperkt aantal van onze leerlingen de rooms-katholieke traditie uitdraagt. Onderwijs is niet alleen een voorbereiding op deelname aan de samenleving, het is zélf ook een belangrijke vorm van samenleven. Doelen: Kinderen kennen sociale gedragscodes en leven op een respectvolle manier samen op school. Kinderen maken deel uit van een eigen sociale omgeving en worden zich daarvan bewust. Ze hebben zorg voor hun omgeving. Kinderen doen mee in school. Onze leerlingen zijn jonge burgers; onze school is een democratische gemeenschap. Leerlingen moeten een discussie kunnen voeren en onderlinge problemen zonder geweld kunnen oplossen. Kinderen weten hoe onze democratie werkt en vormen daar een mening over. Ze weten wat het betekent om in een democratische rechtstaat te leven. Kinderen ontmoeten kinderen met andere levensbeschouwingen en overtuigingen en verwerven daar kennis over. Ze vormen een eigen levensovertuiging. Kinderen weten wat het betekent om Europees en wereldburger te zijn. Hoe geven we vorm aan de doelen? Binnen diverse vakken en thema’s/projecten is aandacht voor actief burgerschap. Hiermee geven we invulling aan de taak van het onderwijs om het ‘actief burgerschap’ of de ‘burgerschapsvorming’ te bevorderen. Veel kerndoelen (en de praktijk van alle dag) zijn met burgerschap en integratie verbonden. Voorbeelden van burgerschap en integratie op onze school: coöperatief leren: interactief samenwerken, bedanken en complimenteren; sociale, morele en levensbeschouwelijke vorming en intercultureel onderwijs: we gebruiken hiervoor de methode Leefstijl (aangevuld met Bijbelverhalen) en een aantal catecheseprojecten; aandacht voor actualiteiten, zoals Prinsjesdag, Bevrijdingsdag; kijken naar Schooltvweekjournaal en Jeugdjournaal , lezen en bespreken van de teksten van Nieuwsbegrip en bespreken van actualiteiten (krant); milieu- en mensenrechteneducatie: spreekbeurt van Unicef (groep 8); maatschappelijke stages: sinds enkele jaren bieden we een aantal leerlingen uit het mbo (niveau 1) de mogelijkheid om bij ons op school stage te lopen; projecten/thema’s op het gebied van lichamelijke en psychische gezondheid, zoals de gezonde lunch en de gehandicaptendag in groep 7; thema’s op het gebied van waarden en normen, opvattingen en respect door middel van de methode Leefstijl en de posters met schoolregels; aandacht voor geestelijke stromingen, met o.a. bezoek aan moskee, synagoge en kerk; samenwerking met de partners van de Brede School; staatsinrichting (geschiedenismethode); vanaf schooljaar 2011-2012 is op school een leerlingenraad actief. Uit elke bovenbouwgroep (groep 6,7,8) worden na een verkiezingscampagne twee leerlingen gekozen door de leerlingen uit de betreffende groep. Elke 6 weken vergadert de leerlingenraad onder leiding van de twee teamcoördinatoren (TC’ers). Zowel de leerlingen als de TC’ers brengen onderwerpen in. De leerlingen ontvangen een week voor de vergadering een agenda en van elke vergadering wordt een verslag gemaakt. De TC’ers koppelen de mening van de leerlingen terug naar het team en de oudervereniging. projecten op het gebied van basiswaarden (vrijheid van meningsuiting, gelijkwaardigheid, begrip voor anderen, verdraagzaamheid, autonomie, afwijzen van onverdraagzaamheid, afwijzen van discriminatie): het project van Bureau Halt en politie (groep 8); ouderparticipatie: medezeggenschapsraad, oudervereniging, klassenouders, luizenouders, biebouders, hulp bij activiteiten, excursies enz.; elk schooljaar organiseren we in de Goede Week een actie voor een goed doel.
14
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
Bewegingsonderwijs o In de groep 1/2 gebruiken we de methodes Beter bewegen met kleuters en Bewegingsonderwijs in de speelzaal. In de kleutergroepen wordt dagelijks aan beweging gedaan: buitenspelen of spelen in de speelzaal. o De groepen 3 t/m 8 hanteren de methode Basislessen bewegingsonderwijs van Van Gelder. De kinderen zijn verplicht om sportkleding en sportschoenen te dragen tijdens de lessen. De groepen hebben tweemaal in de week gymnastiek op het rooster staan. Als de kinderen geen gymspullen bij zich hebben, mogen ze niet meedoen. Cultuureducatie Cultuuraanbod De Wegwijzer neemt deel aan de culturele projecten van De grote Ontdekking, die gesubsidieerd worden door de gemeente Breda. De Ontdekking kent diverse werkvormen en de leerlingen komen gedurende hun basisschoolloopbaan in aanraking met de diverse disciplines van cultuureducatie. Bibliotheekbezoek, een kunstenaar in de klas, schouwburgbezoek, bezoek aan cultureel erfgoed (KMA, Stadsarchief) etc. zijn hier onderdeel van. Beeldende vorming Bij beeldende vorming wordt er aandacht besteed aan diverse materialen en technieken. Hiervoor wordt een digitale lesmethode gebruikt: Laat maar zien. Daarnaast zijn er diverse boeken en internetsites die gebruikt worden om de lessen voor beeldende vorming te ondersteunen. Ook bij vieringen, projecten en de crea-ochtend wordt er gewerkt aan beeldende vorming. Beeldende vorming krijgt ook steeds meer een plaats binnen het zelfstandig werken. Met zogenaamde doe-kaarten kunnen de leerlingen zelf aan de slag. Muziek Er wordt gebruik gemaakt van de methode Muziek moet je doen. Er is ook aandacht voor dans, beweging en instrumenten. Drama We werken aan de hand van vrije en gerichte opdrachten, ook terug te vinden in de methode voor sociaal-emotionele ontwikkeling Leefstijl. Te denken valt aan o.a. poppenkast, toneelstukjes, interviews, gesprekjes en gedichten. Dit gebeurt in de groep, maar ook bij vieringen, projecten en creatieve middagen. In de komende jaren wordt er gezocht naar een leerlijn om dit te ondersteunen. Engels o We gebruiken de methode Take it easy. Huiswerk Op onze school zijn over huiswerk de volgende afspraken gemaakt. De leerlingen van groep 6 leren incidenteel een toets en bereiden thuis een spreekbeurt en een boekbespreking voor. De leerlingen van de groepen 7 en 8 krijgen structureel elke week huiswerk mee. Groep 7 één keer en groep 8 twee keer per week. Daarnaast wordt er ook regelmatig geleerd voor een toets. In de andere groepen kan incidenteel wat huiswerk opgegeven worden. Soms vragen ouders om huiswerk, vooral wanneer er door een bepaalde omstandigheid een achterstand wordt geconstateerd. In overleg met de leerkracht wordt dit dan geregeld. Er kan ook een situatie zijn waarin de leerkracht in overleg met de ouders het initiatief neemt voor extra huiswerk.
4.10
Sponsoring
In februari 2009 is onder andere door de PO-raad het Convenant Scholen voor Primair en Voortgezet Onderwijs en Sponsoring ondertekend. INOS voelt zich aan dit convenant gebonden. Voor het convenant en toelichting: zie www.rijksoverheid.nl (zoek op ‘sponsoring in het primair onderwijs’).
15
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
Relevante achtergrondinformatie Er is pas sprake van sponsoring als er een tegenprestatie van de school wordt verwacht. De vermelding van beeldmerken en (korte) reclameteksten op door de school gebruikte materialen zijn geen sponsoring. Dit betreft bijvoorbeeld het logo van het computermerk op de pc’s in de klas of de reclameslogan van de schoolboekenproducent in het lesboek. Een klacht over de wijze waarop de school omgaat met reclame of sponsoring kan volgens de klachtenregeling van INOS worden behandeld. Zie hiervoor elders in deze schoolgids (6.5 Klachtenregeling).
5.
De zorg voor kinderen
We kiezen heel bewust voor het leerstofjaarklassensysteem, waarbij het kind centraal staat en niet zozeer de leerstof. Wij vinden dit belangrijk voor de sociaal-emotionele ontwikkeling van ieder kind. Onze methode Leefstijl is daarbij een goed hulpmiddel. In een groep met leeftijdsgenoten kunnen kinderen ervaren dat iedereen verschillend is. Leerlingen met een leerstofachterstand / leerstofvoorsprong verdienen extra aandacht. Er zijn momenten van hulp vragen en hulp bieden. Dat kan in het contact tussen leerkracht en leerling, maar ook tussen leerlingen onder elkaar. Concreet houdt dat in, dat leerlingen binnen de groep op verschillende niveaus kunnen werken. Dus: ‘Onderwijs op maat’!
5.1
De opvang van nieuwe leerlingen in de school
Aanmelding van een nieuwe kleuter Ouders kunnen vanaf het moment dat hun kind 3 jaar is, hun kind aanmelden. Zij hebben een intakegesprek waarin onze manier van werken wordt uitgelegd, en ze krijgen een rondleiding door het gebouw. Kinderen die 4 jaar worden, kunnen nadat de ouders een intakegesprek hebben gehad, kennismaken met de groepsleerkracht van groep 1-2. De kleuter mag 5 dagdelen meedraaien om alvast een beetje sfeer te proeven. Dit vindt enkele weken voor de vierde verjaardag van het kind plaats. Het kan voorkomen dat – vanwege de groepsgrootte – leerlingen die na 30 mei 4 jaar worden, bij ons pas het volgende schooljaar kunnen worden geplaatst in de onderbouw. Kinderen die van een andere basisschool komen Bij kinderen die van een andere school komen, kan bij binnenkomst door de IB’er een test afgenomen worden om het niveau te bepalen. Wij kunnen dan beoordelen in welke groep de nieuwkomer thuishoort. Kinderen met een leerlinggebonden financiering Door de Wet op de Leerlinggebonden Financiering kunnen ouders van leerlingen met een handicap die school voor hun kind kiezen die zij het beste vinden. Dat kan dus ook een basisschool zijn. Er is geen sprake van toelatingsrecht tot de reguliere school. De keuzevrijheid van ouders kan worden beperkt door de aard en zwaarte van de handicap, in combinatie met de feitelijke (on)mogelijkheden van de reguliere school om gehandicapte leerlingen op te nemen. Op school is bij de IB’er een stappenplan op te vragen waarin weergegeven wordt welke traject een leerling doorloopt vanuit het voortraject REC en de mogelijke beslissingen die kunnen volgen. In de loop van het schooljaar 2014-2015 zal dit traject gewijzigd worden in verband met de invoering van passend onderwijs.
5.2
Het volgen van de ontwikkeling van de kinderen in de school
Om kinderen in hun ontwikkeling te kunnen volgen, hanteren we in de groepen 1 /2 het observatie- en registratie-instrument KIJK! De leerkrachten registreren na observatie op welk niveau het kind zit en waar de ontwikkeling extra aandacht nodig heeft. De resultaten hiervan worden in november en mei besproken met de ouders. In de groepen 3 t/m 8 maken we gebruik van het Citoleerlingvolgsysteem. In groep 8 wordt de Cito-eindtoets (zie bijlage 2) afgenomen. Vanaf schooljaar 2011-2012 werken we in de groepen 3 t/m 8 met het leerlingvolgsysteem voor sociaal-emotionele ontwikkeling ZIEN! 16
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
Alle Cito-toetsresultaten worden vastgelegd en verwerkt in de computer. De resultaten van deze methodeonafhankelijke toetsen en de bevindingen vanuit ZIEN! worden twee keer per jaar besproken tijdens de toetsbesprekingen met de IB’er, met het gehele team en in het MT.
5.3
Anti-pest beleid
We willen als school een veilige en sociale omgeving vormen voor kinderen, ouders en leerkrachten. Daarom vinden wij het als basisschool belangrijk om pesten te voorkomen. Dit bewerkstelligen we door intensief aandacht te besteden aan preventie van pestgedrag. Algemene preventie Schoolklimaat Onder schoolklimaat verstaan we de sfeer waarin leerlingen en leerkrachten samen leren en leven. De sfeer wordt bepaald door de relaties tussen de verschillende betrokkenen (leerlingen, leerkrachten, directie, ander personeel, ouders) en door de structurele regels en afspraken die het schoolgebeuren in goede banen leiden. De volgende zaken dragen bij aan een positief schoolklimaat: o open communiceren, positief en op basis van gelijkwaardigheid. Gebruik van zogenaamde plustaal: woorden waarmee het gewenst gedrag heel specifiek wordt omschreven. Dus niet: ‘Schreeuw niet zo’, maar: ‘Praat eens wat zachter,’ Niet: ‘Schrijf niet zo slordig’ , maar: ‘Ik wil dat je leesbaar schrijft’. o tijd en ruimte scheppen voor informele contacten tussen alle betrokkenen op school; o aandacht besteden aan het emotionele welbevinden van de leerlingen; o aanmoedigen en belonen van gewenst gedrag; o leerlingen eerder ondersteunend dan bestraffend begeleiden; o stimuleren van het nemen van verantwoordelijkheid; o leerlingen stimuleren om samen te werken; o haalbare eisen stellen op verschillende vlakken (intellectueel, creatief, sportief, communicatief); o duidelijke en positief geformuleerde schoolregels hanteren; o heldere gedragsregels voor het gebruik van e-mail en internet formuleren; o aanstellen van twee vertrouwenspersonen; o surveilleren op de speelplaats door alle leerkrachten. Werken aan sociale vaardigheden en emotionele ontwikkeling WIJ ZIJN EEN LEEFSTIJLSCHOOL !! Wanneer leerlingen in een groep leren en leven, oefenen ze op een heel natuurlijke manier een aantal sociale vaardigheden. Wij helpen leerlingen vanaf de kleuterklas om hun sociale vaardigheden nog beter te ontwikkelen. Hiervoor gebruiken we Leefstijl. Dit is een methode voor sociaal-emotioneel ontwikkeling waarmee leerlingen zich bewust worden van normen en waarden en sociale omgangsregels. Dit gebeurt in de praktijk door samen met klasgenoten activiteiten en opdrachten te doen die het besef van ‘respectvol omgaan met elkaar’ versterken. De methode omvat een groot aantal sociale vaardigheden zoals kennismaken, luisteren, communiceren, zelfvertrouwen, gevoelens uiten, assertiviteit en weerbaarheid, conflicten oplossen, omgaan met groepsdruk, risico’s inschatten en doelen stellen. De methode biedt naast sociaal-emotionele competenties ook gezondheidsvaardigheden. Bij gezondheidsvaardigheden speelt preventie een belangrijke rol. Als leerkrachten van De Wegwijzer hebben we ons intensief laten scholen in het programma van Leefstijl. Er is een opbouw in zes thema’s die in alle groepen van 1 tot en met 8 op het juiste niveau en op een juiste wijze worden aangeboden: Thema 1 Thema 2 Thema 3 17
De groep, dat zijn wij ! (over sfeer in de groep) Praten en luisteren (over communicatie) Ken je dat gevoel? (over gevoelens)
Schoolgids - De Wegwijzer
Thema 4 Thema 5 Thema 6
2014-2015
Ik vertrouw op mij (over zelfvertrouwen) Iedereen anders, allemaal gelijk (over verschillen tussen mensen) Lekker gezond (over gezondheidsvaardigheden)
De manier waarop met de thema’s gewerkt wordt, is heel divers. Soms worden onderwerpen in de kring besproken. Vaak is een spelvorm het uitgangspunt. Ook vormen van drama komen voor. Er wordt een werkboekje gebruikt waarin iedere leerling (vanaf groep 3) zijn eigen opmerkingen, ervaringen, meningen vermeldt. Vaak wordt gebruik gemaakt van ‘energizers’. Het is een manier om de kinderen op een ludieke, speelse manier ‘aan de gang te krijgen’. Dit veroorzaakt een lossere sfeer die het mogelijk maakt op een veilige manier tot gedragsuitingen te komen. Kinderen ervaren Leefstijllessen als heel fijn… en de leerkrachten ook. ONZE LEEFSTIJLREGELS: 1. We zorgen goed voor álle spullen. 2. We zorgen goed voor elkaar. 3. We zorgen samen voor een rustige, veilige omgeving.
18
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
Als aanvulling op de methode Leefstijl verzorgen wij onder schooltijd een sova- training (zie hieronder) en een faalangstreductietraining voor kinderen die dit naar onze mening nodig hebben. Beleid rond pesten Wat verstaan we onder pesten? Pesten is het regelmatig lastig vallen van iemand met het effect dat de ander fysiek of emotioneel lijdt. Er is altijd sprake van een machtsverschil tussen de pester en het slachtoffer. Pesten gebeurt meestal in groepsverband en vindt bij herhaling plaats. Pesten is TIK,TIK,TIK… (onophoudelijke druppels op hetzelfde hoofd) en plagen en ruzie is als TIK,TAK,TIK,TAK. Specifieke preventie Duidelijkheid rondom pesten We dragen als school uit dat pesten niet getolereerd wordt. Het is bij alle betrokkenen van de school duidelijk wat de school doet op het gebied van preventie van pesten, maar ook op het gebied van mogelijke interventies. Het taboe op klikken doorbreken Om pestproblemen aan te kunnen pakken, moeten ze eerst zichtbaar gemaakt worden. Het is belangrijk dat leerlingen al vanaf groep 1 leren dat bepaald gedrag, waaronder pesten, niet wordt getolereerd op school en dus mag en moet worden gemeld. Het vertellen of melden van pesten is niet hetzelfde als ‘klikken’, maar juist een manier waarop leerlingen kunnen helpen om pesten zoveel mogelijk tegen te gaan. Richtlijnen voor verantwoord internetgebruik Het internet biedt vele mogelijkheden tot pesten. Om digitaal pesten te voorkomen worden er in de groep gedragsregels opgesteld voor het gebruik van e-mail en internet. Dit komt aan de orde in Leefstijl voor de groepen 7 en 8. Interventie Sova-training Een maal per jaar wordt aan een groep leerlingen van de school een socialevaardigheidstraining van 10 bijeenkomsten aangeboden. De training is een aanvulling op het programma van Leefstijl en wordt gegeven door twee leerkrachten. De leerkrachten kunnen leerlingen die nog moeite hebben met het toepassen van sociale vaardigheden, opgeven voor deze training. Voorafgaand aan de training wordt voor iedere leerling een doel opgesteld en achteraf worden deze doelen geëvalueerd met de leerkrachten. De ouders worden bij dit proces betrokken. No Blame- aanpak Als interventie kunnen we op school de No blame-aanpak toepassen. Deze aanpak heeft tot doel elke pestsituatie zo snel mogelijk te stoppen en op te lossen. Als preventie en interventie toch niet het gewenste effect opleveren, wordt een leerling opgenomen in een speciaal zorgtraject, eventueel met inschakeling van externe instanties.
5.4
Rapport
Vanaf schooljaar 2014-2015 hanteren we een andere manier van rapporteren aan de ouders. We gaan werken met een digitaal rapport. Dit is een combinatie van gegevens: een uitdraai van de resultaten van de methodegebonden toetsen en die van de nietmethodegebonden toetsen (LVS). De beoordelingen van de leervakken zijn gebaseerd op de resultaten van de toetsen van de methodes. De uitdraai van het LVS (leerlingvolgsysteem) geeft de ontwikkeling in de loop der jaren weer. We gebruiken als leerlingvolgsysteem de Citotoetsen, AVI-toetsen en KIJK. Het digitale rapport is een onderdeel van de rapportage aan ouders over de ontwikkeling van het kind. Samen met de mondelinge toelichting van de leerkracht op het rapport en het 19
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
bijgevoegde werk van de kinderen zelf geven we een zo volledig mogelijk beeld van de ontwikkeling van het kind op onze school. Tweemaal per jaar wordt een rapport uitgereikt. Drie keer per jaar worden alle ouders uitgenodigd om over de ontwikkeling van hun kind te spreken.
5.5
Zorg
5.5.1. Passend onderwijs Inleiding Met ingang van 1 augustus 2014 gaat Passend Onderwijs van start en houden de huidige samenwerkingsverbanden Weer Samen Naar School op te bestaan. Dit houdt in dat ons schoolbestuur deel gaat uitmaken van een nieuw samenwerkingsverband Passend Onderwijs met de naam RSV Breda e.o., Optimale Onderwijskansen. In dit nieuwe samenwerkingsverband participeren 26 schoolbesturen voor primair onderwijs met in totaal 137 scholen voor basisonderwijs, speciaal basisonderwijs of speciaal onderwijs. Niet alle schoolbesturen voor speciaal onderwijs zijn wettelijk deel van het nieuwe samenwerkingsverband. Alleen scholen voor langdurig zieke leerlingen, zeer moeilijk lerende leerlingen, leerlingen met een lichamelijke beperking en leerlingen met gedragsproblemen en/of psychiatrische stoornissen doen in het samenwerkingsverband mee. Met de schoolbesturen speciaal onderwijs voor blinde en slechtziende en dove en slechthorende en spraak/taalgebrekkige leerlingen zijn samenwerkingsafspraken gemaakt. Passend onderwijs is er voor alle leerlingen. In de praktijk gaat het vooral om leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben. Deze ondersteuning kan nodig zijn vanwege een verstandelijke beperking, een chronische ziekte of bijvoorbeeld gedrags- of leerproblemen. Maar ook hoogbegaafdheid kan aanleiding zijn om extra ondersteuning te organiseren. De nieuwe Wet Passend Onderwijs schrijft enerzijds een aantal zaken voor die het nieuwe samenwerkingsverband moet regelen, anderzijds geeft de wet vrijheden om op lokaal niveau zelf beleid te maken. Dit beleid wordt gemaakt door het bestuur van het samenwerkingsverband dat bestaat uit een vertegenwoordiging van alle deelnemende schoolbesturen. De schoolbesturen die in het samenwerkingsverband samenwerken krijgen van het ministerie van OC&W geld om het onderwijs te regelen voor leerlingen die deze extra ondersteuning nodig hebben. Hiertoe maken de schoolbesturen gezamenlijk een ondersteuningsplan dat moet garanderen dat iedere leerling een passend onderwijsaanbod krijgt. Voor de meeste leerlingen zal er door de invoering van passend onderwijs in de dagelijkse praktijk weinig veranderen. Wel verandert mogelijk de organisatie van de ondersteuning op school en worden er op termijn minder kinderen doorverwezen naar het speciaal onderwijs, omdat het samenwerkingsverband de ambitie heeft om voor zoveel mogelijk leerlingen thuisnabij het passend onderwijsaanbod te realiseren. Wat er op korte termijn verandert wordt in het navolgende uitgelegd. Zorgplicht Schoolbesturen krijgen vanaf 1 augustus 2014 zorgplicht. Dit betekent dat de scholen ervoor moeten zorgen dat iedere leerling, die bij de school staat ingeschreven of is aangemeld en die extra ondersteuning nodig heeft, een passend onderwijsaanbod krijgt. Dit houdt in dat na aanmelding de school eerst zorgvuldig gaat onderzoeken wat uw kind nodig heeft en of de school die ondersteuning zelf kan realiseren, eventueel met ondersteuning vanuit het samenwerkingsverband. Als de school de ondersteuning niet zelf kan bieden en aangeeft dat uw kind het beste naar een andere school kan gaan, moet de school, na overleg met u, zorgen dat er een andere school gevonden wordt die wel een passend aanbod kan doen en uw kind kan toelaten. Dit kan een andere basisschool zijn, maar ook een school voor speciaal basisonderwijs of speciaal onderwijs. Goed overleg met de ouders is in deze situatie uiteraard belangrijk. Nieuwe visie op ondersteuning Tot nu toe zijn we in Nederland gewend aan een proces van verwijzing en toewijzing dat is gebaseerd op de vraag wat er met het kind aan de hand is. Op basis van handelings20
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
verlegenheid van de school en kindkenmerken zijn tot nu toe besluiten genomen over verwijzingen naar het speciaal basisonderwijs of speciaal onderwijs of de toekenning van een rugzakbekostiging als de leerling ondanks indicatie op de basisschool blijft. Na 1 augustus 2014 kijken we niet meer naar wat er met het kind aan de hand is, maar proberen we de vraag te beantwoorden welke extra onderwijsbehoefte de leerling heeft en welke extra ondersteuning dan geregeld moet worden. De handelingsverlegenheid van de school is dan niet langer een criterium voor indicatie, maar meer een signaal dat de leerling een beter passend onderwijsaanbod nodig heeft. Positie van de ouders De invoering van de Wet Passend Onderwijs leidt tot een andere positionering van de ouders in trajecten van toeleiding, verwijzing en extra ondersteuning. Indien uw kind meer ondersteuning nodig heeft dan de basisondersteuning van de school moet de school op basis van de zorgplicht in actie komen. Dit betekent dat de school de verantwoordelijkheid heeft te onderzoeken welke onderwijsbehoeften de leerling heeft en op welke manier daarop een passend antwoord kan worden gegeven. Uiteraard betrekt school van meet af aan de ouders in dit traject. School is in dit traject leidend en zorgt er voor dat onderzoek plaatsvindt. Het onderzoek kan leiden tot verschillende uitkomsten, te weten: 1 2 3
de leerling blijft op school met extra ondersteuning, een arrangement; de leerling gaat naar een andere basisschool; de leerling wordt aangemeld bij de commissie voor ondersteuningstoewijzing voor plaatsing op school voor speciaal basisonderwijs; de leerling wordt aangemeld bij de bij de commissie voor ondersteuningstoewijzing voor plaatsing op school voor speciaal onderwijs; de leerling wordt aangemeld bij de commissie voor onderzoek voor toelaatbaarheid tot speciaal onderwijs voor blinde en slechtziende leerlingen of dove en slechthorende en spraak/taalgebrekkige leerlingen, dan wel voor een arrangement voor de leerling in de basisschool.
4 5
Voor de eerste vier trajecten zijn wettelijk afspraken gemaakt over de positionering van ouders en kunnen ouders zich beroepen op een mogelijk geschil. Het traject met betrekking tot de aanmeldingen voor toelaatbaarheid tot speciaal onderwijs voor blinde en slechtziende of dove en slechthorende en spraak/taalgebrekkige leerlingen, dan wel voor een arrangement voor de leerling in de basisschool valt buiten de wettelijke bevoegdheden van het samenwerkingsverband passend onderwijs. Met betrekking tot de eerste vier trajecten kunnen ouders na 1 augustus 2014 verschillende commissies benaderen: Geschillencommissie Passend Onderwijs. Deze commissie beslecht geschillen in po, vo en (v)so, over toelating van leerlingen, die extra ondersteuning behoeven, de verwijdering van leerlingen en het ontwikkelingsperspectief. Bezwaaradviescommissie toelaatbaarheidsverklaring. Het samenwerkingsverband is aangesloten bij de landelijke bezwaaradviescommissie, waartoe ouders zich kunnen richten bij een bezwaar tegen een besluit over een toelaatbaarheidsverklaring. Ouders behouden daarnaast de mogelijkheid om hun klacht voor te leggen aan het College voor Mensenrechten en Gelijke Behandeling en om een beroep aan te tekenen bij de rechter. Schoolondersteuningsprofiel (SOP) Iedere school stelt binnen passend onderwijs een ondersteuningsprofiel op, zie paragraaf 3.5., waarin de school beschrijft welke ondersteuning zij kan bieden en hoe deze ondersteuning is georganiseerd. De medezeggenschapsraad heeft adviesrecht op het vaststellen van het schoolondersteuningsprofiel. Aan de hand van dit SOP maakt de school ook duidelijk of de school zich wil specialiseren in een bepaald type ondersteuning of in principe een school wil zijn voor alle leerlingen als het passend onderwijsaanbod kan worden gerealiseerd. Het schoolondersteuningsprofiel speelt een rol in het toelatingsbeleid van de school en is voor ouders een informatiebron die geraadpleegd kan worden als zij op zoek zijn naar een school voor hun kind. Geldigheid huidige beschikkingen Leerlingen die op basis van een beschikking van de Permanente Commissie Leerlingenzorg 21
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
of een Commissie voor Indicatiestelling in het speciaal (basis)onderwijs verblijven, mogen daar het onderwijs genieten voor in ieder geval de duur van de beschikking. Voor leerlingen waarvoor een tijdelijke beschikking is afgegeven zal tijdig een besluit moeten worden genomen over de best passende voorziening na afloop van die beschikking. Voor leerlingen die gebruik maken van de huidige rugzakbekostiging in de basisschool gaat in de toekomst een en ander wijzigen. De huidige rugzak moet straks door het samenwerkingsverband worden omgezet in een arrangement binnen een passende voorziening. Volgens de wet zijn de huidige beschikkingen voor een rugzak vanaf 1 augustus 2014 niet meer geldig. Het bestuur van het samenwerkingsverband heeft echter het besluit genomen dat tot het moment van omzetten van die rugzak in een arrangement de ambulante begeleiding en de begeleiding vanuit de basisschool voor het schooljaar 2014-2015 worden bekostigd. In de praktijk betekent dit dat het eerste schooljaar voor deze leerlingen in de ondersteuning niets hoeft te wijzigen. Nadat het arrangement is bepaald kan het zijn dat de leerling een grotere onderwijsbehoefte heeft dan nu vanuit de huidige rugzak kan worden gerealiseerd, maar het kan ook zijn dat deze behoefte kleiner is dan de huidig beschikbare middelen. Het samenwerkingsverband levert in die zin in de toekomst maatwerk. Meer informatie nodig? De transitie naar de nieuwe Wet Passend Onderwijs is niet met ingang van het schooljaar 2014-2015 afgerond. De ontwikkelingen in ons samenwerkingsverband kunt u volgen via onze website www.rsvbreda.nl. Daarop vindt u onder andere het ondersteuningsplan van het samenwerkingsverband. Daarin wordt het beleid van het samenwerkingsverband verwoord. Dan • • • • • •
is er ook een aantal informatieve websites over ‘passend onderwijs’: www.steunpuntpassendonderwijs.nl www.passendonderwijs.nl www.medezeggenschap-passendonderwijs.nl www.mensenrechten.nl www.onderwijsconsulenten.nl www.onderwijsgeschillen.nl
5.5.2. Passende zorg op onze school Binnen de Wet Passend Onderwijs is het begrip ‘zorgplicht’ geïntroduceerd. Dat wil zeggen dat ieder schoolbestuur de verantwoordelijkheid heeft een passend onderwijszorgarrangement aan te bieden aan iedere leerling die bij een school van dat schoolbestuur wordt aangemeld. Scholen worden aangezet tot heroverweging van de opvang van leerlingen met speciale onderwijsbehoeften. Onze school is een brede zorgschool. Een brede zorgschool vangt meerdere categorieën leerlingen met speciale onderwijsbehoeften op, bijvoorbeeld leerlingen met een lichamelijke beperking, kinderen met ernstige spraak- en taalmoeilijkheden en leerlingen met gedragsproblemen. Ons streven is dat ieder kind de zorg krijgt die het nodig heeft. Kinderen die een leerstofachterstand of juist een leerstofvoorsprong hebben, lichamelijke en/of sociaal-emotionele moeilijkheden hebben, verdienen extra aandacht. Die krijgen ze op onze school ook. De extra hulp wordt zoveel mogelijk in de klas door de leerkracht gegeven. We hebben op school een planmatige aanpak van zorg en onderwijs. In het schooljaar 2013-2014 zijn we gestart met de implementatie van een nieuwe zorgstructuur. Deze heeft als doel het in kaart brengen van de onderwijsbehoeften van een kind om daaraan het onderwijsaanbod aan te passen. Leerkrachten maken groepsplannen voor verschillende vakken waarin deze onderwijsbehoeften van de kinderen genoteerd staan. We zijn gestart met het vakgebied spelling. In de komende tijd zullen technisch lezen, begrijpend lezen en rekenen volgen. We vinden een goed contact met ouders van groot belang voor de begeleiding van het kind. Ouders kennen hun kind als geen ander en kunnen de leerkracht en school waardevolle informatie verschaffen.
22
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
Zorgstructuur Regulier Voor het vakgebied spelling (en in de komende tijd ook voor technisch lezen, rekenen, begrijpend lezen) maakt de leerkracht een groepsplan. De leerkracht vormt zich een beeld van het kind door middel van observaties, het nakijken van werk, toetsen en gesprekken. De leerkracht bepaalt het leerstofaanbod en de begeleidingsvorm van het kind. Signalen van specifieke onderwijsbehoeften worden besproken met ouders en intern begeleider. Het leerstofaanbod komt voornamelijk uit de lesmethode, eventueel aangevuld met extra oefenstof of verrijkings-/verdiepingsmateriaal. De begeleidingsvorm kan o.a. bestaan uit verkorte of verlengde instructie door de leerkracht. Drie maal per jaar bespreekt de leerkracht de groepsplannen met de IB’er en wordt bekeken of de groepsplannen aangepast moeten worden. Er wordt een groepsoverzicht samengesteld waarin aangegeven wordt waaraan de komende periode gewerkt wordt op alle gebieden (leervakken, motoriek, sociaal-emotioneel).
Specifiek De specifieke begeleiding start met een leerlingbespreking tussen leerkracht en intern begeleider. De leerkracht gaat hierover met ouders in gesprek. De leerlingbespreking heeft als doel het verhelderen van de specifieke onderwijsbehoeften, vaststellen of de leerling een plaats in het groepsplan of een eigen hulpplan krijgt, vaststellen of de leerling interne of externe begeleiding nodig heeft en vaststellen of bespreking in het zorgteam nodig is. De IB’er kan een observatie, een klein didactisch of pedagogisch onderzoek uitvoeren om antwoord te vinden op een hulpvraag van ouders, leerkracht en/of leerling. Ook kan ouders geadviseerd worden hun kind te laten onderzoeken en of te laten begeleiden door een fysiotherapeut of logopedist.
Intensief De leerling wordt besproken in het intern zorgteam. Indien een leerling in het zorgteam besproken wordt, levert de leerkracht de informatie aan bij de IB’er die de leerling vervolgens bespreekt. De leerlingbespreking heeft als doel tot een verklaring van het probleem te komen en duidelijkheid te krijgen over de specifieke onderwijsbehoeften van de leerling. Dit alles om tot een individueel hulpplan te komen. De leerkracht informeert ouders voor- en achteraf over de zorgteambespreking. Externe zorg De externe zorg bestaat uit extern onderzoek of begeleiding. Een leerling is meerdere malen besproken binnen het intern zorgteam, maar er blijkt meer nodig te zijn. De school kan een beperkt aantal onderzoeken laten uitvoeren door de onderwijsadviseur leerlingenzorg (een orthopedagoog of een psycholoog) van Edux. Aan deze onderzoeken – voor zover ze passen binnen het aan de school toegekende budget – zijn voor de ouders geen kosten verbonden. De school bepaalt welke leerlingen op haar kosten bij Edux worden onderzocht. De onderzoeken vinden in principe bij Edux plaats. Daar heeft men speciale onderzoeksruimten, waar in een prettige omgeving ongestoord gewerkt kan worden. Uiteraard wordt alles in samenwerking met ouders gedaan. Ook kan ouders geadviseerd worden hun kind te laten onderzoeken en/of behandelen door een logopedist, fysiotherapeut, kinderpsycholoog, GGZ, ADHD-kliniek etc. Het kan ook zijn dat er extra zorg in samenwerking met de school wordt geboden, met medeweten van ouders. Het gaat hier voornamelijk om leerlingen met een indicatie speciaal basisonderwijs of speciaal onderwijs (rugzakleerlingen). Verwijzing Als wij niet meer in staat zijn uw kind de noodzakelijke hulp te bieden, zullen we een verwijzing naar het speciaal basisonderwijs (sbo) met u bespreken. Deze vorm van onderwijs beschikt over kleinere groepen en meer deskundigen. Wanneer u voor uw kind toelating 23
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
tot het sbo wilt aanvragen, dan dient u een verzoek in bij de PCL (permanente commissie leerlingenzorg). Deze commissie onderzoekt of toelating van uw kind tot het sbo nodig is, of dat uw kind op een andere manier geholpen kan worden. Tevens gaat de PCL na of de basisschool er alles aan gedaan heeft het kind op een verantwoorde wijze te helpen. Ook wordt er een capaciteitenonderzoek verlangd. De school levert aan de PCL een onderwijskundig rapport. Als u het niet eens bent met de beslissing van de PCL, kunt u bezwaar aantekenen bij deze commissie en eventueel nog in beroep gaan bij de rechter. De IB’er begeleidt de ouders bij de aanmelding bij PCL en sbo. Naast het sbo bestaat ook het so (speciaal onderwijs). Bij deze vorm van onderwijs gaat het om kinderen met bijvoorbeeld een lichamelijke handicap, een ernstige gehoor- of spraakstoornis, grote gedragsproblemen of een laag leervermogen. In paragraaf 5.1 kunt u lezen over de leerlinggebonden financiering voor deze leerlingen. Ouders kunnen kiezen voor een reguliere basisschool (met ‘rugzakje’) of voor het speciaal onderwijs. In verband met de invoering van passend onderwijs zullen het aanvragen en het uitvoeren van de rugzakken sbo en so wijzigen. Het schooljaar 2014-2015 zal een tussenjaar zijn. Aanvullingen op de zorgstructuur: o
o
o
o
We hanteren op school verschillende protocollen met betrekking tot extra hulp aan kinderen: een dyslexieprotocol en een (hoog)begaafdenprotocol. Beide protocollen liggen ter inzage op school. Het kan zijn dat een externe RT’er een leerling begeleidt. Deze overlegt maximaal tweemaal per schooljaar met de leerkracht en de IB’er. Daarnaast kan een communicatieschriftje gehanteerd worden tussen de leerkracht, ouders en externe RT’er. Voor alle individuele onderzoeken die verricht worden door Edux, geldt dat de school handelingsverlegen is. Alleen als de school vragen heeft m.b.t. de aard van de problematiek van een leerling of vragen m.b.t. de daarmee samenhangende hulp die geboden zou moeten worden, kan een kind in aanmerking komen voor een onderzoek. Als de school niet handelingsverlegen is en ouders wensen toch een uitgebreid onderzoek, dan is dit onderzoek voor kosten van de ouders. Voor ons is het belangrijk dat er eerst overleg met de school plaatsvindt, voordat overgegaan wordt tot een aanvraag voor een extern onderzoek. Bij aanmelding moeten zowel ouders als school vragenlijsten invullen. Na het onderzoek is het van belang dat de resultaten van het onderzoek met de school besproken worden, zodat eventuele adviezen meegenomen kunnen worden in het handelen op school. Het is in principe aan de ouders om de school te informeren; ouders bepalen uiteindelijk of de school het onderzoeksrapport ontvangt. Als school gaan we ervan uit dat de ouders hun medewerking verlenen aan de optimale begeleiding van hun kind. Als ouders niet akkoord gaan met een advies van de school, dan betekent dit dat de school de hulp en de begeleiding die het kind nodig heeft, niet kan bieden. De school is dan niet verantwoordelijk voor het feit dat het kind niet de juiste hulp ontvangt. De school maakt een jaarconvenant, waarin aangegeven wordt welke hulp geboden kan worden. Ouders ondertekenen dit jaarconvenant.
5.6 Regeling diagnose en behandeling dyslexie Achtergrond Vanaf 1 januari 2009 is het door een wetswijziging mogelijk dat leerlingen in aanmerking komen voor door de zorgverzekeraar vergoede diagnostiek en behandeling van dyslexie. Deze regeling geldt alleen voor leerlingen met een hardnekkig lees- en spellingprobleem als enkelvoudig probleem, waarbij de zorg start of is gestart voor het 9 de levensjaar en de school op basis van het Protocol Leesproblemen en Dyslexie al de nodige extra begeleiding heeft gegeven. Op basis van de aangeleverde gegevens wordt bepaald wat de aard en de ernst van de lees- en spellingproblemen zijn en of er sprake is van voldoende hardnekkigheid om tot vergoede diagnostiek en behandeling over te gaan. Afspraken Onze school heeft ervoor gekozen om samen te werken met Edux Onderwijsadvies en met de door haar gekozen partner het Regionaal Instituut voor Dyslexie (RID.). Uiteraard zijn er ook andere bureaus die het keurmerk hebben verkregen van het Kwali24
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
teitsinstituut Dyslexie. Ouders mogen zelf kiezen aan welk instituut zij de vraag naar vergoede diagnostiek en behandeling voorleggen; de keuze voor onze samenwerkingspartners is niet verplicht. Wij hebben gekozen voor bovengenoemde samenwerkingspartners om de volgende redenen: o Zowel Edux als het RID heeft een inhoudelijke betrokkenheid bij onze zorgstructuur en beide kennen onze school goed. o Zowel Edux als het RID zorgt voor een goede afstemming m.b.t. hun rol in het gehele begeleidingstraject. o Het RID staat als erkend kwaliteitsinstituut vermeld bij het Nationaal Referentiecentrum Dyslexie. o De behandeling van het RID is wetenschappelijk onderbouwd. Onze school acht het onwenselijk en praktisch niet uitvoerbaar om haar lesaanbod aan behandelingen van verschillende hulpaanbieders aan te passen. Wij houden ons aan het door ons zorgvuldig opgestelde dyslexieprotocol, waarin beschreven staat wanneer welke hulp aangeboden wordt. Dit protocol is op school in te zien bij de IB’er. Praktisch o Wanneer de school vermoedens heeft van dyslexie, wordt dit besproken door de IB’er met de onderwijsadviseur van Edux. Voldoet een leerling aan de voorwaarden, dan wordt een officieel vermoeden van dyslexie afgegeven in de vorm van een CODE (Checklist Onderkenning Dyslexie Edux). o Wanneer bij een leerling de CODE is afgegeven, blijft deze leerling extra begeleiding krijgen en mag deze leerling gebruik maken van compensatie, te weten : meer tijd (ook bij toetsen), teksten met vergrote letters, gebruik maken van Kurzweil (geavanceerde dyslexiesoftware voor o.a. technisch en begrijpend lezen, spellen en strategisch schrijven). o Edux heeft gekozen voor samenwerking met het RID vanwege haar inhoudelijke expertise en wetenschappelijk getoetste behandelprogramma met aantoonbare resultaten. Het RID heeft huisvesting gevonden in het gebouw van Edux , Stadionstraat 20 in Breda. o Indien uw kind in aanmerking komt voor vergoede diagnostiek, zal bij inschakeling van het RID het onderzoek plaatsvinden in het gebouw van Edux. Het onderzoek is gericht op de oorzaak van lees- en (spelling) problematiek en bevat naast een intakegesprek met de ouders ook onderzoek naar de capaciteiten en vaardigheden van de leerling m.b.t. het niveau van lezen en spellen, de fonologische en de sociaal-emotionele ontwikkeling. o Voor ons is het belangrijk dat er eerst overleg met de school plaatsvindt, voordat overgegaan wordt tot een aanvraag voor diagnose/behandeling. Bij aanmelding moeten zowel ouders als school vragenlijsten invullen. o Als er een onderzoek is gedaan door het RID of een ander instituut, is het in principe aan de ouders om de school te informeren over de uitkomsten van het onderzoek. Ouders bepalen of de school het onderzoeksrapport ontvangt. Op verzoek van de ouders kan de onderzoeker ook de school informeren over de resultaten van het onderzoek. Uiteraard zijn wij als school gebaat bij een zo uitgebreid mogelijke informatie om de begeleiding van uw kind zo optimaal mogelijk te kunnen afstemmen. o Op basis van de onderzoeksgegevens stelt de onderzoeker vast of de leerling in aanmerking komt voor het afgeven van een officiële dyslexieverklaring en vergoede behandeling. o Wanneer de behandeling onder schooltijd plaatsvindt, zal hiervoor door de ouders aan de school vooraf toestemming moeten worden gevraagd. De school is niet verplicht hieraan medewerking te verlenen. De school zal alleen dan toestemming geven wanneer zij het lesaanbod van de behandeling accepteert als onderdeel van het te geven onderwijsaanbod van uw kind. Voor wat betreft het aanbod van Edux/RID is die acceptatie geregeld, zodat behandeling onder schooltijd mogelijk is. Voor meer informatie kunt u terecht bij de intern begeleider van onze school.
5.7
Overgang groep 2 naar groep 3
Het valt onder de verantwoordelijkheid van de school om te bepalen welke leerlingen overgaan van groep twee naar drie. De overgang van een leerling heeft tegenwoordig niet zo25
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
zeer meer te maken met leeftijd, maar met de ontwikkeling die de leerling heeft doorgemaakt. De school kijkt vooral naar de werkhouding en de cognitieve ontwikkeling van de leerling. Het oordeel is gebaseerd op observaties, toetsen, een gesprek met de intern begeleider (IB’er) en de concentratie spanningsboog. Toch hanteren veel scholen nog wel een leeftijdsgrens voor de overgang naar groep 3. Die leeftijdsgrens komt voort uit een regeling voor de overgang van de kleuterschool naar de lagere school die tot 1985 bestond. Volgens die regeling moest een kleuter vóór 1 oktober zes jaar zijn om naar de lagere school (nu dus groep drie) te kunnen gaan. In 1985 zijn de kleuterschool en de lagere school samengevoegd tot de basisschool, en sindsdien is de datum van 1 oktober als overgangscriterium afgeschaft. Er zijn ook scholen die de 31-decembergrens hanteren: alle leerlingen stromen in principe door van groep 2 naar groep 3 als zij vóór 31 december van het kalenderjaar van overgaan de leeftijd van 6 jaar bereiken. De inspectie van het onderwijs stelt de school de vraag of per individuele leerling de overgang naar groep 3 bekeken wordt, los van de geboortedatum. Elke school moet bevorderen dat de verblijfsduur van een leerling in het basisonderwijs acht aaneengesloten jaren bedraagt. De maximale leeftijd van een leerling in het primair onderwijs is 14 jaar.
Standpunt van De Wegwijzer Wij hanteren op De Wegwijzer geen leeftijdsgrens met betrekking tot de overgang naar groep 3. We stemmen het onderwijs af op de ontwikkeling van het individuele kind. We kijken daarbij naar: de sociaal-emotionele ontwikkeling; de werkhouding; het opnemen en verwerken van de leerstof. De belangrijkste aandachtspunten voor doorstroming van groep 2 naar groep 3 Sociaal-emotionele ontwikkeling betrokkenheid weerbaarheid zelfvertrouwen zelfredzaamheid Werkhouding concentratie motivatie tempo taakgerichtheid Taal- en rekenontwikkeling luisterhouding taalgebruik taalbegrip rekeninzicht logisch denken Om het bovenstaande nader te bekijken kunnen we gebruik maken van de volgende instrumenten: KIJK! (registratie- en observatiesysteem) Citotoetsen Taal voor Kleuters en Rekenen voor Kleuters toets fonemisch bewustzijn toets beginnende geletterdheid Werkwijze We hanteren de volgende werkwijze volgens de bestaande zorgstructuur: intern bespreken: overleg met IB’er; 26
Schoolgids - De Wegwijzer
5.8
2014-2015
dossiervorming/verzamelen van gegevens; handelingsplan met evaluatie (indien nodig); oudergesprekken. In november/december: twijfels aangeven, eventueel handelingsplan verduidelijken en tijdpad aangeven. In maart: tussentijds gesprek met ouders > uiterlijke beslissing in mei/juni. school geeft advies, ouders nemen de uiteindelijke beslissing. Als er geen overeenstemming is, wordt een zorgformulier opgesteld en ondertekend door zowel ouders als school. In dit zorgformulier wordt het advies van de school met onderbouwing, de beslissing van de ouders en de zorg die de school kan bieden, beschreven. eventueel observaties en aanvullend onderzoek.
Leerlingen die tussentijds naar een andere basisschool gaan
Wanneer een leerling om welke reden dan ook naar een andere school gaat, zal door de groepsleerkracht een onderwijskundig rapport opgemaakt worden. Dat wordt naar de ontvangende school gestuurd. De ouders krijgen inzage in dit rapport en tekenen het voor gezien. De ouders krijgen een kopie van het onderwijskundig rapport.
5.9
De overgang van kinderen naar het voortgezet onderwijs
Kbs De Wegwijzer streeft ernaar in haar onderwijs zo met kinderen te werken dat na verloop van acht jaar duidelijk is in welk vervolgonderwijs zij zich straks het beste thuisvoelen. In groep 8 valt de definitieve keuze. De school helpt kinderen en hun ouders om de meest geschikte school te kiezen. In onze schoolkalender staat het traject beschreven dat wordt gevolgd voor doorstroming naar het voortgezet onderwijs. Afgelopen schooljaren zijn de kinderen weer uitgestroomd naar diverse scholen (zie bijlage 3D).
5.10
Eureka!
Eureka! Kenniscentrum meer- en hoogbegaafdheid INOS (http://eureka.inos.nl) Eureka! is het kenniscentrum voor meer- en hoogbegaafdheid voor de INOS-scholen. Eureka! Verleent de volgende diensten: Trajectbegeleiding Trajectbegeleiding heeft als doel passende begeleiding te zoeken voor kinderen waarbij een vermoeden van hoogbegaafdheid bestaat. Bij een dergelijk vermoeden (gesignaleerd door ouders en/of school) kan de IB’er contact opnemen met Eureka!. Door middel van gesprekken met het kind, school en ouders wordt, in samenhang met de schoolresultaten, bekeken of het meerwaarde biedt een kind de IQ-test af te nemen. Indien de IQ-test wordt afgenomen, bepaalt de uitslag hiervan of een kind in aanmerking komt voor deelname aan de verrijkingsklas. Bovenschoolse verrijkingsklassen Kinderen vanaf groep 3 komen voor de verrijkingsklas in aanmerking als zij een algemeen IQ van 130 of meer hebben dat is vastgesteld in een intelligentieonderzoek. In de verrijkingsklas krijgen de kinderen de kans vaardigheden te leren als plannen, samenvatten, het toepassen van leerstrategieën, omgaan met succes en falen, doorzetten, samenwerken etc. Dat doen ze o.a. door in projecten te werken. Ontdekkend en onderzoekend leren staat centraal. De projecten monden uit in een presentatie voor hun ouders en belangstellenden. De kinderen krijgen ook Spaanse les en technieklessen. Tevens is er veel gevarieerd verrijkingsmateriaal aanwezig. De sociaal-emotionele ontwikkeling neemt een belangrijke plaats in. Ze spelen het spel Kwink (ontwikkeld voor hoogbegaafde kinderen) en filosoferen samen. Natuurlijk is er ook ruimte voor creativiteit. Ook de ontmoeting met ontwikkelingsgelijken is van groot belang; ze worden herkend en erkend! De kinderen komen één dagdeel per week bij elkaar in een voor hen speciaal ingerichte klas op basisschool De Werft. De groep bestaat uit maximaal 15 leerlingen en er is een onderverdeling gemaakt tussen leerlingen uit de groepen 3, 4 en 5, en leerlingen uit de groepen 6, 7 en 8. Online kenniscentrum voor scholen en ouders (http://eureka.inos.nl) De website van Eureka! biedt een kenniscentrum voor ouders en scholen. Hierop is een schat aan actuele informatie te vinden over hoogbegaafdheid. Daarnaast biedt de website forums waarop ouders, scholen en leerlingen met elkaar in contact kunnen komen. 27
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
Eureka!Mobiel en Kleuterbegeleiding Eureka!Mobiel ondersteunt en adviseert de leerkrachten van de kinderen die de verrijkingsklas bezoeken, in de eigen onderwijssituatie. Zij helpt de scholen bij het opstellen van beleidsplannen en geeft adviezen ten aanzien van het aanpassen van het curriculum voor (meer- en) hoogbegaafde leerlingen. De Kleuterbegeleiding van Eureka! ondersteunt en begeleidt de leerkrachten van kleuters met een ontwikkelingsvoorsprong op de scholen van INOS. Voorlichting aan o.a. schoolteams, op landelijke conferenties en aan ouders Met enige regelmaat worden voorlichtingsbijeenkomsten voor verschillende doelgroepen verzorgd. Ook wordt Eureka! geregeld uitgenodigd haar kennis en ervaring buiten INOS te presenteren. Coördineren van een Professionele Leergemeenschap Hoogbegaafdheid, INOSbreed Om ervoor te zorgen dat de specifieke vakkennis over hoogbegaafdheid breed wordt gedeeld tussen leerkrachten van INOS, begeleidt Eureka! een INOS-brede leergemeenschap op dit gebied. Mocht u meer willen weten over Eureka! of vragen hebben, dan kunt u zich wenden tot de IB’er van onze school.
5.11
Externe hulpverlening onder schooltijd
School en ouders hebben een gezamenlijke verantwoordelijkheid om de ontwikkeling van het kind zo optimaal mogelijk te laten verlopen. Soms kan het kind (tijdelijk) extra zorg nodig hebben. Wanneer de school vindt dat een leerling extra hulp nodig heeft, dan neemt de school hiervoor verantwoordelijkheid en geeft die extra zorg. De vastgestelde zorgprocedure treedt dan in werking. Door ouders wordt soms de hulp ingeroepen van deskundigen buiten de school, bijvoorbeeld een RT’er. Wanneer ouders extra zorg organiseren, zijn wij bereid om af te stemmen en samen te werken. Deze zorg zal in principe buiten schooltijd plaatsvinden. Alleen indien er sprake is van een medische indicatie of indien er kan worden aangetoond dat de te verlenen externe hulp een onmisbare schakel in het hulpverleningsproces is, kan hierop een uitzondering worden gemaakt. Hierover beslist de directeur van de school. Het schoolverzuim moet in deze gevallen zoveel mogelijk beperkt worden. Daarom dienen er goede afspraken gemaakt te worden over frequentie en tijdsduur van de hulp. Ook moet vooraf duidelijk zijn op welke wijze het overleg met de school plaatsvindt. De kosten van externe hulp komen altijd voor rekening van de ouders.
5.12
Gezondheid, welzijn en veiligheid
De GGD De afdeling Jeugd en Gezin (J&G) van de GGD West-Brabant onderzoekt in het kalenderjaar 2014 alle kinderen die geboren zijn in 2008 (5-6 jarigen) en 2003 (10-11 jarigen). In 2015 geldt dit voor de leerlingen geboren in 2009 en 2004. Voor het onderzoek op school krijgt u een uitnodiging. U krijgt ook een lijst met vragen over de ontwikkeling en gezondheid van uw kind. De leerkracht krijgt zelf ook een lijst waarop hij invult bij welke kinderen hij extra aandacht gewenst vindt. De medewerker van Jeugd en Gezin voert de screening uit. Voordat de onderzoeken beginnen op school, legt de medewerker in de klas uit wat zij gaat doen. Tijdens het onderzoek controleert zij bij uw kind de lengte en het gewicht. Uw kind hoeft hiervoor alleen de schoenen uit te doen. Op 5-6 jarige leeftijd controleert zij ook het gehoor en de ogen. Als er aanleiding toe is, controleert zij ook bij kinderen van 10-11 jaar het gehoor en/of de ogen. Ze doet geen uitgebreid onderzoek, maar kijkt of er aanleiding is om nader onderzoek door De jeugdarts of jeugdverpleegkundige te laten doen. Uw vragen en zorgen over de gezondheid en ontwikkeling van uw kind, die u eventueel heeft aangegeven op de vragenlijst of tijdens het onderzoek, bekijkt zij uiteraard ook. Na het onderzoek krijgt u per post een brief met de resultaten van het onderzoek thuisgestuurd. Eventueel volgt later een uitnodiging voor het spreekuur van de jeugdverpleegkundige of de jeugdarts.
28
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
Ook als uw kind buiten de onderzoeksgroep valt, kunt u met uw vragen terecht op het spreekuur bij de jeugdarts en/of de jeugdverpleegkundige. U kunt een afspraak maken via het afsprakenbureau Jeugd en Gezin op telefoonnummer 076- 528 2486. Of stuur uw vraag per mail naar
[email protected] Als de leerkracht van uw zoon of dochter aanleiding ziet voor een onderzoek door een jeugdarts of jeugdverpleegkundige, zal hij dit doorgeven aan de GGD. Hij zal dit altijd eerst met u overleggen. Veiligheidsbeleid op de scholen van INOS In scholen zijn veel mensen actief. Daarom dient de aandacht voor veiligheid hoog op de agenda te staan. Er is sprake van een aantal wettelijke kaders die scholen (en schoolbesturen) voorschrijven veiligheidsbeleid te voeren. Denk hierbij aan de Wet op het Primair Onderwijs en de Arbowet. Deze wetgeving stelt kaders aan zowel de fysieke veiligheid in een gebouw als aan de sociale veiligheid van kinderen en volwassenen die met elkaar leren en werken. Met behulp van de ‘checklist voor een veilige school’ van het Landelijke Kwaliteitsteam Veiligheid is het INOS-brede veiligheidsbeleid geformuleerd. Daardoor is er sprake van een heldere taakverdeling tussen wat de individuele scholen doen op het gebied van veiligheid en wat er op bestuursniveau voor de gezamenlijke scholen van INOS wordt gedaan. Enkele relevante elementen uit het INOS-brede veiligheidsbeleid: voldoende, geschoolde bedrijfshulpverleners op scholen; een medezeggenschapsraad op elke school; minimaal één schoolvertrouwenspersoon op elke school; een klachtenregeling; een door de brandweer afgegeven gebruiksvergunning voor elk schoolgebouw; een actief netwerk met maatschappelijke zorginstellingen rondom de school; alle INOS-scholen zijn aangesloten bij het signaleringssysteem Zorg voor Jeugd. In dit systeem kan melding worden gedaan van zorgen om de leef- en leersituatie van een kind. In het geval dat meerdere hulpverleningsinstanties actief zijn in één gezin, wordt door dit signaleringssysteem een regievoerder van de gezamenlijke hulpverlening aangewezen (voor meer informatie zie: www.zorgvoorjeugd.nu); een gedragscode voor alle bij INOS betrokken personen; een meldcode voor signalering van huiselijk geweld en kindermishandeling; alle medewerkers hebben een Verklaring Omtrent het Gedrag; het gebruik van een methode voor sociaal-emotionele ontwikkeling op alle scholen; een gestructureerd plan voor onderhoud van schoolgebouwen op het gebied van veiligheid; het stimuleren van het verkrijgen van het verkeersveiligheidslabel voor scholen. De scholen vullen deze INOS-brede activiteiten aan op een manier die past bij de eigen Specifieke situatie. Daarbij is de medezeggenschapsraad de gesprekspartner van de directie van de school. Op onze school is op de volgende manier invulling gegeven aan dit veiligheidsbeleid: Een Arbo-werkgroep binnen de school waakt over de gezondheid, het welzijn en de veiligheid van leerlingen en personeel. Regelmatig worden controles uitgevoerd en risico’s aangepakt. Vanuit de GGD en Arbo-dienst kan men hiervoor ondersteuning krijgen. Het ontruimingsplan wordt jaarlijks uitgetest. Verkeer Sinds augustus 2012 heeft De Wegwijzer samen met Jenaplanschool De Springplank een actieve verkeerscommissie, waarin ouders (waaronder een verkeersouder) en leerkrachten van De Wegwijzer zitting hebben. De commissie richt zich op de verkeersveiligheid rondom school en het vergroten van de verkeersvaardigheid van de kinderen. Dit doet zij onder meer door met andere betrokkenen te overleggen, door het verstrekken van informatie aan ouders en kinderen, door middel van verkeerslessen en door een paar keer per jaar projecten en/of andere praktische activiteiten schoolbreed te organiseren. Vanaf groep 6 gaan de kinderen met enige regelmaat met de groep per fiets naar activiteiten buiten de school. We bereiden de kinderen hier goed op voor en bevorderen zo een 29
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
goede deelname aan het verkeer. In groep 7 wordt dit getoetst door deelname aan het verkeersexamen. De Wegwijzer is sinds 20 maart 2014 in het bezit van het Brabants Verkeersveilingheids Label (BVL). We dragen daarmee bij aan een veiliger Teteringen voor onze kinderen. Voor verdere informatie verwijzen wij naar de verkeersfolder van De Mandt. Rookvrije school In de school en op het schoolterrein wordt niet gerookt. Onze school heeft van de Stichting Volksgezondheid en Roken het predicaat ‘rookvrije school’ gekregen. Het hoofdluisprotocol We besteden structureel aandacht aan de bestrijding van hoofdluis. Elke week na een vakantie worden alle kinderen gecontroleerd door de ‘hoofdinspecteurs’. Zo nodig vinden er extra controles plaats, net zo lang tot alle kinderen ‘luisvrij’ zijn. Indien er hoofdluis bij uw kind wordt ontdekt, krijgt u daarvan bericht. Het is verplicht voor alle kinderen om een luizenzak te hebben waarin de jas en de tas worden opgeborgen. Deze zijn te verkrijgen via de leerkracht van uw kind (€ 3,80).
5.13 CJG Breda Uitgangspunten, functies en werkveld CJG (= Centrum voor Jeugd en Gezin) Breda is er om ouders met kinderen tot 23 jaar én die jongeren zelf te ondersteunen bij kleine en grote vragen over opvoeden en opgroeien. Dit gebeurt door de dialoog over opvoeden en opgroeien tussen ouders en jongeren onderling te stimuleren, kleine en grote vragen te beantwoorden en waar nodig intensiever te ondersteunen. Voor de dienstverlening aan ouders/jeugdigen hanteert het CJG Breda drie uitgangspunten: 1. Jeugd en ouders zijn leidend. De CJG-professional werkt vraaggericht en is daarbij gefocust op de talenten/mogelijkheden van ouders/jeugdigen en hun omgeving, zodat zij vanuit hun eigen kracht antwoorden op vragen vinden. 2. Ouders en jeugdigen nemen hun verantwoordelijkheid: zij zoeken zelf antwoorden en delen ervaringen met anderen. CJG Breda zorgt voor kwalitatief goede informatievoorziening door de website, strips, tipsheets en zogenoemde dialoogstarters - zoals een complimentenkwartetspel - om de zelfredzaamheid van ouders en jeugdigen te stimuleren. Waar nodig ondersteunen CJG-ouders ouders en CJG-pioniersjongeren de jeugdigen om met elkaar in contact te komen. Dat kan ook op school, bijvoorbeeld in de vorm van ouderavonden of koffieochtenden. Is dat onvoldoende, dan is individuele ondersteuning mogelijk. 3. CJG-professionals spreken elkaar aan op hun eigen kracht. Met verschillende deskundigheden werken zij per wijk in teamverband. Het team is verantwoordelijk voor het stimuleren van dialoog over opvoeden en opgroeien en het bieden van antwoorden op vragen, geven van advies en ondersteuning aan ouders/jeugdigen in de wijk. CJG Breda is een netwerkorganisatie van GGD, IMW, Surplus Welzijn, MEE, Careyn, GGZ, Zuidwester/Tender, Novadic-Kentron, Bureau Jeugdzorg, Avicenna, Humanitas, Social Work Breda en Kober. Alle Bredase professionals die met ouders en kinderen werken, vormen in principe het CJG Breda. Drie functies CJG Breda kent drie functies: de School-CJG’er, de CJG-coach en de CJG-begeleider. 1. De School-CJG’er adviseert en beantwoordt vragen over opvoeden en opgroeien die ouders en jeugdigen in hun directe omgeving stellen, bijvoorbeeld op school, bij de kinderopvang of op de sportclub. De School-CJG’er ondersteunt ook de professionals in die directe omgeving: de leerkracht/docent, medewerker kinderopvang en sporttrainer. De SchoolCJG’er is in de wijk en op school voor ouders en jeugdigen een bekend en vertrouwd gezicht. Hij heeft vooral een preventieve taak: informeren, adviseren, signaleren en even30
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
tueel begeleiden naar de juiste hulp. De School-CJG’er weet op veelvoorkomende vragen en ontwikkelingen in te spelen met preventieve activiteiten. 2. De CJG-coach is er voor vragen van ouders en jeugdigen waarbij kortdurende ondersteuning volstaat, individueel of in groepsverband. Deze coach geeft de ouder en/of jeugdige 'een duwtje in de rug', waarna de betrokkenen zelfstandig verder kunnen. De ondersteuning komt voort uit enkelvoudige, lichte vragen of problemen op meerdere leefgebieden maar met een enkelvoudige oorzaak. Denk bijvoorbeeld aan het experimenteren met softdrugs door een puber, wat kan leiden tot spijbelen, schulden of ruzie thuis. 3. De CJG-begeleider is er, als generalist, voor ondersteuning van ouders en jeugdigen waarbij meer en langdurig contact nodig is en waarbij vertrouwdheid belangrijk is. De begeleider is een ‘maatje’ voor het gezin, verleent voor het grootste gedeelte zelf de ondersteuning. De School-CJG’ers zijn eind 2011 gestart op een aantal scholen. Zij kunnen indien nodig de CJG-coach en CJG-begeleider inschakelen. De CJG-professionals kunnen voor consultatie en advies over de inhoudelijke situatie, eigen inzet, aanpak of andere onderwerpen een beroep doen op een specialistenteam. Dit team bestaat uit een jeugdarts, jeugdpsycholoog en orthopedagoog. De professionals die ondersteuning leveren aan een gezin, registreren dit in Zorg voor Jeugd. Deze verwijsindex ondersteunt professionals om snel te achterhalen wie mogelijk nog meer bij een gezin betrokken is. Professionals zoals leerkrachten, de buurtagent, kapper, voetbaltrainer etc. die zich zorgen maken over een jeugdige en of ouder, hebben contact met de School-CJG’er.
5.14 Meldcode Huiselijk geweld en Kindermishandeling Helaas krijgen kinderen soms te maken met huiselijk geweld of kindermishandeling. Het hoort volgens INOS tot de verantwoordelijkheid van de medewerkers dat zij in contacten met kinderen en hun ouders/verzorgers alert zijn op signalen die kunnen duiden op huiselijk geweld of kindermishandeling, en dat zij effectief reageren op deze signalen. Daarbij is gebruik gemaakt van het landelijke basismodel Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling. Stappenplan bij signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling Stap 1: in kaart brengen van signalen; Stap 2: collegiale consultatie; Stap 3: gesprek met de ouders en/of de leerling; Stap 4: vaststellen van de aard en wegen van de ernst van het huiselijk geweld of de kin dermishandeling; Stap 5: beslissen: zelf hulp organiseren of melden; Stap 6: volgen en afsluiten. Aanpak binnen INOS Om het voor medewerkers mogelijk te maken om in een veilig werkklimaat huiselijk geweld en kindermishandeling te signaleren en om de stappen van deze meldcode te zetten, draagt INOS er zorg voor dat: o binnen de organisatie en aan ouders bekendheid wordt gegeven aan het doel en de inhoud van deze meldcode; o binnen schoolteams aandacht zal worden besteed aan deze meldcode, waarbij melding zal worden gemaakt van de deskundigen die beschikbaar zijn om medewerkers te ondersteunen in het signaleren van huiselijk geweld en kindermishandeling en in het zetten van de stappen van deze code; o de schoolvertrouwenspersonen en IB’ers zodanig geschoold en getraind zullen worden dat zij in staat zijn collega’s te ondersteunen bij het signaleren en het zetten van de stappen van deze code. Op de website www.bs-wegwijzer.nl onder het hoofdstuk Zorg kunt u de Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling in zijn geheel terugvinden.
31
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
6.
De ouders
6.1
Betrokkenheid van de ouders
De school kan niet functioneren zonder de ouders. Niet in de laatste plaats omdat zij de opvoeders van het kind zijn. Alleen in samenspraak met hen kunnen wij ervoor zorgen dat een kind zich op school zo goed mogelijk thuis voelt en op die manier tot betere leerprestaties komt. Als u als ouders iets wilt weten over uw kind, of als u vindt dat de leerkracht iets moet weten, dan staat de deur altijd open. Wij informeren u door middel van mondelinge en schriftelijke informatie, contacten over individuele kinderen, schoolverslagen en ouderavonden. Bij sommige vakken en activiteiten bieden ouders ondersteuning.
6.2
Oudervereniging
De oudervereniging heeft zich als doel gesteld: o het contact te bevorderen tussen ouders en schoolteam; o het samen met het team organiseren van tal van activiteiten die onder of na schooltijd kunnen plaatsvinden, en het ondersteunen bij de voorbereiding en uitvoering hiervan. Zonder de inzet van de hulpouders zouden veel activiteiten niet mogelijk zijn. Te denken valt aan bijvoorbeeld spelletjesmiddag, Boekenweek, Sinterklaas, kerstviering, carnaval, crea-middag, sportdag, Pasen, voetbaltoernooi, eindfeest, excursies, culturele activiteiten, schoolreisjes en verjaardagen van de leerkrachten. Om deze activiteiten te kunnen bekostigen wordt de ouders een vrijwillige bijdrage gevraagd. De hoogte hiervan wordt elk jaar opnieuw vastgesteld. Voor het schooljaar 20142015 is deze bijdrage 30 euro per kind. Voor alle kinderen wordt een ongevallenverzekering afgesloten door het bestuur van de school. Het dagelijks bestuur van de oudervereniging dient minimaal uit drie personen te bestaan. Alle ouders kunnen zich hiervoor kandidaat stellen. Het bestuur is ook verplicht leden voor te stellen. Verkiezing van bestuursleden vindt plaats op de jaarlijkse ledenvergadering in het begin van het schooljaar en geschiedt op basis van voordracht en eventuele stemming. Ideeën en opmerkingen van ouders, bedoeld voor de oudervereniging, zijn altijd van harte welkom. De namen van de leden van de oudervereniging vindt u terug in onze schoolkalender.
6.3
De medezeggenschapsraad
Elke school heeft een medezeggenschapsraad (MR). Deze raad is ingesteld als gevolg van een wettelijk voorschrift. De raad bestaat uit twee geledingen: ouders en personeel. De namen van de leden van de MR vindt u op onze schoolkalender en op de website. Elke ouder met een kind op school kan zich verkiesbaar stellen voor de medezeggenschapsraad wanneer er een vacature is. De medezeggenschapsraad heeft advies- of instemmingsrecht over belangrijke zaken, zoals: de besteding van geld; gebouwen; de schoolorganisatie; de manier waarop men ouders wil laten meehelpen in het onderwijs en bij andere activiteiten (zoals ARBO-risico-inventarisatie en het ontruimingsplan); schoolgids en het meerjaren strategisch beleidsplan; vakantierooster. De MR vergadert zeven à acht maal per schooljaar. Deze vergaderingen zijn openbaar. De agenda evenals de notulen van de vergadering staan op de website. Ideeën en opmerkingen van ouders, bedoeld voor de medezeggenschapsraad, zijn altijd van harte welkom. U kunt via de mail contact opnemen:
[email protected]
6.4
Informatievoorziening
Om u op de hoogte te houden van ontwikkelingen en activiteiten op school brengen we elke woensdag een uitgebreide nieuwsbrief uit. 32
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
Donderdag is de dag dat eventueel andere spullen worden meegegeven aan de kinderen. Dringende mededelingen die niet kunnen wachten tot donderdag, zullen eerder worden meegegeven. De nieuwsbrief wordt digitaal verspreid en bevat actuele berichten. Ook staat de nieuwsbrief op de website van de school. Op de website treft u verder alle andere relevante informatie over de school aan. Bovendien ontvangt u aan het begin van het schooljaar een informatiekalender met de planning van het komende schooljaar. Hierop treft u de groepsindeling, vakanties, vrije dagen, festiviteiten, overblijfregeling en andere gegevens aan. Informatievoorziening aan gescheiden ouders Indien de ouders van een leerling gescheiden zijn, is het belangrijk dat er duidelijkheid is over de manier waarop de communicatie en consultatie over de vorderingen van de leerling verloopt. De school heeft daarom een protocol ontwikkeld over hoe wij met deze regels omgaan. De school volgt de wettelijke regels met betrekking tot de informatieplicht naar gescheiden ouders. Dat betekent dat de school ervan uitgaat dat ouders die beiden het ouderlijk gezag verkregen hebben elkaar informeren met betrekking tot zaken rondom hun zoon of dochter. Beide ouders zijn dan ook gezamenlijk welkom bij de ouderavonden en bij oudergesprekken. In overleg met de directeur kan daarvan worden afgeweken. Verdere informatie vindt u in het protocol dat via de administratie van de school te verkrijgen is.
6.5
Klachtenregeling
Hebt u een klacht? Op scholen werken mensen. Waar mensen werken, gaat wel eens wat mis. Dat willen we graag oplossen en we willen daarvan leren. Er zijn afspraken gemaakt over de manier waarop we op school omgaan met een klacht. Deze afspraken zijn vastgelegd in de Klachtenregeling INOS, die op school aanwezig is. In het kort zijn er de volgende mogelijkheden: 1) Eerst een gesprek met de betrokken leerkracht of de betrokken medewerker Een goed gesprek kan veel problemen oplossen. Bespreek het probleem. Vertel wat u zelf hebt gedaan om het probleem op te lossen. Vertel ook wat u van de leerkracht (of medewerker) verwacht. In de meeste gevallen lukt het om er samen uit te komen. 2) Een gesprek met de directeur van de school Als het niet lukt om een goede oplossing te vinden met de betrokken medewerker, kunt u praten met de directeur van de school. Hij is verantwoordelijk voor de school. De directeur kan een beslissing nemen in een conflict. Op onze school is Michel Berkelmans de directeur. 3) Te rade gaan bij de schoolvertrouwenspersoon Elke school van INOS heeft een schoolvertrouwenspersoon. Als u dat wilt, kan de schoolvertrouwenspersoon meedenken in het oplossen van een klacht. Het is meestal een leerkracht die de regels goed kent. Die kan u helpen in het zoeken van een manier om uw klacht te bespreken. Op onze school zijn de vertrouwenspersonen Riesje den Hartog-Verhees en Jeroen van der Ploeg. 4) Naar het College van Bestuur Als het op school niet lukt om een goede oplossing te vinden (ook niet met de directeur), kunt u een brief sturen aan het College van Bestuur van INOS (Postbus 3513, 4800 DM Breda). In die brief vertelt u wat uw klacht is en wat u al hebt gedaan om de klacht op te lossen. Het College van Bestuur kan een gesprek met u aangaan. Ook kan het College van Bestuur de interne klachtencommissie van INOS vragen een advies te geven over de klacht. Het College van Bestuur neemt een beslissing. 5) Naar de landelijke klachtencommissie Als het helemaal niet lukt om tot een goede oplossing te komen, kunt u een brief sturen aan de Landelijke Klachtencommissie Katholiek Onderwijs (Postbus 82324, 2508 EH 33
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
Den Haag). Hoe dat moet, staat beschreven in de klachtenregeling. Het staat ook beschreven op de gezamenlijke website van de geschillencommissies (www.gcbo.nl). Er zijn nog een paar extra mogelijkheden om uw klacht te bespreken: Overleg met de medezeggenschapsraad of oudervereniging De medezeggenschapsraad of oudervereniging bespreekt geen klachten over personen. Klachten over het beleid van de school kunnen wel worden besproken. Een gesprek met de externe vertrouwenspersoon INOS heeft ook een vertrouwenspersoon die niet op een school werkt. Dit is de heer Toine van Dorst van de Arbo-Unie (06-52501975). Hij heeft een beroepsgeheim. Dat is belangrijk als u met iemand in vertrouwen wilt praten over erg moeilijke persoonlijke situaties. Een melding bij de inspectie van het onderwijs U kunt uw klacht ook melden bij de inspectie van het onderwijs (voor ouders: 0800-8051; . Het postadres is Postbus 88, 5000 AB te Tilburg. De inspectie geeft een signaal af aan de school, maar lost de klacht niet op. Daarvoor moet u echt in gesprek gaan met de school zelf. Speciale afspraken bij (seksuele) intimidatie, (seksueel) misbruik en geweld Als een klacht te maken heeft met (seksuele) intimidatie, misbruik of geweld, kunt u daarvoor de gewone klachtenprocedure doorlopen. Let erop dat alle INOS-medewerkers verplicht zijn aangifte te doen bij de politie in dit soort situaties. Als u een klacht over intimidatie, misbruik of geweld wilt bespreken, maar (nog) geen aangifte wilt doen, kunt u contact opnemen met de externe vertrouwenspersoon (de heer Toine van Dorst van de Arbo-Unie: 06-52501975) of de vertrouwensinspecteur van de inspectie van het onderwijs (0900-1113111). Deze mensen zullen u wel vragen zelf aangifte te doen bij de politie. Als kinderen ergens mee zitten … Kinderen kunnen met vragen en problemen zitten die ze niet thuis of met de eigen leerkracht kunnen (of willen) bespreken. In die gevallen kunnen zij terecht bij de schoolvertrouwenspersonen, juf Riesje en meneer Jeroen. Zij wijzen eventueel de weg naar externe personen of instanties voor verdere hulp.
7.
Praktische zaken
7.1
De schooltijden
o de ochtendschooltijd is van 8.45 tot 12.00 uur; o ’s middags werken we van 13.15 tot 15.30 uur; o op woensdag eindigen de lessen voor de groepen 3 t/m 8 om 12.30 uur; o de leerlingen van de groepen 1-2 zijn op woensdag vrij. Alle leerlingen mogen 10 minuten vóór het begin van de officiële schooltijd naar binnen via de ingang van hun lokaal. Bij het niet bezoeken van de school - bijvoorbeeld bij ziekte of onverwachte omstandigheden - moet de school daarvan vóór aanvang van de lessen telefonisch of persoonlijk op de hoogte worden gebracht. Indien dit niet gebeurt, zal tussen 09.15 en 09.30 uur contact opgenomen worden met de ouders om te vragen waarom het kind niet op school is. Wanneer het verzuim onrechtmatig is, is de directeur verplicht de leerplichtambtenaar van de gemeente Breda hiervan op de hoogte te stellen. Deze zal bij ernstig verzuim contact opnemen met de ouders.
7.2
Verlof vragen
De aanvragen voor extra verlof buiten de schoolvakanties om moeten schriftelijk worden ingediend bij de directeur. Hiervoor zijn standaardformulieren te verkrijgen bij de leerkracht. Het schoolbestuur conformeert zich aan hetgeen door de Commissie Leerplichtzaken in het Arrondissement Breda ten aanzien van het onderwerp ‘tijdelijke vrijstelling leerplicht’ is geregeld. Afwijkingen van de vakantiedata zijn slechts mogelijk indien u gewichtige redenen hebt. 34
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
Gewichtige redenen vastgesteld door de Commissie Leerplichtzaken in het Arrondissement Breda, zijn: o het bezoeken van een medicus, een en ander voor zover dit niet buiten de lesuren kan geschieden; o verhuizing binnen de gemeente: 1 dag; o huwelijk van bloed- of aanverwanten van de leerling tot en met de 4e graad: 1 dag; o overlijden van bloed- of aanverwanten tot en met de 1e graad (2 dagen) en van de 2e tot en met de 4e graad (1 dag); o ernstige ziekten van bloed- of aanverwanten van de leerling tot en met 2e graad: 1 dag. o (voor leerlingen, woonachtig buiten de bebouwde kom) zeer extreme weersomstandigheden, tengevolge waarvan men de school niet kan bereiken; o een besmettelijke ziekte in het gezin; o 12½-, 25-, 40-, 50- en 60-jarig ambts- of huwelijksjubileum van bloed- of aanverwanten tot en met de 4e graad: 1 dag; o (voor leerlingen uit de minderheidsgroepen) viering van feest- en gedenkdagen; o de werkgever van de kostwinner van het gezin waarvan de leerling deel uitmaakt, verplicht de werknemer buiten de grote vakantie, vakantie te nemen (overlegging van werkgeversverklaring is vereist); o een ouder of verzorger van het gezin waarvan de leerling deel uitmaakt, vervult zijn of haar functie in een eenpersoonsgezin/-bedrijf en het inkomen is in belangrijke mate afhankelijk van arbeid tijdens de schoolvakanties; o bezoeken van familie in een ander werelddeel: maximaal eenmaal per 3 jaar in de periode dat de leerling leerplichtig is. Zeer ernstige sociale en/of medische problemen, zoals in de gevallen dat: o het gezin op medische en/of sociale indicatie op vakantie moet (overlegging van een verklaring van arts c.q. maatschappelijk werker is dan vereist); o een gezinslid gehandicapt is, en op grond daarvan afhankelijk is van aangepaste accommodaties buiten de vakantieperiode; o in het kader van (r)emigratieplannen het (r)emigratieland dient te worden bezocht. Bij andere dan hierboven genoemde omstandigheden, wordt door de directeur overlegd met de leerplichtambtenaar Geen geldige redenen/gewichtige omstandigheden zijn o.a.: o een afwijkend vakantierooster van slechts enkele dagen van andere kinderen uit het gezin die op een andere school zitten; o geen andere boekingsmogelijkheden voor de vakantie (vooral ontstaan door te laat boeken); o vakantie buiten het seizoen i.v.m. lagere prijzen; o een uitnodiging van bv. tante, oom of grootouder(s) om mee op vakantie te gaan buiten de schoolvakantie om. Een verjaardag van opa of oma tijdens een lang weekend. o een of meerdere dagen eerder afreizen voor, of later terug van vakantie, om de drukte op de wegen te vermijden; o eerder vertrekken omdat men voor een bepaalde tijd het vakantieadres bereikt moet hebben.
7.3
Disciplinaire maatregelen
Voor alle scholen binnen INOS geldt hetzelfde protocol. Dit treedt in werking als er sprake is van ernstig ongewenst gedrag door een leerling, waarbij psychisch en of lichamelijk letsel aan derden is toegebracht. Er kunnen drie vormen van maatregelen genomen worden: o time-out o schorsing o verwijdering Het gehele protocol kunt u opvragen bij de directeur en/of de IB’er van de school.
35
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
7.4 Overblijfmogelijkheid, kinderopvang Kober kinderlunch Overblijven is leuk én gezellig! Net als thuis, maar dan met vriendjes en vriendinnetjes van school. Overblijven geeft kinderen de kans tussen de middag te eten, zich uit te leven of juist tot rust te komen en hun verhaal te vertellen. De primaire taak van de professionele groepsleiding en de vrijwilligers is klaar te staan voor de kinderen. De kinderen kunnen zichzelf zijn en houden rekening met elkaar. De school heeft het overblijven uitbesteed aan Kober kinderlunch. In nauwe samenwerking met school organiseren wij een gezellige én ontspannen lunchpauze voor uw kind(eren). Aanmelden overblijven Op de website van de Kober groep (www.kober.nl) vindt u via de locatiezoeker (zoeken op naam van de school) alle actuele overblijfinformatie. Ook vindt u hier informatie hoe u zich kunt aanmelden voor het overblijven en hoe de betaling is geregeld. Heeft u vragen? Neem contact op met de overblijfcoördinator of bel of e-mail Kober kinderlunch: (076) 504 56 12 of
[email protected]. Kinderopvang
Kober kindercentra, alle ruimte voor ontwikkeling en leuk! Zoekt u kinderopvang bij u in de buurt? Dan bent u bij ons aan het juiste adres. U wilt alleen het beste voor uw kind en stelt hoge eisen aan de kwaliteit van de kinderopvang. U zoekt een plek voor uw kind:
waar waar waar waar waar
genoeg ruimte is om te spelen, alleen of samen met andere kinderen, uw kind zich niet verveelt en leuke activiteiten te doen zijn, genoeg uitdaging is en volop ontwikkelingskansen zijn, uw kind individuele aandacht krijgt, professionele en liefdevolle zorg voor uw kind is, én waar uw kind het leuk heeft en graag naar toe wil gaan. Kober kindercentra heeft zo’n plek voor uw kind!
Wij bieden: Goede, professionele kinderopvang voor kinderen van 0-13 jaar bij u in de buurt. U kunt kiezen uit: Kinderdagverblijf (0-4 jaar): Kleine groepen met eigen pedagogisch medewerkers. Naast natuurlijk veel aandacht voor een goede verzorging ook heel veel speelplezier. Peuteropvang (2-4 jaar): Op onze peuteropvang locaties is er volop ruimte voor samen spelen, delen, knutselen, liedjes zingen, verhaaltjes voorlezen en educatieve activiteiten. Kortom: een goede voorbereiding op de basisschool. Buitenschoolse opvang (4-13 jaar): Opvang voor en/of na schooltijd en in de vakanties. Een gezellige en vertrouwde plek om te spelen of te relaxen. Met heel veel leuke activiteiten zoals toneel, dans, sport, fotografie, kunst, enzovoorts. Altijd in de buurt van uw school. Opvang door gastouders (0-13 jaar): Opvang bij een gezellig en gastvrij gezin. Kleinschalig en flexibel. Onze gastouders voldoen aan hoge eisen en worden door ons goed begeleid. Wilt u zelf gastouder worden? Bel ons dan!
Voor ieder kind Bijna 10.000 kinderen maken gebruik van de opvangmogelijkheden van Kober kindercentra. Ook uw kind is van harte welkom. Wij rekenen graag voor u uit wat kinderopvang in uw situatie kost. Tot snel! 36
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
Meer informatie? Bel (076) 504 56 05 of mail:
[email protected] Kijk ook eens op onze website www.kober.nl voor inschrijven of het maken van een kijkafspraak.
7.5
Mobieltjes
Veel kinderen hebben al op vroege leeftijd een mobiele telefoon op zak. Veel ouders vinden het prettig als hun kind een mobieltje bij zich heeft, omdat hun kind dan makkelijk bereikbaar is. En dat is natuurlijk ook zo. Bij nood of pech is het een prima communicatiemiddel. Nadelen zijn er ook. Behalve problemen met ringtones komen ook pesterijen nogal eens voor. We ervaren het gebruik van mobieltjes steeds meer als een onaangename bijkomstigheid. We voeren daarom een strakker beleid om problemen, ontstaan door het gebruik van mobieltjes, te voorkomen. Ons beleid is dat kinderen op school (ook op het schoolplein) zonder toestemming van de leerkracht geen gebruik mogen maken van hun mobiele telefoon. De telefoon staat uit en zit in de jas of de tas. Als een leerling zich niet aan deze afspraak houdt, wordt het mobieltje voor 3 dagen in beslag genomen.
37
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
8.
De Wegwijzer in ontwikkeling
8.1
Recente ontwikkelingen
Een school is voortdurend in ontwikkeling. Dit vraagt van leerkrachten inzet, flexibiliteit en scholing. De afgelopen periode is gewerkt aan de volgende zaken: implementeren van coöperatief werken in alle groepen; invoeren van nieuwe toetsen CITO-LOVS (begrijpend luisteren) ; borgen zelfstandig werken; werken met het leerling-administratiesysteem en geleidelijke invoering van digitale leerling-dossiers (ParnasSys); implementeren van leerlingvolgsysteem voor sociaal-emotionele ontwikkeling ZIEN! voor de groepen 3 t/m 8; borgen methode begrijpend lezen Nieuwsbegrip en Nieuwsbegrip XL ; opbrengstgericht werken :sturen op data; maken en uitvoeren van groepsplan spelling; borgen van de Leefstijlregels; cultuureducatiebeleid; vaststellen leerlijnen groep 1-2; deelname Pilot Leerwinst en toegevoegde waarde; uitvoeren van taalbeleidsplan en rekenbeleidsplan; implementeren nieuwe rekenmethode Wereld in Getallen; optimaliseren taal- en leesonderwijs; afnemen audit kwaliteitszorg: Kwaliteitwijzer; behalen van het Brabants Verkeersveiligheid Label (BVL) optimaliseren didactisch handelen (directe instructie model) implementeren ‘Bibliotheek Op School’ vaststellen nieuw rapport
8.2
Nieuwe ontwikkelingen
De ontwikkelingen gaan door. In het komende schooljaar wordt gewerkt aan: invoeren Meervoudige Intelligentie gekoppeld aan coöperatief werken in alle groepen; borgen Leefstijlregels en rekenmethode Wereld In Getallen; invoeren doorgaande lijn bewegingsonderwijs; collegiale consultatie (kijken bij en leren van elkaar); invoeren van de leerlinglijsten van het leerlingvolgsysteem sociaal emotionele ontwikkeling ZIEN! voor groep 3 tot en met 8; invoeren van nieuwe toetsen CITO-LOVS: rekenen groep 3; cultuureducatiebeleid; opbrengstgericht werken: sturen op data: groepsplannen maken en uitvoeren voor spelling, begrijpend lezen en technisch lezen afnemen audit kwaliteitszorg KwaliteitWijzer; borgen van verkeersonderwijs; optimaliseren van het didactisch handelen; invoeren nieuw rapport implementatie verkeersmethode Wijzer door het verkeer groep 1 t/m 4
9.
Slotwoord
Deze vernieuwde en uitgebreide schoolgids is uitgegeven in het schooljaar 2014-2015. Naast deze schoolgids is er onze schoolkalender, voor de meest praktische zaken. Al eerder werd vermeld dat u als ouder of verzorger van onze leerlingen altijd welkom bent op school. Dit geldt voor situaties waarin u iets te vragen hebt, een kritische opmerking wilt plaatsen of gewoonweg wilt communiceren met groepsleerkrachten, directie of anderen die zich bezighouden met het schoolse gebeuren. We hopen oprecht dat u deze uitnodiging als welgemeend wilt opvatten. Met vriendelijke groet, mede namens het team, Michel Berkelmans, directeur 38
Schoolgids - De Wegwijzer
10.
2014-2015
Belangrijke instanties en personen
De school
De Wegwijzer Kriekenstraat 43 4847 HE Teteringen Telefoon: 076 – 571 34 95 E-mail:
[email protected] Website: www.bs-wegwijzer.nl
Directeur
Dhr. M. Berkelmans
Het Schoolbestuur
INOS Stichting Katholiek Onderwijs Breda Bezoekadres: ANNAstede Haagweg 1 4814 GA Breda Postadres: Postbus 3513 4800 DM Breda Telefoon: 076 – 561 16 88 Website: www.inos.nl
Inspectie van het Onderwijs
Postbus 88 5000 AB TILBURG Telefoon: 088 - 6696000 Website:
5010 - Vragen over onderwijs
www.onderwijsinspectie.nl
0800 – 8051 (gratis; op schooldagen tussen 10.00 uur en 15.00 uur bereikbaar) Website: www.50tien.nl
Meldpunt Vertrouwensinspecteurs 0900 – 111 3 111 (lokaal tarief) (klachtmeldingen over seksuele intimidatie, seksueel misbruik, ernstig psychisch of fysiek geweld) Klachtencommissie Externe klachtencommissie
Postbus 82324, 2508 EH Den Haag Telefoon: 070-39255080
Externe Vertrouwenspersoon
Dhr. T. van Dorst ARBO Unie Breda Telefoon: 076 – 548 78 00 06 - 525 019 75 Website: www.gcbo.nl
Interne Vertrouwenspersonen
Dhr. Jeroen van der Ploeg en Mevr. Riesje den Hartog -Verhees Telefoon: 076 – 571 34 95
Leerplichtconsulent gemeente
Mevr. K. Heijster Postbus 2521 4800 CM Breda Telefoon: 076 – 529 40 80
GGD
Jeugdarts: Mevr. M. Morssinkhof Jeugdverpleegkundige: Mevr. R. Stoop Postbus 3215 4800 DE Breda Telefoon: 076 – 528 2 0 00
39
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
Website:
076 – 528 24 86 (afspraakcentrum) www.ggdwestbrabant.nl
Onderwijsbegeleidingsdienst
Edux Postbus 2086 4800 CB Breda Telefoon: 076 – 524 55 00 Website: www.edux.nl
PCL
Permanente Commissie Leerlingenzorg Postbus 3515 4800 DM Breda Telefoon: 076 – 524 55 09
Centrum Jeugd en Gezin (CJG)
Telefoon: Mail: Telefoon : Website:
Kober Groep (voor-, tussen en naschoolse opvang)
Hooilaan 1 4816 EM Breda Telefoon: 076 – 530 20 01 Website: www.kober.nl
40
0800 - 444 0003
[email protected] 06 – 811 35 949 www.cjgbreda.nl
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
Bijlage 1 - Betekenis gebruikte afkortingen ADV bapo bao CJG CVI GGD GGZ IB'er ict IMW J&G Kbs LGF LVS mbo MR MT PCL pgb PO-raad REC RID RT’er sbo so sova-training TC’er WEC WSNS
41
arbeidsduurverkorting bevordering arbeidsparticipatie ouderen basisonderwijs Centrum voor Jeugd & Gezin Commissie van Indicatiestelling Gemeentelijke Geneeskundige Dienst Geestelijke Gezondheidszorg intern begeleider interne communicatie technologie Instituut voor Maatschappelijk Werk Jeugd en Gezin katholieke basisschool leerlinggebonden financiering Leerlingvolgsysteem middelbaar beroepsonderwijs medezeggenschapsraad managementteam Permanente Commissie Leerlingenzorg persoonsgebonden budget Raad voor het Primair Onderwijs Regionaal Expertise centrum Regionaal Instituut voor Dyslexie remedial teacher speciaal basisonderwijs speciaal onderwijs sociale-vaardigheidstraining teamcoördinator Wet op de Expertise Centra Weer Samen Naar School
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
Bijlage 2 - Verdeling van de tijd per week over de leer- en vormingsgebieden Activiteiten Zintuiglijke oefening (werken ontwikkelingsmateriaal) Lichamelijke oefening Nederlandse taal (totaal) Spelling Begrijpend/ studerend lezen Technisch lezen Stellen Overige taalactiviteiten (spreken/taalschat etc.) Schrijven Rekenen Engelse taal Wereldoriëntatie (totaal) Aardrijkskunde Geschiedenis Samenleving Documenteren (werken aan eigen onderwerpen) Verkeer Gezond gedrag Natuuronderwijs + techniek Expressievakken: (totaal) Bevorderen taalgebruik Tekenen
Gr.1/2 Gr. 3 7.00
Gr. 4
Gr. 5
Gr. 6
Gr. 7
Gr. 8
6.15 2.30
7.45
1.30 10.00 2.00 1.00 3.00
2.00
4.00
1.30 8.45 2.00 1.00 2.00 0.45 3.00
1.30 9.15 1.30 2.00 2.00 0.45 3.00
1.30 8.00 1.00 1.30 1.45 0.45 3.00
1.30 8.00 1.00 1.45 1.45 0.45 2.45
2.00
3.00 5.30
2.30 5.30
1.30 5.30
1.00 5.15
0.45
0.45
1.00
3.15 0.45 0.45
3.30 0.45 0.45
0.30
0.45
0.30 5.30 0.45 4.30 1.00 1.00 0.30 0.45
0.30 5.30 0.45 4.30 1.00 1.00 0.30 0.45
0.30
0.30
0.30
0.30
Muziek Handvaardigheid Catechese Sociaal-emotionele ontwikkeling Pauze Totaal
1.00
Zelfstandig werken
42
1.30 9.45
2.30
2.30
0.45 2.30
0.45 2.30
0.45 2.15
0.45 2.15
0.45
0.45
0.45
0.45
0.45
0.45
0.30 1.00
0.45 1.00 0.30 1.00
0.45 1.00 0.30 1.00
0.45 1.00 0.30 1.00
0.45 1.00 0.30 1.00
0.45 0.45 0.30 1.00
0.45 0.45 0.30 1.00
1.00 22.00
1.15 25.45
1.15 25.45
1.15 25.45
1.15 25.45
1.15 25.45
1.15 25.45
0.45
3.45
3.30
4.00
4.00
5.30
5.30
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
Bijlage 3 – De opbrengsten van ons onderwijs A. Resultaten van de Cito-toetsen groep 1 t/m 8 – LOVS-toetsen Het betreft de toetsen afgenomen in januari 2014 Gemiddelde niveaus per toets per groep groep 1
groep 2
Taal voor kleuters
A
Rekenen voor kleuters
A
Technisch lezen
groep 3
groep 4
groep 5
groep 6
B
B
D
C
A
A
A
D
D
B
A
Begrijpend lezen
groep7 Groep8
Spelling
A
A
C
C
A
B
Rekenen/wiskunde
A
A
D
B
A
A
Woordenschat
C
B
C
C
A
A
De betekenis van de letters staat hieronder. Daarachter is vermeld hoeveel procent van de leerlingen er landelijk gezien bij elk niveau horen. Niveau A: hoogst scorende leerlingen (25%). Niveau B: net boven tot ruim boven het landelijk gemiddelde (25%) Niveau C: net onder tot ruim onder het landelijk gemiddelde (25%). Niveau D: ruim onder het landelijk gemiddelde (15%). Voor ons geldt dit als onvoldoende. Niveau E: laagst scorende leerlingen (10%). Uiteraard is dit niveau voor ons ook onvoldoende.
Groep 8 – Eindtoets Voor de totale toets krijgen de leerlingen een standaardscore. Dit is een getal tussen de 501 en550. Het landelijke gemiddelde zonder correctie was afgelopen schooljaar 534,4 . Onze school heeft een gemiddelde score behaald van 536,6 .
43
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
B. Verwijzingen naar het sbo (speciaal basisonderwijs) en so (speciaal onderwijs) In de periode van 1 augustus 2013 tot 1 augustus 2014 heeft De Wegwijzer 2 leerlingen verwezen naar het sbo en 1 leerling naar het so. C. Rugzakleerlingen Leerlingen op 1 augustus 2014, verdeeld per cluster: Cluster 1 slechtziend-blind
0 leerlingen
Cluster 2 spraaktaal- en gehoorproblemen
1 leerling
Cluster 3 verstandelijke of lichamelijke beperkin-
3 leerlingen
gen
Cluster 4 gedragsproblemen of psychiatrische
1 leerling
stoornissen
rugzak sbo 3 leerlingen
44
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
D. Groep 8 – schoolverlaters naam school
Scala
Scala
Scala De Nassau De Nassau
type brugklas
vmbo basis / kaderberoepsgerichte leerweg vmbo kaderberoepsgerichte leerweg gemengd/ theoretische leerweg vmbo theoretische leerweg (=mavo) vmbo theoretische leerweg (=mavo) /havo
De Nassau
havo / vwo
De Nassau
vwo TTO
Hanzecollege Hanzecollege
havo/vwo
OLV
atheneum/gymnasium
Plein College SintJoris (Eindhoven)
vmbo theoretische leerweg (=mavo) /havo vmbo basisberoepsgerichte leerweg vmbo theoretische leerweg (=mavo) /havo
Newmancollege
3
1
1
1
1
1
1
3
1
1
1
1
3 3
1
1
3
2
2
2
2
2
4
2
1
2
1
1 3
2
3
1
2
4
1
1
1
1
1
1 6
3
4
Newmancollege
havo/vwo
Newmancollege
vwo
3
2
1
1
Newmancollege
havo/vwo technasium
1
1
1
2
Stedelijk Gymnasium Breda
gymnasium
4
Luzac College Tessenderlandt Tessenderlandt Tessenderlandt Orioncollege Prinsentuincollege Prinsentuincollege Prinsentuincollege 45
vmbo theoretische leerweg (=mavo) /havo vmbo basisberoepsgerichte leerweg vmbo kaderberoepsgerichte leerweg vmbo gemengd / theoretische leerweg havo / vwo vmbo basisberoepsgerichte leerweg vmbo kaderberoepsgerichte leerweg vmbo gemengd / theoretische leerweg
1
2
vmbo basisberoepsgerichte leerweg vmbo kaderberoepsgerichte leerweg
OLV
Rotonde
aantal aantal aantal aantal aantal aantal lln. lln. lln. lln. lln. lln. 2009 2010 2011 2012 2013 2014
4
1
1
1
3
1 3 3
1 1 1
2
3
2
1
3 1
1
1
1
1
1
7
3
2 1
1 1
1
1 1
Schoolgids - De Wegwijzer
Oelbert Gymnasium Graaf Engelbrecht Graaf Engelbrecht Effent Effent Markenhage Markenhage Rodenborch
46
2014-2015
gymnasium vmbo theoretische leerweg (=mavo) vmbo theoretische leerweg (=mavo) /havo vmbo theoretische leerweg (=mavo) vmbo theoretische leerweg (=mavo) /havo vmbo theoretische leerweg (=mavo) /havo havo/vwo Rodenborch topsport talentschool vmbo theoretische leerweg / havo
1
1
1
1 1
1
1
1
1 1
2
1
3 1 1
Schoolgids - De Wegwijzer
2014-2015
Ondertekening Verklaring van instemming door de medezeggenschapsraad De medezeggenschapsraad van Kbs De Wegwijzer stemt in met de inhoud van de schoolgids voor de periode van 01-08-2014 tot 01-08-2015. Voor akkoord: De voorzitter:
De secretaris:
Mevr. M. van Boesschoten
Mevr. M. Heesters
Datum: 27 juni 2014
Datum: 27 juni 2014
Verklaring van vaststelling Het Bestuur van de Stichting INOS stelt na instemming van de medezeggenschapsraad de schoolgids van Kbs De Wegwijzer voor de periode van 01-08-2014 tot 01-08-2015 vast. Voor akkoord: Voorzitter College van Bestuur INOS
Dhr. F.J.M. van Esch Datum:
47
juni 2014