AUSTIN-HEALEY 3000 MK I
DIKKE DOND DRIELITER Wie bouwt ze tegenwoordig nog: tweezits roadsters naar klassieke receptuur, met een potente zes-in-lijn voorin, een handbak in het midden en de aandrijving achter? Oftewel, is er nog een merk dat de honger stilt naar de sensaties die de klassieke, vermaarde en wereldberoemde Austin-Healey 3000 zo geliefd maakt? TEKST JEROEN EKELER FOTOGRAFIE MARC VORGERS
AUSTIN-HEALEY 3000 MK I CLASSIC
ERENDE
H
et antwoord op de vraag in het intro van dit verhaal levert maar een antwoord op: BMW, met hun Z4 Roadster sDrive35i. En hoewel dat een technisch meesterwerk is, zal menig Anglofiel er wellicht geen twee seconden over nadenken om de geslepen Beier een plek in z’n garage te gunnen. Heus, er zijn meer roadsters met de motor voor en de aandrijving achter. De Nissan 370Z bijvoorbeeld, maar die heeft zijn zes cilinders in twee rijtjes van drie naast elkaar staan. Hetzelfde geldt voor de archetypische Britse sportwagen: de Morgan Roadster V6. Aston Martin spreekt ook een stevig woordje mee in deze automobiele buitencategorie, maar komt meteen aanzetten met acht of twaalf cilinders. Kortom, de droevige conclusie van dit verhaal luidt dat de genen van de Big Healey, hoofdpersoon in dit verhaal, de laatste decennia nauwelijks nog zijn doorgegeven in de richting van nieuwerwetse autosoorten. Zou er dan geen belangstelling meer bestaan voor juist het concept waarmee in vroeger tijden een reeks sportieve Jaguars en snelle Triumphs aan de man is gebracht? Onmogelijk, want de wens om zich per dakloze roadster kriskras over de aardbol te bewegen is zo oud als de automobiel zelf. Het verschil is dat de moderne klant mag kiezen uit de nauwelijks te verbeteren efficiëntie van viercilinder turbo’s of voor het grove geweld van hamerende V8-machines. Anders
GREAT BRITISH CARS
GBC
51
gezegd: de zingende zes-in-lijn, zoals Donald Healey vanaf 1956 in zijn briljante sportwagens monteerde, behoort tot een uitstervend autoras. Reden te meer om er in GBC een eerbetoon aan te wijden. Waarvan acte. GELUKKIGSTE MAN
Donald Healey moet zich begin jaren vijftig de gelukkigste man op aarde hebben gevoeld toen de door hem bedachte sportwagen met de naam Healey 100 - waarbij het getal verwijst naar de topsnelheid in mijlen per uur - op de Earls Court Motorshow van 1952 zo’n beetje het epicentrum van alle aandacht was. Nog tijdens de show noteert Healey drieduizend orders voor zijn beeldschone creatie, hetgeen hem een probleem van formaat oplevert. De productiecapaciteiten van zijn fabriekje zijn namelijk totaal niet toereikend. Gelukkig is een van de belangstellenden op dezelfde beurs Sir Leonard Lord, de grote baas van BMC, het conglomeraat dat onder meer Austin onderdak biedt. De deal is snel gemaakt: Lord zegt toe de Healey’s te gaan bouwen en de geëxposeerde auto krijgt nog tijdens de show een embleem met de naam Austin-Healey op de neus ge-
52
GBC GREAT BRITISH CARS
drukt. De motor was al van Austin; Donald Healey maakte gebruik van de 2,6 liter viercilinder uit de (geflopte) Austin A90 Atlantic - een grote sedan. Als BMC deze motor in 1956 uit productie neemt, kiest Healey voor een zescilinder met eveneens 2,6 liter inhoud uit de magazijnen van hetzelfde concern. Helaas blijkt de nieuw gecreëerde Austin-Healey 100/6 met dit zware, weinig efficiënte blok onder de kap trager te zijn dan zijn voorganger met de oude viercilindermotor. BMC, dat Donald Healey inmiddels als technisch adviseur in dienst heeft genomen, neemt vlug een snellere Healey in ontwikkeling. SPELENDERWIJS
De toenmalige Nederlandse importeur van Austin-Healey, R.S. Stokvis & Zonen N.V. uit Rotterdam, verstuurt op 16 juni 1959 een persbericht naar de vaderlandse autoredacties, met een embargo tot de dertigste van die maand. In kapitale schrijfmachineletters roept de kop: ‘Nieuwe Austin Healey: Drie Liter-Motor en Schijfremmen!’ De komst van de auto kan geen verrassing zijn, gezien het feit dat BMC er voor koos om hem al in maart van hetzelfde jaar aan de
AUSTIN-HEALEY 3000 MK I CLASSIC
wereld te tonen. Dit gebeurde in New York, wat duidelijk aangeeft op welke markt de Britse autobouwers het met hun snelle nieuwe sportwagen vooral gemunt hadden. In het persbericht is er evenveel aandacht voor de toegenomen prestaties als voor de schijfremmen die voortaan standaard op de voorwielen worden toegepast: ‘Snelheden, als die welke met de nieuwe Healey ‘3000’ spelenderwijs bereikt kunnen worden, vragen om bijzonder effectieve remmen. Dat is ook de reden, dat de nieuwe Austin Healey is uitgerust met schijfremmen van 29 cm diameter op de voorwielen en extra grote trommelremmen van 28 cm diameter op de achterwielen’. De afsluiting van het bericht betreft de prijs van de auto: ‘Bijzonder verheugend is, dat de bovenomschreven vernieuwingen en verbeteringen nagenoeg geen verhoging van de reeds bestaande prijzen hebben veroorzaakt’. Wat moet er dan op tafel komen voor zo’n mooie Healey 3000? De basisprijs is een straffe 15.500 gulden, in een tijd waarin een gloednieuwe DAF 600 vier mille kost en de kleine Austin-Healey Sprite volgens hetzelfde persbericht 8.000 gulden moet opbrengen - met een briefje van vijf als wisselgeld. Opties voor de Healey 3000 zijn er ook: ‘verwarmingsinstallatie met voorruitverwarming’ à 260 gulden of een afneembare hardtop voor 1.050 gulden. Tja, en dan doet zich de vraag voor of er niet
GREAT BRITISH CARS
GBC
53
VOOR U GEVONDEN
AUSTIN HEALEY 3000 MK II Ice Blue met blauw interieur. Splinternieuwe en volledige restauratie! Prijs: €63.500, Altena Classic Service, tel: 0524-561122 , www.altenaclassicservice.nl
beter kan worden doorgespaard voor het model ‘de Luxe’ van 17.000 gulden, die de genoemde verwarming standaard heeft, alsmede een ‘technisch bediende overdrive’ en draadspaakwielen. Geruststellend is hoe dan ook dat de prijzen inclusief ‘reservewiel met band en compleet fabrieksgereedschap’ zijn. ZESBAK
AUSTIN HEALEY 3000 MK I bouwjaar 1960. Na de restauratie zo’n 1.000 km gereden. Prijs: €59.500,Lex Classics, tel: 0416 342 474 , www.lexclassics.nl
AUSTIN HEALEY 3000 MK 1 LHD bouwjaar 1960, 180 pk, volledig rally geprepareerd. Prijs: €79.500,Van Laar Classic Cars, tel: 0344-621458, www.vanlaarclassiccars.nl
54
GBC GREAT BRITISH CARS
De hamvraag is natuurlijk of de Healey 3000 wezenlijk sneller is dan de 100/6. Het antwoord luidt vanzelfsprekend ‘ja’, wat valt af te leiden uit de belangrijk hoger gespecificeerde motor. De zescilinder kreeg een inhoud van 2.912 cc (van kubieke centimeters had toen nog niemand gehoord), waarmee het strikt genomen allesbehalve de ‘3000’ is waarvoor hij volgens het typeplaatje moet doorgaan. Het blok levert volgens het Nederlandse persbericht 130 pk (124 bhp volgens Engelse bronnen) bij het opmerkelijk lage toerental van 4.750 per minuut, een gegeven dat veel zegt over het motorkarakter van de Big Healey. Het is ook duidelijk een lange-slagmotor die hij aan boord heeft, met een boring en slag van 83 x 89 mm. Het koppel is indrukwekkend, met 24,23 kgm bij 3.000 toeren. Vertaald naar de huidige koppelnorm is dat (vermenigvuldigen met 9,81) 237 Nm. Een en ander maakt duidelijk dat de dik duizend kilogram zware Healey met zijn nieuwe motor niet snel adem te kort zal komen en zelfs
met een zekere nonchalance de gemeenste hellingen beklimt. Daarbij wordt hij geholpen door wat in feite een zesbak is: vier versnellingen, met een overdrive op zowel de derde als de vierde gang. Dat betekent dat de Healey-rijder reeds kan flipperen zoals nieuwerwetse automobilisten dat met hun automatische transmissies doen: de overdrive is elektrisch bediend via een knop op het dashboard. Dat vergt bij het schakelen soms een handje extra, als je bijvoorbeeld de overstap van 3 met overdrive naar 4 zonder overdrive wilde maken - iets wat gezien de beschikbare overbrengingsverhoudingen een logische exercitie is. Daarom is een modificatie van dit systeem, waarbij de schakelaar op de pookknop zelf wordt gemonteerd, een logische stap. Het snelheidsbereik is volgens opgave van de fabrikant bij het toerental waarop de motor het maximum vermogen levert in de derde versnelling 109 km/h en met overdrive 134 km/h; in de vierde versnelling rijdt de Healey 144 km/h en met overdrive zelfs 175 km/h. Is een overdrive dan noodzakelijk om een beetje leuke topsnelheid te kunnen behalen? Nee, want bij de gewone vierbak zijn de verhoudingen weer anders en ligt er bij 4.750 omwentelingen van de krukas een snelheid van 158 km/h in het verschiet. Als absolute topsnelheid voor de Healey 3000 wordt 182 km/h opgegeven, terwijl de acceleratie naar 100 km/h niet langer dan 11,4 seconden in beslag neemt.
AUSTIN-HEALEY 3000 MK I CLASSIC
GULZIGE HAPPER
De Austin-Healey 3000 heeft begin jaren zestig te maken met een steeds grotere concurrentiedruk - niet in de laatste plaats in de Verenigde Staten. Behalve andere Britse merken zoals Triumph, MG, Jaguar, AC en Daimler (SP250) vechten ook de Porsche 356, Chevrolet Corvette en andere sportwagens om een stukje van de markt. De hoogste tijd dus om aan vernieuwing te doen, in de vorm van de Austin-Healey 3000 Mk.II die in mei 1961 wordt aangekondigd. Dankzij de montage van drie in plaats van twee carburateurs klimt het vermogen van 124 naar 132 brake horse power, terwijl het verbruik omlaag gaat. Mooi is de nieuwe immobiliser, die in de bagageruimte van de auto is opgenomen, onder de afsluitbare klep aldaar. ‘Zo gauw de stroomvoorziening is geblokkeerd en het kofferdeksel afgesloten, kan de auto zonder het gevaar van diefstal worden achtergelaten op een parkeerplaats’. De Mk.II is herkenbaar aan de verticale spijlen in de grille en een gulzige luchthapper op de motorkap. Later in het jaar wordt rembekrachtiging als standaardvoorziening in het Healey-gamma opgenomen. Het is echter allemaal bij lange na niet genoeg om de aanzwellende kritiek op de auto mee te kunnen pareren. Twee grote ergernissen uit die tijd zijn de verstikkende hitte in het interieur en de veel te geringe bodemspeling, die ervoor zorgt dat de onder de auto hangende uitlaat veel vaker dan noodzakelijk in onzachte aanraking met moeder aarde komt. HOOG TIJD
In 1964 is het hoog tijd voor de Austin-Healey 3000 Mk.III, die inmiddels moet opboksen tegen, om maar eens wat sterke concurrenten te noemen, de sensationele nieuwe Jaguar E-Type, de gemakkelijk handelbare MGB en de prachtige, snelle Triumph TR4. De derde generatie van de Healey 3000 kreeg 150 pk onder de kap, die voor een acceleratie tot 100 km/h binnen tien seconden zorgt en bovendien voor een top van bijna 200 km/h. Belangrijker is het toegenomen comfort, dankzij een nieuw uitlaatsysteem en een rijker uitgerust dashboard met deftige houtpanelen. De ruwe kantjes zijn daarmee iets van het concept-Healey afgeslepen, maar de dikke, donderende drieliter bleef tot het einde toe bekend staan als een van de stoerste, mannelijkste (‘hairy chested’) en lekkerst klinkende British sportscars aller tijden. Om met een oud citaat uit het blad ‘Motor’ af te sluiten: ‘... deze wagen is nog altijd een genot om in te rijden, als men eenmaal gewend is geraakt aan alle nukkigheden waarmee men ongetwijfeld te maken krijgt’. Met dank aan Altena Classic Service, www.altenaclassicservice.nl
GREAT BRITISH CARS
GBC
55