34567
1 5 AUGUSTUS 2 0 1 5
STUDIEARTIKELEN _______________________________________________________________
_______________________________________________________________
_______________________________________________________________
_______________________________________________________________
28 SEPTEMBER–4 OKTOBER
5-11 OKTOBER
12-18 OKTOBER
19-25 OKTOBER
Mediteer over Jehovah’s diepe liefde voor ons
Blijf er vol verwachting naar uitzien!
Bereid je nu voor op het leven in de nieuwe wereld
Let op je omgang in deze laatste dagen!
BLADZIJDE 9
BLADZIJDE 14
BLADZIJDE 19
BLADZIJDE 24
STUDIEARTIKELEN _____________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________
ˇ Mediteer over Jehovah’s diepe liefde voor ons Jehovah heeft diepe liefde voor zijn volk. Dit artikel bespreekt hoe God zijn liefde heeft getoond. Als je mediteert over Jehovah’s liefde voor jou, zal dat je helpen om een steeds hechtere band met hem te krijgen.
ARGENTINIË
_____________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________
COVER: Een jonge broeder in de stad Esperanza geeft informeel getuigenis en laat een filmpje van jw.org zien ‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐‐
BEVOLKING
42.670.000 VERKONDIGERS
150.171
ˇ Blijf er vol verwachting naar uitzien! ˇ Bereid je nu voor op het leven in de nieuwe wereld Misschien wachten we al wat langer op de vervulling van Gods beloften. Maar we moeten niet toelaten dat we daardoor onze hoop verliezen. We hebben goede redenen om er vol verwachting naar te blijven uitzien. Hoe kunnen we ons voorbereiden op het leven in de nieuwe wereld? _____________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________
ˇ Let op je omgang in deze laatste dagen!
GEWONE PIONIERS
Waarom is het zo belangrijk om in deze moeilijke laatste dagen slechte omgang te vermijden? Hoe helpt Gods Woord ons daarbij? Dit artikel beantwoordt deze en andere vragen.
18.538 BIJBELSTUDIES
126.661 AANWEZIGEN OP HET AVONDMAAL (2014)
OOK IN DEZE UITGAVE
307.654
_____________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________
3 ‘ Laten de vele eilanden zich verheugen’ _____________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________
29 Wat we kunnen leren van Johanna _____________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________________
31 Uit ons archief
34567
August 15, 2015
˙
Deze publicatie is niet voor de verkoop bestemd maar wordt verschaft als onderdeel van een wereldwijd Bijbels onderwijzingswerk dat gesteund wordt door vrijwillige bijdragen. Tenzij anders vermeld, is de gebruikte Bijbelvertaling de Nieuwe-Wereldvertaling van de Heilige Schrift — met studieverwijzingen (uitgave 2004). De afkorting v.G.T. betekent ‘voor de gewone tijdrekening’. G.T. staat voor ‘van de gewone tijdrekening’.
Vol. 136, No. 16 Semimonthly DUTCH
The Watchtower (ISSN 0043-1087) is published semimonthly by Watchtower Bible and Tract Society of New York, Inc.; L. Weaver, Jr., President; G. F. Simonis, Secretary-Treasurer; 25 Columbia Heights, Brooklyn, NY 11201-2483, U.S.A., and in England by Watch Tower Bible and Tract Society of Britain, The Ridgeway, London NW7 1RN (Registered in England as a Charity).
Uitgegeven door Wachttoren-, Bijbel- en Traktaatgenootschap, Noordbargerstraat 77, 7812 AA Emmen, Nederland. Christelijke Gemeente van Jehovah’s Getuigen (Verantwoordelijke uitgever: Marcel Gillet), Potaarde¨ straat 60, B-1950 Kraainem, Belgie, PP-PB BRUXELLES X - BRUSSEL X No. 10/667. 5 2015 Watch Tower Bible and Tract Society of Pennsylvania. Printed in Britain.
LEVENSVERHAAL
‘Laten de vele eilanden zich verheugen’ VERTELD DOOR
GEOFFREY JACKSON
Het was 22 mei 2000, een dag die ik niet snel zal vergeten. Samen met een paar andere broeders uit verschillende delen van de wereld zat ik in de vergaderruimte van het Besturende Lichaam. We wachtten met spanning op het Schrijverscomité, dat ieder moment kon binnenkomen. Ons was gevraagd om een presentatie te houden. In de weken ervoor hadden we problemen geanalyseerd waar vertalers tegenaan liepen, en nu moesten we oplossingen aandragen. Maar waarom was deze bijeenkomst zo belangrijk? Voordat ik dat uitleg, zal ik eerst eens iets over mijn achtergrond vertellen.
Gedoopt in Queensland; gepionierd op Tasmanië; zendingswerk in Tuvalu, Samoa en Fiji
TUVALU
SAMOA
FIJI
AUSTRALIË
QUEENSLAND
TASMANIË
IK BEN in 1955 in Queensland (Australië) geboren. Kort na mijn geboorte begon mijn moeder, Estelle, met Jehovah’s Getuigen de Bijbel te bestuderen. Het jaar daarop werd ze gedoopt. Mijn vader, Ron, kwam dertien jaar later in de waarheid. Zelf ben ik in 1968 gedoopt, in de outback van Queensland. Van jongs af aan houd ik van lezen, en ik ben altijd al gefascineerd geweest door taal. Als we met het gezin tochtjes met de auto gingen maken, moet het voor mijn ouders frustrerend zijn geweest dat ik op de achterbank steeds maar zat te lezen in plaats van te genieten van het uitzicht. Maar op school was het juist handig dat ik zo van lezen hield. Toen ik in Glenorchy op het eiland Tasmanië op de middelbare school zat, won ik verschillende prijzen voor goede leerprestaties. Toen kwam het moment dat ik een belangrijke beslissing moest nemen. Zou ik een beurs aanvaarden om aan de universiteit te studeren? Hoeveel ik ook van lezen en leren hield, ik ben dankbaar dat mijn moeder me had geleerd om nog meer van Jehovah te houden (1 Kor. 3:18, 19). Daarom ging ik, zodra ik mijn diploma had gehaald, met toestemming van mijn ouders van school om te kunnen pionieren. Dat was in januari 1971, toen ik vijftien was.
3
Koninkrijksnieuws nr. 30 in het Tuvaluaans
Met Jenny in Tuvalu
Ik had het voorrecht om de daaropvolgende acht jaar in Tasmanië te pionieren. Ondertussen trouwde ik met een mooie Tasmaanse vrouw, Jenny Alcock. Samen dienden we vier jaar als speciale pioniers in een aantal geïsoleerde gebieden, namelijk Smithton en Queenstown. NAAR DE EILANDEN IN DE GROTE OCEAAN
In 1978 gingen we voor het eerst naar het buitenland, om een internationaal congres in Port Moresby (Papoea-Nieuw-Guinea) bij te wonen. Ik weet nog goed hoe ik naar een zendeling zat te luisteren die een lezing in het Hirimotu gaf. Hoewel ik niets van zijn lezing begreep, ontstond bij mij op dat moment het verlangen om ook zendeling te worden, andere talen te leren en zulke lezingen te kunnen houden. Eindelijk had ik een manier gevonden om mijn liefde voor Jehovah te combineren met mijn liefde voor taal. Toen we terug waren in Australië, werden we tot onze verrassing uitgenodigd om als zendelingen te dienen op Funafuti, een eiland in Tuvalu (voorheen Ellice Islands). We kwamen in januari 1979 in onze nieuwe toewijzing aan. Op dat moment waren er in heel Tuvalu nog maar drie andere gedoopte verkondigers. Het was niet makkelijk om Tuvaluaans te leren. Het enige boek dat in die taal beschikbaar was, was
4
DE WACHTTOREN
het ‘Nieuwe Testament’. Er waren geen woordenboeken of taalcursussen, dus probeerden we zelf zo’n tien tot twintig nieuwe woorden per dag te leren. Maar al gauw kwamen we erachter dat we van de meeste woorden die we hadden geleerd niet de juiste betekenis kenden. We wilden mensen bijvoorbeeld vertellen dat waarzeggerij verkeerd is, maar in plaats daarvan zeiden we dat ze het gebruik van weegschalen en wandelstokken moesten vermijden! Om de vele mensen die we Bijbelstudie gaven te kunnen helpen, moesten we de taal goed onder de knie krijgen. Daarom bleven we oefenen. Jaren later zei iemand met wie we in die periode hadden gestudeerd: ‘We zijn zo blij dat jullie de taal nu goed spreken. In het begin hadden we geen idee waar jullie het over hadden!’ Maar eigenlijk zaten we in wat je misschien wel de ideale situatie zou kunnen noemen om een nieuwe taal te leren. Omdat er geen huizen te huur waren, gingen we bij een Getuigengezin inwonen in het grootste dorp van het eiland. Dit betekende dat we helemaal in de taal en het dorpsleven werden ondergedompeld. Toen we een paar jaar geen Engels hadden gesproken, was Tuvaluaans onze eerste taal geworden. Al gauw begonnen veel mensen interesse te tonen in de waarheid. Maar wat konden we met ze bestuderen? We hadden immers geen publicaties
in hun taal. Hoe moesten ze persoonlijke studie doen? Als ze de vergaderingen zouden gaan bezoeken, welke liederen moesten ze dan zingen, welk materiaal konden ze gebruiken en hoe konden ze zich op de vergaderingen voorbereiden? Hoe zouden ze ooit kunnen groeien tot de doop? Deze nederige mensen hadden geestelijk voedsel in hun eigen taal nodig! (1 Kor. 14:9) We vroegen ons af: zullen er ooit publicaties komen in het Tuvaluaans, een taal die door nog geen 15.000 mensen wordt gesproken? Jehovah’s antwoord op die vragen heeft twee dingen bewezen: (1) hij wil dat zijn Woord ‘op de eilanden ver weg’ wordt bekendgemaakt en (2) hij wil dat degenen die door de wereld als ‘nederig en gering’ worden bezien, hun toevlucht zoeken bij zijn naam (Jer. 31:10; Zef. 3:12).
Ik gebruik Tuvaluaanse lectuur om anderen te helpen
GEESTELIJK VOEDSEL VERTALEN
In 1980 kregen we van het bijkantoor de toewijzing om als vertaler te gaan werken — iets waarvoor we ons totaal niet bekwaam voelden (1 Kor. 1:28, 29). We begonnen te drukken met een oude stencilmachine, die we van de overheid konden kopen. Daarmee maakten we materiaal voor de vergaderingen. We vertaalden zelfs het boek De waarheid die tot eeuwig leven leidt in het Tuvaluaans en drukten het met dezelfde machine. Ik kan me nog goed de sterke inktlucht herinneren en de moeite die het kostte om in de intense tropische hitte lectuur te drukken. We moesten alles met de hand doen, want we hadden in die tijd nog geen elektriciteit. Het was een hele uitdaging om in het Tuvaluaans te vertalen, want er waren nauwelijks naslagwerken. Maar soms kwam er hulp uit onverwachte hoek. Op een ochtend belde ik per ongeluk bij een tegenstander van de waarheid aan. De bewoner van het huis, een oudere man die leraar was geweest, aarzelde niet om me eraan te herinneren dat we niet bij hem mochten aanbellen. Daarna zei hij: ‘Ik wil nog één ding zeggen. Jullie gebruiken in jullie vertaling te vaak de passieve vorm. Dat is in het Tuvaluaans niet gebruikelijk.’ Ik vroeg het na en het bleek te kloppen. Dus brachten we de nodige aanpassingen aan. Ik stond er echt van te kijken dat
Doop in een zoutwatermeer
Vrijgave van de Nieuwe-Wereldvertaling van de Christelijke Griekse Geschriften in het Tuvaluaans
Jehovah ons hulp had gegeven via een tegenstander, die duidelijk onze lectuur las. Het eerste wat in het Tuvaluaans voor verspreiding werd gedrukt, was een avondmaalsuitnodiging. Daarna verscheen Koninkrijksnieuws nr. 30, dat tegelijk met het Engelse traktaat werd uitgegeven. Wat vonden we het geweldig om mensen iets in hun eigen taal te kunnen geven! In de loop van de tijd kwamen er enkele brochures en zelfs wat boeken in het Tuvaluaans. In 1983 begon het Australische bijkantoor een kwartaaluitgave van De Wachttoren te drukken, met 24 bladzijden. Daardoor konden we elke week gemiddeld zeven alinea’s bestuderen. Hoe werd hierop gereageerd? Mensen in Tuvalu houden van lezen, dus onze lectuur werd enorm populair. Elke keer dat er een nieuwe publicatie uitkwam, deed de staatsradio een mededeling in het journaal. Soms haalde het zelfs de krantenkoppen.1 Hoe werd het vertaalwerk gedaan? Eerst schreven we de vertaling op met pen en papier. Daarna typten we de vertaling net zo vaak over tot die klaar was om verstuurd te worden naar het Australische bijkantoor. Daar werd de tekst op een com1 Zie De Wachttoren van 15 december 2000, blz. 32; 1 augustus 1988, blz. 22 en de Ontwaakt! van 22 december 2000, blz. 9 voor voorbeelden van reacties op onze lectuur.
Een interessant project Als persoonlijk project heb ik een lijst samengesteld van Tuvaluaanse woorden met hun betekenis. Ik begon daar in 1979 mee en heb er ongeveer twintig jaar lang elke ochtend een uur aan gewerkt. Deze woordenlijst groeide na verloop van tijd uit tot een heel woordenboek. In 2001 heeft de Australische overheid het woordenboek gedrukt als geschenk voor de Tuvaluanen. In 1999 schreven Jenny en ik ook een boek over de Tuvaluaanse grammatica.
puter ingevoerd, door twee zusters die geen van beiden Tuvaluaans kenden. Maar doordat ze de tekst allebei afzonderlijk invoerden en daarna de verschillen vergeleken, werden er opvallend weinig fouten gemaakt. Het bijkantoor voegde de tekst met de plaatjes samen en stuurde deze gezette bladzijden per luchtpost naar ons terug. Wij controleerden die vervolgens en stuurden ze weer terug om gedrukt te worden. Wat is er inmiddels veel veranderd! Nu voeren de vertaalteams de tekst direct in op de computer en brengen zelf de correcties aan. Daarna wordt de tekst meestal lokaal met de afbeeldingen samengevoegd, waarna de gezette bladzijden digitaal worden verstuurd naar het bijkantoor waar ze worden gedrukt. Nu hoeft niemand meer gestrest naar het postkantoor te rennen om de vertaling te versturen. ANDERE TOEWIJZINGEN
In de loop van de jaren kregen Jenny en ik verschillende toewijzingen op eilanden in de Grote Oceaan. In 1985 werden we toegewezen aan het Samoaanse bijkantoor, waar we hielpen bij het vertaalwerk in het Samoaans, Tongaans en Tokelauaans. Intussen hielpen we ook nog steeds bij het vertaalwerk in het Tuvaluaans.1 In 1996 werden we toegewezen aan het bijkantoor in Fiji, waar we hielpen bij het vertaalwerk in het Fiji, Kiribatisch, Nauruaans, Rotumaans en Tuvaluaans. Ik sta telkens weer versteld van de ijver van onze vertalers. Het werk kan behoorlijk intensief zijn. Maar deze trouwe broeders en zusters volgen graag Jehovah na, die wil dat het goede nieuws gepredikt wordt tot ‘elke natie en stam en taal en elk volk’ (Openb. 14:6). Toen er bijvoorbeeld plannen waren om De Wachttoren in het Tongaans te vertalen, vergaderde ik met alle ouderlingen van Tonga en vroeg wie er als vertaler opgeleid zou kunnen worden. Een van de ouderlingen, die een goede baan als monteur had, bood aan om de volgende dag ontslag te nemen en direct als vertaler aan de slag te 1 Zie het Jaarboek 2009, blz. 120, 121, 123, 124 voor meer details over het vertaalwerk in Samoa.
Interview met mijn ouders, Ron en Estelle, in 2014 op het congres in Townsville (Australië)
gaan. Dat was echt bijzonder, want hij had een gezin om voor te zorgen en had geen idee waar zijn inkomen nu vandaan moest komen. Maar Jehovah zorgde voor hem en zijn gezin, en hij bleef nog jarenlang als vertaler werken. Zulke vertalers weerspiegelen het standpunt van de broeders van het Besturende Lichaam, die echt oog hebben voor de geestelijke behoeften van kleinere taalgroepen. Op een gegeven moment vroeg iemand bijvoorbeeld of het wel de moeite waard was om lectuur in het Tuvaluaans te produceren. Wat voelde ik me aangemoedigd door het antwoord van het Besturende Lichaam: ‘We zien geen enkele reden waarom jullie zouden moeten stoppen met het vertaalwerk in het Tuvaluaans. Hoewel het Tuvaluaanse veld misschien klein is in vergelijking met andere taalgroepen, moeten de mensen wel in hun eigen taal met het goede nieuws worden bereikt.’ In 2003 werden Jenny en ik overgeplaatst van de Vertaalafdeling in Fiji naar de afdeling Translation Services in Patterson (New York). Een droom kwam uit! We werden deel van een team dat ondersteuning gaf aan het opstarten en uitbreiden van vertaalwerk in verschillende talen. De daaropvolgende twee jaar hadden we het voorrecht verschillende landen te bezoeken om daar vertaalteams te trainen. ENKELE HISTORISCHE BESLISSINGEN
Terug naar de presentatie waar ik het in het begin over had. In het jaar 2000 besloot het Bestu-
rende Lichaam dat de vertaalteams over de hele wereld extra ondersteuning konden gebruiken. Tot dan toe kregen de meeste vertalers heel weinig opleiding. Maar na onze presentatie voor het Schrijverscomité gaf het Besturende Lichaam goedkeuring aan een wereldwijd opleidingsprogramma voor alle vertalers. Het programma bestond uit training in vertaaltechnieken, begrip van het Engels en vertalen in teamverband. Wat was het resultaat van al deze extra inspanningen? Ten eerste is de kwaliteit van het vertaalwerk verbeterd. Ook is het aantal talen waarin vertaald wordt explosief gestegen. Toen we in 1979 in onze eerste zendingstoewijzing aankwamen, was De Wachttoren beschikbaar in maar 82 talen. De meeste edities verschenen enkele maanden na de Engelse editie. Nu verschijnt De Wachttoren in meer dan 240 talen, in de meeste talen simultaan met het Engels. Er is nu geestelijk voedsel beschikbaar in meer dan 700 talen. Daar konden we jaren geleden alleen maar van dromen! In 2004 nam het Besturende Lichaam nog een historische beslissing, namelijk om meer vaart achter het vertalen van de Bijbel te zetten. Een paar maanden daarna werd het vertalen van de Bijbel onderdeel van het reguliere vertaalwerk, waardoor de Nieuwe-Wereldvertaling in meer talen vertaald kon worden. In 2014 was deze Bijbelvertaling in zijn geheel of gedeeltelijk gedrukt in 128 talen, inclusief een aantal talen die worden gesproken op eilanden in het zuidelijke deel van de Grote Oceaan. 15 AUGUSTUS 2015
7
Een hoogtepunt in mijn leven was het bijwonen van het congres in Tuvalu in 2011. Het hele land werd al maanden geteisterd door extreme droogte en het zag ernaar uit dat het congres zou worden afgelast. Maar op de avond dat we aankwamen, maakte een tropische stortbui een eind aan de droogte. Nu kon het congres toch doorgaan! Ik had het schitterende voorrecht om de Nieuwe-Wereldvertaling van de Christelijke Griekse Geschriften in het Tuvaluaans vrij te geven — de kleinste taalgroep die dat prachtige geschenk ooit heeft ontvangen. Na afloop van het congres was er opnieuw een stortbui. Dus na het congres was er een overvloed aan zowel geestelijk als letterlijk water! Helaas heeft Jenny, met wie ik meer dan 35 jaar gelukkig getrouwd ben geweest, die gedenkwaardige gebeurtenis niet meer meegemaakt. In 2009 verloor ze na tien jaar de strijd tegen borstkanker. Wat zal ze het geweldig vinden als ze straks, na haar opstanding, hoort dat de Bijbel in het Tuvaluaans is uitgegeven. Inmiddels heeft Jehovah mij opnieuw gezegend met een mooie vrouw, Loraini Sikivou. Loraini en Jenny hebben op Bethel in Fiji samengewerkt; Loraini deed vertaalwerk in het Fiji. Ik heb dus weer een vrouw die Jehovah trouw dient en ook nog eens mijn liefde voor taal deelt! Als ik terugkijk, moedigt het me aan als ik zie hoe onze lieve hemelse Vader, Jehovah, voor de
behoeften van allerlei taalgroepen zorgt — zowel grote als kleine (Ps. 49:1-3). Ik heb de blije gezichten gezien van mensen die voor het eerst lectuur in hun eigen taal zagen of liederen voor Jehovah zongen in de taal van hun hart. Op die momenten besefte ik hoeveel Jehovah van ons houdt (Hand. 2:8, 11). Ik kan me nog goed een opmerking van Saulo Teasi voor de geest halen. Na een Koninkrijkslied voor het eerst in zijn eigen taal te hebben gezongen, zei hij: ‘Ik vind dat je het Besturende Lichaam maar moet vertellen dat deze liederen in het Tuvaluaans beter klinken dan in het Engels.’ In september 2005 kreeg ik totaal onverwachts het voorrecht om als lid van het Besturende Lichaam van Jehovah’s Getuigen te dienen. Ik kan nu niet meer als vertaler werken, maar ik ben Jehovah dankbaar dat ik nog steeds betrokken mag blijven bij het ondersteunen van het wereldwijde vertaalwerk. Het is geweldig te beseffen dat Jehovah voor de geestelijke behoeften van al zijn aanbidders zorgt, ook voor degenen die op geïsoleerde eilanden in de Grote Oceaan wonen. Het is zoals de psalmdichter zei: ‘Jehovah zelf is koning geworden! Laat de aarde blij zijn. Laten de vele eilanden zich verheugen’ (Ps. 97:1).
Getuigenis geven in Fiji, met Loraini
Mediteer over Jehovah’s diepe liefde voor ons ‘Ik zal over al uw activiteit mediteren.’
— PS. 77:12.
WAAROM ben jij ervan overtuigd dat Jehovah van zijn aanbidders houdt? Denk, voordat je die vraag beantwoordt, eerst eens na over de volgende voorbeelden. Taylene heeft veel gehad aan verschillende broeders en zusters. In een bepaalde periode moedigden ze haar regelmatig aan om evenwichtig te zijn en niet te veel van zichzelf te verwachten. Ze zegt over die jaren: ‘Als Jehovah niet van me zou houden, zou hij me niet steeds opnieuw raad hebben gegeven.’ Brigitte, die na de dood van haar man twee kinderen in haar eentje moest opvoeden, zegt: ‘Het opvoeden van kinderen in Satans wereld is een van de grootste uitdagingen die er zijn, zeker voor een alleenstaande ouder. Maar ik ben ervan overtuigd dat Jehovah van me houdt. Ik heb veel tranen gelaten, maar Jehovah heeft me overal doorheen geloodst en nooit toegelaten dat ik meer te verduren kreeg dan ik aankon’ (1 Kor. 10:13). Sandra worstelt met een ongeneeslijke ziekte. Op een congres toonde de vrouw van een bekende broeder persoonlijke belangstelling voor haar. ‘Hoewel we haar niet persoonlijk kenden,’ zegt Sandra’s man, ‘deed haar oprechte
LIEDEREN: 18, 61
WAT ZOU JE ANTWOORDEN? ________________________________________________________________________________________________________________________________
Welk vertrouwen kunnen we hebben als het gaat om Jehovah’s liefde?
________________________________________________________________________________________________________________________________
Waarom kunnen we zeggen dat Jehovah diepe liefde voor zijn aanbidders heeft?
________________________________________________________________________________________________________________________________
Hoe kunnen we Jehovah’s liefde voor ons beantwoorden?
1, 2. (a) Waarom ben jij ervan overtuigd dat Jehovah van zijn aanbidders houdt? (b) Welke behoefte heeft elk mens?
9
bezorgdheid ons echt goed. Zelfs kleine uitingen van liefde van onze broeders en zusters laten me voelen hoeveel Jehovah van ons houdt.’ 2 De mens is gemaakt met de behoefte om liefde te geven en te krijgen. Als er niet aan die behoefte wordt voldaan, kun je snel ontmoedigd raken. Dat zou vooral kunnen gebeuren bij onverwachte gebeurtenissen, teleurstellingen, ziekte, financiële tegenslagen of als je weinig resultaten boekt in de velddienst. Misschien krijg je dan het gevoel dat Jehovah niet langer van je houdt. Maar vergeet nooit dat we kostbaar voor hem zijn, dat hij er altijd voor ons is en ‘onze rechterhand vastgrijpt’ om ons te helpen. Als we hem loyaal blijven, zal hij ons nooit vergeten (Jes. 41:13; 49:15). 3 De personen in de genoemde voorbeelden waren er zeker van dat Jehovah ze in moeilijke tijden heeft gesteund. Ook wij kunnen de overtuiging hebben dat hij er altijd voor ons is (Ps. 118:6, 7). Dit artikel laat zien hoe Jehovah’s liefde duidelijk merkbaar is in verband met (1) zijn schepping, (2) zijn geïnspireerde Woord, (3) het gebed en (4) het loskoopoffer. Als we mediteren over de goede dingen die Jehovah heeft gedaan, versterkt dat ongetwijfeld onze dankbaarheid voor zijn diepe liefde voor ons. (Lees Psalm 77:11, 12.)
wil ook dat we van het leven genieten. We moeten bijvoorbeeld eten om in leven te blijven. Maar Jehovah heeft er ook voor gezorgd dat de aarde voedsel produceert in een haast oneindige verscheidenheid, waardoor eten een heerlijke bezigheid is! (Pred. 9:7) Catherine, een zuster in Canada, vindt het geweldig om van de natuur te genieten, vooral tijdens de lente. Ze zegt: ‘Het is zo prachtig om te zien hoe alles weer tot leven komt! Bloemen die geprogrammeerd zijn om op het juiste moment uit de grond te schieten. Vogels die terugkomen van hun trektocht. Zelfs de piepkleine kolibrie vindt zijn weg terug naar het vogelvoer vlak voor mijn keukenraam. Jehovah heeft ons zo veel dingen gegeven om van te genieten — hij moet wel van ons houden.’ Onze lieve hemelse Vader geniet van zijn schepping en hij wil dat wij dat ook doen (Hand. 14:16, 17). 5 Jehovah heeft ons gemaakt met de mogelijkheid om productief en nuttig werk te doen dat ons veel voldoening geeft (Pred. 2:24). Hij heeft de mens de taak gegeven om de aarde te bevolken, te cultiveren, en de vissen, vogels en andere dieren in onderworpenheid te hebben (Gen. 1:26-28). En wat is het liefdevol dat Jehovah eigenschappen in ons heeft gelegd waardoor we hem kunnen navolgen! — Ef. 5:1.
MEDITEER OVER JEHOVAH’S SCHEPPING
WAARDEER GODS GEÏNSPIREERDE WOORD
Kunnen we Jehovah’s diepe liefde voor ons in zijn schepping zien? Zeker, want alleen al het feit dat Jehovah alles heeft gemaakt, was een uiting van zijn liefde (Rom. 1:20). Hij ontwierp de aarde met een ecosysteem dat leven mogelijk maakt. Maar hij
Een andere uiting van Jehovah’s grote liefde voor ons is zijn geïnspireerde Woord, de Bijbel. Hierin kunnen we alles vinden wat we moeten weten over hem en over hoe hij met de mensheid is omgegaan. De Bijbel vertelt bijvoorbeeld hoe hij omging met de
3. Wat kan onze overtuiging versterken dat Jehovah van ons houdt? 4. Wat zullen we beseffen als we mediteren over Jehovah’s schepping?
5. Hoe is Jehovah’s liefde duidelijk merkbaar in de manier waarop de mens is gemaakt? 6. Waarom moeten we diepe waardering voor Gods Woord hebben?
4
10
DE WACHTTOREN
6
Israëlieten, die hem vaak ongehoorzaam waren. Psalm 78:38 zegt: ‘Hij was barmhartig; hij bedekte steeds weer de dwaling en verdierf niet. En menigmaal wendde hij zijn toorn af, en hij wekte dan niet heel zijn woede op.’ Als je over zo’n tekst nadenkt, kan dat je ervan doordringen hoeveel Jehovah van je houdt. Wees ervan overtuigd dat Jehovah om je geeft! (Lees 1 Petrus 5:6, 7.) 7 Het is belangrijk dat we de Bijbel naar waarde schatten, omdat Jehovah vooral via dat middel met ons communiceert. Open communicatie tussen ouders en kinderen is essentieel voor wederzijds vertrouwen en een band van liefde. Wat kunnen we in dit opzicht van Jehovah verwachten? Hoewel
we hem nooit hebben gezien en zijn stem nooit hebben gehoord, praat hij als het ware met ons via de Bijbel. Het is aan ons om daarnaar te luisteren (Jes. 30:20, 21). Jehovah wil ons, als zijn opgedragen aanbidders, graag leiding geven en beschermen. Ook wil hij dat we hem goed kennen en op hem vertrouwen. (Lees Psalm 19:7-11; Spreuken 1:33.) 8 Jehovah wil dat we hem kennen als iemand die van ons houdt en die verder kijkt dan onze onvolmaaktheden. Hij zoekt naar het goede in ons (2 Kron. 16:9). Dat deed hij bijvoorbeeld ook bij Josafat, koning van Juda. Op een gegeven moment maakte Josafat de fout om samen te werken met Achab, de slechte koning van Israël. Ze
7. Waarom moeten we de Bijbel naar waarde schatten?
8, 9. Wat wil Jehovah dat we van hem weten? Geef een Bijbels voorbeeld.
Hoewel Josafat moest worden terechtgewezen, vond Jehovah toch ‘goede dingen’ in hem (Zie alinea 8, 9)
11
ondernamen een gewaagde militaire onderneming, namelijk om Ramoth-Gilead te heroveren op de Syriërs. Hoewel vierhonderd valse profeten Achab van succes verzekerd hadden, voorspelde Jehovah’s ware profeet Michaja dat ze de slag zouden verliezen. En zo is het ook gegaan. Achab kwam in de strijd om en Josafat kon nog maar net ontkomen. Toen Josafat weer thuis was, werd hij door Jehu, de zoon van de visionair Hanani, vanwege zijn fout terechtgewezen. Toch voegde Jehu eraan toe: ‘Er zijn goede dingen bij u gevonden’ (2 Kron. 18:4, 5, 18-22, 33, 34; 19:1-3). 9 Jaren hiervoor had Josafat de vorsten, levieten en priesters het bevel gegeven om Jehovah’s Wet te onderwijzen in alle steden van Juda. De campagne was succesvol geweest: zelfs mensen van de omliggende landen waren begonnen Jehovah te vrezen (2 Kron. 17:3-10). Josafat had dan wel een fout begaan, maar Jehovah was niet blind voor de goede dingen die hij had gedaan. Dit Bijbelverslag herinnert ons eraan dat Jehovah ondanks onze onvolmaaktheden van ons zal blijven houden — als we oprecht zijn goedkeuring blijven zoeken. ZIE HET GEBED ALS EEN VOORRECHT 10 Een vader die van zijn kinderen houdt, neemt de tijd om naar ze te luisteren als ze met hem willen praten. Hij wil weten wat hun angsten en zorgen zijn, want hij wil weten wat er in hun hart leeft. Onze hemelse Vader, Jehovah, luistert naar ons als wij tot hem praten. Wat is het gebed een kostbaar voorrecht! 11 We kunnen tot Jehovah bidden wanneer we maar willen. Hij is onze Vriend en
10, 11. (a) Waarom kunnen we zeggen dat het gebed een speciale voorziening van Jehovah is? (b) Op welke manieren zou Jehovah onze gebeden kunnen verhoren? (Zie beginplaatje.)
12
DE WACHTTOREN
is altijd bereid om naar ons te luisteren. Taylene, die al eerder genoemd is, zegt: ‘Je kunt echt alles tegen hem zeggen.’ Als we onze meest persoonlijke gevoelens met Jehovah delen, kan het zijn dat hij ons gebed beantwoordt via een gedeelte uit de Bijbel, een artikel in een van onze tijdschriften of een aanmoedigende opmerking van een broeder of zuster. Jehovah hoort onze smekingen en begrijpt ons, zelfs wanneer niemand anders dat doet. Zijn reactie op onze gebeden is nog een prachtige uiting van zijn diepe liefde voor ons. 12 We kunnen veel leren van de gebeden die in de Bijbel zijn opgenomen. Daarom is het goed om zulke gebeden van tijd tot tijd bij de gezinsaanbidding te bestuderen. Denk erover na hoe Gods dienstknechten in het verleden hun diepste gedachten aan Jehovah bekendmaakten. Dat zal je helpen je eigen gebeden te verrijken. Neem bijvoorbeeld Jona’s berouwvolle gebed vanuit de buik van een enorme vis (Jona 1:17– 2:10). Of Salomo’s oprechte gebed bij de inwijding van de tempel (1 Kon. 8:22-53). Mediteer over het modelgebed dat Jezus ons gaf (Matth. 6:9-13). Bid vooral regelmatig en laat je ‘smeekbeden bij God bekend worden’. Dan zal ‘de vrede van God, die alle gedachte te boven gaat’, je hart en je geestelijke vermogens beschermen. Onze dankbaarheid voor Jehovah’s diepe liefde voor ons zal toenemen (Fil. 4:6, 7). WEES DANKBAAR VOOR DE LOSPRIJS
Jehovah heeft ons het geschenk van de losprijs gegeven, zodat we ‘leven zouden verwerven’ (1 Joh. 4:9). Paulus schreef over deze bijzondere uiting van Jehovah’s 13
12. Waarom is het goed om de gebeden die in de Bijbel staan te bestuderen? Geef een voorbeeld. 13. Welke mogelijkheid staat voor ons open door de liefdevolle voorziening van de losprijs?
liefde: ‘Christus is op de bestemde tijd voor goddelozen gestorven. Want ternauwernood zal iemand voor een rechtvaardige sterven; ja, voor de goede heeft iemand misschien nog wel de moed te sterven. Maar God beveelt zijn eigen liefde jegens ons hierin aan, dat Christus voor ons is gestorven terwijl wij nog zondaars waren’ (Rom. 5:6-8). De losprijs is de grootste uiting van Jehovah’s liefde en opent voor de mensheid de mogelijkheid om een goede band met hem te hebben. 14 Sommigen ervaren Jehovah’s diepe liefde op een speciale manier (Joh. 1:12, 13; 3:5-7). Ze zijn gezalfd met heilige geest en zijn ‘Gods kinderen’ geworden (Rom. 8:15, 16). Paulus schreef over gezalfde christenen: ‘[God] heeft ons mede opgewekt en ons mede plaats doen nemen in de hemelse gewesten in eendracht met Christus Jezus’ (Ef. 2:6). Gezalfden hebben deze geestelijke positie omdat ze ‘met de beloofde heilige geest werden verzegeld die een van tevoren gegeven onderpand van hun erfenis is’, dat wil zeggen ‘de hoop die voor hen in de hemelen is weggelegd’ (Ef. 1:13, 14; Kol. 1:5). 15 Ook degenen die niet gezalfd zijn, kunnen voordeel hebben van het loskoopoffer. Als ze er geloof in stellen, kunnen ze vrienden van Jehovah worden. Ze krijgen het vooruitzicht om uiteindelijk als kinderen van God geadopteerd te worden en voor altijd in een paradijs op aarde te leven. We kunnen dan ook zeggen dat Jehovah door de losprijs liefde heeft getoond voor de hele mensheid (Joh. 3:16). Als wij de hoop hebben om voor altijd op aarde te leven en Jehovah trouw blijven dienen, kunnen we er zeker van zijn dat hij ons in de nieuwe we14, 15. Wat betekent de losprijs voor (a) gezalfde christenen? (b) degenen die de hoop hebben om op aarde te leven?
reld gelukkig zal maken. De losprijs is inderdaad het grootste bewijs van Gods diepe liefde voor ons! BEANTWOORD JEHOVAH’S LIEFDE
De vele manieren waarop Jehovah zijn liefde voor ons toont, zijn niet te tellen. Koning David zong: ‘Hoe kostbaar zijn mij uw gedachten! O God, hoeveel bedraagt de grootse som ervan wel niet! Zou ik trachten ze te tellen, het zijn er zelfs meer dan de korrels van het zand’ (Ps. 139:17, 18). Als we over Jehovah’s liefde voor ons nadenken, gaan we steeds meer van hem houden en worden we gemotiveerd om alles voor hem te doen wat we kunnen. 17 We kunnen op heel veel manieren laten zien dat we van Jehovah houden. Bijvoorbeeld door ijverig het Koninkrijk te prediken (Matth. 24:14; 28:19, 20). Maar ook door Jehovah trouw te blijven als ons geloof op de proef wordt gesteld. (Lees Psalm 84:11; Jakobus 1:2-5.) Zelfs als we te maken krijgen met zware beproevingen, kunnen we er zeker van zijn dat Jehovah ons ziet en ons wil helpen, want we zijn kostbaar in zijn ogen (Ps. 56:8). 18 Onze liefde voor Jehovah beweegt ons ertoe om over zijn prachtige schepping na te denken. Omdat we waardering hebben voor zijn Woord, zullen we ijverig de Bijbel bestuderen. Onze band met Jehovah wordt steeds sterker doordat we tot hem bidden. En we gaan steeds meer van hem houden als we nadenken over het loskoopoffer waarin hij heeft voorzien (1 Joh. 2:1, 2). We hebben ontelbaar veel redenen om van Jehovah te houden in reactie op zijn diepe liefde voor ons. 16
16. Wat doet het met ons als we over Jehovah’s liefde mediteren? 17, 18. Wat zijn enkele manieren waarop we kunnen laten zien dat we van Jehovah houden? 15 AUGUSTUS 2015
13
Blijf er vol verwachting naar uitzien! ‘Zelfs al zou het op zich laten wachten, blijf er vol verwachting naar uitzien.’ LIEDEREN: 128, 45
WAT ZOU JE ANTWOORDEN? ________________________________________________________________________________________________________________________________
Waarom kunnen we ervan overtuigd zijn dat we in de laatste dagen leven? ________________________________________________________________________________________________________________________________
Waarom moeten we niet toelaten dat we door het lange wachten onze waakzaamheid verliezen? ________________________________________________________________________________________________________________________________
Hoe kunnen we laten zien dat we vol verwachting blijven uitzien naar het einde van deze wereld?
— HAB. 2:3.
JEHOVAH’S aanbidders hebben vaak vol verwachting uitgezien naar de vervulling van geïnspireerde profetieën. Jeremia bijvoorbeeld profeteerde dat Juda ‘een verwoeste plaats’ zou worden, wat in 607 v.Chr. inderdaad gebeurde toen het land in handen van de Babyloniërs viel (Jer. 25:8-11). Jesaja, die geïnspireerd was om te voorspellen dat Jehovah voor herstel zou zorgen, verklaarde: ‘Gelukkig zijn allen die hem blijven verwachten’ (Jes. 30:18). Micha, die ook over Gods volk uit de oudheid profeteerde, nam zich voor: ‘Naar Jehovah zal ik blijven uitzien’ (Micha 7:7). En eeuwenlang hebben Gods aanbidders vol verwachting uitgekeken naar de vervulling van profetieën over de Messias, of Christus (Luk. 3:15; 1 Petr. 1:10-12).1 2 Waar blijven Gods aanbidders in deze tijd vol verwachting naar uitzien? Er zijn profetieën over de Messias die nog niet zijn vervuld. Binnenkort zal Jehovah via het Messiaanse Koninkrijk een eind maken aan al het menselijk lijden. Hij zal dat doen door al het kwaad te vernietigen en door zijn volk te bevrijden van deze 1 Zie voor een lijst met Bijbelprofetieën over de Messias en de vervullingen daarvan blz. 200 van het boek Wat leert de bijbel echt?
1, 2. Welke houding is altijd al kenmerkend geweest voor aanbidders van Jehovah?
14
wereld die in de macht van Satan ligt (1 Joh. 5:19). Daarom moeten we alert blijven en ons steeds bewust zijn van het feit dat er snel een eind gaat komen aan deze wereld. 3 Als Jehovah’s aanbidders zien we echt uit naar de tijd dat zijn ‘wil zal geschieden, gelijk in de hemel, zo ook op aarde’ (Matth. 6:10). Maar sommigen kunnen het gevoel hebben dat ze al heel lang wachten op het einde van deze wereld. Ze vragen zich misschien af: hebben we nog steeds goede redenen om ernaar te blijven uitzien? WAAROM ERNAAR BLIJVEN UITZIEN?
De Bijbel is heel duidelijk over wat onze houding moet zijn tegenover de naderende vernietiging van deze wereld. Jezus gaf zijn volgelingen de raad om ‘voortdurend te waken’ en ‘wakker te blijven’ (Matth. 24:42; Luk. 21:34-36). Alleen al daarom is het goed om er vol verwachting naar te blijven uitzien — Jezus heeft gezegd dat we dat moeten doen! Jehovah’s organisatie geeft in dit opzicht het goede voorbeeld. Onze publicaties moedigen ons voortdurend aan om ‘de tegenwoordigheid van de dag van Jehovah te verwachten en goed in gedachte te houden’, en om ons te blijven concentreren op de belofte van een nieuwe wereld. (Lees 2 Petrus 3:11-13.) 5 Hoewel christenen eeuwen geleden ook al waakzaam moesten zijn, geldt dat nog meer voor ons. Waarom? Omdat wij tijdens Christus’ tegenwoordigheid leven. Het teken van zijn tegenwoordigheid is sinds 1914 duidelijk zichtbaar. Dat samengestelde teken, dat onder andere bestaat uit verslechterende omstandigheden in de wereld en een wereld4
3. Wat zou je je kunnen afvragen als je al jarenlang op het einde wacht? 4. Wat is voor ons de belangrijkste reden om waakzaam te blijven? 5. Waarom is het vooral in deze tijd belangrijk om waakzaam te zijn?
wijd predikingswerk, laat zien dat we in ‘het besluit van het samenstel van dingen’ leven (Matth. 24:3, 7-14). Jezus heeft niet gezegd hoelang die periode zou gaan duren. Daarom moeten we geestelijk wakker blijven, erop voorbereid dat het einde elk moment kan komen. 6 Misschien vragen we ons af: zou ‘het besluit van het samenstel van dingen’ kunnen slaan op een tijd in de toekomst waarin de toestanden in de wereld nóg slechter worden? De Bijbel geeft inderdaad aan dat de slechtheid in de wereld ‘in de laatste dagen’ alleen maar zal toenemen (2 Tim. 3:1, 13; Matth. 24:21; Openb. 12:12). We kunnen dus inderdaad verwachten dat de toestanden in de wereld, hoe slecht ze nu ook zijn, steeds meer zullen verergeren. 7 Maar hoe slecht denk je dat de toestanden in de wereld nog moeten worden voordat ‘de grote verdrukking’ komt? (Openb. 7:14) Denk je bijvoorbeeld dat er in elk land oorlog zal zijn, dat niemand genoeg te eten zal hebben en dat elk gezin door ziekte getroffen zal zijn? Als dat zou gebeuren, zouden zelfs sceptici moeten toegeven dat er Bijbelprofetieën in vervulling gaan. Maar Jezus zei dat de meeste mensen ‘geen acht zouden slaan’ op zijn tegenwoordigheid en dat ze gewoon door zouden gaan met hun dagelijkse bezigheden tot het te laat zou zijn. (Lees Mattheüs 24:37-39.) De toestanden in de wereld zullen dus niet zo extreem slecht worden dat mensen wel moeten geloven dat het einde nadert (Luk. 17:20; 2 Petr. 3:3, 4). 8 Maar wil het samengestelde teken zijn 6. Waarom kunnen we verwachten dat de toestanden in de wereld steeds slechter worden naarmate we dichter bij het einde komen? 7. Wat kunnen we uit Mattheüs 24:37-39 opmaken? 8. Wat is duidelijk voor personen die Jezus’ gebod gehoorzamen om ‘voortdurend te waken’? 15 AUGUSTUS 2015
15
doel dienen, dan moet de vervulling ervan in ieder geval duidelijk herkenbaar zijn voor degenen die Jezus’ gebod gehoorzamen om ‘voortdurend te waken’ (Matth. 24:27, 42). En dat is sinds 1914 het geval. Vanaf die tijd gaan namelijk aspecten van het teken in vervulling. Het is duidelijk dat we nu in ‘het besluit van het samenstel van dingen’ leven — een afgebakende periode die de vernietiging van deze slechte wereld en de gebeurtenissen die daaraan voorafgaan omvat. 9 Waarom moeten we dus vol verwachting naar het einde van deze wereld blijven uitzien? Omdat Jezus heeft gezegd dat we dat moeten doen. Maar ook omdat we het teken van zijn tegenwoordigheid herkennen. Onze verwachtingen zijn niet gebaseerd op een naïeve bereidheid om alles wat wordt gezegd maar te geloven, maar op duidelijke Bijbelse bewijzen. Daarom is het alleen maar logisch dat we alert blijven. HOELANG NOG?
Velen van ons zijn al tientallen jaren geestelijk waakzaam. Maar we moeten niet toelaten dat we door het lange wachten onze waakzaamheid verliezen. We moeten klaar zijn voor Jezus’ komst als Oordeelsvoltrekker van deze wereld. Houd in gedachte welke dringende raad Jezus zijn volgelingen gaf: ‘Blijft toezien, blijft wakker, want gij weet niet wanneer de bestemde tijd is. Het is als met een mens die, toen hij naar het buitenland reisde, zijn huis verliet en aan zijn slaven volmacht gaf, aan een ieder zijn werk, en de deurwachter gebood waakzaam te zijn. Waakt daarom voortdurend, want gij weet niet wanneer de meester van het huis komt, 10
9. Waarom moeten we vol verwachting naar het einde van deze wereld blijven uitzien? 10, 11. (a) Waarop bereidde Jezus zijn volgelingen voor? (b) Welke raad gaf Jezus aan degenen die langer op het einde zouden moeten wachten dan ze zelf hadden verwacht? (Zie beginplaatje.)
16
DE WACHTTOREN
laat op de dag of te middernacht of bij het hanengekraai of vroeg in de morgen; opdat hij, wanneer hij plotseling komt, u niet slapend vindt. Wat ik echter tot u zeg, zeg ik tot allen: Waakt voortdurend’ (Mark. 13:33-37). 11 Christus’ volgelingen zagen in dat zijn tegenwoordigheid in 1914 begon. Daarom gingen ze zich terecht voorbereiden op een eventuele vroege komst van het einde, door het predikingswerk te intensiveren. Maar Jezus gaf aan dat hij ook later zou kunnen komen — ‘bij het hanengekraai of vroeg in de morgen’. Hoe moesten zijn volgelingen dan reageren? Jezus zei: ‘Waakt voortdurend.’ Dat we al lange tijd hebben gewacht, betekent dus niet dat we dan maar onze verwachtingen moeten bijstellen door te denken dat het einde nog lang niet komt of dat we het zelf niet meer zullen meemaken. 12 Neem het voorbeeld van de profeet Habakuk, die de opdracht kreeg om de vernietiging van Jeruzalem te voorzeggen. Andere profeten vóór hem hadden jarenlang gewaarschuwd dat de stad verwoest zou worden. Inmiddels waren de omstandigheden zo slecht dat ‘de goddeloze de rechtvaardige omringde’ en dat ‘het recht verdraaid’ werd. Daarom is het niet vreemd dat Habakuk vroeg: ‘Hoe lang, o Jehovah, moet ik om hulp schreeuwen?’ Jehovah gaf geen direct antwoord op die vraag, maar hij verzekerde zijn trouwe profeet dat de voorzegde vernietiging ‘niet te laat’ zou komen. Hij zei tegen Habakuk: ‘Blijf er vol verwachting naar uitzien.’ (Lees Habakuk 1:1-4; 2:3.) 13 Stel dat Habakuk ontmoedigd was geraakt en had gedacht: ‘Ik hoor nu al zo lang over de vernietiging van Jeruzalem. Wat als 12. Wat vroeg Habakuk aan Jehovah, en welk antwoord kreeg hij? 13. Hoe had Habakuk ook kunnen redeneren, maar waarom zou dat niet verstandig zijn geweest?
dankbaar zijn dat hij ons in de laatste dagen is blijven aanmoedigen om waakzaam te zijn! En wat zullen we blij zijn dat hij het einde precies op het juiste moment heeft laten komen (Hand. 1:7; 1 Petr. 4:7). BLIJF ACTIEF TERWIJL JE WACHT!
We kunnen verwachten dat Jehovah’s organisatie ons eraan zal blijven herinneren God met een gevoel van dringendheid te dienen. Zulke aansporingen zijn niet alleen maar bedoeld om ons druk bezig te houden in de dienst. Ze maken ons ervan bewust dat onze boodschap dringender is dan ooit, omdat het teken van Christus’ tegenwoordigheid nu in vervulling gaat. Wat is dus de meest verstandige reactie op de vervulling van dat teken? We moeten het Koninkrijk en Gods rechtvaardigheid blijven zoeken door ijverig het goede nieuws te prediken! — Matth. 6:33; Mark. 13:10. 16 Een zuster zei: ‘Door de prediking van het goede nieuws van Gods Koninkrijk kunnen wij mensen helpen gered te worden van een zekere dood in de komende wereldcatastrofe.’ Deze zuster weet wat het is om gered te worden. Zij en haar man hebben een van de grootste scheepsrampen ooit — het zinken van het luxe passagiersschip Wilhelm Gustloff in 1945 — overleefd. Zelfs in zo’n levensbedreigende situatie kan iemand een verkeerde kijk hebben op wat echt belangrijk is. De zuster herinnert zich dat een vrouw jammerde: ‘Mijn koffers! Mijn koffers! Mijn juwelen! Al mijn juwelen zijn nog beneden. Ik heb alles verloren!’ Maar er waren ook passagiers met een heel andere houding. Zij riskeerden hun leven om mensen die in het ijskoude water waren gevallen, te redden. Net als die onzelfzuchtige passagiers moeten ook wij ons uiterste best doen om mensen te 15
Predik je ijverig het goede nieuws? (Zie alinea 15)
het nog heel lang gaat duren? Ik denk niet dat het realistisch is om over een plotselinge vernietiging te blijven profeteren. Laat anderen dat maar doen.’ Als Habakuk zulke ideeën had gehad, zou hij Jehovah’s goedkeuring verloren hebben — en tijdens de vernietiging van Jeruzalem misschien ook nog zijn leven. 14 In de nieuwe wereld zullen we kunnen terugkijken en zien hoe alle profetieën over ‘het besluit van het samenstel van dingen’ uiteindelijk ook echt zijn uitgekomen. Als we er dan over mediteren hoe alles in vervulling is gegaan, zal dat ons vertrouwen in Jehovah nog meer versterken. We zullen er nog meer van overtuigd raken dat Jehovah’s andere beloften ook zullen uitkomen. (Lees Jozua 23:14.) Wat zullen we Jehovah in die tijd 14. Hoe zullen we ons in de nieuwe wereld voelen als we terugkijken op de vervulling van Bijbelprofetieën?
15, 16. Wat is de meest verstandige reactie op de vervulling van het teken, en waarom? 15 AUGUSTUS 2015
17
helpen, voordat het te laat is. We moeten de dringendheid van ons predikingswerk in gedachte houden en anderen helpen de naderende wereldcatastrofe te overleven. 17 Wereldgebeurtenissen laten duidelijk zien dat Bijbelprofetieën nu in vervulling gaan en dat het einde van deze slechte we17. Welke redenen hebben we om te geloven dat het einde op elk moment kan komen?
reld nadert. Toch zouden we kunnen denken dat het nog wel even kan duren voordat ‘de tien hoorns’ en ‘het wilde beest’ uit Openbaring 17:16 Babylon de Grote gaan aanvallen. Misschien redeneren we dat er nog allerlei ontwikkelingen in de wereld moeten plaatsvinden voordat het zover is. Maar we moeten in gedachte houden dat het God is die ‘het hun in het hart zal geven’ om die aanval uit te voeren — en hij kan dit op elk moment doen! (Openb. 17:17) Het einde van deze wereld zal niet lang meer op zich laten wachten. We hebben goede redenen om Jezus’ waarschuwing te gehoorzamen: ‘Schenkt aandacht aan uzelf, dat uw hart nooit bezwaard wordt met overmatig eten en overmatig drinken en zorgen des levens, en die dag plotseling, in een ogenblik, over u komt als een strik’ (Luk. 21:34, 35; Openb. 16:15). Dien Jehovah dus met een gevoel van dringendheid, vol vertrouwen dat hij ‘handelt ten behoeve van degene die hem blijft verwachten’ (Jes. 64:4). 18 De Bijbel zegt: ‘Gij, geliefden, moet uzelf opbouwen op uw allerheiligst geloof en bidden met heilige geest, en uzelf aldus bewaren in Gods liefde, in afwachting van de barmhartigheid van onze Heer Jezus Christus, met eeuwig leven in het vooruitzicht’ (Jud. 20, 21). Laten we die woorden gehoorzamen terwijl we op het einde van deze slechte wereld wachten. Maar hoe kunnen we intussen laten zien dat we leven met Gods nieuwe wereld in gedachten en er vol verwachting naar uitzien? Dat gaan we in het volgende artikel bespreken. 18. Welke vraag gaan we in het volgende artikel bespreken?
Neem je verstandige beslissingen, die je zullen helpen niet afgeleid te worden? (Zie alinea 17)
18
DE WACHTTOREN
Bereid je nu voor op het leven in de nieuwe wereld ‘Beveel hun (...) goed te doen (...) opdat zij het werkelijke leven stevig mogen vastgrijpen.’ — 1 TIM. 6:17-19. ‘HET werkelijke leven.’ Bij het horen van die uitdrukking denken de meesten van ons aan de hoop op eeuwig leven in een paradijs op aarde. Ook de apostel Paulus bracht ‘eeuwig leven’ in verband met ‘het werkelijke leven’. (Lees 1 Timotheüs 6:12, 19.) Aan dat leven zal nooit een eind komen; het zal een gelukkig leven zijn dat blijvende voldoening geeft. We kunnen ons maar nauwelijks voorstellen hoe we ons zullen voelen als we elke ochtend wakker worden in uitstekende lichamelijke, mentale en emotionele conditie (Jes. 35:5, 6). Stel je voor hoe geweldig het zal zijn om tijd door te brengen met je familie en vrienden, inclusief degenen die een opstanding hebben gekregen! (Joh. 5:28, 29; Hand. 24:15) Houd je van muziek, wetenschap of architectuur? In de nieuwe wereld zul je volop de gelegenheid hebben om je talenten te ontwikkelen. 2 Hoewel we natuurlijk erg uitzien naar al die mooie dingen, zullen de grootste zegeningen in de nieuwe wereld geestelijk zijn. Wat zal het veel voldoening geven te weten dat Jehovah’s naam geheiligd zal zijn en zijn soevereiniteit gerechtvaardigd! (Matth. 1, 2. (a) Naar welke zegeningen van de nieuwe wereld kijk jij uit? (Zie beginplaatje.) (b) Welke geestelijke zegeningen zullen er in de nieuwe wereld zijn?
LIEDEREN: 125, 40
WAT ZOU JE ANTWOORDEN? ________________________________________________________________________________________________________________________________
Welke geestelijke zegeningen kunnen we in de nieuwe wereld verwachten? ________________________________________________________________________________________________________________________________
Wat zijn enkele manieren om ons op het leven in de nieuwe wereld voor te bereiden? ________________________________________________________________________________________________________________________________
Hoe kunnen geestelijke doelen ons helpen om ons op het leven in Gods nieuwe wereld voor te bereiden?
19
6:9, 10) We zullen het geweldig vinden om te zien dat Jehovah’s oorspronkelijke bedoeling met de mensheid en de aarde in vervulling is gegaan. En sta hier eens bij stil: naarmate we tot volmaaktheid groeien zal het steeds makkelijker worden om onze vriendschap met Jehovah te verdiepen (Ps. 73:28; Jak. 4:8). 3 We weten dat deze dingen echt gaan gebeuren, want Jezus verzekerde ons dat ‘bij God alle dingen mogelijk zijn’ (Matth. 19:25, 26). Maar als we in de nieuwe wereld willen leven, en daar ook na Christus’ duizendjarige regering willen blijven leven, moeten we nu ‘het eeuwige leven stevig vastgrijpen’. We moeten leven op een manier waaruit blijkt dat we het einde elk moment verwachten. Ook moeten we ons nu al op het leven in de nieuwe wereld voorbereiden. Maar hoe kunnen we dat doen terwijl we nog steeds in deze slechte wereld leven? HOE WE ONS VOORBEREIDEN
Hoe zouden we ons kunnen voorbereiden op het leven in Gods nieuwe wereld? Ter illustratie: Je bent van plan om naar een ander land te verhuizen. Hoe zou je je op die verandering voorbereiden? Misschien begin je met het leren van de taal van dat land. Je zult er ook veel aan hebben als je op de hoogte raakt van de plaatselijke gebruiken. Waarschijnlijk probeer je alvast wat voedsel dat daar gegeten wordt. Tot op zekere hoogte zou je beginnen te leven alsof je al een inwoner van het land bent. Dat is immers de manier waarop je na de verhuizing verwacht te gaan leven. Op het leven in de nieuwe wereld kunnen we ons net zo voorbereiden. We kunnen zo veel mogelijk proberen te leven zoals we in de nieuwe wereld verwachten te 4
3. Waarop moeten we ons nu voorbereiden? 4. Illustreer hoe we ons op het leven in de nieuwe wereld zouden kunnen voorbereiden.
20
DE WACHTTOREN
gaan leven. Bekijk eens een paar voorbeelden. 5 In de nieuwe wereld zal iedereen zich aan Gods soevereiniteit onderwerpen. Wat een contrast met Satans wereld, waarin mensen onafhankelijk willen zijn en zich van niemand wat aantrekken. Sommige mensen hechten veel waarde aan zo’n onafhankelijkheid, maar wat is het resultaat geweest? Het negeren van Gods leiding heeft geleid tot veel problemen en verdriet (Jer. 10:23). Wat kijken we uit naar de tijd dat iedereen zich aan Jehovah’s liefdevolle soevereiniteit zal onderwerpen! 6 Het zal heerlijk zijn om in de nieuwe wereld onder Jehovah’s leiding te werken. We mogen dan meehelpen om de aarde mooier te maken, degenen te onderwijzen die een opstanding hebben gekregen, en Jehovah’s wil voor de mensheid uit te voeren. Maar wat als je een taak toegewezen krijgt die je eigenlijk niet zo leuk vindt? Zou je je dan toch aan die leiding onderwerpen? Zou je je best doen om je taak goed uit te voeren en er zelfs van te genieten? De meesten van ons zouden direct ja zeggen! Maar onderwerp je je nu al aan theocratische regelingen? Als je dat doet, is dat een goede voorbereiding op het leven in de nieuwe wereld onder Jehovah’s heerschappij. 7 We bereiden ons dus voor op het leven in de nieuwe wereld door ons te onderwerpen aan de huidige theocratische regelingen. Een andere manier om ons voor te bereiden, is door te leren tevreden te zijn en goed samen te werken. Als we bijvoorbeeld een nieuwe 5, 6. Wat is één manier om ons nu al op het leven in de nieuwe wereld voor te bereiden? 7, 8. (a) Waarom moeten we goed leren samenwerken? (b) Welke veranderingen hebben sommige broeders en zusters meegemaakt? (c) Waar kunnen we, wat het leven in de nieuwe wereld betreft, zeker van zijn?
toewijzing krijgen, moeten we proberen tevreden te zijn met die toewijzing en er vreugde in te vinden. Dan laten we zien dat we goed samenwerken met degenen die de leiding nemen. Als we dat nu al leren, zullen we in de nieuwe wereld waarschijnlijk net zo’n instelling hebben. (Lees Hebreeën 13:17.) In het beloofde land werden de gebieden onder de Israëlieten verdeeld door het lot (Num. 26:52-56; Joz. 14:1, 2). Wij weten natuurlijk niet waar we in de nieuwe wereld toegewezen zullen worden om te wonen. Maar als we goed zullen samenwerken om Jehovah’s wil te doen, zullen we tevreden en gelukkig zijn, waar we ook wonen. 8 Wat zal het een voorrecht zijn om Jehovah in de nieuwe wereld te dienen als onderdanen van het Koninkrijk! We laten zien dat we dat voorrecht waarderen als we nu met Jehovah’s organisatie samenwerken en theocratische toewijzingen aanvaarden. Natuurlijk kan onze situatie veranderen. Enkele leden van de Bethelfamilie in de Verenigde Staten hebben bijvoorbeeld een nieuwe toewijzing buiten Bethel gekregen en ervaren nu zegeningen in andere takken van de volletijddienst. Anderen, die in de reizende dienst waren, hebben vanwege gevorderde leeftijd of andere factoren de toewijzing gekregen om als speciale pionier te dienen. Als we leren tevreden te zijn, om Jehovah’s hulp bidden en alles voor hem doen wat we kunnen, zullen we gelukkig zijn en veel zegeningen ervaren, zelfs in deze laatste dagen. (Lees Spreuken 10:22.) En de toekomst? Misschien hebben we wel ideeën over waar we in de nieuwe wereld zouden willen wonen, maar het kan zijn dat ons wordt gevraagd om naar een ander gebied te verhuizen. Maar waar we ook zullen wonen en wat we ook zullen doen, we zullen genoeg redenen hebben om dankbaar en tevreden te zijn (Neh. 8:10).
Misschien zullen sommige situaties in de nieuwe wereld ons geduld op de proef stellen. Stel bijvoorbeeld dat je ziet hoe blij anderen zijn dat hun familieleden of vrienden een opstanding hebben gekregen, terwijl je zelf nog moet wachten op de opstanding van iemand van wie je houdt. Zul je dan geduldig wachten en intussen blij zijn voor anderen? (Rom. 12:15) Als we nu leren geduldig te wachten op de vervulling van Jehovah’s beloften, zal dat ons helpen om ook dan geduldig te zijn (Pred. 7:8). 10 We kunnen ons ook op het leven in de nieuwe wereld voorbereiden door geduldig te zijn als het gaat om verduidelijkingen in ons begrip van de Bijbelse waarheid. Doen we ons best om nieuwe inzichten goed te bestuderen en zijn we geduldig als we ze niet meteen helemaal begrijpen? Als dat zo is, zullen we er waarschijnlijk geen moeite mee hebben om in de nieuwe wereld geduldig te zijn terwijl Jehovah zijn nieuwe vereisten voor de mensheid geleidelijk bekendmaakt (Spr. 4:18; Joh. 16:12). 11 Nog iets waar we in de nieuwe wereld veel aan zullen hebben, is de kunst om elkaar snel te vergeven. Tijdens Christus’ duizendjarige regering moeten ‘zowel de rechtvaardigen als de onrechtvaardigen’ hun onvolmaakte neigingen afleren (Hand. 24:15). Maar daar gaat tijd overheen. Zullen we intussen in staat zijn om liefdevol met elkaar om te gaan? Als we nu leren om elkaar snel te vergeven en gespannen verhoudingen te vermijden, zullen we dat straks ook makkelijker doen. (Lees Kolossenzen 3:12-14.) 9
9, 10. (a) Op welke terreinen moeten we in de nieuwe wereld misschien geduld hebben? (b) Hoe kunnen we nu laten zien dat we geduldig zijn? 11. Wat moeten we nu al leren, en hoe zullen we daar in de nieuwe wereld voordeel van hebben? 15 AUGUSTUS 2015
21
Heb een zinvol aandeel aan de velddienst
12 Zal leven in de nieuwe wereld betekenen dat we altijd alles zullen krijgen wat we willen, wanneer we maar willen? Het zou niet redelijk zijn om dat te verwachten. Het leven in de nieuwe wereld heeft juist alles te maken met dankbaarheid en tevredenheid in welke situatie maar ook. Jehovah leert ons die eigenschappen nu al te ontwikkelen. Dus als we nu leren leven op een manier zoals we straks verwachten te gaan leven, ontwikkelen we eigenschappen die we voor altijd nodig zullen hebben. We versterken dan ons geloof in ‘de toekomende bewoonde aarde’ (Hebr. 2:5; 11:1). We laten dan ook zien dat we echt willen leven in een wereld waar iedereen Jehovah gehoorzaamt. Bereid je dus voor op eeuwig leven in Gods nieuwe wereld!
CONCENTREER JE NU OP GEESTELIJKE DOELEN
Wat is nog een manier om ons op het werkelijke leven voor te bereiden? Hoewel we in de nieuwe wereld in materieel opzicht niets tekort zullen komen, zullen we het meest gelukkig worden van het feit dat in onze geestelijke behoeften zal worden voorzien (Matth. 5:3). Geestelijke activiteiten 13
12. Wat is het verband tussen onze huidige manier van leven en onze toekomstverwachtingen? 13. Waar zullen we ons in de nieuwe wereld vooral mee bezighouden?
22
DE WACHTTOREN
Doe mee met theocratische activiteiten
zullen het belangrijkst voor ons zijn en we zullen echt genieten van onze dienst voor Jehovah (Ps. 37:4). Als we nu al prioriteit geven aan geestelijke zaken, bereiden we ons voor op het werkelijke leven in de toekomst. (Lees Mattheüs 6:19-21.) 14 Hoe kunnen we meer plezier krijgen in theocratische activiteiten? Eén manier is door ons geestelijke doelen te stellen. Ben je jong en denk je serieus na over een carrière in Jehovah’s dienst? Zoek dan eens wat op over de verschillende vormen van de volletijddienst en kies je geestelijke doel.1 Ga ook eens met iemand praten die al jaren in de volletijddienst is. Als je nu voor een carrière in Jehovah’s dienst gaat, bereid je je voor op de nieuwe wereld. De theocratische ervaring die je nu opdoet, zal daar van grote waarde zijn. 15 Welke geestelijke doelen kunnen we ons allemaal stellen? Misschien wil je beter worden in een bepaald aspect van de velddienst. Zou je Bijbelse principes beter willen leren begrijpen en toepassen? Of wil je je toeleggen op het voorlezen en spreken in het open1 Zie Wat jonge mensen vragen — Praktische antwoorden, Deel 2, blz. 311-318.
14. Welke geestelijke doelen kunnen jongeren zich stellen om zich voor te bereiden op eeuwig leven? 15. Welke geestelijke doelen kunnen we ons allemaal stellen?
Toon waardering voor geestelijk voedsel
baar? Je zou ook kunnen proberen meer kwaliteit te leggen in je commentaren tijdens de vergaderingen. Ongetwijfeld kun je nog meer doelen bedenken. Het punt is: je krijgt meer plezier in theocratische activiteiten als je jezelf geestelijke doelen stelt, en dat zal je helpen om je voor te bereiden op het leven in de nieuwe wereld. HET MOOISTE LEVEN DAT ER IS! 16 Vergooien we ons huidige leven als we onze tijd nu gebruiken om ons voor te bereiden op Gods nieuwe wereld? Absoluut niet! Als je Jehovah dient, haal je de meeste voldoening uit je leven. We dienen Jehovah niet omdat anderen dat van ons verwachten of alleen om de grote verdrukking te overleven. Het is gewoon het beste leven dat er is, omdat we zijn gemaakt om zo te leven. Daarom maakt zo’n leven ons het meest gelukkig. Er is niets beters dan een goede band met Jehovah. En wat een voorrecht om zijn leiding te mogen ervaren! (Lees Psalm 63:1-3.) Natuurlijk hoeven we niet op de nieuwe wereld te wachten om geestelijke zegeningen te krijgen — dat kan nu al! Degenen die Jehovah al jaren dienen, kunnen oprecht zeggen dat dit inderdaad het mooiste leven is dat er is (Ps. 1:1-3; Jes. 58:13, 14).
16. Waarom is het dienen van Jehovah het mooiste leven dat er is?
Sta open voor Bijbelse adviezen
17 Natuurlijk zullen we in de nieuwe wereld tijd besteden aan persoonlijke interesses en ontspanning. Jehovah heeft ons niet voor niets gemaakt met het verlangen om onszelf te ontwikkelen en van het leven te genieten (Pred. 2:24). Hij zal in elk opzicht ‘de begeerte verzadigen van al wat leeft’ (Ps. 145:16). Maar we genieten meer van ontspanning als we onze band met Jehovah op de eerste plaats stellen. Dat is nu zo, maar ook in het paradijs. Daarom is het verstandig om nu al te leren eerst het Koninkrijk te zoeken en ons te focussen op geestelijke zegeningen in plaats van persoonlijke interesses (Matth. 6:33). 18 We kunnen ons haast niet voorstellen hoe gelukkig we in het paradijs zullen zijn. We kunnen laten zien dat we echt naar het werkelijke leven uitzien door ons nu al op dat leven voor te bereiden. Ontwikkel daarom alvast de eigenschappen die je ook in de nieuwe wereld nodig zult hebben en concentreer je op de prediking van het goede nieuws. Stel jezelf geestelijke doelen en geniet van je dienst voor Jehovah. Laat Jehovah’s beloften reëel voor je zijn: leef zoals je verwacht te gaan leven in de nieuwe wereld!
17. Hoe belangrijk zullen persoonlijke interesses en ontspanning zijn in het paradijs? 18. Hoe kunnen we laten zien dat we ons voorbereiden op eeuwig leven in het paradijs? 15 AUGUSTUS 2015
23
Let op je omgang in deze laatste dagen! ‘Slechte omgang bederft nuttige gewoonten.’ LIEDEREN: 73, 119
WAT ZOU JE ANTWOORDEN? ________________________________________________________________________________________________________________________________
Wat voor invloed had slechte omgang op de Israëlieten?
________________________________________________________________________________________________________________________________
Waarom moeten Jehovah’s aanbidders ‘alleen in de Heer’ trouwen?
________________________________________________________________________________________________________________________________
Wat voor omgang is goed voor ons?
— 1 KOR. 15:33.
HET zijn geen makkelijke tijden. We leven in een periode die de Bijbel ‘de laatste dagen’ noemt, ‘kritieke tijden, die moeilijk zijn door te komen’. In geen enkele periode vóór 1914 zijn de omstandigheden zo slecht geweest als nu (2 Tim. 3:1-5). En de wereld zal alleen nog maar verder achteruitgaan, want Bijbelprofetieën hebben voorspeld dat ‘goddeloze mensen en bedriegers van kwaad tot erger zouden voortgaan’ (2 Tim. 3:13). 2 Veel mensen doen of bekijken voor de lol dingen die volgens de Bijbel gewelddadig, seksueel immoreel, spiritistisch, of in een ander opzicht goddeloos zijn. In televisieprogramma’s, films, boeken en tijdschriften en op internet worden geweld en immoraliteit vaak als iets positiefs voorgesteld. Gedrag dat ooit als onacceptabel werd bezien, is nu in sommige gebieden gelegaliseerd. Maar dat maakt zulk gedrag nog niet acceptabel voor Jehovah. (Lees Romeinen 1:28-32.) 1. In welke periode leven we nu? 2. Wat is kenmerkend voor het amusement in deze wereld? (Zie beginplaatje.)
24
Jezus’ volgelingen in de eerste eeuw vermeden schadelijk amusement. Ook op andere terreinen hielden ze zich aan Bijbelse maatstaven. De mensen om hen heen vonden dat vreemd, en daarom belasterden en vervolgden ze de christenen. De apostel Petrus schreef dan ook: ‘De ongelovigen vinden het vreemd dat jullie nu niet meer meedoen met hun slechte gedrag. En daarom vertellen ze slechte dingen over jullie’ (1 Petr. 4:4, Bijbel in Gewone Taal). Ook in deze tijd vinden mensen het raar als je je aan Bijbelse maatstaven houdt. Sterker nog, ‘allen die met godvruchtige toewijding in vereniging met Christus Jezus wensen te leven, zullen ook vervolgd worden’ (2 Tim. 3:12). 3
‘SLECHTE OMGANG BEDERFT NUTTIGE GEWOONTEN’
De Bijbel geeft degenen die Gods wil willen doen de raad om geen liefde voor deze wereld en ‘de dingen in de wereld’ te hebben. (Lees 1 Johannes 2:15, 16.) De religieuze, politieke en commerciële organisaties, en ook de media, zijn onder invloed van ‘de god van dit samenstel van dingen’, Satan de Duivel (2 Kor. 4:4; 1 Joh. 5:19). Daarom moeten we er goed op letten met wie we omgaan. Gods Woord vertelt ons een fundamentele waarheid: ‘Slechte omgang bederft nuttige gewoonten’ (1 Kor. 15:33). 5 Als we onze goede gewoonten niet kwijt willen raken, moeten we geen nauwe omgang hebben met personen die slechte dingen doen. Dit gaat niet alleen over mensen die ons geloof niet delen, maar ook over personen die zéggen Jehovah te aanbidden en toch expres zijn wetten overtreden. Als zul4
3. Hoe worden degenen die zich aan Bijbelse maatstaven houden vaak bezien? 4. Welke belangrijke raad geeft de Bijbel ons? 5, 6. Met wie moeten we niet omgaan, en waarom niet?
ke personen zich schuldig maken aan ernstig kwaaddoen en geen berouw hebben, gaan we niet langer met ze om (Rom. 16:17, 18). 6 Als we met personen zouden omgaan die Gods wetten niet gehoorzamen, zouden we hun gedrag kunnen gaan overnemen om maar door hen geaccepteerd te worden. Als we bijvoorbeeld omgaan met mensen die zich schuldig maken aan seksuele immoraliteit, kunnen we in de verleiding komen om dat ook te doen. Dat is sommige opgedragen christenen overkomen. Enkelen van hen hadden geen berouw en moesten worden uitgesloten (1 Kor. 5:11-13). Als ze geen berouw krijgen, wordt hun toestand als de toestand die Petrus beschreef. (Lees 2 Petrus 2:20-22.) 7 Hoewel we natuurlijk vriendelijk willen zijn tegen mensen die Gods wetten niet gehoorzamen, moeten we geen hechte vriendschappen met ze aangaan. Het zou voor een ongetrouwde Getuige van Jehovah dan ook verkeerd zijn om te daten met iemand die zich niet aan God heeft opgedragen, of die Hem niet trouw is en niet naar Zijn maatstaven leeft. Het is veel belangrijker om door Jehovah geaccepteerd te worden dan door mensen die niet naar Gods wetten leven. Onze vrienden moeten mensen zijn die Gods wil doen. Jezus zei: ‘Al wie de wil van God doet, die is mijn broer en zuster en moeder’ (Mark. 3:35). 8 De Israëlieten hebben ondervonden wat voor rampzalige gevolgen slechte omgang heeft. Terwijl Jehovah ze na hun bevrijding uit Egypte naar het beloofde land leidde, zei hij: ‘Gij moogt u voor hun goden niet buigen, noch u ertoe laten bewegen ze te dienen, en gij moogt niets maken gelijk hun werken, 7. Wie moeten we als onze vrienden kiezen? 8. Wat voor invloed had slechte omgang op het volk Israël? 15 AUGUSTUS 2015
25
maar gij zult ze zonder mankeren omverhalen en gij zult zonder mankeren hun heilige zuilen aan stukken breken. En gij moet Jehovah, uw God, dienen’ (Ex. 23:24, 25). Maar de meeste Israëlieten negeerden Gods geboden uiteindelijk (Ps. 106:35-39). Omdat ze God ontrouw werden, zei Jezus later: ‘Ziet! Uw huis wordt u verlaten achtergelaten’ (Matth. 23:38). Jehovah verwierp Israël en koos in hun plaats de christelijke gemeente als zijn volk (Hand. 2:1-4). WEES VOORZICHTIG MET WAT JE LEEST EN WAAR JE NAAR KIJKT
Wat er te lezen en te zien is in de media kan voor christenen geestelijk gevaarlijk zijn. Zulk materiaal is niet gemaakt om ons geloof in Jehovah en zijn beloften te versterken. Het promoot juist de ideeën en doelstellingen van Satans slechte wereld. Daarom moeten we erg voorzichtig zijn met wat we lezen en waar we naar kijken: we willen immers niet dat er ‘wereldse begeerten’ in ons worden opgewekt (Tit. 2:12). 10 Binnenkort zal al dat schadelijke amusement er niet meer zijn. Satans wereld zal namelijk worden vernietigd. In de Bijbel staat: ‘De wereld gaat voorbij en ook haar begeerte, maar wie de wil van God doet, blijft in eeuwigheid’ (1 Joh. 2:17). Koning David zong: ‘De boosdoeners zelf zullen afgesneden worden, maar wie op Jehovah hopen, díé zullen de aarde bezitten. De zachtmoedigen daarentegen zullen de aarde bezitten, en zij zullen inderdaad hun heerlijke verrukking vinden in de overvloed van vrede.’ Hoelang zullen die rechtvaardigen op aarde wonen? ‘Zij zullen er eeuwig op verblijven’ (Ps. 37:9, 11, 29). 9
9. Waarom kan dat wat de media voorschotelt gevaarlijk zijn? 10. Wat zal er met schadelijk amusement gebeuren?
26
DE WACHTTOREN
In tegenstelling tot de wereldse media helpt het materiaal van Jehovah’s organisatie ons om te leven op een manier die tot eeuwig leven leidt. Jezus zei in gebed tot Jehovah: ‘Dit betekent eeuwig leven, dat zij voortdurend kennis in zich opnemen van u, de enige ware God, en van hem die gij hebt uitgezonden, Jezus Christus’ (Joh. 17:3). Via zijn organisatie geeft onze hemelse Vader een overvloed aan geestelijk voedsel dat echt goed voor ons is. We zijn gezegend met tijdschriften, brochures, boeken, films en internetartikelen die de ware aanbidding bevorderen. Gods organisatie voorziet ook in geregelde vergaderingen via de meer dan 110.000 gemeenten wereldwijd. Op zulke vergaderingen, en op kringvergaderingen en congressen, bespreken we materiaal dat op de Bijbel is gebaseerd en ons geloof in God en zijn beloften versterkt (Hebr. 10:24, 25). 11
TROUW ‘ALLEEN IN DE HEER’ 12 Vooral christenen die willen trouwen, moeten op hun omgang letten. Gods Woord geeft de duidelijke raad: ‘Komt niet onder een ongelijk juk met ongelovigen. Want wat voor deelgenootschap hebben rechtvaardigheid en wetteloosheid? Of wat heeft licht met duisternis gemeen?’ (2 Kor. 6:14) De Bijbel geeft degenen die een huwelijkspartner zoeken de raad om ‘alleen in de Heer’ te trouwen, dat wil zeggen, alleen te trouwen met iemand die een opgedragen, gedoopte aanbidder van Jehovah is en naar Bijbelse maatstaven leeft (1 Kor. 7:39). Als je met iemand trouwt die van Jehovah houdt, krijg je een partner die je zal helpen om Jehovah altijd trouw te blijven.
11. Hoe helpt God ons om hem trouw te blijven? 12. Wat betekent het om ‘alleen in de Heer’ te trouwen?
Jehovah weet wat het beste is voor zijn aanbidders en hij maakt keer op keer duidelijk hoe hij over het huwelijk denkt. Denk bijvoorbeeld aan het duidelijke gebod dat hij via Mozes aan Israël gaf. In verband met de inwoners van omringende landen, mensen die Jehovah niet dienden, zei Mozes: ‘Gij moogt geen echtverbintenis met hen aangaan. Uw dochter moogt gij niet aan zijn zoon geven, en zijn dochter moogt gij niet voor uw zoon nemen. Want hij zal uw zoon van het volgen van mij afkeren, en zij zullen stellig andere goden dienen; en Jehovah’s toorn zal inderdaad tegen u ontbranden, en hij zal u stellig weldra verdelgen’ (Deut. 7:3, 4). 14 Toen Salomo nog maar net koning was, bad hij om wijsheid, en Jehovah verhoorde zijn gebed. Daardoor kon Salomo het land goed besturen en nam de welvaart toe. Zijn wijsheid was zo opvallend dat hij overal beroemd werd. De koningin van Scheba zei tijdens haar bezoek aan hem: ‘Ik stelde geen geloof in de woorden totdat ik gekomen was opdat ik het met eigen ogen kon zien; en zie! men had mij nog niet de helft verteld. Gij hebt in wijsheid en voorspoed het gehoorde waarnaar ik heb geluisterd, overtroffen’ (1 Kon. 10:7). Maar helaas werd Salomo een triest voorbeeld van wat er kan gebeuren als iemand Jehovah’s verbod negeert door te trouwen met iemand die God niet dient (Pred. 4:13). 15 Ondanks alles wat Jehovah voor hem had gedaan, werd Salomo ongehoorzaam. Hij had ‘vele buitenlandse vrouwen lief ’, personen die God niet dienden. Uiteindelijk had hij wel zevenhonderd vrouwen en driehonderd bijvrouwen! Het resultaat? ‘Nu ge13
13. Welk gebod over het huwelijk gaf Jehovah aan de Israëlieten? 14, 15. Wat was het gevolg toen Salomo Jehovah’s verbod negeerde?
schiedde het toen Salomo oud werd, dat zijn eigen vrouwen zijn hart tot het volgen van andere goden hadden geneigd; (...) en Salomo ging doen wat slecht was in de ogen van Jehovah’ (1 Kon. 11:1-6). Ooit was Salomo heel wijs, maar doordat hij met de verkeerde mensen omging, bleef er van zijn wijsheid uiteindelijk niet veel meer over. Hij keerde Jehovah de rug toe. Een goede waarschuwing voor christenen die overwegen om met iemand te trouwen die niet van Jehovah houdt! 16 Maar wat als iemand een aanbidder van Jehovah wordt terwijl hij of zij al getrouwd is met iemand die Jehovah niet dient? De Bijbel zegt: ‘Gij vrouwen, weest aan uw eigen man onderworpen, opdat, indien sommigen niet gehoorzaam zijn aan het woord, zij zonder woord gewonnen mogen worden door het gedrag van hun vrouw’ (1 Petr. 3:1). Deze woorden zijn gericht aan zusters, maar hetzelfde geldt natuurlijk voor mannen die Jehovah gaan aanbidden terwijl ze getrouwd zijn met iemand die Jehovah niet dient. De Bijbelse raad is duidelijk: wees een goede huwelijkspartner en houd je aan Gods hoge maatstaven voor het huwelijk. Veel huwelijkspartners die Jehovah niet dienden, hebben de waarheid aanvaard omdat ze zagen hoe hun partner veranderde toen die zich aan Gods wetten ging houden. ZOEK OMGANG MET PERSONEN DIE VAN JEHOVAH HOUDEN
Hoewel slechte omgang nuttige gewoonten bederft, heeft goede omgang juist een positieve uitwerking. Neem bijvoorbeeld 17
16. Welke Bijbelse raad is van toepassing op een aanbidder van Jehovah die getrouwd is met iemand die Jehovah niet dient? 17, 18. Waarom overleefden zowel Noach als de eerste-eeuwse christenen het einde van de maatschappij waarin ze leefden? 15 AUGUSTUS 2015
27
Noach. Hij leefde dan wel in een slechte wereld, maar hij wilde geen vrienden worden met de mensen in die wereld. In die tijd ‘zag Jehovah dat de slechtheid van de mens overvloedig was op de aarde en dat elke neiging van de gedachten van zijn hart te allen tijde alleen maar slecht was’ (Gen. 6:5). Daarom besloot Jehovah om die wereld te vernietigen door middel van een vloed. Maar ‘Noach was een rechtvaardig man. Hij betoonde zich onberispelijk onder zijn tijdgenoten. Noach wandelde met de ware God’ (Gen. 6:7-9). 18 Noach wilde absoluut niet omgaan met mensen die niet van Jehovah hielden. In plaats daarvan bracht hij zijn tijd door met zijn vrouw, zijn drie zoons en hun vrouwen. Samen waren ze druk bezig met het werk dat God ze had opgedragen, waaronder het bouwen van een ark. Ondertussen was Noach ook ‘een prediker van rechtvaardigheid’ (2 Petr. 2:5). De goede omgang, de bouw van de ark en het predikingswerk hielpen Noach om druk bezig te blijven met goede dingen. Als gevolg hiervan overleefden Noach en zijn gezin de zondvloed. We
kunnen hun dankbaar zijn, want we zijn allemaal nakomelingen van die trouwe mensen. Ook de trouwe christenen uit de eerste eeuw vermeden omgang met mensen die niet van Jehovah hielden. Door hun gehoorzaamheid overleefden ze de vernietiging van Jeruzalem in 70 n.Chr. (Luk. 21:20-22). 19 Als aanbidders van Jehovah moeten we het voorbeeld volgen van Noach en zijn gezin, en ook van de gehoorzame eerste-eeuwse christenen. Vermijd daarom omgang met mensen die niet van Jehovah houden en kies je vrienden onder de miljoenen trouwe broeders en zusters. Als je omgaat met mensen die zich laten leiden door Gods wijsheid, zal dat je helpen om in deze moeilijke tijden ‘vast te staan in het geloof ’ (1 Kor. 16:13; Spr. 13:20). En stel je voor hoe geweldig het zal zijn om het einde van deze slechte wereld mee te maken en binnenkort in Jehovah’s nieuwe wereld te mogen leven. Let dus op je omgang in deze laatste dagen! 19. Wat moeten we doen om Gods goedkeuring te krijgen?
Goede omgang met onze broeders en zusters is een voorproefje van het leven in de nieuwe wereld (Zie alinea 19)
Wat we kunnen leren van Johanna VEEL mensen weten dat Jezus twaalf apostelen had. Maar ze zijn zich er misschien niet van bewust dat Jezus ook nauw samenwerkte met een aantal vrouwen. Johanna was een van hen (Matth. 27:55; Luk. 8:3). Wie was Johanna? Wat was haar rol in het werk dat Jezus op aarde deed? En wat kunnen we van haar voorbeeld leren?
riskeerde Johanna kritiek van haar omgeving. Maar hoe dacht Jezus over zijn volgelingen, degenen ‘die het woord van God horen en doen’? Hij noemde ze ‘mijn moeder en mijn broers’ (Luk. 8:19-21; 18:28-30). Vind je het niet aanmoedigend te weten dat Jezus zich zo nauw verbonden voelt met degenen die offers brengen om hem te volgen?
WIE WAS JOHANNA?
Johanna en veel andere vrouwen dienden Jezus en de apostelen ‘van hun bezittingen’ (Luk. 8:3). Een schrijver zegt: ‘Lukas zegt niet dat de vrouwen maaltijden klaarmaakten, de afwas deden en de kleding verstelden. Misschien deden ze dat wel (...), maar dat is niet wat Lukas zegt.’ Blijkbaar ondersteunden de vrouwen Jezus en de apostelen door hun geld, bezittingen of eigendommen beschikbaar te stellen. Zowel Jezus als zijn apostelen deden tijdens hun predikingstochten geen werelds werk. Daarom hadden ze waarschijnlijk zelf niet de middelen om voor een groep van zo’n twintig man voedsel en andere benodigdheden te kopen. Hoewel ze wel door anderen werden uitgenodigd, blijkt uit het feit dat ze een geldkist bij zich hadden, dat ze er niet altijd maar van uitgingen dat anderen hun gastvrijheid zouden betonen (Joh. 12:6; 13:28, 29). Waarschijnlijk
Johanna was ‘de vrouw van Chuzas, gevolmachtigde van Herodes’; Chuzas was waarschijnlijk de beheerder van binnenlandse aangelegenheden van Herodes Antipas. Johanna was een van de vrouwen die door Jezus was genezen. Samen met andere vrouwen vergezelde ze Jezus op zijn reizen (Luk. 8:1-3). Volgens de joodse rabbi’s mochten vrouwen niet omgaan met mannen die geen familie van ze waren, laat staan met ze meereizen. Men vond zelfs dat Joodse mannen niet te veel met vrouwen hoorden te praten. Jezus trok zich niets van zulke tradities aan en liet Johanna en andere gelovige vrouwen gewoon met zijn groep meereizen. Iedereen die een volgeling van Jezus werd, moest bereid zijn veranderingen aan te brengen in zijn leven. Door met Jezus en de apostelen om te gaan,
ZE DIENDE HEN MET HAAR BEZITTINGEN
15 AUGUSTUS 2015
29
hebben Johanna en de andere vrouwen bijdragen gegeven om de onkosten te dekken. Maar sommigen zeggen dat Joodse vrouwen geen eigen vermogen hadden. Documenten uit die tijd wijzen er echter op dat onder de Joden een vrouw op verschillende manieren in het bezit van geld of bezittingen kon komen: (1) als erfenis wanneer haar vader stierf en hij geen zoons had, (2) als gift, (3) als ze gescheiden was en in het huwelijkscontract was opgenomen dat ze in het geval van een echtscheiding geld zou ontvangen, (4) als toelage uit de nalatenschap van haar overleden echtgenoot of (5) als inkomsten uit arbeid. Ongetwijfeld droegen Jezus’ volgelingen bij wat ze konden. Onder zijn volgelingen bevonden zich misschien ook welvarende vrouwen. Volgens sommigen moet Johanna het financieel goed hebben gehad, omdat ze de vrouw van de gevolmachtigde van Herodes was, of was geweest. Iemand zoals zij kan Jezus het dure naadloze kledingstuk hebben geschonken dat hij droeg. Een schrijfster vermeldt dat de vrouw van een visser zo’n kledingstuk nooit had kunnen schenken (Joh. 19:23, 24). Er staat niet specifiek in de Bijbel dat Johanna financiële bijdragen deed. Maar ze deed wat ze kon, en leerde ons daarmee een belangrijke les: wat we geven om de Koninkrijksbelangen te bevorderen — en óf we iets geven — is aan ons; waar het voor God om gaat, is dat we doen wat we kunnen en dat we het met plezier doen (Matth. 6:33; Mark. 14:8; 2 Kor. 9:7). BIJ JEZUS’ DOOD EN DAARNA
toen hij in Galilea was, steeds hadden vergezeld en gediend, en nog vele andere vrouwen die met hem naar Jeruzalem waren opgegaan’ (Mark. 15:41). Toen Jezus’ lichaam van de paal werd gehaald om begraven te worden, ‘volgden de vrouwen, die uit Galilea met hem waren meegekomen’. Ze ‘bekeken het herinneringsgraf en zagen toe hoe zijn lichaam werd neergelegd; en zij keerden terug om specerijen en welriekende oliën te bereiden’. Lukas noemt deze vrouwen bij name: ‘Maria Magdalena en Johanna en Maria, de moeder van Jakobus’. Deze vrouwen gingen na de sabbat opnieuw naar het graf en zagen toen engelen die hun vertelden dat Jezus was opgestaan (Luk. 23:55–24:10). Het is mogelijk dat Johanna een van de discipelen was die zich met Pinksteren 33 in Jeruzalem hadden verzameld; Jezus’ moeder en broers waren daar ook (Hand. 1:12-14). Lukas is de enige evangelieschrijver die Johanna bij name noemt. Is zij misschien de bron geweest van bepaalde informatie die Lukas volgens sommigen over Herodes Antipas had? Vanwege haar connecties aan het hof zou dat best kunnen (Luk. 8:3; 9:7-9; 23:8-12; 24:10). We kunnen veel van Johanna leren. Ze diende Jezus zo goed als ze kon. Wat zal ze blij zijn geweest als ze hem met haar bezittingen kon helpen, zodat hij, de twaalf en andere discipelen zich op hun predikingsreizen konden concentreren. Johanna stond Jezus bij en bleef hem trouw tijdens beproevingen. Wat een mooi voorbeeld voor christelijke vrouwen in deze tijd!
Johanna was kennelijk aanwezig bij Jezus’ terechtstelling, samen met andere vrouwen ‘die hem, Johanna en andere gelovige vrouwen deden voor Jezus wat ze konden
UIT ONS ARCHIEF
‘Jehovah heeft jullie naar Frankrijk gebracht’ ALS jongen moest Antoine Skalecki hard werken in de mijnen. Samen met een paard of pony ploeterde hij door slecht verlichte tunnels om vrachten vol kolen te vervoeren op 500 meter diepte. Toen Antoines vader bij een mijnongeluk gedeeltelijk invalide was geraakt, had er voor het gezin niets anders op gezeten dan Antoine de mijnen in te sturen. Daar zwoegde hij negen uur per dag. Bij één gelegenheid verloor Antoine bij een instorting bijna zijn leven. Antoine was een van de vele kinderen die in de jaren twintig en dertig van de vorige eeuw aan Poolse ouders in Frankrijk werden geboren. Waarom kwamen er Poolse immigranten naar Frankrijk? Toen Polen na de Eerste Wereldoorlog opnieuw onafhankelijk werd, werd overbevolking een groot probleem. Frankrijk had juist meer dan een miljoen mannen in de oorlog verloren en had daardoor een groot tekort aan mijnwerkers. Daarom sloten de Franse en Poolse overheid in september 1919 een migratieverdrag. Tegen 1931 woonden er al 507.800 Polen in Frankrijk. Velen van hen vestigden zich in de mijnstreken in het noorden. De hardwerkende Poolse immigranten namen hun eigen cultuur mee, inclusief hun diepreligieuze ge-
voelens. ‘Mijn grootvader Joseph sprak altijd met veel eerbied over de Heilige Schrift’, herinnert Antoine zich, die nu negentig is. ‘Dat had hij van zijn vader geleerd.’ Elke zondag gingen de gezinnen van Poolse mijnwerkers in hun beste kleren naar de kerk, net zoals ze in Polen hadden gedaan — tot grote ergernis van sommige niet-kerkelijke Fransen die in het gebied woonden. Veel Polen kwamen voor het eerst in contact met de Bijbelonderzoekers in Nord-Pas-de-Calais, waar al vanaf 1904 ijverig werd gepredikt. Vanaf 1915 werd De Wachttoren elke maand in het Pools uitgegeven. Het Gouden Tijdperk (nu Ontwaakt!) kwam in die taal beschikbaar in 1925. De Bijbelse inhoud van deze tijdschriften sloeg bij veel gezinnen aan, net als het boek De Harp Gods in het Pools. Antoines familie hoorde van de Bijbelonderzoekers via zijn oom, die voor het eerst een vergadering bezocht in 1924. Datzelfde jaar hielden de Bijbelonderzoekers hun eerste grote vergadering in het Pools, in Bruay-en-Artois. Minder dan een maand later hield Joseph Rutherford, als vertegenwoordiger van het internationale hoofdkantoor, in dezelfde stad een openbare vergadering met tweeduizend
Gereedschap dat werd gebruikt door de Poolse mijnwerkers; de mijn van Dechy, in de buurt van Sin-le-Noble, waar Antoine Skalecki heeft gewerkt
31
Poolse broeders en zusters in Frankrijk, op weg naar een congres. Op het bord staat: ‘Jehovah’s Getuigen’
s
n o
Dit tijdschrift en andere publicaties zijn gratis te downloaden van www.jw.org/nl
p
reldoorlog waren in Frankrijk 32 van de 84 gemeenten Poolstalig. In 1947 gingen veel Getuigen van Jehovah op uitnodiging van de Poolse regering terug naar Polen. Maar zelfs nadat ze vertrokken waren, bleef het resultaat van hun inspanningen en die van hun Franse broeders en zusters merkbaar, want het aantal Koninkrijkspredikers in Frankrijk nam dat jaar met 10 procent toe. En in 1948, 1949 en 1950 was er zelfs een groei van respectievelijk 20, 23 en 40 procent! Om te helpen bij het opleiden van deze nieuwe verkondigers, stelde het Franse bijkantoor in 1948 de eerste kringopzieners aan. Vier van de vijf nieuwe kringopzieners waren Pools, en Antoine Skalecki was één van hen. Veel Getuigen van Jehovah in Frankrijk hebben nog steeds de Poolse achternamen van hun voorouders, die zowel in de mijnen als in de prediking hard hebben gewerkt. Ook in deze tijd zijn er heel veel immigranten die in Frankrijk de waarheid leren kennen. Sommige verkondigers die uit andere landen komen, gaan later terug naar hun geboorteland; andere vestigen zich definitief in hun nieuwe thuisland. Maar ze maken allemaal vol ijver de Koninkrijksboodschap bekend, net als de Poolse broeders en zusters die hun zijn voorgegaan. — Uit ons archief in Frankrijk.
Je kunt de Nieuwe-Wereldvertaling ook online lezen
Ga naar www.jw.org/nl of scan de code
w15 08/15-O 150422
aanwezigen. Broeder Rutherford was onder de indruk van het grote aantal aanwezigen, van wie de meesten Pools waren. Daarom zei hij: ‘Jehovah heeft jullie naar Frankrijk gebracht om de waarheid te leren kennen. Nu moeten jullie en jullie kinderen de Fransen helpen! Er moet nog een groot predikingswerk worden verricht, en Jehovah zal voorzien in de werkers die daarvoor nodig zijn.’ En dat heeft Jehovah inderdaad gedaan. Deze Poolse christenen waren harde werkers — niet alleen in de mijnen, maar ook voor Jehovah. Vol enthousiasme predikten ze het goede nieuws. Sommigen van hen gingen terug naar Polen om daar de kostbare waarheden te delen die ze hadden geleerd. Onder degenen die Frankrijk verlieten om het goede nieuws in grote delen van Polen te verspreiden waren Teofil Piaskowski, Szczepan Kosiak en Jan Zabuda. Veel andere Poolssprekende verkondigers bleven in Frankrijk, waar ze samen met hun Franse broeders en zusters ijverig bleven prediken. Op de algemene vergadering die de Bijbelonderzoekers in 1926 in Sinle-Noble hielden, werd het Poolse programma door duizend mensen bijgewoond en het Franse programma door driehonderd. Het Jaarboek van 1929 berichtte: ‘Gedurende het jaar hebben 332 Poolse broeders hun wijding [opdracht] door middel van de waterdoop gesymboliseerd.’ Vóór de Tweede We-