Eera oed Duitsclh liedje uit het allbiunro vami Pistmisse.
^r^^^fe
JyCWg,
n.z: 9
^
3
i
j" ^
y/A
:z:
o ^
e il
A IK
r-Tt-c r r I
IF
'^hi
f
>
ti
K
m=
9
r
CJ2
ln0inö.iJ7ïeötter*
N*2S-15
J
J1 r J'ir
-))._-'
t»^;
i e
I
■ m
Ö
y
->*"
■
■ymrA
o ó
■
6
ii 9
S
Als ich ein Junggeselle war Nam ich ein steinalt Weib, Ich hatt'sie kaum drei Tage, Ti-Ta-Tage, Da hat 's mich schon gereut.
Und als ich dann nach Hause kam, Die Alte war schon tot. Ich spannte die Ross' am Wagen, Wi-Wa-Wagen, Und fuhr die Alte fort.
Und als ich nun nach Hause kam War'n Stub' und Bett zu weit. Ich warte' kaum drei Tage, Ti-Ta-Tage Und nahm ein junges Weib..
Da ging ich auf den Kirchhof hin Und bat den lieben Tod! Ach, lieber Tod von Basel, Bi-Ba-Basel, Nimm mir mein' Alte fort.
Und als ich auf den Kirchhof kam, Das Grab war schon gemacht... Ihr, Träger, tragt fein sachte, Si-sa-sachte, Dasz die Alte mir nicht erwacht!
Ach, selten kommt was Bessres nach, Wie drückt das neue Joch! Ach, lieber Tod von Basel, Bi-Ba-Basel, Hätt ich meine Alte noch!
Ö
8
J
/
'imM^.
t - _ -,
v^r
«^van^h, ^alisse
^fefe1
-I"«1-1
■"-.»'
. _
.
II-.
-
1
1.11.—^—^^^^^^^^^
H3BOEN EN TOEKOMST
i
-.
m.j
ONZE BADPLAATSEN
op het Filmscherm ende Planken Dat de slechte tijden sterk hun stempel hebben gedrukt op het bioscooptheaterbedrijf komt herhaaldelijk aan het daglicht. Niet alleen doordat in menige plaats een of meerdere theaters worden gesloten, er zijn nog andere teekenen, die voor ingewijden boekdeelen spreken. 't Is opmerkelijk hoevele films er zijn, welker verschijning in ons land reeds eenige maanden geleden plaats had en die nu pas worden vertoond. Was 't vroeger opmerkelijk, hoe de bioscoopdirecties er als de kippen bij waren om elkaar een belangrijke première af te snoepen, thans schijnt de durf voor een belangrijk deel geweken, 't Wordt een te groote risico om met de dure werken, waarvoor geweldige huursommen moesten worden neergeteld, te komen. Doch ten slotte moest men toch de kostbare voorraad aansnijden en in menig theater loopen op 't oogenblik films, die men vroeger in de zomermaanden niet zag. Zoo is in Amsterdam pas vertoond „We zien ze vliegen", een verbazend geestig en voortreffelijk gespeeld filmblijspel. Hierin wordt de hoofdrol gepeeld door Douglas Mac Lean, die toont welk een uitstekend blijspeler hij is. Een rol die als 't ware vanzelf er toe leidt om te chargeeren. Doch denk niet, dat Mac Lean zich hieraan schuldig zal maken. Hij weet zoo goed van maathouden, dat juist het fijn-humoristische schitterend voor den dag komt. Kostelijke vondsten zitten er in deze film, die iemand tranen doen lachen. Bijvoorbeeld de lessen in de vliegkunst, waarbij de leerling boven op een tafel wordt gezet, een wandelstok met een hoed erop voor hem bedoeld als stuur. Amusant is ook, hoe het jonge mensch dat nimmer gevlogen heeft, genoodzaakt wordt om voor aviateur te spelen en telkens probeert dien 1 dans te ontspringen, wat hem natuurlijk niet zal gelukken, zooals van te voren reeds te verwachten is. Merkwaardig is 't vooral dat eerst thans de grootsche film „Kismet" in de hoofdstad wordt vertoond. Dit enorme oostertche filmdrama, dat millioenen heeft gekost, voordat de eerste positief-afdruk voor aflevering gereed was, is wel lang aan de amsterdammers onthouden. Doch ditmaal wordt 't gegeven op een bijzondere wijze. Als aan alle groote filmwerken is er een proloog aan vastgekoppeld. Een proloog, die in veel opzichten, alles wat er in
G)CHEVEISINGEN CR is dezen zomer heel wat *-* te zien op dansgebied in Scheveningen. Het seizoen is over het algemeen beter dan hetvorige jaar en de directies zijn dan ook in staat betere artististen te engageeren dan vroeger. Los Caritos en I mperia la Bella traden op in de Centraal Diele in eenige spaansche volksdansen. Gewoonlijk ziet men spaansche dansen uitvoeren door dansers die nooit Spanje gezien hebben Zij voeren spaansche passen uit maar het innerlijk van de spaan sehe kunnen zij toch niet aan voelen. Daar is alleen het tem perament en niet te vergeten de ridderlijkheid — een trek, die ook in de litteratuur opvalt —van een Los Caritos toe in staat en de
JOHANNE TUXVAERO gratie van zijn slanke partner. Vervoljens Dragor en Maud Résy. Dit danspaar maakt geen tournee door Holland maar de directie van Pavillon Central heeft hen voor twee weken uit Parijs laten komen. Wat deze twee gaven, is werkelijk phenomenaal. Zij dansen onder anderen een acrobatische cowboy-tango met een \ vurigheid, die alle toeschouwers \ meesleept. Het is wonderlijk, hoe zij de crobatische bewegingen in den dans weten te vlechten, zonder dat deze er door gestoord wordt. Rocco en La Marisky dansen in het Palais de Danse. Hun creaties zijn in Holland reeds overbekend. Iets aparts zijn hun dansparodiën: de schooljongen, de provinciaal, de engelsche aristocraat e.a. Johanna Tuxvard en Bertha Fenger Eriksen, die eveneens in het Paleis de Danse optraden, zijn leerlingen van den danser Richard Jensen van den kopenhaagschen opera. Wij zagen van hen een menuet op de bekende muziek van Paderewsky. In een menuet zijn balletdanseressen altijd op hun best en het geheel was dan ook zeer bekoorlijk. Behalve deze menuet danstenzij drie dansen Rose, Bacchantin en Pas de Deux, op muziek van Asta Mollerup, een bekende kopenhaagsche componiste, die haar deze dansen zelf heeft ingestudeerd. Last not least Tylda and Lee, die in Kurhaus en in Cabaret optreden. Zij zijn als het ware het centrum van het dansleven in de badplaats. Hun moderne creaties zijn hun humoristisch en origineel. Tylda danst bovendien een Salome-dans, die blijk geeft van een buitengewone oostersche techniek. De,,Inbrekersphantasie' is even gracieus als griezelig. Zij vormen een dansnummer van internationale beteekenis. ALBERT HER FRED.
BERTHA FENGER ERIKSEN
*
'
n
JJUM
dezen is geweest, in de schaduw stelt. „Kismet" zelf is van een zeldzame pracht, een rijke aankleeding, die iemand de handen ineen doet slaan. Daarbij komt, dat Otis Skinner die de hoofdrol vertolkt — hij heeft dit eveneens gedaan gedurende de honderden malen dat het stuk in New York op de planken is gebracht — een filmacteur van voortreffelijke hoedanigheden is gebleken. Vän de geliefde filmster Ossi Oswalda komen weer meer films in ons land naar voren. In dit nummer vindt men afbeeldingen van „De Pop", een werk dat indertijd zooveel succes oogstte, dat er tallooze waren, die 't nogmaals verlangen te zien. Intusschen is dit niet de eenige film van de gevierde Duitsche ster, die op 't oogenblik de aandacht vraagt. Een andere is „De Gemaskerde Danseres", een dol-vermakelijk werk, waarin Ossi zich op haar sterkst doet zien. Ze is hierin een jongedame, die verbazend kort wordt gehouden en daarop op haar wijze reageert en later een kunstenares van beteekenis wordt, die een ongekend groote bewondering ondervindt. Er is in deze zaak een erfeniskwestie gevlochten en stof tot vroolijkheid is er genoeg. Een andere film, die de aandacht vraagt is .,De Man, die den Moed had", waarin twee van Amerika's beste filmspelers optreden, namelijk Ann Nilson en Norman Kerry, de laatste vooral is in ons land — trouwens ook overal in het buitenland — bekend geworden door z'n bijzonder geslaagde creatie in ,,De Draaimolen des Levens" — of zooals de oorspronkelijke Amerikaansche titel was „Merry-goround." Ann Nilson is een millionairsdochter en. Norman Kerry een pseudo-prins. Die prins legt 't er op toe om een ferme som geld van z'n aangebedene los te krijgen, doch 't plan mislukt, want er is nog een voogd, toevallig een jonge kerel, die ' op z'n beschermelinge (de jonge millionnairsdochter) tot over de ooren verliefd is en die zich persoonlijk eens van een en ander komt overtuigen. De schurk krijgt natuurlijk zijn welverdiende straf en een gelukkig huwelijk van den voogd met z'n pupil is het einde der historie. Van „the happy end" doen de Amerikanen vodrloopig nog geen af-^ stand, daar offeren ze graag alle logica aan op. Maar ze hebben het misschien wel bij het juiste eind, want de groote massa buiten Arne-. rika verkiest ook dat „de onschuld wordt beloond en dat de schurk z'n gerechte straf niet ontgaat".
i
Daron Chanterelle voelt zich oud worden en vreest, dat zijn roemrijk geslacht zal uitsterven, te meer daar zijn neef Lancelot niet veel lust heeft in het huwelijksbootje te stappen. Hij neemt het besluit zijn neef maar uit te huwelijken e^ bij proclamatie worden alle meisjes van de stad uitgenoodigd te komen dingen naar de hand van den schatrijken jongeling. Lancelot slaat de schrik om het hart en hij neemt de vlucht. Hij komt bij den poppenfabrikant Hilarius en wil daar een pop koopen om mee te trouwen en zijn oom voor den gek te houden. Van zijn doodelijk ontrusten oom ontvangt hij een smeekbrief om terug te komen en deze belooft hem een bruidsschat van drie ton, als hij er zorg voor zal dragen, dat het geslacht der Chanterelles niet uitsterft. De leerling van den poppenfabrikant heeft met de pop, die door Lancelot gekocht is (en die vervaardigd was naar het model van Hilarius' dochter Ossi) een ongeluk gehad. De pop is gebroken. . . Goede raad is duur. Maar er moet iets gedaan worden; daar krijgt de leerling een schitterend idee. Ossi moet maar voor de pop spelen. Juist is hiertoe besloten, als Lancelot zijn pop komt halen en daarmee naar een burgerhotel vertrekt. Baron de Canterelle is ziek, hij zal het niet lang meer maken, zijn drempel wordt platgeloopen door familieleden, die er graag het eerst bij willen zijn, maar er valt niets te halen, want daar komt de verloren Lancelot.. . met zijn meisje. Nu kan de bruiloft beginnen en een schitterend en vroolijk feest wordt gevierd binnen de muren van het oude kasteel Chanterelle. Intusschen kan Ossi het niet langer uithouden voor pop te spelen en in een onbewaakt oogenblik komt zij los. Lancelot weet niet of hij waakt of droomt. In zijn hotelletje aangekomen kan hij niet meer scheiden van zijn pop en neemt haar mee naar zijn kamer. Het slot is, dat oom Chanterelle overgelukkig is met de keus van zijn neef en Lancelot niet langer op de vlucht gaat voor het schoone geslacht. Ossi Oswalda is de tintelende figuur in dit poppenspel, dat door de bekende regisseur Ernst Lubitsch in scène is gezet en in ons land door de Nordisk Film Co. wordt uitgebracht.
= n^fcrT^-^^^-^ -^i>^
»mm
iiw-wmwimwp^^^^ ^^^T^'^^i^-'"^ ^jjfcfc
^y**-
(^ftfe
^htr^'^h^
^fat^
—^ay^_ -^>^^
^^N^
^gfca
^4>^~^f>*S~-^.
■
< .-,w,:™i,-.-.
r
)
Rocco et La Mansky
Een Interessante foto, film en dans vereenlsd
het danspaar, dat in Scheveningeo de aai dacht had.
Tyldv en Lee, het bekende danspaar, treden op in de film .Les perles du docteur Talmadge'".
„HEILIGE SAMMETJE" Slel u voor twee lieeren.die allebei John Smith heeten en m hetzelfde huis wonen, zonder dit van elkaar Ie welen, doch van wie de eene een vroolijke Lebemann, de ander een kuische hulpprediker is. Bovendien zijn beide onbestorven weduwnaar en heeft de hulpprediker de woning betrokken tijdens de afwezigheid zijner echtvriendin. De vrouw van den hulpprediker komt terecht in de woning van den juist afwezigen Lebemann en installeert zich daar als
in haar eigen home. De vroolijke John Smith heeft inlusschen den vorigen avond in een dikke Londensche mist eene onbekende dame verdedigd legen straotroovers. die er met zijn portefeuille met 200 pond vandoor zijn gegaan. De dame. eene lieve actrice, heefl de portefeuille in handen gekregen en komt die terugbrengen, maar. •. . aan de vrouw van den hulpprediker. Eindelijk verschijnt ook John Smith, de Lebemann, die meent door een bende, waartoe de onbekende dame behoort, beroofd te zijn. Hij houdt Mabel, de vrouw van den hulpprediker, voor die dame en neemt de polilie in den arm. Een detective verschijnt, die er in slaagt, de verwarring lot hel foppunl op te voeren. De situatie wordt voor den T«\ anders toch zoo vroolijken John Smith allerbenauwsl, als ook zijn vrouw verCarl Veerhoff schijnt, de lieve Nora, die van niets weel, en Mabel voor hel liefje van haar Anton Roemer en Greta Braakenslek en Greta Braakenslek man verslijt. Ook verschijn! een oom, een kranige kolonel, die Mabel voor de als Dick Desmond en Mabel Smith. als John Smith en Mabel Smith. vrouw van zijn neef houdt, de echle vrouw voor de naaister (en zij hem voor den gasmeler-opnemer) en de actrice voor de kinderjuffrouw. Men vrage van ons niet, dat we nog verder vertellen, hoe het kluwen ineengewikkeld wordt, hoe de brave hulpprediker wordt aangezien voor hel hoofd van een rooversbende, bijgenaamd Heilige Sammelje, enz. enz. Het eind van hel lied is natuurlijk dat alles wordt opgehelderd en de lieve vrouwtjes eindelijk in de armen van haar eigen echtgenoolen vallen, waarna de deleclive zelfgenoegzaam beweerl, dat hi altijd wel gezegd heeft, dat hel zaakje in orde zou komen.
ï
mtgt
*±ej^
«qm>
■Bgag'
.^—^^_
Terugkeer te Amsterdam
Openluchtspel ter gelegenheid van de lustrumfeesten der groningsche universiteit.
v
De mandoline-club „Atnicitiie" is uit Parijs teruggekeerd. De club heeft op het Intern. Muziekconcours aldaar drie eerste prijzen gewonnen en wel in de eerealdeeling. on in de afd. uitmuntendheid muziek-lezen.
Openluchtspelen te Rotterdam
In het park Hoboken werden er openluchtspelen gehouden i het gezelschap Verkade. Hierboven Nel Staats en Kommer KI in .Naar het u lijkt.«1*
"■ v.wmmm m mv äumm
■
OP HET VLUGGE RAD i de Ardennen. Na een verkwikkende nachtrust n we den volgenden morgen werom vroegtijdig bij de hand om zen tocht voort te zetten. Als dagtaak stellen we ons ditmaal t parcours: Luik-Esneux-Comblain i Pont-Aywaille-Remouchamps-Spa rtaal 54,8 k.M. Oogenschijnlijk, zult u zeggen, is i w^ wel wat klein, doch er is iderweg zooveel te bewonderen, rlat i heusch niet veel voor etenstijd ! Spa zullen aankomen. [Men verlaat Luik langs den bouleIrd de la Sauvinière en d'Arroy, ■rvolgens door het park d'Arroy, [ Quai de Fragnée, passeert de aas over de Pont-du-Val-Benoit, lat daar rechtsaf en volgt de laan igs de rivier. Na de Pont-du-Val-Benoit krijgen ï een sterke daling en gaan we iksaf, onder het spoor door, te lênée over de Ourthe. De weg at na eenige bochten door het hilderachtige dal du Ourthe. Na 9 K.M. bereiken we Esneux. De aats is geheel door hooge rotsen omven en biedt gelegenheid te over t het maken van dagtoeren. Voor ie hier willen blijven zij opgemerkt, it hotel de Liège en hotel Cobus ij de kerk) uitmuntend en goed'Op pension aanbieden. Vooral een bezoek aan het bosch in Esneux en kasteel en tuin van ontefiore zijn zeer aan te bevelen. Van Esneux bereiken we na 7 KM. peddelen Comblain-au-Pont. e zijn nu in het dal der Amblève ■f volgen dit nog 8.5 K.M. tot fwaille. Ongeveer 1 K.M. voor Aywaille sffen we rechts van den weg een oote carrière oftewel steengroeve pi. De eigenaar, een Hollander, namelijk de heer Joh. HenneAd, die op verzoek zeer zeker toegang zal willen verleenen en het bedrijf expliqueeren. Te Aywaille stoppen we voor de ach.Na de lunch beginnen we met de Ie K.M. naar Remouchamps af te ggen. Men vindt den weg vanzelf t aan hotel de la Orotte.
Bokswedstrliden te Botterdam
Op de Rotterdamsche Wielerbaan hadden bokswedstrijden plaats. Hierboven links Adolf Sébolt —Sietze Jansma. waarbij Jansma op punten won. Rechts: Rosman—Kourimsky, waarbij Rosman door knock-out won.
Van de Rijswiiksche wielerbaan
Start sprintwedstrijd over 800 M. waarvan winnaar P. v. Kempen. V.l.n.r.: Didier, v. Kempen, P. Lecne.
mm
Internationaal bezoek
Ter gelegenheid van het bezoek van de Zweedsche opleidingschepen werd een voetbalwedstrijd gehouden tusschen de bemanning dezer schepen en Geel-Wit, een club uit den Helder.
e hollandsche roeiers, die ons land op de Olympiade vertegenwoordigen.
.Mmmvmmmmm Daar moet men rechts af naar Spa, doch eerst willen we de grot bezoeken. Een twaalftal jaren geleden had Remouchamps een grot, die niet halen kon bij de grot van Han. In 1912 evenwel heeft men in deze grot nieuwe zalen ontdekt en een meer, waarop db een half uur kan worden gevaren. De eigenaar van hotel de la Grotte is tevens eigenaar van de grot, die zich naast het hotel bevindt. Na dit bezoek beginnen we aan het laatste stuk van onzen dagtaak. Er resten ons nog 15.7 KM. naar Spa, doch deze vallen niet mede, door de geweldige stijging, die de weg voor la Reid toont. Men doet het best hier af te stappen en ongeveer 2 KM. te wandelen. De verloren tijd haalt men . gemakkelijk in, doordat een ongeveer 3 K.M. lange geleidelijke daling na la Reid ons het fietsen gemakkelijk maakt. Na aankomst té Spa tégevén we ons naar hotel de la Poste. Wie het eenvoudiger wil aanleggen vindt een zeer goed onderkomen in hotel de Cologne. Spa is een zeer drukke mondaine badplaats. Er komen tegenwoordig weer meer dan 20.000 bezoekers per jaar. In de rue Royale tegenover hotel de la Poste vindt men het Casino met restaurant, café, bal-, concert-, en theaterzaal, benevens een prachtig ingerichte leeszaal. Het spelen (roulet) is thans van regeeringswege verboden, ij Spa heeft ongeveer 16 bronnen. De voornaamste is de Poukou in het midden van de stad. Bij deze bron vindt men een promenoir, een bibliotheek en een fraaie wintertuin. Het water van de Poukoufeis helder en zeer ijzerhoudend (temperatuur 11° C.) uitstekend geschikt voor nier- en suikerleiders, die men er dan ook in groote getale aantreft. Wie een avondwandeling wil maken ga naar het lac de Walzoc, een meer boven in de bergen even buiten Spa. Aan te bevelen is bovendien een rit per open rijtuig naar de bronnen (Ie Pour des Fontaines) ongeveer 3 uur loopen; 2 uur per rijtuig. VETERAAN
.. .
*****-■
Hoe men de leugd van de straat bereikt
Door de vereeniging .Ons Huis" te Amsterdam, afd. Buiksloterham. werd een zeilwedstrijd gehouden voor eigengemaakte zeilbootjes. Op onze beide fotos zien wij resp. de jongens bezig met het in orde brengen van de zeilen van hun jachten en het starten.
Propaganda voor de frissche buitenlucht
Door de afdeeling .Ons Buiten" van den bond van huurders van volkstuinen te Amsterdam werd op het complex volkstuinen aan de Baarsjes een propaganda-dag gehouden De Jonge Garde van de vereeniging .Westerkwartier ' zorgde voor de muziek.
HUISMIDDEL.
De hollandsche boksers, v.l.n.r.: Cornelissen. Nieweq. Miljon, Rook, Hofmans (geleider) De Best. Bakker, Weiner en flak (helper).
jjggsses'f»
(iü
f>e> '""" "" ~ Jï!!!!^!^^lran^ink^wniet Wandelhoofd te Scheveningen een uitvoering en wedstrijden georganiseerd. Links: Oveizicht van , Zondagmiddag werd door de '^"^^^^^^^^^^^^^ belangstelling voor Ie turndemonstr.tie. ;
iwww
aa i
Het leven op de groote mailbooten, die met snelle vaart de oceanen doorklieven, is een heel apart bestaan. Elk zoo'n boot is een wereldje. Allerhande typen treft men er aan, langzamerhand leert men elkander kennen. Men is als het ware op elkaar aangewezen en de wetenschap,dat het samenzijn geenerlei consequenties oplegt, dat de relaties eindigen zoodra het schip weer de haven is binnengeloopen.geef t daaraan een groote bekoring. Hij bewoonde een der mooiste hutten en kwam weinig aan tafel. Blijkbaar meed hij het gezelschap. Wel het beste middel om op te vallen. Spoedig had hij den naam gekregen, menschenschuw te zijn. En die eigenschap trok Mary Andrew héél bijzonder aan. Zij leed zelve allerminst aan deze ziekte. Dochtes van den millionnair Andrew, behoefde ze niet verlegen te zijn. Overal was ze graag gezien. En 't moet gezegd worden, niet alléén om 't geld van haar vader, ook om haar oprechte manieren, haar pittig snuitje, haar eigen persoonlijkheid. Na den derden dag had zij den schuwen Mr. Peterson „toevallig" op het promenadedek getroffen, terwijl hij eenzaam over de railing gebukt stond en naar den horizon blikte. 't Onbegrijpelijke gebeurde, Howard Peterson en Mary Andrew werden goede kennissen. Hij had haar verteld, dat hij nu al zeven maal de reis op en neer van de Staten naar Engeland had gemaakt en dat dit nu de eerste maal was, dat hij met iemand had gesproken, behalve dan met de stewards. Wie beweerde, dat de schuwe Peterson een buitengewoon causeur was, die jokte, nou laat ons beleefder zijn en zeggen, die overdreef. Hij sprak, iets wat meer bij verlegen menschen voorkomt, wanneer zij hun schroom hebben
Lustrum Haaasche Korfbalbond De Haagsche Korfbalbond herdacht zijn eerste lustrum en werd ter gelegenheid daarvan een receptie gehouden in hotel Wittebrug.
Nieuw reddingsmiddel voor drenkelingen
Te Zandvoort werd een demonstratie gegeven door den badarts P. Varenkamp van een zwemvest, dat voorzien is van een electrisch schelapparaat. De zwemmers zijn op deze wijze in staat in contact te blijven met het strand. Links ziet men het redden van een drenkeling.
Hondententoonsteliins te Lelden Greyhoundt een speciale prijs open klasse. Eigenares Mevr. Watraven te Den Haag.
Een goed verdediger
Zondagmorgen werd door de Politiehonden, Dresseer-Club .Zeeburg* proeven van bekwaamheid afgenomen. Het verdedigen zonder commando werd o.a. als proef van bekwaamheid vereischt. Deze positie komt b.v. voor als de baas van den hond gaat vechten.
Een menschenredder De hond van den heer Meyer laat het redden van een drenkeling zien.
overwonnen, veel over zichzelf. Hij bekende aan Mary, dat hij een buitengewoon vertrouwen in huismiddel tj es had. Mijn moeder was een brave, eenvoudige vrouw, die het den dokter niet moeilijk maakte. Zij wist voor elke kwaal een genezing. Beter gezegd, voor heel wat kwalen één genezing. Zij had een onbeperkt vertrouwen in het nut van een kouden sleutel. Niet alleen bij neusbloedingen, ook bij den hik of hoestbuien. Onveranderlijk ^ing de sleutel, koud en wel achter in den hals van den patiënt. Hoe kouder hoe beter. Ein 't hielp zoo, dat ik op heden nog geloof aan de sleutelkuur. Mary was een te wel opgevoed meisje om den man vlak in zijn gezicht uit te lachen. Bovendien ze had te veel moeite gedaan om hem zijn schuwheid te doen overwinnen. Het weer was bijzonder mooi en Mary bleef goede vrienden met haar nieuwste overwinning. Vlug ging de tijd voorbij, die voor de overvaart nood ig was. Nog maar een paar dagen en ze waren in New-York. Zij stonden 's avonds op dek en keken naar de maan. Zij verwonderden zich beiden over de enorme grootte. Van de grootte van dezen satelliet kwam het als van zelf op de vraag of hij bewoond zou zijn. Mary, als een modem meisje, sprak de hoop uit, dat het zoo zou wezen, 't Moet buitengewooninteressant zijn om met je vrienden op de maan draadloos te : kunnen telefoneeren, beweerde zij Interesseert u zich voor draadlooze telefonie, vroeg ze aan Peterson. En toen ze het vroeg, keek ze hem meteen aan Alle goedheid, wat is er Mr. Peterson. Zijt ge ziek ? De man zag eruit als een lijk. Ik weet het niet. 't Zal wel overgaan. Kan ik iets voor u doen ? ik wat cognac halen? Neen. 't Gaat wel over Maar 't ging niet over. Hebt u .. . . misschien . een sleutel bij u ?
^"'WWfWP*
Een sleutel ? Ja, dan zou ik dien in mijn hals houden. En koude sleutel helpt mij altijd in zulke oogenblikken. Wacht even, zei zij, en ze haalde den sleutel van haar kajuit uit haar tasch. Ik heb dezen altijd big me, omdat ik bang ben, dat ze anders m'n juweelen stelen. Peterson was zichtbaar opgelucht. Hij boog zich en Mary fiet haar sleutel in zijn hals vallen. - 't Werkte wonderbaarlijk. In een paar minuten was de man geheel hersteld. Wacht u even hier, dan ga ik even weg en breng u den sleutel terug. Nauwelijks was Peterson weg of vanuit een zijgang kwam iemand op haar toe. Een lange magere man, met een gezicht als van een oud indisch officier. Mag ik u even spreken. Mary keek den man verbaasd aan. Kent u mij ? Neen. . ,„. Toch hiebt u mij wel eens gezien. Ik zal u in vertrouwen nemen .... Ik ben de detective der maatschappij. Ik volg den slimmen Peter, alias Peterson, alreeds .vanaf het moment, dat hij zijn ' voeten op den engelschen grond zette, 't Is de grootste oplichter, die er is. Een geraffineerde dief. En nu ik bemerkte, dat hij op foeden voet met u probeert te omen, moet ik u wel waarschuwen. Diepe ontgoocheling. Mary was een modem meisje. Mary was een amerikaansche. Dus zij wist zich te beheerschen. Tusschen haar en den detective werd afgesproken, dat zij geen ophef zou maken, dat zij hem zou helpen en bij bet aan land gaan •niemand iets laten merken. De detective zou er voor zorgen, dat de slimme Peter direct werd in gerekend en wat hij ook van haar gestolen had, zij zou het direct terug krijgen. Net toen deze afspraak beklonken was, kwam Peterson terug en gaf haar den kajuitsleutel. 't Eerste wat Mary deed, toen ze weer in de hut terugkwam, was haar juweelen nazien. Zij had verschillende familiestukken en cadeautjes bij zich. Dingen van waarde voor haar, doch niet voor een ander, en ... . moeilijk om kwijt te raken. Eén sieraad maakte daar een uitzondering op. 't Was haar parelen collier, welken zij juist deze reis in Londen gekocht had. De collier had haar een kapitaal gekost. Dit was nu net iets voor een juweelendief. Geen gemakkeker buit kon men zich uit. denken. Zou ze de afspraak met den detective houden en de kans loopen, dat slimme Peter hem te slim af was. Waarom zou ze dat allemaal doen 1 Mary nam een kloek besluit. Ze ging met haar juweelenkoffertje naar den administrateur, ze kreeg een re^u en zag hoe de schatten in de brandkast werden gelegd en weggesloten. Mary sliep gerust en 's morgena was haar eerste gedachte wat die „verlegen" Mr. Peterson nou wel
mi-mmmmmm~ ONZE VRIENDINNETJES EN VRIENDJES
Opa's kleinkinderen in den zandbak
Fieke ais boerin
Onze Wim
Floris Snel l'/jjaar
zou doen. Blijkbaar hield hij zich ziek. Want ze zag hem niet meer. Mary wist wel beter. In zijn kajuit zat de slimmert en probeerde den sleutel na te gieten, waarvan hij zeker wel een wasafdruk had gemaakt. Eerst op den laatsten dag ontmoette zij hem weer. Hij nam afscheid van haar en hoopte, dat zij haar familie in gezondheid zou ontmoeten. In haar hart moest het meisje lachen om de poets» die zij den slimmen boef gebakken had. Natuurlijk was hij in haar kajuit geweest. Doch de buit had hij er niet gevonden. Die ging rustig en zeker met haar mee naar Philadelphia. Zoo dacht ze tenminste. Maar toen ze rustig thuis was en haar kamenier haar hielp met de koffers uit te pakken, zag deze boven in een van de koffers een keurig, gekleurd, briefje liggen. Het meisje deed, zooals een behoorlijke kamenier behoort te doen. Ze trok een gezicht alsof ze meende, dat het niets bijzonders was. Mary had niets te verbergen, opende dus het briefje en ze las tot haar verbazing. „Beste juffrouw Andrew. Hierdoor deelen wij u mede, dat alle sieraden die voor u een bijzondere waarde hebben, onaangeroerd zgn. Wij zullen het verhaal van den sleutel nooit vertellen. En de imitatie parels zijn zoo mooi, dat niemand 't zal willen gelooven, dat ze niet echt zijn, wanneer gij ze draagt en .... uw mond houdt, 't Was eigenlijk niet netjes, dat u uw woord gebroken heeft en het koffertje aan den administrateur gaaft. Doch we hadden 't wel verwacht en daarom duurde de conversatie met „den detective van het schip" wat erg lang. Daardoor had ook „de verlegene" tijd om zijn werk te doen. Veroorloof ons, dat wij teekenen, uw zeer dienstwillige dienaren.de beide slimmePeters " Tersluiks had de kamenier Mary's gezicht bestudeerd, terwijl zij het briefje las. Maar Mary was een modem meisje èn een amerikaansche. Dus had zij geen spier vertrokken. Wat doet u vanavond aan voor het verwelkomingsdiner ? De nieuwe parelen collier, zei Mary. En ze vertrok steeds nog geen spier. (Vrij naar het engelsch.)
PEDICURE HANSA Amsterdamsche straat 29 Scheveningen
VOOR SCHOONHEID-EN LICHAAMSVERZORGING MANICURE - PEDICURE - MASSAGE Speciale behandelina voor HAARGROEI - HAARÓITVAL BAARROOS ENZ. onder gar»lie.
Behandeling door gediplomeerden specialist VrMBl
Bellen blazen
Alida en ftafe
,
^^
Nog altijd toonde 't meisje niet de minste verbazing. „Neenx mijnheer, nog niet; maar over een half uur zal zij er wel zijn; mevrouw THURSTONE zou om half een thuiskomen." „Over een half uur? Zoo." Toen van, een ontmoeting met een ijdele liep hij met vasten tred verder en vrouw, die hem, op avontuur belust, opende de deur, die naar Chilcote's voor den mal' hield. Haar hondje heeft hem in de vingers gebeten. Dit heeft kamers leidde. De deur gaf toegang tot een breed hem tegen vrouwen gepanserd. Nadat de mannen afscheid hebben genomen, portaal. Aan den eenen kant bevond blijft Chilcote alleen in Loder's kamer. zich de studeerkamer, aan den anderen kant lagen de slaapkamer, de HOOFDSTUK IX. badkamer en de kleedkamer. Met een Alle menschen hebben in hun leven gemengd gevoel van vreemdheid en wel eens een gewichtig oogenblik, bekendheid — Chilcote had zijn be- # een moeilijk oogenblik, een triomfan- schrijving verscheidene malen hertelijk oogenblik. Loder had alle drie haald — legde hij zijn hand op den de categorieën gekend, maar nog knop van de deur der studeerkamer nooit in zijn leven had hij de zondraaide hem om. derlinge gewaarwording 'gevoeld, die en Er een vroolijk haardvuur over hem kwam, toen hij, — in een in debrandde kamer, het licht was opgeandermans kleeren — voor het eerst stoken en er heerschte een rust, die de huissleutel stak in de deur van de gedachte aan studie opwekte. Dit een andermans huis. kwam het eerst tot Loder's bewustDe sleutel gleed gemakkelijk in Daarop had hij zijn aandacht 't slot en zonder aarzelen draaide zijn. noodig voor meer dringende zaken. hij hem om, hoewel zijn hart, dat Toen hij binnenkwam, zette de gewoonlijk volkomen rustig sloeg, nieuwe secretaris juist een boek weg. gedurende een paar seconden sneller klapte. De enorme vestibule met Zoodra hij hem zag, zeide hij: „Ik maak juist eenige aanteekede donkere eikenhouten lambrizeeningen over den politieken toestand ring doemde ondanks het electrische van Khorasan." Hij zag Loder bij licht, dat er brandde, massief en deze woorden aan met iets vreessomber voor hem op. De verdere aditigs in zijn blik. Hij was een versiering was in bruin en zwart getenger, verlegen mannetje, dat een houden. Loder keek om zich heen, toen zeer bescheiden positie in de maatliep hij met kloppend hart de schappij bekleedde en een bijna overvestibule door en klom de trap op. tollige geleerdheid bezat — het Maar bij elke trede, nam zijn zelf- tegenbeeld van den vluggen, levenvertrouwen toe en werd zijn stap digen Blessington, dien hij had vervaster. Toen hij echter aan de vangen. Loder doorstond zijn blik niet bovenste trede kwam, begonnen zijn polsen opnieuw te jagen en ditmaal alleen met de grootste kalmte, hij' zelfs ernstiger dan eerst. Aan het vond er zelfs plotseling een eigeneinde van de breede, helder verlichte aardigen prikkel in een nieuw paaf gang zag hij een kamermeisje aan- oogen te ontmoeten. Hij trad op de komen, dat een oogenblik later voor schrijftafel toe en zeide: „Dank je. Greening, daar heb je hem zou staan. Een seconde duizelde 't hem voor goied aan gedaan." De secretaris keek op; het was zijn oogen; hij was er van overtuigd, dat nu de ontdekking zou volgen. duidelijk, dat dat antwoord hem Maar het meisje kwam stilzwij- eenigszins in verwarring bracht. Zijn gend nader en onwillekeurig liep geduld was trouwens al sterk op de Loder door. Hij was nu geen el meer proef gesteld gedurende de veertien van haar af; zij zeide niets; hij ging dagen, dat hij zijn nieuwe betrekking haar voorbij en zij bleef tegen den bekleedde. „Ik ben blij, dat u dat vindt, mijnmuur staan. heer," zeide hij aarzelend. „U haalde De spanning, hoe kort ook, was ontzaglijk geweest; maar nu zij plot- vanmorgen zoo'n beetje uw schouseling verminderde, volgde er een ders op over de kwestie, wat u zich sterke reactie. De - verwachte ver- misschien nog wel herinneren zal, nedering bleef uit en nu ontstond maar ik dacht —" Loder, die zijn overjas uittrok, eensklaps het heftige verlangen het bleef midden in dat werk steken en lot te tarten. Loder bleef staan, keerde zich om en riep het meisje. zeide: „Vanmorgen? Heb ik er vanmorDe plek, waar hij stond, was helder verlicht, daar juist boven zijn gen mijn schouders voor opgehoofd een electrische lamp van den haald!" Deze opmerking van zijn zolder naar beneden hing en toen secretaris gaf hem een heerlijke gezij naar hem toe kwam, hief hij vast- legenheid tot een verklaring, die veel beraden zijn hoofd op en wachtte. argwaan zou kunnen voorkomen. .„Je moet maar aan me zien te wenZij keek hem aan zonder eenige verrassing of belangstelling. „Wat nen, Greening. Je kent me nog niet. Ik ben een man van 'i oogenblik. blieft u, mijnheer?" vroeg zij. „Is mevrouw al thuis?" Hij kon Je hebt tot nog toe alleen maar mijn zoo gauw geen andere vraag be- zwakke zijde gezien, maar ik héb denken; het was trouwens alleen ook nog een anderen kant, die je af maar, om te zien of het geluid van en toe aan 't licht zult zien komen. „Je bent moe," zeide hij vriendezijn stem de proef doorstond.
IN ANDERMANS SCHOENEN^ door K. CECIL In dezen roman van de bekende engelsche schrijfster, dien ge hier kunt beginnen, wordt beschreven hoe op een avond in Januari bij het verlaten van het parlement John Chilcote, afgevaardigde voor East Wark, door een dikken mist wordt overvallen en in dien mist een gesprek met een voorbijganger heeft. Als de mist optrekt, blijkt, dat de beide mannen op verrassende manier op elkaar lijken. Chilcote is daardoor in de war. Hij excuseert zich door t« zeggen, dat 't zijn zenuwen zijn. De ander spot wat met de zenuwen. Chilcote staat er op met zijn „evenbeeld" kennis te maken. Het blijkt, dat deze John Loder heet. De vreemde ontmoeting heeft Chilcote nerveus gemaakt. Hij sliep slecht en voelt zich ellendig als AUsopp, zijn bediende, hem komt wekken. Na eenig aarzelen verlaat hij het bed. Hij gaat naar de kast en neemt daaruit morfine, waaraan hij sinds eenigen tijd verslaafd is. De uitwerking van het gift wordt spoedig merkbaar. Chilcote is zichtbaar opgefrischt. Blessington, zijn secretaris, komt hem over zaken spreken. Ondanks de morfine, voelt hij och door zijn werk bezwaard. Hij voelt de behoefte, alles er aan te geven, ook zijn politieke loopbaan. Blessington, die zelf een eerzuchtige jongen is, begrijpt daar niets van. Nadat de morfine uitgewerkt is, verslapt Chilcote weer. Alles hindert hem. Hij gaat- z'n huis uit en dwaalt door de stad. Zoo komt hij in een geheel andere wijk, als daar waar hij gewoonlijk vericeert. Er komt een rijtuig aan. Chilcote roept het aan en Iaat zich naar Cardogan Gardens rijden, naar Lady Astrupp, een zeer jonge, zeer mooie en wufte weduwe. Zij ontvangt hem als haar vriend en vertelt van haar nieuwste hobby, het gedachten lezen door een kristallen bal. Zij vertelt hem, dat zij een boek leest Other men's shoes, waarin van de groote gelijkenis van twee mannen sprake is. Na het bezoek aan Lady Astrupp gaat Chilcote naar het parlement. Hij moet spreken, maar voelt zich plotseling te ziek. Hij verlaat het parlement en rijdt naar huis om zoo spoedig mogelijk morfine te nemen. Dan gaat hij naar Loder, zijn dubbelganger's huis. Deze ontvangt hem niet alleen met bevreemding, maar ook met tegenzin en vertelt hem van zijn. eigen ontgoochelingen. Door schuld van anderen is hij zijn geld kwijt geraakt en nu verplicht voor zijn onderhoud te werken. Hij is cynisch geworden en vraagt Chilcote waartoe hij eigenlijk wel dienen kan. Deze doet hem het voorstel, om net als in het bock, met elkaar van positie te ruilen. Eerst werpt Loder de gedachte ver van zich af. Doch den volgenden dag krijgt Chilcote een telegram. Loder vraagt hem om naar zijn woning te komen; hij accepteert 't voorstel. De voorbereiding wordt getroffen. Allerhande moeilijk. heden zijn te overwinnen. Son\s schijnt het plan te mislukken. Plotseling komt Chilcote bij Loder en zegt, dat hij hem moet vervangen. Hij kan 't niet langer uithouden. Alles wordt in orde gemaakt. Bijna hadden zij de ringen vergeten, die Loder's lidteekenen moest bedekken. Hij vertelt Chilcote de geschiedenis er-
'-
=J
«,^v™.-
-
.■5«^'
lijk. „Ga naar bed. Ik blijf nog wat nazien hkr. Goedennacht." En hij stak hem zijn hand toe. Greening legde er half aarzelend de zijne in; hij wantrouwde dezen nieuwen kant van dat zoo gecompliceerde karakter. „Goedennacht, mijnheer," zeide hij. „Als u mijn aanteekeningen niet nutteloos vindt, zal ik er morgen mee doorgaan. Ik hoop, dat u een goede nachtrust zult hebben." Een seconde trok Loder verbaasd zijn wenkbrauwen op, maar oogen. blikkelijk begreep hij dien wensch en antwoordde: „Dankje, Greening. Ik hoop, dat je wensch vervuld moge worden." Hij keek den kleinen secretaris na, die bijna onhoorbaar bet vertrek verliet; toen ging hij bij het vuur staan, leunde met zijn elleboog op den schoorsteenmantel en liet zijn kin op zijn hand rusten. Een tijdlang stond hij daar zoo, volkomen onbeweeglijk; toen viel zijn arm langs hem neer en keerde hij zich langzaam om. In die oogenblikken had hij de dingen overwogen en zijn gedragslijn afgebakend. De lichte zenuwachtigheid, die aan zijn ietwat brusque wijze van spreken merkbaar was geweest, was verdwenen en hij kon nu den toestand met rüstigen, vasten blik onder de oogen zien. • Nu hij zijn gewone kalmte herwonnen had, nam hij de kamer eens nauwkeurig op. Zijn oogen schitterden, toen zij van de muren geheel ingenomen met boekenlasten vol met gebonden boeken, naar de lampen dwaalden, voorzien van elegante kappen, die het licht aangenaam temperden; van de lampen naar de schrijftafel, waar elke benoodigdheid op te vinden was; van de schrijftafel naar de stoelen zoo uitstekend geschikt om in te lezen, te schrijven of na te denken. Niets ontbrak er. Alles, wat hij eens had bezeten, was hier, maar op nog grooter schaal. Om de weelde van den rijkdom goed te genieten, moet men ze gekend en dan een langen tijd ontbeerd hebben. Loder had eenvoudig geleefd en zoo streng, dat hij tot voor drie weken gemeend had, boven alle verleiding van de wereld te staan. Toen had de stem van de wereld gesproken en in zijn binnenste had een andere stem geantwoord op zulk een luiden, dringenden toon, dat zij zijn verbaasden en ongeloovigen tegenstand het zwijgen oplegde en dapper haar eischen deed gelden. Dat was de stem van zijn onderdrukte eerzucht geweest; maar nu hij in deze nieuwe omgeving stond, verhief zich nog een andere stem; de vreugde, het genot, dat materieele zaken verschaffen, werden plotseling weer levendig bij hem en verdrongen het laatste restje van de philosofie, die hij zoo trouw had aangekweekt. Langzaam liep hij de kamer door, bleef staan bij de schrijftafel en keek daar de verschillende papieren na. Naast die papieren lag een stapeltje nog ongeopende brieven. Hij nam 1
VRAAG EN ANTWOORD /. v. d. S., Scheveningen vraagt Zoudt u mij kunnen inlichten over dammen en schaken, wat van deze beide het ingewikkeldste is. We hebben daarover geschil. Antwoord. Over het algemeen houdt men schaken voor ingewikkelder dan dammen. Het feit alleen, dat ge met zooveel. steenen van verschillende beteekenis werkt, is hiervoor al reeds een bewijs. Hiermede wil ik volstrekt niet zeggen, dat in het damspel niet veel zit. Mevr. J. W. v. T.. Den Haag. De bes e wijze om smake'.ijke aardbezienjam te maken, is de volgende: Ge neemt liefst niet te groote aardbeien, doe er de steeltjes af, wascht ze een paar maal af,, zoodat het zand er goed afgespoeld is, neemt alles wat onrijp of , reeds aan het verrotten is, .er af, weegt na hoeveel ge overgehouden hebt en neemt dan tweemaal dit gewicht aan suiker. Alles te samen moet aan den kook gebracht worden, zonder toevoeging van water, bijna gestadig moet geroerd worden om aanzetten te voorkomen. Vooral moet een groote pan genomen worden, omdat de aardbeien hoog opschuimen als zij op kookpunt staan en anders dus licht zou overkoken. De aardbeien moeten zoolang op staan, totdat een gedeelte van het water, dat zij bevatten, verkookt is en de jam dus voldoende dik is. Dan kan later, als deze voldoende afgekoeld is, de jam in de goed gereinigde, liefst uitgekookte jampótten gedaan worden en bedekt met een in brandewijn gedrengd op maat gesneden stukje perkament papier belegd worden. De jampot moet met een goed sluitenden deksel gesloten worden, of met een vierkant gesneden stuk perkament, dat stevig met een bandje of koordje om den pot gesloten wordt. Op deze wijze kunnen de potten wel eenige jaren geconserveerd blijven. Na een korten tijd staan, zult ge merken, dat de jam niets te zoet is, de groote hoeveelheid suiker voorkomt tevens het beschimmelen.
ze een voor een in zijn hand; ze waren dik en zagen er alle belangwekkend uit. Hij glimlachte bij de herinnering aan 't geen de post hem bracht: meestal niets, en anders lange, zware of kleine dunne couverten — onwelkome manuscripten of zeer welkome cheques. Toen hij de brieven bekeken had, legde hij ze aarzelend weer neer. Het was zijn taak ze te openen, maar nog nooit in zijn leven had hij een couvert geopend, dat aan een ander geadresseerd was. Hij bleef besluiteloos staan en woog ze op zijn hand. Toen kwam er plotseling een uitdrukking, van verrassing op zijn gezicht; hij hief luisterend zijn hoofd op. Iemand stond stil voor de deur, die Greening op een kier had laten staan. Er volgde klaarblijkelijk een oogenblik van twijfel, toen het geruisch van zijden rokken, een haastig, onzeker tikje en de late bezoekster trad binnen. Een paar seconden bleef ze op den
- -. - -
——
-«■T^^^^*?^^
drempel staan; maar toen Loder niets zeide, kwam zij naderbij. Zij was waarschijnlijk juist van een soiree thuisgekomen, want hoewel zij haar lange handschoenen uitgetrokken had, droeg zij nog een rijken avondmantel van bont en kant. Dat zij Chilcote's vrouw was, voelde Loder instinctmatig, zoodra zij de kamer binnentrad; maar deze zékerheid werd gevolgd door een benauwende verwarring van denkbeelden. Hij stond bij de schrijftafel; geheel besluiteloos. Eindelijk keerde hij zich haastig om en keek haar aan. Zij had haar avondmantel afgelegd en stond nu bij het vuur. De gewoonte van alleen door 't leven te gaan was merkbaar aan een zekere zelfbewustheid, een groote rustigheid van houding; toch had haar .gestalte, zooals ze daar stond in een zacht, bleekblauw avondtoilet met dien achtergrond van donkere boeken, iets zeer jeugdigs, dat sterk met die houding contrasteerde. Met verwondering herinnerde Loder zich, dat Chilcote herhaaldelijk van „koud" en „onsympathiek" had gesproken. Hij voelde in haar tegenwoordigheid niet de vrees voor ontdekking en vernedering, die hij gevoeld had bij de ontmoeting met de dienstbode. Maar er was iets in haar gezicht, dat hem een veel pijnlijker gewaarwording gaf: een uitdrukking van welwillende vriendelijkheid, die zorgvuldig een ander gevoel verborg, — of dat wantrouwen was of een onverschilligheid, die zelfs naar afkeer zweemde, kon hij niet uitmaken. In pijnlijke besluiteloosheid bleef hij staan, sorteerde de brieven en wachtte, wat zijv zeggen zou. Alsof ze zijn gedachten ried, kwam ze een paar passen naderbij en zeide: „Ik ben bang, dat ik ongelegen kom; als je bezig bent..." Loder's hoffelijkheid was terstond opgewekt. Hij was. zijn leven begonnen met de vrouw hoog te stellen en haar woorden deden dat oude gevoel herleven. „Neen , neen, volstrekt niet. Ik kijk — mijn brieven even door. Je moogt jezelf niet lager stellen dan brieven." Hij voelde, dat de toon van zijn stem gejaagd klonk, maar Eve scheen het niet te bespeuren. Zij toonde in tegenstelling met Greening absoluut geen verwondering. „Ik heb bij de Fraide's gedineerd," zeide zij. „Mijnheer Fraide heeft me een boodschap voor je gegeven." Loder was zich niet onbewust, dat hij glimlachte. Het denkbeeld, dat de groote staatsman hem een boodschap zond, was niet zonder humor. Intusschen schoof hij een van de gemakkelijke stoelen bij 't vuur en zeide: „Werkelijk?... Wil je niet gaan zitten?" Zij stonden nu dicht bij elkaar en hij zag haar vlak in haar gezicht. Opnieuw verbaasde hij zich. Chilcote had meer dan eens- gezegd, dat zij opgang maakte in hun kring en dat zij zeer intelligent was, maar nooit, dat zij mooi was. En nu bleek zij een zeldzame en ongemeene schoonheid _—
te bezitten. Heur haar was zwart, haar groote oogen hadden een bijzonder zuivere blauwe kleur en haar donkere wenkbrauwen waren zeer fraai geteekend. Loder betrapte er zich op, dat hij haar met bewonde ring aanstaarde. „Wil je niet gaan zitten?" zeide hij nog eens, niet zonder eenige verlegenheid. „Ja, — dankje." Zij nam den haar aangeboden toel; maar Loder bemerkte, dat zij — hoewel zonder de minste ostentatie — haar japon naar zich toetrok, toen zij langs hem heen ging. Deze handelwijze hinderde hem, hoewel hij er zich geen rekenschap van wist te geven, waarom. (Wordt vervolgd.)
91
VOOR ONZE LEZERESSEN No. 71318. Allerliefste Meisjetjurk voor den zomer, en in den winter voor kinderpartijtjes. Hij kan gemaakt worden van batist, voile, dunne zijde enr^ en gegarneerd met strookjes van lint, kant of anderszins. Verkfijgbaar voor den leeftijd van 6 tot 8 jaar. Benoodigd van 95 c.M. breede stof 2,50 M., van strookjes garneering 1,80 M., lint voor de ceintuur 2,25 M. No. 71319. Keurig matrozenpak voor jongens van 2 tot 8 jaar. De broek kan gemaakt worden van donkerblauw katoen en de blouse van wit katoen. Benoodigd van 70 c M. breede stof voor de blouse 1,75 M , van 70 c.M. breede garneerstof 0,35 M. en van 105 c.M. breede slof voor de broek 0,5 M. -'
Bezoekt te Scheveningen
CENTRAL PAVILLON en
CENTRAL DIELE HET Cabaret van Scheveningen
ELECTRO-RADIO Populair tijdschrift op het gebied van Electriciteit en Radio Verschijnt Vrijdags om de veertien dagen Abonnementsprijs f2.— per half jaar bij vooruitbetaling Vraagt proefnummers aan bij de Admin. HOFWYCKSTRAAT 9, DEK HAAG TELEF. H. 7577
Geopend een naar de eischen des tijds ingerichte Salon van de ouds gerenommeerde
HABLÉ-WAFELS Lunch- en Tearoom Aangenaamst en rustigst zitje van Scheveningen, halte lijn 8, tegenover de „Seinpost" Rijwielbewaarplaats Zelfde firma als op de Boulevard, Zeekant 9 Telefoon 50318
1
NEDERLANDSCH-INDIË KANTOOR VOOR ADVIEZEN ten behoeve van hen, die voor het eerst naar Indië vertrekken, door een dame, volkomen op de hoogte van Indische toestanden. Desgewenscht ook les in Maleisch. Inlichtingen gratis, VAN SLINGELANDTSTRAAT 14 DEN HAAG
CKLINKERT Prof de danse Amsterdam Tel. 24232
te Zandvoort
K
No. 71318-
Deze modellen zijn met toestemming der fa.- Weldon Ltd. te Londen, ontleend aan de Weldons Modebladen. Geknipte patronen zijn tegen toezending van f 0.66, ingeregen patroon mantel f 1.80, japon en mantelcostuum f2.75, blouses en kindergoed f 1.50 en strijkpatronen ä 25 cent per nummer franco te bekomen bij Mevr. Milly Simons, 2e Schoytstraat — 261, Den Haag —
WENKEN EN RECEPTEN Inkt, die door [ang staan dik is geworden, moet men niet met water verdunnen, daar de kleur daaronder lijdt. Men voege een weinig azijn bij den te dikken inkt en de kleur zal eerder krachtiger dan flauwer worden. Vlekken in flanel kan men verwijderen door de plek, waar de vlek zich bevindt een half uur teweeken in gelijke deelen eigeel en glycerine en daarna 't kleedingstuk in lux uit te wasschen. Amerikaansóhe groentensla: allerlei restjes van groenten (doperwten, wortelen, peulen, roode biet, spercieboontjes, snijboontjes, of iedere andere groente, behalve bïadgroente) aan schijven gesneden koude aardappelen, fijn gesneden augurken en plakken biet, mengt men dooreen in een slabak. Hierover giet men een saus, gemaakt van 2 fijngewreven harde eieren, een theelepel mosterd, een theelepel suiker, een lepel slaolie en azijn naar smaak. De aangename smaak der salade wordt zeer verhoogd, indien men er den inhoud van een klein blik ananas doorheen werkt. Men begrijpt, dat men deze salade op allerlei manieren varieeren kan. Koude zalmdaube. Men maakt den inhoud van een groot blik zalm fijn, voegt er eenige fijn gesneden augurken bij, wat fijngesneden biet, een fijn gesneden uitje. Nu lost men 25 gram gelatine op (neem eenige roode en de rest witte bladen) in een liter water met azijn vermengd,
No. 71319
waarin men een paar kruidnagels, 2 laurierbladen, een snuifje peper en een snuifje zout heeft laten trekken en giet dit vocht door een zeef op 't zalmmengsel. Roer dit flink dooreen en doe 't mengsel in een steenen-puddingvorm; stort de zalmpudding, als ze koud en stijf is op een schotel, garneer die rondom met sla, biet, enz. en presenteer er een zure eiersaus of mayonnaise bij. Dit is niet alleen een lekkere, maar ook een zeer smaakvolle schotel.
EENIGE VRAGEN
H
//. G. te Goes vraagt: Ik heb al lang in. mijn kast liggen een paar donkergrijze glacé handschoenen (nooit gedragen). Toevallig kreeg ik ze dezer dagen in handen en ik zag tot mijn spijt, dat ze vol groote vuilgeelachtige vlekken zaten, waarschijnlijk door vocht, want ik bewoon een erg vochtig huis. Zijn deze handschoenen nog van vlekken te bevrijden en in oorspronkelijke kleur te krijgen?^ Antwoord f U kunt probeeren de handschoenen bij een handschoenen-wasscherij te laten wasschen. Ook kunt gij zelf de handschoenen een korten tijd in benzine leggen, dan aantrekken en met een linnen doekje droogwrijven. /. H. v. L. te Amsterdam vraagt: Zeer gaarne zou ik van u willen vernemen, hoe ik bloedvlekken uit een groene wollen crêpe-marocaine japon kan verwijderen. Antwoprd: Wasch de bloedvlek voorzichtig met laiiw-watm zeepsop (b.v. Sunlightzeep). Spoel de zeep er goed' uit. Is de vlek nog niet weg, dan kunt u 't probeeren met lauw-warm pékelwater.
.—--^^^^^^^
■
JONGENS EN MEISJES
De Anatomische Les
EEN HOEKJE APART1
(Op rijm.) Uit het dictaat van een medisch-student.
ONDER REDACTIE VAM TANTB UZB
•^root was het aantal goede an.twnr.rden dat ik ontving op het ingezonden raadsel van Luentje Peters, Voorbroodstnaat 130, Arnhem, geplaatst in het 13 Juni-nummer van de Wereldrevue. Hieronder volgt de goede oplossing: Met k ben ik een voedingsmiddel = kaas. Met b ben ik iemand die orders uitdeelt = baas. Met v ben ik iets, waar tnen bloemen in plaatst = vaas. Met h ben ik een dier = haas. Met m ben ik een rivier = Maas. „Zonder „hoofd" ben ik iets, dat door den visscher gebruikt wordt = aas. En dan volgen alle namen der prijswinnaars: Lena Diepgrond, Oeterwalerstr. i6hs, A'dam; Marietje Gans, Weesperstr. 58, A'dam; Bernhard Kohl, Westerstraat I22hs, A'dam; Gretha de Vries, 2e Jan Steenstr. 96 III, A'dam; Johan van Hal, Staalweg 48, Apeldoorn; Comelis Bronkhorst, Klarendalscheweg 279, Amhem; A. Majoor, Schulpweg 139, Beverwijk; Rica van Dijke«, Rotterdamscheweg 66, Delft; H. J. -Hulsegge, Middelweg 27, Deventer; Loülon Broda „Hugeswil", Herténlaan, Den Dolder; Annie Berserik, Vaillantlaan 191, Den Haag; J. Hoevenaar, Fahrenheitstr. 619, Den Haag; Lieka van Rhijn, Groot Hertoginnelaan 224, Den Haag; Jantje Meier, Oostvest 26, Haarlem; Joh. Christiani, Schagen&tr. 34, Den Helder; J. Liansink, Eendrachtstr. 19, Tuindorp Hengelo; Leni Gewald, Noordweg 51, Kampen; D. Kuipers, Medusastraat 10a, Leiden; »F. Prins, Café Spoorzicht, Olst; Jannie Derksen, Geelkerkenkamp 16, Oosterbeek; Mathien v. d. Laar, Beatrijsstr.-51, R'dam; P. Spruit, Meerdervoortstr. 71, R'dam; Annie Stam, Bingleystr. 30, R'dam; Jopi Giard, 2e Dehstraat 25, Utrecht; Marianne van Raalt, Emmaplein 8, Vlaardingen; Leida v. d. Wal, Windesheina.
DE NIEUWE PRUSVRAAG Deze keer heb ik weer eens een vakjesraadsel bedacht: V
.
IJ V E
XX. SCHOUDERBLAD
BOVENARM
JDEARTT VOOBARiM
SPAAKBEEN
EULE PUP
a b c d e
GRAPPEN
DE ARM. Men vindt, gaat men den arm ontleden, Een boven (opper) arm, alsmede Een voorarm, maar gelijk men weet. Is zonder hand geen arm compleet. De bovenarm, een been met ronden Kop, dat aan den gordel is verbonden, Vormt een gewricht met't schouderblad, Dat tot dit doel een kom bevat. Aan den voorarm zijn gezeten: Spaakbeen en ellepijp, te weten. Het spaakbeen aan de duimenkant De ellepijp bij den pink der hand.
ELKE WEEK EEN VRAAG. H. G. te Goes vraagt: Hoe heeten tegenwoordig al de Ministeries en hoe heeten de Ministers van de verschillende Departementen? Antwoord. Nederland heeft tien Ministers. Voorzitter van den Ministerraad is Jhr. Ruys de Beerenbrouck, Minister van Binnenlandsche Zakenen Landbouw. Jhr van Kamebeek is Minister van Buitenlandsche Zaken, de beeren Colijn van Finantiën, de Graaff van Koloniën, van Swaay van Waterstaat, Aalberse van Arbeid, Handel' en Nijverheid, Heemskerk, van Justitie, de Visser van onderwijs. Kunsten en Wetenschappen, Westerveld van Marine en van Dijk van Oorlog. De Ministers tezamen vormen den Ministerraad. Zij worden ook wel hoofden der departementen genoemd.
RAADSELS
ds werkelijk heel licht. zorgt voor zoete spijs. is uw moeder zeker. vindt ge in de keuken. treft ge in de tuinen.
Hoe maakt men met een „mes" en „teer" Den titel van een deftig heer?
VOOR DE OUDEREN
ONZE KLEINEN Marietje, die voor het eerst een buU dög ziet, vraagt haar vader: Pappie, maakt die waf-waf nou zoo'n leelijk gezicht, of heeft ie 'f van zich zelf? . Kliaartje, die voor het eerst van ^m^lk" van een cocosnoot hoorde, vroeg of de melkboer die erin deed. ,MV
i.
il
- 11
'
1
.i i- ui 'iWin
■.-
IDE VROOLIJKE BLADZIJ
HAND
R
Rij Rij Rij Rij Rij
„Wacht u even," zei de vrouw, „ik zal een boek onder een van de pooten leggen, dan zit u beter." De antiquair zag direct, dat dit geen gewoon 'boek was en vroeg of hij het even zien mocht. Het bleek in menschenhuid gebonden en een oud latijnsch werk te zijn, waarvan slechts drie exemplaren bestaan. „Wil je me
Eigenaardige vondsten. Een antiquair in Antwerpetv, zoo vertelt Tit bits, had gehoord, dat een vrouw eenige oude schilderijen bezat. Hij ging haar opzoeken en zij bood hem een stoel aan, die betere dagen gekend had.
Een Graanhandelaar, die door zijn concurrent voor oplichter was uitgemaakt, had daarvan een aanklacht ingediend. In de rechtszaal, waar aanklager en beklaagde al aanwezig waren, liet echter de verdediger van beklaagde op zich wachten. Na eenigen tijd komt deze haastig binnen, maakt zijn verontschuldiging aan de rechtbank en wendt zich tot den aanklager en beklaagde : „Neem mij niet kwalijk beeren, hoe zit dat ook weer, ik heb zooveel zaken te behandelen, dat ik werkelijk de een met de ander verwar, hoe was het ook weer, wie was de oplichter" ? „Ik Meneer", riep de aanklager. „Nu", zei de advokaat, „als u het zelf ook zegt, behoeft de zaak geen verdere behandeling".
Onze kleine encyclopedie« Blauwzuur. Een chemische verbinding, die ontstaat bij het distilleeren van bittere amandelen of pitten van kersen en perziken, fijngestooten en in water opgelost. Het is een sterk vergiften wordt ook als middeltegen asthma en hartziekte gebruikt. Blauw zucht. Een ziekte, die ontstaat van een te langzame bloedsomloop door zwakke werking van het hart. Blaudschè pillen. Een middel tegen bloedarmoede, dat door den franschen arts P. Blaud, werd uitgevonden. De pillen bevatten zwavelzuur, ijzer en koolzure kali. Blauw. Bekende kleur, welke in de wapenkunde door loodrechte, dicht bij elkaar geplaatste lijnen wordt voorgesteld. Blauw-boek (blue books), zijn de drukwerken, welke aan het engelsche parlement worden voorgelegd. Meestal bevatten zij mededeelingeh over de verbindingen en besprekingen met het buitenland. Den naam ontkenen zij aan de blauwe omslagen.
\
De ware reiziger. (Treingesprek) .Heeft u Zwitserland bezocht?" ' .Natuurlijk, Mooi land!" „Zljt ge op de Matterhorn geweest?" - vtSpreekt vanzelf; Prachtig breede rivier " O, hoe intressant. Tuinman, die zich komt aanmelden tot den vader: „Ik heb .goeie getuigen m'nheer. Ik heb ook ereis bij m'nheer Luidvanstem gewerkt, u weet wel, die man die aan het tooneel is." Dochtertje (dol op 't tooneel): ,0 vader, neemt u dien man. Hij kan ons een introductie bij den acteur bezorgen!" Hg was al. Voor de bioscoop stondeen man in een keurig pakje. De vreemdeling vroeg of de film die vertoond werd goed was. »M'nheer, 't is niks. Oa er niet naar toe." 9't h heel eerlijk van je om me te waarschuwen, maar verstandig is het niet van je. Als je patroon 't hoorde zou hij je zeker ontslaan." .0," zei de man, dat ben ik al sinds van middag.' ' Dat duurde te lang. De firma Van Kalenburg bestelde baar voornaamste leverancier een mooie order. Deze telegrafeerde terug: Kan de order niet uitvoeren alvorens betaling vorige. Daarop telegrafeerde Van Kalenburg terug: Kan niet zoo lang wachten, order vervalt. Steeds erger. "n Oude jongejuffrouw moest als getuige verschijnen. De rechter deed de gebruikelijke vraag omtrent den leeftijd.
Op het gevaarllike pad Zij: Vader zal er wal heel veel belang in stellen, wanneer ik hem alles vertel, Wat gis me over uw zaak hebt meegedeeld. Hij: (vol verwachting) Ik hoop, dat hij hét zal doen. Zij: Nu, daar kunt ge zeker van zijn. Hij is inspecteur van de belastingen.
een goedhartig mensch was moest hij haar, met het oog op zijn gezondheid, wel weg 1 sturen. \\t\ meisje vroeg om getuigen en zij kreeg die: Charlotte Vleeschbederfster is twee jaar bij mij geweest als keuken^ meisje, zij verlaat mij omdat ik ziek werd. Niet vlug van begrip. Zij (verontwaardigd): .Wat, hoe durft gij, een man met zulk een verleden, mij ten huwelijk te vragen. Ik moet me bedwingen om de politie niet op te bellen, teneinde u te verwijderen." Hij (onverstoord): „Moet ik dat als een weigerend antwoord beschouwen ?" Qoede raad. Hik: .Wanneer je ooit geld wilt leenen doe het dan van een pessimist" Bik: .Waarom van een pessimist." Hik: »Die is niet teleurgesteld, wanneer je het niet terugbetaalt. Hij verwacht niets anders." Het voornaamste. Mijnheer Nieuwrijk (die pas met zijn auto een fietser omver heeft gereden tot z'n chauffeur): „Jammer John, dat we dien man zijn naam en adres niet hebben, 't Zou mogelijk zijn dat hij iets aan de wagen beschadigd had." De dame aarzelde met antwoorden. „Wacht nou niet langer," zei de onbeleefde magistraat, »'t wordt elke minuut meer."
Waarom 2$ wegging. Een alleenwonend heer had een keukenmeisje, die meesterlijk verstond alle spijzen te bederven. En ofschoon de man
HET KORTE VERHAALTJE Van anderer menschengeld. Zoolang hij leefde, had hij zelf nooit iets kunnen verdienen. Altijd had hij van de verdiensten van anderen geleefd en het moet gezegd worden, dat hij het met bijzondere geschiktheid wist te doen. Hq was in dit opzicht brutaler dan wie ook. Qing recht op zijn doel af, spaarde niemand. En zelfs menseben, die in den regel gierig waren buiten elke verhouding, gaven hem hun geld en glimlachten erbij. Zoo was hij er in geslaagd om zich een rijkdom te verwerven, grooter dan hij ooit had kunnen droomen. Ben rijkaard van andere menschen hun geld. Toen besloot hij tot iels wat hem tot nu toe onbereikbaar had geschenen. ^^^^^^_^^^____
Hij wilde een kasteel bouwen. Het kasteel zou torens hebben en een slotgracht. En al zijn vrienden zouden groen van naijver worden wanneer ze het kasteel te zien kregen. Doch ondanks het geld dat hij bij elkaar had weten te brengen, bleek het toch nog niet genoeg om z'n plannen te voltooien. En toen voelde hij wat het wilde zeggen arm te zijn. Maar hij gaf den moed niet op. Hij besloot nieuwe slachtoffers te maken en langs het strand loopend zag hij er een, die hem wel leek. „Oom," lispelde hij, „geef me alsjeblieft een kwartje, nicht Marie heeft me d'r ook een gegeven. Dan kan ik een ijzeren schep koopen en 'n prachtig kasteel bouwen."
WgSHEDEN
[
De hoofdzaak is niet hoelang gij werkt en hoe hard. 't Belangrijkste is wat ge bereikt hebt. Ben glimlach is het beste licht op het levenspad.
Me]. S. de G. ieJs Gravenhage schrijft mij: Mag ik u even lastig vallen met het volgende, dat mij voortdurend bezighoudt ? Ik ben 23 jaar en sinds twee jaar op een kantoor, waar het mij uitstekend bevalt. Wij zijn er slechts met ons drieën, de boekhouder, een jong meisje als klerkje en ik. Mijn werk is typiste. Uit den aard ben ik veel met mijn chef samen. -■ Hij -is een sympathiek' man en ik heb het gevoel, dat hij geen gelukkig leven thuis heeft. Ik voel, dat ik hoe langer hoe meer tot hem aangetrokken wordt. En ik geloof ook wel, dat dit met hem het geval is. Hij is getrouwd en heeft een dochtertje van vijf jaar. Wat moet ik doen ? Blijf ik, daói vrees ik, dat ik mijn gevoelens niet langer zal weten te beheerschen. En heengeen is ook heel hard, eerstens omdat ik goed betaald word en het er erg naar mijn zin heb. En dan ook om hem. Antwoord. Uw geval is weef een bewijs, hoe gevaarlijk dikwijls het z.g. gemengd personeel kam zijn. Het verheugt mij, dat ge zoo verstandig zijt, om raad te vragen vóór het te* laat is. Er zijn meisjes genoeg, die veel te lang wachtten en dan was het te laat. Zij werden zelf ongelukkig of verstoorden het geluk van anderen. In uw geval is er maar één weg: Zorgen, dat ge u beheerscht. Vermijden, dat ge een huishouden ongelukkig maakt. Wanneer ge met uw drieën op kantoor zijt, kunt ge 't best arrangeeren, dat gij niet teveel met uw chef alleen zijt. Tracht zooveel mogelijk den intiemen toon te vermijden en geef noch door uw gedrag noch door uw kleeding aanleiding aan hem om te meenen, dat gij hem genegen zijt. Is u dat te moeilijk, neem dan uw ontslag. Probeer eerst iets anders te krijgen. Doch weet, dat zelfs een tijdelijk verlies van uw betrekking het waard is om u zelf en den man met zijn gezin voor een ongeluk te behoeden.
Een der voornaamste factoren in de portretfotografie, de factor,-die in staat is de gelijkenis te doen slagen en te bederven, is de verlichting. Omdat een fotografie een machinaal afschrift is van de natuur, denkt men wet eens, dat een fotografie gelijken moet. Daarbij vergeet men gewoonlijk den zeer belangrijken invloed der verlichting. Veel licht nu is een goed ding, doch waar veel licht is, is ook voel schaduw en ook schaduw is een goed ding, doch men kan zelfs van goede dingen te veel krijgenEen portret, zal het goed zijn en gelijkend, moet goed verlicht zijn. Nu meent men veelal, dat daarvoor bepaald een atelier noodig is en de amateur, wiens portretten mislukken, schuift het natuurlijk daarop. Als hij maar eens een atelier had, dan zou men eens wat anders van hem zien! We denken daarbij heel stilletjes even aan het spreekwoord van een slechten schrijver, die nooit een goede pen heeft, doch de waarheid is, dat een amateur in een atelier, als hij het licht zelf eens moest gaan regelen, er ook al niet zoo heel veel van zou terecht brengen. Verlichting is iets dat men moet leeren door studie en oefening, doch dat is volstrekt niet zoo moeilijk dat men zich daardoor behoeft te laten afschrikken portret-fotografie ter hand te nemen. Wat doet nu de beginner die een portret in een kamer gaat maken? Hij volgt zijn natuurlijke neiging en plaatst zijn model zoo dicht mogelijk bij het venster, en om ruimte voor beweging te hebben, gaat hij met zijn toestel zoo ongeveer midden in de kamer staan. Hij is zoozeer in beslag genomen door andere moeilijkheden, dat het hem geheel ontgaat aan de verlichting de noodige aandacht te schenken, doch als wij nu eens goed nadenken, zal het ons niet moeilijk vallen, ook zonder modellen voor ons, uit te maken, dat de verlichting van iemand, die op die wijze geplaatst is, volstrekt niet deugt. Wel is hij sterk verlicht, doch dat is juist de kant die van het toestel is afgewend. De kant die naar het venster is gericht, is zeer fel verlicht, doch de kant die men ziet van uit de standplaats van het toestel, is bijna pikzwart. (Wordt vervolgd.)
CAPI _*
■
;
;
NUME6EN GRONINOfM
lÜlil
-T'
LEVENSPROBLEMEN
ffQ&BENCraOIOOHfKrf
Oe welriekende nacht-orchis
~
Fotografeeren voor iedereen
r-ÉÜI--, CAMCR/I» Oe gevlekte orchis
—
Joh. W. v. L., Rotterdam schrijft ons, dat hij verloofd is en veel van zijn meisje houdt. Zij is echter heel stil en spreekt nooit over haar liefde. Dit hindert hem erg. Hij weet nu niet of dit aan onverschilligheid moet toegeschreven worden of aan den aard van zijn meisje. Wat moet ik doen, vraagt hij, moet ik trachten haar mond te openen of moet ik het afmaken ? Wij zijn beiden nog heel jong en ik zou het vreeselijk vinden, indien wij ons geluk niet in en met elkaar konden vinden. Antwoord. Het is wel moeilijk om over den aard van uw meisje te oordeelen, terwijl ik haar nog nooit gezien of gesproken heb, terwijl u haar niet doorgrondt, terwijl gij haar toch allang kent. In het algemeen is stilzwijgen geen bewijs van gebrek aan liefde. Een meisje is vaak uit haar aard verlegen en durft zich niet zoo goed uit te spreken. M. i. is er niets op tegen, dat gij haar vraagt of zij werkelijk van u houdt, openhartig met haar spreekt en zegt, dat wanneer zij soms berouw heeft, dat zij het maar liever vertellen moet, dan te zwijgen. Gij moogt haar ook laten merken, dat gij behoefte aan een vriendelijk woord, aan een teeken,van liefde hebt. Wanneer ge dat gesprek kalm en met liefde houdt, och dan zal ze wel loskomen. M. E. R. CURIUS.
-
- ---—--^. --^-
. ,
-
KANAR1A Vraag J. L.
Ie. Hoe oud kan een kanariewijfje worden, dat zij nog geschikt voor de teelt is, m.a.w. dat zij nog eieren legt, enz.? 2e. Ik heb 4 jonge vogels, n.1. 1 nestje jongen van ongeveer 6 weken oud, waarbij er één is, dat nog in 't geheel geen zaad eet, maar wel uitsluitend beschuit in water geweekt. Is dat wel goed en wat er aan te doen? , Antwoord: Ie. Tot op welken leeftijd een kanariewijfje nog vruchtbaar is en dus eieren legt en deze uitbroedt, hangt geheel af van omstandigheden en een bepaalden leeftijd is daarvoor dan ook absoluut niet mogelijk op te geven. Ook in de dierenwereld is het eene wijfje veel vruchtbaarder dan het andere en loopt de vruchtbaarheidsgrens ook veel uit elkander. Is u in het bezit van een .éénjarig kanariewijfje, dat dus nog nimmer als fokvogel gebezigd is (wat een leek bij het aankoopen toch niet zien kan), dan kunt u daarvan wel 3 ä 4 jaren genoegen hebben en mogelijk nog langer zelfs. Wij kweekers houden ze echter in den regel niet zoo lang aan; nemen liever de beste jonge wijfjes van het eerste broed vorig jaar, en ook nog wel goede overjarige wijfjes, die blijk hebben gegeven goede kweekeigenschapppen (of stameigenschappen) te bezitten. 2e. Een jonge vogel van ongeveer 6 weken oud, die dan nog niets dan geweekte beschuit eet, is een ziekelijke vogel, op het behoud waarvan men geen prijs mag stellen en zulk een vogel zal, al mag 't u ook al gelukken hem voorloopig in het leven te houden, toch niets dan teleurstellingen geven en weldra sterven. Wij vermoeden, dat het diertje lijdende is aan eene of andere ingewandsziekte tengevolge van spijsverteringsstoornissen. Wat zijne ziekte eigenlijk is, kunnen wij van hieruit (zonder het te zien) niet vaststellen, doch dit doet er eigenlijk ook niets toe. A. B. Vraag N. TV. te L.
Behalve Sluis-voer voor lijsters, wilde ik gaarne weten wat een lijster in kooi verder gegeven kan worden als voedsel en lekkei;nij." Antwoord. Het Universeel voer voor lijsters van de firma P. Sluis, is deskundig zoodanig samengesteld, dat het geheel kan dienen als voer voor lijsters in gevangenschap en bevat het al die stoffen, die noodig zijn om de vogels monter te houden, zoodat bijvoedering van een of ander niet noodzakelijk Is. Wil men lijsters echter toch zoo nu en dan eens een versnapering
K^j^mmmwrn^Mmm*^— f*???!? geven, dan kan men van tijd töt tijd eens eenige meelwormen toe5 dienen. Qewenscht is 't echter, dat men vooraf die meelwormen even doodt door ze den kop in te drukken. Een aardworm in stukjes gesneden kan ook heel goed bij wijze van versnapering gegeven worden. Men neme echter wel in acht, dat ook hier elke overdaad schaadt. A. B. Vragen op Kanarie-gebied moeten vergezeld zijn van f 0.35 in postzegels.
Uitslag van de Vijf-guldensprijsvraag Aardige gedichtjes ontvingen wij op het veelbesproken woord bezuiniging, dat wij den ißen Juni aanvroegen. De vijf prijswinnaars zijn: A. J. v. Weerd, Oud Rozenburg bij Loosduinen; W. v. Wijnen, Verl. Quakkelaarstr. 90, VTissingen; M. v. d. ZwanNelck, Joubertstr. 136, Den Haag; E. Ndeuwenhuyzen, Christ, de Wetstr. 12 ib, R'datn; A. Schut, Wageningen, Hoog Bennekom. Tot mijn spijt kunnen we onmogelijk alle vijf bekroonde gedichtjes opnemen, maar voor onderstaande 3 versjes hebben- we nog plaats gevonden. BEZUINIGING. Kent gij 't parool voor stad en land. Voor scholen, leger, vloot ? Weet gij de plicht van iedereen. Van jong, oud, klein en- groot? Er moet gespaard op spijs en drank, Op kleeding en vermaak. Slechts niet op pret en goed humeur, Spaar vróólijk! dat's de zaak! DE BEZUINIGING. Mijn jas gekeerd, mijn pak geverfd, Mijn strooie hoed gestoomd. Mijn laarzen lapjes opgezet. Mijn broeken omgezoomd. Mijn das wordt keer op keer verstrikt, Mijn boorden omgestreken. Mijn sokken twintigmaal gestopt. Mijn hemden ,nagekeken". BEZUINIGING. Koek, kaas, jam en hagelslag, Wordt dubbel op besteld. Want, als j'een groot bedrag besteed, Krijg je „procentengeld!" 't Vrouwtje doet o, zoo haar best. Zet alles keurig neer. Het slot dezer bezuiniging is: Zes boterhammen meer! Troostprijzen krijgen: .M. G. Stiendijk-Flothuïs-Saves, Weimarlaan 301, A'dam; L. Nieswaag„Brinkgreven", Deventer; J. B. Goulooze, Geldeloozepad 41, Dordrecht; 1——Mevr.-M. Blokzijl v. d. Leede, Valkenboschkade 45, Den Haag; Gijsberta Hartog, Weimarstr. 344, Den Haag; G. Mussert, Hobbemastr. 205 II, Den Haag; B. Tesdnk, van Koetsveldstr. 53, Den Haag: Mej. C. Demison, Oranjestraat 10, Haarlem; C. de K., Jan de Broystraat 8, Haarlem; J. Vermeer Jzn., Jansstr. 11, Haarlem: A. H. Zaalberg, Jan de Broystr. 8. Haarlem; A. Luyk, Dacostastraat 42. R'dam; A. Bijl, Laan 22, Schiedam; L. Otte, Melklaan 62, Velsen.
Nieuwe Vijf-guldens-prijsvraag Wij houden ervan, om wat wij te zeggen hebben, recht op dien man af te doen en geen ^.sommetjes" te maken. Doch deze keer moeten wij ereis een uitzondering maken en wel aan de
hand van het aardige raadsel van den heer C. Verspoor, Fransbekkerstraat 73a, • Charlois, die aller'hande letters om allerhande andere letters heeft gezet en daarmee het den oplossers van onze prijsvraag niet makkelijk heeft gemaakt. T s PK -r T^P JR T/P fU
js
1
P(P)P «-(P) -
TZ lp 3 LOB
L^py DMlJo L <5
Dr
H^/*
K^
Ts i
Q(MEH)RZ(R\Z RS
z.9
Bovenstaand bevat een geheel verhaal, dat de heer V. met een gedichtje toelichtrr Een jongen wou uit nijd een 2 Aan zijn'makker geven. Maar die liep daad'lijk naar een 3 Want weerwraak was zijn streven. Toen nam die jongen 4 en 5 En ging den ander vlot te lijf. Mij dunst 't was nog 6 en 7 Was hij een held als nummer 1 Dan had hij 't niet bedreven. Waarom toch al dat 8 Al werpt men ook onzacht Met water in zijn oogen. 't Kon geen kwaad in 9 tijd 't Zou spoedig op gaan drogen. Wat beteekenen 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8 en 9. Schrijf het vóór Juni aan de Red. afd. Prijsvragen, Galgewater 22, Leiden. Als ge het goed oplost hebt ge kans op een van de vijf prijzen ad f 1.—, of op een der vele troostprijzen.
Onderschriften prijsvraag Den 13en Juni vroegen wij een onderschrift bij een plaatje, waar een moeder haar kindje in de armen houdt. Er kwamen aardig gevoelde antwoorden op in, maar het best van alles leek ons onderstaand gedichtje van P. J. J. v. d. Hoorn v. d. Bos, Batjanstraat 14, Den Haag, die wij dus gaarne de prijs toekennen. 't Is slechts een prentje: — „Een mollig [ventje' Door moeders' armen omkneld". Doch niet te berekenen, niet te teekenen Is 't, wat dit beeldje vertelt. 't Heeft een waarde, die dees' aarde Met al haar schatten niet vergoedt, Van de grootste machten is niet te [verwachten Wat „Moederliefde" al niet doet! Verder kregen troostprijzen: Mej. C. Rodenhuis, Gr. Hertoginnelaan 13, Den Haag; Jobs v. Diemen, Kruisstr. C 322, Gorcum, die ook goed geslaagde versjes inzonden, en verder: A: Majoor; Schulpweg 139, Beverwijk, Velsen; J. van Holstein, Molenaarstraat 99, Den Haag; J. Doets, Zocherstraat 37, Haarlem; C. Bontje, Alexanderstr. 9a, Leiden; Titia Nieswaag, Jan Kortstr. 8, Musselkanaal.
Een onderschrift gevraagd. Zendt dit vóór 19 Juli a.s. aan het adres Redactie Wereldrevue „Bijschriften-Prijsvraag", Galgewater 22, Leiden. .Als prijs wordt f 2.50 toegekend met vele troostprijzen.
|3^fi.'^fOT»WCWfW*'"'-»* ^■•nl'''*%'~ J-/ ^ -
'
CORRESPONDENTIE /. M. S., Zutfen. Dank voor uwe mededeeling. Wij kenden het boekje ook, doch hoorden er heel verschillend over spreken. Wij kunnen uit den aard de adressen van personen die om informaties vragen niet geven, die worden ons vertrouwelijk medegedeeld. Mevr. G. D. H., Veendam. Tot onzen spijt kunnen wij u het adres niet geven. Indien u ons wilt schrijven, dan zullen wij 'den brief gaarne doorzenden. JoA. J. L., Amsterdam. Uw filmfi'mpje lijkt mij weinig geschikt om te plaatsen. Ä. A. K., Amsterdam. Wanneer u ons een goede foto stuurt, dan kunnen wij deze wel gebruiken; naar het plaatje dat u zondt is geen reproductie te maken. L. K, B. Z.-v, R. te 's Gravenhage. Uw oordeel over ons blad heb ik mpt genoegen gehoord, doch het verwijt, dat ik niet voor dieren zou voelen, is werkelijk niet verdiendi Het artilcel over de beteekenis van film en stierengevecht in Spanje van de hand van een onzer medewerksters (het is een vrouw en een zeer intelligente en beschaafde, dat kan ik u verzekeren) bedoelt allerminst een verheerlijking van het stierengevecht te zijn, doch een schildering van de spaansche zede en opvatting, die nu eenmaal het stierengevecht zeer bijzonder apprecieeren. Verder heeft u zich gestooten aan de twee plaatjes van amerikaansche roofdieren in de klem. Wanneer, in Nederland een rat den boer hindert, zet hij een klem en vangt het beest, dat moet de amerikaansche farmer ook doen. Men kan een groot dierenvriend zijn en toch de noodzakelijkheid inzien om schadelijk gedierte te vangen en m. i. bestaat er geen bezwaar om in ons blad de eigenaardige toestanden in Amerika mede te illustreeren door de gedierten, welke als de vijanden van den boer, worden gevangen. V. W., Den Haag. Hoewel wij om principieelé overwegingen, welke u zult begrijpen, geen Informaties op finantieel gebied geven, willen wij. voor uw vraag een uitzondering maken. Er zijn bij de uitbetaling der bedoelde premieloten moeilijkheden ontstaan, die het zeer begrijpelijk maken, dat dfe koersnoteering zooveel lager is. De dagbladen hebben hier uitvoerig over bericht. Mevr. C. S. S., Amsterdam. Uw raadsel voor de kinderen zullen wij opnemen. Het andere raadsel niet, omdat wij geen reklame voor ons blad in de prijsraad'èète willen maken. —■———
HYGIËNISCHE WENKEN Het dichtdrukken, afwasschen, met poeder bestrooien of met zalf insmeeren van een wond zal méér schade dan goed doen aan de wond. Een wond geneest het spoedigst, wanneer deze alleen verbonden Wordt om het indringen van schadelijke stoffen van buiten te voorkomen. Dan ontstaat een bloedkorst, waaronder de wond heelt. Een goed verzorgde wond doet weinig pijn. Het dagelijks verbinden van een wond, met uitzondering van ontstoken wonden, is eerder schadelijk dan nuttig.
HE. OA*S OBKKBR _..
WERELDREVUE _^^^^^^^___^^_
WEEKBLAD ONDER LEIDING VAN M. E. B. CURIUS. REDACTIE-ADRES GALQEW ATER 22. LEIDEN .Tel. 760.
1'8 JULI 1924.
_^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^^_
—-—-Ha^—M-.
wwiwj^ijjwi'
fmmsß
wmp*m
mmmmmwmmmmwwmwmwmmm
WAT BUITEN EN BINNEN ONS LAND GEBEURDE
WEEKPRAATJE
7—14 Juli
VER TERUG IN DE GESCHIEDENIS DER MENSCHHE1D.
Mac Donald, zijn naam wijst het eeds uit, is een Schot. Schotten ebben den naam verstandige koopji te zijn. Verstandige kooplui gaan ranneer er moeilijkheden met een akenvriend dreigen er persoonlijk een. Mac Donald heeft bewezen en goeden Schot te zijn, want toen len in Frankrijk moeilijkheden beon te maken over de wijze waarop e uitnoodiging tot de conferentie er geallieerden geschiedde, is hij aar Parijs gegaan. En met blijkbaar succes heeft ij daar besprekingen met Herriot evoerd. Deze twee mannen, Dopald en lerriot zijn vertegenwoordigers van en nieuwe richting, zij behooren jt een partij, zij verstaan elkaar lijkbaar wel en het directe gevolg i, dat de besprekingen in Londen 6 Juli zullen aanvangen .. . tenzij r intusschen weer een kink in den abel komt. Herriot's aanzien is voor het ver»p der kwestie blijkbaar wel getegen. In den senaat wist hij een roote meerderheid te halen. Maar : moet gezegd worden, dat Poincaré em daarbij geholpen heeft. De oudretnier hield weer een zijner magisrale speeches. De manier waarop ij zijn opvolger tegemoet kwam lijkbaar met de bedoeling om het lislukken der conferentie te vooromen, is teekenend voor den man. In de Tweede Kamer ging het en nieuwen premier niet zoo getakkelijk, heftige incidfenten hadden laats bij het debat over de amnestie. Te Washington acht men de regeng waarbij een Amerikaan een stem ra krijgen in de commissie van erstel onuitvoerbaar. Ook lieten de Vereen. Staten aan 8t secretariaat van den Volkenbond eten, 'dat zij het ontwerp-verdrag an wederzij dschen bijstand niet enschen aan te gaan. Er zijn ernstige onlusten in Bralie uitgebroken. Te Kairo had een moordaanslag p den premier Zagloel pasja plaats. De staking bij Werkspoor te Am«rdam is geëindigd. Nagenoeg alle hoogere post- en ilegraafambtenaren, die ouder zijn an 60 jaar, worden op wachtgeld Steld. Oud-goeverneur-generaal v. Heutz, i man, die de pacificatie van Atjeh t stand bracht, is overleden.
: .
waaraan eenige waarde is toe te kennen, dat het komt van een volk, dat de primitiefste beschaving alreeds had doorgemaakt, bewijzen de overige voorwerpen, in dezelfde streek gevonden. Pottenbakkerskunst is ook aangetroffen, b.v. een schotel zoo fraai versierd, dat men het product vergelijken mag met werk, dat veel later is ontstaan, zonder dat die vergelijking dit werk ten achter stelt.
In de laatste jaren hebben de onderzoekers, wier werk door den oorlog natuurlijk evenzeer gehinderd was, als zoovele andere uitingen van den ondernemingsgeest der menschen op wetenschappelijk gebied, heel wat nieuws naar boven gebracht. Behalve de ontdekking van het graf van Toetank-amen, de veelbesproken vondst, welke ona Jeerde hoe in Egypte eeuwen en eeuwen geleden een bewonderenswaardige cultuur bestond, heeft men op vele andere plaatsen merkwaardige ontdekkingen gedaan. * * *
Zal zii den President aanwlizen
De groote zaal in Madison Park, waar de Democratische Conventie haar stemmingen hieid. Men ziet op den achtergrond de loudspeakers noodig om het geluid voor allen hoorbaar te maken. De vraag zal zijn of de democratische candidaat ook President der Ver. Staten wordt
)
In Palestina zijn de plaatsen, waarvan de Bijbel spreekt, nader onderzocht en de bewijzen Werden gevonden, welke het vernaai van dit Overoude Boek bevestigen. Op Cyprus werden merkwaardige vondsten gedaan. Thans komt uit Engeland het bericht van een nog opvallender ontdekking. De Briteche School in Egypte beweert de sporen gevonden te hebben van een volk, dat het Nijldal bewoonde vroeger dan de Egyptenaren, menschen van een ander ras, met een nog vroegere beschaving. * * *. Dit volk heeft de bewijzen van zijn bestaan in den bodem achtergelaten. Meer nog, het heef* portretten van zichzelf in den grond laten liggen. Een ivoren
Engelsche vliegtuigen Een aardige foto van een Tliegdemonstratie in Engeland. Men ziet 6 groote oorlogsvliegtuigen in tonnatie rliegen.
Een belansrlik bezoek
Generaal Walch
Het bestuur van de „Société franpaise de remorquage sur Ie Rhin* kwamen onze havens bezichtigen . In 't gebouw van .De Maas* werd bun een lunch door bet gemeentebestuur aangeboden.
die de opvolger van generaal Nollet als voorzitter van de Geallieerde commissie van con' troleopDuitschlandslontwapeningisgeworden.
♦'
beeldje, dat een vrouw voorstelt, is gevonden. De kop en de lichaamsbouw zijn zoo typeerend, dat men er duidelijk uit kan vast8tellen,dat hier een afbeelding van iemand gevonden is, die niet tot het negerras, ook niet tot de egyptenaren vatn de latere dynastiën behoorde. * * Vreeselilke verwoesting in de staat Ohio
itwortelde boomen ineengestorte huizen met afgerukte daken, tengevolge van de vreeselijke wervelstorm in Lorrain, een klein stadje aan de Eriezee, in de staat Ohio.
Voor den laren
Uit den heksenketel Albanië wordt het stoffelijk overschot van den gesneuvelden luitenantkolonel Thomson te Amsterdam aan wal gebracht.
Dat dit beeldje ais een werkstuk mag worden beschouwd,
MINISTER COLIJN IN ZIJN KABINET Zonder voorletters, zoo maar kortweg: Colijn. Dat is voldoende.Dan weet een ieder, dat we het over den Colijn zullen hebben, dien heel ons volk kent, over den tegenwoordigen Minister van Financiën en niet over diens broeder, burgemeester eener plattelandsgemeente en lid van de Tweede Kamgr. Booze tongen beweren wel eens, dat broerlief de burgemeester dank zij den grooten naam van broerlief den minister, de Kamer binnengevallen is. Het kan zijn, doch een onderzoek naar de waarheid van dit verhaal zullen we maar achterwege laten. Over den tnannetjesputter Colijn willen we het hebben en zelfs de kortste schets over deze merkwaardige figuur uit ons publieke leven, neemt zooveel plaatsruimte in, dat een mensch blij is, als hij tenminste alle bijverschijnselen,in casu de plattelandsburgemeester, onbesproken kan laten. Merkwaardig verschijnsel is Zijne Excellentie Colijn in ons publieke leven zeer zeker. Deze stoere hollander. in wiens blik iets ronds en opens is, tevens scherpzinnigheid te lezen valt, scherpzinnigheid van den man van zaken en die tenslotte ook in het uiterlijk zijn afkomst. Colijn de brave boerenzoon niet verraadt (zelfs aan zijn taal is het somwijlen nog merkbaar) heeft wel een prachtigen loopbaan achter zich en neemt wel een gansch bijzondere plaats in Holland's midden in. Van den eenvoudigen dorpsjongen, die onderwijzer wil worden, tot leider der antirevolutionaire partij, minister van oorlog, minister van financiën later, aan dat departement als de sterke man moet optreden om de financiën op orde te brengen, in den tusschentijd petroleummagnaat, wie zal willen ontkennen, dat men hier met een hoogst typischen ont. wikkelicgsgang te doen heeft. Terwijl de jeugdige Hendrik Colijn aanvankelijk voor onderwijzer bestemd was, toog hij tenslotte naar Kampen, waar hij bij het instructiebataljon in dienst kwam en tot tweeden luitenant van het indische leger opgeleid werd. Vijftien jaar lang heelt hij als officier in Indië gediend en zich daarbij bijzonderlijk onderscheiden. Het eereteeken voor moed beleid en trouw siert dan ook zijn breeden borst. Reeds als militair toonde hij hoezeer hij over moed en over een scherp verstand beschikte. Geen wonder, dat hij voor het vervullen van leidende functies van bestuurlijken aard in den wieg gelegd was en hij daarvoor dan ook gebruikt werd. Tot hij van den staatsdienst in het particuliere bedrijf is overgegaan, om echter spoedig als kamerlid in het moederland van zijn vele talenten blijk te geven. Spoedig behoorde hij tot de voornaamste figuren van het Binnenhof, een man wien het ministerschap in den schoot moest vallen. Eerst directeur van de bataafsche, werd hij vervolgens directeur van de Koninklijke Shell-groep, tot hij de petroleum en het zakenleven weer vaarwel rei om geheel en al in de politiek terug te keeren. Na KuyjArs dood had de antirevolutionaire partij hem tot leider gekozen; weldra trad hij daarnaast ook als hoofdredacteur van het partijblad de Standaard op. In de Kamer ging er van hem, aanvoerder der antirevolutionaire fractie, veel gezag uit en zoo kon het tenslotte niet uitblijven, of hij moest opnieuw een portefeuille krijgen, nu echter die van financiën. De Cerberus van den schatkist heeft in heel zijn loopbaan getoond, dat er niet met hem te gekscheren valt en dat hij van aanpakken houdt. Welnu alles wijst er op, dat hij zulks ook zal bewijzen bij zijn beheer van 's lands gelden. Indien de teekenen niet bedriegen zal Colijn er inderdaad^ in slagen aardig wat bezuinigingsmaatregelen tot stand te brengen. Men moge het met verschillende zijner maatregelen niet eens zijn, en vinden, dat een ander beleid wellicht beter ware, niemand zal kunnen tegenspreken, dat Colijn tot de flinkste Nederlanders behoort die wij bezitten en dat hij daarom alleen al, wat fouten hij ook begaat, een fiquur is voor wie men respect moet hebben. ö KIJKER.
Dit ras schijnt een weerbaar volk geweest te zijn. Het was blijkbaar speciaal bekwaam in het maken van pijlen uit steen, die, èn door hun vorm èn door hun bewerking laten zien, dat de wapenmakers in dat volk, menschen waren die hun vak verstonden. Mede zijn de bewijzen aanwezig, die aantoonen, dat deze natie het nut van den arbeid begreep. Behalve de pijlspitsen trof men ook, uit steen gemaakte, pijlspitsbeschermers aan.
De onderzoekers meenen in dit volk, dat bij Assioet woonde, overeenkomsten te vinden met de eerste bewoners van Perzië, Midden-Europa en Frankrijk. Zij droegen parels van geglazuurd steen en hadden ook lust andere sieraden te maken. Niet alleen in steen werkten zij, ook in ivoor. Wanneer zij leefden ? De egyptische geschiedenis loopt terug tot ongeveer 8000 jaar vóór onze jaartelling. Het is aan te nemen, dat dit volk, dat het voor velen zoo aantrekkelijke dal van den Nijl en omgeving bewoonde,9000—11000 jaar voor Christus leefde. Het eene geslacht komt en het gaat, het andere volgt in de rjj. En toch is er niets geheel nieuws onder de zon. Zoo zei de Prediker het. De feiten bewijzen telkens weer, dat de Wijze Koning jgelijk had. '> I M. KR.Curius.
|!.WiPi^P«^^
Tw?»?wr
.
DE FOTO'S VAN DEZE WEEK
DE BRUID VAN DEN HOLLANDER
Ter verzachting van het lot der blinden
Op 12 en 13 Juli werd door de Haagsche Blindenvereenigiog een .Werkdemonstratie' georganiseerd in de school aan de Dibbetsstraat, te Den Haag. Links: Een blinde pianostemmer Midden: Benige vrouwen aan het mandjes vlechten. Rechts: Een blinde marconist.
Een mooie vangst
Een chaos
In den Houthaven te Amsterdam arriveerde gisteren de .August Thyssen* met een geheel ontredderde deklading hout.
In den vischhandel van den heer Riemstra te Amsterdam, fotografeerden wij een paar heilbotten; de viascben hebben het gewicht van circa 240 pond.
Zweedsch bezoek
Drie zweedsche •pleidingschepen, alleen met zeilvermogen brachten een bezoek aan den Helder.
i
<
W^*^^
25 Jaren apotheker
De heer N. Keulemans Ie Apotheker in het Binnen-Gasthuis te A'dam, vierde 12 Juli den dag waarop hij voor 25 jaren in gemeentedienst trad.
Generaal 3. B. van Heutsz
oud goeverneur-generaal van Ned, Indië is te Montreux overleden.
25 laren gemeenteraadslid
Zaterdag werd de heer W.A.J.v.d. Kamp te Haarlem gehuldigd ter gelegenheid van zijn 25-jarig Jubileum als gemeenteraadslid.
Wed. den Drove,
die te Alphen aan den Rijn een zeer goede bekende in menig huisgezin als baker is, herdacht 18 Juli haar 80eh verjaardag. In totaal heeft zij een kleine 700 kindertjes in haar kwaliteit van „bakie* de eerste kleertjes aangetrokken.
Klaas Nieman
Een zeldzaam iubileum
Zondag vierde de beer J. W. Smit zijn 50-jarig jubileum als lid van het Zangkoor van de Sint Annakerk te Amsterdam.
te Ouddorp (Flakkee) nu hulpbehoevende 69-jarige, verzocht ons er de aandacht óp te vestigen, dat hij 63 schipbreukelingen het leven redde, zonder daarvoor eenigé medaille of belooning gekregen te hebben.
Een zeldzaam vrachtje
Een iubileerende muzlekvereeniging
De Almelosche Harmonie, herdacht haar 20-jarig bestaan. In bet midden de directeur E. Geels jr., die de vereeniging oprichtte en in de eerste afdeeling bracht.
Van het Vliegveld Waalhaven te Rotterdam werd de vorige week een jonge stier in een vliegmachine geladen, om op deze wijze naar Frankrijk te worden vervoerd. Hoewel de invoer van vee uit Nederland op hét oogenblik verboden is, heeft de Fransche minister van Landbouw, toestemming gegeven om deze jonge volbloedstier in te voeren. De stier wordt in de cabine gebracht.
Voor een goed doel
Zaterdagmiddag werd te Amsterdam een collecte gehouden ten bate van net Vacantiekinder-feest. De Amsterdamsche Tramharmonie trok door de stad en speelde op verschillende plaatsen.waar dan gclijktijdiggecollecteerd werd voor dit doel.
^ ^a^^nHHrcHttb '
1 ■
W/i) zijn in het jaar 1644; het Engelsche volk is opge** staan tegen zijn koning Karel I. Van Kerstenbroeck, een beroemd Hollandsch krijgsman, doodt, na een langdurige achtervolging Sir Basil Dormer, die zijn zuster in Vlaanderen vermoord heeft. Het nieuws van Dormer's dood bereikt zijn vrienden Musgrove, Carisford en Erisey in de herberg ,,De roode Leeuw" in Oxford, waar ook een vreemdeling toeft, die met Musgrove, die halfdronken is, ruzie krijgt en tot een duel wordt uitgedaagd. De vreemdeling blijkt van Kerstenbroeck te zijn. Carisford zal eerstdaags in het huwelijk treden met Thomasine, een zuster van Musgrove, een beeldschoon meisje, dat verneemt van het duel van haar broeder met den Hollajider en doodelijk beangst is voor zijn leven. Als jongen verkleed weet zij zich toegang tot van Kerstenbroeck te' verschaffen en hem genade voor den broer af te smeeken. Er zal dientengevolge dan ook geen duel plaats hebben, maar beiden vallen in handen van de rondkoppen. Van Kerstenbroeck neemt dan dienst bij Cromwell's troepen en Thomasine. die intusschen den moedigen Hollander heeft liefgekrepen, keert naar Oxford terug. Zij wordt door haar broeder op onheusche wijze ontvangen en Carisford zegt niet meer met .,het liefje" van den Hollander in het huwelijk te willen treden. Zij begeeft zich naar het schitterend kasteel van den graaf van Staversham. den schoonvader van haar broer, waar van Kerstenbroeck, die juist opdracht van Cromwell gekregen heeft het groote_ kasteel met den grond gelijk te maken, als spion binnendringt. Hij wordt echter gesnapt en tot de strop veroordeeld. Erisey, door wiens toedoen Carisford reeds een gewelddadigen dood gestorven is, is belast met zijn bewaking en kwelt zijn slachtoffer op onmenschelijke wijze.^ Dank zij een list van Thomasine weet de Hollander te ontsnappen. Staversham, belust op Thomasine's rijkdommen, begeert haar tot vrouw en geheel aan zijn jnacht overgeleverd moet zij wel toestemmen. Het huwelijksfeest wordt met groeten luister gevierd, doch wanneer de vreugde ten top is gestegen, dringt van Kerstenbroeck met zijn troepen het kasteel binnen en weinige minuten later draagt hij zijn gejiefde Thomasine in de armen uit Ket brandende slot. Het bureau voor Cinematografie ^Filma" . heeft deze film, waarover een zeer romantische sfeer hangt en waarin men zoowel van hevige gevechten, ridderlijke duels als van trouwe liefde en aanhankelijkheid kan genieten, naar ons land gebracht.
JfMW
n'N ALLEREERSTE LIEFDE VOORWOORD Onderstaande ontboezeming hantelt over: Liefde (naar keuze van den zetter met of zonder Hoofdletter): Leeuwen (geen onechte, maar woeste ^koningen der wildernis, opgesloten in veel te solide kooien); Ben aardig, mooi meisje (waarbij de opmerking, dat de vermelding aardig en mooi hiets te veel zegt in dit geval, daar er inderdaad mooie meisjes zijn, die niet aardig en aardige meisjes-flirten, die nog mooi moeten worden. Met of zonder de toovermiddelen van Piver, Houbigant en dergelijke); Me zelf (dit is het moeilijkst, want ik speel in dit drama van liefde, \ 'n aardig meisje, dat ook mooi ; was en leeuwen een zeer leelijke rol, namelijk van den laffen man. Nu heeft de gemiddelde vrouw ontzaglijk het land aan laffe menschen. Hoewel zij dit pas nahet huwelijk doet blijken, naar be', weerd wordt. Ik zelf heb dit tot ; -dusverre nog niet meegemaakt. [ In het' onderhavige geval was ik > inderdaad laf. De schande hiervan wordt m.i. gedeeltelijk verzacht door de meer dan open| hartige bekentenis ten overstaan van de 787.000 abonné's van dit blad. Maar laten de mannelijke lezers zich niet te vroeg blij maken, fik had hen wel eens in mijn ; plaats willen zien). Plaatsen der handeling (een groot variététheater, achter de schermen, haar hart en het mijne). tttßifd der hoofdpersonen: jongT te 1 jong. NAWOORD i VAN HET VOORWOORD. Dit alles wordt den lezer aancboden, mitsgaders vele andere, lees•aarder artikelen, waaronder foto's pan onbereikbare, onverloofbare filmterren, in auto's zittende, die wel ens hun eigendom konden zijn, met f beeldingen van hollandsche sterren, ooals bijvoorbeeld van Heintje Daids, in devote houding aan den jioet van een Fransch monument, San Heintje Davids aan het stuur iarer (eener) automobiel (het veraderlijke dezer afbeelding was daarin elegen. dat men nog net het puntje es chauffeurs neus zag, een neusuntje, dat duidelijk de angst uitrukte, dat onze groote Heintje Heen zou wegrijden en daardoor Irankrijk's verwoeste gebieden nog rooter zou maken — dit alles wordt angeboden voor den belachelijk kgen prijs van 15 cent. Ik ben geen akenman — maar. ... nee, daarom sg ik er niets van. Einde voorwoord. I LIEFDE EN DERZELVER GEVOLGEN é Voor vele jaren geleden trad in .msterdam een leeuwentemmer op. ledenen van discretie weerhouden |n naam te noemen. Behalve eenige leeuwen bracht ij zijn vrouw en zijn dochtertje fee. Of zijn huwelijk gelukkig was, tag ik niet schrijven — het gaat 3k niemand aan — maar het feit
CHARLES HEYNEN De geregelde bezoekers van .first class" cabarets kennen hem allen, want iemand als Charles Heynen, die zijn beschaafd en geestig repertoire op zoon voortreffelijke wijze, door hem zelf muzikaal geïllustreerd, bovendien nog op de hem eigen gedistingeerde manier lot hel publiek weel te brengen, kan onmogelijk immers onopgemerkt aan de liefhebbers van goede cabareikunst voorbijgaan We kennen Charles Heljnen nog meer door zijn composities van cabaret liedjes en operettes. We noemen hier slechts enkele liedjes, door onze gevierde cabaretier Jean Louis Pisuisse roet enorm succes gezongen, n.1. „De Dominc". ,Het Pat je", .Kaariavondje" etc. Nader vernemen we nog, dat Charles Heynen zijn laatste operettes naar hei buitenland verkocht heeft en ook met zijn nieuwste operette ,De Favorite" reeds met het buitenland in onderhandeling is.
dat hij den geheelen dag bij zijn leeuwen zat, gaf te denken. De beesten waren rakkers en het is. gebeurd dat gedurende zijn nummer vrouwen gillende de zaal uitvlogen. Buiten de kooi stonden mannen van zijn personeel met den revolver in de hand en de temmer zelf was ook gewapend. Op het gebied van dressuur heb ik vrij veel gezien. Maar gevaarlijker, wilder leeuwen zag ik nimmer achter het voetlicht hun kunsten vertoonen. Trouwens dit laatste is niet de juiste qualificatie. Het was een vbortdurenden bitteren strijd tusschen den wil van een enkelen man en een 5, 6tal opgejaagde, verbitterde beesten. Als bijzonderheid, die dit feit scherper belicht, moge dienen dat de oude Hagenbeck, een kenner van leeuwen als niemand, den dresseur met klem afried, deze beesten af te richten. De roekeloosheid van dien man ging zoover, dat hij de verdoovingmiddelen die zeer vaak eenige uren voor het optreden den beesten ingegeven worden versmaadde en ze eerst na de voorstelling voedsel gaf Ook is het mij bekend, dat de politie destijds in overweging nam, het geheele nummer van het programma te doen verwijderen, ter voorkoming van ongelukken, dié wellicht een paniek konden verwekken. Uit een
en ander mag dus blijk en, dat het geen lieve beestjes waren die de familie van den artist gezelschap hielden. Daar ik vlak in den buurt van het theater woonde waar hij optrad, maakte ik — dank zij een knoeierijtje met een controleur die een veel te week gemoed had voor slechte sigaren — elke voorstelling mee. Mijn geheele leven lang heb ik veel gemak gehad van de omstandigheid, dat, ik van een theater niet alleen den directeur, maar ook portiers, kontrole-menschen, tooneelhelpers en al wat er maar met dit bont e bedrijf iets uitstaande had,persoonlijk kende. En de gemakkelijkheid waarmee ik op zeer jeugdigen leeftijd achter de coulissen kwam, was tevens oorzaak dat ik kennis maakte met het dochtertje van den leeuwentemmer. Het was een schat van een meisje. Ik maakte geen gedichten op haar waarin hart op smart, mijn op pijn, lesuw op sneeuw rijmde, ik bleef niet 's nachts uren naar haar hotelraam staren, vol zoeten minnepijn mij afvragend of zij in haar maagdelijk bedje ook aan mij dacht — ik deed dit niet omdat ik om 8 uur naar bed moest — schandelijk gewoonweg de ouderlijke tyrannic in des jongelingen meest lyrischen tijd. Maar ik was in minder dan geen tijd smoorverliefd.
Onze conservatie was onschuldig en werd in een taaltje gehouden dat een mengsel was van Fransch, Duitsch en Engelsch verbonden door wat jiddisch. Dit laatste was wel het gemakkelijkst daar onzen voorvaderen wiegen-gekoesterd werden door de winden die de toppen der boomen van het'verre land van Kanaan beroerden. Maar...... Maar er is maar één ding volmaakt op de wereld. Dat is de accuratesse waarmede belastingbiljetten worden uitgereikt. Er zijn vrienden, oprechte, goeden ook valsche en jaloersche. Ik heb vaak met jaloersche te doen gehad. Ook met goede die ijverzuchtig waren. En met jaloersche die wel eens goed waren. Ze begonnen te stoken. Kwaadspreken heeft de vervloekte eigenschap, dat er altijd iets van blijft hangen. De vrienden zeiden, dat ze lang niet gemakkelijk was, verschrikkelijk te keer kon gaan, enzoovoort. Ik was een weinig ontdaan. Dat lieve meisje. Het kon niet. Maar wantrouwen heeft vervelende hoedanigheden. De eerste is wel, dat het spoedig aanvaard wordt. Toch was ik ongerust. En zocht haar een morgen in het theater pp. Zij stond achter het tooneel. Bij de kooien. Toen zag ik plotseling iets dat mij deed verstarren — ik geloofde mijn oogen niet — het kon niet waar zijn de gevaarlijke leeuw Caesar, die alleen met revolvers, met gepunte, stalen pieken in bedwang was te houden, liet zich door haar aaien, dommelde weg onder haar poezele handjes. Mijn adem stokte.... ik kon niet denken... maar als die leeuw, waarvoor ieder doodsbang was, die de schrik van politie en publiek was — wanneer die leeuw, zich door haar kleine handjes in een hoek liet duwen -*■ zoodat-ie alleen nog maar knipoogen kon, wanneer die koning van den woestijn onder haar handen werd als een klein poesje, wat moest er dan later van mij terecht komen? Voor mijn verwarden geest doemde vizioenen op van echtscheidingsprocessen, ik zag niets dan advokaten — advokaten... met heirlegers van kantoorjuffrouwen die niet anders deden dan rekeningen schrijven, lange, lange rekeningen... Toen héb ik het maar uitgemaakt.
fat ^ BUITENLANDSCH TOURNEE
(eKJPlRTT® 3DO,wpf
ote.
HOHOBR (Een somber liedje van zon en zomer.) Als de zomer in het land komt, En de bloemen bloeien gaan, Als langs 't zon geblakerd asfalt, Wit geschoeide voeten gaan, Als natuur haar schoonste wade, Over moeder aarde spreidt, Wordt de horizon zoo donker. Voor d'artist die honger lijdt.
MOZART Aan de tafel van Keizer Jozef, behandelde de goddelijke Mozart eenige oude generaals zeer vrijmoedig. Een hoveling beklaagde zich hierover bij den keizer maar deze antwoordde: Laat Mozart toch met rust. Een generaal kan ik eiken dag maken, geen Mozart. Na de première van Mozart's Don Juan ontbrandde in Weenen een heftige strijd tusschen voor- en tegenstanders. Men trachtte Haydn er in te betrekken, maar deze gaf ten antwoord: Wie van beide partijen gelijk heeft weet ik niet, maar de grootste componist dien de wereld ooit gehad heeft is Mozart.
HAYDN
/
Over de ongelooflijke werkzaamheid van Haydn schreef reeds een vorig „Con Spirito'-. En immer werkte hij door, niettegenstaande zijn huiselijke omstandigheden (hij was met een vrouw getrouwd, die het meer voorkomende talent bezat uit elke kleinigheid een eindelooze ruzie te distilleeren) voor zijn rust niet bevorderlijk waren. Ook componeerde hij veel op bestelling. En zoo gebeurde het, dat tijdens een verblijf te Londen, hem een engelsch officier verzocht twee militaire marschen te componeeren. Haydn weigerde, daar hij met zijn opera „Orpheus" (die verloren is gegaan) bezig was. Bovendien gaf hij te kennen, dat hij alleen dan componeeren kon, wanneer hij in de goede stemming was en het „muzikale vuur" (estro musicale) hem bezielde. Haydn gaf den officier in overweging een anderen componist dezen opdracht te geven. „Neen dank U, anders zou ik toch niet bij u gekomen zijn". Daarbij rinkelde de Engelschman in zijn zak met wat goudstukken. En
De theaters slepen kwijnend, 't Toch al zoo dubieus bestaan, Bieden... of de halve gage, Of. .. „in combinatie" aan. En d'artisten noodgedwongen Door de zweepslag van den tijd. Staan pro Deo op de planken, Waar je lachend honger lijdt. Heele dagen repeteerend, In een duf benauwd lokaal, Uit een vettig krantje lunchend, (Vaak ontbijt en avondmaal) Als zoo'n opgeperst colbertje, Strakjes langs de straten schrijdt, Zou je vaat niet van hem zeggen, Een artist, die honger lijdt. Ach men moet de schijn bewaren, In het dwaze plankenland, Lichteffect en decoratie, Maken 't leven intressant, Naar de schijn wordt men gewogen, Door jaloersch publiek benijd, 't Wordt en bagatelle genomen. Dat d'artist thuis honger lijdt. Juni, Juli en Augustus, Symfonie van zon en strand. Zijn een afschrikwekkend spookbeeld Voor het volk van plankenland. Als de strenge winterkoning, Heerscht in volle majesteit, Gaat misschien de zon weer schijnen Voor d'artist, die honger lydt. CHEF VAN ''7?>s\*%ZSS*^7?'
{ ] N
I k
standbeeld onbeweeglijk naast hem zitten. Haydn dacht „hij vindt het leelijk" en. maakte er een eind aan. „Nog een keer" beval de officier. Haydn begreep er nu niets meer van en speelde den marsch opnieuw. Met nog meer kracht en enthousiasme dan de eerste keer flroeg hij zijn werk voor en keek tersluiks naar den soldaat op wiens gezicht nóch goednóch afkeuring te lezen viel. Deze"staat op, legt vijftig pond op tafel, rolt zijn muziek op en wil weggaan. Angstig vroeg -Haydn: „En wilt u den tweeden marsch in 't geheel niet hooren?" „Neen, dank u, de eerste heeft reeds zooveel vuur, dat de tweede niet nog meer kan hebben. Good bye!"
LEONCAVALLO de beroemde componist van Paljas, had de opdracht van de voormaligen duitschen keizer gekregen, een historische heldenopera,.Roland" te schrijven. Na een voorstelling van zijn meest vermaarde werk te hebben bijgewoond, besloot hij met zijn vriend Jacobson, den blijspelauteur, het „Ballhaus" in de' Jägerstrasse (een bekend berlijnsch vermaaks-etablissement, op te zoeken. Er trad een meisje op dat met een heel lief stemmetje eenige liedjes zong.... van die liedjes die je niet overal kunt zingen. Bij champagne en de muziek van een Tsiganeorkestje werd de stemming steeds opgewekter en het kleine zangeresje ging aan den tafel der celebriteiten zitten. Gedurende gesprek vroeg zij aan Jacobson: „Zoo, zoo, en wie ben jij nou eigenlijk?" „Ik ben Benno Jacobson, die „de Kontroleur van den Slaapwagen" geschreven heeft, begrijp je?" „En wil jij Jacobson zijn?" vroeg het meisje wantrouwend, ,.wie is de andere dan?" ,,lk ben Leoncavallo, componist". „Van Paljas? Maak dat je grootje wijs. Als jij Jacobson en jij Leoncavallo bent, dan ben ik Adelina Pattil" ERRATUM. In een vorig Con Spirito doet de zetter mij spreken van Eduard Hauslich. Hoe hij er toe komt dezen onhuiselijken criticus zoo te onderscheiden is een noodlottig spel waarvan alleen die mepschen den sleutel bezitten die veroordeeld zijn elke week mijn handschrift te ontcijferen. De schrijver in quaestie heette; ED. HANSLICK.
de klank daarvan werkte op Haydn met verleidelijken kracht. Ook een onsterfelijk genie is een mensch „En hoeveel tijd laat u mij om die marschen af te maken?" „Veertien dagen". „En het honorarium?" „Vijftig pondl" Na verloop van veertien dagenkomt de officier de bestelde muziek halen. Haydn gaat aan den piano zitten en speelt den eersten marsch (in Es-dur). Niettegenstaande het verleidelijke rythme, dat bijna tot mee-marcheeren noodzaakte, bleef de of f i cier als een
Kleine, «erieme onderneming wenscht een
HOLLANDSCH GEZELSCHAP samen te stellen, om op salwBike basis en voor ■aaannBika rekening een MeruHnuU tuwmt* te organiseeren. Er wordt nog aansluiting gezocht met eenige DAMES met vrij goede zangstem; voordracht en aanleg voor goed dansen. Zij, die deel wenschen uit te maken van deze tournee, moeten over eenig kapitaal beschikken en moeten, wat uiterlijk en figuur betreft, voor het tooneel geschikt zijn. Uitvoerige brieven, mit phst'o. welke wordt geretourneerd, zende men onder motto .Cabaret" aan de 'Administratie van dit blad, Galgewater 22, Lelden.
Foto's Huybers. Amsterdam
30H. KAART 3r. een onzer sympathieke jongere odeurs, die met zijn talentvolle echtgenoote
WILLY KAABT-VON SAHER gerekend mag worden tot de ernstig werkende artisien. die in hun kunst een goede plaats innemen.
"ïk min het land, Tiet ruige land Van dennen en van heide, Waar 't schaapje springt £)e leeuw'rik singt, ^let btetje gonst soo blyde. 'k TMn 't groen dat geurt 6n eeuwig kleurt, Oe boompjes, jonge, oude; % min het oord, Oat 't- oog bekoort; De heide der Velouwe, öe heide der Velouwe,