Artikel Chemie magazine Petrochem - dagverslag Petrovision 2005 Cursief rode tekst maakt geen deel uit van het artikel Titel
Petrovision 2005
Sub titel
Werken aan een duurzame toekomst
Intro Moeten we verspilling van fossiele brandstoffen tegen gaan en extra milieubelasting gaan heffen voor het direct verbranden ervan? Kan waterstof op korte termijn een belangrijke rol vervullen in onze energievoorziening? Het ontbreekt de industrie niet aan ideeën voor een duurzame toekomst, maar beschikt zij op korte én lange termijn over de mensen en de middelen om duurzame technologieën daadwerkelijk te realiseren? Kan zij tegelijkertijd haar concurrentiepositie ten op zichte van het Verre Oosten versterken? Op 2 juni werd, in het hartje van de industriestad Rotterdam, in de Cruise Terminal direct gelegen aan de Maas en naast de Erasmusbrug, voor de negende keer het Petrovision congres georganiseerd. Deelnemers trachten door middel van lezingen, discussies en debat tot verbeterde inzichten te komen over een duurzame toekomst van de petrochemische en olieindustrie in Nederland en België. Samen ‘Duurzaamheid en werken aan een duurzame toekomst is complex’, zegt Bart de Jong, vice president Lyondell Chemical Company. Een eenvoudig model voor duurzaamheid, dat ons helpt de juiste balans te vinden tussen people, profit and planet bestaat niet. Het wordt dan ook terecht wel vergeleken met een kaleidoscoop. ‘Individuele industriële organisaties hebben maar beperkt invloed op de grote verscheidenheid aan factoren die kunnen bijdragen aan een duurzame toekomst. Maar kijken we naar de gezamelijke mogelijkheden van de industrie en verleggen we ons blikveld verder dan de dagelijkse operatie, dan kan die industrie wel degelijk een rol spelen in de ontwikkeling van een duurzame toekomst’, zegt Colette Alma-Zeestraten, general manager van de Vereninging voor de Nederlandse Chemische Industrie. ‘In het verleden is gebleken dat de industrie dit soort uitdagingen aan kan. Om het verzuringsprobleem op te lossen werden zwaveldioxide emissies over een periode van
1
18 jaar met 80% teruggebracht. Ook CFC emissies werden drastisch verminderd. Het Responsible Care® programma speelde hierin een sleutelrol en zal met een verdere en transparantere uitbreiding in de productketen de prestaties op het gebied van veiligheid, gezondheid en milieu nog verder kunnen verbeteren’, aldus Alma. Maar innovatie en duurzaamheid zijn ook essentieel voor onze toekomstige concurrentiepositie. ‘De positie van Europa als grootste producent van chemicaliën staat op het spel.’ ‘De markt lijkt zich te herstellen’, zegt Hans Smits, CEO van Havenbedrijf Rotterdam. ‘Wij verwachten tot 2010 een gemiddelde groei van 3% op de doorzet van bulk vloeistoffen. De chemiesector in deze regio zal ook groeien, zij het in een iets lager tempo. ‘We moedigen innovatie in de haven en het industriële complex aan en faciliteren het efficiënt duurzaam gebruik van energie, ruwe grondstoffen en ruimte’, zegt Smits. ‘We willen nieuwe pijpleidingsystemen en complete utility eilanden aanleggen. We willen ook co-generatie verder uitbreiden en meer afval omzetten in energie, koolstofdioxide emissies verminderen en het gebruik van biomassa, zonneenergie, windenergie en waterstof als duurzame energiebronnen aanmoedigen. Een gestructureerde aanpak en nauwe samenwerking zal echter noodzakelijk zijn, want ondanks onze unieke geografische positie zal het niet makkelijk zijn om met de huidige groei een duurzame haven te realiseren.’ Mensen en kennis ‘Hoe kunnen wij samen met universiteiten, de jongeren van nu interesseren in onze industrie, opdat zij straks met ons willen werken aan een duurzame toekomst?’, vraagt Cees Jan Asselbergh, Directeur Deltalinqs zich af. ‘Kan een bedrijf nog in duurzame ontwikkelingen investeren als er tengevolge van reorganistaties steeds minder personeel is?’, vraagt David de Pril, salesmanager Benelux Chemicals bij BOC Edwards BV. ‘Bouwen aan een duurzame toekomst begint met het opleiden van mensen’, zegt Marco Croon, president ABB Benelux. We organiseren onze industrie lean-and-mean om competitief te blijven. We kunnen niet zonder de ouderen met veel ervaring, maar sturen ze toch weg. We hebben maar weinig tijd om nieuwe mensen gedegen in te werken. Zo gaat kennis verloren. Kennis die de basis vormt voor een gezonde lokale industrie. Een gezonde lokale industrie kan zich wereldwijd verspreiden, trekt lokaal andere sectorbedrijven aan en geeft mensen een groeiperspectief. Mensen kunnen
2
hierin leren, zich ontwikkelen en welvaart opbouwen. Op die manier wordt kennis opgebouwd en arbeidspotentieel aangetrokken.’ In Nederland en België zijn een groot aantal bedrijven zeer innovatief bezig, maar zij moeten actief aanmoedigd worden en hebben geld en kennis nodig om innovatieve ideeën te vertalen naar duurzame toepassingen voor de samenleving. ‘Binnen Suschem, het Europese technologie platform voor duurzame chemie, probeert men een agenda op te stellen voor gericht onderzoek en ontwikkeling van duurzame oplossingen’, zegt Alma. ‘Vervolgens zal men de daadwerkelijke toepassing van innovatieve technologieën in een industriële omgeving moeten stimuleren en subsidiëren’, zegt Barend Bruining, fieldbus coördinator STC Brielle. ‘Initiatieven zoals de Oefenfabriek geven bedrijven de mogelijkheid om nieuwe technologieën te testen, om risico’s af te schatten en om aandeelhouders te overtuigen van de potentie van een duurzame technologie.’ Betaalbaarheid ‘Is de ontwikkeling van duurzame technologie betaalbaar?’ Met die woorden, opende Aad van Helden, strategic innovation manager bij Shell International Chemicals, het middagdebat over ‘duurzame technologie’. Voor het investeren in duurzame technologie is een groeiende marktvraag nodig’, volgens van Helden. ‘Alleen flinke groei over lange termijn zal een gezond investeringsklimaat voor duurzame technologie opleveren. Gebaseerd op de huidige markt en economische ontwikkelingen lijkt de groei in Nederland en België niet sterk en zal de bouw van grote fabrieken uitblijven.’ Streven we wat duurzame ontwikkelingen betreft naar een trendbreuk of streven we naar meer geleidelijke verbetering? ‘Langs de huidige route die bedrijven hebben gekozen komt het niet tot een trendbreuk’, zegt Niels van der Plas, business manager, Akzo Nobel Base Chemicals. ‘Het werken aan een duurzame toekomst gebeurt momenteel in vele kleine stapjes.’ Risico Volgens Patrick Kools, CEO van iBanx BV, moet de industrie veel grotere stappen durven nemen. ‘De industrie moet kansen grijpen en het lef hebben om op de lange termijn te kijken. De procesindustrie is te druk bezig met het reageren op de dingen in de wereld waardoor ze geen tijd kan besteden aan dingen die de toekomst echt zouden
3
kunnen veranderen. De industrie wil wel werken aan duurzame technologieën, maar globalisering en concurrentie staan het niet toe. Zo blijft de industrie een wachtende houding aannemen. Moeten we voortborduren op het verleden? De toekomst van deze industrie is alleen veilig als we dit pad durven te verlaten’, aldus Cools. Een level playing field De toepassing van waterstof als brandstof is een mooi voorbeeld. ‘Voordat we waterstof als brandstof kunnen gaan gebruiken zijn enorme investeringen in infrastructuur nodig. Waterstof is hier als autobrandstof momenteel niet haalbaar. ‘Zouden we echter naar de kosten van de hele energieketen kijken dan ontstaat een heel ander beeld van dure duurzaamheid en zou waterstof net als vele andere duurzame oplossingen wel haarbaar zijn’, zegt Lucas Reijnders, beleidsmedewerker voor de Stichting Natuur en Milieu. ‘Goedkope energie bestaat niet. We moeten de kosten voor de ontwikkeling van duurzame technologieën niet afwenden op de generaties na ons. Uiteindelijk zullen de kosten door iemand betaald moeten worden. Wij moeten onze verantwoordelijkheid nemen. Helaas is de praktijk dat markten wereldmarkten zijn. Als de rest van de wereld niet meedoet, dan verliezen wij ons marktaandeel. We zullen op hoog niveau moeten werken aan een level playing field waarbij ook de kosten over de hele keten (inclusief vervuilende factoren) in rekening worden gebracht.’ Rob Poos, verkoopleider chemie bij Hoek Loos, bevestigt dat waterstof op korte termijn geen prominente rol zal spelen in de industriële energievoorziening. ‘Maar dat betekent niet dat we stil moeten gaan zitten. Air Products gaat in Rotterdam huishoudens voorzien van waterstof als energiebron. In Californië worden de eerste waterstoftankstations gebouwd. We moeten nu op kleine schaal beginnen en het publiek overtuigen van een mooie oplossing, want een ding is zeker: ‘De koolwaterstoffen raken op.’ Duurzaam ondernemen ’Management heeft vaak een korte termijn visie van twee tot drie jaar. Dat houdt innovatie tegen’, zegt Bruining. ‘Momenteel worden innovatieve duurzame technologieën niet geimplementeerd, omdat managers de risico’s van de nieuwe technologieëen niet kunnen of willen managen.’
4
‘Het draait inderdaad allemaal om risico’s’, zegt Mesterom van de PDM Group. ‘De risico’s die horen bij investeringen in duurzame technologie zijn over de korte termijn (te) groot. De anomieme aandeelhouder kijkt naar korte termijn resultaten en heeft zoveel macht dat hij grote investeringen in duurzame technologie voor de korte termijn niet accepteert. Wij zullen dus met die aandeelhouder moeten gaan praten en hem moeten overtuigen van het belang van duurzame oplossingen voor winst op de lange termijn.’ ‘Veel Europese bedrijven omarmen het Amerikaanse ondernemersmodel.’ Ondernemer en adviseur Donald Kalff, legt uit waarom het Amerikaanse ondernemersmodel en het streven naar duurzaamheid als water en vuur zijn. ‘Het Amerikaanse ondernemersmodel heeft een eenduidige doelstelling - de aandeelhouderswaarde is de maat voor alle dingen. Kapitaal moet daar ingezet worden waar het het meeste rendeert. De aandeelhouder blijkt niet de oude enthousiaste entrepreneur. Het is een belegger die op korte termijn resultaten wil zien. Managers worden voor periodes van enkele jaren aangenomen en een hoge beloning wordt gekoppeld aan de stijging van de aandelenkoersen. Met een dergelijke contractuele overeenkomst werken managers naar hetzelfde doel - op korte termijn winst maken. Binnen een dergelijke bedrijfsvoering is geen ruimte voor investeringen in lange termijn duurzaamheid.’ Volgens Kalff zijn het momenteel de kwaliteit van de mensen en hun samenwerking en niet de beschikbaarheid van technologie en kapitaal, die de corporate en economische ontwikkeling van een bedrijf en de ontwikkeling van een duurzame toekomst beperken. BEKNOPT Onze petrochemische en olieindustrie is zich bewust van haar maatschappelijke verantwoordelijkheid ten aanzien van een duurzame toekomst. Bouwen aan die duurzame toekomst betekent investeren in mensen en kennis om innovatieve duurzame technologieën te ontwikkelen en te implementeren. Daarnaast is het van belang dat de industrie gezond en wereldwijd competitief is. Alleen dan kan die industrie kapitaal vrijmaken om een klimaat te scheppen waarbinnen innovatie en ondernemerschap de ruimte krijgen om te bouwen aan een duurzame toekomst.
5