ARCHIEF VAN DE STADS TEEKENSCHOOL
TE BERGEN OP ZOOM
1851 – 1936
ARCHIEF VAN DE STADS TEEKENSCHOOL Later gemeente Teeken- en Burgeravondschool en na 21 september 1921 gemeente Nijverheid avondschool 1851 – 1936 door: K. van de Watering I. GESCHIEDENIS De instelling, welke in den volksmond “Tekenschool ” heet , vindt haar oorsprong in het “Instituut der Teeken-, Doorzicht- en Bouwkunde”, dat in oktober 1806 door eenige particulieren werd opgericht en 3 november van genoemd jaar de approbatie van het gemeentebestuur verkreeg. (S.M. Stouters, voorzitter, A. du Pont de Freytag, W.C.P van Riemsdijk, leden ; H. Cornets de Groot, penningmeester en N. Vetten, secretaris). Een getal van 75 contribueerende leden maakte het bestaan mogelijk, in 1809 bevond het “Instituut“ zich zelfs in zeer bloeiende toestand. (Cfr. Brief 16 augustus 1824). Koning Lodewijk Napoleon, die de school in 1809 bezocht, schonk het bestuur ƒ 1000 ,--. Vanwege de inlijving bij Frankrijk in 1810, raakte het bestuur in financieële moeilijkheden, zoodat het in 1812 gedwongen was, met het bestuur van het departement der maatschappij tot Nut van het Algemeen een overeenkomst aan te gaan, waarbij werd bepaald, dat de Teekenschool in het lokaal van het departement overgebracht en daarmee zou vereenigd worden. Gebrek aan de noodige financiën noodzaakten “het Nut“ het onderwijs in de Doorzicht- en Bouwkunde te laten varen. Alleen de Teekenschool blijft, deze verkeert in 1817 zelf in bloeienden toestand, zoodat ze in 1816 met een teekenschool voor meisjes was uitgebreid. Dan verschijnt het K.B. van 13 april 1817, dat de oprichting verlangt van teekenscholen, waar gratis onderricht wordt gegeven in het teekenen van het menschenwereld en de grondregels der bouwkunde. Het was n.l. den wensch van Koning Willem I het peil der kennis van de handwerkslieden te verhoogen, door het oprichten van zulke scholen. Jaarlijks wordt hierover door de regeering een vraag gesteld, waarbij trouw wordt geantwoord dat er een Teekenschool is, doch dat men financieel niet in staat is perspectiefleer en bouwkundig onderwijs te laten geven. Het is echter een minder elegant figuur, het gemeentebestuur in het verslag over 1824 aan den gouverneur der provincie te zien berichten, dat Bergen op Zoom nog steeds niet in staat is een dergelijke school tot stand te brengen, terwijl “ het Nut” 4 october 1824 aan burgemeester en wethouders had bericht, dat zij bouwkundig onderricht zou laten geven, als het gemeentebestuur een subsidie gaf van ƒ 100,-- ineens en ƒ 150,-- jaarlijks en de vermogenden ook iets betaalden. Door den dood van den schilder J. v. d. Berg, die de teekenlessen gaf, verdwijnt in 1825 de hele school, niemand in de stad was in staat, diens plaats in te nemen om onderwijs te geven in teekenen. Op deze geschiedenis blijft het stedelijk bestuur zicht enkele tientallen jaren beroepen, om niet tot het oprichten eener Teekenschool over te gaan. Zoo trekt het stedelijk bestuur zelf den draad door, terwijl practisch de leergierige jeugd geholpen blijft, want : In 1828 vestigt zich alhier de 25-jarige Josephus Benjamin Weingartner, van beroep teekenmeester, fijnschilder en boetseerder te ‘s-Hertogenbosch, zoon van den directeur van de schilder- en teeken academie aldaar, in ieder der 3 vakken primus uitgeroepen. Op eigen risico begint deze juni 1828 het Teekenonderwijs in het lokaal en met de hulpmiddelen van “het Nut“. Een en ander onder de zinspreuk “niemand weet, hoeveel hij niet weet“. Hoewel dit laatste gaarne de school had heropend, volgens den wensch uitgedrukt in het K.B. van 10 october 1829, gevolgd door een krachtig schrijven van gedeputeerde staten van 13 november daaraanvolgende, was “het Nut“ daartoe niet in staat, omdat de stad geen subsidie wilde geven. Het was ook te mooi : de onderwijzer G. van Gennip, zou n.l. perpectiefleer hebben kunnen geven. Gedeputeerde staten doen Bergen op Zoom in 1841 weer een schrijven toekomen om een teekenschool volgens een plan door de regeering opgesteld op te richten ; de zaak wordt nu weer ernstig onderzocht , doch burgemeester en wethouders zeggen financieel niet in staat te zijn een dergelijk instituut tot stand te brengen. Bij raadsbesluit van 16 juli 1849 wordt echter in principe besloten tot de oprichting eener teekenschool en men vraagt gedeputeerde staten om subsidie. Het antwoord is, dat Bergen op Zoom een dusdanig verzoek moet indienen bij provinciale staten, alsmede een begrooting. Inderdaad komt men in 1851 tot het ontwerp en plan voor een stadsteekenschool omdat “voor
I:\RHC\beheer\00 Objectdossiers archieven en collecties\Collectie 0138\0138_primaire toegangen\0138 Stadsteekenschool_inventaris_GELDEND.docx
2/6
handwerkslieden of jongelingen, die daartoe opgeleid worden, het aanleeren van bouw- en doorzichtkunde een noodzakelijk vereischte is, en zelfs werktuigkunde niet gemist kan worden“. In deze ware behoefte diende voorzien. Aanvankelijk wil men de school onderbrengen op het Spuihuis, doch de “commissie van voorbereiding“ vindt dit gebouw ongeschikt en raadt aan de stadskoornwaag daartoe te verbouwen. 6 Mei 1852 is de verbouwing daarvan aanbesteed (ter plaatse van de huidige arbeidsbeurs). Genoemde commissie bestond uit de heeren A.J.L. de Roock, Anth. Feber, C.J. Rogier, E.A. Mattenburgh, J. Drabbe. ( 1 November 1851). Voor de school begon ontstond er tusschen de commissie en het gemeentebestuur een geschil met het gevolg, dat de meerderheid der commissie aftrad. Den 7en februari 1853 had een vergelijkend examen plaats, tengevolge waarvan tot leeraar in het handteekenen werd benoemd bovengenoemden J. B. Weingartner en tot leeraar bouwkunde F. Helmich uit Schiedam. In handteekenen werd 12 maanden en in bouwkunde 6 maanden les gegeven. De lessen in handteekenen hadden plaats 3 x per week van 6 – 8 uur, en 1 x per week van 8 -10 uur voor lui die op het vakwaren. De lessen in bouwkunde werden ook 3 x per week gegeven van 7,30 – 9,30 uur. Spoedig neemt de zaak zoo toe, dat de heele week les gegeven moet worden, en zelf ‘s-Zondags een les voor bejaarde ambachtslieden veel toeloop heeft (1860). In 1866 word 3 x per week van 6 – 8 en van 8 -10 handteekenen gegeven, en s’-woensdags en ‘s-zaterdags aan meisjes van 1 – 3 uur en van 3 – 5 aan eerstbeginnenden. Met de bouwkunde bleef het echter sukkelen. Men had n.l. heele grote moeite bevoegde leeraren te krijgen en als men ze had, waren ze zoo weer weg. De combinatie van de betrekking met die van gemeente-architect baatte ook al heel weinig, want soms was er zooveel werk, dat de betrokkene zijn lessen niet kon geven. Intussen was in 1876 de heer Weingartner, meer dan 70 jaar oud, ook niet meer in staat op volle kracht de handteekenlessen te verzorgen. Hij kon slecht zien. Hij wordt in 1878 opgevolgd door den heer J. ten Have leeraar handteekenen M. 2. onder wien de school een nieuwen opbloei beleeft. Ook voor de bouwkunde komt er opleving. Het groote aantal leerlingen noodzaakt assistenten aan te stellen en zelfs nog een gebouw in gebruik te nemen (Nieuwstraat). De heer Ten Have sterft in 1903 en in september 1904 wordt de heer A.J. Disco benoemd tot directeur. Deze voorzag wegens zijn bezit aan verschillende akten M.O. in alle behoefte, kon zelfs beginnen met een nieuwen cursus machineteekenen. Reeds in 1906 heeft de nieuwe directeur de school geheel gereorganiseerd. Er wordt niemand meer toegelaten of hij moet de lagere school geheel doorlopen hebben. Er komt een heel nieuwe verdeeling in klassen en er wordt tevens een aanvang gemaakt met het aanleeren van andere vakken noodig voor de ontwikkeling van den ambachtsman. Het groote bezwaar der laatste tientallen jaren: het onvoldoende onhygiënische der lokalen zou spoedig worden opgegeven, door den bouw van een nieuwe ambachtsschool, waar niet alleen de teekenschool, doch ook een burger avondschool zou worden ingericht. Krachtens artikel 14, lid 1, der wet van 2 Mei 1863 (staatsblad no. 50) moest iedere gemeente boven de 10.000 zielen eene burgerschool hebben en zowel een dag- als avondschool. Van verplichting voor een burgeravondschool is Bergen op Zoom bij koninklijk besluit steeds vrijgesteld geworden, wijl de rijks H.B.S. geacht werd in de behoefte te voorzien. In 1908 wordt die ontheffing niet meer verlengd en 1 september 1908 neemt de burger avondschool een aanvang. Als overgangsmaatregel wordt de cursus der teekenschool 1907/ 1908 verlengd tot eind juni. De twee inrichtingen blijven naast elkander staan. De teekenschool duurt 9 maanden (september – ultimo mei) de B.A.S. 7 maanden (september – ultimo maart). 1 September 1921 worden de beide inrichtingen samengesmolten tot avondnijverheidsschool. De cursus duurt voortaan van 1 september – 31 maart dus 7 maanden of 30 weken. Daarmee verdween de oude teekenschool als zodanig van het toneel. Bij de behandeling der schoolbegrooting 1925 heeft de minister van onderwijs, kunsten en wetenschappen bij schrijven van 8 januari 1925, no. 10916 T afd. N.O. verzocht om den cursus te verminderen tot 26 weken. Dit is geschied per 1 october 1925. Vanaf deze datum duurt de cursus nog slechts 6 maanden n.l. van 1 october t/m 31 maart. De commissie der teekenschool heeft in de loop der jaren ook een archief gevormd. Dit is in maart 1940 door den heer A.J. Disco ingeleverd.
I:\RHC\beheer\00 Objectdossiers archieven en collecties\Collectie 0138\0138_primaire toegangen\0138 Stadsteekenschool_inventaris_GELDEND.docx
3/6
II. ORDENING EN BESCHRIJVING door K. v.d. Watering, onder toezicht van den gem. archivaris. Inleiding De stadsteekenschool, na 4 mei 1908 genoemd gemeente Teeken- en Burgeravondschool en vanaf de cursus 1921-1922 gemeente nijverheid- avondschool heeft steeds een belangrijke beteekenis gehad voor de vorming van een groot gedeelte van de jonge handarbeiders uit Bergen op Zoom en omgeving en werkte niet zelden stimulerend voor de leerlingen met meer dan gewone begaafdheid. In het archief berusten brieven van oudleerlingen, die het in een bepaald ambacht zeer ver brachten, in de kunstenaarswereld werden opgenomen of bij het nijverheidsonderwijs belangrijke functies verkregen. Kenmerken voor deze school sinds 1905, is vooral het stempel dat de laatste directeur, de heer Adr. Disco, die meer dan een dertig jaar de leiding had, op haar heeft gedrukt. De heer Disco ging 1 september 1936 met pensioen. Om technische redenen werd 30 juni 1937 (raadsbesluit no. 70) besloten de gemeente nijverheidsavondschool op te heffen. De school kwam daarna in beheer bij de vereeniging de ambachtsschool voor Bergen op Zoom en omstreken. Het bestuur over de stads teekenschool werd uitgeoefend door een commissie van 5 leden, te benoemen door den stedelijken raad (later gemeenteraad). Een dezer leden moest lid zijn van dien raad. De commissie koos uit haar midden een president en een secretaris-penningmeester. De president moest lid van den stedelijken raad zijn. Het archief zoals dit werd ingeleverd beslaat het tijdvak van 1851 t/m het cursusjaar 1935-1936 en vormt dus een afgesloten geheel. Het bestaan uit: notulenboeken, registers, brievenorders, een lias en verzameling reglementen, verordeningen enz. : in totaal 35 stuks. In deze indeeling is geen verandering gebracht . Wel werd het oog op de opberging de inhoud van de briefordners, na van onbelangrijke correspondentie te zijn gezuiverd, naar omslagen overgebracht, terwijl ook de lias die feitelijk uit noodhulp was gemaakt, uit elkaar werd genomen en na eveneens te zijn gezuiverd, naar een omslag verhuisde. Zoo kon er een ½ m. opbergruimte worden gewonnen en het bestaande archief worden teruggebracht op ruim ¾ m. Tusschen de correspondentie bevonden zich veel particuliere brieven door oud-leerlingen aan hun vroegeren directeur gezonden. Voor zoover deze brieven voor de geschiedenis en het karakter van de school van geen betekenis waren zijn ze verwijderd. Sommige werden bewaard om de band niet te verbreken die in den loop van ruim een kwart eeuw tussen school–directeur en leerling was gegroeid. Zoo is het organisch geheel van dit, in mening opzicht zoo merkwaardig archief onaangebroken gebleven.
I:\RHC\beheer\00 Objectdossiers archieven en collecties\Collectie 0138\0138_primaire toegangen\0138 Stadsteekenschool_inventaris_GELDEND.docx
4/6
INVENTARIS ALGEMEENE ZAKEN 1
Reglementen en instructies, 1877-1917
1 omslag
2
Verordeningen, 1883-1912
1 omslag
3-5
Register der notulen van de vergadering der commissie tot bestuur en toevoorzicht van de stad teekenschool van Bergen op Zoom, 1851-1917 3 delen 3 5 nov. 1851- 2 jan. 1866 4 16 jan. 1866-14 okt. 1898 5 21 okt. 1898-30 sep. 1917 N.B. Sinds 4 mei 1908 ook bestuur der burgeravondschool
6
Brievenboek van de bestuurscommissie der G.T. en B.A. school, aug. 1891-6 april 1917
7-9
Brievenboek van der dir. der school over de cursusjaren 1905-1935 7 1905-1918 8 1919-1928 9 1928-1935
3 delen
Brieven en stukken van en aan den secretaris van de bestuurscommissie, 1891-1916
1 omslag
1 deel
N. B. Hierin ook opgenomen enkele particuliere brieven van den directeur over de jaren 1936–1939
10
11-16 Brieven en stukken van en aan den directeur der school, 1910-1935 11 1910-1917 12 1918-1921 13 1922-1926 14 1927-1929 15 1930-1931 16 1931-1935
6 omslagen
17-19 Register van ingekomen en verzonden stukken G.N.A.S., 1922-1936 17 Jan. 1922 t/m Dec. 1928 18 1 Jan. 1929 t/ m 31 Dec. 1932 19 1 Jan. 1933 t/ m Aug. 1936
3 delen
ORGANISATIE VAN DE SCHOOL 20
Naamlijst van de leerlingen der gemeente teekenschool te Bergen op Zoom over de cursusjaren 19051908 1 deel
21
Naamlijst van de leerlingen der gemeente burgeravondschool te Bergen op Zoom over de cursusjaren 1908-1909 t/m 1920-1921, los over de jaren 1925-1926 ; 1930-1931 ; 1931-1932 ; 1934-1934 1 omslag N.B. G.T.S. en B.A.S. worden G.N.A.S., 1 Sep. 1921
22
Register van rapporten van de leerlingen der burgeravondschool over de cursussen 1908-1909 t/m 19171918 1 deel
I:\RHC\beheer\00 Objectdossiers archieven en collecties\Collectie 0138\0138_primaire toegangen\0138 Stadsteekenschool_inventaris_GELDEND.docx
5/6
23 24
Register van rapporten van de leerlingen der burgeravondschool over de cursussen 1918-1919 t/m 19331934 1 deel Presentielijst van leerlingen, afd. constructie en machineteekenen over de cursus 1905-1908 1 deel N. B. Hierin opgenomen lijsten van verstrekte schoolbehoeften, 1907-1908 ; administratie, 1910-1935
25
Leerplannen en exameneischen, 1910
26
Lesroosters van de G.T., B.A. en G.N.A.S. over de cursusjaren 1908-1909 t/m 1934-1935
1 omslag 1 omslag
ADMINISTRATIE VAN DE SCHOOL 27
Register der rekeningen van ontvangsten en uitgaven van gemeente teekenschool van Bergen op Zoom, 1861-1888 1 deel
28
Verzameling van begrootingen over de jaren 1909-1935 (onvolledig)
1 omslag
29
Lijsten van verschuldigd schoolgeld over de cursusjaren 1912-1913 t/m 1923-1924
1 omslag
30-31 Register bevattende gegevens voor de berekening der jaarwedden van het personeel, na 1921 2 delen JAARVERSLAGEN 33
Verzameling jaarverslagen G.T., B.A. en G.N.A.S. respectievelijk over de jaren 1905-1924 , 1908-1920 en 1921-1931 1 omslag
34
Verslagen van de commissie van toezicht op het middelbaar onderwijs over de jaren 1888, 1889 en 1919 1 omslag
35
Specimen van getuigschriften en diploma’s
I:\RHC\beheer\00 Objectdossiers archieven en collecties\Collectie 0138\0138_primaire toegangen\0138 Stadsteekenschool_inventaris_GELDEND.docx
1 omslag
6/6