Amstelland,
nieuw verbond tussen
stad en land
Een uitgave van de stuurgroep Amstelland
Engel de Nooij Het lied van de Amstel (1935)
Gerard Smit, de joggende dichter Tegenstroom (september 2003)
Amstel, jou - wijd ik mijn schoonste zangen, Amstel, jou - wijd ik mijn liefste lied. Amstel, steeds zal ik naar jou verlangen, Amstel, jou - vergeten kan ik niet!
Nu polders van droogte open scheuren Pompt het Zeeburg-gemaal water Water uit het IJmeer in de Amstel Zo keert tegenstroom de waterloop
In dat kleine dorp werd ik geboren, Dat daar aan jouw stille oevers lag, Daar kon ik jouw golfslag daag’lijks hooren, Daar was ik bij jou van dag tot dag!
Ik beproef mijn dichtersziel en luister Luister hoe de rivier nu adem haalt Ik zie golven zuidwaarts drijven Dat is de wind die uit het Noorden komt
Toen in mijn hart de liefde is gekomen. Zoete liefde voor een slanke vrouw. Droomde ik bij jou m’n toekomstdroomen, Zei jij mij, hoe ‘k later worden zou! Als we bij je kwamen spelevaren Op jouw spiegelende oppervlak, Wist jij wel, hoe blij wij allen waren, Jij met ons en ‘t blauwe hemeldak! Als wij, in jouw groene riet verborgen, Stil genoten van de zomerzon, Vrij van leed, en vrij van zorgen, Was het jij, die zoo mooi zingen kon. Ja, dan suizelden je golven zoetjes Altijd weer dat heerlijke refrein: “Kind’ren, reikt elkaar de smalle toetjes.” Ja. - wat kan een zoen dan zalig zijn’ Als wij eenmaal samen zullen trouwen, Altijd samen door hel leven gaan. Zullen wij die dagen steeds onthouwen! Amstel, jij hebt véél voor ons gedaan
Wat moet er worden van een stad Die terugstuwt wat zij ontvangt Die haar mondingschap verliest Om ‘t dorstig achterland te laven Ademhalen hoor ik niet. Ik ga te rade Bij de veerman, spreek hem op zijn boot Bij Driemond en Carré staan de sluizen open Het water stroomt als het moet stromen Zegt hij en roeiers zeggen het hem na Tegenstroom kunnen wij niet ontwaren Het is de wind meneer, de wind die ons Tegen zit, stroom kan ons niet deren Bij de Omval ligt het water blak Ik dacht het al, voor de Amstel Is een dichtersziel niet nodig Haar waarheid ligt aan het oppervlak
Amstelland, nieuw verbond tussen stad en land
Een uitgave van de stuurgroep Amstelland
4
Inhoud Hester Maij – Toekomst Amstelland, ‘a capital investment’ 5 Peter Roos, melkveehouder in de Waver - Wij produceren niet alleen melk, maar ook landschap 6 Hans Ghijsels, Westelijke Land- en Tuinbouworganisatie – Visie Toekomst Amstelland 6 De toekomst van het Amstelland spreekt niet voor zich
7
Herman Vuijsje - Recrofreaks en de Middenweg 8 Gruttoboeren maaien minder 8 Het verhaal van de verschillende perspectieven 9 Vier scenario’s 9 De boeren 9 De spiegelreflexbijeenkomsten 11 De culturele onderstroom 13 Het effect van een frisse blik 14 Het belevingsweekend 15 De slotbijeenkomst 17 Toekomstvisie Amstelland - Amstelland, een nieuw verbond tussen stad en land 21 Peter van Schaik - Het karakter van Amstelland 22 De projectenkeuze van de stuurgroep Toekomst Amstelland 29 GIOS-gelden 32 SAUL 32 Hans Schippers, gedeputeerde Noord-Holland - Amstelland kijkt verder 33
5
Hester Maij Toekomst Amstelland, ‘a capital investment’ Amsterdam heeft altijd al een bijzonder verbintenis gehad met het groene landschap van Amstelland. Al in 1935 werd deze kwaliteit onderkend en in ruimtelijke zin vastgelegd in het Amsterdams Uitbreidingsplan (AUP). Het AUP beschrijft aan de hand van een stedenbouwkundig raamwerk van lobben en scheggen de groei van Amsterdam. De geplande stadsuitbreidingen vormen de lobben met daartussen de agrarische gebieden en groene recreatiegebieden als de zogenaamde scheggen of groene vingers. De groene vingers bestaan anno 2004 nog steeds en een van deze groene vingers is Amstelland. Zo op het eerste gezicht lijkt er weinig mis met het landelijke gebied in de Amstelscheg. Toch zijn er allerlei bedreigingen geconstateerd. De economische positie van de landbouw is op termijn hoogst onzeker en Amstelland komt planologisch meer en meer onder druk te staan door de oprukkende verstedelijking. Ook is er een verandering in het recreatieve gedrag van de stedeling en inwoners van Amstelland en wordt in verschillende nota’s het gebied aangewezen om een bijdrage te leveren aan de uitbreiding van opslag- en bergingscapaciteit voor overtollig oppervlaktewater. Inmiddels wordt steeds meer duidelijk hoe uniek en kostbaar de groene ruimte van Amstelland is en dat was dan ook de belangrijkste reden om het project Toekomst Amstelland te starten. Voor u ligt het Slotdocument Toekomst Amstelland. Een document waar ik als wethouder van Amsterdam en als voorzitter van de stuurgroep Toekomst Amstelland zeer trots op ben. Het is het eindresultaat van een vruchtbaar proces en het begin van een vervolg.
In september 2002 is het project Toekomst Amstelland gestart. Boeren, bestuurders, recreanten, bewoners, kunstenaars, natuurliefhebber, historici, ambtenaren en ondernemers zijn diverse malen bij elkaar gekomen en hebben aan de hand van verschillende scenario’s voor het gebied gediscussieerd over de ruimtelijke ingrepen, belangen toegelicht en ideeën en projecten ingediend. Hoewel het soms moeilijk was oude rolpatronen te doorbreken zijn de deelnemers er in geslaagd om samen tot vernieuwende oplossingen te komen. Het project stond niet in het teken van sectorale maximalisatie maar was juist op zoek naar verschillende duurzame vormen van meervoudig ruimtegebruik en binding tussen stad en land. Er is gedacht in belangen en niet in tegenstellingen en er is gebruik gemaakt van elkaars kennis en kunde. Deze serieuze betrokkenheid en inzet van een ieder heeft geleid tot een gemeenschappelijk gedragen visie en een commitment aan bereikte conclusies en gekozen projecten. Zestien projecten die binnenkort worden uitgevoerd. Projecten die de landschappelijke kwaliteit van Amstelland versterken en een katalysator vormen voor andere groene initiatieven en projecten na 2005. Ik zei het al, het project Toekomst Amstelland is geen eindresultaat maar een begin van een capital investment.
Hester Maij Wethouder Milieu en Openbare Ruimte gemeente Amsterdam
6
Peter Roos, melkveehouder in de Waver Wij produceren niet alleen melk, maar ook landschap “Koeien in de wei is een typisch beeld van het veenweidegebied dat erbij hoort. Een beeld dat niet gemist kan worden en wat het landschap net wat extra’s geeft. Een weide zonder vee is kaal, daar is eigenlijk niks aan. Alleen daarom al is het van belang dat de melkveehouderij blijft bestaan in Amstelland. Dat de melkveehouderij blijft bestaan is niet vanzelfsprekend. De melkveehouderij heeft best wel te maken met een aantal problemen. Amstelland is toch een gebied dat op allerlei manieren in de belangstelling staat. “Er worden van allerlei plannen op het gebied losgelaten. Maar als je het gebied
wilt laten zoals het altijd geweest is - al generaties, al eeuwen lang - dan zul je toch de landbouw, de veehouderij mogelijkheden moeten geven om de bedrijven hier te kunnen ontwikkelen en de bedrijven hier te kunnen uitoefenen. Kijk, je produceert voedsel. Als ik door de supermarkt loop en ik kom langs het zuivelschap, dan loop ik daar gerust met enige trots langs. Als ik al die kazen en andere zuivelproducten daar uitgestald zie liggen dan geeft me dat een heel goed gevoel. Want daar heb ik toch ook mijn bijdrage aan geleverd.” ■
Hans Ghijsels Westelijke Land- en Tuinbouworganisatie – Visie Toekomst Amstelland De eerste keer dat ik van visie Toekomst Amstelland vernam, had ik het idee, o jee! weer zo’n verschrikkelijk, echter goed bedoeld initiatief. Veel gepraat en weinig doen. Dat is echt meegevallen. Sterker nog, er ligt een gedegen basis voor de landbouw om op verder te borduren. Zelf had ik nooit verwacht dat het verstedelijkt gebied op een uitermate positieve wijze met de belangen van de boeren in het landelijk gebied zou omgaan. Kortom, stuurgroep Toekomst Amstelland, bedankt! Hoe nu verder? In de provincie Noord-Holland zal het veenweidegebied ten noorden van Amsterdam Nationaal Landschap worden. Het veenweidegebied ten zuiden van Amsterdam zal in het Nationaal Landschap Groene Hart gaan vallen. Binnen het Nationaal Landschap zal extra geld vrijkomen voor het agrarisch beheer, c.q. de instandhouding van de landschappelijke kwaliteit. Daarnaast zal,
om dit beheer veilig te stellen, ook Europees geld moeten worden ingezet. In het kader van visie Toekomst Amstelland is de basis gelegd om met boeren en natuurbeschermers een organisatie op poten te zetten die inspeelt op deze ontwikkeling. Regionaal met elkaar samenwerken is de basis om vervolgens samen richting rijk en Brussel op te trekken om het landschap te behouden. Wie had ooit kunnen denken dat de verstedelijkte regio Amsterdam samen met de boeren uit het omringende veenweidegebied eendrachtig voor het behoud van boer en landschap zijn best zou doen? Mijn welgemeende felicitatie! Ga zo door! ■
7
De toekomst van het Amstelland spreekt niet voor zich Het Amstelland, de omkering van de verhouding tussen stad en land. In het midden de rustige, weidse polders. In het ommeland de Rembrandttoren, de ArenA, het AMC, in de verte de torens van de Zuidas, vlak bij de oevers van de Amstel de woonwijken van Buitenveldert en Amstelveen. Dwars door alles heen de snelwegen naar Utrecht (A2) en Schiphol – Almere (A9). Ze zijn er nog, de ‘open’ polders met een weidse maat: polder De Rondehoep, de Duivendrechtse-, Holendrechter-, Bovenkerker- en de Waardassacker polder. Ze dragen de sporen van de agrarische geschiedenis van Holland en van de verstedelijking. De verscheidenheid in de inrichting en verkaveling zijn het resultaat van de ondergrond, ontginning, vervening en bewerking van het land door boeren. Zij pasten hun productiewijze en hun grondgebruik telkens weer aan aan de nieuwe behoeften van de markt, de efficiencyeisen in de productie, en de technische vernieuwing. De voormalige veenstromen liggen tegenwoordig enkele meters boven het land. Rust en landelijkheid domineren polder De Rondehoep. Rondom is de stad in zicht. Een wonder? Nee, de bescherming van het gebied is het resultaat van weloverwogen menselijk ingrijpen. De drie bestuurslagen hebben er, samen met de gebruikers en eigenaren, voor gezorgd dat de traagheid van het landschap, de verkaveling van polder De Rondehoep, de structuur van de Bovenkerkerpolder, de rijkdom aan vogels in de veenweide, de gemalen, de veenstromen, de buitens langs de Amstel en de boerderijen langs de Bullewijk zich hebben kunnen handhaven. De gemeentebesturen hebben in de bestemmingsplannen de beperkingen aangegeven van wat wel en niet mag in het Amstelland. Het pro-
vinciebestuur heeft de agrarische bestemming vastgelegd in het Streekplan Noord-Holland-Zuid. Vaak gaan we er van uit dat de agrarische sector (veeteelt) als vanzelfsprekend tot in lengte van dagen als motor van het landschap zal blijven functioneren. Voor het Amstelland is dat niet zo vanzelfsprekend. De nieuwe internationale marktverhoudingen en de stijgende productiekosten maken de toekomst voor de veehouderij ongewis. De ‘economische drager’ onder het landschap dreigt te bezwijken. › Het Amstelland staat onder druk van de oprukkende verstedelijking van Amsterdam, Amstelveen en Ouderamstel en andere ruimtelijke ‘claims’. › De stedelingen zoeken voor de zomerse picknick, de sport en om te genieten van landschap en natuur de omgeving dichtbij huis: het Amstelland. › Het water eist ruimte: ook Amstelland zal een bijdrage moeten leveren aan de uitbreiding van opslag- en bergingscapaciteit voor overtollig oppervlaktewater. ›
Amstelland kent een flinke bestuurlijke drukte: zes gemeenten - Amsterdam, Ouderamstel, Amstelveen, Abcoude, De Ronde Venen en Uithoorn - twee provincies - Noord-Holland en Utrecht - de waterschappen; het veelkoppige Rijksmonster met zijn departementen van verkeer en waterstaat, landbouw en visserij, ruimtelijke ordening en volkshuisvesting, elk heeft zijn eigen perspectief, maar wie voert de regie.
8
Herman Vuijsje Recrofreaks en de Middenweg
Gruttoboeren maaien minder
“Vanaf Barends boerderij lopen we verder de polder in. De verharde weg heeft plaatsgemaakt voor een zandpad. Groepjes koeten stappen zorgelijk voort. We blijven o en ah roepen over dit overweldigende landschap onder een wijde hemel, en schieten niet op. Even later komt dan ook Barends moeder ons achteropgefietst, onderweg naar Amstelveen. Het is een koninklijk gezicht: haar domein. Kaarsrecht en hoog te fiets gezeten, tekent ze zich af tegen haar eigen lucht. “Als het aan de recro-freaks ligt duurt dat niet lang meer. Ook de Bovenkerkerpolder moet worden opengelegd, met een nieuwe wandel- en fietsroute over de Middenweg. Waarom in godsnaam? Wij lopen hier, worden geduld wegens goed gedrag, en zie hoe majestueus zij eraan komt fietsen. Stel je een fietspad voor, verhard met een witte streep in het midden, en weg is die magie. “Bij Waardhuizen slaan we rechtsaf de Nesserlaan in en bereiken de ringsloot en ringdijk van de Bovenkerkerpolder. Groengebied Amstelland wil graag een pad over de ringdijk, maar de boeren willen dat niet. Ze hebben land op de dijk en hebben de doorgang afgesloten. Jammer, nu moeten we over de drukke weg langs de Amstel lopen. We doorkruisen het bovenland — met veel kassen — en dan staan we aan de rivier. Het hoogteverschil met de polder is adembenemend.”
Elk jaar trekken honderden vrijwilligers de weilanden in om nesten van weidevogels te markeren, zodat boeren het broedsel niet stukmaaien. Toch is het aantal gruttobroedparen de afgelopen tien jaar gehalveerd. De introductie van ‘gruttoboerderijen’ moet de teruggang stoppen.
Uit: Schuifgroen, een wandeling langs de grens van Amsterdam, met foto’s van Marian van
op zijn land: ,,Daar hebben heel vroeg dit voorjaar gemaaid, daar helemaal niet’’.
de Veen-van Rijk, Uitgeverij Contact 2003. Foto Marian van de Veen-van Rijk
Bron Trouw, donderdag 24 april 2003
NES AAN DE AMSTEL – ,,Ik wil niet door het leven als gruttoboer. Maar de grutto heeft de boer nodig. En ik vind het mooie vogels.’’ C. Lambalk heeft een melkveehouderij en -fokkerij in Nes aan de Amstel. Samen met collega-boeren uit de omgeving doet hij mee aan een project om de terugloop van gruttobroedparen in Nederland tot staan te brengen. Het is een schril contrast. Binnenin de schuur staan koeien te loeien naast een hightech melkrobot. Buiten roepen de kievieten en grutto’s hun naam boven sappig groene weilanden, waarin geen vee te bekennen is. ,,Het zou me niet verbazen als hier relatief veel grutto’s broeden, omdat ik het vee het hele jaar binnenhoud’’, zegt Lambalk. Het bedrijf van Lambalk is een van de vijftig zogeheten gruttoboerderijen van het project Nederland-Gruttoland, dat gisteren officieel van start ging. Omdat het aantal gruttobroedparen in Nederland de afgelopen tien jaar is gehalveerd tot 45000, hebben Vogelbescherming Nederland, Landschapsbeheer Nederland en BoerenNatuur een gezamenlijk project opgezet om de kuikens van grutto’s te beschermen. Want ook al zorgen honderden vrijwilligers er elk jaar voor dat nesten van weidevogels worden gemarkeerd met stokken zodat boeren ze niet stukmaaien, toch loopt de gruttostand achteruit. De oorzaak ligt onder meer in het massale maaien na afloop van de broedperiode, denken de drie organisaties. Het ontbreekt de jonge vogels dan aan hoog gras om zich in schuil te houden, waardoor ze ten prooi vallen aan roofdieren. De oplossing is maaien in fasen, in plaats van alle weilanden tegelijk, zodat er altijd stroken hoog gras in de buurt zijn waar jonge gruttogezinnen hun toevlucht kunnen zoeken als ze door maaimachines worden opgejaagd. Lambalk wijst
9
Het verhaal van de verschillende perspectieven Alles bij elkaar de hoogste tijd voor een gezamenlijke visie op het Amstelland: welke vorm van samenwerking en welke investeringen kunnen de waarde van het Amstelland voor de boer, de stedeling, de sporter en de bewoner in de toekomst veilig stellen. De stuurgroep Toekomst Amstelland heeft samen met de andere vertegenwoordigers in het platform Toekomst Amstelland gezocht naar het antwoord op deze vraag. Najaar 2002 opende de stuurgroep Toekomst Amstelland het gesprek met de betrokkenen. Vanwege de verschillen in perspectief tussen de betrokkenen, de boeren, de bewoners, de ondernemers, de natuurorganisaties en de recreanten is het platform Amstelland opgericht als een tijdelijke publieke ruimte. De gespreksleiding en het procesontwerp werden in handen gelegd van Jeroen Saris, directeur van de Stad bv.
Vier scenario’s Om de verschillende perspectieven te ordenen zijn vier scenario’s opgesteld. Die scenario’s zijn gebruikt als denkmodellen voor de toekomst. Elk model geeft een ander antwoord op de vraag wat een duurzame toekomst van het Amstelland kan zijn. Het eerste scenario, Autonome ontwikkeling, trekt de lijnen uit het verleden door: de oprukkende verstedelijking en de beleidsmatige keuze uit de jaren dertig om de Amstelscheg open te houden. Het tweede scenario, Amstelland in boerenhand, stelt de toekomst van de veehouderij centraal en gaat er van uit dat een forse schaalvergroting in het boerenbedrijf, naast verbreding van de bedrijven onvermijdelijk is. Het derde scenario, Land-
schapspark, stelt als opgave de waarde van het landschap te behouden en maakt het boerenbelang daar min of meer ondergeschikt aan. Het vierde scenario, Amstellandgoed, verkent de ruimte voor verstedelijking binnen de grenzen die het landschap stelt. De deelnemers aan het platform Toekomst Amstelland hebben de scenario’s besproken en waar nodig aan hun wensen aangepast. (Een uitgebreide beschrijving van de scenario’s en de verslagen van de besprekingen staan op de cd-rom in de rubriek Toekomst Amstelland/Documenten.)
De boeren Op initiatief van de WLTO, Groengebied Amstelland en de Vereniging Agrarisch Natuurbeheer De Amstel is een enquête gehouden onder de boeren in het Amstelland. De uitslag van de enquête is vastgelegd in het onderzoeksrapport Landbouwontwikkelingsvisie Amstelland, 2003. Het rapport beschrijft het volgende: Er zijn in het gebied 140 agrarische bedrijven waarvan het grootste deel melkveehouders. Het aantal bedrijven is de afgelopen tien jaar met 21% teruggelopen, het aantal veehouders met 35%. De laatste twee jaar is met een terugloop van 5% per jaar zelfs sprake van een versnelde afneming van het aantal melkveebedrijven. De melkprijs op de wereldmarkt zal de komende jaren blijven dalen en de inkomenssubsidies zullen worden verminderd. De werkgroep verwacht een verdere inkomensdaling van de boeren in de veehouderij. De inkomensvorming uit vergroening en verbreding van de bedrijven weegt daar
10
Startbijeenkomst
Boer Roos van Theatergroep Troje houdt het Amstelland in eigen hand bij de start van de Startbijeenkomst.
De Nieuwe Hervormde Kerk met het naastgelegen Rehoboth boden onderdak aan de verschillende bijeenkomsten van het platform Toekomst Amstelland.
Deelnemers aan de startbijeenkomst luisteren naar de geneugten van de Amstellandgoedeigenaar.
11
(De Landbouwontwikkelingsvisie Amstelland, 2003 staat op de cd-rom.)
De werkgroep van de boeren stelt de volgende knelpunten vast (Landbouwontwikkelingsvisie Amstelland, 2003): a. De diverse ruimtelijke claims met betrekking tot de waterberging, groen- en recreatiegebieden en infrastructuur leiden tot de nodige (planologische) onduidelijkheid; b De relatief forse grondprijzen werken belemmerend voor noodzakelijke bedrijfsvergroting en bedrijfsontwikkeling; c. Onduidelijkheid over toekomstig waterpeilbeheer werkt belemmerend voor de bedrijfsontwikkeling;
d.Een goede gebiedsstructuur voor het benutten van mogelijkheden tot verbreding van de inkomensbasis ontbreekt; e. De financiële mogelijkheden van agrarisch natuurbeheer in het kader van het programmabeheer zijn beperkt (budgettair) f. Op een deel van de bedrijven beperken knelpunten in de verkaveling en/of de ontsluiting de ontwikkelingsmogelijkheden van bedrijven; g.Enige onduidelijkheid is er over het mineralenbeleid en de consequenties hiervan voor de ontwikkelingsmogelijkheden van bedrijven nu MINAS (MINeralen AangifteSysteem) aan ‘een zijden draad hangt’.
De spiegelreflexbijeenkomsten De vier scenario’s zijn als tussenresultaat met de verschillende deelnemersgroepen van het platform Toekomst Amstelland in spiegelreflexbijeenkomsten besproken. Deze bijeenkomsten heten zo, omdat de deelnemers elkaar de spiegel van hun scenario voorhouden en worden uitgenodigd te reflecteren op de mogelijkheden die andere scenario’s kunnen bieden. Voor de spiegelreflexbijeenkomsten van het platform werden opnieuw vertegenwoordigers van de verschillende belangenorganisaties en materiedeskundigen uitgenodigd. De gedachtewisseling per thema tussen mensen met uiteenlopende invalshoeken had het effect dat iedereen zich begon te realiseren dat ‘eigenbelang’ slechts een relatief belang is en dat het eigenbelang verschillend opgevat kan worden. De effectiviteit van de aanpak bleek toen een groep boeren die was gevormd in het kader van de WLTO, een reeks voorstellen deed om de toekomst van de veehouderij te versterken. Op de themabijeenkomsten over cultuurhistorie, sport, landschap en economie werden in totaal 133 projectvoorstellen ingediend, variërend van wandelpaden, kanoroutes en cultuurhistorische informatiekaarten, tot een landschapsfonds en een grondbank. (De aanvankelijke lijst
Het verhaal van de verschillende perspectieven
voorlopig nog niet tegen op. De meeste boeren in Amstelland zijn lid van een agrarische natuurvereniging en ontvangen een vergoeding van gemiddeld € 2000 per bedrijf. De bedrijven zijn van een voor ons land gemiddelde grootte: een verdere schaalvergroting is onvermijdelijk, niet zo zeer voor de efficiency, of grotere machines, maar voor de extensivering van het grondgebruik. De huidige grondprijs is een belangrijke belemmering voor de bedrijfsvergroting in de melkveehouderij. De grondprijs is in 10 jaar tijd met 100% toegenomen tot € 36.620 per ha (onverpacht). Ook het waterbeleid vormt een bedreiging voor de toekomst van de boeren. Op veel plaatsen wordt gesproken over verhoging van het waterpeil om de inklinking van het veen tegen te gaan. Het Landbouw Economisch Instituut (LEI) heeft in 2001 een onderzoek gedaan naar de gevolgen van een hoger waterpeil in het Groene Hart voor de landbouw. Bij een peilverhoging van 60 naar 35 cm onder het maaiveld mag een inkomensverlies van € 9000 tot € 14.000 worden verwacht. Het LEI concludeert dat het veenweidebedrijf bij een dergelijke inkomensontwikkeling op termijn niet langer kan functioneren als economische drager van het Groene Hart.
12
Diverse kunstprojecten
De kunstenaars(groepen) Hester Oerlemans, Jan Dietvorst, G.A.N.G. en De Geuzen gaven hun visie op Toekomst Amstelland op uitnodiging van Stichting Kunst en Openbare Ruimte (SKOR), het Amsterdams Fonds voor de Kunsten (AFK) en de provincie Noord-Holland. Een uitgebreide diapresentatie van de kunstbijdragen en de film van Jan Diet-
vorst staan op de cd-rom. Hier met de klok mee: Looping the Hoep van de Geuzen, wind-draaimolen en parkeerwal van Hester Oerlemans, Forest Show van G.A.N.G. en filmbeelden van Amstelland, verleden,toekomst & heden van Jan Dietvorst. Lees ook de column van Marjolein Sponselee op pagina 14.
13 van 115 projecten groeide in de loop van het proces uit tot 133, zie het concept Slotdocument op de cd-rom voor de complete lijst.) Over de projectvoorstellen ontstond een levendige discussie zonder dat naar algemene eenstemmigheid gestreefd werd. Afgesproken was immers dat de projecten door de stuurgroep Toekomst Amstelland zouden worden beoordeeld en daarna nogmaals aan de hand van een voorstel tot prioritering aan het platform zouden worden voorgelegd.
De culturele onderstroom Door het hele project heen liep de culturele onderstroom. Die manifesteerde zich op de Startbijeenkomst al met een bijdrage van theatergroep Troje. De spelers beeldden voor het begin van de bijeenkomst elk een mogelijke toekomst uit om de deelnemers los te maken uit hun dagelijkse ervaring. De website www.toekomstamstelland.nl bood een platform voor discussie, commentaar en informatie-uitwisseling. Dankzij de financiële bijdragen van de provincie Noord-Holland, SKOR (Stichting Kunst en Openbare Ruimte) en AFK (Amsterdams Fonds voor de Kunst) konden vier kunstenaars worden uitgenodigd om tijdens het visieontwikkelingsproces de culturele dimensie van de toekomst van het Amstelland te onderzoeken. De culturele onderstroom mondde uit in een afsluitend belevingsweekeinde in de zomer van 2003. De manifestaties die naast de bijdragen van de kunstenaars plaatsvonden zijn mogelijk gemaakt door bijdragen uit het Stimuleringsfonds voor Architectuur Regeling Projectsubsidies Belvedere en diverse sponsors. Jan Dietvorst heeft een film gemaakt waarin het project van een radicale kritiek wordt voorzien. Het verleden, waarin het gebied een ontoegankelijk moerasland was, vormt voor hem een inspiratiebron. Nadat hij met de boeren heeft gesproken over het heden, schetst hij een toekomst waarin zij vertrokken zijn en het
land terugkeert tot zijn oorspronkelijke staat: een rijke, maar slecht toegankelijke natuur met recreatie voor de doorzetters. In zijn bijdragen op het discussieplatform op de website doet hij verschillende andere radicale voorstellen, zoals het gebied aan de allochtonen geven als volkstuinen voor de verbouw van groenten. De reacties blijven uit. (De film van Jan Dietvorst staat op de cd-rom.) De Geuzen stellen de verschillen in perceptie en beleving die typerend zijn voor het procesontwerp van het project centraal. In de workshop in het fort bij Abcoude, die door 90 mensen is bezocht, laten ze zien dat er niet veel hoeft te veranderen aan het Amstelland om toch een grote diversiteit aan belevingen mogelijk te maken. Het perspectief van de kijker, gebruiker, recreant, ontwerper of toekomstonderzoeker bepaalt de manier waarop men Amstelland beleven kan. Aan de bestaande percepties worden nieuwe toegevoegd.‘Anders kijken’ verandert het toekomstbeeld van het Amstelland, maar wie zegt dat dat niet modieus of gedateerd is. De website www.loopingdehoep.nl geeft een beeld van het spel met taal en beeld dat de Geuzen ontwikkeld hebben. De stichting G.A.N.G. onderzoekt een nieuwe laag in onze landschappelijke ervaring. De wereld van ‘belevenissen’ en de wijze waarop deze worden georganiseerd door het mobiliteitsnetwerk staan daarin centraal. De parallelle wereld creëert zijn eigen context los van de landschappelijke en sociale. De kaart van De Rondehoep uit 1874 kende een haarvatenweefsel van wandelpaden. Vandaag treffen wij een afgesloten landschap aan waarin niets is toegestaan. Aan de voet van de A9 bevindt zich een restruimte, afgesneden van polder De Rondehoep. Deze plek koos G.A.N.G. voor de Forest Show A9 op zaterdag 22 juni. Bezoekers bezichtigden de ontoegankelijke polder De Rondehoep door met een hoogwerker de lucht in te gaan tot boven het talud van de A9, de restruimte werd omgedoopt tot een ‘parallel wereldbos’, compleet met wandelroutes, picknickplaatsen en een ‘Biergarten’.
Het verhaal van de verschillende perspectieven
(De verslagen van de Spiegelreflexbijeenkomsten staan op de cd-rom in de rubriek Toekomst Amstelland/Documenten.)
14
Amstelland, inspiratiebron voor kunst Marjolein Sponselee becommentarieerde in een maandelijkse column op de website Toekomst Amstelland het proces van visievorming. Zij lette vooral op de inbreng van de kunstenaars. Hier enkele passages uit haar slotbeschouwing Wensdromen in Amstelland. De volledige tekst staat op de website www.toekomstamstelland.nl.
Het effect van een frisse blik “Hoewel de kunstenaars er ruimschoots in zijn geslaagd vanuit hun perspectief het beeld van Amstelland te verscherpen, te verdiepen en bij te stellen is het effect van hun bijdrage nauwelijks merkbaar in door de stuurgroep geformuleerde toekomstvisie. Als gezamenlijk uitgangspunt was geformuleerd dat de kunstenaars een bijdrage zouden leveren aan de meningsvorming over de toekomst van Amstelland. De timing in het project leek daarvoor ongunstig: de vier ontwerpscenario’s stonden al op papier toen de kunstenaars bij het project werden betrokken en de bijdrage van de kunstenaars werd pas gepresenteerd toen de andere partijen hun mening al hadden gevormd en besproken.” [...] “Achteraf moet men constateren dat de verweving van de kunst met het project als geheel te weinig tot stand is gekomen. Niet zozeer de timing of de intentie als wel de opzet van het project lijkt daarvoor verantwoordelijk. Vanaf het begin draaide de kunst niet mee in een van de groepen of had daarmee rechtstreeks contact, noch bij de ontwerpers, noch bij de spiegelbijeenkomsten, noch in de stuurgroep maar volgde een apart traject. De kunstenaars hebben zich als buitenstaander verdiept in het proces en het plangebied en op basis daarvan een visie of ontwerp ontwikkeld. Hun ontwerpen zijn weliswaar onder de aandacht gebracht van deelnemers en publiek maar werden daarbij vooral gepresenteerd als op zich staande projecten en niet als ‘trigger’ voor verdere discussie. Het publiek zal ze
daardoor eerder ervaren als ‘verluchtiging’ van het proces als geheel dan als serieuze bijdrage aan een mogelijke toekomst. Het beoogde doel van ‘een culturele onderstroom in het proces die de creativiteit van mensen aanspreekt waardoor de vrijheid ontstaat om buiten de begaande paden te treden en veranderingen in tijd en ruimte opnieuw te definiëren’ is daardoor niet tot stand gekomen. Niettemin hebben de voorstellen van de kunstenaars ‘door hun radicaliteit verhelderend gewerkt en richting gegeven aan de gedachtevorming’, zo valt te lezen in de paragraaf ‘De beleving van het Amstelland’ van de door de stuurgroep geformuleerde toekomstvisie. Het betreft dan met name de voorstellen die ingaan op de toegankelijkheid van Amstelland. G.A.N.G. heeft de waarde van een uitzichtpunt bewezen voor het beperkt toegankelijk gebied. En een echo van Looping the Hoep weerklinkt in de frase: ‘De beleving van het Amstelland kan ook verdiept of meer gelaagd worden door meer accent te leggen op de verscheidenheid aan invalshoeken waarmee naar het Amstelland gekeken kan worden.’ Maar ondanks de sympathie die de stuurgroep voor de voorstellen van de kunstenaars uitspreekt is in het slotdocument geen concreet effect van hun bijdrage zichtbaar.” [...] “Het is een mager resultaat, maar de vraag is of er binnen de opzet van het project meer verwacht kon worden. Meedraaien in een interdisciplinair planproces betekent immers ook accepteren dat de kunst niet voorop staat en dat de bijdrage vanuit de kunst wellicht niet tot zichtbare of meetbare resultaten leidt. Aan de andere kant moet de tegenpartij beseffen dat een bijdrage vanuit de kunst meer vergt dan de kunstenaars uit te nodigen een frisse blik op de zaak te werpen. Indien daadwerkelijk een constructieve rol voor de kunst gewenst is moet er ook een heldere structuur zijn waarin deze bijdrage tot stand kan komen. In Amstelland was dat te weinig het geval.” Marjolein Sponselee, oktober 2003
Alle columns staan op de cd-rom in de rubriek Toekomst Amstelland/Docum enten.
15
De invloed van de kunstenaars op het project is niet vast te stellen aan de hand van de tekst van het slotdocument van de stuurgroep. Misschien hadden sommigen dat wel verwacht. De kunstprojecten hebben niet één toekomstperspectief aangereikt, maar eerder een verscheidenheid van mogelijkheden om naar het Amstelland te kijken. De kunstprojecten hebben de verscheidenheid beleefbaar gemaakt en ontdaan van hun schijnbare objectiviteit. De keuze van de deelnemers aan het platform en de stuurgroep om de bestaande landschappelijke waarde van het landschap als leidraad te nemen, kwam niet voort uit een gebrek aan fantasie of nostalgische vrees voor de toekomst. De kunstprojecten hebben andere toekomsten denkbaar gemaakt en ook de mogelijkheid om de werkelijkheid verschillend te beleven. Daarmee hebben ze in belangrijke mate bijgedragen tot het op een hoger plan brengen van het gesprek. De culturele onderstroom was voor dit project een onmisbare inspiratiebron. Op de website zijn nog steeds de verhalen van het Amstelland, de foto’s van de deelnemers, de gedichten van de joggende dichter en het cultuurhistorisch materiaal terug te vinden. De joggende dichter was niet opgespoord zonder de
website. De website was nooit zo interessant geweest zonder de discussie over de rol van kunstenaars in dit project. De culturele onderstroom heeft bijgedragen tot de groei van de publieke belangstelling: de startbijeenkomst werd bezocht door tachtig deelnemers en de slotbijeenkomst door 140 mensen.
Het belevingsweekend In het belevingsweekend kwamen de onderdelen van de culturele onderstroom samen. Het belevingsweekeinde bestond uit wandelingen met een speciale ANWB-wandel- en belevingskaart, een bezichtiging van de kunstproducties, een bezoek aan fort Abcoude, een excursie voor bestuurders en adviseurs, een openstelling van het landgoed van het recreatieschap Amstelland. Er werd een belevingspanorama vertoond van de Zeeuwse akkerbouwer Jaap Verseput, waarin videobeelden van het Amstelland werden gecombineerd met gesprekken met betrokkenen. Elk van hen liet een ander perspectief zien: de roeister vanuit het leven in stad, de recreatieondernemer vanuit zijn neus voor kansen en nieuwe recreatietrends, de boer die trots is omdat hij naast melk ook landschap produceert, het gemeenteraadslid dat zoekt naar een oplossing, en de cultuurhistoricus die zijn droom in vervulling ziet gaan tijdens een vaartocht langs de buitens aan de Amstel. (Het belevingspanorama Amstelland Rondom van Jaap Verseput staat op de cd-rom.) Het hoogtepunt van het belevingsweekend werd gevormd door de excursie van bestuurders. Noord-Hollandse gedeputeerden, een aantal gemeenteraadsleden uit de deelnemende gemeenten, vertegenwoordigers van Staatsbosbeheer, genodigden uit de kunstensector, ambtenaren en andere deskundigen brachten hun zondag door al wandelend en rijdend in een bus door het Amstelland. In het fort bij Abcoude liet men zich inspireren door de beelden en de verhalen van Jaap Verseput; vervolgens bezocht het gezelschap het gemaal aan de Amstel, de Middenweg door de Bovenkerkerpolder en tenslotte het
Het verhaal van de verschillende perspectieven
Hester Oerlemans maakte twee ontwerpen voor Amstelland waarin functionaliteit en recreatie samenkomen in één voorziening. Het eerste voorstel betreft bijzondere windmolens. Bijzonder vanwege het uitkijkpunt en de zweefmolen, die het mogelijk maakt de door de windmolens gegenereerde energie te voelen. Het tweede voorstel betreft een parkeerwal die tegelijkertijd als geluidswal, parkeerplaats en recreatiepark dient. Deze parkeerwal kan men tevens gebruiken voor de uitvoering van Oerlemans carpool-idee. Haar idee is dat Amsterdammers hun auto met Amstellanders kunnen delen en van auto kunnen ruilen in de door haar ontwikkelde parkeerwal.
16
Belevingsweekend
Het belevingsweekeinde Amstelland voerde deelnemers langs diverse aandachtspunten in het gebied. Het belevingspanorama van Jaap Verseput - Amstelland Rondom (zie cd-rom) - in fort Abcoude, het boerenpad dwars door de
Bovenkerkerpolder, de diverse kunstbijdragen, een fietstocht en een bezoek aan het buiten Wester-Amstel. Ook de opening van de Forest Show van G.A.N.G met het spectaculaire uitzicht vanaf een hoogwerker mocht er wezen.
17
Tijdens de lunch op het zonovergoten erf van de familie Van Schaik kwam een onverwachte doorbraak. Boer Roos vertelde dat hij aarzelend aan het project begonnen was. Wat hadden deze Amsterdammers voor met het Amstelland. In de loop van de tijd was hij ervan overtuigd geraakt dat de toekomst van het Amstelland zou afhangen van de gemeenschappelijke inspanningen van alle partijen. Wat zou het platform Amstelland kunnen bijdragen? Ter plekke ontstond ondanks de veelheid aan belangen en percepties een grote eensgezindheid. De schoonheid en de culturele waarde van het Amstelland zouden leidend moeten worden voor de stuurgroep. De rol van de boer in het onderhoud en beheer zou onderbouwd en versterkt moeten worden. De verbreding van het boerenbedrijf naar andere markten werd als een mogelijkheid geopperd. Daarnaast zou er een Groenfonds dienen te komen om de boeren inkomen te verschaffen in ruil voor de beheerdiensten. Het belang van een lobby van stad en land gezamenlijk naar de nationale en Europese fondsen, om het agrarische beheer van het gebied in de toekomst veilig te stellen, werd algemeen onderschreven. Er gloorde een verbond tussen stad en land.
De slotbijeenkomst Op 28 augustus 2003 rond half acht loopt de zaal Rehoboth in Ouderkerk aan de Amstel vol. In het midden van de zaal staan maquettes van Hester Oerlemans. In de bovenzaal wordt de film van Jan Dietvorst vertoond. De panoramabeelden van Jaap Verseput, opgenomen vanuit polder De Rondehoep, de Rembrandttoren en de A9, nemen de muren in beslag. Langzaam wordt het geluid van de film overstemd door de 140 bezoekers, die kennis komen nemen van de kunstprojecten en de voorstellen van de stuurgroep. Het Platform Toekomst
Amstelland komt nog éénmaal bijeen om de visie en voorstellen van de stuurgroep te bespreken. Het hele gezelschap verplaatst zich naar de kerk ernaast. De Stichting Kunst en Openbare Ruimte opent de avond met een presentatie van het kunstproject (zie ook de cd-rom). Daarna volgt de presentatie van het slotdocument van de stuurgroep. Wethouder Maij van Amsterdam, voorzitter van de stuurgroep Toekomst Amstelland, neemt het woord en wijst op de unieke samenwerking die tot stand gekomen is tussen de zes betrokken gemeenten. De stuurgroep heeft het initiatief bij de betrokkenen gelaten, maar na vanavond moeten er toch knopen worden doorgehakt. Voor de stuurgroep zal het oordeel van het platform over de projectvoorstellen zwaar wegen. Voor de stuurgroep hebben twee criteria de doorslag gegeven: › het behoud van het groene karakter van het gebied › het belang van de bewoners en boeren. De prioriteitsstelling is bepaald door de vraag of ze binnen het budget pasten en of in 2005 met de uitvoering begonnen zou kunnen worden. De windturbines zijn een hot issue op deze laatste avond. Een pleidooi voor windturbines krijgt veel bijval. Daarbij wijzigt het motto ‘Rood voor groen’ in ‘Windenergie voor groen’. De windmolens zorgen ervoor dat de boer inkomen krijgt om het landschap te onderhouden. De recreant profiteert daarvan. Anderen wijzen op het verstorende effect op het landschap en het uitzicht. De stuurgroep belooft nog eens naar windturbines te zullen kijken,‘maar alles hangt af van de geschikte locatie’. De WLTO constateert een te sterk accent op recreatieve projecten. De organisatie stelt voor de helft van het geld voor recreatieve projecten in het Amstelfonds te stoppen, want landbouw is nodig om de recreatieve mogelijkheden te behouden.
Het verhaal van de verschillende perspectieven
buiten van het Groengebied Amstelland, waar de film van Jan Dietvorst en de maquettes van Hester Oerlemans werden bekeken.
18
Slotbijeenkomst
De Nieuwe Hervormde kerk te Ouderkerk-aan-de-Amstel vormde 28 augustus 2003 samen met het naastgelegen Rehoboth opnieuw het decor waarin de deelnemers aan het platform Toekomst Amstelland elkaar ontmoetten. Deze keer voor de Slotbijeenkomst.
19 nevenactiviteiten mogen gaan ondernemen om geld te verdienen. Indien nodig zal het bestemmingsplan gewijzigd worden. De landinrichtingswet biedt mogelijkheden daartoe. Vanuit Amstelveen wordt bepleit prioriteit te geven aan de verharde Middenweg in de Bovenkerkerpolder. Herman Vuijsje reageert daarop met zijn bijdrage, die op pagina 8 in dit boekje staat afgedrukt. Er zijn nog maar weinig plekken zo dicht bij de stad waar een typisch agrarisch tafereel bestaat als de Middenweg. Zonde, zo’n verharde weg. De bijeenkomst wordt gesloten en het glas wordt geheven. Er is iets bijzonders gebeurd in de afgelopen maanden: een verbond tussen stad en land blijkt mogelijk. Met de oproep “Nu uitvoeren!” sluit wethouder Maij de slotbijeenkomst.
Het verhaal van de verschillende perspectieven
De discussie spitst zich toe op de vraag ‘Wie vult het fonds?’ De vertegenwoordiger van Landschap Noord-Holland wijst op het voorbeeld van Delfland in Zuid-Holland. De WLTO doet het voorstel om samen met Noord-Holland Midden een lobby te ondernemen richting Den Haag en Brussel om uit de Europese gelden het landschapfonds te vullen. De stuurgroep steunt het idee van een gezamenlijke actie richting andere overheden voor het verwerven van fondsen voor landschapsbeheer. Het idee krijgt ook bijval van de provincie Noord-Holland:“In het weekend van 22 en 23 juni 2003 in Amstelland zijn wij goed op de hoogte gebracht van de problematiek. De provincie Noord-Holland ondersteunt een dergelijke gezamenlijke actie richting Den Haag en Brussel”. De stuurgroep voegt toe dat de boeren naast hun hoofdactiviteiten juist meer
20
21
Toekomstvisie Amstelland Amstelland, een nieuw verbond tussen stad en land De stuurgroep is van mening dat het cultuurhistorische landschap van Amstelland van onschatbare waarde is. Er is een steeds sterkere behoefte bij stedelingen, natuurliefhebbers en recreanten aan landschap met een eigen identiteit dichtbij de stad. De stuurgroep acht het wenselijk de identiteit van Amstelland die voortkomt uit de historie van het gebied en de eeuwenlange interactie tussen stad en land te behouden en meer dan nu de beleving daarvan mogelijk te maken. De identiteit van het veenweidegebied is niet los te zien van het agrarisch gebruik van de grond voor de veehouderij. De stuurgroep is van mening dat het behoud van het agrarische landschap uitsluitend mogelijk is onder de volgende voorwaarden: de grenzen van natuurbeheer en het behoud van de veenweide dienen in acht genomen te worden; de vereisten van de waterhuishouding zullen de grenzen bepalen van wat mogelijk is; de economische toekomst voor de agrarische sector kan worden veilig gesteld door middel van een nieuw economisch instrumentarium. Binnen deze grenzen kan ook de beleving van het gebied door recreanten, bewoners en anderen versterkt worden. Voor de ondernemers in het Amstelland biedt het recreatieve medegebruik en ook in beperkte mate het wonen in het Amstelland een uitgesproken kans op verbreding van de inkomensbasis. Uitgangspunt 1: de kwaliteit van het cultuurhistorisch landschap dient behouden te blijven. Dit uitgangspunt legt beperkingen op aan de bedrijfsvoering door de agrariërs en aan het recreatief medegebruik.
De toekomst van de landbouw De stuurgroep Toekomst Amstelland realiseert zich ten volle dat de ontwikke-
ling van de landbouw de realiteitswaarde van de toekomstvisie bepaalt. Het veilig stellen van de toekomst van het agrarisch bedrijf met mogelijk onorthodoxe middelen krijgt dan ook grote prioriteit. De knelpunten die door het onderzoek ‘naar het perspectief van de agrarische sector in de Amstelland’ naar voren zijn gekomen vereisten de aandacht van alle betrokken overheden. De aanbevelingen van de werkgroep en de voorgestelde actiepunten: het instellen van een gebiedscommissie; › een pilotproject grondbank; › een structuur voor verbrede bedrijfsontwikkeling; › verbetering van verkaveling en ontsluiting buiten de herinrichting; › gerichte bedrijfsadvisering ten aanzien van vergroting, vergroening en verbreding vormen een geschikte basis voor verder gesprek en onderhandeling. Daarbij zal de mogelijkheid van het realiseren van een fonds voor instandhouding en beheer van het landschap door boeren (landschapsfonds) serieus worden onderzocht. Deze voorstellen van de boeren maken niet zozeer deel uit van het pakket van projecten dat in het kader van Groen In en Om de Stad (GIOS) door de stuurgroep zal worden voorgesteld, maar ze zijn een voorwaarde daarvoor. Daarom doet de stuurgroep een beroep op rijk en provincies, maar ook op de natuurorganisaties Noord-Hollands Landschap, Natuurmonumenten en Staatsbosbeheer om gezamenlijk te zoeken naar oplossingen voor de knelpunten in de ontwikkeling van de landbouw en deze te steunen met concrete voorstellen voor inkomensvorming voor boeren ten behoeve van het beheer van het cultuurlandschap in het Amstelland. ›
22
Peter van Schaik Het karakter van Amstelland Vanaf het einde van de zestiende eeuw was Holland verdeeld in een Noorder- en een Zuiderkwartier. De Staten van Holland zetelden weliswaar in Den Haag, maar beide kwartieren hadden een eigen dagelijks bestuur: de Gecommitteerde Raden. Het IJ vormde een belangrijk deel van de logische scheiding. In de Bataafse tijd zocht men telkens naar een nieuwe provinciale organisatie, die resulteerde in een aantal wettelijke regelingen die nooit lang stand hielden. Voor ons is de Wet van 13 april 1807 van belang, de wet waarin koning Lodewijk Napoleon (1806-1810) nieuw provinciaal recht vastlegde. Holland werd toen verdeeld in twee departementen: Maasland en Amstelland. Het departement Amstelland (nieuwe stijl) viel ongeveer samen met het tegenwoordige NoordHolland. Het IJ had dus afgedaan als grensscheiding: Amsterdam en Haarlem vielen onder het nieuwe departement. Haarlem werd aangewezen als zetel van het bestuur. Keizer Napoleon (1810-1813) voegde Utrecht en het departement Amstelland samen en noemde het vervolgens het departement van de Zuiderzee. In 1814, onder koning Willem I, herleefde de oude provincie Holland weer. Men wilde toen immers terug naar oude tijden. Er kwamen nu twee ‘goeveneurs’ (cdks) en twee colleges van gedeputeerde staten, maar er bleef één vergadering van provinciale staten die afwisselend in Den Haag en in Haarlem bijeenkwam. Bij de grondwetswijziging van 1840 kwam het tot een formele scheiding. Het enige dat veranderde was dat er in Holland twee colleges van provinciale staten kwamen. In de regio Amstelland veranderde er sedert 1807 in feite weinig. De vervlechting tussen Amsterdam en het kerngebied van Amstelland (oude stijl), waartoe wij Ouder-Amstel, Amstelveen, Diemen en Waverveen rekenen, maakte het voor de hand liggend dat dit gebied eveneens bij Noord-Holland werd
gevoegd. In deze omgeving zijn Uithoorn, Aalsmeer en Haarlemmermeer grensgemeenten ten opzichte van Zuid-Holland. Regio Amstelland Maar Amstelland bleef een grensgeval: nergens is waarschijnlijk het provinciale gevoel zo zwak ontwikkeld als juist in deze regio. Als er hier over Noord-Hollanders wordt gesproken, weet iedereen nog steeds dat daarmee de lieden worden aangeduid die ten noorden van het IJ wonen. Volledigheidshalve moet echter wel gememoreerd worden dat er in de Amstelveense Bovenkerkerpolder twee onvervalste stolpboerderijen staan en in Ouderkerk vind je een paar geveltjes naar Zaanse snit. Zelfs over de omvang van Amstelland kan men twisten. Behoorden Weesp en Abcoude erbij en wat te denken van Uithoorn? De grenzen lagen in ieder geval niet vast. Amstelland werd aan de noordkant steeds kleiner naarmate Amsterdam zich in zuidwaartse richting uitbreidde. Want daar gold immers stadsrecht dat afweek van het rechtsstelsel dat in het omringende platteland van toepassing was. Een regionaal sentiment heeft hier nooit voet aan de grond gekregen en dat zal in de toekomst niet veranderen. Men vond hier in vroegere tijden ook geen specifieke klederdracht en een streekgebonden dialect bestond evenmin. Het taalgebruik leunde vrij sterk op het Amsterdamse. Typisch agrarische termen tonen verwantschap met het Rijnlandse. Amstelland was vanouds een agrarisch gebied, maar bijna zo lang als Amsterdam bestaat, heeft de stad in economisch opzicht een sterk stempel gezet op het ommeland. Een grote bevolkingsconcentratie lokt
23
De vereisten van de waterhuishouding De Stroomgebiedsvisie Amstelland heeft een paar ingrijpende gevolgen voor de toekomst van het Amstelland. Het voorkomen van verdere inklinking van het veen en van de toename van brakke kwel past volkomen in de hier geschetste visie van behoud van het veenweidegebied. Het peilbeheer heeft direct invloed op de opbrengst van het land en het inkomen van de boeren. Er zullen zogeheten calamiteitengebieden worden aangewezen. Daarbij wordt vooral gekeken naar de polder de Rondehoep. Landschappelijk en cultuurhistorisch gezien is ook gesproken om de inundatiegebieden van de Stelling van Amsterdam te gebruiken als potentiële waterbergingsgebieden. Het ligt voor de hand te kiezen voor diepe polders en het in stand houden van de beste agrarische gebieden. De discussie hierover kan pas worden afgerond als de Stroomgebiedsvisie Amstelland is vastgesteld. De nieuwe plassen voor waterberging kunnen door hun permanente karakter een functie vervullen in de waterrecreatie. Als de agrariër wordt aangewezen als de voornaamste gebiedsbeheerder en als leverancier van waterdiensten zal daartegenover ook inkomen moeten staan. Uitgangspunt 3: de discussie over de waterhuishouding dient te worden gekoppeld aan het vaststellen van de visie op de toekomst van het Amstelland om
langdurige onzekerheid te vermijden. Voorlopig is het belangrijkste dat zoekgebieden voor water worden vrijgehouden. Verder dient een inkomensregeling te worden getroffen voor waterdiensten.
De beleving van het Amstelland De ontoegankelijkheid van grote delen van het Amstelland voor gemotoriseerd verkeer of fietsen, met uitzondering van de polderdijken, heeft belangrijk bijgedragen aan het behoud van het verkavelingpatroon en de openheid van het landschap. Tegelijk maakt de ontoegankelijkheid het gebied slechts beperkt beleefbaar. Vanaf de fiets op de dijk, vanuit een uitzichttoren of vliegend boven het landschap in een helikopter kan iets worden waargenomen van de patronen in het landschap. Voorstellen in die sfeer zoals gedaan door verschillende kunstenaars hebben de sympathie van de stuurgroep. Door hun radicaliteit hebben ze verhelderend gewerkt en richting gegeven aan de gedachtevorming. De stuurgroep kiest voor beperkte toegankelijkheid in fysieke zin en een meer royale openheid in cultureelhistorische zin. Zonder de landschappelijke structuur aan te tasten kunnen de randen van Amstelland beter bereikbaar gemaakt worden, allereerst voor mensen die in de aansluitende stedelijke omgeving wonen of werken. Daarnaast kunnen ook degenen die met de auto komen om vervolgens een eindje te fietsen of te wandelen, zoals ouderen of anderen die minder goed ter been zijn, genieten van het uitzicht of verder op de fiets het gebied in gaan. Er kunnen wandelpaden komen die aansluiten op aanlegplaatsen van boten en andere bestaande infrastructuur. Ook kan het gebruik van de waterstructuur worden bevorderd voor kano’s en bootjes zonder dat de oevers worden beschadigd. Er mogen meer horecagelegenheden komen op plekken die goed bereikbaar zijn. De beleving van het Amstelland kan ook verdiept of meer gelaagd worden door meer accent te leggen op de verscheidenheid van invalshoeken waarmee
Toekomstvisie Amstelland Amstelland, een nieuw verbond tussen stad en land
Uitgangspunt 2: binnen de genoemde ‘grenzen’ van uitgangspunt 1 zijn onderhoud en verbetering van het gebied door de agrarische bedrijven de aangewezen weg om de waarde van het gebied te onderhouden en te verbeteren. Naast het organiserend vermogen van de agrariërs is een nieuw overheidsinstrumentarium nodig waardoor de boeren een inkomen ontvangen voor geleverde ‘groene’ beheerdiensten aan het landschap.
24
Peter van Schaik Het karakter van Amstelland nu eenmaal vraag uit naar zuivel, groenten, vlees, (zoetwater)vis, brandstof (turf) en (rij-) paarden. Allemaal producten die Amstelland kon leveren. Vervoer per as, maar vooral over het water, overbrugde de niet al te grote afstand. Anderzijds schoof Amsterdam onwelgevallige bedrijvigheid af naar het aangrenzende platteland. Voorbeelden zijn kruitmolens, katoendrukkerijen en kalkbranderijen. Zij leverden brandgevaar op of verontreiniging van lucht en water. Stadsvuil zorgde hier en daar voor vruchtbare Amstellandse bodem. Vervlechting dus. Veel inwoners van Amsterdam richtten zich op Amstelland voor recreatieve activiteiten. In dat opzicht is er in de loop van vele eeuwen niets veranderd. De inmiddels goeddeels verdwenen buitenplaatsen uit de Gouden Eeuw spreken nog steeds sterk tot de verbeelding. Maar er waren ook bescheidener optrekjes en in de twintigste eeuw verrezen hier en daar villa’s langs de Amstel. De rivier vormde en vormt nog steeds op zichzelf een brandpunt van recreatie: roeien, zeilen, vissen, schaatsen en wandelen langs de oevers. Een tochtje met de trekschuit was vroeger voor de kleine man ook een gewild uitje, althans in het zomerseizoen. De verschillende trekschuitdiensten van en naar Amsterdam vervoerden ook vele Amstellanders. Bijvoorbeeld om de wekelijkse veemarkt te bezoeken. Het is eigenlijk nauwelijks voor te stellen dat in de achttiende en negentiende eeuw inwoners van Diemen, Ouder-Amstel en Amstelveen niet regelmatig of incidenteel de hoofdstad bezochten. Amsterdammers en Amstellanders moeten elkaar voortdurend zijn tegengekomen. Op de al genoemde buitenplaatsen was vaak personeel uit de naaste omgeving te werk gesteld, een nieuw ontmoetingspunt tussen stad en platteland. In de tweede helft van de negentiende eeuw bezoch-
ten Amstellandse kinderen uit het noordelijke deel vaak een stadsschool. Een van mijn voorvaderen ging regelmatig met boter naar de stad en vond binnen zijn klantenkring een dierbare echtgenote. Hij zal lang de enige niet geweest zijn. Hij kreeg daarmee stadse familie. Integratie als continu proces. Er valt weinig zinnigs te zeggen over de snelheid waarmee nieuwe zienswijzen werden overgenomen uit de stad. Het is in dit verband wel opvallend dat bij de komst van de Reformatie aan het einde van de zestiende eeuw de meeste aanhang in de dorpskernen werd gevonden, terwijl in de polders veel meer mensen de oude moederkerk trouw bleven. De nabijheid van Amsterdam voorkwam dat Amstelland na de Middeleeuwen een geïsoleerde streek werd. Achternamen die in de zeventiende en achttiende eeuw samenvielen met plaatsnamen, duiden erop dat ook toen al een flink aantal inwoners van elders kwam. Met name de wijdverbreide vervening en latere droogmaking in Amstelland trok veel vreemd werkvolk, van wie een deel zich hier blijvend vestigde. Onder hen waren ook vele jonge Hollandsgänger, van wie sommigen na afloop van het zomerseizoen niet teruggingen naar Duitsland, omdat zehier de ware liefde vonden. Het is opvallend dat je nu nog namen tegenkomt - met name in de tuinbouw - die een Duitse herkomst verraden: Ruhè, Pape, Brockhoff, Overwater, enzovoort. Bovendien vestigden zich op het nieuwe land, in droogmakerijen als de Bovenkerkerpolder, veelal agrariërs die van elders kwamen. Er is weinig bekend in hoeverre negentiende-eeuwse inwoners van Amstellandse dorpen kennis namen van de hoofdstedelijke pers. De burgemeester, de dokter, de geestelijken en de notaris zullen wel als voorlopers gefungeerd hebben. Wel is duidelijk dat in de laatste decennia van die eeuw regionale week-
25
Uitgangspunt 4: de beleving van het Amstelland kan worden verveelvoudigd zonder de grenzen te overschrijden die gesteld worden door de structuur, de rust en het agrarisch gebruik.Dat kan door de randen toegankelijker te maken, door meer mogelijkheden te scheppen voor wandelen, fietsen en varen en door de informatievoorziening te verbeteren.
De verbreding en het recreatief medegebruik Door de beleving van het Amstelland centraal te stellen wordt gericht een markt aangesproken van bezoekers van het Amstelland die past bij het huidige gebruik en bij de huidige recreatieve functies. De verbreding van de functies van Amstelland naar agrotoerisme cultuureducatie, natuurbeleving en culinaire genoegens stelt ondernemers in staat te transformeren naar de dienstverleningseconomie. Anderzijds worden degenen die vast willen houden aan versterking van de huidige primaire functie, melkveehouderij, niet gehinderd door de nieuwe economische activiteiten, die immers ook aan grond en landschap gebonden zijn. Uitgangspunt 5: de economische houdbaarheid van het agrarische landschap binnen de genoemde ‘grenzen’ van uitgangspunt 1 is gebaat bij verbreding van
de functies van het landelijke gebied. De versterking van de recreatieve functies biedt de ondernemers, agrariër of niet, een goede kans op geleidelijke transformatie naar de dienstverleningseconomie.
Ruimtelijk streefbeeld De openheid in Amstelland komt vooral tot haar recht in het gebied ten zuiden van de A9. Ten noorden van de snelweg beperkt de openheid zich tot de polders ten oosten van de Amstel. De ‘openheid’ van deze gebieden en het huidige grondgebruik door de melkveehouderij krijgen hier het primaat en is vigerend beleid van alle betrokken overheden. Ruimtelijke verdichting van het gebied met sportvelden, volkstuinen, maneges, begraafplaatsen, landgoederen en recreatievoorzieningen vindt nu vooral plaats in de randen van Amstelland: het gebied tussen de woonbebouwing van Amstelveen en de Amstel, de kop van het gebied tegen de A10 aan en het gebied rondom de Ouderkerkerplas. Deze nu al min of meer ruimtelijk verdichte gebieden lenen zich voor een versterking van het recreatieve gebruik en projecten met een goede openbare toekomstige toegankelijkheid. Deze gebieden zijn ook wat de routing betreft goed aangesloten op het stedelijke gebied. Het landschap kan hier door enkele toevoegingen van opgaand groen een meer permanent parkachtig karakter krijgen. In deze ‘parkgebieden’ kan geïnvesteerd worden in water met een tweevoudige functie: water als recreatief element en als duurzaam onderdeel van de toekomstige wateropgave. Uitgangspunt 6: het karakter en het grondgebruik van de grote open polders worden niet wezenlijk aangetast en de kwalitatieve ruimtelijke ‘toevoegingen’ gericht op recreatie en waterhuishouding worden gedaan in de randen van het gebied.
Toekomstvisie Amstelland Amstelland, een nieuw verbond tussen stad en land
naar het Amstelland gekeken kan worden. De culturele toegankelijkheid kan worden bevorderd door betere informatie. Voor de kenner is er een grote hoeveelheid verspreide informatie over het Amstelland beschikbaar. Er is behoefte aan beter toegankelijke informatie over het culturele erfgoed in het gebied. Dat kunnen informatiepunten, kaarten en boekjes zijn, maar het kunnen in het gebied zelf ook de telefoonnummers, bordjes en routes zijn die wijzen op gemalen, kruithuizen, buitens, banpalen, forten, boerderijen, verkavelingen en restaurants.
26
Peter van Schaik Het karakter van Amstelland bladen als de Meerbode en de Nieuwe Meerbode, respectievelijk liberaal en anti-revolutionair van tint, een ruime lezerskring hadden buiten de Haarlemmermeer. Deze bladen hadden dan ook correspondenten in elk dorp in deze omgeving. In Ouderkerk verscheen na 1893 enige tijd “De Reizende Nieuwsbode”, een weekblaadje dat voor drie cent te koop was bij de Ouderkerkse uitgever en boekhandelaar De Grauw. Deze bladen besteedden ruime aandacht aan het verloop van gemeenteraadsvergaderingen. In dezelfde periode verschenen ook de weekbladen “Nieuwer-Amstel en Omstreken” (A.R.P) en “de Amstelbode”(R.K.)
maar over hun oplagen weten we niets. Na de grenswijziging in 1896, ten koste van Nieuwer-Amstel verdwenen deze bladen weldra. De conclusie kan zijn dat er van streekeigen elementen in deze regio niet gesproken kan worden: Amstelland was goeddeels verstedelijkt platteland. Hollands platteland wel te verstaan maar geen Noord-Hollands en geen Zuid-Hollands.
Bron: div. auteurs. 50 Jaar Noord-Holland en Zuid-Holland, 1990
27
Een betere toegankelijkheid van het Amstelland is niet alleen in het belang van de stedeling. Het recreatief medegebruik schept een basis voor vestiging van horecagelegenheden, winkels voor boerenproducten, zorgboerderijen, verhuur van bootjes, kano’s en fietsen. De regelgeving sinds het Algemeen Uitbreidingsplan heeft het gebied goed beschermd. Zo kon het wonder van het Amstelland zich onder de rook van de stad voltrekken. Tegelijk kan de beschermde status op den duur juist het einde betekenen van de kwaliteit die zij wil beschermen. Een landschap waarin nauwelijks geïnvesteerd mag worden, verliest immers zijn oorspronkelijke economische waarde en gaat ten onder aan speculatie, die reageert op grootschalige functieverandering van de grond. De huidige bestemmingsplannen gaan op veel plaatsen uit van een onverzoenlijke tegenstelling tussen de agrarische bestemming en het recreatief medegebruik. Voor de verbreding van de inkomstenbronnen van de ondernemers in het Amstelland is — in overleg met de betrokkenen — een zekere ver-
soepeling van de ruimtelijke regelgeving wenselijk. Het aanboren van deze markt is een zaak van de ondernemers in het Amstelland zelf. De overheden, gemeenten en provincies, bepalen de grenzen van het toelaatbare. De huidige regelgeving van de rijksoverheid, het Groene-Hartbeleid, het streekplan van de provincie en de bestemmingsplannen zullen op een zorgvuldige wijze de grenzen van de verbreding van de functies moeten bepalen. De overheden kunnen ook verder gaan. Om het recreatief medegebruik niet alleen ten goede te laten komen aan de individuele ondernemers kunnen ook financiële koppelingen gemaakt worden tussen de opbrengsten van de nieuwe functies en de investeringen in de kwaliteit van het gebied. Dergelijke koppelingen kunnen een fiscaal karakter hebben, maar ook de vorm aannemen van een heffing op de grondopbrengsten uit de stedelijke functies. Uitgangspunt 7: de ruimtelijke regelgeving en het grondbeleid in het Amstelland dienen te worden aangepast aan de behoefte om te investeren in het medegebruik van het gebied en de kwaliteit van het landschap.
Toekomstvisie Amstelland Amstelland, een nieuw verbond tussen stad en land
De verbreding van de economische draagkracht
28
De projecten
© 2003, DRO gemeente Amsterdam
29 ook andere belevingen opgenomen zoals historische gebouwen, boerderijen, bijzondere landschappen, Stelling van Amsterdam, kunstobjecten, dier- en plantensoorten, kanoverhuuradressen, restaurants, verkooppunten streekeigenproducten etc.
(De volledige lijst met 133 vanuit het platform Toekomst Amstelland aangedragen projecten staat op de cd-rom in de rubriek Toekomst Amstelland/Documenten.) De volgende 16 projecten zijn door de stuurgroep geselecteerd om te realiseren:
project 17 project 5
Amstelland Fonds Studie naar de haalbaarheid van het instellen van een fonds ten behoeve van het onderhoud. Uit het fonds worden de agrariërs betaald voor het ‘onderhoud’ en het in stand houden van het agrarische cultuurlanschap en ‘groene’ diensten.
Ecologische recreatieve verbindingszone Het aanleggen van een wandelroute in de PEHS van de polder Waardassacker en Holendrecht.
project 19
Elzenhoven Het herbouwen van de veenschuur Elzenhoven ten behoeve van cultuurhistorie en educatie.
project 7
Amstelpontje bij Kruithuis Het realiseren van een voet- en fietsveer over de Amstel ter hoogte van de Bovenkerkerpolder.
project 10
project 29
Historisch watersysteem en ontwikkeling van het landschap tonen Door middel van kaartbeelden en een beschrijving de watergeschiedenis van Amstelland zichtbaar maken.
Vermarkten van landschapsproductie Vermarkten van landschapsproductie zoals openheid, cultuurlandschap, koeien in de wei, natuurbeheer etc.
project 34 project 14
Gebiedsinformatie Ontwikkelen van een Belevingskaart Amstelland: naast het vermelden van fiets-, wandel-, skate- en vaarroutes worden
Kanoverbindingen/schaatsverbindingen Ontsluiten van Amstelland voor kano en schaats: diverse sloten en waterpartijen (bruggetjes en overtomen) maken en aanpassen voor de kanovaart en schaatsroutes en het creëren van logische korte en lange routes.
Toekomstvisie Amstelland Amstelland, een nieuw verbond tussen stad en land
De projectenkeuze van de stuurgroep Toekomst Amstelland
30
Projecten
Zestien projecten koos de stuurgroep uit 133 voorstellen. Zoals, met de klok mee, realisatie van Amstelrust, het opzetten van een netwerk van bezoekboerderijen, meer natuurruiterpaden en het ontsluiten voor kano- en schaatsroutes.
31
Kijkplatform vogels
project 117
Aanleg van molestbestendige vogelkijkhutten met informatieverstrekking bij de Machineweg (Amstelveen) en weiland Geijsel.
project 112 project 39
Landschapsherstel
Realisatie van Amstellust De haalbaarheid onderzoeken of een boerderij met bijbehorende landerijen kan worden ingericht met als doel landbouw, horeca, educatie, vermarkten van streekeigen producten, verhuur fietsen, skates, etc.
Herstel, aanleg, beheer en behoud kleine landschapselementen.
project 53
Pontje Holendrecht Het realiseren van een voet-fietsveer over de Amstel ter hoogte van de Voetangel.
Opstapper Het in dienst stellen van een recreatieve vaarverbinding over de Amstel tussen het Stadhuis-Muziektheater op het Waterlooplein in Amsterdam en Uithoorn.
project 125
Opzetten van een netwerk van bezoekboerderijen’ Het opzetten van zogeheten bezoekbedrijven waar recreanten kennis kunnen nemen van agrarische bedrijfsvoering.
project 109 Natuurruiterpaden Het uitbouwen van natuurruiterpaden in Amstelland.
project 126 Toekomstgericht ondernemen Het stimuleren van ondernemersvaardigheid en kennis voor resultaatgerichte bedrijfsontwikkeling naar de eisen van de markt en omgeving.
Toekomstvisie Amstelland Amstelland, een nieuw verbond tussen stad en land
project 35
32
GIOS-gelden Rijksbijdrage om het Groen In en Om de Stad onder bepaalde voorwaarden te ontwikkelen. Voor het projectgebied Amstelland is samen met een bijdrage uit Amsterdam en Brussel geld beschikbaar gesteld voor de realisatie van 16 groene projecten. Zie voor meer GIOS-informatie de website van het ministerie van LNV. (http://www.minlnv.nl/thema/groen/ruimte/inftgr1.htm u vindt de koppeling naar dit onderwerp ook op de cd-rom .)
tion in the EU between 2000-06. It is financed under the European Regional Development Fund (ERDF)) SAUL wil in praktijkpilots ‘handen en voeten’ geven aan ontwikkelingsplanologie in de stadslandschappen. SAUL streeft naar de invulling van gebied met functies en op een wijze waar de maatschappij tevreden mee is. Een gebiedsontwikkeling die duurzaam is en weerstand kan bieden voor de lange termijn. De kwaliteit van het proces wordt afgemeten aan de maatschappelijke verankering. Vanuit die visie is SAUL ook geïnteresseerd in het proces Toekomst Amstelland. Amsterdam is een van de regionale SAUL-partners. De andere partners zijn London (Groundwork UK, lead partner), Rhein-Ruhr,
SAUL SAUL staat voor Sustainable and Accessible Urban Landscapes. SAUL is een Interreg IIIB project dat volgt op de Interreg IIC studie New Urban Landscapes. (Interreg III is a Community initiative which aims to stimulate interregional coopera-
Saarland, Frankfurt Rhein-Main en Luxembourg. Naast Amstelland is de samenvoeging van Het Florapark en het Volewijkspark in Amsterdam-Noord onderdeel van SAUL-Amsterdam.
33
Hans Schipper, gedeputeerde Noord-Holland Amstelland kijkt verder Zo oud als Amstelland is als boerenland, zo lang voelt Amsterdam zich ook al verbonden met dit gebied. De boer die zijn producten afzet in de stad, maar ook de Amsterdammer die verpozing zoekt in het buitengebied. Tot aan de dag van vandaag symboliseert de rivier de Amstel die verbondenheid. Het is niet voor niets dat Rembrandt van Rijn de schoonheid van dit landschap zo treffend in een aantal van zijn werken vastlegde en daarmee de basis legde voor de promotie op grote schaal van dit prachtige gebied. Ook vandaag de dag zijn Amsterdammers in steeds grotere getale te vinden op en langs de Amstel, maar ook verder de Amstelscheg in om er te recreëren en van het landschap te genieten. Het recreatieschap Groengebied Amstelland verricht hiervoor al vele jaren goed werk. Met het initiatief van de wethouder van Amsterdam, Hester Maij, voor de discussie over de toekomst van het Amstelland onderstreept zij de specifieke Amsterdamse verantwoordelijkheid bij de groene functie van de Amstelscheg. Hiermee krijgt de bestaande samenwerking in het Groengebied extra glans. Met de realisatie van de diverse projecten wordt het groene karakter van het Amstelland voor de langere toekomst verder versterkt, maar het is duidelijk dat we er daarmee niet zijn. Het veenweidegebied wordt vanwege de verslechterende agrarische situatie in het voortbestaan bedreigd. De provincie NoordHolland heeft in het collegeprogramma prioriteit gegeven aan de problema-
tiek van de veenweidegebieden en biedt aan de regierol op zich te nemen. In Noord-Holland Midden is daar inmiddels al sprake van. Ik ga ervoor dat ook het Amstelland hiervan in de toekomst zal kunnen profiteren. Met de voorzet van de stuurgroep Toekomst Amstelland is al goed werk verricht. Er is gekozen voor behoud van het agrarische veenweidelandschap met daarin een belangrijke plaats voor de boeren. Dit is de juiste koers naar een duurzaam landgebruik. Ik sta nadrukkelijk achter de keuze om agrariërs te betrekken bij het beheer van de natuur en het landschap. Ook voor hun inzet bij de verdere ontwikkeling van recreatieve functies van het Amstelland zeg ik mijn steun toe. Dit moet gebeuren in een samenspel tussen alle gebruikers, belangenorganisaties en de overheden. Daarbij is ook het rijk een belangrijke speler, die met de aanwijzing tot nationaal landschap van het Groene Hart - met daarbinnen Amstelland - ook met geld over de brug moet komen. Als provincies Noord- en Zuid-Holland en Utrecht trekken wij daarin samen op en gezamenlijk hebben wij dan ook in oktober vorig jaar het Manifest Veenweiden aan de ministers Dekker en Veerman overhandigd, die in principe hun medewerking hebben toegezegd. Onder andere wil ik me inzetten voor het bundelen van geldstromen, op niveau van het rijk en andere overheden samen. Met elkaar moet het lukken om ook voor de lange termijn de basis te leggen voor een gezonde toekomst van Amstelland!
34
Colofon Amstelland, nieuw verbond tussen stad en land is in het voorjaar van 2004 in een oplage van 750 exemplaren verschenen ter afronding van het proces Toekomst Amstelland. Het slotdocument zoals dat op 28 augustus 2003 tijdens de Slotbijeenkomst door de stuurgroep Toekomst Amstelland is gepresenteerd, verscheen onder supervisie van Geert Timmermans, Dienst Ruimtelijke Ordening, gemeente Amsterdam. Jeroen Saris, de Stad bv, en Geert Timmermans schreven de tekst tenzij anders vermeld. Harold Ytsma, Ytsma Project Communicatie, verzorgde de redactie en productie van zowel het boekwerk als de cd-rom. Het beeldmateriaal is afkomstig uit het beeldarchief Toekomst Amstelland, waarvoor dank aan de heer Roebersen, Jan Dietvorst, Jaap Verseput, Marjolein Sponselee, SKOR en Harold Ytsma. Cees Franke, Communications 2020 te Hoorn, gaf het geheel vorm. ’t Venhuis te Venhuizen leverde het druk- en bindwerk. De verschijning van Amstelland, nieuw verbond tussen stad en land is mede mogelijk gemaakt in het kader van SAUL.
© 2004, gemeente Amsterdam ISBN: 90-9017582-2
De stuurgroep Toekomst Amstelland De stuurgroep Toekomst Amstelland bewaakt het proces van visievorming en verdere uitvoering. Voorzitter is wethouder H. Maij van de gemeente Amsterdam. De andere leden zijn wethouder T. de Roode, gemeente Abcoude, wethouder R.B. de Leeuw-Vromen, gemeente Uithoorn, wethouder J.W.J.P. BrummelhuisJansen, gemeente Ouder-Amstel, en wethouder M.J. Alink, gemeente Amstelveen.
35
CD-ROM Amstelland
Naast de gemeente Amsterdam leverden de volgende organisaties en bedrijven een financiële dan wel uitvoerende bijdrage aan het proces Toekomst Amstelland: › Het Stimuleringsfonds voor Architectuur, regeling projectsubsidies Belvedere (subsidie culturele onderstroom) › De provincie Noord-Holland (subsidie kunstproject) › De Stichting Kunst in de Openbare Ruimte (subsidie kunstproject) › Het Amsterdams Fonds voor de Kunst (subsidie kunstproject) › Fleur Gieben - Stad en Mens (coördinatie kunstproject) › Chella Lopes Dias, Dias Busines Support (voorbereiding kunstproject en coördinatie Belevingsweekend) › Amstelbier (catering G.A.N.G. en slot Belevingsweekend) › De ANWB (wandelkaart Boerenpad) › Stannet.nl BV (bouw en hosting website) › GIOS (subsidie proces) › SAUL (subsidie proces)
Amstelland, nieuw verbond tussen stad en land verscheen als slotdocument van Toekomst Amstelland. Het is de uitkomst van het proces waarmee het platform Toekomst Amstelland tussen de zomers van 2002 en 2003 het voortbestaan van het Amstelland onderzocht. De unieke samenwerking van de zes rond het gebied gelegen gemeenten – Abcoude, De Ronde Venen, Uithoorn, Amstelveen, Ouder-Amstel en Amsterdam - met bewoners, eigenaren, gebruikers en andere belanghebbenden resulteerde in een toekomstvi-
sie en een lijst van 16 potentiële ontwikkelingsprojecten. Een keuze uit de eerder in het proces aangedragen 133 projecten. De toekomstvisie diende als leidraad bij die keuze van op korte termijn uit te voeren projecten. Hoe dat keuzeproces verliep, wat de visie behelst en om welke projecten het gaat kunt u in Amstelland, nieuw verbond tussen stad en land lezen. De cd-rom bij dit slotdocument bevat - onder veel meer - een kopie van de website Toekomst Amstelland inclusief alle documentatie die via de website is aangeboden.