Afstandsbediening REC08 voor RESIDENCE CONDENS
gebruiksaanwijzing
ALGEMENE INFORMATIE LEES DEZE HANDLEIDING AANDACHTIG OM EEN CORRECT GEBRUIK VAN DE AFSTANDSBEDIENING TE GARANDEREN. WAARSCHUWINGEN 1) De afstandsbediening moet geïnstalleerd worden op een plaats waar de omgevingstemperatuur gemakkelijk gecontroleerd kan worden (meestal in de woonkamer). 2) Voor een optimale leesbaarheid van de display moet het besturingspaneel 1,5 meter boven de vloer geplaatst worden, zoals opgelegd in de voorschriften. 3) Het besturingspaneel wordt op laagspanning rechtstreeks aangedreven door de CV-ketel. 4) Het besturingspaneel mag niet in de buurt van warmtebronnen of luchtstromen geplaatst worden, want deze kunnen de nauwkeurigheid van de omgevingssensor die is ingebouwd in het paneel verstoren. 5) Het paneel is onderhoudsvrij en mag nooit geopend worden. 6) Druk nooit op het glas van het LCD-scherm, want dit kan het glas beschadigen en de zichtbaarheid verminderen. 7) Gebruik alleen een droge doek om de display schoon te maken, want de vloeibare kristallen kunnen beschadigd raken door insijpeling van vloeistoffen.
WAT IS DE FUNCTIE VAN DE AFSTANDSBEDIENING? Met behulp van de afstandsbediening kunt u de temperatuur in uw woning en de werking van uw CV-ketel besturen zonder dat u bij de ketel moet komen. Het besturingspaneel wordt meestal in de grootste ruimte van de woning geplaatst, zodat u alle besturingshandelingen en aanpassingen gemakkelijk kunt uitvoeren.
BEDIENINGSMETHODE Met behulp van het besturingspaneel kunt u de besturing van de verwarming in uw woning verfijnen, want u kunt beslissen wanneer en hoe u de CV-ketel opstart. U kunt de temperatuur van het warm water voor huishoudelijk gebruik instellen zonder het bedieningspaneel van de CV-ketel te gebruiken. In deze handleiding worden al deze bedieningsmethoden en de bijbehorende functies beschreven.
VERKLARING VAN DE TECHNISCHE TERMEN • Verwarmingswater: Het water dat door de radiatoren stroomt nadat het werd opgewarmd door de CVketel. • Warm water voor huishoudelijk gebruik: Het water voor sanitair gebruik. • Storingscode: Een code die op de display verschijnt om defecten aan de CV-ketel of het besturingspaneel te melden. • Beginconfiguratie: De configuratie van het besturingspaneel na het eerste opstarten of na het resetten. • Display: Het LCD-scherm waarop alle symbolen verschijnen die verwijzen naar de diverse functies. • Antivriesfunctie: Deze functie voorkomt dat het water in de buizen bij lage temperaturen bevriest en zo het verwarmingssysteem beschadigt. Deze functie wordt geactiveerd wanneer de omgevingstemperatuur onder 5°C zakt. • Reset besturingspaneel: Met deze bewerking kunt u de beginconfiguratie van het besturingspaneel resetten door alle gebruikersprogramma’s, met uitzondering van de systeemklok, te wissen. • Zomermodus: Zet het besturingspaneel in deze modus wanneer het verwarmingssysteem niet moet functioneren (bv. lente, zomer). De CV-ketel levert dan alleen warm water voor huishoudelijk gebruik. • Modus automatische verwarming en continue verwarming: Stel het besturingspaneel in op deze modus wanneer u verwarming nodig hebt (bv. herfst, winter). De CV-ketel levert dan zowel warm water voor huishoudelijk gebruik als verwarmingswater. • Comforttemperatuur: Deze temperatuur garandeert een optimale verwarming in de woning. • Besparingstemperatuur: Deze temperatuur wordt ’s nachts gebruikt of wanneer de woning niet bewoond is. • Omgevingstemperatuur: De temperatuur die gemeten wordt in de kamer waarin de afstandsbediening geïnstalleerd is. • Buitentemperatuur: De temperatuur buiten het huis zoals die gemeten wordt door de buitensensor die is aangesloten op de CV-ketel.
• Klimaatcurve: De relatie tussen de buitentemperatuur en de temperatuur van het verwarmingswater. Als de buitensensor geïnstalleerd is in de CV-ketel, wordt de temperatuur van het verwarmingswater automatisch aangepast aan de schommelingen van de buitentemperatuur om een constante temperatuur in de woning te garanderen. De klimaatcurve wordt door de installateur gekozen op basis van de geografische locatie en van het type systeem.
NB: • De display voor de omgevingstemperatuur gaat van 0°C tot 99°C. • De display van de buitentemperatuur gaat van -39°C tot +39°C. • Temperaturen die buiten deze bereiken vallen, worden weergegeven met drie streepjes “- - -”.
GEBRUIK VAN HET BESTURINGSPANEEL Elektrische aansluitingen 1 = OT bus 2 = OT bus 3 = Telefoonschakelaar 4 = Telefoonschakelaar 5 = Niet in gebruik
Schakelaars De afstandsbediening is uitgerust met twee rechtstreeks toegankelijke draaiknoppen. Met de linkerknop (SELECTIE) kunt u de bedieningsmodus selecteren. Zet de knop op RUN voor normale werking. Met de rechterknop (BEWERKEN) kunt u de geselecteerde waarde wijzigen.
RUN modus Als de linkerknop (SELECTIE) ingesteld is op RUN, verschijnt op het besturingspaneel de nodige informatie om de status van het besturingspaneel en van de CV-ketel te controleren. De informatie is als volgt weergegeven: Dag van de week De dag van de week wordt weergegeven door het bijbehorende segment dat oplicht op de eerste rij van de display.
Boilerstatus De boiler- en de communicatiestatus zijn weergegeven: OT+ communicatie correct. Vlam aanwezig in boiler Huidige vraag naar verwarming in boiler Huidige vraag naar warm water voor huishoudelijk gebruik in boiler
Systeemgegevens Een aantal systeemgegevens verschijnen op de middelste lijn van de display. De omgevingstemperatuur en het tijdstip worden gewoonlijk weergegeven als Als de vakantiefunctie geactiveerd is, wordt de resterende tijd uitgedrukt in dagen weergegeven. Wanneer er een storing is, worden de omgevingstemperatuur en de storingscode weergegeven. Draai aan de rechterknop (BEWERKEN) om volgende gegevens te raadplegen: - Buitentemperatuur (alleen als de buitensensor geïnstalleerd is in de boiler) - Vertrektemperatuur ketel - Ingestelde uitvoertemperatuur boiler (berekend door de afstandsbediening) - Temperatuur warm water voor huishoudelijk gebruik in boiler
22 °C 16:32 Ho
05
22 °C E001 AF °C 15.7 °C 53.7 °C 53.7 °C 46.7
Bedieningsmodus besturingspaneel In deze lijn van de display wordt de huidige bedieningsstatus van het besturingspaneel visueel weergegeven: Standby / OFF Automatisch – verwarming programma 1 Automatisch – verwarming programma 2 Continue comforttemperatuur Continue besparingstemperatuur Zomermodus
Huidig verwarmingsprogramma Visuele weergave van het huidige verwarmingsprogramma.
Instellingen bedieningsmodus besturingspaneel Zet de linkerknop (SELECTIE) op MODE en draai de rechterknop (BEWERKEN) op een van de volgende standen:
Standby / OFF Verwarming en warm water zijn uitgeschakeld, alleen de antivriesfunctie blijft geactiveerd.
Automatische bediening – verwarming programma 1 Verwarming met programma 1. Productie warm water voor huishoudelijk gebruik geactiveerd.
Automatische bediening – verwarming programma 2 Verwarming met programma 2. Productie warm water voor huishoudelijk gebruik geactiveerd.
Continue verwarming in comfortmodus (manueel) 24 u verwarming tot comforttemperatuur. Productie warm water voor huishoudelijk gebruik geactiveerd.
Continue verwarming in verlaagde temperatuurmodus (manueel) 24 u verwarming tot verlaagde temperatuur. Productie warm water voor huishoudelijk gebruik geactiveerd.
Zomermodus Enkel productie warm water voor huishoudelijk gebruik geactiveerd. Verwarming uitgeschakeld tot antivriesfunctie
Niveau techniek Configuratie van parameters 1 - 17.
Configuratie vacantieperiode Verwarming en productie van sanitaire warmwater zijn gedesactiveerd. Enkel de vorstbescherming is actief. Zet de knop SELECTIE terug op RUN nadat u de parameters hebt ingesteld.
De comforttemperatuur instellen Zet de linkerknop (SELECTIE) op en draai aan de knop BEWERKEN om de gewenste temperatuur in te stellen tussen 5°C en 40°C. Zet de knop SELECTIE opnieuw op RUN nadat u de parameters hebt ingesteld.
De besparingstemperatuur instellen Zet de linkerknop (SELECTIE) op en draai aan de knop BEWERKEN om de gewenste temperatuur in te stellen tussen 5°C en 40°C; Zet de knop SELECTIE opnieuw op RUN nadat u de parameters hebt ingesteld.
De temperatuur van het water voor huishoudelijk gebruik instellen Zet de linkerknop (SELECTIE) op en draai aan de knop BEWERKEN om de gewenste temperatuur in te stellen tussen 35°C en 50°C. Zet de knop SELECTIE opnieuw op RUN nadat u de parameters hebt ingesteld.
De dag van de week instellen Zet de linkerknop (SELECTIE) op 1….7 en draai aan de knop BEWERKEN om de gewenste dag van de week in te stellen. Zet de knop SELECTIE opnieuw op RUN nadat u de parameters hebt ingesteld.
De tijd instellen Zet de linkerknop (SELECTIE) op en draai aan de knop BEWERKEN om de huidige tijd in te stellen. Zet de knop SELECTIE opnieuw op RUN nadat u de parameters hebt ingesteld.
Het vakantieprogramma instellen Zet de knop SELECTIE op MODE en draai de knop BEWERKEN dan op HO en stel het gewenste aantal vakantiedagen in. Zet de knop SELECTIE opnieuw op RUN. Op de display verschijnt nu HO 5, waarbij 5 verwijst naar het ingestelde aantal vakantiedagen. De functie wordt onmiddellijk geactiveerd en eindigt om 24.00 uur op de laatste ingestelde dag.
Het verwarmingsprogramma instellen U kunt twee verwarmingsprogramma’s instellen met behulp van de afstandsbediening. Verwarmingsprogramma 1 wordt gebruikt om slechts twee dagenblokken onafhankelijk van elkaar aan te passen: maandag – vrijdag en zaterdag – zondag. Om verwarmingsprogramma 1 in te stellen zet u de knop SELECTIE op 6 – 7 om de instellingen voor zaterdag en zondag te wijzigen, of op 1 – 5 om deze voor de rest van de week aan te passen. Verwarmingsprogramma 2 wordt gebruikt om parameters 1 (maandag) tot 7 (zondag) te wijzigen. Om verwarmingsprogramma 2 in te stellen, opent u het technisch menu en selecteert u parameters 1 tot 7, afhankelijk van de dag die u wilt instellen: hiervoor zet u de knop SELECTIE op MODE en selecteert u vervolgens de knop BEWERKEN op PL. Selecteer de gewenste parameter door de knop SELECTIE met de klok mee te draaien: 01 voor maandag, 02 voor dinsdag, 03 voor woensdag, 04 voor donderdag, 05 voor vrijdag, 06 voor zaterdag en 07 voor zondag. Naast het pictogram van het verwarmingsprogramma geeft de display het huidige programma weer in uur, de dag of de groep dagen waarnaar het programma verwijst, de programmeringtijd en een eerste tijdsblok dat knippert. Stel vervolgens de begin- en eindtijden voor beide verwarmingsprogramma’s in: draai de rechterknop BEWERKEN tegen de klok in om de verwarmingsfasen op besparingstemperatuur in te stellen; draai de knop met de klok mee om de verwarmingsfasen op comforttemperatuur in te stellen. Elke draai aan de knop verhoogt de tijd met 15 min. en elke cursorbeweging verhoogt de tijd met 1 uur. Om de instellingen voor het verwarmingsprogramma 1 te verlaten, zet u de knop SELECTIE op RUN. Om de instellingen voor het verwarmingsprogramma 2 te verlaten nadat u de dagen van de week geprogrammeerd hebt, draait u de knop SELECTIE met de klok mee op PL, vervolgens draait u de knop BEWERKEN tegen de klok in tot deze op de gewenste bedieningsmodus staat (zie hoofdstuk hierover). Zet de knop SELECTIE daarna op RUN. De programmering gebeurt voor de hele cyclus van 24 uur. Na 23:45 uur springt het tijdsblok op 0:00.
Storingsmeldingen De storingen worden weergegeven met EXXX, waarbij XXX de standaardcode is die wordt gegenereerd door de afstandsbediening of door de CV-ketel. De code verschijnt in plaats van de tijdsweergave in de gegevensrij. Als bij de storingsmelding geen RESET nodig is, wordt de code gewoon weergegeven; als er wel een RESET moet worden uitgevoerd, knippert de storingsmelding. De volgende tabel geeft een overzicht van de storingscodes die gegenereerd worden door de timer van de thermostaat. Storingsnummer E201 E81
E80
Beschrijving Geen communicatie met de CV-ketel. Controleer de transmissie van gegevens naar de CV-ketel. EEPROM storing. Deze code betekent dat het geheugen van de timer van de thermostaat gewijzigd werd (bv. via EMV). Na de storing worden de standaardgegevens geladen. Alle ingestelde waarden moeten gecontroleerd worden. Storing in de buitentemperatuursensor.
Gelieve de documentatie over de CV-ketel te raadplegen voor een definitie van de alarmen die worden gegenereerd door de CV-ketel.
Resetten in geval van storingen aan de ketel Bepaalde definitieve ketelstoringen kunnen rechtstreeks gereset worden vanaf de afstandsbediening. In dit geval flikkert een code op de display en licht er een driehoek op naast de RESET melding rechts op de display. U kunt nu de RESET functie activeren: draai de knop BEWERKEN met de klok mee; er wordt een VRIJGAVE commando geactiveerd dat overeenkomt met het indrukken van de knop op de ketel en het vrijgavecommando wordt verstuurd naar de CV-ketel. De pijl verdwijnt nadat u het VRIJGAVE commando hebt gegeven.
Technisch menu Om het technisch menu te openen, zet u de knop SELECTIE op MODE, vervolgens zet u de knop BEWERKEN op PL en daarna selecteert u de gewenste parameter met behulp van de knop SELECTIE. Draai aan de knop BEWERKEN om de gewenste waarde in te stellen. Om het technisch menu te verlaten, selecteert u de volgende/vorige parameter, PL, met behulp van de knop SELECTIE en daarna draait u aan de knop BEWERKEN. In het technisch menu kunt u zowel verwarmingsprogramma 2 als een aantal installateurparameters instellen. Raadpleeg het hoofdstuk Het verwarmingsprogramma instellen hierboven om het verwarmingsprogramma en parameters 01-07 in te stellen. Parameters 08 tot 17 verwijzen naar de instelling van de omgevingstemperatuur en de bediening van de ketel. Opgelet! Een aanpassing van de waarden van parameters 8 tot 17 kan de normale bediening van de CVketel in het gedrang brengen. Deze parameters mogen alleen aangepast worden door bevoegd technisch personeel. 08 09
10
11
12 13
14
15
16
17
Maximale verwarmingstemperatuur. Maximale uitvoertemperatuur van de CV-ketel in verwarmingsmodus. Minimale verwarmingstemperatuur. Minimale uitvoertemperatuur van de CV-ketel in verwarmingsmodus. Als de buitensensor niet geïnstalleerd is en parameter 11, invloed binnensensor, gelijk is aan 0, wordt deze parameter gebruikt als instelpunt voor de temperatuur van het verwarmingswater. Stooklijn voor verwarmingsmodus. Is alleen geactiveerd indien een buitensensor is aangesloten. De relatiecurve van de externe sensor in het algoritme dat wordt gebruikt om de aanpassing van de uitvoertemperatuur te berekenen. Invloed interne sensor. Belang van de omgevingstemperatuursensor in het algoritme dat wordt gebruikt voor de berekening van de aanpassing van de uitvoertemperatuur. Niet in gebruik Compensatie omgevingssensor. Temperatuurcompensatie van de gemeten interne sensor; wordt gebruikt om een waarde aan te passen aan de installatieplaats Standaardparameters laden. Stel deze parameter in op 1 om de standaardconfiguratie van de parameters te laden. De dag en het tijdstip worden niet gewijzigd Constante aanvullende temperatuuraanpassing. Compensatieparameter in het algoritme dat wordt gebruikt voor de berekening van de aanpassing van de uitvoertemperatuur. Softwareversie. Geeft de code weer van de software die geïnstalleerd is in de afstandsbediening. Selectie °C/°F. Met deze parameter selecteert u of u de temperatuur wilt weergeven in °C of in °F.
Vertrektemperatuur °C
Buitentemperatuur °C
Opgelet! Deze afstandsbediening kan alleen gebruikt worden bij compatibele CV-ketels. De verwarming aanzetten via de telefoon U kunt een telefoonschakelaar voor afstandbediening, aangesloten op klemmen 3 en 4, gebruiken om een verwarmingscommando naar de REC08 te sturen. De productie van warm water voor huishoudelijk gebruik is dan ook geactiveerd. Wanneer de telefoonschakelaar deze twee klemmen kortsluit, wordt een verzoek voor verwarming tot comforttemperatuur gegenereerd op de REC08 en wordt de aanmaak van warm water geactiveerd. Wanneer het contact opengaat, keert de REC08 terug naar de status die hij had voor het contact gesloten werd.