Advies
“Vrijwilligerswerk”
19 augustus 2013
Advies “Vrijwilligerswerk”
INHOUDSOPGAVE 1. Adviesaanvraag ............................................................................................................................... 2 2. Onderwerp van advies (adviesvragen) ............................................................................................ 2 3. Samenvatting .................................................................................................................................. 2 4. Uitgangspunten voor advisering ...................................................................................................... 2 5. Advies ............................................................................................................................................. 3 6. Slotopmerkingen ............................................................................................................................. 3
Pagina 1 Advies “Vrijwilligerswerk” vastgesteld in de Wmo-raadsvergadering van 12 september 2013
Advies “Vrijwilligerswerk”
1. Adviesaanvraag Op 24 mei 2013 heeft de gemeente Hoogeveen een adviesaanvraag ingediend bij de Wmo-raad met betrekking tot de notitie vrijwilligerswerk. De aanvraag is door de heer Fokkes, senior beleidsambtenaar WMO, namens het college van B&W per e-mail naar de secretaris van de WMo-Raad gestuurd. De volgende documenten zijn bij de aanvraag meegestuurd.
Memo WMO raad “Notitie vrijwilligerswerk” (ongedateerd) ‘Notitie vrijwilligerswerk” (ongedateerd). Als aanvraagdatum wordt genomen de datum van de e-mail. Deze datum is bevestigd in een e-mail van de gemeente op 5 juni 2013.
2. Onderwerp van advies (adviesvragen)
Kunt u instemmen met de opzet en algemene inhoud van de “Notitie vrijwilligerswerk”? Kunt u instemmen met de gekozen richting, uitgangspunten en aanpak? Mist u een aantal punten? Zo ja, welke? Welke overige opmerkingen heeft u?
3. Samenvatting De WMO-Raad is van mening, dat de aan haar voor advies voorgelegde notitie “Vrijwilligerswerk” kwalitatief niet voldoende informatie biedt om een afgewogen en verantwoord advies te geven. Onder hoofdstuk 6 “Slotopmerkingen “ geeft de WMO-Raad een onderbouwing van voorgaand standpunt.
4. Uitgangspunten voor advisering De “Notitie vrijwilligerswerk” mag niet leiden tot een instrument om inkomensverschillen te verkleinen. Daar zijn belastingen en andere regelingen voor.
Pagina 2 Advies “Vrijwilligerswerk” vastgesteld in de Wmo-raadsvergadering van 12 september 2013
Advies “Vrijwilligerswerk”
5. Advies De WMO-Raad adviseert de notitie “Vrijwilligerswerk” grondig in herbewerking te laten nemen alvorens daarop gebaseerde beleidsbesluiten te nemen. Op hoofdlijnen baseert de WMO-Raad haar standpunt op de volgende punten
Ontbreken van visie op de vrijwilliger in de toekomst. Ontbreken van een beschrijving en indeling van de soorten vrijwilligers. Ontbreken van elke kwantitatieve indicaties, zoals het benodigde aantal vrijwilligers en de benodigde budgetten. De aanname, dat het huidige beleid en de thans gebruikte wegen basis kunnen zijn voor de toekomst. De aanname, dat de gemeente wezenlijk invloed kan uitoefenen op de vrijwilligers en hun organisaties.
In hoofdstuk 6 “Slotopmerkingen” geeft de WMO-Raad gedetailleerder aan wat haar visie is op de aan haar voorgelegde notitie.
6. Slotopmerkingen Algemene opmerkingen In de voorgelegde notitie ontbreekt een heldere kijk op wat in de toekomst aan vrijwilligers nodig is. De notitie geeft veel te weinig inhoud aan het begrip: vrijwilliger. De notitie zou moeten beginnen met “Wie of wat is een vrijwilliger en waarom is men dat”. De notitie ontbeert deze basis en hangt daardoor in de lucht. Het is aan te bevelen , bij wijze van voorbeeld, na te gaan wat de heer L. Meijs, hoogleraar Volunteering, Civil Society and Business aan de Erasmus Universiteit, heeft aangegeven over de functies die vrijwilligers kunnen vervullen en zulks in relatie tot het soort werk en de budgetten. De notitie sluit eerst de zorgvrijwilliger uit, maar heeft het vervolgens vrijwel alleen over problemen in en met de zorg en dergelijke die moeten worden opgelost (door vrijwilligers). De notitie gaat er van uit, dat de thans gebruikte wegen op zich goed zijn (zonder enig bewijs overigens), maar dat ze geïntensiveerd moeten worden, terwijl met de gebruikte wegen niet (eens) wordt voldaan aan de huidige behoefte. Er moeten naar de mening van de WMO-Raad ook nieuwe wegen worden bedacht. De notitie ademt ‘macht’ en kneedbaarheid’ uit van de gemeente op de vrijwilligers en de daarvoor participerende en organiserende organisaties. Een apert foute insteek. Als organisaties worden ingeschakeld vore vrijwilligerswerk moet daaraan bijzondere aandacht worden besteed teneinde het mogelijk ontstaan van zogenaamde “gouden handjes” te voorkomen.
Pagina 3 Advies “Vrijwilligerswerk” vastgesteld in de Wmo-raadsvergadering van 12 september 2013
Advies “Vrijwilligerswerk”
De notitie gaat voorbij aan de “niet-georganiseerde” vrijwilligers, terwijl dat er heel veel zijn. Ze blijken ook onontbeerlijk te zijn voor een geoliede samenleving. Ze verdienen aparte aandacht in het beleid en in de uitvoering daarvan door de gemeente. De flinke korting op het budget bij de decentralisatie wordt gebruikt als of het een troefkaart is. Dit is toch een vreemde benadering. Weglaten van het punt “financiële korting” lijkt een veel betere optie. Het gaat er tenslotte ‘alleen maar’ om wat de gemeente(wel) gaat doen. (Noot: opnemen van de financiële korting lijkt ook veel op een excuus vooraf, mocht het niet lukken.) De notitie is slordig in taalgebruik, springt van de hak op de tak en is onevenwichtig.
Specifieke opmerkingen Duidelijk is dat er gezien de ontwikkelingen in het sociaal domein meer tijd in werving en bemiddeling van vrijwilligers zal gaan zitten. Een succesvolle werving en bemiddeling vraagt een gerichte aanpak die tijd, energie en vasthoudendheid kost. Het vraagt ook om een andere kijk op de vrijwilligers. Voor organisaties betekent het dat zij aansluiting moeten zoeken bij wat mensen leuk en belangrijk vinden. Van de gemeente vraagt dat om het scheppen van een klimaat waarin mensen gestimuleerd worden om vrijwilligerswerk te doen. Niet alleen bij organisaties en instellingen maar ook in de buurt, wijk, straat, bij bedrijven of de naaste omgeving. Kort door de bocht: Vrijwilligers kun je wel verleiden naar niet leiden. Laat de SWW (Stichting Welzijnswerk) een uitsluitend uitvoerende organisatie worden; opdrachten komen van bij voorbeeld de gemeente. De SWW zou geen partij meer moeten zijn in Sam Sam (samenwerkingsverband tussen verschillende organisaties van vrijwillige thuiszorg) vanwege mogelijke belangenverstrengeling. De rol die lijkt weggelegd voor de SWW in de nulde lijn is onhelder en vraagt om toelichting. Na een behoorlijke introductie wordt het onderwerp werkplein niet afgemaakt. Wat is de visie van de gemeente en wat wil ze beleidsmatig en uitvoeringsgericht doen op dit vlak. Dit is een heel gevoelig punt, dat niet kan worden overgelaten aan het overleg tussen de actienemers. Er zal dan immers vrijwel automatisch een compromis gaan ontstaan, waarin iedereen zich enigszins kan vinden en de eigen posities daardoor worden veilig gesteld. Van Wwb-cliënten (Wet werk en bijstand)wordt een tegenprestatie in de vorm van participatie gevraagd. Indien we het hier hebben over vrijwilligers dan zou de gemeente deze groep afzonderlijk moeten behandelen. Immers als dit leidt tot vermenging met wat echte vrijwilligers doen zal het heel snel tot aanvaringen leiden en naar verwachting het afhaken van de echte vrijwilligers (die het gratis doen!). De insteek van de gemeente naar vrijwilligers en vrijwilligersorganisaties wordt heel kort belicht en lijkt op het willen gaan regeren door de gemeente over andere (autonome) instellingen die juist heel gevoelig zijn voor inbraken. Nadere uitwerking is noodzakelijk.
Pagina 4 Advies “Vrijwilligerswerk” vastgesteld in de Wmo-raadsvergadering van 12 september 2013
Advies “Vrijwilligerswerk”
Van inwoners wordt verwacht, dat ze meedoen aan de maatschappij en daarbij zou zelfredzaamheid belangrijk zijn. In de visienotitie wordt echter overgestapt van zelfredzaamheid op Samen redzaamheid. Dit vraagt nadere aandacht. Aangegeven wordt dat het de kunst is de verbinding in het sociale domein tot stand te brengen ten aanzien van de vrijwilligers vanuit diverse achtergronden, maar hoe die kunst door de gemeente wordt uitgevoerd wordt niet aangegeven. Nadere toelichting is nodig. Als samenvatting voor wat de gemeente wil gaan doen wordt in de notitie het volgende aangegeven: 1.
Ondersteuning vanuit de gemeente op de functies “Verbinden en makelen” (basisfunctie 1) en ”versterken van vrijwilligers en vrijwilligersorganisaties “ (basisfunctie 2). 2. Ondersteuning van vrijwilligers en vrijwilligersorganisaties is de focus en dan vooral op de initiatieven uit de informele (non-profit) zorgsector. 3. Verbindingen leggen tussen vrijwilligers op gebied van sociale netwerken, informele en professionele zorg. Een zeer geconcentreerde samenvatting, maar de notitie geeft op geen van deze punten wezenlijke aansluiting over hoe de gemeente een en ander zal gaan doen. Nadere uitwerking is absoluut noodzakelijk of in de notitie of per punt van de samenvatting.
Hoogeveen, 19 augustus 2013
Pagina 5 Advies “Vrijwilligerswerk” vastgesteld in de Wmo-raadsvergadering van 12 september 2013