Acht boeken bij het thema van de Kinderboekenweek 2012

Lesbrief Kinderboekenpakket Hallo Wereld! Acht boeken bij het thema van de Kinderboekenweek 2012 Het thema van de Kinderboekenweek 2012 is: Hallo Wereld! Speciaal voor alle basisscholen in Nederland heeft Uitgeverij Zwijsen een kinderboekenpakket samengesteld waarmee u in alle jaargroepen aandacht kunt besteden aan het ontmoeten van andere culturen in en door verhalen. In de boeken die we in dit pakket voor u verzameld hebben, ligt de nadruk soms op het op reis gaan, soms op het ontmoeten van een andere cultuur en soms op het anders zijn. Allemaal invalshoeken die passen bij het thema van deze Kinderboekenweek. De Kinderboekenweek is van 3 tot en met 14 oktober 2012. Het is een uitgelezen moment om met de hele school stil te staan bij leesbevordering. In deze lesbrief vindt u niet alleen lessuggesties bij elk boek uit het kinderboekenpakket van Uitgeverij Zwijsen. U vindt ook suggesties om de Kinderboekenweek op een leuke manier samen te openen én af te sluiten.

Lessuggestie opening Kinderboekenweek

De Kinderboekenweek wordt jaarlijks georganiseerd om op een leuke manier het belang van lezen onder de aandacht te brengen. Vrijwel alle basisscholen in Nederland doen er aan mee. U kunt er samen met de leerlingen voor zorgen dat uw school bij het begin van de Kinderboekenweek helemaal in het teken staat van boeken en lezen. Richt de klaslokalen in met leestafels en leuke attributen die aansluiten bij het thema van de Kinderboekenweek. Open vervolgens de Kinderboekenweek met een ‘officiële’ gezamenlijke bijeenkomst. Organiseer bijvoorbeeld een voorleeswedstrijd tussen leerkrachten. De winnaar mag de Kinderboekenweek met een druk op de zoemer voor geopend verklaren. Ook kunt u in deze bijeenkomst topoposters uitdelen: Nederland voor de onderbouwgroepen, Europa voor de middenbouwgroepen en De wereld voor de bovenbouwgroepen. Kinderen in alle groepen gaan gedurende de Kinderboekenweek boeken lezen.

© 2012 Uitgeverij Zwijsen B.V. Tilburg

1

E U R O P A Vulkaan op IJsland

Poolcirkel

Noorderlicht in Scandinavië Pippi Langkous uit Zweden Pub in Ierland

Baboesjka uit Rusland Het Kremlin in Moskou, Rusland De Big Ben in Londen, Engeland Delfts aardewerk uit Nederland De Berlijnse Muur in Duitsland Lanceerinstallatie in Kazachstan De Eiffeltoren in Parijs, Frankrijk Zonnebloemveld in Oekraïne Wintersport in de Alpen, Oostenrijk Badhuis in Budapest, Hongarije Fadozanger en -zangeres uit Portugal De Sagrada Familia in Barcelona, Spanje Ezelkar in Bulgarije Scheepvaart op de Zwarte Zee Pizzabakker uit Italië De Akropolis in Athene, Griekenland

W E R E L D Grizzlybeer in Canada De euro in Europa Filmindustrie in Los Angeles (Hollywood), Verenigde Staten Het Vrijheidsbeeld in New York, Verenigde Staten Het Kremlin in Moskou, Rusland Sushi eten in Japan Mexicaan met sombrero Kamelenkaravaan in de Sahara Piramide in Egypte Moskee in Iran

zwijsen.nl

De Taj Mahal in India De Chinese Muur

Olieveld, Saudi-Arabië Tempelcomplex Angkor Wat in Cambodja Reuzenschildpad op Galápagoseilanden, Ecuador Het Amazoneregenwoud, Brazilië Afrikaanse wilde dieren Tangodanser en -danseres, Argentinië De Tafelberg in Kaapstad, Zuid-Afrika Bultrugwalvis in de Indische Oceaan Kangoeroe in Australië Pinguïns op Antarctica

zwijsen.nl

Van elk gelezen boek mogen ze een verkleinde weergave van het omslag op de poster plakken op de plek waar het boek speelt. Boeken die niet te plaatsen zijn, mogen ze onderaan de poster plakken. Zo krijgt het thema van deze Kinderboekenweek op eenvoudige wijze extra inhoud.

Lessuggestie afsluiting Kinderboekenweek

Richt in de school een tentoonstelling in met alle tekeningen, knutsels en andere dingen die de leerlingen gedurende de Kinderboekenweek gemaakt hebben. Ook de topoposters met alle gelezen boeken krijgen een plaats op deze tentoonstelling. U kunt ouders, grootouders en andere belangstellenden uitnodigen om te komen kijken op de laatste schooldag van de Kinderboekenweek. Kinderen die iets willen vertellen over een boek dat zij gelezen hebben, mogen dat tijdens deze bijeenkomst doen. Zij kunnen voor de ouders beginnen met het aanwijzen van hun boek op de topoposter. Daarna vertellen zij wat zij bijzonder, grappig of spannend vonden aan hun boek. Om het extra feestelijk te maken kunt u leerlingen (en ouders) vragen om hapjes te maken die aansluiten bij het thema. Zo haalt u óók de wereldkeuken in de school. Tip! Met de serie Voorleeskwartier kunt u gedurende de gehele Kinderboekenweek op een vast moment voorlezen in uw groep. Voor elke groep is er een eigen boek, met een doorlopend verhaal over kinderen die in dezelfde groep zitten als de leerlingen in uw groep. Kijk voor meer informatie op voorleeskwartier.nl. Het eerste hoofdstuk van alle boeken wordt voorgelezen door de auteur of door een leerkracht. Alle illustraties uit het boek zijn op het digibord te tonen terwijl u voorleest!

2


Groep 1-2 – prentenboek De droomreis van neef Karel Rick de Haas, Nicolle van den Hurk en Els Vermeltfoort € 9,95 Uitgeverij Zwijsen. Invalshoek: droomreizen Neef Karel vertelde de meest fantastische verhalen over een wereldreis die hij ooit zou gaan maken. Geen van de andere muizen geloofde hem. Maar op een dag vertrok neef Karel echt, op reis over de hele wereld. Theo, Daatje en Stien zwaaiden hem uit. Toen ze weer naar binnen waren, klom Karel stiekem langs de regenpijp omhoog en verstopte zich op zolder. Daar schreef hij brieven over spannende avonturen in verre landen... 1. Geef alle kinderen een groot vel tekenpapier (minimaal A3) en kleurpotloden. Lees de titel van het boek voor, maar laat nog niet het omslag zien. Vertel dat neef Karel een muis is en dat hij op reis wil. Laat het vel tekenpapier in tweeën delen. De kinderen maken een tekening op de linkerzijde van het tekenvel. Zij tekenen waar Neef Karel volgens hen naar toe gaat. Vraag ze ook met welk vervoersmiddel Neef Karel zijn reis maakt. Met de boot, het vliegtuig of misschien wel een luchtballon? Laat de naam van de maker op de tekening schrijven en hang de tekeningen op en laat ze gedurende de hele Kinderboekenweek hangen. 2. U leest nu het boek helemaal voor. Kijk daarna samen met de kinderen naar de tekeningen. Praat met elkaar over reizen maken en op vakantie gaan. Is het altijd leuk of is het ook wel eens eng? Welke droomreis zouden de kinderen zelf willen maken? Deze tekening maken de kinderen op de rechterzijde van het tekenvel. Of blijven ze liever thuis, net als neef Karel? Ook dat mag getekend worden. 3. Neef Karel spaart postzegels. Op de schutbladen van het boek is zijn verzameling te zien. Kijk er samen eens goed naar. Sommige postzegels zijn net schilderijtjes. Laat kinderen van thuis uit mooie postzegels meenemen en verzamel ze op een groot vel. Laat de kinderen een eigen postzegel ontwerpen. Wat zouden zij afbeelden als ze een postzegel voor Nederland mochten maken? Dit kan bijvoorbeeld op witte stickertjes, zodat ze daarna ook echt op enveloppen of kaarten geplakt kunnen worden. Met een kartelschaar kunnen de zelfontworpen postzegels de bekende kartelrandjes krijgen. Tip! Van De droomreis van neef Karel is een leuke animatie gemaakt. Kijk er samen naar op het digibord. Ga naar http://www.leesleeuw.nl/web/kl-groep-12-de-droomreis-van-neef-karel.htm.


3

Groep 1-2 – voorleesboek De gelukkige olifant Youp van ‘t Hek, Georgien Overwater € 14,95 Uitgeverij Leopold. Invalshoek: ‘anders zijn’ Lars is graag in het bos. Veel mensen vinden het bos eng, maar Lars houdt van wilde dieren. Ook vandaag gaat Lars naar het bos. Daar hoort hij een vreemd geluid. Het is de olifant die huilt. De olifant is zo verdrietig dat hij met zijn tranen het meer doet overstromen. Hij vindt zichzelf namelijk heel erg lelijk. Lars besluit hem te troosten. Samen met de dieren in het bos gaat hij op zoek naar een beter spiegelbeeld. 1. Lees hoofdstuk 1 voor. Hierin horen de kinderen dat de olifant verdrietig is. Lars kondigt aan iets leuks te gaan doen. Stel de kinderen de vraag wat zij denken dat Lars kan gaan doen om Olifant weer vrolijk te maken. Deze oplossing mogen ze tekenen. In plaats van tekeningen kunt u ook klassikaal een poster maken waarop de oplossingen van de kinderen worden geschreven. Deze poster krijgt een plaats in de klas. Kinderen die een oplossing hebben bedacht, mogen deze oplossing als illustratie onder de geschreven tekst tekenen. 2. Op pagina 19 van het boek staat een gedicht over huilen. Lees het gedicht voor en stel de volgende vragen: wie moet er wel eens huilen? Waarom was dat? Wanneer ging het huilen over? Zou Lars dat ook kunnen gebruiken voor Olifant. Oplossingen van kinderen kunt u verzamelen op een vel papier (in beeld en/of tekst). 3. In het grote bos wonen veel dieren die Lars willen helpen met het vinden van een oplossing. Op een dag gaan alle dieren naar de grote stad. Op een groot vel kunt u een bos tekenen met daarnaast de grote stad. Laat kinderen individueel de dieren tekenen. Deze dieren kunnen ze uitknippen of uitscheuren. Tijdens het voorlezen kunnen de dieren worden verplaatst van het bos naar de stad. Voor een overzicht van alle dieren kunt u bladzijde 55 voorlezen. Nadat het gehele boek is voorgelezen, kunnen de kinderen met elkaar bespreken waar elk dier woont en krijgen alle dieren een plaats op de plattegrond. 4. Olifant is niet tevreden met zijn uiterlijk. In het boek ontdekken de dieren dat ze goed zijn zoals ze zijn. Laat kinderen van zichzelf een tekening maken. In de kring mogen kinderen telkens van hun buurman of buurvrouw iets noemen wat ze mooi of leuk vinden. Met hartjesstickers kunnen de kinderen op hun tekening hartjes plakken bij hun ‘sterke’ punten. Tip! Voor groep 1 en 2 zijn in de serie Voorleeskwartier twee prachtige voorleesboeken verschenen. Op voorleeskwartier.nl worden de eerste hoofdstukken voorgelezen. Leuk om via het digibord samen naar te kijken en luisteren.

4


Groep 3 – informatief boek Lees alles over… op reis Diverse auteurs, met illustraties van Ina Hallemans, Ann de Bode en Daniëlle Schothorst € 14,95 Uitgeverij Zwijsen. Invalshoek: op reis gaan Ik ben Stan. En ik heb bijna vakantie. Dan ga ik op reis. Ik ga kamperen met papa. En naar een huisje met mama. Lees in dit boek hoe leuk al dat reizen is! 1. Dit is geen boek om uitgebreid uit voor te lezen, maar een informatief boek dat beginnende lezers zelf kunnen lezen. Om kinderen op weg te helpen met dit boek kunt u het versje van pagina 26 voorlezen. Praat daarna samen over reizen. Waar zouden de kinderen graag naartoe gaan? En wat was de leukste plek waar ze ooit geweest zijn? Kinderen die het leuk vinden om een eigen boekje te maken, krijgen een aantal velletjes A4-tekenpapier dat doormidden gevouwen wordt en in het midden wordt vastgeniet. Hierin mogen zij een boekje over reizen maken. 2. Geef de kinderen om de beurt de kans om dit boek te lezen. Het is ook heel geschikt om samen te lezen. Vorm groepjes van kinderen waarbij snelle lezers en kinderen die iets minder snel leren lezen bij elkaar komen. Zo kunnen ze samen lezen en praten over wat ze van het boek vinden. 3. In de strip op pagina 18 is te zien dat Noor en Koen gaan kamperen. Koen neemt veel te veel knuffels mee. Geef alle kinderen een vel tekenpapier (A4 of groter) en kleurpotloden. Laat ze een tekening maken van alle spullen die zij willen meenemen op vakantie. Tip! Dit boek maakt deel uit van de serie Lees alles over…: informatieve boeken voor beginnende lezers. Informatieve boeken mogen in een schoolbieb niet ontbreken. Kinderen die niet zo van lezen houden, genieten vaak wel van boeken vol informatie.


5

Groep 4 – voorleesboek Mr Finney en de andere kant van het water Laurentien van Oranje & Sieb Posthuma € 19,95 Uitgeverij Querido Invalshoek: niet bestaande wereld / zorg voor onze wereld Het is hartje zomer en alles in de tuin van Mr Finney zoemt en zindert van de warmte. Mr Finney krijgt op zijn SuperBiBi een noodoproep van zijn knalroze vriendin netje Pinky Pepper. Ze stuurt hem ook een foto van een eiland dat lijkt te verdwijnen. Mr Finney aarzelt geen moment en vliegt in zijn FinMobiel naar haar toe om te helpen. In dit boek beleeft Mr Finney spannende avonturen boven en onder water, waarbij hij wezenlijke vragen stelt over hoe we omgaan met elkaar en met de aarde. 1. Lees de eerste twee hoofdstukken van het boek voor. Wat zou toch dat geheimzinnige gezoem zijn dat Mr Finney en Slak horen? Maak op het bord een lijstje met mogelijke oplossingen. Is het een bij? Of een graafmachine? Of misschien een wekker? Als de lijst klaar is, leest u hoofdstuk drie voor. Hadden jullie het goed geraden samen? 2. Lees verder in het boek. In het hoofdstuk Weer op reis wijst de SuperBiBi Mr Finney de weg naar het eiland van Pinky Pepper. Praat met de kinderen over hoe je op reis nog meer de weg kunt vinden. Je kunt bijvoorbeeld de weg vragen, een navigatiesysteem gebruiken of een kaart of plattegrond raadplegen. Maak op het schoolbord samen met de kinderen een plattegrond van de klas. Teken alle tafels erin. En denk ook aan alle andere obstakels op de vloer! Kijk nu op de plattegrond hoe je het beste van de deur naar de computer kunt lopen. Of van de boekenkast naar het raam. 3. Als het boek uit is, weten de kinderen dat de wereld van Mr Finney anders is dan die van ons. Toch zijn er ook overeenkomsten. Er zijn eilanden, oceanen, bergen en bossen net als bij ons. Laat ieder kind met papier-maché een wereldbol maken (gebruik hiervoor opgeblazen ballonnen die ze kunnen beplakken), waarop het met verf de landen, zeeën en andere bijzonderheden laat zien van de wereld van Mr Finney. Hang de wereldbollen aan nylondraad in de klas. Zo hebt u een mooie herinnering aan Mr Finney en de andere kant van het water. In plaats van een wereldbol kunnen kinderen ook een topoposter tekenen van de wereld van Mr Finney. Tip! Er is nog een boek verschenen over Mr Finney en zijn vrienden, Mr Finney en de wereld op zijn kop. Lees het voor in de klas. Want voorlezen is ook belangrijk na de Kinderboekenweek!

6


Groep 5 – voorleesboek, zelf lezen Rosie en Moussa Michael De Cock & Judith Vanistendael € 12,95 Uitgeverij Querido Invalshoek: andere culturen

‘Dag,’ zegt Moussa. ‘Ik ben Moussa ... En jij? Wie ben jij?’ Twee grote ogen kijken Rosie vragend aan. ‘Jij bent nieuw,’ zegt hij voor Rosie iets kan zeggen. ‘Helemaal niet,’ zegt Rosie. ‘Ik ben Rosie.’ Rosie en haar moeder gaan wonen in een groot flatgebouw. In de kamer precies boven die van Rosie woont Moussa, een jongen van haar leeftijd. Rosie en Moussa gaan op een dag stiekem naar het dak van het flatgebouw. Maar dan worden ze opgesloten... 1. Laat het omslag van Rosie en Moussa zien. Ieder kind schrijft nu vijf woorden op waar het aan denkt bij het zien van dit omslag. Op het bord inventariseert u de woorden door een woordweb te maken rondom de titel van het boek. Dan leest u de achterkant van het boek voor. Moeten er nu nog woorden bij? 2. Lees het boek voor. Laat telkens de tekeningen goed zien. Ze maken wezenlijk deel uit van het verhaal. 3. Op het dak van het flatgebouw hebben Rosie en Moussa een fantastisch uitzicht. De wereld ligt letterlijk aan hun voeten. Praat met elkaar over wat je allemaal ziet in de grote stad. En wat op het platteland. Geef vervolgens alle kinderen een vel tekenpapier. De kinderen maken een tekening van de tegenstellingen: links laten ze zien wat je op het platteland ziet, rechts wat je in de stad ziet. 4. Waar denken de kinderen dat dit boek zich afspeelt? Op de kaart van Europa mogen zij plaatsen aanwijzen. In het boek zijn aanwijzingen te vinden: wijs de kinderen op de taal die Rosie en Moussa spreken en de dingen die zij zien.

Tip! Lees de klas ook het tweede boek over Rosie en Moussa voor, Rosie en Moussa: de brief van papa. Misschien komen jullie er samen achter wat er met de vader van Rosie is gebeurd.


7

Groep 6 – toneelleesboek Verdwaald in Amsterdam Anke Kranendonk & Jenny Bakker € 12,95 Uitgeverij Zwijsen Invalshoek: andere culturen / op reis door Amsterdam Hachi …Wie? Ja, dat vraagt dus iedereen die Hachi ontmoet in Amsterdam. Daar is ze samen met haar moeder een dagje op bezoek. Als haar moeder in de tram stapt, en achter haar de deuren sluiten, blijft Hachi staan. Wat moet ze doen, de volgende tram nemen of blijven wachten? Hachi is in paniek, en haar moeder ook. Allebei gaan ze op zoek. Ze komen allerlei mensen tegen tijdens hun dolle tocht door de drukke stad. Lees dit boek hardop, samen met iemand anders en word bijvoorbeeld een bekende Nederlander, een zwerfster, een trambestuurder en … Hachi! NB Kijk vooraf op http://www.zwijsen.nl/web/voorschool/Lezen/Vrij-lezen-en-leesseries/groep4-tm-8/Toneellezen.htm naar een kort filmpje over toneellezen in de klas. Zo weet u voor u begint precies wat de bedoeling is van deze manier van lezen. 1. Dit boek speelt zich af in Amsterdam. Hachi en haar moeder willen van alles gaan bekijken: het paleis op de Dam, de Kalverstraat, het Anne Frankhuis, de Albert Cuypmarkt, kortom te veel om op te noemen. Vraag aan de kinderen om op te schrijven wat zij graag zouden zien in Amsterdam. Inventariseer daarna de wensen. Misschien komen ze wel voor in het verhaal. 2. Toneellezen is een vorm van samenlezen. Twee lezers (of meer!) nemen de rol van een personage op zich en lezen de teksten hardop voor. De lezers voeren eigenlijk samen een toneelstukje op, maar dan zonder podium. Toneellezen bevordert het leesplezier. Laat ieder hoofdstuk van Verdwaald in Amsterdam door andere kinderen voorlezen. Succes verzekerd! 3. Kies met de klas de drie leukste hoofdstukken uit. Laat de kinderen in groepjes de hoofdstukken lezen en maak er vervolgens filmpjes van voor de afsluitende tentoonstelling van de Kinderboekenweek (zie Lessuggestie afsluiting Kinderboekenweek). 4. Geef dit boek een plaatsje op de topokaart van Europa. Dit kan de start vormen van het lezen van boeken die ergens op onze wereld spelen. Alle boeken mogen een plaatsje krijgen op de kaart. Verkleinde omslagen van de boeken kunnen ze bijvoorbeeld op de poster plakken. Of de kinderen schrijven de titel van een boek dat zij gelezen hebben op een post-it en plakken dat op de kaart. Tip! Er is nog een toneelleesboek speciaal voor kinderen in groep 6: Stilte in de studio!, studio!, van Bies van Ede. De kinderen hebben met Verdwaald in Amsterdam vast de smaak te pakken gekregen, dus laat ze lekker doorlezen. Ook leuk voor tijdens een weeksluiting!

8


Groep 7 Reis door …Turkije Berdie Bartels € 14,95 Uitgeverij Zwijsen Invalshoek: op reis gaan Hoe zoet is het suikerfeest? Wat voor klimaat heeft Turkije? En wanneer kwamen de eerste Turken in Nederland wonen? Het antwoord op deze en veel andere vragen lees je in Reis door....Turkije. Maar in dit boek lees je ook het verhaal van Burak. Hij houdt niet van binnen zitten en al helemaal niet van huiswerk maken. Het allerliefst gaat hij met Kadir mee, op de boot. Dan brengen ze samen toeristen naar de modderbaden of de ruïnes. Onderweg vertelt Kadir verhalen aan Burak, over verdwaalde zeeschildpadden en verdwenen schatten. Verhalen die Kadir stuk voor stuk uit zijn duim zuigt, dat weet Burak zeker. Of, nou ja, bijna zeker … 1. Reis door … Turkije is meer dan een leesboek alleen. Het bevat het verhaal over Burak, een jongen uit Dalyan, maar daarnaast staat er ook heel veel informatie in over Turkije. Het is een boek waarin je lekker lang kan lezen, of zomaar eventjes een stukje. Om uw leerlingen kennis te laten maken met het boek, kunt u een paar bladzijden voorlezen van het verhaal van Burak, dat begint op bladzijde 11. Lees daarna ook de informatie van bladzijde 38 en 39 voor. Praat met elkaar over de Turkse manieren. Verschillen ze erg van de Nederlandse manieren? 2. Misschien heeft u kinderen in uw klas die familie hebben in Turkije of kinderen die in Turkije op vakantie zijn geweest. Vraag naar hun ervaringen. En spreken ze misschien (een paar woordjes) Turks? Op bladzijde 28 en 29 in Reis door … Turkije vindt u informatie over de Turkse taal. Oefen met elkaar en kijk wie er het eerst een ijsje in het Turks kan bestellen. 3. Reis door … Turkije staat bomvol informatie over Turkije. Laat uw leerlingen een reisprogramma maken voor een vakantie van acht dagen in Turkije. Welke plaatsen zouden ze graag willen bezoeken? Wat willen ze er graag zien en doen? Hoe maken ze de reis? En wat willen ze er eten? Op de topokaart van Europa kunnen ze hun route precies uitstippelen. Tip! De boeken van Reis door… lenen zich goed voor een boekbespreking of spreekbeurt. Ze bevatten zelfs speciale tips! In deze serie zijn ook de boeken Reis door … Frankrijk, Reis door … Australië en Reis door … Suriname verschenen.


9

Groep 8 Papegaaien liegen niet Lydia Rood € 13,95 Uitgeverij Leopold Invalshoek: kennismaken met andere culturen Mateo's familie is arm. Ze hebben moeite om de eindjes aan elkaar te knopen. Mateo heeft een grote droom: honkbalheld van Jinotega worden, het dorp waar ze wonen. Hij zet al zijn gespaarde geld in bij de hanengevechten, zodat hij van de winst een honkbalhandschoen kan kopen. Maar hij verliest! Mateo heeft het gevoel dat er een groot geheim rondom zijn afkomst speelt. Hij weet niks over zijn vader, de mensen van het dorp roddelen over zijn zus Lina die in de stad werkt en zelfs zijn vriend Denis lijkt meer te weten dan hijzelf. Mateo gaat op onderzoek uit. 1. Bekijk samen met de kinderen de voorkant van dit boek en de titel. Waar denken de kinderen dat dit boek over zal gaan? Schrijf de gedachten van de kinderen op een groot vel papier en bewaar dit. Lees hierna het boek voor of laat de kinderen het boek lezen. Aan het einde van de week kunt u samen terugkijken op de voorspellingen. Welke voorspelling is uitgekomen? En wat zegt de voorkant en de titel nu? 2. Bekijk de voorkant en lees de achterflap voor. Laat de kinderen op de wereldkaart opzoeken waar dit verhaal zich afspeelt. Op welk werelddeel ligt Nicaragua? Kunnen de kinderen informatie vinden over dit land? Laat kinderen die een ander boek aan het lezen zijn ook opzoeken waar hun verhaal zich afspeelt. Hangt de wereldkaart bij u in de klas? Dan kunnen uw leerlingen de naam van het gelezen boek op een post-it schrijven en deze op de wereldkaart plakken. 3. Lees het eerste hoofdstuk voor. Hierin maak je kennis met Mateo en zijn moeder. Zij zijn niet erg rijk. Mateo en zijn moeder moeten elke dag hard werken om een beetje geld te verdienen. Mateo als schoenenpoetser, zijn moeder als kamermeisje in een hotel. Stel de kinderen de vraag: wat voor werk zou jij kunnen doen als jij geld moest verdienen om elke dag voldoende eten te hebben? 4. Als het boek wordt voorgelezen of als leerlingen het boek zelf lezen, kunnen zij op zoek gaan naar de verschillen tussen het leven van een kind hier en het leven van een kind in LatijnsAmerika. Alles wat ze lezen over het leven van Mateo kunnen ze op de rechterkant van een vel papier schrijven. Links noteren ze hoe dat in Nederland is. Bijvoorbeeld: Mateo gaat niet naar school – Kinderen in Nederland gaan naar school, Mateo heeft maar één onderbroek – Kinderen in Nederland hebben er misschien wel zes of meer. Et cetera. Tip! Lydia Rood heeft voor kinderen in groep 8 nog meer boeken geschreven. Bijvoorbeeld de boeken in de serie Drakeneiland

10


Acht boeken bij het thema van de Kinderboekenweek 2012

Recommend Documents