hoofdstuk 10
Abnormale verdachte (niet accidentele, intentionele) letsels en afwijkingen 10.1 Inleiding Eenderde van de letsels bevindt zich op een voor een letsel ongebruikelijke plek, zoals de zijkant van het gelaat, het hals/nek gebied, borst, buik, rug, billen en genitaliën, en de bovenarmen en bovenbenen. Letsels en afwijkingen op deze plekken dienen met meer dan normale belangstelling bekeken te worden. Niet zelden zal dan ook blijken waarom een letsel eerder aan opzet dan aan een ongeval doet denken.
10.2 Schaafwonden Door mishandeling ontstaan zelden schaafwonden (zoals bij ongevallen), tenzij een slachtoffer bijvoorbeeld over de grond gesleept wordt [10.1] of in het gelaat wordt geschopt [10.2]. Ook zal een schaafwond zichtbaar zijn als het slachtoffer op de grond gegooid wordt en over het (ruwe) oppervlak schuift.
10.1. Schaafwonden op rug door slepen over grond.
10.2. Schaafwond door schop.
91
Letsel_v1.indb 91
07-04-2008 14:27:06
Deel 2 Onderzoek en herkenning van letsels
Krabben en krassen (kerven) vallen ook onder de oppervlakkige verwondingen, dus schaafwonden waarbij niet de volledige huiddikte wordt beschadigd [10.3-10.5]. Denk hierbij aan de punt van een schaar die over de huid getrokken wordt, waarbij de huid wat wordt opgetild en de richting waarmee de schaar gekrast heeft zichtbaar wordt. Een kras is te herkennen aan de afwisselend lichtere en meer donkere onderbroken kleur van de streep, als gevolg van het terugspringen van de huid onder de scherpe punt als de elasticiteitsgrens van de huid wordt overschreden [10.6, 10.7].
10.3. Krabletsel.
10.4. Krabletsel.
92
10.5. Schaafwond toegebracht met schroevendraaier.
Letsel_v1.indb 92
07-04-2008 14:27:13
hoofdstuk 10 Abnormale verdachte (niet accidentele, intentionele) letsels en afwijkingen
10.6. Parallelle krassen passend bij automutilatie.
10.7. Parallelle krassen passend bij automutilatie.
Krabben worden veroorzaakt door nagels (DNA van de dader!). Krabsporen door nagels beginnen meestal breed en eindigen smaller als de druk afneemt. Typische krabsporen zijn te vinden in het gelaat van de belager door zelfverdediging van het slachtoffer en verlopen meestal schuin of verticaal [10.8].
a 10.8. a en b Oppervlakkige schaafwonden door krabben.
Letsel_v1.indb 93
b 93
07-04-2008 14:27:16
Deel 2 Onderzoek en herkenning van letsels
Daarnaast zijn ze bij een verdachte vaker te vinden op de rug en armen. Ook als een slachtoffer zich bij een wurgpoging probeert te bevrijden, kunnen krabsporen zichtbaar zijn die van boven naar beneden over de eigen hals verlopen [11.50]. Meestal liggen krabsporen zo’n twee centimeter uit elkaar, afhankelijk van de dikte van de vingers waarmee ze toegebracht zijn [10.9]. De breedte van het krabspoor is ook afhankelijk van de vorm van de nagels [10.10]. Als iemand stevig bij de arm wordt beetgepakt, kunnen naast bloeduitstortingen ook halvemaanvormige of gebogen impressies van de nagels ontstaan. Door bijten ontstaat soms alleen een schaafwond (zie ook § 8.3) [10.11].
10.10. Nagels die brede krabsporen veroorzaken.
10.9. Krabletsel.
10.11. Mensenbeet.
10.3 Bloeduitstortingen, kneuzingen Blauwe plekken op de zijkant van het gelaat, oren, nek, romp, bovenarmen, bovenbenen, rondom de geslachtsdelen en billen moeten aan mishandeling doen denken.2,11,57 Meestal zijn blauwe plekken door mishandeling groter dan na ongevallen, hebben ze vaker dezelfde vorm of afdruk en bevinden ze zich op meerdere en ‘ongewone’ plaatsen [10.12-10.14]. Als er sprake is van regelmatige mishandeling zijn de blauwe plekken in verschillende stadia van genezing te zien (rood, blauw, paars, groen, geel, bruin). Als bij kinderen jonger dan negen maanden bloeduitstortingen zichtbaar zijn, is dat een sterke aanwijzing voor mishandeling, omdat ze de kracht en beweeglijkheid missen om zelf verwondingen te veroorzaken. 94
Letsel_v1.indb 94
07-04-2008 14:27:18
hoofdstuk 10 Abnormale verdachte (niet accidentele, intentionele) letsels en afwijkingen
10.12. Bloeduitstortingen op rug en rechterschouder door schoppen.
10.13. Bloeduitstorting door schoppen.
10.14. Bloeduitstortingen en schaafwond door schoppen.
Een slag met een cilindervormig voorwerp kan een bloeduitstorting veroorzaken die uit twee parallelle lijnen bestaat. Dit wordt een ‘outline hematoom’ of ‘tramline bruising’ genoemd [10.15]. Door de klap op het weefsel wordt het bloed naar de zijkanten geperst, waardoor de vaatjes daar door snelle dilatatie stuk gaan. Dat verklaart waarom in het centrum waar de klap aangrijpt en de huid wordt samengeperst een bleke lijn of uitsparing zichtbaar is [10.16]. Voorbeelden van zulke voorwerpen zijn een hamer- of bezemsteel. Bij een flexibel voorwerp, zoals een gummiknuppel of wapenstok, zullen de contouren van het lichaam gevolgd worden [10.17]. 95
Letsel_v1.indb 95
07-04-2008 14:27:20
Deel 2 Onderzoek en herkenning van letsels
bloeduitstortingen met centraal blekere lijn
b
a 10.15. a Tram-line bruisings door klappen met hamersteel (b).
b
a 10.16. a Bloeduitstorting met centrale bleke lijn (tramline bruisings) door klap met bezemsteel (b). 96
Letsel_v1.indb 96
07-04-2008 14:27:22
hoofdstuk 10 Abnormale verdachte (niet accidentele, intentionele) letsels en afwijkingen
a
c
b 10.17A. a en b Tramline bruisings op rug door slagen met wapenstok (c).
Letsel_v1.indb 97
97
07-04-2008 14:27:26
Deel 2 Onderzoek en herkenning van letsels
Ook slaan met een broeksriem (gesp), dubbelgevouwen draad of zegelring kan typische afdrukken (bloeduitstortingen) geven [10.18-10.22].
b
a 10.18. a Tramline bruisings door broekriem (b).
b
a 98
10.19. a Striemen toegebracht met ‘looped cord’ (b).
Letsel_v1.indb 98
07-04-2008 14:27:29
hoofdstuk 10 Abnormale verdachte (niet accidentele, intentionele) letsels en afwijkingen
steekwonden
a
b
10.20. Typische bloeduitstorting (hoofdletter e) door een riemgesp (b).
b
a 10.21. a Bloeduitstortingen op rug toegebracht met riem met stalen ogen (b).
10.22. Bloeduitstorting door zegelring.
Letsel_v1.indb 99
99
07-04-2008 14:27:32
Deel 2 Onderzoek en herkenning van letsels
Als een slachtoffer wordt vastgegrepen kunnen zg. ‘vingers’ of ‘fingertip bruisings’ ontstaan [10.23]. Dit zijn kleine ronde bloeduitstortingen met een doorsnede van ongeveer twee centimeter, afhankelijk van de dikte van de vingers en de kracht waarmee druk uitgeoefend wordt. Dit soort bloeduitstortingen zijn meestal zichtbaar op de bovenarm en in de buurt van de oksels [10.24-10.26]. Bij zedenmisdrijven kunnen ze ook, en dan op een rij (wijsvinger tot en met pink) zichtbaar zijn rondom de dijen, met soms een afdruk van de duim aan de andere zijde van het bovenbeen [10.27]. Bloeduitstortingen die diep in het weefsel ontstaan, zijn soms pas na enige tijd zichtbaar; reden temeer om slachtoffers van een misdrijf met pijnklachten, maar zonder zichtbare afwijkingen, na een dag opnieuw te onderzoeken. Overigens zijn diepe bloeduitstortingen (bijvoorbeeld door hard schoppen) niet zonder gevaar, omdat het slachtoffer door inwendige bloedingen hypovolemisch kan worden.
10.23. Fingertip bruisings aan bovenarm.
10.25. Fingertip bruisings.
100
Letsel_v1.indb 100
10.24. Fingertip bruisings.
07-04-2008 14:27:35
hoofdstuk 10 Abnormale verdachte (niet accidentele, intentionele) letsels en afwijkingen
fingertip bruisings
10.26. Bloeduitstortingen waaronder fingertip bruisings.
10.27. Fingertip bruisings in boogvorm op boven- en onderbeen (zedenmisdrijf)
10.4 Scheurwonden Door allerlei vormen van geweld kan een scheurwond ontstaan. Daarbij moet gedacht worden aan schoppen, vuistslagen en slaan met voorwerpen zoals een hamer, bijl of vuurwapen. Vaak gaat een scheurwond gepaard met een bloeduitstorting. Scheurwonden ontstaan vooral op plaatsen waar botweefsel vlak onder de huid ligt zoals schedel, wenkbrauw, kin, knie en scheenbenen [10.28-10.31].
10.28. Scheurwonden door slagen met schep.
Letsel_v1.indb 101
101
07-04-2008 14:27:38