AANVRAAG VOOR DE IMPLEMENTERING VAN EEN NIEUW OPLEIDINGSONDERDEEL Opmerking: Deze aanvraag impliceert geen nieuwe op zichzelf staande opleiding. Het betreft hier veeleer een curriculumonderdeel (verschillende modules) dat het onderdeel van een specialisatie kan uitmaken. Enerzijds kan dit curriculumonderdeel geïntegreerd worden in een algemene of een specifieke pedagogisch wetenschappelijke (sub-)discipline, anderzijds zouden één of meerdere modulen als keuzevak in het bestaande cursusaanbod opgenomen kunnen worden. In deze aanvraag wordt gebruik gemaakt van de term “opleidingsonderdeel”. I. DE INSTELLING EN HET NIEUWE OPLEIDINGSONDERDEEL 1. De instelling, die de aanvraag voor het nieuwe opleidingsonderdeel indient en de campussen/ locaties waar dit vak, bij goedkeuring, aangeboden kan worden: a. Naam van de instelling
Hogeschool-Universiteit Brussel
b. Privé/ Openbare instelling
Openbare instelling
c. Adres van de instelling
Stadt-Campus Warmoesberg 26 1000 Brussel België
d. Campussen/ locaties, waar het vak aangeboden zal worden
Lerarenopleiding Brussel Warmoesberg 26 1000 Brussel
e. Tel./ Fax van de instelling
Tel: +32-2-210 12 20 Fax: +32-2-210 12 76
f. E-mail adres van de instelling
[email protected]
g. Website
www.hubrussel.be
h. Naam en functie van de contactpersoon
Dr. Oliver Holz, docent
i. Tel. van de contactpersoon
+32-2-609 88 53
j. E-mail adres van de contactpersoon
[email protected]
2. Titel van het nieuwe opleidingsonderdeel: Education & Gender 3. Taalversie van het nieuwe opleidingsonderdeel: Nederlands 4. Niveau dat overeenstemt met het ERK: 1
Bachelor (Niveau 6) 5. Specifieke leerdoelen van het nieuwe opleidingsonderdeel:
In staat zijn om de historische ontwikkelingen van verschillende onderwijssystemen te kunnen onderscheiden vanuit het gender-aspect.
Doelen en taken van het genderspecifieke handelen kunnen analyseren.
Genderspecifiek handelen intern en extern een school kunnen definiëren.
Europese landen ten aanzien van genderspecifieke maatregelen kunnen analyseren en vergelijken.
Kennis verwerven op het gebied van gender en identiteit, gender en seksualiteit, gender en interculturaliteit, gender en levensstijl.
6. Opleiding: Lerarenopleiding 7. Nieuw opleidingsonderdeel voor Vlaanderen: Ja 8. Nieuw opleidingsonderdeel uitsluitend voor deze instelling: Neen 9. Aantal studiepunten voor het nieuwe opleidingsonderdeel: 15 ECTS-studiepunten (5 x 3 ECTS) 10. Graad/ diploma waartoe dit opleidingsonderdeel bijdraagt/leidt: Bachelor (BA) 11. Postgraduaat (noodzakelijk diploma/ toelatingsvoorwaarden): Het gaat hier niet om een postgraduaat. 12. Academiejaar waarin dit opleidingsonderdeel, indien goedgekeurd. gegeven kan worden: Academiejaar 2014/15 of academiejaar 2015/16.
II. INFORMATIE MBT. DE GESCHIKTHEID VAN HET OPLEIDINGSONDERDEEL 1. Opname van het nieuwe opleidingsonderdeel in het cursusaanbod van de instelling in Vlaanderen: De Hogeschool-Universiteit Brussel biedt zowel opleidingen aan op het gebied van gezondheidszorg, handelswetenschappen, sociaal-agogisch werk als een lerarenopleiding
2
voor het basis- en secundair onderwijs. Het nieuwe opleidingsonderdeel “Education & Gender” zal in het algemene opleidingsaanbod van de 3-jarige lerarenopleiding van de Hogeschool-Universiteit Brussel opgenomen worden. In aanvulling op de theoretische en praktische opleiding in de 2 of 3 gekozen opleidingsonderdelen, verwerven de studenten, in de eerste twee jaren van hun studie, basiskennis op het gebied van pedagogiek, didactiek, ontwikkeling en sociale psychologie. Verschillende keuze-opleidingsonderdelen stellen studenten in staat om de verworven kennis verder uit te diepen of te behandelen vanuit een nieuw, bredere kijk. Het bestaande cursusaanbod wordt uitgebreid met het vakgebied “Education & Gender”. Hierdoor beantwoordt de instelling aan maatschappelijke ontwikkelingen en pedagogisch-didactische eisen en helpt ze de nieuwe generatie leraren zich voor te bereiden op academisch relevante omstandigheden. Het moet worden benadrukt dat de module/modules zal/zullen worden geïntegreerd in het reguliere opleidingsaanbod van de bacheloropleiding zonder dat dit een verlenging van de opleidingsduur inhoudt. Het bestaande aanbod van keuze-opleidingsonderdelen zal worden uitgebreid met de nieuwe module(s). 2. Maatschappelijke relevantie van het opleidingsonderdeel: In een rapport van de Europese Commissie ivm gender en onderwijs, wordt de integratie van een curriculum over gendergelijkheid in educatieve programma’s in de conclusie naar voor geschoven. Dergelijke curricula/cursussen vormen een belangrijke Europese toegevoegde waarde en voldoen gelijktijdig aan de eisen voor de integratie van de Europese dimensie in het onderwijs. Aangezien dit opleidingsonderdeel ook in andere landen wordt aangeboden, overstijgt de inhoud zelfs het nationaal voordeel. Verschillende onderzoeksresultaten tonen aan dat de situatie mbt genderspecifieke maatregelen aanzienlijk varieert. De integratie van dit opleidingsonderdeel (curriculum) draagt bij tot het ontwikkelen van een genderbewust onderwijs in Vlaanderen en tot de aanpassing van onderwijs en leerinhouden met de rest van Europa. Kennis en ervaring in landen waar genderproblematiek gedeeltelijk reeds ontwikkeld is, zal in een specifieke context voor Vlaanderen beschikbaar gesteld worden. De transformatie van onze samenleving is verantwoordelijk voor veranderde waarden en normen, nieuwe alsook andere rollendefinities, veranderde communicatiestructuren, gedifferentieerde organisatievormen in de familie en bovendien een groeiend onvermogen tot handelen in onderwijsinstellingen. Deze ontwikkelingen leiden steeds vaker tot onzekerheid en ontevredenheid in het professionele handelen van leerkrachten en opvoeders. Ook wetenschappelijk onderbouwde studies weerspiegelen de maatschappelijke relevantie en daarmee de noodzaak om dit opleidingsonderdeel te introduceren. Deze studies tonen 3
onder meer aan dat:
Jongens veel slechter presteren op internationale schoolprestatiemetingen als meisjes (PISA);
Symptomen zoals anorexia, boulimie en zelfverwonding veeleer gereserveerd blijven voor meisjes en vrouwen;
Spraak-, lees- en schriftstoornissen vaker voorkomen bij jongens dan bij vergelijkbare meisjes;
Jongens viermaal zo vaak stotteren als meisjes;
Gedragsproblemen en geweld bij beide geslachten toenemen;
Meisjes en jongens steeds vaker zonder diploma de school verlaten.
3. Redenen voor de invoering van het opleidingsonderdeel: De onder punt 2 vermelde maatschappelijke relevantie is de reden voor de invoering van opleidingsonderdeel. De nieuwe generatie van leerkrachten verwerven, door middel van deze aanvullende studie, vaardigheden en capaciteiten tot genderbewust handelen. Hiermee beantwoordt de aanvragende instelling aan zowel nationale als Europese uitdagingen en eisen. 4. Verklaring in hoeverre het opleidingsonderdeel past in het profiel van de instelling: Het profiel van de instelling wordt niet met een op zichzelf staande opleiding uitgebreid (zoals hierboven reeds opgemerkt), maar aangevuld met het aanbod van een keuze-opleidingsonderdeel. Op dit moment kan de student kiezen uit 2 verschillende vakken. Dit aanbod zal worden uitgebreid met 5 nieuwe modules. De studiepunten van de twee bestaande modules worden verlaagd van 4 en 5 studiepunten naar 3 studiepunten. Het aantal verplichte studiepunten blijft 9. Zo wordt de student verplicht om ten minste een van de nieuwe modules op te nemen. Het profiel van de instelling verandert hierdoor niet. Opmerkelijk voor Vlaanderen is wel dat hierdoor deze thematiek voor het eerst op deze manier in een lerarenopleiding verankerd zal worden. 5. Bekendmaking van voorafgaande contacten tussen instellingen op lokaal en regionaal niveau: Deze aanvraag tot implementering en accreditatie is het gevolg van het multilaterale COMENIUS-project “EDGE: Education & GEnder” waaraan 13 instellingen uit 12 Europese landen samenwerkten op basis van bilaterale overeenkomsten, vroegere projecten alsook gelijkwaardige werk- en onderzoeksgebieden. De meeste van deze 13 instellingen waren reeds partners in het COMENIUS-project “Kleine helden in nood” (SOKRATES II). In dit project werd ook aangetoond dat het gebrek aan (curriculaire) structuren en inhoud aan de oorzaak ligt van de beperkte capaciteit van pedagogen. Een belangrijke conclusie komt tot uiting in de verplichting - om curriculaire inhoud voor genderspecifiek handelen te integreren in de lerarenopleiding. 4
Dankzij de realisatie van dit project wordt een actieve bijdrage geleverd aan de versterking van het levenslang leren, de ontwikkeling van de interculturele dialoog en gendergelijkheid. Met de voltooiing van het project, liggen curriculaire inhoud (die de inhoud van het voorgestelde opleidingsonderdeel hier vormt) en didactisch materiaal voor het rapen die sowieso bedoeld waren om het programma van de lerarenopleiding alsook andere educatieve disciplines met de genderproblematiek uit te breiden.
III. MOTIVATIE VOOR HET VOORSTELLEN VAN EEN NIEUW OPLEIDINGSONDERDEEL Beschrijving van het nieuwe opleidingsonderdeel op basis van algemene kwaliteitscriteria en evaluatieprocedures. 1. Het beoogde niveau: Dit niveau wordt weerspiegeld in termen van oriëntatie en inhoud van huidige uitdagingen en internationale perspectieven: Zie bespreking (internationale perspectieven) hierboven! We verwijzen ook naar het competentieprofiel (niveau) die met deze studie beoogd word en dat uit de afzonderlijke ECTS-fiches van de vijf modules kan afgeleid worden. 2. Leerproces: Het leerproces stelt de studenten in staat om de doelstellingen te bereiken. a. Schematisch programmaoverzicht
Het curriculum “Gender & Education” bestaat uit vijf modules. Elke module komt overeen met een studieomvang van ongeveer 90 uur, en dus drie studiepunten (ECTS). In totaal kunnen studenten 15 ECTS-punten verdienen door het realiseren van het volledige programma, maar het studieprogramma hoeft niet te worden verwerkt als totaalpakket. Hoewel de inhoud van de afzonderlijke modules verbonden zijn, is het niet nodig om alle modules verwerken. Het programma kan ook modulair gebruikt worden.
5
b. Inhoudelijke beschrijving van de programmaonderdelen (ECTS-fiches)
Voor een gedetailleerde beschrijving van de inhoud, verwijzen we naar de ECTS-fiches die voor elke module afzonderlijk werden ontwikkeld. Basismodule: Gender-aangepast onderwijs in Europa
Gender-aangepast onderwijs in Oostenrijk, België, Tsjechië, Duitsland, Estland, Spanje, Hongarije, Nederland, Noorwegen, Polen, Turkije en Verenigd Koninkrijk
Gender-aangepast onderwijs in 12 Europese landen – Een vergelijking
Module: Gender & identiteit
Theoretische grondslagen voor socialisering
Genderspecifieke socialisering
Socialisering in en door peer groups
Lichaamsopvattingen bij jongeren
Voorstelling van vrouwen en mannen / jongens en meisjes in Europese schoolboeken voor het onderricht van een vreemde talen
Analyse van leerboeken
Jongerentaal: communicatie en identiteit
Identiteit en digitale media
6
Module: Gender & seksualiteit
Relaties en seksuele voorlichting
Gender en gezondheidsvoorlichting
Gender en seksuele-socialisering
Geslacht en intieme betrekkingen
School, gender en seksuele opvoeding
Module: Gender & interculturaliteit
Genderspecifieke en interculturele pedagogische aspecten: analyse van nationale curricula
Interculturaliteit in de geschiedenisboeken van graad 8
Lerarenopleiding instelling”?
Interculturele competentie
Vervrouwelijking van de opvoeding: Is het lager onderwijs een vrouwenwereld?
–
versterkt
een
“interculturele
Module: Gender & Lifestyle
Emotioneel welzijn: gender en jeugd
Friluftsliv – Traditie en trends
Friluftsliv en “doing gender”: natuur, identiteit, geslacht
Op
weg
naar
volwassenheid:
van
school
tot
beroepsleven
c. Beschrijving van het personeel
Lichaamscultus - een probleem in de overgang van kind tot volwassene?
Gender, lifestyle en sociale netwerken: jongerenmilieus en zelfpromotie
Het opleidingsonderdeel wordt gegeven door collega’s uit de lerarenopleiding die deelnamen aan het hierboven vermelde project “EDGE” en volledig zicht hebben op
enerzijds het materiaal ontwikkeld door de projectpartners (specifiek) en
d. Overzicht contacten met het werkveld (indien relevant)
anderzijds de genderthematiek (algemeen).
Elke instelling in het hoger onderwijs werkt nauw samen met een middelbare school in eigen land. De Hogeschool-Universiteit Brussel werkt samen met het Sint-Paulusinstituut in Herzele.
3. Evaluatie: De opleiding beschikt over evaluatierichtlijnen, ahv dewelke gecontroleerd kan worden of de doelstellingen van het opleidingsonderdeel werden gerealiseerd. 7
Hogeschool-Universiteit Brussel heeft in het kader van het Bologna-proces en de NVAO Richtlijnen ter Accreditatie van Opleidingen evaluatierichtlijnen ontwikkeld. De hierin geformuleerde voorwaarden worden weerspiegeld in de verschillende evaluatiecriteria per module. In bijlage vindt u de ECTS-fiches, waarin voor elke module afzonderlijk de evaluatiecriteria werden opgenomen.
IV. SPECIFIEKE CRITERIA IN VLAANDEREN Geen
8