Aantoonbaar vergroten van sociale veiligheid in en rond school via een landelijke veiligheidsmonitor Prof. dr. Ton Mooij Radboud Universiteit (ITS) Open Universiteit Nederland (OTEC)
Symposium Gewelddadige Jongeren Amsterdam, VU, 6 juni 2008
Overzicht
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
Probleemanalyse Preventief ontwikkelingsgericht beleid Ontwerp veiligheidsmonitor Kern van de methode Resultaten van meting Conclusies Vragen en discussie
1. Probleemanalyse
Maatschappelijke instroom sinds 1950 • • • • • •
Mediterrane laaggeschoolde ‘gastarbeiders’ Gezins- en familieleden Vluchtelingen uit hele wereld (‘asielzoekers’) Gezinsleden dan wel gezinsvorming ‘Tijdelijke werknemers’ uit nieuwe EU-landen ‘Hoogopgeleide ICT-ers’ / studenten hele wereld
‘Identiteit’ 2008: verschillen in cultuur, gedrag, sociale normen, discriminatie • ‘Nederlands’ =/= gezin/familie =/= school =/= op straat • Taal (Nederlands); Opleiding; Sociaal-economisch niveau • Diversiteit in richting van en controle tijdens opvoeding: – – – – – – – –
Leeftijd; Geslacht Geboren / thuisvoelen in Nederland; Godsdienst Opleiding ouders; Pedagogiek ‘onderhandelen’ v.s. gehoorzaamheid Cultuur / ‘eer’ en ‘eerwraak’ familie / ‘macho’ Niveau van onderwijs; Perspectief op inkomen en werk Verstedelijking, buurt, sociaal-economische omgeving Gemak omgang eigen / andere groep of categorie (in- en outgroup) Ontwikkeling en groepsvorming gewelddadige jongeren
Burgerschap, sociale cohesie / integratie, sociale (on)veiligheid • • • • • •
Burgerschap en burgerschapsvorming: wetgeving feb. 2006 Kennis, houdingen, gedrag, competentievergroting Prosociaal: samenwerken, sociale competentie Preventie antisociaal / agressief: pesten, geweld, crimineel Invloeden: genetisch, gezin, andere personen, buurt, school Identiteitsvorming en sociale groepsvorming (adolescent)
• Conclusie: oorzaken en aanpak gewelddadig gedrag van jongeren wel complexer, niet essentieel anders i.v.m. vroeger
Aansluiten op jeugdbeleid • Twee dimensies – Curatief -- preventief – Repressief -- ontwikkelingsstimulering
• Modellen – Repressiemodel – Restauratiemodel – Risicogroepenmodel – Ontwikkelings-pedagogisch model
2. Preventief ontwikkelingsgericht beleid • Creëren consensus over kern van prosociaal gedrag – respect – • Hoe realiseren bij kinderen in diverse soorten gezins- en schoolsituaties, en buitenschools • Van zeer jong af aan creëren zelfregulatie prosociaal gedrag in diverse sociale contexten • Pedagogisch verantwoord uitbouwen eigen verantwoordelijkheid en gezamenlijke controle handhaving regels
Gebruikelijke onderwijsprocedures Risico - OK – Risico
Achterstand: • Taal • Sociaal • Emotioneel • Cognitief
Voorsprong(?): • Taal • Sociaal • Emotioneel • Cognitief
JGO-beleid, onderwijs, hulpverlening en interventieonderzoek • Psychologisch-pedagogisch onderkennen / ondersteunen: Centra Jeugd, Gezin en Opvoeding • Beginkenmerken en adequate differentiatie speel/leeraanbod peuterspeelzaal / school • Differentiatie in prosociale en cognitieve leerprocessen en effecten in / rond school (PDKS) • Ondervangen antisociaal gedrag of sociale ‘tekorten’ vanaf begin peuterspeelzaal • Continue, samenhangende inhoud // werkwijzen // organisatie // beoordeling hele schoolloopbaan
Quasi-experimentele interventie VO Mooij (1999a, 1999b) • • • •
Wel/niet prosociale aanpak longitudinaal design Pretest alle leerlingen klas 1, posttest klas 3 Idem docenten Interventie: veranderingen via docenten: – Werkgroep docenten sociaal – Werkgroep docenten cognitief-didactisch
Intervention Antisocial 50 40 30 20 10 0 model 1
model 2
model 3
total
dagres op
dvandal bt
dagres bt
sagres op
sagres bt
svandal op
svandal bt Model 1: individual pretest Model 2: social covariables class 1 Model 3: intervention
Intervention Criminal 35 30 25 20 15 10 5 0 model 1
model 2 dagres op
Model 1: individual pretest Model 2: social covariables class 1 Model 3: intervention
model 3
total
dvandal bt
3. Ontwerp veiligheidsmonitor • Opdrachtgever: Ministerie OCW 2005, 2007 • Multiniveau meting bij leerlingen, docenten, OOP, leiding • Achtergrondkenmerken, gevoelens van veiligheid, ervaring met zes soorten geweld wat betreft eigen rol, spiegeling, wat/waar/hoe, motieven (‘discriminatie’), aanpakken, effecten aanpak • Percentages landelijk (ook owtype en verstedeI.) • Percentages (vertrouwelijk) per deelnemende locatie (vergel. school; verstedelijking; landelijk)
Hypothesen • Gelijktijdige samenhangen wat betreft veiligheidsvariabelen gemeten bij leerlingen, personeel en leiding per locatie • = “sociale cohesie” per locatie • Longitudinale invloeden vanuit veiligheidsbeleid en maatregelen per locatie op ervaring van sociale (on)veiligheid bij leerlingen en personeel • = “vergroting sociale veiligheid” per locatie
4. Kern van de methode • Begeleidingscie (Min., Insp., AOb, VO_r) • Design: tweejaarlijkse monitor met gegevens op landelijk en locatieniveau • Gehele voortgezet (speciaal) onderwijs • Pilot vragenlijsten • Internet • Organisatie in samenwerking met locaties • Eerste afname: begin 2006
Deelname 2006 • • • • • •
215 locaties 629 leden schoolleiding 6.897 docenten en OOP 80.770 leerlingen Locaties: representatief verstedelijking Leerlingen: representatief onderwijstype
Operationalisatie • Diverse typen indicatoren en categorieën of afzonderlijke variabelen of items bij leerlingen, docenten/OOP en leiding • Ervaring zes soorten geweld: slachtoffer, dader, getuige; ander (leerling, docent, OOP, familie), frekwentie, waar, motief, melding, effect melding • FA, betrouwbaarheid en interne validiteit schalen • Gegevens op niveau locatie: over en weer sociaal gedrag: validering / check sociale cohesie
5. Resultaten van meting • Resultaten 2006: landelijke benchmarks via schaalscores en afzonderlijke items • Aggregatie locatieniveau: check hypothesen gelijktijdige samenhangen via principale factoranalyse: zie vervolg • Combineren gegevens 2006 - 2008: – Vergelijking landelijke benchmarks 2006 – 2008 – Check longitudinaal model 2006 - 2008 = toets op aantoonbare “vergroting veiligheid” per locatie
Gelijktijdige samenhangen locatieniveau 2006 Factor 1: HAVO/VWO veilig / groot • • • • • • • • • •
VWO/HAVO: leiding, docenten/OOP en lln; ook groot aantal lln Lln ouders hoge opleiding, twee-ouder gezin Hoger leerjaar, vaker meisje, lager wiskunde Veilig voelen in en rond school, thuis Wel verbaal geweld, minder grof lichamelijk Veiligheid op school en thuis hoeft niet groter Doc/OOP: minder verb., mat., soc., grof lich. en seks. geweld Doc/OOP: minder curr.diff., minder regels met lln Leiding: aandacht betrokkenheid lln, geen taalbeleid op maat Lln: minder regels met doc; regels op internet en niet in klas; school onderneemt actie tegen spijbelen
Factor 2: Praktijkonderwijs versus VMBO • • • • • •
Leiding, docenten/OOP praktijkow en niet VMBO Lln praktijkow: geboren ander land, een-ouder gezin Hogere cijfers Ned., reken/wisk. en natuurkunde Minder veilig voelen in en rond school, thuis Veiligheid thuis dient vergroot Minder verbaal en sociaal geweld; minder drugs en wapens op school (VMBO tov praktijkow dus juist meer) • Doc/OOP: seks. en licht lich. geweld • Doc/OOP: wel curriculumdiff. tbv leerverschillen leerlingen • Leerlingen: wel samen met doc/OOP regels sociaal gedrag opstellen en controleren (in VMBO dus niet)
Factor 3: Grote stadslocatie ‘allochtonen’ • Docenten/OOP en lln geboren ander land, voelen zich meest thuis in ander land • Lln: ouder qua leeftijd, een-ouder gezin • Doc/OOP: niet-godsdienstig • Locaties in grote stad • Lln zelf spijbelen, andere lln spijbelen, drugs en wapens op school • Lln minder veilig voelen in en rond school, ervaren grof lich. geweld, mening dat veiligheid in en rond school dient vergroot • Doc/OOP: veiligheid in en rond school dient groter, voelen minder veilig, ervaren grof lich. geweld • Doc/OOP: minder samen met lln regels sociaal gedrag opstellen en controleren • Leiding: minder aandacht betrokkenheid lln, minder aandacht prosociale, stimulerende docentkwaliteiten
Factor 4: Locaties VMBO tov speciaal onderwijs
• VMBO-lln zijn jonger, ouders met lagere opleiding, ervaren grotere sociale veiligheid materieel, sociaal, licht lich., seks. geweld, van mening dat veiligheid in schoolomgeving dient vergroot – itt spec. ow • VMBO-lln: school actie tegen wapens, sociale gedragsregels uitgereikt op ouderavond • Leiding: betrekt externe instellingen en politie bij incidenten op school
6. Conclusies • Methodologisch OK: internetgebaseerde, samenhangende monitorsystematiek voor leerlingen, docenten/OOP en leiding • Inhoudelijke validiteit conform verwachting • Overeenkomst resultaten eerder onderzoek (1992, 1994, 2001) • Begin 2008 weer landelijke afname met eenzelfde opzet en omvang: longitudinaal
Conclusies • Vergroting veiligheid: algemene suggesties – VWO/HAVO: curr.diff., prosoc. gedragsregels – Praktijkonderwijs: taalonderwijs op maat; prosoc. gezamenlijke gedragsregels; curr.diff. – Grote stadslocaties: lln en personeel zich ook in Nederland thuisvoelen; betrokkenheid bij school groter van lln en ouders; prosoc. docentkwal. en curr.diff.; controle gedrag vanuit lln en doc./OOP – Locaties VMBO: taalonderwijs; curr.diff.; prosoc. gedrag; in spec.ow. psych.-diagn. pedag. leren
7. Vragen en discussie
• • • • •
Vragen? Opmerkingen? Discussiepunten? Realisatie in praktijk? Benodigde beleid?