Aanpassingen Inspectiemodule versie v 13 naar v 16

Inspectiemodule tankopslagbedrijven PGS 29 (T01 Integriteit Tanks en toebehoren en T02 Regelingen en beveiligen tanks).

Aanpassingen Inspectiemodule versie v 13 naar v 16 Naar aanleiding van de startdagen zijn er in de inspectiemodule Integriteit Tanks en toebehoren enkele onvolkomenheden aangepast. Dit heeft hier en daar ook geleid tot een aangepaste, want logischer volgorde. Daarmee verschilt de versie van de inspectiemodule die op de startdagen is uitgedeeld, op een aantal punten van de huidige versie. Hieronder een overzicht van de verschillen:

Versie v 16 dd 19-12-12

Versie v13 dd 26-10-12

Opmerkingen

Toegevoegd: ‘Tankafkeur heeft niet geleid tot melding aan BG’ Toegevoegd: NB 1 en NB2 en risico scores aangepast (K,E).

Overgenomen uit Nr 10

Nr 10 uit versie 13 is hiermee vervallen In v13 had Nr 9 een belangrijke overlap met Nr 5. Nr 9 uit versie 13 is hiermee vervallen

Nr 8

Nieuw.

Nr 9

Aantal scores aangepast. Ontbrekende negatieve beoordeling toegevoegd.

Onderdeel in v 13 niet genoemd. Was eerst Nr 12

Nr 10

Nieuw onderdeel.

Nr 11

Beknopte samenvatting onder fysieke inspectie en verwijzing naar 5 en 8. Tekst negatieve beoordeling aangepast. Tekst negatieve beoordeling aangepast. Risico score aangepast. Tekst negatieve beoordeling toegevoegd omdat deze ontbrak.

Nr 2 Nr 5

Nr 12 Nr 13 Nr 14 Nr 15 Nr 16 Nr 17 Nr 18 Nr 19

EINDVERSIE UPDATE 1.2 7-2-2013

Overgenomen uit Nr 9

Was eerst Nr 9

Was eerst Nr 8 Was eerst Nr 11 Was eerst Nr 13 Was eerst Nr 14 Was eerst Nr 15 Was eerst Nr 16 Was eerst Nr 17 Was eerst Nr 18

-1-

Hiermee is onderhoudsmanageme nt en documenten beoordeling op een logische tweede plek gekomen (volgend op inspectie methodieken) Gericht op het inbrengen van visueel geconstateerde tekortkomingen


Inspectiemodule project Tankopslagbedrijven PGS29 Onderdeel 1: Tankintegriteit inclusief beveiligingen Doel: Handreiking voor het inspecteren van atmosferische opslagtanks als onderdeel van een Brzo-inspectie of projectinspectie opslagtanks. Naast deze inspectie module zijn er nog de volgende inspectie modules: 3 4 5 6

Dampverwerkingsinstallaties / explosieveiligheid Blootstellingsrisico’s aan gevaarlijke stoffen Schuim – en blusinstallaties en koelinstallaties Bluswateropvang en afstroming


-2-


Inhoudsopgave Inspectiemodule project Tankopslagbedrijven PGS29 Onderdeel 1: Tankintegriteit inclusief beveiligingen ...................................................... 2 Doel: ............................................................................................................................................................................................ 2 Projectscope .................................................................................................................................................................................. 4 Werkwijzer................................................................................................................................................................................. 4 1 Voorbereiding ............................................................................................................................................................................. 5 1.1 Tankselectie......................................................................................................................................................................... 5 1.1.1 Voorbereiding voorafgaande aan locatiebezoek ................................................................................................................... 5 1.1.2 Finale selectie tanks op locatie ......................................................................................................................................... 6 1.2 Bedrijfsinformatie ................................................................................................................................................................. 7 1.3 Teamsamenstelling en capaciteit ............................................................................................................................................. 9 1.4 Agenda ............................................................................................................................................................................... 9 2 Uitvoering ................................................................................................................................................................................ 10 2.1 Algemeen .......................................................................................................................................................................... 10 2.2 Programma voorstel ............................................................................................................................................................ 11 2.3 Prioritaire aspecten ............................................................................................................................................................. 12 2.3.1 Algemeen .................................................................................................................................................................... 12 2.3.2 Lijst Prioritaire aspecten ................................................................................................................................................ 13 2.3.3 Reserve checklist voor eventuele additionele vragen / onderwerpen..................................................................................... 21 2.3.4 Detail aandachtpunten lijst 1: documentatie ..................................................................................................................... 22 2.3.5 Detail aandachtpunten lijst 2: fysieke inspecties .............................................................................................................. 23 2.3.6 Detail aandachtpunten lijst 3: onderhoud en operatie ....................................................................................................... 24 2.4 Risicomatrix en bijbehorende waarderingsschaal (Risico = Kans X Effect) ................................................................................... 25 2.5 Criteria voor kans en effect .................................................................................................................................................. 25 3 Handhaving.............................................................................................................................................................................. 26 3.1 Schema 1: koppeling inspectiemodule tankopslag met handhavingsinstrumenten ........................................................................ 27 3.2 Toelichting handhavingsstrategie inspectiemodule tankintegriteit ............................................................................................... 28 3.2.1 Inleiding .......................................................................................................................................................................... 28 3.2.2 Uitgangspunten Handhaving Tankopslag BRZO bedrijven ................................................................................................... 28 3.2.3 Overtredingen van de voorschriften die leiden tot een “Oranje” en “Rode” risicoklasse............................................................ 29 3.2.4 Wat te doen bij het constateren van overtreding? ............................................................................................................. 29 3.2.5 Sanctie instrumenten en wanneer welke sanctie? .............................................................................................................. 30 3.2.6 Monitoring en communicatie .......................................................................................................................................... 31 4 Rapportage .............................................................................................................................................................................. 32 4.1 Overzicht van de registraties in de GIR .................................................................................................................................. 32 4.2 Registratie en beoordeling in GIR .......................................................................................................................................... 33 4.2.1 Score in GIR aan de hand van inspectie én GAP (zie Instructie registratie inspectiegegevens): ................................................ 33


-3-


Projectscope De tank inspectie is een planmatig uitgevoerd verificatie onderzoek in het kader van BRZO wet en regelgeving waarin de mate van risico beheersing uitgevoerd door het bedrijf wordt getoetst aan de vergunningvereisten en PGS 29 voorwaarden. Het tankinspectie project is een ambiteus landelijk uitgevoerd project waarover binnen een vastgestelde tijdstermijn ook landelijk zal worden gerapporteerd. Het project richt zich uitsluitend op BRZO bedrijven met PGS29 tankopslag (Richtlijn voor bovengrondse opslag van brandbare vloeistoffen in verticale tanks) met K1,K2 en K3 verwarmde opslagtanks. Alle 130 met name genoemde BRZO-bedrijven met tankopslag worden in het project geïnspecteerd. Opslagtanks op een BRZO inrichting met een inhoud van 150m3 of minder vallen ook onder de scope van het project. Niet BRZO-plichtige bedrijven vallen buiten de scope. Werkwijzer Het is vanwege het landelijke karakter, de tijdsdruk en de beschikbare inspectiecapaciteit dat er in dit projectkader gestreefd wordt naar een hoge mate van uniformiteit in zowel de wijze waarop de inspectie wordt uitgevoerd alsook naar de onderwerpen die tijdens de inspectie worden getoetst. Voor de onderwerpen die tijdens de inspectie aan de orde moeten komen wordt verwezen naar onderdeel ‘uitvoering’ Om de inspectie op een effectieve wijze binnen de gestelde termijn uit te kunnen voeren is het essentieel dat de werkwijze zo veel mogelijk aansluit op de in deze inspectiemodule beschreven activiteiten. De wijze van uitvoering zoals hier omschreven is gebaseerd op de uitvoeringspraktijk. De te volgen werkwijze valt uiteen in: 1. 2. 3. 4.

Voorbereiding Uitvoering Handhaving Rapportage


-4-


1 Voorbereiding In de voorbereidingsfase van de tankinspectie worden de volgende activiteiten onderscheiden: Tankselectie Bedrijfsinformatie Teamsamenstelling en capaciteit Agenda

1.1

Tankselectie

De inspectie wordt uitgevoerd op basis van een zorgvuldig kwalitatief gekozen en onderbouwde tankselectie. Het is niet zinvol om de selectie van tanks te baseren op een statistische toets omdat in verreweg de meeste bedrijven geen sprake is van een homogene tank populatie. Het is belangrijk dat een selectie van tanks gemaakt wordt voorafgaande aan het locatie bezoek op basis van informatie die door het bedrijf wordt aangereikt. In lijn met het te toetsen BRZO beleid van het bedrijf ligt het voor de hand de selectie van tanks te baseren op de omvang van het risico’s op zware ongevallen. Het betreft hier een risico inschatting op basis van beperkte voorinformatie. Hieronder wordt een format aangereikt dat gebruikt kan worden om de noodzakelijke informatie bij het bedrijf op te vragen. 1.1.1 Voorbereiding voorafgaande aan locatiebezoek Het is belangrijk om in de voorbereiding te komen tot een selectie van tanks. Er is geen vaste formule om het aantal te selecteren tanks vast te stellen. De uiteindelijke selectie is o.a. sterk afhankelijk van de beschikbare inspectietijd en het aantal en aard van de toetspunten die geverifieerd worden. Bij het selecteren van tanks is het essentieel om onderstaande criteria te hanteren. De selectie resulteert in een keuze van tanks die de inspecteur met prioriteit zal gaan inspecteren. Vanwege het BRZO karakter van de inspectie zijn 2 groepen van criteria dominant: 1

Effectgerichte criteria: a. Tanks waarin in volgorde van prioriteit K1, K2 en K3 (verwarmd) brandbare stoffen zijn opgeslagen b. Tanks waarin (eco) toxische stoffen zijn opgeslagen c. Tanks met een relatief groot volume d. Tanks die vanwege geografische ligging dichtbij woningen en of oppervlaktewater gelegen zijn.

Verfijn de keuze op basis van onderstaande kansgerichte criteria uitgaande van de eerste met effectgerichte criteria opgestelde selectie:


-5-


2

Kansgerichte selectie a. Leeftijd van de tank b. Corrosieve werking van de tankinhoud als gevolg van verontreinigingen (bijvoorbeeld H2S en watergehalte) c. Tanks waarvan de integriteit inspectietermijn (ruim) is overschreden (overdue)

Betrek bij de selectie, wanneer beschikbaar, ook de uitgevoerde GAP analyse en het daaraan verbonden implementatieplan. Hieronder staan richtlijnen voor het omgaan met de GAP analyse en het implementatieplan Situatie Actie Een GAP-analyse en een geaccordeerd implementatie plan * Als bedrijven zelf in hun GAP analyse hebben aangeven dat er iets niet in orde is en voor dat punt in het geaccordeerd implementatieplan maatregelen hebben opgenomen mag ervan uitgaan worden dat het BG hier al naar heeft gekeken en is er geen aanleiding om die punten opnieuw te inspecteren. Als een bedrijf in de GAP-analyse en implementatieplan aangeeft dat een maatregel reeds is uitgevoerd dan is inspectie / verificatie daarvan zinvol. Gap-analyse maar geen implementatieplan Wanneer implementatieplan ontbreekt dan inspectie van alle punten conform project plan. Geen Gap-analyse en (dus) ook geen implementatieplan Inspectie van alle punten conform project plan *in geval de implementatie termijnen van de maatregelen niet langer reëel zijn vanwege de stand der techniek, huidige kennis en maatschappelijke acceptatie, deze termijnen naar aanleiding van de inspectie aanpassen. Met behulp van deze criteria wordt een goede selectie gemaakt die, zodra men op de locatie is aangekomen, nog nader kan worden ingeperkt. Stem de selectie van tanks waarop het Wabo BG zich richt af met de VeiligheidsRegio en de Inspectie SZW. Motiveer kort en bondig de keuze voor te inspecteren tanks in het inspectieverslag. 1.1.2 Finale selectie tanks op locatie Uitgaande van een voorselectie van tanks in de voorbereidingsfase kan bij aankomst op de te inspecteren locatie nog een nadere selectie plaatsvinden. Hiervoor zijn onderstaande aandachtspunten van belang: 1 2 3 4 5

Let op incidenten die (recent) hebben plaatsgevonden bij tanks (LOC / near-misses) Extra aandacht besteden aan tanks met frequente of recente productwisseling / wisselingen in contracten Tanks die leeg staan al of niet voor onderhoud Let op tanks met afwijkende tankbouwer Let op of stoffen in de juiste tank zijn opgeslagen.


-6-


Uiteindelijk komt het inspectieteam uit op een adequate selectie van tanks. Het belangrijkste is dat op basis van goede en degelijke argumenten voor een selectie van tanks wordt gekozen. Het kan bijvoorbeeld ook waardevol zijn om tanks van een verschillend type te inspecteren dan wel tenminste een K2 of K3 verwarmde tank mee te nemen. Gedurende de inspectie kan op basis van valide argumenten van een eerdere selectie worden afgeweken. De uiteindelijke omvang van de steekproef hangt af van het aantal tanks, de beschikbare inspectietijd en wellicht ook nog de fysieke afstand tussen de te inspecteren tanks. Motiveer kort en bondig de keuze voor te inspecteren tanks in het inspectieverslag.

1.2

Bedrijfsinformatie

Bijgaande informatie opvragen bij de bedrijfscontactpersoon ten behoeve van de inspectie voorbereiding Hieronder de tabel met de minimaal noodzakelijke informatie voor het maken van een eerste selectie in de voorbereidingsfase: tanknr

Nominaal tankvolume

Tanktype

diameter

Tankput nr. / locatie

bouwjaar

Ontwerp code

Stofnaam van actueel product in tank

Vlampunt

Soortelijk gewicht

Meest recente off stream inspectie

Meest recente on stream inspectie

Eerstvolgende geplande on stream inspectie

X Y etc.

In aanvulling op de tankdata is het essentieel dat voorafgaande aan het locatiebezoek bij het inspectieteam bekend is met welke frequentie en op welke wijze onderhoud aan de tanks plaats vindt (risk based, time based) en in hoeverre eisen daarover in de vigerende vergunning zijn opgenomen. Hieronder is een voorbeeld opgenomen van bedrijfsinformatie die door het bedrijf aan het bevoegd gezag is geleverd voorafgaande aan een inspectie. Onderstaande informatie vormt daarmee de basis voor de tankselectie die voorafgaande aan het locatie bezoek plaatsvindt.


-7-



-8-


1.3

Teamsamenstelling en capaciteit

Vanzelfsprekend dient het team zeker in de voorbereiding af te stemmen met de collega’s van ISZW en VR zoals dat in een BRZO inspectie gebruikelijk is. Bij voorkeur bestaat het inspectie team uit 2 personen. De voorkeur gaat uit naar 2 personen op 1 dag in plaats van 1 persoon voor 2 dagen. Een eerste inschatting is dat de inspectietijd voor een locatie met meer dan 5 tanks circa 2 mensdagen bedraagt en met minder dan 5 tanks één dag.

1.4

Agenda

Voorafgaande aan de inspectie tijdig een agenda sturen aan het bedrijf met daarin opgenomen: Het van te voren aankondigen van de inspectie volgt het stramien zoals dat voor alle BRZO inspecties gebruikelijk is. Datum , dagindeling in blokken, onderwerpen in grote lijnen, documentatie die beschikbaar moet zijn, personen (functies) die men wil spreken. Voor een bepalen van de agenda onderwerpen zie onder ‘uitvoering’ Stuur niet op voorhand de voorlopige selectie van te inspecteren tanks naar het bedrijf maar wacht daarmee tot aankomst op de inrichting. Vraag bij het bedrijf op welke procedures gevolgd moeten worden om binnen een tankput te komen en met de trap het dak van een tank te beklimmen. Richt je in de inspectie op personen die direct verantwoordelijkheid dragen voor de diverse onderwerpen (niet HSE). Eventueel inhoudelijke expertise wordt door het bedrijf zelf wel ingeroepen.


-9-


2 Uitvoering 2.1

Algemeen -

De harde kern van de inspectie wordt gevormd door de onderstaande lijst met aspecten en toetspunten. Dat is de lijst met aspecten waarop de inspecteur zijn vragen baseert en waarvan de antwoorden (documentatie, gesprekken en visueel) uiteindelijk tot bevindingen leiden. Dat betekent overigens niet dat in alle situaties binnen de voor inspectie gestelde tijdstermijn op alle aspecten en vragen een adequaat antwoord kan zijn gevonden. Afhankelijk van beschikbare tijd en omvang/aard van de inrichting kan dan besloten worden te volstaan met een relevant deel van onderstaande lijst. Het lijkt daarbij efficiënt en effectief te concentreren op de toetspunten die gekoppeld zijn aan een rode waardering. Als de omstandigheden daartoe aanleiding geven kan van onderstaande lijst met aspecten en toetspunten worden afgeweken. Dat kan alleen wanneer dat schriftelijk gemotiveerd is. Uiteraard zijn er uitzonderingen voor de aspecten en toetspunten; een relatief nieuw tanken park kan het wenselijk maken een nieuwe tank bijvoorbeeld te inspecteren op de bouwaspecten. Wanneer er tijd over is kan het passend zijn om ook aan andere aspecten binnen de PGS 29 aandacht te besteden.

-

Het kan zijn dat gaande de inspectie enkele specifieke aspecten danwel toetspunten leiden tot een meer diepgaand vervolg. Dit vervolg (sfeerovergang) is geen onderdeel van de basisinspectie.

-

Het onderstaande inspectieprogramma is aan te bevelen echter de inspecteur kan op basis van zijn/ haar ervaring besluiten om het programma met dezelfde focus op een andere manier vorm te geven. Het programma is gemaakt voor 1 dag en is uitgegaan van 1 dag inspectie met twee personen. Indien besloten wordt tot een 2 daags programma met 1 persoon kan het programma met dezelfde structuur voor een twee daags programma worden gebruikt.

-

Voorgesteld wordt dat de inspecteur zich qua programma definitief vastlegt voor alleen de ochtend (in geval van 1 daagse inspectie) met een concept voor de tweede helft van de dag. Maak voor het einde van de ochtend de afspraken voor de middag.


- 10 -


2.2

Programma voorstel

Zie voor inhoudelijke onderwerpen de lijst prioritaire aspecten

Ochtend Deel 1 Kantoor (inspectie en onderhoudsmanager) circa 1,5 uur -

tankinspectie systematiek en de omgang daarmee waaronder afkeurcriteria, competenties en autorisatie Structurele integriteit , Inspectierapporten, onderhoudsrapporten en termijnen. Inzien van geselecteerde tanks etc Nadere specificering van tanks waarop het fysieke deel van de inspectie zich richt (additionele veelal operationele informatie) etc.

Deel 2 Tankenpark en Controlroom (operaties,onderhoud, inspecteur) circa 2 uur - Fysieke check van hetgeen in de ochtend genoemd is aan de tank (diversen onderhoud, corrosiemetingen, zettingmetingen, opgevolgde acties ja / nee uitgevoerd inclusief niveaumeting en ventielen overige zaken ter plaatse van de tank die opvallen ) Deel 3 Voor de lunch circa 0.5 uur - Noteren van belangrijkste bevindingen evt vragen uitzetten bij het bedrijf (kan alleen op hoofdlijnen in deze beperkte tijd) - Delen bevindingen met het team

Middag

Deel 1 Kantoor ( onderhoudmanager) circa 1 uur - Vervolg onderhoudsmanagement en daarmee samenhangende documentatie - Check op nader aangereikte cruciale documentatie zoals deze in de ochtend aan de orde is gekomen. Tevens aandacht voor instrumentatie en operationele integriteit - Beoordeling productwijzigingen Deel 2 Tankenpark en Controlroom circa 2 uur - Specifieke operationele integriteit (voorzieningen, appendages, veiligheden) - Zijn voldoende tanks geïnspecteerd op de belangrijkste aspecten? Blijf fysiek onderzoek toespitsen op toetspunten - Laatste check bij operator rond omgang met instrumentatie en vullen / legen van tanks Deel 3 kantoor eind van de dag (bedrijfsleiding) circa 1 uur - Opstellen van bevindingen – delen met team - Terugkoppeling van bevindingen naar bedrijf voor vertrek


- 11 -


2.3

Prioritaire aspecten

2.3.1 Algemeen In relatie tot de relatief korte ingeplande inspectieperiode is de nadruk op de bedrijfsvoeringfase gehouden. Immers, men zal een oordeel moeten geven over wat er staat, niet over wat er had moeten staan of zal staan. De lijst met te beoordelen toetspunten betreft daarom een technische toetsing op individuele tank nivo, welke samen met de selectiemethodiek voor de gehele steekproef kan worden gebruikt. De ‘toetspunten’ met bijbehorende ‘omschrijving van negatieve beoordeling’ en daaraan gerelateerde vragen zijn gericht op het voorkomen van de grotere ongewenste scenario's (zoals bezwijken van de tank en/of een groot lek). Daartoe zijn met behulp van een (technische) risicomatrix de potentie bij een tekortkoming ingeschat qua opzet overeenkomstig die van het BRZO. De score in onderstaande lijst met prioritaire aspecten is tot stand gekomen met behulp van de risico matrix in 2.4 en verklarende tekst in 2.5. In de matrix gaat het om een inschatting van de kans op een bepaald faal effect uitgaande van de geconstateerde tekortkoming (negatieve beoordeling) . Bij de inschatting van het ‘effect’ zijn meerdere scenario’s denkbaar. Bij het vaststellen van de ‘effect’ classificatie is uitgegaan van het scenario met het grootste effect.

Referenties: 1. EEMUA 159 Users' Guide to the Maintenance and Inspection of Above-ground Vertical Cylindrical Steel Storage Tanks 2. NEN-EN 14015 Specificatie voor het ontwerpen en de fabricage van ter plekke gebouwde, verticale, cilindrische, bovengrondse, gelaste stalen tanks met vlakke bodem voor de opslag van vloeistoffen bij omgevingstemperatuur en hoger 3. API Std 650 Welded Tanks for Oil Storage, 11th Edition, Includes Addendum 1 (2008), Addendum 2 (2009), Addendum 3 (2011), Errata (October 2011) 4. API 653, Tank Inspection, Repair, Alteration, and Reconstruction, Fourth Edition, Includes Addendum 1 (2010), Addendum 2 (2012) 5. PGS 29 6. Factsheets PGS 29


- 12 -


2.3.2 Lijst Prioritaire aspecten Toelichting kolom “Sanctie”: BL = Boete Laag BH = Boete hoog DS = Dwangsom VT = Verscherpt/uitgebreid Toezicht

Nr.

1

2

GIR code

TO21

TO14

Aspecten en relevantie

Gevaaridentificati e en risico evaluatie Tank inspectiesystemat iek, (her) keur.

Toetspunten

Referentie

Omschrijving negatieve beoordeling

Inspectiemethodiek(en) & documenten beoordeling (Zie ook detail aandachtpunten lijst 1) VBS Niet gericht specifiek op relevante aspecten van de opslagtanks

Aanwezig? Volledig? Werkelijkheid? Wordt een consistente inspectiesystematiek (RBI, TBI) gevolgd (overeenkomstig vergunning en/of normen?)

API 653, EEMUA-159 hoofdstuk 5

Geen toetsbare afkeuringmethodiek voor alle relevante aspecten (bodem, wand, dak, leidingen, beveiliging etc.) vastgelegd. Niet voldoen aan specifieke vergunningsvoorwaarden (incl. aanvraag). Afkeuringmethodiek op onderdelen, enkele/aantal hoog risico onderdelen niet benoemd


- 13 -

Inschatting technisch risico (ref. risicomatrix Kans

K2

Risico

K1

E4

4

K2

E4

8

K1

E4

4

Sanctie

BL DS


Nr.

3

4

5

GIR code


TO14

TO14

TO14

Toetspunten

Zijn afkeurcriteria vastgelegd

Referentie

EEMUA-159 (div. hoofdstukken)

Personen aangewezen en competenties/bevoegdheden toegewezen

VBS. EEMUA-159 (hfdstk 6.6.3)

Check actuele inspectietermijnen op de geplande data. Geen maximale inspectietermijnen overschreden? Geen afkeur?

Vergunning. Inspectieplan EEMUA-159 (hfdstk 6.6.)

Afkeuringmethodiek op meest risicovolle onderdelen maar niet volledig Tankafkeur heeft niet geleid tot melding aan BG. Geen duidelijke afkeuringcriteria

Geen afkeurcriteria op meest risicovolle onderdelen Inspectie instelling / onafhankelijke competente personen niet aangewezen Geplande inspectietermijn met meer dan 25% overschreden of met een maximum van 1 jaar Geplande inspectietermijn tussen de 1 en 5 jaar overschreden

N.b.1: In voorkomende gevallen kan een kortere herkeurtermijn n.a.v. vastgestelde onvolkomenheden reden zijn van plotselinge overschrijding. N.b.2: het kan gaan om zowel in bedrijf zijnde tanks als out-ofservice (waarbij de tank geopend wordt voor inwendige inspectie).



Inschatting technisch risico (ref. risicomatrix

Sanctie

Kans

K2

Risico

K2

E2

4

K3

E1

3

K3

E4

12

BH DS

K2

E4

8

BL DS

K2

E3

6

K1

E4

4

K2

E4

8

BL DS

K3

E4

12

BH DS

Geplande inspectietermijn > 5 jaar overschreden

- 14 -


Nr.

6

7

8

GIR code


TO14

TO18

Documenten beheer

TO14

Toetspunten

Referentie


Ongeautoriseerd en zonder wijziging van integriteitcriteria opschuiven van inspectie termijnen Verslagleggingen Omgaan met afwijkingen

VBS. Vergunning EEMUA-159 (hfdstk 6.6.3.6) VBS EEMUA-159 (hfdstk 6.6.3.6)

Wel opgeschoven maar niet genoteerd. Wel opgeschoven maar niet geautoriseerd Geen registraties van acties ("auditeerbaar spoor" / register)

Inspecties met afkeur:

EEMUA-159 Afkeur heeft niet geleid tot direct uit (hfdstk 5.2 en 6) bedrijfname Tankafkeur heeft niet geleid tot een analyse en herbeoordeling van de inspectiefrequentie

Nr.

GIR code


Toetspunten

Referentie



K2

Risico

K3

E3

9

K3

E1

3

K3

E2

6


9

TO15

Onderhoudsmanagement en documenten beoordeling (Zie ook detail aandachtpunten lijst 1) OH* Prioritering van VBS Ongeautoriseerd en/of managementsyste aanbevelingen. EEMUA-159 ongedocumenteerd opschuiven van em; borging * Opvolgingstermijnen (hfdstk 6.2) onderhoudstermijnen integriteit * Besluitvorming door bevoegde personen * Bekend zijn van actuele status en herkeur


- 15 -

Sanctie

BL DS

Sanctie

Risico

BL DS K2

E4

8


Nr.

GIR code


Toetspunten

Referentie



Status van de geselecteerde tanks

Opvolging van aanbevelingen uit inspectierapporten en workorders uit PMonderhoudssysteem.

Gepland belangrijk of ongepland urgent onderhoud/reparatie voor kritisch aspect met meer dan 25% overschreden met een maximum van 1 jaar Gepland belangrijk of ongepland urgent onderhoud/reparatie voor kritisch aspect tussen de 1 en 5 jaar overschreden Gepland belangrijk of ongepland urgent onderhoud/reparatie voor kritisch aspect >5 jaar overschreden

N.b. In voorkomende gevallen kan er noodzaak zijn tot reparaties en/of het limiteren van het gebruik van de Opslagtank tot niet corrosieve producten of tot een gereduceerde maximale vulhoogte.


Risico

Slechte lassen in bodem, drains, annular. Minimum wanddikte voor constructieve veiligheid onderschreden. Onstabiele fundatie (zand/bitumen, afdichting). Inwatering van regenwater. Lasfouten en slakken (constructie) in bodem. Vocht intreding onder isolatie (CUI). Geen juiste opvolging en/of niet goed traceerbaar / in systeem ingevoerd

- 16 -

Sanctie BH DS VT

K4

E4

16

K3

E4

12

K1

E3

3

K2

K3

E4

E4

8

12

BH DS

BL DS

BH DS VT


Nr.

10

11

12

GIR code

TO16


Specifiek structurele integriteit (tankconstructie)

TO14

TO16

Specifiek structurele integriteit (tankconstructie)


Toetspunten

Referentie


Fysieke inspectie uitvoering (Zie ook detail aandachtpunten lijst 2: fysieke inspecties) Visueel: Visueel reeds constatering van aantoonbaar niet voldoen aan goede Uitwendige staat & scheef staat van onderhoud en/of integriteit. fundatie inwateren) Coating & isolatie vacuüm-/drukventielen, (overvul)beveiliging dak en rimseals afsluiters en aansluitingen aarding tank en dak tankputdijk & terp Check actuele Vergunning. Voor negatieve beoordeling zie Nr 5 inspectietermijnen per tank op Inspectieplan en Nr 8. de geplande data. Geen afkeur? EEMUA-159 (hfdstk 6.6.) Worden uitgevoerd: EEMUA-159 Belangrijke punten worden niet of niet 1) wanddiktemetingen wanden, (hfdstk op de juiste wijze geïnspecteerd. bodem t.a.v. interne corrosie 7,8,9,10,11,12) 2) Inspecties op wanddikten wanden en bodem t.a.v. externe corrosie en CUI (inspectieluikjes) 3) Zettingmetingen (deels scheefzakken door erosie, scheefzakken leidend tot algehele instabiliteit, en slechte geleiding van geleidingen drijvend dak (scheefstand) 4) inwatering, coating

- 17 -


Effect

Risico

K1

E4

4

K1

E4

4

K1

E4

4

Sanctie


Nr.

GIR code


Toetspunten

Referentie



13

TO14


Worden veranderingen in opslag van producten beoordeeld ten aanzien van aanpassingen voor inspectie(termijnen) en onderhoud (MoC). Agressieve stoffen of verontreinigingen (H2S, corrosieve stof/zuur, bacteriën, vocht) veroorzaken excessieve corrosie aan boven- en onderzijde welke tot verkeerde in inspectiefrequentie leiden.

VBS.

Risico

Geen gebleken aandacht voor gewijzigde omstandigheden.

BL DS VT

K3

- 18 -

Effect

Sanctie

E4

12


Nr.

14

GIR code

TO17 a)

Specifieke operationele integriteit (voorzieningen, appendages, veiligheden)

Toetspunten

Seals

c)

Drijvende daken

d) e)

Leidingen tankput

f)

Aarding, Wordt er gemeten? bliksembeveiliging , kathodische bescherming Instrumentele beveiligingen

TO23

Niveaumeting en alarmering

Referentie

Niveaumeting

Anodische werking (KB uit / potentiaalvereffening niet goed)

PGS-29, API 650, EN14015

Alarmering



Specifieke onderhouds- en integriteit aspecten (Zie ook detail aandachtpunten lijst 3: onderhoud en operatie) Is de tank beveiligd tegen EEMUA-159 Geen capaciteitsberekeningen overschrijden van de (hfdstk 13) aanwezig en/of veiligheidsevaluaties ontwerpcondities en/of LOPA, SIL, HAZID/HAZOP/QRA, etc.) operationele condities Operatie buiten design parameters (te grote doorzet (pompcapaciteit), Zijn er modificaties gepleegd Modificatie zonder HAZOP/HAZID (b.v. vapour recovery unit) evaluatie en geen formele verwerking in procedures Opgenomen in inspectie- en Te grote of kleine spleet, lekkage onderhoudssysteem systeem? Integriteit niet verzekerd (wanddikte), Check diverse disciplines slechte geleiding, drains verstopt (mechanisch, E&I, constructie, Lekkage(s) operaties) Gaten in bund

b)

g)

15


Geplande inspectietermijn met meer dan 25% overschreden met een maximum van 1 jaar Operationeel niveau in tank niet bekend. Wordt genegeerd / alarm werkt niet / testrapport overvulbeveiliging / alarm

- 19 -


Effect

Risico

K3

E2

6

K3

E4

12

K3

E3

9

K3

E2

6

K2

E4

8

K1

E4

4

K1

E4

4

K2

E2

4

K2

E3

6

Sanctie

BH DS BL DS BL DS


Nr.

16

GIR code

TO24


Toetspunten

Onafhankelijkheid Overvulbeveiliging niet overvulbeveiliging gegarandeerd, afwezig danwel niet functionerend

Referentie

PGS-29

Beveiliging (ingrijpen)

17

TO25

Druk / vacuümventielen

Test frequenties en datum van laatste test

Vergunning EEMUA-159 (hfdstk 6 & 13.3)


> 1 jaar dan uitgaan van niet aanwezig Wel beveiliging aanwezig maar onafhankelijkheid niet aanwezig, onzeker of niet gegarandeerd test / kalibratie voorschriften leverancier worden niet gevolgd Ingrijpen is functioneel niet getest en/of niet werkzaam. Testrapport circuit/loop > 1 jaar later dan uitgaan van niet aanwezig. Geplande inspectietermijn met meer dan 25% overschreden met een maximum van 1 jaar Geplande termijn langer dan 1 jaar overschreden


- 20 -


Effect

Risico

K2

E3

6

K2

E3

6

K3

E3

9

K1

E4

4

K2

E4

8

Sanctie

BL DS

BL DS


Nr.

18

19

GIR code

TO26

TO17


Overbrugging beveiligingen

Operationele procedure

Toetspunten

Referentie


Specifieke operationele aspecten (Zie ook detail aandachtpunten lijst 3: onderhoud en operatie) Overbruggingen van VBS Instrumentatieproblemen en/of beveiligingen en PGS29 operationele problemen ongeautoriseerde aanpassing van settings (E&I, operaties) Beveiliging (b.v. P/V) geblokkeerd (vogelnest), overbrugd of onvoldoende capaciteit Laad/los/vulprocedures Geen borging van opereren binnen de operationele parameters

Inschatting technisch risico (ref. risicomatrix

Sanctie

Kans

Effect

Risico

K3

E3

9

BL DS

K3

E4

12

BH DS

2.3.3 Reserve checklist voor eventuele additionele vragen / onderwerpen Nr.

GIR code TO11 / TO12 / TO 13

TO22


Toetspunten

Nieuwbouw /

In eerste instantie geen.

Beoordeling en inspectie samenbouw

* Bobcertificaat * Bewijs onafhankelijk toezicht

Keuring voor ingebruikname PGS29 compliance


Referentie

PGS-29, API 650, EN14015

PGS-29

- 21 -



Effect

Risico

K1

E3

3

Niet aantoonbaar

Sanctie


2.3.4 Detail aandachtpunten lijst 1: documentatie Benodigde documentatie op bedrijf (aan te geven in de inspectieagenda): •

Basisgegevens Opslagtank & P&ID(s) VVP (Verklaring over de Vervaardiging en eerste Persproef) VGB (Verklaring Geen Bezwaar) EC-DOC verwarmingsspiralen

•

Inspectiehistorie opslagtank (logboek) met inspectietermijnen overzicht en inspectierapporten van tank en appendages Datum laatste of eerstvolgende out-of-service inspectie Datum eerstvolgende in-service inspectie Datum eerstvolgende time-based inspectie Inspectie- en NDO-rapporten opslagtank RBI rapporten opslagtank Keuringsrapporten persing herkeuring verwarmingsspiralen Meetrapporten zettingen verticaliteitmetingen Testrapporten vacuüm-/drukventielen Testrapporten noodluiken (explosion relief valves) Testrapporten onafhankelijke overvulbeveiliging Testrapporten aarding Controlelijsten afsluiters, dakdrainafsluiters en rimseals Rapporten zettingmetingen Overzicht reparaties en wijzigingen opslagtank (historie en lopende + daaropvolgende jaarplanning)

• • •

Incidentenoverzicht van de laatste 2 jaar in de betreffende area Risicostudies (incl. relevante scenario’s met betrekking tot de tank of omgeving) Relevante operatorprocedures


- 22 -


2.3.5 Detail aandachtpunten lijst 2: fysieke inspecties Visueel Uitwendige Inspectie Opslagtank Restwanddiktes van bodem, wand en dak (NDO onderzoeken). Wat zijn de beginwaarden geweest Wat is de corrosiesnelheid met het opgeslagen product Wat is de te verwachten corrosiesnelheid met toekomstige op te slaan producten Wat zijn de zwakste plekken (kleinste gemeten wanddiktes) Wat zijn de afkeurcriteria (bij voorkeur op basis van de EEMUA 159) Fysieke inspectie overige onderdelen Fysieke inspectie vacuüm-/drukventielen Fysieke inspectie noodluiken Fysieke inspectie overvulbeveiliging Fysieke inspectie afsluiters en rimseals Fysieke inspectie aarding Fysieke inspectie conditie tankputdijk Fysieke inspectie conditie terp


- 23 -


2.3.6 Detail aandachtpunten lijst 3: onderhoud en operatie Kritische Hoofdcomponenten Cornerweld (bodem-wand verbinding) Annularring Membraan Onderste wandring

Tankwand middendeel Bovenste wandring

Toprandhoekstaal Dak buitenomtrek Dakplaten middendeel

Dakspanten inwendig incl. spantaanhechtingen aan wand en kroon Bodem, terp & fundatie Leidingen, instrumentatie, appendages Goed vakmanschap Controlekamer:


Specifieke aspecten m.b.t. integriteit Corrosie van binnenuit, corrosie van buitenaf, pitting van binnenuit, scheurvorming Corrosie van binnenuit, corrosie van onderaf, pitting van binnenuit, pitting van onderaf, hoekverdraaiing Corrosie van binnenuit, corrosie van onderaf, pitting van binnenuit, pitting van onderaf Vervorming t.g.v. zakking, ripples, sump Corrosie van binnenuit, corrosie van buitenaf, pitting van binnenuit, Corrosion Under Insulation (CUI) bij geïsoleerde tanks Vormafwijkingen Mangaten, mixernozzles en nozzles Corrosie van binnenuit, corrosie van buitenaf, pitting van binnenuit, CUI (bij geïsoleerde tanks) Vormafwijkingen Corrosie van binnuit CUI (bij geïsoleerde tanks o.a. condensatie), corrosie van buitenaf, pitting van binnenuit, corrosie op de vloeistoflijn, Vormafwijkingen, Foamnozzles Corrosie van binnenuit (o.a. condensatie), pitting van binnenuit, CUI (bij geïsoleerde tanks) Vervorming Corrosie van binnenuit (o.a. condensatie), pitting van binnenuit, vormafwijkingen, CUI (bij geïsoleerde tanks) Daknozzles, scheurnaad (bij Frangible roof), verticaliteit Corrosie van binnenuit, pitting van binnenuit, CUI (bij geïsoleerde tanks) Vormafwijkingen Daknozzles Corrosie van binnenuit, pitting van binnenuit Vervorming Schouder, bodemprofiel onder de tank, begroeiing, inwaterend, zettingen, vervorming bodem Toestand van de leidingen (putcorrosie / vliegroest). Stand van afsluiters of lenspompjes in de tankput Drainafsluiter van de floating-roof tank. Aarding / Bliksembeveiliging, LEL- of andere detectoren. Drains afgeblind (bouten vast, pakking), flenzen voorzien van alle bouten (en vast), aanwezigheid van slangen en aansluitingen voor slangen, open mangaten, housekeeping (veilig)werkvergunningen voor werkzaamheden bij de betreffende tank, interview veldoperator, interview paneloperator, aantal alarmen per wacht

- 24 -


2.4

Risicomatrix en bijbehorende waarderingsschaal (Risico = Kans X Effect)

Effect

Kans

2.5

1

2

3

4

4

4

8

12

16

Groen

Risico 1 t/m 3

3

3

6

9

12

Geel

Risico 4 en 6

2

2

4

6

8

Oranje

Risico 8 en 9

1

1

2

3

4

Rood

Rsico 12 en 16

Criteria voor kans en effect

De kans is gedimensioneerd als de kans dat de opslagtank buiten de normstatus komt, en het gekoppelde effect optreedt.

Klein Gemiddeld Groot Zeer groot

K1 K2 K3 K4

Kans Kans Kans Kans

Klein Gemiddeld Groot Zeer groot

E1 E2 E3 E4

Tank wordt bedreven buiten operationele parameters, geen effecten Productuitstroming, effecten buiten tankput blijven beperkt tot hinder Tank zal volledig falen, effecten blijven beperkt binnen de tankput Tank zal volledig falen, uitstroming/effecten buiten tankput


is is is is

tot 1 op 1000 dat effect optreedt tot 1 op 100 dat effect optreedt tot 1 op 10 dat effect optreedt 0,1 - 1 op 1 dat effect optreedt

- 25 -


3 Handhaving Een van de projectrandvoorwaarden die volgt uit de projectdoelstelling is dat gestreefd wordt naar een uniforme aanpak en beoordeling van tankopslag in geheel Nederland. Dat geldt voor de aspecten, toetspunten, werkwijze en geldt uiteindelijk ook voor de keuze en toepassing van handhavingsinstrumenten. Tot op de huidige dag ligt de verantwoordelijkheid voor het inzetten van handhaving instrumenten bij de provinciale en gemeentelijke besturen die daarbij hun eigen afwegingen maken ook voor BRZO plichtige inrichtingen. Naar aanleiding van BRZO 1999 uitvoering evaluaties wordt al sinds jaren een landelijke regie (LAT RB) gevoerd om de kwaliteit van het toezicht op het gewenste niveau te brengen . In aansluiting daarop is geconstateerd dat er een dringende behoefte bestaat aan uniformering van de gezamenlijke handhavingstrategie. Daarvoor is recent in concept een BRZO handhavingstrategie ontwikkeld die in oktober / november 2012 ter bespreking en besluitvorming aan de LATRB regiegroep is aangeboden Alhoewel de concept BRZO handhavingstrategie nog niet vastgesteld is door LAT RB en regionale en plaatselijke besturen geeft deze wel een doorkijk naar de landelijke uniformiteit waarnaar in dit project wordt gestreefd. De beoordelingssystematiek die in deze inspectiemodule is aangehouden sluit zeer goed aan bij de NIM beoordeling en daarmee ook aan de in de BRZO handhavingstrategie geschetste keuze voor handhaving instrumenten In onderstaand schema 1 is de koppeling weergegeven tussen diverse componenten in de tankinspectie module inclusief de kleurencodes die in de risico beoordeling zijn aangehouden NIM met de daarbij behorende beoordelingskader (T12) handhaving instrumentarium In schema 2 is een tabel uit de BRZO 1999 handhavingstratgeie notitie overgenomen. Hierin wordt een koppeling gelegd tussen de categorie overtreding en de sanctie. Doel van het opnemen van dit hoofdstuk is om de inspecteur vertrouwd te maken met de terminologie en categorisering zodat tijdens de uitvoering van het tankinspectie project een uitwisseling tot stand kan komen over de wijze waarop handhaving per negatieve beoordeling, inschatting van het technisch risico, ernst van de overtreding, T12 beoordeling en uiteindelijk handhavinginstrument per regio plaatsvindt. Dat levert gezien de relatieve uniformiteit in de inrichtingen een schat aan praktische ervaring op waarmee het streven naar uniformiteit kan worden ondersteund.


- 26 -


3.1

Schema 1: koppeling inspectiemodule tankopslag met handhavingsinstrumenten

Handhavingsinstrumenten

Geen overtreding Veiligheidsbeheerssysteem Goed Redelijk

Kan voor dit project niet direct in GIR gerapporteerd worden

Matig

Slecht

VBS d) Beheersing van de uitvoering VBS e) Omgaan met wijzigingen VBS ..)

“Veiligheid kritische afwijkingen”

Technische risico’s


Direct zowel corrigerend als bestraffend sanctiemiddelstilleggen geen hersteltermijn

Lichtere tekortkomingen geen dreiging van zwaar ongeval

Herstel afdwingen met lichtere sanctie

ERNST

INSPECTIE MODULE

Toetspunten Negatieve beoordeling

Overtreding met ernstig gevaar op zwaar ongeval / onmiddellijke dreiging Geen onmiddellijke dreiging onvoldoende maatregelen

Overtreding

- 27 -

Herstel afdwingen met zware tot middelzware sanctie binnen gepaste hersteltermijn

Extra aandacht voor het potentiële effect Naleefgedrag / herhaling?/ Stapeling Houding / Veiligheidscultuur Mogelijke recidive Maatschappelijke aandacht?

Per Subonderwerp Goed Redelijk

TO21 / TO22 etc. Matig

Slecht


3.2

Toelichting handhavingsstrategie inspectiemodule tankintegriteit

3.2.1 Inleiding De handhavingsstrategie Tankopslag BRZO bedrijven heeft tot doel om de inspecteurs een instrument te geven dat tot landelijk uniforme handhaving leidt. 3.2.2 Uitgangspunten Handhaving Tankopslag BRZO bedrijven Gebruik Inspectiemodule Deze Inspectiemodule Tankintegriteit is tot stand gekomen om als werkinstructie gebruikt te worden door de BRZO inspecteurs. Deze IM geeft een overzicht van de meest belangrijke voorschriften uit onder andere de PGS29 en heeft tot doel dat er uniform wordt geïnspecteerd en gehandeld op deze elementen. Dat wil vanzelfsprekend niet zeggen dat andere voorschriften niet geïnspecteerd mogen worden of dat er niet handhavend opgetreden zou mogen worden op andere voorschriften. De voorschriften zijn in de IM geclassificeerd aan de hand van het risico dat overtreding oplevert: van groen (weinig risico) via geel en oranje tot rood (heel groot risico). De klasse is af te lezen in de kolom “Risico” in de lijst Prioritaire aspecten (paragraaf 2.2). Overtredingen van de rode en oranje klasse zijn ernstig en worden daardoor als zware overtredingen beschouwd hetgeen leidt tot handhaving. Er wordt door de overheid gehandhaafd bij alle overtredingen, maar sanctiemiddelen bij overtredingen die leiden tot een oranje/rode klasse zijn zwaarder. Het uitgangspunt is dat deze overtredingen al geruime tijd geleden opgelost hadden moeten worden, zeker gezien de aandacht voor veiligheid in deze branche in de afgelopen jaren. Inspecteurs WABO doen bevindingen en het management/bestuur WABO doen de interventie. Dit is een duidelijke scheiding in verantwoordelijkheden. De praktijk wijst nu uit dat in bepaalde gevallen het inspectieteam lijkt te bepalen wat de sanctie moet worden, maar de verantwoordelijkheid hiervoor ligt nadrukkelijk bij de verantwoordelijke besturen binnen de BRZO structuur. Daarom is de betrokkenheid van bestuur en management van alle relevante organisaties van groot belang. De bestuurlijke aandacht voor het onderwerp veiligheid, en de wil om bestuurlijk corrigerend te handelen, is in de afgelopen jaren enorm toegenomen.


- 28 -


3.2.3 Overtredingen van de voorschriften die leiden tot een “Oranje” en “Rode” risicoklasse 3.2.3.1 Kenmerken De IM geeft inzicht in de inspecteren onderdelen/voorschriften. De overtredingen van deze voorschriften die leiden tot een “oranje” en “rode” risicoklasse worden gekenmerkt door een hoge risicoscore die op basis van de Kans x Effect berekening is bepaald. Overtredingen van deze voorschriften worden als “zwaar” beoordeeld. De meeste zware overtredingen zijn het gevolg van: -

Niet doorvoeren gewijzigde opvattingen stand van de techniek Niet nakomen van tankinspectietermijnen Achterstallig onderhoud in installaties Onvolledig of onvoldoende werkend Veiligheidsbeheersysteem

Landelijk is afgesproken dat deze aard van overtredingen direct tot sanctionering zal leiden. 3.2.3.2 Automatische overvulbeveiliging Een landelijk standpunt over de automatische overvulbeveiliging zal in een separaat document worden behandeld. 3.2.4 Wat te doen bij het constateren van overtreding? In zijn algemeenheid geldt dat als een overtreding wordt geconstateerd het bevoegde gezag sanctioneert en corrigeert. In veel gevallen zal de vergunning niet direct de betreffende overtreding beschrijven. Desondanks is afgesproken dat er in die gevallen wel degelijk door het bevoegde gezag gehandeld gaat worden volgens de volgende voorkeursvolgorde: 1. 2. 3. 4.

Art. 5 BRZO. Specifiek vergunningvoorschrift Algemeen vergunningvoorschrift “goede staat van onderhoud” Algemeen zorgbeginsel in WABO

Tevens is afgesproken dat de vergunningsprocedure voor het aanpassen van de vergunning direct zal worden gestart (of ambtelijke wijziging). Voor deze aanpak zal binnenkort een provinciale lijn worden ontwikkeld die landelijk zal worden afgestemd (binnen IPO Vakberaad bedrijven en Milieu – VBM).


- 29 -


3.2.5 Sanctie instrumenten en wanneer welke sanctie? In de onderstaande tabel, gemodificeerd vanuit de BRZO handhavingsstrategie, is aangeven welke sancties het Wabo BG zal toepassen. In het project Tankopslag BRZO is een nadere invulling gegeven aan deze strategie door een kolom toe te voegen aan de IM (zie paragraaf 2.2). Categorie

Sanctie

Sanctie na hercontrole

Toezichthouder

Versie tabel 28/11/2012 aangepast Onmiddellijke dreiging

Bestuursdwang (art.122 Provinciewet, art.125 Gemeentewet) + aangifte

NVT

Wabo-BG/VR

Geen onmiddellijke dreiging

dwangsom

Inning en/of verhogen dwangsom + PV dwangsom

Wabo-BG/VR

dwangsom

Wabo-BG/VR

Zeer geringe dreiging

Bestuurlijk strafbeschikking Waarschuwing

Wabo-BG/VR

De aanpak van een bedrijf is vanzelfsprekend afhankelijk van de ernst van de overtreding. In de IM is per overtreding aangegeven welke sanctiemiddel zal worden toegepast om een landelijk uniforme aanpak te realiseren. Toelichting bsbm Voor het toepassen van de bsbm moet een bepaalde overtreding zijn opgenomen in het “feitenboekje bsbm” (versie januari 2013, zie bijlage 2). Het gaat om de overtredingen onder BM 170-172 en BM 337-346). De toepasbaarheid van dit instrument zal zich de komende tijd moeten bewijzen, maar vooralsnog wordt ervan uitgegaan dat dit een effectief sanctiemiddel kan zijn.


- 30 -


3.2.6 Monitoring en communicatie Het projectteam Tankopslag BRZO heeft de opdracht de toepassing van het sanctie instrumentarium te ondersteunen EN te monitoren. Voor de ondersteuning van inspecteurs is de projectgroep Tankopslag BRZO benaderbaar door middel van Projectplace (PGS29) en het deskundigenpanel dat onlangs is opgericht. Het is belangrijk dat bij twijfel voor de toepassing van de juiste sanctie contact wordt gezocht met het landelijke team. Een uniforme aanpak is immers een van de doelen van het project Tankopslag BRZO bedrijven. Daarnaast zal de projectgroep Tankopslag BRZO bijhouden hoe vaak welk instrument is ingezet bij bepaalde overtredingen. De gegevens zullen een belangrijk onderdeel vormen van de rapportage aan de stuurgroep Tankopslag BRZO, het LATrb en de betrokken partijen. De in deze notitie beschreven sanctie strategie zal ook met het bedrijfsleven worden gecommuniceerd. De verwachting is dat het bedrijfsleven de strategie accepteert omdat er sprake is van een stevige aanpak van de achterblijvers in de opslagbranche.


- 31 -


4 Rapportage 4.1

Overzicht van de registraties in de GIR

Hieronder is een overzicht opgenomen van de registraties in de GIR betreffende deze module. De onderdelen TO11, TO12, TO13 en TO22 maken vanwege prioriteitsstelling (risico en middelen) geen deel uit van de inspectiemodule. Onderwerp Subonderwerp TO1. Integriteit tanks en toebehoren

PB Z O

TO11 Nieuwbouw van opslagtanks/ontwerpvereisten TO12 Beoordeling en inspectie van de samenbouw en beveiliging TO13 Keuring voor ingebruikneming TO14 Gebruiksfase: Onderhoud en inspectiesystematiek, (her)keur TO15 OH-managementsysteem; borging integriteit TO16 specifiek structurele integriteit (tankconstructie) TO17 specifiek operationele intergriteit (seals, drijvende daken, leidingen, blusmiddelen, tankputten, etc.) TO18 documentenbeheer TO2. Regelingen en Beveiligingen tank TO21 gevaarsidentificatie en risico evaluatie TO22 PGS 29 compliance TO23 Niveaumeting en alarmering TO24 Onafhankelijkheid overvulbeveiliging TO25 Betrouwbaarheid overvulbeveiliging (SIL, testen) TO26 Druk/vacuümventielen TO27 Overbrugging beveiligingen


- 32 -

a

b

PBZO/ VBS c d e f

x

x x

x

x x x

x

x

x x x x x x x

g

h

x

x

x

x

x x

x

x

x x

x

x x x x

x x x x x x

x

x


4.2

Registratie en beoordeling in GIR

4.2.1 Score in GIR aan de hand van inspectie én GAP (zie Instructie registratie inspectiegegevens): T01: o T011: G/R/M/S o T012: G/R/M/S o Etc Dit leidt tot een overall beeld op onderwerp T01 als G/R/M/S met een korte onderbouwing op grond van de onderliggende subonderwerpen. T02: o T021: G/R/M/S o T021 G/R/M/S o Etc Dit leidt tot een overall beeld op onderwerp T02 als G/R/M/S met een korte onderbouwing op grond van de onderliggende subonderwerpen. Etc Alle scores tezamen leiden tot een handhavingsoordeel over dit onderdeel De overige onderdelen worden op dezelfde manier gescoord en (als onderwerp) beoordeeld. Alle scores tezamen worden gebruikt om te komen tot een beoordeling van het bedrijf over het thema “opslagtanks” . De bevindingen worden ook doorvertaald naar een oordeel en conclusie per VBS element. Dit kan niet via een directe relatie in de GIR: - bevindingen zijn niet te koppelen. Wel kan een oordeel beschreven worden met een verwijzing naar onderliggende bevindingen. Voor een volledig overzicht van de GIR rapportage zie bijlage 6 van het projectplan.


- 33 -

Aanpassingen Inspectiemodule versie v 13 naar v 16

Recommend Documents