Aanpak tegen Huiselijk Geweld 2008 - 2011
juni 2008
“Niet alleen om hen te beschermen, maar vooral voor de kinderen. Huiselijk geweld is hard bezig om de volgende generatie naar de sodemieter te helpen”.
Erin Pizzey, oprichtster eerste blijf-huis voor vrouwen in Engeland in 1971, in: Vrij Nederland (aut. Ingeborg van Teeseling), Mishandelde Mannen – Vrouwen slaan net zo vaak, 3 januari 2004.
Aanpak tegen Huiselijk Geweld 2008-2011
3
Inhoud
INHOUD .................................................................................................................................................................. 3 VOORWOORD........................................................................................................................................................ 5 1.
INLEIDING ................................................................................................................................................... 7
1.1 AANPAK TEGEN HUISELIJK GEWELD 2008-2011: BOUWEN OP DE BASIS .......................................................... 7 1.2 DEFINITIES, BEGRIPPEN EN CIJFERS ................................................................................................................ 7 1.2.1 Definities.......................................................................................................................................... 7 1.2.2 Landelijke cijfers............................................................................................................................ 9 1.2.3 Hengelo en Twente: Twentse Monitor Huiselijk Geweld 2007............................................... 9 1.3 CONCLUSIE ................................................................................................................................................ 11 2
SUCCESSEN EN KNELPUNTEN................................................................................................................... 12 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 2.7
3
HENGELOSE AANPAK HUISELIJK GEWELD: 1999-2004................................................................................. 12 REGIONALE AANPAK HUISELIJK GEWELD: 2004-2005.................................................................................. 12 VOORTZETTING AANPAK: 2006-2007 – DE GEMEENTE REGISSEERT NOG STEVIGER .......................................... 13 HET SUCCES VAN BELEID SAMENGEVAT ........................................................................................................ 13 LANDELIJK BELEID ...................................................................................................................................... 14 KNELPUNTEN EN MOGELIJKHEDEN VOOR INTENSIVERING VAN BELEID ............................................................... 15 CONCLUSIE ................................................................................................................................................ 15
VISIE EN AANDACHTSPUNTEN 2008-2011 ............................................................................................ 17 3.1 3.2 3.3
VISIE OP AANPAK TEGEN HUISELIJK GEWELD IN GEMEENTE HENGELO ............................................................. 17 AANDACHTSPUNTEN 2008-2011 ................................................................................................................ 17 CONCLUSIE ................................................................................................................................................ 18
4
DOELSTELLINGEN EN ACTIEPLAN 2008-2011 ...................................................................................... 19
5
COMMUNICATIE ........................................................................................................................................... 25
6
FINANCIËN.................................................................................................................................................... 27 6.1 6.2
BEGROTING ............................................................................................................................................... 27 DEKKING ................................................................................................................................................... 27
BIJLAGE I 1.
SAMENVATTING VAN LANDELIJKE GEGEVENS .................................................................... 29 Landelijke Statistieken ................................................................................................................... 29
BIJLAGE II 1. 2.
WERKWIJZE VAN GEMEENTE HENGELO ............................................................................... 31
HUIDIGE ACTIVITEITEN EN WERKWIJZE ......................................................................................................... 31 ONTWIKKELINGEN IN DE ORGANISATIE: VANGNET 23+ .................................................................................. 33
Aanpak tegen Huiselijk Geweld 2008-2011
4
Aanpak tegen Huiselijk Geweld 2008-2011
5
Voorwoord Geweld achter de voordeur is de meest voorkomende soort van geweld in onze maatschappij. En dus in onze stad. Geweld dat er in vele vormen is: van scheldpartijen die ineens gebeuren, of bijna onzichtbare onderdrukking, tot en met de schrijnendste vormen van kindermishandeling, seksuele mishandeling. Te vaak verborgen: en daarmee te vaak zonder uitzicht voor de getroffenen. In Hengelo zijn na 9 jaar de problemen waar het om gaat bekend; onze ketenpartners, de instellingen in hulpverlening, politie, justitie, jeugdzorg en dienstverlening, zijn bekend met aanpakken die goed werken. Waar nodig wordt samengewerkt. En mocht dat moeilijk zijn, dan is er gezamenlijk overleg onder regie van de gemeente. Er is dus veel bereikt, in Twente en Hengelo lopen we gezien de schaal en traditie van samenwerking landelijk gezien voorop. En toch blijft bij mij – en ons College van Burgemeester en Wethouders als geheel – het gevoel knagen dat we nog niet genoeg doen. Dóen, vanuit de gemeente zelf, is ook eigenlijk niet mogelijk. We kunnen regisseren, stimuleren, en beperkt subsidiëren. Dat is hier dan ook onze rol. De rol die we al een hele tijd invullen. Vanaf 2007 heeft het rijk ons deze rol officieel gegeven via de Wet Maatschappelijke Ondersteuning. Krachtiger worden in die rol, de middelen gericht inzetten, de ‘lijm’ zijn in de samenwerking tussen de ketenpartners, dat is onze opgave voor de komende vier jaren. Naar de al gelegde basis kijkend: in vier jaar zullen we die rol optimaal hebben kunnen uitbouwen. Dat is het interne doel. Externe doelen worden door onze ketenpartners aangegeven. Herkennen en opsporen, stoppen, het voorkomen en het verminderen van (de gevolgen van) huiselijk geweld waren en blijven daarbij de doelen. Hierin de ketenpartners versterken, de samenhang blijven bewaken en nieuwe acties starten is onze bijdrage aan die externe doelen. Het rijk heeft niet stilgezeten op dit gebied, en heeft verdere maatregelen en intensiveringen aangekondigd. In 2008 zal naar verwachting het Parlement de Wet Tijdelijk Huisverbod goedkeuren. Diverse ministeries hebben middelen en intensiveringen toegezegd. Het tij staat gunstig voor de gemeenten: en daarmee – gelukkig – voor de getroffenen van Huiselijk Geweld. De Aanpak tegen Huiselijk Geweld geeft het kader en een actieplan om tot 2011 weer verder aan de slag te gaan. De opgave liegt er niet om en is ambitieus te noemen. De inzet van de ketenpartners en andere betrokkenen in de afgelopen jaren wijst er op dat de ambities haalbaar zijn. Huiselijk geweld en ander relationeel geweld is volstrekt onacceptabel. In deze “Aanpak tegen Huiselijk Geweld 2008-2011” willen wij als College de regie krachtig ter hand nemen. Samen met onze ketenpartners aan de slag voor een veilig Hengelo. Voor de bij Huiselijk Geweld betrokken inwoners van Hengelo is dit één van de voorwaarden voor een beter perspectief op een veilige(r) thuissituatie waarin geweld niet voorkomt.
juni 2008 Bert Otten
Aanpak tegen Huiselijk Geweld 2008-2011
Wethouder Zorg, Werk en Inkomen
6
Aanpak tegen Huiselijk Geweld 2008-2011
7
1. Inleiding 1.1 Aanpak tegen Huiselijk Geweld 2008-2011: Bouwen op de Basis Het creëren van een aanpak om Huiselijk Geweld in Twente te stoppen en te voorkomen is inmiddels gebeurd. Na de start in Hengelo (1999) en enkele jaren van een Twentse aanpak (2002-2005), heeft het rijk deze taak bij de individuele gemeenten neergelegd1. Een goede basis voor samenwerking tussen de regionale en lokale ketenpartners is inmiddels aanwezig. Hierop kan worden verder gebouwd. In 2006 zijn via de nul-meting van VNG de punten genoemd waar Hengelo “goed op weg is, maar waarop enige verbetering nog mogelijk is”2. De Monitor Huiselijk Geweld Twente 2007 geeft aan, dat van stoppen van Huiselijk Geweld nog lang geen sprake is. In gesprek met uitvoerende organisaties blijkt telkens weer dat nog vele vraagstukken bij voorkomen, stoppen en verwerken van Huiselijk Geweld te beantwoorden zijn. Deels zijn deze al in de beleidsbegroting weergegeven: het bereiken van jongeren, met het oog op preventie; het beter bereiken van diverse groepen (w.o. ouderen, allochtonen). Ook is het verhogen van het aantal meldingen Huiselijk Geweld een doel. Het Centrum voor Jeugd en Gezin zal hierin een belangrijke rol krijgen. Er is dus nog heel wat werk te verzetten. Leeswijzer Om Huiselijk Geweld aan te pakken, is in de laatste tien jaar een brede overeenstemming bereikt over de gangbare definities en begrippen. Deze zijn in dit hoofdstuk (§ 1.2.1) kort weergegeven. In § 1.2.2 laten we zien om wie het gaat: de getroffenen van Huiselijk Geweld. Twentse en Hengelose cijfers geven in §1.2.3 tenslotte de omvang en de soorten Huiselijk Geweld aan. In hoofdstuk 2 beschrijven wij de successen en ervaren knelpunten. Deze leiden in het derde hoofdstuk tot de visie, doelen en aandachtspunten voor de aanpak in de komende jaren. De daadwerkelijke Aanpak tegen Huiselijk Geweld 2008-2011 staat beschreven in hoofdstuk 4. Communicatie speelt een belangrijke rol: dit staat beschreven in Hoofdstuk 5. Hoofdstuk 6 geeft tenslotte aan, hoe financiële impulsen worden gegeven aan de acties. 1.2
Definities, begrippen en cijfers
1.2.1 Definities Huiselijk Geweld is als volgt gedefinieerd: ‘Huiselijk geweld is geweld dat door iemand uit de huiselijke kring van het slachtoffer is gepleegd. Geweld is de aantasting van de persoonlijke integriteit. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen geestelijk en lichamelijk geweld (waaronder seksueel geweld). De huiselijke kring bestaat uit (ex-)partners, gezins- of familieleden en huisvrienden3. Het gaat bij Huiselijk Geweld telkens om getroffenen: slachtoffers, plegers/verdachten en getuigen. Getroffenen worden als volgt gedefinieerd:
1 2
3
Via Prestatieveld 7 van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning Zie Collegebesluit 106732 “Diagnose-instrument Aanpak Huiselijk Geweld”, 24 februari 2006.
Huiselijk geweld, Aard, omvang en hulpverlening, T. van Dijk, S. Flight, E. Oppenhuis en B. Duesmann (Intomart, Sociaal Wetenschappelijk Onderzoek), in opdracht van het ministerie van Justitie, Den Haag, oktober 1997.
8
Aanpak tegen Huiselijk Geweld 2008-2011
•
slachtoffer
: degene die het geweld onderging/ondergaat
•
pleger/verdachte
: degene die zich richting het slachtoffer gewelddadig heeft gedragen/gedraagt
•
getuige
: degene die Huiselijk Geweld bemerkt, maar zelf geen direct slachtoffer is van het gewelddadige gedrag van de pleger
•
systeem
: het geheel van pleger(s), slachtoffer(s), getuigen waarbinnen het Huiselijk Geweld plaatsvindt/plaatsvond
Huiselijk Geweld hoeft overigens niet “thuis” plaats te vinden. En de dader is lang niet altijd de mannelijke echtgenoot. Andere voorkomende vormen zijn: - vrouw-naar-man mishandeling Taboes doorbreken - kindermishandeling door de ouders, of andere gerelateerden Vanaf eind 2005 wordt het project - oudermishandeling: kinderen die ouders “Taboes bespreken” uitgevoerd door Scala Welzijnswerk. De mishandelen; resultaten uit 2006 en 2007 zijn - ouderenmishandeling: mishandeling van ouderen, bemoedigend: vrouwen in door kinderen, verzorgenden, etc.; kwetsbare posities uit de Suryoye - loverboysproblematiek: mishandeling in de en Turkse gemeenschap (ruim ¾ relatie, op vaak erg jonge leeftijd; van de allochtone groep in Hengelo) zijn goed te bereiken. - eergerelateerd geweld: elke vorm van geestelijk De voor deze vrouwen vaak of lichamelijk geweld gepleegd vanuit een bijzonder schaamtevolle collectieve mentaliteit in reactie op een (dreiging onderwerpen huiselijk geweld en van) schending van eer van een man of vrouw en seksuele mishandeling wordt in daarmee van zijn of haar familie waarvan de Taboes doorbreken bespreekbaar buitenwereld op de hoogte is of dreigt te raken. gemaakt. Daarmee wordt bewustwording gekweekt. De - Geweld binnen homorelaties deelnemers geven aan, veel op te - E.a. Niet alle getroffenen vinden makkelijk erkenning, of (zelf)herkenning. Hoewel de houding van de rijksoverheid en vele publiciteitscampagnes rondom de aanpak Huiselijk Geweld hebben plaatsgevonden sinds eind jaren ’90, rust er in vele kringen nog steeds een taboe op diverse soorten van Huiselijk Geweld.
steken in de groepsgesprekken. De aansluiting op eventuele hulpverlening die hierop volgt loopt ook goed. Met de nu opgedane ervaringen kan de aanpak verder vervolmaakt worden. Taboes bespreken wordt in 2008 verder geëvalueerd, zo mogelijk voortgezet en in het reguliere aanbod verwerkt.
In Hengelo is een specifieke aanpak ontwikkeld voor allochtonen; provinciaal wordt hieraan ook aandacht gegeven. Hetzelfde geldt voor ouderenmishandeling en voor de loverboys-problematiek. De statistieken geven echter aan, dat hier veel risicofactoren bestaan. Er zal dus intensief ingezet blijven worden op met name het doorbreken van taboes richting specifieke groepen en een preventieve aanpak voor eergerelateerd geweld.
Aanpak tegen Huiselijk Geweld 2008-2011
9
1.2.2 Landelijke cijfers Landelijke cijfers over Huiselijk Geweld zijn weergegeven in de “Factsheet Huiselijk Geweld 2006” (MOVISIE)4. De regionale cijfers komen voort uit de dit jaar voor het eerst samengestelde “Monitor Huiselijk Geweld Twente 2007”. In bijlage I is een uitgebreide samenvatting weergegeven. Op deze plaats wordt volstaan met een korte samenvatting. Naar schatting wordt 10-12% van de incidenten gemeld bij de politie. In 2005 waren dit er landelijk 57.421. In werkelijkheid is de omvang dus vele malen groter. 76% van de slachtoffers is van het vrouwelijk geslacht; ruim 50% van hen zijn tussen de 25 en 45 jaar. Bij seksueel geweld is ruim 20% van de slachtoffers tussen de 0 en 12 jaar en 23% tussen de 12 en 28 jaar. Mannen worden ook vaak slachtoffer van relationeel geweld. Vrouwen en meisjes worden vooral slachtoffer van seksueel geweld, jongens worden vaker slachtoffer van fysieke kindermishandeling. In 2005 waren er 107.200 kinderen tussen 0 en 17 jaar slachtoffer van kindermishandeling. 4 tot 11% van de kinderen tot tien jaar is ooit slachtoffer geweest van lichamelijk geweld; 1 tot 3% is slachtoffer geweest van seksueel geweld. Van alle tieners tussen tien en twintig jaar heeft 8% te maken gehad met seksueel geweld. Tegen ouderen zijn mishandelingen vaak moedwillig en weten daders goed wat ze doen. Financiële uitbuiting en ontspoorde zorg zijn vormen van ouderenmishandeling. Uit onderzoek blijkt, dat 5,5% van de (zelfstandig wonende) bevolking van 65 jaar en ouder slachtoffer is geweest van enigerlei vorm van mishandeling. Bij allochtonen blijkt 24% ooit slachtoffer te zijn geweest van huiselijk geweld. Een lager percentage dan wat uit onderzoek onder autochtonen blijkt (45%). Hier zijn echter aanwijzingen, dat sprake is van onderrapportage. Opvallend is, dat bij het maken van meldingen blijkt, dat er vaak landuriger en ernstiger geweld in het spel is dan bij de autochtone groep. 1.2.3 Hengelo en Twente: Twentse Monitor Huiselijk Geweld 2007 Door de centrumgemeenten Almelo en Enschede is opdracht gegeven aan Bureau Intraval voor het samenstellen van een eerste Twentse Monitor Huiselijk Geweld. Deze nul-meting verscheen in het voorjaar 2007 (jaren 2004-2005); de eerste vervolgmeting (jaarcijfers 2006) is eind 2007 verschenen en bevat een eerste analyse van meldingen en achtergronden van Huiselijk Geweld in Twente, verbijzonderd naar de Twentse gemeenten. Voorbehouden Een van de landelijke aandachtspunten van de politie bij de Aanpak Huiselijk Geweld is het zorgvuldig registreren van meldingen. Hiermee is vanaf 2004 begonnen. Dit houdt daarmee in, dat in de Twentse monitor, die cijfers van 2004 en 2005 bevat, de afwijkingen in de getallen tussen twee jaren geen andere verklaring kennen dan dat er afwijkend is geregistreerd. Hoewel wel een koppeling is gemaakt met cijfers uit andere instellingen, zoals Tactus verslavingszorg, vroeghulp AMW, geeft Intraval aan dat in deze instellingen nog niet eenduidig op soorten huiselijk geweld werd geregisteerd. Nadrukkelijk is onderstaande samenvatting ook in dit licht te zien: het is een nulmeting, binnen het groeimodel van de Twentse Monitor Huiselijk Geweld. De herhaling van dit onderzoek in komende jaren zal naar verwachting een steeds betrouwbaarder beeld geven. 4
Huiselijk geweld, feiten en cijfers – Factsheet huiselijk geweld, mei 2007, Movisie. Downloadbaar via www.huiselijkgeweld.nl
10
Aanpak tegen Huiselijk Geweld 2008-2011
Meldingen in Hengelo en Twente Om een indruk te geven, wordt in onderstaande tekst waar mogelijk gebruik gemaakt van de cijfers uit 2006. Voor alle gegevens hieronder geldt: het gaat om incidenten5, niet telkens om uiteindelijk aan het OM doorgeleide casussen i.v.m. mogelijke strafbaarheid van feiten. Geregistreerde incidenten Het aantal door de politie geregistreerde Twentse incidenten Huiselijk Geweld in 2006 is 2.860. Hiervan zijn er 429 (15%) in Hengelo geregistreerd. Vergelijkend: van de Twentse meldingen vond in 2006 in Enschede 42% van de meldingen plaats. In Almelo betrof dit 17% De registraties in Hengelo in 2004 en 2005 waren resp. 424 en 417 en 429. Het aantal incidenten per 1.000 inwoners in Hengelo is in de drie jaren dus nagenoeg gelijk (resp. 5,2 / 5,1 en 5,3). Unieke personen in het politiebestand Door de dubbeltellingen van betrokkenen bij incidenten te analyseren, komt men in de Twentse monitor tot de telling van unieke personen die betrokken zijn bij enige vorm van Huiselijk Geweld. In de jaren 2004, 2005 en 2006 betreft het in Twente respectievelijk 5729, 5784 en 6076 unieke personen. Van de 6076 personen uit 2006 zijn er 790 (13%) verdachten, 727 (12%) slachtoffers, en 4.559 (75%) overige betrokkenen geregistreerd. Aangezien de cijfers van 2007 van de politie nu al beschikbaar zijn, zijn de jaren van 2005 tot en met 2007 voor Hengelo op basis daarvan hieronder vergeleken. Daarbij opgemerkt: het cijfer 2007 kan na statistische analyse in de volgende Twentse monitor licht afwijken. Jaar 2005
Incidenten (alleen HG) 417
2006 2007
429 547
Melding 170 171 247
In 2007 is een behoorlijke stijging te zien van het aantal meldingen. Ditzelfde geldt voor het aantal geregistreerde incidenten. De redenen die hiervoor door de politie worden genoemd zijn, dat de politie fors heeft geïnvesteerd op gegevensbeheer en dat de aandacht voor huiselijk geweld binnen de politie vruchten lijkt af te werpen.
In 2004 zijn in Hengelo 96 unieke verdachten geregistreerd. In 2005 betrof het 97 verdachten en in 2006 zijn 129 unieke verdachten geregistreerd. In de leeftijd tussen 30 en 39 jaar is de grootste groep daders: 30%, gevolgd door de groep van 20-29 jaar (25%) en 40-49 jaar (21%). Politie Twente geeft aan, dat het in 2005 in Hengelo om 1278 unieke gemelde betrokkenen gaat. Indruk van het soort Huiselijk Geweld De politie registreert ook de soort Huiselijk Geweld. Hierbij is maar één code mogelijk: een registratie kan bijvoorbeeld ‘geweld’ kan inhouden. Dan kan ‘kindermishandeling’ niet worden geregistreerd. Dit kan m.n. het lage percentage registraties van 5
Incident: dit is een breed begrip, het gaat om meldingen, aangiften of zaken die de politie zelf signaleert en muteert in het Bedrijfs Processen Systeem(BPS).
Aanpak tegen Huiselijk Geweld 2008-2011
11
kindermishandeling verklaren. Onderstaande cijfers zijn volgens de opgaaf van Politie Twente tot stand gekomen. In Hengelo betreffen de meldingen in 2005 voor 20% geweldszaken en voor 57% relatiezaken. 10% van de meldingen betreft aandachtsvestiging (zoals stalking). Zowel voor kindermishandeling als zedenzaken is 2% van de meldingen geregistreerd. 3% van de meldingen betreft vandalisme, 3% betreft overige soorten. In 30% van de Hengelose meldingen betreft het eerste meldingen, 70% van de gevallen betreft een melding waarin het Huiselijk Geweld zich bij dezelfde perso(o)n(en) heeft herhaald (2e keer en vaker). Overige gegevens Ouderenmishandeling werd niet geregistreerd. Er is informatie in de monitor genoemd over de relatie tussen middelengebruik en de meldingen Huiselijk Geweld. Grofweg 12% van in Hengelo wonende verdachten van Huiselijk Geweld (dossier aan OM ingezonden) is bekend bij Tactus verslavingszorg. Hierbij is in ongeveer 45% van de gevallen sprake van alcohol als ‘hoofdmiddel’ van gebruik en 55% ‘overige hoofdmiddelen’. In de monitor zijn voorts verbanden gelegd tussen de betrokkenen en reclasseringsbestanden, bestanden van vroeghulp via het AMW, instroom bij het OM (incl. vergelijk tussen de jaren), en dadertherapie/dadertraining. Dit betreft een eerste analyse, die daarom in dit verband buiten beschouwing wordt gelaten. 1.3 Conclusie De Aanpak tegen Huiselijk Geweld 2008-2011 wordt gebouwd op een basis die zowel lokaal, regionaal en landelijk sinds eind jaren ‘90 is gebouwd. In deze jaren is landelijk overeenstemming bereikt over de te hanteren begrippen. In Hengelo spreken we van een aanpak voor getroffenen van Huiselijk Geweld: slachtoffers, daders/plegers en getuigen. Het genereren van statistisch verantwoorde gegevens in Twente (met vergelijkingen tussen organisaties onderling) is in 2006 gestart: hier is sprake van een groeimodel. Statistisch gezien geldt, dat in het jaar 2005 in Hengelo sprake is van 1278 unieke gemelde betrokkenen op een inwonersaantal van 81.200 (2005). Dit betreft dus ruim 1,5% van de Hengelose bevolking. Bij toepassing van de cijfers uit de Factsheet Huiselijk Geweld, betreft het naar schatting 10-12% van de daadwerkelijke Huiselijk Geweld-betrokkenen. Dat zou betekenen, dat zo’n 15% van de Hengelose bevolking, ruim 12.000 mensen, jaarlijks met huiselijk geweld te maken zouden kunnen hebben. Hierbij is het uiteraard goed op te merken dat op zo’n rekenoefening statistisch gezien genoeg is op te merken. Maar al zouden wij slechts de helft hiervan nemen: van die 6000 potentiële betrokkenen “kennen” we er momenteel nog geen 25% De conclusie is, dat het verder invullen van de Aanpak tegen Huiselijk Geweld zeker op zijn plaats is. Behouden wat al goed is georganiseerd; aanscherpen en aanvullen wat nog verbetering behoeft. Daarover gaat deze nota.
Aanpak tegen Huiselijk Geweld 2008-2011
2
12
Successen en Knelpunten
2.1 Hengelose Aanpak Huiselijk Geweld: 1999-2004 Eind 1999 stelde de Hengelose gemeenteraad6 de eerste notitie “Projectvoorstel Huiselijk Geweld” vast. 12 aanbevelingen mondden uit in 4 concrete voorstellen. Door middelengebrek konden toen maar 6 aanbevelingen worden uitgevoerd. Anno 2008, 9 jaren later, blijkt dat rondom alle 12 de aanbevelingen acties zijn ondernomen, of zaken inmiddels opgenomen zijn binnen het reguliere diensten- en hulpaanbod. Huiselijk Geweld is bespreekbaar geworden; vaste faciliteiten zoals het Advies- en Steunpunt Huiselijk Geweld (ASHG) en het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) zijn nu gevestigde voorzieningen. Professionalisering bij hulp- en dienstverlenende instellingen heeft plaatsgevonden en het aanpakken van Huiselijk Geweld is onderdeel van dagelijkse professionele hulp- en dienstverleningspraktijk. Mede op aangeven van het Rijk heeft de Politie enorme sprongen voorwaarts gemaakt in het herkennen en registreren van Huiselijk Geweldzaken. Ook heeft de Politie zich gespecialiseerd op de risicovolle(re) vormen, zoals het handelen bij eergerelateerd geweld. Justitie is eveneens betrokken in het netwerk: vooral in de afweging bij het stoppen en voorkomen van Huiselijk Geweld: het inzetten van de dwang, als de drang niet (meer) helpt. Parallel aan deze ontwikkeling hebben o.a. het Algemeen Maatschappelijk Werk, de GGZ en de verslavingszorg – soms gefinancierd door (particuliere!) derden – een breed aanbod ontwikkeld voor behandeling van slachtoffers, behandeling/hulpverlening aan daders, algemene voorlichting. Gebleken is daarbij, dat de aanpak vanuit professionele instellingen essentieel is: het dealen met het (vaak op elkaar afgestemd) doorbreken van de situatie en het aanpakken van gevolgen van Huiselijk Geweld vergt een brede beroepsmatige aanpak die gespecialiseerde kennis vereist. Kennis die de professionals in de instellingen in de laatste 9 jaren hebben opgebouwd. Een samenwerking van bijna alle betrokken instellingen heeft tot de aanpak “Let op de Kleintjes” geleid: ondersteuning aan de jongste getuigen/ slachtoffers van Huiselijk Geweld. In deze periode zijn ook aansluitingen op het Aware-systeem gerealiseerd: dit systeem zorgt ervoor dat de veiligheid van slachtoffers van huiselijk geweld wordt vergroot, doordat bij gevaar direct hulp ingeroepen kan worden. 2.2 Regionale Aanpak Huiselijk Geweld: 2004-2005 In 2004 en 2005 is in de Regio Twente een forse gezamenlijke aanpak tegen Huiselijk Geweld gevolgd. In deze periode liepen regionale en lokale aanpak gelijk op. De successen zijn helder. Het in Hengelo ontwikkelde beleid kon met behulp van de regio verder in de stad worden uitgevoerd. Het eindresultaat was het regionaal ontwikkelde model Aanpak Huiselijk Geweld. Dit model gaat uit van vergaande samenwerking tussen de hulp- en dienstverlenende partners. Een aanpak die in Hengelo goed past: procesmanagement jeugd bestaat hier al sinds het eind van de 90’er jaren. De ketenaanpak tussen hulp-, dienst- en handhavende partners is sinds 2001 (verder) geïmplementeerd waar het o.a. gaat om Maatschappelijke Opvang en Verslavingszorg. Hier liftte de aanpak Huiselijk Geweld telkens in mee. Last-but-not-least zijn enkele voorzieningen wegens schaalvoordelen door Twentse gemeenten in samenwerking gedeeld. De vrouwenopvang en het Advies- en Steunpunt Huiselijk Geweld (ASHG) zijn hier voorbeelden van. 6
op advies van de Stuurgroep Integraal Veiligheidsbeleid: Projectvoorstel Huiselijk Geweld
Aanpak tegen Huiselijk Geweld 2008-2011
13
Per 2006 behoort de aanpak Huiselijk Geweld weer tot het domein van de gemeenten. Met de komst van de WMO in 2007 is het Huiselijk Geweld beleid geïntegreerd in de WMO. De financiering van gedeelde voorzieningen grotendeels plaats via centrumgemeente Enschede. Voor lokale voorzieningen zijn van 2005-2009 GSB-3 gelden gereserveerd. Ook vanuit WMO budget wordt vanaf 2008 jaarlijks geïnvesteerd in de Aanpak tegen Huiselijk Geweld. 2.3 Voortzetting Aanpak: 2006-2007 – de gemeente regisseert nog steviger Het toen ruim 10 jaar bestaande procesmanagement 0-23 jaar is vanaf eind 2005 uitgebreid met een procesmanager 23+. Eén van de taken is het voeren van het procesmanagement Huiselijk Geweld. In samenwerking met het procesmanagement Jeugd (feitelijk een essentieel onderdeel van wat we straks het Centrum voor Jeugd en Gezin noemen) worden ingewikkelde casussen van procesregie voorzien. Daar waar het voor de partners onderling af en toe wat te moeilijk is of te complex is om samen te kunnen werken, zorgt de regie vanuit de gemeente voor een nieuw plan van aanpak. Doel: vastgelopen hulpverlening weer “vlottrekken” en zo de ketenbenadering vervolmaken7. Het programma “Let op de Kleintjes”, ter ondersteuning van kinderen/getuigen van Huiselijk Geweld is wederom enkele malen uitgevoerd. De problematiek m.b.t. het voorkomen van Huiselijk Geweld tegen Ouderen is inzichtelijk geworden en van een aanpak voorzien. Recentelijk is het regionaal georganiseerde Consultatienetwerk Ouderen verbijzonderd tot een specifieke lokale aanpak. Verder is op provinciale schaal het vraagstuk “Loverboys” opgepakt. Met dit lastige vraagstuk is nu ervaring opgedaan. Specifiekere aanpak kan nu volgen. Een bijzonder succesvol onderdeel is de ondersteuning van de professionals bij hun dagelijks werk. Leraren, docenten, maatschappelijk werkers, GGZ-professionals, politie, artsen, verplegers, etc. etc. zijn 3-maandelijks uitgenodigd in het Hengelose Stadhuis voor de Netwerklunch Huiselijk Geweld. Uit de laatst gehouden evaluatie volgde, dat men nog graag komt; graag interactie wil en de faciliteit graag wil behouden. Vaak was er een spreker over een specifiek onderwerp (eerwraak, loverboys, project ‘taboes doorbreken’, enz.) waarna vragen gesteld konden worden door de zaal. Ook wordt met acteurs gewerkt. Doel is om degenen die dagelijks de signalen van Huiselijk Geweld krijgen te ondersteunen in het werk van signaleren en aanpakken. 2.4 Het Succes van Beleid samengevat Binnen de Aanpak Huiselijk Geweld zijn in Hengelo tot nu toe diverse noodzakelijke voorwaarden geschapen om de aanpak verder aan te vullen.
7
-
in Hengelo werken instanties en zorg- en dienstverlenende instellingen (verder: de ketenpartners) zo veel mogelijk samen om Huiselijk Geweld te voorkomen en te stoppen. Lukt dat even niet, of is het ingewikkeld, dan zorgt de gemeente voor een strakke procesregie. Een werkwijze als in de meldcode Huiselijk Geweld zoals in Rotterdam onlangs is geïntroduceerd8 wordt hier feitelijk al gevolgd. Hij is alleen lokaal nog nooit volledig beschreven!
-
In de vroegste fase, eind jaren ’90, is reeds ingezet op meer onbekende vormen als vrouw-naar-man geweld, ouderenmishandeling, etc.
Zie voor de werkwijze: bijlage II De Meldcode Huiselijk Geweld wil de Minister van Justitie gebruiken als landelijk model voor het omgaan met Huiselijk Geweld.
8
Aanpak tegen Huiselijk Geweld 2008-2011
14
-
Voor de ‘nieuwer klinkende’ bekende vormen, als loverboyproblematiek en eergerelateerd geweld heeft reeds professionalisering plaatsgevonden en is een aanpak ontwikkeld.
-
In 2006 en 2007 zijn de eerste twee versies van de Twentse Monitor Huiselijk Geweld verschenen: hierin wordt – in een groeimodel – gevolgd wat de statistische ontwikkelingen in Twente zijn m.b.t. Huiselijk Geweld. Dit gebeurt overigens via een statistisch verantwoorde koppeling van bestanden van diverse instellingen die Huiselijk Geweld aanpakken.
-
Bij landelijke vergelijking mag geconstateerd worden, dat de aanpak in Hengelo en Twente al ver ontwikkeld is. Ook dat mag wel eens worden vermeld!
2.5 Landelijk beleid In de Nota Privé Geweld – Publieke Zaak (2002) wordt landelijk beleid geformuleerd over de gezamenlijke aanpak van huiselijk geweld. Het Kabinet neemt stelling over de meest voorkomende vorm van geweld in de Nederlandse samenleving. Aan de acties uit deze nota is sindsdien gevolg gegeven. Op rijksniveau is Aanpak Huiselijk Geweld sindsdien voortvarend opgepakt. In de brief van 5 juli 2007 schrijft de minister van Justitie, dat de conclusie is, dat ‘de aanpak van huiselijk geweld in de afgelopen jaren sterk is ontwikkeld, maar dat er nog werk verzet moet worden om de aanpak te optimaliseren en vooral de continuïteit te waarborgen’9. In 2007 hebben de Pilots rondom de invoering van de Wet Tijdelijk Huisverbod in enkele gemeenten plaatsgevonden. De resultaten zijn bemoedigend. Bekrachtiging door de Eerste Kamer volgt vermoedelijk in de zomer van 2008. Op 24 september 2007 presenteert de minister van Wonen, Wijken en Integratie via een brief aan de Tweede Kamer de uitwerking van het door haar uit te voeren beleidsprogramma “Eergerelateerd Geweld”10 Hierin geeft de Minister aan, dat zij - na een inventarisatie onder gemeenten - vanuit landelijke koepels van minderhedenorganisaties in een 10 gemeenten een aanpak wil stimuleren waarbij minderhedengemeenschappen en instanties zoveel mogelijk gezamenlijk een preventieve aanpak voor Eergerelateerd Geweld ontwikkelen. Vermeldenswaardig is dat gemeente Hengelo is opgenomen in de voorselectie van 17 gemeenten: een uitnodiging om mee te doen aan de inventarisatie is ontvangen en aan de Minister ingevuld teruggezonden. Op 10 december 2007, tenslotte, geeft de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport in haar brief Beschermd en weerbaar, intensivering van de opvang en hulp bij geweld in afhankelijkheidsrelaties aan, dat zij vanaf 2008 “flink wil investeren in het stelsel van opvang en hulpverlening waarin: • er onmiddelijke en veilige opvang van slachtoffers is […]; • slachtoffers, daders èn kinderen […] vroegtijdig, snel en goed worden gehopen om weer een leven zonder geweld te kunnen leiden; • alle betrokken professionals risico’s op geweld in afhankelijkheidsrelaties, vroegtijdig kunnen signaleren en weten hoe ze dit kunnen voorkomen”. Vanaf 2008 is het voornemen om door inzet van extra middelen het huidige rijksbudget van €55 miljoen met meer dan 50% te verhogen, om structurele uitbreiding van de 9
Aanpak Huiselijk Geweld, TK 28345 nr 47, Brief van de Minister van Justitie, 5 juli 2007 Eergerelateerd geweld, TK 30388, nr 21, Brief van de Minster van Wonen, Wijken en Integratie, 24 september 2007 – uitvoering van het meerjarenprogramma Aan de goede kant van de eer.
10
Aanpak tegen Huiselijk Geweld 2008-2011
15
opvangplaatsen met 100 plaatsen per jaar te bekostigen, de Advies- en Steunpunten Huiselijk Geweld te versterken, crisisinterventie, kwaliteitsverbetering van de opvang, deskundigheidsbevordering van professionals en een krachtige bestrijding van vrouwelijke genitale verminking en eergerelateerd geweld te realiseren. Al met al is het tij gunstig voor gemeenten, hun eigen verantwoordelijkheden in te vullen die de gemeenten op grond van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning hebben. De impulsen die het Rijk wil geven hieraan, bieden kansen (genereren extra lokale/regionale middelen) en brengen ook verplichtingen (Invoering Wet Tijdelijk Huisverbod) met zich mee. 2.6 Knelpunten en mogelijkheden voor intensivering van beleid Echter, doordat er zoveel moest en moet gebeuren, en daarin vaak meteen wordt aangepakt en uitgevoerd, raakt de focus soms wat weg van sommige onderwerpen en voorzieningen. En zijn de nieuwste ontwikkelingen nog niet volledig ingebed. Ook is op enkele vlakken de aanpak vooral nog geconcentreerd op het stoppen en verder voorkomen van Huiselijk Geweld: preventie is nog wat onderbelicht. Al met al valt er zeker nog veel winst te behalen. Hoewel gemeente Hengelo in samenwerking met de overige Twentse gemeenten de aanpak goed in beeld heeft, blijft voortdurende aandacht nodig op een aantal punten. In deze nota wordt hiervan een inventarisatie gemaakt. Dit mondt uit in een aantal maatregelen en acties om dichter bij de gestelde doelen te komen en knelpunten op te lossen. 2.7 Conclusie Vanaf 1999 is in Hengelo intensief aangepakt om Huiselijk Geweld te inventariseren, te voorkomen, stoppen en te verwerken. Gedurende twee jaren is deze aanpak Twents geweest: dit heeft vergaande professionalisering teweeggebracht. In dezelfde tijd is via procesmanagement volwassenen een netwerk gevormd als sluitstuk op de samenwerking van de diverse ketenpartners. Vanaf 2006 (in 2007 in de WMO beschreven) is de aanpak weer lokaal vormgegeven. De gemeente is nu steeds nadrukkelijker regisseur. Diverse successen zijn bereikt tussen 1999 en nu. Hoewel er geen meldcode Huiselijk Geweld bestaat in Hengelo, is samenwerking tussen instellingen bestendigd en is er een duidelijke werkwijze. Deze dient nog wel te worden beschreven. Diverse vormen zijn vanaf 1999 aangepakt. Ook voor de ‘nieuw klinkende’ vormen van Huiselijk Geweld bestaat al een aanpak. Lokaal specifieke, multidisciplinaire, metingen vinden plaats vanaf 2006 (Twentse monitor huiselijk geweld). Naarmate de afspraken over metingen onderling zijn gemaakt, wordt deze monitor in de nabije toekomst een krachtig instrument om succes van beleid te monitoren. In Twente en in Hengelo zijn we –zeker als er landelijk wordt vergeleken- al ver op de goede weg. Op deze goede basis kan worden verdergebouwd. Het landelijk beleid kent in 2002 een duidelijke start. Recent heeft het Kabinet enkele nota’s en brieven laten verschijnen, waarin aangekondigd wordt dat op onderdelen fors wordt geïnvesteerd in de Aanpak Huiselijk Geweld. Dit biedt een gunstige uitgangspositie voor de gemeenten. Knelpunten bevinden zich op het gebied van integrale, multidisciplinaire preventie, het integraal benaderen van álle relevante gebieden en het verstevigen van de regierol van de gemeente hierbij.
Aanpak tegen Huiselijk Geweld 2008-2011
16
In de komende hoofdstukken is het aanpakken van deze knelpunten verwerkt. In hoofdstuk 3 door het bepalen van de visie, doelen en aandachtspunten voor 2008-2011. In hoofdstuk 4 door de omzetting van deze elementen in concrete acties.
Aanpak tegen Huiselijk Geweld 2008-2011
17
3 Visie en Aandachtspunten 2008-2011 3.1 Visie op Aanpak tegen Huiselijk Geweld in gemeente Hengelo Gemeente Hengelo wil voor haar inwoners een veilige gemeente zijn. In programma 3, “Zorg voor de Mens” van de Beleidsbegroting 2007-2010 is het stoppen en voorkomen van Huiselijk Geweld in Hengelo een belangrijk onderwerp. De daadwerkelijke bijdrage aan het stoppen en voorkomen van Huiselijk Geweld wordt geleverd aan onze partners in de keten, grofweg: Politie, Justitie en Hulpverlening, Dienstverlening en Jeugdzorg. Gemeenten zijn aangewezen als regisseur. Uit deze elementen is de visie opgebouwd. Gemeente Hengelo vindt Huiselijk Geweld en alle andere vormen van relationeel geweld volstrekt onacceptabel. De veiligheid moet worden vergroot door Huiselijk Geweld te voorkomen, stoppen en herhaling tegen te gaan. De gemeente voert haar taak uit door ketenregisseur te zijn, die samenwerking stimuleert, ondersteunt en (bij)stuurt11. Concreet vult Gemeente Hengelo deze rol in, door: 1. te stimuleren dat kennis wordt gedeeld – daaronder: blijvend aandacht creëren voor alle vormen van Huiselijk Geweld; 2. te ondersteunen, dat samengewerkt wordt door partners rond cliënten en gezinnen (systemen); 3. te ondersteunen, dat netwerken zich vormen 4. te stimuleren dat ketensamenwerking(en) ontstaan 5. te ondersteunen, dat hindernissen in informatieoverdracht over cliënten weggenomen worden 6. hiervoor zoveel mogelijk financiële middelen voor te genereren. Net als bij het Vangnet 23+/Procesmanagement 23+ wordt gekoerst op het meer omzetten van netwerkbenadering naar ketenbenadering. In de nota Vangnet 23+ wordt hierop dieper ingegaan. 3.2 Aandachtspunten 2008-2011 Uit een analyse van landelijke ontwikkelingen en inventariserende gesprekken met de partners uit hulp- en dienstverlening, politie en justitie is een aantal aandachtspunten naar voren gekomen. Hieruit blijkt dat in deze vier jaren qua acties de focus dient te liggen op vier gebieden: 1. 2. 3. 4.
Evalueren, aanscherpen en aanvullen van het aanbod voor hulpverlening Het vervolmaken van de ketenaanpak bij Huiselijk Geweld Ervoor zorgen, dat bijzondere doelgroepen voldoende aandacht blijven krijgen Het invoeren van landelijke maatregelen.
In de tabel op de volgende pagina lichten wij deze vier gebieden verder toe.
11
Deze visie sluit aan op de doelstelling van het Grote Stedenbeleid: “Hengelo beoogt de aanpak Huiselijk geweld te verbeteren met als doel een vermindering van (herhaling van) huiselijk geweld”
Aanpak tegen Huiselijk Geweld 2008-2011
18
1) Evalueren, aanscherpen en aanvullen aanbod Met als aandachtspunten: - samenhang tussen hulpverlening aan dader en aan slachtoffer (zowel met verplicht als vrijwillig karakter) - een volledig, structureel en specifiek aanbod voor kinderen en jongeren tot 18 jaar - bevordering multidisciplinair aanbod, gericht op het relevante “systeem” (d.w.z. gezin, opvoeders, sociale context van getroffenen). - Vervolmaking statistisch onderzoek - Structureren van het lokale preventieaanbod 2) Vervolmaking ketenaanpak Met als aandachtspunten: - evaluatie en aanscherping huidige werkwijze - vastleggen samenwerkingsafspraken en bijbehorende informatie-uitwisseling - heldere koppeling met jeugdnetwerken/Centrum voor Jeugd en Gezin i.o./Werkwijze Triple-P - verbetering van registratie van informatie - vastleggen werkwijze in proces- en werkbeschrijvingen - verbetering algemene onderlinge informatie-uitwisseling 3) Focus houden op bijzondere doelgroepen Met als aandachtspunten: - nodige verbijzonderingen in werkwijze aanbrengen in de Aanpak tegen Huiselijk Geweld voor: o allochtonen o ouderen o eergerelateerd geweld o loverboyproblematiek o oudermishandeling o en evt. andere groepen 4) Invoering landelijke maatregelen Met als aandachtspunten: - meewerking uitvoering acties uit “Beschermd en Weerbaar”12 (min. van VWS) - invoering Wet tijdelijk huisverbod - zo mogelijk meewerken in aanbod ministerie van WWI: preventief beleid eergerelateerd geweld. 3.3 Conclusie De Aanpak tegen Huiselijk Geweld wordt feitelijk uitgevoerd door de ketenpartners, grofweg: Politie, Justitie en Hulpverlening, Dienstverlening en Jeugdzorg. De gemeente heeft als wettelijke plicht, hierin de ketenregie te voeren. Dit is weergegeven in de Visie op Vangnet 23+, waar deze regie een onderdeel van uitmaakt. Bij deze het uitvoeren van deze regie in de komende jaren, is een aantal aandachtspunten van belang: evalueren, aanscherpen en aanvullen van het hulpaanbod, het vervolmaken van de ketenaanpak, het behouden van focus op bijzondere doelgroepen en het invoeren (en zo mogelijk meedoen aan) landelijke maatregelen en impulsen. De bovenstaande aandachtspunten zijn verwerkt in de doelstellingen en acties die in het volgende hoofdstuk zijn weergegeven. 12
Beschermd en weerbaar, intensivering van de opvang en hulp bij geweld in afhankelijkheidsrelaties, Brief van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport aan de Tweede Kamer, 10 december 2007
Aanpak tegen Huiselijk Geweld 2008-2011
4
19
Doelstellingen en Actieplan 2008-2011
De focus van de beleidsagenda richt zich op de onderstaande doelen I. II. III. IV. V.
Het herkennen en opsporen van Huiselijk Geweld Stoppen van Huiselijk Geweld Voorkomen van Huiselijk Geweld Verminderen van gevolgen van Huiselijk Geweld Het invullen van ketenregie en ketensamenwerking
Deze doelen worden hieronder concreet gemaakt en vertaald in:
De Actieve Aanpak tegen Huiselijk Geweld 2008-2011 DOEL I
Herkennen en opsporen van Huiselijk Geweld
In 2011 is in samenwerking met de partners bereikt, dat alle getroffenen in herkenning en opsporing op gelijke manier “in beeld” zijn. RESULTATEN A. gelijke aandacht voor alle getroffenen: • Huiselijk geweld richting mannen • Loverboys/relationeel geweld pubers • Oudermishandeling • Ouderenmishandeling • Ontspoorde zorg • Huiselijk Geweld in homosexuele relaties • Eergerelateerd geweld B. het (verder) doorbreken van taboes • Huiselijk geweld en allochtonen • Huiselijk geweld richting mannen C. uitbreiding van kennis in het netwerk • Verdere definitie “vindplaatsen” • Versterking professionals: huisartsen, specialisten, paramedici, scholen • Versterking leiders in welzijn: Sportclubs, Jeugdclubs/scouting, etc. • Doorontwikkelen van vroegsignalering bij scholen, kinderdagverblijven, peuterspeelzalen, buitenschoolse opvang, etc. ACTIE 1. Gemeente Hengelo inventariseert samen met belangrijke partners het huidige aanbod, zorgt dat het aanbod zo volledig mogelijk wordt en met elkaar samenhangt. Hierna regisseert de gemeente de uitvoering daarvan.
Aanpak tegen Huiselijk Geweld 2008-2011
DOEL II
20
STOPPEN VAN HUISELIJK GEWELD
In 2011 is in samenwerking met de partners bereikt, dat het gezamenlijke aanbod om Huiselijk Geweld te stoppen volledig gericht is op een systeemgerichte aanpak, een zo snel mogelijke aanpak en het bieden van vroeghulp waar mogelijk. RESULTATEN A. de Wet tijdelijk huisverbod is effectief ingevoerd • het Huisverbod biedt nieuwe kansen om de acute situatie snel veiliger te maken en om eerder vroeghulp in te zetten voor slachtoffers, getuigen en daders. B. er is samenhang aangebracht in het aanbod van hulp- en dienstverlening, justitiële en civielrechtelijke maatregelen • Het huidige aanbod voor het zo snel mogelijk stoppen van Huiselijk Geweld binnen de dienst- en hulpverlening en vanuit justitiële en civielrechtelijke maatregelen (schadevergoedingen) is geïnventariseerd en in samenhang beschreven. Benodigde hiaten worden ingevuld. C. de effectiviteit van maatregelen en van het aanbod is beoordeeld • beoordelen effectiviteit van maatregelen en het aanbod: • evidence-based werken bevorderen • systeembenadering bevorderen • samenhang met Triple-P aanbrengen • uitbreiding van kennis in het netwerk D. De Zorgstructuren voor Jeugd en Volwassenen krijgen nog meer nadruk • De Zorgadviesteams (“Het Klimrek”) worden ingevoerd in heel Hengelo • Procesmanagement voor Volwassenen zorgt er steeds beter voor dat Huiselijk Geweld in ingewikkelde gevallen wordt gestopt • In het Centrum voor Jeugd en Gezin is veel aandacht manieren van stoppen van huiselijk geweld die goed en snel werken ACTIE 1. Gemeente Hengelo zorgt ervoor, dat de invoering van het tijdelijk Huisverbod zo krachtig mogelijk gebeurt. 2. Gemeente Hengelo blijft samenhang aanbrengen tussen maatregelen en vindt zoveel mogelijk manieren, zodat Huiselijk Geweld zo snel mogelijk en zo effectief mogelijk stopt 3. Gemeente Hengelo zorgt ervoor, dat alles wat wordt gedaan om Huiselijk Geweld te stoppen zo goed mogelijk gebeurt: stoppen is in zoveel mogelijk gevallen ook ècht stoppen. In de manieren waarop dat gebeurt, zorgen we dat alle hulp en acties met elkaar samenhangen.
Aanpak tegen Huiselijk Geweld 2008-2011
DOEL III
21
VOORKOMEN VAN HUISELIJK GEWELD
In 2011 is in samenwerking met de partners bereikt, dat het gezamenlijke aanbod om Huiselijk Geweld te voorkomen zoveel mogelijk is ingebed in de werkwijze van de organisaties waar dit nodig is. Dit gebeurt in samenhang met Triple-P en het Centrum voor Jeugd en Gezin. RESULTATEN A. Voorlichting en Educatie vertonen samenhang Ontwikkelen samenhangend programma gericht op jeugd, ouders, volwassenen en zorginstellingen, implementatie door, of via: • Scholen • Centrum voor Jeugd en Gezin • Welzijnsactiviteiten • Werkgevers • Etc. B. Aanpak Kindermishandeling: regionale samenwerking voortzetten Op het gebied van de vorming van het Centrum voor Jeugd en Gezin en de invoering van Triple-P als manier om opvoeden te ondersteunen wordt nu al in Twente en met provincie Overijssel samengewerkt. Gemeente Hengelo blijft zich inzetten in deze samenwerking en zorgt dat de te nemen maatregelen worden ingevoerd. Onderdeel hiervan is het werken volgens de ontwikkelde aanpak van Reflectie en Actiegroep Aanpak Kindermishandeling (RAAK)13. Twente heeft (via Enschede) middelen verkregen voor een coördinator om deze methode in te voeren.
ACTIE 1. Gemeente Hengelo neemt initiatief, om een samenhangend pakket van voorlichting en educatie gericht op het voorkomen van Huiselijk Geweld wordt ontwikkeld en geïmplementeerd. Dit gebeurt zoveel mogelijk hand in hand met de oprichting van het Centrum voor Jeugd en Gezin, en in samenhang met de invoering van Triple-P. 2. Gemeente Hengelo heeft bij het ministerie van Justitie aangegeven mee willen te doen aan een preventieve aanpak tegen eergerelateerd geweld. Als Hengelo wordt geselecteerd, gebruikt de gemeente dat aanbod van het ministerie. 3. Via de RAAK-methode wordt in de komende jaren een beproefde, sluitende aanpak tegen kindermishandeling in Twente ingevoerd. Hengelo doet hieraan mee.
13
Zie: www.samenopvoeden.nl
Aanpak tegen Huiselijk Geweld 2008-2011
DOEL IV
22
HET VERMINDEREN VAN DE GEVOLGEN VAN HUISELIJK GEWELD
In 2011 is in samenwerking met de partners bereikt, dat het gezamenlijke aanbod om Huiselijk Geweld te verminderen geïnventariseerd en verstevigd is. RESULTATEN A. Na ontdekking wordt hulpverlening zo vroeg mogelijk gestart Door zo snel mogelijk hulpverlening te starten na de opsporing, gericht op het systeem, wordt vanaf het eerste moment zoveel mogelijk verdere schade voorkomen. B. Na behandeling worden cliënten over langere tijd gevolgd Kritisch, multidisciplinair blijven volgen van cliënten, ook na een langere periode kan ervoor zorgen dat eventuele terugval zichtbaar wordt en aangepakt kan worden. C. Voor kinderen, jeugd, jongvolwassenen, ouders en andere specifieke groepen bestaat een samenhangend hulpaanbod Met voorrang wordt een regulier, samenhangend aanbod gecreëerd voor kinderen, jeugd, jongvolwassenen en ouders. Met “Let op de Kleintjes” is een voorbeeldgevend begin gemaakt. ACTIE 1. Gemeente Hengelo zorgt er met de partners voor, dat het bestaande hulpaanbod wordt bekeken en aangevuld. Hierbij ligt prioriteit bij jeugd en jongeren. 2. Gemeente Hengelo gaat naar aanleiding van het verwerken van de huidige werkwijze tot een meldcode Huiselijk Geweld met de partners in gesprek over de ervaren inefficiënties in de huidige werkwijze. Waar nodig en mogelijk wordt het aanbod aangevuld.
Aanpak tegen Huiselijk Geweld 2008-2011
DOEL V
23
Het invullen van ketenregie en ketensamenwerking
In 2011: - is er een lokaal convenant Aanpak tegen Huiselijk Geweld (prioriteit) - is er een Hengelose meldcode Huiselijk Geweld (prioriteit); - zijn er afspraken over en middelen voor informatieuitwisseling - is er onderzoek geweest naar structureel en herkenbaar maken van middelen op de gemeentelijke begroting en heeft zo mogelijk hierover besluitvorming plaatsgevonden. Het gaat hier om het verder creëren van een setting waarin partners elkaar kunnen vinden bij het oplossen van Huiselijk Geweld-situaties. De gemeente jaagt daarbij aan, faciliteert en financiert, is daarmee Ketenregisseur. RESULTATEN A. Er is een lokaal convenant Aanpak tegen Huiselijk Geweld In het convenant wordt minstens afgesproken: • Hoe een melding Huiselijk Geweld gezamenlijk wordt opgepakt om het Huiselijk geweld te stoppen, te verminderen, te voorkomen, en gevolgen hiervan aan te pakken. • Hoe wordt omgegaan met data-uitwisseling • Hoe wordt omgegaan met bekostiging B. De huidige werkwijzen zijn beschreven en afgesproken in een Meldcode Huiselijk Geweld De huidige aanpak bij melding van Huiselijk geweld is op onderdelen al beschreven. Werkwijzen van overleggen zijn ook deels beschreven. Deze onderdelen worden geïnventariseerd, aangevuld en vervat in een Meldcode Huiselijk Geweld. C. Naar aanleiding van het Lokaal Convenant Aanpak tegen Huiselijk Geweld zijn afspraken vastgelegd over de mogelijkheden van data uitwisseling. Deze is ondersteund met een geautomatiseerd systeem Op basis van de werkwijzen en afspraken in het huidige procesmanagement 0-23 kon tot op heden goed worden samengewerkt rondom Huiselijk Geweld. Maar de afspraken zijn niet specifiek genoeg; ook is nog geen volledig geautomatiseerd systeem (i.c. VIS-2) voor alle partners toegankelijk. D. Middelen voor incidentele impulsen worden gezocht; waar nodig wordt structurele financiering gezocht. De voor Huiselijk Geweld-beleid lokaal aan te wenden middelen bestaan
Aanpak tegen Huiselijk Geweld 2008-2011
24
momenteel uit een te beperkt provinciaal GSB-budget. Er zijn meer mogelijkheden. Ook in de samenwerking met Centrumgemeente Enschede worden afspraken gemaakt over de verdeling van de structurele middelen die het rijk naar verwachting vanaf 2008 beschikbaar zal stellen. ACTIE 1. Hengelo zorgt ervoor dat er een Meldcode Huiselijk Geweld komt. Hierbij wordt gezorgd voor afspraken over het uitwisselen van informatie. Dit uitwisselen wordt ondersteund met een geautomatiseerd systeem. 2. Via diverse wegen wordt waar mogelijk: • impulsgeld gegenereerd op basis van incidentele subsidies bij derden • structureel budget gegenereerd, zodat onderdelen uit de aanpak die tot het standaardaanbod behoren, structureel worden ondersteund • de invulling van subsidierelaties met partners wordt bezien en waar nodig gericht ingevuld, om de ondersteuning van het Huiselijk Geweld beleid te ondersteunen.
Aanpak tegen Huiselijk Geweld 2008-2011
5
25
Communicatie
Communicatie is een belangrijk middel bij de Aanpak tegen Huiselijk Geweld. Dit gaat om voorlichting en om het sterker maken van de communicatie tussen alle partners die het Huiselijk Geweld aanpakken. Voor het uitvoeren van de acties uit deze Aanpak wordt een apart communicatieplan geschreven. In het beschikbare budget is hiermee rekening gehouden.
Aanpak tegen Huiselijk Geweld 2008-2011
26
27
Aanpak tegen Huiselijk Geweld 2008-2011
6
Financiën
6.1 Begroting In de jaren 2008 en 2009 worden de beschreven acties gestart. Dat zijn de jaren waarin budget benodigd is om de nodige impulsen te geven. Gemeente Hengelo investeert tussen 2008 en 2011 in totaal €195.000,-- Het budget daarvoor is afkomstig uit zowel GSB-3 gelden als uit de gelden voor de uitvoering van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning. In het onderstaande overzicht wordt aangegeven hoe het budget wordt ingezet. 2008 (€) 3.000
2009 (€) 11.000
2010 (€) 5.000
2011 (€) 5.000
Totaal (€) 24.000
II. Stoppen van Huiselijk Geweld
3.000
11.000
5.000
5.000
24.000
III. Voorkomen van Huiselijk Geweld
2.000
43.000
5.000
5.000
55.000
12.500
12.500
5.000
5.000
35.000
V. Invullen Ketenregie en Ketensamenwerking
9.500
17.500
5.000
5.000
37.000
Communicatie
5.000
5.000
5.000
5.000
20.000
35.000 100.000
30.000
I. Herkennen en Opsporen van Huiselijk Geweld
IV. Verminderen gevolgen van Huiselijk Geweld
Totaal
6.2
30.000 195.000
Dekking
Middelen voor beleid Huiselijk Geweld zijn afkomstig uit de middelen voor Grote Stedenbeleid (provinciale afspraken). Deze moeten uiterlijk 2009 besteed zijn. Post Huiselijk geweld (HUISGEW3) Post Migrantenvoorlichting (MIGR.VOORL3) Post GIP
€40.000 €20.000 €15.000 + €75.000
Verder wordt in de reguliere begroting vanaf 2008 €30.000 opgenomen, afkomstig vanuit het WMO budget. De GSB-3 gelden geven zo de beoogde impuls; de structurele financiering zorgt ervoor dat de doelen verder goed kunnen worden behaald. Middelen kunnen per doel verschuiven, bijv. vanwege uitkomsten uit werkgroepen en prioriteitsstellingen.
Aanpak tegen Huiselijk Geweld 2008-2011
28
Aanpak tegen Huiselijk Geweld 2008-2011
Bijlage I
29
Samenvatting van landelijke gegevens
Bron: Factsheet Huiselijk Geweld 2007. MOVISIE - www.huiselijkgeweld.nl
1. Landelijke Statistieken Jaarlijks publiceert MOVISIE de factsheet Huiselijk Geweld. Onderstaande kaders zijn hieruit gelicht, om een indruk te krijgen over de landelijke aard en omvang van huiselijk geweld in de laatste jaren. De genoemde bronnen zijn ook in het factsheet opgenomen. Aard, omvang en achtergronden van Huiselijk Geweld In 2004 is de politie begonnen met de landelijke registratie van aard, omvang en achtergronden van huiselijk geweld. In 2004 werden er 56.335 incidenten gemeld, in 2005 zijn dat er 57.421. Naar schatting is dat 10-12% van de incidenten bij de politie worden gemeld, dus de daadwerkelijke omvang is vele malen groter.
Uit de profielanalyse van slachtoffers blijkt dat ruim 76% van het vrouwelijke geslacht is. De meeste slachtoffers (50,4%) zijn tussen de 25 en 45 jaar. Bij seksueel geweld echter is ruim 20% van de slachtoffers tussen de 0 en 12 jaar en 23% tussen de 12 en 18 jaar. Huiselijk geweld tegen mannen Duidelijk is dat ook mannen slachtoffer van relatiegeweld kunnen worden. Het blijkt dat het voor mannen moeilijker is om hulp in te roepen en dat het geweld door professionals minder wordt gesignaleerd, omdat die er minder alert op zijn. Uit onderzoek van Van Dijk e.a. blijkt dat mannen even vaak als vrouwen ooit in hun leven slachtoffer zijn geweest van huiselijk geweld (inclusief kindermishandeling). Wel blijkt uit het onderzoek dat tegen vrouwen in het algemeen meer frequent en ernstiger geweld wordt gebruikt dan tegen mannen. Vrouwen en meisjes worden vooral slachtoffer van seksueel geweld, jongens worden vaker het slachtoffer van fysieke kindermishandeling. Huiselijk geweld tegen kinderen Uit onderzoek onder professionals verricht door de Leidse Universiteit blijkt dat in 2005 107.200 kinderen tussen de 0 en 17 jaar slachtoffer waren van kindermishandeling (IJzerdoorn, 2007). Onderzoek door de Vrije Universiteit van Amsterdam onder scholieren tussen de 12 en 16 jaar leidt tot een schatting van 160.700 kinderen die slachtoffer zijn (geweest) (Lamers-Winkelman, 2007). Naar schatting overlijden ongeveer 40 tot 80 kinderen aan de gevolgen van kindermishandeling. 4 tot 11% van de kinderen tot tien jaar is ooit slachtoffer geweest van lichamelijk geweld, 1 tot 3% is slachtoffer geweest van seksueel geweld (Van Dijk, 1997). Van alle tieners tussen tien en twintig jaar heeft 8% te maken gehad met seksueel geweld.
Aanpak tegen Huiselijk Geweld 2008-2011
30
Huiselijk geweld tegen ouderen Ouderenmishandeling komt voor in gezins- en familierelaties, maar ook in relaties met beroepskrachten. Vaak zijn de mishandelingen moedwillig en weten daders goed wat ze doen. Onder mishandeling van een ouder persoon wordt behalve eerder genoemde vormen ook financiële uitbuiting verstaan. Vaak is het slachtoffer geheel of gedeeltelijk afhankelijk van degene die mishandelt. Ze handelen bijvoorbeeld uit financieel gewin, desinteresse of wraak. Soms is de mishandeling het gevolg van overbelasting van de mantelzorger. Dit noemen we ‘ontspoorde zorg’. In 1996 is het eerste grootschalige onderzoek uitgevoerd naar aard en omvang van ouderenmishandeling. Uit dit onderzoek bleek dat 5,5% van de (zelfstandig wonende) bevolking van 65 jaar en ouder slachtoffer is geweest van enigerlei vorm van mishandeling. Huiselijk geweld bij allochtonen 24% van de allochtonen is ooit slachtoffer geweest van huiselijk geweld Van Dijk et al, 2002). Dit percentage is veel lager dan uit onderzoek onder autochtonen blijkt (45%). De onderzoekers hebben echter aanwijzingen voor onderrapportage. Uit het onderzoek blijkt verder dat er grote verschillen zijn tussen de vier allochtonen groepen. Zo heeft 41% van de Antilliaanse en Arubaanse ondervraagden aangegeven slachtoffer te zijn van huiselijk geweld tegen 14% van de Marokkanen. Van de Surinaamse respondenten geeft 28% aan slachtoffer te zijn van huiselijk geweld, onder Turkse respondenten is dit percentage 21%. Wanneer we kijken naar de verschillende vormen van huiselijk geweld, valt op dat alle vormen onder allochtonen minder vaak worden genoemd dan onder autochtonen. De sterkste verschillen vinden we bij Turken en Marokkanen, gevolgd door Surinamers en Antillianen en Arubanen. Voor alle groepen geldt echter dat het gerapporteerde seksueel geweld op een beduidend lager niveau ligt dan in het onderzoek onder autochtonen. Wat verder opvalt, is dat het erop lijkt dat de groep allochtonen die geweld rapporteert, melding maakt van langduriger en ernstiger geweld dan de autochtone groep(Van Dijk et al, 2002 in factsheet huiselijk geweld 2007).
Aanpak tegen Huiselijk Geweld 2008-2011
Bijlage II
31
Werkwijze van Gemeente Hengelo
1. Huidige activiteiten en werkwijze De huidige activiteiten van Gemeente Hengelo zijn: VI. VII. VIII. IX. X. XI.
Dagelijks Procesmanagement Maandelijks Casuïstiek Overleg Huiselijk Geweld Organisatie van Multi-Disciplinaire Overleggen (MDO’s) Regelmatig overleg met Justitie 4 netwerklunches Huiselijk Geweld per jaar Incidentele (financiële) ondersteuning van activiteiten ter voorkoming of verwerking van Huiselijk Geweld XII. Uitvoering geven aan maatregelen: uithuisplaatsing verdachten huiselijk geweld. XIII. Het verzamelen van statistieken en gegevens
I. Dagelijks Procesmanagement Het Procesmanagement 23+, waarvan de gemeentelijke Aanpak tegen Huiselijk Geweld een onderdeel is, is gebaseerd op de volgende werkwijze14. Binnen de ketenbenadering zoeken de hulpverleners, dienstverleners en partners uit de veiligheids/handhavingssector elkaar telkens uit eigen beweging op, indien de situatie van de cliënt vraagt om een multidisciplinaire aanpak. Als de uitkomst van het samenwerkingsproces een nadeel op dreigt te leveren voor de cliënt oplevert of dreigt op te leveren, regisseert de PM23+ op aanvraag van een of meer instellingen om tot een plan van aanpak te komen. Dit gebeurt in het Vangnet 23+-overleg (regulier) of via een Multidisciplinair Overleg (complexe multiproblemcasus). In de dagelijkse praktijk, is de procesmanager tevens de vraagbaak van instellingen, waar het gaat op welke plaats in het netwerk of de keten een deel van de oplossing van de situatie/casus Huiselijk Geweld een bijdrage is te vinden. Hier wordt dan de kennisfunctie ingevuld. II. Maandelijks Casuïstiek Overleg Huiselijk Geweld Maandelijks vindt het Casuïstiek Overleg Huiselijk Geweld plaats. De Procesmanager 23+ zit dit voor. Het doel van het overleg is, om knelpunten en kennishiaten op te sporen omtrent individuen (slachtoffers, verdachten, getuigen, cliënten) binnen de context van het “Huiselijk”-e aspect van geweld (systeem). Uitkomst van de bespreking per casus: een plan van aanpak met afspraken, die in een samenwerkende context zijn gemaakt. Hierin overleggen de onderstaande partijen: -
14
Politie (taakaccenthouder Huiselijk Geweld, Teamchef handhaving, regionaal coördinator Huiselijk Geweld, afvaardiging bureau Borne) Advies- en Steunpunt Huiselijk Geweld Algemeen Maatschappelijk Werk (Carint) Reclassering (Tactus, Leger des Heils) Justitie (parketsecretaris) Beleidsmedewerker Huiselijk Geweld.
Nota Visie Vangnet 23+, gemeente Hengelo, november 2007
Aanpak tegen Huiselijk Geweld 2008-2011
32
De procesmanager 23+ ziet toe op overige verbindingen: intern (bv. SZW, Onderwijs en Jeugd, Afd. Veiligheid, etc.) en extern (bv. Bureau Jeugdzorg, Justitie). Waar mogelijk en nodig worden verbindingen actief gelegd. Dit overleg vindt sinds 2005 plaats, en heeft in meer dan 40 complexe situaties meegeholpen om tot snelle(re) oplossingen voor beëindiging van Huiselijk Geweld of ondersteuning van de getroffenen van Huiselijk Geweld. Het Casuïstiek Overleg vindt op procesregie/tactisch niveau plaats. Het MDO vindt vaak plaats op het uitvoerend niveau. III. Multidisciplinaire Overleggen (MDO’s) In multiproblem situaties bij het aanpakken van Huiselijk Geweld kan op aanvraag van één van de instanties door de Procesmanager een MDO worden georganiseerd. De cliënt(en) en de relevante organisaties zijn hierbij op uitnodiging van de PM aanwezig, zodat op korte termijn de situatie rondom de cliënt(en) een op maat gemaakt plan van aanpak gezamenlijk gerealiseerd wordt. IV. Regelmatig overleg met Justitie Eén van de pijlers van de Aanpak tegen Huiselijk Geweld is dwang: het aanpakken van het wettelijk niet toegestane geweld. Hierbij bewaakt de Procesmanager, dat in de gehele situatie, stappen zo bevorderend mogelijk worden gezet. Hiermee wordt bijvoorbeeld voorkomen, dat een vrijlating van een verdachte leidt tot accuut gevaar voor slachtoffers/getuigen. Binnen de wettelijk toegestane mogelijkheden leidt samenspraak en helicopterview hier tot een grotere veiligheidsgarantie. V. Vier netwerklunches Huiselijk Geweld per jaar De mensen die dagelijks zorgen voor het daadwerkelijke aanpakken en voorkomen van Huiselijk Geweld komen elk kwartaal bijelkaar in de Netwerklunch Huiselijk Geweld. Er wordt informatie uitgewisseld over diverse onderwerpen. Hierbij is meestal een spreker uitgenodigd. Via het lunch-element leert men onderling de mensen in het netwerk kennen en welke rol zij spelen. Het bereik is telkens tussen de 40 en 60 personen, uit zo’n 25 organisaties. Een recente evaluatie leerde, dat aan de lunch veel behoefte is, onder meer omdat men “de gezichten achter de organisaties” leert kennen. VI.
Incidentele (financiële) ondersteuning van activiteiten ter voorkoming of verwerking van Huiselijk Geweld Hiermee wordt deelname in overleggen bedoeld, zoals het overleg rondom de Aanpak Loverboys. Ook werd tot nu toe bijgedragen aan het aanbod “Let op de Kleintjes”, voor kinderen die getuigen waren/zijn van Huiselijk Geweld. VII. Uitvoeren van maatregelen: Uithuisplaatsing plegers Huiselijk Geweld. In 2008 wordt de maatregel Uithuisplaatsing plegers Huiselijk Geweld van kracht. Deze moet worden uitgevoerd door de gemeenten. De voorbereiding hiervan en de uitvoering als schakel in de keten plaatsen is een taak die wordt opgepakt. De pilots in drie gemeenten in Nederland worden eind 2007 geëvalueerd. Op basis hiervan vindt de invoering in overige gemeenten plaats. VIII. Het verzamelen van statistieken en gegevens Medio 2007 is de eerste Twentse Monitor Huiselijk Geweld verschenen. Hiermee is de grove gegevensstroom vanuit CBS en bestanden van diverse handhavende/hulpverlenende instanties gekanaliseerd tot een statistisch verantwoord beeld. In Twents verband wordt dit onderzoek met regelmaat herhaald. De
Aanpak tegen Huiselijk Geweld 2008-2011
vergelijkbaarheid maakt, dat zo mogelijk acties ingezet op basis van betrouwbare, specifieke gegevens. 2. Ontwikkelingen in de organisatie: Vangnet 23+ De in 4.1 aangegeven werkwijze wordt voortgezet, tot het moment dat het Vangnet 23+ verder is ontwikkeld. Deze ontwikkeling staat gedurende 2008 op de agenda. Meerdere overleggen binnen het Procesmanagement 23+ zoals het Casuïstiek Overleg Huiselijk Geweld worden in het nieuwe model gecombineerd, zodat de tijdsbelasting voor de partners zo min mogelijk is en daar waar nodig extra verbanden kunnen worden gelegd. Een en ander staat beschreven in de nota Procesmanagement 23+.
33