Aan het College van B&W van de gemeente Maastricht Postbus 1992 Maastricht Aan COA Sir Winston Churchilllaan 366a 2285 SJ Rijswijk Maastricht, 14 juni 2016. Op 14 mei jl. ontvingen wij in een brief van 12 mei 2016 (uw referentie 2016-12886) de reactie van het College van B&W op onze brief van 9 april 2016. Uw brief heeft bij de bewonerscommissie niet alleen verbazing, maar ook en vooral teleurstelling en zelfs irritatie opgeroepen. Wij constateren namelijk dat u een groot aantal vragen niet beantwoordt, omdat u beweert dat dit niet uw zaak is, maar die van het COA; de vragen die u vervolgens wél beantwoordt zijn in buitengewoon vaag geformuleerd en soms in semi-moralistische termen; in enkele antwoorden draait u duidelijk om de essentie van de vraag heen. Het is om deze reden dat wij ons met een reeks aanvullende, zeer concrete vragen tot u richten met het vriendelijke doch dringende verzoek daarop concreet te antwoorden; bij voorkeur altijd met verwijzing naar het nummer van de vraag. De aanvullende vragen vloeien voort uit een ‘waarheidsqueeste’ die wij als bewonerscommissie hebben verricht naar de feitelijke gang van zaken rondom de aanwijzing van het pand Parkweg 20 tot AZC. Wij stellen de vragen zowel aan het College van B&W van de gemeente Maastricht, als aan het COA te Rijswijk, omdat wij tot dusverre bij de beantwoording van een aantal van onze vragen erop worden gewezen dat het niet een zaak is die de gemeente, respectievelijk het COA betreft en zodoende geen antwoord krijgen op onze vragen. Het zou u sieren indien wij op zeer korte termijn antwoorden op onze vragen krijgen. Tevens verzoeken wij u deze brief alsook uw antwoord te voegen bij de stukken van de eerst komende raadsvergadering. 1. Op welke data en op welke manier(en) heeft Vos Investment Groep het pand Parkweg 20 officieus/informeel, als ook officieel onder de aandacht van het COA gebracht? Gelieve kopie van het document bij te voegen van het officiële ‘onder de aandacht brengen’. 2. Wat was de eigendomssituatie op de datum dat het pand ‘onder de aandacht’ van het COA werd gebracht? 3. Bent u als College van B&W, dan wel als burgemeester, op enigerlei wijze vóóraf betrokken geweest bij overlegsituaties over het opstellen van een mogelijk aan de gemeenteraad ter stemming voor te leggen motie over de opvang van extra aantallen vluchtelingen? 4. Is in een Presidiumoverleg aan de orde geweest - en zo ja, op welke datum - dat Parkweg 20 beschikbaar was voor de opvang van asielzoekers en is toen van daaruit het signaal – hoe, wanneer, door wie en in wiens/wier opdracht? - richting een of meerdere politieke partijen - welke? - gegaan om te komen tot het opstellen van de genoemde motie? 1
5. Is het College van B&W op de hoogte van het feit dat het initiatief tot het opstellen van de motie van 15 september 2015 is uitgegaan van de PvdA-fractievoorzitter? 6. Weet u dat de initiatiefnemer van deze motie in het dagelijks leven directeur is van de HIT Foundation? 7. Bent u op de hoogte van de binding die deze stichting heeft met uw gemeente, de provincie Limburg en het COA? 8. Bent u op de hoogte van het feit dat de werkzaamheden van de HIT Foundation onder andere liggen op het vlak van begeleiding van vreemdelingen? 9. De Nederlandse Overheid en samenleving hechten zeer aan de aantoonbare integriteit van het handelen van overheidsdienaren en ambtsdragers. Hebt u zich er van vergewist – zo ja hoe en wanneer – dat er geen sprake is van laakbare belangenverstrengelingen, als ook de schijn van die belangenverstrengelingen is vermeden (zie de gemeentelijke integriteitscode)? 10. In hoeverre hebt u daadwerkelijk onderzoek - wanneer, door wie uitgevoerd en met welke vastgelegde resultaten – doen uitvoeren of vastgoed in Maastricht redelijkerwijs geschikt kan worden gemaakt voor de opvang van vreemdelingen, zoals in de motie vermeld? 11. Hebt u een of meer onafhankelijk extern bureau(s) ingeschakeld dat/die volgens de in dit verband veel gehanteerde methode van multipele criteria analyse tot een objectieve beoordeling van de verschillende realistische locatie-opties is gekomen? 12. Wat is in het overleg dat op 3 maart 2016 tussen u, het COA en Vos Investment Groep besproken ten aanzien van het pand Parkweg 20? Gelieve het gespreksverslag van dit overleg bij te voegen. 13. Was u op de hoogte dat dit pand op de genoemde datum eigendom was van LEA Immobilien Vermittlung (NRW) en dat dit voor Euro 725.000,= werd verkocht? 14. Heeft een bibob-toets plaatsgevonden? 15. Was u op de hoogte dat dit pand op 3 maart 2016 eigendom was van LEA Immobilien Vermittlung (NRW)? 16. Is tijdens dat overleg van 3 maart 2016 gesproken over de eventuele zakelijke, personele en familiale relaties tussen bestuurders /aandeelhouders van LEA en Vos Investment Groep? 17. Wat waren uw conclusies ten aanzien van deze relaties? 18. Vindt u dat u bestuurlijk zorgvuldig heeft gehandeld door de omwonenden van Parkweg 20 volledig buiten het overleg inzake de locatiekeuze te houden, terwijl u hen door uw ‘achterkamertjespolitiek’ wel en kennelijk ‘ontoetsbaar’ en niet getoetst in een publiek raadsdebat, de lasten op de schouders legt? 19. Op 4 maart 2016 heeft de levering van het pand Parkweg 20 plaatsgevonden aan LEA. Welk verband bestaat er tussen het gesprek van 3 maart en de levering op 4 maart 2016? 20. Wat zijn de achterliggende redenen om het pand Parkweg 20 aan een Duitse firma te verhuren? Heeft u daar een fact finding onderzoek naar laten verrichten? Door wie en met welke resultaten? 21. Kunt u met zekerheid een gemaskeerde witwas-operatie uitsluiten? 2
22. Hoe valt het te rijmen dat de door het COA in de aan uw College gerichte brief van 21 maart 2016 om in te stemmen met het verhuren van pand Parkweg 20 melding wordt gemaakt van het feit dat Vos Investment Groep bereid is het pand voor vijf jaar te verhuren, terwijl Vos Investment Groep op dat moment helemaal niet meer de eigenaar van het pand was? Was u niet op de hoogte van de verandering van de eigendomsverhouding? 23. Welke precieze binding op zakelijk, personeel en/ of familiaal vlak is er tussen LEA en Vos Investment Groep? 24. Heeft u op 23 maart 2016 uitsluitend de fractievoorzitters van de Raad op de hoogte gesteld van de wijze waarop uw College uitvoering heeft gegeven aan de door de meerderheid van de Raad aangenomen motie van 15 september 2015? 25. Heeft de Raad plenair in deze zijn controlerende taak uitgeoefend (of effectief heeft kunnen uitoefenen) door vragen te stellen over de gehele gang van zaken op basis van in opdracht van uw College samengestelde besprekingsnotie(s) en/of onderliggende (onderzoeks)rapporten m.b.t. keuzes, opties en verantwoordingen? 26. Wilt u ons alsnog het verslag van de besloten bijeenkomst van 23 maart 2016 doen toekomen waaruit al dan niet blijkt of er feitelijk sprake is geweest van een het effectief uitoefenen van de controlerende taak door Raad in een plenair en openbaar debat? 27. Uit het ons beschikbare verslag van de besloten bijeenkomst van 23 maart 2016 blijkt dat de burgemeester zich als volgt heeft uitgelaten: ‘Gevraagd wordt hoe om gegaan wordt met bezwaren van de buren. Er wordt veel geïnvesteerd in communicatie. Maar het is niet zo dat het verzoek van het COA niet ingewilligd wordt als er weerstand is bij direct belanghebbenden.’ In hoeverre is de aangehaalde passage een bewijs van het volledig uitschakelen van belanghebbende omwonenden mochten die problemen hebben met uw besluit uw volle medewerking te verlenen aan de realisatie van de aanwijzing van Parkweg 20 tot een AZC voor de huisvesting van 330 asielzoekers? 28. Vindt uw College dat een dergelijke uitspraak getuigt van respect ten aanzien van alleszins gerechtvaardigde belangen van omwonenden in een rechtstaat? 29. Past het naar uw oordeel binnen democratische verhoudingen dat belanghebbende omwonenden volledig te negeren bij de keuze van locaties voor AZC’s? 30. In het verslag van het burengesprek van 24 maart 2016 wordt het volgende gesteld: ‘Het organiseren van een inspraakproces over de locatiekeuze had valse verwachtingen opgeroepen. Daarom heeft het college besloten direct na het besluit te communiceren, en meteen te starten om het gesprek te voeren over de wijze waarop zo goed mogelijk invulling kan worden gegeven aan de dependances.’ Vindt u dat dit past binnen een transparante lokale democratie waarin iedere burger het recht heeft c.q. de mogelijkheid moet hebben om effectief invloed uit te oefenen op het handelen van de overheid? 31. U bent op de hoogte van de criteria die het COA stelt ten aanzien van de locatie van een AZC. Hoe komt het dan dat u instemt met de keuze voor deze locatie, terwijl deze in strijd is met de criteria van het COA zelf (o.a. niet bij open water)? 3
32. Vaart uw College blind op het oordeel en het voorstel van het COA, dus zonder enige toetsing? 33. Wat is uw mening over het feit dat het COA u een voorstel doet voor een locatie die in strijd is met door de organisatie zelf opgestelde regels? 34. Realiseert u zich dat wanneer er ongelukken gebeuren door de specifieke ligging bij het open water (in strijd met de regels) dan wel door de nauwelijks aanwezige afstand tot de bestaande omliggende bebouwing, dat u en het COA daarvoor maatschappelijk, politiek en juridisch verantwoordelijk zullen worden gesteld? 35. Wat vindt u van het feit dat er – afgaande op de tekst van de brief van het COA waarin het verzoek om met de locatie Parkweg 20 in te stemmen - kennelijk tussen u en Vos Investment Groep gesprekken zijn gemaakt over de bestemming van het pand Parkweg 20 ná afloop van de maximale vijf jaar gebruik van het pand voor vreemdelingen? Wat is besproken? Graag een verslag van dit gesprek. 36. Bent u op de hoogte van de reputatie van Vos Investment Groep? Zie de link: http://925.nl/archief/2015/04/17/vet-cashen-op-commercieel-vastgoed-met-sheldoninvest-en-vos-investment-groep/ 37. In hoeverre worden de kosten verbonden aan het geschikt maken van het pand Parkweg 20 betaald uit de algemene middelen? Welk bedrag is daarmee naar schatting gemoeid? Gaarne een overzicht van de geschatte kosten aan ons en de Raad te doen toekomen. 38. Wordt bij vaststelling van de aanwezigheid van asbest in het pand de asbestverwijdering betaald door het COA, c.q. een overheidspartij? Welke kosten zijn daarmee naar schatting gemoeid? 39. In hoeverre is er overleg geweest met LEA, dan wel Vos Investment Groep, over de verbouwingen in het pand? Dit opdat de aanpassingen voldoen aan alle met betrekking tot onder andere van (brand)veiligheid en verantwoorde bewoning door zo velen voldoen aan de geldende normen. 40. In hoeverre worden de beoogde en thans reeds op definitieve besluitvorming uitgevoerde aanpassingen al afgestemd op het toekomstige gebruik na afloop van de periode van verhuur aan het COA? 41. Wat is uw oordeel over het feit dat de investeringen t.b.v. het geschikt maken van het pand Parkweg 20 voor gebruik door asielzoekers met overheidsgelden gefinancierd worden en vervolgens ten goede komen aan de particuliere partij? 42. Is dit niet een vorm van ongewenst financieel faciliteren van een marktpartij door de overheid? 43. Hebt u een idee wat het betekent voor vluchtelingen en omwonenden indien 330 personen extra (hoe welkom ook, in weliswaar een beduidend kleiner aantal) op een zo’n relatief klein woongebied ingekneld tussen Kennedybrug, Blekerij, Parkweg en Sint Lambertuslaan worden geplaatst? 44. Bent u op de hoogte dat ter plaatse geen of nauwelijks buitenruimte beschikbaar is voor kinderen om (veilig) te spelen? 45. Is de bepaling van het aantal vluchtelingen in het pand Parkweg 20 slechts bepaald door het aantal beschikbare vierkante meters binnenruimte? Kunt u uitleggen op basis 4
van welke normen u tot bepaling komt van het aantal voor AZC Parkweg 20 te huisvesten asielzoekers? 46. Hebben financiële en logistieke wensen van het COA dé grondslag bij uitstek gevormd voor de bepaling van het aantal vluchtelingen op deze locatie? 47. Is er over gedacht om de 330 vluchtelingen te spreiden over heel Villapark, Sint Pieter en Jekerdal en actief te zoeken naar geschikte locaties in de hele wijk? 48. Hoe valt te verklaren dat in tegenstelling tot uw eerder standpunt (eerste brief van de burgemeester: ‘de vestiging van een omvang daarom rechtstreeks mogelijk is’), toch een bestemmingsplanwijziging voor het pand Parkweg 20 noodzakelijk is, als ook een omgevingsvergunning (tweede brief van de burgemeester: er wordt gesproken van ‘afwijking van het bestemmingsplan’)? Heeft u de Raad bewust of onbewust verkeerd voorgelicht door dit standpunt in te nemen, om zodoende een door u gewenst besluit te forceren? 49. Wat is uw oordeel over het feit dat nu al werkzaamheden in het pand Parkweg 20 plaatsvinden terwijl de omgevingsvergunning nog niet verleend is? Kunt u zich voorstellen dat de omwonenden dit als een bestuurlijke provocatie ervaren? 50. Stel, er wordt in uw directe omgeving op 10 meter afstand, zonder enige vorm van voorafgaand overleg, bepaald dat er 330 vluchtelingen voor 5 jaar worden geplaatst, wat zou u persoonlijk daarvan vinden? Zou u zélf door uw gemeentebestuur zo willen worden behandeld en benaderd? Vindt u dat u uw burgers serieus neemt? Gaat onder de ‘valse verwachtingen’ van de burgemeester immers niet een totale minachting ten opzichte van omwonenden schuil? Op basis van de door ons verrichte ‘waarheidsqueeste’ en de daaruit resulterende bevindingen zijn wij vooralsnog (in afwachting van een precieze feitelijk beantwoording van onze vragen) van oordeel dat de casus AZC Parkweg 20 een schoolvoorbeeld is van de manier waarop het Openbaar Bestuur niet behoort te functioneren en dus ook Maastricht onwaardig is! Op 12 juni 2016 zei de burgemeester tijdens een radio-uitzending van L1 De Stemming ‘dat burgers met hun vragen en zorgen op hun wenken worden bediend’. Wij nodigen de burgemeester graag uit te bewijzen dat zij haar woorden serieus neemt in de dagelijkse praktijk! De bewonerscommissie La Motterie p/a Blekerij 92f 6212 XZ Maastricht De bewonerscommissie van de Résidence La Motterie p/a De Blekerij 92f 6212 XZ Maastricht Mieke van Zutphen, voorzitter Aafje Barkhof Tonk Murrer 5
Nico Nelissen Ans Philippens C.C. aan: Leden van het College van B&W van de gemeente Maastricht Leden van de gemeenteraad Maastricht Commissaris van de Koning, de heer Bovens Buurtplatform Villapark, Sint Pieter, Jekerdal Redactie Dagblad De Limburger Redactie L1 Redactie RTV Maastricht Redactie 1 Maastricht
6