Postadres: Will Kranenburg Stompwijkseweg 40 2266 GG Leidschendam tel. 070-3275668 fax 070-3018782 e-mail:
[email protected] www.duurzaamleidschendamvoorburg.nl
Aan:
Stadsgewest Haaglanden t.a.v. Dagelijks Bestuur Postbus 66 2501 CB Den Haag
BETREFT: zienswijze ontwerp-Regionaal Structuurplan Leidschendam, 27 januari 2008 Geacht Bestuur,
Bijgaand stuur ik u de zienswijze van Platform Duurzaam Leidschendam-Voorburg op het ontwerpRegionaal Structuurplan Haaglanden en bijbehorende MER-stukken. Het Platform Duurzaam Leidschendam-Voorburg acht een nieuw RSP voor heel Haaglanden nuttig en nodig. Het is goed om de bestaande en aanstaande structuurvisies van de aangesloten gemeenten af te stemmen in een gezamenlijke visie op heel Haaglanden. Dit betekent overigens niet dat ons Platform bepaalde keuzes afwijst.
A. Algemeen: centrumgemeente wil te veel – het gaat om de regio als geheel Een keuze in het ontwerp-RSP die het Platform afwijst, is om de centrumgemeente Den Haag impliciet te volgen in haar ambitie om in inwonertal harder te groeien dan de planbureaus van de regering en het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) aangeven. Deze keuze werkt met grote effecten door in het hele RSP. Het CBS gaat op dit moment uit van een groei van de bevolking van de gemeente Den Haag van 475.676 nu naar 490.325 in 2020 (3% groei in 13 jaar). Voor Rijswijk zijn de CBS-cijfers een daling van 46.696 nu naar 44.557 in 2020 (0,5% krimp) en voor Leidschendam-Voorburg een groei 74.150 nu naar 75.229 in 2020 (1,5% groei in 13 jaar). De gemeente Den Haag ambieert echter in 2020 een bevolkingsomvang van 505.000 inwoners. Dat is bijna 15.000 inwoners méér dan het CBS realistisch acht. Er zijn dus 7.000 à 8.500 woningen minder nodig dan waarvoor de centrumgemeente ruimte claimt via het RSP, onder meer de Vlietzone. Als het Den Haag al lukt die expansie te realiseren tegen realistische verwachtingen in, dan kan dat al snel ten koste gaan van de omringende gebieden. Waaronder de aangrenzende Haaglandengemeenten. Lukt het de centrumgemeente onvoldoende, dan zullen de nieuwe woningen best wel vol komen, maar dreigt leegstand van minder aantrekkelijke woningen en leegloop en verloedering van bepaalde wijken – de ‘Vogelaar-wijken’ van de toekomst en dweilen met de kraan open gedurende enkele decennia voor deze minister en haar opvolgers. Hetzelfde patroon geldt voor de bedrijventerreinen. Minder bevolkingsgroei beïnvloedt het aantal arbeidsplaatsen. Het ontwerp-RSP geeft zelf al aan dat vanaf ongeveer 2020 in onze regio de beroepsbevolking (20- tot 65-jarigen) zal gaan krimpen. Dus minder bedrijventerreinen nodig. Herstructurering en ‘recycling’ van bestaande bedrijventerreinen zal dus heel veel nadruk moeten
Platform Duurzaam Leidschendam-Voorburg werkt lokaal samen met bewoners, gemeente en andere organisaties aan duurzame ontwikkeling gebaseerd op de Lokale Agenda 21 zoals vastgesteld op de VN-conferentie van Rio de Janeiro in 1992.
2
krijgen. Maar die krijgt het niet, zoals ook de Kamer van Kooplanden Haaglanden met zorg constateert. Zij noemt het “een absolute noodzaak dat het roer wat betreft het gemeentelijk beheer van bedrijventerreinen drastisch wordt omgegooid. Anders blijft het dweilen met de kraan open. De snelle verpaupering van terreinen is grotendeels het gevolg van gebrek aan aandacht en opportunisme van gemeenten” (persbericht 14 september 2007). Geen misverstand overigens: ook Platform Duurzaam ziet het belang van een sterke centrumgemeente die een motor-functie heeft voor de hele regio. Afremmen van leegloop van de grote stad, die daardoor blijft zitten met een bovengemiddeld aantal lage inkomens en zorgbehoeften, is ook een belang van de regio als geheel. Maar een blinde expansiedrift is dan geen goed middel. Veel belangrijker is dat de kwaliteit van de openbare ruimte kan concurreren met die in randgemeenten. Aantrekkelijke straten en winkelpleinen, veel minder vervuiling (graffiti, zwerfvuil, kauwgom, hondenpoep), minder herrie, goede luchtkwaliteit, minder overlast, een groter gevoel van veiligheid op straat, sociale samenhang in buurten. Daarin moet veel meer worden geïnvesteerd en Haaglanden moet daarin de centrumgemeente waar mogelijk steunen. In het ontwerp-RSP krijgt dit nauwelijks aandacht als factor voor de motor-functie van de centrumgemeente. Samengevat: het ontwerp-RSP gaat te veel uit van expansie en te weinig van onderhoud, kwaliteitsverbetering en herstructurering van de openbare ruimte en van bedrijventerreinen. Des te belangrijker wordt het daarom, dat de uitvoering van het RSP periodiek zal worden herijkt aan de bevolkingsprognoses en de woningbehoefte en behoefte aan bedrijventerreinen. Het Platform steunt krachtig deze eis van de gemeenteraad van Leidschendam-Voorburg. Daarom dringen wij erop aan dat u de onderliggende cijfers van het RSP aangaande bevolkingsprognoses helder presenteert en tevens drie varianten laat opstellen van de kerncijfers van het RSP: uw huidige variant op basis van groei, een ‘reële’ variant op basis van CBS-cijfers, en een krimpvariant (bijvoorbeeld 10% minder groei dan het CBS nu verwacht). Alleen dan kan het bestuur van Haaglanden (en kunnen wij) uw ontwerp-RSP realistisch beoordelen. Alleen dan kan uw beslissing een verantwoorde zijn.
B. Vlietzone ontwikkelen tot groene oase voor de omringende grote stadswijken De alinea’s over de Vlietzone in het ontwerp-RSP lopen over van formuleringen voor een robuust groene Vlietzone: groenblauwe schakel Zwethzone-Vlietzone, trekvaartlandgoederen, verbetering van de open doorkijken vanaf de Vliet, Provinciale Ecologische Hoofdstructuur, cultuurhistorisch, groene recreatief-ecologische zone langs de Vliet, recreatieve fietszone met veel potentie, stadsrandpark, groene dooradering van de stad, sportvoorzieningen, duurzame ontwikkeling van de Vlietzone, robuust en aantrekkelijk gebied voor groen, natuur, recreatie en sport. Hoe wil Haaglanden dit realiseren? Zó: • een haven annex industrieterrein van 7 hectare voor milieuhinderlijke bedrijven (vuiloverslag met stank; betoncentrales met fijnstof, kankerverwekkend chroom en herrie; asfaltcentrale met hoge concentraties van toxische stoffen); • 6.500 woningen; • autowegen: weg parallel aan A4 om deze rijksweg te ontlasten, de Trekvliet-autoweg met tunnelmond (fijnstof!); • een hoogstedelijk milieu rond het Prins Clausplein; • afschermende (kantoor)bebouwing langs de A4; • tramlijn in lengterichting door de Vlietzone.
3
Kortom, wat het ontwerp-RSP schrijft over de Vlietzone, is ongeloofwaardig. Dit kan eenvoudigweg niet allemaal tegelijk in deze beperkte ruimte. Om de ambities van het RSP tot hun recht te laten komen, zijn minstens drie Vlietzones nodig. Het RSP kiest niet. Het bestuur van Haaglanden poogt dit te verdoezelen met de bezweringsformule: eenderde natuur/groen/recretatie/sport, eenderde wonen, eenderde werken/bedrijfsterreinen. (Waarbij op de kaarten de wijk Leeuwenbergh ook nog eens als groen is meegeteld in plaats van als rood!) De betrokken gemeenten in Haaglanden zijn er niet in geslaagd een compromis te bereiken. Dit is bestuurlijk ongewenst en roept het gevaar van getouwtrek en hap-snap-beslissingen op, met verrommeling van het gebied als effect. Platform Duurzaam Leidschendam-Voorburg roept Haaglanden op te kiezen voor ontwikkeling van de Vlietzone tot een groene oase van allure, vergelijkbaar met Westbroekpark/Scheveningse bosjes, met natuur (landgoederen, doorkijkjes), sportvoorzieningen (sportvelden, sporthal, manege, tennis, golf) en recreatie (volkstuinen, fietspaden, wandelpaden, paardenpaden, pretpark). Onze argumenten: 1) De groene Vlietzone ligt vandaag niet langer aan de rand van de grote Haagse agglomeratie, maar er middenin. Meer dan 150.000 mensen wonen op maar enkele kilometers afstand (Voorschoten, Leidschendam, Voorburg, Rijswijk, Ypenburg, Leidschenveen, Delft-Noord). Deze groene long ligt ideaal voor recreatie, sport, natuur en groen. Dit nu volbouwen wordt een historische vergissing die komende generaties ons zullen nadragen als bijzonder dom – zoals wij het zouden vinden als in de jaren van woningnood kort na de Tweede Wereldoorlog het Haagse Bos of de Scheveningse Bosjes zouden zijn volgezet met flatbouw en bedrijventerrein. 2) Dit gebied is “van te grote waarde voor de regio om aldaar milieuhinderlijke bedrijvigheid op te vangen,” schrijft de Kamer van Koophandel Haaglanden terecht over de afspraak tussen Leidschendam-Voorburg, Rijswijk en Den Haag (Binckhorst) om daar hun vuilnisoverslag, betonfabrieken en asfaltcentrales te dumpen. 3) De Vlietzone heeft belangrijke natuurwaarden. Sommige delen (de landgoederen VredenoordHoornbrug, Zeerust en Dorrepaal) zijn onderdeel van de Provinciale Ecologische Hoofdstructuur, die de nationale ecologische hoofdstructuur (EHS) invult. Uitgerekend deze hoek van de Vlietzone is aangewezen voor haven met milieuhinderlijke bedrijven. Bij de EHS geldt het compensatiebeginsel. (Bouw)activiteiten zijn niet toegestaan tenzij er sprake is van een aangetoond zwaarwegend maatschappelijk belang én door de initiatiefnemer is onderbouwd dat er geen alternatief kan worden gevonden. Is dat alternatief er echt niet, dan moeten aangetaste natuurwaarden elders worden gecompenseerd. De Vlietzone heeft een schitterend fauna met hazen, konijnen en 55 verschillende soorten vogels: A. In de weilanden: ooievaars, lepelaars, reigers, zwanen, rotgans, brandgans, witte gans, canadese- en nijlgans, tureluur, waterhoentjes, meerkoeten, wilde eenden, sterntjes, zilver- en kokmeeuwen, scholeksters, kieviten, fazanten. B. Uit de bos- en parkranden: groene specht, grote- en kleine bonte specht, vlaamse gaai, sperwer, torenvalk, buizerd, arendbuizerd, (jonge) grauwe kiekendief, (kerk)uil, groen parkietpapegaaien, gierzwaluw, boeren zwaluw, houtduiven, merels, lijsters, spreeuwen, huismussen, heggemus, zwarte roodstaarten, roodborstje, winterkoninkje. staartmees, pimpelmezen, koolmezen, vink, distelvinken, eksters, kraaien en kauwtjes. C. In en langs het boezemwater: ijsvogel, dodaars, aalscholver, fuut, wintertaling en watersnip. Een aantal van de genoemde soorten zijn zeer of vrij algemeen, maar anderen zijn zeldzaam. Een deel staat echter op de rode lijst: tureluur, stern, groene specht, grauwe kiekendief, kerkuil, boerenzwaluw, huismus, wintertaling, watersnip. Bijgevolg is er in het kader van de MER een grondig flora- en faunaonderzoek nodig. In het zuidelijkste deel van de Vlietzone – uitgerekend de locatie die is aangewezen voor haven met milieuhinderlijke bedrijven – ligt een vogelreservaat. In dit deel van de Vlietzone zitten ook bijzondere
4
vleermuizen. Uit het rapport Inventarisatie Vleermuizen Parkeergarage Hoornwijck te Rijswijk (Aqua Terra Nova BV, juli 2006) blijkt dat hier boombewonende vleermuizen aanwezig zijn zoals de laatvlieger, de ruige dwergvleermuis, de grootoorvleermuis, gewone dwergvleermuizen. en mogelijk ook de rosse vleermuis. Deze vleermuizen genieten een hoge bescherming in Nederland en Europa (zie de Flora- en Faunawet en de Habitatrichtlijn , bijlage IV: zij moeten strikt worden beschermd.) Zij verblijven ondermeer tussen landgoed Zuid Hoorn, de Kansjesmolensloot en Vogelrustgebied Vredenoord. Ook Het Zuid-Hollands Landschap heeft bij u zijn zorgen geuit over uw plannen met de Vlietzone. 4) De Vlietzone draagt cultuurhistorische waarden. De weilanden hebben nog een uniek oud slotenpatroon met kleine weilanden (akkertjes) en greppels, een zogenaamd slagenlandschap, en wellicht zelfs het enige dat nog is overgebleven in Nederland. De afwisseling van open weidse landschappen, oude ophaalbruggen en landgoederen en buitens aan weerskanten van de Vliet maakt het een uniek gebied binnen de grote agglomeratie. Bijzonder zijn ook de archeologische elementen (Forum Hadriani) in een van de meest noordelijke plekken waar de Romeinen zich ooit gevestigd hebben. 5) Bij de allure van Den Haag als ‘International Capital of Law’ en werkgebied van vele expats hoort een goede groene dooradering van het woongebied. Den Haag heeft dat niet. Het is helemaal niet zo’n groene stad en haalt zónder een groene Vlietzone lang niet de norm van 75 m2 per inwoner (studie van Alterra). Het wordt dat geenszins een “sterke stad in een aantrekkelijk groen landschap” zoals het RSP ambieert (deel B blz.18). 6) Het is vreemd om groen in de Vlietzone op te offeren voor uitplaatsing van milieuhinderlijke bedrijven uit de Binckhorst, om vervolgens in diezelfde Binckhorst nog méér gebouwen te gaan slopen om een fors stuk recreatief groen te gaan ontwikkelen, zoals blijkt uit kaarten voor de Binckhorst (Nieuw Binckhorst, samenvatting beslisnotitie, pag.7 – op website gemeente Den Haag). Dit is een merkwaardige kapitaalvernietiging en verspilling van belastinggeld inéén. 7) Studies van Hoogheemraadschap Delfland (Waterkansenkaart) geven aan dat de Vlietzone ongeschikt is voor verstedelijking, Daarentegen biedt het in groene vorm wel mogelijkheden voor de benodigde waterberging binnen de agglomeratie. Samen met 33 milieu- en bewonersorganisaties uit Den Haag, Rijswijk, Voorbrug en Leidschendam pleit Platform Duurzaam voor een samenhangend plan voor een groene en recreatieve Vlietzone. Dat vraagt enerzijds om behoud, anderzijds verbetering en ontwikkeling. Met als doel dat heel veel inwoners van de Haagse agglomeratie van dit gebied kunnen genieten. Behouden moet blijven: de cultuurhistorische waarden, het vogelreservaat, het prachtig onderhouden terrein van de golfvereniging, de unieke buitenhuizen en bijbehorende schitterende landgoederen, de slagenlandschappen, de voor iedereen toegankelijke volkstuinen (puike parkjes in zichzelf!), de schilderachtige ophaalbruggen, de stukken open weiland met zichtlijnen. Verbetering en ontwikkeling: ontsluiting met fietsroutes en wandelpaden, paardenpaden bij de manege, bossages met picknickhoekjes, kleinschalige recreatievoorzieningen (naast behoud van het pretpark) op en langs de Vliet, herstel van het uitzicht en de zichtlijn vanuit museum Hofwijck, verbetering en groene aankleding van de omgevingen rond de NS-wasplaats en de kleine bedrijfsterreinen. De 33 organisaties beschikken samen over een gedetailleerde kennis van dit gebied en willen graag meedenken en meewerken aan zo’n samenhangend plan. In het ontwerp-RSP is sprake van een masterplan (integrale gebiedsvisie) voor de Vlietzone, op te stellen door de gemeente Den Haag met betrokkenheid van de gemeenten Rijswijk en LeidschendamVoorburg. Pas dan zal duidelijk worden wat onze bestuurders en politici daadwerkelijk van plan zijn met de Vlietzone, want het RSP ontwijkt belangrijke keuzes. Dit betekent dat wij als burgers recht hebben om ook over dat masterplan inspraak te leveren, evenals onze gekozen Raadsleden.
5
Daarom verlangen wij dat er eerst een ‘program van eisen’ wordt opgesteld voor dit masterplan en wordt behandeld in de Gemeenteraden van de drie betrokken gemeenten. Wethouder Houtzager wees op de bepaling over de samenwerking met de gemeenten Den Haag en Rijswijk om tot een integraalplan voor de Vlietzone te komen. Ik heb geadviseerd eerst een Programma van Eisen op te stellen met inspraak van de gemeenteraden en daarna pas het opstellen van een masterplan met ook weer inspraak van de gemeenteraden. Wat betreft de naar de Vlietzone uit te plaatsen vuilnisoverslag merken wij nog op dat eerst containersering moet worden onderzocht: ophaalwagens met een persinstallatie plus container, waarna de containers zo op boot (of trein of trailer) kunnen richting vuilverbranding, dus zonder een overslagstation aan een haven. Dit kan op termijn een gunstiger en milieuvriendelijker investering blijken dan aanleg van een nieuwe haven en bouw van een nieuw overslagstation. Een andere mogelijkheid kan zijn om de overslag ondergronds te doen. Wat betreft de uit te plaatsen betoncentrales verwijzen wij naar indicaties dat er overcapaciteit is op dit gebied in onze regio. Onderzocht moet worden of sanering van een of meer centrales niet meer voor de hand ligt dan verplaatsing. Verder verdient ook hier de mogelijkheid van ondergronds brengen van deze activiteit een onderzoek. Het zou de directe omgeving bevrijden van stof, fijnstof, kankerverwekkend chroom, geluidsoverlast en zichtbederf. Ook hier moet onderzocht worden of ondergronds brengen op de bestaande locaties uiteindelijk niet een betere investering is dan aanleg van een nieuwe haven voor verplaatsing.
C. Infrastructuur: voorkom nieuw sluipverkeer en verslechtering luchtkwaliteit Platform Duurzaam is tegen de ingetekende weg die het einde van de Noordsingel in Leidschendam verbindt met de A4. Dat wordt een sluiproute van de A4 vanuit Leiden/Amsterdam naar de Norah vice versa. Als ook – zoals het RSP aangeeft – Stompwijk wordt aangesloten op de A4, komt daar nog sluipverkeer vanuit Noord- en Oost-Zoetermeer bij. De Noordsingel is nu een Leidschendamse lokale doorgaande route met groene golf. Als deze route zou worden opgeblazen tot een regionale (sluip)route, komt de gemeente Leidschendam-Voorburg onder druk van bewoners om de groene golf om te zetten in een ‘rode golf’. Leidschendam is dan zijn lokale doorgaande route kwijt. Bovendien doorsnijdt een verlengde Noordsingel het recreatie- en natuurgebied Leidschendammerhout, dat pas onlangs met veel tamtam door Provincie en gemeente is geopend. Het ontwerp-RSP voorziet in (auto)wegen parallel langs de A4 in of zelfs door het midden van de Vlietzone. Dat zou nodig zijn voor ontlasting van de A4 van niet-doorgaand verkeer en voor ontsluiting van een volgebouwde Vlietzone. De weg langs de Vliet zou dan teruggebracht kunnen worden tot een recreatieve route. Het Platform zet vraagtekens achter dit plan. De bouw van 6.500 woningen en hoge kantoorbouw betekent ook de komst van 9.000 of veel meer auto’s. De druk op de Vlietbruggen en de Voorburgse verbindingen zullen sterk toenemen. Het lijkt een illusie te denken dat de weg langs de Vliet gemist zou kunnen worden als ontsluitingsweg en voor doorgaand verkeer. In de Netwerkanalyse Zuidvleugel wordt zo’n parallelweg genoemd voor het ontvlechten van het verkeer op de A4 en echt niet voor ontsluiting van een vol te bouwen Vlietzone. Vervanging van de groene long Vlietzone door autoverkeer aantrekkende woningen, kantoren en bedrijven betekent een toename van fijnstof en stikstofoxiden in dit gebied. De niveaus liggen hier echter nu al hoog. De kritische grenzen kunnen gemakkelijk dwars door de ingeplande woongebieden komen te lopen. Het is dus zaak dit punt vooraf grondig te onderzoeken, in plaats van erop te speculeren dat achteraf de zwarte piet kan worden toegespeeld naar bezwaarmakende groepen of de Raad van State.
6
D. Het Plan-MER klopt op een aantal punten niet In het Milieueffectenrapport (plan-MER) bij het RSP worden, met name voor de Vlietzone, een aantal effecten gebrekkig of misleidend beschreven. Niet beschreven worden bijvoorbeeld de effecten van aanleg van een haven. Ten onrechte stelt het rapport dat er geen negatieve effecten voor de natuur zijn. De inzet van restwarmte van DSM en de waterzuiveringsinstallatie AWZI wordt ten onrechte positief beoordeeld: deze bronnen liggen te ver weg. De effecten voor cultuurhistorische en archeologische waarden worden ten onrechte positief in plaats van negatief beoordeeld. De effecten voor de luchtkwaliteit worden slechts voorzien van ‘aandacht vereist’ terwijl zij overduidelijk negatief zijn. Voor meer details verwijs ik naar de zienswijze die Vereniging Park Hoornwijck uit Rijswijk d.d. 27 december 2007 naar u heeft gestuurd. De passage vanaf pag.9 “Het Milieueffectrapport” t/m pag.10 “...leiden tot emissies” moet u achten onderdeel uit te maken van onze Platform-zienswijze.
E. Periodiek herijken tijdens uitvoering Wij steunen krachtig het verlangen van de Gemeenteraad van Leidschendam-Voorburg om bij de uitvoering de RSP-plannen periodiek te herijken aan met name de bevolkingsprognoses, de woningbehoefte en de behoefte aan bedrijventerreinen. Het RSP en met name de centrumgemeente zetten immers in op een sterkere groei dan CBS en planbureaus van de regering voorzien (zie onder A ‘centrumgemeente wil te veel’).
Met hoogachting,
J. van Workum, voorzitter Platform Duurzaam Leidschendam-Voorburg