België – Belgique P.B. 9120 BEVEREN 1 3/9270
P007581
Jaargang 17, nr.67 januari-februari-maart 2015, driemaandelijks
Inhoud Wildlife: Harde winters Natuur: De Mikisew Cree First Nation Prestigieuze Belgische tentoonstelling in Canada A Journey Into the Wild
Zondag 15 maart 2015 Canadian Golden Day Maatschappelijke zetel vzw, Laurierstraat 44, 9120 Melsele IBAN: BE15 7376 0334 8430 BIC: KREDBEBB Tel: 03/775 42 85 Web : www.vlacan.be e-mail :
[email protected]
Een tijd van vrede, maar ook een tijd van ijshockey
Afgiftekantoor Beveren 1
Onze beste wensen voor 2015 Our best wishes for 2015
!
Nos meilleurs voeux pour 2015
De harde winters eisen een zware tol voor de wildlife in Toronto Het overleven in de Canadese winters is een strijd voor zelfs de meest geharde dieren. De bittere koude, voortdurende duisternis en schaarse aanwezigheid van prooien, vergen van het primordiaal instinct om te overleven extreme inspanningen die in de andere seizoenen ongekend zijn. De winter van 2013 was een van de zwaarste in Toronto. Het was een zware tol voor de wildlife in het gebied, met name de vogels die toegang moeten hebben tot ijsvrij water. Een record aantal stierf tijdens die wintermaanden en de 'Toronto Animal Services' zagen een toename van 66 procent van meldingen over dode vogels. De 27 leden van het personeel van het 'Toronto Wildlife Center' - de enige faciliteit in zijn soort in de GTA - zijn belast met de reddings- en revalidatie van dieren die behoefte hebben aan een helpende hand, vragen meer middelen om zo te voorkomen dat de omvang van de wildlifeslachtoffers nog zou oplopen dan die afgelopen winter. "Vorig jaar was een waanzinnig jaar voor ons," zegt TWC dierenarts Heather Reid. "Omdat de Grote Meren dichtgevroren waren en Georgian Bay bevroor voor de eerste keer in 20 jaar, was er een massale volksverhuizing van watervogels overal ter wereld." Een watervogelsoort die bijzonder hard getroffen was, waren de 'Grebes', nauwe verwanten van de 'Loon' die moeite hebben met het lopen op land omdat hun poten ontwikkeld zijn om te peddelen. Het wildlife centrum, kan tussen de 150 en 400 dieren opvangen op elk gegeven moment afhankelijk van de soort. De kou was zo intens bij momenten dat zelfs de niettrekvogels, die ogenschijnlijk bestand zijn door de evolutie om te overleven in alles wat de Canadese winter te bieden heeft, waren bedreigd. "Ze moesten crash landings maken, ze waren uitgehongerd, wanneer ze uiteindelijk open water(ijsvrij) vonden was er een enorme concurrentie met de andere vogels", zegt Reid. Vele watervogels moesten worden gered nadat ze vastzaten in het ijs om wanhopig naar voedsel te zoeken. Reid en haar team ontfermde zich over de dieren die konden gered worden, tot ze weer sterk genoeg waren dat ze terug de natuur in konden. De kosten die het centrum moet maken zijn enorm. Het centrum probeert via fondsen aan de financiële middelen te komen om de speciale voedingsmiddelen te kopen die vaak nodig zijn voor bepaalde diersoorten, zoals coyotes die vleescomponenten zoals kwartel, muizen of ratten in hun dagelijkse maaltijden nodig hebben. Het centrum ontfermt zich ook vaak over buidelratten - die dikwijls te lijden hebben van bevriezing van hun "naakte" oren en staarten. Ook Vleermuizen soms hulp nodig hebben om te herstellen van gevallen van bevriezing. Alle zorg eist specifieke gereedschappen en materialen. "We hebben nood aan medische artikelen; veel bandage materialen en een groot aantal medicijnen", zegt Reid. Het centrum hoopt $75.000 bijeen te krijgen voor het ergste van de komende winter gearriveerd is.
De 'Mikisew Cree' willen het 'Wood Buffalo National Park' op de UNESCO lijst 'bedreigde gebieden' De 'Mikisew Cree First Nation' vragen aan de Verenigde Naties om 'Wood Buffalo National Park' op de lijst van bedreigde werelderfgoed sites te zetten. Het nationale park dat zich uitstrekt over de grens van Alberta en de N.W.T. bezit één van de grootste inland zoetwater delta's in de wereld, één van de redenen waarom het op de UNESCO werelderfgoedlijst terecht kwam in 1983. De delta wordt gevormd door de Peace River en de Athabasca River. Mikisew Cree First Nation Chief, Steve Courtoreille, zegt dat de 'Bennett Dam' rampzalige gevolgen heeft voor het ecosysteem, al sinds de bouw ervan in de late 1960 's. Hij zegt dat het waterpeil in de delta is gedaald, meren zijn opgedroogd en de eerder zo overvloedige muskusrat, die ooit centraal stond in de manier van leven van zijn volk, is vrijwel verdwenen uit de omgeving. Courtoreille zegt dat hij verwacht dat de gevolgen van de nog te bouwen 'BC Hydro's site C dam', goedgekeurd in oktober 2014, op de Peace River, nog meer schade zal aanrichten, en is ook bezorgd over de impact van de uitbreidende industrialisatie van oliezand ontginning ten zuiden van het park. "We zijn bang dat ons park niet langer een world heritage park zal zijn, maar een stuk braakliggend terrein, waar niets te zien is," zei hij. Courtoreille zegt dat de mensen in 'Fort Chipewyan, Alta.' , gewaar worden dat 'BC Hydro' bij het verder ontwikkelen van een tweede dam in de Peace River hun manier van leven en de dier- en vogelsoorten die het park leven nog meer bedreigen terwijl het andersom zou moeten zijn. De 'First Nations' verzoekschrift aan de UNESCO pleit voor een betere wet- en regelgeving en een verder onderzoek naar de beoogde effecten van de industriële activiteit op de ecologie van het park. Ze pleiten ook voor een bufferzone rond het park, waar de industriële bedrijvigheid die aan het park grenzen verboden zouden moeten worden. "Deze buffer zou het deel van de delta beschermen die niet opgenomen is in het 'Wood Buffalo National Park' alsook de habitat beschermen van een bedreigd soort kraanvogel die hier voor komt." aldus Alison Ronson, uitvoerend directeur van de Canadese Parken en Wilderness Society van Noordelijke Alberta . Ze zegt dat haar organisatie de 'Mikisew Cree First Nation' steunt in haar poging om het park toegevoegd te krijgen aan de UNESCO-lijst van 'Werelderfgoed in gevaar'. "Wanneer een site wordt geplaatst op deze lijst, van erfgoedgebieden die in gevaar zijn, zou het een verplichting van de overheid om daarop te reageren en te werken met de UNESCO om ervoor te zorgen dat deze natuurlijke site, van belang zowel voor Canada als internationaal, zo snel mogelijk wordt behandeld en beschermd," zei ze. 'BC Hydro' heeft verklaart dat ze een milieueffectrapport laten uitvoeren heeft en hierdoor ook de goedkeuring om verder te gaan met de 'Site C dam'. Niemand van 'Parks Canada' was beschikbaar voor commentaar.
Prestigieuze Belgische reizende tentoonstelling in Canada
Bron: Gemeente Zonnebeke Vanaf 6 november 2014 opent er in het Canadian War Museum in Ottawa een tijdelijke tentoonstelling ‘Gas Mud and Memory’. De tentoonstelling, een samenwerking tussen het Canadian War Museum en Memorial Museum Passchendaele 1917, vertelt het verhaal van de Canadezen die in België vochten tijdens de Eerste Wereldoorlog. De tentoonstelling focust op de aanpassingen die het Canadese leger onderging na de gasaanvallen bij Ieper en na de modderslag van Passendale in 1917. Het Memorial Museum Passchendaele 1917 zorgde voor unieke bodemvondsten die uit de Vlaamse grond opdoken, maar wel een stukje Canadese geschiedenis met zich meedragen. Ook de collectieve herinnering aan de Eerste Wereldoorlog in zowel België als Canada zal uitgebreid aan bod komen. Een belangrijk onderdeel hiervan is het beroemde gedicht ‘In Flanders Fields’ van John McCrae. Daarenboven dook nu het nieuws op dat de tentoonstelling een extra Belgisch tintje krijgt. Op de website van Canberra Times (http://www.canberratimes.com.au/act-news/war-memorials-menin-gatelions-to-return-to-ypres-for-passchendaele-centenary-20140903-10bt4n.html) verscheen het bericht dat de 192-jarige oude originele leeuwen, die op plaats stonden waar nu de Menenpoort staat, vanuit Australië zullen reizen om aansluiting te vinden bij de gezamenlijke tentoonstelling in Canada. De Ieperse leeuwen werden na de oorlog geschonken aan Australië, maar nu wil men de leeuwen laten rondreizen gedurende de herdenkingsperiode. De eerste stop op hun reis over de wereld wordt dus Ottawa, waar ze te bezichtigen zullen zijn in de tentoonstelling. Uiteindelijk keren de leeuwen ook naar Ieper terug ter nagedachtenis van de honderdjarige herdenking van de Slag van Passendale.
A Journey Into the Wild: In augustus van 2014 maakten Erwin, een collega-leraar en ik, een lang gekoesterde droom waar: in het Noordwesten van Canada in de provincie Yukon een tocht van 370 km maken met de kano op de Teslin en Yukon rivier met input te Johnson’s Crossing en output te Carmacks. Yukon Territory is vooral gekend omwille van de legendarische Klondike Gold Rush, soms ook genoemd Yukon Gold Rush of Alaska Gold Rush. Ongeveer 100.000 goudzoekers trokken tussen 1896 en 1899 naar de Klondike, nadat ze vernomen hadden dat daar goud was gevonden. De meesten voeren met een schip tot Skagway in Alaska en trokken dan met hebben en houden over de Chilkoot of White Pass om vervolgens een vlot te bouwen waarmee ze dan vanaf Lake Lindeman of Lake Bennett Whitehorse hoopten te bereiken. Van Whitehorse stroomafwaarts op de Yukon rivier
moesten ze dan nog eens 780 km
varen naar Dawson City in de Klondike regio. Naar
schatting bereikten slechts 30.000 stampeders de Bonanza Creek bij Dawson City, waar de meesten geen goud, maar wel armoede, ellende en ziekte aantroffen. Legendarische Goldrush figuren zijn de bij Lake Bennett geboren First Nations
Skookum Jim en zijn zus Kate Carmack, die huwde met en later scheidde van George Carmack, naar wie Carmacks genoemd werd. Vermeldenswaard is ook de ‘stampeder’ en schrijver Jack London, vooral dan omwille van zijn twee bekende Yukon romans, The
Call of the Wild ( 1903 ) en Wild Fang ( 1906). Charlie Chaplin bracht in 1925 de komische - of moeten we zeggen tragische –stomme speelfilm uit over dit thema met als titel The Gold Rush. The National Geographic Society maakte in 2013 de documentaire The Klondike Gold Rush. Wie meer geïnteresseerd is in ‘faction’ ( = een combinatie van facts en fiction ) kan kijken naar de door Discovery Channel in 2014 op de markt gebrachte mini tv-show in 3 delen :
Klondike,. Wie meer wil lezen kan o.a. terecht op volgende websites: http://en.wikipedia.org/wiki/Klondike_Gold_Rush
http://thecanadianencyclopedia.ca/en/ http://klondike-history.discovery.com/ Yukon Territory ligt in het Noordwesten van Canada en heeft een oppervlakte van 482.443 km2 ( ong. zo groot als Spanje ). In het oosten grenst de provincie aan de Northwest Territories, in het zuiden aan British-Columbia en in het westen aan de VSstaat Alaska. In het noorden strekt de provincie zich uit tot boven de poolcirkel en tot aan de zee van Beaufort. In 2011 woonden 33.897 mensen in de provincie, waarvan twee derden alleen al in de hoofdstad. De hoofdstad is Whitehorse aan de Yukon rivier. Het klimaat in de provincie is vrij extreem met in de zomer temperaturen tot + 30° Celsius en in de winter tot -50° Celsius. ( Bron: Encylopaedia Britannica ). Op 5 augustus landden we op de Erik Nielsen International Airport van Whitehorse, waar een medewerkster van Up North, één van de vele ‘outfitters’ in de stad ( website: www.yukonwild.com
), ons oppikte om onze Canadese kano klaar te maken voor de
tocht: tenten, slaapzakken, kookgerief, kleren, eten voor de hele trip, een beperkte voorraad drinken en overlevingsmateriaal
werden in waterdichte tonnen en zakken
geladen. ’s Anderendaags om 9 u. transporteerde een medewerker van Up North ons met kano en materiaal over de Alaska Highway een 130 km meer naar het zuiden tot Johnson’s Crossing waar de Alaska Highway de Teslin rivier kruist. Gewapend met slechts de Teslin River Guide: Johnson’s Crossing - Carmacks van Len Webster en Harris Cox met daarin 26 tamelijk gedetailleerde kaarten van de rivieren, staken we van wal. We besloten te overnachten bij een ‘Trapper Cabin’ , gesitueerd bij de Hundred Mile Creek. Midden in de nacht werden we plots wakker gemaakt door een zee van licht in de tenten. Niet de RCMP, maar de eigenaar van de hut en een vriend waren met een motorboot gearriveerd.
Geen
probleem,
de
wildernis is van iedereen, beweerden ze. Tot onze ontsteltenis stelden we ’s anderendaags ’s morgens echter vast
dat
open
en
bloot
in
de
motorboot op een twintigtal meter van de tenten, een geslachte en uitgebeende
eland
lag.
De
Yukon
brochure “ How to Travel Safe in
Bear Country?”
vertelt nochtans
uitdrukkelijk dat alle voorwerpen die geuren bevatten, inclusief tandpasta’s en de kleren waarin gekookt werd,
in tonnen en waterdichte zakken moeten opgeborgen
worden op ten minste 300 meter van de slaapplaatsen. Grizzly Bears en Black Bears hebben immers een beperkt gezichtsvermogen, maar een enorm ontwikkelde reukzin. Citaat: “Bears are thought to have the best sense of smell of any animal on earth. For
example, the average dog’s sense of smell is 100 times better than a human’s. A blood hound’s is 300 times better. A bear’s sense of smell is 7 times better than a blood hound’s or 2.100 times better than a human’s ”. En wij maar investeren in ‘Bear Bangers’ en ‘Bearspray’! Reguliere jacht of stroopjacht: dat komen we wel nooit te weten! De
Teslin
rivier
is
ietwat
meer
afgelegen dan de Yukon en we hebben dus de volgende dagen veel wilde dieren gezien: o.a. Bald Eagle, Moose, Cliff Swallow,
Belted Kingfisher en
één Wolf, maar nooit een bruine of zwarte beer… Om onze investering een klein beetje te gelde te maken hebben we dan op de kampplaats voor Sheldon Creek met de ‘Bear Banger’ toch
maar
eens
een
testkogel
afgevuurd. De dubbele knal was meer dan geruststellend om de nacht door te brengen. Nadat we met succes doorheen de Roaring Bull Rapids gevaren waren, kampeerden we ter hoogte van Teslin Crossing in een First Nations Fish Camp and Heritage Site. De Tlingit First Nations leven al eeuwen in dit gebied en komen in de zomermaanden naar hun Fish Camps om
tijdens
de
Salmon
Run
hun
voorraad zalm te vangen en te drogen. First Nations Salmon is qua smaak en geur ongeëvenaard. Teslin Crossing is de plaats waar oorspronkelijk de First Nations in de winter de bevroren Teslin rivier overstaken op hun tochten tussen Whitehorse en de spookstad
Livingstone. De Teslin en Yukon rivier zijn immers slechts bevaarbaar vanaf half juli tot half september. In de winter verplaatst men zich dan ook met een hondenslee of een sneeuwscooter over de bevroren rivieren om eventueel ook op de rivieren te gaan ijsvissen. Bij een te late poging om een middagrust in te lassen bij Mason’s Landing kwam onze kano ietwat schuin te liggen in de stroming en gingen we over kop. We lagen wel in het water, maar gelukkig buiten de felle stroming en zo konden we met behulp van de reddingstouwen die altijd vooraan en achteraan
een
Canadese
kano
bevestigd zijn, zwemmend vrij vlug begane grond bereiken en de kano aan land trekken. Eerste opdracht: zo vlug mogelijk een kampvuur maken en droge
kleren
hypothermia
aantrekken
om
te vermijden. Omdat
ons materiaal stevig met een touw verankerd was aan de boot en in waterdichte tonnen en zakken zat, hebben we alles kunnen recupereren, behalve de zaag die we hadden meegenomen om hout te zagen voor het kampvuur. Zij ruste in vrede op de bodem van de Teslin… Later leerden we dat het altijd veiliger is met tenminste twee kano’s de wildernis in trekken, zodat in geval een kano in de problemen komt, de andere hulp kan bieden. Verder dan Mason’s Landing konden ‘sternwheelers’ ( boten met schepraderen voor rivieren met weinig diepgang op sommige plaatsen ) niet varen op de Teslin. Vanuit Mason’s Landing werden de vroegere
Livingstone Goldfields,
zo’n
26 km verder landinwaarts
bevoorraad. Omdat de goudmijn economisch niet langer rendabel was, veranderde de vestiging na WO I in een spookstad. Bij Hootalinqua mondt de Teslin in de Yukon en versnelt de stroming aanzienlijk . Vanaf dit punt vindt men meer en meer restanten van de Goldrush. Een paar km voorbij Hootalinqua ligt Shipyard Island: hier vindt men het skelet
van de S.S
Evelyn
Norcom. Om te beletten dat de houten constructies door het ijs verpulverd werden, moesten de boten in de winterperiode op het land getrokken worden. Wat verderop komt men in het troosteloze landschap van
een Burn Area terecht: een enorme
bosbrand verwoestte in 2011 de hele regio tussen de plaats waar het wrak van de S.S.
Klondike I ligt en Big Eddy Woodcamp. Noodgedwongen hebben we dan maar overnacht op een eilandje dat niet aangetast werd door het vuur. De volgende dagen passeerden we een paar leuke bijrivieren van de Yukon :de Big Salmon River en de Little Salmon River. Vooral de Big Salmon is ook erg populair bij kanovaarders. Little Salmon Village, al zo’n 300 km voorbij Johsons Crossing,
is de oudste First
Nations
nederzetting op de Yukon. Tijdens de Salmon Run komen de Little Salmon en Carmacks First Nations hier
zalm
vangen en drogen. De begraafplaats met de Spirit Houses is een bij wet beschermde Yukon First Nations begraafplaats. Bij Eagle’s Nest Bluff doet het verhaal de ronde dat reizigers moeten zwijgen. Hun gepraat zou immers een enorme wind doen opsteken waardoor hun boot kapseist. Een 30 km voorbij Eagle’s Nest Bluff worden de eerste sporen van wat beschaving in de verte zichtbaar: de Robert Campbell Highway. Nu nog juist voor Carmacks het eiland aan de rechterkant voorbij varen en na 370 km op de rivieren vertoefd te hebben veilig aanmeren bij de Coal Mine Campground. Carmacks werd in 1893 als handelspost en mijnstad gesticht door George Carmack. Samen met Skookum Jim en Tagish Charlie was hij de ontdekker van de goudmijn bij Dawson die de Klondike Gold Rush op gang bracht. In 2011 telde Carmacks een 500-tal inwoners, vooral Little Salmon/Carmacks First Nations. Na nog een fietstocht naar de Five Finger Rapids voorbij Carmacks en een bezoek aan wat rest van de Tantalus Butte Coal Mine, keerden we drie dagen later met een shuttle van de Kanoe People terug naar Whitehorse. Wie ooit in Whitehorse komt, moet zeker een bezoek brengen aan de sternwheeler S.S.Klondike
II,
de
waterkrachtcentrale
fishladder aan
het
bij
de
Schwatka
Lake, Miles Canyon en Canyon City. Yukon radarboten werden aangedreven door met hout gestookte stoomketels. De S.S.
Klondike was de groootste en vervoerde passagiers en vracht op de Yukon tot 1955. Langsheen de rivier waren een aantal
stopplaatsen waar de boten zich met hout
konden bevoorraden. Stroomafwaarts van Whitehorse naar Dawson deden ze 1,5 dag over het traject en was slechts 1 ‘wood stop’ nodig. Stroomopwaarts van Dawson naar Whitehorse duurde de rit 4 tot 5 dagen en moest men rekening houden met 5 tot 7 ‘woodstops’. De bouw van de waterkrachtcentrale op de Yukon rivier in 1957 maakte het voor de Chinook zalm onmogelijk om na een tocht van 3.000 km in de Yukon (van de Bering zee tot Whitehorse ) zijn geboortewateren verder stroomopwaarts te bereiken om te gaan kuitschieten en daarna te sterven. Om de zalm bij het nemen van deze hindernis te helpen werd tegelijk naast de centrale de langste houten vistrap van heel NoordAmerika gebouwd. Door de bouw van de centrale ontstond het Schwatka Lake en werden ook de Whitehorse Rapids getemd. Tijdens de Goldrush waren deze stroomversnellingen een erg moeilijk te nemen hindernis: bij Miles Canyon zouden meer dan 1.000 vlotten en boten en een aantal mensenlevens verloren zijn gegaan. Om dat probleem te omzeilen gingen in een eerste fase ervaren loodsen mee aan boord. Zij gidsten de onervaren goudzoekers tegen een forse beloning doorheen de stroomversnellingen. In een latere fase werd naast de ‘rapids’ een houten tramlijn aangelegd. Met een paardentram konden de avonturiers tegen een nog forsere vergoeding hun boeltje over land tot in Whitehorse brengen. Canyon City was in de tijd van de paardentram een bloeiende gemeenschap. Nu resten enkel nog een paar ruïnes . De legende wil dat de wit schuimende koppen van het water bij de stroomversnellingen zo erg leken op de wapperende manen van galopperende witte paarden dat men de nederzetting Whitehorse doopte. Bovendien zou volgens het Guinness Book of Records Whitehorse ook de stad zijn met de minste luchtvervuiling in de hele wereld. Wie foto’s wil bekijken kan terecht op volgende website : www.vdperre.be/canada . Op ENTER klikken en kiezen voor Teslin Yukon. André Van de Perre
Air Canada keert terug naar Amsterdam SCHIPHOL - Air Canada keert na een afwezigheid van ruim acht jaar terug op Schiphol. Met ingang van 5 juni 2015 vliegt de Canadese luchtvaartmaatschappij het hele jaar door en tot zes keer per week naar Toronto. Dat heeft manager Benelux Joost Hasperhoven van Air Canada donderdag laten weten aan Luchtvaartnieuws / Zakenreisnieuws.nl. Air Canada voert de route uit met een 'mainline' Boeing 767-300ER, waarin plaats is voor 211 passagiers. Het toestel is voorzien van 24 'lie-flat suites' in business class. Vluchten starten op 4 juni vanuit Toronto en op 5 juni vanaf Schiphol. Voor Air Canada betekent het een terugkeer naar Schiphol. De maatschappij staakte de vluchtuitvoering naar Nederland in 2006, maar nu ziet Air Canada het weer zitten om op Schiphol te vliegen. "Naast het feit dat Amsterdam een populaire toeristenbestemming is, kan Amsterdam ook aangemerkt worden als een goede zakelijke markt met een lange historie met Canada", meldt de Canadese luchtvaartmaatschappij. Air Canada bediende de Nederlandse markt in de afgelopen jaren onder meer met rechtstreekse vluchten van Brussel naar Montreal. Op die route vliegt Air Canada dagelijks.
Eenmalige Red Star Line-cruise van Antwerpen naar New York in 2016 Foto: Ludo Mariën Antwerpen - Deze week was cultuurschepen Philip Heylen (CD&V) in New York om de Amerikaanse pers toe te spreken over het Red Star Line Museum, dat nu ruim één jaar open is. Hij kon de journalisten een paar leuke nieuwtjes vertellen. Er komt in 2016 een eenmalige Red Star Line-cruise van Cunard Line, van Antwerpen naar Southampton en New York. In datzelfde jaar brengt Ellis Island een tentoonstelling over de Red Star Line, die daarna Amerika rondreist. En het Red Star Line Museum heeft de samenwerking met Ellis Island verlengd.
"goodapetite" eet smakelijk
Eigenlijk zijn er 3 stromingen binnen de Canadese keuken. In het Engelstalige deel zijn dat hoofdzakelijk de sterke Amerikaanse en Britse invloeden en in het Franstalige deel zijn de invloeden van de Franse keuken sterk aanwezig. Daarnaast vind je nog veel verschillende gerechten die afkomstig zijn uit de keukens van Duitsland, Polen, Rusland, Scandinavië en andere landen waar veel bewoners oorspronkelijk afkomstig zijn. Verder zijn er nog rijkelijk invloeden aanwezig van de oorspronkelijke inwoners de Inuits die hun eten hoofdzakelijk uit de natuurhalen. Over het algemeen kun je zeggen dat de Canadezen van verse seizoensgebonden ingrediënten houden. Ze eten over het vaak een heel stuk gezonder dan hun buren de Amerikanen. Ze houden van kariboe, bizon en zalm en vruchten als bosbessen, ahorn-siroop en groenten als jonge varenscheuten de zogenaamde fiddleheads. Andere veel gegeten artikel en zijn eend, varkensvlees, buffel, kwartel en rendiervlees. Gewoonlijk eten de Canadezen 3 keer per dag. Een ontbijt dat voornamelijk bestaat uit wat broodjes, cornflakes, vruchtensap en thee of koffie. Tijdens de lunch nemen ze vaak eenvoudige broodjes en pretzels al of niet vergezeld van een kop soep. Het diner kent meestal aardappels en groenten als basis vergezeld van rund-, varkensvlees en/of kip. In de grote steden heb je restaurants in alle mogelijke prijsklassen. Van sterrenrestaurants tot de alom bekende fastfoodketens. Op het platte land zijn de menu's vaak eenvoudig en bestaan veelal uit friet met een steak. Afhankelijk van de streek vind je daar verschillende interessante gerechten vervaardigd van regionale ingrediënten. De moeite van het proberen waard.
Smoked meat from Quebec Een met mosterdpoeder, gebroken peperkorrels en worchestersaus in gesmeerde runderborst, In Nederland heet dat stuk klapstuk. Het vlees wordt heel langzaam gaar gerookt boven gloeiend en rokend houtskool van eikenhout en hickory. Dit proces duurt met gemak 4 tot 5 uur duren, maar dan is het vlees ook zo gaar dat je het als het ware met een lepel kunt snijden.
Pulled pork Het vlees dat op het boven staand broodje wordt geserveerd is afkomstig van een langdurig gestoofde varkensschouder. Vaak wordt voor het stoven de crockpot gebruikt. Wanneer het vlees, de specerijen en smaakmakersals azijn, soms een scheut whiskey en veel barbecuesaus zijn gegaard dan wordt het met een vork uiteen getrokken in draadjes en warm op een broodje of bij de warme maaltijd geserveerd.
Cretons Cretons is een koude ontbijt spread gemaakt van varkensvlees (of een mix van vlees), vermengd met gehakte ui en specerijen. Het vlees is behoorlijk vet, maar mild gekruid en langdurig gegaard. De spread wordt meestal geserveerd op toast met een beetje Franse mosterd. Cretons wordt ook gebruikt bij de lunch en, in combinatie met broodkruim, gebruikt als vulling voor kalkoenen.
Poutine Echt fasfood eten dat oorspronkelijk afkomstig is uit de omgeving van Quebec. De maaltijd bestaat uit friet bestrooid met onrijpe kaas en overgoten met jus. Er bestaan talloze varianten waaraan bij-voorbeeld plaatselijke producten als kreeft, hazen-peper en verschillende soorten vlees als rund, varken, lam en kip zijn toegevoegd. De Nederlandse variant heet patatje 'kapsalon' dat steeds vaker bij een cafetaria op de menulijststaat.
Pine grilled steak Over het algemeen wordt vleesgerookt met beuken- of eikenhout. Veel minder vaak met sparren- of dennenhout. Van weg de problemen die men verwacht met de aanwezige hars. Toch kun je goed met sparrenhoutroken. De hars uit deze takken die een beetje muntachtig smaakt werd vroeger namelijk gebruikt als smaakstof in kauwgom en frisdrank. Het resultaat is een heerlijke steak met een wel heel aparte smaak.
Gerookte kariboe Een Canadees gerecht dat al eeuwen lang wordt bereid door de Iinuït, de Canadese eskimo’s, is gerookte kariboe. Het vlees is onverminderd populair. Het wordt gezouten en gerookt om het lang te kunnen bewaren. Het wordt koud geserveerd op brood, maar kan ook warm gebruikt worden bij de warme maaltijd of in de soep.
Lumby Het Lumberjack's-, loggers breakfast of lumby is een reusachtig ontbijt dat eenmaal genuttigd voorkomt dat je voorlopig weer trek krijgt. Het is een ontbijt voor houthakkers die zwaar werk moeten verrichten. Het bestaat uit eieren, gebakken ham, spek, worst en pannenkoeken.
Kippenpoten uit de crockpot De crockpot is van oudsher een aarden-werken pot die op het gloeiende vuur werd geplaatst zodat de aanwezige ingrediënten langzaam konden garen. Tegenwoordig is de crockpot een modern elektrisch apparaat met binnenin nog steeds de aarden werken pot. Met behulp van deze 'slow coocker' of op z'n Hollands de 'sudderketel' worden de lekkerste gerechten gemaakt.
Ploye Een soort aan één kant gebakken pannenkoek gemaakt van boekwijtmeel, tarwebloem, bakpoeder en water. Van oorsprong was het eenvoudig voedsel voor de bevolking. Tegenwoordig is het een traditioneel gerecht dat alom verkrijgbaar is. De pannenkoek wordt besmeerd met ahornsiroop, bruine suiker of belegd met lekkernij en als een grilworst of cretons ,een koude vleesspread. De receptuur verschilt per gezin of gelegenheid.
Een tijd van vrede, maar ook een tijd van ijshockey
Uit de jaarlijkse persstatistieken blijkt dat in 2014 10 van de 50 meest prominente nieuwsfeiten in Canada verband hielden met ijshockey. De premier heeft een boek over de sport geschreven, liever dan een boek over politiek. Zelfs IS-leden van Canadese herkomst verwijzen in propagandafilmpjes naar hun hockeyverleden - als om te bewijzen dat ze echt wel Canadees zijn. De kerstperiode is voor de sport een tijd van wedergeboorte.
Een hockeygevecht, eerder deze maand in de wedstrijd tussen de Buffalo Sabres en de Calgary Flames © Reuters Elke zaterdag brengt Rudi Rotthier, onze correspondent in Canada en de VS, u met een boeiend achtergrondverhaal een unieke inkijk in de stad of streek waar hij op dat moment resideert. Rond kerstdag begint elk jaar het wereldkampioenschap ijshockey voor junioren. De grootste Canadese ster van de sport is tijdens dit tornooi opgestaan. Wayne Gretzky zette in 1977-78 als 16-jarige zijn doorgaans 19jarige mede- en tegenspelers te kijk. Canada verloor dat tornooi in de halve finales, maar een ster was geboren en zou alle verwachtingen overtreffen. De huidige superster Sidney Crosby stak in 2004-05 als 17-jarige zijn neus aan het venster. Momenteel lopen de kranten over van jubelberichten over het nieuwe fenomeen, Connor McDavid, ook 17, en volgens zijn coach, zoals alle allergrootsten, begiftigd met een hockeybrein dat drie-vier passen op voorhand weet waar de puck zal eindigen. Hij is snel, behendig, trefzeker, passzeker. Hij keert op de valreep terug uit blessure, opgelopen nadat hij bij een vechtpartij op het ijs een hand brak, en het is niet zeker of hij al op niveau kan presteren. In de openingswedstrijd, die Canada vrijdag met 8-0 won van Slovakije, kwam hij in ieder geval niet tot een goal of een assist. Misschien staat er wel een andere held op. Connor McDavid, de nieuwe superster © BELGA
Terwijl de profteams een korte kerstpauze inlassen, gaat alle aandacht naar de jongeren. Dit jaar wordt het kampioenschap in Canada georganiseerd, en het land heeft al een jaar of vijf niet meer gewonnen - dat knaagt. Tuin onderwater Maar dit tornooi is meer dan het opvullen van de pauze na het kerstdiner. Zelfs de meest getalenteerde lichting voetbaljunioren, of junior wielrenners, zal in België geen speciale tv-uitzendingen krijgen, elke wedstrijd live in prime time. In Canada wordt het juniorentornooi misschien zelfs hoger ingeschat dan het professionele hockey dat erop volgt. Dit is de tijd van ontbolsteren, van hoop, de hoop van kerstdag gecombineerd met af en toe een bloedneus. Dit is ook het moment van de hockeygekke ouders, die dubbele shiften hebben gedraaid, of een extra baan hebben aangenomen, of alle vakanties hebben opgeofferd, die, zoals de vader van Gretzky, de tuin onderwater hebben gezet om het kind zo jong als mogelijk een eigen ijsvlakte te bieden. Tijdens het juniorentornooi kunnen ze, als alles goed is gegaan, genieten van het resultaat van hun opofferingen.
Jong begonnen, een éénjarige aspirant-speler in Edmonton © Reuters Het loopt niet zo vaak goed af, trouwens. De selectie begint steeds jonger. En daar is, zo blijkt uit het boek Selling the Dream van hockeyjournalisten Ken Campbell en Jim Parcels, dat begin 2013 verscheen, vanalles mis mee. De kinderen zijn te jong, de ouders te gretig. Kinderen worden vanaf hun negende levensjaar aan selecties onderworpen, ze trekken niet veel later naar een hockeyschool, waar ze twee uur per dag hockey kunnen spelen. Tegen hun veertiende hebben de besten een agent die hun belangen vertegenwoordigt. De ouders, die jaarlijks tussen 10.000 en 14.000 euro neertellen voor de hockeyschool, gaan ervan uit dat een briljante hockeyspeler een beurs zal krijgen voor hoger onderwijs, of een lucratief
profcontract, maar doorgaans draait de investering op niets uit. Er zijn weinig hockeybeurzen, en niet zelden heeft een jongen die op zijn tiende maar al te graag naar de hockeyschool wilde, op zijn dertiende andere interesses, die hij al dan niet durft te uiten (tegenover een vader die zelf ambitie had maar die nooit heeft waargemaakt). En de ouders blijven maar dokken, een zomerstage, een winterkuur. Het boek geeft het voorbeeld van een familie die 320.000 Canadese dollar (ruim 200.000 euro) in een zoon investeerde. Men zou meer kans hebben op rendement door dat geld aan de loterij te besteden, aldus de auteurs, nochtans allebei zelf hockeyfreaks. Die bijna onvermelde ouderlijke obsessie, die tegenwoodig ook meisjes treft, staat haaks op het romantisch beeld van het kind dat in zijn of haar eentje ergens op een bevroren plas oefent tot er een briljante coördinatie ontstaat tussen snelle, mobiele schaatsen en stickbeweging. Dat kind in zijn eentje wordt een rariteit. Vroeger was er ijs voor iedereen, en was het geen buitensporig dure sport. Tegenwoordig zijn kinderen met ouders die geen geld te besteden hebben een heel eind achtergesteld. Je moet hard je best doen om een volwassen speler te vinden die al zijn tanden heeft. Vechtersbazen Dat is niet eens het grootste probleem. Hockey is geen gezonde sport. Je moet hard je best doen om een volwassen speler te vinden die al zijn tanden heeft. De sport, dat is een van de aantrekkelijke punten, is razendsnel. Er wordt aan 35 per uur tegen glazen wanden geknald. Tegenstanders worden klemgereden, aangereden, omvergereden. De stick, de puck, die tegen 160 kilometer per uur wordt gelanceerd, en - nog gevaarlijker - de schaatsen komen in contact met tegenstanders. Er wordt met ellebogen gewerkt. En er wordt gevochten - ijshockey is als in principe niet-gevechtssport binnen bepaalde perken heel tolerant voor vechtpartijen. (volgens het wat afgezaagde grapje: ik ging naar een vechtpartij kijken en er brak een hockeywedstrijd uit) Scheidsrechters laten de vechtenden betijen, terwijl het publiek zijn instemming betuigt. Elk team heeft een enforcer, iemand die tegenstrevers in het gelid houdt door ze desnoods tegen hun kanus te kloppen. Ook: als er weinig fut in de partij zit, willen sterren als Crosby wel eens op de vuist gaan met een toevallige tegenstander, kwestie van de concentratie bij de ploegmaats te bevorderen en het enthousiasme bij de toeschouwers wat aan te zwengelen. Want dat publiek wordt makkelijker warm van vechtersbazen dan van de briljante slalom van een aanvaller.
Derek Boogaard, in een van zijn vele gevechten © REUTERS Onlangs verscheen een biografie over Derek Boogaard, een verdediger die in 2011, op zijn 28e, om het leven kwam na een overdosis van alcohol en pijnstillers. Hij was, toen scouts andere spelers in zijn team van 15-jarigen kwamen bekijken, opgevallen omdat hij niet alleen op het veld had gevochten, maar ook op de bank. De meer getalenteerde spelers kregen geen contract maar Boogaard was uiteindelijk een verdienstelijk enforcer geworden. De vele vechtpartijen eisten echter hun tol en uit de autopsie bleek dat hij zware hersenbeschadiging, en een verslaving aan pijnstillers, had overgehouden aan het hockey. Sidney Crosby, nu 27, en voor Canada de held van de Olympische Spelen in Vancouver, waar hij met een goal in de verlenging het hockeygoud won, is al enkele keren maandenlang uitgeteld geweest met hersenletsel. Van hem wordt gezegd dat hij nog één hersenschudding verwijderd is van het einde van zijn carrière. Over die kwalijke kant wordt weinig gesproken. Er is een soort nationale beslissing om ijshockey belangrijk, en ook goed te vinden. Hockey prijkt op het briefje van vijf Canadese dollar. Bij het binnenrijden van kleinere steden zie je vaak het portret hangen van een of meerdere lokale hockeyhelden. Daar hangt niet de beste student of de meest meedogende van de bewoners, maar wel de 24-jarige blaag die gaten in het ijs speelt bij de Philadelphia Flyers, op een grootte die Mao behaagd zou hebben. Dat is de droom, dat is de trots, dat is het beeld dat Canada van zichzelf heeft. Hockey is het enige, wordt wel eens gezegd, wat het land echt verbindt. En op dat niveau is ijshockey voor Canada wat voetbal is voor Brazilië, of cricket is voor India of Pakistan: een nationaal gespreksonderwerp, een nationale bezigheid, een vereenzelviging. Rauwe emotie Misschien is hockey in Canada ook zo populair omdat de sport het land toont zoals het zou willen dat het is. De hockeyspeler is het alter ego van de Canadees. Spectaculair in plaats van eerder saai. Elegant en behendig improviserend in plaats van half immobiel in anorak. Een bundel rauwe emotie, klaar om bij het minste te ontploffen, in plaats van bedachtzaam en
eerder traag. In beide gevallen slim, in beide gevallen recht krabbelend, voor schaatsend na de val.
Vijf Canadese dollar © / De sport leeft immer onder de dreiging van crisis. Er worden minder kinderen geboren - zullen er nog wel genoeg hockeyers zijn? Zullen de migrantenkinderen wel hockey willen spelen (het heeft lang geduurd maar hockey is niet langer een exclusief witte sport, de ster en trekpleister van de Montréal Canadiens is tegenwoordig glorieus zwart), vallen de tv-ratings niet tegen (dat doen ze dit jaar, Hockey Night in Canada, de zaterdaguitzending met opeenvolgend twee volledige wedstrijden lokt iets minder kijkers dan vorig jaar, maar dat is allicht te wijten aan het buitenwerken van de populaire presentator), moet de sport niet kijker vriendelijker gemaakt worden (er wordt al decennia gesproken over een fluorescerende puck om het makkelijker te maken de sport te volgen, maar puristen houden de innovatie tegen). Canada is niet langer het land van de beste professionele hockeyteams ter wereld (die zitten al enkele decennia in Amerikaanse steden, waar er rijkere sponsors zijn), maar het is wel nog altijd het land van de beste en de meeste spelers. Andere nationale teams, zoals die van Zweden en Rusland, soms Tsjechië, spelen mooier, verfijnder hockey, maar Canada vindt zichzelf efficiënter, harder, hardnekkiger, uiteindelijk beter. En de junioren moeten dat voor het eerst in vijf jaar bewijzen. Want in iets wat de nationale sport is, mag je niet te vaak van het buitenland verliezen. Door Rudi Rotthier vanuit Vancouver, Canada Bron: Knack
Explore Canada Yours to discover
Met een breed reisaanbod is Explore Canada dé one-stop-shop voor reizen naar Canada. Of u nu informatie zoekt over dit prachtige land, een typisch Canadese lodge zoekt in de Rockies, een retourtje Montreal wil boeken of het plan heeft met de personeelsvereniging naar Quebec te gaan: Explore Canada is hét adres!
Ontdek onze site en zomerbrochure met tal van mogelijkheden Voor meer informatie surf naar www.explorecanada.be mail naar
[email protected] of contacteer ons op 059274787 Wenst u de brochure thuis te ontvangen. Mail naar
[email protected]
Explore Canada is a division of Q-Travel. Lic A7127
Hou je van Canada om zijn prachtige natuur, zijn onovertroffen nationale parken. Denk je eraan om Canada te bezoeken…Staat Canada al lang op uw verlanglijstje voor uw jaarlijkse vakantiereis…..meer zelfs, vind je het hier te eng en wil je emigreren en er werken…dan is een bezoek aan de Canadian Golden Day volledig op zijn plaats. Toeristische films. Canadese producten. Informatieve lezing over emigratie door Peter Verlinden om 14.30 uur. Verschillende verenigingen die iets te maken hebben met Canada staan u met raad en daad bij, reisbureau. Voor de kinderen (en ouders) kennismaking met de First Nation. Ook kan je genieten van een Canadees ontbijt tussen 10.00 en 13.00uur aan de prijs van 14 euro p/p, kinderen vanaf 12 jaar 8 euro, tot 6 jaar gratis. Voor het ontbijt moet je reserveren en op voorhand betalen via rekeningnummer Vlaams Canadese Vriendenkring: BE15 7376 0334 8430 met vermelding aantal personen en voorkeurtijdstip. Er zijn 2 tijdsblokken om te ontbijten: 10.00 tot 11.15 uur blok 1 11.30 tot 13.00 uur blok 2 De Canadian Golden Day is te bezoeken van 10.00 tot 18.00 uur Het is een organisatie van de Vlaams Canadese Vriendenkring en vtbKultuur.
Hernieuwing lidgeld 2015 Vlaams Canadese Vriendenkring, lid 10 euro, steunend lid 15 euro. Het lidgeld voor 2015 kan met ingesloten overschrijving betaald worden op rekeningnummer:IBAN: BE15 7376 0334 8430 - BIC: KREDBEBB Zondag 15 maart 2015 ‘Canadian Golden Day’.Waar:OC Boerenpoort, Grote Baan 183, 9120 Melsele. Canadees ontbijt, reisfilms, reisbureaus, emigratie, Canadese producten en verschillende Canadese en Belgische clubs. Canadees ontbijt: tussen 10,00 en 13,00 uur inschrijven kan tot woensdag 11 maart door storting op reknr: BE15 7376 0334 8430 van VlaCan Vriendenkring met vermelding ‘Canadees ontbijt +aantal personen + tijdsblok’.Prijs p/p 14 euro, kinderen tot 12 jaar 8 euro tot 6 jaar gratis. Er zijn 2 tijdsblokken voor het ontbijt: 10.00 tot 11.15 en 11.30 tot 13.00 uur.
Even voorstellen, de Canadian Club van België organiseert een scala aan sociale activiteiten en evenementen voor Canadezen die in België wonen. De club is divers en bestaat reeds meerdere generaties. Wij zijn mannen en vrouwen uit heel Canada die in België wonen.
http://www.ccbcanada.be/