5. Ecuador Om de leesbaarheid te bevorderen, is de algemene afkortingenlijst en de specifieke afkortingenlijst van Ecuador (in het begin van het dossier) hier toegevoegd: Algemene afkortingenlijst BB/LG Boerenbond / Landelijke Gilden BD Broederlijk Delen BDS Business Development Services - Bedrijfsontwikkelingsdiensten BFVZ Belgisch Fonds voor Voedselzekerheid BNP/BBP Bruto Nationaal Product/Bruto Binnenlands Product BRS Belgische Raiffeisen Stichting BTC Belgische Technische Coöperatie DAC Development Assistance Committee EC Europese Commissie EFQM European Foundation for Quality Management-model FACT Farmers Advocacy Coaching Tool - Methodiek Lobby&Advocacy Agricord FAO Food and agriculture organization - Organisatie voor Voeding en Landbouw Ha Hectare HDI Human Development Index - Index van de menselijke ontwikkeling HO Head Office - Hoofdkantoor Trias HR Human Resources IOSD Internal Operations and Service Department Trias KLJ Katholieke Landelijke Jeugd KMO Kleine - middelgrote ondernemingen KVLV Katholieke Vereniging voor Landelijke Vrouwen LA Learning Advisor Trias LDC Least Developed Countries LIC Low income country - lage inkomensland LEO Lokaal economische ontwikkeling Markant Netwerk van ondernemende vrouwen in Vlaanderen MBO Member-Based Organisations - Ledenorganisaties MF Microfinanciering MFI Microfinancieringsinstelling MIC Middle income country - middeninkomensland NDD Network Development Department Trias Neos Netwerk van Ondernemende Senioren OCA Organisational Capacity Assessment - Organisatiediagnostiek OS/ID Organisational Support and Institutional Development - Organisatie Versterking/Institutionele Ontwikkeling PC Programma Coördinator PCD Programma Coördinatie Department Trias PLATS Planning, learning, accountability Trias system PME Planning, monitoring en evaluatie QD Quality Department Trias SO/SD Specific Objective - Specifieke Doelstelling SWOT Strengths, Weaknesses, Opportunities And Threats - analyse van sterktes, zwaktes, kansen en bedreigingen UNIZO Unie van Zelfstandige Ondernemers VECO Vredeseilanden-Coopibo, Belgische NGO Specifieke afkortingen Ecuador ACEPROCUY Asociación Central De Productores De Cuy De La Provincia De Andahuaylas CAN Comunidad Andina de Naciones (Andes Gemeenschap der Naties) CECJ Coordinadora Ecuatoriana de Comercio Justo COAC Cooperativa de Ahorro y Crédito (Spaar- en kredietcoöperaties) COPROBICH Corporación de Productores y Comercializadores orgánicos Bio Taita COMPYTA Cooperativa de Microempresarios, Productores y Transformadores CONPAPA Unión de Organizaciones de Producción de bienes y servicios agrícolas basados en papa MAGAP Ministerio de Agricultura, Ganadería, Acuacultura y Pesca (Ministerie van Landbouw, Veeteelt, Watercultuur en Visvangst van Ecuador) PACAT Unión de Organizaciones Productoras Agroecológicas y de Comercialización 1
REFICH
Asociativa de Tungurahua Red de estructuras finanzas populares y solidarias de Chimborazo
5.1 Contextanalyse in Ecuador -
-
Er werd een vergelijkende analyse gemaakt van de demografische, sociale, macroeconomische, ecologische en politieke situatie in Ecuador (naast analyse van Peru, Bolivië en Colombia om deze analyse in een bredere Andes context te situeren). Men stelde onder meer vast dat er een zeer ongelijke verdeling is van macht en toegang tot de strategische hulpbronnen, zoals water en grond (Gini). Studies en productiestatistieken over de relevante waardeketens in Ecuador die een belangrijke rol spelen in de eigen lokale consumptie, de voedselsoevereiniteit en de aanwezigheid van familiale landbouwers. Een gegevensvergelijking van arme gebieden en relevante waardeketens leverde vijf belangrijke ketens op die moeten worden versterkt. Identificatie van organisaties die werkzaam zijn in deze vijf ketens, op basis van criteria zoals aanwezigheid in de armste gebieden, aantal partners, nationale en regionale vertegenwoordiging (rechtstreeks of onrechtstreeks). Uitwerking van het tactische plan Trias ANDES 2013 - 2018 dat werd bekrachtigd door de voornaamste belanghebbenden en ngo-partners (AVSF - Frankrijk, Vredeseilanden VECO België, juni 2012). Bezoeken en gesprekken met ledenorganisaties op basis van een relevante vragenlijst omtrent een mogelijke samenwerking met TRIAS (dec12-jan 13). Analyse en screening van mogelijke partners voor TRIAS (februari-maart 2013). Ze kregen de vraag om vanuit hun organisatie een voorstel uit te werken op basis van de TRIAS-strategie en de vier resultaten (april 2013). Definitieve selectie van 8 partners in Ecuador die met Trias willen samenwerken. Workshop met de toekomstige partners om Z-Z-dynamieken en de samenwerking tussen de actoren onderling en met Trias te kunnen identificeren (juni 2013), op basis van de nationale en regionale context en de strategie van Trias. Indicatoren
Ecuador
Bevolking (miljoen inw.)
15,2
Armoede
38.3%
Extreme armoede
12.86% (totaal) Ruraal: 26% Ruraal: 62% Urbaan: 15%
Armoede ruraal-urbaan Armoede en etniciteit HDI (UNDP 2011)
67% van de rurale inheemse bevolking is arm 0.72
Gini
0.49 (inkomen) 0.81 (grondverdeling)
Grondbezit
65% van de bevolking heeft minder dan 5ha
Analyse van de politieke, economische, sociale en milieusituatie: De extractieve economie op basis van petroleum en in de toekomst ook steeds meer de mijnbouw, zorgt ervoor dat Ecuador momenteel in volle macro-economische groei is. Publieke goederen (water, grond, bodem) worden ofwel eigendom van de Staat ofwel geprivatiseerd, omdat de internationale druk erg groot is en de Ecuadoraanse regering enorme budgetten nodig heeft om hun beleid te kunnen uitvoeren (zowel sociaal als economisch). In Ecuador bestaat er een enorme kloof tussen arm en rijk. De kloof wordt veroorzaakt door structurele problemen zoals de toegang tot land, water en strategische hulpbronnen. Deze middelen zijn immers in handen van een minderheid die het economische leven controleert. De meerderheid van de boeren (65%) hebben bijvoorbeeld toegang tot slechts minder dan 5 hectare grond. Inheemse etnische groepen zijn in de Ecuador goed vertegenwoordigd. Ze stammen af van de Inca's (Quichua) en andere etnische groepen uit het Amazonegebied. Doorheen de geschiedenis werden ze onderdrukt en uitgesloten van de samenleving, wat zelfs vandaag nog
2
-
wordt weerspiegeld in hun armoedeniveau (67% van de inheemse bevolking is arm). Zelfvoorzieningslandbouw is de belangrijkste bron van inkomsten voor de meeste familiale boeren. Volgens de databank van de CAN behoort 66 % van de boeren tot de categorie van de familiale zelfvoorzieningslandbouw (Agricultura Familiar de Subsistencia, AFS). Hieruit blijkt dat deze sector in gevaar is en een ondersteunend beleid nodig heeft zodat de boeren kunnen overschakelen naar een situatie van voedselzekerheid en toegang krijgen tot lokale markten. Dit moet leiden tot een economische en maatschappelijke versterking van de sector, zonder daarbij het verantwoorde gebruik van natuurlijke hulpbronnen uit het oog te verliezen.
Maatschappelijke structuur In Ecuador heeft de huidige overheid een centralistische aanpak in de ontwikkeling van het land. De regering heeft een nieuw ontwikkelingsplan uitgeschreven “Plan del Buen Vivir 2014-2019”, waarin de civiele maatschappij weinig inspraak heeft. De overheid wil werken aan de sociale aspecten en investeert in gezondheidszorg en scholing. Dit gebeurt met de petroleumdollars, wat geen duurzame aanpak is. Daartegenover staat het feit dat de participatie en de rol van de civiele maatschappij enorm verzwakt is en vermengd wordt met de politieke interesses van bepaalde groepen. De bevolking is algemeen genomen niet goed georganiseerd. Er zijn de traditionele organisaties, maar zij hebben veel van hun geloofwaardigheid verloren bij hun basis en bij de overheden. Wat we nu zien is dat mensen zich opnieuw proberen te verenigen rond gemeenschappelijke belangen of tegen onrecht. Vooral in de landbouw zijn er meer groeperingen van familiale landbouwers, die op eigen initiatief zijn opgericht (bijvoorbeeld tegen de invoer van Genetisch Gemanipuleerd Zaaigoed). Ze willen in het algemeen de agribusiness en agri-export tegengaan, aangezien vanuit de overheid de voorkeur uitgaat naar contractteelt (met supermarkten en andere opkopers) en naar de agro-industrialisatie. De ministeries maken veel meer steun vrij voor exportgewassen (koffie, bananen, cacao, biodiesel, enz.) dan voor gewassen voor de lokale markt. Door deze processen verliezen de familiale landbouwers hun zelfstandigheid en mislopen ze de nodige steun, terwijl ze wel zo'n 75 % van de bevolking voeden. Welke (soort) maatschappelijke middenveldactoren steunt het programma? Het programma ondersteunt in het bijzonder familiale boerenorganisaties en kleinschalige ondernemers. Dat gebeurt zowel lokaal, provinciaal als nationaal, afhankelijk van het onderwerp (dienstverlening, productie/markttoegang, organisatie of belangenbehartiging). Elke organisatie voorziet op haar niveau in de behoeften van haar leden, maar door de samenwerking tussen de organisaties kunnen de lokale behoeften naar een nationaal niveau worden getild om de nodige structurele veranderingen te genereren. Momenteel is dit nationaal niveau in Ecuador heel zwak uitgebouwd, zeker als het gaat over het vertegenwoordigen van de belangen van de 5 vermelde waardeketens binnen de voedselsoevereiniteit. De ervaring van Trias in Ecuador gedurende de laatste vijf jaar Actieterreinen in Ecuador Provincie Chimborazo en uitbreiding naar de Centrale Sierra Partners met wie Trias Ecuador samenwerkte: Ledenorganisaties: Conpapa, Sr Cuy, Colach, Refich, UCACCentro, Cordtuch, Coprobich Niet-ledenorganisaties (NGO's): Fundacion Marco, Biorecolte, CESA Het TRIAS programma 2008 - 2013 richtte zich nadrukkelijk op de versterking van het sociaalbedrijfsmatig beheer van de kleine boerenorganisaties in Ecuador. De afgelopen vijf jaar ontwikkelde en implementeerde TRIAS het sociaal-bedrijfsmatig beheersmodel van de kleine boerenorganisaties in Ecuador: CONPAPA, SENOR CUY, CORDTUCH, COLACH en de Cooperatieve van kleinschalige kwekers van Guarango in Ecuador; allemaal verenigingen waar de nadruk werd gelegd op de interne capaciteitsversterking, op basis van verschillende strategieën zoals advies geven, vaardigheidstraining in sociaal en ondernemend beheer, markten, toegevoegde waarde voor de producten, toegang tot krediet, commerciële upscaling met andere familiale landbouwers en hun behoeften koppelen aan programma's, overheidsprojecten voor investeringen. Het uitwisselen van ervaringen tussen Z-N en Z-Z is een strategie die duidelijk in staat is om significante interne veranderingen teweeg te brengen, zowel voor het individu als voor de gemeenschap. TRIAS ontwikkelde en testte instrumenten voor het sociaal-bedrijfsmatig beheer tijdens dit proces. Daarnaast ontwikkelde de NGO ook een systeem voor evaluatie, monitoring en opleiding (PLATS), met indicatoren, procedures en instrumenten voor de interne evaluatie van de prestaties van het Trias kantoor en de partnerorganisaties. Belangrijkste doelstellingen van het programma: 1. Geïntegreerde dienstverlening, 2. Versterking van de ledenorganisaties, 3. Lokale economische ontwikkeling, 4. Uitwisseling N-Z. 1. Geïntegreerde dienstverlening: De ledenorganisaties creëerden diensten voor ketenontwikkeling (Servicios de desarrollo de cadena, SDC) zoals technische bijstand/opleiding, 3
opslagplaats voor agrarische en veterinaire inputs, transport, kwaliteitscontrole (melk, aardappelen, cavia's, toerisme) en gezamenlijk vermarkten. Daarnaast worden er aanvullende diensten voor bedrijfsontwikkeling verleend (Servicios de desarrollo empresarial, SDE) zoals ondernemerschap (marketing, marktonderzoek, bedrijfsplan, kostenberekening enz.) en krediettoewijzing via financiële instellingen (kredietcoöperaties). 2. Versterking van de ledenorganisaties: Bij de ledenorganisaties werden er sociaalondernemende structuren gevormd en instrumenten aangereikt voor het interne beheer, zoals statuten, reglementen, handleidingen, beleid, enz. Zo konden de organisatieprocessen worden uitgevoerd. 3. Lokale economische ontwikkeling: Verschillende ledenorganisaties voerden onderhandelingen en bereikten overeenkomsten met overheidsinstellingen, universiteiten en ngo's. Ze worden ondersteund bij het verstrekken van technische bijstand, inputs, opleiding, enz. 4. Uitwisseling N-Z: Twee ledenorganisaties die deelnemen aan de uitwisseling met Noordorganisaties (CONPAPA Chimborazo en CORDTUCH) ontwikkelden praktijken die in het zuiden kunnen worden toegepast. Ze hebben onder meer betrekking op toegevoegde waarde creëren voor hun producten, klantenservice en aardappelopslag. Resultaten op niveau van 1. Partners, 2. Doelgroep, 3. Relatie partners en Trias - Partners: De omzet en overschotten (winst) van de organisaties zijn gestegen, de ondernemersvaardigheden zijn verbeterd (90%). Er worden in totaal 36 diensten aangeboden die zijn afgestemd op de behoeften van de leden. In december 2012 hadden reeds 258 534 personen op een of andere manier toegang tot de verschillende diensten. Rentabiliteitsdrempel stijgt gemiddeld 48%; sommigen (3) halen zelfs 90%. - Doelgroep: De economische productiviteit steeg bij alle boeren gemiddeld met $1,99 per dag (inkomen per dag) dankzij de toepassing van goede praktijken inzake landbouw, veeteelt en fabricage. De productie steeg met 30% (vooral cavia's en aardappelen deden het uitstekend). Het aantal georganiseerde boerengroepen binnen de ledenorganisaties steeg met 28% naar 136 in totaal. - Relatie partners en Trias: De partners van Trias Andes zijn tevreden met de toegevoegde waarde van Trias inzake technisch advies en programmabegeleiding (voor kwaliteit/kwantiteit van de dienstverlening behaalt de ngo een gemiddelde score van 3,54 op 4. Een verbeterpunt zijn de rapporteringsinstrumenten (roterende fondsen, Factsheets, Rereka). Het moeten voor de partners innovatieve instrumenten worden die gebruiksvriendelijk zijn en hen kunnen helpen bij de besluitvorming. Identificatie van het belangrijkste actieterrein en van mogelijke partners Het programma 2014-2016 ondersteunt in het bijzonder boerenorganisaties en kleine ondernemers. Dat gebeurt zowel lokaal, provinciaal als nationaal, afhankelijk van het onderwerp (productie/markttoegang, organisatie of belangenbehartiging). Het gaat hier om familiale boeren met ongeveer 0,5 tot 5 hectare grond en beperkte toegang tot irrigatiewater, technische bijstand, krediet of investeringen. Hun productie richt zich voornamelijk op de lokale markten. Het zijn echter deze familiale boeren die aan gediversifieerde teelt doen. Uit hun situatie blijkt dat het bedrag dat ze voor hun producten krijgen amper stijgt (1,1 % netto in de afgelopen 9 jaar), terwijl de productiekosten aanzienlijk de hoogte ingingen (de prijs van ureum de belangrijkste stikstofhoudende meststof, steeg met meer dan 48 % in de afgelopen 9 jaar). Daarnaast wordt algemeen erkend dat de Andeslanden kwetsbaarder zijn voor klimaatverandering. Voor het zaaien en planten van de landbouwproducten zijn deze landen rechtstreeks afhankelijk van de regens. Het is vooral deze afhankelijkheid die de sector kwetsbaar maakt, aangezien ongeveer 44 % van de gewassen in de Andesregio worden gezaaid of geplant wanneer het regenseizoen begint. De productiviteit van de familiale landbouwers is laag door de slechte landbouwmethoden (oorzaken hiervan zijn een laag opleidingsniveau, gebrek aan toegang tot de grondstoffenmarkt, gebrek aan informatie, gebrek aan landbouwkredieten en -verzekeringen enz.) en de beperkte toepassing tot nieuwe productietechnologieën (risicoaversie van de boeren, gebrek aan aanbod van nieuwe technologieën). Daarenboven worden de natuurlijke hulpbronnen verkeerd gebruikt. Dit is te wijten aan zowel fysische (natuurlijke) als menselijke factoren (slechte landbouwpraktijken). Daarnaast beschikken de familiale boeren over onvoldoende onderhandelingsmogelijkheden om hun producten te verkopen op de markt. Redenen zijn slechte verwerkingstechnieken na de oogst en een gebrek aan commerciële infrastructuur en marketingsystemen op het platteland en in de kleine/middelgrote steden. Ook het gebrek aan infrastructuur en de zwakke coördinatie vanuit de openbare landbouwsector spelen een rol. Om die redenen passen de landbouwersgezinnen strategieën toe waarbij hun inkomsten worden gediversifieerd. Ze zijn niet enkel boeren, maar hebben ook andere activiteiten (voornamelijk zelfstandige commerciële activiteiten). Ze nemen dus niet ten volle deel aan de markt, noch voor de verkoop van hun producten, noch voor de aankoop van inputs. Naast de diversificatie van de 4
economische activiteiten worden de plattelandsgezinnen de afgelopen jaren ook gekenmerkt door de migratie naar andere gebieden met het oog op hogere inkomsten. Het zijn vooral de jongeren die migreren van het platteland naar de stad, waardoor er een zogenoemde “vergrijzing van het platteland” ontstaat: de bevolking bestaat nagenoeg enkel nog uit minderjarigen en oude boeren. Uit de analyse van deze context heeft Trias beslist om in Ecuador te werken in de Centrale Sierra, in de provincies Chimborazo, Tungurahua, Cotopaxi, Bolivar, alsook op nationaal niveau. Dit is om inspraak te hebben in het beleid rond landbouw en ondernemerschap. De gekozen waardeketens zijn aardappel, cavia, quinoa, organische landbouw en guarango/tara. Deze keuze is gebaseerd op een uitgebreide sterkte, zwakte, opportuniteitsanalyse, waarin verschillende criteria worden afgewogen, zoals de mogelijke impact voor de boeren, investeringen versus opbrengsten, toegevoegde waarde creëren en mogelijkheden tot vermarkten, werkgelegenheid op het platteland, inclusie van vrouwen en jongeren, het bestaan van organisatiestructuren, etc. De drie ketens aardappel, cavia en quinoa zijn drie basisingrediënten van de lokale gastronomie. Dit maakt dat er nog veel mogelijkheden zijn tot toegevoegde waarde op de lokale markt. Ook de organische landbouw kent een opmars in Ecuador en heeft steeds meer succes op de wekelijkse markten. De ketens vormen verder integraal deel van een strategie naar voedselsoevereiniteit. De guarango is een teelt die gezien moet worden als een investering naar de toekomst, dat zowel sociaal (jongeren) als milieuvriendelijk en natuurlijk ook economisch rendabel is. Na een zestal jaren brengt deze boom vruchten op die een zeer goede prijs hebben op de lokale en internationale markt. De kleinschalige ondernemers zijn gebonden aan hun sector leder, textiel, kunstnijverheid en worden zwaar getroffen door de gevolgen van de vrije markteconomie en de stijgende arbeidskosten. Doordat er steeds meer Chinese producten op de markt komen, stort de kleinschalige binnenlandse nijverheidssector in. Tegen deze achtergrond besloot Trias om zijn steun te verlenen aan de kleine boerenorganisaties en de aan kleinschalige ondernemers die aangesloten zijn bij lokale en soms nationale verenigingen. Trias wil op deze manier een verbetering teweegbrengen van de sociaalondernemende vaardigheden, de versterking van de organisaties en de legitieme vertegenwoordiging van hun leden, de dienstverlening aan de leden en de belangenbehartiging op nationale en provinciale niveaus ten voordele van de doelgroep. Verder moet deze keuze de band platteland/urbaan en agrarisch/niet agrarisch georganseerd maatschappelijk weefsel sterker aanhalen en interactie creëren. De algemene doelstelling van Trias Ecuador op lange termijn 150.000 georganiseerde familiale landbouwers en kleinschalige ondernemers, vooral armen, inheemse bevolking, vrouwen en jongeren hebben hun levensomstandigheden op een duurzame manier verbeterd, werken samen en treden gezamenlijk op. Risico's en opportuniteiten - Zelfvoorzieningslandbouw is de belangrijkste bron van inkomsten voor de meeste familiale boeren. Volgens de cijfers van de CAN behoort 66% van de boeren tot de categorie van de familiale zelfvoorzieningslandbouw (Agricultura Familiar de Subsistencia, AFS). Hieruit blijkt dat deze sector in gevaar is en een ondersteunend beleid nodig heeft zodat de boeren kunnen overschakelen naar een situatie van voedselzekerheid en toegang krijgen tot lokale markten. Dit moet leiden tot een economische en maatschappelijke versterking van de sector, zonder daarbij het verantwoorde gebruik van natuurlijke hulpbronnen uit het oog te verliezen. - Wanneer er geen noodmaatregelen, beleid of overheidsinvesteringen in de sector komen om gewassen en weiden te beschermen tegen natuurverschijnselen zoals overvloedige regenval, langdurige droogte en vorst, worden de boeren nog kwetsbaarder voor de gevolgen van een onstabiel klimaat. Door de klimaatverandering in de Andes wordt de situatie alleen maar erger. - In Ecuador werd voor ongeveer 20% van het grondgebied petroleumconcessies of vergunningen verleend, met alle gevolgen van dien: bodemdegradatie, vervuiling van de natuurlijke hulpbronnen en sociale veranderingen die met dit soort activiteiten gepaard gaan. - De invoer van producten (bijv. textiel, tapijten) uit lagelonenlanden is nadelig voor de productie van de Ecuadoraanse kleinschalige ondernemers. Opportuniteiten - Er is een nationaal welzijnsplan (Plan del Buen Vivir) met 12 nationale strategieën en 12 nationale doelstellingen, waardoor er programma's en plannen voor de sociale sector kunnen worden opgesteld. - Partnerschappen bevorderen en de toegang tot overheidsprogramma's en beleidslijnen voor de kleinschalige economie verbeteren (Ley Orgánica de Economía Popular y Solidaria). “Artikel 5
-
-
-
311 van de Grondwet: de financiële sector voor sociale en solidaire economie bestaat uit spaaren kredietcoöperaties, verenigingen of hulporganisaties, gemeenschapsbanken en spaarkassen. De initiatieven inzake dienstverlening van de financiële sector voor sociale en solidaire economie en van de micro-, kleine en middelgrote producenten dienen van staatswege een gedifferentieerde en preferentiële regeling te genieten, voor zover zij de ontwikkeling van de sociale en solidaire economie bevorderen.” Er bestaat een agenda voor productieomschakeling 2010-2013 die strategieën voor een verbetering van de productie bevat: herverdeling van het land, democratisering van de middelen, toegang tot krediet, innovatie en ondernemerschap, bevordering van microondernemingen (Chiriboga 2010). Er zijn programma's en projecten ten behoeve van boeren en kleinschalige ondernemers die worden aangestuurd door MAGAP: ERAS, PRONERI, Seguro Agrícola, Socio Bosque, Plan Tierras. MCPEC: Emprende Ecuador, Innova Ecuador, Cree Ecuador (alledrie gericht op jongeren), Retorno Ecuador, Ecuador compra Ecuador. Er zijn belangrijke wetten hangende of in de maak zoals de Waterwet en de Landwet, waarover nog steeds niet kan worden gedebatteerd aangezien de betrokken sectoren verdeeld zijn. Er bestaat een belastingsbeleid met een systeem op maat van de kleine bedrijven (microondernemingen): RISE. Het systeem is echter alleen bedoeld voor eenmanszaken en niet voor verenigingen.
Analyse & opportuniteiten tot samenwerking en complementariteit Op programmaniveau Samenwerking betekent voor TRIAS zoveel als het versterken van de relaties met de voornamelijk Belgische actoren op internationaal, regionaal en lokaal niveau. De bedoeling is om toegevoegde waarde te creëren voor de programma's door een optimaal gebruik van de beschikbare middelen: menselijk (professionele vaardigheden van elke organisatie), financieel en logistiek. De samenwerking dient te kaderen in een integrale aanpak, zowel met betrekking tot de overeenkomstige strategische doelstellingen als de concrete uitvoering ervan bij de verschillende partners. Trias heeft drie institutionele akkoorden met organisaties in België: De Intentieverklaring met Vredeseilanden, AgriCord en Ondernemers voor Ondernemers. Lokale vertegenwoordiging Op landenniveau versterkt TRIAS de capaciteiten van zijn partners zodat ze zelf samenwerkingsverbanden kunnen aangaan met andere belanghebbenden op basis van hun behoeften. De partners sluiten verbonden op basis van akkoorden met ministeries, lokale overheden en specifieke lokale programma's om samen te werken op het gebied van technische bijstand, investeringen, openbare aanbestedingen enz. TRIAS identificeert de Belgische en Europese Gemeeenschap organisaties die vertegenwoordigd zijn binnen het actieterrein van het programma 2014-2016, die zich bezig houden met gerelateerde thema's en die samenwerken met partners die door TRIAS werden aangeduid. Voorstellen voor synergie en samenwerking: Samenwerking met AVSF (Frankrijk) voor het versterken van de quinoaketens in Ecuador, dat eventueel kan verbreed worden tot Peru. Samenwerking met VECO om ervaringen uit te wisselen over strategieën voor inclusie van jongeren (VECO en andere Belgische organisaties bouwden al heel wat interessante ervaring op inzake inclusie van jongeren in de koffiesector (Satipo-Peru)). Deze interventie zal een voorbeeld zijn om nieuwe initiatieven rond jongerenwerking te ondersteunen in Ecuador, en ook in Peru. Cofinanciering van een regionale bijeenkomst voor de landelijke jeugd om de huidige situatie van de jongeren te kunnen duiden, meer bepaald toegang tot productiemiddelen (water, landeigendom, technische bijstand, investeringen, krediet) en visies (leeftijdsgebonden) omtrent inclusie en de concrete uitvoering ervan. Dit zal mede ondersteund worden door SOS-FAIM, waarmee Trias ook nog een extra synergieproject zal uitwerken die gaat over de oprichting van een School voor Leiderschap, waar de leiders van de boerenorganisaties hun capaciteiten kunnen versterken zowel op nationale als op regionale niveaus (zie synergieakkoord bijlage)
5.2. Specifieke doelstelling 5. 2.1 Beschrijvende fiche van de doelstelling Oorspronkelijke titel Spaans Titel
Incidencia para una sociedad inclusiva en Ecuador y los Andes: organizaciones de agricultores familiares y empresarios de pequeña escala promueven un desarrollo social y economico sostenible Belangenbehartiging voor een inclusieve ontwikkeling in Ecuador en de Andes: organisaties voor familiale landbouwers en kleinschalige ondernemers waar vrouwen, mannen en jongeren samen zorgen voor sociale, economische 6
Specifieke doelstelling
Land Provincies/staten Lokale partners
Andere betrokken organisaties
Andere financiering Hoofdsector Sub-sector 1 Sub-sector 2 Sub-sector 3 Doelgroep
Eindbegunstigden
1. Specifieke doelstelling budget (totaal) 2. Subsidie (80 %)
en duurzame ontwikkeling. Trias wil in Ecuador tot acht duurzame ledenorganisaties komen die actief deelnemen aan de samenleving en hun leden volledige bevoegdheid geven, zowel op persoonlijk als op professioneel vlak. De organisaties zijn vooral gericht op de arme, inheemse, vrouwelijke en jonge bevolking en willen hun deelname aan de markt verbeteren, de sociale machtsverhoudingen bestrijden en bijdragen tot een globale, meer inclusieve samenleving. Ecuador Centrale Sierra: Chimborazo, Tungurahua, Cotopaxi en Bolívar. Nationaal niveau 1. Unión de Organizaciones de Producción de Bienes y servicios agrícolas basados en papa “CONPAPA” 2. Cooperativa de Microempresarios, Productores y Transformadores Agropecuarios de Chimborazo “COMPYTA”. 3. Corporación de Productores y Comercializadores orgánicos Bio Taita Chimborazo “COPROBICH”. 4. Unión de Organizaciones Productoras Agroecológicas y de Comercialización Asociativa de Tungurahua “PACAT” 5. Corporación de productores cuyicolas Señor Cuy. 6. Red de estructuras finanzas populares y solidarias de Chimborazo “REFICH”. 7. Coordinadora Ecuatoriana de Comercio Justo – CECJ. 8. Camará de los pequeños artesanos de Guano/Federación de artesanos de Chimborazo 1. Strategische allianties voor Ecuador en de Andesregio: AOPEB (Bolivië), Agrosolidaria en COPABOY (Colombia) 2. Samenwerking in Ecuador met: VECO, Agriculteurs et Veterinaires Sans Frontieres (AVSF) (bijlage 3) 3. Lokale organisaties: Overheidsinstellingen en ministeries, universiteiten in Ecuador Zie DEEL III Bijlage 1 / 151 - 311 - 250 15150 - 15164 31120 - 31194 25010 Onze doelgroep bestaat uit vrouwen en mannen die lid zijn van organisaties voor familiale landbouwers en kleinschalige ondernemers, met speciale aandacht voor de armen, inheemsen, vrouwen en jongeren van de ledenorganisaties. Totaal aantal rechtstreeks aangeslotenen bij de ledenorganisaties: 150.000 % vrouwen: 52% % jongeren: 15% % ondernemers: 49% - % boeren: 51% Ledenorganisaties: Familiale boeren: 6 Ledenorganisaties: kleinschalige ondernemers: 1 Gemengde Ledenorganisaties Boeren en ondernemers: 1 Grootste etnische groep: Inheems Totaal aantal onrechtstreeks aangeslotenen: 12.700 1. Het totale budget voor SDZ 2a Ecuador = 2.051.232 € 2. Het aandeel van de subsidies = 1.640.985 €
5.2.2 Beschrijvende fiches van de partners in Ecuador Zie DEEL III Bijlage 2B 1. Soort organisatie: ledenorganisaties 2. Voornaamste belanghebbenden: Familiale boeren, Kleinschalige ondernemers en MF 3. Actieterrein: ECUADOR Naam van partner 1 COMPYTA CHIMBORAZO: Cooperativa de Microempresarios, Productores y Transformadores Agropecuarios de Chimborazo. 7
Aantal bereikte leden 2016:
72
Adres, telefoon, website, zakelijk emailadres Contactpersoon, telefoonnummer en email Geografisch gebied
Larrea 20-12 y Olmedo; Edificio San Ignacio, Tercer piso, Oficina 301. 032960147 Luis Urquizo, 0990791376 Natalia Guamán, 0997291571,
[email protected] Provincie Chimborazo, Stad Guano, parochie Valparaíso, deelgemeente Langos San Andrés en Stad Riobamba, deelgemeente San José de Gaushi Trías 2011 CONPAPA NACIONAL: Unión de Organizaciones de Producción de Bienes y servicios agrícolas basados en papa “CONPAPA”, ASOPAPA, CONPAPA CHIMBORAZO, CONPAPA TUNGURAHUA. 582
Donateurs (momenteel) Begin van de relatie met Trias (jaar) Naam van partner 2
Aantal bereikte leden 2016: Adres, telefoon, website, zakelijk emailadres. Contactpersoon, telefoonnummer en email Geografisch gebied Donateurs (momenteel)
Av. El Condor y Batalla de Tarqui (Ambato) Tel.: 032400990 e-mail:
[email protected] Medardo Núñez Tel.: 032400990.
[email protected] Centrale Sierra, provincies: Tungurahua, Chimborazo en Bolívar. TRIAS
Begin van de relatie met Trias (jaar) Naam van partner 3
2013 COPROBICH Corporación de Productores Comercializadores orgánicos Bio Taita Chimborazo
Aantal bereikte leden 2016: Adres, telefoon, website, zakelijk emailadres. Contactpersoon, telefoonnummer en email Geografisch gebied
630 Velasco 2060 y Guayaquil Tel.: 032943335 website: www.coprobich.org Avelino Morocho
[email protected] Provincie Chimborazo, Gemeenten: Colta, Guamote en Riobamba, 54 deelgemeenten in totaal. Agrónomos y Veterinarios sin Frontera AVSF-CICDA, TRIAS, MAGAP. 2013
Donateurs (momenteel) Begin van de relatie met Trias (jaar) Naam van partner 4 Aantal bereikte leden 2016: Adres, telefoon, website, zakelijk emailadres. Contactpersoon, telefoonnummer en email Geografisch gebied
Donateurs (momenteel) Begin van de relatie met Trias (jaar) Naam van partner 5 Aantal bereikte leden 2016:
y
Unión de Organizaciones Productoras Agroecológicas y de Comercialización Asociativa “PACAT” 500 (apart zijn er nog 1500 indirecte leden, via de Colectivo Agroecologico) Adres: Ambato, Tungurahua 520 entre Avenida los Incas e Imbabura, sector Plaza Pachano. Tel.: 032417755 E-mail:
[email protected] Website: www.pacatecuador.org Voorzitter: Aníbal Moreta 0992158415 E-mail:
[email protected] Beheerder: Edisson Chango 0992101266 E-mail:
[email protected] Regio: Centrale Sierra Provincie: Tungurahua Gemeenten: Ambato, Pillaro, Pelileo, Patate, Baños, Tisaleo, Quero, Cevallos en Mocha. Verschillende dorpen verspreid over de hoog-, midden- en laagvlakte van de provincie, op het platteland. Stichting Heifer Ecuador tot juni 2013. Provinciebestuur van Tungurahua tot december 2013. Stichting Schmitz Hille uit Duitsland tot september 2013. 2014 CORPORACION DE PRODUCTORES CUYICOLAS SEÑOR CUY (CSC) 213 8
Adres, telefoon, website, zakelijk emailadres.
Donateurs (momenteel)
Riobamba: barrio la esperanza II – (tegenover de kleinveemarkt) calles Juan de dios Martínez y García moreno; 032370093,
[email protected] Juan Moyon, 0998937532, e-mail:
[email protected] Centrale Sierra/Provincie Chimborazo/Riobamba - Rurale parochies: El Altar, La Providencia, El Socorro, Palacio Real en Nitiluiza TRIAS
Begin van de relatie met Trias (jaar)
2010
Naam van partner 6
REFICH: Red de estructuras finanzas populares y solidarias de Chimborazo. 147.000
Contactpersoon, telefoonnummer en email Geografisch gebied
Aantal bereikte leden 2016: Adres, telefoon, website, zakelijk emailadres. Contactpersoon, telefoonnummer en email Geografisch gebied: regio, provincie, kanton, gemeenten.
Tarqui y Chile Esq. Tel.: 03029303 E-mail:
[email protected] Website: www.refich.org Carmen Uvidia, E-mail:
[email protected]
Donateurs (momenteel)
Centrale Sierra, provincie Chimborazo, Gemeenten: Alausí, Colta, Guamote, Riobamba, Cumanda, Pallatanga, Chambo, Guano, Chunchi. TRIAS, Rabobank.
Begin van de relatie met Trias (jaar)
2011
Naam van partner 7
Donateurs (momenteel)
Unión Nacional de Asociaciones de Pequeños Productores Agropecuarios Certificados en Comercio Justo en Ecuador - CECJ 112 (dit is slechts 1% van het totaal aantal leden van CECJ, wat 11.200 is) Calle Felipe Saúl Morales, tussen Av. Manabí en 5 de Junio (kantoor van FECAFEM) Loja-Ecuador Tel.: 05 2654638 ; 05 2654639, 0994037495 www.cecjecuador.org.ec; E-mail:
[email protected] Wiliber Ibarra 593 998570277
[email protected];
[email protected] Kust, Sierra en een deel van het Amazonegebied, provincies: Esmeraldas, Manabí, El Oro, Los Ríos, Loja, Chimborazo, Zamora Chinchipe AVSF, VECO ANDINO
Begin van de relatie met Trias (jaar)
2014
Naam van partner 8
Federacion de artesanos de Chimborazo. Cámara de artesanos de Guano. 173
Aantal bereikte leden 2016: Adres, telefoon, website, zakelijk emailadres.
Contactpersoon, telefoonnummer en email Geografisch gebied: regio, provincie, kanton, gemeenten.
Aantal bereikte leden 2016: Adres, telefoon, website, zakelijk emailadres. Contactpersoon, telefoonnummer en email Geografisch gebied: regio, provincie, kanton. Donateurs (momenteel) Begin van de relatie met Trias (jaar)
AVENIDA TOMAS RAMÍREZ Y GENARO RICAURTE GUANO - ECUADOR CESAR AUGUSTO PATACHI TIXE TEL. 032-900448 GSM: 09908388787 E-mail:
[email protected] Kanton Guano, Chimborazo FENACA (FEDERACIÓN NACIONAL DE CÁMARAS DE ARTESANOS) DADMC-GUANO 2014
Naam van partner 9 (mogelijke toetreding in 2015): Aantal bereikte leden 2016
Federación de artesanos de Chimborazo
Adres, telefoon, website, zakelijk email
Elicio Leon y Autachi, Riobamba
Contactpersoon
Voorzitter
1300
9
Geografisch gebied
Provincie Chimborazo
Donateurs
ND
Begin van de relatie met Trias
2015 (mogelijk)
STRATEGISCHE Allianties CENTRAL COOPERATIVA DE Boyacá: Carrera 13 N° 3 – 72 Tunja 3212590015 PRODUCTORES DE PAPA DE BOYACA
[email protected] “COPABOY” Contactpersoon: Pedro Briceño (beheerder)
[email protected] AGROSOLIDARIA COLOMBIA Calle 5 No. 12-00 Tibasosa, Boyacá, Colombia Tel.: 314 445 48 73 / 310 802 42 40 Website: www.agrosolidaria.org Contactpersoon: Mario Germán Bonilla
[email protected] ASOCIACIÓN DE ORGANIZACIONES Adres: Av. Landaeta # 554 esq. c/Luis Crespo (Zona San DE PRODUCTORES Pedro) ECOLÓGICOS DE BOLIVIA Tel.:591-2-2490686/2490691 Website: www.aopeb.org Contactpersoon: Carmen Sotomayor
[email protected]
5.2.3 Beschrijving van het programma in Ecuador Effectiviteit en efficiëntie Relevantie en effectiviteit: verwachte resultaten en specifieke doelstelling Trias heeft de voornaamste belanghebbenden in Ecuador in kaart gebracht; degenen die rechtstreeks of onrechtstreeks verbonden zijn met de waardeketens die bijdragen aan voedselzekerheid, vrouwenen jongerenparticipatie, milieu, inspraak bij besluitvorming en belangenbehartiging op nationaal niveau. De voornaamste ketens in de landbouw die geanalyseerd werden zijn zowel exportproducten zoals koffie, banaan en quinoa, alsook producten voor de lokale markt zoals rijst, granen, aardappel, cavia en zuivel. Hierbij werden de sterktes, zwaktes en kansen op een rijtje gezet, waaruit als resultaat naar voren kwam dat de 5 ketens waarbij de snelste impact of doeltreffendheid wordt verwacht door de geplande interventies zowel op niveau van de organisaties als van de landbouwers door betere sociale en economische situatie de volgende zijn: aardappel, cavia, quinoa, organische landbouw en guarango/tara. In deze 5 ketens, heeft de praktijk reeds aangetoond dat investeringen in capaciteit van boeren en organisatie, markttoegang, productie en waardevermeerdering, een effectieve significante impact heeft op niveau van het inkomen van de boer(in) als van de organisatie die het creëren van meerwaarde en het collectief brengen op de markt verzekert. Verder zijn het waardeketens die zich volkomen binnen de strategie voor voedselsoevereiniteit bevinden, waar armen sterk aanwezig zijn en die directe resultaten naar inclusie mogelijk maken. De ledenorganisaties verschaften de nodige informatie over waarden, ontwikkelingsconcept, visie, missie en strategieën, programma's en diensten, bestuur, leiderschap, menselijke middelen, relaties met andere actoren, organisatiecultuur en tot slot de thema's waarvoor een samenwerking met Trias mogelijk is. Na analyse en evaluatie van de vragenlijst op basis van filters, werden de organisaties geselecteerd. Er werd hen gevraagd om een voorstel en logisch kader uit te schrijven op basis van de specifieke doelstellingen en verwachte resultaten. Verwachte resultaten: 1. In Ecuador zorgt democratische inclusie van Trias-partners, vrouwen en jongeren in de besluitvorming binnen families en organisaties voor hun ontwikkeling en toegang tot de opbrengsten of inkomsten die door hun eigen inspanningen werden gegenereerd. Tegelijkertijd wordt hun bijdrage aan de ontwikkeling van de gemeenschap en het land erkend en zichtbaar gemaakt. 2. Ledenorganisaties die partnerschappen bevorderen, administratieve en beheerscapaciteiten versterken, vorming geven aan leiders en werken overeenkomstig de wetgeving van het land, zorgen voor organisatorische duurzaamheid. 3. Ledenorganisaties die aandacht besteden aan interne en beheerscapaciteiten, staan garant voor een kwalitatieve dienstverlening aan leden en niet-leden. De afnemers van deze diensten leveren tegelijkertijd een bijdrage om de operationele kosten te dekken, zodat de ledenorganisaties zelfbedruipend zijn. 4. Door een interinstitutionele samenwerking op nationaal en internationaal niveau met 10
toonaangevende organisaties, overheidsinstanties en andere strategische partners (in het Andesgebied) kunnen de ledenorganisaties en hun partners deelnemen aan sectorale programma's en beleidsvoorstellen doen ten voordele van de sector. Voor elk van de vier beoogde resultaten dragen de voorgestelde activiteiten en strategieën bij tot het overwinnen van barrières en het voorzien in de behoeften van producenten en organisaties. Hoe beter ze worden uitgevoerd, hoe sneller de specifieke doelstelling kan worden verwezenlijkt. De activiteiten die de wederpartijen voor elk van de resultaten voorstelden, zijn gebaseerd op hun aard, wettelijk kader en bereik. Efficiëntie In Ecuador wordt een team voorzien van 3 adviseurs, 1 landen/regio coördinator, 1 financieel verantwoordelijke en 1 assistent, 1 logistiek medewerker. Het personeel heeft het volgende profiel: Adviseur Microfinanciering en bedrijfsbeheer – Lokaal personeel Adviseur Planning Monitoring Evaluatie – Lokaal personeel Regionaal Adviseur Waardeketens en vermarkten – Personeel expat/NS Regionaal Coördinator – Personeel expat/NS Regionaal Financieel en administratief verantwoordelijke (FAO) – Lokaal personeel Financieel en administratief assistent – Lokaal personeel Onthaal- en logistiek medewerker – Lokaal personeel Het landenprogramma van zowel Ecuador als van Peru wordt door het Trias Andes team opgevolgd in Riobamba in samenwerking met een satelietkantoor in Lima (zie landenprogramma Peru). Financiële middelen - Percentages van donateurs Om aan de strategie te beantwoorden is Trias in Ecuador van plan om te werken met een gemiddelde van 8 partners, zowel grote als kleine, familiale landbouwers en kleinschalige ondernemers, op subnationaal en nationaal niveau. Dat alles impliceert dat een totaal vereist is van 2.074.003 euro voor het driejarenprogramma, te verdelen over partnerorganisaties en landen/regiokantoor. Dat bedrag wordt gefinancierd door de Belgische regering, DGD, en bijkomende middelen door andere donateurs (synergie, EU, DGD, interregionaal project). Het programma heeft nationale reikwijdte en de strategie besteedt ook heel wat aandacht aan belangenbehartiging, met actoren op nationaal niveau en Zuid-Zuid uitwisselingen op LatijnsAmerikaans en vooral op Andes niveau. De invloed op het overheidsbeleid, via nationale collectieven komt niet alleen de begunstigden ten goede maar heeft een impact op de volledige sector in kwestie. Bijdrage Trias Regiokantoor aan de effectiviteit en efficiëntie van het programma Om de werking van Trias efficiënt te maken zijn volgende maatregelen genomen: Op administratief vlak komt het landen/regiokantoor tegemoet aan de door DGD en andere financierders opgestelde normen en voldoet het aan de normenstelsels en de administratieve, financiële en boekhoudkundige procedures van het land. Dat bewijst zijn capaciteit op het vlak van financieel en juridisch beheer. Trias neemt deel aan een certificatieproces dat een permanente verbetering van de kwaliteit impliceert op het vlak van dienstverlening en human resources, via de EFQM. Trias beschikt over een planning-, monitoring- en evaluatiesysteem (PLATS) waarmee het periodiek de voortgang en het behalen van de doelstellingen van het programma kan beoordelen. Er bestaat een systeem van administratief en financieel beheer dat de goede kwaliteit garandeert van de uitgaven en de doelmatigheid van de investering. De doelstellingen van het programma op macroniveau zijn in overeenstemming met de millenniumdoelstellingen en met de internationale overeenkomsten (Parijs), om de problemen van de kwetsbare sectoren aan te pakken. Ze liggen ook in de lijn van de lokale en nationale ontwikkelingsplannen. Bovendien proberen ze op microniveau een antwoord te vinden op de aangevoerde behoeften van de leden van elk van de partners. Hoe draagt de operationele steun van Trias team bij tot de ontwikkelingscapaciteit van de organisaties van de partner? Welke is de functie van de adviseurs van Trias Andes met betrekking tot de ontwikkelingscapaciteit van de partners? Het programma versterkt, op basis van het operationeel plan en de behoeften van de organisaties, de capaciteiten van de leden om duurzame processen te genereren die focussen op de vier beoogde resultaten van het strategisch kader voor Ecuador. De logische kaders en jaarplannen, activiteiten van de partners dragen bij tot de realisatie van deze. De adviseurs bieden, samen met de leden van de organisaties, begeleiding bij de planning en uitvoering van 11
activiteiten en bij de evaluatie van de resultaten. De beslissingen worden genomen door de leden. De adviseurs faciliteren de processen en begeleiden bij het ontwerp van strategieën en methodieken voor het uitvoeren van hun activiteiten. In een eerste stadium is er een sterke begeleiding of deelname van de adviseur. Naarmate zich procedures en een intern beleid en interne normen ontwikkelen en de organisatie producten en diensten ontwerpt en capaciteit opbouwt, zal de inbreng van de adviseur verminderen. De dienstverlening en de strategische beslissingen liggen op de duur geheel bij de leiding en de leden van de organisatie. Is de operationele steun van het Trias team complementair aan de lokaal door de ngo’s geleverde diensten? Of is de steun nodig als gevolg van het ontbreken van lokaal door de ngo’s verstrekte specifieke diensten? Lokaal zijn er weinig NGO´s die de diensten leveren die TRIAS biedt. Trias werkt op een duurzame manier met de ledenorganisaties en op die manier draagt Trias bij aan de zelfontplooiing van de organisatie en haar leden. Trias beschikt over expertise bij het versterken van het sociaal ondernemerschap en de capaciteitsontwikkeling op het vlak van administratieve en financiële duurzaamheid. Trias stimuleert generatiewissels in de organisaties door de inclusie van jongeren in leidinggevende posities en in de sociale basis. Trias benut haar contacten om een link te maken tussen de ledenorganisaties van het lokale naar het regionale en nationale niveau (belangenbehartiging), met actoren uit de openbare en de privésector. Trias stimuleert het opzetten van een dienstverlening door de organisaties zelf aan hun leden, in tegenstelling tot lokale NGO´s die hun expertise liever binnenshuis houden. Trias steunt de organisaties in de constructie van voorstellen voor belangenbehartiging vanuit de organisaties. In hoever is het inschakelen van expats gemotiveerd? De professionele opleiding en de ervaring van de expats/coöperanten in methodieken, strategieën, beheersmodellen; de kennis van de sociale, juridische en economische realiteit van de regio en de organisatorische processen van de civiele samenleving in Europa komt de interactie en de complementariteit van visies tussen Noord en Zuid ten goede. Binnen het Andesteam is de balans tussen lokaal personeel en expats een must om een sterk aanbod aan kwaliteitsvolle en aangepaste dienstverlening aan de partners te garanderen. De kennis van de expats inzake het institutioneel beleid, DGD, Hoofdkantoor (HO) en de ontwikkelingsdynamiek in andere regio’s draagt bij tot de ontwikkeling van een institutionele strategie van dienstverlening vanuit Trias aan de partners. De expats dragen bij tot de grensoverschreidende aanpak van bepaalde problemen in Ecuador en/of Peru, en zorgen ervoor dat er een kruisbestuiving bestaat tussen de mogelijke oplossingen in beide landen. De onderhandelings- en vertegenwoordigingscapaciteit van het landen/regiokantoor in Ecuador ten opzichte van het HO en de regelgevende instanties van de internationale coöperatie in Ecuador (SETECI) vormen een garantie om aan de officiële vereisten te voldoen alsook voor de werking van het landen/regiokantoor in overeenstemming met de opgestelde normen. Tot op welke hoogte is de complexiteit van het programma aangepast aan de capaciteiten en vaardigheden (van lokaal personeel en expats N-Z of Z-Z)? Trias in Ecuador en Peru heeft de vraag (en de behoeften) geïdentificeerd van de sectoren waarbinnen de partners werkzaam zijn. Op basis hiervan wordt het team samengesteld opdat de nodige capaciteiten aanwezig zijn in beide landen. Trias gebruikt een proces voor het aanwerven van adviseurs met het geschikte profiel om in te spelen op de behoeften van het programma. Dat garandeert een efficiënte adviesverstrekking aan de partnerorganisaties. In de complexiteit van het programma zijn er een aantal uitdagingen die het Trias team zal moeten begeleiden: de ledenorganisaties van de lokale niveaus op een nationaal niveau inspraak te doen krijgen in de verschillende wetten die hen aanbelangen, duurzaamheid opbouwen binnen de verschillende ledenorganisaties, inclusie strategieën toepassen binnen alle ledenorganisaties, veranderingen in het beleid inzake familiale landbouw, organisaties van het maatschappelijk middenveld die het voortouw nemen in rehabilitatie- en “empowerment”processen. Een deel van het programma is gebaseerd op de wederzijdse ondersteuning tussen organisaties, hetzij binnen Ecuador, hetzij tussen de landen die behoren tot de Andesregio, meer bepaald met Peru, Bolivië en Colombië, door middel van Zuid-Zuid dynamieken. Welke gender- en leeftijdverdeling ziet men bij de samenstelling van het team? Het team is samengesteld rekening houdende met de behoeften van de partners en de
12
capaciteit van de personen die er deel van uitmaken. Het huidige team staat in voor een billijke samenstelling en evenwicht op het vlak van leeftijd en gender. Ondersteuning hoofdkantoor: Van uit het hoofdkantoor zullen de Learning Advisors (LA’s) de regio en haar partners ondersteunen bij de introductie van een FACT methodiek (AgriCord) voor het systematisch opzetten van “Lobby & Advocacy” trajecten. Ook zullen “tools” voor de versterking van leiders of kadervorming aangeboden worden; institutionele contacten rond MFI expertise/capaciteitsversterking met instellingen als BRS e.a. financiële instellingen worden naar de partners gefaciliteerd. Monitoren, kwaliteitsbewaking en analyses rond vooruitgang van financiële en sociale performantie (SPM) wordt via feedback op factsheets verzekerd. De adviseur 'markttoegang en ketenontwikkeling' zal van uit zijn expertise, waar nodig, een ondersteuning leveren voor het uitbouwen van een duurzame economische basis voor zowel de boerenbedrijven als de economische dienstverlening van uit de partnerledenorganisaties. In Ecuador en Peru, zal er samengewerkt worden met partners die in het Fairtrade circuit verkopen, vnl koffie en quinoa. De LA markttoegang heeft een zeer grote kennis van deze sector om hier omkadering in te geven en levert ook bijdrage voor het uitwerken van specifieke indicatoren voor de baseline en het monitoren hiervan De Programma Coordinator (PC) zal het landen-/regiokantoor ondersteunen voor de identificatie en effectieve ontwikkeling van additionele programma's voor complementaire acties aan het DGDprogramma en/of voor de uitbreiding van het aantal personen dat bereikt wordt met de Trias strategie. De PC zal eveneens verzekeren dat de rapportage kwalitatief en consistent is met de PLATS-richtlijnen. Samen met de betrokken N/Z adviseur zal de PC begeleiding verschaffen voor de N/Z dynamiek in het land en de coherentie van deze met het landenprogramma verzekeren. Samen met de LA's zal de PC ervoor instaan dat de thematische en transversale prioriteiten van Trias volledig geïntegreerd worden. Tenslotte zal de PC de landendirecteur coachen en de werking en resultaten van het landen-/regiokantoor van nabij opvolgen. Een jaarlijkse zending maakt deel uit van deze continue supervisie. Interne ontwikkelingscapaciteit van Trias Hoe zal Trias in Ecuador bijdragen tot en gebruik maken van interne leerprocessen en kennisdeling? Hoe zullen leerervaringen gesystematiseerd worden? Trias vertrekt vanuit de sociale realiteit en de problematiek van de organisaties en gebruikt methodieken met het oog op technologieoverdracht, capaciteitsversterking en het versterken van de beheersinstrumenten. Dankzij een participatieve planning en door van elkaar te leren, komen gemeenschappelijke processen tot stand. In het monitoring-, evaluatie- en leerproces zijn interne reflectiemomenten met de partners ingebouwd, om gevallen te identificeren die voor herhaling vatbaar zijn en om passende en relevante correcties door te voeren. Trias Ecuador/Peru werkt voortdurend aan de versterking van organisatiecapaciteiten en het optimale gebruik van kennis door: 1) Jaarlijkse planning en evaluatie bijeenkomsten; 2) Opbouw van thematische kennis via deelname van het team van adviseurs aan regionale workshops; 3) Uitwisseling van ervaringen met partners en het Triasteam; 4) Documentatie (verslagen en systematiseringen) van de kernprocessen; 5) Bijdrage aan de verspreiding van informatie in de virtuele bibliotheek in First class; 6) Toegang tot specifieke vorming in overeenstemming met functieprofiel en de interesse van personeel; 7) Deelname in werkgroepen van Trias op wereldniveau, met reflectie- en discussieprogramma’s. Door de processen van het programma zal het leerproces worden gestimuleerd: 1) organisatie van regionale thematische workshops met experten in het thema, of presentatie van succesvolle (proef)projecten: 2) systematisering van processen door de partners; 3) systematisering van verslagen van monitoringbezoeken en de verspreiding ervan. Het synergieprogramma met SOS Faim en VECO zal ook werken aan de systematisering van deze kennis. Noord-Zuidstrategie Bij de Trias-basis of bewegingen (Landelijke Gilden, Neos, KVLV, UNIZO, KVLV…) in het Noorden is er voldoende kennis over hoe zich te organiseren en op een doelmatige en doeltreffende manier impact te verwerven. Door daar te rade te gaan kan in het Zuiden een grotere impact tot stand worden gebracht en zullen sterkere organisaties kunnen ontstaan.Anderzijds, als de Trias-basis (bewegingen) in het Noorden zich bewuster zijn van hun acties (bijvoorbeeld klimaatverandering, bewustmaking, coöperatieve waarden, collectiviteit,..) kan een mentaliteitsverandering op gang komen. De NoordZuidrelaties zullen ook baat hebben bij de Zuid-Zuiduitwisseling. Dat geldt in het bijzonder voor de resultaten 1, 2 en 4, bijvoorbeeld via de ondersteuning van vrijwilligers. Er worden samenwerkingstrajecten voorzien met Landelijke Gilden, Neos en UNIZO (aardappelverwerking)voor de uitwisseling, advisering en uitwisseling met de lokale ledenorganisaties. Door de gelijkenissen en de aard van de ledenbewegingen van Trias in Noord en in Zuiden is de herkenbaarheid groot en worden snel raakpunten van gemeenschappelijke interesse gevonden.
13
Voorstelling van de geselecteerde partners in Ecuador Ledenorganisaties van Familiale Boeren en Kleinschalige ondernemers Naam partner 1. CONPAPA (provincies Chimborazo, Bolivar en Tungurahua) Voornaamste belanghebbenden: familiale boeren # Totale ledenaantal: - 398 producenten van inheemse oorsprong en mestiezen. -% mannen / vrouwen: 60 % mannen en 40 % vrouwen -% jongeren (mannen / vrouwen) 10 % jonger dan 30 jaar. Beschrijf de bijdrage van de partner aan: - De inclusie: CONPAPA heeft werkgelegenheidsinitiatieven opgezet in de hele aardappelketen. Daarmee bereiken en helpen ze een groot aantal achtergestelde kleine en middelgrote producenten, mannen, vrouwen en jongeren. Dat creëert nieuwe werkgelegenheid, dankzij de verbindende kracht van de verenigingsorganisatie als sleutelinstrument voor de ontwikkeling. - De economische duurzaamheid: één van de belangrijkste doelstellingen van CONPAPA schuilt in de productie en vermarkten van de aardappel van de familiale landbouwers die zich in CONPAPA hebben verenigd. Dankzij die activiteit kunnen de boeren rekenen op een betrouwbare markt voor het vermarkten van hun productie, tegen een correcte en concurrentiële prijs. De ondernemingsstructuur in elke provincie (3: Chimborazo, Tungurahua, Bolivar) bepaalt met hun klanten de verkoopprijs, opdat de winstmarge gedeeltelijk de operationele kosten van hun organisatie kan dekken. - Het milieu: CONPAPA ontwikkelt impactmatigende en natuurbehoudstrategieën, met onder meer het gebruik van biologische producten, bevorderen van het gebruik van organische en alternatieve bemesting, teeltafwisseling, uitbreiden van de traditionele inheemse knowhow inzake integrale landbouw en bewaarpraktijken. Beweegredenen om de partner voor het programma te kiezen: Het gaat om familiale landbouwers die de kracht van de collectieve organisatie gebruiken als hefboom naar betere markten. Ze vechten ook voor de erkenning op het nationale niveau van hun methodiek voor de productie van pootgoed en willen de belangen van de aardappelsector uitdragen en door de regeringsorganismen worden gehoord. Naam partner: 2. COMPYTA Chimborazo Voornaamste belanghebbenden: familiale boeren # Totale ledenaantal: -50 stichtende leden -% mannen / vrouwen: 60 % vrouwen en 40 % mannen -% jongeren (mannen / vrouwen): ND Bijdrage van de partner aan: - Inclusie: alle personen die besloten om deel te nemen aan het guarango-project hebben een gelijke toegang gekregen tot de voordelen ervan, ongeacht hun fysieke en genderkenmerken en zonder enige vorm van stigmatiseren of uitsluiten. Respecteren en stimuleren van gendergelijkheid en processen van verkiezing en vertegenwoordiging. - Economische duurzaamheid: er is nog geen productie (eerste oogst na 5 tot 6jaar) door de leden. Men is op zoek gegaan naar andere (niet-aangesloten) producenten om processen te starten op het vlak van vermarkten, maar de volumes zijn nog onvoldoende. De producenten zijn er zich van bewust dat het om een langetermijnteelt gaat. Het werk van de voorbije 3 jaar was gefocust op bewustmaking van de economische waarde van de guarango en zijn grote rol in het milieubehoud. - Milieu: met productiegerichte herbebossing met guarango wordt bodemerosie bestreden, koolstof gefixeerd, de lucht gezuiverd en stikstof uit de atmosfeer gehaald en via het wortelsysteem (vlinderbloemig) in de bodem gebracht en bodemvruchtbaarheid hersteld. Beweegredenen om de partner voor het programma te kiezen: de teelt draagt sterk bij tot het behoud van het milieu en heeft een economisch belang voor de gezinnen. Compyta is als organisatie rond dit initiatief opgericht en motiveert andere reeds bestaande producenten, die op zichzelf werken, om mee in het project te stappen. Naam partner: 3. COPROBICH (provincie Chimborazo) Voornaamste belanghebbenden: familiale boeren - # Totale ledenaantal: 630 producenten -% mannen / vrouwen: 346 vrouwen (55 %) /284 mannen (45 %) -% jongeren (mannen / vrouwen): ND
14
Beschrijf de bijdrage van de partner aan: - De inclusie: de inclusie weerspiegelt zich in de participatie van de vrouwen aan de besluitvorming, zowel op het niveau van de gemeenschap als in het gezin. Coprobich stimuleert de vrouwenparticipatie en de gelijkheid, in die mate dat de directie voor 60 % uit vrouwen bestaat. Ook bij de leden zijn de vrouwen in de meerderheid (55 %). - De economische duurzaamheid: COPROBICH biedt technische ondersteuning in de landbouw en leidt gemeenschapspromotoren op. Momenteel begint men er met eigen uitrusting quinoa te verwerken, om met een rechtstreekse uitvoer naar Europa en Noord-Amerika te kunnen beginnen. Die markten worden benaderd volgens de principes van de eerlijke handel en daar krijgt de organisatie jaarlijks een FLOpremie voor, waarmee ze de operationele kosten van de verenigingsonderneming helpt dekken. Ze hoopt met het op gang brengen van de verwerking alle kosten te kunnen dekken en de producenten meer en betere diensten te kunnen aanbieden. - Het milieu: De quinoateelt zoals COPROBICH die beoefent is duidelijk biologisch. Bovendien zet de organisatie ook aanvullende activiteiten op, zoals bebossing en opkweken van fruitbomen voor levende en windvangende afsluitingen. Ze werken met de scholen en de leden van de gemeenschappen rond afvalbeheer en het gebruik en het onderwerken van groenbemesters in de door boeren bebouwde percelen. Beweegredenen om de partner voor het programma te kiezen: de organisatie bestaat volledig uit biologische producenten die werken volgens het concept van de eerlijke handel. Ze beschikt over een “Certificación Orgánica” en het SPP-label (Selo Pequeno Productor). Ze is begonnen met de verwerking van quinoa in een eigen installatie, waardoor ze moet overstappen op de organisatievorm van een sociale onderneming. Naam partner: 4. SEÑOR CUY (provincie Chimborazo) Voornaamste belanghebbenden: familiale boeren - # Totale ledenaantal: 142 producenten -% mannen / vrouwen: 90 % vrouwen 10 % mannen -% jongeren (mannen / vrouwen): 10 % jongeren Bijdrage van de partner aan: - De inclusie: de inclusie van nieuwe producenten in het proces van gemeenschapsvorming van de vereniging van caviakwekers maakt het mogelijk om de sociale basis van de producenten op lokaal en regionaal niveau te versterken. Señor Cuy organiseert workshops rond thema’s als gender, leiderschap, bevorderen van gelijkheid, de rol van de vrouw in het gezin en in de samenleving en werkt aan het bekendmaken van die thema’s onder jongeren. - De economische duurzaamheid: de productie van kleinschalige ondernemers (caviakwekers), stamboekvee en caviavlees, in volumes op verenigingsniveau en met aangepaste verkoopprijzen, leidt ertoe dat de organisatie economische inkomsten genereert. Die komen ten goede aan de kleine producent, onder de vorm van verbruiksgoederen, voer, rasverbetering, technische ondersteuning en dekken ook de basiskosten van de onderneming. - Het milieu: de productie van caviavlees is een activiteit die als biologisch wordt aangezien omdat er geen chemische producten worden gebruikt. Bovendien vormen de afvalproducten van de dieren een organische meststof van hoge kwaliteit voor andere teelten. Beweegredenen om de partner voor het programma te kiezen: het gaat om een vereniging van producenten met perspectieven op het vlak van sociale, economische en ecologische duurzaamheid. De kans is groot dat de actieradius en het aantal leden zullen toenemen, aangezien de activiteit door de meerderheid van de boeren wordt beoefend en geen vertechnisering vergt. Señor Cuy beschikt over de ervaring om andere landbouwers te doen inzien dat deze activiteit een belangrijke bron van inkomsten vormt. Naam partner: 5. PACAT (provincie Tungurahua+ nationaal niveau ) Voornaamste belanghebbenden: familiale boeren - # Totale ledenaantal: 500 ecologische landbouwproducenten -% mannen / vrouwen: Vrouwen 66 % mannen 34 % -% jongeren (mannen / vrouwen): jonge vrouwen 15 % - jonge mannen 10 % Beschrijf de bijdrage van de partner aan: - De inclusie: PACAT versterkt de participatie van al zijn leden via algemene vergaderingen en directievergaderingen. Bij bepaalde diensten waaronder toegang tot krediet en vermarkten krijgen vrouwen en jongeren voorrang. - De economische duurzaamheid: men beschikt over ruimte voor rechtstreekse verkoop aan de consument op lokale markten. Er bestaat een wekelijkse inzameling waartoe alle deelnemers aan de markten bijdragen om de onkosten van het kantoor en de gemeentebelastingen te betalen. - Het milieu: de ecologische landbouw als productiealternatief met het oog op zelfvoorziening en om op een georganiseerde manier toegang tot de markt te krijgen wordt gepromoot. PACAT stelde de volgende principes voorop: land- en bosbouw, schone landbouw, bodemconservatie, watergebruik, alternatieve 15
bestrijdingswijzen, teruggrijpen naar inheemse soorten, teruggrijpen naar traditionele, lokale kennis. Beweegredenen om de partner voor het programma te kiezen: het is een organisatie van ecologische landbouwproducenten die een alternatieve productie promoot, zowel via zelfvoorziening als via rechtstreekse verkoop aan de consument. Ze beschikt over de nodige ervaring in agro-ecologische productieontwikkeling om ook andere producenten voor deze praktijk te motiveren. Ze heeft behoefte haar initiatieven op regionaal & nationaal niveau te promoten. Naam partner: 6. CECJ (nationaal Ecuador, “Coordinadoria Ecuador Comercio justo) Voornaamste belanghebbenden: familiale boeren - # Totale ledenaantal: 11 200 producenten -% mannen / vrouwen: 65 % mannen – 35 % vrouwen -% jongeren (mannen / vrouwen): ND Beschrijf de bijdrage van de partner aan: - De inclusie: CECJ bevordert de inclusie via permanente capaciteitsversterking in de biologische productie, het organisatiebeheer, de ontwikkeling van vernieuwende producten, genderworkshops, binnen de scholen en bij de jongeren van de betrokken gemeenschappen. - De economische duurzaamheid: de organisaties binnen CECJ handhaven zich al jaren in de internationale handel. Dat heeft tot een zekere duurzaamheid geleid. Momenteel promoot men het label van de kleinschalige ondernemer, opdat de organisaties hun producten ook lokaal kunnen positioneren en niet afhangen van die ene (internationale) marktniche. - Het milieu: CECJ werkt alleen met organisaties met biolabel en die gecertificeerd zijn voor de eerlijke handel. Het behoort daarbij tot het standaardbeleid van de organisatie om op een milieuvriendelijke wijze te plannen en te werken. Beweegredenen om de partner voor het programma te kiezen: ze hebben internationale contacten, op het niveau van Latijns-Amerika, om productie-initiatieven te promoten ten gunste van de familiale landbouwers. In 2013 lanceren ze het SPP (selo pequeno productor)-label (kleinschalige ondernemer), waarmee ze de producten van hun organisaties op lokaal niveau willen positioneren. Dat SPPkwaliteitslabel zal ook de erkenning mogelijk maken van andere waardeketens van kleinschalige ondernemers in Ecuador. Naam partner: 7. Cámara de artesanos de Guano Voornaamste belanghebbenden: kleinschalige ondernemers # Totale ledenaantal: 173 micro-ondernemingen % mannen/vrouwen: 70 % / 30 % % jongeren (mannen/vrouwen): 25 % Bijdrage van de partner aan: - De inclusie: integratie van jonge ambachtslui. Capaciteitsversterking voor jongeren. - De economische duurzaamheid: dankzij de aangeboden capaciteitsversterking verbetert de kwaliteit van de ambachtelijke producten en de markttoegang. - Het milieu: met de ambachtelijke leerbewerkers, wil Trias druk uitoefenen om voor guarango te kiezen als biologische milieuvriendelijke grondstof in de leerlooierij, in de plaats van de giftige producten die momenteel worden gebruikt. Beweegredenen om de partner voor het programma te kiezen: de Cámara de Artesanos de Guano is een organisatie van ondernemers in de sectoren van leder, textiel en andere ambachten. Trias wil hen ondersteunen bij de capaciteitsversterking van de verschillende verenigingen. Dit moet ook een betere interactie bevorderen tussen de productie van de boerenorganisaties en het ondernemerschap. IMF ledenorganisaties: Trias heeft ook een partnerrelatie met ledenorganisaties van Microfinanciering. Naam partner: 8. REFICH Koepel krediet en Spaarcoöperaties Chimborazo Voornaamste belanghebbenden: Familiale boeren (50%) en kleinschalige ondernemers (50%) - # Totale ledenaantal: 124 000 -% mannen / vrouwen: 48 % mannen – 52 % vrouwen -% jongeren (mannen / vrouwen): 15%
16
Mogelijke bijdrage van de partnerorganisatie aan: -De inclusie: versterken van strategieën naar socio-economische inclusie van mensen die traditioneel buiten het formele financiële systeem vallen. Zij moeten het ondertussen doen zonder waardige en gepaste dienstverlening die hen in staat zou stellen om hun levenskwaliteit en die van hun gezinnen te verbeteren. -De economische duurzaamheid: de duurzaamheid van REFICH begint bij het aanbieden van diensten aan financiële instellingen, in overeenstemming met hun behoeften. Daarmee dekt het zijn operationele kosten. REFICH bundelt bovendien de krachten en vertegenwoordigt als een soort beroepsvereniging de sector van de solidaire volkseconomie. Tot slot zet REFICH strategieën uit voor het ontwikkelen van zijn dienstverlening overeenkomstig de behoeften van de producenten en kleinschalige ondernemers en draagt zo ook de coöperatieve visie uit. - Het milieu: de aangesloten financiële instellingen participeren met hun leden en met de gemeenschap actief in de processen van milieu-opvoeding. Ze hebben ook een geïnstitutionaliseerd aanbod dat ECOFERIA heet, een inclusieve markt met ambachten en kleinschalige ondernemers wiens economische activiteit erin bestaat afval te verwerken tot kunstwerken en waarrond ze ook opleidingen in dit soort van ondernemerschap en de commercialisering ervan organiseren. Beweegredenen om de partner voor het programma te kiezen: dit is een vakvereniging van microfinancieringsinstellingen die optreedt als promotor van de solidaire en sociale economie in Ecuador. Ze is een nationale referentie in de dienstverlening en de ontwikkeling van diensten. Als organisatie verbindt ze een dienstverlening op het vlak van microfinanciering met de behoeften van de familiale landbouwers en kleinschalige ondernemers, waaronder de focusgroep van armen, vrouwen, jongeren in armste rurale gebieden. Omschrijving van de doelgroep van begunstigden in Ecuador 1. Omschrijving van de voornaamste rechtstreekse belanghebbenden De voornaamste rechtstreekse belanghebbenden voor het programma 2014-2016 zijn organisaties van producenten in de landbouw en veeteelt die verbonden zijn met de waardeketens van aardappel, quinoa, cavia’s, de ecologische landbouw en guarango/tara in Ecuador (CONPAPA, COMPYTA, SR CUY, PACAT, COPROBICH). Daarnaast gaat het ook om een organisatie van kleinschalige ondernemers (Cámara de Pequeños Artesanos de Guano en verschillende kleine verenigingen die per ambacht georganiseerd zijn) en van microfinancieringsinstellingen die deel uitmaken van het netwerk REFICH. In totaal brengt dit op een 150.000 rechtstreekse begunstigden. Gemiddeld behoort 87 % van de doelgroep tot de rurale economie, waar de inheemse bevolking overheerst, gevolgd door de mestiezen. De organisaties en rechtstreekse partners vertrekken van het lokale, provinciale en regionale niveau, als strategie om onderling te ageren en voorstellen te genereren ten bate van de kwetsbare groepen. 2. Omschrijving van de belangrijke onrechtstreekse belanghebbenden De onrechtstreekse belanghebbenden zijn de leden van de organisaties op de nationale niveaus (In dit geval zijn dit twee groeperingen: Colectivo Agroecológico en CECJ, in totaal zo´n 12 700 mensen). Zij worden aangetrokken om op structureel niveau de problemen van de kwetsbare groepen (inheemsen, vrouwen en jongeren) aan te pakken, zoals de toegang tot water, grond, krediet, gendergelijkheid, inperken van de klimaatverandering, enz. In het Peru-programma wordt ook met analoge ecologische en fairtrade nationale belangenorganisaties gewerkt wat meer coördinatie en synergie moet stimuleren over de grenzen heen. Hiertoe behoren ook de organisaties uit de Zuid-Zuiduitwisseling die werken aan de versterking van de waardeketens (COPABOY, AGROSOLIDARIA en AOPEB). De organisaties waarmee we werken in Peru hebben ook een indirecte impact op het programma in Ecuador, vermits ze hiermee in relatie zullen treden als het gaat om integrale voorstellen (via analoge waardeketenfocus en lobbystandpunten) te doen op nationale (en mogelijks regio Andes) niveaus ten voordele van de familiale boeren. Duurzame impact Garanties voor een duurzame impact: selectie van partners en product(en), focus op en selectie van subsectoren De selectie van de partner en de partnerrelatie vormen doorslaggevende garanties voor een duurzame impact. Naast de selectiecriteria voor de partners hanteert Trias nu ook operationele richtlijnen voor het analyseren en selecteren van producten, subsectoren en acties, met het oog op een zo groot mogelijke impact in de familiale landbouw en de kleinschalige ondernemingen, in het bijzonder bij de armen, inheemse groepen, vrouwen en de jongeren. Familiale In Ecuador koos het programma voor de volgende focus en producten landbouwers Trias Ecuador heeft ervoor gekozen om te werken met waardeketens die belangrijk zijn voor de lokale markt, die voldoende representatieve producenten verenigen, die een waardig inkomen genereren voor die producenten, waar de 17
mogelijkheid bestaat om een meerwaarde te creëren en die een gemeenschappelijk vermarkten organiseren. De analyse werd gedaan van alle voornaamste landbouwketens in Ecuador van granen, koffie, cacao, rijst, zuivel, aardappel, quinoa, cavia, guarango (tara), gerst en andere. De ketens die TRIAS gekozen heeft zijn: aardappelen, cavia’s, quinoa, guarango/tara en de biolandbouw, omwille van de belangrijke deelname in de voedselsoevereiniteit, inclusie, milieu en vooral omdat deze ketens de beste impact verwachten en meerwaarde naar de doelgroep (vrouwen, jongeren..) zowel op niveau van de doelgroep als van de organisatie. De teelt van guarango is complementair aangezien het om een boom gaat die op langere termijn inkomsten genereert maar zeer geschikt is om gronden weer vruchtbaar te maken en woestijnvorming tegen te gaan. De teelt is complementair met quinoa, cavia’s en de ecologische landbouw. Inclusie van jongeren en vrouwen in de waardeketens Afhankelijk van de keten focussen de organisaties op uiteenlopende manieren om tot inclusie van vrouwen en jongeren te komen. Cavia’s zijn traditioneel een vrouwenteelt die zich dicht bij huis situeert. Vanwege de beperkte behoefte aan grond is echter gebleken dat ze, met weinig investeringen en iets meer tijd, een zeer rendabele teelt kunnen vormen. Om dezelfde reden zijn meer en meer jongeren erin geïnteresseerd, aangezien ze deze economische activiteit kunnen combineren met hun studies. De aardappel: hoewel de teelt traditioneel door het gezin gebeurde, ging de man vaak lopen met de opbrengst. We zien een grote interesse van jongeren en vrouwen voor de productie van kwalitatief pootgoed omdat het risico kleiner is (ze hangen niet af van een vrije markt) en ze kleinere percelen bewerken. Ook bij het tot stand brengen van toegevoegde waarde (verwerken en vermarkten) op het niveau van de organisatie is er nogal wat betrokkenheid van vrouwen. Guarango/tara wordt gezien als teelt van de toekomst. De producenten van vandaag genieten amper van de opbrengst maar stellen veeleer hun kinderen in staat een eerste veilig inkomen te verwerven waarmee ze hun studies kunnen betalen. Ze is goed combineerbaar met andere teelten. De ecologische landbouw vergt relatief veel zorg en handenarbeid. Vandaar dat veel producten traditioneel door vrouwen werden verbouwd. Zij hadden echter maar een beperkte toegang tot de markt (zelfvoorziening). De productie verbeteren en het vermarkten organiseren kan deze vrouwen helpen om een waardig inkomen te verwerven. Net als bij de producten met toegevoegde waarde zijn er nogal wat mogelijkheden voor vrouwen, zowel individueel als collectief / coöperatief. Quinoa is een teelt die door heel het gezin gebeurt, net zoals de aardappelteelt, maar waarbij de vrouw grotendeels bijdraagt in het werken op het land, en de man de verkoop doet. Door het ondersteunen van de organisatie Coprobich wordt deze cirkel doorbroken, omdat de organisatie het vermarkten nu regelt op internationaal niveau, zodat de vrouw en de man meer gelijk deelnemen aan het productieproces dat ook organisch is. Daarom moet veel organische meststof geproduceerd worden, wat een job is van de man en de vrouw. Beschrijf hoe de producten of de focus leiden tot een duurzame economische impact bij de familiale landbouwbedrijven Alle teelten werden geselecteerd op basis van de mogelijkheid om op de gemiddelde percelen waarover de producenten beschikken een waardig inkomen te genereren, zonder het eigen verbruik van het gezin in het gedrang te brengen. De geselecteerde waardeketens bieden bovendien het potentieel om de gezinnen uit de armoede te halen, zodra ze kunnen investeren in de productie en de kwaliteit van hun product. Dit wordt ook aan de hand van resultaten in de praktijk bekrachtigd. Beschrijf hoe de producten of de focus geen schade berokkenen aan het milieu en een positieve of risicomatigende impact hebben Zoals eerder vermeld is de guarango/tara een cultuur die mogelijk is op droge, geërodeerde gronden. Ze helpt woestijnvorming in te dijken en gronden opnieuw vruchtbaar te maken en kan gemakkelijk gecombineerd worde met caviakweek of ecologische landbouw (inclusief Quinoa). De teelt van cavia’s gaat hand in hand met de ecologische landbouw, aangezien hij een uitstekende mest oplevert voor moestuinen. De ecologische landbouw is op zichzelf al een duurzaam landbouwsysteem met een positieve impact op het 18
Kleinschalige ondernemers
milieu, vanwege de diversificatie van teelten en het evenwicht tussen de ecosystemen. In Ecuador koos het programma voor de volgende subsectoren Het programma zal werken met verschillende groepen van kleinschalige ondernemers, georganiseerd in gilden, kamers, vakverenigingen. De organisaties bieden een bepaalde dienstverlening: vooral training in de verschillende subsectoren zoals weverijen, voeding, mechanica, ambachtelijke verwerking van landbouw- en andere producten (leder, textiel) en handel. Beschrijf in welke mate deze (sub)sector de inclusie van jongeren en vrouwen en goede komt De organisaties van de ambachtelijke ondernemers in Guano groeperen vooral oudere mannen en vrouwen, omdat de ambachten momenteel te weinig markt hebben en te weinig toekomstperspectieven bieden voor de jongeren. Door te zorgen voor innovatie en dat er meer toegang tot lokale, nationale en zelfs internationale markten komt, zullen de jongeren terug toetreden tot de organisaties en voor een verjonging in de groepen zorgen. De capaciteitsversterking in de ambachtsverenigingen helpt jongeren het vak te leren en creëert interesse voor het zelfstandig ondernemen. Op termijn onderzoeken we ook de mogelijke samenwerking met de Federacion de artesanos de Chimborazo om de link urbaan/ruraal en argrarisch/niet agrarisch sterker aan te halen. Beschrijf hoe deze (sub)sector bijdraagt tot een duurzame economische impact bij de kleinschalige ondernemers De organisaties werken aan sociale duurzaamheid via het aanscherpen van ondernemerschap en het helpen winstgevend maken van economische initiatieven van vrouwen en jongeren. Daarnaast doen ze dit door het verbinden en coördineren van de verenigingen uit de sector van de micro-ondernemingen, wat hen helpt om kennis uit te wisselen en gezamenlijke voorstellen te ontwikkelen ten gunste van die sector. Beschrijf hoe de (sub)sector geen schade berokkent aan het milieu en een positieve of risicomatigende impact heeft Binnen de vakverenigingen is bewustmaking vereist rond de milieuproblematiek. De leerlooiers zullen nieuwe technieken invoeren met de vruchten van de guarango. In de plannen inzake capaciteitsversterking op ondernemersvlak zal een bijzondere focus liggen op milieuthema’s (goede verwerkingstechnieken) en bedrijfsbeheer.
Bijdragen tot duurzame impact tijdens de programma-implementatie Het programma zal bijdragen tot de algemene doelstelling door het versterken van de organisaties van producenten en kleinschalige ondernemers en door hen te koppelen aan nationale processen, en eventueel regionale Andes processen. Via professionele trainingen, capaciteitsversterking, stages en ervaringsuitwisseling komen de familiale landbouwers en kleinschalige ondernemers tot nieuwe vormen van produceren en commercialiseren, met als ultieme doelstelling een beter inkomen en een sterkere sociale cohesie binnen de organisaties. Ook zal het meer capaciteiten doen ontstaan in verscheidene dimensies: productie, belangenbehartiging en het beheer van productieve en organisatorische processen. Een speciale inspanning zal worden geleverd om de inclusie van vrouwen en jongeren in alle dimensies te bereiken. Leg uit hoe het programma streeft naar lokale betrokkenheid via de samenwerking van ledenorganisaties met andere bestaande actoren Door coöperatie tussen de partnerorganisaties probeert het programma de productieve, commerciële en ondernemerssector bij de steunverlenende overheidsinstanties te krijgen. Zo heeft MAGAP, het Ministerie van landbouw, veeteelt, watercultuur en visserij, enkele programma’s lopen voor kleine producenten. De uitdaging bestaat erin om hen de beheerscapaciteit te laten verwerven die nodig is om van die overheidsprogramma’s gebruik te kunnen maken, ten gunste van hun hele sector. Ook de lokale overheden hebben in hun strategische plannen en jaarplannen acties opgenomen ten gunste van de kleinschalige producenten en ondernemers. De bedoeling is om de organisaties hiermee in contact te brengen en op lokale en nationale niveaus te lobbyen ten voordele van de familiale boeren en kleinschalige ondernemers. Multiplicatoreffect van het programma De interventie van Trias op het niveau van Ecuador en Peru laat veel ruimte voor uitwisseling toe tussen organisaties van producenten op Zuid-Zuidniveau in de hele Andes regio. Daardoor leren organisaties om goede praktijken van elkaar over te nemen in hun land en regio. Anderzijds heeft 19
ook de politieke beïnvloeding onder impuls van de nationale actoren een impact op de hele sector, op het niveau van de producenten en hun organisaties. Het multiplicatoreffect berust op drie mechanismen: 1) De bewuste opname in het netwerk van organisaties op een hoger niveau 2) Het potentieel dat ontstaat door Zuid-Zuid (en Synergie) uitwisselingen die zich toespitsen op delen van het leerproces en ervaringen van verschillende aard: met betrekking tot bedrijfsdienstverlening, de inclusieprocessen of organisatorische versterking van de ledenorganisaties bestaande uit kleinschalige familiale boeren en/of ondernemers. 3) De samenwerking tussen de deelnemende organisaties met hun institutionele omgeving die een lokale en nationale visie hebben.4) Op internationaal vlak: Fairtradenetwerk CLAC. Bijdrage aan duurzame impact: Exitstrategie Ecuador Op financieel vlak: De samenwerking tussen ledenorganisaties met andere belangrijke instanties is essentieel voor het beschikken over voldoende financiële middelen op de lange termijn en was één van de selectiecriteria. Trias Ecuador ondersteunt geen ledenorganisaties die financieel volledig afhangen van de fondsen van het Trias-programma. Elke organisatie beschikt over een basisstructuur die zichzelf staande moet houden, Trias levert een bijdrage aan de kernprocessen vastgelegd in het programma. De ledenorganisaties dragen bij aan het Trias programma met eigen of andere externe fondsen. De synergie tussen personeel en technische en financiële middelen werd opgenomen in de selectiecriteria van de geselecteerde organisaties. Trias Ecuador werkt hieraan mee vanuit haar eigen aanbod, maar de partner zal met zijn interne capaciteiten de voornaamste inspanning leveren en zich inzetten voor het geheel van organisaties die werken aan het bereiken van de gezamenlijke doelen. Zo wordt er gestreefd naar een zo maximaal mogelijke koppeling met de beschikbare lokale middelen Op organisatieniveau: Bij de uitvoering van de strategie zullen zowel de samenwerking van de partnerorganisaties met zowel Trias Ecuador als met andere instanties opgevolgd worden. Trias zal de geleverde diensten van de partnerorganisatie evalueren zodat de resultaten kunnen bijdragen aan het leerproces van het personeel en het management van de ledenorganisatie. Door begeleiding te geven aan en het monitoren van formeel leiderschap en van de processen die gerelateerd zijn aan andere actoren via coördinatie- of overlegprogramma’s wordt er een zekere autonomie gecreëerd. Op technisch niveau: De bestaande situatie qua organisatie van de ledenorganisaties is verschillend. Het uitgangspunt geeft twee mogelijke interventies met betrekking tot het gebruik van technologieën en technieken: 1) Het invoeren van nieuwe technieken en technologieën. 2) Invoering en uitbreiding van bestaande technologieën die door bepaalde omstandigheden niet toegankelijk zijn voor de hele organisatie. De duurzaamheidsfocus stimuleert de combinatie van lokaal ontwikkelde technologieën en methoden. Op HRM-niveau: Het is de bedoeling om de capaciteiten die nodig zijn voor effectief en efficiënt programmabeheer en de vaardigheden om samenwerkingsverbanden aan te gaan, over te dragen. Een belangrijk duurzaamheidsprincipe van Trias is dat de samenwerking en de adviesdiensten geen afhankelijkheid creëren tussen Trias en de partnerorganisaties. Het Triasteam neemt voornamelijk de rol van advies geven op zich, en zal de capaciteiten creëren om tegemoet te komen aan de adviesbehoeften van de partnerorganisaties. Anderzijds zijn de interne capaciteiten van elk van de organisaties sterk verschillend. Trias Ecuador verkiest het om processen in het ritme van de partnerorganisties te ondersteunen met aandacht voor de bestaande capaciteit van de organisaties. Dat garandeert duurzame processen op termijn. Transversale thema’s: inclusie (gender) en milieu TRIAS identificeerde partnerorganisaties in Ecuador die aansluiting vinden bij de thema’s uit de strategie voor 2013-2018 en de niveaus (meso en macro) waarop die interveniëren. Op mesoniveau biedt het programma strategieën om de organisaties te versterken op het vlak van sociaal ondernemerschap, opdat ze hun dienstverlening aanpassen aan de praktische behoeften van de groepen van vrouwen, jongeren en inheemse bevolking (toegevoegde waarde, kwaliteit, volume, technische bijstand, certificatie, krediet, milieu, markttoegang, enz.). Ze stimuleert het denken binnen de organisaties over exclusie: beperkende factoren en voorstellen om de toegang van deze bevolkingsgroepen tot de besluitvorming en hun vertegenwoordiging in de overheidsorganen te verzekeren strategische vragen (veranderingen op het vlak van wettelijk kader, water, grond, krediet, investeringen, voedselautonomie en lichamelijke soevereiniteit) worden opgenomen in de agenda’s van de organisaties, met macro-interventies om invloed uit te oefenen op het overheidsbeleid. Die interventies moeten leiden tot actie vanwege de overheden onder de
20
vorm van wetten, programma’s en projecten die een einde maken aan de structurele uitsluitingfactoren op economisch, sociaal en cultureel vlak. TRIAS werkt met ledenorganisaties door op (sub)nationale niveaus hun interne capaciteiten te versterken bij: het sluiten van allianties met andere actoren en het uitwerken van beleidsvoorstellen op basis van de behoeften en de vraag van de landbouwers en ondernemers, lid van de ledenorganisaties en rekening houdende met de specifieke noden van de uitgesloten groepen (voor de dimensies gender, leeftijd, ethniciteit, en andere). onderhandelingen, lobbying en projectbegeleiding. De strategie die TRIAS voorstelt zorgt ervoor dat diversiteit een reëel feit is in de ledenorganisaties die het ondersteunt en dat de behoeften en belangen van de uitgesloten groepen vertaald worden in acties vanuit lokaal-globaal-lokaal perspectief. Op die manier wordt, door representativiteit en empowerment van leidinggevenden uit de uitgesloten groepen, een daadwerkelijke invloed verworven, door representativiteit, ‘demodiversiteit’, empowerment van leidinggevenden uit de uitgesloten groepen. Zij moeten onder meer de economische en sociaalpolitieke capaciteit verwerven om hun situatie te analyseren en voorstellen naar voor te schuiven. Die invloed moet ertoe leiden dat hun behoeften worden gepercipieerd als publieke thema’s, waarvoor de staat via zijn diverse overheden wetten, programma’s en projecten opstelt die ingrijpen op de structurele factoren in de uitsluiting. Voor TRIAS biedt de duurzame landbouw, in samenhang met voedselautonomie, strategieën op het vlak van plattelandsontwikkeling. Die vormen een alternatief voor het in Latijns-Amerika overheersende agro-industriële model dat leidt tot uitsluiting van vrouwen, jongeren en de inheemse bevolking, die in precaire omstandigheden moeten werken in exportgerichte productieenclaves. Die situatie brengt ons ertoe de plattelandsontwikkeling te herdenken en coöperatie na te streven met organisaties die werken aan sociaal en ecologisch duurzame productiepraktijken. De nadruk ligt daarbij op het aanbieden van alternatieven voor de familiale boeren en kleinschalige producenten in rurale gebieden, die in hun bestaan bedreigd worden door de nieuwe grootschalige en exportgerichte landbouwbedrijven. In dat verband kan het programma van TRIAS 2014-2016 rekenen op ledenorganisaties in Ecuador (Colectivo Agroecológico), die in directe wisselwerking staan met organisaties uit Peru (ANPE), Colombia (Agrosolidaria) en Bolivia (AOPEB), die veranderingen in het landouwmodel van hun respectievelijke landen voorstellen. Die blijven echter marginaal in het licht van het beleid van de staten. Het programma van TRIAS wil de interne capaciteiten van de ledenorganisaties versterken: de capaciteit om de kleine producenten bewust te maken van de economische rentabiliteit en de milieuvoordelen van de ecologische landbouw in een context van uitsluiting, economische crisis en klimaatverandering de capaciteit om de ecologische landbouw op de ontwikkelingsagenda te krijgen van de overheidsinstellingen op lokaal, regionaal, nationaal en supranationaal niveau, opdat er de nodige aandacht aan besteed wordt door middel van een aangepast marktbeleid en een politiek gericht op bescherming, investeringen, verbruiksgoederen en technische bijstand. de capaciteit om actiemogelijkheden te identificeren om zich te versterken tegen effecten van de klimaatverandering in Ecuador en Andes. TRIAS werkt samen met PACAT, een lokale organisatie met banden met het ‘Colectivo agroecológico’, aan het versterken van een coöperatief model van sociaal ondernemerschap dat borg staat voor inclusie van vrouwen, jongeren en inheemse bewoners in zijn structuren. Samen met hen wil TRIAS ook zijn punten op de agenda’s van de nationale ledenorganisaties krijgen. Ledenorganisaties zoals AGROSOLIDARIA in Colombia, AOPEB in Bolivia, ANPE in Peru en het Colectivo agroecológico in Ecuador, willen binnen de Zuid-Zuidstrategie van TRIAS acties ondersteunen met het oog op het socialiseren van de opleiding, het ontwikkelen van samenwerkingsverbanden en een grotere representativiteit. Die moet leiden tot het formuleren van voorstellen in organismen zoals MERCOSUR (REAF-MERCOSUR) en CAN opdat de regeringen institutionele maatregelen invoeren en een specifiek beleid gericht op de kleinschalige ecologische landbouw, de intraregionale handel en de klimaatverandering. Duurzaamheid TRIAS ondersteunt zijn partnerorganisaties bij het promoten van de democratisering binnen de eigen beslissingsorganen, waardoor de organisaties zich openstellen voor vrouwen, jongeren en de (arme) inheemse bevolking. Anderzijds wil het hen ook helpen de interne capaciteit te ontwikkelen om de interne en externe factoren (economische, sociale en milieucontext) van uitsluiting te identificeren en om via de nationaal werkende ledenorganisaties voorstellen te doen naar het overheidsbeleid. Die moeten ertoe leiden dat de staat en zijn lokale overheden investeringen
21
garanderen in landbouw- en veeteeltinitiatieven geleid door vrouwen, jongeren en andere uitgesloten groepen. Interne capaciteitsversterking in de ledenorganisaties met het oog op een overheidsbeleid gericht op duurzame landbouw garandeert dat overheidsinitiatieven en gemeenschappelijk programma- en projectbeheer op plaatselijke en nationale schaal stap voor stap leiden tot een bescherming en uitbreiding van de kleinschalige productie in landbouw en veeteelt, als een leefbaar alternatief voor het grootschalige, milieuvernietigende model.
5.2.4 Logisch Kader Baseline Specifieke doelstelling
2014
2015
2016
Verificatiebronnen
Hypothese 1.1
Trias streeft naar 8 duurzame ledenorganisaties (MBOs) in Ecuador, die actieve actoren zijn in de samenleving, die de capaciteiten van hun leden – met speciale aandacht voor armen, inheemsen, vrouwen en jongeren – persoonlijk en professioneel versterken, die de marktdeelname van hun leden versterken, die machtsevenwichten binnen de samenleving uitdagen en die bijdragen aan een inclusievere wereldwijde samenleving. Trias blijft een positieve evaluatie behouden door SETECI
Hypothese 1.2
Leden blijven actief deelnemen binnen de organisaties
Hypothese 1.3
De fiscale wetgeving laat de werking van Trias toe zoals voorzien is in de 3-jaarlijkse planning 3 8 Organisatiediagnostiek van de organisatie bij de start en het einde van het programma 3 8 Organisatiediagnostiek van de organisatie bij de start en het einde van het programma Organisatieprofiel BRS fact sheets voor microfinancieringsinste llingen 3 8 Rapporten over bereik (outreach) van de organisaties
De capaciteiten van 8 van de 8 ledenorganisaties werden versterkt 8 van de 8 ledenorganisaties hebben de kwaliteit van hun dienstverlening aan hun leden versterkt
8 van de 8 ledenorganisaties hebben de toegang van hun leden tot kwaliteitsvolle diensten versterkt (groter aantal mensen en/of groter aantal diensten) Resultaat 1
Hypothese 1.1 Hypothese 1.2 Hypothese 1.3 8 van de 8 ledenorganisaties hebben hun score verhoogd op de inclusiviteitsindex van het organisatieprofiel
In 8 van de 8 ledenorganisaties is de actieve deelname van armen, vrouwen en jongeren versterkt, zodat zij in een democratische en open wijze functioneren en streven naar een inclusievere maatschappij Organisatorische versterking en capaciteitsopbouw wordt aangeboden aan alle leden van de organisatie inclusief vrouwen en jongeren Het bestuur laat noodzakelijke verandering toe binnen de organisatie om inclusiever te werken. De vrouwen en jongeren zijn voldoende betrokken bij de strategische momenten binnen hun organisaties Jaarlijkse meting en bespreking van de 0 3 5 8 indicatoren van het organisatieprofiel tijdens een opvolgingsbijeenkomst tussen de MBO en de Trias facilitator
22
Resultaat 2 Hypothese 2.1 Hypothese 2.2 Hypothese 2.3 8 van de 8 ledenorganisaties hebben hun score verhoogd op de transparantie index van het organisatieprofiel 8 van de 8 ledenorganisaties hebben hun score verhoogd op de democratisch bestuursindex van het organisatieprofiel 8 van de 8 ledenorganisaties hebben hun score verhoogd op de financiële gezondheidsindex van het organisatieprofiel 8 van de 8 ledenorganisaties hebben hun score verhoogd op de professionele capaciteitsindex van het organisatieprofiel Resultaat 3
Hypothese 3.1 Hypothese 3.2 Hypothese 3.3 8 van de 8 ledenorganisaties hebben hun score verhoogd op de geïntegreerde dienstverleningsindex van het organisatieprofiel Resultaat 4 Hypothese 4.1 Hypothese 4.2
8 van de 8 ledenorganisaties hebben hun interne organisatie en duurzaamheid effectief versterkt. Er is een degelijk Personeelsbeleid bij de partners dat personeelsverloop binnen de normale normen houdt. De fondsen worden door de partners gebruikt zoals voorzien is in de overeenkomsten, jaarplannen en financiele regels. De leden hebben een voldoende realistisch beeld van hun organisatie en weten welke voordelen en diensten ze kunnen verwachten. 0 3 5 8 Jaarlijkse meting en bespreking van de indicatoren van het organisatieprofiel tijdens een opvolgingsbijeenkomst tussen de MBO en de 0 3 5 8 Trias facilitator
0
3
0
3
5
5
8
8
8 van de 8 ledenorganisaties en hun private en overheidspartners faciliteren geïntegreerde kwaliteitsdiensten zodat hun leden – met name armen, vrouwen en jongeren – gemakkelijker kunnen deelnemen aan markten. Veranderingen in de Lokale wetgevingen rond de vermarkting van landbouwproducten hebben geen negatieve impact op de voorziene processen Huidige samenwerkingsverbanden met het oog op een kwaliteitsvolle dienstverlening blijven bestaan Noord-Zuid uitwisseling voldoet aan de bestaande verwachtingen en financiele middelen. Jaarlijkse meting en 0 3 5 8 bespreking van de indicatoren van het organisatieprofiel tijdens een opvolgingsbijeenkomst tussen de MBO en de Trias facilitator 8 van de 8 ledenorganisaties coördineren, wisselen uit en werken samen met andere actoren in een gezamenlijk streven naar een inclusievere wereldwijde samenleving Lokale besturen getuigen van wil tot samenwerking met Trias en haar Partners. De organisaties zijn in staat om diensten te ontwikkelen die verder reiken dan enkel hun leden.
23
8 van de 8 ledenorganisaties hebben hun score verhoogd op de lobbying en pleitbezorgingsindex van het organisatieprofiel 8 van de 8 ledenorganisaties hebben hun score verhoogd op de netwerkingsindex van het organisatieprofiel
0
0
3
3
5
5
8
8
Jaarlijkse meting en bespreking van de indicatoren van het organisatieprofiel tijdens een opvolgingsbijeenkomst tussen de MBO en de Trias facilitator
24
5.2.5 Budget operationele kosten Operationele kosten Jaar 1 1.1. 1.1.1. 1.1.1.1. 1.1.1.2. 1.1.1.3. 1.1.2. 1.1.3. 1.1.4.
Roerende goederen 117.400 Roerende goederen - rollend materieel 40.500 Roerende goederen - uitrusting, machines en installaties 62.750 Roerende goederen - software 14.150 Onroerende goederen 0 Kredietfonds 0 Rollende fondsen 0
25.000 0 23.850 1.150 0 0 0
184.500 40.500 128.550 15.450 0 0 0
117.400
42.100
25.000
184.500
24.972 5.140 5.560 14.272
25.950 5.550 5.800 14.600
32.221 6.460 6.340 19.421
83.143 17.150 17.700 48.293
247.482 88.144 86.798 58.572 1.350 3.333 0 935 8.350
273.982 106.979 94.203 58.832 1.350 3.333 0 935 8.350
284.530 114.541 107.843 48.098 1.350 3.333 0 1.015 8.350
805.994 309.664 288.843 165.502 4.050 10.000 0 2.885 25.050
272.454
299.932
316.751
889.137
140.080 139.800 4.903 40.650
134.090 142.596 8.265 41.463
126.248 145.448 11.760 42.292
400.418 427.844 24.928 124.405
subtotal 1.3.
325.433
326.414
325.747
977.594
Totaal
715.287
668.446
667.498
2.051.232
ER1 ER2 ER3 ER4 BK
145.836 168.856 268.161 132.434
135.512 162.277 238.682 131.975
139.329 157.593 234.857 135.719
420.677 488.726 741.699 400.129
715.287
668.446
667.498
2.051.232
21,60
21,60
21,60
64,80
Functionnering Algemene werkingskosten Kosten mbt gebouwen Nutsvoorzieningen en kantoorbenodigdheden Andere werkingskosten
1.2.2. 1.2.2.1. 1.2.2.2. 1.2.2.3. 1.2.2.4. 1.2.2.5. 1.2.2.6. 1.2.2.7. 1.2.2.8.
Dienstverlening en capaciteitsversterking Dienstverlening en capaciteitsversterking partner Dienstverlening en capaciteitsversterking doelgroep N-Z en Z-Z dynamieken Individuele & collectieve vorming Missions Evaluatiekosten Knowledge management and productivity Thematic and functional networking subtotal 1.2.
1.3.1. 1.3.2. 1.3.3. 1.3.4.
Totaal
42.100 0 41.950 150 0 0 0
1.2.1. 1.2.1.1. 1.2.1.2. 1.2.1.3.
1.3.
Jaar 3
Investeringen
subtotal 1.1.
1.2.
Jaar 2
Personeel Lokaal personeel Cooperanten Vrijwilligers Personeel HO Zuidluik
3. Totale kost (directe kosten) Persoonsmaanden
25
5.2.6 Beschrijving van de middelen Budgetpost 1.1. Investeringen 1.1.1 Roerende goederen
1.1.2 Onroerende goederen 1.1.3 Kredietfondsen 1.1.4 Rollende fondsen 1.2. Functionering 1.2.1 Algemene werkingskosten
1.2.2 Dienstverlening en capaciteitsversterking
1.3. Personeel 1.3.1 Lokaal personeel 1.3.2 Cooperanten 1.3.3 Vrijwilligers 1.3.4 Personeel HO
Beknopte beschrijving van de middelen De totale behoefte aan investeringen voor deze doelstelling betreft bij benadering 2 wagens, kantoormeubilair, 15 computers, 15 laptops, 15 printers, 1 projector, boekhoudsoftware, office, windows, allerhande productie- en verwerkingsmateriaal ter ondersteuning van de ketens, 0,2 laptops voor de Learning and Exchange Advisors, 0,3 licenties voor HO op software packet gotomeeting. N/A N/A N/A De algemene werkingskosten betreft de volgende uitgavenposten van de partnerwerking: kantoorhuur, verzekeringen (wagen, kantoor, …), beveiliging kantoor, onderhoud kantoor, gas, water, elektriciteit, telefoon, brandstof (wagen + generator), onderhoud rollend materieel, reserveonderdelen (o.a. voor wagen), onderhoud computers, internetgebruik, kantoormateriaal, kosten voor publiciteit/advertenties/promotie, bankkosten, verzendingskosten, kosten voor aanwerving personeel. Voor het landenkantoor betreft het het onderhoud van en brandstof voor transportmiddelen en andere verplaatsingskosten. Dienstverlening en capaciteitsversterking betreft alle kosten van de partnerwerking en de landenkantoren gelinkt aan capaciteitsversterking van de partner en van de doelgroep zoals vormingen, consultancies, dienstverlening, uitwisselingen, N-Z dynamieken, lobbywerk, studies, seminaries, planning en monitoring, audit van de partners, landbouwinput voor demonstratiedoeleinden, werkingskosten van vrijwilligers. Het betreft ook een deel van de operationele werkingskosten van de Learning and Exchange Advisors (workshops, networking, meetings, consultants, publicaties - 37.385 euro), evenals 2 zendingen van de Learning and Exchange Advisors en 3 zendingen van de Programme Coordinator. Het totale bestand aan lokaal personeel bij de partners en het landenkantoor betreft op jaarbasis bij benadering 15 VTE’s. Advisor Lobby and Advocacy (1 VTE) 80% van kost landendirecteur (0,8 VTE) Inzet van vrijwilligers, experten en personeel van de bewegingen en het Trias netwerk voor deze doelstelling. 3% van de loonkost van programmacoördinatoren (0,09 VTE) 10% van de loonkost van Learning and Exchange Advisors (0,4 VTE)
26
5.2.7 Risicoanalyse Omschrijving van het risico
Reactie op het risico
Doelste Risiconiveau lling
Operationele risico’s
3.1
2.1
2.2
De partnerorganisatie s wijzigen hun in de overeenkomsten vastgelegde prioriteiten of behoeften omwille van veranderingen in het regelgevend kader van het land, in het intern beleid of in het groeiritme. De leden van de organisaties werken niet mee omdat ze irreële verwachtingen hebben. Het verloop van administratief en leidinggevend personeel in de ledenorganisaties schaadt de dynamiek van de uitvoering van het programma.
Flexibiliteit in het POA met de partnerorganisaties. Veranderingen in overeenstemming met doelstellingen en resultaten. Voortdurend bijwerken van de kennis binnen het team van adviseurs.
De nadruk leggen op de participatie van vrouwen en jongeren in de interne en externe besluitvorming van de ledenorganisatie.
Waarschijnlijk
Impact:
Laag
3
Samenwerkingsverbanden in stand houden tussen de overheids- en de privésector met het oog op een passende en kwaliteitsvolle dienstverlening. Participatieve planning van de activiteiten en resultaten om ze een realistischer beeld van de verwachtingen te hebben. Dienstverlening ontwikkelen gebaseerd op de behoeften van de leden. Duidelijk intern beleid inzake herverdelen van het overschot. Administratieve en leiderschapscapaciteiten in de organisaties versterken.
Kans:
Risiconive 38% au
1
Kans:
Waarschijnlijk
Impact:
Groot
Risiconive 56% au
2
Kans:
Zeer waarschijnlijk
Impact:
Klein
Risiconive 50% au
Financiële risico’s
2.3
3.3
De door Trias verstrekte middelen worden niet gebruikt in overeenstemming met het jaarplan en de financiële normen.
De uitwisseling en de samenwerking tussen ledenorganisaties uit Noord en Zuid is te duur in verhouding tot de resultaten die mogen worden verwacht.
Frequente monitoring via PLATS De jaarplannen koppelen aan financiële rapportering Voorzien in financieringsstrategieën 2 voor conflictsituaties in de relatie tussen ODB en Trias. Nauwe banden tussen de ODB’s en de adviseurs van Trias. Banden identificeren en in stand behouden met bewegingen in het Noorden, met door Noord en Zuid gedeelde thema’s en agenda’s. Voorafgaande analyse van de resultaten die de uitwisseling moet opleveren en die bijdragen tot het versterken van de specifieke doelstelling(en), via een 3 duidelijke afsprakennota en in coördinatie met de deelnemende organisaties. De inspanningen op het vlak van capaciteitsversterking hangen niet louter af van de uitwisseling N/Z of Z/Z. De facilitatoren en de ledenorganisaties
Kans:
Waarschijnlijk
Impact:
Klein
Risiconive 38% au:
Kans:
Waarschijnlijk
Impact:
Klein
Risiconive 38% au:
27
beschikken daartoe over een ruime waaier aan mogelijkheden.
3.3
Het fiscaal beleid in Ecuador maakt de kosten voor de overdracht en bijgevolg ook de operationele kosten duurder
In de algemene begroting de kosten hiervoor inschrijven.
3
Kans:
Zeer waarschijnlijk
Impact:
Klein
Risiconive 50% au:
Objectieve risico’s De leden van de organisaties nemen niet deel aan de vergaderingen en aan de besluitvorming en geven geen blijk van empowerment.
1.4
4.4
Organisatorische versterking en capaciteitsverster king concentreren zich op de leiding en worden bewust of onbewust niet aangeboden aan alle leden.
De ledenorganisaties ontwikkelen alleen strategieën, activiteiten en diensten binnen de organisatie en wegen niet op de samenleving.
Participatieve focus bij alle activiteiten. Activiteiten ontplooien die de betrokkenheid verhogen en in het belang zijn van alle leden.
1
Er bij de selectie van de ledenorganisaties op toezien dat de ledenlijst up-to-date is en dat alle leden actief zijn.
Waarschijnlijk
Impact:
Klein
Risiconive 38% au:
De interne communicatiestrategieën van de organisaties versterken om de leden te motiveren en om de kennis, de participatie en de besluitvorming te democratiseren. De adviseurs moeten alle niveau’s van de organisatie betrekken met het oog 1 op het uitbreiden en verspreiden van de informatie en de kennis. In de samenwerkingsovereenkomsten benadrukken dat participatie en democratie basisprincipes en noodzakelijke voorwaarden zijn. Specifieke activiteiten op het vlak van beïnvloeding opzetten met actoren uit de sector van de partner. (ledenorganisaties koppelen aan programma’s van de overheid of andere lokale actoren).
Kans:
Kans:
Waarschijnlijk
Impact:
Klein
Risiconive 38% au: Kans:
Zeer waarschijnlijk
Impact:
Klein
4 Risiconive 50% au:
Risico op het vlak van reputatie en imago
3.4
De ledenorganisaties zien de methodologische instrumenten en activiteiten met Trias als een verzwaring van wat ze al hebben of realiseren en zien ze niet als een vooruitgang maar als een verspilling van moeite en middelen.
Voorstellen, methodieken en instrumenten waarover consensus bestaat en die overeenstemmen met de behoeften van de ledenorganisaties en hun leden.
Kans:
Zeer waarschijnlijk
Impact:
Klein
3 De methodieken en instrumenten socialiseren en motiveren.
Risiconive 50% au:
28
5.3 Evaluatie TRIAS Ecuador hanteert een intern monitoring- en evaluatiesysteem (PLATS) waarmee het reële informatie verkrijgt dat toont en meet wat bereikt wordt op de verschillende niveaus: partnerorganisaties, landen en regio. Op basis daarvan kan het aanpassingen doorvoeren en strategieën uitzetten om de doelstellingen te halen en de voortgang van het programma en van de regio te tonen. PLATS in Ecuador houdt rekening met de volgende activiteiten en instrumenten: Planning: opstellen van het Logisch kader (Marco Lógico) en Operationeel Jaarplan (POA) per partner en voor het Trias kantoor, plan van de adviseurs en van het TRIAS-team. Monitoring: periodieke follow-up van de POA (operationeel en financieel), halfjaarlijkse voortgangsrapporten, invoer van halfjaarlijkse gegevens op basis van de indicatoren (PLATS), vaststellen van verificatiebronnen, toepassen en in tabellen gieten van het tevredenheidsonderzoek bij de doelgroep. Evaluatie: toepassing van de OCA via een “organisatieprofiel” bij start van programma van elke ledenorganisatie waar werkdomeinen en indicatoren worden bepaald en jaarlijks naar evolutie wordt gekeken. Op het einde van het programma wordt terug een uitvoerige ‘organisatieprofiel’ gedaan van elke partner om de vooruitgang te meten gedurende de programmaperiode (jaarlijks worden de specifieke indicatoren van elke organisatie geregistreerd). Ook de evaluatie van de operationele en financiële uitvoering van het POA is voorzien, alsook de evaluatie van de partnerschapsrelatie, financiële auditing. Er is een evaluatie halverwege de termijn en een eindevaluatie van het programma, evenals een evaluatie van de impact. Er zijn bijkomende rapporteringsinstrumenten zoals jaarrapport over de resultaten per partner, landenrapporten, maandelijkse financiële rapportering, factsheets (Coacs)
29