11. Tanzania Om de leesbaarheid te bevorderen, is de algemene afkortingenlijst en de specifieke afkortingenlijst van Tanzania (in het begin van het dossier) hier toegevoegd: Algemene afkortingenlijst BB/LG Boerenbond / Landelijke Gilden BD Broederlijk Delen BDS Business Development Services - Bedrijfsontwikkelingsdiensten BFVZ Belgisch Fonds voor Voedselzekerheid BNP/BBP Bruto Nationaal Product/Bruto Binnenlands Product BRS Belgische Raiffeisen Stichting BTC Belgische Technische Coöperatie DAC Development Assistance Committee EC Europese Commissie EFQM European Foundation for Quality Management-model FACT Farmers Advocacy Coaching Tool - Methodiek Lobby&Advocacy Agricord FAO Food and agriculture organization - Organisatie voor Voeding en Landbouw Ha Hectare HDI Human Development Index - Index van de menselijke ontwikkeling HO Head Office - Hoofdkantoor Trias HR Human Resources IOSD Internal Operations and Service Department Trias KLJ Katholieke Landelijke Jeugd KMO Kleine - middelgrote ondernemingen KVLV Katholieke Vereniging voor Landelijke Vrouwen LA Learning Advisor Trias LDC Least Developed Countries LIC Low income country - lage inkomensland LEO Lokaal economische ontwikkeling Markant Netwerk van ondernemende vrouwen in Vlaanderen MBO Member-Based Organisations - Ledenorganisaties MF Microfinanciering MFI Microfinancieringsinstelling MIC Middle income country - middeninkomensland NDD Network Development Department Trias Neos Netwerk van Ondernemende Senioren OCA Organisational Capacity Assessment - Organisatiediagnostiek OS/ID Organisational Support and Institutional Development - Organisatie Versterking/Institutionele Ontwikkeling PC Programma Coördinator PCD Programma Coördinatie Department Trias PLATS Planning, learning, accountability Trias system PME Planning, monitoring en evaluatie QD Quality Department Trias SO/SD Specific Objective - Specifieke Doelstelling SWOT Strengths, Weaknesses, Opportunities And Threats - analyse van sterktes, zwaktes, kansen en bedreigingen UNIZO Unie van Zelfstandige Ondernemers VECO Vredeseilanden-Coopibo, Belgische NGO Specifieke afkortingen Tanzania BRN Big Results Now CHADEMA Chama Cha Democratia na Maendelea: Partij voor democratie&ontwikkeling EAC Oost-Afrikaanse Gemeenschap ESAMI Oost- en Zuid-Afrikaans Management Instituut FERT Franse Agri-Agency en partner van Trias binnen Agricord. GSC Global Service Corps ICS Investing in Children and their Societies (Investeren in Kinderen en hun Samenlevingen) JAST Joined Assistance Strategy (Gezamelijke Ondersteuningsstrategie) MVIWATA Arusha Mtandao wa Vikundi vya Wakulima wa Tanzania (Netwerk van Landbouwgroeperingen in de regio Arusha) 1
MVIWATA Manyara OMASI ROI SACCOS SCC TCCIA TRA VICOBA
Mtandao wa Vikundi vya Wakulima wa Tanzania (Netwerk van Landbouwgroeperingen in Manyara regio) Okonorei Masaai Social Initiative Return On Investment (Rendement Op Investering) Spaar- en Kredietcoöperatieve Swedish Cooperative Centre (Zweeds Coöperatiecentrum) Tanzaniaanse Kamer van Koophandel, Industrie en Landbouw Tanzania Tax Revenue authority Village Community Banks
11.1 Contextanalyse in Tanzania Contextanalyse in Tanzania Het Tactisch Plan van Trias Tanzania is het resultaat van een grondige analyse van de context waarin Trias Tanzania werkt en het resultaat van een uitgebreid participatieproces met personeel, partnerorganisaties en stakeholders. Het proces begon in april 2012. Elke adviseur en de landendirecteur heeft een deel van de externe contextanalyse geschreven op basis van deskresearch, internetopzoekingen en de eigen kennis. Vervolgens werd alles geïntegreerd in een uitgebreid document. Tijdens een driedaagse workshop in juni 2012 werd de contextanalyse besproken met de adviseurs en de Programmacoördinator (PC) van het hoofdkantoor (HO) en werden een aantal tactische keuzes gemaakt (“Wat willen we doen” en “Hoe willen we dit doen”). Deze keuzes zijn beschreven in de Conceptnota. Op 14 juni 2012 werden de tactische keuzes voorgesteld aan de zeven huidige partner-ledenorganisaties tijdens een bijeenkomst, waarna de feedback van de partners werd in de Conceptnota verwerkt. Deze nota werd gebruikt om het Tactisch Plan op te maken. Om dit Plan uit te bouwen, werden alle districten in de regio’s Arusha en Manyara bezocht en ontmoette Trias lokale autoriteiten, technische afdelingen van de districtsraden, private bedrijven en lokale en internationale NGO’s. Ten slotte werd eind november 2012, tijdens een grote bijeenkomst met meer dan 30 vertegenwoordigers van alle bovenvermelde stakeholders, het Tactisch Plan voorgesteld. Analyse van de politieke, economische, sociale en milieusituatie in Tanzania Tanzania is nog steeds een van de armste landen ter wereld, met de 152ste plaats op de HDIranking van in totaal 187 landen. Er zijn echter zeer veel opportuniteiten, zeker in de land- en mijnbouw en in de ontwikkeling van kleine bedrijven. Er is een sterke bevolkingsgroei (2.9 %) en een zeer jonge bevolking (46 % is jonger dan 15 jaar). In een hoog percentage van de huishoudens staat de vrouw aan het hoofd (20-30%). De armoede is geconcentreerd op het platteland, waar meteen ook 73% van de bevolking leeft. 68% van de bevolking moet het stellen met minder dan 1,25 USD per dag. Onderwijs is erg beperkt: amper 31% van de kinderen gaat naar de lagere school, 35,3% van alle jongens en slechts 27,4% van alle meisjes. Er zijn dan ook onvoldoende geschoolde werkkrachten. De eetpatronen zijn slecht en 35% van de bevolking is ondervoed. Landbouw neemt een belangrijke plaats in: 80 % van de Tanzanianen is op één of andere manier betrokken in deze sector, anderzijds is er slechts een beperkte stijging in de productiviteit. Er is een omvangrijke informele sector (98 % kleinschalige ondernemers) en een hoge (jeugd)werkloosheid. Toegang tot basisdiensten (water, financiële middelen, onderwijs, gezondheidszorg, elektriciteit, infrastructuur) is erg beperkt. Kleinschalige bedrijven zijn geconcentreerd rond commerciële centra. De implementering van het beleid is dikwijls beperkt en inconsistent door de corruptie en de beperkte mogelijkheden van de lokale overheden. Ook al heeft Tanzania sinds lang een stabiel politiek klimaat, toch is er toenemende concurrentie en polarisatie in het politieke systeem. Tanzania telt veel maatschappelijk middenveldorganisaties, maar de meeste van hen zijn kleinschalig en zwak. De meeste familiale landbouwers bezitten minder dan 2 ha grond en hebben een lage productiviteit van gemiddeld 1,7 ton/ ha, terwijl het potentieel 3,5-4 ton/ha is. Er is ook een laag gebruik van inputs (meststoffen, verbeterde zaden, pesticiden) en van machines. Van de 44 miljoen hectaren akkerland (47% van Tanzania) wordt momenteel slechts 10 miljoen hectare (23%) gecultiveerd. Ondanks het groot potentieel, wordt er maar weinig gebruik gemaakt van irrigatie: minder dan 1 % van het akkerland wordt geïrrigeerd terwijl het potentieel op 31% ligt.1. Er is maar beperkte verwerking / waardetoevoeging en een hoge graad aan naoogstverlies: bij granen ligt dat op 20%, 40% bij groeten en fruit en er is een groot gebrek aan infrastructuur. De toegang tot de nodige 1
TANZANIA AGRICULTURE AND FOOD SECURITY INVESTMENT PLAN (TAFSIP) 2011-2020. Working group No 4 Priority Investments: IRRIGATION DEVELOPMENT, WATER RESOURCES AND LAND USE MANAGEMENT
2
informatie en diensten om te kunnen groeien is erg moeilijk, alsook de toegang tot andere informatiebronnen zoals kranten, radio, tv (geen elektriciteit) en tot marktinformatie. 98 % van de kleinschalige ondernemers is illegaal actief: ze zijn niet ingeschreven, hebben geen vergunning, betalen geen belastingen… De meeste kleinschalige ondernemers zijn gestart uit noodzaak en hebben een gebrek aan financiële middelen, aan informatie en aan onderwijs/vorming. 43 % van deze ondernemingen is eigendom van vrouwen. Het ondernemersklimaat is niet bevorderlijk, ondermeer door de hoge transactiekosten wegens de slechte infrastructuur (wegen, elektriciteit…) en door een slecht functionerend juridisch systeem. De oorzaken van milieuproblemen zijn naast klimaatverandering ook te wijten aan het gebrek aan de implementatie van bestaande wetgeving en beleid hieromtrent (zie Evaluatie van Belgische Samenwerking, juli 2013). Ook de hoge armoedegraad bij kleinschalige ondernemers en familiale landbouwers speelt een belangrijke rol. Er is immers weinig bewustzijn rond klimaatverandering en er worden weinig maatregelen getroffen om hier verandering in te brengen. Organisatie van het maatschappelijk middenveld2 De Tanzaniaanse overheid bestaat uit 21 ministeries. Door een aanhoudende decentralisatie, met ministeries die op districtsniveau vertegenwoordigd zijn, spelen deze districten dan ook een grotere rol. De regionale, dorps- en sub-dorpautoriteiten hebben voornamelijk administratieve (overziende) functies, terwijl de districten meer betrokken zijn in de implementering van bvb. ontwikkelingsplannen. Verscheidene ministeries en hun districtsvertegenwoordigers zijn van belang voor Trias, zoals het ministerie van Landbouw, Voedselzekerheid en Coöperaties, het ministerie van Veeteelt en Visserij-ontwikkeling, het ministerie van Industrie, het ministerie van Arbeid, Tewerkstelling en Jongerenontwikkeling, enz. De plaatselijke overheidsactoren zijn een belangrijke stakeholder in de programma’s van Trias Tanzania. Voor dit programma zal actief gezocht worden naar geschikte cofinancieringsmechanismen met de lokale overheden rond irrigatielandbouw; een grote prioriteit voor de districten die onderdeel uitmaken van dit programma (Mbulu, Hanang, Karatu en Monduli). Donoren en ontwikkelingsorganisaties werken samen met de Tanzaniaanse overheid in het kader van Mkukuta II: de Nationale Strategie voor Groei en Vermindering van Armoede en 'Big Results Now' (BRN, Grote Resultaten Nu). De hier gepresenteerde Trias-Tanzania-plannen ondersteunen de doeleinden geformuleerd in Mkukuta II en BRN: zoals de ondersteuning van familiale boeren in de agrarische sector (irrigatie), een inclusieve samenleving, belangenbehartiging, focus op vrouwen, jeugd en minderheden, creëren van werkgelegenheid, verbetering van voeding en reproductieve gezondheid, een duurzaam milieu, groene economische activiteiten (vuilverwerking, mestverwerking, bijenteelt) en verbetering van de dienstverlening door de lokale overheid. Welke maatschappelijke middenveldorganisaties zal het programma ondersteunen? Trias Tanzania zal met georganiseerde familiale landbouwers en kleinschalige ondernemers werken: mensen die economisch actief zijn of de capaciteiten hebben om economisch actief te worden en in het bijzonder vrouwen. Daarnaast zullen we ons specifiek richten tot de jongeren onder de leden van de ledenorganisaties. In principe zullen we alleen met dienstverleners zoals NGO’s werken op vraag van en na overleg met de partner-ledenorganisaties. Deze NGO’s zouden bvb. bepaalde diensten kunnen bieden in landbouwopleiding, beleidsbeïnvloeding, marktintegratie, BDS, enz. Op dezelfde wijze zal Trias Tanzania, indien nodig en gevraagd door de ledenorganisatie, overwegen om met andere dienstverleners te werken, zoals bedrijven en onderzoeksinstellingen. Een van de voornaamste ‘lessons learned’ van het huidige programma is dat het erg moeilijk blijkt om MFI te motiveren leningen aan de leden van de ledenorganisaties te geven of hen te motiveren een bepaalde waardeketen te financieren, zelfs indien de structuren van deze instellingen gesubsidieerd werden. In het nieuwe programma kiest Trias Tanzania ervoor om, waar mogelijk, te werken via de bestaande SACCOs van de ledenorganisaties waar enkel de leden van de ledenorganisaties toegang toe hebben. Het betreft 8 SACCOs waarvan de helft al training kreeg in het huidige programma. Zo zijn we zeker dat de leden van de ledenorganisaties begunstigd worden. Bovendien heeft Trias Tanzania de duidelijke keuze gemaakt om te werken met conditionele kredietfondsen. Deze fondsen kunnen enkel aangewend worden binnen de geselecteerde waardeketens of sectoren. Extra aandacht zal gegeven worden aan de integratie van vrouwen in de waardeketens via deze kredietfondsen. Vooral de uienteelt is een erg kapitaalintensieve teelt waartoe vrouwen moeilijker toegang hebben. Via de kredietfondsen willen we de drempel verlagen en zo de toegang van vrouwen tot deze winstgevende activiteit verhogen. Hetzelfde geldt voor jongeren. Binnen de bestaande microkredietstructuren is het erg moeilijk voor 2
Cf. Actor Mapping (RTP)
3
jongeren om kredieten te krijgen. In het programma is voorzien dat 35% van de kredieten naar jongeren moet gaan. Jongeren zullen vooral ondersteund worden in het uitbouwen van kleinschalige bedrijven op basis van een bedrijfsplan en binnen de structuren van TCCIA en MVIWATA Youth wing. Bovenvermelde aanpak werd al getest in het huidige programma (het kippenfonds van MVIWATA) en is erg succesvol. Algemeen genomen zal Trias Tanzania de organisaties versterken door financiering, programmacoördinatie, het faciliteren van de OS/ID, het aanleveren van technische expertise, coaching, kwaliteitscontrole, PME van interventies en gebruik van fondsen, netwerk voorzien, connecties, contacten en door de partnerships N/Z en Z/Z te faciliteren. De ervaring van Trias in Tanzania tijdens de 5 voorgaande jaren De afgelopen 5 jaar werkte Trias Tanzania in de districten Arusha, Longido en Monduli in de regio Arusha, het district Babati in de regio Manyara en het district Mufindi in de regio Iringa in Tanzania. Recent startte Trias Tanzania een EU-programma in de regio Kilimanjaro. Zoals blijkt uit verscheidene evaluaties (vb. de Tussentijdse Evaluatie 2011), wordt Trias Tanzania gezien als een professionele organisatie met goede competenties. De activiteiten worden door partners, doelgroepen, lokale autoriteiten en andere stakeholders beschouwd als sterk relevant, effectief en efficiënt. Trias Tanzania krijgt ook zeer grote waardering en respect van de doelgroep. De partnerorganisaties respecteren Trias en stellen diens adviezen sterk op prijs. Ze stellen Trias ook op prijs voor het vertrouwen en het gelijkheidsgevoel dat het in partnerships steekt. Over het algemeen wordt Trias Tanzania zeer gewaardeerd voor de goede in-house kennis op vlak van MF, BDS, waardeketens, voedselzekerheid en veehouderij. Tijdens de evaluaties kwam ook duidelijk naar boven dat er door de Trias-interventies een toegenomen participatie is van de doelgroep in de processen van lokale economische ontwikkeling (LEO). Trias creëerde ook toegevoegde waarde: geld, bronnen, investeringen, contacten, kennis, vaardigheden, benodigdheden, mogelijkheden, netwerken enz. Trias Tanzania meet de prestaties van al zijn belangrijkste processen en activiteiten via PLATS en kan opwaartse trends aantonen in de 'key result areas'. Identificatie van het belangrijkste interventiedomein en mogelijke partners Het programma focust op de volgende aspecten Empowerment van vrouwen en jongeren Versterking van twee ondernemersorganisaties en drie landbouworganisaties Ondersteuning van irrigatielandbouw Focus op 4 waardeketens met marktpotentieel: uien, look, melk en kippen Ontwikkeling van een zakenplatform voor ledenorganisaties Bedrijfsontwikkelingsdiensten (BDS) voor kleinschalige ondernemers Verbetering van het ondernemersklimaat in de regio’s Arusha en Manyara Het milieu en reproductieve gezondheid De globale doelstelling van Trias in Tanzania op lange termijn is: 20.000 georganiseerde familiale landbouwers en kleinschalige ondernemers, vooral armen, vrouwen en jongeren, hebben hun bestaansmiddelen duurzaam verbeterd, zijn onderling verbonden en handelen gemeenschappelijk. Risico’s en mogelijkheden Belangrijkste risico’s Op niveau van kleinschalige ondernemers en familiale landbouwers Beperkte beschikbaarheid van en hoge prijzen voor kwalitatieve inputs Beperkte toegang tot vruchtbaar land kan leiden tot politieke spanningen Beperkte toegang tot diensten (landbouw, veeteelt, bedrijfsontwikkeling, financieel en gezondheid) Laag onderwijsniveau voor vrouwen en jongeren Jongeren zijn moeilijk te organiseren Vrouwen en jongeren hebben weinig toegang tot productieve middelen Belastingoverlast en corruptie die kleinschalige bedrijven beïnvloeden Verslechterende milieucontext die de landbouwproductiviteit beïnvloedt Op niveau van de ledenorganisaties Dienstverlening door NGO's is ofwel erg zwak of te duur Zwakke financiële situatie leidt naar onvoldoende ledenorganisaties
gekwalificeerd
personeel
bij
de
4
-
Zwak leiderschap Groei in ledenaantal leidt naar afname van de kwaliteit van de dienstverlening Onvoldoende eigen middelen
Belangrijkste mogelijkheden Op niveau van kleinschalige ondernemers en familiale landbouwers Prijzen van landbouwgewassen stijgen Bevolkingstoename en daarmee gepaarde stijgende vraag, leidt tot groei in de geselecteerde waardeketens De toegang tot financiering voor familiale boeren en kleinschalige ondernemers verbetert De integratie van de Oost-Afrikaanse markt creëert nieuwe en grotere afzetmarkten Vooral het buurland Kenia, met een uitgebreidere middenklasse, creëert opportuniteiten De publieke opinie is voorstander van een sterkere participatie van jongeren en familiale landbouwers Op niveau van de ledenorganisaties Vooral de landbouworganisaties kennen een sterke groei op het vlak van lidmaatschap, ook wat jongeren betreft Behoefte aan goed leiderschap groeit sterk MVIWATA en TCCIA zijn nationaal erkend als organisaties die gemandateerd zijn om de rechten van familiale boeren en kleinschalige ondernemers te verdedigen Alle organisaties hebben al eigen bronnen van inkomsten Andere organisaties en actoren van de private sector zien de meerwaarde van netwerken van landbouwers en ondernemers De netwerkstructuur staat beleidsbeïnvloeding toe op verschillende niveaus van de samenleving (van dorp tot district, regionaal en nationaal) Analyse & mogelijkheden voor synergie & complementariteit Voorafgaand aan de ontwikkeling van het programma presenteerde Trias Tanzania zijn tactisch plan aan de meest prominente organisaties van het maatschappelijk middenveld in de regio’s Arusha en Manyara en nodigde daarbij partners uit om deel uit te maken van onze strategie. De reactie was zeer positief en resulteerde in enkele zeer concrete samenwerkingen en synergieën. Voor de melkketen: de versterking van de melkcoöperatie wordt mede gefinancierd door ICS (Investing in Children and their Societies). Terwijl Trias zal focussen op toegang tot financiële middelen, bedrijfsontwikkelingsdiensten, marketing en de organisatorische ontwikkeling van de coöperatie, zal ICS zich meer richten op de landbouwkundige dienstverlening (verbetering van het kweken van melkkoeien). Verder zal Trias ook samenwerken met OMASI (Okonorei Masaai Social Initiative, een sociaal bedrijf gevestigd in het district Simanjiro). OMASI runt een melkproductieeenheid in hetzelfde gebied als de coöperatie en koopt dus melk van de coöperatie om het te verwerken naar gepasteuriseerde melk, yoghurt en kaas. Voor pluimvee: twee organisaties zijn ook actief in de waardeketen van kippen en bescherming van de landbouw in de regio Arusha, namelijk Global Service Corps (een Canadese NGO) en FERT (een Agri-agency lid van Agricord). Trias Tanzania zal met deze twee organisaties marketing- en productie-informatie evenals best practices uitwisselen. Dit zal plaatsvinden binnen het kader van Agri-profocus (dit is een nieuw netwerk van agri-agencies dat landbouwondernemerschap promoot) en dat in Tanzania gecoördineerd wordt door SNV. Voor de uienwaardeketen (irrigatie): hier zal Trias samenwerken met VECO, aangezien zij een uitgebreide ervaring hebben in het werken in deze waardeketen in de naburige districten Simanjiro en Same (Trias zal zich toespitsen op de districten Monduli, Karatu, Mbulu en Hanang). De uitwisseling zal ook plaatsvinden binnen de Agri-pro-focus. Voor de verbetering van irrigatiesystemen wil Trias samenwerken met de lokale overheden in de districten Mbulu, Hanang, Monduli en Karatu. Alle relevante autoriteiten hebben reeds hun wil uitgedrukt om samen te werken rond irrigatie. Terwijl de lokale overheden zich meer richten op de grotere infrastructuurwerken (dammen en dijken) zullen Trias en de ledenorganisaties zich richten op de organisatie van de landbouwers, de bescherming van de waterbronnen, de verbetering van de productie en de irrigatiekanalen en de vermarkting. Voor verbetering van het ondernemersklimaat: voor dit aspect zal Trias Tanzania samenwerken met twee businessscholen in Arusha: ESAMI (Eastern and South African Management 5
Institute, ondersteund door de Universiteit van Maastricht) en de Nelson Mandela University (ondersteund door de Belgische Ambassade in Tanzania). Samenwerking met de lokale autoriteiten: de potentiële samenwerking met de lokale overheidsinstanties was een van de belangrijkste selectiecriteria bij de keuze van interventiegebieden. Trias wil vooral samenwerken rond irrigatie-infrastructuur en verbetering van het ondernemingsklimaat.
11.2 Specifieke Doelstelling 11.2.1 Beschrijvende fiche van de doelstelling Titel
Building Assets: versterking van de kleinschalige ondernemers en familiale landbouwers in de regio’s Arusha en Manyara
Specifieke Doelstelling
In Tanzania wil Trias 5 duurzame ledenorganisaties zien die optreden als actieve actoren in de maatschappij, die hun leden, vooral armen, vrouwen en jongeren, op persoonlijk en professioneel vlak versterken, die de marktparticipatie van de leden verbeteren, die de machtsverhoudingen binnen de maatschappij challengen en die bijdragen tot een meer inclusieve globale maatschappij.
Land
Tanzania
Provincies / Staten
Regio Arusha (met focus op de districten ruraal Arusha, Monduli en Karatu) en de regio Manyara (met focus op de districten Hanang, Simanjiro en Mbulu) Boeren-ledenorganisaties: MVIWATA Arusha & MVIWATA Manyara, melkcoöperatie Embore Ondernemers-ledenorganisaties: TCCIA Arusha & TCCIA Manyara ICS (Investing in Children and their Societies). Veco ZIE DEEL III Bijlage 1 /
Lokale partners Andere betrokken organisaties Andere fondsen (bron en bedrag van de fondsen) Hoofdsector Sub-sector 1 Sub-sector 2 Sub-sector 3 Doelgroep
151 - 311 - 250 15150 - 15164 31120 - 31194 25010 Georganiseerde kleinschalige ondernemers en familiale landbouwers , vooral armen, vrouwen en jongeren Uiteindelijke 20.000 leden begunstigden Waarvan:52 % vrouwen; 31 % jongeren; 87 % familiale landbouwers / 13 % kleinschalige ondernemers. Een geschatte 2.700 mensen hebben de status van etnische minderheid (Maasai). Deze groep pastorale veehouders ondersteunen wij nadrukkelijk in hun mobiele levenswijze (in tegenstelling tot wat de recente evaluatie van het milieu programma van de Belgische coöperatie juli 2013) omdat dit het beste is voor het milieu en voor de kudde. 1. Budgetspecifieke 1. Het totale budget voor SDZ 8 Tanzania = Euro 3.075.848 Doelstelling (totaal) 2. Het aandeel van de subsidie = Euro 2.460.678 2. Budgetsubsidiëring (80 %)
6
11.2.2 Beschrijving van de partners in Tanzania ZIE DEEL III Bijlage 2B MVIWATA Arusha Adres, telefoon, website, e-mail
Contactpersoon met telefoon en e-mail Geografisch gebied Sponsoren Aanvang van partnerrelatie met Trias MVIWATA Manyara Adres, telefoon, website, e-mail
Contactpersoon met telefoon en e-mail Geografisch gebied Sponsoren Aanvang van partnerrelatie met Trias TCCIA Arusha Adres, telefoon, website, e-mail
Contactpersoon met telefoon en e-mail
Mtandao wa Vikundi vya Wakulima Tanzania, Mkoa wa Arusha (Netwerk van Landbouwgroeperingen in de regio Arusha) Coördinator Plaats : TASO Grounds Njiro, Arusha Tel: +255 27 254 9437, E-mail:
[email protected] www.mviwata.org Coördinator Regio Arusha met focus op de districten ruraal Arusha, Monduli (Selela, Egaruka, Engaruka Chini) en Karatu (Man’gola) SCC (Swedish Cooperative Center), Center for Civil Society, EU 2004 Mtandao wa Vikundi vya Wakulima Tanzania, Mkoa wa Manyara (Netwerk van Landbouwgroeperingen in de regio Manyara) P. O. BOX 446, BABATI, Manyara Tanzania Tel: +255 27 253 0385; Fax: +255 27 253 0707 E-mail:
[email protected] Web: www.mviwata.org Dhr. Martin Pius Tel: +255 784 474 940 E-mail:
[email protected] Regio Manyara met focus op Bashay, Dongebash (district Mbulu) en Endasake (district Hanang) Trias, Mc Knight Foundation, Agricord Finland, EU en Veco. 2008 Tanzaniaanse Kamer van Koophandel, Industrie en Landbouw, regio Manyara P. O. Box 141 Arusha Tel: +255 27 254 6147; Fax: +255 27 254 6147 E-mail:
[email protected] Web: www.tccia.com
Geografisch gebied
Sia Charles Marunda Mob: +255 718 842 950 Tel: +255 27 2546147 E-mail:
[email protected];
[email protected] Regio Arusha, focus op Namanga, Arusha en Karatu
Sponsoren
Trias, BEST AC
Aanvang van partnerrelatie met Trias
2012
TCCIA Manyara
Tanzaniaanse Kamer van Koophandel, Industrie en Landbouw, regio Manyara
Adres, telefoon, website, e-mail
P. O. Box 96 Babati Tel : (27) 253-0437; Fax : (27) 253-0437 E-mail :
[email protected] Web: www.tccia.com
7
Contactpersoon met telefoon en e-mail
Dhr. Khambayta Tel: +255 767 368 870 E-mail:
[email protected]
Geografisch gebied
Regio Manyara
Sponsoren
Trias, Best Ac
Aanvang van partnerrelatie met Trias
2012
Emboret Cooperative Society Adres, telefoon, website, e-mail Contactpersoon met telefoon en e-mail
Simanjiro- Manyara
[email protected] Dr. Neselle +255 754 997 765
[email protected] Emboret Division, Simanjiro District (ICS) Investing in Children and their Societies 1/1/2014
Geografisch gebied Sponsoren Aanvang van partnerrelatie met Trias
11.2.3 Beschrijving van het programma in Tanzania Effectiviteit & Efficiëntie Relevantie & Efficiëntie: Verwachte resultaten en Specifieke Doelstelling In de context van het uitwerken van het DGD-programma had Trias Tanzania groepsdiscussies met 100 leiders en leden van de 5 ledenorganisaties in 8 districten. Ook de Districtautoriteiten en District Landbouw- en Veeteeltambtenaren werden geraadpleegd, evenals de Dorpsbestuurders in de bezochte dorpen. Verder organiseerde Trias twee feedbackbijeenkomsten met het uitvoerend personeel en de raden van bestuur van de ledenorganisaties om inputs te verkrijgen en om tot een akkoord te komen over de strategische keuzes. Hieronder wordt een overzicht gemaakt van de problemen en van de strategische keuzes. Probleemstelling familiale boeren Beperkte toegang tot grond en andere productiefactoren bemoeilijkt de opbouw van duurzame inkomsten via landbouw. Gebrek aan organisatie leidt tot de zwakke positie van jongeren en vrouwen in de waardeketens waarin ze actief zijn. De belangrijkste beperkende factoren zijn grond en kapitaal. Grond wordt schaars door een sterke bevolkingsgroei in het gebied. Landbouwers, leden van de landbouworganisatie MVIWATA Arusha en Manyara hebben gemiddeld 2,5 acres grond (ongeveer 1 ha). In veel gevallen is het niet mogelijk het aantal acres uit te breiden. Als het dan toch mogelijk zou zijn, hebben landbouwers veelal onvoldoende kapitaal om het te verkrijgen en productief te maken. De meeste landbouwers voorzien minstens 1 acre voor voedselgewassen (maïs en/of bonen). Dit betekent dat er slechts 1,5 acre beschikbaar is voor gewassen die opbrengen. Vanuit de wetenschap dat gronden beperkt zijn, is het belangrijk om een goede productkeuze te maken en de productiviteit te maximaliseren. Landbouwtechnische diensten bereiken de familiale landbouwbedrijven niet, wat leidt tot een lage productiviteit per acre. Verder leidt ook het gebrek aan organisatie in deze kleine landbouwbedrijven tot een zwakke positie in de waardeketen. Dit vertaalt zich in beperkte toegang tot inputs en lage prijzen voor hun product. Hierdoor zijn veel jongeren niet langer geïnteresseerd om toe te treden tot de landbouw. Tegelijkertijd ontbreekt het hen ook aan de nodige vaardigheden om goed werk te vinden. Voor vrouwen is het moeilijk om over eigen middelen te beschikken, wat hen kwetsbaar maakt wanneer hun echtgenoot overlijdt of in geval van echtscheiding. Actie Met de twee ledenorganisaties MVIWATA Arusha en MVIWATA Manyara willen we deze situatie aanpakken door naar volgende resultaten toe te werken: Onder resultaat 1 richt Trias Tanzania op het kweken van zelfvertrouwen bij vooral vrouwen en jongeren.3 Ze zullen opgeleid worden in leiderschap en het beheren van een huishoudbudget, maar ook in familieplanning, HIV/AIDS en gender. Deelname van vrouwen en jongeren in de 3
Recente studies tonen het belang aan van een ‘soft’ factor zoals vertrouwen in persoonlijke ontwikkeling. Zie ook: Abhijit Banerjee & Esther Duflo , 2012, Poor Economics: “A Radical Rethinking of the Way to Fight Global Poverty”. 8
bestuursorganen van de ledenorganisaties zal aangemoedigd worden. Onder dit resultaat zal Trias ook de acquisitie van koop- en verkoopaktes mogelijk maken voor gronden die de landbouwers bezitten. Als een landbouwer de grond officieel bezit, zal deze zich veiliger voelen om de nodige investeringen te doen. Onder resultaat 2 zal Trias Tanzania de organisationele en institutionele versterking van de ledenorganisaties aanpakken. Samen met de Trias-adviseurs zullen de organisaties van start gaan met een groeitraject, zowel op vlak van bereik van nieuwe leden als op vlak van het uitwerken van een duurzaam organisationeel en institutioneel kader. Extra aandacht zal gaan naar het organisationeel aspect van SACCOs en de verdere integratie van die structuren in de ledenorganisaties. Onder resultaat 3 zal Trias Tanzania de familiale landbouwers ondersteunen in het beter geïntegreerd geraken in de waardeketens van pluimvee, melk, look en uien. Er zal speciale aandacht besteed worden aan irrigatielandbouw, vanwege het grote potentieel (op vlak van verbetering van gezinsinkomsten) en het te lage gebruik ervan. Conditionele kredietfondsen zullen ingezet worden om de integratie van vrouwen en jongeren in de waardeketens te bevorderen. Verder zal Trias ook de uitbouw van bedrijven ondersteunen die geïntegreerd zijn in de structuur van de boerenledenorganisaties. Bvb. de agro-verwerkingsindustrie van de jongerenafdeling van MVIWATA Arusha (MVIWATA Arusha bezit 12 % van het eigendom) en de pluimveemarketingassociatie die georganiseerd is op lokaal netwerkniveau onder MVIWATA Arusha. Onder resultaat 4 zal Trias Tanzania het netwerken van landbouworganisaties ondersteunen, meer bepaald met betrekking tot de toegang tot irrigatie en landbouwinputs. Probleemstelling kleinschalige ondernemers Beperkte organisatie van kleinschalige ondernemingen, beperkte toegang tot kapitaal en bedrijfsontwikkelingsdiensten, gecombineerd met een moeilijk ondernemersklimaat en een zwak institutioneel kader, bemoeilijkt de groei van kleine en middelgrote ondernemingen. 94 % van de ondernemingen werkt vanuit de informele sector. Dit weerhoudt deze kleinschalige bedrijven ervan om belangrijke investeringen te doen, jaagt hen angst aan om te groeien en in veel gevallen maakt deze zwakke positie hen het ideale slachtoffer van corrupte ambtenaren. De gebrekkige kennis van belastingregels voor kleinschalige ondernemers verergert deze situatie alleen maar. Uit ons onderzoek blijkt dat het startkapitaal voor kleine ondernemingen erg laag is. Amper 4 % start met een kapitaal van meer dan 500 euro, terwijl 66 % start met een kapitaal onder de 250 euro! Amper 4% van 50 geïnterviewde ondernemingen haalde het kapitaal bij (micro)financieringsinstellingen, de andere 96% bracht kapitaal bijeen via familie of uit hun eigen spaargeld. Deze beperkte toegang tot kapitaal bemoeilijkt de groei van ondernemingen en voor jongeren is toegang tot kapitaal extra moeilijk. Slechts 12 % van de groep ontving één of andere vorm van opleiding in boekhouding of management. Slechts 44 % van de ondernemingen hield een boekhouding bij. 58 % van de bedrijfseigenaars heeft geen bankrekening. De meeste ondernemers zijn niet gestart met hun bedrijf vanuit een goede marktanalyse, maar vanuit overlevingsoverwegingen (door een gebrek aan andere jobopportuniteiten). Zowel de regio Arusha als de regio Manyara zijn potentiële gebieden op vlak van ondernemingsopportuniteiten. Helaas wordt dit potentieel niet ondersteund door een duidelijk overheidsbeleid of een goed institutioneel kader. Op lokaal beleidsniveau bestaat er geen duidelijk actieplan voor bedrijfsondersteuning en sectorale uitbouw. Er is zeer weinig kruisbestuiving tussen de verschillende sectoren (academisch, privaat, overheid en non-profit) die zou kunnen leiden tot goeddraaiende beleidsvorming. Dikwijls is een vooruitstrevend nationaal of regionaal ondernemingsbeleid niet gekend of geïmplementeerd op districtsniveau en zijn er (soms illegale) hindernissen zoals de zogenaamde “niettarifaire belemmeringen”.4 4
Douane documentatieprocedures (2) Licentie, kosten en heffingen, (3) Ingewikkelde inspectievereisten. (4) Wegversperringen van de politie. (5) Variaties in handelswetgevingen tussen de OAC landen. (6) Veranderende ingewikkelde en dure transportprocedures in de PS’en. (7) Dubbele functies binnen de agentschappen in de douane-activiteiten. (8) Ondernemingsregistratie. (9) Visa. Bron: ASSESSMENT OF IMPACT EAST AFRICAN COMMUNITY COMMON MARKET PROTOCOLS (EACCMP)WITH FOCUS ON MANUFACTURING SUB-SECTOR DRAFT REPORT-2, Alfa Associates and MBD Consultants Limited, Arusha 2012
9
Kennis over de Oost-Afrikaanse Gemeenschappelijke Markt en haar vrijstellingen van heffingen en belastingen op landbouwproductie is zeer beperkt. Handel met andere lidstaten van de OostAfrikaanse gemeenschap wordt steeds vaker als een bedreiging gezien, eerder dan als een opportuniteit. Actie: Voor het programma 2014-2016 worden twee ledenorganisaties voor ondernemers in overweging genomen, zijnde TCCIA Arusha en TCCIA Manyara. Voor TCCIA vertalen deze resultaten zich als volgt: Onder resultaat 1 zal Trias TCCIA ondersteunen om zich meer open te stellen tot vrouwen, jongeren en kleinschalige ondernemingen. Hoewel TCCIA heel wat kleinschalige ondernemers onder haar leden telt, zijn ze slecht vertegenwoordigd in de bestuursstructuur en zijn er geen specifieke diensten voor hen beschikbaar. TCCIA moet ook meer promotie voeren om jongeren aan te trekken. Veel jongeren kennen TCCIA immers niet en tot op heden zijn er geen specifieke diensten opgezet om die groep te bereiken. Onder resultaat 2 focust Trias op de organisationele uitbouw van TCCIA. Trias wil dat TCCIA groeit, zowel in ledenaantal als in organisationele capaciteit. Onder resultaat 3 zal Trias TCCIA bijstaan in de verbetering van de dienstverlening aan haar leden. Dit aspect omvat BDS, zoals informatie over regelgeving en belastingen, het opstellen van bedrijfsplannen, microkredieten voor jongeren, bedrijfsincubatiecentra, enz. Onder resultaat 4 valt beleidsbeïnvloeding: aan de hand van gemeenschappelijke onderzoeksacties en 'ronde tafels' wil Trias de deelname van kleinschalige ondernemers en leden van TCCIA in beleidsontwikkeling mogelijk maken, samen met universiteiten en overheidsinstellingen. Efficiëntie Het programma zal in totaal 20.000 leden bereiken. Het operationele budget is hoog vanwege de focus op irrigatielandbouw, die een aanzienlijk investeringsbudget vereist onder resultaat 3. Daarnaast wordt er ook een aanzienlijk bedrag aan kredietfondsen gemobiliseerd om de toegang van vooral vrouwen en jongeren tot kapitaal te bevorderen. Deze kredietfondsen zullen aangewend worden binnen de geselecteerde waardeketens en bedrijfssectoren. Er wordt verwacht dat deze investeringen een belangrijke bijdrage aan het resultaat zullen leveren. Deze investeringen worden gerechtvaardigd door de impact op het huishoudinkomen. Volgende tabel geeft een schatting weer van de verwachte directe impact op het inkomen van de begunstigden voor enkel resultaat 3 (totaal budget ongeveer 1 miljoen euro): Potentiële stijging in huishoudinkomen5
Aantal begunstigden
Collectieve toename van het inkomen
Irrigatie (toegang tot)
€ 2.527
100
€ 252.700
Irrigatieverbetering
€ 1.050
200
€ 210.000
Pluimvee
€ 650
1000
€ 650.000
Melk
€ 894
400
€ 357.600 € 1.470.300
Dit betekent dat, van zodra Trias Tanzania zijn doelstellingen bereikt, het programma zichzelf terugbetaalt onder de vorm van toegenomen inkomens voor de landbouwers binnen de 2 jaar. Verder wordt verwacht dat het gestegen inkomen van één type activa zal bijdragen tot investeringen in andere types activa (bvb. verbeterd inkomen uit pluimvee kan gebruikt worden voor aankoop van inputs voor uienproductie) en dat dit verder zal uitbreiden in de toekomst. De keuze voor kredietfondsen in plaats van subsidies zorgt voor een multiplicatoreffect waardoor een stijgend aantal leden van de ledenorganisaties in de toekomst toegang tot krediet zullen krijgen. De impact van de opwaardering van het ondernemersklimaat (zowel voor landbouwers als voor ondernemers) is echter moeilijker te berekenen. Hetzelfde geldt voor de stijgende deelname van kleinschalige ondernemers, familiale landbouwers en vooral vrouwen en jongeren aan de samenleving en aan beleidsontwikkeling in het bijzonder. Trias Tanzania gelooft dat op lange termijn deze impact zelfs hoger zal zijn,
5
Estimations based on own data collection in intervention area and projections by Trias Tanzania. Detailed calculations are available
10
aangezien de uitbouw van een bevorderlijk beleid voor deze groepen zelfs een groter aantal mensen ten goede zal komen. Bijdrage van het Trias landenkantoor tot effectiviteit & efficiëntie van het programma Om de werkingskosten efficiënter te maken, zullen de overheadkosten gespreid worden over de (5-6) verschillende programma’s. Zoals Trias Tanzania nu al doet, worden bijna alle vergaderingen, opleidingen en workshops in het Trias landenkantoor gehouden. Dit bespaart kosten voor huur, catering, verblijf & hotel en reizen. Ook zal onze effectiviteit en efficiëntie verbeteren door te werken met een beperkt aantal geselecteerde ledenorganisaties. Trias-adviseurs zorgen voor kwaliteitscontrole en coaching van lokaal personeel bij de partnerorganisaties. In de komende periode verwacht Trias Tanzania minstens 3 grote programma’s te hebben: BFFS Longido 2014-2019, DGD 2014-2016 en een ander groot programma (bv. een Europe Commissie-gefinancierd programma). Er kan ook steeds een nieuwe fase komen van het synergieprogramma en nog 1-2 andere, kleinere programma’s. Voor al deze programma’s voorziet Trias Tanzania in een gemengd team (man/vrouw/ lokaal/expat) van minstens 5 adviseurs. Trias interne capaciteitsversterking In Tanzania wordt gebruik gemaakt van PLATS, wekelijkse werkplanningsvergaderingen en maandelijkse vooruitgangsvergaderingen waarin het Trias-tream ervaringen, resultaten, successen, opportuniteiten en uitdagingen uitwisselt. Er zijn ook ingeplande vergaderingen tussen adviseurs en de financiële afdeling. Ook zijn er coördinatievergaderingen met de partners, terreinbezoeken, workshops en evaluaties. Daarnaast investeert Trias Tanzania in capaciteitsversterking van het Trias-team, de adviseurs, de partners en de doelgroep. Binnen de algemene Trias-organisatie neemt Trias Tanzania deel aan werkgroepen over PLATS, microfinanciering, waardeketenontwikkeling… Noord-Zuidstrategie Er is een N/Z-uitwisseling gepland van TCCIA Arusha/Manyara met UNIZO. Deze Noord-Zuiduitwisselingen zullen bijdragen tot de effectiviteit en efficiëntie van het Trias-programma door het wederzijds delen van ervaringen, vaardigheden en kennis. Er zien ook mogelijkheden voor een ZuidZuid-samenwerking tussen de Tanzaniaanse Kamer van Koophandel en de 3 Zuid-Afrikaanse Kamers van Koophandel, samen met UNIZO. Zo een samenwerking is niet alleen efficiënter vanuit een geografisch en logistiek standpunt, maar ook omdat de Zuid-Afrikaanse kamers cultureel en sociaal dichter bij elkaar staan, waardoor uitwisseling effectiever en efficiënter zal zijn. Presentatie van de geselecteerde partners in Tanzania Partner-ledenorganisaties van kleinschalige ondernemers en familiale landbouwers Mviwata Arusha Sleutelactoren: Familiale Landbouwers Ledenbestand: 6.122 leden; 47 % mannen / 53 % vrouwen; 17 % jongeren (mannen / vrouwen) Bijdrage van partner (m.b.t. eigen missie / visie & in het DGD-programma) aan: Inclusiviteit : MVIWATA Arusha heeft een duidelijke armoedefocus: 70 % van de leden heeft minder dan 5 acres grond; 40 % heeft minder dan 2 acres. Economische duurzaamheid: ontwikkeling van irrigatielandbouw (met focus op uien) en van de pluimveewaardeketen. Verder zal MVIWATA Arusha werken aan de duurzaamheid van haar SACCOS en bedrijfsontwikkeling voor jongeren ondersteunen. Milieu: MVIWATA Arusha opereert in een unieke natuurlijke omgeving en haar leden hebben een boerderij of houden hun vee in gebieden die grenzen aan ecologische hotspots zoals Lake Natron, Lake Manyara National Park, Ngorongoro Conservation Area en Tarangire National Park. In sommige gebieden zijn landbouwers en veetelers, leden van MVIWATA Arusha, actief midden in of grenzend aan ecologische verbindingszones. Verder heeft MVIWATA Arusha veel leden in droge en quasi droge gebieden, wat hen extra kwetsbaar maakt voor klimaatveranderingen en droogte. MVIWATA Arusha erkent deze situatie volledig en is erg gemotiveerd om hun expertise in droogtecyclus- en milieumanagement verder te ontwikkelen. MVIWATA Arusha zal conserveringslandbouw en bijenteelt en waar mogelijk ook andere groene economische activiteiten zoals vuil- en mestverwerking promoten als milieuduurzame activiteiten. MVIWATA Arusha is een erg gerespecteerde ledenorganisatie met een sterk uitbreidend lidmaatschap van familiale landbouwers in de regio Arusha. Ze hebben een jongerenafdeling uitgebouwd en hebben een groot percentage aan vrouwelijke leden. De organisatie van landbouwers binnen het netwerk in producentgroepen maakt er een efficiënte structuur van om activiteiten te implementeren ter ondersteuning van de geselecteerde waardeketens. 11
TCCIA Arusha Sleutelactoren: Kleinschalige Ondernemers Ledenbestand: 980; 62 % mannen, 38 % vrouwen; 18 % jongeren Bijdrage van partner (m.b.t. eigen missie / visie & in het DGD-programma) aan: Inclusiviteit: 56 % van de leden van TCCIA zijn kleinschalige ondernemers. Het programma streeft ernaar lidmaatschap en deelname van kleinschalige ondernemers, vrouwen en jongeren te bevorderen; Economische duurzaamheid: uitbouw van clusters en sectorontwikkeling in 3 (landelijke) steden: Arusha, Namanga en Karatu; Milieu: ondersteuning bij de “Hou Arusha Proper”-campagne De kamer heeft een steeds toenemende prominente positie in Arusha die gebruikt kan worden om effectief te lobbyen. In hun (nieuw) strategisch plan wordt speciale aandacht besteed aan dienstverlening voor kleinschalige ondernemers en vrouwen en jongeren. Het dient echter opgemerkt dat TCCIA de dienstverlening naar haar leden nog sterk kan verbeteren. Dit is vooral het geval wat betreft de dienstverlening en inclusie van kleinschalige ondernemers. Hoewel de kamer goede bedoelingen heeft om zich meer op deze groep toe te spitsen, is dit in het verleden niet altijd het geval geweest. Dit aspect verdient extra aandacht en dient van nabij opgevolgd te worden door de Trias-adviseurs. MVIWATA-Manyara Sleutelactoren: familiale landbouwers Ledenbestand: Totaal aantal leden: 3.151 % mannen / vrouwen: 44 % mannen / 56 % vrouwen % jongeren (mannen / vrouwen): 32 % Bijdrage van partner (m.b.t. eigen missie / visie & in het DGD-programma) aan: Inclusiviteit: de meeste leden zijn arme, familiale landbouwers, in overeenstemming met de missie en visie van MVIWATA Manyara. Het merendeel (56 %) zijn vrouwen. De leiders zouden voor minstens 33 % uit vrouwen moeten bestaan. Het aandeel jongeren is niet zo groot, dus meer aandacht dient te gaan naar het aantrekken van jongeren en het aanbieden van diensten gericht op jongeren. Economische duurzaamheid: MVIWATA Manyara zal een sleutelrol spelen in het bevorderen van economische duurzaamheid door het organiseren van de familiale landbouwers, hen te versterken en een betere deelname in de markt te garanderen. Milieu: MVIWATA Manyara zal bijdragen aan milieuduurzaamheid door te werken aan duurzame landbouwtoepassingen, waaronder een goed beheer van waterbronnen. Sommige van deze activiteiten kunnen uitbesteed worden aan andere experts. MVIWATA Manyara is een ledenorganisatie voor en door familiale landbouwers (onze doelgroep). In de laatste 6 jaar hebben ze bewezen een betrouwbare partner te zijn, die erin geslaagd is een groeiend aantal leden aan te trekken. In het laatste programma lag de focus op organisationele capaciteitsversterking, het organiseren van de landbouwers en lobby & advocacy. De systemen en structuren van MVIWATA Manyara zijn nu goed ontwikkeld en het kader en de leiding hebben ervaring in het beheren van de organisatie. Trias heeft het gevoel dat MVIWATA Manyara klaar is om een grotere rol te spelen door meer diensten / interventies te ontwikkelen voor hun leden. Door hun sterke aanwezigheid (groeperingen en leden) in het district Mbulu, en in mindere mate in het district Hanang, bevinden ze zich in een goede positie om daar te werken. TCCIA Manyara Sleutelactoren: kleinschalige ondernemers Ledenbestand: # totaal aantal leden: 858 % mannen / vrouwen: 73 % mannen / 27 % vrouwen % jongeren (mannen / vrouwen): 45 % jongeren Bijdrage van partner (m.b.t. eigen missie /visie & in het DGD-programma) aan: Inclusiviteit: 61 % van de TCCIA Manyara-leden is een kleinschalige ondernemer. Het aandeel vrouwen zou verder moeten stijgen. Economische duurzaamheid: TCCIA zal werken naar economische duurzaamheid door het ondernemersklimaat te verbeteren en individuele kleinschalige ondernemers te helpen hun ondernemersvaardigheden te versterken. De lokale overheid en andere relevante actoren erbij betrekken, zal hierbij helpen Milieu: TCCIA Manyara heeft niet veel ervaring in milieu-interventies, maar zal haar capaciteit op dit vlak verstevigen en / of zal met externe dienstverleners werken om milieuduurzaamheid te verzekeren. 12
TCCIA Manyara is een ledenorganisatie voor en door ondernemers (onze doelgroep). Hoewel hun leden zowel kleine als grotere ondernemers tellen, zijn de meesten (61 %) kleinschalig. Dit is conform de focus van Trias. In de laatste 2 jaar heeft TCCIA Manyara zich ontwikkeld van een bijna slapende organisatie tot een actieve lokale actor waarmee rekening gehouden moet worden. In het voormalige programma lag de focus op organisationele capaciteitsversterking, ledenwerving en lobby & advocacy. De systemen en structuren van TCCIA Manyara zijn nu goed ontwikkeld en het kader en de leiding hebben ervaring in het beheren van de organisatie. Ze hebben toewijding getoond in hun onderhandelingen met Trias en we hebben het gevoel dat TCCIA Manyara klaar is om een grotere rol te spelen door meer diensten / interventies te ontwikkelen voor hun leden. Emboret Cooperative Society Sleutelactoren: Familiale Boeren Ledenbestand: totaal aantal leden: 400 40 % mannen / 60 % vrouwen 30 % jongeren (mannen / vrouwen) Bijdrage van partner (m.b.t. eigen missie/visie & in het DGD-programma) aan: Inclusiviteit: De melkcoöperatie biedt aan gemarginaliseerde groeperingen zoals familiale landbouwers en veetelers een opportuniteit om samen te komen en collectieve markten te betreden. Door coöperaties te vormen hebben de leden een gemeenschappelijke onderhandelingspositie bij kopers (verwerkingsunits), verzekeren ze consistente kwaliteit en besparen ze op kosten zoals transport, opslag, koeling, enz. Daarbij komt dat in de Maasai-cultuur melk aan de vrouwen toebehoort. Op die manier voorziet de coöperatie vrouwen van een betrouwbare bron van inkomsten. Economische duurzaamheid: Uit de evaluatie die is uitgevoerd op de Emboret Cooperative Society komt duidelijk naar voren dat werken met de coöperatie de leden volgende opportuniteiten biedt: Een veilige plaats om te sparen en om te lenen met de opbrengst uit de verkoop van productie; Een kosteneffectief kanaal waardoor opleidingen aan leden aangeboden kunnen worden over onderwerpen zoals ondernemerschap, boekhouding, goede productiemethodes enz. Een winstdeelname gerealiseerd door de uitleen- en bedrijfsactiviteiten van de coöperatie. De wettelijke identiteit van een coöperatie geeft haar de mogelijkheid voor subsidies voor fondsenwerving, overheidsleningen, sponsoren, banken en andere financiële instellingen. Coöperaties geven leden gemakkelijker toegang tot goedkopere inputs voor productie. Melkproductie biedt de familiale landbouwers een opportuniteit om hun bruto gezinsinkomen met 41 % op te drijven van 2.179 euro naar 3.073 euro (eigen data). Milieu: Risico’s: Melkproductie kan leiden tot overbegrazing van grasland. Concurrentie voor grond tussen landbouw- en veeteeltactiviteiten kan leiden tot conflicten. De leden van de coöperatie zullen de negatieve impact op het milieu verzachten door: Gebruik van alternatief veevoeder, zoals olifantsgras Oogsten en persen van grasland tijdens het regenseizoen voor gebruik tijdens het droogseizoen Herbeplanting van gras in gebieden die vernietigd zijn door begrazing De landbouwers aansluiten bij het nationale biogasprogramma. Biogas biedt zuivere brandstof en verlichting en beperkt zo het gebruik van brandhout en kerosine. Daarbij komt dat biogassystemen methaan verbranden en daardoor koolstofemissies verminderen. Reden voor de selectie van deze partner in het programma: Emboret Cooperative Society is een ledenorganisatie wiens leden erg positief staan en toegewijd zijn om collectief samen te werken aan de mobilisatie van inkomsten. De coöperatie is hoofdzakelijk betrokken in de melkwaardeketen, met het potentieel om de inkomsten van het gezin te laten toenemen met 41 % en om ook inkomsten te bieden aan vrouwen die controle hebben over het melkverbruik in hun huishouden. Beschrijving van doelgroep & begunstigden in Tanzania Beschrijving van de doelgroep en begunstigden in Tanzania Beschrijving van directe sleutelactoren: In totaal zal het programma om en bij de 20.000 georganiseerde landbouwers en ondernemers bereiken, leden van 5 ledenorganisaties. Van die groep zullen ongeveer 8.000 mensen speciale diensten ontvangen (waardeketenondersteuning, krediet, landbouwondersteuning, BDS, enz.) Dit zijn de leden en potentiële leden die in de interventiegebieden in kaart gebracht werden, met potentieel voor pluimveeteelt (Arusha Rural, Selela, Engaruka, Engaruka chini, Mto Wa Mbu), 13
melkproductie (Emboret), uien en look (Selela, Man’gola, Bashay, Endasake, Dongebash). Evenals alle leden van de ondernemersorganisaties. Aantal mensen tegen 2016 MVIWATA Arusha
3646
Geografische focus Arusha Rural, Selela, Engaruka, Mto Wa Mbu, Man'gola
MVIWATA Manyara
2052
Endasake, Bashay, Dongebash
TCCIA Arusha
973
Landelijk Arusha, Namanga, Karatu
TCCIA Manyara
929
Babati, Mbulu & Hanang
Emboret
400
Simanjiro
7600 Beschrijving van indirecte sleutelactoren: Voor Trias Tanzania zijn de indirecte sleutelactoren alle leden van de 5 ledenorganisaties. Zie onderstaande tabel:
Column1 MVIWATA Arusha MVIWATA Manyara TCCIA Arusha TCCIA Manyara Emboret cooperative
Men 4648 3041 757 929 160 9535
Women 5463 3649 513 454 240 10319
Youth 3166 2110 183 536 80 6075
TOTAL 10111 6690 1270 1383 400 19854
Duurzame impact6 Garanties voor duurzame impact: partnerselectie, product(en), aanpak & subsectorselectie Partnerselectie en partnerrelaties zijn cruciale garanties voor een duurzame impact. Naast criteria voor partnerselectie past Trias nu ook operationele richtlijnen toe voor het analyseren en het selecteren van producten, subsectoren, acties die de best mogelijke impact hebben op familiale boeren en kleinschalige ondernemers, vooral armen, vrouwen en jongeren. Bij het analyseren van de mogelijke gewassen werden volgende criteria in overweging genomen: rendabiliteit van het gewas, bijdrage aan gezinsinkomsten, potentiële impact op inkomen, bereik en potentieel bereik, deelname door jongeren en vrouwen, en de impact op het milieu. Meer gedetailleerde documenten zijn beschikbaar per geselecteerd gewas. Familiale landbouwers In Tanzania heeft het programma volgende producten / aanpak geselecteerd: 1. Irrigatielandbouw met focus op uien en look. Voor landbouwers die voor hun landbouwactiviteit afhankelijk zijn van regenval, is het erg moeilijk om uit de armoede te raken. Dit is het geval voor ondermeer de productie van maïs, bonen, zonnebloemen, sorgum en struikerwten. Terwijl uit een acre irrigatielandbouw een landbouwer een winst kan halen van 2.250 euro per acre, ligt dit bij de eerder genoemde regenteelt op amper 325 euro. Daarbij is er een hoge rendabiliteit voor uien en look met een ROI van respectievelijk 250 % en 225 %, vergeleken met bijvoorbeeld 139 % voor maïs, 159 % voor zonnebloem en 154% voor struikerwten. De waardeketens van uien en look strekken zich uit tot Kenia, Oeganda, Zuid-Soedan, Mozambique, Zanzibar en de Comoren en bieden dan ook een ideale kans voor de landbouworganisatie om meer te leren over de regionale markten en om hun leden in deze markten te integreren. Trias Tanzania berekende dat productie- en marketingverbetering het inkomen van een irrigatielandbouwer met 61% kan verhogen. Toegang verlenen tot irrigatielandbouw kan het inkomen van een landbouwgezin met 173 % verhogen (van 1.450 euro naar 3.977 euro).7 De uienproductie is potentieel interessant voor jongeren: op een relatief korte termijn kunnen
6 7
Link met beleidsdocument met operationele richtlijnen over Duurzame Impact Gegevens verzameld door Trias Tanzania
14
ze een interessante opbrengst genereren. Verder vertegenwoordigt arbeid, meestal geleverd door jongeren, 55 % van de totale productiekosten (ca. 200 euro per acre). Een oppervlakte van 600 acres geïrrigeerde uienteelt creëert een geschatte tewerkstelling met een totale waarde van 120.000 euro of om en bij de 1.333 maandelijkse minimuminkomsten. Verder biedt de waardeketen van uien andere interessante kansen voor jongeren om zich in te engageren, zoals verpakking en transport van en handel in uien. Vrouwen hebben een belangrijke rol in de waardeketen van uien. Ze zijn een aanzienlijke werkkracht in de productiesector en spelen een belangrijke rol in het sorteren van uien na de oogst. Ze worden echter genegeerd wanneer het gaat over vermarkting van de producten. Het programma zal participatie van vrouwen in de ganse waardeketen aanmoedigen, waaronder vrouwen die eigenaar zijn van geïrrigeerde percelen. We zullen de landbouworganisaties ondersteunen voor volgende interventies: Mobiliseren van familiale landbouwers die al toegang hebben tot irrigatie in gebieden met een hoog potentieel: de doelstelling is om familiale landbouwers in deze gebieden beter te organiseren, zodat ze voordeel kunnen blijven halen uit het irrigatiepotentieel. Door betere organisatie van familiale landbouwers wil het programma de grondeigendommen van familiale landbouwers en de toegang tot water voor familiale landbouwers veilig stellen. Opleiding in landbouwtechnieken en collectieve marketing zullen de inkomsten van de familiale landbouwers verder verbeteren. Verbeteren van de toegang tot irrigatie in gebieden waar MVIWATA veel (potentiële) leden heeft: op dit moment hebben veel familiale landbouwers geen toegang tot irrigatielandbouw en zijn ze afhankelijk van veeteelt en regengraanteelt om te overleven. Toegang tot irrigatie zal landbouwers helpen om van overlevingslandbouw over te schakelen naar meer marktgerichte landbouw. Opleiding in het correcte gebruik van (organische en niet-organische) landbouwinputs Toegang tot kwalitatieve inputs Lobbying op lokaal overheidsniveau om irrigatiesystemen te verbeteren Facilitering van handelsen marktlinkage binnen de Oost-Afrikaanse Gemeenschappelijke Markt. Het irrigatieprogramma richt zich vooral op de verbetering van bestaande infrastructuur, de bescherming van de bronnen en de uitbreiding van het irrigatienetwerk waar dit op een ecologisch verantwoorde manier mogelijk is. Het programma streeft ernaar de irrigatiesystemen te verbeteren, zodat een maximaal inkomen kan gegenereerd worden uit het beperkte gebied dat geschikt is voor irrigatielandbouw. Irrigatielandbouw is zo’n 10 keer meer rendabel dan maïs- of zonnebloemlandbouw. 2. Pluimveeteelt Hoewel de rendabiliteit van pluimveeproductie lager ligt (ROI: 25 %) dan die van gewassen hebben we alsnog beslist om toch deze sector te blijven ondersteunen, omwille van: De kennis en ervaring die Trias en MVIWATA Arusha hebben opgebouwd over de sector tijdens het programma 2008-2013 Het feit dat niet veel grond nodig is De laagdrempeligheid voor vrouwen en jongeren om erin te stappen Het hoog potentieel bereik De bijdrage ervan aan de zekerheid van levensonderhoud bij de armste landbouwers (mogelijke toename van het huishoudinkomen met 46 %) De kippenkweek verhoogt het inkomen en het kapitaal, vooral voor vrouwen en jongeren. Trias bevordert deze activiteit vooral als aanvulling op meer landintensieve inkomstenbronnen zoals maïsteelt of veeteelt (geiten, schapen, koeien). Vlakbij irrigatie-infrastructuur kan kippenmest gebruikt worden als een ideale organische meststof (indien goed gecomposteerd). Opbrengsten uit kippenproductie worden in veel gevallen gebruikt om de schoolkosten van de kinderen te betalen. De kippenkweek biedt een oplossing zowel op vlak van inkomen, effect op de omgeving als op vlak van tijdsbesteding. 3. Melkproductie en vermarkting Het programma zal een Maasai-melkcoöperatie ondersteunen in het district Simanjiro die nu ongeveer 400 leden. Trias Tanzania zal de coöperatie bijstaan in de verbetering van het 15
management, de verbetering van het fokken van melkkoeien en de toegang tot kredieten en markten. Een inheemse koe geeft gemiddeld 1 liter melk per dag. De invoering van betere kruisingen kan deze productie opdrijven naar 3 tot 8 liter per dag, afhankelijk van het management en van de bronnen/inputs. Dit kan het huishoudinkomen van het gezin doen toenemen met respectievelijk 41 % en 93 %; de ROI van de activiteit bedraagt 43 %. In de Maasai-cultuur behoort melk toe aan de vrouwen die het gebruiken in het levensonderhoud van het gezin. De Melkcoöperatie pleit voor commerciële melkproductie als een economische activiteit en zal vrouwen zo een betrouwbare bron van inkomsten bieden. De coöperatie is gelinkt aan een fabriek die gepasteuriseerde melk, yoghurt en kaas produceert en die ze hoofdzakelijk in de regio Arusha verhandelt, maar in toenemende mate ook in Kenia. Dit creëert jobopportuniteiten voor jongeren in het gebied. De interventie zal ook voorzien worden van opleidingen in het beheer van weidegronden en grondgebruiksplanning, aangezien het interventiegebied grenst aan het Tarangire National Park. 4. Bedrijfsontwikkeling op ledenorganisatie-niveau Het programma zal volgende bedrijven steunen die deel uitmaken van de structuur van de ledenorganisaties: Jongeren agri-verwerkingsbedrijf in Namanga: dit bedrijf startte in 2012 in Namanga en bestaat uit een voedingswinkel en een maïsproductie-eenheid. Het programma zal de verdere ontwikkeling en uitbreiding van deze firma’s ondersteunen. De belangrijkste doelstelling van dit jongerenbedrijf is te voorzien in jeugdtewerkstelling in het gebied, evenals in een bron van inkomsten voor het netwerk. Het bedrijf is gelegen in Namanga, een grensstad met Kenia. De grens van Namanga zal de eerste one-stop grensstad worden in Afrika en zal steeds belangrijker worden. De aanwezigheid van de bedrijven in Namanga biedt interessante mogelijkheden voor handel binnen de Oost-Afrikaanse gemeenschap en de inclusie van jongeren binnen de regionale economie. Het verwerkingsbedrijf is gelegen in de industriezone van Namanga en zal geen schade berokkenen aan het milieu. De overschot van de maïsmolens wordt verkocht als kippenvoer (zie voor meer info in het bedrijfsplan). Pluimveeassociatie in het district Monduli: de associatie is samengesteld uit 500 pluimveekwekers, die allemaal lid zijn van MVIWATA Arusha. Samen produceren ze ongeveer 22.000 kippen, waarvan ze er ongeveer 5.500 verkocht hebben in 2012. We voorspellen een verkoop van 25.000 kippen per jaar in 2016, wat een ROI genereert van ongeveer 20 % en 3 tot 6 mensen tewerkstelt op associatieniveau. De associatie zal ook investeren in een kippenvoerbedrijf. Deze initiatieven zullen een meer verticale integratie verzekeren van de waardeketen voor de pluimveekwekers van MVIWATA Arusha. Het kippenbedrijf is goed voor het milieu. De kippen eten ook schadelijke insecten en de mest is goed als meststof op de boerderijen. SACCOS: (Spaar- en Kredietcoöperatieve). Dit betreft SACCOS gelinkt aan de ledenorganisaties. De SACCOS staan nog steeds vrij zwak, zowel op het vlak van kapitaal (gemiddeld rond de 5.000 euro) als op het vlak van lidmaatschappen (tussen 100 en 250 leden). Trias zal de ledenorganisaties ondersteunen in de versterking van hun SACCOS en in de integratie van de SACCOS in hun organisatiestructuur en de bovenvermelde waardeketens. Erkende jongerenondernemingen: jongerenleden van MVIWATA zullen ondersteund worden in het ontwikkelen van hun bedrijfsplannen. Potentiële ondernemingen kunnen een startkapitaal ontvangen van het programma van maximaal tweemaal de fondsen die de jongeren zelf investeren in hun bedrijf. Kleinschalige ondernemers De aanpak die we zullen volgen voor de ondersteuning van kleinschalige ondernemers zal wezenlijk verschillen van de ondersteuning aan familiale landbouwers. Terwijl Trias voor deze laatste al keuzes maakte voor potentiële waardeketens of gewassen, verkiest Trias voor kleinschalige ondernemers een procesmatige aanpak, vooral voor wat betreft het in kaart brengen van sectoren voor de kleinschalige ondernemers. We willen werken met ‘Ronde Tafels’ waar ledenorganisaties, universiteiten, overheden en private sectoren gezamenlijk onderzoek doen om potentiële clusters te identificeren. Vooral de deelname van jongeren (studenten) in het proces is belangrijk voor onze strategie (komt ook naar voor onder resultaat 1). De volgende stap voor TCCIA is om samen te zitten met lokale overheden om een beleid en actieplannen uit te werken en de rollen hierin te verdelen. De focus zal gaan naar landelijke steden rond de waardeketens die we ondersteunen in ons landbouwprogramma. We willen processen faciliteren 16
die het bedrijfsmilieu in deze potentiële business hubs helpen verbeteren. Deze business hubs moeten gevormd en ondersteund worden door een beleid dat op democratische wijze tot stand is gekomen met deelname van ledenorganisaties. De strategie kan samengevat worden in volgende 4 stappen: 1. Algemene ondersteuning in BDS en toegang tot kapitaal voor kleinschalige ondernemers, lid van TCCIA, startend vanaf jaar 1; 2. Uitvoeren van sectorstudies en identificatie van potentiële clusters in 4 (landelijke) steden (jaar 1 en 2): a. Namanga (speciale aandacht omwille van de Oost-Afrikaanse Gemeenschappelijke Markt en de daaraan gekoppelde opportuniteiten) b. Arusha (regionaal hoofdkantoor) c. Karatu (toeristische en landbouwhub) d. Babati (opkomende regionale hoofdstad op de Trans-Afrikaanse snelweg); 3. Gebaseerd op de sectorstudies zullen ronde tafels georganiseerd worden met deelname van TCCIA, lokale overheidsofficials en de actoren uit de private sector. De uitkomst van deze sessies zou een beleidsdocument moeten zijn, met daarbij een actieplan met rollen en verantwoordelijkheden voor de verschillende actoren, (Jaar 1 en 2); 4. Implementatie van activiteiten die het actieplan, dat uitgewerkt is onder stap 2, ondersteunt (Jaar 2 en 3). Bijdragen tot een duurzame impact tijdens de programma-implementatie Alle producten werden beoordeeld op het potentieel dat ze bieden voor een aanzienlijke bijdrage tot het levensonderhoud van de begunstigden. Deze focus zal bijdragen tot de duurzaamheid van het programma. De organisationele en technische ondersteuning die door het programma wordt voorzien, zou een aanzienlijke groep van familiale landbouwers en kleinschalige ondernemers boven de armoedegrens en in een meer marktgerichte productie moeten tillen. We voorzien dat winsten die gegenereerd worden in de geselecteerde waardeketens ook zullen bijdragen tot betere resultaten in andere types activa van de landbouwer. Toegang tot kredieten, betere management vaardigheden en een verbeterd ondernemersklimaat zullen leiden tot betere inkomsten voor zowel ondernemers als landbouwers. De kredietfondsen zullen ook na het uitfaseren van het programma blijven roteren. De organisatie van 'Ronde Tafels', ondersteund door actief onderzoek en met jongerenparticipatie, zal aan TTCIA en haar leden de mogelijkheid bieden om deel te nemen in beleidsontwikkeling voor bedrijfsontwikkeling in de 4 geselecteerde business hubs. Trias zal samenwerken met andere NGO’s en actoren uit de private sector in de geselecteerde waardeketens. We zullen dit doen binnen het kader van Agri-profocus. Trias is lid van dit netwerk, waar het verantwoordelijk is voor de waardeketen en financieringsafdeling. Door de samenwerking met de districtsautoriteiten en ander NGO’s gelooft Trias Tanzania dat de succesvolle activiteiten vermenigvuldigd zullen worden door andere actoren. Ons PME-systeem laat toe om de impact te meten op het huishoudinkomen van de landbouwers. Dit is een krachtige tool om onze impact op de output van de boerderijen en bedrijven aan te tonen. Het concept van de ronde tafels brengt ledenorganisaties en overheidsofficials samen om samen een beleid te ontwikkelen. Van lobby & advocacy voor irrigatiestructuur en toegang tot landbouwinputs wordt verwacht dat ze meer voordelen zullen leveren voor de landbouwers dan voorzien in het budget. Bijdragen tot een duurzame impact: Exitstrategie Er zal een duurzaamheidsplan worden opgesteld voor alle organisaties. Vooral de twee kamers van koophandel en de melkcoöperatie hebben een goed potentieel om hoge niveaus van financiële autonomie te bereiken door inkomsten uit dienstverlening aan hun leden (voor de kamers) en inkomsten uit een deel van de omzet door de coöperaties. Voor de landbouworganisaties MVIWATA Manyara en Arusha zal Trias de organisaties bijstaan in het verder diversifiëren van hun sponsorportfolio en in het steeds meer toetreden tot overheidsfondsen. Verder zal Trias Tanzania de organisaties bijstaan in het verwerven van aandelen in ondernemingen die binnen hun netwerk opduiken en door het netwerk zijn opgestart. Deze ondernemingen zijn hierboven vermeld. Wat betreft HR zal Trias de aanwerving van technisch personeel op niveau van de landbouworganisaties ondersteunen. Op niveau van de ondernemersorganisaties en MVIWATA Arusha zullen BDS-personen aangetrokken worden die on-the-job-opleidingen zullen krijgen van de BDS-adviseur van Trias. De focus zal liggen op BDS-opleiding op maat aan kleinschalige ondernemers en coöperaties. De MF-adviseur van Trias zal het management van de SACCOS opleiden en zal de capaciteiten van het personeel van de ledenorganisaties opdrijven, vooral m.b.t. opleiding in sparen en kredieten voor VICOBA’s (dorpsgemeenschapsbanken). Hoewel in sommige gevallen de Trias-adviseurs nog steeds hands-on zullen moeten handelen (vb. melkcoöperatie, Jongerenondernemingen), is het idee dat de vaardigheden geleidelijk overgegeven zullen worden aan de partner.
17
Het programma zal ook investeren in de capaciteitsversterking van jongeren. Studenten zullen de mogelijkheid krijgen om relevant onderzoek te doen in hun gebied en zullen gecoacht worden door professionals van de 'Round Table Africa' (link met de Universiteit van Maastricht in samenwerking met lokale universiteiten) en van Trias Tanzania. Jongerenleden van de landbouw- en ondernemersorganisaties zullen opgeleid worden in leiderschap en zullen de mogelijkheid krijgen om hun leiderschaps- en ondernemerschapsvaardigheden te oefenen binnen de programmastructuren. Het programma zal de partners toelaten om expertise op te doen over irrigatielandbouw, een activiteit die hoog op de politieke agenda staat. Op institutioneel niveau zal Trias' ledenorganisatieadviseur landbouw- en ondernemersorganisaties ondersteunen in hun organisationele ontwikkeling, meer specifiek in het stroomlijnen van hun gedecentraliseerde organisatiestructuur (van regionaal tot district en tot wijkniveau). Een stevige organisatiestructuur is van groot belang om de groei in lidmaatschappen van de organisaties te behouden. Transversale thema’s: Inclusiviteit (Gender) & Milieu Het programma draagt op verschillende manieren bij tot gendergelijkheid. Alle partners hebben targets met betrekking tot het aantal vrouwelijke leden en deelnemers in activiteiten. Dit verzekert dat een aanzienlijk (in de meeste gevallen zelfs een meerderheid) aantal vrouwen bereikt wordt met diensten zoals opleidingen en toegang tot kredieten. Daarbij komt dat MVIWATA targets heeft met betrekking tot vrouwen in leiderschapsfuncties (minstens 33 %). Voor TCCIA zal Trias gelijkaardige overeenkomsten maken. Bij de keuze van waardeketens hebben we rekening gehouden met de (potentiële) betrokkenheid van vrouwen. Door vrouwen de mogelijkheid te bieden hun inkomsten te verhogen, zal hun (economisch) gewicht toenemen, wat zal leiden tot meer gelijkheid tussen mannen en vrouwen. Het programma zal specifieke activiteiten omvatten die gericht zijn op de besluitvormingsprocessen binnen het huishouden, vooral met betrekking tot bvb. gewaskeuzes, investeringskeuzes, marketingkeuzes die op dit moment dikwijls gedomineerd worden door mannen. Reproductieve gezondheid: Trias zal toezien op onderwerpen als familieplanning en HIV/aids, wat vrouwen zal aanmoedigen hun leven in handen te nemen. De verbetering van het fysieke en biologische milieu: Het programma zal hiertoe bijdragen door 5 hoofdactiviteiten: 1) beheer van waterbronnen, 2) bevordering van conserveringslandbouw, 3) bevordering van duurzame praktijken, zoals een beter gebruik van pesticiden en 4) ondersteuning aan de “Hou Arusha Proper”campagne via TCCIA Arusha, 5) ondersteuning van apicultuur. Trias streeft ernaar om de participatie van vrouwen, mannen, jongeren en armen in ledenorganisaties van kleinschalige ondernemers en familiale landbouwers te verhogen. Deze ledenorganisaties zullen hun leden niet alleen ondersteunen met economische activiteiten en vaardigheden, maar zullen hun leden ook aanmoedigen om te bouwen aan tegenmacht. Met toenemend zelfvertrouwen verwachten we dat de leden hun leiders (lokale overheid), ook op de langere termijn, zullen kunnen beïnvloeden en een goed beleid en kwalitatieve dienstverlening van hun overheid zullen blijven eisen. Het programma heeft de intentie om duurzame waardeketens uit te bouwen en te versterken, die ook buiten het tijdskader van het programma kunnen functioneren.
18
11.2.4 Logisch kader Baseline Specifieke doelstelling
Hypothese 1.1 Hypothese 1.2 Hypothese 1.3 De capaciteiten van 5 van de 5 ledenorganisaties werden versterkt
2014
2015
2016
Verificatiebronnen
Trias streeft naar 5 duurzame ledenorganisaties (MBOs) in Tanzania, die actieve actoren zijn in de samenleving, die de capaciteiten van hun leden – met speciale aandacht voor armen, vrouwen en jongeren – persoonlijk en professioneel versterken, die de marktdeelname van hun leden versterken, die machtsevenwichten binnen de samenleving uitdagen en die bijdragen aan een inclusievere wereldwijde samenleving. Beleidsmakers staan toe dat MBOs deelnemen aan het maken van beleid en besluitvorming. Leiders van de MBO zijn geengageerd en hebben het mandaat om de rechten van de leden te verdedigen, in het bijzonder die van jongeren. De MBOs blijven groeien in termen van ledental en gerelateerde politieke en economische invloed. 2 5 Organisatiediagnostiek van de organisatie bij de start en het einde van het programma
5 van de 5 ledenorganisaties hebben de kwaliteit van hun dienstverlening aan hun leden versterkt
2
5
Organisatiediagnostiek van de organisatie bij de start en het einde van het programma Organisatieprofiel BRS fact sheets voor microfinancieringsinstellingen
5 van de 5 ledenorganisaties hebben te toegang van hun leden tot kwaliteitsvolle diensten versterkt (groter aantal mensen en/of groter aantal diensten) Resultaat 1
2
5
Rapporten over bereik (outreach) van de organisaties
Hypothese 1.1 Hypothese 1.2 Hypothese 1.3 4 van de 5 ledenorganisaties hebben hun score verhoogd op de inclusiviteitsindex van het organisatieprofiel Resultaat 2 Hypothese 2.1 Hypothese 2.2
In 4 van de 5 ledenorganisaties is de actieve deelname van armen, vrouwen en jongeren versterkt, zodat zij in een democratische en open wijze functioneren en streven naar een inclusievere maatschappij De maatschappij is klaar voor het politieke en sociale moment voor toenemende participatie voor vrouwen en jeugd. De geselecteerde MBOs hebben een actief en democratisch gekozen bestuur en zijn geëngageerd voor de inclusie van vrouwen en jeugd in hun structuren. De MBOs hebben de technische capaciteiten om effectieve strategieën te ontwikkelen voor vrouwen en jeugd. 2 3 4 4 Jaarlijkse meting en bespreking van de indicatoren van het organisatieprofiel tijdens een opvolgingsbijeenkomst tussen de MBO en de Trias facilitator 5 van de 5 ledenorganisaties hebben hun interne organisatie en duurzaamheid effectief versterkt De leiders van de MBOs zijn geëngageerd aan de organisatorische ontwikkeling en hebben vertrouwen in de toekomst van de organisatie. MBOs hebben het potentieel om duurzame zakelijke activiteiten te ontwikkelen en te onderhouden. 19
Hypothese 2.3
MBOs zijn in staat om goede mensen aan te trekken.
5 van de 5 ledenorganisaties hebben hun score verhoogd op de transparantie index van het organisatieprofiel 5 van de 5 ledenorganisaties hebben hun score verhoogd op de democratische bestuursindex van het organisatieprofiel 5 van de 5 ledenorganisaties hebben hun score verhoogd op de financiële gezondheidsindex van het organisatieprofiel 5 van de 5 ledenorganisaties hebben hun score verhoogd op de professionele capaciteitsindex van het organisatieprofiel Resultaat 3
2
3
4
5
2
3
4
5
2
3
4
5
2
3
4
5
Hypothese 3.1 Hypothese 3.2 Hypothese 3.3 5 van de 5 ledenorganisaties hebben hun score verhoogd op de geïntegreerde dienstverleningsindex van het organisatieprofiel Resultaat 4 Hypothese 4.1 Hypothese 4.2 Hypothese 4.3 4 van de 5 ledenorganisaties hebben hun score verhoogd op de lobbying en pleitbezorgingsindex
Jaarlijkse meting en bespreking van de indicatoren van het organisatieprofiel tijdens een opvolgingsbijeenkomst tussen de MBO en de Trias facilitator
5 van de 5 ledenorganisaties en hun private en overheidspartners faciliteren geïntegreerde kwaliteitsdiensten zodat hun leden – met name armen, vrouwen en jongeren – gemakkelijker kunnen deelnemen aan markten. Kwalitatief goede input-, en dienstverleners voor de geselecteerde waardeketens uien, look, melk en pluimvee zijn beschikbaar in Manyara en Arusha regio's Vrouwen en jeugd krijgen toegang tot financiële middelen en zijn bereid om actief meet te doen in de geselecteerde waardeketens. De markt voor de geselecteerde waardeketens blijft groeien. 2
3
4
5
Jaarlijkse meting en bespreking van de indicatoren van het organisatieprofiel tijdens een opvolgingsbijeenkomst tussen de MBO en de Trias facilitator
4 van de 5 ledenorganisaties coördineren, wisselen uit en werken samen met andere actoren in een gezamenlijk streven naar een inclusievere wereldwijde samenleving Lokale autoriteiten, universiteiten, onderzoeksinstituten en privé sector actoren zijn bereid om deel te nemen in gezamenlijk actie onderzoek en planning samen met de MBOs. De MBOs zijn in staat om de zaken en belangen van hun leden duidelijk over te brengen naar andere stakeholders Locale autoriteiten en de privé sector actoren zijn zich bewust van de noodzaak om de deelneming te vergroten van de FF en SSE in de economie. 2 3 4 4 Jaarlijkse meting en bespreking van de indicatoren van het organisatieprofiel tijdens een opvolgingsbijeenkomst tussen de MBO en de Trias 20
van het organisatieprofiel
4 van de 5 ledenorganisaties hebben hun score verhoogd op de netwerkingsindex van het organisatieprofiel
facilitator
2
3
4
4
21
11.2.5 Budget operationele kosten Operationele kosten Jaar 1 1.1. 1.1.1. 1.1.1.1. 1.1.1.2. 1.1.1.3. 1.1.2. 1.1.3. 1.1.4.
Roerende goederen 120.560 Roerende goederen - rollend materieel 86.000 Roerende goederen - uitrusting, machines en installaties 32.210 Roerende goederen - software 2.350 Onroerende goederen 110.446 Kredietfonds 61.000 Rollende fondsen 0
16.450 8.000 8.300 150 66.380 62.000 0
154.660 102.000 50.010 2.650 252.206 184.000 0
292.006
154.030
144.830
590.866
68.230 17.000 14.100 37.130
75.431 18.800 16.050 40.581
81.731 19.800 17.650 44.281
225.391 55.600 47.800 121.991
356.616 107.385 220.063 10.000 6.550 3.333 0 935 8.350
339.254 99.148 219.938 5.000 2.550 3.333 0 935 8.350
335.691 95.288 220.155 5.000 2.550 3.333 0 1.015 8.350
1.031.561 301.820 660.156 20.000 11.650 10.000 0 2.885 25.050
424.846
414.685
417.422
1.256.952
160.451 210.800 4.903 40.650
173.511 215.016 8.265 41.463
173.471 145.448 11.760 42.292
507.432 571.264 24.928 124.405
subtotal 1.3.
416.804
438.255
372.971
1.228.029
Totaal
1.133.656
1.006.970
935.222
3.075.848
ER1 ER2 ER3 ER4 BK
261.222 206.338 465.334 200.760
230.128 183.722 416.546 176.572
215.920 169.542 399.519 150.242
707.271 559.602 1.281.400 527.574
1.133.656
1.006.970
935.222
3.075.848
33,60
33,60
21,60
88,80
Functionnering Algemene werkingskosten Kosten mbt gebouwen Nutsvoorzieningen en kantoorbenodigdheden Andere werkingskosten
1.2.2. 1.2.2.1. 1.2.2.2. 1.2.2.3. 1.2.2.4. 1.2.2.5. 1.2.2.6. 1.2.2.7. 1.2.2.8.
Dienstverlening en capaciteitsversterking Dienstverlening en capaciteitsversterking partner Dienstverlening en capaciteitsversterking doelgroep N-Z en Z-Z dynamieken Individuele & collectieve vorming Missions Evaluatiekosten Knowledge management and productivity Thematic and functional networking subtotal 1.2.
1.3.1. 1.3.2. 1.3.3. 1.3.4.
Totaal
17.650 8.000 9.500 150 75.380 61.000 0
1.2.1. 1.2.1.1. 1.2.1.2. 1.2.1.3.
1.3.
Jaar 3
Investeringen
subtotal 1.1.
1.2.
Jaar 2
Personeel Lokaal personeel Cooperanten Vrijwilligers Personeel HO Zuidluik
3. Totale kost (directe kosten) Persoonsmaanden
22
11.2.6 Beschrijving van de middelen Budgetpost 1.1. Investeringen 1.1.1 Roerende goederen
Beknopte beschrijving van de middelen
1.1.2 Onroerende goederen
Investeringen in irrigatiesystemen in Arusha en Manyara, ondersteuning bij bouw van front office van één van de partners 184.000 euro aan kredietfondsen N/A
1.1.3 Kredietfondsen 1.1.4 Rollende fondsen 1.2. Functionering 1.2.1 Algemene werkingskosten
1.2.2 Dienstverlening en capaciteitsversterking
De totale behoefte aan investeringen voor deze doelstelling betreft bij benadering 3 wagens, 3 motos, kantoormeubilair, 11 laptops, 1 projector, 6 telefoons, boekhoudsoftware, office, windows, 0,2 laptops voor de Learning and Exchange Advisors, 0,3 licenties voor HO op software packet gotomeeting.
De algemene werkingskosten betreft de volgende uitgavenposten van de partnerwerking: kantoorhuur, verzekeringen (wagen, kantoor, …), beveiliging kantoor, onderhoud kantoor, gas, water, elektriciteit, telefoon, brandstof (wagen + generator), onderhoud rollend materieel, reserveonderdelen (o.a. voor wagen), onderhoud computers, internetgebruik, kantoormateriaal, kosten voor publiciteit/advertenties/promotie, bankkosten, verzendingskosten, kosten voor aanwerving personeel. Voor het landenkantoor betreft het het onderhoud van en brandstof voor transportmiddelen en andere verplaatsingskosten. Dienstverlening en capaciteitsversterking betreft alle kosten van de partnerwerking en de landenkantoren gelinkt aan capaciteitsversterking van de partner en van de doelgroep zoals vormingen, consultancies, dienstverlening, uitwisselingen, N-Z dynamieken, lobbywerk, studies, seminaries, planning en monitoring, audit van de partners, landbouwinput voor demonstratiedoeleinden, werkingskosten van vrijwilligers. Het betreft ook een deel van de operationele werkingskosten van de Learning and Exchange Advisors (workshops, networking, meetings, consultants, publicaties - 37.385 euro), evenals 2 zendingen van de Learning and Exchange Advisors en 3 zendingen van de Programme Coordinator.
1.3. Personeel 1.3.1 Lokaal personeel 1.3.2 Cooperanten 1.3.3 Vrijwilligers 1.3.4 Personeel HO
Het totale bestand aan lokaal personeel bij de partners en het landenkantoor betreft op jaarbasis bij benadering 26 VTE’s. Adviseur Business Development, PME (1 VTE) Adviseur Marketing, Value Chain (0,67 VTE) 80% van kost landendirecteur (0,8 VTE) Inzet van vrijwilligers, experten en personeel van de bewegingen en het Trias netwerk voor deze doelstelling. 3% van de loonkost van programmacoördinatoren (0,09 VTE) 10% van de loonkost van Learning and Exchange Advisors (0,4 VTE)
23
11.2.7 Risicoanalyse Risico definitie
Risicorespons
Gerelateerde doelstelling / Resultaat
Risiconiveau
Operationele risico’s 1 Leden van MBO’s in sommige gebieden kunnen weigeren om gewassen te planten in de geselecteerde waardeketens
2 Risico dat familiale landbouwers weigeren om coöperaties te vormen in voor collectieve voordelen van marketing, toegang tot financiering en andere diensten 3 Het risico dat de MBO’s niet beschikken over de technische capaciteiten om het programma te implementeren
4 MBO’s hebben geen duidelijke rollen gedefinieerd tussen het bestuur en het personeel
Een participatieve beoordeling doorvoeren van de productkeuze met alle partijen, i.e. MBO, familiale landbouwers, Trias en lokale autoriteiten.
3 5 van de 5 MBO’s en hun strategisch publiek en private partners faciliteren geïntegreerde kwaliteitsdiensten om zo een betere participatie in markten te verzekeren, vooral voor armen, vrouwen en jongeren. Capaciteitsversterking van 3 5 van de 5 MBO’s en hun de MBO-leden over de strategisch publiek en voordelen van het vormen private partners faciliteren van coöperaties geïntegreerde kwaliteitsdiensten om zo een betere participatie in markten te verzekeren, vooral voor armen, vrouwen en jongeren.
Kans:
Zich ervan verzekeren dat 2 5 van de 5 MBO’s hebben de MBO bekwaam effectief hun interne personeel aanneemt. organisatie en Indien de MBO niet organisationele beschikt over de duurzaamheid verbeterd capaciteit om bekwaam personeel te betalen, dan kan Trias dit financieren totdat de MBO wel beschikt over de capaciteit om personeel te betalen Capaciteitsversterking van 2 5 van de 5 MBO’s hebben de MBO zodat de rollen effectief hun interne van personeel en bestuur organisatie en duidelijk worden organisationele duurzaamheid verbeterd
Kans: 3 Impact 2 : Risico 37.5 niveau: %
2 5 van de 5 MBO’s hebben effectief hun interne organisatie en organisationele duurzaamheid verbeterd
Kans: 2 Impact 3 : Risico 37.5 niveau:
5 MBO’s slagen er niet in een wezenlijk aantal leden aan te trekken Het risico dat samenwerkende actoren niet beschikken over de 6 capaciteit om hun stuk van het programma te implementeren Financiële risico’s
Bewustzijn creëren over de voordelen van het toetreden tot de MBO
Een doorgedreven beoordeling doorvoeren van samenwerkende organisatie alvorens in een partnership te treden
4 van de 5 MBO’s stappen in coördinatie, dialoog en samenwerking met 4 andere actoren naar een meer inclusieve globale samenleving
1 De kost in het voorzien Zich ervan verzekeren dat 2 5 van de 5 MBO’s
2
Impact 2 : Risiconi 25 % veau:
Kans:
2
Impact 2 : Risico 25 % niveau:
Kans: 2 Impact 2 : Risico 25 % niveau:
Kans Impact Risico niveau
Kans:
2 3 37.5 %
2
24
van technische ondersteuning is hoog in vergelijking met het bereik die men haalt 2 Middelen die bedoeld zijn voor gebruik bij implementering van het programma zoals voertuigen, zijn verzwakt voor het einde van het programma 3 MBO’s zijn niet volledig toegewijd om de doelstellingen te halen en treden alleen toe om over het geld te beschikken voor hun operaties
4 Het risico dat MBO’s geen kwalitatieve financiële rapporten voorleggen vanwege het moeilijk verkrijgen van bewijzen (uittreksels) door de landelijke eigenheid van de dienstverleners Doelstellingsrisico’s
Trias MBO’s met een groot bestaand/potentieel bereik ondersteunt
hebben effectief hun interne organisatie en organisationele duurzaamheid verbeterd 2 5 van de 5 MBO’s hebben effectief hun interne organisatie en organisationele duurzaamheid verbeterd
Impact 2 : Risico 25 % niveau: Kans: 2
Er zal een degelijke 2 5 van de 5 MBO’s raming gebeuren van de hebben effectief hun doelstellingen van de interne organisatie en MBO’s om zich ervan te organisationele verzekeren dat ze duurzaamheid verbeterd overeenkomen met de doelstellingen van Trias Exitclausules moeten duidelijk gedefinieerd worden Nabije monitoring van de 2 5 van de 5 MBO’s MBO’s door het financieel hebben effectief hun departement en het interne organisatie en ontwikkelen van organisationele alternatieve aanvaardbare duurzaamheid verbeterd documentatie
Kans: 2 Impact 2 : Risico 25 % niveau:
Het risico overdragen door een uitgebreide verzekering te nemen Goede monitoring door MBO &Trias
1 De leiding/het bestuur van de MBO gaat niet te rade bij de leden voor het ontwikkelen van doelstellingen van de MBO
Capaciteitsversterkin g van de MBO-leden, zodat ze hun rollen en plaats binnen de MBO kennen.
2 De waarschijnlijkheid dat de leden van de MBO niet zullen deelnemen aan vergaderingen van de MBO door drukke agenda’s
Gebruik van participatieve benadering in het MBO-selectieproces Bewustzijn creëren bij MBO-leiding Nauwkeurige selectiecriteria van mogelijke MBOpartners
3 De leiding houdt geen democratische verkiezingen en duidt gewoon vrienden en kennissen aan in het bestuur
Nauwkeurige selectiecriteria van mogelijke MBOpartners
4 De MBO neemt niet
MBO bevorderen om
Bewustmaking creëren bij MBOleiding en -leden
Impact 3 : Risico 37.5 niveau: %
Kans:
3
Impact:
2 Risico niveau: 37.5 %
1 In 5 van de 5 MBO’s heeft de actieve deelname van versterkte armen, vrouwen en jongeren de werking van de ledenorganisatie verbeterd op een democratische en openlijke manier en handelen ze naar een meer inclusieve samenleving 1 In 5 van de 5 MBO’s heeft de actieve deelname van versterkte armen, vrouwen en jongeren de werking van de ledenorganisatie verbeterd op een democratische en openlijke manier en handelen ze naar een meer inclusieve samenleving
Kans:
2
1 In 5 van de 5 MBO’s heeft de actieve deelname van versterkte armen, vrouwen en jongeren de werking van de ledenorganisatie verbeterd op een democratische en openlijke manier en handelen ze naar een meer inclusieve samenleving 2 5 van de 5 MBO’s hebben
Kans: 2 Impact 2 : Risico 25 % niveau:
Impact 2 : Risico 25 % niveau:
Kans:
3
Impact 2 : Risico 37.5 niveau: %
Kans:
3
25
deel aan activiteiten die inkomsten genereren die leiden tot duurzaamheid 5 De leden treden toe tot de MBO met verwachting subsidies te krijgen van sponsors en niet om de firma te bevorderen
zaken te doen Coöperaties bevorderen tot marktproductie van leden Bewustzijn creëren bij MBO-leiding en leden
effectief hun interne organisatie en organisationele duurzaamheid verbeterd
2 5 van de 5 MBO’s hebben effectief hun interne organisatie en organisationele duurzaamheid verbeterd
Nauwkeurige MBOselectie
Impact 2 : Risico 37.5 niveau: % Kans:
3
Impact 2 : Risico 37.5 niveau: %
Reputatierisico’s 1 De MBO is betrokken in onderhandse deals die het beeld van Trias schaden door associatie
Doorgedreven 2 5 van de 5 MBO’s hebben beoordeling en effectief hun interne achtergrondchecks van organisatie en personeel en officials organisationele van de MBO alvorens duurzaamheid verbeterd in partnership te gaan 3 Trias die niet voldoet Personeel van Trias 2 5 van de 5 MBO’s hebben aan de moet effectief hun interne verwachtingen van correcte/bevestigde organisatie en de MBO door beloftes informatie aan de organisationele te maken die niet te partners doorgeven duurzaamheid verbeterd bereiken zijn 4 Het risico dat Trias Een participatieve 2 5 van de 5 MBO’s hebben de MBO in een aanpak gebruiken effectief hun interne richting duwt die ze wanneer de MBO organisatie en niet wil gaan beslissingen neemt organisationele duurzaamheid verbeterd
Kans: 2 Impact 2 : Risico 25 % niveau: Kans: 2 Impact 2 : Risico 25 % niveau: Kans: 1/2 Impac 2 t: Risico 25 % niveau :
11.3 Evaluatie Trias Tanzania zal het nieuwe PLATS-systeem gebruiken voor de opvolging van het programma. Aangezien het hoofdthema van het programma uit de opbouw van middelen voor kleinschalige ondernemers en familiale landbouwers bestaat en in het bijzonder voor vrouwen en jongeren, zal Trias Tanzania er extra aandacht aan besteden om de impact van het programma op de inkomens van deze doelgroepen te meten. De Trias-adviseurs organiseren elk kwartaal monitoringsessies en coördinatievergaderingen met de partners waarop de vooruitgang op diverse indicatoren wordt besproken. Daaruit volgt resultaatrapportering en gegevensanalyse volgt. Op basis daarvan beslissen de Trias-adviseurs en de partner-ledenorganisaties samen over de meest effectieve te volgen strategie. Dit systeem werkt goed en wordt erg op prijs gesteld door de partners. Op een hoger niveau gebruikt Trias Tanzania een dashboard van de belangrijkste indicatoren om het programma te monitoren. Een externe evaluatie wordt voorzien aan het einde van het programma als onderdeel van de algemene DGD-programma-evaluatie.
26