4.1 Omcirkel het juiste antwoord.
Vraag 1 Het begrip vitaliteit heeft vooral te maken met... A. aankomen en afvallen B. gezondheid en geluk C. dansen en bewegen D. werk en carrière Vraag 2 Hoe vind je de meest betrouwbare informatie over leefstijl, bijvoorbeeld roken, bewegen of voeding? A. Check of er wetenschappelijk onderzoek is. B. Kijk naar reclame voor producten. C. Luister wat je vrienden zeggen. D. Probeer het zelf uit. Bron 1, uitspraak Stoppen? “Ik denk er vaak aan om te stoppen met roken. Ik ga dan in ieder geval een hoop geld overhouden want roken is echt duur. En ik denk dat ik ook minder snel buiten adem ben met voetbal. Aan de andere kant eet ik gezond en sport ik drie keer in de week. Dus zo rot is het niet met me.” Serge, 19 jaar
Vraag 3 Lees ‘Stoppen?, bron 1. Wat is motiveert hem om te willen stoppen met roken? A. Betere conditie krijgen, sporten B. Geld besparen, betere conditie krijgen C. Gezond eten, sporten D. Geld besparen, sporten Vraag 4 Wat is een kenmerk van welvaart? A. Het zorgt automatisch voor welzijn. B. Het is het tegenovergestelde van welzijn. C. Mensen kunnen in hun levensbehoeften te voorzien. D. Mensen zijn gezond en gelukkig.
4.2 Omcirkel het juiste antwoord. Vraag 5 Wat bepaalt of je een gezond gewicht hebt? A. Je bouw en je omgeving B. Je gewicht en je lengte C. Je lengte en je omgeving D. Je omgeving en je genen Vraag 6 Wat gebeurt er als je ‘energiebalans’ niet goed is? A. Je gewicht is goed. B. Je wordt te licht. C. Je wordt te licht of te zwaar. D. Je wordt te zwaar. Vraag 7 Welk verschijnsel past NIET bij een eetstoornis? A. Een moeilijke relatie hebben met eten. B. Genieten van een maaltijd. C. Je lichaam dik of lelijk vinden. D. Te zwaar zijn of te licht. Bron 2, informatie van internet Oorzaken van overgewicht Overgewicht is het resultaat van een verstoorde energiebalans. De energiebalans is in evenwicht als het totale energiegebruik gelijk is aan de totale energie-inname. Ook psychische factoren hebben invloed op het ontstaan van overgewicht: bij het eten spelen emoties een belangrijke rol. Er zijn verschillende typen eters te onderscheiden, waaronder emotie-eters die hun voedingsgewoonten sterk laten beïnvloeden door stemmingen. Steeds meer wordt ook de invloed van de omgeving op de toename in overgewicht gezien. Onze samenleving nodigt uit tot veel eten en weinig bewegen en je vrienden en familie zijn van grote invloed op je uiteindelijke eet- of beweeggedrag. Op individueel niveau speelt genetische aanleg een grote rol. Ongeveer 30-70% van de verschillen in lichaamsgewicht tussen personen is erfelijk bepaald. Ontleend aan: www.nationaalkompas.nl
Vraag 8 Lees ‘Oorzaken van overgewicht’, bron 2. Welke vier groepen van oorzaken worden in de tekst genoemd? A. Emoties, verstoorde energiebalans, genetische aanleg, beweeggedrag B. Emoties, psychische factoren, eetgedrag, beweeggedrag C. Genetische aanleg, psychische factoren, meningen van vrienden, beweeggedrag D. Verstoorde energiebalans, psychische factoren, omgeving, genetische aanleg
4.3
Omcirkel het juiste antwoord.
Vraag 9 Wat is een belangrijke voorwaarde wanneer twee mensen seks hebben? A. Dat ze allebei 18+ zijn. B. Dat ze allebei toestemming hebben van hun ouders. C. Dat ze een vaste relatie hebben. D. Dat ze het allebei willen. Bron 3, nieuwsbericht Artsen in opleiding vaak lastiggevallen Co-assistenten (artsen in opleiding) in het ziekenhuis hebben vaak te maken met .....(1)....... Dat blijkt uit een enquête. Er werden 2600 geneeskundestudenten ondervraagd, onder wie 1394 co-assistenten. Uit de enquête blijkt dat bijna 20% wel eens lastiggevallen wordt met: - opmerkingen over het uiterlijk - seksueel getinte opmerkingen tijdens medische handelingen - persoonlijke vragen over seksualiteit of liefdesleven - ongewenst lichamelijk contact - benadering via internet of telefoon. De ziekenhuizen waar de co-assistenten hun opleiding krijgen hebben ….(2)…. aangesteld waar zij terechtkunnen als ze worden lastiggevallen op de werkplek. Naar: NOS.nl
Vraag 10 Lees bron 3 ‘Artsen in opleiding vaak lastiggevallen’. Welk woord hoort op de plaats van …(1)….? A. Ontrouw B. Relatieproblemen C. Seksuele intimidatie D. Seksueel misbruik Vraag 11 Lees bron 3 ‘Artsen in opleiding vaak lastiggevallen’. Welk woord hoort op de plaats van …(2)….? A. Artsen B. Beveiligers C. Surveillanten D. Vertrouwenspersonen Vraag 12 Bij een seksuele relatie is het belangrijk dat je je emotioneel veilig voelt. Wat hoort bij emotionele veiligheid? A. Beschermd zijn tegen soa’s. B. Beschermd zijn tegen zwangerschap. C. Elkaars grenzen respecteren. D. Je aan de wet houden.
Vraag 13 Wat is het risico van het maken van seksfilmpjes met je partner? A. Je computer kan besmet raken met een virus. B. Het gaat tegen gebruikelijke normen in. C. Het is wettelijk verboden, je kunt een boete krijgen. D. Je partner kan er misbruik van maken als het uitgaat.
4.4 Omcirkel het juiste antwoord. Vraag 14 Wat is betekent verslaafd zijn? A. Afhankelijk zijn. B. Alles opzij zetten voor iets. C. Te veel nemen van een middel. D. Verboden middelen gebruiken. Vraag 15 Wat is een specifiek kenmerk van een lichamelijke verslaving? A. Je voelt je gelukkiger als je het verslavende middel gebruikt. B. Je kunt nergens anders meer aan denken. C. Je voelt je rot of wordt ziek als je stopt. D. Je wordt ziek als je het verslavende middel gebruikt. Bron 4, informatie van internet Bijna raak! Doorgaan! Als je op een fruitautomaat speelt en het winnende kersje valt net onder of boven de winlijn, dan reageren je hersenen alsof je echt hebben gewonnen. Ook al baal je tegelijkertijd dat je verloren hebt. Het brein maakt dan namelijk dopamine aan, een signaalstof die het beloningssysteem stimuleert. Bron: npowetenschap.nl
Vraag 16 Lees bron 4 Bijna raak! Doorgaan! Over welk kenmerk van (alle) verslavingen gaat het hier? A. Het kost veel geld. B. Je baalt als je verliest. C. Je wordt ziek als je stopt. D. Je voelt je er even beter door.
4.5 Omcirkel het juiste antwoord. Vraag 17 Wat bepaalt meestal of iemand last krijgt van psychische problemen? A. Dat weten we niet. B. Een combinatie van aanleg en omstandigheden. C. Of je een optimist of pessimist bent. D. Wat je hebt meegemaakt in je leven. Bron 5, Advertentie
Bron: http://sire.nl/campagnes/doorbreken-van-taboe-op-psychisch-ziek-zijn
Vraag 18 Bekijk Bron 5. Wat is het doel van deze advertentie? A. Hulp bieden aan mensen met een psychische ziekte. B. Meer begrip voor mensen met een psychische ziekte. C. Mensen aan het lachen maken over psychische ziekten. D. Uitleggen wat een psychische ziekte is. Vraag 19 Wat is de definitie van therapie? A. Gesprekken voeren. B. Manier om iemand te genezen. C. Medicijnen voorschrijven. D. Psychische hulpverlening.
4.6
Omcirkel het juiste antwoord. Vraag 20 Vitaliteit is… A. …in het belang van werkgevers. B. …in het belang van werknemers. C. …in het belang van de samenleving. D. …in het belang van alle partijen.
Vraag 21 Wat hoort niet bij employability? A. Bijblijven op je vakgebied. B. Cursussen en trainingen volgen. C. Fit en gezond blijven. D. Meer gaan verdienen. Vraag 22 Wat is een functioneringsgesprek? A. Een gesprek met je teamleden over hoe de samenwerking verloopt. B. Een gesprek waarbij wordt nagegaan of de doelstellingen van het bedrijf bereikt worden. C. Gesprek tussen leidinggevende en medewerker over hoe het gaat op het werk. D. Uitleg over de werking van bepaalde machines op de werkplek.