4 seizoenen Matrix. Auteur. Etienne Weijers. Versie Datum Ingangsdatum : Bestand 4 seizoenen weerbureau vs

4 seizoenen Matrix

Auteur

Versie Datum Bestand Status

Etienne Weijers

09-2013 Ingangsdatum : 15-09- 2013 4 seizoenen weerbureau vs 09-2013 Definitief

Inhoud 1

Inleiding

2

2

(Keten) Proces:

4

3

Hoge temperatuur.

9

4

Harde wind / Windstoten

12

5

Onweer (Bliksem)

15

6

(overvloedige) Regen

18

7

Sneeuw

20

8

IJzel / Ruige rijp

24

9

Vorst / Dooi

27 30

11 Extreme droogte

32

12 Bijlagen

33

Hoofdstuk: Inleiding

10 Gladde sporen (herfst)

4 Seizoenen Matrix Spoorbranche uitgave 09-2013

1

1 Inleiding

Elk weertype, of een combinatie ervan, kan in meer of mindere mate risico’s veroorzaken voor de spoorbranche. Deze risico’s zijn van invloed zijn op de beschikbaarheid , veiligheid etc. en dat maakt het noodzakelijk transparant en voorspelbaar te kunnen handelen. Om dit goed te kunnen doen is er een document nodig waarin overzichtelijk staat welk bedrijf (onderdeel) , welke maatregelen neemt onder welke specifieke weersomstandigheden. In deze 4 seizoenen Matrix vindt u per weertype de definities, risico’s en de te nemen maatregelen. Sinds oktober ’10 is het Weerbureau voor de spoorbranche opgericht om a.d.h.v. beschikbare informatie de risico’s te analyseren en deze conform de in de matrix beschreven processen en maatregelen te communiceren. Het Weerbureau heeft het volgende doel:

1.1

Het realiseren van alertheid op het weer binnen de spoorsector door:  Het verzorgen van weerinformatie als volwaardig onderdeel in besluitvorming met betrekking tot de operatie van ProRail, NS en andere spoorvervoerders (weten).  Het triggeren van de uitvoering van maatregelen die passen bij de specifieke weersomstandigheden en alertheid (in regieoverleg OCCR) op opvolging van die maatregelen (doen).  Het bevorderen van het leren van de spoorsector om voorbereid te zijn en te blijven op bijzondere weersomstandigheden (leren). Doelgroep: Dit document is bestemd voor de gehele spoorbranche; zoals o.a. ProRail, NSR, NedTrain, NS Stations/aannemer gladheidbestrijding, overige vervoerders.

1.2

Doel document: Dit document beschrijft de te nemen maatregelen bij kritische weersomstandigheden of dreiging ervan voor de spoorbranche. Daarnaast wordt het ketenproces beschreven waarvan het weerbureau (ProRail AM) een onderdeel is.

1.3

Bezetting : Het weerbureau is onderdeel van ProRail Asset Management. Het dagelijkse weerbericht en evt. aanvullingen daarop worden verzorgt door de medewerkers van het Weerbureau of hun vervanger de Regisseur Herstel Infra. (RHI) Bron: Als bron zijn de onderstaande stukken/bronnen gebruikt:  RLN000165  RLN000126  Werkplan spoorspatting 2012  Informatie NS/NSR, NSPoort, Prorail AM + VL, Nedtrain. overige vervoerders.  Referenties Nedtrain  www.natuurbrandgevaar.nl  Besluitvorming - verstoringen en plankeuzes vs17 15102013  Draaiboek IJsvrije bovenleiding 2012



1.4

2

1.5

Communicatiemiddelen: 





 

1.6

Website: Het weerbericht voor de spoorbranche wordt gecommuniceerd d.m.v. de site www.occr-railcontrol.nl, hierop wordt elke dag tussen 12.00 en 13.00 uur een nieuw bericht geplaatst. Na het uitgeven van waarschuwing of alarm zal specifieke informatie hierover te lezen zijn op deze site. Toegangsaccounts zijn verstrekt aan alle klanten van het weerbureau. Nieuwe klanten kunnen zich via de website aanmelden of via [email protected] In geval van alertheidniveau 2 of 3 zal de frequentie van weerberichten/updates toenemen. Dan zal tussen 07.00 – 08.00 uur en 19.00- 20.00 uur een extra bericht worden uitgegeven. In de conference Call AM kan worden besloten hiervan, per geval, af te wijken. Mail: Een waarschuwing of alarm zal per mail worden verstuurd naar primaire en secundaire klanten. Bij primaire klanten zal, een leesbevestiging gevraagd worden. In de mail wordt de aard van de overschrijding van parameters die waarschuwing of alarm tot gevolg hebben beschreven. Voor specifieke informatie kan men www.occr-railcontrol.nl raadplegen. Telefonisch: Conform afspraak zal telefonisch contact worden opgenomen met betrokken SMC’s(OBI) in geval van (bijna) overschrijding. OCCR/LBI bulletin Indien van toepassing worden besluiten gecommuniceerd d.m.v. OCCR/LBI bulletin. Back-up: Indien het door storing of uitval niet mogelijk is bericht op de site te zetten zal z.s.m. het bericht per mail worden verstuurd naar primaire en secundaire klanten

Definitie waarschuwing en alarm: Weerwaarschuwing: Het Weerbureau geeft een waarschuwing af als er binnen de komende 36 uur, of binnen de komende 8 dagen sprake is van een verwachte overschrijding van de kritische grenzen van extreme weersomstandigheden. Weeralarm: Het weerbureau geeft een alarm af als de invloeden van de extreme weersomstandigheden bij de spoorbranche en andere vervoersstromen (weg/luchtvaart) leiden tot een maatschappelijke ontwrichting en wordt overgegaan naar CODE ROOD van het KNMI.

Leverancier weergegevens: Het weerbureau heeft een contract met Meteo Consult welke 24/7 informatie levert t.b.v. het bewaken van de weersomstandigheden in relatie tot de risico’s voor de spoorbranche. Daarnaast wordt in geval van extreme omstandigheden gebruik gemaakt van de second opinion van het KNMI.


1.7


3

2 (Keten) Proces:

Doelstelling

Het tijdig triggeren van de uitvoering van preventieve maatregelen bij extreme weersomstandigheden en het monitoren van de uitvoering ervan.

Integrale proceseigenaar

ProRail Asset Management, manager Storingsmanagement ProRail VL, manager Incidentenregie, deel monitoring op uitvoering. (zie art. 2.6 van dit hoofdstuk)

Situatie

Maatregelen

Extreem Weer  Sneeuw  Windkracht  Onweer / Noodweer  Temperatuur

ProRail AM en VL, NSR en Nedtrain nemen preventieve maatregelen zoals vermeld in 4seizoenen-matrix met als doel een zo hoog mogelijke beschikbaarheid te behouden.

Besluit

Kenmerken   

Het weerbureau waarschuwt bij elke eerste overschrijding, of dreiging ervan, a.d.h.v. waarden zoals vastgelegd in ‘extreme weersomstandigheden’. In de 4-seizoenen-matrix is vastgelegd of een waarschuwing aanleiding is voor de ketenpartners om maatregelen te nemen. Er vindt terugkoppeling plaats welke maatregelen wel en/of niet zijn uitgevoerd, en wanneer.

Meer informatie Documentbeheerder

4-seizoenen-Matrix weerbureau ProRail AM Weerbureau – Etienne Weijers


Hoofdstuk: (Keten) Proces:

Proces – besluitvorming & uitvoering (op hoofdlijnen)

4

2.1

Introductie

Er is een 4-seizoenen-matrix opgesteld waarin ProRail AM en VL, vervoerders en NedTrain aangeven welke preventieve maatregelen zij nemen bij bepaalde verwachtingen van extreme weersomstandigheden. Doel van het uitvoeren van deze maatregelen is een zo hoog mogelijke beschikbaarheid te behouden. De monitoring van de uitvoering van deze maatregelen vindt plaats in het Regieoverleg op het OCCR.

Commandostructuur

Toelichting De Regisseur van het weerbureau, die zitting heeft in het regieoverleg, laat bij de verwachting van de overschrijding van één van de vastgestelde waarden “extreme weersomstandigheden” een weerwaarschuwing uitgaan naar de aangesloten ketenpartners. De diverse regisseurs in het regie-overleg zijn er vervolgens voor verantwoordelijk, (verzekeren zich ervan) dat hun ‘partij’ de desbetreffende maatregelen (heeft) uit(ge)voert, en koppelen hierover terug richting de LCR. Deze terugkoppeling is NIET vrijblijvend; elke uitgevoerde maatregel moet worden teruggekoppeld aan de LCR. De LCR hanteert hiervoor de werkwijze zoals in art. 2.6 beschreven. De LCR beschikt hiermee altijd over een actueel overzicht van de uitgevoerde en nog niet uitgevoerde maatregelen en is in staat dit in het regieoverleg te presenteren. Betrokkenheid van het LBI is niet noodzakelijk bij de uitvoering van de maatregelen die beschreven staan in de 4seizoenen-matrix. Wanneer er bepaalde grenswaarden overschreden worden en de maatregelen uit de 4-seizoenenmatrix mogelijk niet voldoen, kan er door het regieoverleg besloten worden het LBI bij elkaar te laten komen. Dit is het startpunt van een ander proces.



2.2

5

2.3

Besluitvorming

Besluiten Besluit samenkomst LBI

Besluiten in relatie tot uitvoering

Besluit uitvoering maatregele n

1.

Besluit uitvoering maatregelen (verzenden van weerbericht)

2. Voorzitter LBI of leden LBI verzoeken/besluiten samenkomst LBI (einde proces).

Tijd: X-8d t/m X OCCR

Ketenpartners geïnformeerd

Eventueel

Eventueel LBI leden geïnstrueerd

Communicatie Besluit Inhoud

Communicatie naar ketenpartners

1.

Weerbericht X-1 t/m X-8

2. 3

Bijeenroepen LBI Bulletin

Regisseur AM naar Regisseurs ketenpartners OCCR en overige (primaire) klanten. Bekendmaking in Regieoverleg Besluiten worden d.m.v. Occr/LBI bulletin gecommuniceerd

2.4

Ketenpartners & producten Ketenpartners

Nr.

Eindproducten, plus deelproducten naar andere ketenpartners

Regisseur Weerbureau Regisseurs Ketenpartners

1 2

Weerbericht X + 1 t/m 8 Bericht over uitvoering maatregel(en) of over achterwege laten



Monitoren van voortgang Monitoren voortgang middels terugkoppeling van Regietafel naar LCR, en presentatie overzicht in Regieoverleg.

6

LCR (Regieoverleg)

Tijdslijn & interacties


2.5

3

maatregel Overzicht van uitgevoerde maatregelen. Overzicht van (nog) niet uitgevoerde maatregelen. Overzicht van mogelijk extra ontstane risico’s en bijbehorende mitigerende maatregelen.


7

2.6

LCR (maatregelen uit draaiboek weermaatregelen ) In situatie van een overschrijding van extreme weersomstandigheden, of dreiging ervan zal na waarschuwing en/of alarmering en samenkomst regieteam het eigenaarschap van ketenproces, in het bijzonder; de monitoring van te nemen / genomen maatregelen, overgaan naar de LCR. Uitgangspunten:       

   

2.6.2

De monitoring van de LCR op het uitvoeren / uitgevoerd zijn van maatregelen uit het draaiboek weermaatregelen moet zo veel mogelijk aansluiten bij zijn ‘normale werkwijze’. De normale werkwijze hanteert de principes van BOB (Beeldvorming – Oordeelsvorming – Besluitvorming) De maatregelen in het draaiboek weermaatregelen zijn (bij voorkeur) aan 1 regisseur toegewezen (als het een gecombineerde verantwoordelijkheid is, heeft 1 de leiding) Maatregelen zullen / kunnen ook optioneel zijn (weersvoorspellingen en maatregelen zijn geen exacte wiskunde); het besluit over toepassen van een maatregel is de verantwoordelijkheid van de kolomregisseurs (of eventueel na opschaling van de deelnemers in het LBI) Een maatregel kan wel zijn opgedeeld in 2 (of eventueel 3) maatregelen; deze moeten dan duidelijk omschreven worden toegewezen aan respectievelijke regisseurs De monitoring van de LCR focust zich op hoofdlijnen; hij moet niet verleid worden te veel in de uitwerking van de processen te moeten duiken De LCR is daarmee verantwoordelijk voor o het aansturen van de regisseurs (duidelijk afspreken welke maatregelen getroffen gaan worden, wanneer deze naar verwachting zijn gerealiseerd en eventueel door wie en waar) o het monitoren van de voortgang van de afgesproken maatregelen en het aanspreken van regisseurs bij uitblijven van resultaat o escalatie (alarmeren) of op de hoogte brengen (informeren) van de voorzitter LBI De LCR heeft geen inhoudelijke verantwoordelijkheid voor de (kwalitatieve) uitvoering van de maatregelen Informeren of alarmeren van LBI kan obv regels (overschreden waarden; die dan ook staan opgenomen in het draaiboek) of obv expertise Individuele regisseurs kunnen in hun kolom aparte afspraken maken over informatie of escalatie naar het LBI niveau Grofweg zal de besluitvorming voor maatregelen op de dag zelf bij het regieteam liggen (evt consultatie bij LBI); (ingrijpende) maatregelen voor de volgende dag zullen worden afgestemd met LBI (ook consultatie dan wel besluitvorming)

Stappen voor de LCR          

Weerbureau meldt LCR de dreigende weersverwachtingen. LCR roept regieoverleg bij elkaar LCR laat weerbureau voorspelling toelichten LCR en regisseurs bepalen mbv weermatrix welke maatregelen in gang gezet moeten worden LCR maakt afspraken met regisseurs over vervolgoverleg en de voortgangsrapportage LCR informeert / alarmeert voorzitter LBI LCR verzorgt informatievoorziening richting operatie over relevante maatregelen en weersverwachting in LBI/OCCR-bulletin LCR bewaakt voortgang (in regieoverleg) LCR informeert leden LBI over dreiging, getroffen maatregelen en voortgang in LBI-overleg LCR neemt eventuele besluiten uit LBI-overleg mee naar regieoverleg en vertaalt dit in nieuwe acties



2.6.1

8

3 Hoge temperatuur.

3.1

Definitie hoge temperatuur: Hoge temperatuur: Elke temperatuur gelijk, of hoger dan 25 ° C.

3.2

Waarschuwing: Het Weerbureau geeft een waarschuwing “hoge temperatuur” af als de luchttemperatuur van 25° C of hoger, aangegeven met kleur rood of paars, wordt bereikt in de komende 36 uur, en indien mogelijk voor de komende 8 dagen.

3.3

Kritische factoren: Kleuren overeenkomstig met gebruikte kleuren op www.occr-railcontrol.nl/meteoconsult Temperatuur hoger dan 30°C 25°C tot 30°C 23°C tot 25°C 20°C tot 23°C 2°C tot 20°C

Risico’s:       

Spoorspatting. Gevolg(en): ontsporinggevaar, versperring, geen of beperking treindienst. Bruggen: problemen openen en sluiten beweegbare bruggen Gevolg(en): versperring , geen of beperking treindienst Biels- en Bermbrand: In combinatie met langdurige droogte en hoge temperaturen Gevolg(en): versperring , geen of beperking treindienst Oververhitting relaiskasten/computer ruimtes. Gevolg(en): sectie storingen, uitval netwerken, versperring , geen of beperking treindienst Reizigercomfort ( airco/ventilatie vln. tijdens stremmingen (gestrande reizigers trein) en calamiteiten) Gevolg(en): Onwelwording reizigers/personeel, agressie reizigers Oververhitting cabine rijdend personeel en trein. Gevolg(en): Onwel worden passagiers en personeel Jeugd op spoorbruggen over water. Gevolg(en); Jeugd binnen profiel van vrije ruimte, aanwijzing VR en vertraging treindienst.


Hoofdstuk: Hoge temperatuur.

3.4

9

3.5

Maatregelen hoge temperatuur. 3.5.1

ProRail:           

3.5.2

Vervoerders  

 3.5.3

Aanpassingen treindienst ( i.v.m. hitteschouw ProRail ) Broadcast rijdend personeel. Mogelijke inzet code rood

NedTrain 

Voorkoelen materieel (referentie26)

Allen 

Aanmaken meldkaart – Comm. kaart ISVL


3.5.4

(AM) Inventarisatie risico locaties (spoorspatting) (AM) Hitteschouw op risico locaties (baan) (spoorspatting) (AM + Projecten) Geen grond- en ballast roerende werkzaamheden (ballast en (proef)geulen) Inventarisatie grond- en ballast roerende werkzaamheden. (AM) Niet klemmen (bepaalde) voegloze wissels (AM) Koelen van bruggen. (Indien van toepassing en noodzakelijk.) (AM) Koelen/ventileren relaisruimtes en computerruimtes. (VL) Cruciale wissels waar problemen te verwachten zijn vastleggen VL post (wissels) (VL) Medewerking posten t.b.v. hitteschouw. (VL)Niet bedienen beweegbare bruggen (tenzij in BVS anders is aangegeven. ) zonder dat aannemer aanwezig is. (VL) I.g.v. langdurige droogte en verhoogd risico op berm/bielsbrand (bron: kleur oranje of rood op: natuurbrandgevaar.nl) aanpassen treinpaden goederentreinen en attentie bij ritten van stoomtreinen. (VL) Inzet lokken conform procedure inzet prorail wegsleepdienst


1 0

Checklist Hoge temperatuur: Datum: Dienst: vroeg/laat/nacht Tijdstip start maatregel: Tijdstip einde maatregel:

risico

Gevolg(en)

Spoorspatting.

Schade aan infra of materieel Ontsporing gevaar

Uitzetting stalen bruggen

Geen of beperkt treinverkeer.

Sectiestoring/wissel storing


Biels en bermbrand (zie hoofdstuk 11)


Oververhitting relaiskasten/compute r ruimtes. Reizigercomfort

Storing en/of uitval ICT waardoor geen of beperkt treinverkeer -Onwelwording reizigers/personeel. -agressie reizigers

Oververhitting cabine rijdend personeel en trein.

Onwel worden passagiers en personeel

Jeugd op spoorbruggen over water.

Jeugd binnen pvr, aanwijzing VR en vertraging treindienst.


Maatregelen -Preventief hitte schouw - medewerkingposten(VL) t.b.v schouw en aanpassingen plannen. -aanpassen treindienst t.b.v. schouw -Koelen (water) -Draaien bruggen alleen in aanwezigheid van storingsdienst. Beperken bediening wissels of vast leggen conform Kerninfra -Aanpassen treinpaden goederentrein. -Attentie bij ritten van stoomtreinen Koelen (airco) en ventileren.

Actie voor regisseur

Maatregel genomen J/N

RHI LVL

RHI LVL

RHI LVL LVL

RHI

-voorkoelen mat. (Nedtr) (Ref 26) -airco/ventilatie vln. tijdens stremmingen en calamiteiten). -aanvoer water -inzet evacuatie ploegen -standby alternatief vervoer -Inzet lok conform regeling Broadcast personeel -Voorkoelen mat

LBC MBN RIR

Actief melden vervoerders

LVL LBC

MBN


3.5.5

1 1

4 Harde wind / Windstoten

4.1

Definitie harde wind / windstoten: Wind wordt aangegeven in beaufort (bft kracht 1 t/m 12) en gemeten als er sprake is minstens 10 minuten aanhoudende wind op 10 meter boven de grond. Windkrachten van 9 bft of hoger komen boven land zelden voor, aan de kust is dit 10 bft of hoger. Een windstoot (rukwind/windvlaag) aangegeven in km/u, is een plotselinge harde wind van enkele seconden. Zware windstoten zijn rukwinden van meer dan 75 km/u en bij zeer zware windstoten zijn windsnelheden mogelijk van meer dan 100 km/h. Windstoten kunnen het hele jaar voorkomen. De risico’s veroorzaakt door de wind(stoten) zijn afhankelijk van seizoen (blad aan boom).

4.2

Waarschuwing: Het weerbureau geeft aan een waarschuwing “harde wind” of “windstoten af als er binnen de komende 36 uur, of indien mogelijk binnen de komende 8 dagen wind van 11 bft of 12 bft, of windstoten boven de 80 km/u (1 mei tot 1 november) of 100 km/u (1 november tot 1 mei) verwacht wordt.

4.3

Kritische factoren: Kleuren overeenkomstig met gebruikte kleuren op www.occr-railcontrol.nl/meteoconsult

80 tot 100km/uur hoger dan 100km/uur Maximale windstoot lager dan 60km/uur 60 tot 80km/uur 80 tot 100km/uur hoger dan 100km/uur

4.4

maximale wind < ca. 7 bft. > ca. 7 bft en < ca. 8 bft > ca. 8 bft en < ca. 9 bft > ca. 9 bft en < ca. 10 bft > ca. 11 bft maximale wind < ca. 7 bft. > ca. 7 bft en < ca. 8 bft > ca. 8 bft en < ca. 9 bft > ca. 9 bft en < ca. 10 bft

(1 mei tot 1 november) in km/u en bft:

(1 november tot 1 mei) in km/u en bft:

Risico’s:  Afbrekende takken / omvallende bomen Gevolg(en): Schade aan infra of materieel, geen of beperking treindienst.  Beschadiging/afbreken overwegbomen Gevolg(en): Schade en storing overweg, vertraging, geen of beperkt treinverkeer.  Beschadiging bovenleiding of stroomafnemer door opwaaiend afval. Gevolg(en): Schade, geen of beperkt treinverkeer.  Opwaaien bouwmaterialen van bouwlocaties nabij spoor.


Hoofdstuk: Harde wind / Windstoten

Maximale windstoot lager dan 60km/uur 60 tot 70km/uur 70 tot 80km/uur

1 2

Gevolg(en): aanrijdgevaar, vertraging, geen of beperking treindienst  Opwaaien van zand op zandvlakten. Ophoping tegen spoorstaaf op zandvlakten, hierdoor risico op ontsporing. Gevolg(en): Schade door ontsporing, blokkade spoor , geen of beperking treindienst  Door resoneren van bovenleiding bij wind (zie maatregelen) en/of windstoten risico op schade aan bovenleiding of stroomafnemer. Gevolg(en): Schade aan infra of materieel, versperring, geen of beperking treindienst  Uitloop Werkzaamheden. Gevolg(en):, vertraging, geen of beperking treindienst. Maatregelen: 4.5.1

ProRail:        

    

4.5.2

NedTrain: 

4.5.3

N.v.t.

Vervoerders:  

      4.5.4

(AM) Opdracht voor opruimen /vastmaken materiaal op bouwplaatsen . (AM) Stormmaatregel bovenleiding bij continu > 11bft (AM) Aanpassen snelheid Den helder- Heerhugowaard in geval van windrichting NW/W/ZW > 10 bft naar 80 km/u. (AM) Aanpassen snelheid Diemen - Weesp in geval van windrichting NW/N/NO/ZW/Z/ZO > 10 bft naar 80 km/u. (AM) Stroomafnemers neer Weesp- Almere tussen km 6.5-7.4 bij windrichting WNW/NW/NNW > 9 bft (Allen)Staken elektrisch treinverkeer bij continue > 12 bft (AM/VL)Beweegbare bruggen niet bedienen, tenzij in BVS anders voorgeschreven. (AM)Inventariseren impact weer in relatie tot werkzaamheden. ( mogelijk dat wkz niet doorgaan i.v.m. wind) (Allen) Versterken posten, bijsturing, omroep, OCCR, SMC, etc. Ongevallen bestrijding en AL alert en aanwezig op cruciale locaties. Relevante procedures klaarleggen/kennen. (VL) check via trdl vastzetten van goederen wagons op emplacementen. (VL) Inzet Loc conform procedure inzet Prorail wegsleepdienst bij windstoten > 80 km/u (1 mei-1 nov) of > 100 km/u (1 nov -1 mei)

Aanpassen treindienst conform schema besluitvorming. Bij > 11 bft staken treindienst. Inventariseren impact weer in relatie tot evenementen ( gevolgen door mogelijk aangepaste treindienst) Tijdig inventariseren van de overs -en tekorten personeel en/of materieel voor de volgende dag en op basis van deze analyse indien nodig extra machinisten in dienst roepen (dit vooral wanneer er veel treinseries zijn opgeheven) Bij grote scheefstanden materieel en groot aantal defecten extra inzet van personeel LBC (extra regelaardienst) Extra Sandite'en (NS) (alleen tijdens herfstcampagne) HSL: aanpassen snelheid op de brug Hollands Diep conform eigen contract/afspraken Meteo Consult. Broadcast rijdend personeel. Mogelijke inzet code rood

Allen 




4.5

1 3

Checklist: Harde wind / Windstoten Datum: Dienst: vroeg/laat/nacht Tijdstip start maatregel: Tijdstip einde maatregel:

Risico

Gevolg(en)

Afbrekende takken / omvallende bomen/ extreme bladval

Versperring sporen. Geen of beperking treindienst. Gladde sporen i.v.m. bladval

- Standaard conform huidige contract PCA -Inzet extra sandite trein.(tijdens herfstcampagne)

RHI

Beschadiging/afbreken overwegbomen

Storing overweg. gevaar wegverkeer, vertraging of beperking treinverkeer. Schade bovenleiding, geen of beperking treinverkeer.

-Standaard conform huidige contract PCA

RHI

-Personeel alert, actief melden/ afhandelen risico locaties.

LBC RIR RHI

-Opwaaien bouwmaterialen bouwlocaties nabij spoor. -Wegrollen (ongeremde) goederen wagons

-aanrijdgevaar, vertraging, geen of beperking treindienst

RHI LVL

Opwaaien van zand. Ophoping tegen spoorstaaf op zandvlakten, hierdoor ontsporing risico.

Schade aan infra en mat. Versperring (goederen) emplacementen.

-Preventief opruimen bouwlocaties. - Vastzetten materiaal. -Check via trdl vastzetten wagons op emplacementen. -Personeel alert, actief melden.

Uitloop Werkzaamheden

Uitloop werkzaamheden, vertraging, geen of beperking treindienst.

-Aanpassen treindienst

RHI LBC RIR

Schade aan bovenleiding of stroomafnemer door resoneren bovenleiding.

Schade aan infra of materieel, geen of beperking treindienst

-Aanpassen treindienst/snelheid geval van wind > 10 bft (Weesp 9bft) -Preventief aanpassen dienstregeling conform beslisschema. -Inzet diesel loc op strategische locatie -Tijdig inventariseren overs/tekorten . -inzet extra personeel (regelaardienst)

LBC LVL LBC



LBC

LBC

LBC LBC


Beschadiging bovenleiding of stroomafnemer door opwaaiend afval.

Maatregelen

Actie voor regisseur

1 4

5 Onweer (Bliksem)

5.1

Definitie onweer: Onweer kan ontstaan door sterk stijgende en dalende luchtstromingen in grote buienwolken en de elektrische geladenheid van aarde en atmosfeer. Door de sterke luchtstromingen kunnen in de wolk concentraties van elektrische ladingen ontstaan. De ontlading van deze elektrische lading kan horizontaal (CC= cloud - cloud) en verticaal (CG= cloud -ground) plaatsvinden. De intensiteit (mate opbouw van elektrische lading) is afhankelijk van verschillende omstandigheden. (Zwaar onweer) 500 ontladingen of meer per 5 minuten in een gebied minstens ter grootte van 50 x 50 km.

5.2

Waarschuwing: Het weerbureau geeft een waarschuwing “onweer” af als er de komende 36 uur, of indien mogelijk binnen de komende 8 dagen onweer wordt verwacht met een kans daarop van 40% of hoger. Er zal tevens, indien mogelijk, vermelding worden gemaakt van de verwachte intensiteit, in de categorieën laag, matig en zwaar. Hierbij zal, indien van toepassing eveneens worden vermeldt of het onweer gecombineerd gaat met hagel en/of wind(stoten). Indien mogelijk zal de koers van de onweer storing worden vermeldt.

5.3

Risico’s:  Inslagen van (verticale) ontladingen in panden, elektrische installaties, relaiskasten , onderstations , treinen en bomen.  Gevolg(en): Uitval installaties, brand, breuk bovenleiding , stranden treinen : geen of beperking treindienst  Gevaar voor personeel tijdens werkzaamheden.  Gevolg(en):Persoonlijk letsel, Uitloop werkzaamheden door later starten en/of onderbreken werkzaamheden

5.4

Kritische factoren: Kleuren overeenkomstig met gebruikte kleuren op www.occr-railcontrol.nl/meteoconsult

5.5

Maatregelen: 5.5.1

ProRail:    

(AM)Conform contract afspraken met PCA (VL)inzet Loc conform procedure inzet ProRail wegsleepdienst PCA stoco in OPC gebieden verzoeken tijdens onweerverwachting niet acteren op Prio4 i.v.m. reserveren capaciteit voor Prio 2 en 2+ meldingen (VL) Inzet Loc conform procedure inzet ProRail wegsleepdienst.


Hoofdstuk: Onweer (Bliksem)

Kans op onweer dag en avond/nacht (in tabel 8dgn) 0% 1 tot 19% 20 tot 39% meer dan 40%

1 5

5.5.2

NedTrain Geen maatregelen.

5.5.3

Vervoerders  

 Allen 



5.5.4

Preventief aanpassen dienstregeling conform schema besluitvorming (zie bijlagen) Broadcast rijdend personeel. Mogelijke inzet code rood


1 6

5.5.5

checklist Onweer. Datum: Dienst: vroeg/laat/nacht Tijdstip start maatregel: Tijdstip einde maatregel:

risico

Gevolg(en)

Maatregelen

Actie regisseur

Storingen, schade en uitval infra, materieel systemen. Geen of beperking treindienst.

-(preventief) aanpassen treindienst conform beslisschema.(bijlagen) -Strategisch plaatsen hulploc en personeel -- contact ICT Ops ivm verband storing  inslagen

LBC LVL RIR ICT Ops

Gevaar voor personeel tijdens werkzaamheden.

-Persoonlijk letsel -Uitloop werkzaamheden door later starten en/of onderbreken werkzaamheden

(AM/Projecten) Staken/onderbreken werkzaamheden.

RHI


Inslagen van (verticale) ontladingen in panden, elektrische installaties, relaiskasten , onderstations, treinen en bomen.



1 7

6 (overvloedige) Regen

6.1

Definitie overvloedige regen: Extreme regenval: 75 mm of meer in 24 uur in een gebied minstens ter grootte van 50 x 50 km.

6.2

Waarschuwing: Het weerbureau geeft een waarschuwing “overvloedige regen” af als er binnen de komende 24 uur, of indien mogelijk binnen de komende 8 dagen extreme regenval wordt verwacht.

6.3

Risico’s:    

6.4

Vollopen (”verzuipen”) kabelgoten Gevolg(en): sectiestoringen, geen of beperking treindienst. Sectie storingen (kortsluiting door afvoer problemen ) Gevolg(en): geen of beperking treindienst. Hoge waterstand waardoor verzadiging spoordijken. Gevolg(en): schade aan infra, geen of beperking treindienst Wegspoelen grond Gevolg(en): verzakking, schade aan infra, geen of beperking treindienst

Maatregelen: 6.4.1

Prorail:  (VL) Check werking procedure beweegbare waterkering op HSL en BR  (VL/AM)I.g.v. hoge waterstand : Maken aansluiting RBI  RWS LCW(*²) voor regelmatige update bedreigde regio.  (AM) I.g.v. hoge waterstand : vaststellen risico locaties en indien nodig instellen schouw/bewaking  (VL)inzet Loc conform procedure inzet Prorail wegsleepdienst

6.4.2

Nedtrain:  Geen Vervoerders:  I.g.v. hoge waterstand/afsluiting op last van overheid : Werkvoorbereiding reisinformatie bestellen  I.g.v. hoge waterstand/afsluiting op last van overheid : Posten en RBC’s checken op bezetting.  Aansluiting klantbegeleiding  Mogelijke inzet code rood

6.4.4

Allen 

Aanmaken meldkaart – Comm. kaart ISVL  Overige vervoerders informeren.

(*²) LCW = Landelijke Coördinatiecommissie Waterverdeling, water managementcentrum Rijkswaterstaat


Hoofdstuk: (overvloedige) Regen

6.4.3

1 8

Checklist extreme regenval

Datum: Dienst: vroeg/laat/nacht Tijdstip start maatregel: Tijdstip einde maatregel:

risico

Gevolg(en)

Maatregelen

Actie Maatregel regisseur genomen J/N RHI

Vollopen/verzuipen kabelgoten Hoge waterstand

Wegspoelen grond

Sectiestoring door afvoer problemen

Sectiestoring waardoor geen of beperking treindienst. Schade aan infra, geen of beperking treindienst

Inzet storingsdienst, drainage/afvoer Check werking procedure beweegbare waterkering op HSL en BR

Verzakking schade aan infra, geen of beperking treindienst

Inzet herstel /plannen BUTA

sectiestoringen, geen of beperking treindienst.

Inzet storingsdienst, drainage/afvoer

LVL RIR

RHI LVL LBC RHI

Hoofdstuk: (overvloedige) Regen

6.4.5


1 9

7 Sneeuw

7.1

Definitie sneeuw: Sneeuw is een vorm van neerslag die bestaat uit ijskristallen. Het ontstaan ervan is afhankelijk van veel weersfactoren. Enkele soorten zijn:         7.1.1

Natte sneeuw - sneeuw gemengd met regen of half gesmolten sneeuwvlokken Droge sneeuw - sneeuw bij een luchttemperatuur van op of onder de 0 graden Celsius Motsneeuw - sneeuw in natte korreltjes van hooguit 5 mm groot Driftsneeuw - sneeuw die reeds gevallen is en door een krachtige wind wordt opgewaaid Lichte sneeuw - sneeuw in kleine vlokjes Stuifsneeuw - reeds gevallen sneeuw die door de wind wordt verstoven Jachtsneeuw: Sneeuw in combinatie met wind van > 5 bft. Sneeuwduinen: Sneeuw in combinatie met wind van > 7bft

Sneeuwval Er is sprake (van zware) sneeuwval als een hoeveelheid van minstens 3 cm in 1 uur of minstens 10 cm in 6 uur over een gebied tenminste ter grootte 50 bij 50 kilometer of langs een coherente band van 50 kilometer lengte valt.

7.2

Waarschuwing: Het weerbureau geeft een waarschuwing “sneeuwval ” af als er binnen de komende 36 uur, of indien mogelijk binnen de komende 8 dagen sneeuwval wordt verwacht. Hierbij geldt:  Voor de eerste keer: 10% kans op > 1,5 CM per 6 uur, ergens in Nederland.  Voor de volgende keer: 10% of meer op > 3CM sneeuw per 6 uur, ergens in Nederland. Ook wordt gewaarschuwd indien er een wijziging en/of afwijking ontstaat ten opzichte van het laatst uitgegeven weerbericht in de intensiteit, ligging, grootte of koers van een (verwachte) depressie Het weerbureau zal Nedtrain bij een verwachte sneeuwval van > 3 cm en een kans percentage van >50% d.m.v. “meldformulier verwachte sneeuwval” informeren.

7.3

Kritische waarden : Voor het weertype sneeuw kennen we de onderstaande kritische waarden/grenzen;  Voor de eerste keer: 10% kans op > 1,5 CM per 6 uur, ergens in Nederland.  Voor de volgende keer: 10% of meer op > 3CM sneeuw per 6 uur, ergens in Nederland.

Risico’s:  Hoeveelheid sneeuw  capaciteit wisselverwarming waardoor uitval wissel. Gevolg(en): geen of beperking treindienst  Vallende ijsblokken/sneeuwophopingen van trein in wissels/Infra. Gevolg(en): geen of beperking treindienst  Uitval materieel. Gevolg(en): geen of beperking treindienst  Gladheid :val gevaar reizigers / bereikbaarheid personeel en herstel ploegen Gevolg(en):Langer storingsherstel, geen of beperking treindienst


Hoofdstuk: Sneeuw

7.4

2 0

 Ontstaan sneeuwduinen. Gevolg(en):aanpassen snelheid, blokkade spoor, schade aan materieel en infra, geen of beperking treindienst.

7.5

Maatregelen:

7.5.1

ProRail:  (AM/VL) bij veel sneeuw en blokkering werkplaatsen; extra scherp op prioriteit en mogelijkheden herstel (toegang spoor) op wissels die toegang geven tot werkplaatsen.  (AM) Inzet/ consignatie extra personeel (alertheid 2/3) t.b.v. sneeuw/ijsvrij houden wissels  (AM/VL)Toepassen kernifra. (niet roestrijden of beproeven wissels)  (AM/VL) Beperken bedienen bruggen. (alleen onder toezicht)  (AM)Inventariseren impact weer in relatie tot werkzaamheden. (mogelijk dat wkz niet (kunnen) doorgaan i.v.m. sneeuw(verwachting)  Versterken posten, bijsturing, omroep, Occr, SMC  Ongevallen bestrijding en AL alert en aanwezig op cruciale locaties.  Relevante procedures klaarleggen/kennen.  (VL) Inzet Loc op locatie t.b.v. wegsleepregeling

7.5.2

Nedtrain:     

7.5.3

Inrichten/Versterken productie service locaties (Referentie 8) Wegzetten van materieel (Referentie 14) (bij sneeuw in combinatie met vorst) Reinigen frontruiten en front en sluitseinen (referentie22) Sneeuw- en ijsvrij maken van (lokale Nedtrain) infra (referentie24) Sneeuw en ijsvrij maken treeplanken. (Referentie27)

Vervoerders:    



Allen  

Aanmaken meldkaart – Comm. kaart ISVL Mogelijk starten Anti-icing proces. (i.g.v. verwachting sneeuw komende 8 dagen)

Hoofdstuk: Sneeuw

7.5.4

Toepassen aangepaste treindienst conform beslisschema bijlage pagina 34 Inventariseren impact weer in relatie tot evenementen ( gevolgen door mogelijk aangepaste treindienst) Broadcast personeel (NS) toepassen anti-icing conform draaiboek. Mogelijke inzet code rood


2 1

7.5.5

NSStations: Uitvoering maatregelen beschreven in ´werkwijze gladheidbestrijding´

Ruimtesoort

Maatregel

Uitvoeringswijze

opleverresultaat

Opmerkingen

of kwaliteitseis Perron (inclusief trap

Preventief

Strooien zout / zand ter

Het gehele perron en trap en

Op de eerste meter v.a. de perronrand mag

& hellingbaan)

(inclusief sneeuw

voorkoming van gladheid

hellingbaan gestrooid en vrij

geen zout (achtig) materiaal worden

van gladheid en vrij van

gebruikt maar gebruik te worden gemaakt

<3cm)

sneeuw <3cm

van zand en/of dooikorrel

Correctief

Verwijderen van

Over de gehele lengte een

Binnen PVR (tussen de sporen) mag geen

(sneeuw >3cm)

sneeuw/ijzel of rijpvorming

sneeuwvrij pad van minimaal 2

zout (achtig) materiaal worden gebruikt

en strooien zout / zand

meter breed. (perron: vanaf

maar dient gebruik te worden gemaakt van

/dooikorrel ter voorkoming

perronwand)

zand en of de dooikorrel. Zeker geen grit.

van gladheid waarbij de

Bij een cross platformstation

inzet van een grenswachter

dient iedere 15 meter een

Geruimde sneeuw mag niet in de spoorbak

bij uitvoering op het perron

strook van 1 meter breed

worden gedeponeerd.

binnen de PVR een eis is. De sneeuwvrij gemaakt te worden. sneeuw op de eerste meter

Uitzondering: De 50 cm sneeuw direct

vanaf de perronrand dient

langs het spoor mag haaks in de spoorbak

haaks in de spoorbak

worden geschoven.

geschoven te worden. Bij voorkeur gebruik maken

Sneeuwhopen mogen geen belemmering

van een strooiwagen die

vormen voor transferverkeer.

zodanig is afgesteld dat het

Het strooizout dient gedoseerd gestrooid te

zout niet in de ballast komt

worden ter voorkoming van schade en/of

(eerste meter vanaf de

storingen

keerwand alleen dooikorrel

aan perronsporen, perronmeubilair en

en/of zand strooien) Ruimtesoort

Maatregel

Uitvoeringswijze

beplanting. Opleverresultaat/ Kwaliteit eis

Toe- en uitgangen

Preventief

Strooien zout ter voorkoming

stations

(inclusief sneeuw

van gladheid

(inclusief traversen)

<3cm)

3 meter naar buiten vanaf de stations toegang gestrooid en vrij van gladheid.

Correctief

Verwijderen van sneeuw,

Een sneeuwvrij pad van tenminste 1 meter breed waardoor toegang tot het

(sneeuw >3cm)

ijzel of rijpvorming en

station mogelijk wordt. 3 meter vanaf de ingang

strooien van zout ter voorkoming van gladheid Fietsenstallingen

Preventief


Fietsenstalling en toegangsweg van de fietsenstalling naar het station

(inclusief sneeuw

van gladheid.

gestrooid en vrij van gladheid.

Correctief


Sneeuwvrije looppaden van minimaal 1 meter breed in de fietsenstalling.

(sneeuw >3cm)


Sneeuwvrij looppad van minimaal 1 meter breed van de fietsenstalling naar

strooien van zout ter

de stations toegang.

<3cm)

voorkoming van gladheid Preventief


parkeerterreinen

(inclusief sneeuw

van gladheid.

De gehele toegangsweg gestrooid en vrij van gladheid.

<3cm) Correctief


Een sneeuwvrij pad van tenminste 1 meter breed waardoor toegang tot het

(sneeuw >3cm)


parkeerterrein mogelijk wordt.

strooien van zout ter voorkoming van gladheid


Hoofdstuk: Sneeuw

Toegangswegen naar

2 2

7.5.6

Checklist Sneeuw Datum: Dienst: vroeg/laat/nacht Tijdstip start maatregel: Tijdstip einde maatregel:

Risico

Gevolg(en)

Hoeveelheid sneeuw  capaciteit wisselverwarming waardoor uitval wissel.

Gevolg(en): geen of beperking treindienst

-Inzet/ consignatie extra personeel (alertheid 2/3) t.b.v. sneeuw/ijsvrij houden wissels. - Toepassen kernifra. (niet roestrijden of beproeven wissels). - Beperken bedienen bruggen. (alleen onder toezicht aannemer) - Versterken posten, bijsturing, omroep, Occr, SMC -Ongevallen bestrijding en AL alert en aanwezig op cruciale locaties. - Relevante procedures klaarleggen / kennen -Broadcast personeel

LVL LBC RHI

Vallende ijsblokken en sneeuw ophopingen van trein in wissels/Infra


LVL RIR RHI LBC

Uitval materieel.


-Inzet/ consignatie extra personeel (alertheid 2/3) t.b.v. sneeuw/ijsvrij houden wissels. -toepassen anti-icing conform draaiboek. -Toepassen Kerninfra. (niet roestrijden of beproeven wissels). Versterken posten, bijsturing, omroep, Occr, SMC -Ongevallen bestrijding en AL alert en aanwezig op cruciale locaties. - Relevante procedures klaarleggen / kennen Bijsturing

Gladheid : val gevaar reizigers / bereikbaarheid werkplek personeel en herstel ploegen

Persoonlijk letsel. Vertraging herstel en personeel te laat op standplaats

-gladheidbestrijding (zie NSStations)

RHI/WB (NSS)

Ontstaan sneeuwduinen

aanpassen snelheid, schade aan materieel en infra Gevolg(en): geen of beperking treindnst

Inzet sneeuwschuiver op locatie

LVL LBC RHI RIR

Inzet Loc op locatie t.b.v. wegsleepregeling



LVL LBC

Hoofdstuk: Sneeuw

Gestrande Trein

Maatregelen

Actie regisseur

2 3

8 IJzel / Ruige rijp

8.1

Definitie IJzel en Rijp: Ruige rijp: is een bijzondere vorm van rijp waarbij de onderkoelde waterdruppeltjes van mist of waterdamp bij temperaturen onder nul pas bevriezen als ze in aanraking komen met voorwerpen. De druppeltjes kunnen door de wind in beweging komen. Vooral als mist en vorst zich lang weten te handhaven groeit de rijplaag flink aan en dat in een richting tegen de wind in. IJzel: bevroren regen dat valt op de grond of op voorwerpen of regen dat valt op bevroren ondergrond.

8.2

Alarm / waarschuwing: Het weerbureau geeft een waarschuwing “ruige rijp” of “IJzel” af als er binnen de komende 36uur, of indien mogelijk binnen de komende 8 dagen zware ruige rijp, aangegeven met +++ of IJzel wordt verwacht.

8.3

Kritische factoren: Kans op ijzel dag en avond/nacht (per 12 uur) 0% 1 tot 19% 20 tot 39% meer dan 40% Kans op Ruige rijp 0 + ++ / +++ Kans op ijzel op de bovenleiding Licht Matig/zwaar

Risico’s: 

  

Gladheid op perrons en aanafvoerwegen, Gevolg(en): langere aanrijtijden van herstelploegen, personeel te laat op standplaats. Vertraging herstel en vertraging treindienst. Valgevaar reizigers en personeel. Gevolg(en):Persoonlijk letsel Doorglijdende treinen Gevolg(en): Schade aan wielen, Rijden voorbij STS, aanrijdgevaar op o.a. emplacementen en overwegen Schade aan bovenleiding en stroomafnemer. Gevolg(en):Draadbreuk, beschadigde en/of defecte stroomafnemer , geen of beperking treindienst


Hoofdstuk: IJzel / Ruige rijp

8.4

2 4

8.5

Maatregelen: 8.5.1

ProRail:   

8.5.2

Nedtrain 

8.5.3

Stroomafnemers VIRM 1/2/3 extra check/attentie op beschadigingen en dikte koolsleepstukken (referentie 18)

Vervoerders/NS Stations    



Gladheidbestrijding volgens contract (Verwijderen van sneeuw, ijzel of rijpvorming en strooien van zout ter voorkoming van gladheid) Reizigerstreinen zoveel mogelijk laten doorrijden, ook doorlopend ’s nachts na einde treindienst minimaal 1 trein per uur, per spoor. Inzet juiste materieel t.b.v. schrapen. Broadcast personeel Mogelijke inzet code rood

Allen 



8.5.4

Capaciteit vrijmaken om t.b.v. schrapen reizigerstreinen zoveel mogelijk te laten doorrijden, ook doorlopend ’s nachts na einde treindienst. Procedure ontijzelen conform draaiboek IJsvrije Bovenleiding. (VL)inzet Loc conform procedure inzet ProRail wegsleepdienst.


2 5

Checklist IJzel

Datum: Dienst: vroeg/laat/nacht Tijdstip start maatregel: Tijdstip einde maatregel:

risico

Gevolg(en)

Maatregelen

Gladheid op perrons en aanafvoerwegen,

Gevolg(en): langere aanrij tijden van herstel ploegen, personeel te laat op standplaats. Vertraging herstel en vertraging treindienst.

Gladheidbestrijding:

Valgevaar reizigers en personeel.

Persoonlijk letsel

Gladheidbestrijding:

Doorglijdende treinen

-Schade aan wielen - Rijden voorbij STS, aanrijdgevaar op o.a. emplacementen en overwegen Draadbreuk, geen of beperking treindienst

Schade aan bovenleiding en stroomafnemer. Versnelde slijtage.

Verwijderen van sneeuw, ijzel of rijpvorming en strooien van zout ter voorkoming van gladheid

Verwijderen van sneeuw, ijzel of rijpvorming en strooien van zout ter voorkoming van gladheid

Indicatie gladde sporen. Aanpassen rijgedrag/snelheid -Actief melden locaties -broadcast personeel Capaciteit vrijmaken om reizigerstreinen zoveel mogelijk te laten doorrijden, ook doorlopend ’s nachts na einde treindienst. -Procedure ontijzelen -Inzet juiste materieel t.b.v. schrapen.

Actie Maatregel regisseur genomen J/N RHI/WB (NSStations)

RHI/WB (NSStations)

RHI/WB LBC LVL RIR LBC LVL RHI


8.5.5


2 6

9 Vorst / Dooi

9.1

Definitie Vorst:

Bij temperaturen onder 0°C is er sprake van vorst. Hierbij worden vier gradaties gebruikt: Lichte vorst: -5°C tot 0 °C Matige vorst: -10 °C tot -5.1°C Strenge vorst: -15°C tot -10.1°C Zeer strenge vorst: -15.1°C of lager In combinatie met een lage luchtvochtigheid is er sprake zgn. “droge vorst”. Deze vorm veroorzaakt geen gladheid. 9.2

Dooi: Het inzetten van een (tijdelijke) periode met temperaturen boven vriespunt.

9.3

Waarschuwing: Het weerbureau geeft een waarschuwing “Gladheid door vorst ”af als er binnen de komende 36 uur, of indien mogelijk binnen de komende 8 dagen door bevriezen van reeds gevallen neerslag en/of vorst in combinatie met hoge luchtvochtigheid wordt verwacht. Het Weerbureau geeft een waarschuwing “lage temperatuur” af bij een verwachting van 50% of meer, ergens in Nederland, van een luchttemperatuur van -10° C of lager in de komende 36 uur, en indien mogelijk voor de komende 8 dagen.

9.4

Kritische factoren: Een verwachting van 50% of meer, ergens in Nederland, van een luchttemperatuur van -10° C of lager. Risico’s: 

     

Gladheid door bevriezing van perrons, aanafvoerwegen. (natte vorst!) Val gevaar reiziger en personeel. Zie ook bij Sneeuw/vorst; risico is gladheid en gevolg is langere aanrij tijden. Gevolg(en): aanrij tijden herstel ploegen langer. Persoonlijk letsel. Bevriezing van koppelingen. Gevolg(en) Niet splitsen/combineren, problemen omloop. Indien combinatie met sneeuw, zie hoofdstuk sneeuw! Gevolg(en): verzamelen/vastvriezen sneeuw op kop van trein/koppeling. Brokken ijs in wissels Dooi: Smeltwater (zout) op infra (secties) Gevolg(en: sectie storingen, vertraging. Bevriezen blusleidingen en andere blusvoorzieningen. Gevolg(en): beperkte middelen Vorming ijspegels Gevolg(en): schade aan materieel, vastgoed en persoonlijk letsel. Bij extreem lage temperaturen bevriezen van wisseldelen (o.a. stellerkasten) Gevolg(en) geen of beperkte treindienst


Hoofdstuk: Vorst / Dooi

9.5

2 7

Maatregelen: 9.6.1

ProRail:     

9.6.2

Nedtrain    

9.6.3

Schoonmaken paden, wissels, was en tank installaties en treeplanken bij startende treinen. (referentie24) Handmatig reinigen frontruiten, front en sluitseinen (referentie22). Sneeuwvrij maken treeplanken(referentie27) Wegzetten materieel (referentie14)

Vervoerders/NSStations     

 9.6.4

Indien combinatie met sneeuw, zie hoofdstuk sneeuw VL: bruggen draaien i.o. met aannemer. AM: controleren/aanzetten wisselverwarming AM)Inventariseren impact weer in relatie tot werkzaamheden. (mogelijk dat wkz niet (kunnen) doorgaan i.v.m. vorst(verwachting) Toepassen kerninfra conform beslisschema bij temperatuur -10°C of lager

Ploegen in consignatie i.g.v. verwachte gladheid. Niet of minder combineren/koppelen van treinen Gladheidbestrijding volgens contract met aannemer (*) Inventariseren impact weer in relatie tot evenementen ( gevolgen door mogelijk aangepaste treindienst) Aanpassen treindienst conform beslisschema bij temperatuur -10°C of lager Mogelijke inzet code rood

Allen 


(*) seizoen 2012/2013 aannemer Krinkels. Advies gladheidbestrijding op www.occr-railcontrol.nl tabblad gladheidbestrijding. Elke dag uiterlijk 08.00/13.00 uur.



9.6

2 8

Checklist \Vorst /Dooi Datum: Dienst: vroeg/laat/nacht Tijdstip start maatregel: Tijdstip einde maatregel:

Gevolg(en)

Gladheid door bevriezen van perrons, aanafvoerwegen. (natte vorst!)Valgevaar reiziger en personeel. . Zie ook bij Sneeuw Bevriezing van koppelingen.

-Gladheid. -aanrij tijden herstel ploegen langer. -Persoonlijk letsel.

-gladheidbestrijding: Strooien zout / zand ter voorkoming van gladheid

RHI /WB (NSStations)

Niet splitsen/combineren, problemen omloop. -verzamelen / vastvriezen sneeuw op kop van trein/koppeling. Brokken ijs in wissels -schade en letsel door opspattend ballast

Aanpassingen dgrl

LBC LVL

Inzet/ consignatie extra personeel (alertheid 2/3) t.b.v. sneeuw/ijsvrij houden wissels. -Toepassen kernifra. (niet roestrijden of beproeven wissels). Versterken posten, bijsturing, omroep, Occr, SMC -Ongevallen bestrijding en AL alert en aanwezig op cruciale locaties. - Relevante procedures klaarleggen / kennen Zand i.p.v. zout strooien op perronranden en overwegen

RHI LVL LBC RIR

Indien combinatie met sneeuw risico op ijsvorming op kop van trein. Risico op brokken ijs in wissels. Risico opspattend ballast door gevallen brokken ijs.

Dooi: Smeltwater (zout) op infra(secties)

sectie storingen, vertraging.

Maatregelen

Actie Maatregel regisseur genomen J/N

risico

RHI/WB (NSStations)


9.6.5


2 9

10 Gladde sporen (herfst)

10.1

Definitie gladde sporen: De combinatie van gevallen of opgewaaid blad met (lichte) regen of condensatie en het rottingsproces vormt een substantie welke gladde sporen kan veroorzaken.

10.2

Waarschuwing: Het weerbureau geeft een waarschuwing “gladde sporen ”af als er binnen de komende 36 uur, of indien mogelijk binnen de komende 8 dagen a.d.h.v. het slipindicatiemodel (6-10) gladde sporen wordt verwacht.

10.3

Risico’s:  

Kritische factoren/indicatie:

Hoofdstuk: Gladde sporen (herfst)

10.4

Slipgevaar, rijden voorbij stoptonend sein. Gevolg(en):, aanrijdgevaar op emplacementen en overwegen. Slijtage aan wielen door slippen. Gevolg(en):Schade aan wielen.


3 0

10.5 10.5.1

Maatregelen: ProRail:  

10.5.2

Nedtrain 

N.v.t.

Vervoerders  

(NSR) Inzet Sandite trein. Alle vervoerders dragen er zorg voor dat de machinisten tijdig op de hoogte zijn van de waarschuwingen gladde sporen. De machinisten passen het rijgedrag aan en houden rekening met gladde sporen. In ECTS treinen wordt de optie “Slippery Track” op de DMI ingeschakeld.


10.5.3

Inzet Sandite trein VL; Trdl: treft de maatregelen conform werkwijze trdl. (gebruik stop/door - schakeling)


3 1

Checklist Gladde sporen: Datum: Dienst: vroeg/laat/nacht Tijdstip start maatregel: Tijdstip einde maatregel:

risico

Gevolg(en)

Maatregelen

Actie Maatregel regisseur genomen J/N

Slipgevaar, rijden voorbij stop tonend sein.

aanrijdgevaar op emplacementen en overwegen.

-Inzet Sandite trein -Trdl: treft de maat regelen conform werkwijze trdl. (gebruik stop/door - schakeling) - Communicatie rijdend personeel - Alle vervoerders dragen er zorg voor dat de machinisten tijdig op de hoogte zijn van de waarschuwingen gladde sporen. De machinisten passen het rijgedrag aan en houden rekening met gladde sporen. In ECTS treinen wordt de optie “Slippery Track” op de DMI ingeschakeld.

LVL RHI LBC

Slijtage aan wielen door slippen.

Schade aan wielen.

Maximale capaciteit kuilwielenbank. Communicatie rijdend personeel

MBN


10.5.4


3 2

11 Bijlagen

Bijlage : Model alertering

Temperatuur 23°C -24,9° C

Temperatuur >25° C hoog risico

Alerteringsniveau 1 Windstoten

Onweer 20 - 40 % kans

dreiging

Onweer

Sneeuw

geen risico

n.v.t.

matig risico

geen risico

n.v.t.

matig risico

matig risico

n.v.t.

70-80 km/u |90 -100 km/u

Alerteringsniveau 2 Windstoten geen risico

Sneeuw

geen risico

matig risico

n.v.t.

geen risico

> 80 km/h

>40 % kans

n.v.t.

matig risico

hoog risico

hoog risico

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

-10 tot -14,9

geen risico

geen risico

Temperatuur >25° C hoog risico

Alerteringsniveau 3 Windstoten > 80 km/h geen risico

n.v.t.

< 3 cm sneeuw

Onweer >40 % kans

Sneeuw

hoog risico

n.v.t.

matig risico

n.v.t.

n.v.t.

> 80 km/h

geen risico

n.v.t.

hoog risico

matig risico

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

< -15

n.v.t.

n.v.t.

> 3 cm sneeuw

Hoofdstuk: Bijlagen

Alertheidniveau 1: Er is een dreiging binnen de komende 8 dagen. Waarden extreme omstandigheden vallen volgens verwachting binnen de gestelde grenzen. Alertheidniveau 2: Er is een dreiging binnen de komende 36 uur! Er is een overschrijding van één van de extreme weersomstandigheden: temperatuur, onweer, combinatie onweer en windstoten of een sneeuwverwachting van <3 cm al of niet in combinatie met lage temperaturen. Alertheidniveau 3: Er is een dreiging binnen de komende 36 uur! Er is een overschrijding van minstens twee van de extreme weersomstandigheden temperatuur, onweer, combinatie onweer en windstoten of een sneeuwverwachting van > 3 cm al of niet in combinatie met lage temperaturen.


3 3

Hoofdstuk: Bijlagen

Bijlage: Besluitvorming - verstoringen en plankeuzes


3 4

Hoofdstuk: Bijlagen 4 Seizoenen Matrix Spoorbranche uitgave 09-2013

3 5

4 seizoenen Matrix. Auteur. Etienne Weijers. Versie Datum Ingangsdatum : Bestand 4 seizoenen weerbureau vs

Recommend Documents