07/06/2015
VTM KZOOM neemt opnames voor programma op Vincentius school
Nr. 28
De Pre Historie Live > Pag. 2-3
Uitstap Femma: > pag. 4
Willy Verleysen: 3/4 > Pag. 6-7
Gedicht van de week Klavertje 4 en een mier
Basisschool Vincentius in Horendonk kreeg afgelopen woensdag bezoek van Boycode. De populaire boyband zocht de allerbeste Sumoworstelaar van Vlaanderen. En misschien bevindt die zich wel in het zesde leerjaar van juf Lut. MT > Pag. 3
Links: Bab van VTM KZOOM Rechts: Juf Lut (Claessens)
Een klavertje 4 en een mier zijn het tegenovergestelde van elkaar Het klikt misschien raar maar het is echt waar Want een klavertje 4 is heel zeldzaam En bij een mier sta je er nooit ver vandaan En je gaat er bijna altijd op staan Zo, nu snappen jullie het wel Het verschil tussen een klavertje 4 en een mier
Inne Suykerbuyk
Nieuws
2
Column Guy Van Den Broek Turf Aan knooppunt 54, waar de Kievitstraat eindigt op de Kraaienberg, ziet u enkele monumentale houten sculpturen. Ze stellen turfstekers voor met een blok turf op de rug of een turfschop in de hand. Dat het VVV van Essen precies die plaats heeft gekozen om hier haar turfmonument neer te zetten heeft te maken met het feit dat de (turf) Vaart hier de Mikse Vaart kruist. Twee kanalen waar nu bijna 900 jaar geleden turfschuiten of vletten de destijds kostbare brandstof naar de steden voerde. Op dat punt konden de turfschuiten van wel 20 meter lang van de Mikse vaart of de vaart van de Nol, die begint aan het Stappersven, gemakkelijk in de Turfvaart manoevreren. Die vaart stroomt dan via Horendonk dorp recht naar Roosendaal, dat eeuwenlang het handelscentrum voor turf was. Van daar uit ging de turf op grotere schepen naar alle delen van Europa. Naast de twee houten sculpturen staat er ook een ijzeren monument, waarin een gedicht is gegraveerd. De hoogte van dat monument geeft aan hoe dik de turflaag destiojds op die plaats wel was, namelijk 2,8 meter boven de huidige oppervlakte. Turf is liefst 500 jaar lang of van 1250 tot 1760 naast hout, de belangrijkste brandstof geweest voor verwarming van huizen of fabrieken in heel Europa. Toen in de vroege Middeleeuwen teveel bossen werden gekapt begon het turfsteken. Turf is langer gebruikt dan steenkool, terwijl aardolie nu amper 200 jaar meegaat. De streek tussen Bergen op Zoom, Roosendaal en Breda was één van de grootste turfgebieden in Europa. De huizen in Londen, Brugge, Antwerpen en Parijs werden verwarmd met turf dat hier ter plaatse werd gestoken. Het was noeste arbeid, die bovendien erg karig werd beloond. Nieuwmoer heeft zijn naam te danken aan de turf. Ook andere dorpen ontstonden naast de turfvaart. Rijk zijn onze vroede voorvaderen die hier de turf kwamen steken er niet van geworden, wel zij die de concessie in handen hadden, zoals de abdij van Tongerloo. Al te lang is dit turfverleden van onze streek onbekend gebleven. Het loont de moeite even af te zakken met de fiets naar dit turfmonument, (knooppunt 54). Poortwachter André Andriessen zorgt ervoor dat de poort altijd open staat.
Een berekende gok, zo blijkt achteraf. En wat de levering van een bed bij Guy De Pré thuis al niet teweeg kan brengen. Een dik half jaar geleden lag de vraag of de organisatie van een De Pré Historie Live Fuif iets voor de voetbal zou zijn, voor de eerste keer op bestuurstafel. Met de legendarische fuiven met Guy De Pré -en later Stancis en Marc Loos- in ’t Magazijn nog in gedachten, kreeg de idee van langsom meer vorm. Info bij de vroegere organisatoren van Mariaberg in de Heuvelhal, de know how van Joris bij eerdere edities van Borderbeats, een redelijk hoog fuifgehalte bij nog een aantal bestuursleden en 30 mei zou het allemaal gebeuren. Draaiboek opgesteld, contract met Sultan Sushi voor de show getekend, Heuvelhal vastgelegd, zoektocht naar sponsors begonnen,… Tot de melding dat Sultan Sushi in vereffening gaat en Guy De Pré en zijn show op zoek moeten naar een nieuw evenementenbureau. Tot zolang geen sponsorovereenkomsten wegens condities onbekend. Fast Forward neemt over en na de doorstart van de organisatie er fast tegenaan, in rechte lijn naar zaterdag 30 mei! Vanaf een uur of 8 ’s morgens ombouwen van de Heuvelhal tot place of all action, het Sportcafé wordt de Vipruimte. Als om 20 uur de deuren open gaan, worden de eerste gasten, uit Asse nota bene en met een gewonnen vrijkaart, binnen gelaten in wat tot 10 uur een redelijk troosteloze ruimte blijft. DJ Jan doet zijn best, maar een lege zaal krijg je niet in beweging. Anderhalf uur later en de sixties voorbij, zien en horen de tot dan bang afwachtende organisatoren, waarvoor ze veel van hun vrije tijd
in deze avond hebben ingestoken. Een uitgekiende dj-set, waarin de jaren ‘50 en ‘60 naadloos overgaan in disco, funk, over rap en hiphop naar nu en twee goed ogende danseressen op het podium zorgen ervoor dat de ambiance pas stil valt als de stroom om 3 uur ’s morgens wordt uitgezet. “Tot ziens, Essen!” We denken dat het in orde komt, Guy! Over ongeveer een jaar. Het zijn niet alleen dertigers, veertigers en nog iets ouderen die meegaan in de nostalgie van nummers als ‘Baby come back’, ‘Dancin’ in the street’ of ‘Graceland’. “Keigoeie muziek,” volgens Katrijn, “Niet te doen,” vullen enkele vriendinnen aan. Het tevredenheidsgevoel gaat bij de vrouwen en mannen met een geelrood Radio 2-t-shirt elk nummer de hoogte in. Een blik achter de toog zegt dat het niet meer stuk kan! Plastieken bekers trouwens… De security houdt een bescheiden oog in het zeil en zien zelfs niet dat er op geregelde tijdstippen iemand met zijn zakken vol geld naar de bank glipt! De zaken gaan goed. Dat stellen ook de bonnenverkopers vast. Zij geven er om half 3 de afgesproken bui aan: ’t is goed geweest. Verhalen gaan dat sommigen ’s anderendaags nog een handvol waardeloos geworden drankbonnen van de wasmachine hebben gered. Iemands vrouw redt zelfs een gebit van een reis naar het zuiveringsstation! Om kwart over 5 vertrekt de vrachtwagen van Coruna met de technici en het materiaal. De vloer van de Heuvelhal plakt aan de zolen van de laatste overlevenden met een verschoten rug. ’t Was nu eenmaal groot en zwaar materiaal. Zondagmorgen. Enkele die hards vegen de laatste resten fuif de vuil-
Nieuws bak in, ruimen sponsordoeken op en laten de Heuvelhal achter zoals het hoort. De sleutels en het geleende materiaal worden ’s maandags ingeleverd, de brouwer kan de balans gaan opmaken aan de hand van het leeggoed.
Dinsdagavond stellen we vast dat het goed is geweest, zijn we blij met de enthousiaste reacties. Nog eens grondig evalueren en dan plannen maken voor een volgende editie. Alleen de (hoge) scholen nog overtuigen dat ze hun exa-
3 mens anders moeten proberen regelen... De jeugd houdt –zo bleek zaterdagavond - nu eenmaal ook van de muziek van- de jaren ‘60, ‘70, ‘80 en ‘90! SE
VTM KZOOM zoekt beste sumoworstelaar VTM KZOOMpresentatrice Bab Beulens en de Belgische boyband Boycode – Lennert (20), Mattias (21), Timmy (19) en Gregory (22) – klopten gisterenmorgen aan in het zesde leerjaar van basisschool Vincentius. VTM is namelijk op zoek naar de beste Belgische sumoworstelaar. Daarmee bedoelen ze: kinderen in een sumoworstelaarspak. De finale vindt plaats op 25 juni, op het Your’Infestival in Westerlo. De leerlingen kregen een exclusieve training van de Kaztaars. Zij stoomden de leerlingen klaar zodat ze helemaal klaar waren voor een knotsgekke strijd. Er werd gebotst en veel gelachen. Want wie op de grond viel, raakte moeilijk nog recht. De twaalfjarige Len Boden won de finale. “Het was een leuke strijd”, zei hij. “Ik ben sportief aangelegd en hou van balsporten. Maar liefst wil ik profvoetballer worden. Thuis hebben we een boerderij. Ik help graag mee en rij al eens rond met de tractor. Ik ga graag naar school en wiskunde vind ik enorm interessant. Voor het Belgisch kampioenschap sumoworstelen heb ik een speciale techniek uitgedacht, maar die hou ik nog geheim.” Juf Cindy en juf Lut van het zesde leerjaar zijn trots op hun leerlingen. “Het schooljaar loopt stilaan ten einde”, zegt juf Lut. “De kinderen zullen dan hun eigen weg gaan. Hoe mooi is het dan om dit samen nog te kunnen meemaken? We zijn een hele ervaring rijker. Je krijg immers niet elke dag VTM én Boycode op bezoek.” De jongens van Boycode moedigden de
sumoworstelaars aan om hun beste beentje voor te zetten. Als toemaatje gaven de jongens een optreden op de speelplaats en deelden ze handtekeningen uit. “Ze zijn bij tieners bijzonder populair”, zegt hun manager Filip Perdu. “We hebben vorige week een tour in Ierland gehad. Engeland en China volgen. Het wordt een flinke hype.” En wat winnaar Len betreft: “We houden hem in de gaten want hij is een zeer sterke kandidaat”, klinkt het.
Margo Tilborghs Meer info op noordernieuws.be.
Nieuws
4
Uitstap Femma “Het moet niet altijd ver zijn” Onder het motto “ het moet niet altijd ver zijn “ vertrokken wij met 13 personen voor een daguitstap naar Wuustwezel en omstreken. Er waren 5 personen die héél de tocht gedaan hebben met de fiets en de anderen reden samen met de auto. Wij werden rond 10u verwacht bij Thomas Cuyvers ( bakker – distillateur ) te Sint-Lenaarts in zijn kleinschalige ambachtelijke stokerij “ Taxandria Elexir “. Er worden aroma’s van vruchten, kruiden en specerijen als ingredienten voor geestrijke dranken gestookt. Er werd ons op een héél aangename wijze uitgelegd hoe alcohol vroeger en nu gestookt wordt, hoe elexir gemaakt wordt, wat het verschil is met whisky, jenever, gin, … we proefden tijdens ons bezoek een achttal verschillende alcoholische dranken, waaronder ook de gin “ Sterke Peer “. Het één was al wat lekkerder dan de ander en de meesten verkozen Elexir Suzette als de beste. Ook mochten wij de lekkere notensmaak proeven van hele kleine gedroogde wormvormige diertjes, wij vonden het toch wel eens speciaal om dit te kunnen doen. We kregen allen ook nog een flesje elexir Suzette ( 0,1L ) mee naar huis en er werden ook nog grote flessen drank aangekocht. Om 12.30u werden wij verwacht in “ het boerenijsje “ om ons middagmaal te nuttigen, we kregen vier grote frikadellen, warme krieken, gemengd fruit en brood om te eten. Van de dagverse koemelk wordt op ambachtelijke wijze melkijs gedraaid, dus je kan in het ijssalon van al dat lekkers genieten. Je kan ook in de stallen gaan zien hoe de koeien 2x per dag gemolken worden, en je mag zelfs komen kijken wanneer de koeien moeten kalveren. Het is zeker de moeite om hier met uw kinderen eens langs te gaan.
Om 14u bezochten wij de amarylliskwekerij ROMBERAMA. Het is een jong bedrijf met de kennis en ervaring dat al 35 jaar bestaat. Ben en Raf hebben in 2006 de zaak overgenomen van hun ouders. Romberama staat voor het volgende ROMbouts, BE n, RA f, en a MA ryllis. Hun vader heeft sinds 1980 de eerste amaryllis bollen op de kwekerij staan, na de overname zijn ze gegroeid van 4500 m² naar 10 000 m², en in 2009 – 2010 realiseerden zij tot nu toe de grootste stap door nog eens 10 000 m² bij te bouwen inclusief warmtepomp. De nieuwste technieken zoals plantsensoren worden momenteel uitgebreid getest om een nog betere kwaliteit te garanderen. Deze esthetische elegante bloem wordt op een duurzame
wijze gekweekt. Wij kregen een rondleiding van de vader, die nog steeds zo gedreven bezig is met dit bedrijf, hij kan blijven vertellen ook al kon hij nu alleen maar de bladeren tonen van de bloemen want de beste tijd om daar op bezoek te gaan is als de bloemen er zijn. Dit is van eind september tot half november, en van januari tot eind april. We kregen allemaal nog een lekkere koffie met cake , nog wat uitleg op de TV, ook wat decoratietips en nadien gingen wij allen naar huis met een mooi bosje bloemen. Het was weer een mooie , boeiende en leerrijke dag! Dus je moet niet ver te gaan om iets moois te beleven en hopelijk geeft dit verslag anderen ook goesting om daar eens langs te gaan.
José Schrauwen
Nieuws
5
De tijd van toen
6
Willy Verleysen
MIJN TIJD VAN TOEN- DEEL 3/4 Hier en daar had men een televisietoestel. Als er een programma werd uitgezonden dat men als kind graag zag, bv. Lassie, Texas Rangers, Highway Patrol, Ivanhoe, Schipper naast Mathilde, Hong Kong, dan ging je bij iemand in de buurt die televisie had vragen of je mocht komen kijken. Ik weet nog als wij met de fiets naar mijn grootouders op de Wildert waren geweest en wij kwamen 's avonds terug dan passeerden wij aan de overweg op de Kalmthoutsesteenweg (waar nu het viaduct is) de elektriciteitswinkel van Jos Seghers. Als daar dan een televisie voor de etalage stond te spelen, stapten wij van onze fiets en stonden een hele tijd naar het programma te kijken wat bezig was. Tante Maria en Nonkel Pierre van de Wildert hadden al vlug een televisietoestel, als wij daar 's avonds waren keken wij altijd televisie, ook hun buren kwamen dikwijls kijken. Meestal werd er naar showprogramma's en quizzen (Tony Corsari) gekeken. Een telefoontoestel had ook niet iedereen, toevallig hadden onze naaste buren, de familie Ulens, er wel één. Als er dan dringend moest gebeld worden gingen wij daar vragen om te mogen bellen en gaven een paar frank vergoeding. In 1956 wilden ze bij ons thuis een auto kopen. Hoe dat mogelijk was weet ik niet maar binnen een mum van tijd wisten alle dealers uit de buurt dat en liepen de deur bij ons plat om een auto te kunnen verkopen. Zo werkte dat toen. Uiteindelijk hebben mijn ouders beslist om bij garage Balemans in Heide een Fiat 600 te kopen. Johnny Balemans, de zoon van de dealer leerde ons vader rijden. Op zondagmiddag gingen wij altijd met heel het gezin een “toerke maken”. We reden naar “het reigersbos in Berendrecht”, naar de Moerdijkbrug kijken, naar Scherpenheuvel, het park van Brasschaat, Trappistenabdij van Westmalle en daar tegenover een Trappist drinken, door Zeeland, naar het openluchtmuseum in Bokrijk, dancing “De Toverfluit” te Schilde, dancing “Blauwe Donau” te Brasschaat, naar “De 14 Billekens” of “Willem Tell” waar orgelmuziek speelde in Zandhoven, de Zimmertoren in Lier, enz...Naar familie in Me-
chelen, Landen of Assebroek waren in die tijd flinke ritten. Daguitstapjes gingen naar de Belgische Kust, Monschau, Valkenburg en Vaals, Düsseldorf, de grotten van Han, Loosdrechtse Plassen, Ninglinspo Aywaille, de Efteling, de watervallen van Coo, enz... Vakantie voor meerdere dagen ging nooit verder dan het Groot Hertogdom Luxemburg, de Moezel en de Rijn of het Taunus gebergte in Duitsland of een klein eindje in Noord-Frankrijk. Toen ik op 22jarige leeftijd trouwde met mijn Corry was ik nog nooit verder op vakantie geweest. Om te tanken reden de Belgen naar Nederland, toen was de benzine daar veel goedkoper. Omdat mijn vader wist dat ik gek was op autorijden mocht ik op mijn twaalfde voor het eerst zelf een stukje rijden, dat was in de Steenovenstraat op de Wildert. In de periode van “De ronde van Frankrijk” verscheen er elke dag een speciaal krantje over de die dag verreden rit. Dit krantje werd nog dezelfde avond in Essen met een vliegtuigje bezorgd. Dat was een mooie bezienswaardigheid. In de vooravond, kort na het avondeten, werden er op een weide langs de Guido Gezellelaan, toen nog 't Steeke en zandweg, pakken met krantjes gedumpt door een klein vliegtuig dat heel laag over kwam vliegen. Jef Verbocht van 't Gildenhuis was daar altijd aanwezig en bij hem kon je ter plekke voor een paar frank al zo'n krantje kopen, de rest van de krantjes bracht Jef op zijn fiets en blazend op een toeter 's avonds in Essen aan de man. Toen onze straat werd heraangelegd kregen wij een verhard voetpad. De één na de ander, waaronder ook ik, schafte zich toen rolschaatsen aan en op een gegeven moment hadden wij een echte rolschaatsclub van zeker vijftien man. De moeders hoefden niet perse zelf te wassen want er was Maria van Wasserij Deckers en Eugène van Wasserij Zonneschijn die de vuile was thuis ophaalden en gewassen en gestreken weer thuis bezorgden. Voor de meeste kruidenierswaren hoefden de huisvrouwen zelfs niet de deur uit want bijvoorbeeld bij ons thuis kwam op dinsdagavond Louis Quick, van de kruidenierszaak van Irma Mutsaerts uit de Kapel-
straat, altijd langs om op te schrijven welke boodschappen wij nodig hadden en die werden dan één van de volgende avonden aan huis bezorgd. Zo kwam ook iedere vrijdagvoormiddag Tony Verbiest van de kruidenierszaak op het Molenheike langs om de boodschappen die wij nodig hadden te noteren en bracht die dan dezelfde voormiddag nog thuis. De vader van Tony, Sjaantje Verbiest, reed door Essen met een Chevrolet vrachtwagentje met groenten en fruit om dit aan de deur te verkopen. Hetzelfde deed ook Gust Claessens uit de Melkerijstraat met een Volkswagenbusje. Wij hadden thuis een grote moestuin met broeibak en enkele fruitbomen. De meeste groenten die wij aten kwamen uit eigen tuin, ma maakte elk jaar gelei van onze eigen rabarber en pruimen. Wij hielden ook kippen en konijnen. Het kippenhok heeft plaats moeten maken voor een garage toen wij een auto kochten. Aardbeien haalden wij vers van 't veld bij Vic Van Laerhoven in de Molenakkersstraat of bij Miel Van Meel in de Hofstraat. Voor de kleine boodschappen die wij tussendoor nodig hadden liepen we vlug even naar de kruidenierswinkel van René Mous en Dina Fabri bij ons op het hoekje van de straat. Eigenlijk waren die kleine winkeltjes van vroeger veel gemakkelijker, ze waren tot 20.00 uur 's avonds geopend en ook op zondag tot 13.00 uur, sommigen zelfs de gehele zondag (bv. De Spar in de Kerkstraat) en als het echt nodig was kon men bij de meesten na sluitingstijd ook nog “langs achter” terecht. Poezen waren bij ons geen lang leven beschoren omdat er te veel duivenmelkers in de buurt woonden, die hadden er een hekel aan dat er een poes in de buurt van hun duiventil rondliep. Wij hebben vroeger bij ons thuis ook wel eens een tamme kraai gehad, een kenner had zijn vleugels geknipt zodat hij maar hele kleine stukjes en alleen nog laag kon vliegen. Als je “kraa, kraa, kraa” riep dan kwam hij, hij at uit onze hand, zat op onze schouder, enz...Hij liep altijd los en alleen als wij weggingen deden wij hem in z'n kooi. Op een zondagmiddag waren wij dat vergeten. De volgende morgen was onze kraai in geen velden of wegen te ontdekken. In de loop van de dag
De tijd van toen kwam een jongetje uit de buurt wiens vader duivenmelker was bij ons langs en deze zei “ons papa heeft gisteren jullie kraai doodgeschoten”. Toen wisten wij het gelijk en zo ging dat toen met onze huisdieren. Mijn zus en ik
hebben ook een poosje een witte muis gehad. Het beestje leefde in een oude aquariumbak en kroop ook wel eens over onze handen en armen of in onze nek. Op zeker moment was ons lievelingsdiertje ineens dood. Wij hadden
Verhalen van Martha Schrauwen We moesten op een keer naar het veld in het Scham gaan kappen. Onze Fons riep : “ Ginder ne grote haas!!! “ Hij pakte zijn kapper goed vast en gooide van ver naar die haas, recht op zijne kop en die was op slag dood. Ons moeder kon weer een goeie pot eten klaar maken.
7 veel verdriet en hebben hem toen in een sigarenkistje gedaan en in onze tuin begraven. Op zijn graf hebben wij een klein kruisje geplaatst met een bordje erbij “hier rust Muisje Verleysen”.
Natuur op Den Uil Frank Rossen
Varia
8
APENBROODBOOM: MEER NINDA’S = MINDER PINDA’S en MINDER PINGAAS De Ondernemer Apen hebben een pakkende tekst verzonnen om meer NINDA’s te verkopen: MEER NINDA’S = MINDER PINDA’S (en MINDER PINGAAS). Vrij vertaald betekent dat: meer goeieriken = minder snoepen (en MINDER PINGAAS). Want van NINDA’s eten worden slechteriken acuut goeieriken en dat is nodig. Over PINGAAS zullen we het verderop hebben. Toch willen sommige apen meer pinda’s ipv NINDA’s. Maar omdat er nog zoveel slechteriken op deze aarde zijn, moeten de ONDERNEMER APEN de faapbriek HET GROENE PARADIJS uitbreiden. Anders kunnen ze niet genoeg NINDA’s maken. Maar uitbreiding van de faapbriek moet op grond waar pinda’s groeien. Een lastige zaak. Vrede = NINDA’s gaat voor
pinda’s. Daar is iedereen het wel mee eens. Of toch niet??? Bijvoorbeeld BAAS EUP van de EUPEN families ziet het anders. Zijn apenfamilies hebben net een moeilijke tijd achter de rug waarin ze geen geld hadden om pinda’s te snoepen. De EUPEN (apen) vinden het niet goed dat de slechteriken (met 1 k jawel.. ) zoveel buren apenfamilies aanvallen. Maar willen nu het beter gaat eerst flink pinda’s eten. Daar is meer grond voor nodig en die is er niet. Juist minder want de faapbriek voor de NINDA’s moet uitgebreid worden. Hier komt ruzie van want niet iedere EUPEN familie is het eens met BAAS EUP. Er zijn er zelfs die meer wapenfabrieken willen. Want ze vertrouwen die slechteriken helemaal niet. En het gaat nog even duren voordat er genoeg NINDA’s ge-
maakt kunnen worden om de slechteriken uit te schakelen. Gevaarlijk! Ook zijn veel EUPEN families verslaafd aan een speciaal soort pinda: de PINGAAS. Daar is veel vraag naar en de slechteriken domineren de handel in PINGAAS (pinda’s). De slechteriken dreigen de EUPEN families om geen PINGAAS meer te zullen leveren. Dat maakt veel ONDERBAAS EUPEN onder BAAS EUP bang. Want ze vrezen onvrede onder de EUPEN apen. Ze gaan praten, praten, praten en nog eens praten met de slechteriken. Om vrede te stichten, en om voldoende PINGAAS te ontvangen. Een nobel streven. We zullen zien wat ervan komt.
Wordt vervolgd…
Tjeerd Ossewaarde
APENBROODBOOM: DE EUPEN ZIJN PRATERS, DE SLECHTERIKEN DOENERS Zoals we weten, gingen de EUPEN praten met de slechteriken om vrede te stichten. Want bij de EUPEN families draait alles om overleg, overleg en nog eens overleg. Maar de slechteriken zitten anders in elkaar: die letten meer op wat je doet dan op wat je zegt. En ze doen! De slechteriken snappen niets van al dat gepraat. Dat is toch alleen maar voor de sier. Ze zijn ook meer bezig met geld en macht. De slechteriken zijn bang dat ze straks minder PINGAAS kunnen leveren aan de andere apenfamilies. En ze willen natuurlijk geen uitbreiding van de faapbriek HET GROENE PARADIJS. Want als iedereen NINDA’s gaat eten is het afgelopen met de slechteriken en dus ook met de PINGAAS handel. En daar gaat veel geld in om. De slechteriken proberen dan ook om de ONDERNEMER apen uit te schakelen: ze dreigen met nieuwe wapens en vragen extra veel geld voor de PINGAAS. Ook vallen de slechteriken de apenfamilie OEK aan. Want die kopen
sinds kort NINDA’s om van de nog vele slechterik OEKEN goeieriken te maken en ze willen minder PINGAAS want die vinden ze te duur. Ook willen de OEKEN zich aansluiten bij de EUPEN (families). Allemaal tegen de zere apenpoot van de slechteriken! Gelukkig voor de goeieriken raken de slechterik apen onder elkaar slaags. Want de gemiddelde slechterik aap ziet niets van al die inkomsten uit PINGAAS en moet gewoon sappelen om rond te komen. En dan ook nog verplicht oorlog voeren. Wat echt niet alle slechteriken willen. Veel slechteriken willen gewoon slecht zijn en verder slecht doen waar ze zin in hebben. De gewone slechterik komt in opstand tegen de slechterik APEN BAZEN. Maar wat heet opstand in slechterik land kennen ze dat helemaal niet. Een op de tien slechte apen doet mee en dat is niet veel. Want protesteren valt niet goed bij de slechterik APEN BAZEN. Die zijn gewend orders te geven en niet te luisteren. Heel moeilijk voor ze. Nog
moeilijker dan je opstaantijd te veranderen van bv 7.30 u naar 7u. Of in de ochtend tanden te gaan poetsen terwijl je het eerst in de avond deed. Gewoonten zijn heel moeilijk te veranderen. Dus komt er zwaar ruzie want de protesten worden niet gehoord want er wordt niet geluisterd. Twee slechterik APEN BAZEN worden door protesterende slechteriken in elkaar gemept met de nieuwe supermeppers. Ondertussen werd er geroepen: wij willen gewoon slecht zijn en verder niets, geen oorlog, wel pinda’s. Want alle apen houden van pinda’s. Geen wonder dat die ook wel “apennoten” worden genoemd. Daardoor is er toch tijd om de faapbriek HET GROENE PARADIJS uit te breiden. En BAAS AAP van de familie SNURK besluit om met de EUPEN families te gaan praten. Om samen de slechteriken aan te pakken. Een goed plan! Nu zien wat er van terecht komt!!
Wordt vervolgd…
Tjeerd Ossewaarde