Startweek
00week 34/35/36 00
maa
Goed recept Kalenderplaat: Recept voor een goed
schooljaar
Muziek: A good start (pagina 122)
Muziek: God zag dat het goed was
(pagina 123)
Tip: Samen eten (1)
din
Expressie: Collage bij het scheppingslied
De ingrediënten Kalenderplaat: Woordzoeker
Expressie: Wat is jouw ingrediënt voor
een goed schooljaar?
Verhaal: Prins Constant Dram zoekt een
school
woe woe
Tijd Kalenderplaat: De tijd Kringactiviteit: Zoveel mogelijk in 1 minuut
don don
Verhaal: De schepping volgens de Maya’s
Vertrouwen Kalenderplaat: Spreuk over vertrouwen
Expressie: Vertrouwensbriefjes
Kringactiviteit: Blind vertrouwen
vri
Samen goed begonnen? Kalenderplaat: Een goed begin…
Expressie: Rapport eerste schoolweek Tip: Samen eten (2)
Gebed
4
In deze eerste schoolweek leggen we de basis voor een nieuw schooljaar. Wat is eigenlijk het recept voor een ‘goed’ schooljaar? Scholen in de regio Noord gebruiken dit materiaal in week 34; regio Midden in week 35 en regio Zuid in week 36.
maa Goed recept Recept voor een goed schooljaar Welkom! Het nieuwe schooljaar is weer begonnen. Maar wordt het ook goed? Die basis leggen u en de kinderen vanaf vandaag al. Maar ja, wat is dat basisrecept voor een goed schooljaar? Wat nemen de kinderen daarvoor (figuurlijk) mee? (pit, eigenheid, eigen smaak, bindmiddel…) Laat elk kind iets positiefs over zichzelf noemen. En hoe zorg je ervoor dat het niet alleen voor jezelf, maar voor iedereen goed wordt? Denk ook na over de stelling: ‘Recept voor een goed schooljaar: je hoeft niet met iedereen vriendjes te zijn!’
HH
A good start Een lied als ritueel bij het oproepen van iedere nieuwe kalenderplaat. Lied: cd-2 (track 1 en 2). Bladmuziek: pagina 122. Liedteksten: www.trefwoord.nl. Ev'ry morning, make a good start! What’s in your mind? And what’s in your heart? A picture, a story, a question, a song. Talk and listen and sing along!
(Vertaling: Begin elke morgen op een goede manier! Waar denk je aan? En waar ben je in je hart mee bezig? Een plaatje, een verhaal, een vraag, een lied. Praat en luister en zing maar mee!)
HH
God zag dat het goed was Een lied over het scheppingsverhaal uit Genesis 1. Een verhaal dat zegt dat alles nog ‘goed’ is. Zing het met elkaar of gebruik het als luisterlied. Lied: cd-2 (track 3 en 4). Bladmuziek: pagina 123. Liedteksten: www.trefwoord.nl 1. In het begin toen de aarde nog woest was, toen je geen hand voor ogen zag, riep God het licht en het kwam uit het donker. ‘t Donker was nacht en het licht werd de dag. God zag dat het goed was: de eerste dag. 2. In het begin toen de tweede dag aanbrak, maakte God lucht, zo mooi en blauw. God vond het goed en hij was in de wolken. Hij gaf het naam: ‘t is de hemel voor jou. God zag dat het goed was: de tweede dag. 3. In het begin toen de derde dag aanbrak dacht God: ‘Ik maak het brede strand.’ Zo kregen water en land elk hun plekje; bomen en bloemen versierden het land. God zag dat het goed was: de derde dag. 4. In het begin toen de vierde dag aanbrak, riep God de zon: ‘Jij mag hier staan. Jij mag de dag in het zonnetje zetten.’
En voor de nacht kwamen sterren en maan. God zag dat het goed was: de vierde dag. 5. In het begin toen de vijfde dag aanbrak zei God: ‘Ik wil de zee vol vis. Hoog in de lucht wil ik vliegende vogels. Laat aan mij zien waar het leven voor is.’ God zag dat het goed was: de vijfde dag. 6. In het begin toen de zesde dag aanbrak, dacht God: ‘Ik maak er dieren bij. Nu alles klaar is, de chaos geordend, maak ik ook mensen, ze lijken op mij!’ God zag dat het goed was: de zesde dag. 7. In het begin toen de laatste dag aanbrak, vond hij het mooi en God was blij. Zo schiep hij hemel en aarde en zeeën en op de zevende dag rustte hij. God zei: ‘Wij zijn vrij, deze laatste dag.’
5!
LL
Collage bij het scheppingslied Maak zeven groepjes in de klas. Elk groepje maakt een collage bij een van de volgende situaties bij de zeven coupletten. Couplet 1: Iemand zit in het donker. Laat zien hoe je die ‘naar het licht’ brengt. Couplet 2: Iemand is dankzij jou heel blij. Laat zien hoe hij nu ‘in de wolken’ is. Couplet 3: Iemand heeft geen eigen plek. Laat zien hoe hij dankzij jou een eigen plek krijgt. Couplet 4: Iemand heeft iets opvallends goed gedaan. Laat zien hoe hij hem in het zonnetje zet. Couplet 5: Iemand heeft nergens meer zin in. Laat zien hoe hij dankzij jou weer ziet waar het leven voor is. Couplet 6: I emand weet niet meer wie hij zelf is. Laat zien hoe hij dankzij jou weer zichzelf kan worden of zijn. Couplet 7: Iemand is compleet gestrest. Laat zien hoe hij dankzij jou weer tot rust komt.
FF
Samen eten (1) Misschien is het leuk om de eerste week af te sluiten met een gezamenlijk ontbijt of gezamenlijke lunch. Laat de kinderen met elkaar afspreken wat ze dan allemaal meenemen. Hoe verloopt de taakverdeling? Hoe gaan ze om met elkaars wensen? Wat komt u in het overleg tegen waarvan u zegt: ‘Dit gaat goed en dit kan beter!’ Bespreek dit meteen. Wie weet komen daar afspraken uit die voor het hele jaar van belang zijn.
din
De ingrediënten
Woordzoeker Laat de kinderen deze woordzoeker maken. Open de interactieve kalenderplaat 'Woordzoeker' en de oplossing verschijnt. Goed gedaan? Dan blijven er 27 letters over die samen een zin van vijf woorden vormen. Welke zin ontdekken ze? (recept voor een goed schooljaar) De woorden die ze moeten zoeken zijn bijna allemaal negatief. Natuurlijk willen we dat dit schooljaar niet. Doe daarom na de woordzoeker ook de activiteit ‘Wat is jouw ingrediënt voor een goed schooljaar?’
LL
Wat is jouw ingrediënt voor een goed schooljaar? Elk kind schrijft op een gekleurd kaartje (A6) waar het goed in is (een talent). Op de achterkant schrijft het zijn naam. Prik alle kaartjes op een prikbord en hang daar groot een strook papier boven met de tekst: ‘Het wordt een lekker jaar. Wie kies je?’ Laat nu een van de kinderen een kaartje van het prikbord pakken. Het leest het talent voor. Waar kan dit talent voor worden ingezet als het gaat om een goed schooljaar? Bespreek zo een aantal talenten. Als de kinderen de rest van de week (of langer) ergens hulp bij nodig hebben of willen samenwerken met een ander kind, kunnen ze daarvoor een talent van het prikbord kiezen.
EE
Prins Constant Dram zoekt een school Prins Constant Dram moet naar de paleisschool van zijn moeder. Maar dat wil hij niet. Daarom gaat de prins zelf op zoek naar een leuke school. ‘Ik wil het niet en ik doe het niet!’
6
Prins Constant DramvanHaringen verliet stampvoetend de paleiszaal. De stoom die uit zijn oren was gekomen, zorgde voor een rookgordijn waaruit bulderend de stem van zijn moeder klonk: ‘Dan zoek je het zelf maar uit!’ En dat was precies wat Prins Constant Dram van plan was. Zijn moeder stond erop dat prins Constant naar de paleisschool ging. Maar Constant vond de andere prinsjes en prinsesjes, graven en gravinnen, baronnen en baronnessen echt vréselijk! Saaie, stijve figuren. Geen lol mee te beleven. Brave Hendriken. Piesten nooit buiten de pot. Eenheidsworst! Nee, Constant Dram wilde een spetterende school. Met allemaal verschillende kinderen die er samen een gezellig soepzooitje van wilden maken. Geen lessen meer in paleiskunde. In regelweten. In troon-en-kroon-vakken. In deftig-spreken. En al helemaal niet in zwaaien-knikakstiek of vlag-heisa. De zware paleisdeur viel met een dreun achter prins Constant dicht. Voor het eerst van zijn leven was hij alleen buiten. Zonder lijfwachten. En zonder zijn betweterige moeder. Constant haalde diep adem en genoot van de zuivere lucht die hem de energie gaf om op zoek te gaan naar een andere school. Directeur Kortaf boog als een knipmes voor prins Constant. ‘Jaja,’ kuchte hij zo deftig mogelijk, ‘dus zijne Koninklijke Hoogheid zoekt een school. Weet uw moeder, Hare Doorluchtige Majesteit, hier ook van?’ ‘Natuurlijk weet ze ervan!’ zei prins Constant. ‘Ik wil graag even een kijkje nemen op uw school. Mag dat?’ En voordat de directeur kortaf ‘nee’ had kunnen zeggen stond Constant al op de gang en niet veel later in een klas. ‘Hoi!’ riep hij uitgelaten tegen een groep kinderen van zijn leeftijd. ‘Ik ben prins Constant. En jullie?’ Niemand zei iets. Een ijzingwekkende stilte bleef bevroren aan het plafond hangen. ‘Hé, ik vroeg wat!’ zei Constant geërgerd. Geen antwoord. Totdat de juf die voor de groep stond rustig zei: ‘Ze mogen pas praten als ik het zeg!’ Jakkie! dacht prins Constant. Wegwezen. Dit is geen gezellig soepzooitje! Dit is een pan zouteloze pompoensoep. Veel te zoet allemaal! Ook de tweede school die Constant bezocht vond hij niks. Daar mochten ze alles doen wat ze zelf wilden. De hele dag door. ‘Niks aan!’ mompelde Constant toen. ‘Als je alles mag doen wat je zelf wilt, is de spanning eraf. Ik wil straf kunnen krijgen omdat ik te brutaal was. Of omdat ik me niet aan de regels hield.’ De derde school was nog erger. Constant had niet veel tijd nodig om hardop te zeggen toen hij het plein weer afliep: ‘Dat was niet veel soeps. Wat een stelletje zuurpruimen.’ Ook de vierde, vijfde, zesde en zevende school keurde Constant Dram af. De dag was om en teleurgesteld sjokte prins Constant terug naar het paleis. Hij schaamde zich bij het idee dat hij tegen zijn moeder moest zeggen: ‘Sorry mam, ik kan misschien toch maar beter naar de Paleisschool gaan.’ Maar die afgang werd hem bespaard. Want hij had nog geen voet over de drempel gezet of een van de lijfwachten sleurde hem naar binnen en bracht hem hardhandig bij zijn moeder. Die keek hem lange tijd woordeloos aan en zei toen eindelijk: ‘Zo! Klaar met die onzin. Ik heb een geweldige school voor je gevonden!’ ‘Echt?’ antwoordde prins Constant hoopvol.
7!
‘Ja, op kruipafstand.’ ‘O ja. Wat fijn! Waar dan?’ ‘Daar!’ zei zijn moeder die met haar vinger naar een hoek van de paleiszaal wees. ‘Dat wordt jouw school.’ ‘Hier? Bij u?’ ‘Bij mij!’ ‘Zonder andere kinderen?’ ‘Zonder andere kinderen! Want die vind jij toch allemaal maar niks. Jij kunt het beste een groep zijn in je eentje. Dan gaat het altijd precies zoals jij wilt. Je hoeft met niemand rekening te houden. Je krijgt geen ruzie met jezelf. Je hoeft niks goed te maken. Nooit sorry te zeggen. Als je trakteert, hoef je alleen iets aan jezelf te geven. Je wordt met tikkertje nooit gepakt. Je wint elke wedstrijd. Je krijgt altijd applaus voor jezelf voor je spreekbeurt. En ga zo maar door. Ik hoop dat die zelfgemaakte eenmanssoep je heerlijk smaakt!’ Prins Constant DramvanHaringen keek zijn moeder smekend aan. Maar haar enige reactie was: ‘O ja, misschien denk je dat ik je nieuwe juf ben… Vergeet het! Ik denk dat jij het meeste van jezelf kunt leren. Een fijn schooljaar gewenst!’ Toen de deur van de paleiszaal zachtjes achter haar dichtviel, zag Constant Dram zichzelf terug in de tranen op de vloer. De eerste les was begonnen. Gesprek ■■ Wat vinden de kinderen van het verhaal? ■■ Wat vinden ze van de aanpak van de moeder van prins Constant? ■■ Wat bedoelt zijn moeder met: ‘Ik denk dat jij het meeste van jezelf kunt leren.’ ■■ Hoe ziet jouw ideale school eruit?
woe Tijd De tijd Tijd speelt een belangrijke rol in een schooljaar. Een vol programma. Veel eisen. Tijdsdruk en daardoor ook stress liggen op de loer. Belangrijk dus om verstandig met het ingrediënt ‘tijd’ om te gaan. Zeker omdat het ene kind het andere niet is. Sommigen hebben veel tijd nodig om er iets 'goeds van te bakken’, anderen doen het binnen de kortste keren. Dat zien we ook op de kalenderplaat. Drie verschillende kinderen, drie verschillende resultaten. Laat bij elk van die kinderen kort vertellen wat er gebeurt. Hoe gaat dat in de eigen groep? Krijgt iedereen evenveel tijd om dingen af te maken? Welke tijd krijgen snelle kinderen? En hoe zit dat met kinderen die meer tijd nodig hebben? Hoe help je elkaar daarin? Moet je soms weleens wachten op andere kinderen? Hoe voelt dat? En hoe is het als anderen op jou moeten wachten? Welke woorden passen volgens jou bij het begrip ‘tijd’ als het gaat om taken vervullen: geduld, vertrouwen, enthousiasme, doorzetten, afwachten, stimuleren, stressen, afhaken, balen, plezier hebben. Welke woorden mis je?
II
Zoveel mogelijk in 1 minuut Verzin met de groep vijf opdrachten die goed te doen zijn. Bijvoorbeeld: de tafel van 5 opzeggen; woorden die met een R beginnen verzinnen; verschillende soorten dieren noemen; jongensnamen noemen; meisjesnamen noemen; tot 50 tellen enzovoort.
8
Pak nu een kookwekker of zet de stopwatch met geluid op de mobiele telefoon aan. Stel een tijd van 1 minuut in. Wijs een kind aan dat een van de verzonnen opdrachten doet. Bijvoorbeeld verschillende soorten dieren noemen. Zeg erbij dat het in 1 minuut tien dieren moet noemen. Vraag na afloop: Hoe was dat? Hoe voelde je je? Wat deed ‘de tijd’ met je? Doe dit nog een aantal keren en voer de druk steeds meer op. Laat het ook door tweetallen doen (om de beurt). Hoe wordt het dan ervaren? Kan iedereen evenveel in dezelfde tijd? Wat leer je hiervan voor de rest van het schooljaar?
EE
De schepping volgens de Maya’s Er zijn veel verschillende scheppingsverhalen. Ook de Maya’s hebben een eigen scheppingsverhaal. Het verhaal wordt gevolgd door een verhaal over de Maya-jongen Juan die samen met zijn vader zeven maïskorrels gaat planten. Het element tijd speelt in dit verhaal een belangrijke rol. Vrij naar ‘Hart van de Maya’s’ en ‘Mensen van Maïs’ door Mario Coolen. In het begin was er stilte en rust. Overal. Niets bewoog. Nergens een geluid. Alleen de kalme zee en de hemel waren er. In de stilte van die lange nacht was God helemaal alleen. Water en lucht om hem heen. En God zei: ‘Laat de ruimte zich vullen. Laat het water zich terugtrekken, zodat de aarde verschijnt. Laat het licht worden. Laat de dag aanbreken in de hemel en op aarde.’ Wondermooie bergen groeiden omhoog uit het water. Rotsen, woestijnen, ravijnen, heuvels en dalen kwamen tevoorschijn. Sneeuw op de toppen. Rivieren van helder water, groene grassen, alle kleuren bloemen, vruchten en bomen. En God zei: ‘Laten er dieren zijn.’ En de dieren kwamen. Herten sprongen door het hoge gras. Slangen kropen over de grond. Leeuwen lagen lekker te gapen in de zon. Vogels bouwden nesten in de bomen, vlinders dansten boven de bloemen. En God zei: ‘Nu is de tijd gekomen dat de dieren gaan praten. Dan kunnen ze mij verstaan en ik hen. En de dieren krijsten, kakelden, brulden, blaften, miauwden en floten. Maar er kwam geen goed woord uit hun mond. Zelfs de papegaai kon nog niemand na-apen. Nog steeds had God niemand om mee te praten. En God zei: ‘Een nieuwe tijd is aangebroken. Er zullen mensen komen. Mensen die mij verstaan. Zij zullen voor mij zorgen, voor elkaar en voor de aarde. We horen allemaal bij elkaar.’ Die bijzondere dag schenen de zon, de maan en de sterren tegelijk. Vier dieren brachten gele en witte maïskolven boordevol maïskorrels. God boetseerde vier mannen uit het deeg van de maïs. God zelf blies in hun neus. De mannen ademden de frisse lucht in. Ze keken vol verwondering om zich heen. Toen ze een middagdutje deden boetseerde God vier prachtige vrouwen. Die liepen naar de mannen toe. De vrouwen keken naar de mannen. De mannen naar de vrouwen. Woh! Ze werden allemaal verliefd. Ze hielden van elkaar. En zo werden er veel mensen geboren. Nog altijd leven er miljoenen Maya’s* in Midden Amerika. Een van hen is Juan. Hij woont in de bergen van Guatemala. Voor hem is elke dag een speciale dag. Want elke dag is er tijd voor iets anders. Vandaag is wel heel bijzonder. Vandaag is het tijd om te zaaien. Het is nog donker. Hij gaat met zijn vader en andere mannen mee. Hij draagt een kleine jute zak met maïskorrels onder zijn poncho.
9!
‘Buenos Dias, goede morgen,’ groeten de mannen elkaar. Ze lopen het dorp uit, over de zandweg. Juan huppelt achter ze aan. Buiten het dorp liggen hun akkers verspreid tussen kale rotsen op de berghellingen. De zon komt stralend op. Eerbiedig knielen de mannen op de grond. Juan kijkt naar de stille mannen, naar de grond en rotsen. In de ochtendzon lijken ze wel van goud. Eén van de mannen bidt hardop. ‘U mijn Vader, u mijn Moeder, dank u voor deze nieuwe dag. We zijn gekomen om maïs te zaaien, op deze heilige dag. Wij beginnen ons werk op uw heuvels en in uw dalen. Zegen de oogst, laat de maïs groeien. Aanvaard alstublieft onze offers.’ Nog lang gaat het gebed verder. Juan ruikt wierook en kaarsen. Hij luistert naar de vogels. Hij voelt hoe de aarde warm wordt door de zon. ‘Kom, Juan, we gaan beginnen.’ Vader lacht. Met een stok duwt hij een gat in de grond. Juan legt er zeven maïskorrels in. ‘Waarom eigenlijk zeven maïskorrels?’ vraagt hij. Zijn vader legt uit: ‘Van de maïskolven die zullen groeien zijn er drie voor ons, één voor de vogels, één voor de wind, één voor de weduwen en één voor de dieven en de reizigers.’ Juan dekt de gele korrels toe met aarde. Het zullen vast grote maïsplanten worden van wel twee meter hoog. Vader maakt het volgende gat. Juan telt zeven korrels af. Na het werk gaan de mannen bij elkaar zitten. Ze delen maïskoeken uit. Stil ademen ze op hun eigen handen. ‘Toe maar, Juan,’ zegt vader, ‘in je eigen adem voel je de adem van God.’ Juan blaast op zijn handen. Het voelt warm en koel tegelijk. Om hem heen zitten de mannen kalm te eten. Vandaag smaakt de maïskoek extra lekker. Onderweg naar huis vraagt Juan: ‘Welke dag krijgen we morgen?’ ‘Morgen is er tijd om fouten goed te maken,’ zegt vader. ‘En overmorgen?’ Vader denkt even na: ‘Overmorgen is de dag om extra op te letten dat we niet roddelen en niet haten.’ Hij aait Juan door zijn haar. ‘Maar eerst gaan we thuis vieren dat we vandaag maïs gezaaid hebben!’ - Han van den Hof *Maya‘s, mensen van maïs, noemen God bij verschillende namen: Schepper, Vormgever, Heer van de bergen, Hart van de aarde, Hart van de hemel, Moeder Maïs enzovoort. Elke dag verschijnt God opnieuw op zijn eigen manier. Hoe? Dat staat in het heilig boek, de PopWuy, daar vind je de Mayakalenders. De Maya ’s werden en worden door westerse veroveraars wreed onderdrukt. Gesprek ■■ Waarom planten ze zeven maïskorrels? ■■ Voor wie zijn die? Waarom, denk je? ■■ Waar doet dat getal zeven je aan denken? (het scheppingsverhaal uit Genesis over de zeven scheppingsdagen) ■■ Wat zijn de overeenkomsten en de verschillen tussen het scheppingsverhaal van de Maya’s en dat uit de Bijbel? ■■ Wat vind je van een dag waarop je tijd krijgt om fouten goed te maken? Is zo’n dag ook belangrijk voor de sfeer in je eigen groep op school?
10
don
Vertrouwen
Spreuk over vertrouwen ‘Als je vertrouwen hebt, hoef je niet de hele ladder te zien om de eerste stap te zetten.’ (Martin Luther King) Wat zegt deze spreuk over vertrouwen? Vertrouwen is ook een belangrijk basis-ingrediënt voor het ‘goed-schooljaarrecept’. Vinden de kinderen dat ook? Waaraan kun je merken dat je iemand kunt vertrouwen? Hoe kun je het vertrouwen van iemand winnen? Bespreek ook de stelling: ‘Zonder vertrouwen hebben we geen goed schooljaar!’
LL
Vertrouwensbriefjes Opdracht voor de kinderen: Schrijf een verzonnen geheimpje op een briefje. Zet je naam eronder. Vouw het briefje goed dicht. Doe het in een doos. Nu mag iedereen om de beurt een ‘vertrouwensbriefje’ uit de doos halen. Maar… je mag niet over de inhoud van het briefje praten met anderen. Blijven de geheimpjes vertrouwelijk? Zijn er aan het eind van de dag al geheimpjes bekend? Wat zegt deze oefening over een goed schooljaar met elkaar?
II
Blind vertrouwen Maak tweetallen. Van elk tweetal doet één kind zijn ogen goed dicht. (Vertrouw erop dat hij/zij de ogen ook echt dichthoudt!). Het andere kind is de ‘blindengeleider’. De tweetallen gaan nu door het klaslokaal lopen. De blindengeleider zorgt ervoor dat hij zijn maatje – zonder hem aan te raken – met aanwijzingen door het lokaal leidt. Natuurlijk zonder ergens tegenaan te lopen. Doe dit eerst met 1 tweetal en laat steeds meer tweetallen meedoen. Hoe drukker het wordt, hoe moeilijker om botsingen te voorkomen. Nagesprek ■■ Hoe was het voor ‘de blinde’? ■■ Hoe was het voor de ‘blindengeleider’? ■■ Wat heeft deze oefening met vertrouwen te maken? ■■ Wat heb je nodig om iemand te vertrouwen? ■■ Wat betekent ‘blind vertrouwen’ volgens de kinderen? ■■ Waarom is blind vertrouwen belangrijk voor een gezellige, goede groep?
vri
Samen goed begonnen?
Een goed begin… Wat een bijzondere kalenderplaat… De helft van het digibord staat er maar op. Met een halve zin. En ook de boeken op de tafeltjes zijn door de helft. Welk spreekwoord hoort er bij deze tekening? (Een goed begin is het halve werk!). Wat zegt dit spreekwoord over de eerste week van het nieuwe schooljaar? Was het een goed begin? Kan het nog beter? Zo ja, hoe dan? Wie is of zijn daar dan voor nodig? Nu de kop eraf is: hoe kijken de kinderen tegen het hele jaar aan? Waar kijken ze naar uit? Wat lijkt hun moeilijk? En terugkijkend op de eerste week Trefwoord: welke ingrediënten voor een ‘goed-schooljaarrecept’ kennen ze nog? (respect voor de talenten van een ander, samenwerken, tijd, vertrouwen). Welke willen ze daar nog aan toevoegen?
11!
LL
Rapport eerste schoolweek Laat elk kind op een A4 een rapport maken over de eerste schoolweek. Laat de volgende onderdelen beoordelen: Sfeer in de groep Samenwerken ■■ Tijd ■■ Vertrouwen ■■ Leren ■■ Klasgenoten ■■ Respect ■■ ■■
Laat geen cijfers geven, maar vraag om een korte omschrijving. Bespreek een aantal rapporten. Natuurlijk gaan de rapporten mee naar huis. Vraag aan de kinderen of ze hun rapport ook aan hun ouders willen laten lezen en of ze op de achterkant een reactie willen schrijven. Bespreek die reacties dan volgende week.
FF
Samen eten (2) Heeft u de tip ‘samen eten’ van afgelopen maandag overgenomen? Veel eetplezier met elkaar!
GG
Gebed God van alle mensen, Het nieuwe schooljaar is begonnen. Met elkaar in de groep. Met de andere kinderen van onze school. En met u. Want we willen geloven dat u met ons meegaat. Dat u het begin en het einde bent van alles. U was er in het begin, bij de bron van alle leven. U pakte klei uit de aarde en boetseerde daar de mens van. Een mens naar uw voorbeeld. Een voorbeeldig mens. Levend op uw adem.
12
God, laat ook ons samenleven naar uw voorbeeld. Warm als de zon. Krachtig als de wind. Stevig als een rots. Mensen uit één stuk gemaakt naar een uniek recept: naar uw gelijkenis. Help ons om er een fantastisch jaar van te maken. Een jaar waarvan wij straks kunnen zeggen: Kijk, het was heel goed!