Jaarverslag 2013
inhoudsopgave
Voorwoord van de voorzitter Verslag van de Directie
1. Identiteit 1.1 Visie 1.2 Missie 1.3 Waarden 1.4 Theory of Change 1.5 Oorsprong 1.6 Naam en doelstelling 2. Strategie
5 7 10 12 12 12 12 13 13
3.1 Azië 3.1.1 Afghanistan 3.1.2 Pakistan 3.1.3 Centraal-Azië 3.2 Midden-Oosten/Eurazië 3.2.1 Syrië 3.2.2 Jordanië 3.2.3 Armenië 3.3 Afrika 3.3.1 Oeganda 3.3.2 Zuid-Soedan
14
2.1 Internationale strategie 2010-2015 16 2.2 Strategie Nederland 2011-2015 17 2.2.1 Resultaten 2013 17 2.2.2 M idterm evaluatie Meerjaren Strategisch Plan 19 2.3 Toekomstvisie internationale organisatie 19 2.4 Toekomstvisie Nederland 20 2.5 Impact van ons werk 21 3. Programma’s
22 26 26 28 30 34 34 36 38 40 42 44
3.4 Latijns-Amerika 3.4.1 Mexico 3.5 Programma overzicht 4. Campagnes en acties 4.1 Every One 4.2 Conflict Syrië 4.3 Samenwerkende hulporganisaties 4.4 Den Haag voor Liberia 4.5 Samenwerkende Kinderfondsen 5.Voorlichting en pleitbezorging 5.1 Voorlichting 5.2 Pleitbezorging 5.2.1 Symposium DCU 5.2.2 Symposium Fragiele statenbeleid 5.2.3 Belang van onderwijs 5.2.4 Syrië 5.2.5 Europe Group 5.2.6 C hildren’s Rights and Business Principles 5.3 In de pers 5.4 Vrijwilligers 6. Fondsenwerving 6.1 Institutionele Fondsenwerving 6.2 Nationale Postcode Loterij 6.3 Fondsenwerving particulieren 6.4 Fondsenwerving zakelijke markt 7. Organisatie 7.1 Internationale organisatie 7.2 Save the Children Nederland
46 46 48
64 66 66 67 68 68
8. Toezicht en bestuur
70 72 72 72 72 72 73 73 73 73 74 76 78 79 80 82 86 88 88
7.3 Personeelsbeleid 7.4 Monitoring en Evaluatie 7.5 Risico’s en gedragscodes
8.1 Raad van Toezicht 8.2 Directie 8.3 Verantwoordingsverklaring 8.3.1 Scheiding toezicht houden, besturen en uitvoeren 8.3.2 Effectiviteit en efficiency van bestedingen 8.3.3 Omgang met belanghebbenden
89 90 92 96 98 100 100 100 101 101
9. Financiën van de internationale organisatie 102 9.1 Internationale verslaglegging 9.2 Inkomsten en uitgaven afzonderlijke leden
104 105
4
voorwoord van de voorzitter
Voorwoord van de voorzitter
Save the Children is opgericht in 1919. Toen zag de wereld er nog heel anders uit. Voor de meeste mensen was die wereld niet groter dan het dorp of de stad waarin zij woonden. Hoe anders is dat nu. Alles en iedereen is met elkaar verbonden. We chatten net zo makkelijk met iemand uit Oeganda als met de buurman. We reizen de hele wereld af. Bedrijven organiseren hun activiteiten steeds meer op wereldwijde schaal. En landen die voorheen als ontwikkelingslanden werden gezien, zoals India, China en Brazilië, zijn nu opkomende economieën die hun vleugels uitslaan naar het Westen. De globasering is een feit. Er is dus veel veranderd. Maar veel ook niet. We voeren nog steeds oorlog. Er zijn nog steeds natuurrampen. En in sommige delen van de wereld lijden kinderen nog steeds honger, moeten ze op de vlucht slaan door oorlog, kunnen ze niet naar school, is er geen dokter in de buurt. Kinderarbeid en kindermisbruik zijn nog steeds niet uitgebannen. We vinden het onacceptabel dat er jaarlijks nog steeds 6,5 miljoen kinderen onder de 5 jaar sterven. We zetten ons in om dit cijfer verder terug te brengen. Met ons werk verbeteren we de leefomstandigheden van kinderen en we blijven onvermoeibaar vechten voor hun rechten. Syrië is het meest schrijnende voorbeeld van dit moment. In dit verslag treft u het verhaal van Waala, een zeventienjarig meisje dat door de oorlog haar land moest ontvluchten en nu in Jordanië woont. Maar ook in ons eigen land komt onrecht voor. Ook hier leven kinderen in armoede omdat hun ouders moeten rondkomen van een uitkering of in de schulden zitten. Ook hier zijn er kinderen die in asielzoekerscentra leven, of die het slachtoffer zijn van geweld. Save the Children is er voor álle kinderen, waar ook ter wereld. Wij bieden ze een veilige plek en zorgen ervoor dat ze zich kunnen ontwikkelen tot evenwichtige mensen. We zijn dan ook dankbaar dat zoveel mensen onze organisatie steunen. Al bijna honderd jaar lang. In dit jaarverslag vertellen we u graag wat we in 2013 hebben gedaan en hoe we dat hebben gedaan. In hoofdstuk acht vindt u de verantwoordingsverklaring van onze Raad van Toezicht. Rik van Slingelandt Voorzitter Raad van Toezicht
5
Verslag van de directie
6
Verslag van de Directie
Het kind op de foto hiernaast heeft het gered. Hij lacht, speelt, gaat naar school, plaagt zijn zusje, is ondeugend. Dit is een beeld wat ons allemaal vertedert, dit is hoe we een kind graag zien. Maar we zien ook heel veel andere beelden van kinderen. Broodmagere kinderen die honger lijden. Kinderen met kogelwonden. En kinderen die zijn overleden aan een ziekte die we in het Westen al lang kunnen genezen. Het zijn deze beelden die ‘schuren’, die op ons netvlies blijven staan, ons steeds weer raken. Omdat een kind eenvoudigweg niet hoort dood te gaan. Ieder kind dat onnodig sterft is er één te veel, en voor de betrokkenen én de samenleving een ramp. “Kinderen redden. Dat is wat we doen” is het motto waarmee Save the Children haar werk in Nederland onder de aandacht brengt. Every One In 2011 is Save the Children gestart met de grootschalige internationale campagne Every One om kindersterfte tegen te gaan. Toen overleden jaarlijks 7,6 miljoen kinderen voor hun vijfde levensjaar door ondervoeding en ziekten die makkelijk te voorkomen zijn. Eind 2013 waren we halverwege het meerjarenplan van deze campagne. In dat jaar overleden er nog 6,5 miljoen kinderen. Dat zijn ruim 1 miljoen kinderen minder dan in 2011. Dat is een fantastische stap vooruit en het motiveert ons enorm om door te gaan met deze campagne. Save the Children initieert programma’s en projecten die bijdragen aan het verbeteren van de levensomstandigheden van kinderen. We doen dit op de terreinen van gezondheidszorg, voeding en bescherming. We leiden bijvoorbeeld gezondheidswerkers op, zodat zij voortaan goede zorg kunnen geven aan dorpsgenoten. We ondersteunen lokale partners
en overheden en pleiten bij hen voor het naleven van de kinderrechten, waaronder het recht op een gezond leven. We zoeken op internationaal niveau de samenwerking met bedrijven zoals Unilever om de slagkracht van ons werk te vergroten. En, ‘last but not least’, bepleiten wij bij beleidsmakers, op nationaal en internationaal niveau, de belangen van kinderen. Zo publiceerden we het rapport ‘Superfood for Babies’, dat wereldwijd veel aandacht kreeg en waarin het belang van moedermelk voor de gezondheid van kinderen wordt onderbouwd. Dit inzicht, hoe vanzelfsprekend ook, kan op termijn vele kinderen het leven redden. Zo proberen we op basis van onze ‘Theory of Change’ concrete resultaten te behalen om de levensomstandigheden van kinderen te verbeteren. Conflict Syrië In 2013 vroegen twee noodsituaties onze aandacht. Het conflict in Syrië, dat in december al 1.000 dagen duurde, haalt bij het schrijven van dit verslag nog dagelijks het nieuws. De beelden zijn hartverscheurend; de onmacht om een eind te maken aan de gevechten en de wreedheden is verontrustend. Eind 2013 waren er meer dan 100.000 doden en een veelvoud aan gewonden te betreuren, onder wie heel veel kinderen. Miljoenen mensen zijn gevlucht, zowel in eigen land als naar de buurlanden. Save the Children biedt hulp in de buurlanden en in Syrië zelf. Vanuit Nederland steunen we de hulpverlening in Jordanië, waar eind 2013 bijna 100.000 vluchtelingen in het Za’atari kamp verbleven en een veelvoud daarvan buiten de kampen elders in Jordanië. De perspectieven op een spoedig einde van het conflict zijn uitermate somber. Intussen blijven wij steun zoeken voor de kinderen en hun ouders en doen we een dringend beroep op politici en beleidsmakers om een einde aan deze oorlog te maken.
Ramp Filippijnen Begin november raasde de tyfoon Haiyan over de Filippijnen. Vooral de eilanden Panay, Leyte en Samar werden ernstig getroffen en er vielen duizenden doden. Er was grote schade aan de infrastructuur en duizenden mensen raakten alles kwijt. Toch blijkt de bevolking met wat hulp van ons in staat om de boel weer op te bouwen. Mensen pakken met grote veerkracht hun dagelijks leven weer op, inmiddels ook wijzer geworden door ervaringen met eerdere natuurrampen. Voor zowel Syrië als de Filippijnen werd in Nederland een nationale actie gestart door de Samenwerkende Hulporganisaties (Giro 555). De verschillen in opbrengst – ruim € 5 miljoen voor Syrië en ruim € 36 miljoen voor de Filippijnen – maken duidelijk dat het publiek voor een natuurramp zoals in de Filippijnen beter te mobiliseren is dan voor een gewapend conflict.  Sinds enkele jaren vaart de politiek een nieuwe koers ten aanzien van ontwikkelingssamenwerking. In haar nota ‘Wat de wereld verdient: een nieuwe agenda voor hulp en handel….’ heeft Lilianne Ploumen, de Minister
7
voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, de nadruk gelegd op de samenhang van deze twee beleidsterreinen. Deze nieuwe koers bouwt voort op het voorgaande beleid, dat het rapport van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) ‘Minder pretentie meer ambitie’ als leidraad had. In het WRR-rapport werd het accent gelegd op sectoren waar Nederland sterk in is, zoals water, voedselvoorziening en landbouw. Het thema Onderwijs is in dit rapport een ondergeschoven ‘kindje’. In het nieuwe beleid concludeert de minister dat we in veel landen van een hulp- naar een handelsrelatie gaan. Die handelsrelatie is nu nog te veel op de ons omringende landen gericht. Het Ministerie gaat haar focus verbreden naar andere werelddelen. Dat biedt kansen aan ontwikkelingslanden, maar ook aan het bedrijfsleven dat handelt vanuit Nederland als economische macht, een “welbegrepen eigenbelang”, aldus de nota. Internationale samenwerking wordt in toenemende mate geplaatst in de context van grensoverschrijdende problematiek. Wel blijft er steun voor maatschappelijke organisaties, dit ingegeven door solidariteit.
Het belang van onderwijs Dit nieuwe beleid betekent dat de overheid en maatschappelijke organisaties zich anders tot elkaar gaan verhouden. Voor Save the Children Nederland volgt daaruit een gedwongen herijking van de prioriteiten. Waar onderwijs jarenlang een intensieve en gezamenlijke prioriteit was van onze organisatie en het Ministerie, blijkt de beleidsruimte voor dit thema nu te zijn geminimaliseerd. Desondanks blijven we aandacht vragen voor het thema onderwijs, juist ook omdat de minister met haar beleid de ontwikkeling van vrouwen en kinderen wil stimuleren. In onze optiek speelt onderwijs daarbij een niet te onderschatten rol. Met de ‘Global Coalition for Education’ zetten wij ons, samen met andere maatschappelijke organisaties, in voor meer beleidsruimte op dit vlak. Recent deden we dit nog met het ‘Education for All Monitoring’rapport dat een helder beeld geeft van het belang van goed onderwijs.
8
2015 en verder De minister heeft aangekondigd dat eind 2015, na afloop van de huidige periode van het Medefinancieringsstelsel, een nieuwe aanpak zal worden gekozen. Het Ministerie kiest voor samenwerking met strategische beleidspartners. Met die partners zal een intensieve relatie worden aangegaan. Het beleid zal daarbij meer op belangenbehartiging en beïnvloeding worden gericht. Save the Children anticipeert op deze nieuwe ontwikkelingen door nog actiever de samenwerking met het bedrijfsleven te zoeken. Vanuit onze rol als kinderrechtenorganisatie concentreren we ons op de rechtspositie van kinderen in een arbeidssituatie. Het kader hiervoor is geschetst in ‘Children’s Rights and Business Principles’, een gezamenlijke publicatie van Save the Children, Unicef en de United Nations Global Compact. Het hiervoor genoemde mondiale karakter van de problematiek heeft ook in onze organisatie de volle aandacht. Dit maakt dat wij ons bezinnen op onze rol in Nederland. De nieuwe koers van het kabinet en de reactie daarop van Save the Children Nederland is aan de orde gekomen in de midterm evaluatie van ons Strategisch Plan 2011-2015. Over de evaluatie en de bijstellingen van de strategie leest u meer in hoofdstuk 2. Onze internationale organisatie Eén organisatie In 2013 voltooiden we onze transitie van ‘losse’ veldkantoren van lidorganisaties tot één gezamenlijke werkorganisatie Save the Children. Hiermee is een belangrijke mijlpaal bereikt. Alle regiokantoren en landenkantoren zijn nu ondergebracht in het internationale netwerk van Save the Children. Dit gebeurde in een relatief korte periode van drie jaar, een prestatie waar we trots op zijn.
Verslag van de Directie
Fusie met Merlin Ook kwam in 2013 een fusie tot stand van Save the Children met het Engelse Merlin Medical Relief International. Merlin is een organisatie met een solide internationale reputatie op het gebied van gezondheidszorg in noodsituaties en in fragiele landen en heeft een jaaromzet van circa 60 miljoen Britse pond (2011). Hiermee hebben we onze uitvoeringskracht op medisch gebied nog verder versterkt. Beleidsbeïnvloeding Save the Children is in de nieuwe opzet een uitvoeringspartner met slagkracht. Maar dat niet alleen. We spelen ook een belangrijke rol op het terrein van nationale en internationale beleidsbeïnvloeding en voorlichting. We doen dit onder meer door middel van publicaties en rapporten. Zo publiceerden we verschillende internationale rapporten rondom onze campagne Every One en over de crisis in Syrië. Verder speelt Save the Children een rol in internationale bijeenkomsten en fora waar de belangen van kinderen aan de orde komen. Onze kantoren in New York, Brussel en Geneve behartigen de belangen van kinderen bij andere internationale organisaties. Groei voortgezet We hebben in 2013 de stijgende lijn van 2012 kunnen vasthouden. De inkomsten bedroegen bijna € 23 miljoen tegen € 21,4 in 2012. We hebben daarmee een groei van 7,1% bereikt, waarover we gezien de context zeer tevreden mogen zijn. De baten uit eigen fondsenwerving groeiden met 10% van € 4,1 naar € 4,5 miljoen. Onze groei bevindt zich daarmee op koers met de meerjarenplanning. In de uitvoering waren onze totale bestedingen € 22,1 miljoen (2012 € 21,2 miljoen), een groei van 4,3%.
De toename van € 0,9 miljoen heeft onder andere te maken met noodhulp bestedingen voor de Filippijnen. Een aanzienlijk deel van de SHO inkomsten voor de Filipijnen dat in 2013 nog niet besteed is, zal in 2014 worden besteed. In de introductie bij de jaarrekening is een verdere toelichting van de cijfers opgenomen. We staan de komende periode voor een grote uitdaging. De middelen die beschikbaar komen uit institutionele fondsen nemen in snel tempo af, terwijl de concurrentie toeneemt. Bij onze nationale en internationale plannen zullen we daarom, naast de post 2015 ontwikkelingsdoelstellingen, ook veel aandacht besteden aan deze nieuwe uitdagende context. Verantwoording Een sterke achterban is een belangrijke bouwsteen voor de organisatie. Die sterke achterban hebben we absoluut. Onze medewerkers en vrijwilligers ontplooien steeds nieuwe activiteiten voor en samen met scholen, bedrijven en particulieren. Het enthousiasme van al deze mensen en de maatschappelijke betrokkenheid van bedrijven is hartverwarmend.
van de programma’s soms meer tijd kostte. Tegenslagen in het veld waren er ook, bijvoorbeeld het oplaaiende conflict in Zuid-Soedan waardoor ons werk werd bemoeilijkt. In dit verslag leggen we daarover verantwoording af aan iedereen die zich betrokken voelt bij Save the Children, en vooral ook aan degenen die ons steunen. We danken onze donateurs, onze institutionele donoren, bedrijven, fondsen en stichtingen. We danken ook onze vrijwilligers, onze medewerkers in het veld en iedereen in Nederland die zich met zoveel passie inzetten voor Save the Children. Met zoveel steun kijken we met vertrouwen naar de toekomst. Holke Wierema Directeur
In 2013 groeide het aantal donateurs dat onze organisatie op regelmatige basis steunt van 50.700 tot 61.600. Ook onze organisatie is gegroeid in de loop der jaren. In 2000 waren we nog met een handjevol mensen. Inmiddels zijn we een hecht en sterk team van 40 medewerkers (32,2 fte). Vanzelfsprekend gingen er ook dingen minder voorspoedig. De integratie van Save the Children Nederland in de internationale organisatie vergde meer tijd en inspanning dan voorzien, waardoor de uitvoering
9
hoofdstuk 1 identiteit
10
Verslag van de Directie
11
De identiteit van de internationale Save the Children Association is gebaseerd op de volgende gezamenlijke uitgangspunten.
1.1 Visie
“Een wereld waarin ieder kind recht heeft op leven, bescherming, ontplooiing en participatie.” Kinderen horen niet in de knel, in een crisis, oorlog, ramp, of in armoede te verkeren. Kinderen moeten kind kunnen zijn zonder ‘volwassen’ zorgen over zaken als een dak boven het hoofd, een maaltijd, schoon drinkwater of medicijnen. Kinderen moeten erop kunnen vertrouwen dat de toekomst hen iets te bieden heeft. In onze visie mag de plek waar kinderen geboren worden, geen invloed hebben op de kansen die ze krijgen. In een rechtvaardige wereld heeft ieder kind gelijke kansen. Een kind moet zich veilig kunnen voelen. Een kind moet kunnen leren lezen en schrijven. Een kind moet de kans krijgen om uit de cirkel van armoede, honger, geweld, ziekte en hopeloosheid te stappen. Wij geloven in de kracht en wilskracht van kinderen. Ook in de moeilijkste omstandigheden zijn ze vaak sterk en creatief. En zij kunnen en willen meedoen om hun situatie te verbeteren.
12
1.2 Missie
“Doorbraken bewerkstelligen in de manier waarop de wereld omgaat met kinderen en directe, blijvende veranderingen in het leven van kinderen tot stand brengen.” Ons dagelijks werk richt zich op het redden van kinderlevens, op het vechten voor hun rechten en op het helpen van kinderen bij het groeien. Dit doen we op alle plekken waar dat nodig is. Wij willen structurele oplossingen realiseren voor kinderen die zich in moeilijke situaties bevinden. Wij komen snel in actie om in acute situaties ervoor te zorgen dat kinderen niet in gevaar komen. Om gebruik te kunnen maken van hun eigen potentieel, hebben kinderen perspectief nodig. Zij moeten weten dat hun hoop op en dromen over een betere toekomst niet voor niets zijn. Daar werken we aan.
1.3 Waarden Verantwoording We doen onze uiterste best meetbare resultaten te behalen en rekenschap daarover af te leggen aan onze achterban en partners en bovenal aan de kinderen. Ambitie We stellen hoge eisen aan onszelf en aan onze collega’s, we zijn ambitieus in onze doelstellingen en we doen er alles aan om de kwaliteit van ons werk voor kinderen te verbeteren.
Gelijkwaardig We respecteren en waarderen iedereen, we zien onze diversiteit als een voordeel en we werken met partners om – met een wereldwijde bundeling van krachten – daadwerkelijk een verschil te maken voor kinderen. Creativiteit We staan open voor nieuwe ideeën, we grijpen kansen voor verandering aan en we nemen verantwoorde risico’s om te komen tot duurzame oplossingen voor en met kinderen. Integriteit We streven ernaar te voldoen aan de hoogste maatstaven wat betreft eerlijkheid en gedrag; we doen niets wat onze goede naam kan schaden en we handelen altijd in het belang van kinderen.
1.4 Theory of Change De leidraad in ons werk is onze Theory of Change. Wij geloven in het onmogelijke mogelijk maken, in een wereld waar alle kinderen gelijke kansen hebben. Daar vechten we ook voor. We doen dit door:
• kinderen een stem te geven. We komen op voor de
rechten van kinderen, speciaal voor kinderen die leven in de moeilijkste omstandigheden. • te innoveren. We ontwikkelen goede en praktisch toepasbare oplossingen voor problemen waarmee kinderen te maken hebben. • samen te werken. We werken samen met kinderen, maatschappelijke organisaties, (lokale) gemeenschappen, overheden en de private sector om kennis te delen en elkaars capaciteit te versterken.
1. Identiteit
• op grote schaal resultaten te behalen. We staan ga-
rant voor kwaliteitsprogramma’s en een goed beleid voor kinderen. We wenden onze kennis aan voor het bewerkstelligen van duurzame resultaten op grote schaal.
1.5 Oorsprong De geschiedenis van Save the Children gaat terug tot 1919. In dat jaar richtte Eglantyne Jebb in Engeland Save the Children op. Zij was onder de indruk geraakt van de rampzalige gevolgen die de Eerste Wereldoorlog voor mensen had. Vooral het lijden van kinderen trof haar diep. “Het zijn de kinderen die de hoogste prijs betalen voor onze kortzichtige economische politiek, voor onze politieke blunders, voor onze oorlogen”, is een confronterende, maar nog steeds actuele uitspraak van Eglantyne Jebb. Ze vond dat er iets moest gebeuren. De door haar opgerichte organisatie groeide uit tot ’s werelds grootste onafhankelijke organisatie op het gebied van kinderrechten. Waar de focus aanvankelijk lag op oorlogsslachtoffers, werd later gewerkt voor álle kinderen in behoeftige omstandigheden. Eglantyne Jebb stelde daartoe persoonlijk een handvest voor de Rechten van het Kind op. Dit handvest vormde de basis voor het in 1989 door de Verenigde Naties aangenomen Verdrag inzake de Rechten van het Kind. Dit Verdrag is nog steeds de grondslag voor ons werk. Het is door Nederland geratificeerd en verankerd in de statuten van Save the Children Nederland.
Jebb was. De organisatie is actief in maar liefst 120 landen. 29 leden zijn bij de internationale federatie aangesloten. In 1981 werd Save the Children Nederland opgericht. Aanvankelijk werd gewerkt onder de naam Redt de Kinderen. Stichting Redt de Kinderen trad in1988 toe tot de internationale federatie van Save the Children organisaties en draagt sinds 1993 de internationale naam.
1.6 Naam en doelstelling In Nederland is Save the Children geregistreerd onder de naam Stichting Save the Children Nederland. In de dagelijkse praktijk wordt de naam Save the Children gevoerd. De Stichting zetelt in Den Haag. Statutaire doelstelling Het verbeteren van de leefomstandigheden en toekomstperspectieven van kinderen en jongeren in moeilijke omstandigheden, waar ook ter wereld, ongeacht geslacht, ras, nationaliteit, geloof of politieke gezindheid, alsmede het verrichten van onderzoek en het uitvoeren van voorlichting en pleitbezorgingsactiviteiten ten behoeve van kinderen en jongeren in moeilijke omstandigheden. Save the Children committeert zich aan twee belangrijke uitgangspunten voor het realiseren van de statutaire doelstelling. Allereerst het Internationaal Verdrag inzake de Rechten van het Kind. En ten tweede de Millenniumdoelen.
Het Internationaal Verdrag inzake de Rechten van het Kind Wij onderschrijven het belang van deze rechten. Niet alleen vanuit een gevoel van morele verplichting ten opzichte van hulpbehoevende kinderen, maar vooral vanuit de idee dat kinderen recht hebben op een perspectiefrijk bestaan en daarin zelf actief kunnen handelen. Het Verdrag is verankerd in onze statuten. Save the Children focust het beleid op het in praktijk brengen van drie basisrechten: het recht op onderwijs, het recht op gezondheidszorg en het recht op bescherming tegen uitbuiting en geweld. De Millenniumdoelen De Millenniumdoelen zijn in internationaal verband vastgesteld. In het jaar 2000 hebben regeringsleiders van 189 landen afgesproken om vóór 2015 een aantal belangrijke wereldproblemen aan te pakken. Save the Children levert via haar programma’s een bijdrage aan het realiseren van de Millenniumdoelen: 1. De armoede halveren en de hongersnood verminderen. 2. Ieder kind naar school. 3. Mannen en vrouwen gelijkwaardig. 4. Minder kindersterfte. 5. Verbetering van de gezondheid van moeders. 6. Bestrijding van hiv/aids, malaria en andere dodelijke ziektes. 7. Bescherming van het milieu, iedereen schoon drinkwater en minder mensen in sloppenwijken. 8. Het ontwikkelen van een wereldwijde samenwerking voor ontwikkeling.
Save the Children werkt nog steeds in de geest van de bijzondere en daadkrachtige vrouw die Eglantyne
13
hoofdstuk 2 STRATEGIE
14
Verslaginhoudsopgave van de Directie
15
Save the Children verleent noodhulp na een ramp of een crisis. Verder ondersteunen we bij de wederopbouw van basisvoorzieningen, bijvoorbeeld na een oorlog of een natuurramp. En ten derde verlenen we ondersteuning die gericht is op duurzame verandering in een land. We richten ons daarbij op het verminderen van de armoede en het verbeteren van de sociaaleconomische structuur. De programma’s van Save the Children komen zoveel mogelijk tot stand in samenwerking met kinderen en hun directe omgeving. Alleen zo kan ons werk optimaal aansluiten bij de lokale behoeftes en kunnen we mensen motiveren met ons mee te werken. En alleen zo kunnen we de situatie in een land duurzaam verbeteren.
2.1 internationale Strategie 2010-2015 Onze strategie is erop gericht om wereldwijd steeds meer kinderen te bereiken en hun kansen op een goede toekomst te vergroten. Bijgaand een overzicht van de internationale strategie, met daarin de zeven ‘global initiatives’: a
Nieuw te ontwikkelen gebieden/ innovatie
a
• Informeel onderwijs en andere activiteiten voor adolescenten • Basisonderwijs in de steden
d
• Kinderarbeid • Voorkomen van lijfstraffen en andere vernederende straffen
e
• Risicobeperking bij rampen
g
• Garanderen van toegang tot goede voeding en voorkomen van ondervoeding
a
• Voortgezet onderwijs
b
• Gezondheid van adolescenten
d
• Schadelijke traditionele praktijken • Kinderhandel
e
Onderwijs
b1 Gezondheid b2 Voeding
16
20%
• Beheer in vluchtelingenkampen • Constructie van huizen na rampen
c
Goed bestuur ten bate van kinderen
Incidentele activiteiten
d
Kinderbescherming
Afhankelijk van de behoeften en mogelijkheden
e
Noodhulp
f
hiv/aids
g
Levensonderhoud
%
5%
Hoe we de wereldwijde uitgaven inzetten
Kernelementen van de strategie
65%
waarop onze programma’s, campagnes en fondsenwerving zijn gericht
a
• Basisonderwijs: – In conflictgebieden – In fragiele staten en arme landen • Voorschools onderwijs en ontwikkeling van jonge kinderen
d
• Beschermen en voorkomen van geweld tegen: –K inderen zonder goede zorg –K inderen getroffen door gewapend conflictdevelopment
b1
• Gezondheid van moeders en pasgeborenen • Gezondheid van kinderen
e
• Coördinatie hulpoperaties • Kinderbescherming • Onderwijs • Gezondheid en voeding voor kinderen
b2
• Voeding voor pasgeborenen en kleine kinderen • Voorkomen van ondervoeding bij kinderen
f
• Steun voor kinderen zonder goede zorg • Preventie van hiv/aids
c
• Toezicht houden op naleving van het Internationaal Verdrag inzake de Rechten van het Kind (IVRK) • Versterken van nationale systemen op het gebied van kinderbescherming, bewustwording en capaciteitsopbouw
a
• Basisonderwijs voor etnische minderheden • Basisonderwijs in ontwikkelings- en overgangslanden
d
• Kinderen in aanraking met de wet • Seksuele uitbuiting en misbruik van kinderen
e
• Onderdak en materiële hulp na rampen
f
• Zorg voor kinderen besmet met hiv/aids • Preventie van moeder-op-kind besmetting
Behouden en uitbouwen van deskundigheid
10%
2. strategie
Internationale resultaten In 2012 bereikte Save the Children wereldwijd 125 miljoen kinderen, waarvan 45 miljoen kinderen direct in 120 landen. Deze en andere gegevens staan op de internationale website http://www.savethechildren. net/. De cijfers voor 2013 komen daar in mei 2014 beschikbaar. Wereldwijd verleende Save the Children in 2013 noodhulp in 119 verschillende operaties in 48 landen. Daarmee bereikten we ruim 7 miljoen mensen, onder wie 3.371.769 kinderen. Save the Children is en blijft daarmee een belangrijke humanitaire organisatie. In 2015 willen we fondsen verwerven ter waarde van twee miljard US-dollar (in hoofdstuk 9 meer over de cijfers van onze internationale organisatie).
2.2 Strategie Nederland 2011-2015 Wij dragen met onze activiteiten bij aan het realiseren van de gezamenlijke internationale Save the Children strategie. In Nederland focussen we ons daarbij op de thema’s onderwijs, gezondheidszorg en bescherming. Tegelijkertijd hebben we een open blik voor nieuwe ontwikkelingen op nationaal en internationaal niveau. Verderop in dit hoofdstuk leest u hoe wij op deze ontwikkelingen anticiperen. Thema’s Onderwijs Onderwijs is onmisbaar om kinderen de kans te geven een eigen bestaan op te bouwen en te groeien naar zelfredzaamheid. Op school leren de kinderen lezen, schrijven en rekenen, maar ze leren er ook over onderwerpen als vrede, respect en verdraagzaamheid. Onderwijs geeft dus niet alleen een individueel kind
een toekomst, maar draagt ook bij aan de toekomst van een land. Vandaar dat onderwijs een speerpunt is van Save the Children. Gezondheidszorg Het voorkomen van kinder- en moedersterfte is een kernactiviteit van Save the Children. Wij helpen kinderen de eerste jaren van hun leven te overleven door te zorgen voor goede medische zorg, (seksuele) voorlichting en gezonde voeding. Vanaf 2013 richt onze aandacht zich met name op de (lokale) productie van kwalitatieve voeding. Hiermee dragen we bij aan het realiseren van meer wereldwijde voedselzekerheid. Bescherming Chronische armoede, onveiligheid, machtsongelijkheid en schadelijke traditionele gebruiken liggen vaak ten grondslag aan geweld tegen en uitbuiting van kinderen. Save the Children besteedt aan deze onderliggende oorzaken veel aandacht in de programma’s. Wij lichten kinderen voor over hun rechten en ondersteunen hen bij het claimen ervan. Ook lobbyen we bij (inter)nationale overheden om de rechten van kinderen actief te respecteren. 2.2.1 Resultaten 2013 Hier vindt u de belangrijkste resultaten van 2013 op basis van onze strategische prioriteiten 2011-2015. Prioriteit 1. Groei van inkomsten Nadruk leggen op groei van de particuliere fondsenwerving en daarbinnen op de vrij te besteden gelden. Resultaat • De totale inkomsten stegen van € 21,4 miljoen in 2012 naar € 23,0 miljoen in 2013. Een groei van 7,1% en boven de doelstelling van € 21,9 miljoen.
De particuliere fondsenwerving steeg van € 4,1 miljoen in 2012 naar € 4,5 miljoen in 2013. Een groei van 10% en daarmee iets boven de doelstelling. • Deze groei is iets hoger dan in de meerjarenstrategie. Toelichting Een uitgebreide toelichting op onze resultatencijfers, zowel de inkomsten als de uitgaven, is opgenomen in de toelichting bij de jaarrekening. Voor onze Meerjarenraming verwijzen wij u de ‘Toelichting op de resultaten’ in de jaarrekening. Children’s Rights and Business Principles Iedereen verafschuwt kinderarbeid. En geen enkel bedrijf wil ermee geassocieerd worden. Toch gebeurt het nog steeds dat kinderen onder erbarmelijke omstandigheden moeten werken. Save the Children, Unicef en United Nations Global Compact hebben nu gezamenlijk een aantal praktische richtlijnen voor een ‘kindvriendelijke’ bedrijfsstrategie opgesteld. De richtlijnen geven aan hoe bedrijven in hun beleidsplan, op de werkvloer en in hun marketinguitingen de kinderrechten kunnen respecteren en naleven. Save the Children geeft advies over het doorlichten van de bedrijfsstrategie en over te nemen maatregelen. Daarnaast probeert Save the Children door beïnvloeding bij overheid en politiek de Children’s Rights and Business Principles opgenomen te krijgen in het beleid over (internationaal) maatschappelijk verantwoord ondernemen.
17
Baten 2013 per inkomstenbron 3% 5%
4% 0%
1% 20%
9%
4% 48%
6%
Eigen fondsenwerving Gezamelijke acties Acties van derden Min. BuZa - structureel Min. BuZa - wederopbouw Min. BuZa – noodhulp CIDA/AUSAID EU – structureel EU – noodhulp Beleggingen
Prioriteit 2. Een herkenbare positionering Meer draagvlak creëren en meer naamsbekendheid genereren. Resultaat • Naamsbekendheid: volgens de Charibarometer steeg onze naamsbekendheid van 15% in 2012 tot 19% in 2013 met een waardering die daalde van 53 tot 48. • Mediabereik: 41 miljoen hits ten opzichte van 34 miljoen in 2012. Dit laatste leidde tot een totale mediawaarde van € 2.650.988,-. Prioriteit 3. Professionaliseren van de bedrijfsvoering De bedrijfsvoering verder versterken met een deskundige staf. Resultaat • Onze bedrijfsvoering en interne systemen zijn aangepast op het functioneren binnen de internationale organisatie, waarmee de transitie is voltooid. • Opnieuw ISO-gecertificeerd tot 2016.
18
• Database-monitoring heeft geleid tot meer
en beter inzicht in de voortgang van onze programma’s. In 2013 voerden wij 7 externe evaluaties uit.
De gelden voor noodhulp, wederopbouw en structurele hulp werden als volgt verdeeld: Verstrekte subsidies per type programma in 2013
Prioriteit 4. Focus van het programmabeleid Het programmabeleid en het fondsenwervingsbeleid zodanig op elkaar laten aansluiten dat de organisatie tot een optimale verhouding tussen institutionele en eigen middelen komt. Resultaat Het grootste deel van ons werk vindt plaats in tien kernlanden. Daarnaast voeren wij incidenteel programma’s uit in andere landen. Verder verleggen we onze focus op thematisch gebied onder invloed van politieke en maatschappelijke ontwikkelingen. Zo richten we ons sinds enige tijd op het thema Seksuele en Reproductieve Gezondheid en Rechten (SRGR). In Jemen startten we op dit gebied een programma. Onder het thema Gezondheid leggen wij meer nadruk op voedsel(zekerheid). Dit laatste kreeg onder meer vorm door de financiering voor programma’s in Indonesië en Mozambique. Toelichting Noodhulp: door onze activiteiten in Syrië en de Filippijnen steeg het aandeel noodhulp. Wederopbouw: nog steeds het grootste deel van onze programmaportefeuille. De focus lag ook in 2013 op fragiele staten. Werken in fragiele staten betekent dat de voortgang van onze programma’s onder druk kan komen te staan. Zo legde de burgeroorlog in Zuid-Soedan, die eind 2013 uitbrak, het programma stil. Onderwijs: dit onderdeel van onze portefeuille wordt noodgedwongen minder. In 2012 maakte onderwijs nog 60% van onze omzet uit. In 2013 zakte dit naar 52% en de komende jaren zal dit verder dalen.
14%
21% 65%
Wederopbouw Structureel Noodhulp
In het volgende diagram is de verdeling van de gelden over de thema’s onderwijs, bescherming en gezondheidszorg te zien. Daarnaast werden gelden beschikbaar gesteld voor diverse andere activiteiten zoals levensonderhoud en onderdak. Verstrekte subsidies per thema in 2013 21% 52%
12%
15%
Onderwijs Gezondheidszorg Bescherming Overig
2. strategie
De gelden werden als volgt over de regio’s verdeeld: Verstrekte subsidies per regio in 2013 2%
13% 32%
53%
Afrika Azië M-Oosten en Eurazië Latijns Amerika
Prioriteit 5. Samenwerkingsverbanden versterken Nieuwe strategische en/of innovatieve samenwerkingsverbanden duurzaam onderhouden om de effectiviteit van deze coalities te vergroten. Resultaat In 2013 maakten wij deel uit van twee samenwerkingsverbanden. Wij sloten in dit verslagjaar het Dutch Consortium for Uruzgan programma (DCU) af. Het Dutch Consortium for Rehabilitation (DCR) loopt nog tot en met 2015 (zie hoofdstuk 3). Samenwerken betekent kennisuitwisseling, een brede aanpak en een grotere kans op slagen van het programma. Zie ook: www.dutchconsortiumuruzgan.nl en www.dcr-africa.org. Prioriteit 6. Een actieve rol vervullen binnen Save the Children International Een wezenlijke bijdrage leveren aan de internationale campagnes van Save the Children International en deze campagnes op een spraakmakende manier onder de aandacht brengen van het Nederlandse publiek.
Resultaat In 2013 werkten wij in internationaal verband aan de campagne Every One, gericht op het uitbannen van kindersterfte. Ook voerden we campagne voor Syrische (vluchtelingen-) kinderen. In hoofdstuk 4 leest u meer. 2.2.2 Midterm evaluatie Meerjaren Strategisch Plan In 2013 was Save the Children Nederland halverwege de termijn van ons Strategisch Plan 2011 - 2015. En dus was het tijd voor een evaluatie. Met de SWOTanalyse (zie hiervoor ons Jaarverslag 2012 op onze website) als leidraad, onderscheidden we in deze evaluatie drie niveau’s: • Save the Children: de transitie van de internationale organisatie • Internationaal: de opkomst van nieuwe economieën en de nieuwe rol van ontwikkelingsorganisaties • Nederland: de nieuwe visie op ontwikkelingssamenwerking De evaluatie leidde tot het bijstellen en aanscherpen van ons beleid. Hieronder vindt u eerst de doelen van de internationale organisatie, die wij uiteraard onderschrijven. Daarna volgen de doelen van Save the Children Nederland, voortvloeiend uit de politieke en economische ontwikkelingen in ons land.
2.3 Toekomstvisie internationale organisatie Groei Save the Children International streeft ernaar om dé humanitaire organisatie voor kinderen te zijn. We doen dit onder meer door fusies met andere organi-
saties als Merlin, gespecialiseerd in gezondheidszorg in noodsituaties. Merlin sloot zich in 2013 bij Save the Children aan. Kernprogramma’s We gaan acht kernprogramma’s vormgeven op basis van onze Theory of Change. Dit houdt in dat het programma grootschalig is en dat pleitbezorging daarin een belangrijk element vormt. Wij zullen de stem van kinderen laten horen op zowel lokaal, nationaal als internationaal beleidsniveau. In 2014 wordt een nieuw Monitoring, Evaluation, Accountability and Learning’ (MEAL)-systeem in vijftien landen geïntroduceerd, waarna het in 2015 naar alle landen zal worden uitgerold. Landenprogramma’s De landenprogramma’s worden versterkt op het gebied van kindveiligheid, antifraudebeleid, financiën, ‘award management’ en logistiek. ‘Watchdog’ De rol van ‘watchdog’ wordt versterkt door in dertien landen (Afghanistan, Bangladesh, Pakistan, Indonesië, Kenia, DRC, Nigeria, Ethiopië, Sierra Leone, India, Zuid-Afrika, China en Brazilië) de activiteiten op het gebied van pleitbezorging en campagne voeren uit te breiden. Millenniumdoelen 2015 is het laatste jaar van de Millenniumdoelen. Een nieuwe set Millenniumdoelen is ‘in de maak’. Deze doelen worden samengevoegd met de ‘Sustainable Development Goals’, gericht op duurzame ontwikkeling en publieke goederen als klimaat, grondstoffen, landrechten. Save the Children heeft haar visie op de toekomst vastgelegd in haar visiestuk ‘Ending poverty
19
in our next generation’ en went haar invloed aan om de specifieke focus op kinderen bij de definitieve vaststelling van de Millenniumdoelen door de Verenigde Naties goed te waarborgen. Fondsenwerving Inzet op het verkrijgen van vrije middelen tot 20% van het totaal blijft onverminderd belangrijk. Fondsenwerving in nieuwe opkomende economieën als Brazilië, Colombia en de Filippijnen bieden daartoe mogelijkheden. Geen glazen plafond We streven naar een meer evenwichtige verdeling van het leiderschap door meer vrouwen en meer mensen vanuit de zuidelijke landen aan te stellen. Regio’s en focuslanden Zuid en Centraal- Azië Afghanistan, Pakistan, Tadzjikistan/Kirgizië Zuidoost en Oost-Azië India Midden-Oosten en Oost-Europa Syrië (inclusief Jordanië) Latijns-Amerika en het Caraïbisch gebied Haïti West- en Centraal-Afrika Liberia, Democratische Republiek Congo Oost-Afrika Oeganda, Zuid-Soedan
20
2.4 Toekomstvisie Nederland Nieuwe thema’s In de nota ‘Wat de wereld verdient….’ van de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking is de verandering in het denken over ontwikkelingssamenwerking zichtbaar. Naast hulp krijgt handel meer gewicht. Er ligt meer nadruk op de economische sectoren en minder op de sociale sectoren, zoals onderwijs en gezondheidszorg, waar Save the Children sterk in is. In toenemende mate is het daardoor moeilijk om fondsen voor deze in onze ogen zo belangrijke sectoren te vinden. Tegelijkertijd moeten we constateren dat de fondsen die vanuit de Nederlandse overheid beschikbaar zijn fors minder gaan worden. De verwachting is dat de beschikbare middelen zowel in Nederland als in Europa verder zullen afnemen. We zullen ons richten op de sectoren waarop de overheid de prioriteit legt. Naast onze kernthema’s onderwijs, gezondheid en bescherming, gaan we ons daarom verder specialiseren op de thema’s voedsel en voedselzekerheid, Seksuele Reproductieve Gezondheid en Rechten en vrede en veiligheid. De voor ons zo belangrijke inzet op onderwijs is vanuit deze fondsen steeds moeilijker. We zetten voor onze onderwijsprogramma’s dan ook vooral in op particuliere fondsenwerving. Partnerschap met de overheid In Nederland krijgen we na 2015 te maken met het nieuwe subsidiestelsel voor maatschappelijke organisaties van de Nederlandse overheid. De minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking zal met een aantal maatschappelijke organisaties een strategisch partnerschap aangaan, waarbij de nadruk ligt op de rol van deze organisaties als ‘watch dog’.
Als internationale organisatie die opkomt voor de rechten van kinderen, vinden wij dit een interessante ontwikkeling. Een ontwikkeling die recht doet aan onze rol van kritisch volger en belangenbehartiger. Wij vertrouwen erop dat we na 2015, als er een einde is gekomen aan de looptijd van de tweede fase van het Medefinancieringsstelsel (MFS2), onze relatie met de Nederlandse overheid kunnen voortzetten in een strategisch partnerschap. Kinderrechten in Nederland Ook in Nederland zijn veel kwetsbare kinderen die een steuntje in de rug goed kunnen gebruiken. Als kinderrechtenorganisatie willen we ook voor deze kinderen iets betekenen. Deze keus past bij de veranderende ontwikkelingen in de wereld. De traditionele ontwikkelingssamenwerking verdwijnt. Veranderende (economische) verhoudingen in de wereld vragen om een nieuwe aanpak. In Nederland staan steeds meer mensen onder druk door toenemende armoede, werkloosheid en uitsluiting. Voor kinderen hebben deze ontwikkelingen gevolgen voor hun kansen op een goede toekomst. Ook voor deze kinderen kan Save the Children iets betekenen. Door dit werkveld te betreden sluiten wij ons aan bij de traditie van alle andere Save the Childrenleden die ook een zogenaamd ‘binnenlandprogramma’ hebben en daaruit ook vaak zijn ontstaan. Ondersteunen zuidelijke partners Vanaf 2014 gaan we nog intensiever samenwerken met onze zuidelijke Save the Children leden. In India, Mexico, Brazilië en Zuid-Afrika zijn de zelfstandige Save the Children leden uitgegroeid tot sterke maatschappelijke organisaties die in eigen land grote programma’s uitvoeren en die met name onder de opkomende middenklasse in hun land
2. strategie
draagvlak hebben gecreëerd. Zij zijn daarbij belangrijke spelers bij het beïnvloeden van beleid en wetgeving ten gunste van kinderen en kinderrechten in hun land. Save the Children Nederland zet in op samenwerking met deze collega-organisaties. Financiën Wij zetten in op een koers waarbij onze inkomsten in 2014 € 26,5 miljoen bedragen. Voor de meerjarenbegroting inclusief de verwachte inkomsten, geplande besteding van middelen, het kostenpercentage voor fondsenwerving en beheer en administratie en hoe wij omgaan met financiële reserves, verwijzen we naar de jaarrekening. Fondsenwerving We hebben de Meerjarenraming bijgesteld aan het gewijzigd subsidieklimaat en gaan nog meer inzetten op particuliere fondsenwerving en het verkrijgen van vrij besteedbare middelen. De groei van vrije middelen houdt tot nu toe geen gelijke tred met de groei van de geoormerkte gelden. Partnerschap met bedrijven We blijven inzetten op particuliere fondsenwerving. Bedrijven kunnen kiezen uit het steunen van onze organisatie of het sponsoren van één van onze bestaande programma’s. Maar wij ontwikkelen ook nieuwe programma’s, zoals ‘Children’s Rights and Business Principles’ (pagina 17), die we gaan inzetten voor het vormen van strategische partnerschappen. Onder strategisch partnerschap verstaan we een samenwerking die verder gaat dan alleen het doneren van geld. We zoeken bedrijven met wie we een gemeenschappelijk doel kunnen realiseren. Denk bijvoorbeeld aan een bedrijf en een kennisinstelling die samen met ons een programma willen
opzetten om ondervoeding bij kinderen tegen te gaan, eventueel in samenwerking met de overheid. Efficiency De transitie van een associatie van onafhankelijke lidorganisaties naar één Save the Children International is in 2013 voltooid. Na een periode van investeren breekt nu een periode van oogsten aan. Save the Children Nederland gaat de slagkracht van de internationale organisatie nog meer benutten door gebruik te maken van de (technische) expertise, materialen en campagnes en door bedrijfsprocessen en informatiesystemen te stroomlijnen. We willen effectiever en efficiënter zijn en focussen daarom in 2014 op onze IT-projecten, het ‘award management’ en het transparanter maken van onze financiële data.
2.5 Impact van ons werk Impact gaat over daadwerkelijke veranderingen in het leven van onze doelgroep, kinderen. De achterliggende krachten van impact zijn niet altijd gemakkelijk meetbaar. Positieve of negatieve veranderingen zijn natuurlijk niet altijd één op één aan onze inspanningen toe te wijzen. De resultaten van ons werk worden beïnvloed door de veranderingen in de context waarin wij werken en door de vele activiteiten en inspanningen van andere organisaties en instellingen. Dit geldt zeker voor ons werk in fragiele staten, waar onze programma’s en activiteiten regelmatig worden bemoeilijkt door onverwachte gebeurtenissen.
brengen. Dit gaat verder dan het simpel meten van het aantal kinderen dat we hebben bereikt, hoeveel leraren of gezondheidswerkers we hebben opgeleid. Zo trainen we in een land een aantal leraren (output), waardoor er meer kinderen beter onderwijs hebben ontvangen (outcome). Een mooi resultaat. Maar waar het echt om gaat, is dat kinderen hierdoor een betere kans op een baan hebben gekregen, beter voor zichzelf kunnen opkomen en meer zeggenschap over hun eigen leven hebben gekregen (impact). Hoewel die impact op de lange termijn moeilijk en alleen met ingewikkelde en kostbare evaluatiemethoden te meten is, zien we in de dagelijkse praktijk wel degelijk de grote betekenis van die programma’s voor de levens van kinderen en hun families. Voor vele duizenden kinderen maakt ons werk een groot verschil. Zij kunnen dankzij de programma’s gezond eten, naar school, genezen van ziekten, veilig opgroeien en leren wat hun rechten zijn. Dat is ook impact. Wij zijn ervan overtuigd dat al deze effecten hun kansen op een positieve toekomst aanzienlijk doen toenemen.
Door de impact te beschrijven maken we duidelijk wat de belangrijke veranderingen zijn die mede door het werk van Save the Children tot stand komen en die blijvende veranderingen in het leven van kinderen
21
hoofdstuk 3 PROGRAMMA’s
22
Verslag van 2. destrategie Directie
23
Met steun vanuit Nederland maakten onze programma’s het verschil voor het leven van 399.000 kinderen. Ze ontvingen voedselhulp, gingen naar school, kregen een veilige omgeving aangeboden, of konden naar het ziekenhuis. Voor 1.022.600 kinderen verbeterden de levensomstandigheden indirect, bijvoorbeeld doordat hun moeders voorlichting kregen over hygiëne of gezonde voeding; hun leraren beter toegerust zijn voor hun werk; hun school aardbevingsbestendig werd of hun ouders meededen aan programma’s die hun economische situatie verbeterden.
LIBERIA
Op de volgende pagina’s geven we een selectie weer van onze programma’s. In de beschrijvingen geven we de resultaten die behaald zijn gedurende het verslagjaar, terwijl het doel en het budget gebaseerd zijn op de volledige looptijd van het programma van vaak meerdere jaren. In hoofdstuk 3 vindt u een compleet overzicht van onze programma’s en de resultaten in 2013. Daar leest u hoeveel kinderen we met elk van onze programma’s bereikt hebben, en hoe we dat hebben aangepakt.
MEXICo
24
3. Programma’s AFGANISTAN
Filipijnen
PAKISTAN
OEGANDA
25
3.1 Azië
26
3. Programma’s
3.1.1 AFGHANISTAN Save the Children speelde een sleutelrol in het Dutch Consortium for Uruzgan (DCU). Het DCU was een samenwerkingsverband van Save the Children, Cordaid, Dutch Committee for Afghanistan - Veterinary Programmes (DCA-VET), HealthNet TPO en ZOA. Het DCU werkte sinds 2006 in Uruzgan aan (weder)opbouw. Save the Children coördineerde alle activiteiten en beheerde het gezamenlijk kantoor in Tarin Kowt. Begin april 2013 hield het consortium op te bestaan. Er was geen politiek draagvlak meer voor Nederlandse hulp aan Afghanistan en de financiering werd stopgezet. Ondanks beëindiging van het programma is er veel bereikt. Vaak onder zeer moeilijke omstandigheden. De bevolking van Uruzgan heeft alle geboden kansen voor ontwikkeling gretig omarmd. Er was dan ook een enorme toename van handel en kleine bedrijfjes. Meisjes grepen steeds meer hun kans om naar school te gaan, en overheidsambtenaren namen graag deel aan de aangeboden trainingen. Hier volgt een beschrijving van dit programma, voor zover dit het aandeel van Save the Children betreft. De resultaten van de andere DCU-partners vindt u in hun respectievelijke jaarverslagen. Betere basisvoorzieningen en capaciteitsopbouw in Uruzgan Programma Thema: Onderwijs, bescherming en gezondheidszorg Looptijd: 1 april 2009 – 31 maart 2013 Budget: € 4.808.411,Financieringsbron: Nederlandse ambassade in Kabul, Afghanistan Doel Basisvoorzieningen realiseren op het gebied van
gezondheidszorg, sociaal maatschappelijk werk, landbouw, drinkwatervoorzieningen, capaciteitsopbouw en veterinaire zorg. Doelgroep 152.000 mensen in Uruzgan. Aanpak Verdeling taken De kracht van het consortium was dat elke organisatie haar eigen expertise inbracht. Save the Children was verantwoordelijk voor onderwijs en sociaal maatschappelijk werk. De andere DCU partners richtten zich op gezondheidszorg (HealthNet TPO), drinkwatervoorzieningen en landbouw (Cordaid en ZOA), veehouderij (DCA) en capaciteitsopbouw (ZOA). Activiteiten • We boden vakonderwijs aan kinderen en alfabetisering aan volwassenen. • Drugsverslaafden kregen een kortlopende behandeling in een afkickkliniek. Nadat ze waren afgekickt werden ze door Save the Children • ondersteund bij het vinden van een baan. • We trainden politiemensen en overheidsfunctionarissen in het respecteren van kinderrechten. • We boden kinderen een ‘stem’ via de plaatselijke radio-omroep. Resultaten Scholing Dertig procent van de straatkinderen die een opleiding hebben gevolgd, hebben na afronding hiervan een betaalde baan gevonden. Ze kunnen nu voorzien in hun eigen levensonderhoud. Drugs Ongeveer driekwart van de behandelde
drugsverslaafden is succesvol afgekickt. Bijna de helft van hen heeft zelfs een baan gevonden. Het provinciebestuur onderkent nu dat drugsverslaving een probleem is en in het ontwikkelingsplan voor de provincie is zelfs opgenomen dat er binnen afzienbare tijd een groter behandelcentrum voor drugsverslaafden moet komen. Media Kinderen die een training in de productie van radioprogramma’s volgden, kregen de kans om hun stem te laten horen over zaken die zij belangrijk vinden. Dit is nieuw in Afghanistan. Deze kinderen zullen door deze kennis en ervaring een inspirerend voorbeeld zijn voor andere kinderen. Kinderrechten De bevolking heeft aan onze lokale collega’s laten weten dat ze een positieve verandering hebben gezien in het gedrag van politieagenten naar kinderen toe. Dit is een belangrijke stap in de goede richting. In cijfers  We bereikten 1.260 kinderen direct en 36.650 kinderen indirect. En in totaal bereikten we 152.000 mensen indirect. Ruim 2.000 drugsverslaafden vonden hun weg naar een van de 4 behandelklinieken. 760 drugsverslaafden zijn succesvol behandeld in een afkickprogramma, waarvan drie kwart niet in de verslaving is teruggevallen. Meer dan 3.000 mensen, onder wie politiemensen en overheidsambtenaren zijn geïnformeerd over kinderrechten.
27
28
3. Programma’s
3.1.2 PAKISTAN Het district Battagram ligt in de grensprovincie Khyber Pakhtunkhwa en behoort tot één van de minst ontwikkelde en meest conservatieve districten van Pakistan. In de afgelegen dorpen zijn veel conflicten en er heerst veel geweld. Onderwijs is er schaars, de werkloosheid is hoog en vrouwen tellen al helemaal niet mee. In deze dorpen hebben we een vierjarig onderwijs- en werkgelegenheids-programma opgezet. Met wat jongeren in die vier jaar leren zijn ze sociaal vaardiger en kunnen ze in hun eigen levensonderhoud voorzien. Door de grootschalige en brede aanpak verbetert het leefniveau van een hele gemeenschap. Toekomstperspectief voor kinderen Programma Thema: Onderwijs, levensonderhoud Looptijd: 1 november 2011 31 oktober 2015 Budget: € 14.000.000,Financieringsbron: Nederlandse ambassade in Pakistan Doel Verbeteren van de sociaaleconomische omstandigheden in 260 dorpen in Battagram. Doelgroep 253.000 mensen (60 procent van de totale bevolking in het district Battagram). Aanpak Onderwijs • Het verbeteren van lesmethoden binnen het basisen middelbaar onderwijs. • Een speciaal ‘instapprogramma’ voor thuiszittende scholieren die moeite hebben met lezen en
schrijven. Zij maken zo een inhaalslag waardoor ze hun school weer kunnen oppakken. • Beroepsgerichte cursussen voor jongeren, zoals loodgieter, elektricien of kleermaakster. Werkgelegenheid • Werkgelegenheidstrajecten, bijvoorbeeld het opzetten van een kippenhouderij of een schoenenwinkel. • Onderhoud van 100 watersystemen in de dorpen door lokale comités. • Introductie van nieuwe technologieën, zoals een ondergrondse biogasketel. Deze ondervangen het gebrek aan ‘moderne’ voorzieningen in de dorpen. Voor kennisuitwisseling zijn speciale programma’s (en fondsen) opgezet.
volking in rap tempo. Ook worden er nieuwe wegen aangelegd, waardoor de dorpen beter bereikbaar zijn. Deze ontwikkelingen hebben een positief effect op ons programma. De mensen staan open voor nieuwe manieren om in hun levensonderhoud te voorzien. Het gevolg is dat de gezinsinkomens stijgen. Kinderen die voorheen in het huishouden of in de landbouw moesten werken gaan nu naar school. In cijfers  Van nieuwe scholen en/of beter onderwijs profiteren: 42.000 kinderen, onder wie 8.000 leerlingen op 25 Koranscholen. Bijna 4.000 docenten kregen een training. En 1.500 gezinnen zijn geholpen bij het verwerven van werk en inkomen.
Resultaten Scholing • Tien procent meer jongens en veertien procent meer meisjes gaan naar school. • Vijf procent meer kinderen, zowel meisjes en jongens, zijn doorgestroomd naar de volgende klas of het middelbaar onderwijs. • Lokale én provinciale autoriteiten handhaven de kindvriendelijke lesmethodes. Ook scholen, onderwijzers en kinderen buiten het projectgebied van het programma profiteren van deze nieuwe inzichten. • Helaas wilden 15 van de 40 Koranscholen niet meewerken aan de implementatie van de nieuwe lesmethodes, omdat ze zich er niet in konden vinden. Werkgelegenheid De dorpen in het programmagebied waren voorheen afgesloten van de buitenwereld. Met de komst van mobiele telefonie en internet moderniseert de be-
29
30
3. Programma’s
3.1.3 CENTRAAL-AZIË In Centraal-Azië leven de meeste mensen van de landbouw. Deze regio wordt regelmatig geteisterd door rampen. Alleen al in 2013 waren er in dit gebied tientallen modderlawines, stormen en overstromingen. Duizenden mensen raakten hun bron van inkomsten kwijt. Hulp is er nauwelijks. De dorpen liggen te afgelegen en de lokale autoriteiten beschikken over onvoldoende kennis en capaciteit. Het gevolg is dat veel gezinnen in armoede leven. Verder is de werkloosheid hoog in deze regio. Veel mannen werken daarom onder slechte condities als arbeidsmigranten in het buitenland om toch het gezin te kunnen onderhouden. Vrouwen en kinderen blijven achter. Een specifiek probleem is dat veel kinderen niet geregistreerd worden bij de geboorte. En zonder geboortecertificaat hebben deze kinderen geen toegang tot basisvoorzieningen, zoals gezondheidzorg en onderwijs. Tadzjikistan, Kirgizië en Oezbekistan Kinderen wapenen tegen natuurrampen Programma Thema: Bescherming Looptijd: mei 2012 - oktober 2013 Budget: € 684.033,Financieringsbron: ECHO Doel • Lokale autoriteiten en de bevolking voorbereiden op natuurrampen. • Beschermingsrichtlijnen opnemen in het onderwijs. Doelgroep 42.070 mensen in rampgevoelige gebieden. Aanpak Voorlichting
Het ontwikkelen van trainingsmateriaal over rampenbestrijding voor de overheid en het onderwijs (in nauwe samenwerking met het Ministerie van Onderwijs, UNICEF en nationale onderwijsinstituten). Rampenbestrijdingsgroepen • In 30 dorpen rampbestrijdingsgroepen opzetten, samengesteld uit dorpsbewoners. • Ambtenaren, dorpsbewoners en kinderen krijgen voorlichting en training over ramppreventie. • Kinderen op dorpsscholen krijgen voorlichting over hoe ze zichzelf het best kunnen beschermen en hoe ze hun ouders weer kunnen terugvinden als ze die kwijtraken. • Uitdelen materialen: ‘first respons’-pakketten, met daarin brandblussers, megafoons en EHBO-materiaal. Resultaten • Rampenbestrijding behoort tot het nationale opleidingsprogramma van leraren. • In de rampenplannen is rekening gehouden met de specifieke situatie van kinderen. Daardoor zijn de indirecte gevolgen nu minder groot. Denk bijvoorbeeld aan het kwijtraken van ouders, schooluitval, kinderarbeid of zelfs misbruik van kinderen. • De bevolking van de dorpen in de projectgebieden weet nu wat hen te doen staat als een ramp toeslaat. • De plaatselijke rampenbestrijdingsgroepen zorgen nu zelf voor het ontwikkelen en up-to-date houden van de rampenplannen op lokaal niveau. De dorpen zijn niet meer afhankelijk van de tekortschietende landelijke overheid en daardoor minder kwetsbaar. In cijfers 61.600 mensen bereikt, onder wie zo’n 21.500 kinderen. Dat is bijna 20.000 mensen meer dan gepland.
31
32
3. Programma’s
Tadzjikistan Betere gezondheidszorg door geboorteregistratie Programma Thema: Gezondheidszorg Looptijd: februari 2013 - juli 2014 Budget: € 155.100,Financieringsbron: Eigen middelen Save the Children Nederland Doel Kinderen laten registreren bij de geboorte, zodat ze een geboortecertificaat ontvangen. Met dit certificaat krijgen ze toegang tot basisvoorzieningen, zoals gezondheidszorg. Nu nog wordt twintig procent van de kinderen niet geregistreerd, waardoor ze die basisvoorzieningen mislopen.
Ministerie van Gezondheidszorg. Zo borgen we het programma. Resultaten Meer geboorteregistratie heeft geleid tot betere toegang tot gezondheidszorg. In het gebied waar het programma wordt uitgevoerd is een toename van ruim twintig procent van de kinderen van een tot twee jaar die volledig zijn gevaccineerd. Ook worden er nu minder kinderen behandeld volgens de traditionele (soms achterhaalde) zorgpraktijken. In cijfers 13.600 mensen bereikt, onder wie 1.580 kinderen.
Doelgroep 26.640 kinderen onder de vijf jaar. Aanpak Save the Children Training We trainen leraren, kinderen en vrijwilligers van organisaties zoals vrouwengroepen, dorpsraden en kinderen jeugdclubs in het bespreekbaar maken van het nut van geboorteregistratie. Ook brengen de vrijwilligers ongeregistreerde kinderen in dorpen in kaart. Materiaal We ontwikkelen promotiemateriaal, zoals een korte videoclip voor de lokale televisie en posters en folders die op scholen en in dorpen worden uitgedeeld. Samenwerking We werken nauw samen met alle relevante lokale partijen zoals de GGD, de burgerlijke stand en het
33
3.2 MIDDEN-OOSTEN & EURAzië
34
3. Programma’s
3.2.1 SYRIË De opstand in Syrië begon in maart 2011 en is uitgegroeid tot een regelrechte burgeroorlog. Volgens de Verenigde Naties is bijna de helft van de Syrische bevolking (21,4 miljoen mensen) getroffen door deze crisis. Eind 2013 waren ongeveer 9 miljoen mensen op de vlucht. Hiervan zijn 2,3 miljoen mensen uitgeweken naar de buurlanden Turkije, Libanon, Jordanië, Irak of Egypte en 6,5 miljoen mensen zijn op de vlucht in eigen land (zogenaamde intern ontheemden). Het geweld neemt nog dagelijks toe en de noden zijn inmiddels zeer hoog. Er is een groot gebrek aan voedsel, schoon drinkwater en kleding. Veel mensen hebben geen dak meer boven het hoofd. In de winter is brandstof schaars. Meer dan de helft van de getroffen bevolking bestaat uit kinderen. Die worden dagelijks geconfronteerd met extreem geweld, misbruik, uitbuiting of verwaarlozing. Save the Children geeft daarom de hoogste prioriteit aan het steunen van deze kinderen en hun families. Noodhulp voor kinderen en hun familie Programma Thema: Noodhulp Looptijd: 1/4/2013 - 30/11/2013 Budget: € 1.000.000,Financieringsbron: Buitenlandse Zaken (DSH/HO) Doel De eerste noden lenigen door het uitdelen van noodhulppakketten. Doelgroep Ontheemde kinderen en hun families in Syrië. Aanpak • Noodhulppakketten verspreiden (gezondheidszorg,
hygiëne, huishoudelijk materiaal en babypakketten met o.a. dekentjes, kleertjes, zeep, shampoo, katoenen luiers, spelden, crèmes). • De distributie van de pakketten werd verzorgd door lokale partners en gemeenschapscomités. Het bleek aanvankelijk lastig om de hulpgoederen in alle geselecteerde gebieden te krijgen. Later werd dit beter. • Lokale partners bleken niet altijd op hun taak berekend. We hebben ze getraind in zaken zoals data verzamelen, doelgroepselectie, etc. Zodat ze hun taken beter konden uitvoeren. • Het monitoren van het project gebeurde via Grenzeloze hoop Maart 2013 - De twaalf jarige Aida woont met haar zusje Tamar (10 jaar) en haar oom, tante, neefjes en nichtjes in Amman. Ze komt uit Homs, Syrië. Op een dag kwamen haar ouders niet thuis, nadat hun wijk was gebombardeerd. Haar oom vreesde het ergste. Alles wees erop dat de ouders van de meisjes waren omgekomen. Hij vluchtte met zijn eigen gezin en zijn nichtjes naar Jordanië. Aida geloofde niet dat haar ouders dood waren. Haar oom zei: “We zijn er van overtuigd dat haar ouders zijn omgekomen bij de luchtaanval, maar Aida en Tamar houden vast aan de hoop dat het anders is gegaan. Wat moet ik doen? Op een dag, als ze er zelf klaar voor zijn, dan zullen ze onder ogen zien dat hun ouders er echt niet meer zijn.” Aida is dol op naar school gaan en zingen. Godsdienst is heel belangrijk voor haar. Ze mist het meest het samen huiswerk maken met haar moeder, of samen in de Koran lezen. Ze kon niet veel meenemen uit Syrië: enkel haar schoolschrift en haar Koran. Ze woont
gedetailleerde rapportages en bijeenkomsten met de doelgroep. Resultaten Met dit noodhulpprogramma hebben we duizenden ontheemde kinderen en hun families geholpen om hun dagelijks leven weer een beetje op de rails te krijgen. In cijfers  We bereikten meer dan 25.000 mensen, onder wie 12.500 kinderen.
nu in een driekamerappartement met haar zus, oom, tante, zes neefjes en enkele andere familieleden. Ze doet met haar zusje vaak net alsof ze het huishouden doen en alsof ze theefeestjes organiseren. Ze wil later graag schooljuffrouw worden, maar vreest dat dit niet kan omdat ze al een tijd niet naar school gaat. Als ze verdrietig is, dan droomt ze ervan om met haar familie naar een pretpark te gaan, net zoals ze voor de oorlog vaak deden. Maar haar droom zal niet compleet zijn zonder haar ouders. Een tijdje later. We brengen Aida weer een bezoekje. Als ze ons ziet, komt ze op ons af gerend. Ze roept: “ik heb het toch altijd gezegd…. Mijn moeder is niet dood!” En inderdaad, we ontmoeten Aida’s moeder in huis. Ze vertelt: “Na de luchtaanval dacht ik dat mijn kinderen dood waren. Ik ben naar mijn zus in Libanon gevlucht. Eenmaal daar hoorde ik dat mijn meiden veilig in Jordanië waren. De Verenigde Naties hebben me hiernaartoe overgebracht en gelukkig heb ik mijn lieve meisjes weer bij me.” Over het lot van de vader van Aida en Tamar is helaas nog niets bekend.
35
36
3. Programma’s
3.2.2 JORDANIË Jordanië is een redelijk stabiel land, maar de crisis in Syrië heeft een ontwrichtende werking op het land. In 2013 meldden zich dagelijks honderden Syrische vluchtelingen aan de grens in het noorden, soms wel meer dan 1.000 per dag. Naar schatting verbleven er eind 2013 meer dan 575.000 Syrische vluchtelingen in Jordanië, waarvan 53 procent jonger is dan achttien jaar. Een groot aantal vluchtelingen zit in de kampen in het noorden van het land. Za’atari is met meer dan 130.000 vluchtelingen het grootste kamp. Voor kinderen in noodsituaties is onderwijs ontzettend belangrijk. Onderwijs zorgt voor structuur en geeft kinderen een gevoel van veiligheid. De Jordaanse overheid stimuleert en ondersteunt weliswaar het toelaten van Syrische kinderen op de Jordaanse scholen, maar door de enorme toename van het aantal leerlingen is de druk op de toch al schamele voorzieningen groot en neemt de kwaliteit van het onderwijs (nog verder) af. Bescherming van Syrische vluchtelingkinderen in het Za’atari vluchtelingenkamp Programma Thema: Bescherming, onderwijs Looptijd: 1 januari 2013 - 30 juni 2014 Budget: € 500.000,Financieringsbron: Particuliere fondsenwerving Doel Het beschermen van Syrische vluchtelingenkinderen in Jordanië door het opzetten van veilige speel- en leerplaatsen. En ondersteuning bieden aan scholen in Jordanië die deze Syrische kinderen opvangen. Doelgroep Kleuters en jonge kinderen in het Za’atari vluchtelingenkamp. En 5.000 kinderen op 9 scholen in Jordanië.
Aanpak • In het Za’atari-kamp zetten we kindvriendelijke speelplekken op. We trainen leraren, sociale werkers, lokale vrijwilligers en ouders om de activiteiten te begeleiden. • We bieden op negen reguliere scholen programma’s aan voor jonge kinderen. Deze zijn gericht op bescherming en participatie. • We verbeteren de leeromgeving (opknappen van toiletten, watervoorzieningen, leveren van lesmaterialen). • We betrekken ouders bij de activiteiten. Ze krijgen trainingen in opvoeding en omgaan met stress. Dit geeft hen handvatten voor een positiever klimaat thuis. • We zetten kinderbeschermingscomités op. Deze comités hebben onder meer als taak om over de veiligheid van kinderen in het kamp te waken. Resultaten • Kinderen hebben een veilige plek zodat ze langzaam kunnen bijkomen van de ervaringen die ze hebben opgedaan. • Er is een positiever leerklimaat ontstaan op de scholen in Jordanië. Hierdoor zijn de kinderen weer meer gemotiveerd om te leren. Sommige leerlingen hebben bijvoorbeeld het heft in eigen hand genomen en geld ingezameld voor verf, waarmee zij hun eigen klaslokaal hebben opgeknapt. • Het opzetten van kinderbeschermingscomités is een succes. Voorheen zaten de mensen doelloos in hun tenten. Het samenwerken in de comités zorgde voor sociale cohesie. Er ontstaan nu minder snel ruzies en onenigheden. De veiligheidssituatie voor kinderen is hierdoor verbeterd. In cijfers
We bereikten ongeveer 7.000 kinderen direct, waarvan 1.920 in het vluchtelingenkamp. We knapten 9 scholen (voor in totaal 5.000 kinderen) op en hebben ze uitgerust met lesmaterialen en een kindvriendelijke speelplek. We zetten 18 kinderbeschermingscomités op en voorzagen 4 kleuterscholen van toiletten, waterpunten, schoolmeubilair en schoolmaterialen. Hier zullen 1.280 kinderen per kwartaal baat van hebben.
Kindvriendelijke speelplek Een kindvriendelijke speelplek is een plek waar kinderen in een veilige omgeving weer even gewoon kind kunnen zijn. Ze spelen en praten met elkaar en met hun begeleiders over wat ze hebben meegemaakt. Dit helpt hen bij het verwerken van de vaak ernstige trauma’s die zij hebben opgelopen. Verder doen de kinderen mee aan activiteiten zoals zingen en knutselen. Ook bieden we hen passend onderwijs. Die (school)activiteiten zorgen ervoor dat ze, zo goed en zo kwaad als het gaat, het dagelijks leven weer een beetje kunnen oppakken. We zien dan ook dat het de kinderen weerbaar maakt. En niet alleen de kinderen. Ook de ouders en de leerkrachten hebben baat bij de trainingen en de nieuwe lesmethodes en -materialen, maar vooral ook bij het samen dingen doen en ondernemen. Een kindvriendelijke speelplek versterkt dus feitelijk een hele gemeenschap. En dat is ook het doel van dit concept van Save the Children.
37
38
3. Programma’s
3.2.3 ARMENIË De vluchtelingen uit Azerbeidzjan, waar al tientallen jaren een conflict heerst, vormen een groot probleem voor Armenië. Deze vluchtelingen leidden al generaties lang een armoedig bestaan in Azerbeidzjan omdat ze op het platteland terechtkwamen, maar geen verstand van landbouw hadden. En ander werk was er vaak niet. Ons project richtte zich op deze inwoners van Azerbeidjaanse afkomst. We leerden hen nieuwe landbouwtechnieken waarmee ze de productiviteit van hun moestuintjes en akkers konden vergroten. Zo hadden ze meer gezonde groenten en fruit voor eigen consumptie. Maar belangrijker nog, ze konden de opbrengst van het land ook verkopen en daarmee beter in hun onderhoud voorzien.
drogen. Er bleek namelijk een grote vraag te zijn naar gedroogd fruit (bijv. abrikozen) en groente (bijv. tomaten). • Aanschaf van grondstoffen, zoals zaden van biologische kwaliteit en andere benodigdheden. • Een afzetmarkt creëren via betrouwbare verkopers. Zo blijft de afzet gegarandeerd. • Ondersteuning op lokaal niveau na afloop van het project.
Doelgroep 50 gezinnen (geselecteerd in samenwerking met lokale partner: ‘Human Dignity and Peace Foundation’ en de districtoverheid).
Resultaten • 50 gezinnen zijn nu zelfvoorzienend, hun inkomen is verveelvoudigd. • Toename van de opbrengst van de moestuinen met 350 procent. • De financiële training helpt hen het inkomen beter te beheren. • De kwaliteit van de oogst is dankzij de biologische landbouwmethode sterk verbeterd. • De gezinnen verbouwen nu onbekende groente (zoals broccoli en cherrytomaatjes), waardoor hun voeding meer divers en gezonder is geworden. • Met deze nieuwe en kwaliteit goede groente en fruit hebben de gezinnen een nichepositie weten te verwerven op de lokale markt, waardoor ze meer verkopen tegen een hogere prijs. • Het succes van dit project heeft een multipliereffect. De lokale overheid heeft middelen vrijgemaakt om deze methode grootschaliger toe te passen, zodat meer gezinnen hiervan kunnen profiteren.
Aanpak • Trainingen over landbouw (praktijkgericht) en financieel management. • Aanschaf van machines om groente en fruit te
In cijfers Kinderen direct bereikt: 64 en indirect bereikt:150. De lokale overheid tekende 4 overeenkomsten waarin ze zich committeert aan het ondersteunen en
Een beter bestaan voor arme gezinnen Programma Thema: Levensonderhoud Looptijd: 22/12/2011 - 22/10/2013 Budget: € 150.000,Financieringsbron: EuropeAid Doel Gezinnen nieuwe landbouwmethodes voor hun moestuin en akkers aanleren zodat ze beter in hun levensonderhoud kunnen voorzien.
uitbreiden van de nieuwe methode en het faciliteren van marketing van de producten. Er zijn 4 boerencoöperaties opgezet.
39
3.3 AFRIKa
40
3. Programma’s
3.3.1 OEGANDA Noord-Oeganda was twintig jaar lang het toneel van één van de meest dramatische oorlogen die zich op het Afrikaanse continent hebben afgespeeld. De rebellengroep ‘Lord’s Resistance Army’ (LRA) ontvoerde zo’n 20.000 kinderen en dwong ze om kindsoldaat te worden. Een zeer groot deel van deze kinderen is nooit teruggekeerd. Door de jarenlange oorlog zijn oude dorpsstructuren en hun vroegere onderlinge samenhang verloren gegaan. Na twee decennia van conflict is er een hele generatie van ontheemde kinderen en jongeren die nauwelijks onderwijs heeft genoten en zonder werk zit. Het gevolg is dat zij in armoede leven en vaak in de criminaliteit terechtkomen. Opvallend genoeg gaat het Oeganda momenteel economisch voor de wind. Het is één van de snelst groeiende economieën in Afrika, met landbouw als belangrijkste sector. Goed nieuws zou je zeggen, maar van die groei profiteert helaas maar een klein deel van de bevolking. “Youth get it right”. Een eerlijk rechtssysteem en beroepsonderwijs Programma Thema: Bescherming , onderwijs Looptijd: 1/10/2012 - 30/09/2015 Budget: € 4.195.613,Financieringsbron: Ministerie van Buitenlandse Zaken Doel ‘Youth get it right’ is een programma dat wordt uitgevoerd in Oeganda en Zuid-Soedan. Het programma heeft twee doelen: 1. Het nastreven van een kindvriendelijk rechtssysteem. 2. Het opzetten van een beroepsonderwijsprogramma voor jongeren, in het bijzonder voor meisjes.
De doelen van dit programma zijn met elkaar verbonden. Want als jongeren werk en een inkomen hebben komen ze minder snel in aanraking met de politie, zo leert de ervaring. Voor de kinderen die toch in aanraking komen met het gezag streven we naar een respectvolle behandeling, het voorkomen van recidive en naleving van de internationale kinderrechten. Doelgroep Vakonderwijs voor 600 jongeren en 1000 kinderen krijgen kennis over het rechtssysteem in Oeganda. Aanpak Rechtssysteem • Samen met de politie zetten wij kinderbalie’s op, zodat kinderen en jongeren die in aanraking komen met de politie hun verhaal kwijt kunnen. • We trainen de politie, het Openbaar Ministerie en rechters in het omgaan met opgepakte jongeren conform de internationale verdragen. • We trainen vrijwilligers die toezicht houden tijdens de rechtszaak om het belang van kinderen te behartigen. • We pleiten voor het ontwikkelen van alternatieve straffen en gaan in gesprek met traditionele leiders zodat ook bij traditionele vormen van rechtspraak kinderrechten gerespecteerd worden. Beroepsonderwijs Zo’n 25 procent van de jongeren in Oeganda kan niet lezen en schrijven. Daarom bieden we jongeren uit risicogroepen beroepsonderwijs op een praktisch niveau aan. Dat geeft ze een perspectief, waardoor ze minder snel in de criminaliteit terechtkomen. Daarnaast krijgen ze lessen in goed burgerschap zodat ze een positieve bijdrage kunnen leveren aan de maatschappij.
Resultaten Rechtssysteem • Jongeren leren door lessen in goed burgerschap hoe ze uit de criminaliteit blijven en op een positieve manier kunnen bijdragen aan een veilige leefomgeving. • Vrijwilligers behartigen de belangen van kinderen. Zij begrijpen nu beter het belang van alternatieve straffen en maken die bespreekbaar in de rechtszaal. • Ons pleidooi voor alternatieve straffen vindt weerklank bij leiders in de gemeenschappen zodat gevangenisstraffen voor jongeren vaak kunnen worden voorkomen. Beroepsonderwijs Jongeren lopen tijdens hun beroepsopleiding stage bij ondernemers. Zij ontwikkelen daardoor praktijkgerichte vaardigheden en leren mensen kennen, wat hun positie op de arbeidsmarkt aanzienlijk verbetert. Het behalen van hun beroepscertificaat geeft hen kans op een beter inkomen. Door de aanblijvende droogte in Oeganda konden de jongeren hun nieuw aangeleerde vaardigheden in de landbouw helaas niet goed toepassen. Ze raakten hierdoor wat ontmoedigd. In het vervolgtraject zoeken we hier een oplossing voor. In cijfers Zo’n 80 medewerkers in de strafrechtketen (politie, rechtbank, etc.) kregen een training in de beginselen van kindvriendelijk recht, zodat zij hun achterban weer kunnen trainen. 3 pleitbezorgingsactiviteiten zijn uitgevoerd om het strafrechtssysteem te verbeteren. Ruim 400 jongeren volgden een beroepsopleiding in Oeganda.
41
Dutch Consortium for Rehabilitation Het Dutch Consortium for Rehabilitation (DCR) is een samenwerkingsverband dat bestaat uit Save the Children, CARE Nederland, HealthNet TPO en ZOA. Het DCR wordt gefinancierd door het Ministerie van Buitenlandse Zaken. Het consortium concentreert zich op landen die na een langdurig conflict op weg zijn naar herstel: Burundi, Democratische Republiek Congo, Liberia, Oeganda, Soedan en Zuid-Soedan. Save the Children is binnen het DCR actief in de Democratische Republiek Congo, Liberia, Oeganda en Zuid-Soedan. Doelen Het DCR wil in deze zes Afrikaanse landen een bijdrage leveren aan meer stabiliteit, verbetering van de leefomstandigheden en duurzame economische groei. Het DCR wil in de programmalanden een hogere levensstandaard realiseren voor 63.000 mensen, onder wie 51.000 kinderen. Samen met lokale organisaties en bewoners voeren we wederopbouwprogramma’s uit op het gebied van infrastructuur, werkgelegenheid, sociaal-maatschappelijke ontwikkeling en goed lokaal bestuur. Brede aanpak Gezien de diversiteit en complexiteit van de problemen in de verschillende landen is samenwerken in een consortium een noodzaak om het verschil te kunnen maken. De inspanningen zijn effectief omdat de vier organisaties elkaar aanvullen en werkzaam zijn op verschillende terreinen die essentieel zijn voor de duurzame wederopbouw:
42
gezondheidszorg, onderwijs, water en sanitaire voorzieningen, het ontplooien van economische activiteiten en het versterken van het maatschappelijk middenveld. Save the Children Save the Children richt zich binnen het DCR op onderwijs, gezondheidszorg en bescherming. Om de duurzaamheid van het programma te bevorderen werken we nauw samen met lokale overheden, lokale partners, en via bestaande sociale structuren (zoals bijvoorbeeld ouder/lerarencomités en dorpsraden). Verder loopt capaciteitsopbouw als een rode draad door het programma. Zo worden kennis en vaardigheden lokaal verankerd. Zie voor uitgebreide informatie onze DCR-programma’s in Oeganda en Zuid-Soedan in hoofdstuk 3. En voor Liberia en D.R. Congo het programmaoverzicht eveneens in hoofdstuk 3.
3. Programma’s
Dutch Consortium for Rehabilitation (DCR) Programma Thema: Onderwijs, gezondheidszorg en levensonderhoud Looptijd: 01/01/2011 - 31/12/2015 Budget: € 2.287.192,Financieringsbron: Ministerie van Buitenlandse Zaken Doel Beter onderwijs, betere lokale gezondheidszorg, meer inkomen en dus minder armoede in Noord- en OostOeganda. Doelgroep Kwetsbare agrarische families en kinderen, maatschappelijke organisaties en de overheid. Aanpak • We vergroten de slagkracht van lokale maatschappelijke partners. • We bevorderen de deelname van kinderen aan het onderwijs, onder andere via kinderclubs. Ook zijn we actief in het opzetten en trainen van ouderkindcomités, pleitbezorgingsteams en schoolmanagementcomités. • We verstrekken onderwijsmaterialen en bevorderen de hygiëne door voorlichting, onder meer over toiletgebruik. • Ook identificeren en trainen we vrijwilligers in de dorpen, zodat zij de meest voorkomende ziekten kunnen herkennen en behandelen en zij kinderen kunnen doorverwijzen naar klinieken. • Onze werkgelegenheidsactiviteiten richten zich op voorlichting voor boeren over betere productiemethoden, en voorlichting voor herders van nomaden-
stammen over dierverzorging, zodat de melkproductie van de veestapel toeneemt. Resultaten • Pleitbezorging van het DCR heeft geleid tot inspecties van scholen door de overheid en het belang van onderwijs wordt beter gedragen door de lokale gemeenschap. Hierdoor is de kwaliteit van het onderwijs verbeterd. • Op het gebied van gezondheidszorg hebben 24.000 kinderen in de dorpen waar de gezondheidswerkers van het DCR- programma actief zijn, binnen 24 uur toegang tot behandeling van malaria, diarree en TBC. Hierdoor zullen de ziektecijfers teruglopen met als gevolg minder kindersterfte. • Helaas schiet de distributie van medicatie vanuit de overheid nog steeds tekort. Met pleitbezorgingsactiviteiten proberen we ervoor te zorgen dat de overheid haar verantwoordelijkheid neemt. • De nieuwe landbouwmethoden, zoals het zaaien in rijen en diversificatie van gewassen, leiden tot een verbeterde productie waardoor het huishoudinkomen van 600 gezinnen is gestegen. Hierdoor zijn steeds meer ouders in staat om de kosten voor gezondheidszorg en onderwijs te dragen. In cijfers In totaal bereikten we in 2013 20.220 kinderen direct en 97.910 kinderen indirect. Ook bereikten we 870 volwassenen direct en 96.725 indirect. 4 scholen zijn gerenoveerd. 1.100 kinderen hebben lesmaterialen en producten voor persoonlijke hygiëne ontvangen. 37 leerkrachten zijn getraind in kindvriendelijke lesmethoden, persoonlijke begeleiding en seksuele voorlichting.
43
“2013 is een goed jaar voor mijn maïsoogst” Nyamuoch Giel woont in een dorpje in Pagak County in Zuid-Soedan. Pagak is één van de gebieden van het Dutch Consortium for Rehabilitation (DCR) waar Save the Children projecten uitvoert. We helpen daar de boeren in hun levensonderhoud te voorzien door ze gereedschap en zaden voor de landbouw te geven. Nyamuoch is dertig jaar oud en moeder van zes kinderen. Ze heeft haar halve leven doorgebracht in een vluchtelingenkamp bij Dima in Ethiopië, omdat in Soedan een burgeroorlog woedde tussen het noorden en zuiden. Na het einde van de oorlog in 2005 keerde ze terug naar haar ouderlijk huis dat ze vijftien jaar eerder had moeten achterlaten. In haar geboortedorp moest ze vanuit het niets, in een gebied zonder basisvoorzieningen, haar leven weer zien op te bouwen. Met het verbouwen van een paar gewassen op een klein stukje grond probeerde ze haar kinderen genoeg te eten te geven. In 2011 nam Nyamuoch deel aan het DCRprogramma. Dit was een keerpunt in haar leven. Ze kreeg landbouwgereedschap en zaden voor maïs, sorghum (graansoort) en groenten. Ook leerde ze over betere landbouwmethoden. Na een jaar hard werken kon ze drie ossen en een ossenploeg kopen. “2013 is een goed jaar voor mijn maïsoogst”, vertelt ze. “De opbrengst is enorm gestegen omdat ik nu een groter stuk landbouwgrond heb.” Het deel van de oogst dat ze niet nodig heeft voor eigen gebruik wordt nu verkocht op de markt, zodat ze kan voorzien in de andere behoeften van haar gezin, zoals onderwijs voor haar kinderen.
44
3. Programma’s
3.3.2 ZUID-SOEDAN Op 9 juli 2011 werd Zuid-Soedan, na ruim twee decennia van burgeroorlogen, officieel onafhankelijk van Soedan. De oorlogen hebben aan ongeveer twee miljoen mensen het leven gekost en vier miljoen mensen zijn ontheemd geraakt. Er is groot tekort aan medische zorg, onderwijs, schoon water en rioleringssystemen. Bovendien zijn de bestaande faciliteiten van slechte kwaliteit. Na een periode van relatieve rust in het merendeel van het land is er op 15 december 2013 een nieuwe gewapende strijd losgebarsten. Ditmaal tussen aanhangers van de voormalige vicepresident Riek Machar en de huidige president Kiir. Dit heeft in de laatste weken van 2013 geleid tot 180.000 nieuwe ontheemden. De crisis heeft de situatie in het land alleen maar verslechterd. Dutch Consortium for Rehabilitation (DCR) Programma Thema: Onderwijs, gezondheidszorg en levensonderhoud Looptijd: 1/01/2011 - 31/12/2015 Budget SCNL: € 4.456.978- Financieringsbron: Min BuZaisterie van Buitenlandse Zaken Doel ‘Dorpelingen helpen om de kwaliteit van hun leven en dat van hun kinderen te verbeteren. Doelgroep Kwetsbare agrarische families en kinderen, maatschappelijke organisaties en de overheid. Aanpak Voorlichting geven over het belang van goed onderwijs
en hygiëne. Dat doen we samen met lokale, regionale en nationale overheidsinstellingen. • Een versneld basisonderwijstraject faciliteren voor jongeren en volwassenen, die door de oorlog onderwijs hebben gemist. • Reparaties uitvoeren, bijvoorbeeld aan sanitaire systemen en op scholen. • Lesmaterialen en schoolmeubilair verstrekken. • Ouder-kindcomités, pleitbezorgingsteams en schoolmanagementcomités opzetten. Trainingen geven aan leerkrachten, schoolbesturen en lokale, regionale en nationale (gemeente)besturen. • Vrouwengroepen trainen in (nieuwe) landbouwtechnieken. Grondstoffen (zaden) en productiedieren (geiten) uitdelen. • Personeel van onze partnerorganisaties opleiden, zodat zij het programma geleidelijk kunnen overnemen. • Voorzichtig omgaan met het aan de kaak stellen van het overheidsbeleid. De overheid in Zuid-Soedan kijkt met argusogen naar organisaties die het maatschappelijk middenveld en de lokale gemeenschap ondersteunen. Hierdoor verloopt pleitbezorging binnen dit programma minder voorspoedig dan gepland. Resultaten • Door de bouw van waterputten en latrines hebben mensen nu schoon drinkwater en is de hygiëne toegenomen. Kinderen zijn hierdoor minder bevattelijk voor ziektes. • De overheid inspecteert de scholen, waardoor de kwaliteit van het onderwijs is verbeterd. • De lokale bevolking voelt zich betrokken bij de besluitvorming over en realisatie van basisvoorzieningen in hun dorpen.
In cijfers In Zuid-Soedan hebben we in 2013 4.767 kinderen direct en 9.534 kinderen indirect bereikt het DCRprogramma. Ook bereikten we 4.093 volwassenen direct en 24.558 indirect. Er zijn 7 scholen gerenoveerd (o.a. klaslokalen, latrines, kantoren).
Kinderen herenigen met hun ouders “Twee weken na het uitbreken van het geweld in Zuid-Soedan ben ik naar het land uitgezonden om noodhulp te bieden. Ik trainde lokale medewerkers en werkte mee aan het opzetten van een landelijke database zodat kinderen en ouders, die elkaar kwijt zijn geraakt tijdens hun vlucht voor het geweld, weer samengebracht konden worden. Tijdens mijn bezoeken aan de vluchtelingenkampen sprak ik veel ontheemde kinderen en hun verhalen waren schrijnend. De meesten hadden verschrikkelijke dingen gezien en meegemaakt en waren ook nog hun ouders kwijt. Juist dan is het zo bijzonder dat wij ze weer met hun ouders kunnen herenigen. Tegelijkertijd bieden we ze perspectief door het geven van onderwijs en medische- en psychosociale zorg. Op deze manier kunnen we echt een steentje bijdragen aan het redden van hun levens, hun dromen en hun toekomst.” Machiel Pouw Adviseur kinderbescherming van Save the Children Nederland
45
3.4 Latijns-amerika
46
3. Programma’s
3.4.1 MEXICO Mexico, een zogenaamd middeninkomensland, heeft de afgelopen decennia grote economische groei doorgemaakt. Ondanks deze groei is de ongelijkheid en armoede onder de bevolking toegenomen, met name in gemeenschappen met een grote inheemse bevolking en veel langdurig ontheemden, zoals in de zuidelijke deelstaat Chiapas. Save the Children is al 40 jaar actief in Mexico, waarvan vijf jaar in Chiapas. Dit project wordt uitgevoerd in San Cristobal en San Juan Chamula, twee gemeentes in de hooglanden van Chiapas. De vijf rurale gemeenschappen van San Juan Chamula hebben slechte toegang tot water en riolering, de behuizing is slecht en de wegen zijn ongeplaveid. Gezondheidsvoorzieningen liggen op drie tot vijf uur loopafstand. Voor speciale behandelingen moet de bevolking naar de ziekenhuizen in de stad. Betere gezondheidszorg voor moeder en kind Programma Thema: Gezondheidszorg Looptijd: 1/4/2013 - 30/09/2014 Budget: € 223.000,Financieringsbron: Eigen middelen Save the Children Nederland en Mexico Doel Het verbeteren van de gezondheid van moeders en kinderen. En het vergroten van de kennis en vaardigheden van gezondheidswerkers. Doelgroep Acht inheemse gemeenschappen, voornamelijk op het platteland, met een bevolking van rond de 7.800 mensen.
Aanpak
• Op nationaal niveau zijn we pleitbezorger voor
goede moeder- en kindzorg. • Op lokaal niveau organiseren we bijeenkomsten met overheden, zodat zij de relevantie van het programma erkennen en ondersteunen. Zo moedigen we de overheid aan ervoor te zorgen dat pasgeborenen een geboortecertificaat krijgen, zodat zij later gebruik kunnen maken van alle mogelijke overheidsvoorzieningen. • Vroedvrouwen krijgen training in onder andere borst- en peutervoeding, neonatale zorg en gezinsplanning. Het trainingsmateriaal is afgestemd op het huidige kennis- en onderwijsniveau, en wordt ontwikkeld in de Spaanse en de lokale taal. • In overleg met de vrijwilligers en vroedvrouwen stellen we een basisuitrusting samen. Deze bevat de meest essentiële medische- en EHBO-producten en wordt gebruikt bij bevallingen en bij preventieve zorgcontroles van moeders en jonge kinderen. Resultaten De overlevingskansen voor kinderen jonger dan vijf jaar en de gezondheid van de moeders zijn toegenomen. Er is meer aandacht voor gezondheidzorg voor moeder en kind. Door samenwerking tussen Save the Children en de mobiele brigade voor geboorteregistratie hebben kinderen geboortecertificaten ontvangen. Hiermee kunnen kinderen ook toegang krijgen tot andere overheidsdiensten zoals onderwijs. In cijfers  Zo’n 40 gezondheidswerkers, verloskundigen en gezondheidspersoneel van de overheid hebben geprofiteerd van bovenstaande aanpak.
De nieuwe baby van Rosa Dominga is 42 jaar oud en afkomstig uit de gemeenschap ‘Taza de Agua’. Op haar 22ste is ze samen met haar familie naar de stad verhuisd. Dominga werkt, net als haar grootmoeder, als verloskundige. Eerst onderzoekt Dominga de zwangere vrouw om te weten of alles goed is met moeder en kind en om te kijken of de baby goed ligt. Als dat niet het geval is, en medische hulp noodzakelijk is, stuurt ze de vrouw door naar het ziekenhuis of naar een gezondheidskliniek. Dominga heeft in de trainingen van Save the Children veel extra kennis opgedaan. Nu geeft ze die kennis door aan aanstaande moeders. Zo informeert ze vrouwen bijvoorbeeld over het belang van borstvoeding. Dominga hielp ook bij de bevalling van Santiago, de jongste zoon van Rosa. Rosa vertelt: “Na zeven maanden merkte Dominga dat de baby verkeerd lag en met zachte massages heeft ze hem in de juiste positie weten te kantelen. Toen het eenmaal zover was ging de bevalling voorspoedig. Bij de geboorte van Santiago heb ik veel advies gekregen. Dat heb ik gemist bij de geboorte van mijn andere kinderen. Zo heeft Dominga me verteld hoe ik mijn baby moet voeden en ze heeft mij uitgelegd dat de eerste melk uit de borst (colostrum) niet weggegooid moet worden, het tegenovergestelde zelfs, het is als een vaccin met vitaminen die de baby het hele leven beschermt.” Zowel Rosa als haar man vertellen dat de goede zorg van Dominga vertrouwen geeft en dat ze zich veilig voelen bij haar.
47
3.5 PROGRAMMA overzicht Land AZIË Afghanistan
48
Programma
Verstrekte Budget Looptijd subsidies ’13 looptijd programma
Thema
Scholenbouw en lerarenopleiding voor Uruzgan
€ 227.440
€ 6.250.000
juli ‘08 Onderwijs september ‘13
Goed basisonderwijs voor kinderen in Kandahar, vervolgfase
€ 747.757
€ 1.697.417
april ‘11 Onderwijs september ‘13
Betere basisvoorzieningen en capaciteitsopbouw in Uruzgan
€ 518.455
€ 4.808.410
april ‘09 maart ‘13
Onderwijs, gezondheidszorg en bescherming
Verbeterde sociale dienstver- € 352.729 lening en maatschappelijke participatie van vrouwen en jongeren door middel van vakonderwijs
€ 1.544.870
oktober ‘12 juli ‘15
Onderwijs, gezondheidszorg en bescherming
Een greep uit de resultaten
1) 4 scholen opgeleverd. 2) 32 klaslokalen beschikbaar gekomen. 3) Een centra (met kantoorruimte, gemeenschapsruimte en o.a. bibliotheek) voor personeel van het Ministerie van Onderwijs is opgeleverd. 4) 36 jongens uit Uruzgan hebben lerarenopleiding in Kabul succesvol afgerond (een 2-jarig programma in 14 maanden) en hebben een baan als leraar gevonden in Uruzgan. Kinderen direct bereikt: 2.889 en indirect bereikt: 56.595 1) 2.341 kinderen (1.173 meisjes en 1.168 jongens) kregen toegang tot versneld onderwijs via 82 huiskamerklasjes. 2) 480 leerkrachten zijn getraind in lesmethoden. 3) 82 huiskamerklassen hebben lesmateriaal ontvangen. 4) 11 basisscholen hebben o.a. meubilair, schoolborden en boeken ontvangen. Daarnaast hebben deze scholen noodzakelijke kleine reparaties, o.a. van deuren, ramen en toiletten ontvangen. Kinderen direct bereikt: 2.341 en indirect bereikt: 6.000 1) 88 volwassenen, onder wie ruim 38 vrouwen, hebben deelgenomen aan basisonderwijs voor volwassenen. 2) 75 straatkinderen kregen een opleiding in kleermaken of borduren. 3) 150 drugsverslaafden konden terecht in één van de vier behandelcentra. 4) 45 leraren, 100 politiemensen, 80 overheidsbeambten, 45 studenten en 18 stamoudsten zijn geïnformeerd over kinderrechten. Kinderen direct bereikt: 75 en indirect bereikt 2.182 Zie pagina 27 voor een uitgebreide programmabeschrijving. 1) 96 vrijwilligers zijn geselecteerd om alfabeteringsklassen te geven. 2) 70 alfabetiseringsklassen opgezet voor 1.798 mensen, met name jongeren. In deze klassen krijgt men ook rekenonderwijs. 3) 4 0 overheidsfunctionarissen hebben training ontvangen gericht op het optimaal verstrekken van basisvoorzieningen. Kinderen direct bereikt: 1.348 en indirect bereikt: 5.392
3. Programma’s
PROGRAMMA OVERZICHT Land AZIË Afghanistan
Programma
Verstrekte Budget Looptijd subsidies ’13 looptijd programma
Thema
Een greep uit de resultaten
Herbouw van Shah Mansur school
€ 37.742
€ 44.320
augustus ‘12 maart ‘13
Onderwijs
Goed basisonderwijs voor kinderen in Uruzgan
€ 60.060
€ 2.882.045
januari ‘08 oktober ‘12
Onderwijs
€ 346.775
januari ‘12 december ‘13 december ‘13 november ‘16
Bescherming
1) De herbouw van de 2 klaslokalen, die in augustus ‘10 waren vernield, is afgerond. 2) Groot onderhoud van het schoolgebouw (o.a. ramen, deuren, toegangspoorten) is afgerond. Kinderen direct bereikt: 200 en indirect bereikt: n.v.t. In ‘13 zijn er bestedingen op dit project geboekt n.a.v. een audit rapport. De resultaten van dit programma zijn in het jaarverslag van ‘12 uitgebreid weergegeven. Save the Children Nederland droeg bij aan een groter Save the Children programma om discriminatie op scholen in Cambodja tegen te gaan. Het programma is 1 december ‘13 van start gegaan. De eerste maand is gebruikt om staf aan te nemen en administratieve zaken te regelen. In het jaarverslag van ‘14 rapporteren we de eerste concrete resultaten van het programma. Kinderen direct bereikt: n.v.t. en indirect bereikt: n.v.t. (programma verkeert nog in opstartfase) 1) 1.333 families (6.665 personen) hebben een noodhulp pakket ontvangen met daarin een tentzeil, dekens, jerrycans en waterzuiveringstabletten. 2) Een inventarisatie bij 871 families (4.355 personen) om hun bron van inkomsten te bevorderen; hulp aan onder andere vissers door middel van de reparatie van boten en netten. Kinderen direct bereikt: 3.999 en indirect bereikt: n.v.t. Bijdrage aan de noodhulpactiviteiten van Save the Children in de Filipijnen voor de slachtoffers van Haiyan. Kinderen direct bereikt: n.v.t. en indirect bereikt: n.v.t. 1) 26.052 kinderen onder de 5 jaar hebben zorg gekregen via de mobiele klinieken. 2) 1.581 kinderen hebben vitamine A ontvangen en 1.712 kinderen hebben een ontwormingskuur ontvangen. 3) 3.927 kinderen zijn behandeld voor diarree. 4) 2.531 vrouwen hebben prenatale zorg ontvangen. Kinderen direct bereikt: 38.283 en indirect bereikt: 29.357
Cambodja
IKEA Soft Toys Campaign ‘13 € 112.720
China
Het beter beschermen van vrouwen en meisjes tegen geweld en uitbuiting in Yunnan
€ 0
€ 660.000
Filipijnen
Noodhulp tyfoon Haiyan
€ 700.963
€ 752.691
november ‘13 - februari ‘14
Overig (noodhulp)
Noodhulp tyfoon Haiyan
€ 25.850
€ 26.882
Overig (noodhulp)
Voorkomen van kindersterfte in de sloppenwijken van Delhi II
€ 81.589
€ 150.000
november ‘13 - december ‘13 oktober ‘12 oktober ‘13
India
Bescherming
Gezondheidszorg
49
PROGRAMMA OVERZICHT Land AZIË India
50
Programma
Verstrekte Budget Looptijd subsidies ’13 looptijd programma
Thema
Een greep uit de resultaten
Ziektes in sloppenwijken verminderen door verbeterde hygiëne
€ 33.459
€ 120.000
november ‘11 - oktober ‘14
Gezondheidszorg
Integreren van straatkinderen in het reguliere onderwijssysteem via een leer- en activiteitencentrum
€ 47.484
€ 128.800
mei ‘12 april ‘14
Onderwijs
Noodhulp Himalayan Tsunami
€ 25.000
€ 25.000
juli ‘13 december ‘13
Overig (noodhulp)
Noodhulp cycloon Phailin
€ 25.000
€ 25.000
oktober ‘13 april ‘14
Onderwijs (noodhulp)
Beschermen van kinderen werkend in de kledingindustrie in Delhi
€ 68.958
€ 150.000
januari ‘13 maart ‘14
Bescherming
1) Gezondheid- en sanitatieteams zijn opgezet in 10 scholen. 2) Voorlichting over hygiëne is gegeven in 10 sloppenwijken. 3) Kinderen hebben deelgenomen aan verschillende hygiëne activiteiten. Kinderen direct bereikt: 5.325 en indirect bereikt: 28.358 1) 136 straatkinderen zijn in ‘13 ingeschreven in het leer-en activiteitencentrum. 2) 203 kinderen zijn dankzij dit programma geplaatst in reguliere scholen. 3) 2.250 leden van de gemeenschap hebben informatie gekregen over kinderrechten. Kinderen direct bereikt: 494 en indirect bereikt: 2.740 1) 250 gezinnen hebben ieder 2 dekzeilen ontvangen. 2) 250 gezinnen hebben ieder 4 dekens ontvangen. 3) 250 gezinnen hebben keukensets ontvangen. Kinderen direct bereikt: 525 en indirect bereikt: n.v.t. Zie ook beschrijving kindernoodhulpfonds. 1) 200 centra gericht op kind en ontwikkeling (onderwijs, gezondheidszorg, etc.) hebben spel- en lesmateriaal ontvangen. 2) 8 .000 kinderen hebben onderwijsmateriaal ontvangen. Kinderen direct bereikt: 8.000 Kinderen indirect bereikt: n.v.t. Zie ook beschrijving kindernoodhulpfonds. 1) 4 activiteitencentra voor kinderen werkend in de kledingindustrie zijn geopend. 2) 701 kinderen zijn ingeschreven in de centra. 3) 132 kinderen zijn dankzij dit programma toegelaten tot overheidsscholen. 4) 134 kinderen hebben beroepsonderwijs ontvangen. Kinderen direct bereikt: 701 Kinderen indirect bereikt: 924
3. Programma’s
PROGRAMMA OVERZICHT Land AZIË Kirgizië
Pakistan
Programma
Verstrekte Budget Looptijd subsidies ’13 looptijd programma
Thema
Een greep uit de resultaten
Promotie van vrede door versterking van dialoog in de gemeenschappen
€ 42.511
€ 604.670
november ‘11 - april ‘13
Bescherming
Meisjes en jongens in Balochistan naar school
€ 1.896.598
€ 10.181.445
december ‘09 - november ‘14
Onderwijs
Toekomstperspectief voor kinderen in Battagram
€ 3.495.603
€ 14.000.000
november ‘11 - oktober ‘15
Onderwijs en levensonderhoud
Verbeterde sociale dienstverlening en maatschappelijke participatie van vrouwen en jongeren door middel van vakonderwijs
€ 303.167
€ 1.533.086
oktober ‘12 oktober ‘15
Onderwijs, gezondheidszorg en bescherming
In samenwerking met consortiumpartners (met Danish Church Aid als penvoerder) zijn de volgende resultaten bereikt: 1) Opzetten van 50 groepen in 50 door het etnisch geweld getroffen dorpen. 2) 1.000 leden van deze groepen hebben training ontvangen op het gebied van conflicthantering en vredesopbouw op lokaal niveau. 3) Identificeren, plannen en uitvoeren van 50 kleinschalige infrastructuurprojecten die de sociale cohesie in de dorpen bevorderen. Kinderen direct bereikt 38.919 en indirect bereikt: 18.529 1) In totaal gaan nu 89.598 kinderen naar de 340 scholen. 2) 21 kleuterklasjes zijn opgezet. 3) 226 leden van ouder-leraar comités en 285 leraren zijn getraind in pedagogiek en kinderbescherming. Kinderen direct bereikt 89.676 and indirect bereikt 261.318 1) 34.112 kinderen ontvangen onderwijs in 260 scholen. 2) 7 basisscholen zijn opgeknapt, en in 40 scholen zijn sanitaire voorzieningen geinstalleerd. 3) 388 leraren hebben training ontvangen in pedagogiek. 4) 600 vrouwen en jongeren hebben trainingen en goederen ontvangen voor verbeterd levensonderhoud. Kinderen direct bereikt 36.411 en indirect bereikt 62.556 Zie pagina 29 voor een uitgebreide programmabeschrijving. 1) Trainingshandboeken op het gebied van het verbeteren van: publieke dienstverlening; duurzaam verbeteren van het levensonderhoud van vrouwen & jongeren en monitoring, zijn ontwikkeld en overhandigd aan overheidsinstanties. 2) Samenwerkingsrelaties met lokale overheidsdiensten zijn opgestart. 3) Beroepsopleidingscentra van de overheid zijn in kaart gebracht. Kinderen direct bereikt: n.v.t. en indirect bereikt: n.v.t.
51
PROGRAMMA OVERZICHT Land
Programma
Thema
Een greep uit de resultaten
AZIË Tadzjikistan, Kirgizië, Oezbekistan
Verstrekte Budget Looptijd subsidies ’13 looptijd programma
Kinderen wapenen tegen natuurrampen in Centraal-Azië
€ 534.472
€ 684.033
mei ‘12november ‘13
Bescherming
Betere gezondheidszorg door geboorteregistratie in Tadzjikistan
€ 77.752
€ 155.100
februari ‘13 juli ‘14
Gezondheidszorg
1) In 30 dorpen zijn rampenplannen ontwikkeld. 2) 1.306 kinderen nemen deel aan kinderclubs waarin voorlichting gegeven wordt over ramppreventie en waarin ook concrete acties worden uitgevoerd. 3) 458 leden van door dit programma opgerichte rampenbestrijdingsteams zijn getraind op risicoanalyse, kinderbescherming, rampenbestrijding en het ontwikkelen van lokale rampenplannen. Kinderen direct bereikt: 21.564 en indirect bereikt: 22.995 Zie pagina 31 voor een uitgebreide programmabeschrijving. 1) 910 kinderen op 60 scholen hebben een training ontvangen over het belang van geboorteregistratie. 2) 428 zwangere vrouwen zijn geïdentificeerd en voorgelicht over geboorteregistratie. 3) 1.174 niet-geregistreerde kinderen zijn geïdentificeerd. Inmiddels is 15,2 procent hiervan alsnog geregistreerd. Kinderen direct bereikt: 1.577 en indirect bereikt: n.v.t. Zie pagina 33 voor een uitgebreide beschrijving van dit programma.
Armenië
Een beter bestaan voor arme € 73.371 gezinnen in Armenië
€ 150.000
december ‘11 - Levensonderoktober ‘13 houd
Azerbeidzjan
Capaciteitsopbouw Blindenorganisaties
€ 200.549
februari ‘12 augustus ‘13
Tadzjikistan
MIDDEN-OOSTEN / OOST-EUROPA
52
€ 107.275
Levensonderhoud
1) 18 trainingen gegeven aan 50 boeren. 2) 4 boerencooperaties opgezet en uitgerust met tuinbouwmateriaal. 3) 50 gezinnen hebben nu een hoger inkomen en betere kwaliteit van voedsel. Kinderen direct bereikt: 64 en indirect bereikt: 150 Zie pagina 39 voor een uitgebreide programmabeschrijving. 1) Leden van 2 blindenorganisaties hebben trainingen ontvangen om hun economische zelfstandigheid en organisatorische capaciteiten te verbeteren. 2) Apparatuur is versterkt aan de organisaties om zelfstandig een klein bedrijf op te zetten. 3) Marktonderzoek is uitgevoerd en marketingactiviteiten voor het bedrijf zijn opgestart. Kinderen direct bereikt: 25 en indirect bereikt: n.v.t.
3. Programma’s
PROGRAMMA OVERZICHT Land
Programma
Verstrekte Budget Looptijd subsidies ’13 looptijd programma
MIDDEN-OOSTEN / OOST-EUROPA Georgië, Verminderen van impact van € 265.040 Armenië natuurrampen op kinderen in kinderdagverblijven en tehuizen
Jordanië
€ 430.000
juni ‘12augustus ‘13
Thema
Een greep uit de resultaten
Bescherming
1) 18.165 kinderen in tehuizen en kinderdagverblijven zijn voorgelicht en getraind over ramppreventie. 2) 2.514 leraren en begeleiders van deze kinderen zijn getraind in ramppreventie gericht op tehuizen en kinderdagverblijven. 3) 279 overheidsmedewerkers zijn betrokken bij de ontwikkeling van ramppreventiebeleid gericht op jonge en gehandicapte kinderen. 4) Een televisie tekenfilm over ramppreventie specifiek gericht op jonge kijkers is ontwikkeld als voorlichtingsmateriaal. Kinderen direct bereikt: 18.165 en indirect bereikt: 290.000 1) Training en ondersteuning van 14 lokale organisaties, gericht op bescherming en kinderrechten en het uitvoeren van de ‘Safe You Safe Me’ (SYSM) methode. 2) SYSM handboek en trainingsmaterialen zijn ontwikkeld. 3) 252 sessies met in totaal 1.108 kinderen gehouden over bescherming en kinderrechten. Kinderen direct bereikt: 1.108 en indirect bereikt: n.v.t. 1) Training en ondersteuning van 5 nieuwe lokale organisaties in de toepassing van de “Safe You - Safe Me” (SYSM) methode. 2) Identificatie en ondersteuning van kinderen die te maken hebben gehad met mishandeling. 3) Opleiden van trainers en ondersteuning bij het opstellen van actieplannen in de lokale gemeenschappen. Kinderen direct bereikt: 1.000 en indirect bereikt: n.v.t. Zie ook beschrijving kindernoodhulpfonds.
Aman Project - Safe you, Safe me
€ 5.000
€ 25.000
september ‘12- Bescherming februari ‘13
Aman Project - Safe you, Safe me II
€ 20.000
€ 25.000
juli ‘13 januari ‘14
Bescherming
53
PROGRAMMA OVERZICHT Land
Programma
Verstrekte Budget Looptijd subsidies ’13 looptijd programma
Thema
Een greep uit de resultaten
€ 214.160
€ 500.000
januari ‘13 juni ‘14
Bescherming
€ 115.382 Girls Can! Betere onderwijs- en ontwikkelingsmogelijkheden voor meisjes zonder toegang tot school of opleiding
€ 224.279
juli ‘12 juni ‘14
Onderwijs, levensonderhoud
Bescherming van Syrische kinderen binnen reguliere onderwijssysysteem in Jordanië Evaluatie van kinderbeschermings- en leeractiviteiten in het Za'atari kamp
€ 134.158
€ 138.573
juni november ‘13
Onderwijs en bescherming
€ 846
€ 3.075
augustus december ‘13
Bescherming en onderwijs
1) Ondersteunen van opvang kleuters en jongeren in het Syrische vluchtelingenkamp Za’atari in Jordanië d.m.v. de bouw van kindercentra, aanschaf les- en speelmateriaal en aanbieden van activiteiten. 2) K leinschalige renovatie van 9 scholen in het noorden van Jordanië en de inrichting van een lokaal per school voor activiteiten op het vlak van kinderbescherming en participatie. 3) Training van vrijwilligers (zowel uit Syrië als Jordanië) voor de ondersteuning van de activiteiten in de centra in het kamp en op de scholen. Kinderen direct bereikt: 7.000 en indirect bereikt: n.v.t. Zie pagina 37 voor een uitgebreide beschrijving van dit programma. 1) Training van meisjes en hun moeders bij het opstarten van eigen bedrijfjes. 2) Training van trainers en begeleiders om meisjes en moeders met daad en raad bij te staan. 3) Familieleden en gemeenschappen wijzen op de rechten van meisjes en wegnemen van hindernissen voor meisjes die buitenshuis aan het werk willen. Kinderen direct bereikt: 120 en indirect bereikt: n.v.t. Dit programma omvat de omvangrijke renovatie van 5 scholen in het noorden van Jordanië ter verbetering van het leerklimaat voor zowel Syrische als Jordanese leerlingen. Kinderen direct bereikt: 3.690 en indirect bereikt: n.v.t. Evaluatie uitgevoerd op de effectiviteit en efficiëntie van de beschermingsen onderwijsactiviteiten van Save the Children voor kleuters en jongeren in het Za’atari kamp voor Syrische vluchtelingen in noord-Syrië. Kinderen direct bereikt: n.v.t. en indirect bereikt: n.v.t.
Onderwijs en bescherming van jonge kinderen in het Za'atari vluchtelingenkamp
€ 155.100
€ 161.290
april september ‘13
Bescherming en 1) 4 klaslokalen bijgebouwd en uitgerust voor de opvang van onderwijs 400 kinderen (per kwartaal). 2) Training van 64 medewerkers en vrijwilligers voor de begeleiding van de activiteiten in de centra. 3) Sessies voor 843 ouders over opvoeding, gezondheid en hygiëne van hun kinderen. Kinderen direct bereikt: 400 en indirect bereikt: 1.765
MIDDEN-OOSTEN / OOST-EUROPA Jordanië Bescherming van Syrische vluchtelingenkinderen in Jordanië
54
3. Programma’s
PROGRAMMA OVERZICHT Land
Programma
Verstrekte Budget Looptijd subsidies ’13 looptijd programma
Thema
Een greep uit de resultaten
€ 972.913
€ 1.000.000
april november ‘13
Gezondheidszorg (noodhulp)
Verbetering van de voedselvoorziening voor vluchtelingen in het noorden van Syrië
€ 134.421
€ 139.786
juni Levensonderseptember ‘13 houd
International Leadership Academy: training van jongeren op contemporaine thema's als conflicthantering, milieu, kinderrechten
€ 126.820
€ 429.502
september ‘10 Onderwijs - augustus ‘13
Pilot programma kinderrechten en maatschappelijk verantwoord ondernemen
€ 9.783
€ 18.258
septemberdecember ‘13
1) Distributie van 8000 muskietennetten en 1100 pakketten met essentiele huishoudgoederen. 2) Distributie van 4600 hygiëne-, 1600 waterzuiverings- en 700 baby pakketten. 3) Training en ondersteuning van lokale organisaties en de gemeenschap bij de uitvoering van programmaonderdelen. Kinderen direct bereikt: 16.000 en indirect bereikt: n.v.t. Zie pagina 35 voor een uitgebreide beschrijving van dit programma. 1) Renovatie van een gebouw om deze als bakkerij in te kunnen richten. 2) Werving en training van personeel voor de bakkerij. 3) Installatie van een oven voor de productie van brood voor 20.000 mensen. Kinderen direct bereikt: 13.000 en indirect bereikt: n.v.t. 1) Meer dan 4.000 jongeren verspreid over Turkije hebben deelgenomen aan trainingen op het vlak van communicatie, IT, discriminatie, rechten en milieu. 2) Training van 147 jongeren in het zelf organiseren en geven van trainingen. 3) Organiseren van een tweetal internationale trainingen voor 111 jongeren uit 29 landen. Kinderen direct bereikt: 4.000 en indirect bereikt: n.v.t 1) Studie gedaan van beleidsstukken van CORIO op het gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemen. 2) Rapport opgesteld met aanbevelingen hoe kinderrechten nog meer geïntegreerd kunnen worden in de bedrijfsvoering. 3) Presentatie gegeven van de bevindingen aan CORIO. Kinderen direct bereikt: n.v.t. en indirect bereikt: n.v.t.
MIDDEN-OOSTEN / OOST-EUROPA Syrië Noodhulp voor kinderen en hun familie in noord Syrië
Turkije
Bescherming
55
PROGRAMMA OVERZICHT Land
Programma
Verstrekte Budget Looptijd subsidies ’13 looptijd programma
MIDDEN-OOSTEN / OOST-EUROPA € 64.155 Jemen Bescherming van jongeren tegen (seksueel) geweld door het benadrukken van hun rechten binnen de gezondheidszorg- en onderwijssystemen Afrika Burkina Faso Democratische Republiek Congo
56
Thema
Een greep uit de resultaten
€ 2.271.404
augustus ‘13 juli ‘15
Bescherming
1) Opstart van het programma (inhuren en trainen medewerkers, afsluiten overeenkomsten met overheid en lokale partners). 2) Werk- en monitoring plan opgesteld en onderzoek opgestart. Trainings- en informatiemateriaal samengesteld en vertaald. 3) In samenwerking met overheid en gemeenschappen zijn de projectlokaties geselecteerd. Kinderen direct bereikt: n.v.t. en indirect bereikt: n.v.t. (programma verkeert nog in opstartfase)
Gezondheidszorg (noodhulp) Gezondheidszorg, onderwijs, bescherming (noodhulp)
1) Drie latrines zijn gebouwd in een medisch centrum. 2) Hygiëne pakketten zijn uitgedeeld aan 2.000 moeders. Kinderen direct bereikt: 1.077 en kinderen indirect bereikt: n.v.t. 1) 250 ontheemde kinderen hebben een medisch consult gehad. 2) 315 ontheemde kinderen hebben toegang tot onderwijs gekregen. 3) 270 volwassenen en 180 kinderen kregen voorlichting over bescherming en 21 kinderen die net herenigd waren met hun ouders kregen begeleiding. Kinderen direct bereikt: 965 en indirect bereikt: 541 1) 4 47 gezondheidswerkers uit lokale gemeenschappen en 44 gezondheidswerkers uit klinieken zijn getraind in herkenning en behandeling van ondervoede kinderen. 2) 1.269 kinderen zijn behandeld voor ondervoeding. 3) 25.337 kinderen jonger dan 5 jaar zijn gescreend op ondervoeding. Kinderen direct bereikt: 1.269 en indirect bereikt: 25.337 1) 956 schoolbanken op scholen gedistribueerd. 2) 96 tafels en stoelen voor leerkrachten op scholen gedistribueerd. Kinderen direct bereikt: 5.993 en indirect bereikt: n.v.t. 1) 8 scholen (met 72 klaslokalen) zijn gerenoveerd. 2) 7 ouder/kind comités zijn getraind. 3) 92 leerkrachten zijn getraind. 4) 2 jongerencentra gebouwd, ingericht en operationeel gemaakt. Kinderen direct bereikt: 13.108 en indirect bereikt: 1.859
Noodhulp vanwege voedselcrisis (besteding geboekt in ‘12) Noodhulp vanwege conflict Goma
€ 0
€ 25.000
juni ‘12 juli ‘13
€ 18.402
€ 20.000
november ‘12 - februari ‘13
Terugdringen van acute ondervoeding en kindersterfte in het Luberogebied II
€ 94.017
€ 103.400
november ‘12 - oktober ‘13
Verstrekken van schoolmeubilair en lesmateriaal op scholen in Lubero Dutch Consortium for Rehabilitation
€ 63.022
€ 169.522
september ‘11 Onderwijs - augustus ‘14
€ 892.293
€ 3.894.261
januari ‘11 december ‘15
Gezondheidszorg
Onderwijs
3. Programma’s
PROGRAMMA OVERZICHT Land Afrika Ethiopie
Liberia
Programma
Verstrekte Budget Looptijd subsidies ’13 looptijd programma
Thema
Een greep uit de resultaten
Keep it Real: seksuele voorlichting voor jongeren
€ 493.875
€ 2.673.584
januari ‘13 december ‘15
Gezondheidszorg
Dutch Consortium for Rehabilitation
€ 203.464
€ 1.203.576
januari ‘11 december ‘15
Onderwijs
Het verbeteren van de overlevingskansen van kinderen in Liberia door nauw samen te werken met de gemeenschap Verbeteren van de toegang tot onderwijs, sociale vaardigheden en bescherming van straat- en werkende kinderen Opvangcentrum voor straatkinderen in Bong
€ 67.166
€ 103.400
januari ‘13 juni ‘14
Gezondheidszorg
1) 28 leraren zijn getraind en hebben op hun beurt 1.780 leerlingen van 5 basisscholen en 6 middelbare scholen voorlichting gegeven op het gebied van seksuele en reproductieve gezondheid en rechten (SRGR). 2) Voorafgaand aan deze trainingen heeft een verkenning plaatsgevonden om precies te kunnen vaststellen op welke gebieden de leraren kennis missen. 3) Een SRGR voorlichting- en educatie werkgroep is opgericht binnen het nationale SRGR platform. Kinderen direct bereikt: 1.780 en indirect bereikt: n.v.t. 1) 2.186 kinderen hebben lesmaterialen ontvangen. 2) 177 leerkrachten zijn getraind, o.a. in meer kindvriendelijke lesmethoden. 3) Er zijn 10 klaslokalen gebouwd/gerenoveerd. Kinderen direct bereikt: 10.237 kinderen indirect bereikt: 40.948 1) 30 begeleiders zijn geïdentificieerd en getraind. 2) 8 0 traditionele vroedvrouwen en 85 vrijwillige gezondheidswerkers zijn getraind. Kinderen direct bereikt: 1.983 kinderen indirect bereikt: 23.784
€ 20.935
€ 100.000
januari ‘13 december ‘14
Onderwijs
€ 9.527
€ 128.800
september ‘13 Onderwijs - augustus ‘14
1) 2 nieuwe gebouwen voor centra zijn gerenoveerd en medewerkers zijn aangenomen. 2) 312 meisjes zijn ingeschreven in de 3 centra. 3) Spel- en lesmateriaal is geleverd aan de centra. Kinderen direct bereikt: 312 kinderen indirect bereikt: 1.156 1) Het gebouw waarin het centrum gehuisvest is, is gerenoveerd en medewerkers voor het centrum zijn aangenomen. 2) De lokale gemeenschap en de lokale overheid is nauw betrokken geweest bij de gehele opstart van het project en bij de identificatie van de meisjes. Kinderen direct bereikt: 76 kinderen indirect bereikt: n.v.t.
57
PROGRAMMA OVERZICHT
58
Land
Programma
Thema
Een greep uit de resultaten
Afrika Malawi
Verstrekte Budget Looptijd subsidies ’13 looptijd programma
Childlink
€ 35.113
€ 35.113
januari december ‘13
Onderwijs, gezondheidszorg en levensonderhoud
Mozambique
Tegengaan van chronische ondervoeding met behulp van voedingssupplementen
€ 0
€ 500.000
oktober ‘13 november ‘16
Gezondheidszorg
Oeganda
Dutch Consortium for Rehabilitation
€ 603.653
€ 2.287.192
januari ‘11 december ‘15
Onderwijs, levensonderhoud en gezondheidszorg
“Youth get it right” Een eerlijk rechtssysteem en beroepsonderwijs
€ 441.874
€ 1.746.553
oktober ‘12 - Onderwijs en september ‘15 bescherming
Dit programma is een bijdrage aan een groter Save the Children International Sponsorprogramma in Afrika dat door meerdere Save the Children-lidorganisaties wordt gesteund. Save the Children Nederland draagt o.m. bij aan hulp voor Malawi. Save the Children voorziet kinderen van scholing, voeding en gezondheidszorg. Kinderen direct bereikt: n.v.t. en indirect bereikt: n.v.t. Het programma is 15 oktober ‘13 van start gegaan. Deze eerste maanden zijn gebruikt om staf aan te nemen en administratieve zaken te regelen. In het jaarverslag van ‘14 rapporteren we de eerste concrete resultaten van het programma. Kinderen direct bereikt: n.v.t. en kinderen indirect bereikt: n.v.t. 1) 110 spaargroepen getraind in spaar- en leenmethodes. 2) 210 gezondheidswerkers getraind oppreventie van malaria, diarree en TBC. 3) 1.121 kinderen hebben lesmaterialen en hygieneartikelen ontvangen. 4) 4 scholen zijn gerenoveerd. Kinderen direct bereikt: 20.221 en indirect bereikt: 97.913 Zie pagina 43 voor een uitgebreide programmabeschrijving. 1) 408 jongeren volgen vakonderwijs 2) 83 medewerkers in de strafrechtketen getraind op kindvriendelijk recht. 3) 3 beleidsbeinvloedingsactiviteiten gedaan ter verbetering van het jeugdstrafrecht. 4) 1 mediacampagne op de radio gestart om de acceptatie van kindvriendelijk recht te vergroten. Kinderen direct bereikt: 753 en indirect bereikt: 1.277 Zie pagina 41 voor een uitgebreide programmabeschrijving.
3. Programma’s
PROGRAMMA OVERZICHT Land
Programma
Verstrekte Budget Looptijd subsidies ’13 looptijd programma
Thema
Een greep uit de resultaten
Keep it Real: seksuele voorlichting voor jongeren
€ 797.526
€ 3.458.023
januari ‘13 december ‘15
Gezondheidszorg
Oeganda en Ethiopie
Keep it Real: seksuele voorlichting voor jongeren
€ 30.147
€ 299.000
januari ‘13 december ‘15
Gezondheidszorg
Zuid-Soedan
Dutch Consortium for Rehabilitation
€ 985.230
€ 4.456.977
januari ‘11 december ‘15
Onderwijs en levensonderhoud
Zuid-Soedan, Liberia, Oeganda en DRC Zuid-Soedan
Dutch Consortium for Rehabilitation
€ 270.348
€ 1.507.789
januari ‘11 december ‘15
Overig
Noodhulp voor de door conflict getroffen bevolking in Zuid-Soedan (besteding geboekt in 2012)
€ 0
€ 25.000
juli ‘12 maart ‘13
Onderwijs
1) B estaande seksuele en reproductieve gezondheid en rechten (SRGR) programma is aangepast. 2) 180 zogenoemde “”peer educators”” die deel uit maken van jongerengroepen zijn getraind in het overbrengen van SRGR kennis aan andere jongeren. 3) Jongeren die niet naar school gaan en niet meer thuis wonen hebben voorlichting gekregen over SRGR van deze “peer educators”. 4) 296 schoolgaande jongeren zijn getraind om SRGR voorlichting te geven aan medescholieren in schoolclubs. 5) 235 leraren zijn getraind in SRGR. Kinderen direct bereikt: 476 en indirect bereikt: n.v.t. In dit programma dat zowel in Oeganda als ook in Ethiopië wordt uitgevoerd (zie hierboven) is een onderzoek opgezet om de impact van SRGR educatie op de doelgroep te meten. Kinderen direct bereikt: n.v.t en indirect bereikt: n.v.t. 1) 7 scholen gerenoveerd. 2) 575 boeren getraind in effectieve landbouwmethoden. 3) 56 leraren getraind in kindvriendelijke lesmethoden. 4) 189 volwassenen getraind in het bevorderen van hygiëne. Kinderen direct bereikt: 4.767 en indirect bereikt: 9.534 Zie pagina 45 voor een uitgebreide programmabeschrijving. Activiteiten in Nederland t.b.v. het Dutch Consortium for Rehabilitation (DCR). Hieronder vallen website, nieuwsbrieven en contacten met politici, alsmede technische ondersteuning van het programma. 1) 16 vluchtelingenkinderen kregen toegang tot basisonderwijs in de vluchtelingenkampen. 2) 4 leraren zijn aangenomen en getraind. Kinderen direct bereikt: 11 en indirect bereikt: 81 Bijdrage aan programma van Save the Children International.
Afrika Oeganda
59
PROGRAMMA OVERZICHT Land Afrika Zuid-Soedan
Programma
Verstrekte Budget Looptijd subsidies ’13 looptijd programma
“Youth get it right” Een eerlijk rechtssysteem en beroepsonderwijs
€ 674.988
€ 2.449.060
oktober ‘12 - Bescherming september ‘15 en levensonderhoud
1) 161 jongeren (80 jongens/ 81 meisjes) volgen vakonderwijs. 2) 4 00 medewerkers in de strafrechtketen (formeel en informeel) getraind op kindvriendelijk recht. 3) 10 beleidsbeinvloedingsactiviteiten gedaan ter verbetering van het jeugdstrafrecht. Kinderen direct bereikt: 1.277 en indirect bereikt: 150
€ 15.510
€ 15.510
februari juli ‘13
Overig (noodhulp)
Childlink
€ 25.150
€ 25.150
januari december ‘13
Onderwijs en gezondheidszorg
Reckitt Benckiser Global Program
€ 3.611
€ 43.780
januari ‘12 december ‘13
Gezondheidszorg
1) 775 gezinnen hebben een muskietennet ontvangen. 2) 2.325 kinderen hebben een pakket met schoolspullen ontvangen. 3) 107 leraren van 32 scholen getraind in hygiëne en kinderbescherming. Kinderen direct bereikt: 3.523 en indirect bereikt: 7.046 Zie ook beschrijving kindernoodhulpfonds. Dit programma is een bijdrage aan een groter Save the Children International Sponsorprogramma in Midden- en Zuid-Amerika dat door meerdere Save the Children lidorganisaties wordt gesteund. Save the Children Nederland draagt o.m. bij aan hulp voor Bolivia. Save the Children voorziet kwetsbare kinderen van scholing, psychologische bijstand en gezondheidszorg. Kinderen direct bereikt: n.v.t. en indirect bereikt: n.v.t. 1) 5 gezondheidsmedewerkers hebben training ontvangen ten aanzien van zorg voor zwangere vrouwen, gezinsplanning en voorbereiding van de geboorte. 2) 1 workshop over voeding georganiseerd voor 10 vaders en moeders. 3) 31 jongeren hebben door middel van een theatershow voorlichting gekregen over ongewenste zwangerschappen. Kinderen direct bereikt: 170 en kinderen indirect bereikt: 13.329
Latijns-en Midden Amerika Bolivia Noodhulp overstromingen
Brazilië
60
Thema
Een greep uit de resultaten
3. Programma’s
PROGRAMMA OVERZICHT Land
Programma
Latijns-en Midden Amerika Haïti Veilig en goed kleuter- en basisonderwijs na de zeer zware aardbeving van ‘10 (besteding geboekt in 2012)
Kwaliteitsonderwijs: verbeteren van leesvaardigheden in de Franse en Creoolse taal
Verstrekte Budget Looptijd subsidies ’13 looptijd programma
Thema
Een greep uit de resultaten
€ 0
€ 1.961.854
oktober ‘10 februari ‘13
Onderwijs
€ 54.386
€ 93.965
maart ‘13 januari ‘14
Onderwijs
1) 9 leeskampen opgezet in Port au Prince (PaP) met de steun van oudercomite’s. 2) 30 vrijwilligers in PaP zijn getraind in het helpen van kinderen bij lezen in hun moedertaal. 3) 1.482 ouders in PaP ontvingen een training over belang van lezen voor hun kinderen. 4) 14 boekenbanken zijn opgezet. 5) 20 mobiele bibliotheken zijn opgezet in scholen. Kinderen direct bereikt: 3.566 en indirect bereikt: 10.384 1) 10 leeskampen zijn opgezet in Leogane met de steun van oudercomite’s. 2) 26 vrijwilligers in Leogane zijn getraind in het helpen van kinderen bij lezen in hun moedertaal. 3) 1.501 ouders in Leogane ontvingen een training over belang van lezen voor hun kinderen. 4) 14 boekbanken zijn opgezet. 5) 20 mobiele bibliotheken zijn opgezet in scholen. Kinderen direct bereikt: 5.588 en indirect bereikt: n.v.t. 1) In 34 gemeenschappen zijn 35 moeder- en kindzorg groepen actief met de steun van 103 getrainde vrijwilligers. 2) 34 gezondheidscomités zijn gestart en voeren werkplannen uit ter verbetering van welzijn in de lokale gemeenschappen. Kinderen direct bereikt: 3.352 en indirect bereikt: n.v.t. Activiteiten voor dit project worden in ‘14 opgestart
Honduras
Vergroten overlevingskansen € 32.000 van kinderen uit de inheemse Lenca gemeenschappen van Honduras
€ 160.000
november ‘11 - april ‘13
Gezondheidszorg
Honduras
Capaciteitsopbouw fondswerving SC Honduras
€ 10.000
€ 20.000
Overig
Mexico
Onderwijs voor kansarme kinderen in Chiapas
€ 49.774
€ 327.645
december ‘13 - december ‘14 februari ‘09 juni ‘13
Onderwijs
1) Educatieve workshops gegeven op 13 scholen over kinderrechten en tegengaan van geweld voor 1.621 kinderen en jongeren. 2) 1 .154 ouders hebben meegedaan aan workshops over kinderrechten en kindbescherming. Kinderen direct bereikt: 1.621 en indirect bereikt: n.v.t.
61
PROGRAMMA OVERZICHT Land
Programma
Verstrekte Budget Looptijd subsidies ’13 looptijd programma
Latijns-en Midden Amerika Mexico Betere gezondheidszorg voor € 55.880 moeder en kind in Chiapas
Psychosociale hulp na orkaan € 20.000 Manuel en tropische storm Ingrid (noodhulp)
62
Thema
€ 160.000
april ‘13 Gezondheidsseptember ‘14 zorg
€ 20.000
september ‘13 Bescherming - december (noodhulp) ‘13
Een greep uit de resultaten
1) 3 0 vrijwillige gezondheidswerkers en 8 traditionele verloskundigen hebben 7 trainingen ontvangen over basiskennis gezondheidszorg voor moeder en kind; ook voor het gezondheidspersoneel van de overheid zijn trainingen gehouden 2) 30 vrijwillige gezondheidswerkers en 8 verloskundigen hebben een gezondheidspakket en EHBO artikelen ontvangen en zijn getraind in het gebruik ervan. 3) 398 kinderen in de leeftijd van 0-14 jaar hebben deelgenomen aan het “festival van de gezondheid”. 4) 53 kinderen hebben een geboortebewijs ontvangen. Kinderen direct bereikt: 53 en indirect bereikt: 396 Zie pagina 47 voor een uitgebreide beschrijving van dit programma Deze bijdrage is onderdeel van een groter Save the Children International programma dat psychosociale steun verleent en algemene noodhulp biedt aan de overlevenden van de orkaan Manuel en tropische storm Ingrid. Kinderen direct bereikt: n.v.t. en indirect bereikt: n.v.t.
3. Programma’s
KinderNoodhulpFonds
Nieuw project: kinderbescherming in China
Save the Children Nederland beheert het KinderNoodhulpFonds. Dit fonds bevat € 300.000,-. Bij rampen of conflicten kunnen we met dit fonds direct in actie komen en noodhulp bieden. Ook wordt het fonds gebruikt voor hulpactiviteiten bij rampen die minder in de schijnwerpers staan. In 2013 is er in negen situaties gebruik gemaakt van het KinderNoodhulpFonds. Hieronder beschrijven we er drie.
In december 2013 is in China een driejarig project van start gegaan. Dit project is op initiatief van Save the Children Nederland. Het programma richt zich op het beschermen van kinderen en vrouwen tegen seksueel geweld, misbruik, uitbuiting en mensenhandel in drie gemeenschappen in de Yunnan provincie (grenzend aan Myanmar en Vietnam). Op verzoek van de overheid geven we ook advies bij het uitrollen van soortgelijke programma’s in 20 andere Chinese provincies.
€ 25.000,- voor Syrische kinderen in Jordanië Met dit bedrag kunnen we het kinderbeschermingsprogramma ‘Safe you, Safe me’ voor Syrische vluchtelingenkinderen in Jordanië voortzetten. Dit programma wordt medegefinancierd door UNICEF en bereikt circa 1.000 kinderen direct. € 25.000 voor India In Juni 2013 teisterden zware overstromingen en landverschuivingen Noord-India. Save the Children Nederland heeft bijgedragen aan het lenigen van de eerste noden. 2.500 gezinnen zijn geholpen met kookgereedschap, dekens en plastic waterbestendige spreien. € 15.000 voor Bolivia In maart 2013 werd Cochabamba in Bolivia getroffen door hevige regens en overstromingen. Meer dan 27.000 gezinnen werden getroffen. Save the Children heeft bijgedragen aan een noodhulpactie door het uitdelen van hygiënepakketten, jerrycans, dekens, medicijnen, zaden en landbouwmateriaal.
Unieke positie Save the Children werkt al jaren in China, onder andere op het gebied van kindersterfte, onderwijs en bescherming. “Wij zijn één van de weinige organisaties die hier werken”, vertelt Pia MacRae, landendirecteur Save the Children China. Grote uitdagingen Werken in China betekent dat je te maken krijgt met allerlei beperkingen. Pia: “In vergelijking met andere landen - zoals Brazilië, Zuid-Afrika of Bangladesh, kent China een zwak maatschappelijk middenveld. Daarnaast worden de media volledig gecontroleerd door de overheid. En fondsen werven in China is nog steeds niet haalbaar. We zijn afhankelijk van financiële steun van buiten China, onder andere via de andere leden van Save the Children”. Kinderrechten Kinderrechten zijn in China een gevoelig onderwerp. Kinderen werden vaak zonder enige vorm
van proces opgesloten in de gevangenis. “Na hier tien jaar intensief mee bezig te zijn geweest is vorig jaar eindelijk de strafprocedure aangepast in de wet”, vertelt Pia trots. “Een groot succes en een blijvende verandering voor kinderen, waar Save the Children haar steentje aan heeft bijgedragen!”. China wereldmacht Pia benadrukt dat het werk dat Save the Children doet in China heel erg nodig is en blijft. “Alhoewel China wordt gezien als wereldmacht en een rijk land, leven ongeveer 150 miljoen mensen onder de armoedegrens. Dit heeft een enorme impact op kinderen. Door de snelle economische groei en de grote armoede worden ouders gedwongen om te werken bij bedrijven overal door het land. Vaak zijn ze hierdoor genoodzaakt om hun kinderen achter te laten. 61 miljoen kinderen groeien in China daarom op zonder ouders”. Stel je eens voor, dat is bijna 3 ½ keer de gehele Nederlandse bevolking. Save the Children is door jarenlange ervaring in het land een vanzelfsprekende belangrijke gesprekspartner voor de Chinese overheid. “Ik geloof echt dat we samen het verschil kunnen maken in China”, aldus Pia. “De Nederlandse bijdrage aan het verbeteren van de kinderrechten in China is dan ook meer dan welkom.”
63
hoofdstuk 4 CAMPAGNES EN ACTIES
64
Verslag van de Directie
65
Voor ons werk is draagvlak bij het Nederlandse publiek van groot belang. We informeren, inspireren en betrekken mensen bij ons werk door campagnes en acties en door consequent ons ‘gezicht’ te tonen aan de Nederlandse samenleving. Als een thema of onderwerp bijzondere aandacht verdient, pakken we dit op via campagnes en acties. Onze campagnes zijn gericht op een samenspel van voorlichting, beleidsbeïnvloeding en fondsenwerving.
4.1 Every One Sinds 2010 vestigt Save the Children de aandacht op het probleem van kindersterfte met een grote internationale campagne: Every One. We vragen in deze campagne specifiek aandacht voor kindersterfte door ondervoeding, vroeggeboorte en eenvoudig te voorkomen en genezen ziektes. Save the Children geeft voorlichting aan het Nederlandse publiek door aandacht te vragen voor internationale rapporten over het belang van voedselzekerheid en goede gezondheidszorg. Deze rapporten gebruiken wij voor pleitbezorging richting politiek en Ministerie. Verder bezoeken onze vrijwilligers het hele jaar door basis- en middelbare scholen. In 2013 hebben ze 32 keer op 17 verschillende scholen voorlichting gegeven over het werk van Save the Children, waarbij het thema kindersterfte centraal stond. Daarnaast heeft dit thema in 2013 ook een belangrijke rol gespeeld bij de fondsenwerving, zowel bij straat- als deurwerving. Rapporten voeding en zorg ‘Superfood for babies’ Rapport over het nut en de noodzaak van borstvoeding gedurende de eerste 1.000 dagen in een kinder-
66
leven. In dit rapport werd tevens de rol van (internationale) bedrijven die vervangende babyvoeding produceren aan de orde gesteld. Niet alle bedrijven blijken zich te houden aan de code van de World Health Organisation die verbiedt om substituutvoeding te promoten als een alternatief voor moedermelk. Een belangrijke boodschap, die ook in Nederland moet leiden tot betere controle en toezicht op het naleven van bestaande wetgeving op dit gebied. ‘State of the World’s Mother 2013’ Het jaarlijkse ‘State of the World’s Mothers’-report laat zien welke landen achterblijven in het verlenen van voldoende zorg aan moeders en kinderen. Volgens het rapport is Finland de beste plek om een kind op de wereld te zetten. De slechtste plek is de Democratische Republiek Congo. Nederland steeg in het rapport van de tiende naar de vijfde plaats van landen waar kinderen het beste geboren kunnen worden. Every One: geboorteregistratie in Centraal-Azië Na eerdere succesvolle acties van ‘Brei een mutsje en doneer een euro’ deden we eind 2012 een nieuwe oproep. Save the Children ontving 115.000 gebreide mutsjes. Deze zijn uitgedeeld aan jonge moeders in Tadzjikistan. Met het gedoneerde geld financierden we de registratie van pasgeborenen in afgelegen gebieden in dat land, waardoor ze een paspoort hebben voor de toekomst. De mutsjes zijn in Nederland verzameld bij Sam’s Kledingactie in Den Bosch. Dankzij sponsoring van deelnemende bedrijven kon het transport nagenoeg kosteloos plaatsvinden. Mediawaarde We hebben met de brei-actie in totaal 7.107.586 mensen bereikt via vrije publiciteit versus 6,8 miljoen
mensen met de brei-actie voor India in 2011/2012. De mediawaarde van de artikelen (dus exclusief radio en televisie) bedraagt: € 216.046,-. Dit is fors meer dan de vorige brei-actie met een mediawaarde van € 177.475,-. De media-aandacht betreft vooral kranten (lokaal, regionaal en landelijk), maar ook op radio en televisie was er aandacht voor de actie: Jeugdjournaal, Koffietijd, RTV West en 4 ME. Online bereik Gedurende de campagne bezochten 88.000 unieke bezoekers de pagina’s over de brei-actie op onze website. Ook op social media had de campagne een groot bereik: tijdens de looptijd van de brei-actie steeg het aantal likes op onze Facebook pagina met 1.764.
4.2 Conflict Syrië Vijf miljoen kinderen Meer dan vijf miljoen Syrische kinderen zijn slachtoffer van een gruwelijke burgeroorlog, een van de ergste humanitaire rampen van het afgelopen decennium. Dit drama duurt nu al drie jaar. In 2013 is de situatie in Syrië en omringende landen nog dramatischer geworden. Lost generation De kinderen die nu opgroeien lopen het risico de volgende ‘lost generation’ te worden. Dat kunnen en mogen we niet laten gebeuren. Deze kinderen hebben behoefte aan veiligheid en bescherming; willen ook gewoon naar school. Daarom hebben Save the Children en andere organisaties de handen ineen geslagen. Gezamenlijk vestigen we mondiaal de aandacht op deze grove schending van kinderrechten en we
4. Campagnes en acties
roepen iedereen op om ons te steunen zodat deze Syrische kinderen verdere gruwelijkheden en een uitzichtloze toekomst bespaard blijft. Vanzelfsprekend heeft Save the Children Nederland via verschillende acties dit schrijnende probleem in ons land voor het voetlicht gebracht.
4.3. Samenwerkende hulporganisaties De Samenwerkende Hulporganisaties (SHO) vormen een samenwerkingsverband van elf Nederlandse hulporganisaties. Save the Children Nederland is er één van. Bij grote rampen werken wij samen in een Nationale Actie, waaraan ook andere particuliere organisaties als gastorganisatie deel kunnen nemen. Giro 555 wordt dan opengesteld. In 2013 kwamen de Samenwerkende Hulporganisaties tweemaal in actie, voor Syrië en voor de Filippijnen.
direct Giro 555. Van oktober 2013 tot februari 2014 werd ruim € 36 miljoen opgehaald voor de slachtoffers in de Filippijnen. Save the Childrens ambassadeur Cystine Carreon was te gast bij Pauw en Witteman en bij Radio 2 om te vertellen over haar verbondenheid met de Filippijnen, het land waar haar roots liggen. Met onze SHO bijdrage zijn we onmiddellijk gestart met het uitdelen van noodpakketten en met de opvang van kinderen in een kindvriendelijke speelplek.
Help slachtoffers Syrië Miljoenen Syriërs zijn slachtoffer van de aanhoudende burgeroorlog. Vele onschuldige mensen zijn gevlucht. Er is dringend meer hulp nodig.
Syrië In het voorjaar wierf de SHO gezamenlijk voor de Syrische slachtoffers. De opbrengst was € 5 miljoen, waarvan Save the Children € 226.288,- ontving. De actie werd ingeluid met een TV- avond ‘SOS Syrië’ op Nederland 2. Save the Children heeft haar deel van de opbrengst besteed aan de inrichting van een bakkerij in Syrië, waardoor 20.000 mensen dagelijks voorzien kunnen worden van brood. En aan de opvang van Syrische vluchtelingen in het Za’atari vluchtelingenkamp in Jordanië. Filippijnen Op 8 oktober 2013 raasde supertyfoon Haiyan over de Filippijnen en liet een spoor van verwoesting achter. De Samenwerkende Hulporganisaties openden
GEEF NU!
Giro555 Den Haag
SAMENWERKENDE H U L P O R G A N I S AT I E S
Walaa: “een trieste, donkere dag” “Het was 24 april 2011. Ik was thuis in Syrië samen met mijn ouders eten aan het maken. Plotseling was er een enorme explosie. Daarna hoorde ik alleen maar geschreeuw. Nog een explosie. Mensen begonnen te schreeuwen. Mijn broertjes begonnen te huilen, iedereen was doodsbang. We vertrokken naar mijn opa en oma. Onderweg zagen we alleen maar dode en schreeuwende mensen. Overal om ons heen roken we bloed. Na die nacht woonden we anderhalf jaar met zijn negenen in één kamer bij mijn opa en oma. Maar zelfs die kamer namen ze van ons af na weer een grote explosie. We moesten het huis van mijn opa en oma verlaten en kwamen in Jordanië terecht. We hebben alles moeten achterlaten. Alles verloren. In Jordanië moesten we weer twee keer verhuizen in drie maanden. Ik kan niet naar school. Maar we zijn hier tenminste wel veilig. De situatie in Syrië wordt steeds erger. Ik hoor dat kinderen daar op straat leven. Ze hebben geen eten en sterven bijna van de kou. Ik kan nog steeds niet geloven wat er is gebeurd. Het voelt als een nachtmerrie. Ik vind het vreselijk dat de Syrische mensen zo moeten lijden. Mijn vrienden en familie zijn nog steeds in Syrië. Ik hoop dat ze mij kunnen vergeven dat ik veilig ben en zij nog steeds in gevaar zijn. Ik vraag aan iedereen die dit leest om ons te helpen. Alsjeblieft!”
www.giro555.nl
67
4.4 Den Haag voor Liberia De gemeente Den Haag ondersteunt om het jaar een jaar lang een goed doel. De internationale stad van vrede en recht koos voor het seizoen 2013-2014 voor Save the Children. De gemeente, haar inwoners, scholen, bedrijven, sportclubs, zorginstellingen en andere organisaties zetten zich in voor het werk van Save the Children in Liberia. Diverse evenementen, waaronder het Ondernemersgala Den Haag en de City-Pier-City Loop, staan in het teken van Save the Children. Medewerkers van de gemeente Den Haag zetten zich een jaar lang in. Wijzelf benaderen scholen, bedrijven, sportverenigingen en andere partijen met het verzoek om in actie te komen. Naast fondswerving is ook het geven van voorlichting over de situatie van kinderen in Liberia een belangrijke doelstelling. Dankzij samenwerking met mediapartners binnen de gemeente, zoals TV West en diverse stadskranten, scholen en bedrijven ontstaat een mooi platform om informatie te geven over ons werk en de leefomstandigheden van kinderen. OndernemersGala Den Haag 2013 Het OndernemersGala 2013 nam al een voorschot op het ‘Den Haag-jaar’ en stelde twee derde van de opbrengsten van het Gala ter beschikking aan straatkinderen in Liberia. Met de opbrengsten kon Save the Children een opvanghuis voor meisjes openen in het afgelegen Bong. Voorafgaand aan het Gala reisde Frits Huffnagel, het gezicht van de campagne in Den Haag, naar Liberia om een soortgelijk opvanghuis in Monrovia te bezoeken. De documentaire over zijn reis werd meerdere malen getoond op TV West.
68
Kick-off van het actiejaar Op woensdag 13 november lanceerden leerlingen uit groep acht van de Helen Parkhurstschool in Den Haag het actiejaar ‘Doe iets of Geef wat’. Frits Huffnagel en de Haagse wethouder van Onderwijs Ingrid van Engelshoven gingen in gesprek met de leerlingen over de omstandigheden van kinderen in Liberia en de wethouder testte hun kennis over kinderrechten met een kennisquiz. Vervolgens gingen de leerlingen aan de slag met een inzamelingsactie, om zo veel mogelijk geld op te halen voor hun leeftijdsgenootjes in Liberia. Sinterklaasintocht Save the Children was goed vertegenwoordigd bij de Sinterklaasintocht in Den Haag. De Goedheiligman kwam zelfs in Nederland aan met een mooie cheque voor Save the Children, want ook Sinterklaas vindt dat alle kinderen recht hebben op een toekomst. De Pietenband reed dit jaar op de Save the Childrenkar en langs de route deelden zwarte pieten kleurplaten van Save the Children uit. Score Mee voor het goede doel In aanloop naar het WK hockey in Den Haag is Save the Children prominent aanwezig op enkele hockeyclubs. Op de shirts van zowel Dames 1 van HBS Craeyenhout als van Klein Zwitserland prijkt Save the Children. Bovendien laten vele kinderelftallen zich sponsoren: voor elk gemaakt doelpunt gaat er een bijdrage naar Save the Children. The Hague Festival Save the Children was ruimschoots vertegenwoordigd op de festivals in Den Haag. Tijdens Vlaggetjes Dag en Parkpop gaven vrijwilligers voorlichting over Save the Children en tijdens de The Hague Art Fair waren veel
schilderijen voorzien van een sticker. Deze gaf aan dat 10% van het verkoopbedrag ten gunste van Save the Children is. Oliebollen voor kinderen in Liberia Medio december bakte Jan Vermolen, van de bekende oliebollenkraam op het Spuiplein in Den Haag belangeloos voor het goede doel. Gemeentemedewerkers en bezoekers van het stadhuis konden de hele dag een overheerlijke oliebol kopen voor 1 euro. De helft hiervan ging naar Save the Children. Jan verkocht die dag 3.000 oliebollen. Reken maar uit….
4.5 Samenwerkende Kinderfondsen Binnen de Stichting Samenwerkende Kinderfondsen (SKF) heeft Save the Children zich verenigd met Defence for Children, Compassion, Plan Nederland, Red een Kind, WereldOuders en World Vision. Doelstelling is het ontwikkelen en opzetten van gezamenlijke campagnes om zo breed mogelijk draagvlak te creëren voor de rechten van het kind wereldwijd. Een van de belangrijkste initiatieven is de gezamenlijke ‘Week van het Kind’. De Week van het Kind Wat maakt kinderen blij? Die vraag vormt de kern van de ‘Week van het Kind’ van de Samenwerkende kinderfondsen (SKF). Kinderen hebben de toekomst, kinderen zijn sterk en kinderen zijn veerkrachtig. Dit wil de SKF laten zien door kinderen deze vraag te laten beantwoorden. Fotograaf Chris de Bode reisde vorig jaar naar Haïti, Liberia, Vietnam en Oeganda. Overal vroeg hij kinderen om zelf te fotograferen waar ze blij van werden. Het resultaat was verrassend.
4. Campagnes en acties
Conflict Syrië Januari Dossier Syrië op trouw.nl Twee weken lang dagelijks een bericht over de situatie in en rond Syrië op trouw.nl Maart Rapport ‘Childhood under fire’ Publicatie van het rapport ‘Childhood under fire’, dat ingaat op de gevolgen van twee jaar oorlog in Syrië. Centraal in het rapport staat het wegvallen van de onderwijsstructuur. Steunbetuiging Online actie op volkskrant.nl en trouw.nl om steun te betuigen. Bezoekers van de sites werd gevraagd om online een kaarsje aan te steken en zo hun betrokkenheid te tonen met de Syrische kinderen. Leerlingen van basisscholen in Nederland staken een echt kaarsje op voor de slachtoffers. Deze kaarsjeswake vond plaats op diverse plaatsen in de wereld, waaronder Amman, London, Berlijn en Rome. April Giro 555 voor Syrië Save the Children levert, als deelnemer van de Samenwerkende Hulporganisaties, een actieve bijdrage aan deze actie. De actie levert in totaal € 5 miljoen euro op.
Mei Met Paul de Leeuw naar Jordanië Save the Children neemt namens de Samenwerkende Hulporganisaties presentator Paul de Leeuw mee naar het Za’atari vluchtelingenkamp in Jordanië. De presentator is zeer onder de indruk van deze reis en wijdt een volledige uitzending van zijn programma ‘Langs de Leeuw’ aan Giro 555 en de Syrische slachtoffers. Juni Boodschap aan de wereld Samen met onze zusterorganisatie in Jordanië organiseren we een bijzondere actie in het Za’atari vluchtelingenkamp. In de veilige opvangplekken maken Syrische kinderen een vlieger en beschilderen deze met hun persoonlijke boodschap aan de wereld. Zo kunnen zij hun stem laten horen aan de wereld. De registratie van het oplaten van alle vliegers wordt onder andere getoond in het NOS Journaal. September Rapport ‘Hunger in a warzone’ Save the Children publiceert het rapport ‘Hunger in a warzone’. Het rapport gaat in op het gebrek aan voedsel in Syrië en de gevolgen hiervan voor kinderen. Diverse landelijke- en regionale kranten besteden aandacht aan het rapport.
Fondsenwervende campagne We starten opnieuw een fondsenwervende campagne, we plaatsen advertenties in diverse landelijke- en regionale kranten en we delen via social media filmpjes van Syrische kinderen. December De 1.000ste dag In de decembermaand valt de 1.000ste dag van het conflict in Syrië. Via onze website en social media verspreiden we de verhalen en boodschappen van Syrische kinderen, waaronder het verhaal van Walaa, een zeventienjarig Syrisch meisje. Zij schreef het indrukkende verhaal “Een trieste, donkere dag” over de nacht dat zij uit haar land moest vluchten. Fotograaf Chris de Bode in Pauw en Witteman Chris de Bode is in 2013 een aantal keer voor Save the Children in Jordanië geweest om de verhalen van Syrische kinderen in beeld te vangen. Hij vertelt namens ons in Pauw en Witteman over zijn ervaringen en over de situatie voor kinderen in buurland Jordanië.
69
hoofdstuk 5 Voorlichting en pleitbezorging
70
Verslag van 3. programma’s 2. destrategie Directie
71
5.1 Voorlichting Een van de statutaire doelstellingen van Save the Children is het geven van voorlichting over het leven en de rechten van kinderen wereldwijd. In 2013 zijn onze voorlichtingsactiviteiten via campagnes, beleidsbeïnvloeding, rapporten en verschillende media uitgevoerd. Speciale aandacht dit jaar kreeg de voorlichting naar onze achterban. Jaarverslag In het jaarverslag leggen we verantwoording af aan onze stakeholders en communiceren we transparant over onze successen, hindernissen en mislukkingen. Het jaarverslag is in 2012 voor het eerst niet in druk verschenen, maar online gepubliceerd. Lespakket In 2013 zijn we gestart met een online lespakket over kinderrechten, genaamd ‘Wek de Wereld’. 2.500 basisscholen ontvingen eind november een mailing over dit lespakket. Voor de verhalen over kinderrechten reisden we met rapper en presentator Yes-R naar Oeganda. Yes-R zal speciale gast zijn in ‘Wek de Wereld’ en een rap schrijven over kinderrechten. ‘Wek de Wereld’ wordt in maart 2014 officieel gelanceerd. Website Onze website www.savethechildren.nl heeft een belangrijke positie in onze voorlichting. Hier vinden geïnteresseerden onze nieuwsberichten, programmainformatie, actuele publicaties en informatie over de wijze waarop Save the Children gesteund kan worden. In 2013 hebben we vooral geïnvesteerd in de kwaliteit van de website en iets minder in het genereren van traffic en het verhogen van het aantal webbezoekers. Hierdoor zijn het klikgedrag, de conversie en het
72
herhaalbezoek aanzienlijk verbeterd, en is het aantal unieke bezoekers gedaald van 188.806 naar 112.570.
5.2 Pleitbezorging Veel problemen kunnen alleen door nieuwe wetgeving en aangepaste beleidsprioriteiten van overheden structureel worden opgelost. Dit geldt voor de landen waar onze programma’s voor kinderen worden uitgevoerd, maar evengoed voor Nederland. Belangrijk in onze Theory of Change is dat wij proberen beleid te beïnvloeden in positieve zin. In 2013 kortte het kabinet de ontwikkelingssamenwerking met zo’n € 1 miljard en zette voorgenomen plannen door. Internationale samenwerking wordt veel meer vanuit het Nederlandse belang bekeken (zie ook hoofdstuk 2). Voor Save the Children heeft dit nieuwe beleid ingrijpende consequenties, omdat onze bijdrage aan ontwikkeling zich van oudsher richt op onderwijs en gezondheidszorg. Wij blijven ons inzetten om het belang van goed (basis)onderwijs en gezondheidszorg, vooral in fragiele staten, op de agenda te houden. Daarnaast vragen wij aandacht voor herziening van de strategie voor noodhulp, nu ook het budget voor noodhulp een verminderde prioriteit heeft gekregen binnen het kabinet. 5.2.1 Symposium Dutch Consortium for Uruzgan In juni 2013 organiseerden we samen met onze collega’s van het Dutch Consortium for Uruzgan een symposium over de uitkomsten van het programma. Dat programma liep van 2006 tot 2013. Aan vertegenwoordigers van politiek, Ministerie en wetenschap en het geïnteresseerde publiek verantwoordden wij
tijdens het symposium onze resultaten. Het belang van ons werk werd breed onderschreven. 5.2.2. Symposium Fragiele Statenbeleid Met het samenwerkingsverband ‘Dutch Consortium for Rehabilitation’ houden we de discussie over fragiele staten op de (politieke) agenda. We deden in 2013 ook onderzoek naar de vraag ‘hoe maatschappelijke organisaties bijdragen aan de vermindering van fragiliteit en hoe lokale en nationale overheden daartoe aangezet kunnen worden.’ In november organiseerden we een symposium in het Humanity House in Den Haag, waar we deze vraag bediscussieerden met vertegenwoordigers van politiek, Ministerie, wetenschap en maatschappelijk middenveld/NGO’s. De uitkomst van dit debat was dat een lange adem nodig is om fragiele landen – getekend door geweld en conflict – op weg te helpen naar stabiliteit en dat donoren, waaronder de Nederlandse overheid, zich er hard voor moeten maken dat blijvende steun in het beleid is ingebed. 5.2.3. Belang van onderwijs Onderwijs is al sinds jaar en dag een speerpunt voor Save the Children. Hoewel de internationale campagne zich van 2010 tot 2015 richt op de strijd tegen kindersterfte, blijven ook beleidsbeïnvloeding en draagvlakversterking voor onderwijs hoog op de agenda staan. We voerden verschillende activiteiten op dit gebied. Save the Children publiceerde in 2013 een aantal rapporten over onderwijs: Childhood under Fire Het rapport gaat vooral in op de gevolgen die de oorlog heeft voor het onderwijs aan Syrische kinderen.
5. Voorlichting en pleitbezorging
Global Campaign for Education De Global Campaign for Education (GCE) is een netwerk van organisaties voor ontwikkelingssamenwerking en onderwijsvakbonden. Het netwerk zet zich wereldwijd in voor goed onderwijs. In Nederland bestaat dit netwerk uit: Save the Children, Oxfam Novib, Edukans, ICCO/Kerk in Actie en de onderwijsbonden van FNV en CNV. Samen richten we ons op het verkrijgen en behouden van Nederlandse steun aan onderwijs in ontwikkelingslanden. Attacks on education Dit rapport laat zien dat 50 miljoen kinderen in conflictgebieden niet naar school kunnen. Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking Ploumen nam een van de aanbevelingen uit het rapport over. Ze zegde toe in VN-verband te pleiten voor versterking van de monitoring op het gebied van onderwijs in conflictlanden en ervoor te zorgen dat onderwijs hoog op de internationale politieke agenda blijft.Save the Children reageerde op de beleidsnota ‘Wat de wereld verdient’ van minister Ploumen met een opinieartikel in NRC Next om het debat over onderwijs te voeden. Samen met andere ontwikkelingsorganisaties voerde Save the Children in het verband van de Global Campaign for Education gesprekken met de woordvoerders ontwikkelingssamenwerking in de Tweede Kamer. Ondanks breed gedragen politieke steun, om onderwijs als belangrijk thema te behouden, heeft de minister besloten om dit onderwerp van haar agenda te schrappen. Save the Children blijft het belang van onderwijs benadruk-
ken. Onderwijs is immers niet alleen een recht van kinderen, maar ook een belangrijke voorwaarde voor (economische) ontwikkeling. 5.2.4. Syrië Aan de hand van het Save the Children rapport ‘Hunger in a warzone’ bracht minister Timmermans van Buitenlandse Zaken tijdens de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties in september de kwetsbaarheid van Syrische kinderen onder de aandacht. Hij riep de internationale gemeenschap met klem op hieraan iets te doen. 5.2.5 Europe Group Samen met onze internationale collega’s van de Europe Group in Brussel werken wij aan beleidsbeïnvloeding van het Europees Parlement ten behoeve van invulling van de Millenniumdoelen in het Meerjarig Financieel Kader (MFK). Het afgelopen jaren werd het MFK voor 2014 tot en met 2020 opgesteld. Ontwikkelingssamenwerking en humanitaire hulp moeten volgens Save the Children prioriteit krijgen in de MFK om de gestelde Millenniumdoelen te behalen. In de aanloop naar de Europese verkiezingen van 2014, waar de Europese Save the Children organisaties armoede onder kinderen op de agenda willen zetten, heeft Save the Children Nederland bijgedragen aan een door de Europe Group uitgevoerd onderzoek hierover. Ook in Nederland blijft armoede onder kinderen verder toenemen. 5.2.6 Children’s Rights and Business Principles In 2013 drongen we er bij de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking en andere politici op aan om onze Children’s Rights and Business Principles (CRBP) opgenomen te krijgen
in het beleid over (internationaal) maatschappelijk verantwoord ondernemen. In antwoord op Kamervragen hierover zegde de minister toe dat zij de CRBP als goed voorbeeld ziet van succesvolle samenwerking tussen maatschappelijke instellingen en bedrijven. Tevens zegde de minister toe de CRBP mee te nemen in het op te stellen nationaal actieplan over maatschappelijk verantwoord ondernemen, ‘Ruggie’ genaamd.
5.3 In de pers In 2013 kregen we goede aandacht in de media. Onze persberichten zorgden ervoor dat we een bereik hadden van 41 miljoen hits. Een stijging van 20% ten opzichte van 2012. De 1.049 artikelen en interviews waarmee we deze mensen bereikten vertegenwoordigen een mediawaarde van € 2.650.988,-. Deze mediawaarde werd behaald met artikelen in diverse dagbladen, zoals de Volkskrant, Trouw en het Algemeen Dagblad, en tijdschriften en reportages in TV programma’s waaronder het Jeugdjournaal, NOS journaal, RTL Nieuws, Pauw & Witteman en Koffietijd. Door onze intensieve berichtgeving over Syrische kinderen, ontvingen we aanzienlijk meer spontane interviewverzoeken dan voorheen, ook over andere onderwerpen. Alleen al met onze berichtgeving over de situatie in en rond Syrië bereikten we bijna negen miljoen mensen. De Den Haag-campagne zorgde voor 5.556.002 contactmomenten. De totale mediawaarde hiervan is € 155.922,-. Ook de brei-actie (zie pagina 66) droeg bij aan het bereik in Nederland. Het waren vooral de brei(st)ers zelf die de media inschakelden. Hierdoor bereikten we mensen 3.166.270 keer, met een mediawaarde van € 79.948,-.
73
5.4 Vrijwilligers De inzet van vrijwilligers is onmisbaar voor Save the Children. Zij helpen het draagvlak van de organisatie te vergroten en versterken de bewustwording over kinderrechten. Dit doen ze door allerlei activiteiten, zoals het geven van voorlichting en het uitvoeren van representatieve taken in Nederland. Zo vertegenwoordigden vrijwilligers Save the Children in 2013 onder meer op diverse festivals, evenementen en scholen. Daarnaast zetten zij ook regelmatig fondsenwervende acties op en steunden ze ons bij de uitvoering van diverse werkzaamheden op kantoor. Eind 2013 waren er zo’n 100 vrijwilligers actief voor Save the Children. De vrijwilligers werken in regiogroepen, elk geleid door vrijwillige regiocoördinatoren. Ze worden daarbij ondersteund vanuit de organisatie. We vinden het belangrijk dat vrijwilligers met plezier voor ons werken. Daarom blijven we in het vrijwilligersprogramma investeren. Dit doen wij door de vrijwilligers actief te betrekken bij onze activiteiten via onder meer vrijwilligersbijeenkomsten en speciale nieuwsbrieven.
Een greep uit de activiteiten van onze vrijwilligers in 2013 Januari • Mutsen uitpakken bij Sam’s Kledingactie. • Breiles geven in Amsterdam en Amersfoort. Februari • Aanwezigheid op de KreaVakbeurs in Apeldoorn om gebreide mutsjes in ontvangst te nemen. • Mutsenmarathon bij Honda in Beesd. Maart • Posters en folders voor onze Syrië-campagne verspreid bij winkels en verenigingen op diverse locaties in Nederland. • Gedurende de ‘Week van het Kind’ droomkaarten laten invullen op diverse locaties in Nederland. April • Vrijwilligersmarkt op Vrije Universiteit A’dam. • Vrijwilligers in het belpanel voor SHO Syrië. Mei • Vertegenwoordiging op Bevrijdingsdag in Groningen, Den Haag en Utrecht. Juni • Op Vlaggetjesdag in Den Haag, Festival Mundial in Tilburg en Parels van Bezuidenhout mensen tegen betaling gefotografeerd.
74
Juli • Vrijwilligers hebben op kantoor geholpen met het invoeren van adresgegevens en om het archief op te ruimen. Augustus • Lege flessenactie in Utrecht. September • Ondersteuning bij de Dam-tot-Damloop. • Tegen betaling fotograferen bij Drakenboot festival in Tilburg. Oktober • IKEA Dag van de Duurzaamheid. November • Tegen betaling fotograferen bij Museumnacht Amsterdam • Pietenactie tijdens Sinterklaasintocht Amsterdam. December • Collecteren na afloop van show Tineke Schouten. • Kraam op kerstmarkt IJsselstein.
5. Voorlichting en pleitbezorging
Save the Children bedankt haar vrijwilligers Een speciaal woord van dank aan Frits Huffnagel, YesR, Cystine Carreon, Ntjam Rosie, Pia Dijkstra en Joris Lutz die zich op vrijwillige basis inzetten voor het werk van Save the Children. Zij ondersteunen ons werk voor kinderen wereldwijd, ieder op een eigen manier. Zo waren presentator Frits Huffnagel en zangeres Ntjam Rosie het afgelopen jaar betrokken bij onze campagne ‘Doe iets of Geef wat’ in samenwerking met de gemeente Den Haag. Rapper Yes-R ging op reis naar Oeganda om materiaal te maken voor een lespakket over kinderrechten, dat in 2014 wordt gelanceerd. Als Filippijnse heeft Cystine Carreon veel aandacht gevraagd voor de situatie van kinderen na supertyfoon Haiyan. En acteur Joris Lutz stond met zijn laarzen in de Wensbron van de Efteling om te helpen de muntjes omhoog te halen. Veel dank aan jullie allen!
Janneke Matser Vertaalster “Save the Children brengt de ‘Ver-van-mijnbed show’ (soms akelig) dichtbij. Dan blijf je niet passief in je eigen warme nestje liggen, maar doe je wat en zet je talenten in als vrijwilliger.”
Fedde Peutz Voorlichting, evenementen, promotie Rotterdam “Ik doe graag mijn best om Save the Children te helpen omdat spelen zo ontzettend belangrijk is, met name voor kinderen, maar ook nog een beetje voor onszelf :) ” Mieneke Kwekkeboom Voorlichter Den Haag “Omdat ik er niet alleen wil zijn voor mijn eigen kinderen, maar ook voor die van anderen.”
Jitske Jepma Romana Abdoella Lotte Klaassen Lisanne Brouwer Miranda Kuijsten Sanne Jansen Dick Toet Annemiek Wassink Stella Scheepbouwer Radjen Balkaran Chantal Kotte Shanice Raghosing Jedidja de Vroome Malena Amiël Esther Nelis Mila de Koning Mieke Van Dixhoorn Pierre Pourchez Jet Van Griethuysen Shiraaz Ramdjan Lieke Kosters Wynne Minkes Olaf Soons Steven Olanin Max Drenth Henk van Hierden David De Vries Gerrit Janknegt Eline Reilman Jelena Gravilovic Simone De Quastenit Anis Frogh Mohamed Marguoum Anilia Meijer-Nolle Olga Nolle Ariane Nolle Betsy Strijbos Yolanda Vos
Marlies Holmes Esther Timmermans Linn Thome Mieke Albers Angela Ramsoedh Linda Goedhart Fedde Peutz Ismael Ar-Herbi Stefanie Commandeur Keshia Rozenblad Thi Marian Dang Jeroen Schrijen Marc van Maris Marilou Phielix Ozge Demirdag Rianne Heijmans Femke Buwalda Jojanneke Peters Kim Ekkelenkamp Zsuszanne Balogh Karin Sjöholm Marianne Peek Nazan Verbunt Boudewijn Prijt Lieke Boon Guido Beulen Lieke Boon Maartje de Laat Romke Rijpkema Janneke Matser Santa Hissink Susma Sewratan Eline van der Heijden Matea Curkovic Leandra Zoulfoukaridis Stephan van den Berg Gerdy Koersen Martijn Hofman
75
hoofdstuk 6 FONDSENWERVING
Verslag van de Directie
De programma’s van Save the Children worden gefinancierd door institutionele donoren, zoals het Ministerie van Buitenlandse Zaken en de EU, en vanuit de opbrengsten van onze fondsenwerving bij particuliere donateurs, bedrijven, fondsen en stichtingen. Wij danken allen voor het in ons gestelde vertrouwen. Zonder hun financiële bijdragen was ons werk niet mogelijk geweest.
6.1 Institutionele Fondsenwerving Ministerie van Buitenlandse Zaken Save the Children ontvangt een bijdrage uit het Medefinancieringsstelsel (MFS) van de Directie Sociale Ontwikkeling (DSO) van het Ministerie van Buitenlandse Zaken voor haar programma Dutch Consortium for Rehabilitation (DCR). Behalve aan directe armoedebestrijding wordt in deze programma’s ook aandacht besteed aan maatschappijopbouw en beleidsbeïnvloeding. Save the Children ontvangt financiering van de Directie Stabiliteit en Humanitaire hulp (DSH) voor een gecombineerd programma in Pakistan & Afghanistan en Oeganda & Zuid-Soedan (EFV). DSH richt zich specifiek op veiligheid en rechtsorde, goed bestuur en humanitaire hulpverlening. Via de Nederlandse ambassades in verschillende landen draagt het Ministerie verder bij aan de financiering van programma’s uit bilaterale gelden. In Pakistan worden twee structurele programma’s gefinancierd door de Nederlandse ambassade in Islamabad. Ook in Jordanië, Jemen en China financieren de ambassades een programma van Save the Children.
78
EuropeAid EuropeAid is de afdeling van de Europese Commissie die verantwoordelijk is voor alle structurele hulp buiten de Europese Unie. EuropeAid investeert vooral via haar eigen kanalen en heeft een cofinancieringsprogramma waarmee programma’s van Europese NGO’s in ontwikkelingslanden ondersteund worden. Met financiering van EuropeAid voerde Save the Children programma’s uit in Kirgizië, Tadzjikistan, Armenië en Azerbeidzjan. ECHO Het Directoraat-generaal voor Humanitaire Hulp van de Europese Commissie ECHO biedt assistentie bij noodsituaties als natuurrampen en gewapende conflicten buiten de Europese Unie. Dit gebeurt via partner-NGO’s als Save the Children, die daarvoor een zogenoemd Framework Programme Agreement (FPA) met ECHO aangaan. Binnen haar Disaster Preparedness ECHO-programma (DIPECHO) financiert ECHO projecten op het gebied van ramppreventie. Met financiering van ECHO voerde Save the Children programma’s uit in Kirgizië, Tadzjikistan, Oezbekistan, Armenië, Georgië en Bolivia.
6.2 Nationale Postcode Loterij Sinds de oprichting in 1989 heeft de Nationale Postcode Loterij grote bedragen gedoneerd aan organisaties die zich inspannen voor ontwikkelingssamenwerking en mensenrechten, sociale cohesie in Nederland en natuur en milieu. Save the Children is sinds 2002 beneficiant. In 2013 bedroeg de bijdrage van de Nationale Postcode Loterij € 900.000. Dit geld is van wezenlijk belang voor Save the Children, omdat
we dit vrij besteedbare bedrag kunnen inzetten waar de nood het hoogst is.
6.3 Fondsenwerving particulieren Onze meerjarenstrategie laat een stevige doelstelling zien voor wat betreft onze fondsenwerving. Gezien de trends in de markt, met een afnemende geefbereidheid in het algemeen en aan ontwikkelingssamenwerking in het bijzonder, is dit plan zelfs heel ambitieus. Ondanks de trends in de markt en het afkalvend draagvlak voor ontwikkelingssamenwerking liggen we op koers als we naar onze meerjarenstrategie kijken. Save the Children is erin geslaagd om de inkomsten uit de particuliere fondsenwerking en fondsenwerving
6. FONDSENWERVING
op de zakelijke markt te laten groeien. In 2013 wilden we dit aandeel fondsenwerving zien groeien tot een bedrag van € 4,46 miljoen. Onze fondsenwerving is in 3013 gegroeid naar € 4,52 miljoen ten opzichte van € 4,1 miljoen in 2012, een stijging van 10%. Dit hebben we vooral bereikt dankzij de inzet van tv-reclame en een meer gerichte werving binnen de primaire doelgroepen van kwalitatieve donateurs. Gedurende het jaar groeide het donateurbestand van 50.700 naar 61.600. CBF-keurmerk Om onze missie uit te kunnen voeren, rekenen we steeds meer op de steun van particuliere donateurs en het bedrijfsleven. We voelen ons uitermate verantwoordelijk voor de financiële middelen die door hen aan ons worden toevertrouwd. Voor het vergaren van nieuwe fondsen houden wij ons aan de norm van het Centraal Bureau Fondsenwerving (CBF). Save the Children is in het bezit van het CBF-keurmerk. Dat houdt in dat maximaal 25% van onze inkomsten wordt ingezet voor het werven van nieuwe fondsen. Voor Save the Children lag het percentage in 2013 op 20,7%. Structurele donateurs Save the Children kan bogen op een betrokken en groeiende achterban. Het vergroten van ons aantal structurele donateurs (donateurs met een automatische incasso) is een belangrijk speerpunt. Nieuwe structurele donateurs zijn in 2013 geworven via werving op straat, huis-aan-huis, televisie, online en telefonische werving. Onze structurele donateurs zorgden in 2013 voor € 2,9 miljoen aan inkomsten. Eenmalige giften Save the Children ontvangt ook vele eenmalige giften.
Deze zijn onder te verdelen in giften van mensen die een aantal keer per jaar reageren op een mailing en spontane eenmalige giften. Deze laatste groep maakt geld over op onze bankrekening, tijdens evenementen, via onze website of via telemarketing. Incidentele donateurs ontvangt zeven keer per jaar een brief. In totaal zijn in 2013 131.000 brieven en 40.000 e-mailverzoeken verstuurd naar onze incidentele giftgevers over onder andere Syrië, kindersterfte in Interview met Judith Lingeman
(Hoofd Goede Doelen, Nationale Postcode Loterij. Werkzaam bij de loterij sinds 2002.)
Welke rol ziet de Loterij voor zich weggelegd in Nederland? Wij steunen als grootste goede doelenloterij van Nederland ruim 90 organisaties die zich inzetten voor een groene en rechtvaardige wereld. Dit kunnen wij doen dankzij de 2,5 miljoen deelnemers die maandelijks met ons meespelen. Het is onze missie om zo veel mogelijk geld op te halen voor goede doelen én om bekendheid te geven aan het werk van deze organisaties. En natuurlijk maken we in Nederland als loterij jaarlijks miljoenen winnaars blij met een kleine of grote prijs. Waarom vindt de Loterij het belangrijk om Save the Children te steunen? In de rechtvaardige wereld die wij nastreven heeft ieder kind recht en kans op een toekomst. Save the Children zet zich in op het terrein van de kinderrechten, waar ook ter wereld. Door medische zorg, onderwijs en betere leefomstandigheden geeft Save the Children kinderen een grotere kans om het te redden
Oeganda, straatkinderen in Liberia en India en de winterse kou in Afghanistan.
Structurele donateurs Incidentele donateurs Totaal donateurs
2012
33.000 17.700 50.700
2013
40.000 21.600 61.600
in het leven en de hoop op een kansrijke toekomst. Wat vindt de Loterij belangrijk bij de toekenning van hun fondsen? Wij kijken niet alleen of een organisatie past bij onze missie, maar ook of zij stevig is verankerd in de samenleving en professioneel is georganiseerd. Innovatie, samenwerking met andere partijen en een gezonde dosis lef zien we graag terug in de aanvragen die we jaarlijks ontvangen. Een korte vooruitblik op 2014: zijn er nieuwe ontwikkelingen waarop de Loterij wil inspelen? De markt voor loterijen in Nederland verandert en het is zaak voor ons om daar op de beste manier op in te spelen. Online zal de kansspelmarkt worden gelegaliseerd en de kans bestaat dat de Nederlandse loterijmarkt open gaat voor buitenlandse aanbieders. Binnen dit veranderende stelsel is het onze uitdaging om onze opbrengst voor het goede doel op peil te houden en onze ambitie om deze verder op te schroeven. Daarom is het belangrijk dat de loterij wordt versterkt zodat zij een aantrekkelijk product kan blijven aanbieden.
79
Behoud Behoud van onze particuliere donateurs is minstens zo belangrijk als de werving van nieuwe donateurs. Voorlichting over ons werk en terugkoppeling over de resultaten zijn dan ook doelstellingen van onze behoudsactiviteiten. In 2013 is veel aandacht besteed aan de dialoog met onze achterban via nieuwsbrieven, welkomstpost en e-mail. Dit heeft er toe geleid dat het percentage opzeggers met 5% is verkleind ten opzichte van 2012. SAVE Magazine In het najaar van 2013 is een geheel vernieuwd donateursmagazine bij onze achterban op de mat gevallen. Het biedt informatie over onze activiteiten, bijvoorbeeld over het bestrijden van ondervoeding, de situatie in Syrië, onderwijs en samenwerking met het bedrijfsleven. De SAVE nieuwsbrief werd verstuurd naar alle donateurs. Het SAVE Magazine verschijnt twee keer per jaar, in het voorjaar en het najaar. E-nieuwsbrieven en welkomstpost Save the Children verstuurt regelmatig informatie naar onze donateurs. Alle nieuwe donateurs ontvangen welkomstpost met informatie over onze programma’s en resultaten. In mei stuurden we 40.000 bedankkaarten met een verwijzing naar het jaarverslag. Zo nemen wij nieuwe steunbetuigers mee in ons werk en onze resultaten en vooral in de situatie van kinderen wereldwijd. Dankzij een groeiend aantal e-mailgegevens van onze donateurs kan steeds eenvoudiger en goedkoper worden gecommuniceerd over actuele zaken. In november stuurden we voor het eerst een reguliere digitale nieuwsbrief uit met actuele informatie. Deze zal vanaf 2014 vier keer per jaar verstuurd worden.
80
Donateurservice Onze donateurservice is dagelijks bereikbaar van één tot vijf uur ’s middags. Hier kunnen onze donateurs en belangstellenden terecht met vragen, mutaties en aanmeldingen. Klachten die binnenkomen bij de donateurservice of per e-mail handelen we zorgvuldig af volgens onze klachtenprocedure, die volgens de ISO 9001:2008 norm is opgesteld. Op onze website staat hoe een klacht kan worden ingediend. In 2013 ontvingen we 157 klachten ten opzichte van 87 in 2012. Deze stijging is te verklaren door het toegenomen aantal donateurs en de actievere werving, waardoor meer mensen door Save the Children zijn benaderd. Klachten hadden vooral betrekking op de wijze van werven en een enkele keer op onvolledige of foutieve gegevens in onze donateurdatabase. De inzet van onze tv-spot leidde tot een klacht bij de brancheorganisatie Partos. Het spotje zou niet voldoende respect tonen voor de menselijke waardigheid van de hoofdpersoon en onvoldoende de context van het getoonde probleem uitleggen en zou daarmee in strijd met de gedragscode van Partos. Door een onafhankelijke klachtencommissie is deze klacht ongegrond verklaard. Nalatenschappen In 2013 heeft Save the Children legaten en nalatenschappen mogen ontvangen met een waarde van € 30.859,-. Save the Children is zeer dankbaar dat mensen bereid zijn om na hun overlijden geld te schenken ten behoeve van kinderen in nood. We zijn ook dankbaar dat zij aan ons de taak toevertrouwen om kinderen te helpen. Particuliere acties Save the Children roept mensen in heel Nederland
op om in actie te komen en geld in te zamelen voor het helpen van kinderen wereldwijd. Veel particulieren zetten zelf acties op, vragen om geld bij jubilea of geboorte of doen mee aan (sportieve) evenementen als de Dam tot Damloop om zo geld in te zamelen. Speciaal voor het inspireren van actievoerders, scholen, bedrijven en vrijwilligers is een nieuwe website opgezet: www.voorsavethechildren.nl. Hier kunnen mensen hun acties delen en inspiratie en tips opdoen. Actievoerders hebben met hun acties regelmatig de pers bereikt; deze verschenen 73 keer in (regionale) kranten met een bereik van 4.900.000 lezers en een mediawaarde van € 183.000,-.
6. FONDSENWERVING
Een greep uit de particuliere acties Cabaret voor het Goede doel Cabaretier Rens Merkelbach haalde tijdens zijn voorstelling in Goirle op 26 januari € 450,- op. Vrouwen van Nu De Stichting Vrouwen van Nu hoorde van de breiactie en besloot om mee te breien (meer dan 1.700 mutsjes) en om ook geld in te zamelen. De vrouwen wisten in totaal € 1.575,- op te halen met hun actie. Ondernemen voor Save the Children Voor het zesde achtereenvolgende jaar gaf het Meridiaan college het Nieuwe Eemland in Amersfoort aan Vwo-scholieren de opdracht om hun eigen onderneming op te starten, waarbij de winst voor Save the Children zou zijn. De middelbare scholieren wisten een recordbedrag van maar liefst € 9.065,- in te zamelen. Dam tot Damloop Op 23 september stonden 80 deelnemers klaar om geld voor Save the Children in te zamelen met hardlopen van AmsterDam naar ZaanDam. Zij liepen in totaal € 14.227,70 bij elkaar. Deelnemer Anand wist in z’n eentje al € 1.030,in te zamelen! “Ik heb enorm genoten van het lopen van deze run en het inzamelen van het geld. Het was een prachtige ervaring die ik niet snel zal vergeten”, aldus Anand.
Kleding inzamelen Van 13 tot 27 november zamelden leerlingen van de Helen Parkhurstschool in Den Haag kleding in om daarmee geld te verdienen voor Save the Children. Zij wisten maar liefst 1.200 kilo kleding in te zamelen. Actie voor Syrië op weg naar Santiago de Compostela De Herberg L’Esprit du Chemin aan de eeuwenoude pelgrimsweg naar Santiago de Compostela voelt zich betrokken bij het lot van de kindvluchtelingen uit Syrië. Zij vroegen hun gasten om hen te helpen geld in te zamelen voor veilige speelplaatsen voor Syrische kinderen. En met succes, de opbrengst was € 6.834,-. Kraamcadeau De ouders van baby Charly vroegen aan hun familie, vrienden en bekenden om geen cadeau te geven, maar geld voor Save the Children. In totaal werd € 467,50 gedoneerd. Lopen voor Syrië Openbare Daltonbasisschool Het Palet in Poeldijk heeft met een sponsorloop € 1.198,05 opgehaald om gevluchte Syrische kinderen te helpen. De school wist met bijna 60 leerlingen dit enorme bedrag bij elkaar te verzamelen.
81
6.4 Fondsenwerving zakelijke markt Bedrijven Bedrijven leveren als corporate partner een belangrijke bijdrage aan onze doelstellingen. Primair door het beschikbaar stellen van financiële middelen en diensten en secundair door ons werk ook in hun netwerk onder de aandacht te brengen. We initiëren zelf samenwerking met bedrijven die actief invulling willen geven aan hun maatschappelijke betrokkenheid. Corio Commercieel vastgoedeigenaar Corio heeft via een driejarig programma in Turkije ruim 4.500 achtergestelde kinderen en jongeren getraind (50% meer dan de doelstelling). Dit succesvolle programma is overgenomen door lokale partners en wordt nu voortgezet. Corio en Save the Children hebben dit jaar ook een succesvol project afgerond op het gebied van ‘Children’s Rights and Business Principles’ (zie pagina 17). IKEA IKEA’s jaarlijkse wereldwijde pluche speelgoedactie heeft al 11 miljoen kinderen in 46 landen aan beter onderwijs geholpen. Naast de klassieke pluche beesten worden ieder jaar ook nieuwe geïntroduceerd. Dit jaar waren het door de Nederlandse Efteling geïnspireerde soft toys die ook in het kinderboek ‘De prinses en het Geluk’ voorkomen. De actie heeft € 160.250,opgeleverd. Tommy Hilfiger Tommy Hilfiger Europe heeft via TommyCares haar programmafinanciering uitgebreid: extra donaties via sample sales, steun voor noodhulp in de Filippijnen en een kerstdonatie. Het significante bedrag maakt het
82
mogelijk om extra activiteiten te ontwikkelen. Classic Rally Of het nu om moderne sportauto’s of klassieke auto’s gaat, bij de tours van Classic Rally dragen zij allemaal bij aan een betere toekomst voor kinderen. Save the Children wordt gesteund via hun veilingen, zo is bij de Andalusië rally € 19.000,- opgehaald. Naast bovenstaande partners heeft Save the Children steun gekregen van onze andere meerjarige partners en van nieuwe bedrijven zoals Green Nederland en VDM Motorcycletrading. VDM Motorcycletrading heeft naast een financiële bijdrage ook twee elektrische scooters en een Qugo (elektrische driewieler) gedoneerd. Deze verlagen onze mobiliteitskosten, verhogen onze zichtbaarheid en worden ingezet bij diverse activiteiten.
In totaal hebben we dankzij onze corporate partners € 618.437 ontvangen voor het verbeteren van de toekomst van kinderen. Fondsen en Stichtingen Fondsen en stichtingen waaronder de Stichting Steunfonds Basiszorg, de Anna Muntz Stichting, de Turing Foundation, Stichting VDU Care en Adessium Foundation leverden in 2013 een fors aandeel in onze totale inkomsten. De financiële steun varieert van een bijdrage voor een deel van een programma tot volledige financiering. Save the Children heeft in 2013 € 416.200 van fondsen en stichtingen ontvangen voor programma’s in onder andere Jordanië en Liberia.
6. FONDSENWERVING
Reckitt Benckiser voor ‘Healthier kids, Happier homes Wes Geerts werkt bij Reckitt Benckiser (RB) in Hoofddorp. Reckitt Benckiser is een internationale producent, bekend van onder andere merken als Dettol, Finish & Durex. Geerts is verantwoordelijk voor de verkoop van het gehele merkenportfolio binnen een aantal Nederlandse supermarktformules. Reckitt Benckiser is al tien jaar partner van Save the Children en heeft in die periode wereldwijd € 11 miljoen voor onze organisatie binnengehaald, waarmee we mooie projecten hebben gerealiseerd. Waarom Save the Children? “Reckitt Benckiser wil graag bijdragen aan een wereld waarin mensen gezonder en gelukkiger kunnen leven (‘Healthier lives and happier homes’). We doen dit door het aandragen van innovatieve oplossingen via onze producten. Save the Children past naadloos in deze visie.” Wat doen jullie concreet? “We hebben samen met Save the Children een programma opgezet dat zich richt op het welzijn van kinderen (‘Healthier kids, Happier homes’). Hierbij wordt gewerkt aan het ontwikkelen van nieuwe producten om kindersterfte, als gevolg van diarree, tegen te gaan. Diarree blijft een van de grootste doodsoorzaken ter wereld bij kinderen onder de vijf jaar.” En wat nog meer? “Naast productontwikkeling dragen ook lokale RB-kantoren bij aan de samenwerking met Save the Children. Denk hierbij aan sample sales, loterijen en sportevenementen, zoals een fietstocht of
een marathon. Ook zetten we samen met lokale relaties acties op, bijvoorbeeld door de verkoop van producten te linken aan een directe schenking aan Save the Children.” Dit jaar was de Global Challenge. Wat was dit keer de uitdaging? “Tweejaarlijks organiseren we samen met Save the Children een Global Challenge, zo ook in 2013. Met 60 werknemers vanuit de hele wereld zetten we een project op in één van de landen waar Save the Children actief is, dit keer Indonesië. De Challenge bestond onder meer uit het renoveren van een aantal kinderziekenhuizen op West-Java. En ik was erbij! De dagen begonnen vroeg, duurden lang en het werk was fysiek zwaar, maar de glimlach van de lokale bevolking was iedere dag de perfecte motivatie om door te gaan. Naast het renoveren van deze centra, werden er ook activiteiten georganiseerd voor de lokale bevolking. Zo zijn we naar scholen gegaan voor een workshop handen wassen, om het belang van hygiëne op een speelse manier uit te leggen.” Zijn er nog nieuwe plannen? “Ook komend jaar zet Reckitt Benckiser de samenwerking met Save the Children voort om nog meer kinderen te kunnen helpen. De afgelopen jaren is er al veel gerealiseerd met de steun aan Save the Children, maar er moet nog steeds veel gebeuren en daaraan zullen we volgend jaar graag weer een steentje bijdragen!”
83
SAVE THE CHILDrEN BEDANKT HAAR PARTNERS
6. FONDSENWERVING
hoofdstuk 7 ORGANISATIE
7.1 Internationale organisatie De federatie Met lidorganisaties in 30 landen en actief in ruim 120 landen, vormt Save the Children de grootste onafhankelijke kinderrechtenorganisatie ter wereld. De lidorganisaties hebben zich verenigd in de Save the Children Association, de in Genève gevestigde internationale federatie. Alle leden voeren een zelfstandig beleid en leggen daarover verantwoording af, zowel in hun eigen land als naar de internationale federatie. De uitvoeringsorganisatie De Association heeft een uitvoeringsorganisatie, Save the Children International, waarvan het hoofdkantoor gevestigd is in Londen. Deze uitvoeringsorganisatie is de belangrijkste uitvoerder van de internationale programma’s voor de vijftien leden die buiten hun eigen land programma’s uitvoeren. Ook zorgt de Save the Children International voor de gezamenlijke campagnes, pleitbezorgingen en voorlichting. Lidorganisaties als Save the Children Nederland maken gebruik van het uitgebreide netwerk van landen- en regiokantoren van Save the Children International. Zo is het mogelijk om vanuit Nederland kinderen over de hele wereld te bereiken. Daarnaast werkt Save the Children Nederland direct samen met en ondersteunt zij de zelfstandige ‘zuidelijke’ Save the Childrenorganisaties, waaronder India, Zuid Afrika, Brazilië, Honduras en Mexico. Deze organisaties van de ‘Save the Children familie’ werken in hun eigen samenleving aan het opbouwen van de samenleving en het waarborgen van kinderrechten. Niet alleen voor de uitvoering van programma’s is de samenwerking binnen Save the Children International
88
van belang. Door het bundelen van onze krachten vormt Save the Children een belangrijke kracht die als partner van overheden, multilaterale organisaties en donoren - een substantiële bijdrage kan leveren in noodsituaties, bij de aanpak van de ontwikkelingsagenda en bij het beïnvloeden van nationaal en internationaal beleid ten gunste van kinderen. Door het onderling verdelen van werkzaamheden kunnen individuele lidorganisaties juist op die terreinen bijdragen waar ze sterk in zijn. De gezamenlijke aanpak en de coördinatie van deze rolverdeling hebben zich in de afgelopen jaren sterk ontwikkeld. Hierdoor staan we in Nederland sterker en kunnen we de kosten laag houden. Internationaal bestuur Save the Children International kent een structuur die de organisatie beheersbaar maakt en taken en verantwoordelijkheden scheidt. De Save the Children Association kent statuten waarin afspraken zijn gemaakt over de verdeling van het aantal bestuurszetels en de samenstelling daarvan. De vertegenwoordiging van de lidorganisaties in het bestuur (the Board) is gebaseerd op de omvang van de lidorganisaties. Save the Children Nederland is te klein om een eigen lid in de Board te hebben en deelt drie bestuurszetels met andere kleine en middelgrote leden. Het bestuur bestaat uit niet-uitvoerende leden (nonexecutives) met een aantal vaste commissies, waaronder een financiële commissie. Dit internationale Bestuur heeft geen directe en formele toezichthoudende taken op het werk van Save the Children Nederland. Het toezicht van de Nederlandse entiteit valt in zijn geheel onder de verantwoordelijkheid van de Raad van Toezicht van Save the Children Nederland.
7.2 Save the Children Nederland Nederlandse inzet Binnen de Save the Children Association is Nederland een middelgrote lidorganisatie. We hebben in de loop der jaren onze inzet geconcentreerd op fragiele staten. Binnen de internationale organisatie en in eigen land hebben we daarvoor veel erkenning gekregen. Save the Children Nederland zendt zelf geen mensen uit, maar kan wel via de internationale organisatie menskracht inzetten. In de landen wordt het werk zoveel mogelijk door lokale medewerkers uitgevoerd. Zij zijn in dienst van Save the Children International of een van de lidorganisaties. Save the Children Nederland bestaat uit de Raad van Toezicht (zie paragraaf 8.1), de directie, het managementteam, drie afdelingen en onze vrijwilligers (zie paragraaf 5.4). Directie en managementteam De directeur geeft leiding aan het managementteam, dat naast de directeur bestaat uit de managers van de afdelingen Programma’s en Communicatie & Marketing, de controller, de directieassistent en de manager Beleid en Woordvoering. Bij afwezigheid van de directeur wordt hij vervangen door de adjunct-directeur. De positie van adjunct-directeur werd in 2013 in het leven geroepen nadat de organisatie in de loop der jaren steeds verder is gegroeid en er behoefte ontstond aan een verbrede representatie. De manager van de afdeling Communicatie & Marketing combineert deze functie met die van adjunct-directeur. Het managementteam vergadert twee keer per maand en bespreekt onder meer de begroting, de jaarplannen, het personeelsbeleid, de periodieke
7. ORGANISATIE
managementinformatie, het verloop en de voortgang van de werkzaamheden en de samenwerking met Save the Children International. De managementrapportages worden geëvalueerd en vergeleken met het jaarplan en de begroting. Op basis van de bevindingen stuurt het managementteam processen bij om uitvoering van de plannen te realiseren. Afdelingen De drie afdelingen van Save the Children Nederland zijn: Programma’s, Communicatie & Marketing en Algemeen. De afdeling Programma’s initieert en monitort alle programma’s. Daarnaast onderhoudt de afdeling het contact met de veldkantoren die de werkzaamheden in de programmalanden uitvoeren en met de institutionele financiers. De afdeling Communicatie & Marketing draagt verantwoordelijkheid voor uitingen naar publiek en media in de vorm van campagnes. Daarmee geeft de afdeling inhoud aan een statutaire doelstelling: het geven van voorlichting ten behoeve van kinderen in moeilijke omstandigheden. Dit gebeurt onder meer dankzij de inzet van onze vrijwilligers. De afdeling Algemeen bestaat uit het secretariaat, de financiële administratie en het team Beleid en Woordvoering. Het team richt zich nadrukkelijk op de inhoudelijke beleidscommunicatie en beleidsbeïnvloeding. Hiermee spelen we ook in op het feit dat Save the Children de verantwoordelijkheid heeft over de interne en externe communicatie van het Medefinancieringsstelsel II (MFS II) consortium. Het secretariaat en de financiële administratie zijn voorwaardenscheppend voor de andere twee afdelingen en ondersteunen de
Raad van Toezicht, de directeur en de andere afdelingen op (financieel) administratief en secretarieel gebied. De belangrijkste factor in de toename in de personele bezetting is de groei van de activiteiten, met name aan de kant van Communicatie & Marketing. In de strategie is vastgelegd dat de organisatie inzet op een stevige groei van de eigen fondsenwerving zodat de bestuurbaarheid verbetert. De uitwerking van deze strategie resulteerde in 2013 in een toename van de inkomsten uit eigen fondsenwerving. Onze mensen en doelen De Afdeling Programma’s is de grootste afdeling van de organisatie. De medewerkers van deze afdeling zijn de onmisbare schakel tussen Nederland en de kinderen voor wie we werken. Zij houden zich op de hoogte van de voortgang en zien er op toe dat gemaakte afspraken worden nagekomen. De informatie wordt gedeeld met collega’s van overige afdelingen die dit gebruiken voor hun werk in Nederland, zoals het realiseren van doelstellingen op het gebied van voorlichting- en beleidsbeïnvloeding- en het verwerven van nieuwe inkomsten. Een klein maar onmisbaar deel van onze mensen heeft een ondersteunende rol. Zij staan dagelijks klaar om het kantoor draaiende te houden en om donateurs en belangstellenden te woord staan. Overzicht personeel Gemiddeld aantal medewerkers Gemiddeld aantal fulltime equivalenten Aantal medewerkers eind verslagjaar Aantal fulltime equivalenten eind verslagjaar
7.3 Personeelsbeleid Binnen het personeelsbeleid zijn geen formele beleidscriteria vastgelegd ten aanzien van zaken als leeftijd, man/vrouw verdeling en etnische achtergrond. Belangrijker vinden wij het om de capaciteiten in huis te hebben die nodig zijn om onze doelstellingen te halen. Dat resulteert in een kwalitatief sterk en divers team met een mix van ervaring, talenten en mogelijkheden en met mensen die zowel zelfstandig als in teamverband goed kunnen functioneren. Er werken meer vrouwen dan mannen bij Save the Children en relatief veel hoogopgeleiden. We zorgen ervoor dat medewerkers intern goed worden ingewerkt en we stimuleren hen deel te nemen aan relevante (kennis)netwerken. Om bij te blijven op het gebied van nieuwe ontwikkelingen bieden we de mogelijkheid kennis uit te breiden via trainingen. In 2013 werden onder meer trainingen aangeboden en gevolgd op het gebied van veiligheid, performance management en het afnemen van interne audits. Om de begeleiding van medewerkers te verbeteren zijn in 2013 nieuwe afspraken gemaakt ten aanzien van de functionerings- en beoordelingscyclus. Binnen de cyclus is de nadruk komen te liggen op perfor
2013 37,8 30,7 40 32,2
2012 32,7 26,2 35 29,1
Verschil 5,1 4,5 5 3,1
89
mance management, waarbij de competenties van medewerkers centraal worden gesteld. Werving en selectie Bij het aanstellen van nieuw personeel volgt Save the Children een werving- en selectieprocedure. Hierin is onder meer vastgelegd hoe en door wie de keuze voor een kandidaat wordt gemaakt en hoe het inwerken van een nieuwe collega is geregeld. Personeelsvertegenwoordiging Medio 2013, na een voorbereidingsperiode van een aantal maanden, installeerde de directeur een personeelsvertegenwoordiging. In een reglement zijn afspraken gemaakt over onder meer de samenstelling van de personeelsvertegenwoordiging en manier van samenwerking met de directie. Tijdens het verslagjaar zijn er drie gezamenlijke bijeenkomsten geweest tussen directie en personeelsvertegenwoordiging. Arbeidsvoorwaarden Save the Children kent een arbeidsweek van 38 uur. Bij een fulltime aanstelling hebben medewerkers recht op 190 vakantie-uren per kalenderjaar. Het vakantiegeld bedraagt 8% van het brutosalaris en wordt jaarlijks uitgekeerd in de maand mei. Reiskosten voor het woon-werkverkeer worden, afhankelijk van de salarisschaal, volledig of gedeeltelijk vergoed. Save the Children hanteert de indeling van de BBRAsalarisschalen (de schalen voor rijksambtenaren) maar volgt een bescheidener pakket dan de BBRA. Zo kent Save the Children bijvoorbeeld geen dertiendemaanduitkeringen. De functies worden zoveel mogelijk brancheconform ingedeeld. Jaarlijks beoordeelt de beloningscommissie, bestaande uit de directeur en de controller, voor iedere werknemer de periodieke
90
indeling binnen de schaal. Het pensioen van de werknemers van Save the Children wordt opgebouwd bij het bedrijfstakpensioenfonds Zorg en Welzijn. Het betreft een middelloonregeling. De stichting draagt 75% bij aan de pensioenpremie van de werknemers. Gezondheid en veiligheid op het werk Save the Children streeft er naar een gezonde werkomgeving te creëren voor de medewerkers. Het ziekteverzuimpercentage in 2013 bedroeg gemiddeld 4,5% tegenover 8,3% in 2012. Ondanks de daling ligt het percentage boven de vooraf gestelde doelstelling van 4%. Met name in de laatste maanden van het jaar kreeg de organisatie te maken met een aantal langdurige, niet-werkgerelateerde ziektegevallen. Save the Children heeft een overeenkomst met Arbo Vitale op het vlak van ziekteverzuimbegeleiding. Vier medewerkers zijn aangewezen als bedrijfshulpverlener en Save the Children stelt hen in staat hiervoor (herhalings)trainingen te volgen. Vertrouwenspersoon Save the Children kent een interne onafhankelijke vertrouwenspersoon. Medewerkers kunnen bij de vertrouwenspersoon terecht voor vragen of klachten over ongewenst gedrag of andere zaken die zij binnen de organisatie aan de orde willen stellen.
7.4 Monitoring en Evaluatie Save the Children hanteert een beheerscyclus waarin het beleid wordt ontwikkeld, toegepast, gemonitord en geëvalueerd. De componenten van die beheerscyclus worden in het kader uiteengezet.
Beleidscyclus Save the Children De beleidscyclus valt uiteen in een meerjarencyclus en een jaarcyclus. De meerjarencyclus omvat de hoofdpunten van het beleid voor een periode van vijf jaar. In de jaarcyclus worden, op basis van het meerjarenbeleid, concrete (deel)plannen opgesteld. Over de uitgevoerde plannen wordt na afloop verantwoording afgelegd. In de meerjaren- en jaarcyclus staat ook beschreven hoe de inkomsten van Save the Children zijn verdeeld over de verschillende beleidsterreinen en hoe de stichting er financieel voorstaat.
7. ORGANISATIE
Jaarcyclus De jaarcyclus bestaat uit een aantal componenten: Jaarplan met begroting Het jaarplan is gebaseerd op het strategisch meerjarenplan en op actuele informatie en ontwikkelingen. In dit jaarplan zijn concrete werkplannen en een begroting voor het komende kalenderjaar opgenomen. Alle afdelingen zijn betrokken bij het opstellen van het jaarplan, wat het draagvlak voor de plannen en de verantwoordelijkheid om deze te realiseren versterkt. De plannen zijn nauw verweven met de jaarbegroting, die onderdeel is van het jaarplan. Het jaarplan wordt door de directie goedgekeurd en vervolgens vastgesteld door de Raad van Toezicht. Tussentijdse rapportages Het managementteam bespreekt de managementrapportages die per maand en per kwartaal worden opgeleverd. Deze rapportages bevatten een aantal vaste thema’s, zoals de voortgang van lopende programma’s, nieuwe programma’s, donateurs, ziekteverzuim en inkomsten en uitgaven van de organisatie. Op basis van de managementrapportages brengt de directeur per kwartaal verslag uit aan de Raad van Toezicht. Halverwege het jaar vindt de Midterm Review plaats. Tijdens deze Review bespreekt het managementteam de voortgang van het jaarplan. De Midterm Review is een toetsingsinstrument om achterblijvende prestaties te traceren en om nieuwe impulsen te geven aan het realiseren van
Meerjarencyclus de doelstellingen. Zo nodig worden doelstellingen tijdens de Midterm Review bijgesteld. Rond het Midterm Review vindt tevens de Management Review plaats. Tijdens het Management Review wordt gekeken naar onder meer de kwaliteit van de werkprocessen, de risico’s van de organisatie en de tevredenheid van onze belanghebbenden. Vervolgens worden er afspraken gemaakt over mogelijke verbeteringen en de opvolging van de gemaakte afspraken.
De meerjarencyclus kent de volgende onderdelen:
Evaluatie, jaarverslag en jaarrekening Aan het eind van het jaar vindt een evaluatie plaats van de doelstellingen in het jaarplan. Het managementteam bespreekt onder meer de resultaten van het afgelopen kalenderjaar en zoekt naar oorzaken van eventueel niet behaalde doelstellingen. De bevindingen worden vastgelegd in een interne jaarrapportage en worden meegenomen bij het opstellen van het eerstkomende jaarplan.
Jaarlijkse tussentijdse evaluatie In het laatste kwartaal van het jaar wordt het jaarplan voor het komende jaar opgesteld. In dit proces worden de tot dan toe behaalde resultaten in kaart gebracht en kritisch vergeleken met het strategisch meerjarenplan. Zo nodig vindt bijstelling plaats vanhet strategisch meerjarenplan en de meerjarenraming. Het managementteam bespreekt en analyseert de bevindingen, waarna de directeur rapporteert aan de Raad van Toezicht.
De cyclus wordt afgesloten met het jaarverslag en de jaarrekening die in het voorjaar verschijnen. In het jaarverslag legt Save the Children verantwoording af over het gevoerde beleid en de resultaten. De jaarrekening geeft een overzicht van de financiële situatie en toont een eindafrekening afgezet tegen de begroting. Jaarverslag en jaarrekening worden door de Raad van Toezicht vastgesteld na goedkeuring door de directie. De jaarrekening wordt na controle door een accountant voorzien van een accountantsverklaring.
Strategisch meerjarenplan en meerjarenraming over een periode van vijf jaar Het strategisch meerjarenplan is de beschrijving van de strategische visie en keuzes van de stichting en bevat een globale aanduiding van de wijze waarop deze worden nagestreefd en een meerjarenraming.
Eindevaluatie in het laatste jaar van de cyclus In het laatste jaar van de cyclus evalueren het managementteam en de Raad van Toezicht de resultaten van het strategisch meerjarenplan en de meerjarenraming. De conclusies uit deze evaluatie worden meegenomen in het nieuw op te stellen strategisch meerjarenplan.
91
7.5 Risico’s en gedragscodes De risico’s Het werk van Save the Children brengt onvermijdelijk risico’s met zich mee. Onze risico’s zijn in kaart gebracht in een risicomatrix, waarin ook instrumenten worden benoemd waarmee we de risico’s kunnen beheersen. .Periodiek wordt door het MT beoordeeld of de matrix nog actueel is en of het beleid moet worden bijgesteld. Hieronder benoemen we een aantal van de risico’s in algemene zin. Operationele risico’s Operationele risico’s kunnen ontstaan wanneer de juiste middelen en mensen ontbreken. Dit is een wezenlijk risico gezien de vaak zware omstandigheden waarin we ons werk verrichten. Save the Children spant zich in om de operationele risico’s te beheersen door te werken met een zorgvuldige programmaplanning op basis van goede inschattingen. Ook wordt de voortgang van de programma’s bewaakt door middel van nauwkeurige monitoringprocedures. Financiële risico’s Door de aard van het werk loopt Save the Children ook financiële risico’s. Juist in conflictgebieden is het vaak onzeker of het geld kan worden besteed zoals gepland. Risicospreiding is daarom belangrijk. Dit geldt voor de verdeling van programma’s over verschillende kernregio’s en over verschillende thema’s. Het geldt ook voor een spreiding van inkomsten. Save the Children zorgt ervoor dat de inkomsten afkomstig zijn uit verschillende bronnen, waarbij wordt gestreefd naar het aangaan van relaties voor de lange termijn. Dit komt tot uitdrukking in de meerjarenovereenkomsten met institutionele financiers als het Ministerie van Buitenlandse Zaken en de Europese Unie en in
92
de relatie met de Nationale Postcode Loterij. Ook bij particuliere fondsenwerving ligt de nadruk op het aangaan van structurele relaties; dat wil zeggen het werven van mensen, instellingen en bedrijven die periodiek willen doneren. Save the Children kent een fraudeprotocol waarin is vastgelegd hoe moet worden gehandeld als er een verdenking van fraude bestaat. Fraude met de ter beschikking gestelde middelen wordt onder andere tegengegaan door het mechanisme van ‘checks and balances’. Daarbij hebben medewerkers de verantwoordelijkheid elkaar te controleren, wordt er een jaarlijkse training georganiseerd en kan niemand geheel zelfstandig uitgaven doen. Uitvoering van externe accountantscontroles van de lopende projecten en de jaarlijkse accountantscontrole op het kantoor in Den Haag dragen eveneens bij aan een juiste verantwoording van de inkomsten en bestedingen. Save the Children beschikt over een intern auditteam. Hiermee is een extra mechanisme ingebouwd om fraude binnen internationale programma’s, waarmee vaak grote sommen geld gemoeid zijn, te voorkomen of tijdig te signaleren. Reputatierisico’s Save the Children in Nederland hecht aan een goede naam die mede wordt bepaald door het werk van zusterorganisaties. Het werken met 30 lidorganisaties in120 landen verhoogt het risico op reputatieschade. Door de grote omvang van de organisatie is de kans op een falend programma ergens ter wereld reëel. Dit kan consequenties hebben voor Save the Children International en daarmee ook afbreuk doen aan de goede naam en reputatie van Save the Children Nederland. Het werken met partners in de verschil-
lende programmalanden brengt eveneens met zich mee dat we in Nederland afhankelijk zijn van anderen. Dit risico wordt beheerst door strenge selectieprocedures bij het kiezen van partners, het onderhouden van langdurende samenwerkingsrelaties, duidelijke contractafspraken en regelmatige monitoring. Risico’s van misbruik Een speciaal aspect van het werken met kinderen is het risico van (machts)misbruik ten opzichte van kinderen. Om dit risico het hoofd te bieden, heeft Save the Children het Child Safeguarding Protocol opgesteld, waarin nauwkeurig staat beschreven welke omgangsvormen medewerkers en partners van Save the Children in acht nemen bij direct contact met kinderen. Daarnaast zijn maatregelen opgenomen ter voorkoming van situaties waarin volwassenen ten opzichte van kinderen in een machtspositie kunnen komen. Medewerkers en andere betrokkenen dienen het Child Safeguarding Protocol te onderschrijven. Via een jaarlijkse zelfcontrole wordt dit up-to-date gehouden. Politiek Save the Children is een onafhankelijke en neutrale organisatie en is van mening dat kinderrechten geïmplementeerd moeten worden in het beleid van overheden. In de praktijk werkt Save the Children dan ook veel samen met overheden op zowel lokaal, regionaal als nationaal niveau. De regimes in de programmalanden staan echter niet zelden bekend als ondemocratisch, ondeskundig of corrupt. Werken in landen met dubieuze overheden gebeurt daarom uiterst behoedzaam. We leggen altijd nadruk op het neutrale karakter van Save the Children en zoeken actief naar betrouwbare netwerken en relatiepatronen.
7. ORGANISATIE
Veiligheid Save the Children opereert vaak in instabiele landen of conflictgebieden. Veel van onze programma’s worden uitgevoerd in crisisgebieden en vinden plaats onder moeilijke omstandigheden. Save the Children kent een streng veiligheidsprotocol dat voldoet aan de eisen van de Verenigde Naties en dat ook zorg draagt voor de veiligheid van de werknemers. Dit veiligheidsprotocol maakt het mogelijk activiteiten te ontplooien in landen als Afghanistan, Pakistan en de Democratische Republiek Congo. Samenwerkingsverbanden De samenwerkingsverbanden die Save the Children aangaat zijn vaak voor langere tijd en ten behoeve van programma’s waarin miljoenen euro’s omgaan. Een gedegen pakket afspraken en vertrouwen is essentieel, want samenwerkende organisaties lopen het risico dat een fout of onvolkomenheid van de ene organisatie afstraalt op de andere of op het samenwerkingsverband als geheel. Mogelijke risico’s worden zo veel mogelijk en zo zorgvuldig mogelijk afgedekt, ook al vergt de onderlinge afstemming veel tijd, energie en kosten. Gedragscodes en kwaliteitsnormen In het kader van risicobeheersing hanteert Save the Children onafhankelijke gedragscodes en kwaliteitsstandaarden als toetssteen. Deze vormen een goede graadmeter voor het kwaliteitsniveau van de organisatie op verschillende terreinen. Neutrale hulpverlening Bij de uitvoering van noodhulpprogramma’s richt Save the Children zich naar de gedragscode van het Internationale Rode Kruis, waarin is opgenomen dat de hulpverlening neutraal dient te zijn. Ook onderschrijft Save the Children het Sphere Project; dit geeft
de minimumstandaarden weer waaraan moet worden voldaan bij hulpverlening na rampen. CBF-keurmerk Op bestuurlijk vlak committeert Save the Children zich aan de Code Goed Bestuur voor Goede Doelen (Code Wijffels) uit 2005. Hierin staan zaken beschreven als de verhouding tussen het bestuur en het toezicht op organisaties. De code is vervlochten met het reglement van het Centraal Bureau Fondsenwerving. Deze instelling is verantwoordelijk voor het afgeven van het keurmerk voor goede doelen. Save the Children draagt het keurmerk sinds 1999. ISO 9001:2008 Save the Children streeft naar een hoge standaard op het gebied kwaliteitsmanagement. Zo proberen we voortdurend onze werkwijze efficiënter te maken en de tevredenheid van onze belanghebbenden te verbeteren. Save the Children heeft zichzelf opgelegd hierbij te voldoen aan de ISO-9001:2008 norm. In 2013 vond een hercertificatie plaats en werd Save the Children Nederland opnieuw voor een periode van drie jaar gecertificeerd. Checklist for Organisational Capacity Assessment Om voor bepaalde subsidies van het Ministerie van Buitenlandse Zaken in aanmerking te komen is de ‘Checklist for Organisational Capacity Assessment’ doorlopen. Voor deze toets scoorde Save the Children ruim voldoende op onderwerpen als het behalen van duurzame resultaten en het op orde hebben van een gedegen organisatiestructuur en gedegen financieel en administratief management.
goede doelen overeenkomsten, waarbinnen goede doelen gerechtigd zijn subsidieaanvragen te doen. Binnen dit raamwerk heeft Save the Children momenteel de status van ‘low risk’ partner, wat ons in staat stelt snel en relatief grote aanvragen te mogen doen. ANBI Save the Children beschikt sinds de invoering in januari 2008 over een ANBI-verklaring. Deze verklaring garandeert dat de belastingdienst Save the Children erkent als Algemeen Nutbeogende Instelling, wat fiscale voordelen heeft voor zowel Save the Children als voor onze donateurs. Vanaf 1 januari 2014 gelden strengere normen om de ANBI-status te verkrijgen. In 2013 hebben we, waar nodig, maatregelen getroffen om aan de nieuwe eisen te voldoen. Geen ongewenste werving Save the Children wil voorkomen dat mensen tegen hun wil per telefoon of post door Save the Children worden benaderd. Bij telefonische werving zorgt Save the Children er daarom voor dat mensen die zijn ingeschreven bij het Bel-me-Niet register niet gebeld worden. Voor de post geldt hetzelfde principe, hierbij gebruiken we het Postfilter. Save the Children heeft geen formele interne gedragscode voor fondsenwerving. Nieuwe codes en keurmerken Save the Children stelt zich onder meer door het lidmaatschap van de brancheverenigingen Partos en de Vereniging voor Fondsenwervende Instellingen (VFI) op de hoogte van nieuwe ontwikkelingen op het gebied van gedragscodes en keurmerken.
ECHO Framework Partner Agreement De afdeling noodhulp van de Europese Unie sluit met
93
7. ORGANISATIE
de organisatie Ania Rosikon Annegré de Roos Aphroditi Zoulfoukaridis Astrid Goelabdien Bert Wesselink Birgitte van Delft Caroline van de Wetering Cornelia de Winter-Platz Denise Chen Gerdy Koersen Goossen Hoenders Hans van de Lagemaat Holke Wierema Jorieke Streef José Spithoven Josianne Hertogs Katarina Muzsikova Kiki van Kessel Lia van Nieuwenhuijzen Liesbeth Volkert
Machiel Pouw Marinke Ros Michiel van der Meij Monique van den Hoonaard Monisha van Heteren Nadine Maaraba Nicole van Baal Priya Bharos Rick van der Voet Riekje Camara Riné Vermeer Robert Bal Robert-Jan Vermeulen Sabine Copinga Santa Hissink Stan Klinkenberg Tirsa Hofstee Wendy Flik Wendy Kweens Wilma Barendse
95
hoofdstuk 8 TOEZICHT EN BESTUUR
8.1 Raad van Toezicht De Raad van Toezicht bespreekt de strategie, de jaarplannen en begroting, het jaarverslag en de periodieke rapportages van de directie. Vaste agendapunten zijn de voortgang van de organisatie en de relatie met Save the Children International. De Raad van Toezicht vergadert periodiek met de directeur en daarnaast onderhoudt de voorzitter van de Raad van Toezicht op regelmatige basis contact met de directeur over de organisatie. Verder krijgt de directie advies van de Raad van Toezicht, of van afzonderlijke leden daarvan. In 2013 kwam de Raad van Toezicht vijf maal bijeen. Leden van de Raad van Toezicht ontvangen geen bezoldiging of vacatiegelden. Wel mogen zij vergoedingen ontvangen voor gemaakte kosten voor de stichting. In 2013 bedroegen de kosten € 862,- . Aan leden van de Raad van Toezicht worden geen leningen, voorschotten of garanties verstrekt. Voortgang organisatie In 2013 is een stijging van de inkomsten in zowel het particuliere als het overheidskanaal gerealiseerd. De Raad van Toezicht waardeert deze groei, zeker in het klimaat van een economische crisis en de overheidsbezuinigingen op ontwikkelingssamenwerking. Op de middellange termijn zal het vasthouden van een steile groeicurve moeilijk worden, reden waarom de Raad van Toezicht heeft ingestemd met een aanpassing van de meerjarenraming. Anders dan een aantal jaren geleden, is het lastig om lange termijn afspraken te maken met financiers. Ook particulieren zijn steeds minder geneigd zich voor een lange periode te committeren. Kostenstijgingen zijn waarneembaar bij de fondsenwerving en bij Save the Children International. Deze zijn te verantwoorden, mits de opbrengsten in
98
verhouding blijven staan tot de investeringen. De Raad van Toezicht volgt de ontwikkelingen op dit gebied. Activiteiten Ook heeft de Raad van Toezicht de ontwikkelingen binnen Save the Children International op het gebied van het International Programmanagement met bijzondere aandacht gevolgd. Het jaar 2013 vormde het sluitstuk van het transitieproces. Wat in 2009 begon als een ambitieus plan voor meer samenwerking tussen Save the Children lidorganisaties werd in 2013 afgerond waarmee alle landenkantoren met een bijbehorende regiostructuur werden aangesloten. Andere zaken waarover de Raad van Toezicht zich in 2013 heeft gebogen, zijn de vaststelling van het jaarverslag en de jaarrekening 2012, het jaarplan 2014 en de voortgang van de belangrijkste programma’s. Begin 2013 heeft de Raad van Toezicht een zelfevaluatie uitgevoerd, waarbij onder meer het functioneren van de Raad, de aanwezige en benodigde competenties en de relatie tussen de Raad en de Directie aan de orde is gesteld. De Raad van Toezicht heeft kunnen
vaststellen dat zij de verschillende werkgebieden van de organisatie bestrijkt en haar rol van toezichthouder op het door de Nederlandse organisatie gevoerde beleid naar behoren kon uitvoeren. Samenstelling van de Raad van Toezicht In de statuten is vastgelegd dat de leden van de Raad van Toezicht zelf voorzien in de benoeming van nieuwe leden. Dit gebeurt op basis van een schema van af- en aantreden en volgens de statuten en de procedure uit het Reglement van de Raad van Toezicht. Daarin is onder meer bepaald dat leden van de Raad van Toezicht geen persoonlijke of financiële banden mogen hebben met de stichting en dat de Raad dient te bestaan uit mensen van verschillende achtergronden met uiteenlopende expertise. De leden worden aangesteld voor een periode van vier jaar en kunnen vervolgens in beginsel eenmaal worden herbenoemd, in bijzondere gevallen voor een tweede maal. In 2014 verlopen de tweede termijnen van de heren Van Slingelandt en Hollestelle. Voorbereidingen voor de opvolgingen zijn in 2013 gestart.
Schema van aan- en aftreden Raad van Toezicht Datum benoeming
Datum herbenoeming
Datum aftreden
Functie
november 2006
november 2010
november 2014
Voorzitter
juni 2010
juni 2014
juni 2018
Dhr. drs. Z.J. Hollestelle
januari 2006
januari 2010
januari 2014
Mw. drs H.J. Terwijn
september 2012
september 2016
september 2020
Dhr. drs. P.J.G. van Keulen
februari 2010
februari 2014
februari 2018
Secretaris Lid / Voorzitter auditcommissie Lid Lid / lid auditcommissie
Leden Raad van Toezicht Dhr. drs. D.M.J.G. baron van Slingelandt Dhr. mr. H.T. Bouma
8. toezicht en bestuur
Raad van Toezicht Voorzitter Geboortedatum
dhr. drs. D.J.M.G. Baron van Slingelandt 17-7-1946
Bestuurslid tussen
2006-2008
Toegetreden tot Raad van Toezicht
2008
Laatste functie
Lid Raad van Bestuur Rabobank Nederland en tevens Voorzitter Directie Rabobank International
Nevenfuncties
Vice-voorzitter van de Raad van Commissarissen van ABN AMRO, Lid Raad van Commissarissen Kahn Scheepvaart B.V., Lid van het bestuur van Stichting Neyenburgh
Secretaris
dhr. mr. H.T. Bouma
Geboortedatum
13-1-1944
Bestuurslid tussen
2010
Toegetreden tot Raad van Toezicht
Partner Pels Rijcken Droogleever Fortuijn
Laatste functie Lid raad van toezicht / voorzitter auditcommissie
ommissaris Koninklijke Duyvis Wiener, Bestuurslid Centraal Fonds Volkshuisvesting, Voorzitter Stichting Continuïteit C Delta Lloyd, Lid bestuur Stichting Continuïteit ASMI, Voorzitter Stichting Belangen Rechtsbijstandverzekerden DSB dhr. drs. Z.J. Hollestelle
Geboortedatum
12-05-1945
Bestuurslid tussen
2006-2008
Toegetreden tot Raad van Toezicht
2008
Laatste functie
Directeur Kredieten Regio Rotterdam/Den Haag ABN AMRO
Nevenfuncties
Lid Bestuur Weeshuis der Hervormden te Schiedam
Lid Raad van toezicht / lid auditcommissie
dhr. drs. J.G.P. van Keulen
Geboortedatum
23-01-1967
Toegetreden tot Raad van Toezicht
2010
Laatste functie
Directeur Public Matters
Nevenfuncties
Bestuurslid Stichting Machiavelli, Bestuurslid Stichting Florence Wenst i.o.
Lid Raad van Toezicht
mw. drs H.J. Terwijn
Geboortedatum
26-01-1967
Toegetreden tot Raad van Toezicht
2012
Laatste functie
Directeur IMC Weekendschool
Nevenfuncties
Onderzoeker Amsterdam School for Social Science Research (Universiteit van Amsterdam), Selectiecommissie German Marshall Fund of the United States, B estuurslid JDK (Jongeren Die het Kunnen)
99
8.2 Directie Save the Children kent een statutaire directie die de bestuurlijke verantwoordelijkheid draagt. In 2013 bestond de directie uit één directeur. De directeur heeft een arbeidscontract voor onbepaalde tijd. In 2013 bedroeg het bruto jaarinkomen € 107.918,- (inclusief vakantiegeld). De sociale werkgeverslasten en de pensioenlasten bedroegen respectievelijk € 8.612,en € 18.041,-. Net als voor de andere werknemers van Save the Children wordt de functie van directeur ingedeeld binnen de BBRA-salarisschaal, op basis van zwaarte en benodigde kennis en ervaring. De Raad van Toezicht heeft het bezoldigingsbeleid, de hoogte van de directiebeloning en de hoogte van andere bezoldigingscomponenten vastgesteld. Het beleid wordt periodiek geactualiseerd. Bij de bepaling van het bezoldigingsbeleid en de vaststelling van de beloning volgt de Raad van Toezicht de Adviesregeling Beloning Directeuren van Goede Doelen van VFI en Code Wijffels (zie www.vfi.nl). De Adviesregeling geeft aan de hand van zwaartecriteria een maximumnorm voor het jaarinkomen. De weging van de situatie bij de directeur vond plaats door de voorzitter van de Raad van Toezicht. Dit leidde tot een zogenaamde BSD-score van 425-455 punten met een maximaal jaarinkomen van € 124.233,-. Het salaris van de directeur valt binnen de Adviesregeling Beloning van Directeuren voor Goede Doelen van de VFI. Daarnaast voldoet het salaris aan de zogenoemde ‘Directeur-generaal norm’ die bepaalt dat directeuren van organisaties die subsidies ontvangen van de Nederlandse overheid, niet meer mogen verdienen dan een Directeur-Generaal van de Rijksoverheid. De hoogte en samenstelling van de directiebezoldiging wordt in de jaarrekening toegelicht in de toelichting op de balans en de staat van baten en lasten.
100
Directeur Naam Geboortedatum Directeur sinds Nevenfuncties
dhr. dr. H.S.M. Wierema 20-01-1951 01-09-2003 - Penningmeester van het bestuur van de Stichting Samenwerkende Hulporganisaties - Voorzitter van de Stichting Samenwerkende Kinderfondsen - Lid van het Comité van Aanbeveling van Roses for Children/Stichting Roos
8.3 Verantwoordingsverklaring De Raad van Toezicht herkent in de drie principes van het verantwoordingsmodel, zoals voorgestaan door het CBF, de uitgangspunten van deugdelijk bestuur en onderschrijft deze principes. 8.3.1 Scheiding toezicht houden, besturen en uitvoeren De toezichthoudende taak behoort toe aan de Raad van Toezicht. In de huidige structuur zijn de voorwaarden geschapen voor de scheiding van ‘toezicht’, ‘bestuur’ en ‘uitvoering’. De statuten geven aan de Raad van Toezicht de middelen voor het adequaat kunnen uitvoeren van haar toezichthoudende rol waaronder: • de bevoegdheid directieleden te benoemen en te ontslaan, • de bevoegdheid de accountant aan te stellen, • de instelling van de auditcommissie, • de besluitvorming over de statuten, strategische beleidsdocumenten, het Reglement van de Raad van Toezicht en het Directiereglement. Het bestuur en de dagelijkse leiding van de organisatie
zijn de verantwoordelijkheid van de statutaire directie. De Raad van Toezicht ziet toe op de directie in de uitvoering van deze rollen. Jaarlijks beoordeelt de Raad van Toezicht het functioneren van de directie. Het voorbereiden en uitvoeren van het beleid vindt plaats in het collegiaal werkend managementteam, dat wordt voorgezeten door de directeur, die de eindbeslissingen neemt. De directie fungeert binnen de kaders van de statuten en het directiereglement, zoals vastgesteld door de Raad van Toezicht. De directie rapporteert aan de Raad van Toezicht over de voortgang van de organisatie, onder meer via kwartaalrapportages en tijdens vergaderingen van de Raad van Toezicht. Daarnaast onderhouden de voorzitter van de Raad van Toezicht en de directeur regelmatig contact en vindt overleg plaats met individuele leden, onder andere in de auditcommissie die speciaal de financiële voortgang overziet en in het verslagjaar drie maal bijeenkwam. In 2013 bestond de auditcommissie uit de heren Hollestelle (voorzitter) en Van Keulen. Er is onder meer aandacht besteed aan de financiële afspraken met Save the Children International binnen de structuur van het International Programmanagement. Voor haar eigen functioneren heeft de Raad van Toezicht een reglement.
8. Toezicht en bestuur
8.3.2 Effectiviteit en efficiency van bestedingen Een voor de Raad van Toezicht belangrijk moment om het gevoerde beleid te evalueren, vormt de behandeling van het jaarverslag en de jaarrekening. Deze vindt plaats in aanwezigheid van de accountant. De bevindingen van de auditcommissie en de accountant, alsook evaluaties en rapportages van andere externe auditoren die worden aangesteld door partners als ECHO en het ministerie van Buitenlandse Zaken, geven aan het oordeel van de Raad van Toezicht een goede basis. Verbeterpunten die door auditoren naar voren worden gebracht krijgen daarbij aandacht. De Raad van Toezicht concludeert dat de uitvoering van de werkzaamheden en de besteding van gelden hebben plaatsgevonden binnen het mandaat van de stichting. Op het terrein van de fondsenwerving particuliere middelen worden de ambities in hoge mate afgegrendeld door de CBF-kostennorm van 25% als maximum voor de kosten van fondsenwerving. Voor wat betreft de bestedingen aan uitvoeringskosten heeft de Raad van Toezicht met instemming kunnen vaststellen dat is voldaan aan de interne doelstelling. In deze doelstelling is vastgelegd dat maximaal 12% van de inkomsten besteed mag worden aan uitvoeringskosten. In 2013 bedroeg dit 9% en lag daarmee onder de norm. De Raad van Toezicht constateert dat het beleggingsbeleid tijdens het verslagjaar zorgvuldig is uitgevoerd. Gekozen wordt voor een defensief beleid ten aanzien van de beleggingen, voornamelijk in obligaties en deposito’s. Daarmee worden tevens directe beleggingen in controversiële bedrijven of activiteiten vermeden. De Raad van Toezicht heeft vastgesteld dat de organisatie voldoet aan criteria die horen bij een professionele goede doelenorganisatie. Zo werd in 2013 de
driejaarlijkse hercertificatie voor de ISO 9001:2008norm voor kwaliteitsmanagement met goed resultaat doorlopen. In april 2013 heeft de Raad van Toezicht de jaarrekening en het jaarverslag 2012 vastgesteld. In december heeft de Raad van Toezicht het jaarplan met de begroting 2013 vastgesteld. De plannen passen binnen het Strategisch Plan 2011-2015, waarbij de kosten/baten verhouding en de ontwikkeling van inkomsten en uitgaven, de capaciteitsopbouw van de organisatie en het beheersen van effectiviteit en efficiency voldoende aandacht krijgen. 8.3.3 Omgang met belanghebbenden Aandacht voor de vele belanghebbenden met wie Save the Children werkt, is een sleutelvoorwaarde voor het succes van ons werk. Er is niet altijd direct contact, soms is een tussenschakel onvermijdelijk. Dit geldt vooral voor onze doelgroep, kinderen en hun ouders, die we bereiken via de veldkantoren van Save the Children en onze partnerorganisaties. Save the Children Nederland onderhoudt de relaties met deze belanghebbenden via veldkantoren, door veldbezoeken, contacten met partnerorganisaties en andere organisaties en instellingen, waaronder lokale overheden. Ook ontvangen wij rapportages. De samenwerking met deze belanghebbenden nemen we mee in evaluatierapporten van de programma’s en bij nieuwe activiteiten. Onze donateurs, vrijwilligers en anderen die in ons werk geïnteresseerd zijn, geven naast draagvlak vooral ook legitimiteit en een financiële basis aan het werk van Save the Children. Dit wordt versterkt door het vertrouwen van belangrijke institutionele en particuliere donoren, zoals het ministerie van Buitenlandse Zaken, de Europese Unie en de Nationale Postcode Loterij. De vensters voor com-
municatie en informatieverstrekking van een netwerkorganisatie zoals Save the Children moeten wijd open staan. Save the Children maakt hiervoor onder meer gebruik van social media, nieuwsbrieven, en andere communicatie-uitingen in de media. Daarnaast dienen het jaarverslag en op maat gemaakte rapportages ook communicatieve doelen. De Raad van Toezicht ziet toe op en hecht aan de zorgvuldige communicatie met belanghebbenden, onder meer door een klachtenregeling en het beleid met betrekking tot fraude. De Raad van Toezicht constateert dat het aantal klachten gering is en dat het aantal donateurs met een doorlopende machtiging gedurende het verslagjaar verder is gegroeid. Hierin ziet de Raad een indicatie dat het contact met donateurs goed verloopt. Het betrekken van de achterban blijft verdere aandacht vergen. Save the Children krijgt steun vanuit het bedrijfsleven en particuliere stichtingen. Vaak leidt dit tot win-win situaties. Bedrijven kunnen hun ambities op het vlak van maatschappelijk verantwoord ondernemen invullen en dit naar buiten toe uitdragen. En Save the Children ontvangt financiering en betrokkenheid van stakeholders van bedrijven waarmee het de eigen doelstellingen kan nastreven. De Raad van Toezicht constateert met instemming dat Save the Children in toenemende mate ook via de media directe belanghebbenden en een breder publiek bereikt. Andere wegen zijn deelname aan bijeenkomsten, dialoog met partners en lidmaatschap van brancheorganisaties.Save the Children hecht aan de feedback die komt vanuit belanghebbenden en de samenleving. Suggesties of klachten worden zorgvuldig afgehandeld.
101
hoofdstuk 9 Financiën van de Internationale organisatie
9.1 Internationale verslaglegging Save the Children heeft de integratie van de veldkantoren tot één gezamenlijke werkorganisatie in 2013 voltooid. De werkorganisatie voert de programma’s uit van alle 14 lidorganisaties die programma’s buiten hun eigen land hebben. Jaarlijks publiceert deze een jaarverslag en een jaarrekening. De Save the Children Association, de koepel van alle 30 leden publiceert over haar rol en activiteiten in het ‘annual report’ van Save the Children. Net als in Nederland worden de internationale jaarrekeningen van Save the Children door een onafhankelijke accountant gecontroleerd en voorzien van een goedkeurende controleverklaring. De internationale jaarstukken van de Save the Children Association worden goedgekeurd door de jaarlijkse Members’ Meeting, de ledenvergadering van de Save the Children Association. Deze vond in 2013 plaats in Mexico en zal in 2014 plaatsvinden in Berlijn. Omdat de jaarstukken van de internationale organisatie gereed zijn nadat Save the Children Nederland de jaarstukken publiceert, wordt hier volstaan met een toelichting op de internationale cijfers van 2012. De internationale jaarstukken van Save the Children over 2013 worden in de loop van 2014 gepubliceerd op de internationale website van Save the Children: www.savethechildren.net. De totale inkomsten van de internationale werkorganisatie Save the Children bedroegen in 2012 US $ 338,3 miljoen, tegenover US $ 100,8 miljoen in 2011. De groei is een direct gevolg van de toevoeging van 33 landenkantoren in 2012 aan de structuur van de Save the Children werkorganisatie. De groei is substantieel te noemen en kwam uit boven de begroting
104
van US $ 300 miljoen. Verdere groei in de komende jaren wordt verwacht. Voor 2013 waren de inkomsten begroot op US $ 830 miljoen en voor 2014 op US $ 877 miljoen. De relatief geringe verwachte groei van 2014 ten opzichte van de voorgaande jaren is te verklaren door het feit dat eind 2013 het transitieproces werd afgerond en er in 2014 nauwelijks nieuwe landen zullen worden ondergebracht in de structuur van Save the Children International. De inkomsten van de Save the Children werkorganisatie worden voor het overgrote deel bijeengebracht door de lidorganisaties die vanuit hun thuislanden middelen werven. Dat zijn voornamelijk overheidssubsidies en particuliere donaties. Save the Children Nederland droeg in 2012 (omgerekend) US $ 5,6 miljoen bij, terwijl het grootste deel van de uitgaven van Save the Children Nederland nog via de zusterorganisaties werd besteed. In 2013 nam het bedrag dat via de internationale organisatie werd besteed verder toe tot ongeveer US $ 13 miljoen, terwijl rond US $ 9 miljoen via zusterorganisaties werd besteed. Naar verwachting zal het aandeel van de bestedingen via de internationale werkorganisatie in 2014, door de afronding van het transitieproces, verder stijgen.
9.2 Inkomsten en uitgaven afzonderlijke leden Naast de geldstroom van de lidorganisaties naar de gezamenlijke werkorganisatie van Save the Children, besteden de lidorganisaties ook op andere manieren hun middelen. Dit gebeurt onder meer in binnenlandse programma’s voor kinderen, maar ook zijn de
lidorganisaties verantwoordelijk voor hun apparaatskosten en kosten voor hun eigen fondsenwerving. De afzonderlijke leden rapporteren jaarlijks over hun inkomsten en uitgaven aan de Save the Children Association, die deze gegevens publiceert. In 2012 bedroegen inkomsten van alle lidorganisaties bij elkaar opgeteld US $ 1,6 miljard. Bedacht moet worden dat er grote verschillen in omvang zijn tussen de lidorganisaties. De grootste lidorganisatie, Save the Children US, haalde in 2012 een jaarinkomen van US $ 597 miljoen en het kleinste lid, Save the Children ZuidAfrika had in hetzelfde jaar een inkomen van US $ 0,2 miljoen. Save the Children Nederland behoorde met (omgerekend) US $ 28,3 miljoen tot de middengroep van lidorganisaties.
9. Financiën Internationale organisatie
Bronnen van inkomsten alle lidorganisaties in 2012 Overheden (49%) Individuen (28%) Bedrijven en stichtingen (19%) Overig (4%)
Uitgaven van alle lidorganisaties in 2012 verdeeld over thema’s Noodhulpvoorzieningen (21%) Onderwijs (21%) Gezondheid en voeding (19%) Kinderbescherming (13%) Kinderarmoede en levensonderhoud (6%) HIV/AIDS (4%) Kinderrechten (4%) Overig (12%)
105
Fotocredits: Save the Children, Chris de Bode, Colin Crowley, Oscar Naranjo, Pierre Pourchez Laan van Nieuw Oost-Indië 14 - Den Haag Postbus 82061 - 2508 EB Den Haag Rekeningnummer - 707070252 IBAN - NL74ABNA0707070252 T 0031 (0)70 338 44 44 E
[email protected] W www.savethechildren.nl